HENCOFLOOR TECHNISCH HANDBOEK

Transcriptie

1 HENCOFLOOR TECHNISCH HANDBOEK NL T

2 Pagina WAAROM HENCOFLOOR VLOERVERWARMING VOORDELEN VAN VLOERVERWARMING DIMENSIONERING VAN EEN VLOERVERWARMING OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN PLAATSEN VAN VLOERVERWARMING TOELICHTINGEN VERDELERS 0 PRODUCTFICHES REGELINGEN 0 VLOEROPBOUWEN VERZEKERINGEN EN GARANTIES CERTIFICATEN

3 Voorwoord Kwaliteit Kwaliteit is de norm. Henco Industries produceert en levert een compleet en op elkaar afgestemd assortiment van topproducten die zich onderscheiden door hun voortdurende technologische innovatie. Alle systeemcomponenten ademen de betrouwbaarheid uit die eigen is aan Henco. Meerlagenbuis Het hart van het uitgebreide assortiment is zonder twijfel de gepatenteerde meerlagenbuis. Onder het motto enkel het beste is goed genoeg, werd de Henco meerlagenbuis zodanig ontworpen dat ze beantwoordt aan de meest veeleisende en uiteenlopende gebruiksmogelijkheden. Het resultaat is nog steeds de meest toonaangevende, multifunctionele als ook de meest betrouwbare buis op de internationale markt. Breed asortiment Henco levert hiernaast een breed assortiment aan topproducten zoals knelkoppelingen, persen insteek-koppelingen, verdelers, regelingen en gereedschappen. Kortom alles om een compleet assortiment te kunnen bieden. Al deze producten staan garant voor de beste kwaliteit en zijn perfect op elkaar afgestemd. Keuringscertificaten Het hoge kwaliteitsniveau en de betrouwbaarheid van het buizensysteem wordt op internationale schaal bevestigd door de talrijke keuringscertificaten. Hencofloor De Henco vloerverwarmingssystemen zijn een logische toepassing van de hoogwaardige Henco meerlagenbuis en passen uitstekend in het Henco-assortiment. Speciaal voor vloerverwarmingssystemen werd de afdeling Hencofloor opgericht. Hencofloor is de specialist op het gebied van vloerverwarming en alle afgeleide vormen hiervan. Hencofloor heeft een eigen engineeringsafdeling voor de technische uitwerking van deze projecten. Om een goede communicatie en dienstverlening naar de klant te kunnen garanderen heeft Hencofloor haar eigen buitendienst.

4 WAAROM HENCOFLOOR VLOERVERWARMING. Waarom Hencofloor vloerverwarming

5 . Waarom Hencofloor vloerverwarming Hencofloor biedt een volledig pakket van kwalitatief hoogstaande producten met als speerpunt de Henco meerlagenbuis. Het installeren van een kwaliteitsbuis met een lange levensduur is van het allergrootste belang in een vloerverwarmingsysteem. Het vervangen van het buizenstelsel is immers een kostbare zaak. binnenbuis uit elektronenstralen vernet polyethyleen (PE-Xc), geëxtrudeerd uit hoge densiteit polyethyleen granulaten hoogwaardige verbindingslaag voor een homogene verbinding tussen de aluminiumbuis en de PE-Xc binnenbuis. aluminiumbuis (AL), overlangs naadloos gelast en machinaal gecontroleerd hoogwaardige verbindingslaag voor een homogene verbinding tussen de aluminiumbuis en de PE-Xc buitenbuis Hencofloor heeft naast dit assortiment aan topproducten een ervaren en klantvriendelijk ontwerpbureau dat op alle vlakken de nodige ondersteuning garandeert. Technisch onderbouwd advies. Gedetailleerd verlegplan op schaal. Technisch dossier, volledige calculatie vloerverwarming. Eigen ingenieursverzekering. Nauwgezette opvolging in samenspraak met alle betrokken partijen. Dit geheel maakt van Hencofloor de beste partner voor uw vloerverwarmingsproject. De vloerverwarmingsbuis moet 00% zuurstofdicht zijn, wat gegarandeerd wordt met de Henco meerlagenbuis voorzien van een aluminium kern. Corrosie in het systeem is hierdoor uitgesloten. Dank zij het aluminium heeft de Henco meerlagenbuis een zeer goede geleiding wat bij lage temperatuursystemen een noodzaak is. De Henco meerlagenbuis is zeer goed vormbaar dank zijn de aluminium kern. Daardoor kan de buis verwerkt worden bij zeer lage temperaturen (tot -0 C). 0 buitenbuis uit elektronenstralen vernet polyethyleen (PE-Xc), geëxtrudeerd uit hoge densiteit polyethyleen granulaten

6 VOORDELEN VAN VLOERVERWARMING. Voordelen van vloerverwarming

7 . Voordelen van vloerverwarming Energiebron Een vloerverwarmingsysteem werkt uitstekend met een lage aanvoerwatertemperatuur. Dit is mogelijk dankzij een groot afgifteoppervlak, in ons geval het vloeroppervlak. Door de lage aanvoertemperatuur kan men vloerverwarmingssystemen perfect combineren met energiezuinige verwarmingstoepassingen zoals bv. warmtepompen, zonneboiler, enz. Ruimtebesparend Bij toepassing van een vloerverwarmingssysteem zijn radiatoren vaak overbodig. Hygiënisch Een vloerverwarmingssysteem is ook hygiënischer t.o.v. een conventionele verwarming met verwarmingselementen al dan niet tegen de muren geplaatst. In deze elementen (radiatoren, convectoren, etc.) verzamelt zich stof dat door de opstijgende lucht blijft circuleren in de ruimte. Bij vloerverwarming is hiervan geen sprake. Door deze eigenschap van vloerverwarming is het mogelijk om de ruimtetemperatuur met C te doen dalen t.o.v. andere verwarmingssystemen en dit bij eenzelfde comforttemperatuur. Hier volgt een vergelijking rekening houdend dat men onderhevig is aan ongeveer 0% straling afkomstig van het vloeroppervlak. De vergelijking illustreert de invloed van de vloertemperatuur. Comforttemperatuur zonder vloerverwarming - gemiddelde ruimtetemperatuur van 0 C - gemiddelde vloertemperatuur van C Behaaglijkheidtemperatuur is 0+ = C Comforttemperatuur met vloerverwarming 0 Esthetisch Het behoeft geen verdere uitleg dat een ruimte zonder storende verwarmingselementen mooier oogt. Verlaagd energieverbruik Een vloerverwarmingssysteem benadert de meest ideale warmteverdeling. Andere verwarmingssystemen zijn op dit vlak veel minder ideaal te noemen. Zie hieronder., m C 0 C C, m 0 C 0 C C - gemiddelde ruimtetemperatuur van 0 C - gemiddelde vloertemperatuur van C Behaaglijkheidtemperatuur is 0+ = C Comfort Een vloerverwarming zorgt voor een zeer aangename warmte die perfect aansluit bij onze menselijke behoeften. Als men deze vorm van verwarmen heeft ervaren, zal men te volle overtuigd zijn dat vloerverwarming een hoger comfort biedt. Ideaal Vloerverwarming Radiator / Luchtverwarming 0 m C C C

8 VOORDELEN VAN VLOERVERWARMING Zelfregelende werking Vloerverwarming heeft een zelfregelend effect ten aanzien van de ruimtetemperatuur. Dit komt door het feit dat de warmteafgifte rechtstreeks wordt bepaald door het verschil tussen de ruimtetemperatuur enerzijds en de vloertemperatuur anderzijds. 0 ruimtetemperatuur stijgt t (ruimtetemperatuurvloertemperatuur) daalt warmteafgifte van de vloer verkleint ruimtetemperatuur daalt t (ruimtetemperatuurvloertemperatuur) stijgt warmteafgifte van de vloer vergroot

9 DIMENSIONERING VAN EEN VLOERVERWARMING. Dimensionering van een vloerverwarming 0

10 DIMENSIONERING VAN EEN VLOERVERWARMING 0. Dimensionering van een vloerverwarming Bij het bepalen hoe een vloerverwarmingsinstallatie moet worden ontworpen, zijn er vaste richtlijnen te hanteren. Een correcte warmteverliesberekening vormt de basis. De vloeropbouw wordt bepaald. De aanvoertemperatuur wordt bepaald in functie van de warmtebron. De onderlinge buisafstand wordt bepaald in functie van de aanvoertemperatuur en het te compenseren warmteverlies. De definitieve uitwerking van een project gebeurt binnen de engineeringsafdeling van Hencofloor. Bij een eventueel voorontwerp kan een warmteafgiftetabel (berekening volgens pren -) geraadpleegd worden die een indicatief vermogen per m² weergeeft. Enkele belangrijke gegevens aangaande een vloerverwarmingsproject worden nader verklaard: kleiner de hartafstand van het buizennetwerk, hoe makkelijker de warmtegeleiding zal kunnen plaatsvinden tussen het medium (water) en de te verwarmen ruimte. Hierdoor zal het systeem ook sneller reageren. Randzone Dit is een zone waar het buizennetwerk op een kleinere hartafstand van elkaar ligt. Het doel hiervan is een hogere vloertemperatuur te verkrijgen en zodoende meer warmte af te geven. Standaard wordt dit toegepast bij een koudebrug aan een buitenmuur (vb. raamwerk) om zo het warmteverlies op deze plaats te compenseren. Een randzone bestaat bij voorkeur uit een aparte groep en mag maximaal m breed zijn t.o.v. de buitenmuur. In de hedendaagse woningbouw waarbij woningen moeten voldoen aan hoge isolatie- en energieeisen zijn randzones niet noodzakelijk: Dekvloer De dekvloer herbergt het buizennetwerk en verdeelt de warmte naar de ruimte. De dekvloer is zwevend (een los geheel) en volledig geïsoleerd van de dragende constructies en de omringende muren. De drukbelasting van een dekvloer voor woningen ligt tussen en kn/m² in functie van de dekvloerdikte en de samendrukbaarheid van de onderliggende isolatie (pren ). Het Hencofloor advies gaat uit van een cementgebonden dekvloer met een minimale dekking van, cm boven de buis. Een versteviging moet worden aangebracht in de vorm van een draadnet (maasgrootte: 0 x 0- mm). Deze versteviging kan ook bestaan uit vezels die in de dekvloer worden verwerkt. Bij industrievloeren (vb. beton) en vloeivloeren (vb. anhydrietvloeren) is altijd overleg met de Hencofloor engineeringsafdeling noodzakelijk. Mogelijk gelden er andere normen ten aanzien van het Hencofloor advies. U dient zich er dus van te verzekeren dat de specificaties van de dekvloer binnen deze normeringen liggen. Hartafstand (h.o.h.) Dit is de afstand tussen de vloerverwarmingsbuizen gemeten op de middelpunten. Deze afstand wordt bepaald in relatie tot de gewenste warmteafgifte, de gewenste reactietijd en de voorziene aanvoerwatertemperatuur (warmtebron). Hoe lager de benodigde warmteafgifte, hoe groter de hartafstand. Hoe Koudebruggen komen niet voor in de huidige nieuwbouw en renovatie. De vloertemperatuur is gelimiteerd. Door het gebruik van lage temperatuurbronnen wordt de hartafstand doorgaans al minimaal uitgelegd. Vloertemperatuur De vloertemperatuur mag niet te hoog oplopen anders heeft dit een slechte invloed op het menselijk lichaam. Door een te hoge vloertemperatuur kan het lichaam haar warmte onvoldoende kwijt ter hoogte van de voeten hetgeen het nodige ongemak veroorzaakt (opgezwollen voeten). Daarom wordt de vloertemperatuur begrensd in samenhang met de functie van de ruimte. Lokaal maximale vloertemperatuur Verblijfsruimte C Verkeersruimte/randzone C Badruimte C 0

11 Delta T Dit is de verschiltemperatuur tussen aanvoer en retour. Hoe lager de aanvoertemperatuur, hoe kleiner de delta T en hoe groter het benodigd debiet door een groep zal zijn. Bij de dimensionering moet er dus rekening gehouden worden met het werkingsregime van de gekozen warmtebron. Rtb-waarde (m²k/w) Deze waarde geeft de warmteweerstand weer gemeten boven de vloerverwarmingsbuis tot bovenzijde van de vloerafwerking. Hoe beter de warmtegeleiding van de dekvloer en de vloerafwerking, des te lager de Rtb-waarde zal zijn. Hencofloor adviseert om deze waarde steeds te beperken op maximaal 0,0 m²k/w. De Rt-waarde is de warmteweerstand van de vloerafwerking. Deze weerstand heeft een groot aandeel in de totale warmteweerstand Rtb. Het is dus aan te raden om een vloerafwerking te nemen met een goede warmtegeleidende eigenschap. Hieronder enkele vloerafwerkingen met bijbehorende Rt-waarden. Vloerafwerking tegel ( mm) linoleum ( mm) parket verlijmd (0 mm) laminaat ( mm) tapijt ( mm) Rt (max. 0,m²K/W, hencofloor advies) 0,0m²K/W (gemiddeld) 0,0m²K/W (gemiddeld) 0,0 m²k/w (gemiddeld) 0,0 m²k/w (gemiddeld) 0, m²k/w (gemiddeld) Opm. Wanneer er een parketvloer wordt gecombineerd met vloerverwarming dient men te verifiëren of het parket hiervoor daadwerkelijk geschikt is en of er al dan niet aan bijzondere eisen moet worden voldaan. Hencofloor zal de oppervlaktetemperatuur bij een parketvloer steeds beperken op C. warmteafgifte. Deze temperatuur wordt bepaald in relatie tot de warmtebron. De aanvoertemperatuur is steeds gelimiteerd. Te hoge temperaturen kunnen schade aan dekvloer en vloerafwerking veroorzaken. Toepassing vloerverwarming wandverwarming Aanvoerwatertemperatuur (pren-) C (maximaal)* 0 C (maximaal)* *In de praktijk komt deze waarde zelden boven C. Opbouwhoogte Dit is de hoogte gemeten vanaf de draagvloer en gerekend tot de bovenzijde van de afgewerkte vloer. Deze omvat een uitvullingslaag, een isolatielaag, de dekvloer en de vloerafwerking. Wanneer een gespoten isolatie wordt aangebracht dient deze mogelijk eveneens als uitvullingslaag. Belangrijk is dat bij het ontwerp van een woning rekening wordt gehouden met de benodigde opbouwhoogte van een vloerverwarmingsysteem. Vloerisolatie De vloerisolatie is de isolatie onder de dekvloer. Deze moet doorlopend zijn en voldoen aan de gestelde eisen. Wanneer zich onderliggend een verwarmde ruimte bevindt, volstaat een warmtedoorlaatweerstand van 0, m²k/w. Is deze onderliggende ruimte niet verwarmd of is er een direct contact met de volle grond, dan wordt deze waarde minimaal, m²k/w. In het geval er onder de dekvloer een buitentemperatuur aanwezig is, is een warmtedoorlaatweerstand van m²k/w minimaal vereist. (pren -). 0 Aanvoerwatertemperatuur Dit is de temperatuur van het aanvoerwater dat via de verdeler door de groepen circuleert. Wijziging van deze temperatuur heeft grote invloed op de uiteindelijke

12 DIMENSIONERING VAN EEN VLOERVERWARMING 0 Warmteafgiftetabel Hiernaast zijn de parameters omschreven die een correct gebruik waarborgen. De warmteafgiftetabel is indicatief te gebruiken, de uiteindelijke warmteafgifte wordt door de Hencofloor engineeringsafdeling berekend. De tabel geeft de warmteafgifte in Watt per m² met daaronder de bijbehorende oppervlaktetemperatuur. T0 Warmteafgifte tabel v C / u Rt 0,0 0, Watt per m² oppervlaktetemperatuur v aanvoerwatertemperatuur in C / delta T in C Rt warmtedoorlaatweerstand van de vloerafwerking in m²k/w u ruimtetemperatuur in C T hartafstand in cm

13 T0 T Warmteafgiftetabel voor PE-Xc/AL/PE-Xc meerlagenbuis mm v C / T 0 C 0 C / T C C / T C u Rt 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, v C / T 0 C 0 C / T C C / T C u Rt 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, T0 v C / T 0 C 0 C / T C C / T C u Rt 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, T, v C / T 0 C 0 C / T C C / T C u Rt 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, 0,0 0,0 0, 0,

14 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN. Overzicht van de verschillende systemen. Noppenplaat. Tacker. Montageprofiel. Draadmat. Droogsysteem. Speciale toepassingen

15 . Overzicht van de verschillende systemen Hencofloor heeft een breed assortiment aan vloerverwarmingssystemen. Hierna volgt een overzicht van de verschillende systemen samen met de Hencofloor systeemnamen. a) Noppenplaat b) Tacker PRO 0 p. PRO p. PRO budget p. CLIP p. CLIPQ (vloeivloeren) p. f) Speciale toepassingen INDUSTRIETOEPASSINGEN WORK p. WORK PRO p. BETONKERNACTIVERING CCA p. TUNNELBOUW CLIP-C p. SNEEUW EN IJS VRIJHOUDING F² p. OUTDOOR TOEPASSINGEN SPORTS p. WANDVERWARMING U-ONE p. 0 OMEGA p. 0 c) Montageprofiel U-ONE p. U-DOUBLE p. Speciale toepassingen worden steeds in detail uitgewerkt door de Hencofloor engineersafdeling. d) Draadmat MAZE K (klemmen) p. MAZE V (vlechten) p. e) Droogsysteem OMEGA p.

16 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN. Noppenplaat... PRO-0 Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis Noppenplaat Uitvullingslaag 0 Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte noppenplaat ( cm) - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking(vb. cm) Hartafstand - horizontaal/verticaal: 00, 0, 00 mm - diagonaal: 0, 0, 0 mm Buisdiameter: ø, ø mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt gemonteerd in een voorgevormde noppenplaat. Het is een snel te plaatsen systeem dat geen speciale gereedschappen vereist. Belangrijk is dat de noppenplaat op een volledig vlakke ondergrond geplaatst wordt. Er kan maximaal één isolatielaag extra toegepast worden onder de noppenplaat. De systeemnaam wordt uitgebreid met een bijkomend nummer wanneer er onder de noppenplaat een extra vlakke isolatieplaat wordt toegepast. PRO - 0 PRO - 0 PRO - 0 zonder bijkomende isolatie met vlakke isolatieplaat cm met vlakke isolatieplaat cm *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

17 ... Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem PRO-0. De vloerverwarmingsbuis met diameter, mm zijn beiden te verleggen in deze noppenplaat. UFH-ISOPRO0 UFH-ISO0 UFH-ISO0 UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PRO-DIA noppenplaat 0 mm vlakke isolatieplaat 0 mm (PRO-0) vlakke isolatieplaat 0 mm (PRO-0) randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg diagonaalhouder voor noppenplaat 0 UFH-ISOPRO-AD0 UFH-ISOPRO-ADA UFH-PLUG0 deurovergangstuk 0 mm uit isolatie voor noppenplaat deurovergangstuk uit PS voor noppenplaat montageplug vlakke isolatieplaat ) Wijziging systeemnaam bij gebruik van extra vlakke isolatieplaat. ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de noppenplaat. ) Deze producten zijn toebehoren van de vlakke isolatieplaat.

18 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0... Installatievoorschriften noppenplaat Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Indien er een vlakke isolatieplaat onder de noppenplaat wordt voorzien moet deze eerst geplaatst worden. Breng nu de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Vervolgens wordt de noppenplaat aangebracht op de gereinigde constructievloer of op de reeds geplaatste vlakke isolatieplaat. Noppenplaten worden met de van noppen voorziene PS flap aan elkaar bevestigd. De PE flap van de randisolatie wordt op de noppenplaat geduwd en later met de buis verder in de noppenplaat geklemd. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van de oppervlakte is bereikt. Hier wordt een lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Op deze manier liggen de buizen volgens de opgegeven hartafstand. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau.

19 ... PRO- Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis Noppenplaat Uitvullingslaag 0 Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte noppenplaat (, cm) - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking(vb. cm) Hartafstand - horizontaal/verticaal: 00, 0, 00 mm - diagonaal: 0, 0, 0 mm Buisdiameter: ø, ø mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt gemonteerd in een voorgevormde noppenplaat. Het is een snel te plaatsen systeem dat geen speciale gereedschappen vereist. Belangrijk is dat de noppenplaat op een volledig vlakke ondergrond geplaatst wordt. Er kan maximaal één isolatielaag extra toegepast worden onder de noppenplaat. De systeemnaam wordt uitgebreid met een bijkomend nummer wanneer er onder de noppenplaat een extra vlakke isolatieplaat wordt toegepast. PRO - PRO - PRO - zonder bijkomende isolatie met vlakke isolatieplaat cm met vlakke isolatieplaat cm *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

20 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0... Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem PRO-. De vloerverwarmingsbuis met diameter, mm zijn beiden te verleggen in deze noppenplaat. UFH-ISOPRO UFH-ISO0 UFH-ISO0 UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PRO-DIA noppenplaat mm vlakke isolatieplaat 0 mm (PRO-) vlakke isolatieplaat 0 mm (PRO-) randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg diagonaalhouder voor noppenplaat UFH-ISOPRO-AD UFH-ISOPRO-ADA UFH-PLUG0 deurovergangstuk mm uit isolatie voor noppenplaat deurovergangstuk uit PS voor noppenplaat montageplug vlakke isolatieplaat ) Wijziging systeemnaam bij gebruik van extra vlakke isolatieplaat. ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de noppenplaat. ) Deze producten zijn toebehoren van de vlakke isolatieplaat. 0

21 ... Installatievoorschriften noppenplaat Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Indien er een vlakke isolatieplaat onder de noppenplaat wordt voorzien moet deze eerst geplaatst worden. Breng nu de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Vervolgens wordt de noppenplaat aangebracht op de gereinigde constructievloer of op de reeds geplaatste vlakke isolatieplaat. Noppenplaten worden met de van noppen voorziene PS flap aan elkaar bevestigd. De PE flap van de randisolatie wordt op de noppenplaat geduwd en later met de buis verder in de noppenplaat geklemd. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van de oppervlakte is bereikt. Hier wordt een lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Op deze manier liggen de buizen volgens de opgegeven hartafstand. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau. 0

22 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN... PRO-Budget Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis Noppenfolie Isolerende uitvullingslaag 0 Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte noppenfolie - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking(vb. cm) Hartafstand - horizontaal/verticaal: 00, 0, 00 mm - diagonaal: 0, 0, 0 mm Buisdiameter: ø, ø mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt gemonteerd in een voorgevormde noppenfolie. Het is een snel te plaatsen systeem dat geen speciale gereedschappen vereist. Deze toepassing gaat uitstekend samen daar waar reeds een isolerende uitvulling is aangebracht. Dit systeem wordt echter niet aangeraden bij vloerkoeling (ter voorkoming van mogelijke condensvorming in de holle noppen). *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

23 ... Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem PRO-Budget. De vloerverwarmingsbuis met diameter, mm zijn beiden te verleggen in deze noppenfolie. UFH-PRO UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PRO-DIA UFH-ISOPRO-ADA UFH-FOIL-CLIP noppenfolie randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg diagonaalhouder voor noppenfolie deurovergangstuk uit PS voor noppenplaat folienagel 0 ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de noppenfolie.

24 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0... Installatievoorschriften noppenplaat Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Indien er een vlakke isolatieplaat onder de noppenplaat wordt voorzien moet deze eerst geplaatst worden. Breng nu de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Vervolgens wordt de noppenplaat aangebracht op de gereinigde constructievloer of op de reeds geplaatste vlakke isolatieplaat. Noppenplaten worden met de van noppen voorziene PS flap aan elkaar bevestigd. De PE flap van de randisolatie wordt op de noppenplaat geduwd en later met de buis verder in de noppenplaat geklemd. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van de oppervlakte is bereikt. Hier wordt een lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Op deze manier liggen de buizen volgens de opgegeven hartafstand. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau.

25 . Tacker.. CLIP / CLIPQ (vloeivloeren) Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis met tackernagel Dampscherm Vlakke isolatieplaat Uitvullingslaag 0 Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte isolatie (vb. cm) - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking (vb. cm) Hartafstand: 00, 0, 00 mm Buisdiameter: ø, ø, ø, ø0 mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt bevestigd door middel van tackernagels, een veelgebruikt systeem om grote oppervlakken te voorzien van vloerverwarming. Voor het plaatsen van de tackernagels dient men bijbehorend tackerapparaat te gebruiken. Voor één meter buis zijn gemiddeld tackernagels nodig. De lengte van de tacker is in relatie met van de onderliggende isolatiedikte. De systeemnaam wordt uitgebreid met een bijkomend nummer van 0, 0, 0, 0 of 0. Dit nummer geeft de dikte (mm) van onderliggende vlakke isolatie weer. CLIP - 0 CLIP - 0 CLIP - 0 CLIP - 0 CLIP - 0 *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

26 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0.. Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem CLIP De vloerverwarmingsbuis met diameter,,, 0 mm zijn te verleggen met deze toepassing. UFH-TACK-0 UFH-TACK-0 tackernagel 0 mm (buisdiameters,,, 0 mm) tackernagel 0 mm (buisdiameters,,, 0 mm) UFH-TACK- tackernagel mm (buisdiameter mm) (CLIPQ-0 t/m 0) UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (CLIP-0 t/m 0) UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (CLIP-0 t/m 0) UFH-TACK-KLS UFH-TACK-ROL UFH-SCOTCH- klapset isolatie isolatie op rol kleefband voor klapset isolatie en isolatie op rol UFH-FOIL-R00 UFH-FOIL-CLIP UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PLUG0 PE folie met rastermarkering folienagel randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg montageplug vlakke isolatieplaat ) Tackernagel voor vloeivloeren (benodigd hiervoor geëigend tackerapparaat). ) Wijziging systeemnaam bij gebruik van extra vlakke isolatieplaat. ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de PE folie. ) Deze producten zijn toebehoren van de vlakke isolatieplaat

27 .. Installatievoorschriften tacker Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Breng eerst de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Indien er twee lagen vlakke isolatie worden voorzien, moet eerst de onderliggende isolatielaag geplaatst worden alvorens de randisolatie aan te brengen. Bij twee lagen vlakke isolatie steeds deze twee lagen haaks ten opzichte van elkaar plaatsen. Waar nodig wordt de isolatie verder verankerd op de constructievloer met de hiervoor bedoelde pluggen. Vervolgens wordt op de isolatie een PE folie overlappend aangebracht (min. cm overlappend). Deze PE folie dient te zijn voorzien van een rastermarkering, zodoende kan men zich duidelijk oriënteren bij het verleggen van de buis. De PE folie verankeren met de hiervoor bedoelde clips. De flap van de randisolatie wordt op de PE folie gelegd. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van het vlak is bereikt. Hier wordt een lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Op deze manier liggen de buizen volgens de opgegeven hartafstand. Wanneer de vloerverwarmingsbuis wordt geplaatst, deze fixeren op de isolatie met de tackernagels. Zorg ervoor dat er voldoende tackernagels worden gebruikt zodoende dat de buis overal aansluit tegen de isolatie. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau. 0

28 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN. Montageprofiel.. U-ONE / U-DOUBLE 0 Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis Montageprofiel Dampscherm Vlakke isolatieplaat Uitvullingslaag Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte isolatie (vb. cm) - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking (vb. cm) Hartafstand: 00, 0, 00 mm Buisdiameter: ø, ø, ø,ø0 mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt gemonteerd in een montageprofiel. Dit is een snel te plaatsen systeem dat geen speciale gereedschappen vereist. Het montageprofiel kan bevestigd worden met bevestigingsnagels. De systeemnaam wordt uitgebreid met een bijkomend nummer van 0, 0, 0, 0 of 0. Dit nummer geeft de dikte (mm) van onderliggende vlakke isolatie weer. U-ONE - 0 U-DOUBLE - 0 U-ONE - 0 U-DOUBLE - 0 U-ONE - 0 U-DOUBLE - 0 U-ONE - 0 U-DOUBLE - 0 U-ONE - 0 U-DOUBLE - 0 *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

29 .. Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem U-ONE of U-DOUBLE. De vloerverwarmingsbuis met diameter,,, 0 mm zijn te verleggen met deze toepassing. UFH-UP-M UFH-UP UFH-UP-CUP0 montageprofiel m (buisdiameter mm) (U-ONE) montageprofiel, m (buisdiameter,,, 0 mm) (U-DOUBLE) bevestigingsnagel voor montageprofiel UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (U-ONE-0 t/m 0) (U-DOUBLE-0 t/m 0) UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (U-ONE-0 t/m 0) (U-DOUBLE-0 t/m 0) UFH-FOIL-R00 UFH-FOIL-CLIP PE folie met rastermarkering folienagel 0 UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PLUG0 randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg montageplug vlakke isolatieplaat ) Wijziging systeemnaam bij gebruik van extra vlakke isolatieplaat. ) Deze producten zijn toebehoren van de PE folie. ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de vlakke isolatieplaat.

30 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0.. Installatievoorschriften montageprofiel Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Breng eerst de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Indien er twee lagen vlakke isolatie worden voorzien, moet eerst de onderliggende isolatielaag geplaatst worden alvorens de randisolatie aan te brengen. Bij twee lagen vlakke isolatie steeds deze twee lagen haaks ten opzichte van elkaar plaatsen. Waar nodig wordt de isolatie verder verankerd naar de constructievloer met de hiervoor bedoelde pluggen. Vervolgens wordt op de isolatie een PE folie overlappend aangebracht (min. cm overlappend). Deze PE folie dient te zijn voorzien van een rastermarkering, zodoende kan men zich duidelijk oriënteren bij het verleggen van de buis. De PE folie verankeren met de hiervoor bedoelde clips. De flap van de randisolatie wordt op de PE folie gelegd. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. Vervolgens de montageprofielen plaatsen overeenkomstig het vooropgesteld verlegplan. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van het vlak is bereikt. Hier wordt en lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Op deze manier liggen de buizen volgens de opgegeven hartafstand. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau. 0

31 . Draadmat.. MAZE Randisolatie Vloerafwerking Dekvloer Vloerverwarmingsbuis met bevestigingsclip Draadmat Dampscherm Vlakke isolatieplaat Uitvullingslaag 0 Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte isolatie (vb. cm) - Dikte dekvloer (*) - Dikte vloerafwerking(vb. cm) Hartafstand: 00, 0, 00, 00 mm Buisdiameter: ø, ø, ø, ø0 mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem waarbij de buis wordt gemonteerd op een draadmat door middel van bevestigingsclips of binddraad. De draadmat is te verkrijgen in rasterformaat cm x cm en 0 cm x 0 cm. Hieronder worden de systeemnamen nader verklaard. MAZE - (.) (.,.) Onderliggende vlakke isolatieplaat (,,,, ) Afmeting raster (0 of ) Manier van bevestigen (K = klemmen of V = vlechten) *Dikte van de dekvloer overeenkomstig de geldende norm. Hencofloor adviseert een minimale dekking van, cm boven de buis.

32 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN 0.. Systeemmaterialen Volgende materialen behoren tot het systeem MAZE. De vloerverwarmingsbuis met diameter,,, 0 mm zijn te verleggen met deze toepassing. UFH-RAS0 UFH-RAS UFH-RAS-RB UFH-RAS-CLIP UFH-RAS-CLIP UFH-RAS-CLIP0 UFH-RAS-BINDB draadmat met raster 0 cm draadmat met raster cm verbindingsclip voor draadmatten plastic bevestigingsclip voor buis mm Plastic bevestigingsclip voor buis mm en mm plastic bevestigingsclip voor buis 0 mm stalen vlechtdraad 0 mm voor alle buisdiameters UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (MAZE- t/m ) UFH-ISO0 vlakke isolatieplaat 0 mm (MAZE- t/m ) UFH-FOIL-N UFH-ISOBOARD UFH-DH0 UFH-ADN0 UFH-DP00 UFH-PLUG0 PE folie randisolatie voegdoorganghuls toevoegmiddel voor zandcement dekvloer uitzettingsvoeg montageplug vlakke isolatieplaat ) Wijziging systeemnaam bij gebruik van extra vlakke isolatieplaat. ) Dit product is in meerdere uitvoeringen beschikbaar. ) Deze producten zijn toebehoren van de vlakke isolatieplaat.

33 .. Installatievoorschriften draadmat Plaatsing (zie hoofdstuk ) De ruimte moet schoon zijn opgeleverd. Breng eerst de randisolatie aan langs alle wanden en constructies die in contact komen met de dekvloer. De PE flap van de randisolatie moet zich aan de binnenzijde van de ruimte bevinden. Indien er twee lagen vlakke isolatie worden voorzien, moet eerst de onderliggende isolatielaag geplaatst worden alvorens de randisolatie aan te brengen. Bij twee lagen vlakke isolatie steeds deze twee lagen haaks ten opzichte van elkaar plaatsen. Waar nodig wordt de isolatie verder verankerd naar de constructievloer met de hiervoor bedoelde pluggen. Vervolgens wordt op de isolatie een PE folie overlappend aangebracht (min. cm overlappend). De flap van de randisolatie wordt op de PE folie gelegd. De draadmatten worden naast elkaar geplaatst, waarbij de draadmatten onderling bevestigd dienen te worden door middel van bevestigingsclips of binddraad. Daar waar uitzetvoegen voorzien zijn, dient men de draadmatten door te snijden. Na goedkeuring van het verlegplan en de bijbehorende technische bijlage kan men starten met het plaatsen van de vloerverwarmingsbuis. De buis wordt van de buitenzijde naar het midden toe verlegd (slakkenhuispatroon). Er wordt een afstand tussen de buizen van maal de opgegeven hartafstand aangehouden tot het middelpunt van het vlak is bereikt. Hier wordt een lus gemaakt van 0 om vervolgens weer naar buiten te werken tussen de reeds verlegde buis. Indien de vloerverwarmingsbuis met klemmen wordt bevestigd op de draadmatten moeten deze eerst overeenkomstig het vooropgesteld verlegplan geplaatst worden. Bij gebruik van de binddraad wordt deze aangebracht tijdens het verleggen van de buis. Druktest Als de vloerverwarmingsbuizen aangesloten zijn op de verdeler wordt de installatie gevuld. Hierbij wordt elke groep apart gevuld om alle lucht te verwijderen uit de installatie. Vervolgens wordt er afgeperst bij een druk van minimaal en maximaal 0 bar (naar gelang de eigenschappen van de verdeler). Deze druk zal gedurende uur aangehouden worden en mag dalen met ongeveer bar. Dekvloer (zandcement) In de specie van de dekvloer wordt een toevoegmiddel verwerkt om de mechanische weerstand en de vloeibaarheid van de dekvloer te verbeteren. Op deze wijze wordt een optimaal contact tussen specie en buis verkregen. De specie wordt in lengterichting aangebracht en aangedrukt tegen de buis. De juiste hoeveelheid toevoegmiddel wordt door Hencofloor opgegeven. De minimale dikte van de dekvloer boven de buis bedraagt, cm. De dekvloer wordt voorzien van een verstevigingsnet (maasgrootte: 0 x 0 - mm) of van verstevigingsvezels. De vloerverwarmingsbuis dient zo weinig mogelijk te kruisen met de uitzetvoeg. Waar dit toch het geval is wordt de buis losgemaakt over een lengte van 0 cm centraal op de uitzetvoeg. Hier wordt de buis voorzien van een voegdoorganghuls die het gewicht van de dekvloer weerstaat. Op deze manier kan de buis vrij bewegen over de uitzetvoeg. De uitzetvoegen worden geplaatst zoals opgegeven op het verlegplan. Standaard worden deze voorzien bij oppervlakten groter dan 0 m². Een vlak moet steeds rechthoekig zijn. Indien nodig wordt er via de uitzetvoegen rechthoekig ingedeeld. De lengte breedte verhouding van zo een rechthoek mag niet groter zijn dan op. Er moeten uitzetvoegen worden voorzien op hoeken van de bouwconstructie die een vlak met vloerverwarming insnijden. Opstart installatie Deze handeling mag enkel gebeuren na het drogen van de dekvloer. De droogtijd is ongeveer dagen per cm dikte van de dekvloer met een minimum van dagen. Voor het drogen van de dekvloer mag in geen geval de vloerverwarmingsinstallatie gebruikt worden. Bij de opstart begint men met een aanvoerwatertemperatuur gelijk aan de ruimtetemperatuur. De aanvoerwatertemperatuur wordt per dag met C verhoogd tot aan de maximale werkingstemperatuur die vervolgens dagen wordt aangehouden. Hierna brengt men de aanvoerwatertemperatuur op dezelfde wijze weer omlaag naar het gewenste niveau. 0

34 OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE SYSTEMEN. Droogsysteem.. OMEGA - 0 Randisolatie Vloerafwerking Gipsplaat Dampscherm Stralingsverdeelplaat Vloerverwarmingsbuis met stralingsgeul Droogsysteemplaat Uitvullingslaag Opbouwhoogte: - Dikte uitvullingslaag (vb. cm) - Dikte droogsysteemplaat (, cm) - Dikte gipsplaat (, cm) - Dikte vloerafwerking ( cm) Hartafstand: 00, 00 mm Buisdiameter: ø mm Omschrijving Dit is een vloerverwarmingssysteem in geval er een kleine opbouwhoogte voor handen is. Ook een belangrijke eigenschap is het geringe gewicht van het totale droogsysteem. Bijgevolg kan het systeem toegepast worden daar waar de dragende constructie minder sterk is (vb. skeletbouw). De systeemnaam wordt uitgebreid met een bijkomend nummer van of. Dit nummer geeft de dikte (cm) van onderliggende vlakke isolatie weer. OMEGA - OMEGA - OMEGA - zonder bijkomende isolatie met vlakke isolatieplaat cm met vlakke isolatieplaat cm