WERKBOEK LOOPBAANORIENTATIE VMBO 4 TL WERKBOEK LOOPBAANORIËNTATIE VMBO 4 TL

Transcriptie

1 WERKBOEK LOOPBAANORIËNTATIE VMBO 4 TL

2 Inhoudsopgave Inleiding: Hoe is LOB in 4TL opgebouwd?... 2 Belangrijke data schooljaar De LOB-opdrachten... 6 MBO opdrachten... 6 MBO proefstuderen... 9 Het sectorwerkstuk...11 Inleiding Deelvragen Je hoofdvraag: Heb ik de juiste competenties om. te worden?...14 Eindevaluatie Beoordeling sectorwerkstuk Beroepsoriënterende stage...16 Tijdens de stage Bijlagen Bijlage 1. Studieplanner LOB Bijlage 2. Stagecontract VMBO 4 TL Bijlage 3: Beoordeling stage VMBO 4 TL Bijlage 4: Beoordeling stageverslag Bijlage 5. Beoordeling sectorwerkstuk

3 Inleiding: Hoe is LOB in 4TL opgebouwd? Je bent bezig met jouw toekomstige loopbaan ontwikkeling: het is belangrijk dat je een goede en doordachte keuze maakt voor een Mbo-vervolgopleiding en daarop volgend een bij jou passend beroep. Oriëntatie op jouw toekomstige loopbaan ligt in jouw handen. Je zult zelf moeten ontdekken wat bij je past, waar jouw kwaliteiten liggen, welk beroep je wilt gaan uitoefenen en welke opleiding daarbij past. De verschillende onderdelen van LOB in 4TL kunnen je daarbij helpen. LOB in 4 TL is onderverdeeld in 3 onderdelen, te weten: 1. LOB-opdrachten 2. Sectorwerkstuk 3. Beroepsoriënterende stage Hier vind je voor elk onderdeel een korte omschrijving van de opdrachten die je dit schooljaar gaat uitvoeren. Alle verplichte onderdelen van LOB VMBO 4 TL vind je in het PTA van LOB, bijlage 1. De LOB-docent zal aangeven wanneer welke opdracht uitgevoerd wordt en wanneer je deze moet inleveren. Jij bent er uiteraard zelf verantwoordelijk voor om de opdrachten uit te voeren en op de juiste datum en manier in te leveren. De planning voor kun je vinden in bijlage 1. Onderdeel 1: LOB opdrachten 1. Collage en elevator pitch 2. MBO-opdrachten 3. Proefstuderen Onderdeel 2: Sectorwerkstuk Dit jaar ga je een werkstuk schrijven over het beroep waarvan je nu denkt dat het bij je past, dit noemen we het sectorwerkstuk. Je zult gaan onderzoeken of dit beroep daadwerkelijk bij jou en je competenties/vaardigheden past. Dat doe je aan de hand van (deel)vragen waarbij je antwoord geeft op jouw hoofdvraag. Het beoordelingsformulier voor jouw sectorwerk vind je in bijlage 5. 2

4 Onderdeel 3: Beroepsoriënterende stage 1. Voorafgaande aan stage: Tijdens de introductiedagen aan het begin van het schooljaar maak je een sollicitatiebrief met CV. Dat is ter voorbereiding op de sollicitatietraining. Zowel de brief als de training kunnen jou helpen in je voorbereiding voor een goede stage. Je zult wel zelf een stageplek moeten vinden. Je stage in 4TL is een belangrijk onderdeel van LOB. Je kan direct, in de praktijk, ondervinden of het beroep wat jij wilt gaan uitoefenen ook echt bij jou past. Zorg dus dat je een stageplaats regelt in jouw beroepssector. Zodra je een plek gevonden hebt, vul je samen met je stagebegeleider (van het bedrijf) je stage overeenkomst in. Wanneer jouw stagecontract volledig en juist ingevuld is, met handtekening van jouw stagebegeleider, lever je deze in bij mevrouw Andeweg. De uiterste inleverdatum is 1 december 2015! 2. Tijdens de stage: Je zult tijdens je stageweek 5 dagen (40 uur) stage lopen. Je draait mee in het bedrijf en neemt 'een kijkje achter de schermen'. Houd er rekening mee dat je tijd inplant voor de stageopdrachten die je moet maken. Op de laatste dag vul je samen met je begeleider de stagebeoordeling in (bijlage 3). Dit is het bewijs van afronding van je stage. LET op: zonder handtekening en beoordeling, is je stagebeoordeling ongeldig. 3. Na de stage Na afloop van je stageweek maak je een eindverslag waarin je je stage evalueert (gebruik bijlage 4). Aan het begin van de eerste LOB-les na je stage lever je je stageeindverslag met de stageopdrachten uitgeprint in, samen met de stagebeoordeling die jouw stagebegeleider (van het bedrijf) heeft ingevuld. 3

5 Werkwijze: Wanneer kan je aan LOB werken? Aan de LOB-opdrachten en het sectorwerkstuk werk je gedurende het hele schooljaar. Veel hiervan kan je doen tijdens de lessen LOB (zie planning). Hoe meer je tijdens de lessen doet, hoe minder je thuis hoeft te doen! Tijdens de lessen LOB word je begeleid door je docent LOB; hierbij gaat het vooral om de inhoud van je sectorwerkstuk maar ook losse opdrachten. Heb je mentorles in een computerlokaal, dan zou je kunnen werken aan de vorm van je sectorwerkstuk, aan het schrijven van evaluatie(s), je stage bespreken of eens het moment nemen om met je mentor jouw toekomstige keuzes te bespreken. Begeleiders sectorwerkstuk schooljaar Je docent LOB is de hoofdbegeleider van het sectorwerkstuk en LOB. Hij/zij beoordeelt jouw gemaakte opdrachten en bewaakt de voortgang. Je mentor zal betrokken zijn bij jouw keuze voor een vervolgopleiding. Je docent Nederlands zal extra uitleg en begeleiding geven bij bepaalde onderdelen met betrekking tot het vak Nederlands, denk hierbij aan je sollicitatiebrief met C.V. Mededeling voor doublanten Leerlingen die de vierde klas voor de tweede keer doen en vorig jaar al een sectorwerkstuk met een voldoende of goed hebben afgerond, hoeven het sectorwerkstuk niet opnieuw te maken. Let op, aanwezigheid in de lessen LOB en een aantal activiteiten zijn wel degelijk verplicht, bijvoorbeeld het MBO-proefstuderen, de beroepsoriënterende stage. Alle relevante evaluaties, opdrachten en voorbereidingen zijn daarbij inbegrepen. Beoordeling Om je VMBO-diploma te kunnen halen, MOET je uiteindelijke sectorwerkstuk, je beroepsoriënterende stage en het vak LOB met een 'voldoende' of 'goed' beoordeeld zijn. Bij de eindbeoordeling van LOB wordt er ook gekeken hoe de voorbereiding, de uitwerking/uitvoering van de opdrachten en de reflectie/terugblik van alle onderdelen is verlopen. Verder wordt er gekeken naar je inzet en aanwezigheid tijdens de lessen LOB. Ook in hoeverre je serieus en enthousiast bezig bent met het kiezen van een juiste vervolgopleiding! Belangrijk is om te benadrukken dat jij en je ouders er zelf verantwoordelijk voor zijn dat je op tijd ingeschreven bent bij een Mbo-vervolgopleiding. Uiterlijk 1 april 2016! 4

6 Belangrijke data schooljaar september: Ouderavond M4 30 september: Sollicitatietraining M4 12 t/m 16 oktober: Excursieweek Londen 13 oktober: Mondiraan markt (LWP) van tot oktober: Techniek markt ROC Mondriaan van tot oktober: Mbo Proefstuderen: Mondriaan Carrousel (fase 1) 6-13 november: Schoolexamen 6 24 november: Mbo Proefstuderen: Mondriaan Carrousel (fase 2) 18 t/m 22 januari: Schoolexamen 7 3 februari: Open Dag ROC Mondriaan uur 15 t/m 19 februari: Beroepsoriënterende stage VMBO 4 TL 16 maart: Deadline uitgeprinte versie sectorwerkstuk 1 april 2015: Uiterste datum aanmelding MBO 4 april t/m 8 april: Schoolexamen 8 13 t/m 29 mei: Centraal Schriftelijk Eindexamen (CSE) 1 e tijdvak 10 juni: Uitslag CSE 1 e tijdvak 21, 22 en 23 juni: Centraal Schriftelijk Eindexamen (CSE) 2 e tijdvak 30 juni: Diploma-uitreiking VMBO 4 TL Belangrijke websites Websites verschillende MBO scholen: Veel voorkomende beroepen Overzicht beroepen Allerlei Administratie en ICT Auto s Allerlei - inclusief beschrijvingen Techniek Hout & Meubel Schilder en afwerkingstechnieken Zorg Handel

7 De LOB-opdrachten Collage en elevatorpitch Aan het begin van het schooljaar maak je een collage. Je ontvangt daarover meer informatie tijdens de les. Na afloop presenteer je die collage aan je klasgenoten in de vorm van een elevatorpitch. Een elevator pitch betekent letterlijk een verkooppraatje-in-de-lift. Een korte, snelle presentatie van 1 minuut waarin je kort, professioneel, enthousiast en overtuigend een boodschap overbrengt. Tijdens de elevatorpitch geef je een omschrijving van jouw collage, en dus van jezelf; Wie ben je? Wat zijn je hobby s? Heb je een bijbaantje? Wat zijn goede, of misschien wel slechte eigenschappen? Wat zijn je toekomstplannen en Welk beroep wil je later uitoefenen/ overweeg je en waarom? Of: waarom twijfel je en waarover twijfel je? Tips: - Let op je houding; sta rechtop, schouders recht en overtuigd van jezelf. - Denk erom goed te articuleren; spreek de woorden duidelijk uit, praat niet te snel. - Let op je taalgebruik; gebruik algemeen beschaafd Nederlands (ABN). MBO-opdrachten Opdracht 1. Wegwijs in het MBO Bekijk de DVD "Wegwijs in het MBO". Deze DVD laat je docent LOB zien tijdens een les LOB, maar je kunt de DVD ook zelf bekijken via de website Door onderstaande vragen te beantwoorden, krijg je wat meer kennis over het MBO; je leert hoe het MBO georganiseerd is, hoe het er allemaal aan toe gaat op zo'n school en je bekijkt welke mogelijkheden er zijn. a) Wat wordt er bedoeld met het woord niveau? Welke niveaus kent het MBO en wat is het verschil? b) Wat wordt bedoeld met een kwalificatie? Wanneer heb je een startkwalificatie en wat wordt daarmee bedoeld? 6

8 c) Waar staan de afkortingen BOL en BBL voor? d) Wat is het verschil tussen een BOL- en BBL-opleiding? e) Waarom is het voor ouders/verzorgers belangrijk Open Dagen te bezoeken? f) Welke websites kun je raadplegen voor meer informatie over beroepen, Mboopleidingen, stages en Open Dagen? g) Zoekopdracht: zoek op de website van jouw toekomstige ROC de Mbo-opleiding die jij graag (of misschien) zou willen volgen. Welke school/opleiding is dat? h) Maak een lijstje met vragen wat er nog onduidelijk voor je is over het MBO en wat je nog graag zou willen weten. Dit kun je vragen tijdens het Mbo Proefstuderen of een open dag...?..?..? Opdracht 2: Mijn opleiding Voor de volgende vragen ga je specifiek op zoek naar informatie over jouw Mbo-opleiding of een opleiding die je interessant lijkt. Zoek op websites van verschillende ROC's waar ze de opleiding aanbieden. Kijk in informatieboekjes, flyers, brochures, de Mbo-gids en op waar ze jouw opleiding omschrijven. a) Voor welke opleiding kies jij (op dit moment)? Geef argumenten. Geef aan als je nog twijfelt tussen twee opleidingen en waarom.... b) Op welke MBO-school bieden ze jouw Mbo-opleiding allemaal aan en welke school spreekt jou het meeste aan? Waarom? 7

9 ... c) Welke vaardigheden/competenties zijn hier vereist (bijv. geduld als je gaat werken met kinderen)? Heb jij deze vaardigheden? Leg je antwoord uit aan de hand van voorbeelden. Wat zijn je sterke en zwakke punten? Geef duidelijk aan waarom wel of niet.... d) Welke vaardigheden/competenties moet je nog leren? Wat is er denk je makkelijk en moeilijk aan de opleiding die je gaat volgen? Welke competenties kan je nog dit schooljaar leren en wat ga je leren in het MBO?... Opdracht 3: Doorstroommogelijkheden Vraag een brochure, folder of informatieboekje van jouw ROC of kijk op internet: zoek onder doorstroommogelijkheden bij jouw Mbo-opleiding en noteer deze. Welke mogelijkheid (mogelijkheden) is er voor jou? Wat is de aansluiting met het HBO? Welke beroepen kun je uitoefenen met je opleiding? Kun je je nog specialiseren binnen de opleiding? Geef duidelijk aan welk traject jij denkt te gaan volgen: 8

10 MBO proefstuderen Aan de hand van jouw elevator pitch, word je ingedeeld voor het proefstuderen. Het Mbo Proefstuderen bestaat uit 3 fasen: fase 1, fase 2 of fase 3. Hieronder zie je wat elke fase inhoudt: Fase 1: Carrousel Voor leerlingen die nog geen keuze hebben gemaakt voor een beroeps- of opleidingsrichting. Het programma bestaat uit: intro mbo - informatief programma - verwijzen naar vervolgactiviteiten. Het streven is onze studenten te betrekken bij de uitvoering van het programma. De carrousel zal uitgevoerd worden aan ROC Mondriaan op de locatie Leeghwaterplein. 27 oktober 2015 Fase 3: Individueel proefstuderen Voor leerlingen die (redelijk) zeker zijn over de beroeps- en opleidingsrichting en willen ervaren hoe de opleiding van hun keuze in de praktijk is. Voor het individueel proefstuderen worden geen vaste data ingepland. Ook voor individueel proefstuderen melden vmbo-leerlingen zich aan via de aanmeldmodule en ze kunnen daarbij voorkeursmomenten aangeven. De contactpersoon van de opleiding communiceert naar leerling en decaan het tijdstip waarop de activiteit gaat plaatsvinden. Uw leerlingen wonen reguliere onderwijsactiviteiten bij. Fase 2: Branchegerichte activiteit Voor leerlingen die een keuze hebben gemaakt voor een beroepsrichting, maar nog niet voor een specifieke opleidingsrichting. Vaste onderdelen in het programma zullen zijn: intro branche - rondleiding langs leervloer/ leerbedrijven - informatief programma met verwijzing naar vervolgactiviteiten. 24 november 2015 Planning activiteiten Proefstuderen Fase 1: dinsdagen van uur tot uur. Fase 2: dinsdagen van uur tot uur met uitzondering van de School voor Lifestyle, Sport en Bewegen van 14:00 tot 15:30 uur. Zie voor meer informatie over proefstuderen en andere LOB-activiteiten. Of neem contact op met het Studie en Loopbaancentrum of proefstuderen@rocmondriaan.nl. Op datum Zorg ervoor dat je tijdens het Mbo Proefstuderen wordt ingedeeld bij de MBO-school (vestiging, locatie) waar jij volgend schooljaar waarschijnlijk je vervolgopleiding gaat volgen. Tijdens fase 3 van het Mbo Proefstuderen (Individueel Proefstuderen) kun je een dag meelopen met een MBO-student aan ROC Mondriaan. Ook op het ID-College worden speciale meeloopdagen georganiseerd. Je krijgt hierover informatie van je LOB-docent. Verzamel tijdens deze middag zoveel mogelijk informatie over de opleiding, vraag zoveel mogelijk, neem folders en brochures mee, zorg ervoor dat je een duidelijk beeld krijgt van de school want in maart/april moet jij je op die school gaan inschrijven! 9

11 10

12 Het sectorwerkstuk Elke leerling VMBO TL moet als onderdeel van zijn Schoolexamen (SE) een sectorwerkstuk maken. In dit werkstuk ga je onderzoeken of een beroep bij je past. Dit beroep mag je zelf kiezen, dat kan voor iedereen anders zijn. Belangrijk is dat het beroep; - realistisch is en past bij jouw interesses, - aansluit bij de sector waarin je eindexamen aflegt, - past in de richting waarin je volgend schooljaar een vervolgopleiding wilt gaan doen. Of dat beroep bij jou past, ga je onderzoeken aan de hand van een onderzoek naar jouw competenties. Je zult individueel onderzoeken of je over de juiste competenties (combinatie van kennis, vaardigheden en persoonlijke eigenschappen) beschikt om later een bepaald beroep uit te kunnen oefenen. De hoofdvraag van het competentieonderzoek is dus: "Heb ik de juiste competenties om te worden?" * (*zelf een beroep naar keuze invullen) Om antwoord te krijgen op de hoofdvraag, maak je gebruik van een aantal (vaste) deelvragen om het onderzoek overzichtelijk te houden. Iedere leerling heeft de volgende 5 (vaste) deelvragen: 1. Welke competenties heb ik nodig voor het beroep dat ik heb gekozen? 2. Over welke competenties vind ik dat ik beschik? 3. Over welke competenties vindt mijn omgeving dat ik beschik? 4. Welke MBO opleiding(en) leidt mij op voor het gekozen beroep? 5. Welke competenties ga ik leren in het MBO? Die deelvragen zijn de basis voor jouw werkstuk. Aan de hand van die deelvragen ga jij dus onderzoeken of je de juiste competenties hebt voor jouw gekozen beroep. Voor het beantwoorden ga je uitgebreid onderzoek doen. De antwoorden kun je overal vinden. Denk aan je stage, bezoek een opleiding met Mbo Proefstuderen, bezoek Open Dagen van diverse ROC s, Beroepskeuzebeurzen, enzovoort. Om het overzicht niet te verliezen en om de voortgang te bewaken, moet iedereen de onderdelen van het sectorwerkstuk stuk voor stuk tijdig maken en kunnen laten zien aan de docent. Tijdens de lessen zal je de onderdelen samen bespreken met je klasgenoten. De onderdelen van het sectorwerkstuk vind je terug in bijlage 5. Begin op tijd met het maken van het sectorwerkstuk want het kost behoorlijk wat tijd! 11

13 Inleiding Een inleiding is een eerste gedeelte tekst waarin beschreven wordt wat er in de rest van de tekst (of het werkstuk) beschreven wordt. In dit geval beschrijf je dus in de inleiding waar jouw sectorwerkstuk over gaat. wat je gaat onderzoeken, waarom en ook hoe je dat gaat onderzoeken. Je begint dus met het benoemen van de hoofdvraag en deelvragen die je in jouw sectorwerkstuk gaat beantwoorden. Leg ook uit waarom er is gekozen voor die hoofdvraag en deelvragen. Geef een goede reden. Redenen als 'omdat het moet of omdat het voorgeschreven is' zijn onjuist. Vervolgens leg je uit waarom je het beroep hebt gekozen en wat je van dat beroep verwacht. Waarom wil je dat later worden? Of, waarom twijfel je? En, waarover twijfel je? Voor je inleiding dien je onderstaande vragen in een verhaalvorm verwerken. LETOP: Dus niet, vraag en antwoord!!! Maak gebruik van alinea, probeer spreektaal te vermijden en let goed op de spelling. Wie ben je, wat vind je leuk en wat verwacht je van de toekomst? Welk beroep heb je gekozen en waarom? Welke opleiding heb je gekozen en waarom? Wat ga je in dit sectorwerkstuk onderzoeken en waarom? Wat is het doel van je onderzoek? In je inleiding zijn je hoofdvraag en de deelvragen terug te lezen: ' Heb ik de juiste competenties om '...' te worden? (vul op de puntjes, jouw gekozen beroep in). De deelvragen die ik heb gekozen zijn: 1. Welke competenties heb ik nodig voor het beroep? 2. Over welke competenties beschik ik nu al? 3. Over welke competenties vindt mijn omgeving dat ik beschik? 4. Welke MBO opleiding(en) leidt mij op voor het gekozen beroep? 5. Welke competenties ga ik leren in het MBO? Nadat je je hoofdvraag en deelvragen hebt opgeschreven, ga je verder met het (in verhaalvorm) beantwoorden van onderstaande vragen: Welke informatie heb je nodig voor het beantwoorden van de deelvragen? Waar ga je die informatie vinden? (Internet/ interviews/ MBO folder etc.) Welke competenties verwacht je dat je nodig hebt voor jouw beroep? Welke competenties denk je dat je al bezit? 12

14 Deelvragen Deelvraag 1 Welke competenties heb ik nodig voor het beroep? Je deelvragen ga je uitgebreid beantwoorden, elke deelvraag moet minimaal 1 A4'tje zijn. In het antwoorden van jouw deelvragen, dien je veel (achtergrond) informatie te gebruiken. In jouw antwoord op deelvraag 1 beschrijf je welke competenties je nodig hebt voor jouw beroep. Je zult dus op zoek moeten gaan naar dat antwoord. Dat kan natuurlijk op Internet maar zeker ook tijdens open dagen of misschien wel bij een kennis die dat beroep uitvoert. Schrijf duidelijk wat de competenties betekenen en waar je de informatie vandaan hebt. Beschrijf bijvoorbeeld dat je iemand gesproken hebt tijdens Spots on Job en welke informatie je toen te weten bent gekomen. Je kunt ook een professional in jouw vak aanspreken en in deze deelvraag zijn antwoorden verwerken. Als je weet wat professionals in jouw vakgebied zeggen, kun je een goed beeld creëren van jouw beroep. Wees compleet in je antwoorden. Denk niet alleen in 'Ja' of 'Nee' maar bedenk ook andere manieren om antwoord te geven. Geef dus aan wat de competentie inhoudt en wat je van de competenties vindt. Deelvraag 2 Over welke competenties beschik ik nu al? Deelvraag 2 beantwoord je vanuit jezelf; over welke (eerder genoemde) competenties denk jij dat je beschikt? Waaruit blijkt dat jij deze competenties bezit (of niet bezit)? Geef concrete voorbeelden van ervaringen die je hebt waarbij de competentie voorkwam. Waar komen deze competenties tot hun recht? Waar kan je ze goed toepassen? Waar zitten de competenties je wel eens in de weg? Zijn er competenties die je je nog graag eigen zou willen maken? Hoe zou je dat kunnen doen? Enzovoort Deelvraag 3 Over welke competenties vindt mijn omgeving dat ik beschik? Deze deelvraag bekijk je vanuit anderen; wat denken anderen over jou? Je zult dus actief aan mensen in jouw omgeving moeten vragen wat zij denken dat jouw sterke, maar misschien ook je zwakke(re), competenties zijn. Vervolgens beschrijf je in verhaalvorm wat bijvoorbeeld je ouders, docenten, werkgever of vrienden over jou denken en of je jezelf daarin herkent. Wat vind je daarvan? Neem ook deze opdracht serieus. Deelvraag 4 Welke MBO opleiding(en) leidt mij op voor het gekozen beroep? Er zijn vele wegen die naar Rome leiden, oftewel; er zijn vele opleidingen die naar jouw gekozen beroep leiden. Bij het beantwoorden van deelvraag 4 beschrijf je met welke MBO opleiding(en) je jouw beroep kunt gaan uitoefenen. Dat kunnen zo 10 verschillende 13

15 opleidingen zijn bij 3 verschillende scholen. Zoek uit wat de mogelijkheden zijn en beschrijf die. Ook als je een eigenlijk een HBO of universitaire studie nodig hebt om jouw beroep uit te kunnen oefenen, zoek je uit welke MBO opleiding de opstap is naar die vervolgopleiding. Aan het eind van jouw zoektocht schrijf je bij deze deelvraag welke opleiding en school jouw voorkeur hebben. Deelvraag 5 Welke competenties ga ik leren in het MBO? Deelvraag 5 is externe informatie die je kunt opzoeken en navragen. Bijvoorbeeld tijdens Spots on Jobs, het bezoek van ROC Mondriaan of open dagen. Je kunt de school met jouw voorkeur ook even bellen. In jouw antwoord beschrijf je bijvoorbeeld welke competenties jouw toekomstige opleiding zijn/haar studenten wilt leren maar voor ook hoe. Hoe gaan ze jou die competenties leren op het MBO? Verwacht je daarin knelpunten? Wees uitgebreid en creatief in je antwoord. Je kunt bijvoorbeeld kijken of je een kwaliteitsdossier kunt vinden over jouw opleiding. Bijvoorbeeld op Uit de kwaliteitsdossiers kan je veel informatie halen. Uiteraard bedenk je zelf ook manieren om deze deelvraag te beantwoorden Je hoofdvraag: Heb ik de juiste competenties om. te worden? Tot slot geef je antwoord op de hoofdvraag. Je schrijf dus een eindconclusie van minimaal 1 A4'tje. Begin met het beschrijven van een korte conclusie van je deelvragen. Aan de hand daarvan geef je antwoord op je hoofdvraag. Je geeft dus aan of je daadwerkelijk over de juiste competenties beschikt voor het door jou gekozen beroep (en je kan dit aantonen/bewijsstukken leveren) en je geeft duidelijk aan of je dit beroep later wel wilt gaan uitoefenen (aan de hand van je onderzoek/stage) of dat je tot de conclusie bent gekomen dat je niet geschikt bent voor het gekozen beroep en je een ander beroep moet gaan kiezen (en wellicht ook een andere Mbo-vervolgopleiding). Voorblad, inhoudsopgave, opmaak Maak vervolgens een voorblad voor je sectorwerkstuk. Schrijf hierop je naam, klas en je hoofdvraag en zorg voor een passend plaatje (bijv. iets wat te maken heeft met je beroep). Eindevaluatie Als dit allemaal gebeurd is, sluit je het competentieonderzoek/sectorwerkstuk af met een (eind)evaluatie van zowel je sectorwerkstuk als LOB. In de eindevaluatie (minimaal een A4'tje) beschrijf je het proces van je sectorwerkstuk. Je kunt daarvoor gebruik maken van de vragen: Op welke deelvragen heb je geen uitgebreid antwoord kunnen geven? Welke informatie heb je niet kunnen vinden? Hoe komt dat? Hoe zou je in het vervolg aan een beter antwoord kunnen komen? Wie zou je om hulp kunnen vragen? Waar? Vervolgens geef je ook antwoord op de vragen; had ik beter mijn best kunnen doen voor dit werkstuk? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet? Sluit je eindevaluatie af door te omschrijven wat je van LOB (de verschillende onderdelen), de begeleiding en de uitvoering vond en wat het 14

16 (niet) voor je heeft betekend. Je bespreekt hoe jouw sectorwerkstuk tot stand is gekomen, wat je hebt onderzocht, wat de uitkomsten zijn van jouw onderzoek, welke bijdrage het Mbo Proefstuderen en je stage hebben gehad en wat je vond van de begeleiding door je docent LOB en je mentor. Je levert je eindevaluatie uitgeprint in, als onderdeel van je sectorwerkstuk. Beoordeling sectorwerkstuk In bijlage 5 vind je een lijst met de verplichte onderdelen die in het sectorwerkstuk aanwezig moeten zijn. Achter elk onderdeel zie je hoeveel punten je daarvoor kunt behalen. Je docent LOB beoordeelt je sectorwerkstuk. Deze beoordeling haal je uit je LOB werkboek en doe je bovenop de sectorwerkstuk! Je vult daarop zelf je naam en je gekozen beroep in. Alleen met de aanwezigheid van die beoordeling, kan je je sectorwerkstuk inleveren. Belangrijk: Als je het sectorwerkstuk niet op tijd inlevert (16 maart 2016), geldt de volgende - inmiddels bekende - regel: Voor elke schooldag dat je de deadline zonder geldige reden overschrijdt, wordt 0,5 punt op het eindresultaat in mindering gebracht. Dat betekent dus 5 van de 100 punten. Dit tot een maximum van 30 punten. Indien het sectorwerkstuk op de dag dat de examengegevens digitaal naar BRON verzonden moeten worden, nog (steeds) niet met een 'voldoende' of 'goed' beoordeeld is, behoort deelnemen aan het Centraal Examen niet meer tot de mogelijkheden! (Dit staat ook in het PTA.) Eveneens geldt: Als je het stage leerwerk/eindverslag niet op tijd inlevert (in februari/maart 2016) en als je de stage niet op tijd met een voldoende of goed hebt afgerond, kan het betekenen dat je dat onderdeel niet meer kunt afronden, met als gevolg dat deelnemen aan het Centraal Examen niet meer tot de mogelijkheden behoort! 15

17 Beroepsoriënterende stage Voor de stagedagen in februari (15 t/m 19 februari 2016) moet je zélf een stageplaats zoeken. Dit moet een stageplaats zijn binnen de sector die je hebt gekozen (Techniek, Zorg en Welzijn of Economie) en waarin je je diploma gaat behalen. Tevens moet het werk/beroep bij jouw sectorwerkstuk passen en aansluiten bij de Mbo-vervolgopleiding die je wilt gaan volgen (zie Mbo-Proefstuderen). Hier vind je alle informatie over de opzet en het doel van de stage. Je vindt in dit onderdeel ook de opdrachten die gemaakt en uitgewerkt dienen te worden voor en tijdens de stagedagen. Belangrijk De Beroepsoriënterende stage is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen VMBO TL en MOET met een 'voldoende' of 'goed' beoordeeld zijn! Eveneens MOET het stage-eindverslag met 'voldoende' of 'goed' beoordeeld zijn! De praktijkbeoordeling wordt gegeven door de stagebegeleider bij het stage bedrijf, het eindverslag wordt beoordeeld door je LOB-docent. De opzet en bedoeling van een Beroepsoriënterende stage: De bedoeling van deze stage is dat je gedurende 5 dagen in aanraking komt met de beroepspraktijk. Je kunt op die manier een aantal (basis-)vaardigheden (verder) ontwikkelen die de beroepspraktijk van iedere deelnemer verwacht. Met die vaardigheden bedoelen we o.a. werkhouding, werkaanpak en mate van zelfstandigheid. Sociale vaardigheden, zoals omgang met je collega's, klantenbehandeling en communicatie zijn hierbij natuurlijk ook heel belangrijk. De opzet van de stage: Je loopt 5 dagen, 40 uur, mee in een bedrijf/instelling dat zoveel mogelijk overeenkomt met jouw beroepskeuze en die zoveel mogelijk aansluit bij jouw voorlopige keuze voor een vervolgopleiding. De indeling van je stagedagen hangt af van de mogelijkheden bij jouw stage bedrijf. Het uitgangspunt is in principe een gewone werkdag. Er wordt een stageovereenkomst (contract) ondertekend door de leerling en de stagebegeleider van het bedrijf/de instelling. Bespreek vooraf goed op welke dagen en tijden je aanwezig MOET zijn! De stagebegeleider kan een kopie van de overeenkomst maken. Daarna lever je de overeenkomst in bij mevrouw Andeweg op Hofstad Mavo. De stagecoördinator, mevrouw Bleeker, zal controleren of het contract juist en volledig is ingevuld. Tijdens je stage kan je aan de hand de studiegids (die op de website van Hofstad Mavo is terug te vinden), 4 opdrachten maken. Deze opdrachten voeg je toe aan je stage eindverslag. In dit werkboek staat ook aan welke regels je je moet houden en staat een stagebeoordeling (bijlage 3) die jouw stagebegeleider aan het eind van jouw stage dient in te vullen. De stagedagen zijn van maandag 15 tot en met vrijdag 19 februari

18 Problemen tijdens je stage: Er kunnen zich tijdens de stageperiode problemen voordoen. Mocht je deze problemen niet samen met je stagebegeleider van het bedrijf kunnen oplossen, neem dan contact op met de mevrouw Bleeker, de stagecoördinator van Hofstad Mavo. Ziek zijn of worden: Het kan voorkomen dat je tijdens de stageperiode ziek wordt. Je moet je dan vóór werktijd telefonisch ziek melden bij je stagebedrijf. Vervolgens moet je ook de school bellen om de ziekmelding door te geven i.v.m. de absentieregistratie. Je moet aan het einde van de stageperiode wel een verzuimbrief op school, ondertekend door je ouders/verzorgers, inleveren bij de mentorassistente mevrouw Andeweg. Bezoek dokter/tandarts e.d.: Je loopt 5 dagen stage. Het is natuurlijk niet de bedoeling om afspraken met dokter, tandarts e.d. tijdens die dagen te maken. Vrij (verlof) tijdens je stageperiode: Tijdens je stageperiode kun je geen vrij (verlof) nemen. De Beroepsoriënterende stage is een verplicht onderdeel van het Schoolexamen (sectorwerkstuk) en moet met minimaal een voldoende afgesloten zijn. Begeleiding tijdens je stageperiode: Je wordt tijdens je stageperiode begeleid door drie personen: a) de stagecoördinator van school, mevrouw M. Bleeker b) je mentor (stagebegeleider op school) c) de stagebegeleider van jouw bedrijf/de instelling Tijdens de stage Uitwerking 4 stageopdrachten uit het LOB-werkboek Tijdens je Beroepsoriënterende stage in februari 2016 voer je 4 stageopdrachten uit. De opdrachten kun je terug vinden in de stagegids die op de website van Hofstad Mavo staat. Sommige opdrachten hebben enige voorbereiding nodig! Maak een planning voor je stage. De opdrachten verwerk je in een stageverslag, samen met het beoordelingsformulier van je stage (zie bijlage 3). Meer informatie over de inhoud en vorm van het stageverslag vind je in bijlage 4 van dit LOB-werkboek. Beoordelingsformulier stage In bijlage 3 vind je een stagebeoordeling die de stagebegeleider van jouw stagebedrijf na afloop dient in te vullen. Laat die beoordeling ondertekenen waar je bij zit. Zonder beoordeling met handtekening, ontvang je geen stagecertificaat van je stage. Dit is een verplicht onderdeel van het sectorwerkstuk en het vak LOB! Het complete stageverslag print je zelf uit en bind je in, in een mapje. Lever het verslag op tijd, uiterlijk woensdag 16 maart uur, in bij mevrouw Andeweg. 17

19 Bijlagen 18

20 Bijlage 1. Studieplanner LOB Weeknr.: Data: Opdrachten les LOB/mentorles: W t/m 4-9 Uitleg LOB doel en planning Lokaal W t/m 11-9 Stage uitleg Lokaal W t/m 19-9 Loopbaan, wat is dat? Lokaal HW: Collage - Waar sta je nu? W t/m 25/9 Elevator pitch Collage (cijfer) Lokaal W t/m 2-10 Elevator pitch Collage (cijfer) Lokaal 30 september - sollicitatietraining W t/m 9/10 MBO Opdrachten Lokaal + ipad W t/m Excursie naar Londen Klas 4 W t/m Herfstvakantie W t/m Tien stellingen 27 oktober proefstuderen fase 1 W t/m 6-11 Beroepen snuffelen (lokaal) Inventariseren stage W t/m SE 6 Lokaal Lokaal + ipad W t/m Opzetfase van sectorwerkstuk Computer lokaal W t/m Sectorwerkstuk Computer lokaal 24 november proefstuderen fase 2 W t/m 4-12 Kwaliteitenspel (lokaal) Lokaal 1 december stagecontract W t/m Sectorwerkstuk Computer lokaal W t/m Sectorwerkstuk Computer lokaal W t/m Kerstvakantie W t/m 1-1 Kerstvakantie W t/m 8-1 Lesuitval W t/m 15-1 Netwerken Lokaal 13 & 14 februari Spots on Job W t/m 22-1 SE 7 W t/m 29-1 Voorbereiding stage Lokaal W t/m 5-2 Voorbereiding stage Lokaal W t/m 12-2 Sectorwerkstuk Computer lokaal W t/m 19-2 Stageweek 19

21 W t/m 26-2 Voorjaarsvakantie W t/m 4-3 Evaluatie stage + Persoonlijke gesprekken W t/m 11-3 Sectorwerkstuk afronden + persoonlijke gesprekken W t/m 18-3 Sectorwerkstuk afronden + persoonlijke gesprekken Computer lokaal Computer lokaal Computer lokaal 16 maart sectorwerkstuk W t/m 25-3 Inschrijven MBO + Persoonlijke Lokaal + ipad gesprekken W t/m 1-4 Paasvakantie 1 april uiterste inschrijfdatum MBO W t/m 8-4 SE 8 W t/m 15-4 Intake gesprekken voorbereiden Lokaal W t/m 22-4 Intake gesprekken oefenen Lokaal W t/m 29-4 Uitloop W t/m 6-5 (meivakantie) Let op! Dit is een voorlopige planning. Je docent LOB en/of je mentor kan afwijken van deze planning. Maak met beiden duidelijke afspraken hierover. Soms worden er tijdens de lessen LOB nog aparte opdrachtenbladen verstrekt. Voor alle opdrachten geldt dat ze bewaard moeten blijven in Magister! 20

22 Bijlage 2. Stagecontract VMBO 4 TL Contract beroepsoriënterende stage 4 TL Albardastraat 25, 2555 XP Den Haag, Tel: , stage@hofstadmavo.nl Contactpersoon: stagecoördinator mevrouw M. Bleeker stage@hofstadmavo.nl Gegevens leerling: Naam leerling: Klas: Adres: Postcode/woonplaats: Telefoonnummer: adres: Inleverdatum stagecontract... Gegevens stageadres: Naam bedrijf/instelling:... Adres:... Postcode en woonplaats:... Telefoonnummer:... adres:... Gegevens stagebegeleider Naam stagebegeleider:... adres:... Telefoonnummer:... Stempel stageadres: De stagebegeleider bij het bedrijf/de instelling en de leerling spreken het volgende af: Artikel 1 De leerling zal met ingang van:...(datum ingang overeenkomst) voor bepaalde tijd vrijwilligersactiviteiten verrichten. De activiteiten zullen bestaan uit o.a. : 21

23 Artikel 2 De leerling verricht bovengenoemde activiteiten geheel vrijwillig en eenmalig gedurende de periode van: t/m. (stagedata noemen) Totaal aantal stagedagen: 5 dagen - (35 a 40 studielasturen, inclusief voor- en nawerk) Artikel 3 In geval van verhindering (bijv. ziekte) van de leerling zal hij/zij zijn stagebegeleider bij het bedrijf/ de instelling op de hoogte brengen, alsmede de stagecoördinator op school. Artikel 4 De leerling bepaalt in overleg met de stagebegeleider van het bedrijf/de instelling de inhoud van de vrijwilligersactiviteiten en eventuele afspraken over het eindresultaat. De leerling wordt geïnformeerd over het algemeen beleid (conform statuten/huishoudelijk reglement van het bedrijf/de instelling). Binnen het vastgestelde beleid kan de leerling eigen initiatief ontplooien. Artikel 5 De leerling neemt zijn/haar verantwoordelijkheid voor de taken die hij/zij op zich heeft genomen bij het bedrijf/ de instelling en zorgt ervoor dat de taken naar behoren worden uitgevoerd. Artikel 6 In geval van geschillen tussen de leerling en de stagebegeleider bij het bedrijf/de instelling zullen betrokkenen in onderling overleg proberen de kwestie op te lossen. Leidt onderling overleg niet tot een bevredigende oplossing, dan wordt het geschil voorgelegd aan de stagecoördinator van Hofstad Mavo. Artikel 7 De organisatie heeft een aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven afgesloten. Voor de leerling is een ongevallenverzekering afgesloten. Artikel 8 De leerling gaat akkoord met de plicht tot geheimhouding met betrekking tot privacygevoelige informatie die hem/haar ter ore komt tijdens het uitoefenen van het zijn/haar stage. Namens het bedrijf/de instelling: De leerling: De stagecoördinator/mentor: (naam) (naam) (naam)... Handtekening: Handtekening: Handtekening:..... Datum:.. 1 Exemplaar van het stagecontract is voor het stagebedrijf/de instelling, het andere exemplaar is bestemd voor de stagecoördinator van Hofstad Mavo. 22

24 Bijlage 3: Beoordeling stage VMBO 4 TL Beoordeling Beroepsoriënterende stage Naam leerling:... Klas:... Naam bedrijf/instelling:... Evt. afdeling: Naam stagebegeleid(st)er:... Functie stagebegeleid(st)er:... Datum:... Aantal stagedagen:... Aard van verrichte werkzaamheden leerling:... De stagiair(e): ja nee 1. hield zich aan de gemaakte regels en afspraken 2. was op tijd aanwezig 3. is enthousiast geweest 4. is zelfstandig overgekomen 5. lijkt geschikt voor het beroep 6. beschikt over de juiste competenties voor het beroep 7. ging op de juiste manier om met de geuite kritiek 8. was prettig in de (sociale) omgang 9. was duidelijk in de communicatie 10. begreep wat er van hem/haar verwacht werd Eindbeoordeling: goed / voldoende / matig / onvoldoende Eventuele toelichting: Handtekening stagebegeleid(st)er: Handtekening stagiair(e):

25 24

26 Bijlage 4: Beoordeling stageverslag In te vullen door leerling: Naam:.. Klas:. stagebedrijf:. sector:... In te vullen door mevr. M. Bleeker: Onderdeel Aantal punten maximaal Verkregen punten 1. Beoordeling stageverslag bovenop 5 pt.. pt Beoordelingformulier stagebedrijf, ongevuld & ondertekend Voorblad sectorwerkstuk: naam, klas, stagebedrijf, plaatje stage 5 pt.. pt 5 pt.. pt 4. Inhoudsopgave 5 pt.. pt 6. 4 stageopdrachten 40 pt.. pt 7. Stage evaluatie 30 pt.. pt Let op : alle 8. Uiterlijke verzorging 10 pt.. pt Totaal 100 pt.. pt onderdelen zijn verplicht! Als een onderdeel ontbreekt, kan je geen cijfer ontvangen. Aantal dagen te laat ingeleverd:. punten aftrek.. pt Eindcijfer stageverslag.. pt = O / V / G Je eindbeoordeling is het totaal aantal punten gedeeld door 10, minus eventuele aftrek. Met een cijfer 6 of 7 krijg je 'voldoende' op je diploma met het cijfer 8, 9 of 10 krijg je 'goed'. 25

27 26

28 Bijlage 5. Beoordeling sectorwerkstuk In te vullen door leerling: Naam:.. Klas:. Titel:.. In te vullen door mevr. Bleeker: Onderdeel Aantal punten maximaal Verkregen punten 1. Uiterlijke verzorging 5 pt.. pt 2. Beoordelingsformulier bovenop 5 pt.. pt 3. Voorblad sectorwerkstuk: naam, klas, hoofdvraag, plaatje beroep 5 pt.. pt 4. Inhoudsopgave 5 pt.. pt 5. Inleiding van het sectorwerkstuk 20 pt.. pt 6. 5 Deelvragen (1 A4 per deelvraag) 50 pt.. pt 7. Antwoord op de hoofdvraag (1 A4) 5 pt.. pt 8. Eindevaluatieverslag (1 A4) 5 pt.. pt Totaal dagen te laat ingeleverd:. punten aftrek 100 pt.. pt.. pt Aantal Eindcijfer sectorwerkstuk.. pt = O / V / G Je eindbeoordeling is het totaal aantal punten gedeeld door 10, minus eventuele aftrek. Met een cijfer 6 of 7 krijg je 'voldoende' op je diploma met het cijfer 8, 9 of 10 krijg je 'goed'. 27

29 28