Wat kan er nog over Joop Zoetemelk geschreven worden wat niet allang bekend is. Hij is met voorsprong de meest gewone van alle bekende Nederlanders.

Transcriptie

1 Wat kan er nog over Joop Zoetemelk geschreven worden wat niet allang bekend is. Hij is met voorsprong de meest gewone van alle bekende Nederlanders. En dat is ook zijn charme. Joop is Joop, zegt iedereen die in de wielersport met hem van doen heeft gehad. Altijd zichzelf, nooit in een staat van opwinding en zo transparant als het gebied waar hij opgroeide: het Groene Hart. 50

2 Rondje Joop Joop is Joop De oudste in een gezin van vijf kinderen was nooit wielrenner geworden als het in 1963 niet zo onbarmhartig was gaan vriezen. De strengste winter van de hele twintigste eeuw. Joop Zoetemelk (1946), destijds leerling-timmerman in de bouw, ging in de vorstverlet omdat er met die kou toch niet getimmerd kon worden. Maar Joop kan niet stilzitten en daarom ging-ie schaatsen. Dat kon-ie goed en een carrière als tijdgenoot van Ard en Keessie lag in het verschiet. Maar de winter ging voorbij en de winter daarna was opvallend zacht. Joop ging fietsen om zich voor te bereiden op een ijzige periode met een dik pak natuurijs op de sloten, vaarten en plassen rondom Rijpwetering. Maar er kwam maar geen ijs en Jopie leefdezich uit op de pedalen van zijn veel te grote fiets. En hij ontdekte dat hij nog veel beter kon wielrennen dan dat hij kon schaatsen. In 1968 won hij olympisch goud, een jaar later de Tour de l Avenir, elf jaar daarna de Tour de France en nog eens vijf jaar later werd hij wereldkampioen. En dat zijn maar vier van de in totaal 320 overwinningen die hij in 24 jaar bijeenfietste. De beste Nederlandse wielrenner aller tijden, de eenvoud zelf en een lieve, aardige man die met veel plezier aan dit boekje meewerkte. Hij is een van de weinige groten in de wielersport die geen bijnaam heeft. Waarom ook? Want Joop is gewoon Joop. That s all there is to it. Wat heeft Joop met de fiets? Ik heb altijd gefietst. Als kind van Rijpwetering naar Leiden waar ik op de ambachtschool zat. Ik kon ook met de bus, maar met de fiets was ik 51

3 Rondje Joop sneller thuis. Om m n vader te helpen. Die had wel 300 mestvarkens en die moesten gevoederd en verzorgd worden. Hij kon wel een handje gebruiken. Later ben ik gaan schaatsen om wat om handen te hebben. En daarna gaan fietsen, want ik kan niet stilzitten. Het ging wel aardig. Op de clubwedstrijdjes won ik vaak. Toen heb ik een nationale licentie aangevraagd en dat was het begin van een lange loopbaan. Ik heb twintig jaar gereisd van wedstrijd naar wedstrijd. Ik heb een mooie carrière gemaakt. Ik fiets nu niet meer zoveel. Ik heb vijf fietsen in de garage hangen, maar ik fiets er maar op één. Die andere, een Raleigh van de Tour en een Colnago van het WK en nog een paar, raak ik nooit meer aan. Alleen die nieuwe, daar rij ik nog wel eens op. Soms denk ik wel eens: Wat zou er van me geworden zijn zonder die fiets? Ik weet het niet. Schaatsen vond ik ook leuk, en hardlopen, en skiën. En jagen natuurlijk. Het had allemaal gekund. Maar ik ben fietser geworden. trouwen. Ik woon al weer meer dan 35 jaar in Frankrijk, maar het Groene Hart ben ik nooit vergeten. Vorig jaar logeerde ik een paar dagen bij mijn broer in Roelofarendsveen. Hij moest natuurlijk werken en toen heb ik zijn fiets gepakt en m n oude rondje gereden. Al die weggetjes van vroeger weer eens opgezocht. Het was nog precies hetzelfde, alleen is het verkeer drukker en liggen er overal rotondes. Maar dat is in Frankrijk net eender. Het wordt ook steeds minder groen. Daar zouden ze wat aan moeten doen. Maar ik vond het toch wel leuk om het na al die jaren weer terug te zien. Wat heeft Joop met het Groene Hart? Het is een heel mooi gebied, daar ben ik me altijd van bewust geweest. Ik ben er opgegroeid en heb er ook altijd gewoond tot ik ging 52

4

5 Amsterdam Weesp Uithoorn Leiden Nieuwkoop Breukelen Loosdrecht Alphen a/d Rijn Leidschendam Zoetermeer Woerden Utrecht Gouda Oudewater Vianen Schoonhoven Rotterdam Nederlek Leerdam Sliedrecht Gorinchem

6 De route van Rondje Joop 1. vanuit Rijpwetering richting A4 en aan de zuidkant parallel aan de snelweg naar Hoogmade; 2. door Hoogmade naar het zuiden en bij de N446 linksaf op het fietspad richting Woubrugge; 3. bij de Wijde Aa het water volgen naar Woubrugge; 4. op de N446 rechtsaf naar Ter Aar; 5. door Ter Aar heen en dan linksaf via Korteraar en langs Nieuwveen links aanhouden naar Bilderdam; 6. van daar langs het water via Vriezekoop naar Leimuiden; 7. verder naar Leimuiderbrug en daar linksaf richting Weteringbrug; 8. doorfietsen en over de A4 naar Vredeburg en daar linksaf terug naar Rijpwetering. Ik heb het nooit bijgehouden, maar ik denk dat dit rondje een kilometer of 40 is. Een leuk tochtje dat ik altijd reed als ik me tussen veel koersen een beetje los wilde trappen. Dan ben je in conditie en dan heb je niet zoveel nodig. Veel plezier! Joop Zoetemelk 55