Projectnummer /48448 drs. M. Horn, drs. S. Moerman, drs. L. Haaring, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren
|
|
- Anita Francisca van de Velden
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende en karterende fase Lanxmeer Deelgebied G / Parallelweg-Oost, Culemborg Gemeente Culemborg B&G rapport 1292 Colofon Projectnummer /48448 Auteurs drs. M. Horn, drs. S. Moerman, drs. L. Haaring, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren Redactie dr. A.W.E. Wilbers Versie 2. Status definitief Autorisatie De heer A.W.E. Wilbers Senior Prospector Goedkeuring De heer H.J. van Oort Regio Rivierenland, namens Gemeente Culemborg Opdrachtgever Gemeente Culemborg Mevrouw S. Moolhuijzen Postbus AC Culemborg IDDS Archeologie Noordwijk, oktober 211 ISSN Protocol 42 Protocol 43 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
2 B&G rapport 1292 Versie 2. (definitief) SAMENVATTING: In opdracht van de gemeente Culemborg heeft IDDS Archeologie in september en oktober 211 een archeologisch bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (IVO), karterende fase, uitgevoerd in twee deelgebieden in Culemborg, gemeente Culemborg. Het betreft Lanxmeer Deelgebied G (deelgebied 1) en Fietspad Parallelweg-Oost, stationsgebied Culemborg (deelgebied 2). De aanleiding voor dit onderzoek is de aanpassing van het bestemmingsplan voor nieuwe ontwikkelingen in deze deelgebieden. Graafwerkzaamheden ten behoeve van deze nieuwe ontwikkelingen zullen zorgen voor een bodemverstoring tot op onbekende diepte. De kans bestaat dat eventueel aanwezige archeologische waarden hierdoor verstoord dan wel vernietigd zullen worden. Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied gelegen is op crevasse- of oeverafzettingen, mogelijk van de stroomrug Hennisdijk. Archeologische resten in de top van deze afzettingen kunnen, in het geval dat deze inderdaad van de Hennisdijk afkomstig zijn, dateren vanaf het Laat-Neolithicum. Op basis van historische informatie is het gebied waarin het plangebied is gelegen omstreeks 1 na Chr. ontgonnen. Bewoning vond echter niet plaats binnen het plangebied; het werd waarschijnlijk gebruikt voor landbouw. Tegen het einde van de 19 de eeuw werd de Parallelweg-Oost aangelegd en werd een deel van het plangebied (deelgebied 2) in gebruik genomen als spoorwegtalud en een andere deel (deelgebied 1) als waterpoel. In de 2 ste eeuw werd het plangebied gebruikt als weiland. Binnen het plangebied is daarom een hoge verwachting op de aanwezigheid van archeologische resten van bewoning, begraving of ander landgebruik vanaf (mogelijk) het Laat-Neolithicum tot en met de Vroege-Middeleeuwen. Na de ontginning van het plangebied in de Late-Middeleeuwen is er een lage verwachting op archeologische resten. Door verploeging, het gebruik als waterpoel en de recente aanleg van kabels en leidingen kunnen eventueel aanwezige archeologisch resten in de ondergrond verstoord zijn geraakt. Uit het veldonderzoek is gebleken dat in de ondergrond van het plangebied komafzettingen aanwezig zijn die deels zijn geërodeerd door crevasse(s). Hoewel op de crevasse-afzettingen bewoning kan hebben plaatsgevonden is de top van deze afzettingen verstoord geraakt, door egalisatie voorafgaand aan het opbrengen van een ophoogdek. Eventueel aanwezige archeologische resten zijn hierdoor verstoord geraakt of verdwenen. Daarnaast zijn er in de crevasse-afzettingen geen archeologische indicatoren aangetroffen. Hoewel op de komafzettingen menselijke activiteit kan hebben plaatsgevonden na de ontginning van het komgebied zijn ook hier geen archeologische indicatoren aangetroffen. Op basis van de resultaten van het inventariserend veldonderzoek wordt geadviseerd om geen archeologisch vervolgonderzoek in het plangebied uit te voeren. Eventueel kan over dit advies overleg gevoerd worden met de bevoegde overheid, contactpersoon: de heer J. Smits van Stadsontwikkeling bij de Gemeente Culemborg, telefoon:
3 B&G rapport 1292 Versie 2. (definitief) INHOUDSOPGAVE: ADMINISTRATIEVE GEGEVENS VAN HET PLANGEBIED INLEIDING Aanleiding Doel- en vraagstelling van het onderzoek Ligging van het plan- en onderzoeksgebied BUREAUONDERZOEK Werkwijze Geologie, geomorfologie en bodem Archeologische en ondergrondse bouwhistorische waarden Historische situatie en huidig landgebruik Mogelijke verstoringen Gespecificeerd verwachtingsmodel VELDONDERZOEK Onderzoekshypothese en onderzoeksopzet Werkwijze Resultaten Interpretatie CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN Beantwoording vraagstelling Aanbevelingen Betrouwbaarheid GERAADPLEEGDE BRONNEN LIJST VAN AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN BIJLAGEN 1. Topografische kaart 2. Archis-informatie 3. Boorlocatie- en vondstlocatiekaart 4. Boorbeschrijvingen 5. Periodentabel 6. Kadastraal Minuutplan Dwarsprofiel boringen 6 tot en met 2.
4 Administratieve gegevens van het plangebied Toponiem Onderzoeksmeldingsnummer Plaats Gemeente Lanxmeer Deelgebied G / Parallelweg-Oost Culemborg Culemborg Kadastrale aanduiding Gemeente Culemborg Sectie C 2839, 3173 en 3264 Provincie Kaartblad Coördinaten van geheel plangebied (deelgebieden 1+2) Centrum Hoekpunten Gelderland 39A Oppervlakte deelgebied 1 3 m 2 Lengte deelgebied 2 Onderzoekskader Opdrachtgever Uitvoerder Bevoegde overheid Adviseur namens de bevoegde overheid Beheer en plaats van documentatie / / (ZO) / (NW) / (O) 35 m Bestemmingsplanwijziging Gemeente Culemborg Contactpersoon: mevrouw S. Moolhuijzen Postbus AC Culemborg Tel: IDDS Archeologie Contactpersoon: de heer M. Horn Postbus AC Noordwijk (ZH) Tel: mhorn@idds.nl Gemeente Culemborg Stadsontwikkeling Contactpersoon: de heer J. Smits Postbus AC Culemborg Tel: Regio Rivierenland Contactpersoon: drs. H.J. van Oort Postbus AC Tiel Tel: vanoort@regiorivierenland.nl Provinciaal Depot voor Bodemvondsten van de provincie Gelderland Uitvoeringsdatum veldwerk 14/9/211 en 11/1/211 4
5 1. Inleiding 1.1. Aanleiding In opdracht van de gemeente Culemborg heeft IDDS Archeologie in september en oktober 211 een archeologisch bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (IVO), karterende fase, uitgevoerd in twee deelgebieden in Culemborg, gemeente Culemborg. Het betreft Lanxmeer Deelgebied G (deelgebied 1) en Fietspad Parallelweg-Oost, stationsgebied Culemborg (deelgebied 2). De aanleiding voor dit onderzoek is de aanpassing van het bestemmingsplan voor nieuwe ontwikkelingen in deze deelgebieden. Graafwerkzaamheden ten behoeve van deze nieuwe ontwikkelingen zullen zorgen voor een bodemverstoring tot op onbekende diepte. De kans bestaat dat eventueel aanwezige archeologische waarden hierdoor verstoord dan wel vernietigd zullen worden Doel- en vraagstelling van het onderzoek De doelstelling van het bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied. Dit gebeurt aan de hand van bestaande bronnen over bekende en verwachte archeologische waarden binnen het plangebied. Tijdens het karterende veldonderzoek wordt het terrein systematisch onderzocht op de aanwezigheid van sporen en/of vondsten. Daarnaast wordt inzicht verkregen in de vormeenheden van het landschap in het plangebied, voor zover deze vormeenheden van invloed kunnen zijn geweest op de bruikbaarheid van de locatie door de mens in het verleden. Op basis van de resultaten van het onderzoek kunnen kansarme zones van het plangebied worden uitgesloten en kansrijke zones worden geselecteerd voor behoud of voor vervolgonderzoek. Om deze doelstelling te kunnen realiseren, wordt op de volgende vragen een antwoord gegeven (Horn/Wilbers 211): Wat is de fysiek-landschappelijke ligging van de locatie? Hoe is de bodemopbouw in het plangebied en in welke mate is deze nog als intact te beschouwen? Bevinden zich archeologisch relevante afzettingen in het plangebied? Zo ja, op welke diepte ten opzichte van het maaiveld en het NAP? Wat is de specifieke archeologische verwachting van het plangebied en wordt deze bij het veldonderzoek bevestigd? Wat is de verticale en horizontale ligging van de aangetroffen indicatoren, wat is de datering en wat is de invloed van deze vondsten op de archeologische verwachting van het plangebied? In hoeverre worden eventueel aanwezige archeologische waarden bedreigd door de voorgenomen bodemverstorende werkzaamheden? Het archeologisch bureauonderzoek en het inventariserend veldonderzoek zijn uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 3.2 (Centraal College van Deskundigen 21). Voor de in dit rapport gebruikte geologische en archeologische tijdsaanduidingen wordt verwezen naar Bijlage 5. Afkortingen en enkele vaktermen worden achterin dit rapport uitgelegd (zie lijst van afkortingen en begrippen) Ligging van het plan- en onderzoeksgebied De ligging van het in te richten gebied, ofwel het plangebied, is weergegeven in Bijlage 1. Het plangebied bestaat uit twee deelgebieden. Deelgebied 1 komt overeen met Lanxmeer Deelgebied G en ligt in de hoek tussen de straten Guido Gezelleweg en Parallelweg-Oost. Deelgebied 1 heeft een oppervlakte van ongeveer 3 m 2 en een gemiddelde maaiveldhoogte van 1,8 m NAP. Deelgebied 1 is een 35 m lang tracé langs de Parallelweg-Oost. Dit deelgebied heeft een gemiddelde 5
6 maaiveldhoogte van 1,4 m NAP. De exacte ligging en contouren van het plangebied zijn nader weergegeven in Bijlage 3 en Figuur 1. Om tot een gespecificeerde verwachting voor het plangebied te komen, is niet alleen gekeken naar bekende gegevens over het plangebied zelf maar ook naar de omgeving. Voor het totale onderzochte gebied, oftewel het onderzoeksgebied, is als begrenzing een straal van 5 m rondom het plangebied gekozen. Deze straal is gekozen zodat onderzoek dat voorheen heeft plaatsgevonden in de directe omgeving in het huidige onderzoek kon worden betrokken. Op deze manier kunnen aannames worden gemaakt over welke archeologische waarden in het plangebied zelf zouden kunnen worden aangetroffen. Deelgebied 1 Deelgebied 2 Figuur 1: De ligging van het plangebied, bestaande uit twee deelgebieden, op een luchtfoto (bron: Google Maps 25). De deelgebieden zijn rood omkaderd. 6
7 2. Bureauonderzoek 2.1. Werkwijze Tijdens het bureauonderzoek zijn gegevens verzameld over het onderzoeksgebied. Er is gekeken naar bekende archeologische en ondergrondse bouwhistorische waarden, uitgevoerde archeologische onderzoeken, de fysieke kenmerken van het oude en huidige landschap en naar informatie over bodemverstoringen. Er is gebruik gemaakt van de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Culemborg (Bosman/Van Roode 27) en van de Cultuurhistorische Waardenkaart (CHW) van de provincie Gelderland. Daarnaast is er gekeken naar de landelijke verwachtingskaart (de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden; IKAW) en naar het Archeologisch Informatie Systeem (Archis II) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). Aanvullende historische informatie is verkregen uit beschikbaar historisch kaartmateriaal, waaronder het Minuutplan van begin 19 e eeuw en enkele historische topografische kaarten (watwaswaar.nl), en via de website van de KennisInfrastructuur CultuurHistorie (KICH; Om inzicht te krijgen in de opbouw en ontwikkeling van het landschap is onder andere gebruik gemaakt van de bodemkaart van Nederland (Stichting voor Bodemkartering 1966), de geomorfologische kaart van de Rijn-Maas delta (Berendsen/Stouthamer 21) en de geomorfologische kaart van Nederland (Stichting voor Bodemkartering 1986). Daarnaast is gebruik gemaakt van het Actueel Hoogtebestand van Nederland (AHN; Voor informatie omtrent bodemsaneringen en ontgrondingenvergunningen is het Bodemloket ( geraadpleegd. Om de ligging van kabels en leidingen in het plangebied te bepalen, is een KLIC-melding gedaan. Deze gegevens zijn aangevuld met informatie uit onderzoeksrapporten en achtergrondliteratuur (zie literatuurlijst). Er is contact opgenomen met mevrouw Y. Jakobs van het Genootschap A.W.K. Voet van Oudheusden. Zij heeft informatie over de geschiedenis van het gebied waar het plangebied in is gelegen kunnen geven en over archeologische waarden in de omgeving van het plangebied Geologie, geomorfologie en bodem Ontstaansgeschiedenis landschap Het plangebied ligt in de Betuwe. Het landschap van de Betuwe is opgebouwd uit rivierafzettingen. Culemborg ligt in het midden-nederlandse rivierengebied, waar de rivieren de Maas en Rijn stromen. Gedurende de laatste ijstijd (het Weichselien, circa 12. tot 11.5 jaar geleden) werd de omgeving van Culemborg beheerst door een systeem van vlechtende rivieren. Vlechtende rivieren bestaan uit vele naast elkaar en door elkaar heen lopende geulen die het grootste deel van het jaar niet of nauwelijks water afvoeren. Alleen in de zomer kan de vlechtende rivier veel smeltwater afvoeren. Deze rivieren zetten een dik pakket zandige afzettingen af die bestonden uit grof, soms grindrijk zand, met lokale kleilagen. Geologisch gezien behoren deze afzettingen tot de Formatie van Kreftenheye (De Mulder et al. 23). Deze grove rivierafzettingen komen in het plangebied voor op een diepte van circa 4, tot 5, m onder het huidige maaiveld (Berendsen 25). Door de opwarming in de periode na de ijstijd, het huidige Holoceen (vanaf circa 1. jaar geleden), begonnen de ijskappen te smelten en begon de zeespiegel te stijgen. De hoeveelheid vegetatie nam snel toe, waardoor de afvoer van de rivieren regelmatiger werd. Deze kregen hierdoor een meer meanderend (bochtig) patroon en zetten tijdens overstromingen klei af op oevers en overstromingsvlaktes (Formatie van Echteld; De Mulder et al. 23). Tijdens de snelle zeespiegelstijging ontwikkelden zich direct ten westen van de huidige kustlijn de eerste strandwallen, waarachter zich rustige en natte omstandigheden ontwikkelden. Hier ontstonden grote broek- en bosveengebieden (het Hollandveen Laagpakket van de Formatie van Nieuwkoop; De Mulder et al. 23). Het veengebied werd doorsneden door verschillende rivierlopen van de Rijn, die zich binnen dit gebied verschillende keren hebben verlegd, waarbij zich verschillende stroomgordels hebben ontwikkeld. 7
8 Geomorfologie Uit de geomorfologische kaart (Stichting voor Bodemkartering 1986) blijkt dat het plangebied gedeeltelijk in de bebouwde kom ligt en gedeeltelijk in een rivierkom- en oeverwalachtige vlakte. Op het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) is het plangebied gelegen in een gebied dat hoger ligt in het landschap dan het gebied ten zuiden daarvan. Het is daarom waarschijnlijk dat het plangebied op een oeverwal ligt. Op de geologisch-geomorfologische kaart van Berendsen en Stouthamer (21) ligt het plangebied op crevasse-afzettingen. Deze crevasse-afzettingen staan in verbinding met de stroomrug van Hennisdijk en zijn daar mogelijk aan gerelateerd. Het is zelfs mogelijk dat de crevasse-afzettingen in feite een continuering van de stroomrug van Hennisdijk vormen. Als de crevasse-afzettingen te relateren zijn aan de stroomrug van Hennisdijk, dan is het mogelijk bewoning op deze afzettingen te relateren aan het begin van de sedimentatie van de stroomrug van Hennisdijk. De rivier begon te sedimenteren omstreeks 2241 voor Chr. en eindigde hiermee omstreeks 1225 voor Chr. Dit betekent dat de crevasse- of stroomrugafzettingen, waar het plangebied op gelegen is, vanaf het Laat- Neolithicum tot in de Midden-Bronstijd zijn afgezet. Op de sedimenten kon bewoning plaatsvinden. Resten van deze bewoning kunnen zich mogelijk in de sedimenten bevinden en dateren vanaf het Laat-Neolithicum. Als de crevasse-afzettingen echter te relateren zijn aan een andere stroomrug, zoals die van Schoonrewoerd, zijn deze dateringen mogelijk incorrect Bodem Uit de bodemkaart (Stichting voor Bodemkartering 1981) blijkt dat het plangebied geheel in de bebouwde kom ligt. Op basis van in de omgeving aanwezige bodemkundige waarden kan het plangebied liggen in een gebied met kalkhoudende poldervaaggronden bestaande uit zware zavel en lichte klei (kaartcode Rn95A). Dit zijn kleigronden met een grijze, roestig gevlekte en niet slappe ondergrond en een grijze humusarme bovengrond (De Bakker 1966). Het plangebied heeft een grondwatertrap VI. De grondwatertrappenindeling is gebaseerd op gemiddeld hoogste (GHG) en gemiddeld laagste grondwaterstandsdieptes (GLG). Hiermee worden de winter- en zomergrondwaterstanden gekarakteriseerd in een jaar met een gemiddelde neerslag en verdamping. Grondwatertrap VI duidt op droge gronden waarbij de GHG wordt aangetroffen op een diepte tussen 4 en 8 cm -mv en de GLG op een diepte van meer dan 12 cm mv Archeologische en ondergrondse bouwhistorische waarden Het plangebied staat op de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Culemborg aangegeven als liggende in een oeverzone bestaande uit crevasse-afzettingen van de stroomgordel van Hennisdijk. In dit soort gebieden geldt een hoge trefkans voor archeologische waarden uit de Late-Bronstijd tot Late-Middeleeuwen. Daarnaast is op de kaart aangegeven dat het uiterste zuiden van het plangebied binnen een historische bewoningskern ligt. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Gelderland heeft het plangebied een hoge archeologische verwachting. Op de Indicatieve Kaart voor Archeologische Waarden (IKAW) heeft het plangebied ook een hoge archeologische verwachting. Dit is vanwege de mogelijke ligging van het plangebied op crevasse-afzettingen. Binnen het plangebied zijn geen terreinen aanwezig die op de Archeologische Monumentenkaart (AMK) als waardevol staan aangegeven (bijlage 2). Ook zijn er geen waarnemingen en vondsten gemeld. In het plangebied zijn geen ondergrondse bouwhistorische waarden bekend ( Binnen deelgebied 2 is geen eerder archeologisch onderzoek uitgevoerd. Deelgebied 1 maakte al eerder deel uit van een archeologisch booronderzoek voor een groter gebied (onderzoeksmelding 1287). Tijdens dit booronderzoek zijn echter geen boringen in het plangebied gezet. In andere deelgebieden werden echter wel archeologische resten aangetroffen. Deze deelgebieden zijn later tot archeologische monumenten benoemd, die hieronder worden bespreken. Circa 35 m ten noordoosten van het plangebied is een monument van hoge archeologische waarde aanwezig (AMK-terrein 15376, waarneming 45178). Hier is een terrein met sporen van bewoning uit het Neolithicum en/of de Bronstijd aangetroffen. Deze vindplaats bevindt zich op de Schoonrewoerdse stroomrug en omvat een vondstlaag met aardewerk, houtskool, bot, verbrande 8
9 leem en fosfaat. Circa 15 en 135 m ten oosten van het zuidelijke deel van het plangebied zijn twee andere archeologisch monumenten van hoge archeologische waarde (AMK-terreinen , waarnemingen ) aangetroffen. Hier zijn vondsten gedaan van aardewerk, houtskool, bot, verbrande leem en fosfaat die dateren in de periode Bronstijd en/of IJzertijd. Deze monumenten zijn aangetroffen tijdens een archeologisch booronderzoek in het gebied Lanxmeer (onderzoeksmelding 1287). Ter plaatse van AMK-terrein op een afstand van 135 m van het plangebied heeft later een archeologische opgraving (onderzoeksmelding 5268, waarneming 5627) plaatsgevonden waarbij resten werden aangetroffen uit de Vroege-Bronstijd en de Romeinse tijd. Deze lagen op de oeverwal van de Schoonrewoerdse stroomrug. Binnen een straal van 5 m rondom het plangebied zijn meerdere archeologische monumenten, onderzoeksmeldingen en waarnemingen bekend. Circa 35 m ten oosten van het plangebied heeft een archeologisch booronderzoek (onderzoeksmelding 4286) plaatsgevonden aan de N32/Rijksstraatweg. Het onderzoeksgebied ligt op een groot crevassecomplex van de stroomgordel van Hennisdijk. In de boringen zijn de oeverafzettingen van Hennisdijk aangetroffen, in de top waarvan in tien boringen veel tot weinig fosfaatvlekken of een cultuurlaag zijn waargenomen. Het aangetroffen aardewerk dateert in de periode Late IJzertijd / Romeinse tijd. Aan het maaiveld zijn daarnaast ook nog aardewerkscherven uit deze periode, evenals uit de Late-Middeleeuwen en de Nieuwe tijd gevonden (waarneming ). Een ander archeologisch booronderzoek (onderzoeksmelding 33227) heeft plaatsgevonden op circa 485 m ten oosten van het plangebied aan de Multatulilaan 3. Tijdens dit onderzoek is geconstateerd dat het gebied deels is gelegen op crevasse-afzettingen of mogelijk een oude stroomrug of oude rivierbedding. Vanwege de hoge archeologische verwachting heeft een archeologisch vervolgonderzoek (onderzoeksmelding 35688) plaatsgevonden in de vorm van proefsleuven. Hierbij zijn geen archeologische resten aangetroffen, met uitzondering van twee kuilen met materiaal uit de Nieuwe tijd (waarnemingen , ). Circa 41 m ten noordoosten van het plangebied zijn resten opgegraven van het middeleeuwse kasteel Caetshaag en het terrein daaromheen. Hierbij zijn ook de kasteelgrachten en Romeinse crematiegraven opgegraven. (onderzoeksmeldingen 2594 en 369; waarnemingen 45181, 45182, 45877, 4748, 43477) Historische situatie en huidig landgebruik Op basis van informatie van mevrouw Jakobs van het Genootschap A.W.K. Voet van Oudheusden ligt het plangebied in het ontginningsgebied Lanxmeer. Dit gebied is ontgonnen rond het jaar 1 na Chr. De bewoning lag vooral langs de Lanxmeersestraatweg, op de oeverwal van het riviertje de Meer dat buiten het plangebied ligt. Binnen het plangebied kan na de ontginning volgens haar mogelijk nog wel een ontginningsboerderij hebben gelegen, hoewel de kans daarop klein is. Op het kadastrale minuutplan uit is binnen het plangebied geen bebouwing aanwezig. Volgens de kadastrale gegevens werd het gehele plangebied gebruikt als bouwland. Op een topografische militaire kaart uit 1898 is te zien dat de Parallelweg-Oost (deelgebied 2) inmiddels is aangelegd met daarlangs een sloot. Ter plaatse van het aan te leggen fietspad ligt een talud van de ten zuidwesten daarvan gelegen spoorlijn. Op de plek van Lanxmeer Deelgebied G (deelgebied 1) ligt een aangelegde waterpoel. Pas op een topografische kaart uit 1957 zijn beide deelgebieden veranderd in wei- of grasland. Tegenwoordig is deelgebied 1 deels met stelconplaten bedekt en in gebruik voor opslag. De rest van het deelgebied is begroeid met struikgewas en bomen. Deelgebied 2 bestaat van noord naar zuid uit een parkeerplaats en berm, een moerasachtige omgeving, een schuur en (voormalige) volkstuintjes Mogelijke verstoringen De ondergrond van het plangebied en de eventueel daarin aanwezige archeologische resten kunnen verstoord zijn door de volgende factoren: Aan het einde van de 19 de eeuw is deelgebied 1 veranderd van bouwland in een waterpoel. Dit betekent dat een vergraving heeft plaatsgevonden om deze waterpoel te creëren, waarbij de 9
10 ondergrond en eventueel aanwezige archeologische resten verstoord kunnen zijn geraakt of kunnen zijn verwijderd. Het gebruik van het gehele plangebied als bouwland aan het begin van de 19 de eeuw kan verploeging van de ondergrond en de eventueel aanwezige archeologische resten hebben veroorzaakt. Langs de zuidwestelijke zijde van deelgebied 1 zijn parallel aan de Parallelweg-Oost diverse leidingen en kabels aangelegd, bestaande uit datatransportkabels, een waterleiding, laag- en middenspanningskabels, rioleringen en hoge en lage druk gasleidingen. In deelgebied 2 is alleen ter plekke van een schuur een middenspanningskabel aangelegd. De aanleg van deze kabels en leidingen kan hebben gezorgd voor een verstoring van de ondergrond en de eventueel daarin aanwezige archeologische resten Gespecificeerd verwachtingsmodel Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek wordt verwacht dat het plangebied is gelegen op crevasse-afzettingen of mogelijk op een stroomrug. In beide gevallen zijn de aanwezige afzettingen mogelijk te relateren aan de stroomrug Hennisdijk. Op basis van de periode waarin de rivier Hennisdijk begon te sedimenteren en daarmee stopte, kunnen eventuele resten van menselijke activiteit op de crevasse-afzettingen of de oeverafzettingen voorkomen vanaf het Laat-Neolithicum. Dit komt overeen met de ouderdom van de archeologische resten die in de omgeving van het plangebied aangetroffen zijn. Het is echter ook mogelijk dat de crevasse-afzettingen of stroomrug, waarop het plangebied gelegen is, te relateren zijn aan een andere stroomrug, waardoor de genoemde dateringen niet gelden. Omstreeks 1 na Chr. is het gebied Lanxmeer, waarin het plangebied is gelegen, ontgonnen. Alhoewel het mogelijk is dat een ontginningsboerderij binnen het plangebied heeft gelegen, is het meer waarschijnlijk dat de bewoning hoofdzakelijk plaats vond langs het riviertje de Meer dat buiten het plangebied ligt. Uit de bestudering van het historisch kaartmateriaal blijkt dat het plangebied in het begin van de 19 de eeuw in gebruik was als bouwland. Tegen het einde van de 19 de eeuw is de Parallelweg-Oost aangelegd en is deelgebied 2 in gebruik als talud van de spoorlijn. Deelgebied 1 werd in deze periode gebruikt als waterpoel. Omstreeks 1957 waren beide deelgebieden in gebruik als weiland. Tegenwoordig ligt deelgebied 1 grotendeels braak, en is een klein deel in gebruik als opslagplaats. Deelgebied 2 bestaat uit de berm van een parkeerplaats, een moerassig gedeelte en volkstuintjes. De eventueel aanwezige archeologische resten die mogelijkerwijs nog in de ondergrond van het plangebied aanwezig zijn, kunnen door de aanleg van kabels en leidingen, door verploeging en door het gebruik van deelgebied 1 als waterpoel verstoord zijn geraakt. Binnen het plangebied is er een hoge verwachting op de aanwezigheid van archeologische resten vanaf mogelijk het Laat-Neolithicum op crevasse- of oeverafzettingen in de ondergrond van het plangebied. Vanaf de ontginning van het gebied gedurende de Late-Middeleeuwen is er een lage verwachting op archeologische resten van bewoning of begraving. Het is mogelijk dat er een ontginningsboerderij kan worden aangetroffen, maar dit is op basis van historisch kaartmateriaal niet met zekerheid te stellen. Wel is het mogelijk dat resten van ontginning en landbouw kunnen worden gevonden. Om het verwachtingsmodel te toetsen en waar nodig aan te vullen en om te controleren in hoeverre de bodemopbouw in het plangebied nog intact is, is er een Inventariserend Veldonderzoek, karterende fase, uitgevoerd. 1
11 3. Veldonderzoek 3.1. Onderzoekshypothese en onderzoeksopzet Het doel van het Inventariserend Veldonderzoek, karterende fase, is om het plangebied systematisch te onderzoeken op de aanwezigheid van archeologische sporen en/of vondsten. Tijdens het veldonderzoek wordt vastgesteld waar de oorspronkelijke bodemopbouw intact is gebleven en waar niet. Daarnaast wordt inzicht verkregen in de vormeenheden van het landschap, voor zover deze van invloed zijn op de locatiekeuze in het verleden. Kansarme zones worden uitgesloten en kansrijke zones worden geselecteerd voor de volgende fasen. Het veldonderzoek bestond uit een booronderzoek. Een veldkartering was niet mogelijk wegens de begroeiing of bestrating binnen de twee deelgebieden Werkwijze In het deelgebied 1 (Lanxmeer Deelgebied G) zijn vijf boringen gezet met een diepte van 2, m -mv en in deelgebied 2 (Parallelweg-Oost) twintig boringen met een diepte van 2, m mv (Bijlagen 3 en 4). Deze boringen zijn verdeeld over de deelgebieden. In deelgebied 1 is een boorgrid gebruikt van 2 bij 25 m. In deelgebied 2 werd om de 25 m geboord vanwege het feit dat het hier een tracé betrof. Er is gebruik gemaakt van een Edelmanboor met een diameter van 1 cm en een guts van 2,5 cm. Het veldonderzoek is uitgevoerd door dr. A.W.E. Wilbers (senior prospector) en drs. M. Horn (archeoloog). De boringen zijn beschreven volgens de Archeologische Standaard Boorbeschrijvingsmethode (ASB; SIKB 28) met behulp van een veldcomputer en het programma TerraIndex van I.T. Works. De locaties van de boringen (x- en y-waarden) zijn ingemeten vanuit de perceelsgrenzen. De hoogtes van de boringen (z-waarden) zijn bepaald aan de hand van het Actueel Hoogtebestand van Nederland. De opgeboorde monsters waarvan verwacht werd dat er mogelijk archeologische indicatoren in aanwezig konden zijn, zijn met de hand of indien mogelijk door middel van zeven op een zeef met een maaswijdte van 4 mm onderzocht op de aanwezigheid van archeologische indicatoren zoals aardewerk, baksteen, vuursteen, huttenleem en bot Resultaten Lithologie en geologie In de ondergrond van boringen 1, 3, 4, 6 tot en met 8, 14 tot en met 16 en 18 tot en met 19 komen (crevasse-)afzettingen voor die hier tot pakket 1 worden gerekend (bijlagen 3, 4 en 7). Dit pakket bestaat enerzijds uit matig fijn tot zeer grof en zwak tot uiterst siltig zand dat grijs(blauw) van kleur is. Dit zand kan zwak humeus zijn, en sporen schelpen en brokken of laagjes klei bevatten. Anderzijds bestaat pakket 1 uit matig siltig of zwak tot sterk zandig(e) klei die grijs gekleurd is. De matig siltige klei kan zwak tot matig zandhoudend zijn en sporen of laagjes zand bevatten. Het kan daarnaast zwak humeus zijn. De bovenkant van dit pakket ligt op een diepte van minimaal 5 cm -mv, of 1,3 m NAP, en maximaal 18 cm mv, of -,2 m NAP. Daarnaast komen in de ondergrond van boringen 2, 5, 9 tot en met 14 en 2 (venige) (kom)afzettingen voor, die tot pakket 2 worden gerekend. Alleen in boringen 14 en 2 komt pakket 1 op pakket 2 voor. Pakket 2 bestaat enerzijds uit matig siltige klei met een (licht)grijze tot bruinzwarte kleur. Deze klei kan zwak tot sterk humeus zijn, zwak tot matig houthoudend zijn en laagjes veen bevatten. In boring 11 is van 9 tot 1 cm mv, of -,2 tot -,3 m NAP, een matig siltige kleilaag aanwezig, die zwak humeus is. Dit laagje is een zogenoemd laklaagje (begroeiings- of vegetatiehorizont). Pakket 2 bestaat naast (kom)klei ook uit zwak tot sterk kleiig veen dat donkergrijs tot donkerbruin van kleur is. Dit veen kan zwak riethoudend of sterk plantenhoudend zijn. De bovenkant van pakket 2 ligt op een diepte van minimaal 45 cm mv, of,3 m NAP, en maximaal 23 cm mv, of -,8 m NAP. 11
12 Pakket 3 ligt in boringen 1 t / m 1 en 14 t / m 2 bovenop pakket 1 of 2. Dit pakket bestaat uit opgebrachte (bouw)zand- en zandige kleilagen. Dit pakket is vermengd met brokken klei, grind, recent baksteen en/of puin. De verschillende lagen kunnen zwak tot matig humeus zijn. Pakket 3 reikt tot aan het maaiveld. In boringen 2 en 5 is dit pakket tot een grotere diepte aanwezig; het gaat hier waarschijnlijk om een opgevulde sloot. Pakket 4 ligt in boringen 11 t / m 13 tot aan het maaiveld en bovenop pakket 2. Het bestaat uit zwak tot matig humeuze klei- en zandlagen, kan sporen grind en riet bevatten en sterk plantenhoudend zijn. De lagen zijn grijsblauw tot donker bruingrijs en kunnen worden geïdentificeerd als de bouwvoor Bodemopbouw In vrijwel alle boringen is sprake van een recente ophooglaag (pakket 3), waardoor er niet meer gesproken kan worden over een intacte, natuurlijke bodem. Het gaat hier daarom om een verstoorde, antropogene bodem. In boringen 11, 12 en 13 is sprake van poldervaaggronden. De top van pakket 1 is in boringen 1, 3, 4 en 7 verstoord, blijkens de aanwezigheid van sporen van modern baksteen en sintels, evenals brokken klei. Het is waarschijnlijk dat in alle boringen met uitzondering van boringen 11 tot en met 13 het oorspronkelijk maaiveld eerst is geëgaliseerd voordat de grond werd opgebracht. In boringen 11 tot en met 13 is de bodem tot een diepte van minimaal 4 cm, of,3 m NAP, en maximaal 65 cm mv, of,2 m NAP, verstoord. Dit is de zogenoemde bouwvoor Archeologische indicatoren In boring 2 is een spikkel houtskool aangetroffen in een matig siltige en matig humeuze kleilaag (deel van pakket 2), gelegen tussen 1,95 en 2,2 m mv (tussen,7 en,4 m NAP). Het is niet met zekerheid te stellen of dit stukje houtskool op natuurlijke wijze is ontstaan of door antropogeen handelen Interpretatie Algemene interpretatie Uit het veldonderzoek is gebleken dat in een deel van het plangebied komafzettingen voorkomen (bijlage 7), die bestaan uit een afwisseling van veen- en kleilagen. De komafzettingen zijn aangetroffen in de ondergrond van boringen 2, 5, 9 tot en met 14 en 2. Met name rond, m NAP komen venige komafzettingen voor die in meerdere boringen zijn aangetroffen. De periode waarin deze komafzettingen zijn ontstaan, kon op basis van dit onderzoek niet achterhaald worden. De komafzettingen kwamen eerst over een uitgebreider gebied voor. Op een gegeven moment heeft zich in de kom echter een crevasse ingesneden die de komafzettingen heeft geërodeerd en grof zand of klei met zandlagen heeft achtergelaten. In bijlage 3 is dit grafisch weergegeven. De crevasseafzettingen komen voor in de ondergrond van boringen 1, 3, 4, 6 tot en met 8 en 14 tot en met 2. In boringen 14 en 2 zijn onder de crevasse-afzettingen nog komafzettingen aanwezig. Het is waarschijnlijk dat rond deze boringen zich de insnijdinggrenzen van de crevasse bevinden. Wanneer de crevasse zich heeft ingesneden is niet met zekerheid te zeggen vanwege het feit dat tot op heden nog onbekend is van welke stroomrug deze crevasse-afzettingen afkomstig zijn. Zoals aangegeven in het bureauonderzoek is het mogelijk dat de crevasse ontstaan is vanuit de stroomrug Hennisdijk. Dit is echter niet met zekerheid te stellen. In boringen 11 tot en met 13 is boven de (venige) komafzettingen de bouwvoor (pakket 4) aanwezig die omgewoeld is. In de andere boringen is bovenop de crevasse-afzettingen en de (venige) komafzettingen een dikke grondlaag opgebracht (pakket 3). Het gaat hier ten dele om de ophoging ten behoeve van de vorming van het spoorlijntalud. De archeologische verwachting van de komgebieden is laag. Het feit dat hier veen heeft gegroeid geeft aan dat het gebied erg vochtig is geweest. Door deze hoge vochtigheid is het landgebruik beperkt geweest. Uit het bureauonderzoek is daarnaast gebleken dat binnen het plangebied zeer waarschijnlijk geen bewoning heeft plaatsgevonden na de ontginning van het gebied. De ouderdom van de crevasse is, zoals gezegd, onbekend. Alhoewel bewoning op de crevasse-afzettingen kan hebben plaatsgevonden, is de top van de crevasseafzettingen overal verstoord door recent gebruik of 12
13 ophoging. De aangetroffen houtskoolspikkel in boring 2 vormt geen archeologische indicator, aangezien deze aangetroffen is in de natte omstandigheden van de kom Interpretatie deelgebied 1: Lanxmeer, Deelgebied G In dit plangebied zijn de boringen 1 tot en met 5 gezet. Hieruit is gebleken dat het oostelijke deel van het plangebied bestaat uit crevasseafzettingen. Het westelijke gebied, bij boringen 2 en 5, ligt in een venige kom. De venige kom heeft een natte, slappe ondergrond, waardoor de omstandigheden niet gunstig zijn voor bewoning tot de ontginning in de Late Middeleeuwen of Nieuwe Tijd. De crevasseafzettingen, waarop mogelijk wel bewoning mogelijk was omdat hier de ondergrond vaster en hoger dus droger was, zijn verstoord, waardoor eventuele archeologische resten zijn verdwenen Interpretatie deelgebied 2: Fietspad Parallelweg Oost Dit plangebied bevat de boringen 6 tot en met 2 die respectievelijk van noord naar zuid lopen. In het noorden zijn de eerste drie boringen (6-8) gezet in crevasseafzettingen. De boringen ter hoogte van deelgebied 1 (9-13) zijn gezet in een venige kom. De zuidelijke boringen (14-2) zijn gezet in de crevasseafzettingen. Dit houdt in dat het midden van het plangebied geen gunstige omstandigheden had voor bewoning vanwege het natte landschap en de slappe ondergrond. De delen ten noorden en zuiden daarvan hadden gunstigere omstandigheden, maar hier is het oude oppervlak verstoord door werkzaamheden. Hier worden geen archeologische resten meer verwacht. 13
14 4. Conclusie en aanbevelingen In opdracht van de gemeente Culemborg zijn in september en oktober 211 een archeologisch bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (IVO), karterende fase, uitgevoerd in verband met de geplande (her)ontwikkeling van het plangebied aan het Lanxmeer Deelgebied G en Parallelweg-Oost in Culemborg, gemeente Culemborg. Op basis van het veldonderzoek is er geen reden om aan te nemen dat in de ondergrond van het plangebied intacte archeologische resten aanwezig zijn Beantwoording vraagstelling Wat is de fysiek-landschappelijke ligging van de locatie? Het plangebied ligt in het midden-nederlandse rivierengebied. Op basis van de geologischgeomorfologische kaart (Berendsen/Stouthamer 21) ligt het plangebied op crevasse-afzettingen. Uit het veldonderzoek is gebleken dat het plangebied op zowel crevasse- als komafzettingen ligt. Hoe is de bodemopbouw in het plangebied en in welke mate is deze nog als intact te beschouwen? In het plangebied bestaat de bodem uit opgebrachte grond, waardoor er geen sprake meer is van een natuurlijke bodem. Bij het opbrengen van de grond is de top van de daaronder gelegen natuurlijke crevasse-afzettingen geëgaliseerd en verstoord. De bodem is daardoor niet intact meer. Alleen in boringen 11, 12 en 13 is sprake van een poldervaaggrond. Bevinden zich archeologisch relevante afzettingen in het plangebied? En zo ja, op welke diepte ten opzichte van het maaiveld en het NAP? In de ondergrond van het plangebied bevinden zich crevasse- en komafzettingen. Op de crevasseafzettingen kan menselijke activiteit in de vorm van bewoning, begraving of ander landgebruik hebben plaatsgevonden nadat de crevassegeulen waren verland. De top van de crevasse-afzettingen is echter verstoord en zeer waarschijnlijk geëgaliseerd, waardoor eventueel aanwezige archeologische resten verstoord of verdwenen zijn. Er zijn in de top van de crevasse-afzettingen dan ook geen archeologische indicatoren aangetroffen. De komafzettingen binnen het plangebied zijn gezien de natte omstandigheden zeer waarschijnlijk niet bewoond geweest. Op basis van het bureauonderzoek is ook gebleken dat de bewoning zich hoofdzakelijk langs het riviertje De Meer heeft bevonden. Uit het veldonderzoek is gebleken dat er zich geen archeologische indicatoren in de komafzettingen bevinden met mogelijke uitzondering van een stukje houtskool in boring 2. Het aangetroffen houtskool is echter erg klein en behoeft geen antropogene oorsprong te hebben gehad. Daarnaast is het aangetroffen in een komgebied waar de omstandigheden erg nat waren en dus niet voor bewoning geschikt. Wat is de specifieke archeologische verwachting van het plangebied en wordt deze bij het veldonderzoek bevestigd? Op basis van het bureauonderzoek was er een hoge verwachting op archeologische resten van bewoning, begraving en ander landgebruik in de top van de crevasse-afzettingen. Deze resten konden dateren vanaf het Laat-Neolithicum, indien de crevasse-afzettingen te relateren zijn aan de stroomrug Hennisdijk. Vanaf de Late-Middeleeuwen is de verwachting op archeologische resten van menselijke activiteit binnen het plangebied echter weer laag. Op basis van het veldonderzoek kan de hoge verwachting op archeologische resten vanaf het Laat-Neolithicum echter ook worden bijgesteld naar een lage verwachting. Wat is de verticale en horizontale ligging van de aangetroffen indicatoren, wat is de datering en wat is de invloed van deze vondsten op de archeologische verwachting van het plangebied? Er zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen in de ondergrond van het plangebied. In hoeverre worden eventueel aanwezige archeologische waarden bedreigd door de voorgenomen bodemverstorende werkzaamheden? 14
15 De voorgenomen bodemverstorende grondwerkzaamheden zullen niet zorgen voor een verstoring van archeologische waarden Aanbevelingen Tijdens het onderzoek is geconstateerd dat in de ondergrond van het plangebied crevasse- en komafzettingen aanwezig zijn onder een ophoogdek. Gezien het feit dat de top van de crevasseafzettingen verstoord en geëgaliseerd is en de komafzettingen hoogstwaarschijnlijk niet bewoond zijn geweest na de ontginning van het gebied is er een lage verwachting op intacte archeologische resten binnen het plangebied. Op basis van de resultaten van het inventariserend veldonderzoek wordt geadviseerd om geen vervolgonderzoek uit te laten voeren. NB. Bovenstaand advies dient gecontroleerd en beoordeeld te worden door de bevoegde overheid, in dit geval de Gemeente Culemborg. Deze zal vervolgens een besluit nemen inzake de te volgen procedure. IDDS Archeologie wil meegeven dat voordat dit besluit genomen is, er niet begonnen kan worden met bodemverstorende activiteiten of activiteiten die voorbereiden op bodemverstoringen Betrouwbaarheid Het uitgevoerde onderzoek is op zorgvuldige wijze verricht volgens de algemeen gebruikelijke inzichten en methoden. Het archeologisch onderzoek is erop gericht om de kans op het onverwacht aantreffen dan wel het ongezien vernietigen van archeologische waarden bij bouwwerkzaamheden in het plangebied te verkleinen. Aangezien het onderzoek is uitgevoerd door middel van een steekproef kan echter, op basis van de onderzoeksresultaten, de aan- of afwezigheid van eventuele archeologische waarden niet gegarandeerd worden. Wij wijzen u er graag op dat indien archeologische waarden worden aangetroffen deze conform de Monumentenwet 1988, artikel 53, bij de minister voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gemeld dienen te worden. Dit kan door het invullen van het vondstmeldingsformulier op de website van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed ( of door contact op te nemen met het Archismeldpunt (archismeldpunt@cultureelerfgoed.nl). 15
16 Geraadpleegde bronnen ANWB, 25: ANWB Topografische Atlas Gelderland 1:25., Den Haag. Bakker, H. de, 1966: De subgroepen van het systeem van bodemclassificatie voor Nederland. In: Boor en Spade: verspreide bijdragen tot de kennis van de bodem van Nederland, deel 15. Stichting voor Bodemkartering (Wageningen) Berendsen, H.J.A., 25 3 (1997): Landschappelijk Nederland. De fysisch-geografische regio s, Assen. Berendsen, H.J.A. /E. Stouthamer, 21: Geological Geomorphological map of the Rhine-Meuse delta, the Netherlands, in H.J.A. Berendsen/E. Stouthamer (eds.), Palaeogeographical development of the Rhine-Meuse delta, the Netherlands, Assen, Addendum 1. Centraal College van Deskundigen, 21: Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.2, Gouda. Horn, M./ A.W.E. Wilbers 211: Plan van aanpak. Lanxmeer Deelgebied G / Parallelweg-Oost in Culemborg, gemeente Culemborg, Noordwijk (Intern rapport, IDDS Archeologie). Mulder, E.F.J. de/ M.C. Geluk/ I.L. Ritsema/ W.E. Westerhoff/ T.E. Wong, 23: De ondergrond van Nederland, Groningen/Houten. Stichting voor Bodemkartering, 1981: Bodemkaart van Nederland, 1:5., blad 39 Oost Rhenen, Wageningen. Stichting voor Bodemkartering / Rijks Geologische Dienst, 1986: Geomorfologische kaart van Nederland, 1:5., blad 39 Tiel, Wageningen / Haarlem. SIKB, 28: Archeologische standaard boorbeschrijving, Archeologie Leidraad, Gouda. Websites watwaswaar.nl
17 Lijst van afkortingen en begrippen Afkortingen Archis Archeologisch Informatie Systeem AMK Archeologische Monumenten Kaart BP Before Present (Present = 195) CHW Cultuurhistorische Waardenkaart GPS Global Positioning System IKAW Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie mv maaiveld (het landoppervlak) NAP Normaal Amsterdams Peil PvA Plan van Aanpak RCE Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Verklarende woordenlijst antropogeen ARCHIS-melding crematie crevasse Edelmanboor fluviatiel Hollandveen Holoceen humeus kom kreek kronkelwaard laag lithologie meander meanderen oeverafzetting oeverwal plangebied Ten gevolge van menselijk handelen (door mensen veroorzaakt/gemaakt). Elke melding bij het centraal informatiesysteem (ARCHIS). Begraving met gecremeerd menselijk bot. Doorbraakgeul door een oeverwal. Een handboor voor bodemonderzoek. Door rivieren gevormd, afgezet. Holocene formatie, ontstaan tussen 35 en 15 voor Chr. Jongste geologisch tijdvak dat nog steeds voortduurt (vanaf de laatste IJstijd: ca. 88 jaar voor Chr.). Organische stoffen bevattend; bestaande uit resten van planten en dieren in de bodem. Laag gebied waar na overstroming van een rivier vaak water blijft staan en klei kan bezinken. waterweg waarbij het water vanuit zee of rivier onder invloed van het getijde in en uitstroomt. Deel van een stroomgebied omgeven en grotendeels opgebouwd door een meander. Een vervolgbare grondeenheid die op archeologische of geologische gronden als eenheid wordt onderscheiden. Wetenschap die zich bezighoudt met de beschrijving en het ontstaan van de sedimentaire gesteenten. Min of meer regelmatige lusvormige rivierbocht (genoemd naar de Meander in Klein Azië, thans Menderes). (van rivieren of beken) Zich bochtig door het landschap slingeren. Rug langs een rivier, bestaande uit overwegend kleiafzettingen. Langgerekte rug langs een rivier of kreek, ontstaan doordat bij het buiten de oevers treden van de stroom het grovere materiaal het grovere materiaal het eerst bezinkt. gebied waarbinnen de realisering van de planvorming het bodemarchief kan bedreigen 17
18 Pleistoceen Geologisch tijdperk dat ca. 2,3 miljoen jaar geleden begon. Gedurende deze periode waren er sterke klimaatswisselingen van gematigd warm tot zeer koud (de vier bekende IJstijden). Na de laatste IJstijd begint het Holoceen (ca. 88 voor Chr.). Pleniglaciaal Koudste periode van de laatste IJstijd, het Weichselien, ca jaar geleden. Prehistorie rivierduin stroomgordel stroomrug terras (rivier-) vaaggronden Weichselien zavel Dat deel van de geschiedenis waarvan geen geschreven bronnen bewaard zijn gebleven. Door verstuiving uit een riviervlakte hierlangs ontstaan duin (in Nederland meestal Weichselien of Vroeg Holoceen van ouderdom). Het geheel van rivieroeverwal-, rivierbedding- en kronkelwaard-afzettingen, al dan niet met restgeul(en). Oude riviergeul die zodanig is opgehoogd met zandige afzettingen dat de rivier een nieuwe loop heeft gekregen; blijven door inklinking van de komgebieden als een rij in het landschap liggen. Door een rivier verlaten en daarna versneden dalbodem. Minerale gronden zonder duidelijke podzol-b-horizont, zonder briklaag en zonder minerale eerdlaag. Geologische periode (laatste ijstijd, waarin het landijs Nederland niet bereikte), ca jaar geleden. Grondsoort die tussen 8 en 25% lutum (kleideeltjes kleiner dan,2 mm) bevat. 18
19 Bijlage 1: Topografische kaart m Projectnummer: Projectnaam: Culemborg, Lanxmeer-Parallelweg-Oost Legenda Plangebied
20 Bijlage 2: Archis-informatie m Projectnummer: Projectnaam: Culemborg, Lanxmeer-Parallelweg-Oost Legenda vondstmeldingen waarnemingen Plangebied onderzoeksmeldingen monumenten Archeologische waarde Terrein van archeologische betekenis Terrein van archeologische waarde Terrein van hoge archeologische waarde Terrein van zeer hoge archeologische waarde Terrein van zeer hoge archeologische waarde, beschermd IKAW lage trefkans (water) middelhoge trefkans (water) hoge trefkans (water) lage trefkans water middelhoge trefkans ongekarteerd hoge trefkans zeer lage trefkans
21 Bijlage 3: Boorlocatiekaart venige kom crevasse 16 venige kom m Projectnummer: Projectnaam: Culemborg, Lanxmeer-Parallelweg-Oost Legenda Boring Plangebied
22 Bijlage 4: Boorbeschrijvingen 19
23 Bijlage 4: Boorprofielen Boring: 1 Boring: 2 Boring: 3 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,64 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,8 X: Y: Hoogte (m NAP): 1, braak Zand, matig fijn, matig siltig, brokken klei, licht bruingrijs 18 braak Zand, zeer fijn, sterk siltig, sterk humeus, sporen grind, donkerbruin 182 braak brokken zand, brokken klei, donkergrijs, opgebracht sterk puinhoudend, grijsblauw zwak humeus, sporen baksteen, donker grijsblauw, omg grijsblauw Klei, zwak zandig, grijs 1 85 matig roesthoudend, sporen baksteen, licht bruingrijs Zand, matig fijn, uiterst siltig, brokken klei, blauwgrijs 1 62 sporen baksteen, sporen schelpen, sporen sintels, grijsblauw, sc6 op 1 omg Zand, matig fijn, matig siltig, grijsblauw matig roesthoudend, grijsbruin Klei, zwak zandig, zwak roesthoudend, grijsbruin Zand, matig fijn, matig siltig, grijs sterk humeus, matig roesthoudend, donkergrijs Veen, sterk kleiïg, donkerbruin 2-18 matig humeus, grijs -5 zwak humeus, grijs Zand, matig fijn, matig siltig, grijs Boring: 4 Boring: 5 Boring: 6 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,93 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,64 X: Y: Hoogte (m NAP): 1, braak brokken zand, brokken klei, donkergrijs, ophooglaag omg humeuze laagjes kalkrijk matig humeus, sporen baksteen, sporen sintels, grijsbruin, oorspr. maaiveld kalkloos Klei, uiterst siltig, sporen zand, grijsblauw, kalkloos Zand, matig fijn, uiterst siltig, zwak humeus, sporen schelpen, grijsblauw, bovenin wo7 kalkrijk Zand, matig fijn, matig siltig, grijsblauw, kalkrijk braak Zand, matig fijn, sterk siltig, sterk humeus, matig puinhoudend, bruinzwart matig roesthoudend, matig puinhoudend, bruingrijs Klei, zwak zandig, zwak puinhoudend, laagjes grind, brokken zand, grijsblauw sporen grind, grijsblauw Volledig houtskool, zwart Veen, mineraalarm, matig houthoudend, matig wortelhoudend, bruinzwart sterk humeus, matig houthoudend, bruinzwart berm Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, matig wortelhoudend, donkerbruin, opg Klei, zwak zandig, matig roesthoudend, bruinbeige, omg Klei, zwak zandig, zwak humeus, sporen roest, sporen baksteen, donkergrijs, omg sporen roest, zwak zandhoudend, sporen grind, brokken klei, lichtbruin, omg zwak zandhoudend, grijs, grof zand Zand, matig grof, zwak siltig, grijs Projectcode: getekend volgens NEN 514
24 Bijlage 4: Boorprofielen Boring: 7 Boring: 8 Boring: 9 X: Y: 4398 Hoogte (m NAP): 1,52 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,46 X: Y: Hoogte (m NAP): 1, berm Zand, matig fijn, matig siltig, bruinbeige, opg Klei, zwak zandig, zwak roesthoudend, bruinbeige, omg Klei, zwak zandig, zwak humeus, zwak wortelhoudend, brokken zand, sporen baksteen, brokken klei, grijsbruin, omg zwak zandhoudend, grijs, grof zand Zand, matig grof, zwak siltig, brokken klei, sporen baksteen, grijs, omg Zand, matig grof, zwak siltig, grijs, ca berm Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, zwak wortelhoudend, bruin, opg Zand, matig grof, zwak siltig, bruinbeige, opg Klei, zwak zandig, matig roesthoudend, bruinbeige, omg zwak humeus, matig roesthoudend, donker grijsbruin, ca1 omg fec matig zandhoudend, grijs, ca1 grof zand Zand, zeer grof, zwak siltig, grijs, ca berm Zand, matig fijn, uiterst siltig, zwak humeus, zwak grindhoudend, zwak wortelhoudend, bruin, opg Zand, matig grof, zwak siltig, sporen roest, bruinbeige, opg Zand, matig grof, zwak siltig, grijs, opg Klei, zwak zandig, zwak humeus, sporen wortels, donkergrijs, ca1 stevig Klei, zwak zandig, matig humeus, zwak houthoudend, grijsbruin, ca1 zwak riethoudend, laagjes veen, grijs, mn1 ca1 slap Boring: 1 Boring: 11 Boring: 12 X: Y: Hoogte (m NAP): 1,39 X: 1197 Y: Hoogte (m NAP):,67 X: Y: Hoogte (m NAP):, berm Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus, sporen baksteen, bruin Zand, matig fijn, zwak siltig, licht grijsbruin, bouwzand Zand, matig fijn, zwak siltig, grijs groenstrook zwak humeus, sporen riet, sporen grind, donker bruingrijs grijsblauw Veen, sterk kleiïg, sterk plantenhoudend, bruin, bge grijs zwak humeus, donkergrijs, laklaagje bge groenstrook zwak humeus, sporen riet, sporen grind, donker bruingrijs zwak humeus, matig plantenhoudend, grijsblauw Veen, sterk kleiïg, sterk plantenhoudend, bruin, bge grijs lichtgrijs, laklaagje bge -53 grijs 9 grijs lichtgrijs zwak humeus, grijsbruin zwak humeus, grijsbruin lichtgrijs Projectcode: getekend volgens NEN 514
25 Bijlage 4: Boorprofielen Boring: 13 Boring: 14 Boring: 15 X: Y: Hoogte (m NAP):,83 X: Y: Hoogte (m NAP):,58 X: Y: Hoogte (m NAP):,98 83 groenstrook Zand, uiterst fijn, uiterst siltig, matig humeus, sterk plantenhoudend, bruinbeige, gw braak matig humeus, resten wortels, bruin lichtbruin 98 moestuin Zand, matig fijn, matig siltig, sporen grind, bruin, bouwzand Zand, matig fijn, matig siltig, grijs lichtgrijs, humeuze laagjes onderin 1 matig roesthoudend, resten wortels, licht grijsbruin 1 grijs, opgebracht -62 laagjes zand, grijs lichtgrijs matig roesthoudend, grijsbruin, ophoog matig humeus, sporen hout, sporen riet, grijsbruin laagjes zand, grijsblauw Boring: 16 Boring: 17 Boring: 18 X: Y: Hoogte (m NAP):,96 X: Y: Hoogte (m NAP): 3,28 X: Y: Hoogte (m NAP): 2,68 96 moestuin Zand, matig fijn, matig siltig, sporen grind, bruin, bouwzand 328 moestuin Zand, matig fijn, matig siltig, sporen grind, bruin, bouwzand groenstrook zwak humeus, donker grijsbruin matig roesthoudend, grijsbruin, cac grijs, opgebracht grijs, opgebracht matig roesthoudend, grijsbruin, ophoog laagjes zand, grijsblauw matig roesthoudend, grijsbruin, ophoog grijsblauw lichtgrijs laagjes zand, lichtgrijs matig roesthoudend, bruin Projectcode: getekend volgens NEN 514
26 Bijlage 4: Boorprofielen Boring: 19 Boring: 2 X: Y: Hoogte (m NAP): 2,99 X: Y: Hoogte (m NAP): 2, groenstrook zwak humeus, donker grijsbruin matig roesthoudend, grijsbruin, cac 262 groenstrook matig humeus, donkerbruin, opgebracht verstoord Zand, matig grof, matig siltig, laagjes klei, sporen roest, grijsbruin 5 22 Zand, matig fijn, matig siltig, laagjes klei, grijs laagjes zand, lichtgrijs matig humeus, sporen houtskool, zwak houthoudend, grijsbruin 32 grijs Veen, zwak kleiïg, zwak riethoudend, donkergrijs Projectcode: getekend volgens NEN 514
27 Bijlage 5: Periodentabel 2
28 Bijlage 6: Kadasterkaart Minuutplan Projectnummer: Projectnaam: Culemborg, Lanxmeer-Parallelweg-Oost Legenda Plangebied 1 m 1445
4 Archeologisch onderzoek
4 Archeologisch onderzoek 99044462 Inhoudsopgave ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK 1 Inleiding... 2 1.1 Algemeen... 2 1.2 Aanleiding en doelstelling... 2 2 Bureauonderzoek... 3 2.1 Werkwijze... 3 2.2 Resultaten
Nadere informatieBouquet, Zwijndrecht Gemeente Zwijndrecht. Colofon. IDDS Archeologie rapport Projectnummer drs. H.E. Bouter. Versie 1.1.
Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Bouquet, Zwijndrecht Gemeente Zwijndrecht IDDS Archeologie rapport 1781 Colofon Projectnummer 46050615 In opdracht van Wissing B.V. Auteur drs. H.E. Bouter
Nadere informatieArcheologisch onderzoek locaties Oranjehof en Appelgaard
Archeologisch onderzoek locaties Oranjehof en Appelgaard Inventariserend veldonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 201 Archeologisch onderzoek locaties Oranjehof en Appelgaard Inventariserend veldonderzoek
Nadere informatieNieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel)
Delftse Archeologische Notitie 122 Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel) Een verkennend booronderzoek Bas Penning Delftse Archeologische Notitie 122 Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel) Een verkennend
Nadere informatieArcheologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899
1. ALGEMENE GEGEVENS Titel Auteur(s) Autorisatie Gemeente Plaats Toponiem / Straat Onderzoekskader Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam,
Nadere informatieArcheologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)
Archeologie Deventer Briefrapport 27 November 2013 Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Briefrapport Controleboringen Cellarius / De Hullu, Colmschate (project 494) Behorende bij bureaustudie
Nadere informatieBijlage 4. Quickscan archeologie
Bijlage 4 Quickscan archeologie Quickscan Archeologie Reuselhof 1-29, Moergestel Gemeente Oisterwijk In opdracht van : AGEL Adviseurs Auteur : drs. M. Horn Redactie : dr. A.W.E. Wilbers Projectnummer :
Nadere informatieINVENTARISEREND VELDONDERZOEK ARCHEOLOGIE KONINGIN WILHELMINASTRAAT EN KONINGIN JULIANAPLEIN, HEDEL, MAASDRIEL
INVENTARISEREND VELDONDERZOEK ARCHEOLOGIE KONINGIN WILHELMINASTRAAT EN KONINGIN JULIANAPLEIN, HOPPE BOUW- EN ONTWIKKELING BV 6 januari 211 B155/BD/9/76/1 Rapportage 1.1 AANLEIDING EN DOEL ONDERZOEK In
Nadere informatieGemeente Schouwen- Duiveland. Mevrouw S. Wagemaker Postbus AK Middelburg
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Stolpweg, Nieuwerkerk Gemeente Schouwen-Duiveland B&G rapport 1272 Colofon Projectnummer 29660811/49090 Auteurs drs. M. Horn,
Nadere informatieRAPPORT A13-169-I Archeologisch onderzoek aan de Graafweg 2c te Lopik, gemeente Lopik
RAPPORT A13-169-I Archeologisch onderzoek aan de Graafweg 2c te Lopik, gemeente Lopik Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek met boringen - - - - - - - - - - - - - - 27
Nadere informatieArcheologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen
Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen Bijlage 3 bij Nota van Uitgangspunten Strijpsche Kampen Definitief Gemeente Oirschot Grontmij Nederland bv Eindhoven, 11 mei 2007 Verantwoording Titel :
Nadere informatieHeemsteedsekanaaldijk/Overeindse weg
RAAP-NOTITIE *nummer* Heemsteedsekanaaldijk/Overeindse weg Gemeente Nieuwegein Archeologisch vooronderzoek: een inventariserend veldonderzoek (karterende fase) Versie 6.4 Colofon Opdrachtgever: De gemeente
Nadere informatieQuickscan Archeologie Bedrijventerrein Zwanegat te Zevenbergen
Archeologie Quickscan Archeologie Bedrijventerrein Zwanegat te Zevenbergen Gemeente Moerdijk Het plangebied op een kaart uit 1870 (bron: www.watwaswaar.nl) In opdracht van : AGEL adviseurs Auteur : drs.
Nadere informatie30 sept 2014 65848 OU2010006
Verkennend archeologisch booronderzoek Grolseweg 19 te Beltrum, gemeente Berkelland (GE) Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Berkelland datum: zaaknr: nr: 30 sept 2014 65848 OU2010006
Nadere informatieAdviseur bevoegd gezag Milieudienst Zuidoost Utrecht. mw. M. Both Postbus AD Rotterdam
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, Heldsdingse Achterweg 4, Vianen Gemeente Vianen B&G rapport 1239 Colofon Projectnummer 26540111 / 46972 Auteur L. Haaring Redactie A.W.I.
Nadere informatieBeulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)
Laagland Archeologie Rapport 11 Inventariserend veldonderzoek karterende fase Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.) Opdrachtgever: gemeente Steenwijkerland april 2016 Versie 1 Inventariserend
Nadere informatieBureau voor Archeologie Rapport De Limiet 19-23, Vianen, gemeente Vianen: een booronderzoek
Bureau voor Archeologie Rapport 2013.12 De Limiet 19-23, Vianen, gemeente Vianen: een booronderzoek 2 Colofon titel: Bureau voor Archeologie Rapport 2013.12. De Limiet 19-23, Vianen, gemeente Vianen: een
Nadere informatieHoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek
Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek Administratieve gegevens provincie: gemeente: plaats: Groningen Slochteren Slochteren toponiem: Hoofdweg 39 bevoegd gezag:
Nadere informatiedrs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman Redactie
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase st. Jorisweg - Arubastraat, Delft Gemeente Delft IDDS Archeologie rapport 1395 Colofon Projectnummer 33020312/51591 In opdracht
Nadere informatieSenior Archeoloog Gemeente. Postbus AA Zwijndrecht 14078
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Voorzieningencluster te Heerjansdam Gemeente Zwijndrecht B&G rapport 899 Colofon Projectnummer 188119/3931 Auteur HWD van
Nadere informatieWaardsedijk Oost 11 en 13, Montfoort Gemeente Montfoort. Colofon Projectnummer 28980511/49046. IDDS Archeologie rapport 1387
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Waardsedijk Oost 11 en 13, Montfoort Gemeente Montfoort IDDS Archeologie rapport 1387 Colofon Projectnummer 2898511/4946
Nadere informatie-Rapporten. Een archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen voor het plangebied De Slaag te Maurik, gemeente Buren (Gld)
Een archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen voor het plangebied De Slaag te Maurik, gemeente Buren (Gld) -Rapporten K.A. Hebinck ARC-Rapporten 2010-90 Geldermalsen 2011 ISSN
Nadere informatiePlangebied Visvijvers te Gendt
RAAP-NOTITIE 1540 Plangebied Visvijvers te Gendt Gemeente Lingewaard Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek Colofon Opdrachtgever: Gemeente Lingewaard Titel: Plangebied
Nadere informatie8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas
QUICKSCAN ARCHEOLOGIE KLAVER 8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente 8 2017 Horst aan de Maas Gemeente Horst aan de Maas 20 APRIL 2017 20 APRIL 2017 Contactpersonen KOOS MOL Arcadis Nederland B.V.
Nadere informatieGEMEENTE WIERDEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE EN VERWACHTINGSKAART
BAAC rapport GEMEENTE WIERDEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE EN VERWACHTINGSKAART BAAC rapport V-09.0172 januari 2010 Status definitief Auteur(s) drs. A. Buesink drs. M.A. Tolboom H.M.M. Geerts ARCHEOLOGIE
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D E N K A R T E R E N D B O O R O N D E R Z O E K Stadsweg 51, Onderdendam (Gemeente Bedum) Een verkennend en karterend booronderzoek Afbeelding
Nadere informatieBureau voor Archeologie Rapport 273
Driekoppenland, Noorden, gemeente Nieuwkoop: een inventariserend veldonderzoek in de vorm van boringen, karterende fase 2 Colofon titel: auteur:. Driekoppenland, Noorden, gemeente Nieuwkoop: een inventariserend
Nadere informatieQuick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst
Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Opsteller: B. van Sprew Opdrachtgever: H. de Jongh (H. de Jongh Advies) Datum: 22-8-2012 Aanleiding en doelstelling
Nadere informatieQuick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand
Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand 18 november 2010 Inleiding Het plangebied ligt ten westen van de bebouwde kom van Kaatsheuvel in de gemeente Loon op Zand (afb. 1). De
Nadere informatieBijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden
Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden 0 SOB Research, 26 juni 2014 1 1. Archeologisch onderzoek 1.1 Inleiding
Nadere informatieAdviesnotitie (Quickscan) Middenweg te Horssen
Adviesnotitie (Quickscan) Middenweg te Horssen (gemeente Druten) Colofon Opdrachtgever: HSRO bv Contactpersoon: Dhr. J. van Lierop Hoogstraat 1 6654 BA AFFERDEN Projectnummer: S090135 Titel: Adviesnotitie
Nadere informatieBijlage 4 Archeologisch onderzoek
39 Bijlage 4 Archeologisch onderzoek Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) 40 Bodemverstoringsvergu nning Archeologie Plangebied: Gemeente:
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies B O O R O N D E R Z O E K Oldebroek, Vierhuizenweg, gemeente Oldebroek (Gld.) Een inventariserend veldonderzoek verkennende fase ArGeoBoor rapport 1379 auteur:
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D E N K A R T E R E N D B O O R O N D E R Z O E K Gouderak, Veerstalblok naast nr. 7 (Gemeente Ouderkerk) Een verkennend en karterend booronderzoek
Nadere informatieHeesch - Beellandstraat
Archeologische Quickscan Heesch - Beellandstraat Gemeente Bernheze 1 Steller Drs. A.A. Kerkhoven Versie Concept 1.0 Projectcode 12110023 Datum 22-11-2012 Opdrachtgever LWM Ewislaan 12 1852 GN Heiloo Uitvoerder
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies VERKENNEND EN KARTEREND BOORONDERZOEK Bodegraven, Meije 115 (Gemeente Bodegraven Reeuwijk) Een verkennend en karterend booronderzoek Afbeelding 1: Ligging
Nadere informatieProjectnummer /48016 drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman. Gemeente Leiderdorp
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Simon Smitweg 7, Leiderdorp Gemeente Leiderdorp B&G rapport 128 Colofon Projectnummer 2971811/4816 Auteurs drs. A.M.H.C.
Nadere informatieHeenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z
Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport 2013-05/11Z Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch
Nadere informatiePapendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.
1. ALGEMENE GEGEVENS Titel Auteur(s) Autorisatie Gemeente Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.0) H.
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D B O O R O N D E R Z O E K Duifhuizerweg 10 te Uden(gemeente Uden) Een verkennend booronderzoek voor de nieuwbouw van een woning. Afbeelding
Nadere informatieAchterstraat, Willemstad Gemeente Moerdijk Colofon
Archeologisch bureauonderzoek Achterstraat, Willemstad Gemeente Moerdijk CIS-code: 25700 Colofon Projectnummer : 06541007/25700 Auteur : drs. J.J. Huisman Redactie : drs. T. Nales Controle J.J. Huisman
Nadere informatieQuickscan Archeologie Waterkanten, Lisse
Quickscan Archeologie Waterkanten, Lisse Gemeente Lisse In opdracht van : ABC Vastgoed Groep BV Auteur : drs. A.M.H.C. Koekkelkoren Redactie : dr. A.W.E. Wilbers Projectnummer : 30060811 Versie : 1.1 Noordwijk,
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies B O O R O N D E R Z O E K Kaetsebaen 2, Wommels (Gemeente Littenseradiel) Een booronderzoek Afbeelding 1. Ligging van het plangebied op een overzichtskaart
Nadere informatieBurgwerd, De Hemert 13 Gem. Wûnseradiel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /02
Burgwerd, De Hemert 13 Gem. Wûnseradiel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport 2010-05/02 Burgwerd, De Hemert 13 Gem. Wûnseradiel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch
Nadere informatiedrs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Hoge Dijk (ong.), IJsselstein Gemeente IJsselstein IDDS Archeologie rapport 1494 Colofon Projectnummer 36111112/55092 In
Nadere informatieBloemenlaan, Valkenburg Gemeente Katwijk. Colofon. B&G rapport Projectnummer /47345 drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. L.
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Bloemenlaan, Valkenburg Gemeente Katwijk Colofon Projectnummer 29080611/47345 Auteurs drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. L.
Nadere informatieBureau voor Archeologie. Plan van Aanpak booronderzoek Achterdijk 2-1, Arkel, gemeente Giessenlanden
1 Plan van Aanpak booronderzoek Achterdijk 2-1, Arkel, gemeente Giessenlanden 2 1 Administratieve gegevens projectleiding uitvoering soort onderzoek opstellers Arjan de Boer Verkennend en eventueel karterend
Nadere informatieGemeente Dordrecht adviseur gemeente Zwijndrecht
Archeologisch bureauonderzoek Bouquet, Zwijndrecht Gemeente Zwijndrecht Colofon Projectnummer 44471214/65940 In opdracht van Wissing B.V. Auteur drs. A.M.H.C. Koekkelkoren Redactie dr. A.W.E. Wilbers Versie
Nadere informatieQuick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand
Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand 12 augustus 2010 Inleiding Het plangebied ligt in het noorden van de bebouwde kom van Kaatsheuvel in de
Nadere informatieBuro de Brug Rapporten Quickscan Archeologie Kabeltracé Waarderpolder - Vijfhuizen B09-38
Buro de Brug Rapporten Quickscan Archeologie Kabeltracé Waarderpolder - Vijfhuizen B09-38 Administratieve gegevens 3 1. Inleiding 4 2. De uitgangspunten 4 3. Beschrijving van de historische situatie 4
Nadere informatieEde, Roekelse Bos (gem. Ede)
(gem. Ede) Een Inventariserend Veldonderzoek door middel van een veldverkenning en karterend booronderzoek J. Walstra R. van Lil Colofon ADC Rapport 930 (gem. Ede) Een Inventariserend Veldonderzoek door
Nadere informatieRAAP-NOTITIE 2891. Plangebied Burloseweg Gemeente Winterswijk Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek
RAAP-NOTITIE 2891 Plangebied Burloseweg Gemeente Winterswijk Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek Colofon Opdrachtgever: NIBAG Milieu Advies Titel: Plangebied Burloseweg,
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies B O O R O N D E R Z O E K Waddinxveen Drie locaties langs de Henegouwerweg (N207) (Gemeente Waddinxveen) Een verkennend booronderzoek ArGeoBoor rapport 1378
Nadere informatieArcheologische Begeleiding Plangebied Plofsluis Gemeente Nieuwegein
Ex-Situ Archeologierapport 1 Archeologische Begeleiding Plangebied Plofsluis Gemeente Nieuwegein Auteur: drs. Y. Raczynski-Henk Status: Eindversie Datum: 25-08-2016 Ex-Situ Archeologierapport 1 Archeologische
Nadere informatieEen Archeologisch Bureauonderzoek voor het bestemmingsplan De Grift 3 in Nieuwleusen (gemeente Dalfsen, Overijssel). Figuur 1.
Een Archeologisch Bureauonderzoek voor het bestemmingsplan De Grift 3 in Nieuwleusen (gemeente Dalfsen, Overijssel). (Steekproef 2006-03/18, ISSN 1871-269X) Inleiding Voor De Lange, Bureau voor Stedebouw
Nadere informatieQuickscan Inleiding Resultaten quickscan
Quickscan Kenmerk Betreft 1 Inleiding Provincie Noord-Holland heeft het voornemen om de provinciale weg N244 tussen de A7 bij Purmerend en de N247 bij Edam-Volendam op te waarderen tot een regionale weg.
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D B O O R O N D E R Z O E K Duifhuizerweg 10 te Uden(gemeente Uden) Een verkennend booronderzoek Afbeelding 1. Locatie van het plangebied
Nadere informatieProjectnummer /55083 Egbert Kruiswijk Vleesproducten B.V. drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Kamerlingh Onneslaan (ong), IJsselstein Gemeente IJsselstein IDDS Archeologie rapport 1493 Colofon Projectnummer 35951012/55083
Nadere informatieProjectnummer /49965 dr. A.W.E. Wilbers, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren. Regio Rivierenland, namens de gemeente Culemborg
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Sprokkelenburg, Culemborg Gemeente Culemborg B&G rapport 1336 Colofon Projectnummer 349911/49965 Auteur dr. A.W.. Wilbers,
Nadere informatieArcheologische Quickscan. Uitbreiding zwembad t Bun Staartweg 30, Urk (gemeente Urk)
Archeologische Quickscan Uitbreiding zwembad t Bun Staartweg 30, Urk (gemeente Urk) 1 Australiëlaan 5-a 3526 AB Utrecht T: 030-7620705 F: 030 7620706 E: informatie@transect.nl Auteur Drs. A.A. Kerkhoven
Nadere informatieMiddelstraat, Scheenenweg, Herpen EVZ Munsche Wetering Gemeente Oss. Colofon. IDDS Archeologie rapport 1815
Archeologisch bureauonderzoek Middelstraat, Scheenenweg, Herpen EVZ Munsche Wetering Gemeente Oss Colofon Projectnummer 45080215 OM-nummers 3973775100, 3973783100 In opdracht van BTL Advies B.V. Auteur
Nadere informatiedrs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Rhijnenburg, Hazerswoude-Rijndijk Gemeente Rijnwoude Colofon Projectnummer 34790712/53349 In opdracht van RBOI Rotterdam
Nadere informatieBijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout
Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 326324-Htn- WVB-aanv. 11 december 214 326324 Betreft Aanvullende archeologische
Nadere informatiePlan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop
Plan van Aanpak Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek Opdrachtgever: Van Wengerden en Visser B.V. Plangebied: Dorpsstraat 63 / Vijverhofpad 4 in Nieuwkoop, gemeente Nieuwkoop
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D B O O R O N D E R Z O E K Dorpsstraat 861/863 Assendelft (Gemeente Zaanstad) Een verkennend booronderzoek ArGeoBoor rapport 1213 status:
Nadere informatieKruising van de van Heuven-Goedhartlaan met de Weg om de Noord/Kruisweg te Hoofddorp (gemeente Haarlemmermeer)
Kruising van de van Heuven-Goedhartlaan met de Weg om de Noord/Kruisweg te Hoofddorp (gemeente Haarlemmermeer) een bureauonderzoek I.S.J. Beckers Colofon IVO B Rapport 1404 Kruising van de Van Heuven-Goedhartlaan
Nadere informatieInventariserend Veldonderzoek, Verkennend en karterend booronderzoek
Inventariserend Veldonderzoek, Verkennend en karterend booronderzoek gemeente Maasdriel Opdrachtgever Status: definitief Gemeente Maasdriel Postbus 1 Projectleider 533 GA Kerkdriel drs. J.H.F. Leuvering
Nadere informatieOude Amersfoortseweg 99 te Hilversum rapport 2022
Oude Amersfoortseweg 99 te Hilversum rapport 2022 Een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend en karterend booronderzoek J.A.G. van Rooij A.G. de Boer 2 Colofon ADC Rapport 2022 Een
Nadere informatieOMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01)
OMnummer: 43567 Datum: 21-10-2010 Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr.10-122) Opdrachtgever (LS01) Naam / organisatie: Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer Contactpersoon: Mevr. H. van der
Nadere informatieDordrecht Ondergronds / Briefrapport 1. Dordrecht - Meidoornlaan
Dordrecht - Meidoornlaan Archeologische begeleiding T. Hos, 2008 Colofon Titel ISSN Briefrapportnummer 1 Aantal pagina's 7 Auteur Redactie Afbeeldingen Dordrecht Meidoornlaan, archeologische begeleiding
Nadere informatiePlangebied naast Warfhuisterweg 12 te Wehe-Den Hoorn (gemeente De Marne) Een Archeologisch Bureauonderzoek
Plangebied naast Warfhuisterweg 12 te Wehe-Den Hoorn (gemeente De Marne) Een Archeologisch Bureauonderzoek Administratieve gegevens provincie: gemeente: plaats: toponiem: bevoegd gezag: opdrachtgever:
Nadere informatiememo Locatiegegevens: Inleiding
memo van Bram Silkens afdeling RB Datum Contact 28-04-2016 Walcherse Archeologische Dienst (gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen) postbus 70 4330 AB Middelburg b.meijlink@middelburg.nl (06-52552925)
Nadere informatieArcheologisch onderzoek t Zand Noord
Archeologisch onderzoek t Zand Noord Inventariserend veldonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN Archeologisch onderzoek 't Zand Noord Inventariserend Veldonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN
Nadere informatieLibau, 10 augustus 2010. Tracé Aduard - Dorkwerd Een Archeologisch Bureauonderzoek
Tracé Aduard - Dorkwerd Een Archeologisch Bureauonderzoek Administratieve gegevens provincie: gemeenten: plaats: toponiem: bevoegd gezag: opdrachtgever: Groningen Zuidhorn en Groningen Aduard en Dorkwerd
Nadere informatieProjectnummer 32170112 drs. S. Wittka, drs. S. Moerman, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren. Postbus 15 2700 AA Zoetermeer
Archeologische quickscan Bestemmingsplan Zoetermeer: Dorpsstraat/Stadcentrum, Gemeente Zoetermeer B&G rapport 1345 Colofon Projectnummer 32170112 Auteur drs. S. Wittka, drs. S. Moerman, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren
Nadere informatieArcheologisch onderzoek N242 Westtangent gem. Heerhugowaard
Archeologisch onderzoek N242 Westtangent gem. Heerhugowaard Bureauonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 1025 Archeologisch onderzoek N242 Westtangent gem. Heerhugowaard Bureauonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE
Nadere informatieADVIES ARCHEOLOGIE 16 dec 2013
NAW plan: Plan: Opp plangebied: RO-procedure: Opsteller: Aanvrager: Inrichting openbare ruimte plangebied Pantarhei aanleg ontsluitingsweg, parkeergelegenheid, openbaar groen ca. 5000 m² (locatie Pantarhei);
Nadere informatieColofon. ARC-Rapporten ARC-Projectcode 2009/741
Een verkennend archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen op het Landgoed Sandtstaete aan de Kasteellaan te Loon op Zand (NB) -Rapporten A.J. Wullink & J.J.A. Wijnen ARC-Rapporten
Nadere informatiePagina 1 van 7 Archeologie West-Friesland, Nieuwe Steen 1, 1625 HV Hoorn, Postbus 603, 1620 AR Hoorn
Document: Archeologische Quickscan Plangebied: Oosterdijk 54, Oosterdijk, gemeente Enkhuizen Adviesnummer: 16078 Opsteller: F.C. Schinning (archeoloog) & C.M. Soonius (regio-archeoloog) Datum: 09-05-2016
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies K A R T E R E N D B O O R O N D E R Z O E K Oud-Beijerland, N217 Kwakscheweg (Gemeente Oud-Beijerland) Een karterend booronderzoek Afbeelding 1: Ligging van
Nadere informatieColofon. ARC-Rapporten ARC-Projectcode 2007/299
Een archeologisch bureau-onderzoek en inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van boringen, op de locatie Olyhorststraat 13 te Gendt, gemeente Lingewaard (Gld.) -Rapporten W.J.F. Thijs & A.J. Wullink
Nadere informatiePlan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1
Plan van Aanpak Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) Projectnr. A16-085-I, september 2016, versie: 1 Auteur: dr. P.T.A. de Rijk Verkennend booronderzoek Veldwerk Inleiding: Onderzoeksvragen:
Nadere informatieGemeente Woudrichem. Deskundige bevoegde overheid Regio West-Brabant
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase BP sportpark en centrum, Rijswijk Gemeente Woudrichem IDDS Archeologie rapport 1535 Colofon Projectnummer 3793413/56794 In
Nadere informatieArcheologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat 88-126 (QSnr 14-036) Stadsdeel: Centrum Adres: Eerste Oosterparkstraat 88-126
OMnummer: 61324 Datum: 23-04-2014 Archeologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat 88-126 (QSnr 14-036) Opdrachtgever (LS01) Naam / organisatie: Stadsdeel Oost Contactpersoon: Robbert Leenstra Postbus:
Nadere informatieDe heer M. den Besten Postbus CD Oosterhout
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek,verkennende fase Provincialeweg 8, t Veld Gemeente Niedorp B&G rapport 1212 Colofon Projectnummer 2769311 Auteurs drs M Horn, drs L Haaring
Nadere informatieArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies
ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D B O O R O N D E R Z O E K Gieterveen, Streek 17 (Gemeente Aa en Hunze) Een verkennend booronderzoek. Plangebied (paars) op een topografische
Nadere informatieArcheologisch booronderzoek Winschoterweg 11 te Groningen (GN)
Archeologisch booronderzoek Winschoterweg 11 te Groningen (GN) 14 april 214 MUG-projectnummer 93114314 Opdrachtgever Rho adviseurs voor leefruimte MUG-publicatie 214-27 Bevoegde overheid Gemeente Groningen
Nadere informatieMEMO. Alphen aan den Rijn. Stevinstraat 9 2405 CR ALPHEN AAN DEN RIJN. Contactpersoon opdrachtgever Dhr. R. Teunisse; (0172) 245 611 / (06) 2021 06 09
MEMO Van : Vestigia BV Archeologie & Cultuurhistorie Aan : Dhr. R. Teunisse namens Stichting Ipse de Bruggen Onderwerp : Quickscan Drietaktweg te Datum : 13 oktober 2010 Ons Kenmerk : V10-22710 / V10-1944
Nadere informatieAdviesdocument 434. Project: Adviesdocument, N.C.B.-laan te Veghel, gemeente Veghel. Projectcode: 14714VENCB. Opdrachtgever: Aveco de Bondt
Adviesdocument 434 Project: Adviesdocument, N.C.B.-laan te Veghel, gemeente Veghel Projectcode: 14714VENCB Opdrachtgever: Aveco de Bondt Initiatiefnemer: G. van Hemert Onroerend Goed BV Datum: 6 mei 2010
Nadere informatiedrs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Lopikerweg West 12, Lopik Gemeente Lopik Colofon Projectnummer 38230513/57033 In opdracht van dhr. Baars Auteurs drs. A.M.H.C.
Nadere informatieTzummarum, Buorren Gem. Franekeradeel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /10
Tzummarum, Buorren 40-44 Gem. Franekeradeel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport 2010-04/10 Tzummarum, Buorren 40-44 Gem. Franekeradeel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch
Nadere informatieFiguur 4.1 Stroomschema archeologie gemeente Terneuzen
Gemeentelijk beleid Algemeen Op 27 januari 2011 is door de gemeenteraad van Terneuzen het interim beleid archeologie vastgesteld. De insteek van dit beleid is het regelen van archeologie in ruimtelijke
Nadere informatieColofon. Margrietstraat 4, Sint Willebrord. Gemeente Rucphen. B&G rapport 860
Archeologisch Bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek (IVO), d.m.v. boringen Margrietstraat 4, Sint Willebrord Gemeente Rucphen B&G rapport 860 Colofon Projectnummer 15570609/38466 Auteurs drs.
Nadere informatieInleiding. Vigerend beleid en bevoegd gezag. Quick scan archeologie: Trajectstudie Bochtverbetering Alphen a/d Rijn. Utrecht, 25 november 2012
Quick scan archeologie: Trajectstudie Bochtverbetering Alphen a/d Rijn Utrecht, 25 november 2012 Inleiding De provincie heeft voornemens om de zuidwestelijke oever van de kruising van de Oude Rijn met
Nadere informatie-Rapporten. Een archeologisch bureau-onderzoek aan de Broekermeerdijk 30 te Watergang, gemeente Waterland (NH) ARC-Rapporten 2012-19
Een archeologisch bureau-onderzoek aan de Broekermeerdijk 30 te Watergang, gemeente Waterland (NH) -Rapporten M. Verboom-Jansen & A.J. Wullink ARC-Rapporten 2012-19 Geldermalsen 2012 ISSN 1574-6887 Colofon
Nadere informatieRanst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)
RAAP België - Rapport 035 Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst) Archeologienota Archeologisch Vooronderzoek Programma van Maatregelen Bureauonderzoek 2016L20 Landschappelijk booronderzoek 2016L21
Nadere informatieProjectnummer /45522 drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman. AGEL adviseurs dhr. C. Machielsen Postbus CD Oosterhout
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase Achterkade 21, Vianen Gemeente Vianen Colofon Projectnummer 26220111/45522 Auteurs drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. S. Moerman
Nadere informatieGemeente Ede Plangebied Kerkhoflaan te Bennekom
Gemeente Ede Plangebied Kerkhoflaan te Bennekom Auteur: W.A. Bergman Inventariserend veldonderzoek (verkennende fase) Status: definitief BAAC Rapport V-12.0283 augustus 2012 Inventariserend veldonderzoek
Nadere informatieProjectnummer 32170112 drs. S. Wittka, drs. S. Moerman, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren. Postbus 15 2700 AA Zoetermeer
Archeologische quickscan Bestemmingsplan Zoetermeer: Oosterheem/Zegwaartseweg-noord, Gemeente Zoetermeer B&G rapport 1345 Colofon Projectnummer 32170112 Auteur drs. S. Wittka, drs. S. Moerman, drs. A.M.H.C.
Nadere informatie6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo
6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldonderzoek 2200 voor Chr. 700 voor Chr. 150 na Chr. 320
Nadere informatie