ADVIES EPB-VERSLAGGEVING

Transcriptie

1

2 ADVIES EPB-VERSLAGGEVING ADVIES INZAKE ISOLATIE EN HYGIËNISCHE VENTILATIE VERBOUWING BOUWHEER: VAN DEN ENDE - DECROO BOUWPLAATS: KERKPLEIN 10, 2220 HEIST-OP-DEN-BERG 2

3 Inhoudstabel Inhoudstabel... 3 Samenvatting... 4 Eisen... 4 Opbouw... 4 Technieken... 4 OVERZICHT VAN DE EISEN... 5 Isolatie eis renovatie... 5 Binnenklimaat... 5 ISOLATIE TE VOORZIEN... 5 Buitenmuren... 5 Isolatie aansluiting op plat dak... 6 Hellend dak... 6 Isolatie plat dak... 6 Vloeren... 7 Ramen... 7 TECHNIEKEN... 8 Ventilatie... 8 Waarom ventileren?... 8 Opmerkingen

4 Samenvatting Eisen OPBOUW Type Materiaal Dikte Eis Muren PUR (λ 0,023 W/mK) 10 cm 0,24 W/m²K Hellend dak PUR (λ 0,025 W/mK) 10 cm 0,24 W/m²K Plat dak PUR (λ 0,025 W/mK) 10 cm 0,24 W/m²K Vloeren Gespoten PUR (λ 0,028 W/mK) 8 cm 0,30 W/m²K Ramen Glas (Ug) Max U-waarde ramen = 1,8 W/m²K Max U-waarde glas = 1,1 W/m²K Buitendeuren 1,80 W/m²K TECHNIEKEN Type Materiaal Eis Ventilatie Toevoer voorzien in de droge ruimtes waarvan de ramen worden vervangen (woonkamer, slaapkamers en bureau). Afvoer voorzien in de natte ruimtes die behoren tot de uitbreiding. Verwarming Gaswandketel rendement > 108% Ja Buitenvoeler Radiatoren Vloerverwarming Regime bevestiging van plaatser Ja Ja Nee Ja Opmerking: Voorlopig gingen we er van uit dat alle ramen op de achtergevel worden vernieuwd. Hierdoor moet er ventilatie voorzien worden in sommige kamers aan de achtergevel. Aan de voorgevel wordt enkel het glas vernieuwd, het schrijnwerk blijft behouden. Hierdoor zijn er geen ventilatie-eisen voor de achterliggende kamers. 4

5 OVERZICHT VAN DE EISEN Isolatie eis renovatie Voor het renoveren van een gebouw wordt nagezien of alle scheidingsconstructies van ruimtes die worden verbouwd voldoen aan de maximale U-waarden of minimale R-waarden. Deze waarden hebben betrekking op de isolatiewaarde van elk nieuw constructie-element (muur, dak, vloer, ). Vanaf wordt het verplicht bij grote verbouwingen waarbij meer dan 75% van de buitenschil wordt geïsoleerd ook uw dak te isoleren en de technieken te vernieuwen. Geleidelijk aan zal het ontbreken van dakisolatie zwaarder doorwegen op de globale beoordeling van de woonkwaliteit. Hierdoor zal vanaf 2020 de afwezigheid van dakisolatie volstaan om een gebouw ongeschikt te laten verklaren, waardoor ze ook niet meer verhuurd mag worden. Er wordt best niet gewacht met isoleren want nu kan nog beroep gedaan worden op premies en fiscale voordelen. Binnenklimaat Bij het verbouwen van een gebouw wordt nagezien of aan de minimumeisen voor ventilatie wordt voldaan. ISOLATIE TE VOORZIEN Buitenmuren (Eis 2014: Max U-waarde 0,24 W/m²K) In de spouw of achter de gevelbekleding moet worden geïsoleerd met: - minimaal 10 cm isolatie met λ-waarde 0,023 W/mK zoals PUR - minimaal 14 cm isolatie met λ-waarde 0,032 W/mK zoals EPS - minimaal 16 cm isolatie met λ-waarde 0,035 W/mK zoals minerale wol tussen houtstructuur Houtskeletbouw Spouwmuur klassiek Gevelbekleding Gelieve een foto of factuur met vermelding van het merk en type te bezorgen als stavingsstuk. 5

6 Isolatie aansluiting op plat dak Bovenop de binnenmuur, ter hoogte van de aansluiting van het platte dak moet er een isolerende steen worden geplaatst. Op deze manier wordt de koudebrug weggewerkt die er anders voor zorgt dat er heel wat warmte verloren gaat. Hellend dak (Eis 2014: Max U-waarde 0,24 W/m²K) In het hellend dak moet isolatie worden geplaatst: - minimaal 10 cm isolatie met λ-waarde 0,025 W/mK zoals PUR/PIR OPGELET: isolatiefolies die beweren gelijkwaardig te zijn met 20 cm minerale wol worden niet aanvaard in de EPB-berekening. De prestaties van deze folies liggen in werkelijkheid veel lager. Gelieve een foto of factuur met vermelding van het merk en type te bezorgen als stavingsstuk. Isolatie plat dak (Eis 2014: Max U-waarde 0,24 W/m²K) In of op het platte dak moet één van volgende isolatie worden geplaatst: - minimaal 10 cm isolatie met λ-waarde 0,025 W/mK zoals PUR/PIR Warm dak massief Gelieve een foto of factuur met vermelding van het merk en type te bezorgen als stavingsstuk. 6

7 Vloeren (Eis 2014: Max U-waarde 0,3 W/m²K) Een vloer kan op een aantal verschillende manieren worden geïsoleerd. Meestal wordt er PUR gespoten. Er kunnen echter ook platen worden gelegd, de betonvloer moet hiervoor eerst worden uitgevuld met een uitvulchape. Deze uitvulchape kan reeds isolerend zijn maar moet Benor ATG gekeurd zijn of deze moet worden vermeld in de officiële EPB bouwproductendatabank. - minimaal 8 cm isolatie met λ-waarde 0,028 W/mK Vloer gespoten PUR Vloer met uitvullingslaag Gelieve een foto of factuur met vermelding van het merk en type te bezorgen als stavingsstuk. Ramen Bij de ramen spelen zowel de keuze van glas als de keuze van de profielen een grote rol. Bij de raamprofielen moet er een thermische onderbreking aanwezig zijn. Voor de berekening werd rekening gehouden met een U-waarde van 1,8 W/m²K. Het glas moet superisolerend zijn en mag geen hogere waarde hebben dan Ug = 1,1 W/m²K. Er kan eventueel worden gekozen om glas te voorzien met thermisch verbeterde afstandshouders (lage Psi-waarde). Gelieve een foto en offerte van de ramen te bezorgen met vermelding van het merk en type zowel voor de profielen als het glas. 7

8 TECHNIEKEN Ventilatie Bij een verbouwing moet men een onderscheid maken tussen het bestaande gebouw dat wordt verbouwd en het gedeelte dat wordt uitgebreid of herbouwd. In het te verbouwen deel gelden enkel eisen voor de droge ruimtes (woonkamer, eetkamer, bureau, slaapkamer) waar de ramen worden vervangen. In deze droge ruimtes moet telkens toevoer van buitenlucht voorzien worden. Dit kan door middel van een toevoerrooster, een raamrooster of dmv. een D-systeem. Er zijn geen eisen voor de natte ruimtes (badkamer, toilet, keuken, wasplaats). In het gedeelte dat wordt uitgebreid of vernieuwd gelden er zowel eisen voor de droge ruimtes als voor de natte ruimtes. In de droge ruimtes moet toevoer van buitenlucht voorzien worden, in de natte ruimtes moet een afvoer voorzien worden. De opgelegde debieten vindt U hieronder terug. Hieronder vindt U een overzicht van de verplichte ventilatiedebieten. We gaan er van uit dat er een D-systeem wordt geplaatst. Naam (Soort bezetting) Min. toev. [m³/h] Min. doorstr. [m³/h] Min. afv [m³/h] Opmerking App 1 Slaapkamer / Mechanische toevoer + Doorstroom onder deur (spleet van 1 cm) App 1 Slaapkamer / Mechanische toevoer + Doorstroom onder deur (spleet van 1 cm) App 2 Slaapkamer / Mechanische toevoer + Doorstroom onder deur (spleet van 1 cm) App 2 Slaapkamer / Mechanische toevoer + Doorstroom onder deur (spleet van 1 cm) App 3 Slaapkamer 1 53 / / Mechanische toevoer + Geen eisen voor doorstroom App 4 Slaapkamer 1 51 / / Mechanische toevoer + Geen eisen voor doorstroom Open keuken app 3/4 / / / Geen eisen Badkamer 3/4 / / / Geen eisen WAAROM VENTILEREN? Op het eerste zicht lijkt het niet logisch om warme lucht van binnen naar buiten te blazen. De voordelen hiervan zijn echter veel groter dan de nadelen ervan. De debieten die naar buiten worden geblazen zijn minimaal (een dampkap blaast veel meer lucht naar buiten dan een ventilatie systeem). Ventileren vermijdt gezondheidsklachten. Een slechte binnenlucht kan gezondheidsklachten veroorzaken zoals hoesten, hoofdpijn, chronische verkoudheid,... Ventileren vermijdt ook vochtproblemen in het gebouw, vocht kan tot gevolg hebben dat schimmels en huisstofmijten aanwezig zijn. Vocht in het gebouw komt er door: - de bewoner (ademen, transpireren, koken, douchen,...), - door het gebouw zelf (in bouwmaterialen zitten vervuilers zoals Radon en formaldehyde). Veel huizen zijn tegenwoordig goed geïsoleerd, waardoor vocht en schadelijke stoffen binnen blijven hangen. Een gebouw waarin de vochtigheidsgraad hoger ligt is moeilijker op te warmen. Een gebouw met een goede ventilatie (droge lucht dus) krijg je sneller warm. Ventileren gebeurt 24/24. Een tijdje het raam openzetten is niet voldoende. Onderzoek heeft uitgewezen als het raam terug dicht is, na een half uur de frisse lucht namelijk verdwenen is. Om te komen tot een comfortabel binnenluchtklimaat dienen we volgende stappen te doorlopen: - beperk vervuiling maximaal door een aangepast ontwerp en door geschikte materiaalkeuze (verven, plaatmateriaal, ) - ontwerp het gebouw met een goede luchtdichtheid en zie toe op een goede uitvoering van alle detaillering, controle is mogelijk dmv. een blowerdoortest. - voorzie een basisventilatiesysteem in het gebouw conform de wettelijke eisen - aanvullend op de basisinstallatie kunnen dan voorzieningen worden getroffen voor intensieve ventilatie (vb dampkap) of ventilatie van speciale ruimten. 8

9 Voor een goede ventilatie moet er een toevoer zijn van verse lucht in de droge ruimtes (leefruimte, slaapkamers, ), een doorvoer van die lucht (meestal via een spleet onder de deur of deurroosters) en een afvoer van vervuilde lucht uit de natte ruimtes (keuken, toilet, badkamer, wasplaats, ). De ventilatie kan zowel op een natuurlijke of mechanische manier, of een combinatie van beide. De ventilatie moet steeds gecontroleerd kunnen gebeuren. Het openzetten van ramen, of ramen op kip-stand plaatsen geldt niet als ventilatievoorziening. OPMERKINGEN Waar moet u onder andere nog op letten? Voor de regelbare toevoeropeningen (RTO): - De vrije doorsnede van de opening kan manueel of automatisch geregeld worden hetzij continu, hetzij in een volgend aantal (minstens 3) tussenstanden tussen gesloten en volledig open (dus in totaal 5 standen) - Het binnendringen van hinderlijk ongedierte via de RTO mag niet mogelijk zijn. Deze eis geldt voor elke mogelijke open stand. - Er mag geen waterpenetratie mogelijk zijn. - De onderzijde van het ventilatierooster, om op een natuurlijke manier verse lucht toe te voeren, moet minstens 1,80 m boven de vloerpas worden geplaatst. (De onderzijde mag lager zijn dan 1,80 m voor zover een testrapport over de luchtverspreiding in de woonzone volgens de norm NBN EN : beschikbaar is.) Voor de regelbare afvoeropeningen (RAO) - De vrije doorsnede van de opening kan manueel of automatisch geregeld worden hetzij continu, hetzij in een volgend aantal (minstens 3) tussenstanden tussen gesloten en volledig open (dus in totaal 5 tussenstanden) Voor de doorstroomopeningen(do) - De doorstroomopening is niet regelbaar Algemeen - Het afvoerkanaal, om op een natuurlijke manier vervuilde lucht af te voeren, moet hoofdzakelijk verticaal verlopen en uitmonden boven het dak. - Voor garages binnen het beschermd volume gelden geen specifieke epb-eisen. Zorg echter steeds voor een luchtdichte afscherming met een goed sluitende deur tussen garage en leefruimten. Zelfs als de garage ook gebruikt wordt als wasplaats of hobbyruimte, dan nog zal ze geen deel uitmaken van de ventilatievoorziening van het gebouw zelf. Het spreekt vanzelf dat, los van de afwezigheid van wettelijke eisen, het aanbeveling verdient om toch minimale ventilatiemogelijkheden te voorzien, bijvoorbeeld met natuurlijke toevoeropeningen, gecombineerd met een afvoer. De vervuilde lucht mag in geen geval afgevoerd worden via andere ruimtes in het gebouw. - De vervuilde lucht van kelders mag niet afgevoerd worden via andere ruimtes in het gebouw. De kelders kunt u dus het best afzonderlijk ventileren via verluchtingsroosters. Voor de kelders gelden echter geen specifieke epb-eisen. De kelder werd ook buiten het beschermd volume gelaten. - Ook voor zolder, berging, dressing, gelden geen specifieke epb-eisen, maar het spreekt vanzelf dat een minimale ventilatie aangewezen is. - Bij open verbrandingstoestellen, die hun lucht voor de verbranding halen uit de ruimte waar ze staan, is in de ruimte een extra rooster nodig voor de toevoer van die lucht. Dat is nodig voor een goede verbranding. 9