VLAAMSE REGERING AMV/ /1014B

Transcriptie

1 VLAAMSE REGERING AMV/ /1014B BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR HOUDENDE UITSPRAAK OVER HET BEROEP AANGETEKEND TEGEN DE BESLISSING NR. MLAV1/ VAN 27 AUGUSTUS 2009 VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN HOUDENDE HET WEIGEREN VAN DE DEFINITIEVE VERGUNNING NA PROEF, AAN DE NV BREMCON, KRUIBEEKSESTEENWEG 154, 2070 ZWIJNDRECHT, VOOR DE VERANDERING DOOR UITBREIDING VAN DE THERMISCHE REINIGING VAN EEN GRONDREINIGINGSCENTRUM, GELEGEN OP HETZELFDE ADRES. De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelij k gewij zigd bij decreten van het Vlaams Parlement; Gelet op het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999; Gelet op het besluit van 1 juni 1995 van de Vlaamse Regering houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelij k gewij zigd bij besluiten van de Vlaamse Regering; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2009 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, het laatst gewij zigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009;

2 2 - Gelet op het ontvankelij k bevonden beroep van de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht (Burcht), aangetekend tegen het besluit nr. MLAV1/ van 27 augustus 2009 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende: 1) het weigeren van de definitieve vergunning na proef, aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht, op de kadastrale percelen, afdeling 2, sectie D, perceelnummers 6m2 en 16w, voor de verandering door uitbreiding van de thermische reiniging van een grondreinigingscentrum, gelegen op hetzelfde adres, omvattende: 2 stroomgroepen met een elektrisch vermogen van 550 kw elk en 2 dieselmotoren horende bij deze 2 stroomgroepen met een nominaal vermogen van 600 kw elk tot in totaal 4 stroomaggregaten van respectievelij k 1 x 175 kw, 2 x 550 kw en 1 x kw (totaal kw) en 4 dieselmotoren horende bij deze 4 stroomgroepen van respectievelij k 1 x 220 kw, 2 x 600 kw en 1 x kw; een bovengrondse houder van liter propaan; de opslag van kg waterstofperoxide en kg Liquikem tot een totale opslag van 200 ton ongebluste kalk, 200 ton cement, 3 ton waterstofperoxide en 5 ton Liquikem (in totaal 408 ton oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen); - de opslag van liter Prproducten tot een totale opslag van liter Prproducten waarvan 1 x liter gasolie, 1 x liter gasolie, 2 x liter gasolie en 1 x liter stookolie in 5 dubbelwandige, bovengrondse houders; 2) het zonder voorwerp verklaren van 2 bijkomende airco's van in totaal 15 kw; Gelet op het attest bedoeld in artikel 31, 4, van titel I van het VLAREM waaruit blijkt dat de voormelde beroepen beslissing aan de exploitant werd verzonden op 22 september 2009; Gelet op het feit dat voormeld beroep werd ontvangen op 21 oktober 2009 en ontvankelijk werd bevonden op 22 oktober 2009; Gelet op de brief van de exploitant, ontvangen door de afdeling Milieuvergunningen op 30 november 2009, waarbij hèt beroep tegen de weigering van de bovengrondse opslag van propaan wordt ingetrokken;

3 3 - Gelet op het feit dat voormelde beroepsindiener de volgende aanspraken op definitieve vergunning doet gelden: - de onderdelen van de inrichting die hier geweigerd werden, werden ten onrechte, met uitzondering van de opslag van propaan, volledig gekoppeld aan de proefvergunning; - deze activiteiten betreffen uitbreidingen van de bedrij fsactiviteiten die niet gekoppeld zijn aan de thermische grondreiniging en zijn gerelateerd aàn de reeds voorheen vergunde activiteiten: o één stroomgroep is nodig om de fysico-chemische behandelingsinstallatie te voorzien van voeding; deze fysico-chemische behandelingsinstallatie werd reeds in de basisvergunning vergund; de andere stroomgroep wordt gebruikt als reserve ter voorkoming van stilstand bij,het uitvallen van een andere krachtbron; o de 2 dieselmotoren dienen als aandrijving van de 2 stroomgroepen; ze kunnen ook gebruikt worden voor de zeefinstallatie; o de 2 maal liter gasolie wordt gebruikt als brandstof voor de dieselmotoren horende bij de stroomgroepen; o de liter stookolie is gekoppeld aan de verwarmingsinstallatie van de kantoorgebouwen; o de 2 airco' s zijn gerelateerd aan kantooractiviteiten; o de kg waterstofperoxide en kg Liquikem worden gebruikt in de bestaande en vergunde grondreinigingsactiviteiten; - gevraagd wordt om alle rubrieken met opslag van propaan, te vergunnen samenvallend met de eindtermijn van namelijk 12 november 2018; de uitzondering van de voor een termijn de basisvergunning, Gelet op het horen op 22 december 2009 door de Gewestelij ke Milieuvergunningscommissie van de aanvrager, die zich bij dit horen aansluit bij het advies van de afdeling Milieuvergunningen en die vermeldt dat het beroep tegen de weigering van de thermische grondreiniging werd ingetrokken wegens technische problemen en een hoge kostprijs; Gelet op het besluit nr. MLAV1/98-88 van 12 november 1998 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende het verlenen van vergunning voor een termij n verstrij kend op 12

4 4 - november 2018, aan de NV Bremcon, Nieuwbrugstraat 85, 1830 Machelen, voor de exploitatie van een grondreinigingscentrum, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154; Gelet op het besluit nr. AMV/071942/1002 van 31 mei 1999 houdende bevestiging van het besluit nr. MLAV1/98-88 van 12 november 1998 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen; Gelet op het besluit nr. MLAV1/ van 8 mei 2002 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende het verlenen van vergunning voor een termijn verstrij kend op 12 november 2018, aan de NV Bremcon, Sint Lenaartsesteenweg 7, 2310 Rijkevorsel, voor de verandering door toevoeging en uitbreiding van een grondreinigingsinstallatie, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154; Gelet op het besluit nr. MLWV/04-29 van 24 juni 2004 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende ambtshalve de wij z i.q i.nq van een voorwaarde opgelegd in het besluit nr. MLAV1/98-88 van 12 november 1998 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen; Gelet op het besluit nr. MLAN3/04-36 van 18 november 2004 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende aktename van de melding door de NV Bremcon, Sint Lenaartsesteenwég 7, 2310 Rijkevorsel voor het volgende dat een eenheid vormt met een vergunde grondreinigingsinstallatie, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154: de tussentij dse opslag voor uitgegraven bodem, met het oog op hergebruik, met een opslagcapaciteit van maximaal m 3 ; deze aktename geldt als vergunning voor een termijn verstrijkend op 12 november 2018; Gelet op het ministerieel besluit nr. AMV/071942/1006 van 15 februari 2005 houdende wijziging in beroep van het besluit nr. MLWV/04-29 van 24 juni 2004 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen; Gelet op het besluit nr. MLAV1/05-59 van 25 d~gustus 2005 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende het

5 5 - verlenen van vergunning voor een termijn verstrij kend op 12 november 2018, aan de NV Bremcon, Sint Lenaartsesteenweg 7, 2310 Rijkevorsel, voor de verandering door uitbreiding en wijziging van een grondreinigingscentrum, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154; Gelet op het ministerieel besluit nr. AMV/071942/1008 van 3 maart 2006 houdende wij ziging in beroep van het besluit nr. MLAV1/05-59 van 25 augustus 2005 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen in die' zin dat enkele bij zondere voorwaarden worden gewijzigd en toegevoegd; Gelet op het besluit nr. MLAV1/07-97 van 27 september 2007 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende enerzijds het verlenen van vergunning voor een termijn verstrijkend op 12 november 2018, aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht voor de verandering van een grondreinigingscentrum, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154, door toevoeging van enkele percelen en door uitbreiding; en anderzijds het verlenen van proefvergunning voor een termijn verstrijkend op 27 september 2009, voor de uitbreiding met thermische reiniging van een grondreinigingscentrum, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154; Gelet op het besluit nr. MLAV1/ van 20 november 2008 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende het verlenen van vergunning op proef voor een termijn verstrijkend op 27 september 2009, aan de nv Bremcon, gevestigd Kruibeeksesteenweg 154 te 2070 Zwijndrecht voor de verandering door uitbreiding van de eenheid van thermische reiniging van het grondreinigingscentrum, gelegen te 2070 Zwijndrecht (Burcht), Kruibeeksesteenweg 154; Gelet op het ongunstige advies van 25 november 2009 van de Vlaamse Milieumaatschappij; Gelet op het ongunstige advies van 26 november 2009 van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij;

6 6 - Gelet op het gunstige advies van 2 december 2009 van de afdeling Stedenbouwkundig Beleid van het departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed; Gelet op het deels voorwaàrdelijk gunstige advies van 14 december 2009 van de afdeling Milieuvergunningen van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie; Gelet op het deels voorwaardelijk gunstige advies van 22 december 2009 van de Gewestelijke Milieuvergunningscommissie; Gelet op de ligging van de inrichting in een industriegebied volgens het gewestplan 'Antwerpen', goedgekeurd bij koninklijk besluit van 3 oktober 1979; Overwegende dat de exploitatie van de inrichting vanuit stedenbouwkundig en ruimtelij k oogpunt verenigbaar is met de toepasselijke ruimtelijke en stedenbouwkundige voorschriften; Overwegende dat er zich in een straal van 100 meter vanaf de perceelsgrenzen van het bedrijf enkele huizen bevinden; dat de 2 dichtstbijzijnde huizen (waarvan één ten noordwesten van het bedrij f, Kruibeeksesteenweg 140 en het andere ten zuidwesten va~ het bedrijf, Kruibeeksesteenweg 158) naast het bedrijf en in een industriezone zijn gelegen; Overwegende dat het een grondreinigingscentrum betreft; Overwegende dat er op deze site zowel biologische als natte extractieve reiniging van gronden gebeurt; Overwegende dat op 27 september 2007 een proefvergunning voor 2 jaren, meer bepaald verstrijkend op 27. september 2009, werd verleend voor de uitbreiding van het grondreinigingscentrum met een thermische grondreiniging; dat op 20 november 2008

7 7 - eveneens een proefvergunning met eindtermijn 27 september 2009 werd verleend voor een uitbreiding met een aantal activiteiten die vasthangen aan de thermische grondreiniging; dat deze laatste proefvergunning niet in een definitieve vergunning werd omgezet op 27 augustus 2009 wegens de weigering van de definitieve vergunning voor de thermische grondreiniging zelf; dat de exploitant tegen die weigering van vergunning in beroep gaat; Overwegende dat volgens de exploitant alleen de opslag van propaan verbonden is met de thermische grondreiniging; dat die grondreiniging gestopt werd aangezien het economisch onrendabel is (te weinig ton gezuiverde grond per uur en teveel verbruik van propaan); dat bij gevolg het beroep tegen de weigering van de thermische grondreiniging werd ingetrokken; dat bijgevolg alleen voor de onderdelen van de aanvraag die geen verband houden met de thermische grondreiniging, vergunning wordt gevraagd voor een termijn verstrij kend op de eindtermij n van de basisvergunning, zij nde 12 november 2018; dat met andere woorden in dit dossier de vergunningsaanvraag voor de opslag van propaan ingetrokken wordt; Overwegende dat uitbreiding wordt gevraagd voor 2 stroomgroepen met een elektrisch vermogen van 550 kw elk zodat er in totaal 4 stroomgroepen aanwezig zijn van respectievelijk 1 x 175 kw, 2 x 550 kw en 1 x kW met een totaal vermogen van kw; Overwegende dat de stroomgroepen worden gehuurd bij een externe leverancier; dat de ene stroomgenerator wordt gebruikt om stroom te leveren voor de natte extractieve reiniging van de gronden; dat de andere stroomgenerator momenteel wordt gebruikt om de continue emissiemeetapparatuur van de thermische reinigingsinstallatie onder spanning te houden zodat er geen condenswater kan gevormd worden op de spiegels belegd met goud en er geen oxidatie op kan treden; dat in het kader van de bedrij fszekerheid van de installaties de andere stroomgenerator ook voorzien wordt als reservestroomgroep in geval van panne van de initiële stroomgroep; dat namelijk het eventueel uitvallen van diverse reinigingsactiviteiten voor het bedrij f gevolgen kan hebben zoals bijvoorbeeld de onmogelijkheid om verder gronden te reinigen zodat contractuele verplichtingen niet nagekomen kunnen worden en er geen afvoer meer is van gezuiverde gronden waardoor de vergunde opslagcapaciteiten kunnen overschreden worden;

8 8 - Overwegende dat uitbreiding wordt gevraagd van 2 dieselmotoren met een nominaal vermogen van 600 kw elk zodat er in totaal 4 dieselmotoren aanwezig zijn die horen bij de 4 stroomgroepen van respectievelijk 1 x 220 kw, 2 x 600 kw en 1 x kw; Overwegende dat de dieselmotoren de stroomgeneratoren aandrijven; dat de betreffende dieselmotoren in de periode minder dan 360 uren per jaar hebben gedraaid; dat volgens de exploitant er ruw geschat 250 uren per jaar per motor werden gepresteerd; dat namelijk de stroomgeneratoren en dus ook de dieselmotoren in die periode proefondervindelij k gebrufkt werden; dat deze generatoren immers werden ingezet om niet meer afhankelij k te z i j n van het stroomnet, aangezien vroegere tijdelij ke pannes van de stroomvoorziening via het net aanleiding hadden gegeven tot stilstand van de grondreinigingsinstallaties op het bedrijf; dat ondertussen het testen van de stroomgroepen en de dieselmotoren is afgelopen en het nu dan ook de bedoeling is om deze stroomgeneratoren en dieselmotoren op regelmatige basis te gebruiken; dat bijgevolg in de toekomst de dieselmotoren meer dan 360 uren per jaar zullen worden gebruikt en er aldus emissiemetingen zullen moeten gebeuren; Overwegende dat de stroomgeneratoren vaste inplanting kennen, aangezien ze diverse zaken kunnen ingezet worden; en dieselmotoren mobiel zijn en geen voor Overwegende dat de stroomgeneratoren en dieselmotoren omkast zijn; dat ter hoogte van de eerste stroomgenerator en dieselmotor die gebruikt worden voor stroomvoorziening van de natte extractie, het geluid overstemd wordt door het geluid van de installatie van de natte extractie; dat het geluid van de andere stroomgenerator en dieselmotor minder geïsoleerd wordt door de omkasting; dat evenwel enkele meters verderop het geluidsniveau al veel lager is; dat bovendien het geluidsniveau gereduceerd wordt ten opzichte van de omgeving door de grondhopen die rond deze installatie gestapeld liggen; dat kan aangenomen worden dat het geluid gegeneree'rd door de stroomgeneratoren en dieselmotoren, het aanvaardbaar niveau voor de omwonenden niet overstijgt;

9 9 - Overwegende dat vergunning wordt gevraagd voor de uitbreiding met de opslag van liter P3-producten tot een totale opslag van liter P3-producten; Overwegende dat vergunning wordt gevraagd voor 2 bovengrondse gasolietanks van liter die bij de dieselmotoren en stroomgeneratoren worden geplaatstj dat het in werkelijkheid tanks zijn van liter; dat de gasolie wordt gebruikt als brandstof voor de dieselmotoren; dat die mobiele tanks dubbelwandig zijn, doch niet voorzien zijn van een permanent lekdetectiesysteem; dat bijgevolg overeenkomstig artikel , 1, derde lid, van titel 11 van het VLAREM de tanks moeten voorzien zijn van een inkuiping wat hier niet het geval is; dat de tanks bijgevolg ongunstig moeten beoordeeld worden; dat overeenkomstig de van 14 december 2009 van de exploitant deze tanks uit de milieuvergunning mogen worden geschrapt; Overwegende dat ook vergunning wordt gevraagd voor een tank van liter voor de verwarming van de nog te bouwen nieuwe kantoren; dat die tank nog niet geplaatst werd; dat de exploitant verklaart dat deze tank zal gebouwd worden overeenkomstig de bepalingen van titel 11 van het VLAREM; Overwegende dat uitbreiding wordt gevraagd voor de opslag van kg waterstofperoxide en kg Liquikem; dat beide producten tot de klasse van irriterende producten behoren; dat de opslag gebeurt op lekbakken zoals voorgeschreven in het VLAREM; Overwegende dat de bijkomende 2 airco's gerelateerd zijn aan de kantooractiviteiten en in totaal een capaciteit hebben van 15 kw; dat deze jaarlijks onderhouden worden; Overwegende dat volgens de hierboven vermelde overwegingen de hinder tot een aanvaardbaar niveau wordt beperkt voor wat betreft de stroomgroepen, de dieselmotoren, de opslag van waterstofperoxide en Liquikem en de airco's; dat hieruit volgt dat de vergunning voor een termijn verstrijkend op 12 november 2018, meer bepaald de einddatum van de basisvergunning gunstig kan beoordeeld worden; dat evenwel de vergunning voor de uitbreiding van de inrichting met de opslag van propaan en de

10 10-2 bovengrondse tanks van 2 maal ongunstig moet beoordeeld worden; liter gasolie, Overwegende dat overeenkomstig artikel 5, 1, van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid tegen uiterlij k 22 december 2015 een goede toestand van de watersystemen moet worden bereikt; Overwegende dat volgens het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, de inrichting gelegen is in het Beneden-Scheldebekken; dat de inrichting grotendeels gelegen is in niet-overstromingsgevoelig gebied en een zeer klein deel, langs de Scheldekant, gelegen is in effectief overstromingsgevoelig qebi edr dat de aangevraagde onderdelen van de inrichting zich enkel situeren in niet-overstromingsgevoelig gebied; Overwegende dat de inrichting deels gelegen is in matig gevoelig gebied voor grondwaterstroming (type 1) en deels in zeer gevoelig gebied voor grondwaterstroming (type 2); dat evenwel geen ondergrondse activiteiten aangevraagd worden; Overwegende dat de aangevraagde activiteiten van die aard zijn dat ze niet relevant zijn voor wat betreft de invloed op het watersysteem; Overwegende dat uit bovenvermelde overwegingen blij kt dat de vergunningsplichtige activiteit verenigbaar is met het watersysteem en dat er geen schadelijke effecten aan het watersysteem worden verwacht; Overwegende dat gesteld kan worden dat de risico' s voor' de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie tot een aanvaardbaar niveau kunnen worden beperkt, met uitzondering van de opslag van propaan en de 2 bovengrondse tanks van 2 maal liter gasolie;

11 11 - Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe bestaat het beroep gedeeltelij k gegrond te verklaren en de gevraagde vergunning te verlenen, BES L U I T: Artikel 1. Het ontvankelijk bevonden beroep van de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht (Burcht), aangetekend tegen het besluit nr. MLAV1/ van 27 augustus 2009 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende: 1) het weigeren van de definitieve vergunning na proef, aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht, op de kadastrale percelen, afdeling 2, sectie D, perceelnummers 6m2 en 16w, voor de verandering door uitbreiding van de thermische reiniging van een grondreinigingscentrum, gelegen op hetzelfde adres, omvattende: 2 stroomgroepen met een elektrisch vermogen van 550 kw elk en 2 dieselmotoren horende bij deze 2 stroomgroepen met een nominaal vermogen van 600 kw elk tot in totaal 4 stroomaggregaten van respectievelij k 1 x 175 kw, 2 x 550 kw en 1 x kw (totaal kw) en 4 dieselmotoren horende bij deze 4 stroomgroepen van respectievelij k 1 x 220 kw, 2 x 600 kw en 1 x kw; een bovengrondse houder van liter propaan; - de opslag van kg waterstofperoxide en kg Liquikem tot een totale opslag van 200 ton ongebluste kalk, 200 ton cement, 3 ton waterstofperoxide en 5 ton Liquikem (in totaal 408 ton oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen); - de opslag van i ter Prproducten tot een totale opslag van liter Prproducten waarvan 1 x liter gasolie, 1 x liter gasolie, 2 x liter gasolie en 1 x liter stookolie in 3 dubbelwandige, bovengrondse houders; 2) het zonder voorwerp verklaren van 2 bij komende airco' s van in totaal 15 kw, wordt gedeeltelijk gegrond verklaard.

12 12 - Art. 2. De bestreden beslissing nr. MLAV1/ van 27 augustus 2009 van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen houdende het weigeren van bovenvermelde definitieve vergunning na proef, aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht, voor de verandering door uitbreiding van de thermische reiniging van een grondreinigingscentrum, gelegen op hetzelfde adres, wordt opgeheven. Art Aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht, wordt een vergunning verleend voor een termijn verstrij kend op 12 november 2018,. voor de verandering van een grondreinigingscentrum, gelegen op hetzelfde adres, met: 1 2 stroomgroepen met een elektrisch vermogen van 550 kw elk en 2 dieselmotoren horende bij deze 2 stroomgroepen met een nominaal vermogen van 600 kw elk tot in totaal 4 stroomaggregaten van respectievelijk 1 x 175 kw, 2 x 550 kw en 1 x kw (totaal kw) en 4 dieselmotoren horende bij deze 4 stroomgroepen van respectievelijk 1 x 220 kw, 2 x 600 kw en 1 x kw; 2 de opslag van kg waterstofperoxide en kg Liquikem tot een totale opslag van 200 ton ongebluste kalk, 200 ton cement, 3 ton waterstofperoxide en 5 ton Liquikem (in totaal 408 ton oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen); 3 de opslag van liter P3-producten tot een totale opslag van liter P3-producten waarvan 1 x liter gasolie, 1 x liter gasolie en 1 x liter stookolie in 5 dubbelwandige, bovengrondse houders; 4 2 bijkomende airco's van in totaal 15 kw. 2. Aan de NV Bremcon, Kruibeeksesteenweg 154, 2070 Zwijndrecht, wordt de vergunning geweigerd voor de verandering door uitbreiding van een grondreinigingscentrum, gelegen op hetzelfde adres, met: 1 een bovengrondse houder van liter propaan; 2 de opslag van liter P3-producten tot een totale opslag van liter P3-producten waarvan 1 x liter gasolie, 1 x liter gasolie, 2 x liter gasolie en 1 x liter stookolie in 5 dubbelwandige, bovengrondse houders.

13 13 - Art De vergunde inrichting moet in gebruik genomen worden binnen een termijn van 200 kalenderdagen vanaf de datum van de milieuvergunning. 2. Als voor de inrichting een stedenbouwkundige vergunning nodig is met toepassing van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt de milieuvergunning geschorst zolang de stedenbouwkundige vergunning niet is verleend. In dit geval vangt de termijn van ingebruikname vermeld in paragraaf 1 aan op de dag dat de stedenbouwkundige vergunning definitief verworven is. 3. Indien de stedenbouwkundige vergunning geweigerd wordt, vervalt de milieuvergunning vanaf de datum waarop in laatste administratieve aanleg beslist werd om de stedenbouwkundige vergunning niet af te leveren. Art. 5. De milieuvergunning wordt verleend voor een termijn tot 12 november 2018 die aanvangt op de datum van dit besluit, tenzij wanneer: 1 ze geschorst is omdat de stedenbouwkundige vergunning op de datum van dit besluit, niet definitief is verleend; 2 ze van rechtswege vervalt na de definitieve weigering van de stedenbouwkundige vergunning. Art. 6. De in artikel 3 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden: 1. Algemene: 1 VOl: Algemene milieuvoorwaarden - algemeen: Hoofdstukken 4.1 (algemene voorschriften), 4.7 (beheersing van asbest), 4.9 (energieplanning) en bijlagen (programma's van de cursussen van aanvullende vorming voor milieucoärdinator), (voorschrifteninzake milieubeleidsmaatregelen, milieu-programma's en milieubeheersystemen), (voorschriften

14 14-2. Sectorale: inzake de EMAS-milieuaudit), (verklaringen van deelneming) en 4.8 (etikettering van gereinigde PCB-apparaten); Algemene milieuvoorwaarden geluid: Hoofdstuk 4.5 (beheersing van geluidshinder) en bijlagen (milieukwaliteitsnormen voor geluid in open lucht), (richtwaarden voor geluid binnenshuis), (meetmethode en meetomstandigheden voor het omgevingsgeluid), (volledig akoestisch onderzoek), (saneringsplan), (richtwaarden voor het specifieke geluid in open lucht van als hinderlijk ingedeelde inrichtingen), (richtwaarden voor fluctuerend, incidenteel, impulsachtig en intermitterend geluid in open lucht van als hinderlijk ingedeelde inrichtingen) en (beslissingsschema's); Algemene milieuvoorwaarden lucht: Hoofdstuk 4.4 (beheersing van luchtverontreiniging) en bijlagen (verspreidingsberekening ter bepaling van de schoorsteenhoogte), (algemene emissiegrenswaarden voor lucht), (lucht: meetfrequentie ), (lucht: controlemeetprogramma), (lucht: monstername en analysemethode asbest), (meeten beheersprogramma voor fugitieve VOS-emissies) en 4.10 (emissies van broeikasgassen); 1 V35: 2 V38: 4 V46A: 5 V46C: Elektriciteit: hoofdstuk 5.12; Gassen gemeenschappelijke bepalingen: Afdeling (gemeenschappelijke bepalingen) en bijlage (lijst van gefluoreerde broeikasgassen); Gassen - installaties voor het fysisch behandelen van gassen onder andere koelinstallaties, compressoren: Afdeling ; Opslag van gevaarlijke producten algemene bepalingen: Afdeling (algemene bepalingen) en bij lage (afstandentabel voor de bovengrondse opslag van gevaarlijke vaste stoffen en vloeistoffen); Opslag van gevaarlij ke producten opslag van gevaarlijke vloeistoffen in bovengrondse houders: Afdeling (opslag van gevaarlij ke vloeistoffen in bovengrondse houders) en bijlage (codes van goede praktijk inzake bouwen controle van vaste houders), bijlage (het permanent lekdetectiesysteem), (bepaling van water en slib in de houder en verontreiniging buiten de houder), (overvulbeveiliging) ; Motoren met inwendige verbranding: Hoofdstuk 5.31.

15 15 - Art. 7. Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden. Art Een bij komende vergunning moet worden aangevraagd voor elke verandering van de vergunde inrichting. 2. E~ke overname van de inrichting door een andere exploitant dient uiterlijk tien kalenderdagen vóór de datum van overname gemeld aan de vergunning verlenende overheid overeenkomstig de bepalingen van artikel 42 van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig de bepalingen van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning uiterlijk tussen de 18de en de 12de maand vóór het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning. Art. 9. Dit besluit wordt notulenboek van de deputatie bestreden beslissing. genoteerd tegenover in de de rand van het notulering van de Brussel, 10 MEI 2810 De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cul uur,

16 16 - Aandacht De bouwvergunning, verleend op basis van de geldende wetgeving inzake stedenbouw en ruimtelijke ordening, wordt geschorst zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend of de melding niet is gebeurd. In geval van definitieve weigering van de aangevraagde milieuvergunning vervalt de bouwvergunning van rechtswege op de dag van de weigeringsbeslissing in laatste aanleg.