AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATEUR
|
|
- Joanna Koning
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 AANWIJZINGEN VOOR INSTALLATEUR INX 1 SCHRIJVING VAN HET TOTEL INSTALLATIE KENMERKEN GEBRUIK EN ONRHOUD LANGRIJK Vooraleer de eerste inschakeling van de ketel uit te voeren dienen volgende controles uitgevoerd te worden: - Nagaan of er zich geen ontvlambare vloeistoffen of materialen in de onmiddellijke nabijheid van de ketel bevinden. - Zich ervan verzekeren dat de elektrische aansluiting op de juiste wijze uitgevoerd is en dat de aardkabel aan een goede aardinstallatie aangesloten werd. - De gaskraan opendraaien en alle aansluitingen inclusief deze van de ketel, op dichtheid controleren. - Zich ervan verzekeren dat de ketel ingesteld is om op het beschikbare gassoort te functioneren. - Controleren of de afvoerleiding van de verbrandingsproducten vrij is. - Zich ervan verzekeren dat de eventuele afsluiters geopend zijn. - Zich ervan verzekeren dat de installatie met water gevuld is en goed ontlucht is. - Controleren dat de doorloper niet geblokkeerd is. - De bestaande lucht uit de gasleidingen laten uitstromen door op de bestaande ontluchter te handelen die op de inlaat van de gasklep gemonteerd is. De FONRIE SIME S.p.A. gesitueerd in Via Garbo 27 Legnago (VR) Italië verklaart dat de eigen warm waterketels, EC gemarkeerd volgens de Gasrichtlijnen 90/396/EEC en voorzien van een veiligheidsthermostaat geijkt op een maximum van 110 C, uitgesloten zijn van de Richtlijnen PED 97/23/EEC omdat zij voldoen aan de vereisten voorzien in artikel 1 alinea 3.6.
2 1 SCHRIJVING VAN HET TOTEL 1.1 INLEIDING EKO OF is de voorgemengde gasketel met natuurlijke trek in gietijzer voor de verwarming met brander aan lage Nox. Het is een toestel ontworpen en 1.2 AFMETINGEN Model EKO 3/6 OF - 3/4 OF PVA ge c o n st ru e e rd in ove re e n ste m m i n g m et de E uropes e Rich t l i j n e n 90/ 396/ EEC, 89/ 336/ EEC, 92/42/EEC, 73/23/EEC en met de Europese Normen EN De ketels EKO OF zijn ook ontworpen voor de werking aan lage temperatuur. Zij kunnen met aardgas (G20) en met propaangas (G31) gevoed worden. Houd u aan de vo o rs ch ri f ten uit dit handboek voor een correcte installatie en een goede werking van het toestel. KOPPELINGEN M Toevoerleiding van de installatie R 1 (UNI-ISO 7/1) M1 Toevoerleiding van de installatie (model PVA) R1(UNI-ISO 7/1) G Gastoevoer R 3/4 (UNI-ISO 7/1) R Retourleiding van de installatie R 1 (UNI-ISO 7/1) S Aftapleiding van de ketel Rp 1/2 (UNI-ISO 7/1) C1 Vullen van de installatie (model PVA) Rp 1/2 (UNI-ISO 7/1) L P K ø D 3 0F OF PVA F OF PVA F F Fig Model EKO 7/12 OF KOPPELINGEN M Toevoerleiding van de installatie R 1 1/2 (UNI-ISO 7/1) G Gastoevoer R 1 (UNI-ISO 7/1) R Retourleiding van de installatie R 1 1/2 (UNI-ISO 7/1) S Aftapleiding van de ketel Rp 3/4 (UNI-ISO 7/1) L P ø D 7 0F OF F OF F F Fig. 1/a 54
3 1.3 HOOFDSTANDLEN Model EKO 3/6 OF - 3/4 OF PVA LEGEN 1 Gasklep 2 Omhulsel voor instrumentensonde 3 Bedieningspaneel 4 Drukschakelaar minimum gasnet (geijkt voor G20 stijgend aan 16,5 mbar en dalend aan 11,5 mbar) 6 Intermitterend licht 7 Luik van de verbrandingskamer 8 Collector van de branders 9 Drukschakelaar 10 Pomp (model 3/4 OF PVA ) Fig Model EKO 7/12 OF EKO 7 OF EKO 8/12 OF LEGEN 1 Gasklep 2 Omhulsel voor instrumentensonde 3 Bedieningspaneel 4 Drukschakelaar minimum gasnet (geijkt voor G20 stijgend aan 16,5 mbar en dalend aan 11,5 mbar) 6 Intermitterend licht 7 Luik van de verbrandingskamer 8 Collector van de branders Fig. 2/a 55
4 1.4 T E CH N I S CHE GEGEVENS 3 OF 3 OF PVA 4 OF 4 OF PVA 5 OF 6 OF Warmtevermogen Nominaal kw 21,2 21,2 31,6 31,6 42,3 53,1 Minimum (G20) kw 14,9 14,9 22,4 22,4 29,8 37,4 Minimum (G31) kw 18,0 18,0 27,0 27,0 36,0 45,2 Warmtedebiet Nominaal kw 23,3 23,3 34,8 34,8 46,5 58,3 Minimum (G20) kw 16,3 16,3 24,5 24,5 32,6 40,8 Minimum (G31) kw 19,8 19,8 29,7 29,7 39,6 49,5 Nuttig rendement % 90,9 90,9 90,9 90,9 90,9 91,4 Rendement aan 30% % 92,8 92,8 92,8 92,8 92,8 92,9 Markering rendement (CEE 92/42) CO aan 0% van O 2 ppm NOx aan 0% van O 2 ppm Klasse NOx Rookgastemperatuur C Maximaal rookgasvermogen gr/s 14,8 14,8 23,2 23,2 31,5 33,7 Geabsorbeerd elektrisch vermogen W Toevoerspanning Volt-Hz Elektrische protectiegraad IP X0D X0D X0D X0D X0D X0D Certificatie CE n 1312BP BP BP BP BP BP4117 Categorie II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P Type B11BS B11BS B11BS B11BS B11BS B11BS Max. werkingsdruk bar Max. werkingstemperatuur C Waterinhoud van de ketel l Gietijzeronderdelen van de ketel n Temperatuurregeling C 40/85 40/85 40/85 40/85 40/85 40/85 Expansievat Capaciteit/ voorgevulde druk l/bar - 10/1-12/1 - - Belangrijke gasinspuitstukken Hoeveelheid inspuitstukken n Diameter inspuitstukken G20 ø 2,75 2,75 2,75 2,75 2,75 2,75 Diameter inspuitstukken G31 ø 1,70 1,70 1,70 1,70 1,70 1,70 Klein gasinspuitstuk van de brander Diameter klein inspuitstuk G20 ø 0,45 0,45 0,45 0,45 0,45 0,45 Diameter klein inspuitstuk G31 ø 0,25 0,25 0,25 0,25 0,25 0,25 Gasverbruik G20 m 3 /h 2,47 2,47 3,68 3,68 4,92 6,17 Gasverbruik G31 kg/h 1,81 1,81 2,70 2,70 3,61 4,53 Gasdruk naar de branders Minimum/Maximum G20 mbar 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 Minimum/Maximum G31 mbar 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 Gastoevoerdruk G20 mbar G31 mbar Gewicht kg
5 7 OF 8 OF 9 OF 10 OF 11 OF 12 OF Warmtevermogen Nominaal kw 63,9 74,2 84,7 95,2 105,8 117,0 Minimum (G20) kw 44,9 52,3 60,5 68,0 73,5 83,0 Minimum (G31) kw 54,3 63,2 72,6 81,6 90,7 100,0 Warmtedebiet Nominaal kw 70,1 81,5 93,0 104,6 116,2 128,0 Minimum (G20) kw 49,0 57,1 65,2 73,3 81,4 89,6 Minimum (G31) kw 59,4 69,3 79,1 89,0 98,9 108,8 Nuttig rendement % 91,1 91,1 91,1 91,1 91,1 91,7 Rendement aan 30% % 92,9 92,9 93, ,3 Markering rendement (CEE 92/42) CO aan 0% van O 2 ppm NOx aan 0% van O 2 ppm Klasse NOx Rookgastemperatuur C Maximaal rookgasvermogen gr/s 46,1 48,4 59,3 60,4 75,2 76,0 Geabsorbeerd elektrisch vermogen W Toevoerspanning Volt-Hz Elektrische protectiegraad IP X0D X0D X0D X0D X0D X0D Certificatie CE n 1312BP BP BP BP BP BP4118 Categorie II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P II2H3P Type B11 B11 B11 B11 B11 B11 Max. werkingsdruk bar Max. werkingstemperatuur C Waterinhoud van de ketel l Gietijzeronderdelen van de ketel n Temperatuurregeling C 40/85 40/85 40/85 40/85 40/85 40/85 Belangrijke gasinspuitstukken Hoeveelheid inspuitstukken n Diameter inspuitstukken G20 ø 2,75 2,75 2,75 2,75 2,75 2,75 Diameter inspuitstukken G31 ø 1,70 1,70 1,70 1,70 1,70 1,70 Kleine gasinspuitstuk van de brander Diameter klein inspuitstuk G20 ø 0,45 0,45 0,45 0,45 0,45 0,45 Diameter klein inspuitstuk G31 ø 0,25 0,25 0,25 0,25 0,25 0,25 Gasverbruik G20 m 3 /h 7,42 8,62 9,84 11,07 12,30 13,54 Gasverbruik G31 kg/h 5,45 6,33 7,22 8,13 9,03 9,94 Gasdruk naar de branders Minimum/Maximum G20 mbar 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 7,0/13,8 Minimum/Maximum G31 mbar 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 26,9/35,5 Gastoevoerdruk G20 mbar G31 mbar Gewicht kg
6 2 INSTALLATIE De installatie moet als vast beschouwd worden en mag uitsluitend door gespecialiseerde en deskundige bedrijven tot stand ge b ra cht wo rden in ove re e n- stemming met de betreffende wettelijke voorschriften en de aanwijzingen die in deze handleiding opgenomen zijn. 2.1 KETELRUIMTE EN VERLUCHTING H afhankelijk van het totale warmtedebiet: niet meer dan 116 kw: 2,00 m meer dan 116 kw tot 350 kw: 2,30 m meer dan 350 kw tot 580 kw: 2,60 m meer dan 580 kw: 2,90 m De ketels van de re e ksen E KO 3/4 OF 3/4 OF PVA hebben geen hogere capaciteit dan 35 kw en ku n n e n dus in huiselijke ruimten geplaatst worden bij uitwisseling of in een technisch geschikte ruimte. H et is absoluut noodzakelijk dat in de ru i m ten waar zich de ga sto e ste l l e n m et open kamer bevinden vo l d o e n d e l u cht binnenst romen kan dan er ve r- langd wo rdt door de ge re gelde ve r- b randing van het ve r b ru i k te gas door de verschillende toestellen. Men moet daarom voor een goed binnenstromen van de lucht in de ruimten o p e n i n gen in de buite nwanden aanbrengen die aan de volgende vereisten voldoen: - Een totale vrije doorsnede van te n- m i n ste 6 cm 2 voor iedere kw va n geïnstalleerd warmtevermogen bezitten en in ieder geval niet lager dan 100 cm 2. - Z i ch zo dicht mogelijk en vrij op de h o o g te van de vloer bevinden, en beschut door een rooster, dat niet de n u t t i ge doorsnede van de luch t d o o r- laat vermindert. De modellen EKO 5/12 OF met een hogere capaciteit dan 35 kw moeten in een te ch n i s che ru i m te ge p l a a t st worden waarvan de afmetingen en de ove ri ge eige n s chappen aan de ve i l i- g h e i d s vo o rs ch ri ften moeten vo l d o e n die op dit moment van kracht zijn. De minimum hoogte van de ru i m te m o et ove re e n stemmen met datge n e wat op fig. 3 is aangegeven. Het is bovendien noodzakelijk om voor de toevoer van verse lucht in de ruimte ve n t i l a t i e o p e n i n gen in de buite n m u- ren te maken, wa a rvan het oppervl a k in ieder geval niet kleiner mag zijn dan cm 2 en bij een gasdichtheid van meer dan 0,8 niet kleiner dan cm AANSLUITING VAN INSTALLATIE Voordat u overgaat tot het aansluiten van de ketel doet u er goed aan om water door de leidingen van de installatie te laten st romen om eve n t u e l e v reemde vo o rwe rpen, wa a rdoor de goede we rking van het to e stel aangeta st kan wo rden, te ve rw i j d e ren. Het verdient altijd aanbeveling om geschikte afs l u i te rs op de to evo e rleiding en op de retourleiding van de installatie te monteren. LET OP: Bij de modellen EKO 7/12 OF om een goede spreiding van het w a ter in het giet ij z e ren lichaam te k r ij g en moet de to evo e r - en de reto u rleiding van de installatie aan dezelfde kant van de ketel aange s l o- ten worden. De modellen EKO 7/12 OF worden sta n d a a rd met de aansluitingen aan de re ch te rkant ge l eve rd, maar de m o ge l ijkheid bestaat om deze aans l u i t i n gen naar de linke rkant te ve r- plaatsen. In dit geval moet u de waterverdeler, die op de retourverzamelleiding ge m o n te e rd is en de vo e- l e rs van de th e rm o sta ten die in de omhulsels ge p l a a t st zijn, ook naar dezelfde kant verplaatsen. Het verdient aanbeveling om ervoor te zorgen dat het warmteverschil tussen de to evo e rleiding en de reto u rl e i d i n g van de installatie niet boven de 20 C stijgt. Met het oog hierop is het dan ook zinvol om een mengklep te monteren. LET OP: Het is noodzakelijk dat de circ u l a t i e p o mp of de circ u l a t i e p o mp e n van de installatie ge l ij k t ijdig met de ketel in werking treedt/treden. Met het oog hierop adviseren wij om een auto m a t i s ch vo o rra n g s s yste e m toe te passen. De gasaansluiting moet met verzinkte stalen leidingen zonder lasnaden (type Mannesmann) en met sch r o e f - d ra a d k o p p e l i n gen en afdich t i n gen tot stand ge b ra cht wo rden. Het ge b ru i k van dri e d e l i ge koppelingen behalve voor de begin- en de eindaansluitingen dient vermeden te worden. Bij de doorvoer door muren moet de leiding ter besch e rming in een speciaal omhulsel gedaan worden. Bij het bepalen van de afmet i n gen van de ga s l e i d i n gen, van de meter naar de ketel, moet er zowel re kening ge h o u- den worden met het debiet in volume ( ve r b ruik) in m3/h als met de bet re f- fende dichtheid van het in aanmerking genomen gas. De doorsneden van de l e i d i n gen waar de ins t allatie uit bestaat moeten zodanig zijn dat er voldoende gas toegevoerd wordt om aan de maximale vraag te voldoen en om h et dru k ve rlies tussen de meter en o n ge a cht welk ge b ru i ksto e stel te beperken tot max.: 1,0 mbar voor de gassen van de tweede familie (aardgas) 2,0 mbar voor de gassen van de derde familie (butaan of propaan). In de mantel is een zelfklevend plaatje a a n ge b ra cht waar de te ch n i s ch e ge gevens van de ketel op ve rm e l d staan en de gassoort waar de ketel op ingesteld is Filter op de gasleidingen Fig. 3 De gasklep die to e ge p a st wo rdt is standaard voorzien van een inlaatfilter aan de inlaat die echter niet in staat is om al het vuil dat het gas bevat en dat in de leidingen van het net zit tegen te houden. Om te voorkomen dat de klep niet goed werkt of in sommige gevallen z e l fs de beve i l i g i n gen waar de klep mee uitge ru st is uitge s ch a keld wo r- den, wo r dt ge a d v i s e e r d om een geschikte filter op de gasleiding van de ketel te monteren. 58
7 2.3 KENMERKEN VAN HET VOEDINGSWATER H et vo e d i n g s wa ter van het ve rwa r- mingscircuit dient in overeenstemming m et de Richtlijnen UNI-CTI 8065 behandeld te worden. Men dient er ook aan te denken dat zelfs kleine afzettingen met een dikte van enkele millimeter wegen hun lage wa rm te geleiding een opmerke l i j ke oververhiting van de ketelwanden kunnen veroorzaken met daaropvolgende ernstige problemen. De behandeling van het water is absoluut noodzakelijk in de volgende gevallen: grote installaties (grote wa terinhoud); veelvuldige toevoer van water ter aanvulling in de installatie; indien de installatie geheel of gedeeltelijk leeggemaakt moet worden. Plat Tetto dakpiano Schuin Tetto a dak 3030 > 5 m > 1,30 m 1,30 m Volume tecnico Colmo 5 m Zona di reflusso INSTALLATIE VULLEN Het vullen van de installatie moet langzaam gebeuren zodat eventuele luchtbellen de gelegenheid hebben om via de speciale ontluchters die op de verwarmingsinstallatie geplaatst zijn te ontsnappen. Als de installatie koud is moet de vuldruk van de installatie en de vooruitzettingsdruk van het expansievat gelijk zijn aan of in ieder geval niet lager zijn dan de hoogte van de statische kolom van de installatie. (Bijvoorbeeld: bij een statische kolom van 5 meter moet de voorvuldruk van het vat en de vuldruk van de installatie tenminste gelijk zijn aan de min. waarde van 0,5 bar). Schuin Tetto a dak > 1,50 m 1,50 m Colmo 45 Zona di ref lusso Fig ROOKKANAAL Het rookkanaal voor het uitstoten in de atmosfeer van de verbrandingsproducten van toestellen met natuurlijke trek moet aan de volgende eisen voldoen: mag geen ve r b ra n d i n g s p ro d u c te n doorlaten, moet ondoordringbaar zijn en thermisch geïsoleerd zijn; m o et van ge s chikt mate ri a a l gemaakt zijn dat ook op den duur bestand is tegen normale mechanis che belasting, te gen hitte en de i nwe rking van ve r b ra n d i n g s p ro d u c- ten en eventueel condensaat daarvan; moet een verticaal verloop hebben en vrij zijn van elke vernauwing over de gehele lengte; moet naar behoren geïsoleerd zijn om condensatie- of afkoelingsve r- s chijnselen van de ro o kgassen te vo o rkomen, met name indien het rookkanaal aan de buitenzijde van het gebouw of in een onverwarmde ruimte is geïnstalleerd; moet door middel van luchtruimten of passende isolatie op de nodige afstand van brandbare of licht ontvlambare materialen geplaatst worden; moet onder de inlaat in het eerste rookgaskanaal een opvangkamer van vaste materialen en eventueel condensaat hebben die minimaal 500 mm hoog moet zijn. De toegang tot genoemde kamer moet ge ga ra n- deerd worden door middel van een opening met een metalen klep met een luchtdichte sluiting; m o et een ronde, vierka n t e of rechthoekige binnendoorsnede hebben: in deze laatste beide gevallen moeten de hoeken afgerond worden met een straal van niet minder dan 20 mm; er zijn echter ook doorsneden toegestaan die vanuit hydraulisch oogpunt gelijkwaardig zijn; moet aan de bovenkant voorzien zijn van een schoorsteen waarvan de uitmonding zich buiten het zogenaamde te ru g st ro o m gebied moet bev i n d e n om de vo rming van te ge n d ruk te vo o rkomen wa a rdoor de ve r b ra n- dingsproducten niet vrijuit in de atmos feer uitge stoten zouden ku n n e n worden. Daarom is het noodzakelijk dat de minimumhoogten uit figuur 4 nagevolgd worden; moet vrij zijn van mechanische afzuigsystemen aan de bovenkant van de leiding; 59
8 in een schoorsteen die door bewoonde vertrekken loopt of daar tegen aan l o o pt mag geen enkele ove rd ru k aanwezig zijn Bepaling van de afmetingen van het rookkanaal De bepaling van de juiste afmetingen van het rookkanaal is van essentieel belang voor de goede werking van de ketel. De belangrijkste factoren waar bij het berekenen van de doorsnede rekening mee moet worden gehouden zijn: het warmtedebiet van de ketel, het type brandstof, de procentuele waarde van CO2, het massadebiet van de rookgassen bij nominale belasting, de temp e ratuur van de ro o kgassen, de ruwheid van de binnenwand, het effect van de zwaartekracht op de trekdruk waarbij rekening gehouden moet worden met de buitentemperatuur en de hoogte. 2.6 ELEKTRISCHE AANSLUITING De ketel wordt geleverd met een elektrische voedingskabel die, als deze aan ve rvanging toe is, bij Sime beste l d moet worden. Voor de voeding is eenfasige spanning van 230V 50Hz nodig via een hoofds ch a kelaar die besch e rmd moet wo r- den door zeke ri n gen en die een contactafstand van minimaal 3 mm moet hebben. De klimaatre gelaar die to e ge p a st moet worden voor een betere temperatuurafstelling en comfort in de ruimten, mag uitsluitend van klasse II zijn in ove re e n stemming met de norm EN (schoon elektrisch contact). O P M E R K I NG: SIME wij st elke aans p ra ke l ijkheid voor schade of lich a- m e l ijk letsel van de hand, indien het toestel niet op een deugdelijk geaard stopcontact aangesloten is Aansluiting van de regeleenheid RVA (optie) In het elektrische schakelcircuit is een a a n tal connecto rs aange b ra cht vo o r de installatie van een optionele re geleenheid RVA , code , die met ve r s c hillende kleure n ge m a rke e rd zijn: zwa r t, oranje en bruin (fig. 5). De connectors zijn voorzien van polen zodat het niet moge l i j k is om de vo l g o rde ervan te ve rw i s s e- len. Om de re geleenheid RVA te insta l l e ren moeten deze connecto rs aange s l oten wo rden en moete n de bru g gen en (vet gedrukt aangegeven in het schema op fig. 6) van het klemmenblok verwijderd wo rden. Met de re geleenheid is het b ovendien mogelijk om vo e l e rs en o m gevingsunits te ge b ru i ken wa a rva n de van polen vo o rziene en ge k l e u rd e c o n n e c to rs in een zakje in het bedieningspaneel zitten L E G E N D E 1 Pa ra s i et we rend fi l te r 2 C o n n e c to rs re geleenheid (zwa rt - rood - bru i n ) 3 E l e k t ro n i s che apparaat FM12 4 Klemmenblok kete l 6 I s o l a t i et ra n s fo rm a tor (voor /) 7 C o n n e c tor voor aansluiting aan isolatiet ra n s fo rm a to r Fig. 5 60
9 2.6.2 Elektrisch schema COS VOOR RERVEONRLEN CONNECTORS: J1 code J2 code LEGEN FA Parasietwerend filter IG Hoofdschakelaar EV1 Gasklepspoel EV2 Gasklepspoel PG Gasdrukschakelaar A Elektronisch apparaat FM 12 ER Detectie-elektrode EA Ontstekingselektrode TS Veiligheidsthermostaat SB Drukknop apparaatdeblokkering FM 12 TF Rookgasbeveiliging (mod. 3/6 OF - 3/4 OF PVA ) TC Trapsgewijze regelthermostaat B Spoelblok TA Klimaatthermostaat TEL Omgevingsunit type QAA70 (optie) SE Buitentemperatuurvoeler type QAC31 (optie) SC Dompelvoeler ketel type QAZ21 (optie) SS Dompelvoeler boiler type QAZ21 (optie) PI Pomp installatie (mod. 3/4 OF PVA ) PB Pomp boiler C Connectors regeleenheid (zwart oranje bruin) F Zekering (T 200 ma) TI Isolatietransformator (alleen voor /) PBY Recirculatiepomp TM Minimum temperatuurthermostaat (*) Alleen voor mod. 3/4 OF PVA NB: Als de klimaatthermostaat (TA) aangesloten wordt dan moet de brug tussen de klemmen 7-8 ve rw ij d e rd wo rden. Als de re geleenheid aangesloten wordt dan moeten de bruggen tussen de klemmen en verwijderd worden. Fig. 6 61
10 2.7 REGELEENHEID RVA (fig. 7) Alle functies van de ketel kunnen door een optionele re geleenheid cod best u u rd wo rden, ge l eve rd met een buitentemperatuurvoeler (SE) en te mp e ra t u u rvoeler voor de kete l (SC). Voor de re geleenheid moet een ex t ra serie laagspanningsconnectors aangesloten worden om de vo e l e rs en de omgev i n g s u n i t aan te sluiten (de connectors zitten in een zakje in het bedieningspaneel). De bol van de optionele voeler van de eventuele buite n k etel ( SS) code , dient in het omhulsel van de ketel ingevoegd te worden en deze van de ketelvoeler (SC) in het omhulsel van de verwarmingsketel. Ten aanzien van de monta ge van de b u i te n te mp e ra t u u rvoeler (SE) moete n de aanw i j z i n gen in de ve rpakking va n de voeler opgevolgd worden. Om de elektri s che aansluitingen tot stand te bre n gen dient u zich op het a a n g e geven schema in fig. 6 te betrekken. OPGELET: Om een goede we rking van de re geleenheid te ga ra n d e ren, moet de kete l re ge l th e rm o staat zich op zij n maximumpunt bevinden Kenmerken en functies RVA is verwezenlijkt als een regelaar voor enkele mono en tweefasen ketels of als trapsgewijze regelaar om tot met zestien ketels te besturen. Spaarzaam gebruik Mogelijkheid om de warmtevoorziening tijdens het aanvullen van de wa te rvo o rraad wel of niet in te schakelen. Klimaatregeling van de keteltemperatuur met mogelijkheid van omgevingscompensatie. B e st u ring van een direct ve rwa r- mingscircuit (met pomp) voor elke regelaar. Au to m a t i s che aanp a s s i n g s f u n c t i e van de klimaatcurve op basis van de warmtetraagheid van het gebouw en de aanwezigheid van gratis warmte (met omgevingscompensatie). Optimaliseringsfunctie tijdens de ontsteking en het doven (ve rs n e l d e verwarming en vooruitschakeling). Dagspaarfunctie berekend op basis van de dynamische kenmerken van het gebouw. Au to m a t i s che zomer/winte r omschakeling. Beveiligingsfuncties I n ste l b a re minimum en maximum temperatuur van de toevoer. Aparte vorstbeveiliging voor de ketel, de sanitaire warmwatervoorraad en de installatie. O ve rve rh i t t i n g s b eveiliging van de ketel. Vastloopbeveiliging van de pompen. B ra n d e r b eveiliging met minimum werkingstijd. Werkingsfuncties Eenvoudige inbedrijfstelling. Alle instellingen kunnen via de regelaar uitgevoerd worden. Sta n d a a rd pro gramma voor de weekprogrammering. Alle instellingen en werkingsregimes zijn zichtbaar aan de hand van het display en led-indicatielampjes. Test van de relais en de voelers. Sanitaire watervoorziening Programmering van de dagtijden. Mogelijkheid om tijdens dalperioden de minimum temperatuur van de s a n i ta i re wa rmwa te rvo o rziening in te stellen. Mogelijkheid om de toevoerpomp van de watervoorraad te bedienen. Instelbare voorrang van het sanitaire circuit. Overige technische kenmerken Makkelijk aan te sluiten met een digitale omgevingsunit (QAA70). LEGEN 1 Plastic afdekking 2 Regeleenheid (optie) Fig. 7 62
11 3 KENMERKEN IT 3.1 ELEKTRONISCH APPARAAT De ketel is uitgerust met een elektronisch bedienings-en beveiligingsapparaat type FM 12. De ontsteking en de d etectie van de vlam wo rdt ge c o n t rol e e rd door twee elektroden die maximale zeke rheid bieden omdat zij in geval van onverhoeds doven of gasgeb rek zich binnen 1 seconde insch a kelen Werkingscyclus Alvorens de ketel aan te zetten moet u m et een vo l t m eter contro l e ren of de e l e k t ri s che aansluiting op het klemmenblok op de juiste manier uitgevo e rd is en of de fase- en de nulposities in acht genomen zijn zoals blijkt uit het schema. Druk op de hoofdschakelaar op het bedieningspaneel en cont roleer aan de hand van het feit dat het controlelampje gaat branden of de ketel onder st room staat. Dan zal de ketel in werking treden en via het progra m m e e rs ysteem FM 12 een ontlad i n g s st room naar de ontste k i n g s e l e k- trode sturen en tegelijkertijd de eerste gasklep openen. De ontsteking van de b rander vindt doorgaans binnen een tijd van 2 of 3 seconden plaats Wa n- neer het branderlicht verlicht is, opent h et apparaat FM 12 de tweede elektroklep en gaat over tot de ontsteking van de hoofdbrander. Er kunnen storingen opt r eden wa a rdoor het ka n gebeuren dat de ontsteking uitblijft, als gevolg wa a rvan het blokke ri n g s i g n a a l van het toestel afgegeven wordt; deze sto ri n gen kunnen als volgt samengevat worden: Gasgebrek H et to e stel vo e rt de cyclus naar behoren uit en stuurt spanning naar de ontste k i n g s e l e k t rode die ge d u- rende max. 60 sec. blijft doorga a n met ontladen. Als de brander niet ontstoken wordt dan wo rdt het to e stel ge b l o k ke e rd. Het kan gebeuren dat er bij een eerste ontsteking of nadat de kete l l a n ge tijd niet heeft ge f u n c t i o n e e rd lucht zit in de gastoevoerleiding. Dit kan veroorzaakt zijn doordat de ga s k raan dicht is of doordat de wikkeling van één van de spoelen van de klep onderbroken is waardoor de opening niet mogelijk is. genomen, na 60 sec. wordt het toestel geblokkeerd. Dit kan veroorzaakt worden doordat de kabel van de elektrode onderbroken is of niet goed vastzit aan de klem van het to e stel of doordat de transformator van het toestel doorgebrand is. Er vindt geen vlamdetectie plaats Vanaf het moment van de ontsteking wordt de continu ontlading van de elektrode wa a rge n o m e n o n d a n ks het feit dat de bra n d e r blijkt te branden. Na 60 sec. houdt de ontlading op, dooft de brander en gaat het blokke ri n g c o n t ro l e l a mp j e branden. Dit gebeurt indien de fase- en de nulposities op het klemmenblok niet in acht genomen zijn. De kabel van de detectie-elektrode is onderbroken of de elektrode zelf ligt aan de massa; de elektrode is in ste rke mate ve r- s l eten en moet ve rva n gen wo rd e n. Het toestel is defect. Als de st room plotseling uitvalt dan sto pt de brander onmiddellijk, zodra de stroom weer ingeschakeld is treedt de ketel automatisch weer in werking. 3.2 TRAPSGEWIJZE REGELTHERMOSTAAT De ketel wo rdt ge l eve rd met een regelthermostaat met een dubbel wiss e l c o n tact met een ve rs ch i l l e n d e afstelling (6 fig. 2) waarmee het mogelijk is, voordat de brander helemaal dooft, het vermogen te verminderen door middel van een spoelblok dat op de regelaar van de gasklep gemonteerd is ROOKGASVEILIGING EKO 3/6 OF 3/4 OF PVA" Dit bet re ft een beveiliging te gen het te ru g st romen van de ro o kgassen in de ru i m te omdat het ro o k kanaal niet doelmatig is of gedeeltelijk verstopt is. Deze beveiliging treedt in we rking en b l o k ke e rt de we rking van de ga s k l e p als de terugslag van de rookgassen in de ruimte continu is en in een dusdanige hoeveelheid dat het geva a rl i j k wordt. De ingreep van de beveiliging ve ro o r- zaakt de blokke ring van het appara a t we gens ontbre kende ontsteking va n de bra n d e r ; in dit geval moet de d e b l o k ke ringknop ge d rukt wo rd e n, zodat de ketel zich automatisch terug in werking stelt. Als deze beveiliging vo o r t d u re n d i n s ch a kelt dan moet het ro o k ka n a a l aan een gro n d i ge controle onderwo r- pen worden waarbij alle nodige veranderingen aangebracht moeten worden en alle nodige maatre gelen get ro ffe n m o eten wo rden zodat het ro o k ka n a a l weer doelmatig wordt. 3.4 VLOEISTOFDRUK SCHIKBAAR NAAR INSTALLATIE 3/4 OF PVA" De residu vloeistofdruk voor de verwarmingsinstallatie wordt door de grafiek in fig. 8 we e rge geven, vo l gens het warmtedebiet. 3.5 DRUKVERLI KETELS 3-12 OF De drukverliezen zijn weergegeven aan de hand van de grafieke in fig. 8/a. 4 OF PVA 3 OF PVA De ontste k i n g s e l e k t rode ge e ft de ontlading niet af In de ketel wo rdt alleen de opening van het gas naar de brander wa a r Debiet l/h Portata l/h Fig. 8 63
12 EKO 3/6 OF EKO 7/12 OF OF 5 OF 6 OF 4 OF OF 8 OF 9 OF 10 OF 11 OF 12 OF Debiet l/h Portata l/h Debiet l/h Portata l/h 6000 Fig. 8/a 4 GEBRUIK EN ONRHOUD 4.1 GASKLEP (fig. 9) De ketel " E KO OF" wo rdt ge p ro d u- c e e rd met een gasklep HONEYWELL VR 4601 en VRB 25PA, voorzien van een groep spoelen, wa a rmee men d. m. v. een tra p s gewijze re ge l th e rm o- staat een vermogensvermindering kan bereiken van ongeveer 75% (G20) en 85% (G31) van het nominale ve rm o- gen vo o rdat de brander zich vo l l e d i g u i t s ch a kelt. De ins t elling van de ga s d ruk op de maximum en de minimum wa a rden wo rdt door SIME tijdens de productie gedaan: het wo rd t dan ook afgeraden om dit te veranderen. Alleen als er van de ene voedings ga s s o o rt (aard gas) op een andere ga s s o o rt (butaan of propaan) ove rgegaan wo rdt is het to e ge staan om de bedrijfsdruk te veranderen (Tabel 1). Dit moet absoluut door erkende va k- mensen gedaan worden op straffe van garantieverval. Na het veranderen van de bedri j fs d ruk moeten de re ge l a a rs verzegeld worden. Bij het instellen van de druk moet een van te vo ren va st ge stelde vo l g o rd e aangehouden worden waarbij eerst de maximum en daarna de minimum druk afgesteld moet worden I n stelling van de maximale dru k Om de maximale druk in te stellen HONEYWELL VR 4601 ( EKO 3/7 OF - 3/4 OF PVA ) LEGEN 1 Spoel EV1 2 Drukregelaar 3 Spoelblok 4 Spoel EV2 7 Drukmeetaansluiting stroomopwaarts moet u als volgt te werk gaan (fig. 10): Sluit de druktestkolom aan op de drukmeetaansluiting (9, fig.2) op het branderverdeelstuk bij de modellen 3/6 OF 3/4 OF PVA". Sluit de druktestkolom bij het model 7/12 HONEYWELL VRB 25PA ( EKO 8/12 OF ) 8 Drukmeetaansluiting stroomafwaarts 9 Drukschakelaar voor het minimum gas (knop met regelveld 5-40 mbar) Fig. 9 OF" daarentegen aan de drukmeetaansluiting van de gasklep aan. Verwijder de spoel en draai de schroef (4) helemaal los. Zet de thermostaatknop op de hoogste stand. 64
13 Schakel de stroomtoevoer naar de ketel in. Draai de contramoer (1) los en draai de nippel (3) tegen de wijzers van de klok in om de druk te verlagen en draai de nippel (3) met de wijzers van de klok mee om de druk te verhogen. Draai de contramoer (1) weer aan. Druk een aantal keer op de hoofdschakelaar om te controleren of de maximum druk overeenstemt met de waarden die in Tabel 1 staan vermeld Instelling van de lagere druk Om de lagere druk in te stellen moet u als volgt te werk gaan (fig. 11): M et ingevoegde spoel en de re ge l th e rm o staat op de hoogste waarde en de ketel in werking, zoek door aan de schroef (4) te draaien de minimum drukwaarde die in Tabel 1 staat vermeld; om de druk te verlagen moet u de schroef tegen de wijzers van de klok in draaien, om de druk te verhogen moet u de schroef m et de wijzers van de klok mee draaien. Voeg de spoel weer in en verwijder hem weer om te controleren dat de maximale en lagere drukwaarden in overeenstemming zijn met de ingestelde waarden. 4.2 OVERSCHAKELEN OP EEN ANRE GASSOORT Voor de we rking met propaan ga s ( G 31) wo rdt een kit met alle benodigdheden voor de ove rs ch a ke l i n g geleverd. Om van één gassoort op het a n d e re over te gaan dient men als volgt te handelen: - Sluit de gaskraan - Ve rvang de belangri j kste inspuitst u k ken met deze meege l eve rd in het kit en plaat de sluitring in aluminium met een diameter van 10 ertussen (gebruik een vaste 12 sleutel, om deze bewe rking uit te vo e- ren) - Ve rwijder de aansluiting van de brandertoevoer en vervang het met het kit meegeleverde inspuitstuk. - B ij de modellen met gasklep VR , ve rvang de dru k s ch a ke l a a r voor het minimum gasnet geijkt in stijging aan 16,5 mbar en in daling aan 11,5 mbar (4 fig. 2-2/a) met de dru k s ch a kelaar code voor G31 ge ijkt in st ijging aan 27 mabar en in daling aan 22 mbar. TAL 1 B ij de modellen met gasklep VRB 25 PA draai daarentegen de knop van de dru k s ch a kelaar voor het minimum gasnet (9 fig. 9) door de w a a rde van 11,5 mbar voor G20 aan 22 mbar voor G31 in te ste l- len. - Houd u zich aan de specificaties uit punt 4.1. voor het instellen van het verwarmingsvermogen. - Ve rz e gel de re ge l a a rs nadat de m o d i f icaties aan de we r k i n g - sdrukken uitgevoerd werden. - B reng aan de binnenkant van de m a n tel het et i ket aan, wa a rop de ga s vo o r b e reiding meege l eve rd met het kit aangegeven is. O P M E R K I NG: Alle ga s a a n s l u i t i n ge n m o et en na d e m onta ge op hu n d i ch theid ge c o n t ro l e e rd wo rd e n d. m. v. zeepwat er of daa rvo o r geschikte producten en onder vermijding van vrije vlammen. De ove r- s ch a keling mag enkel door bevo e g d personeel uitgevoerd worden. 4.3 REINIGING EN ONRHOUD Het preventieve onderhoud en de controle van de werking van de toestellen en van de ve i l i g h e i d s s ystemen moet na afloop van elk seizoen uitgevo e rd worden en mag uitsluitend voor erkende vakmensen verricht worden. 4.4 STORINGEN IN WERKING De hoofdbrander brandt slech t: te hoge vlammen, gele vlammen. C o n t roleer of de ga s d ruk tot de brander correct is. LEGEN 1 Contramoer M13 2 Spoel 3 Instelnippel max. druk 4 Instelschroef min. druk E KO 3/12 OF E KO 3/4 OF PVA A a rd gas - G20 Max. bra n d e rd ruk mbar 13, 8 13, 8 Min. bra n d e rd ruk mbar 7, 0 7, 0 P ropaan gas - G31 Max. bra n d e rd ruk mbar 35, 5 35, 5 Min. bra n d e rd ruk mbar 26, 9 26, 9 Fig. 10 Controleer de bra n d e rs op hun zuive rheid. De ra d i a to ren ve rwa rm e n zich ook in de zomer Controleer of er zich geen vuiligheid op terugslagklep bevindt. De te rugslagklep is defect en dient vervangen te worden. Monteer een te rugslagklep op de retourleiding van de installatie De veiligheidsklep van de ketel grijpt te dikwijls in. Controleer of de dru k wa a rden va n de koude belading aan de installatie niet te hoog zijn, en de aangegeven waarden navolgen. Controleer of de ve i l i g h e i d s k l e p ongeijkt is en eventueel vervangen. Controleer de voor-opblaasdruk van het expansievat. Vervang het expansievat. De ketel we rkt, maar de te mp e ratuur verhoogt zich niet. C o n t roleer dat het ga s ve r b ruik niet lager is dan voorzien. Controleer dat de ketel zuiver is. C o n t r oleer dat de ketel in overeenkomst is met de installatie. IT 65
14 AANWIJZINGEN VOOR GEBRUIKER LANGRIJKE AANWIJZINGEN In geval van defecten en/of storingen in de werking van het toestel moet u het toestel uitschakelen en u onthou - den van elke poging om het toestel zelf te repareren of er zelf aan te sleutelen. Voor alle reparatiewerkzaamheden mag u zich uitsluitend tot de Erkende Technische Servicedienst in uw regio wenden. De installatie van de ketel en alle andere service- en onderhoudswerkzaamheden moeten door vakmensen uitge - voerd worden. Het is absoluut verboden de onderdelen die door de constructeur verzegeld zijn eigenmachtig te veranderen Het is streng verboden om de luchtinlaatroosters en de ventilatieopeningen in het vertrek waar het toestel is geïn - stalleerd af te dekken INDRIJFSTELLING EN WERKING KETEL IN DRIJF STELLEN Draai de kraan op de gastoevoerleiding open en voer de inschakeling van de ketel uit door op de knop van de hoofdschakelaar drukken zodat de ketel vanzelf in werking treedt (fig. 14). KETEL UITSCHAKELEN (fig. 14) Om de ketel uit te schakelen hoeft u s l e chts op de hoofdsch a kelaar te drukken (fig. 14). Draai de kraan op de ga sto evo e rleiding dicht als de kete l geruime tijd niet gebruikt wordt. Indien er lage temperaturen verwacht worden, ledig de ketel en de hydraulische installatie om breuken in de leidingen te vermijden wegens bevriezing van het water. Fig. 14 REGELING VAN TEMPERATUUR (fig. 15) De ve rwa rm i n g ste mp e ratuur ka n geregeld worden door aan de knop van de thermostaat te draaien die een regelbereik heeft van 40 tot 85 C. De temperatuur die u ingesteld heeft kan aan de hand van de thermometer gecontroleerd worden. Fig
15 VEILIGHEIDSTHERMOSTAAT (fig. 16) Zodra de temperatuur van de ketel boven de 85 C stijgt schakelt de veiligheidsthermostaat, die een handmatige resetfunctie heeft, in waardoor de h o o f d b rander onmiddellijk ge d o o f d wordt. Om de ketel weer in werking te stellen moet u het zwarte kapje eraf draaien en moet u op het knopje dat zich daaronder bevindt drukken. Als dit vaak gebeurt moet u een erkende vakman inschakelen om dit na te laten kijken. ROOKGASVEILIGING EKO 3/6 OF 3/4 OF PVA" (fig. 17) Dit betreft een beveiliging tegen het terugstromen van de rookgassen in de ruimte omdat het rookkanaal niet doelmatig is of gedeeltelijk verstopt is. Deze b eveiliging treedt in we rking en blokkeert de werking van de gasklep als de terugslag van de rookgassen in de ruimte continu is en in een dusdanige hoeveelheid dat het gevaarlijk wordt. Om de ketel weer in werking te stellen moet u het kapje van de thermostaat eraf draaien en moet u op het knopje dat zich daaronder bevindt drukken. Als de ketel weer blokkeert dan moet u de erkende technische dienst in uw regio inschakelen. HET ELEKTRONISCHE APPARAAT RETTEN (fig. 18) Als de brander niet brandt dan zal het rode controlelampje van de resetknop gaan branden. Druk op de knop zodat de ketel automatisch weer in werking treedt. Als de ketel weer blokkeert dan moet u de erkende technische dienst in uw regio inschakelen. OVERSCHAKELEN OP EEN ANRE GASSOORT Fig. 16 Als het noodzakelijk is om op een andere gassoort over te schakelen dan de gassoort waar de ketel voor geproduceerd is, dan mag u uitsluitend een erkende vakman van SIME inschakelen. Fig. 17 REINIGING EN ONRHOUD Na afloop van het verwarmingsseizoen moet de ketel absoluut gereinigd en gecontroleerd worden. Het onderhoud en de controle van de ketel moet na afloop van elk seizoen u i t gevo e rd wo rden en mag uitsluitend door de erkende te ch n i s ch e d i e n st van Sime ve rri cht wo rd e n ; vraag dit in de periode van april tot september aan. De ketel is uitgerust met een elektrische voedingskabel die, als deze aan vervanging toe is, uitsluitend bij Sime besteld mag worden. HET RO CONTROLELAMPJE VAN RETKNOP GAAT BRANN Fig
16 REGELEENHEID Om al het vermogen van de regelaar RVA ten volle te benutten moeten de hieronder vermelde aanwijzingen opgevolgd worden: 68
1 BESCHRIJVING VAN HET TOESTEL... pag. 76 2 INSTALLATIE... pag. 77 3 KENMERKEN... pag. 82 4 GEBRUIK EN ONDERHOUD... pag. 83
VOOR DE INSTALLATEUR INHOUD 1 BCHRIJVING VAN HET TOTEL........................................................... pag. 76 2 INSTALLATIE................................................................................
Nadere informatieGasketels van gietijzer alleen voor verwarming met natuurlijke trek. staande gasketels. verwarmingscapaciteit 8,6 55,0 kw
Gasketels van gietijzer alleen voor verwarming met natuurlijke trek staande gasketels verwarmingscapaciteit 8,6 55,0 kw 67 1 BESCHRIJVING VAN DE KETEL 1.1 INLEIDING De witte, geruisloze, veilige en compacte
Nadere informatieHandleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan
Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan EHLE 17, EHLE 23 EHLE 27, EHLE 34 EHLE 39 6.720.67.216 (T30.3216.04) (200812) Aanbevelingen Inhoudsopgave Uitleg van de symbolen 2 1 Aanbevelingen 2 2 Verandering
Nadere informatieHeteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN
Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN 1G:\002 Leverancier\030 Producten\005 Onderhoudsinstructies\TECHNISCHE GEGEVENS EN ONDERDELEN BOEKJES\BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN Belangrijk Alvorens
Nadere informatieZEUS PYRO. Werking volgens onderdruk principe. Rendement 82-90% Geringe afmetingen. Ingebouwde veiligheidskoelspiraal
ZEUS PYRO Werking volgens onderdruk principe Rendement 82-90% Geringe afmetingen Ingebouwde veiligheidskoelspiraal Hoogwaardig keramisch vuurbeton LACFIRE 1800/20 SiC Aslade kan geledigd tijdens het verwarmingsbedrijf
Nadere informatieHandleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE
Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage
Nadere informatieNederlands 11/10/06 GSR 330 N. Gasketel 30 C. Gebruiksaanwijzing. www.oertli.fr
0 I 0 C Nederlands 11/10/0 GSR 0 N Gasketel Gebruiksaanwijzing 122 www.oertli.fr 2 Inhoud Toegepaste symbolen......................................................................... Belangrijke instructies........................................................................
Nadere informatieSTORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS
STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 1997-2000 URA-10 URA-15 URA-19 Werking Door het inschakelen van externe regelapparatuur wordt een elektrisch circuit tot stand gebracht en de rookgasventilator
Nadere informatieSTORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS
STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2000-2004 URA-20 URA-25 URA-35 URA-45 URA-55 URA-65 URA-80 URA-95 Werking Voor men begint met de in bedrijfstelling is het raadzaam te controleren
Nadere informatieRolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared. Model: GRT-508
Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared Model: GRT-508 Handleiding Mode d emploi Gebrauchsanweisung Manual Lees deze handleiding aandachtig door
Nadere informatieGebruiksaanwijzing. Gasbranders. 057.130.7 Gasbrander zonder vlambeveiliging 057.131.7-057.146.3 Gasbranders met vlambeveiliging.
Gasbranders Overzicht 057.130.7 gasbrander 20cm, butaan/propaan, 5 kw, zonder vlambeveiliging 057.131.5 gasbrander 30cm, butaan/propaan, 7 kw + vlambeveiliging 057.132.3 gasbrander 40cm, butaan/propaan,
Nadere informatieSTORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS
STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2004-2008 VRA-8 VRA-12 VRA-16 VRA-20 VRA-28 VRA-32 VRA-38 VRA-46 VRA-53 VRA-60 VRA-70 VRA-80 VRA-93 VRA-106 Werking Controle installatie Controleer
Nadere informatieHeatMaster. Montage- en installatiehandleiding. 201 Booster. HeatMaster. 200N (Gas) Booster. HeatMaster ENGLISH FRANCAIS NEDERLANDS ITALIANO NL 1
Heataster ENGLISH ontage- en installatiehandleiding Heataster 201 Booster FANCAIS Heataster 200N (Gas) Booster NEDELANDS NL 1 ENGLISH WAASCHUWINGEN 2 Bestemmelingen van deze handleiding 2 Symbolen 2 Certificatie
Nadere informatieVERWARMING «RED HOT» Ref 93475
VERWARMING «RED HOT» Ref 93475 GEBRUIKSAANWIJZING VOOR DE VERWARMING - NL OVERZICHT 1. ALGEMENE VEILIGHEID 2. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN 3. GEBRUIK 4. ONDERHOUD 5. TECHNISCHE GEGEVENS LEES, VÓÓR HET GEBRUIK
Nadere informatieDe ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.
De EasyTemp thermostaat ET31A/AF/F Deze handleiding geldt voor de onderstaande types: Op de doos Model ET31A, ET31AF en ET31F Model ET31A. Thermostaat regelt de ruimte temperatuur. (Niet geschikt voor
Nadere informatieHeatMaster 25 C 25 TC 35 TC 45 TC 70 TC 85 TC 120 TC
made in Belgium With the future in mind HeatMaster 25 C 25 TC 35 TC 45 TC 70 TC 85 TC 120 TC Condenserende gasketel met dubbele functie HeatMaster condensatie op CV HeatMaster condensatie op CV en sanitair
Nadere informatieL N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4
SILET DESIG L L Fig.3 L L Fig.4 L L Ls Fig.5 L L Ls Fig.6 T (min) Fig.7 SILET CRZ L L Ls Fig.8 L L Fig.9 T (min) Fig.10 HR (%) CT-12/14 12 V 50Hz 230 V 50Hz TIME-DELAY FUSE 125 ma MAX. L SILET-100 CZ
Nadere informatieGebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL
Elektrische Infrarood Verwarming Model 93485 Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL 1 Algemene veiligheidsinstructies LEES DE GEBRUIKSAANWIJZING Alvorens de radiateur in bedrijf te nemen, moet u deze gebruiks
Nadere informatieUw gebruiksaanwijzing. AEG-ELECTROLUX 84602GW
U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor AEG-ELECTROLUX 84602GW. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de AEG-ELECTROLUX 84602GW in de gebruikershandleiding
Nadere informatieBAMBINO 70T BAMBINO 46T
40010546-0415 BAMBINO 70T BAMBINO 46T 7.3 Onderhoud NL NL INHOUDSOPGAVE 1. VOORWOORD 2 2. INLEIDING 3 3. VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN 4 4. VOORBEREIDING EN PLAATSING VAN DE HAARD 6 4.1 Gasaansluiting 6 4.2
Nadere informatieMagneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken
Madas type EVO/NC Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken Aansluiting schroefdraad G3/8, G1/2 of G3/4 Maximale inlaatdruk 200 mbar Temperatuur bereik - 15 o C tot + 60 o C, energiebesparende versie -
Nadere informatieRAP3. Leidingspanning Vac 230 Motorvoeding Vdc 24 Max. stroomafname A 6 Max. opgenomen vermogen VA 180 Nominale koppel danm 26 Openingstijd sec. 2.
RAP3 Modellen en specificaties De RAP-3 is een elektromechanische slagboom die toegepast kan worden om respectievelijk toegang te verlenen en te ontzeggen naar: parkeerplaatsen, parkeergarages, bedrijven,
Nadere informatieTwister Condenserende HR RVS boiler
Condenserende HR RVS boiler /45-190 Gunstig bij EPCberekening Volledig gesloten condenserende hoogrendementsboiler (106% o.w.) Roestvaststalen tank; geen anodes nodig wat het onderhoud vereenvoudigt Premix
Nadere informatieINHOUD. CE Verklaring van Overeenstemming 8. 2
INHOUD 1. Algemene veiligheid 3 2. Kenmerken 3 3. Beperkingen 3 4. Algemene informatie 3 5. Installatie 4 6. Werking 5 7. Elektrische specificaties 6 8. Rendement 6 9. Probleemoplossing 6 10. Onderdelenlijst
Nadere informatieVIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman
Montagehandleiding voor de vakman Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl VIESMANN Vitoplex 200 type SX2A, 700 tot 1950 kw Olie-/gasketel VITOPLEX 200 5/2011 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften
Nadere informatie06/2005. Mod: G65/GPL7T. Production code: 65/70 GRL
06/2005 Mod: G65/GPL7T Production code: 65/70 GRL INHOUDSTAFEL 1. Waarschuwing 2. Conform de Europese richtlijn voor gastoestellen 3. Installatieschema s 4. Tabel met technische gegevens - Lavasteengrill
Nadere informatieaanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 -
aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010-1 - AANVULLENDE HANDLEIDING AQUA PLUS Deze handleiding is uitsluitend ter aanvulling van de handleiding van de Altech Eclips (papieren of DVD
Nadere informatieCerapur TOP 30-3 ZWB TOP 30/42-3 ZWB TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB. condensatieketels met gestuwde afvoer
Technische en praktische voorschriften TOP 30-3 TOP 30/42-3 TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB N Cerapur condensatieketels met gestuwde afvoer Een onberispelijke werking kan slechts dan gewaarborgd worden, wanneer
Nadere informatieMontage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p
Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p Instructies voor het monteren en gebruik van de Powerfire: Technische data: Gas type Butaan Propaan Werk druk: mbar 30-50 37-52 Categorie
Nadere informatieInitia Plus HTE Condenserende gaswandketel
Initia Plus HTE Condenserende gaswandketel Eenvoud en prestaties : Zowel voor nieuwbouw als voor vervanging Het nieuwe gamma condenserende gasketels, Initia Plus, is speciaal ontworpen voor nieuwbouw en
Nadere informatieCCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur
CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur Inhoudsopgave Overzicht van elektronische ketelpanelen en bedieningen...
Nadere informatieGASGESTOOKTE LUCHTVERHITTERS BLONDEAU INDUSTRIAL HEATING
GASGESTOOKTE LUCHTVERHITTERS De gasgestookte luchtverhitters SOLARONICS zijn toestellen geschikt voor verwarming van industriële en tertiaire gebouwen, goed geïsoleerd, met een geringe hoogte, die volledig
Nadere informatieTALIA GREEN HYBRID Gewaarborgd warmtecomfort tegen de beste prijs bij elk weer.
COMBIWANDKETEL EN WARMTEPOMP Gewaarborgd warmtecomfort tegen de beste prijs bij elk weer. te besparen en biedt een intelligente combinatie van een condensatiegasketel en een lucht/ Een betaalbare en krachtige
Nadere informatieMYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden
MYSON Kickspace 500, 600 & 800 Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden 1 INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMENE INFORMATIE 3 2. ONTWERP CV INSTALLATIE
Nadere informatieSENTRY ELEKTRISCHE BOILERS
SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS MODELLEN: ES3 ES4 ES5 ES65 Installatie- en bedieningsvoorschriften Onderhoudsinstructies Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden. 4.1.4 INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN
Nadere informatieProfessional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107
Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT Modelnr.: *688.107 GEBRUIKSAANWIJZING Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden en storingen tot het minimum te beperken raden wij u aan om de gebruiksaanwijzing
Nadere informatieFig.1a Fig.1b
SIET SIET 1 3 Fig.1a 4 2 1 3 5 4 2 Fig.1b Fig.2 Fig.3 Fig.4 s Fig.5 s Fig.6 Fig.7 T (min) SIET CRZ SIET CDZ T (min) 30 20 5 A SIET CRIZ s Fig.8 Fig.9 T (min) Fig.10 HR (%) 5 (!) (!) 20 90% 10 80% 5 70%
Nadere informatieMagneetklep DN15 t/m DN150
Madas type EVP(C)/NC Magneetklep DN15 t/m DN150 Kenmerken Aansluiting schroefdraad G1/2 t/m G2 EN10226 Aansluitingen flenzen DN25 t/m DN150 PN16 ISO 7005 Maximale inlaatdruk 200 mbar optioneel 360 mbar
Nadere informatieGASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS
STORINGSDIAGRAM GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWAR 2011 VRA-2-8 VRA-2-12 VRA-2-16 VRA-2-20 VRA-2-28 VRA-2-32 VRA-2-38 VRA-2-46 VRA-2-53 VRA-2-60 VRA-2-70 VRA-2-80 VRA-2-93 VRA-2-106 Probleem Reden Oplossing
Nadere informatie* /1 * /1 * x40
Item: *710.020 1/1 *710.021 2/1 *710.022 60x40 1. Inhoud 1. Instructie waarschuwingen... 2 2. Waarschuwingen voor een veilig en juist gebruik... 2 3. Garantie... 2 4. Installatie... 3 4.1 Technische eigenschappen...
Nadere informatieinstructieboekje EUROM GS5000 Infraroodstraler op gas
instructieboekje EUROM GS5000 Infraroodstraler op gas 2 HARTELIJK DANK Hartelijk dank dat u voor de EUROM GS5000 kachel gekozen hebt. U hebt daarmee een goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw volle
Nadere informatie8.2 STORINGSLIJST PROBLEEM OORZAAK OPLOSSING Regelpaneel Geen stroomtoevoer naar Controleer of de stekker aangesloten is
8.2 STORINGSLIJST PROBLEEM OORZAAK OPLOSSING Regelpaneel Geen stroomtoevoer naar Controleer of de stekker aangesloten is start niet de kachel Zekering van printplaat is doorgebrand Vervang de zekering.
Nadere informatieModulair systeem voor verwarmingsinstallaties
member of varimix VARIMIX Modulair systeem voor verwarmingsinstallaties > modulair systeem voor verwarmingsinstallaties De Varimix is een modulair systeem voor verwarmingsinstallaties dat uitermate geschikt
Nadere informatie06/2005. Mod: G65/GGF4T. Production code: 65/40GRG. The catering program
06/2005 Mod: G65/GGF4T Production code: 65/40GRG The catering program INHOUDSTAFEL 1. Waarschuwing 2. Conform de Europese richtlijn voor gastoestellen 3. Installatieschema s 4. Tabel met technische gegevens
Nadere informatieGEBRUIKERSHANDLEIDING
GEBRUIKERSHANDLEIDING Warmwater circulatie-unit O DVU 3 kw 230 V INHOUDSOPGAVE Voorwoord pag. 4 Inleiding pag. 5 Technische specificaties pag. 5 Veiligheidsvoorzieningen en instructies pag. 6 Werking van
Nadere informatieABSORPTIE KOELKAST MODEL FA60G 12 V - 220/230 V - Flessengas GEBRUIKSAANWIJZING
e x q u i s i t ABSORPTIE KOELKAST MODEL FA60G 12 V - 220/230 V - Flessengas GEBRUIKSAANWIJZING DOMEST Import-Export b.v. J.F. Kennedylaan 101b NL7001CZ Doetinchem www.domest.com Lees deze gebruiksaanwijzing
Nadere informatiemurelle revolution 30 de boiler met a++ label
murelle revolution 30 de boiler met a++ label EEN BLIK OP DE TOEKOMST De installaties voor omgevingscomfort bestaan steeds vaker uit boilers en machines met omgekeerde koelcyclus. De technologie van de
Nadere informatieStookoliebranders. Drietrapsbrander. Installatie-, gebruiks- en onderhoudsvoorschriften CODE MODEL TYPE
Installatie-, gebruiks- en onderhoudsvoorschriften NL Stookoliebranders Drietrapsbrander CODE MODEL TYPE 3476823 P 140 T/G 476 M1 3476824 P 140 T/G 476 M1 3477723 P 200 T/G 477 M1 3477724 P 200 T/G 477
Nadere informatieElektrische kippengrills
Elektrische kippengrills met afzonderlijk aangedreven, boven elkaar geplaatste spiesen Mod. E-6P 215.035 Mod. E-8P-S2 215.036 Mod. E-12P-S3 215.037 AANWIJZINGEN VOOR INSTALLATIE, BEDIENING EN ONDERHOUD
Nadere informatieMURELLE REVOLUTION DE BOILER MET A++ LABEL
MURELLE REVOLUTION DE BOILER MET A++ LABEL EEN BLIK OP DE TOEKOMST De installaties voor omgevingscomfort bestaan steeds vaker uit boilers en machines met omgekeerde koelcyclus. De technologie van de warmtepomp
Nadere informatieWeersafhankelijke regelaar SAM 2200
VERWARIGSREGEIG Weersafhankelijke regelaar SA 00 De SA 00 vervangt de SA 003 en de oude modellen SA 83 en SA 83.1 die gebruikt werden voor sturing van mengkranen. O DIP 1 34 Éen enkele regelaar, 6 hydraulische
Nadere informatieInstallatie instructie
LUXUS Electronic (KDE, KDE2) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Installatie instructie Rev. 1808GG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies.. 2 Installatie/ montage. 4 Ontluchten 5 Configuratie..
Nadere informatieINSTALLATIEVOORSCHRIFTEN EN GEBRUIKSAANWIJZING
IXA-BELL ZONDER ROOKKANAAL en SLIM-BELL ZONDER ROOKKANAAL INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN EN GEBRUIKSAANWIJZING Dit document na installatie bij klant afgeven Waarschuwing De verbrandingskamer van deze haard mag
Nadere informatieVIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman
Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN MatriX-stralingsbrander type VMIII Gas-ventilatorbrander voor Vitocrossal 300, type CM3 Nominaal vermogen 87 tot 142 kw MatriX-stralingsbrander 11/2014 Na montage
Nadere informatieWeersafhankelijke regelaar SAM 2100
VRWRIGSRGIG Weersafhankelijke regelaar S 1 S 1 e S 1 vervangt de S 1,, 4 en 5 evenals de oude modellen S 81, 81.1, 8, 8.1 en 84. Vervangt eveneens S 83 en 83.1 indien deze niet gebruikt werden voor sturing
Nadere informatieAD B
NL Met de optie plaatje voor brander met 2 vlamgangen / modulerende brander / 3-wegklep kan bediend worden: - 1 Brander 2 vlamgangen of 1 Modulerende brander - 1 Mengkraan met elektromechanische motor
Nadere informatieSENEC-SIME MODELE ARB 07/06/2007 1/23 AR B
SENEC-SIME MODELE ARB 07/06/2007 1/23 AR B SENEC-SIME MODELE ARB 07/06/2007 9/23 INHOUD 1 BESCHRIJVING VAN DE KETEL INLEIDING... 8 UITWENDIGE AFMETINGEN TECHNISCHE GEGEVENS HYDRAULISCH CIRCUIT...9 WAND
Nadere informatieLUCHTVERWARMING. Tot 50% gasbesparing Rendement tot 108% HR - Modulerend & Condenserend Premix Brander RVS Warmtewisselaar
LUCHTVERWARMING A D N KO L- Tot 50% gasbesparing S EN Rendement tot 108% HR - Modulerend & Condenserend Premix Brander RVS Warmtewisselaar Gasgestookte Luchtverhitter KonKONDENSA / TECHNISCHE DATAata Model
Nadere informatieSGE. warmtewisselaar SGE - 40/60. Innovation has a name.
HR-Condenserende gaszonneboiler met geïntegreerde warmtewisselaar SGE - 40/60 Solar control Gunstig bij EPCberekening Volledig gesloten condenserende HR gas - zonneboiler met geïntegreerde warmtewisselaar
Nadere informatieA l d e c h a r m e v a n d o o r d a c h t w o o n c o m f o r t
A l d e c h a r m e v a n d o o r d a c h t w o o n c o m f o r t LUCHTVERWARMING zalig, zuiver wonen Echt comfortabel wonen realiseert u perfect met luchtverwarming: ze is de ideale combinatie van doordacht
Nadere informatieHandleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen
Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Uitvoering 3 Installatie 3 Vullen 5 Starten ( eerste keer) 5 Starten ( normaal gebruik) 5
Nadere informatieNederland - België. Externe display voor het zonneboilersysteem. ZentaSOL. Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding M001919-B 300021630-001-D
Nederland - België NL Externe display voor het zonneboilersysteem ZentaSOL ZentaSOL Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding M001919-B 300021630-001-D Inhoud 1 Inleiding...2 1.1 Toegepaste symbolen...2
Nadere informatieVeiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7
Montageinstructies Veiligheid afwasautomaat 4 Vereisten installatie 5 Instructies installatie 7 Veiligheid afwasautomaat De veiligheid van uzelf en van andere personen is erg belangrijk. We hebben een
Nadere informatieManuel d installation Installatie handleiding SD201 03/08
Manuel d installation Installatie handleiding SD201 03/08 Inhoudstafel 1 Opmerkingen met betrekking tot de documentatie 15 2 CE-markering 15 3 Keuze van de opstellingsplaats 15 4 Veiligheidsvoorschriften
Nadere informatieGIETIJZEREN VERWARMINGSKETELS
GIETIJZEREN VERWARMINGSKETELS Solo - Duetto - Aqua Inox Rondo - Estelle Estelle B Inox COMPLETE thermische groepen, in gietijzer MET geïntegreerde lage NOx mazout brander. Een thermische groep is een geïntegreerde
Nadere informatieDE EFFICIËNTE EN MILIEUVRIENDELIJKE OPLOSSING VOOR DE PRODUCTIE VAN SANITAIR WARM WATER
EOS PLUS HP DE EFFICIËNTE EN MILIEUVRIENDELIJKE OPLOSSING VOOR DE PRODUCTIE VAN SANITAIR WARM WATER Lucht-water warmtepomp voor de productie van Sanitair Warm Water zonder gebruik van gas. Deze pomp, speciaal
Nadere informatieTwister Condenserende HR RVS boiler
Condenserende HR RVS boiler TWI 35-130/45-190 Gunstig bij EPCberekening Volledig gesloten condenserende hoogrendementsboiler (106% o.w.) Roestvaststalen tank; geen anodes nodig wat het onderhoud vereenvoudigt
Nadere informatieInbedrijfstelling van de installatie
Inbedrijfstelling van de installatie excellence in hot water INHOUD. Zonnecircuit.............................. 2. Inbedrijfstelling............................. 3 3. Oplossen van eventuele pannes..............
Nadere informatieWeersafhankelijke regelaar SAM 2100
Weersafhankelijke regelaar S 1 e S 1 vervangt de S 1,, 4 en 5 evenals de oude modellen S 81, 81.1, 8, 8.1 en 84. Vervangt eveneens S 83 en 83.1 indien deze niet gebruikt werden voor sturing van mengkranen,
Nadere informatieGebruiks- en montage instructies VERWARMINGSTOESTEL
Gebruiks- en montage instructies VERWARMINGSTOESTEL Gelieve alvorens het toestel te gebruiken, de instructies in deze handleiding grondig te lezen. Inhoud Pg. Veiligheid 2 Aansluiting van de gasfles 3
Nadere informatieErratablad Comfort Classic
Erratablad Dit document is een wijziging van resp. aanvulling op de : Gebruikershandleiding (07.98.92.009.2) Installatiehandleiding (07.98.92.010.2) De Itho Daalderop cv-ketels zijn vanaf 1/8/2015 op enkele
Nadere informatieGeachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid
6301 4923-09/01 BE (NL) Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234X TH met Logamatic 2105 Zorgvuldig bewaren Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de
Nadere informatieTECHNISCHE GEBRUIKSAANWIJZING RTI-C
TECHNISCHE GEBRUIKSAANWIJZING RTI-C 1 OVERZICHT I) TECHNISCHE GEGEVENS I.1) Presentatie I.2) Kenmerken I.3) Installatie II) AANSLUITING II.1) Aansluiting hydraulisch II.2) Aansluiting elektrisch III) WERKING
Nadere informatieMasterTemp. Pentair Academy - 26 april
Pentair Academy - 26 april 2016 techsupport.poolemea@pentair.com gasverwarming voor zwembad & spa Presentatie 08.00 10.00 - Functies en voordelen - Werking - Installatie - Probleem diagnose 2 gasverwarming
Nadere informatieSGE HR-Condenserende gas-zonneboiler met geïntegreerde
HR-Condenserende gas-zonneboiler met geïntegreerde warmtewisselaar SGE - 40/60 Solar control Volledig gesloten condenserende HR gas - zonneboiler met geïntegreerde warmtewisselaar (107% op onderwaarde)
Nadere informatieTuincontactdoos met piket
NL Handleiding GS 2 DE GS 4 DE Belangrijk! Lees deze handleiding en bewaar ze. Neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding... 29 2 Leveringsomvang... 29 3 Conform gebruik...
Nadere informatieCV module Plus Installatievoorschriften
CV module Plus Installatievoorschriften 2-15 1. BESCHRIJVING... 2 2. INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN... 2 2.1 Algemeen... 2 2.2 Montage... 2 2.3 Aansluitschema's... 3 2.4 Tapwaterzijdige aansluiting... 6 2.5
Nadere informatieHANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000
HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000 Waterkracht B.V. Postbus 65 7050 AB Varsseveld Tel. : +31 (0)315 25 81 81 Fax : +31 (0)315 25 81 91 E-Mail : info@waterkracht.nl Internet : www.waterkracht.nl 2 INHOUD:
Nadere informatieWHIRLPOOL AKR643GY. Gebruiksaanwijzing
WHIRLPOOL AKR643GY Gebruiksaanwijzing 3Nl33014.fm5 Page 16 Monday, August 27, 2001 4:45 PM GEBRUIKSAANWIJZING VOOR DE INGEBRUIKNEMING MILIEUTIPS ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN BEDIENING ONDERHOUD
Nadere informatiePool & Spa. De Hydro-Pro warmtepompen
Pool & Spa Hydro-Pro_warmtepompen_Mertens.indd 1 De Hydro-Pro warmtepompen 3/2/2012 2:49:46 PM Hydro-Pro_warmtepompen_Mertens.indd 2 3/2/2012 2:49:50 PM Efficiënt en economisch De warmte van de buitenlucht
Nadere informatieGASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN
Nadere informatieSanitaire warmtepompen
7 Nuos Een massa voordelen Hernieuwbare energie De grote vernieuwingen zitten vaak verborgen in onze dagelijkse omgeving. Zo is de lucht geladen met warmte, een kosteloze en hernieuwbare energie die rechtstreeks
Nadere informatieBITHERM. staande gasketels. verwarmingscapaciteit 13,0 35,8 kw. Combi gasketels van gietijzer met warmwatervoorraad en natuurlijke trek
BITHERM Combi gasketels van gietijzer met warmwatervoorraad en natuurlijke trek staande gasketels verwarmingscapaciteit 13,0 35,8 kw 91 1 BESCHRIJVING VAN DE KETEL 1.1 INLEIDING De nieuwe serie BITHERM
Nadere informatieGebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO. Propaan
Gebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO Versie: Aardgas Propaan Specificaties Fabrikant Sunderman Openhaarden V.O.F. / Sunwood Contactgegevens Christiaan Huygensstraat 10 2665 KX Bleiswijk
Nadere informatieOverzicht 36 RONDÓ - MIKA - KAMI
Overzicht 1 IN DE HANDLEIDING GEBRUIKTE SYMBOLEN... 37 2 BESTE KLANT... 37 3 WAARSCHUWINGEN...37 4 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...38 5 GARANTIEVOORWAARDEN...39 6 RESERVEONDERDELEN...40 7 AANWIJZINGEN VOOR
Nadere informatieProduct-Data-Blad. Avanta CW6. De compacte ketel met grootse prestaties
Product-Data-Blad Avanta CW6 Avanta CW6 De compacte ketel met grootse prestaties Avanta Breed inzetbaar Door het grote vermogensbereik van de Remeha Avanta CW6 (5 t/m 25 kw) is hij toepasbaar zowel in
Nadere informatieBedieningsvoorschrift
6300 4749 05/2000 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234 Zorgvuldig lezen vóór bediening Voorwoord Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234 van Buderus
Nadere informatie1.1 INLEIDING LEVERING 1.3 AFMETINGEN 1.4 TECHNISCHE SPECIFICATIES 1.5 DRUKVERLIEZEN
INHOUD 1 SCHRIJVING VAN HET TOTEL 1.1 INLEIDING........................................................................................... 54 1.2 LEVERING 1.3 AFMETINGEN 1.4 TECHNISCHE SPECIFICATI 1.5
Nadere informatieVIESMANN. Montage-aanwijzing VITOLA 100. voor de vakman. Vitola 100 Type VC1A, 15 tot 33 kw Olie-/gasketel
Montage-aanwijzing voor de vakman VIESMANN Vitola 100 Type VC1A, 15 tot 33 kw Olie-/gasketel VITOLA 100 1/2005 Na montage deze handleiding recycleren! Veiligheidsaanwijzingen Volg deze veiligheidsaanwijzingen
Nadere informatiePompgroepen IC GPD IC GPM Gebuiksaanwijzingen
Pompgroepen IC GPD IC GPM Gebuiksaanwijzingen IC GPM met mengkraan gemotoriseerde via SM90.120.2CA 230VAC IC GPD zonder mengkraan Mengkraan met instelbare manuele bypass Servomotor 3-punts sturing Grundfos
Nadere informatieVIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman. Vitoplex 200 type SX2A, 90 tot 560 kw Olie-/gasketel
Montagehandleiding voor de vakman Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl VIESMANN Vitoplex 200 type SX2A, 90 tot 560 kw Olie-/gasketel VITOPLEX 200 5/2011 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften
Nadere informatieUitbalancering. 750 Statisch strangregelventiel Beschrijving. Versies. Voordelen
750 Statisch strangregelventiel Beschrijving Het strangregelventiel met schuine zitting van Comap wordt gebruikt voor het realiseren van precieze regelingen op verwarmings-, sanitair- en airconditioningcircuits.
Nadere informatieHandleiding Zelfaanzuigende e-she pomp
15-11-2016 Versie 2.0 Handleiding Zelfaanzuigende e-she pomp Pagina 1 van 9 blz.1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 2. Uitvoeringen... 3 3. Installatie... 3 4. Inbedrijfstelling... 5 4.1.
Nadere informatiePlaatstalen ketel ComfortLine
Notre technique à votre service. Plaatstalen ketel ComfortLine Zonder stookoliebrander/gasbrander Horizontale inox boiler Verwarmingsketel op stookolie/gas voor werking op lage temperatuur, met droge vuurhaard
Nadere informatieINSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen
INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R tuinpompen Hartelijk dank! 2 Hartelijk dank dat u voor een EUROM TP tuinpomp gekozen hebt. U hebt daarmee een goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw volle tevredenheid
Nadere informatieGebruikershandleiding
Gebruikershandleiding DFE 20 T DFE 40 T DFE 80 T Dryfast Kreekweg 22 NL - 3133 AZ - Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: + 31-(0)104730011 Website: www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Dryfast Klein
Nadere informatieVOLT POT 1K R 220. OPEN FOR 60 Hz STAB. Spanningsregelaars R 220. Installatie en onderhoud
VOLT POT 1K 110 0V E+ E- OPEN FOR 60 Hz STAB Deze handleiding is van toepassing op de regelaar van de alternator die u aangekocht hebt. We wensen uw aandacht te vestigen op de inhoud van deze onderhoudshandleiding.
Nadere informatieGasaerothermen PC RA Warmtewisselaar en verbrandingskamer in roestvrij staal AISI 441.
Gasaerothermen PC RA Warmtewisselaar en verbrandingskamer in roestvrij staal AISI 441. Premix Brander in roestvrij staal 105 % Rendement PC modulerende aerothermen condenserend 105 % Rendement NOx
Nadere informatieDe PS 005 op z'n duimpje kennen
De PS 005 op z'n duimpje kennen odule voor de sanitair warmwaterproductie via uw ketel SA V B-6530 HUI Route de Biesme 49 E 071 59 00 39 FAX 071 59 01 61 info@tempolec.be www.tempolec.be B-1090 BRUSSE
Nadere informatie