DXMF DUCT MULTIFUNCTIONAL SENSOR / SCHAKELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften

Transcriptie

1 DUCT MULTIFUNCTIONAL Montage & gebruiksvoorschriften

2 Inhoudslijst VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 ARTIKEL CODE 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 5 OPERATIONELE DIAGRAMMEN 5 BEKABELING EN AANSLUITING 6 MONTAGE & GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN 6 MODBUS REGISTER MAPPEN 10 VERIFICATIE VAN DE INSTALLATIE INSTRUCTIE 12 TRANSPORT EN BEWAAR INFORMATIE 12 GARANTIE INFORMATIE EN BEPERKINGEN 12 ONDERHOUD 12 MIW--NL / 11 /

3 VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN Voor u aan het werk gaat met ons product, lees aandachtig de technische fiche, installatie instructie en het aansluit schema. Om uw persoonlijke veiligheid en die van het toestel te garanderen, evenals de optimale prestaties van het product, zorg ervoor dat u de volledige technische inhoud begrijpt voordat u het toestel installeert, in gebruik neemt, of onderhoud doet. Omwille van de veiligheid en vergunningverlening (CE) is het eigenhandig ombouwen en/of veranderen van het product niet toegestaan. Het product mag niet worden blootgesteld aan abnormale omstandigheden zoals: extreme temperaturen, direct zonlicht of trillingen. Chemische dampen met een hoge concentratie in combinatie met een lange blootstellingstijd kunnen de prestaties van het product beïnvloeden. Zorg ervoor dat de werkomgeving zo droog mogelijk is; controleer daarom ook op condensatie plekken. Alle installaties moeten voldoen aan de lokale gezondheids- en veiligheidsvoorschriften evenals de plaatselijke elektrische normen. Dit product kan enkel worden geïnstalleerd door een ingenieur of technicus die een deskundige kennis heeft van het product en de veiligheidsvoorschriften. Vermijd contact met onder spanning staande onderdelen; behandel daarom steeds het product alsof het onder spanning staat. Schakel steeds de stroombron uit voordat u de voedingskabels aansluit, onderhoud of reparatie werken uitvoert op het toestel. Controleer altijd of u de juiste stroomvoorziening toepast op het product en gebruik kabels met de juiste diameter en kenmerken. Zorg ervoor dat alle bouten, moeren en schroeven goed zijn aangedraaid en de zekeringen (indien aanwezig) goed geplaatst zijn. Het recycleren van de toestellen of verpakking zou men in overweging moeten nemen, het weggooien van deze moet volgens nationale wetgeving / regels gebeuren. Indien u nog vragen heeft, contacteer dan uw technische dienst of een andere deskundige. MIW--NL / 11 /

4 PRODUCTBESCHRIJVING ARTIKEL CODE De is een kanaal multifunctionele transmitter / schakelaar, welke temperatuur, relatieve vochtigheid en CO 2 concentratie niveau meet. Voor elk van hen zijn er 4 voorgedefinieerde bereiken als meetvenster en 1 gebruiker definieerbare range. Dit toestel is uitgerust met Modbus RTU (RS485) communicatie en heeft een analoge en een relais-uitgang voor elke meeteenheid. GEBRUIKSTOEPASSING Code Voeding Connectie G 24 VAC / VDC ± 10 % 3 - draads F VDC 4 - draads TECHNISCHE GEGEVENS Toezicht en handhaven van de temperatuur, relatieve vochtigheid en CO 2 niveaus in een kanaal ventilatiesystemen 3 analoge uitgangen: 0 VDC / 0 20 ma 3 relais uitgangen: C/O (230 VAC / 2 A) Opgenomen vermogen: niet belast: maximum 80 ma bij maximale belasting: maximum 140 ma Belastingsweerstand: 0 VDC modus > 500 Ω 0 20 ma modus < 500 Ω Te selecteren temperatuur bereik: 0 30 C / C / C / 0 50 C Vrij te selecteren temperatuur bereik via Modbus: 0 50 C Selecteerbare rel. vochtigheid bereiken: % rh / 0 60 % rh / 0 80 % rh / 00 % rh Vrij selecteerbare rel. luchtvochtigheidsbereik, via Modbus: 00 % rh Selecteerbare CO 2 bereiken: ppm /.000 ppm /.500 ppm / ppm Vrij selecteerbare CO 2 bereik, via Modbus: ppm 3 selecteerbare schakelpunten: door trimmers of via Modbus Vaste temperatuur hysteresis: 2 C Vaste rel. vochtigheid hysteresis: 5 % rh Vaste CO 2 hysteresis: 200 ppm Behuizing en slangen: ASA, grijs (RAL9002) IP54 (volgens de EN 60529) Flens bevestiging: PE, zwart (RAL9004) IP20 (volgens de EN 60529) Bedrijfsomgevingsvoorwaarden: temperatuur: 0 50 C relatieve vochtigheid: < 100 % rh (niet-condenserend) Opslagtemperatuur: C MIW--NL / 11 /

5 STANDAARDEN Laagspanning richtlijn 2006/95/EC EMC richtlijnen 2004/108/EC: EN WEEE richtlijn 2012/19/EU RoHs richtlijn 2011/65/EU OPERATIONELE DIAGRAMMEN Analogue uitgang 1 [VDC] 10 Relais uitgang 1 Rel aan Rel uit 0 SP-hyst SP 50 T, [ C] 0 min. max. 50 T, [ C] bereik bereik Analogue uitgang 2 [VDC] 10 Relais uitgang 2 Rel aan Rel uit 0 SP-hyst SP 100 rh, [%] 0 min. max. 100 rh, [%] bereik bereik Analogue uitgang 3 [VDC] 10 Relais uitgang 3 Rel aan Rel uit 0 SP-hyst SP CO 2, [ppm] 0 min. max CO bereik bereik 2, [ppm] MIW--NL / 11 /

6 BEKABELING EN AANSLUITING Vin Positieve DC spanning / AC ~ GND Aarding / AC ~ A Modbus RTU (RS485), signaal A /B Modbus RTU (RS485), signaal /B Ao1 GND Ao2 GND Ao3 NO1 COM1 NC1 NO2 COM2 NC2 NO3 COM3 NC3 Connectie Analoge uitgang (0 VDC / 0 20 ma) Aarding Analoge uitgang (0 VDC / 0 20 ma) Aarding Analoge uitgang (0 VDC / 0 20 ma) Normaal open contact Gemeenschappelijk contact Normaal gesloten contact Normaal open contact Gemeenschappelijk contact Normaal gesloten contact Normaal open contact Gemeenschappelijk contact Normaal gesloten contact Kabel diameter: max. 0,5 / 1,5 mm 2 Kabelwartel opspanbereik van de wartel: 5 10 mm MONTAGE & GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN Voordat u start aan de installatie van de sensor / schakelaar, lees dan zorgvuldig de Veiligheid en voorzorgsmaatregelen. 1. Open het deksel en voer de aan te sluiten kabels in de wartels van het toestel. 2. Sluit de bedrading aan volgens het bedradingsschema (zie Fig. 1) en gebruik de legende informatie voor de juiste sectie Bedrading en aansluitingen. Fig. 1 Aansluitschema Analoge uitgang 1 0 VDC / 0 20 ma Analoge uitgang 3 0 VDC / 0 20 ma Relais uitgang 2 Normaal open Normaal gesloten Gemeenschappelijk Analoge uitgang 2 0 VDC / 0 20 ma Relais uitgang 1 Normaal gesloten Gemeenschappelijk Normaal open Voedingsspanning 24 VAC / VDC ± 10 % / VDC Modbus RTU Relais uitgang 3 A Normaal gesloten /B Gemeenschappelijk Normaal open MIW--NL / 11 /

7 3. Controleer of uw toestel een netwerk start of afsluit ( zie Example 1 en Example 2). Als dit niet zo is, verwijder de JP6 (NBT) (zie Fig. 2). Example 1 Example 2 Fig. 2 Netwerk bus weerstand Slave 1 NBT NBT RX ТX Master NBT RX ТX NBT Slave 2 Master NBT Slave n Slave 1 Slave 2 Slave n Als u een AC voeding gebruikt voor deze of andere toestellen in een Modbus netwerk dan zal de GND connector NIET AANGESLOTEN worden op andere toestellen binnen dit netwerk of via de CNVT-USB-RS485 omvormer. Dit zal als gevolg permanente schade aan de communicatie semiconductors en / of computer toebrengen! 4. Pas de standalone instelling aan: 4.1 Om de temperatuur analoge uitgang te selecteren, gebruik dan de Temp. jumper weergegeven in Fig Om de rel. vochtigheid analoge uitgang te selecteren, gebruik dan de vochtigheid jumper weergegeven in Fig Om de 2 analoge uitgang te selecteren, gebruik dan de CO2 jumper weergegeven in Fig Om een temperatuurbereik te selecteren, gebruik dan de Temp. jumper weergegeven in Fig. 4 en de bijgevoegde informatie. 4.5 Om een rel. vochtigheidsbereik te selecteren, gebruik dan de vochtigheid jumper weergegeven in Fig Om een CO 2 bereik te selecteren, gebruik dan de CO2 jumper weergegeven in Fig. 4. Fig. 3 Analoge output selectie jumpers Fig. 4 Sensor bereik selectie jumpers C % rh ppm C 0 60% rh.000 ppm C 0 80 % rh.500 ppm C 00 % rh ppm 0 20 ma 0 VDC Temp. Vochtigheid CO2 Temp. Vochtigheid CO2 Temp. Vochtigheid CO2 Temp. Vochtigheid CO2 4.7 Om het temperatuur setpunt voor het schakelpunt van relais 1 te selecteren, gebruik dan de Temp. trimmer (Fig. 5). 4.8 Om het rel. vochtigheidssetpunt voor het schakelpunt van relais 2 te selecteren, gebruik dan de vochtigheid trimmer (Fig. 5). 4.9 Om het CO 2 setpunt voor het schakelpunt van relais 1 te selecteren, gebruik dan de CO2 trimmer (Fig. 5). MIW--NL / 11 /

8 4.10 Om de Modbus settingen te resetten, plaats en houd gedurende 20 seconden de jumper op P2. (Zie Fig. 6 Modbus instellingen reset jumper.) Fig. 5 Setpunt trimmers Fig. 6 Modbus instellingen reset jumper Plaats en houd deze gedurende 20 seconden in positie 5. Installeer het toestel aan de buitenzijde van het kanaal met de meetbuis in het kanaal en fixeer deze op de buitenzijde. 5.1 Boor een small-afdichtend gat volgens de juist buis diameter (Ø 13 mm). 5.2 Fixer de soepele flens (Fig. 7) aan de buitenzijde van het kanaal met de zelf borende schroeven, die met het toestel zijn meegeleverd. Installeer dan de buis in de soepele flens. Let op in de juiste richting van de luchtflow. 5.3 Installeer de buis via een schroef in de soepele flens op de juiste diepte. 5.4 Installeer met een uitlek lus en sluit de kabel aan. De unit kan eventueel ook via de monteergaten bevestigd worden zoals in Fig. 8 wordt weergegeven. Fig. 7 Bevestigingsflens Fig. 8 Bevestigingsafmeetingen 2x Ø x Ø 4, Het installeren van dit toestel dicht bij een hoog EMI-uitstralend toestel kan tot foute meetwaardes leiden. Gebruik afgeschermde bekabeling binnen hoog EMI gebieden. Houd een minimale 15 cm (5,9 ) afstand tussen 230 VAC voedingslijnen of hoger en de bekabeling van dit type toestel. Gebruik altijd twee aparte trafo s: een voor de sensors en een voor de controllers. MIW--NL / 11 /

9 6. Sluit de behuizing en bevestig het deksel. 7. Schakel de voedingsspanning aan. Het maximale voedingsvermogen mag niet overschreden worden! Meet deze voor u gaat installeren! geregelde 24 VAC voedingen leveren een hogere nominale uitgangsspanning en kunnen de interne zekering activeren. Als een G- type artikel dezelfde AC voedingsbron (transfo) gebruikt als die van een F-type artikel, dan kan er een KORTSLUITING ontstaan als de voeding en het analoog signaal aan dezelfde gemeenschappelijke massa is aangesloten! der deze omstandigheden altijd verschillende artikel types aan aparte AC trafo s aansluiten of u gebruikt enkel dezelfde artikel versie. 8. Pas de fabrieksinstellingen volgens uw gewenste waardes aan, via onze 3SModbus software (als dit nodig is). Om de default fabrieksinstelling te raadplegen zie Table Modbus register mappen. MIW--NL / 11 /

10 MODBUS REGISTER MAPPEN INPUT REGISTERS Data type Description Data Values 1 Temperature level Actual temperature level 50 50,0 C 2 Relative humidity level un Actual relative humidity level ,0 % rh 3 Dew point Calculated dew point 20 20,0 C 4 CO 2 level un Actual CO 2 level ppm 5-10 Reserved, returns Analogue output value for temperature measurement Analogue output value for relative humidity measurement Analogue output value for CO 2 measurement Relay 1 status for temperature setpoint Relay 2 status for relative humidity level Relay 3 status for CO 2 level Analogue output 1 value for temperature, Ao1.000 Analogue output 2 value for relative humidity, Ao2.000 Analogue output 3 value for CO 2, Ao Temperature range 18 Relative humidity range 19 CO 2 range Temperature setpoint relay 1 Relative humidity setpoint relay 2 22 CO 2 setpoint relay 3 Relay 1 status for temperature setpoint; when, the contact between COM1 and NO1 is closed Relay 2 status for relative humidity; when, the contact between COM2 and NO2 is closed Relay 2 status for CO 2 ; when, the contact between COM3 and NO3 is closed Temperature range selected by jumper or according to holding registers 7, 11, 14 and 15 Relative humidity range selected by jumper or according to holding register 7, 12, 16 and 17 CO 2 range selected by jumper or a according to holding registers 7, 13, 18 and 19 Temperature setpoint relay 1 selected by trimmer or according to holding registers 7 and 20 Relative humidity setpoint relay 2 selected by trimmer or according to holding registers 7 and 21 CO 2 setpoint relay 3 selected by trimmer or according to holding registers 7 and = 5 = = custom 5 = 0% 100,0% 0% 100,0% 0% 100,0% O ff O ff O ff 0 30 C C C 0 50 C 20 90% rh 0 60% rh 0 80% rh 00% rh custom ppm.000 ppm.500 ppm ppm custom ,0 C ,0% rh ppm 23 Temperature hysteresis Temperature hysteresis for relay 1 switching 2 2,0 C 24 Relative humidity hysteresis Relative humidity hysteresis for relay 2 switching 5 5,0% rh 25 CO 2 hysteresis CO 2 hysteresis for relay 3 switching ppm Temperature setpoint out of range Relative humidity setpoint out of range Flag that shows if the temperature setpoint is out of the working range Flag that shows if the relative humidity setpoint is out of the working range 28 CO 2 setpoint out of range Flag that shows if the CO 2 setpoint is out of the working range 29 Calibration timer un Humidity sensor communication lost CO 2 sensor communication lost un un Reserved, returns 0 Returns passed time in per cents for 10-minute calibration procedure in progress. When it is inactive, it returns 0. Flag that shows if the communication with the humidity sensor module is lost Flag that shows if the communication with the CO 2 sensor module is lost Off Off Off % Off Off MIW--NL / 11 /

11 HOLDING REGISTERS Data type Description Data Default Values 1 Device slave address un Modbus device address Modbus baud rate un Modbus communication baud rate Modbus parity mode un Parity check mode N1 8E1 8O1 4 Device type un Device type (Read only) X= Hardware version un Hardware version of the device (Read only) XXXX 0x010 HW version Firmware version un Firmware version of the device (Read only) XXXX 0x011 FW version Operating mode un Enables Modbus control and disables the jumpers and trimmers 8 Output overwrite un Enables the direct control over the outputs; settable if holding register 7 is set to Reserved, returns 0 11 Temperature range 12 Relative humidity range 13 CO 2 range Minimum custom temperature range Maximum custom temperature range Minimum custom relative humidity range Maximum custom relative humidity range Minimum custom CO 2 range Maximum custom CO 2 range Temperature setpoint relay 1 Relative humidity setpoint relay 2 22 CO 2 setpoint relay 3 Selects the temperature working range; settable if holding register 7 is set to 1 Selects the relative humidity working range; settable if holding register 7 is set to 1 Selects the CO 2 working range; settable if holding register 7 is set to 1 Minimum value of the custom temperature range; settable if holding register 7 is set to 1 and register 11 is set to 5 Maximum value of the custom temperature range; settable if holding register 7 is set to 1 and register 11 is set to 5. Minimum value of the custom relative humidity range; settable if holding register 7 is se to 1 and register 12 is set to 5 Maximum custom of the relative humidity range; settable if holding register 7 is set to 1and register 12 is set to 5 Minimum value of the custom CO 2 range; settable if holding register 7 is set to 1 and register 13 is set to 5 Maximum value of the custom CO 2 range; settable if holding register 7 is set to 1 and register 13 is set to 5 Selects the temperature setpoint for relay 1 switching; settable if holding register 7 is set to 1 Selects the relative humidity setpoint for relay 2 switching; settable if holding register 7 is set to 1 Selects the CO 2 setpoint for relay 3 switching; settable if holding register 7 is set to Reserved, returns minute calibration Setting this register to 1 will perform a ten-minute calibration and it will be automatically cleared after the calibration finishes. The sensor measures the CO 2 level for 10 minutes and sets the lowest value at 400 ppm. Do not turn off the unit during this procedure! Setting this register to 1 will perform a one-month calibration and it is not automatically cleared after 27 1 month calibration the calibration finishes. The sensor measures the CO 2 level for 1 month and sets the lowest value at 400 ppm. Do not turn off the unit during this procedure! Reserved, returns Analogue output 1 value overwrite for temperature, Ao1 Analogue output 2 value overwrite for relative humidity, Ao2 Analogue output 3 value overwrite for CO 2, Ao3 Overwrites the analogue output 1 value for temperature; settable if holding registers 7 and 8 are set to 1 Overwrites the analogue output 2 value for relative humidity; settable if holding registers 7 and 8 are set to 1 Overwrites the analogue output 3 value for CO 2 ; settable if holding registers 7 and 8 are set to = 5 = 5 = Standalone mode Modbus mode Disabled Enabled 0 30 C C C 0 50 C Custom 20 90% rh 0 60% rh 0 80% rh 00% rh Custom ppm.000 ppm.500 ppm ppm Custom 0 Max C Min C 0 Max ,0% rh Min ,0% rh 0 Max ppm Min ppm ,0 C ,0% rh ppm Reserved, returns 0 Voor meer info omtrent Modbus over een serieel network, bezoek volgende link: minute calibration is active / running 1-month calibration is active / running 0 % 100,0 % 0 % 100,0 % 0 % 100,0 % MIW--NL / 11 /

12 VERIFICATIE VAN DE INSTALLATIE INSTRUCTIE Controleer als beide Led s (LEDTX en LEDRX) kniperen als u het toetsel aan zet. (Zie Fig. 9 Communicatie detectie indicatie.) Bij knipperen, heeft uw toestel een Modbus netwerk gedetecteerd. Als deze niet knipperen, controleer dan opnieuw de aansluitingen. Fig. 9 Communicatie detectie indicatie De status van de LEDs (LEDTX en LEDRX) kan enkel gecontroleerd worden als het toestel aan staat. Neem de nodige veiligheidsmaatregelen! TRANSPORT EN BEWAAR INFORMATIE Vermijd schokken en extreme condities; bewaar in originele verpakking. GARANTIE INFORMATIE EN BEPERKINGEN ONDERHOUD Twee jaar vanaf de leveringsdatum op fabricage fouten. Elke aanpassing of verandering van het product ontheft de fabrikant van alle mogelijke verantwoordelijkheid. De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af voor alle drukfouten of vergissingen in deze data en aanpassingen of modificaties die zijn aangebracht na de tijd van publicatie. der normale condities is dit een onderhoudsvrij product. Bij vervuiling, reinig met een droge of licht vochtige doek. In geval van sterke verontreiniging, reinig met een niet agressief product. der deze omstandigheid koppel het toestel los van de voeding. Let erop dat geen vloeistoffen het toestel kunnen binnentreden. Enkel terug aansluiten als het toestel volledig droog is. MIW--NL / 11 /