BRL SIKB 1000 versie 8, vastgesteld en van kracht 17 juni 2009, versie 7 vervalt per 1 juli 2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BRL SIKB 1000 versie 8, vastgesteld en van kracht 17 juni 2009, versie 7 vervalt per 1 juli 2010"

Transcriptie

1 BRL SIKB 1000 versie 8, vastgesteld en van kracht 17 juni 2009, versie 7 vervalt per 1 juli 2010 Een bureau is gecertificeerd voor een bepaalde versie en dus ook voor de bijbehorende protocollen. Dit certificaat kunt u opvragen bij het betreffende bedrijf. Overigens moet het versienummer van het toegepaste protocol ook in elke rapportage van een uitkeuring zijn vermeld. Zie bijvoorbeeld VKB-protocol 1001, versie 1, hoofdstuk 7 danwel VKB-protocol 1001, versie 2, paragraaf Controlepunten in de rapportage van de partijkeuring. Tabel 1: Controlepunten m.b.t. BRL SIKB 1000 nr. par. controlepunt juiste beschrijving/omschrijving ja / nee 0 Voor versienummer Versie 8.0, vastgesteld op pagina en 2 1 van 4 activiteiten - monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie (protocol 1001) - monsterneming voor partijkeuringen niet-vormgegeven bouwstoffen (protocol 1002) - monsterneming voor partijkeuringen vormgegeven bouwstoffen (protocol 1003) - monsterneming te storten korrelvormige afvalstoffen (protocol 1004) BRL1000 betreft geen persoonscertificaat maar een procescertificaat met registratie van gekwalificeerde medewerkers In het certificaat is vastgelegd op welke vestiging het certificaat betrekking heeft. In het kwaliteitssysteem is vastgelegd welke - monsternemers en - projectleiders voldoen aan de vereisten van BRL De activiteiten waarvoor eisen in de BRL1000 zijn opgenomen en die onder het procescertificaat mogen uitgevoerd worden: - proces van monsterneming; - vanaf offertestadium tot overdracht monsters aan AP04 erkend laboratorium of BRL SIKB 1000 erkende organisatie - rapportage van de monsterneming inclusief de daarbij behorende veldwerkrapportage Buiten de BRL1000 vallen: - analyseactiviteiten - toetsing van de analyseresultaten en kwalificatie van de onderzoekspartij - beheer en toezicht op de onderzoekspartij Bedrijven kunnen worden gecertificeerd op basis BRL1000 en aansluitend door de minister worden erkend. De aanvraag voor ministeriele erkenning doet het gecertificeerde bedrijf zelf Met de vaststelling van een nieuwe versie van BRL1000 hebben de al erkende bedrijven een overgangsperiode van 1 jaar, waarna zij moeten voldoen aan de vereisten van de nieuwe versie Zie voor de publicatielijst van erkende instanties en erkende monsternemers Vergelijking van de datum en van het versienummer waarvoor het bedrijf erkend is en 3.5 en 4.2 Functiescheiding: Is diegene die de keuring uitvoert een ander dan de eigenaar van de partij? Formele eis uit Bbk (hfdst. 2) en Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen (par. 6a). In elk rapport is een verklaring opgenomen dat de opdrachtnemer onafhankelijk is van de opdrachtgever. bijv: Het onderzoeksbureau (opdrachtnemer) is onafhankelijk en is op generlei wijze gelieerd of gekoppeld aan de opdrachtgever. Ook bestaan er geen eigendomsverhoudingen met betrekking tot de te onderzoeken partij. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 1

2 nr. par. controlepunt juiste beschrijving/omschrijving ja / nee Is het juiste kwaliteitssysteem genoemd? Is NEN-EN-ISO 9001:2008 of in de tekst genoemd of wordt dit als logo gevoerd? (Gelijkwaardig zijn ISO en of een kwaliteitssysteem volgens het INK-model). Opmerking: klachten van de opdrachtgever moeten binnen dit systeem door de opdrachtnemer in behandeling genomen worden In de aanbieding moet duidelijk zijn: - dat de werkzaamheden onder certificaat BRL1000 worden uitgevoerd; - het betreffende protocol; - van welke partijgrootte voor bemonstering wordt uitgegaan; - het aantal te onderzoeken partijen; - het aantal grepen per partij. Tevens moet het, bij een aantal typen partijkeuring noodzakelijke, vooronderzoek zijn bijgevoegd bij de offerte Als zodanig in de offerte opgenomen Het keurmerk Kwaliteitswaarborg bodembeheer kan worden gebruikt op de offerte en 3.6 Is de volgend zin opgenomen? Het procescertificaat van < naam opdrachtnemer > en het hierbij behorende keurmerk zijn uitsluitend van toepassing op de activiteiten betreffende de monsterneming en de overdracht van de monster, inclusief de daarbij behorende veldwerkregistratie, aan een erkend laboratorium of aan de opdrachtgever, die ingeval van monsters van grond en bouwstoffen voor nuttige toepassing- dan zelf erkend is volgens deze beoordelingsrichtlijn Uit de rapportage van de werkzaamheden moet in ieder geval blijken dat : - de werkzaamheden zijn uitgevoerd conform de eisen uit BRL1000; - de in het vorige punt genoemde zin is opgenomen; - de genomen monsters zijn overgedragen aan een hiervoor AP04 erkend laboratorium; - de opdrachtnemer verklaart onafhankelijk te zijn van de opdrachtgever. Het keurmerk Kwaliteitswaarborg bodembeheer kan worden gebruikt op de rapportage De rapportage van de veldwerkzaamheden kan een onderdeel zijn van een grotere rapportage / milieuhygiënische verklaring waarin een volledig overzicht van de partijkeuring inclusief analyseresultaten en toetsing van deze analyseresultaten- wordt gepresenteerd Vakbekwaamheid monsternemers: MBO met minimaal 1 jaar ervaring monsternemer op basis van BRL2000 of minimaal 2 jaar ervaring monsternemer BRL2000 Jaarlijks minimaal 10 partijkeuringen Monsternemers hebben ingeval van asbesthoudende grond aanvullende kwalificatie-eisen: - kennis van specifieke veiligheidsmaatregelen mbt bewerken van en handelingen met asbesthoudende grond en baggerspecie (zie CROW 132) - opleiding gericht op een veilige uitvoering van het bewerken van asbesthoudende grond en baggerspecie c.q. cursus asbestherkenning Een opdrachtnemer mag de werkzaamheden uitbesteden aan een ander voor de BRL1000 en betreffend protocol erkend bedrijf. Een volledige uitbesteding is niet toegestaan (minimaal 10 bemonsteringen/jaar zelf) Schorsingen of intrekkingen van een certificaat worden door SenterNovem Bodem+ gepubliceerd op haar website Opnemen in rapportage Opm: Schorsing van een monsternemer voor BRL SIKB 1000 betekent automatisch schorsing voor de protocollen behorende bij BRL SIKB 2000 en BRL SIKB 6000 Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 2

3 nr. par. controlepunt juiste beschrijving/omschrijving ja / nee en bijlage 8 Is aangegeven of al dan niet een melding aan de Certificerende Instelling is gedaan voor monstername? De opdrachtnemer stelt op verzoek van de CI een planning ter beschikking. Deze planning kan iedere dag door de CI tot uur worden opgevraagd. De planning moet minimaal de gegevens voor de eerstvolgende werkdag bevatten. Uit de planning moet kunnen worden opgemaakt: - welke monsternemer, - waar werkzaamheden gaat uitvoeren, en - welke tijdsduur hiermee gemoeid is. Evt. opnemen in monsternameplan Registratie/archivering Alle gegevens en registraties m.b.t. BRL 1000 worden door de opdrachtnemer minimaal 5 jaar op overzichtelijke wijze gearchiveerd. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 3

4 Tabel 2: Controlepunten m.b.t. VKB protocol 1001 versie 2.0 vastgesteld 17 juni 2009 nr. par. controlepunt juiste beschrijving ja / nee 0 Voor versienummer Versie 2.0, vastgesteld op pagina 1 1 Doel van het protocol Representatieve monsterneming van een partij grond ten behoeve van partijkeuringen i.h.k.v. het Bbk Voldoet de grond (baggerspecie) aan de definitie van grond (baggerspecie) en bevat deze minder dan de toegestane hoeveelheid bodemvreemd materiaal? Bbk: Indien het te bemonsteren materiaal voldoet aan de definitie van grond conform art. 1 van het Bbk wordt dit bemonsterd conform VKB protocol (Voldoet het materiaal niet aan de kenmerken voor grond dan is een ander bemonsteringsprotocol van toepassing). Bbk, art. 1: Grond: vast materiaal dat bestaat uit minerale delen met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter en organische stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature worden aangetroffen, alsmede van nature in de bodem voorkomende schelpen en grind met een korrelgrootte van 2 tot 63 millimeter, niet zijnde baggerspecie. Baggerspecie: materiaal dat is vrijgekomen uit de bodem via het oppervlaktewater of de voor dat water bestemde ruimte en dat bestaat uit minerale delen met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter en organische stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature worden aangetroffen, alsmede van nature in de bodem voorkomende schelpen en grind met een korrelgrootte van 2 tot 63 millimeter. Bbk, art Bij regeling van Onze Ministers wordt de wijze bepaald waarop wordt vastgesteld of een materiaal aan te merken is als grond of baggerspecie. 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt onder grond of baggerspecie mede verstaan, grond of baggerspecie die is vermengd met ten hoogste 20 gewichtsprocenten bodemvreemd materiaal. 3. Op grond van milieuhygiënische overwegingen kunnen onze Ministers voor een toepassing van grond of baggerspecie een lager gewichts-percentage bodemvreemd materiaal vaststellen dan genoemd in het derde lid en hierover en over soorten toegestaan bodemvreemd materiaal nadere regels stellen. 3 4 Monsterneming door erkend monsternemer Erkend monsternemer (vastgelegd in het ISO-kwaliteitssysteem) met naam, handtekening en datum in zowel monsternemingsplan als -verslag. Eindverantwoordelijkheid van de monsterneming ligt bij de projectleider Zowel het monsterneminsgbedrijf als de monsternemer zelf is opgenomen in de lijst met erkenningen op de site van Bodem+: Benodigde apparatuur / hulpmiddelen Beschrijving van toegepaste bemonsteringsapparatuur in plan/verslag Beoordelingskader Partijkeuring grond en baggerspecie, Max ton en 2x50 grepen behalve uitzonderingssituaties Bbk: Er wordt geen verschil meer gemaakt tussen gebruikers- en handhavingsprotocol. Consequent door gehele rapport Consequent door gehele rapport Wel dient conform Rbk, art bij een handhavingsonderzoek gebruik gemaakt te worden van de afkeurfactor AF=1,40. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 4

5 Vooraf vaststellen maximale partijgrootte en aantal grepen Toetsing grond/baggerspecie: max ton / 2*50 grepen; Rbk, art : voor partijen die zich bevinden onder een verhardingslaag of een diepe bodemlaag mag een bemonstering met 2*6 grepen overeenkomstig VKB1001 worden uitgevoerd NEN : strategie TOETS-S-GROOT: monstername van bodemvolumes van tot m 3 door het bemonsteren van een beperkt aantal eenheden 20 tot 40 partijen van ton met 2*50 grepen (komt overeen met een reductie in monstername-inspanning van ca. 50%). 8 tabel 1 Vooronderzoek bij keuring: a) Keuring grond in depot of in situ ten behoeve van bewijsmiddel AW2000grond, woongrond, of industriegrond: - (deel)partij: maximaal ton - monsters: 2 en grepen: 50 per monster - voorwaarden: beschreven onder partijdefinitie ; Depot ex-situ: vooronderzoek wordt aanbevolen (niet voorgeschreven) In situ: vooronderzoek voorgeschreven[1] Combinatie met verkennend onderzoek is mogelijk conform NEN5740 (strategie B10, B11 of B12). In deze combinatie is vooronderzoek NVN5725 voorgeschreven. b) Keuring grootschalige partijen grond in-situ op diepten groter dan 5 m-mv ten behoeve van bewijsmiddel AW2000grond, woongrond of industriegrond: - (deel)partij: maximaal ton - monsters: 2 en grepen: 6 per monster - voorwaarden: beschreven onder partijdefinitie ; Beperkt vooronderzoek voorgeschreven[1] De volgende items dienen in het vooronderzoek beschreven te zijn: - herkomst van de partij (naw+xyz); - deze locatie is niet verdacht mbt de aanwezigheid van ernstig verontreinigde grond (te vermelden bron: HBB/LDB bestand of gemeentelijk bodem informatiesysteem), - indicatieve bodemkwaliteit (te vermelden bron: bodemkwaliteitskaart of bodemonderzoek) en bij partijen van max ton: - het betreft een aaneengesloten gronddepot op 1 locatie. NB: bij in-situ partijen moet conform VKB een vooronderzoek worden uitgevoerd om na te gaan of de te bemonsteren partijen redelijk homogeen van samenstelling zijn. Het vooronderzoek kan enkele proefboringen omvatten. De rapportage van het vooronderzoek moet bij het monsternemingsplan zijn gevoegd of aan het monsternemingsformulier worden toegevoegd. Doel: verontreinigde lagen mogen niet met onverdachte lagen worden gemengd. c) Keuring grond in depot of in situ ten behoeve van bewijsmiddel ernstig verontreinigde grond: - (deel)partij: maximaal 2000 ton - monsters: 2 en grepen: 50 per monster Vooronderzoek voorgeschreven[1] c) Keuring onder duurzaam aaneengesloten verhardingslagen ten behoeve van bewijsmiddel AW2000grond, woongrond, of industriegrond: - (deel)partij: maximaal ton - monsters: 2 en grepen: minimaal 6 per monster - patroon: gestratificeerd aselect Vooronderzoek voorgeschreven[1] [1]: Dit vooronderzoek is geen verplichting oortkomend uit het bbk, maar is een aanvullende eis van de BRL SIKB 1000 met name voor historisch verdachte locaties. De keuring van partijen van ton is niet toegestaan voor grond afkomstig van historisch verdachte- of ernstig verontreinigde locaties, wat in het vooronderzoek moet worden aangetoond. Historisch verdachte locaties zijn de locaties die voorkomen in het HBB/LDB-bestand (Historisch bodembestand landsdekkend beeld). Hiermee wordt tegen gegaan, dat ernstig verontreinigde grond in grootschalige partijen wordt verdund en als woon- en industriegrond wordt hergebruikt Asbestonderzoek Uitgebreid vooronderzoek conform NEN5707 noodzakelijk In-situ partij(en) en ontgravingsplan Het ontgravingsplan is noodzakelijk om de relatie tussen de af te voeren partij en de partijkeuring te kunnen leggen c.q. de partijindeling is zo gekozen dat deze overeen komt met (de geïdentificeerde la(a)g(en) uit) het ontgravingsplan. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 5

6 Partijdefinitie Bbk, art. 1: Partij: identificeerbare hoeveelheid bouwstof, grond of baggerspecie van vergelijkbare milieuhygiënische kwaliteit, die is bedoeld om als geheel te worden verhandeld of toegepast. Gezien Bbk, art 1 geldt dat bodem en waterbodem (ijn-situ) resp. grond en baggerspecie (ex-situ c.q. depots) als één partij (tot een maximum van ton) mogen worden aangemerkt indien: - sprake is van een eenduidige en gelijke textuur bepaald overeenkomstig NEN5706; - sprake is van aaneengesloten percelen of depots; - de aangetroffen bijmengingen van de individuele partijen, qua samenstelling en percentage, bepaald conform protocol 2001, gelijk zijn; - sprake is van een gelijke milieuhygiënische kwaliteit (vastgesteld aan de hand van - een indicatieve partijkeuring en/of - verkennend onderzoek en/of - historisch bodemonderzoek en/of - vastgestelde Bkk De gedefinieerde en als zodanig bemonsterde partij. Een partij kan bestaan uit meerdere bijeengelegen depots van dezelfde materiaalsoort. Motivatie evt. opdeling in deelpartijen. Bij Bemonstering van transportband: extra aandacht aan bandsnelheid/grootte begin- en einddepots/etc. (NEN5740: Toets-S-Groot: opdeling in deelpartijen van max ton gebeurt op basis van een systematisch grid. Vervolgens: aselecte keuze van de te onderzoeken partijen.) Vooronderzoek Herkomst van de partij vastgelegd middels: - adresgegevens herkomstlocatie; - ligging, x-y-coördinaten van de partij; - laagdiepte (z-coördinaat); - controle of partij niet afkomstig is van verdacht of ernstig verontreinigde locatie; - vermoedelijke kwaliteit van de partij (uit Bkk of eerder verricht bodemonderzoek); Indien niet voldoende gegevens bekend dan is een door ontdoener ondertekende, schriftelijke opgave omtrent - herkomst, - aard en - samenstelling maatgevend (Opm: kan al in offertestadium geregeld worden) Maximale partijgrootte: a) is de te onderzoeken partij groter dan 2000, resp dan onderverdelen in twee of meer partijen van maximaal [dus in dit geval: 2001 ton is 2 deelpartijen], respectievelijk ton [dus in dit geval: ton is 2 deelpartijen]; b) fout in schatting monsternemer maximaal 25% c) deze foutmarge mag niet op voorhand gebruikt worden om de maximale partijgrootte te vergroten d) de bepaling van het gewicht van de partijen geschiedt op basis van (in afnemende voorkeursvolgorde): 1. meting of weging (geijkte weegbrug) van de partij(en); 2. veldwaarneming(en); 3. gegevens van leverancier, eigenaar of derden e) indien de gegevens van leverancier, eigenaar of derden niet in overeenstemming zijn met de veldwaarnemingen zijn de veldwaarnemingen maatgevend. Zoals beschreven, NB: opsplitsregels zijn opgenomen in Rbk, art Partij-indeling (Opmerking: grootschalig onverdacht NEN5740, afwijkend: keuring per gekozen deelpartij van max ton of m 3 ) De partij-indeling dient eenduidig in het monsternemingsplan te zijn opgenomen (aangeven in het monsternemingsplan middels kaartmateriaal en/of foto s (zeker als de partij uit meerdere nabij elkaar gelegen depots betreft) en of de partij voldoende toegankelijk is (ivm eventuele (gedeeltelijke) verplaatsing; veiligheid etc. [zie ook controlepunt veldinspectie ]) Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 6

7 veldinspectie Voorafgaande aan de bemonstering dient een veldinspectie uitgevoerd te worden (beschrijving hiervan evt. in het monsternemingsformulier) methode 2*50: Monsternemingspatroon c.q. systematisch raster, berekening Ribbe R, afwijking vakgrootte R*R naar l*b=r 2 bij lijnvormig object of afwijkende diepte d, plaatsing boring midden in vak. (NB: het raster moet worden afgemaakt ook als blijkt dat er meer dan 100 grepen worden genomen). NB: bij de veldinspectie dient ook de toegankelijkheid van de partij beoordeeld te worden. Criteria voor toegankelijkheid zijn (motivatie in monsternemingsplan/verslag): - veiligheid van de monsternemer(s): stabiliteit van het materiaal - of een duurzaam aaneengesloten verhardingslaag aanwezig is - afweging kosten monstername dmv boringen of dmv nemen van grepen tijdens verplaatsing van de partij, etc. Opmerking: bij de veldinspectie kan naar voren komen dat de partij asbestverdacht materiaal bevat -> zie ook controle op asbest. 3 R( inm) = inhoud in m /100 grepen / 0, 5m dikte greeptraject 0,5 m standaard ton R 5 m standaard ton R = 11 m NB: indien de bemonsteringslaagdikte per greep kleiner blijkt te zijn dan 0,5 m dan dient in bovenstaande formule deze kleinere laagdikte ingevuld te worden (er wordt dan een greep per dit kleinere laagdiktetraject genomen) en bijlage 3 methode 2*6: gestratificeerd aselect patroon Opgenomen in monsternemingsplan en/of verslag: - opdeling in 12 gelijk grote vakken x*y, diepte z; - vakken worden zo gekozen dat de meeste vakken ingedeeld zijn in de richting van de meeste variatie - per vak xyz bepaald d.m.v. <aselect>*x, <aselect>*y, <aselect>*z (plaatselijke dikte) - aselect toewijzen grepen aan de monsters A en B Korrelgrootte, uitzeven partij (zie ook controlepunt 6.2.6) (De korrelgrootte is te bepalen aan de hand van een zeefproef en de methoden uit bijlage 1 en 2 van VKB 1001.) Indien bekend is dat de partij voorafgaand aan de toepassing in een werk zal worden gezeefd dan mogen delen groter dan de betreffende zeef handmatig uit de monsters worden verwijderd. Hiertoe dient vooraf door de opdrachtgever voor de monsterneming een getekende, schriftelijke opgave (bijv. ondertekend opdrachtformulier voor een dergelijke zeving, bij een grondbank of andere erkende bodemintermediair), aan de opdrachtnemer te worden overlegd! Zoniet: aanpassen greep- en monstergrootte afhankelijk D95 (zie en bijlage 1 en bijlage 2) Indien asbest: grootte asbesthoudend materiaal meenemen in bepaling D95 (+ NEN5707 van toepassing, echter in afwijking NEN5707 max ton en gestratificeerd aselect van toepassing) partijen in depot duidelijk moet zijn wat wel en wat niet tot de gekeurde partij behoort als delen van de partij niet toegankelijk zijn wordt een nieuw plan opgesteld (bijv. dat deel uitsluiten of verplaatsen/toegankelijk maken van (een deel van) de partij) Schattingsonnauwkeurigheid partijgrootte (inmeting in m 3 ) Opgenomen in monsternemingsplan en/of verslag: - ten minste 2 foto s (inclusief herkenbaar vast referentiepunt) - heldere situatieschets op schaal (boven- en zijaanzicht) (met groottebepaling en - grootteberekening van de partij, (deel)partij-indeling, vakindeling, boorpunten, aantal grepen van de betreffende boring, noordpijl, kijkrichting foto s, ribbeberekening (<11 m indien partijgrootte < m 3 ), inmeting t.o.v. vast punt en eventuele aanpassingen van het plan) Bij de ruimtelijke inschatting van de partijgrootte door de monsternemer is een onnauwkeurigheid van +25% toelaatbaar. Deze foutmarge mag niet op voorhand de maximale partijgrootte worden opgeteld om de hoeveelheid te vergroten die in één keer mag worden gekeurd. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 7

8 Deelpartijen bij de indeling in deelpartijen moeten deze afzonderlijk afgegraven kunnen worden Als een partij opgedeeld dient te worden in deelpartijen van maximaal of ton en indien ter onderscheiding van deze deelpartijen in het veld piketten nodig zijn dan moeten deze in het veld blijven staan opdat de onderscheiden deelpartijen afzonderlijk afgegraven kunnen worden delen uitsluiten van de partij Als uit veldinspectie/controle van de monsternemer (of tijdens de bemonstering) blijkt dat delen van de partij mogelijk verontreinigingen bevat (bv. olievlekken, kabelbrand, puin, asfalt, slakken etc.) welke tot problemen voor de toetsing kunnen leiden kan (moet?) gekozen worden dit afwijkende deel van de partij buiten de te keuren hoeveelheid te laten of te keuren in een andere partij. Uitsluitingen/afwijkingen moeten duidelijk op tekening aangegeven zijn; Uitsluitingen/afwijkingen moeten in het rapport beschreven zijn het nemen van de greep Er wordt een systematisch patroon gehanteerd; Ribbe-afstand bemonsteringsvakken = r (zie voor formule controlepunt methode 2*50 ); Grepen worden alternerend aan de monsters toegevoegd; Boringen worden tot onderzijde van het depot doorgezet; De greep wordt zo genomen dat deze representatief is voor het gehele dieptetraject (dit is maximaal 0,5 m dik) Beide monsters moeten evenveel grepen bevatten Niet laagsgewijs bemonsteren: bij een even aantal grepen ook de eerste greep uit een boring wisselend over beide monster verdelen partijen in-situ verontreinigde lagen mogen niet met onverdachte lagen gemengd worden: er dienen afzonderlijke deelpartijen gemaakt te worden. Voorafgaand aan een in-situ partijkeuring moet een vooronderzoek uitgevoerd worden om na te gaan of de te bemonsteren partij homogeen van samenstelling is. Dit mag bestaan uit een verslag van enkele proefboringen. Als het ontgravingsplan niet bekend is mogen lagen van verschillende bodemkundige kwaliteit als één partij worden bemonsterd als op basis van verkennend bodemonderzoek vooraf is vastgesteld dat deze dezelfde milieuhygiënische kwaliteit hebben. Indien er geen kwaliteitsgegevens zijn dienen verschillende bodemkundige lagen separaat te worden bemonsterd! verplaatsen van de partij bemonstering niet verplaatst gedeelte systematisch met boringen, wel verplaatste gedeelte met laadschop of graafmachine monstername onder verhardingslagen (eventueel conform VKB 1003) en diepe bodemlagen (dieper dan 5 m-mv) Monstername: - vrijleggen greeplocaties mbv graafmachine tijdens verplaatsen (eventueel monster uit de graafmachinebak), of - systematische monstername uit de bakken op basis van aantal bakken of ladingen die nodig zijn voor de verplaatsing Het betreft duurzaam aaneengesloten verhardingslagen (zoals beton- of asfaltvloeren) of bodem dieper dan 5 m-mv Er mag bij monstername onder duurzaam gesloten verhardingslagen uitgegaan worden van methode 2 maal 6 grepen. Onder het Bbk kan indien met deze methode wordt vastgesteld dat de grond AW2000 grond betreft deze ook als zodanig ingezet worden. (De cat-1 restrictie zoals deze gold onder het Bsb is niet meer van toepassing) de laag onder de verhardingslaag is dikker dan 1 m Er mag volstaan worden met 6 gestratificeerd aselecte boringen waarbij er 2 grepen per boring genomen worden (de z-coördinaten worden aselect bepaald uit de trajecten <0-½d> en <½d-d> [d=totale diepte]; elk monster bevat 3 grepen uit traject <0-½d> en 3 grepen uit traject <½d-d>) Materiaalstromen (grond op lopende band) 2*50 grepen op basis van systematisch gekozen tijdstippen. Bij bemonstering van de transportband bij zowel mechanische als handmatige bemonstering is de insteek dat al het materiaal (zowel de fijne als de grove fracties) bemonsterd wordt. (Opmerking: bij verplaatsen van de partij worden de m.b.v. het systematische raster bepaalde greeplocaties vrijgelegd en bemonsterd, zie controlepunt 6.2.3) Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 8

9 en bijlage 1 D95, standaard 16 mm, indien vermoeden D95>16 mm: uitvoeren zeefproef, gevolgd door berekening van de minimale greepen monstergrootte en de minimale bekgrootte van D95<16 mm: standaardwaarden voor monster-, greep- en bekgrootte: resp. 9 kg, 180 g, 5 cm. D95>16 mm: berekenen conform bijlage 2 van VKB protocol Snelle methode [ let op de derde macht! ]: de bemonsteringsapparatuur 3 (zie ook controlepunt korrelgrootte ) D95inmm NB: onder de nieuwe definitie van grond in het Bbk is de bovengrens 63 mm. Hierboven betreft het een vormgegeven bouwstof. greep nieuw = en monster ( ) gram ( greep ) gram nieuw = nieuw 50 NB: door de derde macht in de formule loopt de greepgrootte extreem snel op bij toenemende D95! In monsternemingsverslag opnemen: T.b.v. het bepalen van de D95 zijn 12 grepen verdeeld over de buitenkant van de partij genomen met een bemonsteringsgereedschap waarvan de bekgrootte zeer ruim is t.o.v. de korrels (platte schop). Dit monster is tenminste 240*(de vooraf geschatte D95 in cm) 3 gram groot. D.m.v. zeven en wegen van de zeeffracties is de D95, m.b.v. lineaire regressie tussen twee zeefmaten, bepaald. Let op bij asbest: het asbesthoudende materiaal moet meegenomen worden bij de bepaling van de D Controle grootte monsternemingsgereedschap De bek(doorsnede) moet minimaal 3 keer groter zijn dan de D95 bekgrootte= 95 ( 3 D in cm ) cm Gewicht grepen Zie 6.2.6, Minimaal 0,18 kg in de standaardsituatie minimaal monstergewicht standaard: 9 kg. Afwijkingen naar boven zijn toegestaan. Bij afwijkingen naar beneden dient het monster te worden aangevuld door het nemen van meer grepen die gestratificeerd aselect over de gehele partij genomen dienen te worden materiaalverlies Materiaalverlies is niet toegestaan. Indien dit geconstateerd wordt moet de monsterneming in zijn geheel worden overgedaan houdbaarheid monsters Overdracht conform AP04 bepalingen: Behandel de monsters conform de volgende eisen: Zorg dat de monsters niet bevriezen en zorg dat ze zo min mogelijk opwarmen om vervluchtiging en afbraak tegen te gaan en dat ze luchtdicht en donker opgeslagen worden. Zet de monsters die geanalyseerd worden op vluchtige verbindingen (steekbussen) de rest van de veldwerkdag en het transport in een koelbox met koelelementen of een koelkast. Vervoer deze monsters zo snel mogelijk na monsterneming naar het laboratorium dat de analyse uitvoert en in elk geval binnen de termijnen die in het SIKB-protocol 3001 zijn vermeld wat betreft het aantal dagen waarbinnen het laboratorium de monsters in behandeling moet nemen. Bewaar alle grondmonsters, die niet op de dag van bemonstering naar het laboratorium gebracht zijn, in een koelruimte, koelkast of ander koelmiddel met een constante bewaartemperatuur tussen 1 en 5 Celsius. Asbestmonsters hoven niet gekoeld te worden opgeslagen, wel voorzien van asbeststickers Verplichting tot vermelden aanwezigheid asbest aan het laboratorium Registratie en vastlegging monsterneming Ten minste in de registratie: - vermelding volgens protocol 1001 (versie 2.0) - de gegevens uit het Monsternemingsplan - de gegevens uit het Monsternemingsverslag - de gegevens uit bijlage 6 Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 9

10 Duplomonsters (Y>2,5) Indien Y>2,5 tussen de duplomonsters: nagaan of er geen fouten zijn gemaakt in de uitgevoerde procedure, monsterneming, monstervoorbehandeling en analyse. Indien er sprake is van of vermoeden van fouten dan overdoen betreffende stap. Indien geen fouten of vermoeden van fouten dan mag worden gesteld dat er in de partij sprake is van een grote mate van heterogeniteit. 37 Bijlage 4 Monsternemigsplan Projectcode, opdrachtgever (telefoon), doel bemonstering, opzet monsterneming (motivatie van keuzes), monstercodering, kwalitering Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 10

11 37a Aanvullend Controle op asbest Bij de veldinspectie en tijdens de monstername wordt aandacht besteed aan het al dan niet voorkomen van asbest of asbesthoudend materiaal. BRL 1000 Voor aanvullende kwalificatie-eisen voor het personeel, beschikbare materialen en specifieke veiligheidseisen bij de monsterneming van asbest in partijen is van toepassing VKBprotocol 2018, Locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem. Voor projectleiders zijn aanvullende kwaliteitseisen opgenomen in BRL5000. m.b.t. VKB-protocol 1001 Omschrijving/aanvulling: 1 Normen: Inspectie en monsterneming van asbest geschiedt overeenkomstig NEN 5707 en NTA Apparatuur voor monstername: Voor onderzoek naar asbest geldt een diameter van 12 cm voor steekguts of edelmanboor. Aanvullende apparatuur met betrekking tot asbestonderzoek en de volgende streepjes toevoegen: - schouwbak en/of plastic zeil - grove zeven (maaswijdte van 32 en 16 mm) - grove pincetten - hark (afstand tussen tanden maximaal 2 cm) 3 Greepgrootte: Voor asbestonderzoek dient het asbesthoudende materiaal ook meegenomen te worden bij de bepaling van de maximale korrelgrootte. Dit betekent niet alleen dat de grepen groter zijn, maar ook dat de bekgrootte van de gehanteerde apparatuur c.q. de opening van de gehanteerde boor in de regel groter dient te zijn dan voor de standaardsituatie. Met betrekking tot het asbestgerelateerde onderzoek wordt voor de bepaling van de greepgrootte en monstergrootte verwezen naar de NEN 5707: Bodem - Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem onder paragraaf : bepaling van de greepgrootte en monstergrootte. 4 Strategie: De monsterneming in het asbestgerelateerde onderzoek vergt een andere strategie en uitvoering dan in het reguliere depotonderzoek. De strategie en uitvoering van de monsterneming voor het asbestonderzoek staat uitgewerkt in de NEN 5707: Bodem - Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem onder hoofdstuk 9; partijkeuringen van depots. 5 Verpakking monsters: Asbesthoudende monsters dienen luchtdicht in kunststof emmers of zakken te worden verpakt. Alleen indien gebruik wordt gemaakt van kunststof zakken dient het asbesthoudende materiaal dubbel te worden verpakt. De emmers of zakken dienen te zijn voorzien van duidelijke etiketten met voorzichtig, bevat asbest. 6 Monsterconservering: De opslag van asbesthoudende monsters hoeft niet onder gekoelde condities plaats te vinden. Wel dienen de emmers of zakken te zijn voorzien van duidelijke etiketten met voorzichtig, bevat asbest en dienen ze gescheiden te worden opgeslagen in een ruimte die niet toegankelijk is voor onbevoegden. 7 Overdracht monsters: Indien bij de monsterneming op een asbestonverdachte locatie toch asbest wordt aangetroffen is het verplicht dit bij de monsteroverdracht te melden aan het laboratorium dat de monsters in ontvangst neemt. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 11

12 38 7 Monsternemigsverslag In het verslag moet een verwijzing opgenomen worden door de vermelding volgens VKB-protocol 1001 (versie 2.0) Bijzonderheden (ruimtelijke verschillen; bijmengingen etc.) worden op het monsternemingsformulier aangegeven. Aanvullend worden de zintuiglijke waarnemingen conform VKB protocol 2001 beschreven. E.e.a. wordt op een situatieschets ten opzichte van herkenbare punten in het veld weergegeven. Let bij schets op aanwezigheid van: Noordpijl, boorpuntlocaties, aantal grepen per boorpunt bij elk boorpunt, inhoudsberekening van de partij (grootte in m 3 ), berekening bemonsteringsribbe, foto s, indeling in deelpartijen, afwijkingen, eventuele van de partij uitgesloten delen etc. Let in verslag op: diameter monsternemingsinstrument, opgave gewichten en barcodes van de monsters, zeving (indien D95>16mm), binnen 24 uur in het lab, kwalitering etc. Het is thans voorgeschreven om in verband met de duidelijkheid, naast het maken van de voorgeschreven heldere situatieschets, altijd tenminste 2 foto s van de bemonsteringspartij (inclusief een herkenbaar referentiepunt) te nemen. 38a Aanvullend Bemonstering op asbest Indien bij de veldinspectie of tijdens de monstername asbest of asbesthoudend materiaal wordt aangetroffen kan besloten worden de partij tevens op asbest te bemonsteren conform NEN5707. De totale oppervlakte van de partij wordt geïnspecteerd, ingemeten en het aantal m 2 berekend. De in de oppervlaktelaag (bovenste schil van 2 a 3 cm dik) aangetroffen asbestmaterialen worden verzameld, gewogen en beschreven. Van de bulk van de partij wordt de uit te voeren bemonstering (bedoeld wordt de bemonstering conform VKB 1001 t.b.v. de keuring ihkv het Bsb) dubbel uitgevoerd. De greepgrootte voor de duplo-(asbest)bemonstering is afhankelijk van de grootte van de bij de oppervlakte-inspectie aangetroffen stukken. Elke duplogreep wordt gewogen en gezeefd over 16 mm. Van het gezeefde materiaal worden analoog aan de bemonstering VKB 1001 twee mengmonsters samengesteld. Stukken groter dan 16 mm worden verzameld (per mengmonster), gewogen en beschreven. Uit de grondmengmonsters van de fractie < 16 mm worden middels kwarteren / spleetverdelen twee nieuwe mengmonsters samengesteld met een gewicht van ca. 10 kg. (NB: op voorhand rekening houden met de kwarteereisen [zie controlepunt van VKB 1002]). In totaal worden maximaal 5 monsters verzameld: - stukjes verzameld in de toplaag; - stukjes uitgezeefd > 16 mm tbv duplomonster A - stukjes uitgezeefd > 16 mm tbv duplomonster B - ca. 10 kg fractie < 16 mm duplomonster A - ca. 10 kg fractie < 16 mm duplomonster B (de verzamelde stukjes uitgezeefd > 16 mm kunnen eventueel samengevoegd worden tot 1 monster) De in het laboratorium gemeten concentraties aan soorten asbest worden gecorrigeerd voor soort asbest en met behulp van de verzamelde massa s aan stukjes, toplaag (opp. in m 2 *0,02 m*1,6 ton/m 3 ) en de monstergewichten van voor de zeving over 16 mm omgerekend naar een gehalte in mg/kg en getoetst aan de eis van maximaal 100 mg/kg gewogen asbest. Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 12

13 39 Bijlage 6 Minimale onderdelen verslag conform protocol 1001 Zie bijlage 6 van VKB protocol 1001, versie 2.0: Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 13

14 Tabel 3: Controlepunten m.b.t. VKB protocol 1002 nr. par. controlepunt juiste beschrijving ja / nee 0 Voor versienummer Versie 2.0, vastgesteld op pagina 1 1 en 3.1 Bbk, art 1: Bouwstof: materiaal waarin de totaalgehalten aan silicium, calcium of aluminium tezamen meer dan 10 gewichtsprocent van dat materiaal bedragen, uitgezonderd vlakglas, metallisch aluminium, grond of baggerspecie, dat is bestemd om te worden toegepast; Bbk, art. 26: 1. Onze Ministers stellen regels met betrekking tot de wijze waarop het percentage van de totaalgehalten aan silicium, calcium of aluminium in een materiaal wordt vastgesteld. 2. Onze Ministers stellen regels met betrekking tot de wijze waarop het volume per kleinste eenheid van een materiaal, alsmede de duurzame vormvastheid daarvan, wordt vastgesteld. 3. Voor de toepassing van dit besluit wordt onder bouwstof mede verstaan, een bouwstof die is vermengd met ten hoogste 20 gewichtsprocenten grond of baggerspecie, voor zover deze grond of baggerspecie daar geen functioneel onderdeel van uitmaakt. Als het materiaal niet evident steenachtig is dient het materiaal te voldoen aan de definities van het Bbk. Protocol 1002 is bestemd voor bemonstering van nietvormgegeven bouwstoffen (bouwstoffen die niet voldoen aan de definitie van vormgegeven bouwstoffen Bbk, art. 1) Opmerking Bbk: een immobilisaat is een bouwstof ondanks dat dit op het eerste gezicht meer dan 20% grond kan bevatten. Deze grond maakt namelijk functioneel onderdeel uit van de bouwstof. 2 4 Monsterneming door erkend monsternemer Erkend monsternemer met naam, handtekening en datum in zowel monsternemingsplan als -verslag Monsternemingsplan is opgesteld nav a-priori gegevens van de partij Opm: onder het Bbk bestaat geen verschil meer tussen gebruikers- en handhavinsgprotocol (wel bij handhavingsonderzoek afkeurfactor van AF=1,4 toepassen) In het plan wordt het volgende vastgelegd: - het beoordelingskader - de definitie van de partij en type monsterneming - patroon en aantallen monsters - minimale greep- en monstergrootten - indien van toepassing: de monsternametijdstippen door gestratificeerd aselect te loten - de evt. noodzakelijkheid van monstervoorbehandeling op locatie - welke veiligheidsmaatregelen van toepassing zijn Beoordelingskader Welk kader: 1 - keuring tbv vaststelling van de kwalificatie bouwstof 2 - partijkeurin 3 - toelatingsonderzoek ihkv FEV, erkende kwaliteitsverklaring of BRL 4 - productcontrole ihkv FEV, erkende kwaliteitsverklaring of BRL Partijdefinitie Afhankelijk beoordelingskader partijgrootte en indeling definiëren. Opmerking: Een partij die is opgebouwd uit kleine partijen van verschillende oorsprong mag in principe niet als één partij worden gekeurd. Ook niet als de partij in één geheel wordt toegepast. De kleine partijen van verschillende oorsprong moeten individueel worden onderzocht volgens dit protocol. Is er sprake van kleine partijen met eenzelfde of vergelijkbare oorsprong en kan terecht worden verondersteld dat de samenstelling en het uitlooggedrag van de verschillende partijen niet sterk zal variëren, dan is het onder de voorwaarde dat de totale partij als één geheel wordt toegepast, wel mogelijk de uit kleine deelpartijen samengestelde partij als één geheel te toetsen type bemonstering - gestratificeerd aselecte handmatige bemonstering - gestratificeerd aselecte handmatige monsterneming na verplaatsen van de partij - mechanische of handmatige bemonsteringen van stortstromen en transportbanden Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 14

15 Monsternemingspatroon en aantal monsters Beoordelingskader 1: 3 x 4 Beoordelingskader 2 t/m 4: 2 x 6 Ad 1: of er sprake is van bouwstof (gehalte Si+Al+Ca > 10 massa-%) ZF bestaat niet meer bij de reguliere keuring. Rbk, art , onderzoek in het kader van handhaving: Afkeurfactor AF= 1,40 toepassen (=ZF 1/1,4 = 0,71) Monsternemingspatroon en aantal monsters BRL afhankelijk BRL (hier niet verder uitgewerkt) Greep- en monstergrootte te berekenen aan de hand van in het veld gemeten D95, korreldichtheid en stortdichtheid (onder aanname p=0,1 [1] en VC=0,1) of opzoeken in tabellen 2 en 3 van protocol 1002 aan de hand van in het veld gemeten D95, korreldichtheid en stortdichtheid. E.e.a. opgenomen in zowel de hoofdtekst als monsternemingsplan en -verslag. Uit de minimale greep- en monstergroottes worden de effectieve greep- en monstergroottes bepaald. - D95 te bepalen middels zeefproef (dekken 16 mm; 32 mm; 50 mm etc, en lineaire extrapolatie tussen die 2 zeefdekken waar D95 zich bevindt) - stortdichtheid bepalen uit gewicht per volume - korreldichtheid bepalen middels pyknometerproef (aan een bepaald volume water [bijv. 500 ml] wordt materiaal toegevoegd tot een nieuw bepaald volume [bijv 1000 ml]. De gewichtstoename per de volumetoename (i.c. 500 ml) is de korreldichtheid Opmerking: indien gebruik gemaakt wordt van monster voorbehandeling op locatie c.q. kwarteren / spleetverdelen dan dient bij het bepalen van de effectieve greepgrootten hier reeds op voorhand rekening mee gehouden te worden. [1]: voor mengsels van puin en grond dient een p-waarde van p=0,02 te worden gehanteerd inmeten en controle van de partij - komt de partij overeen met de opgegeven specificaties? - inmeten partij (X-max, Y-max, Z-max, m 3 ) en tov vast herkenningspunt - situatieschets met N-pijl en projectidentificatie - bijzonderheden noteren (plan evt aanpassen) E.e.a. opgenomen in monsternemingsplan en -verslag Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 15

16 monstervoorbehandeling monsters > 20 kg middels kwarteren terug brengen naar minimale monstergrootte of minimale eis monstergrootte lab indien minimale monstergrootte kleiner is dan deze labeis Zorgdragen dat bij kwarteren de korrelgrootte van het materiaal niet wordt verkleind. monsters < 20 kg middels spleetverdelen terug brengen naar minimale monstergrootte of minimale eis monstergrootte lab indien minimale monstergrootte kleiner is dan deze lab-eis Opmerking: aangezien bij kwarteren en spleetverdelen een hoeveelheid monstermateriaal wordt teruggebracht tot de helft (onnauwkeurigheid hierbij: ± 10% oorspronkelijk gewicht) dient hierbij bij de monstername reeds rekening gehouden te worden. Voorbeeld 2*6 grepen; D95=60mm; korreldichtheid 2 kg/dm 3 ;stortdichtheid 1,55 kg/dm 3 dan minimaal monster: 50,89 kg en minimale greep: 9,04 kg dus effectief monster: 90,40 kg en effectieve greep: 9,04 kg. Om van effectief monster naar minimaal monster terug te kwarteren gaat dit niet van 90,40 naar 50,89, maar wèl van 101,79 naar 50,89. Dus hiermee dient op voorhand rekening gehouden te worden door het nemen van grepen van 10,18 kg. De uitvoering van de monstervoorbehandeling moet in het monsternemingsformulier worden vast gelegd - in ieder geval moeten de begin- en eindgewichten in het monsternemingsformulier worden vastgelegd gestratificeerd aselecte monstername statische partij een toevalsgetal t ligt in het traject tussen 0 en 1 - definieer box om partij met X-max, Y-max en Z-max; - definieer zoveel strata c.q. vakken van gelijke grootte als er grepen zijn; - bepaal met behulp van toevalsgetallen binnen elk vak de greeplocatie (x,y)-coördinaat; x= t * X max vak i y= t * Y max vak i - bepaal aan de hand van de dikte ter plekke (Z max) mbv een toevalsgetal de diepte (d) waarop de greep genomen moet worden (z-coördinaat) z= t * Z max plek ( xi ; yi ) - leg de greeplocatie vrij met boor of graafmachine; - neem de greep met monsternameapparaat (waarbij diameter monsternameapparaat minimaal 3 maal D95 groot is) E.e.a. beschreven in het monsternemingsplan en verslag gestratificeerd aselecte monstername statische partij na het verplaatsen van de partij zelfde als voorgaande, echter de greeplocaties worden vrijgelegd tijdens het verplaatsen van de partij t/m gestratificeerd aselecte monstername uit een materiaalstroom E.e.a. beschreven in het monsternemingsplan en verslag. Deel de gehele verplaatstijd (constante materiaalstroom) of de gehele verplaatshoeveelheid in evenveel strata als grepen. Bepaal per stratum mbv een toevalsgetal een tijd of hoeveelheid en neem de greep met het voorgeschreven apparaat op de voorgeschreven wijze (hier niet verder uitgewerkt) houdbaarheid monsters Binnen 24 uur overdragen aan het laboratorium. Binnen 3 dagen inzetten tbv analyse. Monsters die vluchtige stoffen bevatten (steekbussen) dienen reeds in het veld geconditioneerd te worden opgeslagen. Overige monsters dienen indien niet direct overgedragen aan het laboratorium in een koelcel te worden opgeslagen tot overdracht (e.e.a. conform NVN 7311). Asbestmonsters hoven niet gekoeld te worden opgeslagen, wel voorzien van asbeststickers Verplichting tot vermelden aanwezigheid asbest aan het laboratorium 16 - Monsternemigsplan Dient aan dezelfde kwaliteitseisen te voldoen als protocol Monsternemigsverslag Dient aan dezelfde kwaliteitseisen te voldoen als protocol 1001 Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 16

17 18 Bijlage 7 Minimale onderdelen verslag conform protocol 1002 Zie bijlage 6 van VKB protocol 1001, versie 2.0: Controlepunten rapport BRL 1000 versie doc 17

Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER

Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER Van toepassing op : BRL SIKB 1000, versie 8.2 van 2 oktober 2014 Versie en datum vaststelling : versie 2, 10 maart 2016 Wijziging nummer: 1 Datum vaststelling

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0 Inhoud BRL SIKB 1000, van versie 8.2 naar versie 9.0... 2 Protocol 1001 van versie 2.1 (met wijzigingsblad) naar versie 4.0... 4 Protocol

Nadere informatie

HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS

HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS 5 10 Protocol 2010 15 HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 8 Inhoud 50 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...3 1.1

Nadere informatie

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer - 1 - INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer Van toepassing op : BRL SIKB 1000, versie 8 van 17 juni 2009 Versie : 3 datum vaststelling : 16 december 2010 Datum in werking treden :

Nadere informatie

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001 MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001 Dit protocol, versie 2.1, is op 12-12-2013 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer - 1 - INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer Van toepassing op : AS SIKB 1000, versie 1.1 van 4 maart 2010 Versie en datum vaststelling : 2, 2 oktober 2012 Datum in

Nadere informatie

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp Opdrachtgever : Bart Boon Barneveld BV Adres : Barnseweg 124 Postcode, plaats : 3771 RP Barneveld Contactpersoon : Dhr. H. van Grootheest Telefoonnummer

Nadere informatie

Toepassing van zeefzand uit groenafval.

Toepassing van zeefzand uit groenafval. Toepassing van zeefzand uit groenafval. Vanuit de praktijk heeft de LWBG de vraag gekregen hoe om te gaan met zeefzand uit groenafval in het kader van het Besluit bodemkwaliteit. Het gaat in deze om groenafval

Nadere informatie

Hoe houden we het werkbaar?

Hoe houden we het werkbaar? Hoe houden we het werkbaar? Veranderende eisen aan asbestonderzoek in bodem Arthur de Groof Landelijke Asbest Praktijkdag Van der Valk, Utrecht, 18 mei 2017 Wat ik u wil vertellen wijzigingen aan eisen:

Nadere informatie

13 december 2018 (betreft concept voor validatie, openbare reactieronde, RvA-evaluatie, HUF-toets)

13 december 2018 (betreft concept voor validatie, openbare reactieronde, RvA-evaluatie, HUF-toets) Wijzigingsblad Bij versie 9.0 van BRL SIKB 1000 Vastgesteld door: CCvD Bodembeheer : BRL SIKB 1000, Monsterneming voor partijkeuringen, versie 9.0, d.d. 1 februari 2018, inclusief de daarbij horende protocollen

Nadere informatie

Voorbeeld partijkeuring III

Voorbeeld partijkeuring III Voorbeeld partijkeuring III Partijgegevens Omvang: Kenmerken 2.000 ton asbestverdachte materialen aangetroffen, grofste deel >31,5 mm Monstername en analyses 2x6 grepen, gestratificeerd aselect (diameter

Nadere informatie

29-5-2013. Inhoud presentatie. Immobilisaten. Taken BG s uit Bbk. Taken Bbk art 28

29-5-2013. Inhoud presentatie. Immobilisaten. Taken BG s uit Bbk. Taken Bbk art 28 Inhoud presentatie Immobilisaten Vast en (on)zeker Richard Welling OMWB Chris Schuurbiers ILT Taken van bevoegde gezagen bij productie en toepassing van immobilisaten Taken Bbk art 28 / memo NBr Eisen

Nadere informatie

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland Bijlage 5: Bewijsmiddelen 1.1 Bodemkwaliteitskaart 1.1.1 Algemeen Bij het opstellen van de Nota bodembeheer worden de op dat moment geldende (water)bodemkwaliteitskaarten en de in concept beschikbare nieuwe

Nadere informatie

TOELICHTING BESLUIT BODEMKWALITEIT

TOELICHTING BESLUIT BODEMKWALITEIT TOELICHTING BESLUIT BODEMKWALITEIT Besluit Bodemkwaliteit (afkorting: Bbk) Sinds 1 juli 2008 is het Besluit bodemkwaliteit van kracht en is het Bouwstoffenbesluit (Bsb) ingetrokken (zie Bbk, art. 75) 1.

Nadere informatie

PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND

PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND HOE KOMEN DE MEETWAARDEN VAN ASBEST IN GROND TOT STAND EN HOE BETROUWBAAR ZIJN DEZE MEETWAARDEN? JAAP VAN DER BOM DIRECTEUR/SECRETARIS BRANCHEVERENIGING

Nadere informatie

Eerst maar eens een overzicht

Eerst maar eens een overzicht Eerst maar eens een overzicht Wet- en regelgeving, protocollen en normen Arthur de Groof Themamiddag Asbestonderzoek in Reehorst, Ede, 6 april 2017 Wat ik u wil vertellen veranderingen in documenten 2016

Nadere informatie

De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker

De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker Mede oprichter VVMA Lid CCvD SIKB Lid sectie meten/advies SIKB Eigenaar Vamisol De veldwerkersregeling Uitspraak RvS: Bij besluit van 27 december 2011 heeft de staatssecretaris

Nadere informatie

Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 alleen sporadisch ander bodemvreemd materiaal dan steenachtig materiaal of hout

Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 alleen sporadisch ander bodemvreemd materiaal dan steenachtig materiaal of hout Staatscourant 29-11-2018, Wijziging Rbk Rbk, art. 1.1 lid 2 is toegevoegd Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 ten hoogste 20% bodemvreemd materiaal > 20% bvm? (bvm) in de vorm van steenachtig materiaal

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0 Inhoud BRL SIKB 2000, van versie 5 naar versie 6.0... 2 Protocol 2001 van versie 3.2 (met wijzigingsblad) naar versie 6.0... 4 Protocol

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3 Informatiebrochure Opslag, bewerking en levering grond op eigen terrein Een handreiking die toelicht hoe te voldoen aan de eisen zoals opgenomen in het Besluit bodemkwaliteit Aanleiding Reeds op 1 januari

Nadere informatie

Vertrouwelijk. Memo. Aan : Conny Bieze Van : ODRA Onderwerp : Nadere beoordeling partijkeuring Vink Datum : 16 april 2018

Vertrouwelijk. Memo. Aan : Conny Bieze Van : ODRA Onderwerp : Nadere beoordeling partijkeuring Vink Datum : 16 april 2018 Memo Aan : Conny Bieze Van : ODRA Onderwerp : Nadere beoordeling partijkeuring Vink Datum : 16 april 2018 Doel memo Bij een DAT (diepgaand administratief toezicht) onderzoek in 2017 is naar voren gekomen

Nadere informatie

Partijkeuring conform Besluit bodemkwaliteit

Partijkeuring conform Besluit bodemkwaliteit Partijkeuring conform Besluit bodemkwaliteit projectlocatie Omgeving Stationsgebied Wijchen opdrachtgever Gemeente Wijchen Postbus 9000 6600 HA Wijchen Projectnummer en versie: Status: 15820, versie 1.0

Nadere informatie

Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven

Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven 28 maart 2012 Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven Kenmerk MDMH: RC4-201209504 Kenmerk R001-1207269IAG-kmi-V01-NL Verantwoording Titel Verkennend

Nadere informatie

ILT Sectordag. Eigen Werken RWS. aandachtspunten NEN februari Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport

ILT Sectordag. Eigen Werken RWS. aandachtspunten NEN februari Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport ILT Sectordag Eigen Werken RWS aandachtspunten NEN 5720 16 februari 2016 Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport Kaders I -NEN5720 NEN5717 november 2009 (vooronderzoek) NEN5720 november

Nadere informatie

Besluit Bodemkwaliteit Flevoland

Besluit Bodemkwaliteit Flevoland Besluit Bodemkwaliteit Jos Reijerink, 25 en 26 juni 2012 Inhoud Besluit bodemkwaliteit Wanneer van toepassing Kaarten bodemfunctiekaart bodemkwaliteitskaart Regels bij toepassing generieke toepassing grootschalige

Nadere informatie

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001 MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN GROND EN BAGGERSPECIE PROTOCOL 1001 Dit protocol, versie 2.0, is op 17-06-2009 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld

Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld Projectgegevens Beknopte beschrijving locatie Huidig gebruik terrein : Agrarische bedrijfsvoering Adres : Wolbertsdijk 13 Plaats : Wapenveld

Nadere informatie

BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN BRL SIKB 1000

BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN BRL SIKB 1000 BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN Deze beoordelingsrichtlijn (BRL), versie 8.0, is op 17-06-2009 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2)

Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2) Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2) Versie 3.2 van BRL 9335 en de bijbehorende protocollen bevat een aantal belangrijke wijzigingen ten opzichte van versie 2.1. - Versie 2.1

Nadere informatie

Samenvoegen van grond op eigen terrein. Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven. 1 december 2010. Michiel Gadella

Samenvoegen van grond op eigen terrein. Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven. 1 december 2010. Michiel Gadella Samenvoegen van grond op eigen terrein Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven 1 december 2010 Michiel Gadella MENU Kwalibo achtergrond en doelstelling Erkenningsregeling wat betekent dat Werkzaamheid

Nadere informatie

Discussies over het Besluit bodemkwaliteit in de dagelijkse praktijk

Discussies over het Besluit bodemkwaliteit in de dagelijkse praktijk Discussies over het Besluit bodemkwaliteit in de dagelijkse praktijk Platform Toezicht Bodembeheer Marcel Cassee RWS Leefomgeving Bodem+ 12 september 2013 Opzet workshop Voorstelronde: Wie bent u? Waarover

Nadere informatie

ASBEST-BODEMONDERZOEK SLINGELANDSEWEG 17 GIESSENBURG

ASBEST-BODEMONDERZOEK SLINGELANDSEWEG 17 GIESSENBURG ASBEST-BODEMONDERZOEK SLINGELANDSEWEG 17 GIESSENBURG opdrachtgever dhr Ab van der Ham Grotewaard 41 4221 SL Noordeloos projectnummer 09-2199 versie: 1 datum: 19 november 2010 LINGE MILIEU BV BODEMONDERZOEK

Nadere informatie

Er gaat iets veranderen...wanneer u afval aanbiedt aan een stortplaats

Er gaat iets veranderen...wanneer u afval aanbiedt aan een stortplaats Er gaat iets veranderen...wanneer u afval aanbiedt aan een stortplaats Vanaf 16 juli 2009 gaat er wat veranderen voor de procedures rond de acceptatie van afvalstoffen op stortplaatsen. Op die datum treedt

Nadere informatie

INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN

INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN 5 10 Protocol 2013 15 INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 8 50 Inhoud 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...2 1.1 VKB protocollen

Nadere informatie

VKB-protocol 6004 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) Tekst versie 2.2

VKB-protocol 6004 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) Tekst versie 2.2 H 1, 2 e alinea Par. 2.1, definities, actieve nazorg Het protocol is van toepassing bij de uitvoering van nazorg bij land- en waterbodemsanering zoals is aangegeven in Wbb, artikel 39c lid 1 onder f. De

Nadere informatie

NEN 5707 2014(?) Bas van den Bosch Archimil / NIPA Milieutechniek 10-07- 2014

NEN 5707 2014(?) Bas van den Bosch Archimil / NIPA Milieutechniek 10-07- 2014 NEN 5707 2014(?) Bas van den Bosch Archimil / NIPA Milieutechniek 10-07- 2014 Prak2jkgevallen PrakEjkgeval 1 : Boerderij zonder asbestdaken VBO Asbest uitgevoerd : 8 gaten Alle grond gezeefd, geen asbestverdachte

Nadere informatie

- A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j

- A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j Van Speykstraat - A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j -~Mf. Gemeente Lisse, afdeling Milieu en Bouwkunde T.a. v. dhr. C. Brouwer Postbus 200 2160 AE Lisse Kamerik, 29 maart 2007 project: 12116 Van Speykstraat

Nadere informatie

Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium--

Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium-- Richtlijn omgaan met vrijkomend asfalt --Adviesbureau en laboratorium-- CROW-publicatie 210: 2014 Ir. Nico van den Berg Februari 2014 Wat betekent de nieuwe publicatie voor het adviesbureau en laboratorium?

Nadere informatie

Geen grond samenvoegen zonder erkenning

Geen grond samenvoegen zonder erkenning Versie 2, januari 2019 Geen grond samenvoegen zonder erkenning Er zijn wettelijke regels voor handelingen met grond om te voorkomen dat de bodem (verder) verontreinigd raakt. Die regels gelden voor zowel

Nadere informatie

MONSTERNEMING TE STORTEN KORRELVORMIGE AFVALSTOFFEN PROTOCOL 1004

MONSTERNEMING TE STORTEN KORRELVORMIGE AFVALSTOFFEN PROTOCOL 1004 MONSTERNEMING TE STORTEN KORRELVORMIGE AFVALSTOFFEN PROTOCOL 1004 Dit protocol, versie 1.1, is op 12-12-2013 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht bij

Nadere informatie

Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen

Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen Vanuit brede analyse en prioritering naar concrete inspecties in de bodemketen Francisco Leus Maarten Busstra Platform Toezicht Bodembeheer 11 november

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Leefomgeving Veelgestelde vragen over Grond en baggerspecie - Samenvoegen en partijdefinitie

Rijkswaterstaat Leefomgeving Veelgestelde vragen over Grond en baggerspecie - Samenvoegen en partijdefinitie Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Rijkswaterstaat Leefomgeving Veelgestelde vragen over Grond en baggerspecie - Samenvoegen en partijdefinitie 22 december 2016 Inhoudsopgave partijdefinitie

Nadere informatie

Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie. Protocol Sampling for batch tests of soil and dredged sludge

Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie. Protocol Sampling for batch tests of soil and dredged sludge Protocol 1001 Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie Sampling for batch tests of soil and dredged sludge Versie 9.0 1 februari 2018 Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie

Nadere informatie

Verkennend bodemonderzoek asbest Wissinkbrink & Veldmaat te Haaksbergen

Verkennend bodemonderzoek asbest Wissinkbrink & Veldmaat te Haaksbergen Drienerstate, P.C. Hooftlaan 56 7552 HG Hengelo Postbus 233 7550 AE Hengelo Telefoon 074 249 64 96 Fax 074 242 57 2 hengelo@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: gemeente Haaksbergen Project: & te

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren

Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren Opdrachtgever: De heer A. Schuring Projectcode: CIW00310 Project: Demping Zahnstraat 19 Angeren Datum: maandag 20 september 2010 Status: Definitief

Nadere informatie

Handreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland

Handreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland Handreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland Inleiding Het Hoogheemraadschap van Delfland heeft op 19 februari 2015 een waterbodemkwaliteitskaart (WBKK) vastgesteld. De WBKK van Delfland is een belangrijk

Nadere informatie

Geen grond samenvoegen zonder erkenning

Geen grond samenvoegen zonder erkenning Geen grond samenvoegen zonder erkenning Er zijn wettelijke regels voor handelingen met grond om te voorkomen dat de bodem (verder) verontreinigd raakt. Die regels gelden voor zowel marktpartijen als overheden.

Nadere informatie

Opdrachtnummer: 090419

Opdrachtnummer: 090419 Verkennend asbestonderzoek in bodem ter plaatse van: Heikantseweg 4 te Wehl Opdrachtnummer: 090419 Opdrachtgever: Contactpersoon: Amer BV Zonnehof 43 3811 ND Amersfoort Dhr. J. Doornbos Datum onderzoek:

Nadere informatie

BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER

BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER 5 10 Protocol 2004 15 BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 9 50 Inhoud 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...3

Nadere informatie

Asbest in puin. Gedegen inventarisatie, maar nu verder. Edwin de Baat 4 oktober 2018 Open

Asbest in puin. Gedegen inventarisatie, maar nu verder. Edwin de Baat 4 oktober 2018 Open Asbest in puin Gedegen inventarisatie, maar nu verder. Edwin de Baat Open Wie ben ik Edwin de Baat Senior projectleider en BRL SIKB Coördinator bij Royal HaskoningDHV Vertegenwoordiging in: NEN (Veldwerk

Nadere informatie

Nader bodemonderzoek naar asbest, Julianastraat 12 t/m 16 te Kerkdriel

Nader bodemonderzoek naar asbest, Julianastraat 12 t/m 16 te Kerkdriel VAN VOORDENPARK 16 5301 KP ZALTBOMMEL TEL. 0418 572060 FAX 0418 515722 BANK: RABOBANK REK.NR: 15 34 09 746 K.V.K. TIEL 11028756 WWW.VERHOEVENMILIEU.NL INFO@VERHOEVENMILIEU.NL Woningstichting Maasdriel

Nadere informatie

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004 Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004 Conclusies Door middel van het uitgevoerde bodemonderzoek is inzicht verkregen in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse

Nadere informatie

NOTITIE Opdrachtgevers vragen om kwaliteit

NOTITIE Opdrachtgevers vragen om kwaliteit NOTITIE Aan : Organisaties die werk uitbesteden in bodembeheer Van : Programmabureau SIKB Datum : 1 januari 2009 Kenmerk : SIKB-Cor_C_08_33373 versie 8 1. Kwaliteit, daar kunt u gewoon om vragen U wilt

Nadere informatie

Essentiële eisen ILT-toezicht Essentiële eisen voor publiek toezicht op de erkenningsregeling bodembeheer door Inspectie Leefomgeving en Transport

Essentiële eisen ILT-toezicht Essentiële eisen voor publiek toezicht op de erkenningsregeling bodembeheer door Inspectie Leefomgeving en Transport Essentiële eisen ILT-toezicht Essentiële eisen voor publiek toezicht op de erkenningsregeling bodembeheer door Inspectie Leefomgeving en Transport Versie 1.3 Vastgesteld 1 februari 2018 Pagina 1 van 100

Nadere informatie

Grondopslag & Actiemaand. Regiodag Den Bosch 18 oktober 2011

Grondopslag & Actiemaand. Regiodag Den Bosch 18 oktober 2011 Grondopslag & Actiemaand Regiodag Den Bosch 18 oktober 2011 Inhoud presentatie 1. Aanleiding 2. Actiemaand november 3. Theorie 4. Praktijk 5. Documenten 6. IVW ontwateringsdepots 2 Aanleiding & Actiemaand

Nadere informatie

VKB-protocol 6001 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) H 1, 3 e alinea, 1 e zin. Tekst versie 2.2

VKB-protocol 6001 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) H 1, 3 e alinea, 1 e zin. Tekst versie 2.2 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () H 1, 3 e alinea, 1 e zin 2.1 Definities, Kritieke afwijking, 1 e bullet Het protocol bevat eisen voor de wijze waarop de milieukundige verificatie

Nadere informatie

Uitvoeringskader eenduidige handhaving NEN 5720 en NEN 5717

Uitvoeringskader eenduidige handhaving NEN 5720 en NEN 5717 Uitvoeringskader eenduidige handhaving NEN 5720 en NEN 5717 Inleiding Aanleiding, doel en reikwijdte Dit document is opgesteld ten behoeve van de eenduidige handhaving door RWS en ILT van naleving van

Nadere informatie

5, verklaring onafhankelijkheid uitvoering veldwerk, fotobijlage, profielen en legenda, analysecertificaten en tekening

5, verklaring onafhankelijkheid uitvoering veldwerk, fotobijlage, profielen en legenda, analysecertificaten en tekening Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV T.a.v. mevrouw K. Ossendrijver De Stuwdam 14 3815 KM Amersfoort PJ Milieu BV Nijverheidsstraat 21 3861 RJ Nijkerk Telefoon: 33-2458511 E-mail: info@pjmilieu.nl

Nadere informatie

VERKENNEND ASBESTONDERZOEK VERDACHTE LOCATIES REGIO IJMOND GEMEENTE HEEMSTEDE

VERKENNEND ASBESTONDERZOEK VERDACHTE LOCATIES REGIO IJMOND GEMEENTE HEEMSTEDE Grondslag BV Project 15.791 PROJECT 15.791 VERKENNEND ASBESTONDERZOEK VERDACHTE LOCATIES REGIO IJMOND GEMEENTE HEEMSTEDE opdrachtgever: Milieudienst IJmond Postbus 325 194 AH Beverwijk contactpersoon:

Nadere informatie

Partijkeuring asbest-in-grond conform Besluit bodemkwaliteit. Zandvoorterweg (Haringbuys) te Aerdenhout. Depots Noord en Zuid. projectnummer 141652

Partijkeuring asbest-in-grond conform Besluit bodemkwaliteit. Zandvoorterweg (Haringbuys) te Aerdenhout. Depots Noord en Zuid. projectnummer 141652 Partijkeuring asbest-in-grond conform Besluit bodemkwaliteit Zandvoorterweg (Haringbuys) te Aerdenhout Depots Noord en Zuid projectnummer 141652 Opdrachtgever: Gemeente Bloemendaal Afdeling Gemeentewerken

Nadere informatie

NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK. Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: J. Opdrachtgever: Gemeente Nijkerk. Datum rapport: Status:

NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK. Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: J. Opdrachtgever: Gemeente Nijkerk. Datum rapport: Status: NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: 1243701J Opdrachtgever: Datum rapport: Status: Uitvoering: Projectleider en rapporteur: Gemeente Nijkerk 6 september 2012 Definitief

Nadere informatie

Hierbij doen wij u de resultaten toekomen van het nader bodemonderzoek op het sportpark De Koepel te Vught.

Hierbij doen wij u de resultaten toekomen van het nader bodemonderzoek op het sportpark De Koepel te Vught. Gemeente Vught T.a.v. heer R. Agterdenbos Postbus 10100 5260 GA VUGHT Heeswijk, 15 juni 2009 Behandeld door : BER Onze ref. : 54161/256445.2 Betreft : Nader bodemonderzoek sportpark De Koepel te Vught

Nadere informatie

A-PDF Merger DEMO : Purchase from www.a-pdf.com to remove the watermark

A-PDF Merger DEMO : Purchase from www.a-pdf.com to remove the watermark A-PDF Merger DEMO : Purchase from www.a-pdf.com to remove the watermark Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodembeheer (VKB). De VKB is een vereniging van bodemadvies-

Nadere informatie

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie Handreiking voor vastlegging in vergunningen Wet milieubeheer 29 juli 2004 sikb/stukken/04.3392 1 Inleiding De MVS voor baggerspecie houdt in dat baggerspecie

Nadere informatie

Notitie Tarragrond toepassen in Borsele Het beleidskader en regels waarbinnen tarragrond in Borsele mag worden toegepast

Notitie Tarragrond toepassen in Borsele Het beleidskader en regels waarbinnen tarragrond in Borsele mag worden toegepast Notitie Tarragrond toepassen in Borsele Het beleidskader en regels waarbinnen tarragrond in Borsele mag worden toegepast Datum: 22 maart 2011 Opgesteld door: M. Holster-Siemons Inhoudsopgave 1. Achtergrond...3

Nadere informatie

Algemene informatie monsternemingsplan 1

Algemene informatie monsternemingsplan 1 Algemene informatie monsternemingsplan 1 Monsternemingsplan Indien u voor de monitoring in het kader van EU ETS berekeningsfactoren bepaalt door analyses, dan moet u bij de NEa ter goedkeuring een monsternemingsplan

Nadere informatie

BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN

BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN BEOORDELINGSRICHTLIJN MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN Deze beoordelingsrichtlijn (BRL), versie 8.2, is op 2-10-2014 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Rapport Partijkeuring grond (in-situ) Strijpweg te Tull en 't Waal

Rapport Partijkeuring grond (in-situ) Strijpweg te Tull en 't Waal Rapport Partijkeuring grond (in-situ) Strijpweg te Tull en 't Waal projectnummer 174488 revisie 00 25 augustus 2008 Opdrachtgever Gemeente Houten Postbus 30 3990 DA HOUTEN datum vrijgave beschrijving revisie

Nadere informatie

Granulaten/as en slakken

Granulaten/as en slakken Compendium voor monsterneming en analyse in uitvoering van het Materialendecreet en het Bodemdecreet Versie december 2011 CMA/5/B.6 1 DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED Deze procedure vervangt de procedure van

Nadere informatie

Kansen voor samenwerking bij toezicht op puinbrekers. Ronald Peters PTB 11 november 2014

Kansen voor samenwerking bij toezicht op puinbrekers. Ronald Peters PTB 11 november 2014 Kansen voor samenwerking bij toezicht op puinbrekers Ronald Peters PTB 11 november 2014 Inhoud 1. Even voorstellen; ILT 2. ILT-inspectie puinbrekers; scope & selectie bedrijven. 3. Controlepunten ILT &

Nadere informatie

Algemeen acceptatiebeleid

Algemeen acceptatiebeleid Pagina 1 van 7 Algemeen acceptatiebeleid Acceptatiereglement voor de ontvangst van afvalstoffen binnen de inrichting van Hellinga BV, gevestigd aan de Oevers 15 te Steenwijk. Artikel 1 Toepassingsgebied

Nadere informatie

Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek

Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek protocol 2003 1 20 2 30 3 Dit protocol, ontwerpversie 1.64 is op 17 april 2014 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) en door het

Nadere informatie

Nader bodemonderzoek. Amazonedreef 110 te Utrecht

Nader bodemonderzoek. Amazonedreef 110 te Utrecht Nader bodemonderzoek Amazonedreef 110 te Utrecht 18 juni 2009 Kenmerk R002-4641958MLY-agv-V01-NL Verantwoording Titel Amazonedreef 110 te Utrecht Opdrachtgever Witkamp Projectontwikkeling B.V. Projectleider

Nadere informatie

Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717)

Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717) Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717) Voorwoord In 2009 zijn NEN 5720:2009 'Bodem - Waterbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend onderzoek - Onderzoek

Nadere informatie

Waterbodem. Ministerieel besluit van 06 februari Belgisch Staatsblad van 08 maart 2018

Waterbodem.   Ministerieel besluit van 06 februari Belgisch Staatsblad van 08 maart 2018 Compendium voor monsterneming en analyse in uitvoering van het Materialendecreet en het Bodemdecreet Versie oktober 2017 CMA/5/B.3 Inhoud INHOUD 1 Doel en toepassingsgebied 3 2 Algemene opmerkingen 3 3

Nadere informatie

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid CE-markering managementsysteemcertificaat Fabrikant eigen verklaring

Nadere informatie

van Normec Certification B.V. handelend onder de namen Normec Certification en Eerland Certification

van Normec Certification B.V. handelend onder de namen Normec Certification en Eerland Certification Locatie(s) waar activiteiten onder accreditatie worden uitgevoerd Hoofdkantoor Stationsweg 2 4191 KK Geldermalsen Nederland Locatie Certificatie Schema Stationsweg 2 4191 KK Geldermalsen Nederland BRL

Nadere informatie

Behorende bij schema toepasbare GROND

Behorende bij schema toepasbare GROND Behorende bij Inleiding Het schema toepasbare Grond is een hulpmiddel bij het uitvoeren van ketentoezicht op de stroom grond. Het schema behandelt de keten van in principe toepasbare grond (dus niet de

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0 Inhoud BRL SIKB 6000, van versie 4.2 (met wijzigingsblad) naar versie 5.0... 2 Protocol 6001 van versie 4.0 (met wijzigingsblad) naar versie

Nadere informatie

INDICATIEVE DEPOTKEURING EN (NADER) ASBESTONDERZOEK TERREIN NUISVEEN 2 TE BORGER

INDICATIEVE DEPOTKEURING EN (NADER) ASBESTONDERZOEK TERREIN NUISVEEN 2 TE BORGER INDICATIEVE DEPOTKEURING EN (NADER) ASBESTONDERZOEK TERREIN NUISVEEN 2 TE BORGER PROVINCIE DRENTHE 9 juli 21 7491722:.2 B232.211.1 INDICATIEVE DEPOTKEURING EN (NADER) ASBESTONDERZOEK TERREIN NUISVEEN 2

Nadere informatie

Waterbodem. Ministerieel besluit van 10 maart Belgisch Staatsblad van 3 april 2014

Waterbodem.   Ministerieel besluit van 10 maart Belgisch Staatsblad van 3 april 2014 Compendium voor monsterneming en analyse in uitvoering van het Materialendecreet en het Bodemdecreet Versie november 2013 CMA/5/B.3 Inhoud INHOUD 1 Doel en toepassingsgebied 3 2 Algemene opmerkingen 3

Nadere informatie

SIKB - protocol

SIKB - protocol Civieltechnische keuring Keuring voor het vaststellen van de civieltechnische kwaliteit van grond Geotechnical qualification Geotechnical qualification of excavated soil 1 20 SIKB - protocol 933-9 2 30

Nadere informatie

WATERBODEM. Ministerieel besluit van 12 januari Belgisch Staatsblad van 25 januari DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED

WATERBODEM.   Ministerieel besluit van 12 januari Belgisch Staatsblad van 25 januari DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED 1 DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED WATERBODEM Deze methode beschrijft de voorbehandeling van waterbodemmonsters en is van toepassing voor de bepaling van parameters beschreven in CMA/2/II/A.15. 2 ALGEMENE OPMERKINGEN

Nadere informatie

Verkennend asbestonderzoek in bodem ter plaatse van: Projectnummer: 130314

Verkennend asbestonderzoek in bodem ter plaatse van: Projectnummer: 130314 Verkennend asbestonderzoek in bodem ter plaatse van: Oude Rijksweg 673 te Rouveen Projectnummer: 130314 Opdrachtgever: Dhr. A. Kin Oude Rijksweg 673 7954 GR ROUVEEN Datum onderzoek: 15 mei 2013 Datum rapport:

Nadere informatie

Stenen en bodemvreemde materialen in uitgegraven bodem

Stenen en bodemvreemde materialen in uitgegraven bodem Compendium voor monsterneming en analyse in uitvoering van het Materialendecreet en het Bodemsaneringsdecreet in uitgegraven bodem Versie november 212 CMA/2/II/A.11 1 DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED Deze procedure

Nadere informatie

WATERBODEM. Indien er een VOC bepaling dient te gebeuren, moet er een afzonderlijk monster voorzien worden.

WATERBODEM. Indien er een VOC bepaling dient te gebeuren, moet er een afzonderlijk monster voorzien worden. 1 DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED WATERBODEM Deze methode beschrijft de voorbehandeling van waterbodemmonsters en is van toepassing voor de bepaling van parameters beschreven in CMA/2/II/A.15. 2 ALGEMENE OPMERKINGEN

Nadere informatie

Samenvoegen partijen grond. Informatieblad voor toezichthouders

Samenvoegen partijen grond. Informatieblad voor toezichthouders Samenvoegen partijen grond Informatieblad voor toezichthouders In Nederland komen bij allerlei werkzaamheden, zoals bouwen, wegenaanleg, natuurontwikkeling en bodemsaneringen, grote hoeveelheden grond

Nadere informatie

van Normec Certification B.V. handelend onder de namen Normec Certification en Eerland Certification

van Normec Certification B.V. handelend onder de namen Normec Certification en Eerland Certification Locatie(s) waar activiteiten onder accreditatie worden uitgevoerd Hoofdkantoor Stationsweg 2 4191 KK Geldermalsen Nederland Locatie Certificatie Schema Stationsweg 2 4191 KK Geldermalsen Nederland BRL

Nadere informatie

Samenvatting en interpretatie voor gebruikers waterbodemonderzoek de Kom Zeeburgereiland

Samenvatting en interpretatie voor gebruikers waterbodemonderzoek de Kom Zeeburgereiland Notitie Contactpersoon Fabiola Otto Datum 4 maart 2016 Kenmerk N001-1238369FOT-lhl-V01-NL Samenvatting en interpretatie voor gebruikers waterbodemonderzoek de Kom Zeeburgereiland Tauw bv heeft ten behoeve

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK. Gebruik bodemkwaliteitskaart bij grondverzet. 1 Generiek beleid Besluit bodemkwaliteit

GEMEENTE OLDEBROEK. Gebruik bodemkwaliteitskaart bij grondverzet. 1 Generiek beleid Besluit bodemkwaliteit GEMEENTE OLDEBROEK Gebruik bodemkwaliteitskaart bij grondverzet 1 Generiek beleid Besluit bodemkwaliteit 1.1 Algemeen Sinds 1 juli 2008 is het Besluit bodemkwaliteit van kracht gegaan. Dit besluit geeft

Nadere informatie

Op basis van deze resultaten kan bevoegd gezag een definitief oordeel vellen over de uitkomsten van de uitgevoerde onderzoeken.

Op basis van deze resultaten kan bevoegd gezag een definitief oordeel vellen over de uitkomsten van de uitgevoerde onderzoeken. Portaal Vastgoed Ontwikkeling t.a.v. mevrouw Bloeme Benjamins Postbus 375 3900 AJ Veenendaal kenmerk: 09/200202/EB Amsterdam, 25 februari 2009 onderwerp: rapportage nader bodemonderzoek Nic. Beetsstraat

Nadere informatie

Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer Memo Aan : Arno Schuring Van : Berdie Klein Geltink, adviseur bodem Datum : 14 februari 2008 In afschrift aan : Wilco Slotboom en Ludwig van Duren Registratienummer :

Nadere informatie

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN NIET-VORMGEGEVEN BOUWSTOFFEN PROTOCOL 1002

MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN NIET-VORMGEGEVEN BOUWSTOFFEN PROTOCOL 1002 MONSTERNEMING VOOR PARTIJKEURINGEN NIET-VORMGEGEVEN BOUWSTOFFEN PROTOCOL 1002 Dit protocol, versie 2.1, is op 12-12-2013 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Grondonderzoek conform Besluit Bodemkwaliteit ter plaatse van: Setheweg te Meppel. Projectnummer: 120216

Grondonderzoek conform Besluit Bodemkwaliteit ter plaatse van: Setheweg te Meppel. Projectnummer: 120216 Grondonderzoek conform Besluit Bodemkwaliteit ter plaatse van: Setheweg te Meppel Projectnummer: 120216 Opdrachtgever: Contactpersoon: Benjamins Natuursteen Lindberghstraat 16 7903 BN Hoogeveen Dhr. K.

Nadere informatie

SIKB - protocol

SIKB - protocol Civieltechnische keuring Keuring voor het vaststellen van de civieltechnische kwaliteit van grond SIKB - protocol 9335-9 Dit protocol, versie 1.0, is op 16 april 2008 vastgesteld door het Centraal College

Nadere informatie

Voorlichtingsbijeenkomst Regionaal bodembeleid Voorne-Putten

Voorlichtingsbijeenkomst Regionaal bodembeleid Voorne-Putten Voorlichtingsbijeenkomst Regionaal bodembeleid Voorne-Putten 3 juni 2014 Gijsbert Schuur Aanleiding voorlichting December 2011: afronding Impuls Lokaal Bodembeheer December 2012: definitief rapport regionale

Nadere informatie

BRL SIKB Beoordelingsrichtlijn. Monsterneming voor partijkeuringen. Assessment guideline. Sampling for batch tests. Versie 9.

BRL SIKB Beoordelingsrichtlijn. Monsterneming voor partijkeuringen. Assessment guideline. Sampling for batch tests. Versie 9. BRL SIKB 1000 Beoordelingsrichtlijn Monsterneming voor partijkeuringen Assessment guideline Sampling for batch tests Versie 9.0 1 februari 2018 Monsterneming voor partijkeuringen Pagina 1 van 61 Introduction

Nadere informatie

Globale kostenraming verwijdering wegen en verontreinigde wegbermen binnen het plangebied Bypass Kampen

Globale kostenraming verwijdering wegen en verontreinigde wegbermen binnen het plangebied Bypass Kampen Notitie Contactpersoon Luuk Gollenbeek Datum 27 mei 2010 Kenmerk N011-4679632LRG-cmn-V01-NL Globale kostenraming verwijdering wegen en verontreinigde wegbermen binnen het plangebied Bypass Kampen 1 Inleiding

Nadere informatie

Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek

Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek Protocol Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek Protocol 2003 Versie 2.0, vastgesteld door het CCvD- en AC-Bodembeheer op 16-04-2015 Protocol 2003 Pagina 1 van 16 Versie 1.9, voor CCvD 02-10-2014

Nadere informatie