Tweede Kamer der Staten-Generaal
|
|
- Magdalena de Boer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar1993 Nr. 44 8RIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 2 december 1992 Ingevolge het desbetreffende verzoek van de kant Uwer Commissies moge ik U hierbij met het oog op het voor 9 december voorziene monde linge overleg, mede namens mijn ambtgenoot van Defensie een aanvul lende notitie doen toekomen inzake de toepassing van het CSE-verdrag en de CSE-personeelsovereenkomst. De Minister van Buitenlandse Zaken, H. van den Broek F ISSN Sdu Uitgeverii Plantijnstraat IX.. ~~~ * r\r\r\ ««nr\r\ \ i s Gravenhage 1992
2 NOTITIE INZAKE DE TOEPASSING VAN HET CSE-VERDRAG EN DE CSE-PERSONEELSOVEREENKOMST Op 9 november jl. zijn het Verdrag inzake de Conventionele Strijd krachten in Europa (CSE) en de CSE-personeelsovereenkomst in werking getreden. Beide werden al vanaf 17 juli voorlopig toegepast. De uiteindelijke inwerkingtreding van het CSE-verdrag is als volgt verlopen. De acht opvolgerstaten van de Sovjetunie met grondgebied in het toepassingsgebied van het verdrag bereikten op 15 mei in Tasjkent overeenstemming over de overname en verdeling van de verdragsver plichtingen. Tijdens de Buitengewone Conferentie van Oslo op 5 juni 1992 namen de verdragspartijen van deze verdeling kennis en kwamen overeen dat hiermee de voorwaarden voor inwerkingtreding van het verdrag waren vervuld. (Zie Kamerstuk , nr. 9, vergaderjaar ). De opvolgerstaten zegden toe voor 1 juli de daarvoor minimaal benodigde informatie te leveren. Deze informatie is, zij het - in het geval van de kleinere opvolgerstaten - soms in summiere vorm en met een zekere vertraging, verschaft. Omdat de ratificatieprocedures niet in alle betrokken landen waren afgerond, maar tegelijkertijd de wens bestond de verdragsbepalingen zo spoedig mogelijk uit te voeren, is op de Buitengewone Conferentie van Helsinki op 10 juli besloten het CSE-verdrag voorlopig van toepassing te verklaren. Gezien de samenhang tussen beide is voor de CSE-personeelsovereenkomst hetzelfde besloten. (Zie Kamerstuk , nr. 10, vergaderjaar ). Met de afronding van de ratificatieprocedures van het CSE-verdrag, op 30 oktober, is het verdrag op 9 november van kracht geworden. Tegelijkertijd is de CSE-personeelsovereenkomst in werking getreden. Informatie Op 17 juli is met de uitvoering van het verdrag begonnen. In het aanvangsinventarisatietijdvak van 120 dagen is intensief geïnspecteerd. Medio augustus wisselden de verdragspartijen uitgebreide informatie uit, geldig per 17 juli, over de aantallen, typen, en locaties van het door het verdrag gelimiteerde materieel. De eerste maand moesten de partijen zich behelpen met de informatie uit de tijd dat het verdrag werd onder tekend, november Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de eerder verstrekte informatie en die van augustus Deze verschillen vinden hun oorzaak in de in de tussenliggende periode uitgevoerde reorganisaties van de diverse krijgsmachten. Voor de opvolgerstaten geldt dit, wegens het uiteenvallen van de Sovjetunie, in het bijzonder. Een moeilijkheid is dat de verdeling van het materieel van de strijdkrachten van de voormalige Sovjetunie nog niet is afgerond en dat de terugtrekking van troepen uit Midden Europa nog gaande is. Blijkens de informatieuitwisseling naar de toestand van 17 juli 1992 heeft Rusland bij de landstrijdkrachten bijna 60% van het bij het verdrag beperkte materieel overgenomen, de Oekraïne 25% en Wit Rusland 13%; bij de luchtstrijdkrachten zijn deze getallen 70%, 25% en 5%. Daarbij zij aangetekend dat er enige onduidelijkheden bestaan over de notificaties van Rusland en Oekraïne, Deze hebben betrekking op een luchtlandings divisie en op voor het verdrag relevante delen van de Zwarte Zee-vloot. De informatie van Oekraïne, Moldavië, Azerbaidzjan en Georgië is onvol ledig; die van Armenië ontbreekt. Gesteld kan worden dat deze republieken slechts over bescheiden hoeveelheden uitrusting beschikken en nauwelijks eenheden in organiek verband hebben overgenomen. Het proces van overdracht is nog gaande. In de Russische informatie wordt in een voetnoot meegedeeld dat in de Noord en Transkaukasus enkele
3 tientallen onder het verdrag vallende wapensystemen in handen zijn gevallen van «conflictpartijen». Dit aantal is in werkelijkheid vermoedelijk veel hoger. Kazachstan heeft aangegeven dat het, op het deel van zijn grondgebied dat onder het verdragsgebied valt, geen voor het verdrag relevante wapensystemen heeft. Een belangrijke conclusie die getrokken kan worden uit de informatie, is dat het totaal van door de voormalige Sovjetrepublieken per 17 juli 1992 opgegeven tanks en pantservoertuigen aanzienlijk geringer is dan het eerder door de Sovjetunie opgegeven totaal (een verschil van ruim 2000 tanks en 1000 pantsergevechtsvoertuigen). Verminderingen Met het verdrag hebben de westelijke en oostelijke groep van landen zich verplicht de aantallen relevante wapensystemen te verminderen tot de overeengekomen collectieve plafonds. De maximale bestandshoogten van de individuele landen zijn vastgesteld in overleg binnen de eigen groep. In Tasjkent hebben de opvolgerstaten de maxima van de Sovjetunie zodanig verdeeld dat de som ervan per categorie gelijk is aan het oude Sovjet-maximum. In Oslo is afgesproken dat de som van de verminderingsverplichtingen van de opvolgerstaten per categorie niet kleiner dient te zijn dan de verminderingsverplichting van de voormalige Sovjetunie. Uit de notificaties van de betrokken opvolgerstaten blijkt dat aan deze voorwaarde vooralsnog niet is voldaan. De verschillen zijn van dezelfde orde van grootte als de bovengenoemde «zoekgeraakte» tanks en pantsergevechtsvoertuigen. Gezien de definitie van verminderingsver plichting (als aanwezig genotificeerd materieel minus plafond) bestaat tussen beide uiteraard een direct verband. Deze problemen worden door de opvolgerstaten erkend. In Wenen wordt erover overleg gevoerd. Verificatie Het verdrag kent een uitgebreid regime van verificatiemaatregelen dat er op is gericht de uitgewisselde informatie en de aangekondigde verminderingen te controleren. Het aantal toe te laten inspecties in het aanvangsinventarisatietijdvak bedroeg 20% van het aantai aangemelde verificatieobjecten. Voor het voormalige Warschau Pact bedroeg dit inspectiequotum 301. De NAVO-landen hebben reeds in een vroeg stadium besloten van de geboden inspectiemogelijkheden zoveel mogelijk gebruik te maken. Zij hebben evenwel 47 inspecties van Russische verificatieobjecten in de Baltische republieken, Polen, Tsjecho slowakije, Hongarije en de voormalige DDR niet uitgevoerd. De Baltische staten hebben immers vorig jaar besloten geen partij bij het verdrag te worden. Hoewel de Sovjetunie destijds verklaarde dat inspectie van Sovjeteenheden in het Balticum mogelijk zou blijven, hebben de NAVO-landen gelet op de politieke gevoeligheden terzake van deze toezegging geen gebruik gemaakt. Voor de staten in Midden-Europa gold dat de Russische eenheden voor een groot deel reeds vertrokken waren. In de NAVO zijn de inspectierechten in aantal, land van bestemming en periode onder de individuele NAVO-landen verdeeld. Doel was te voorkomen dat er meer dan twee inspectieteams tegelijk in een land waren. Twee inspecties tegelijkertijd is het maximum dat het verdrag toestaat. De NAVO-landen hebben in een groot aantal gevallen inspec teurs in elkaars teams opgenomen. Vooral onder WEU-landen is dit gebruik geworden. In feite hebben NAVO-landen in het aanvangsinventarisatietijdvak 238 inspecties uitgevoerd. Dit aantal ligt enigszins onder het geplande aantal (301 minus 47), vooral omdat er ook 17 zogenaamde Oost-Oost inspecties zijn uitgevoerd. (Het verdrag biedt op beperkte schaal de
4 mogelijkheid andere landen behorende tot dezelfde groep te inspec teren). In totaal heeft de oostelijke groep in dezelfde periode 154 inspecties uitgevoerd. Hiervan nam Rusland er 70 voor zijn rekenmg Behalve Rusland heeft geen van de betrokken opvolgerstaten inspecties uitgevoerd Wel maakten inspecteurs uit die landen een enkele maal deel uit van een inspectieteam van een ander land. Het aantal door Midden en Oosteuropese landen in NAVO-landen uitgevoerde inspecties (137) bedroeg minder dan de helft van het toegestane aantal. Aangenomen mag worden dat hier financiële en organisatorische redenen aan ten grondslag liggen. Het merendeel van de inspecties betrof opgegeven verificatieobjecten. Behalve deze inspecties kunnen er ook nog zogenaamde verrassingsin specties uitgevoerd worden. Bij deze inspecties wordt een gebied met een maximale grootte van 65 km 2 onderzocht. Zulke verrassingsin specties werden acht maal uitgevoerd. De Russische Federatie was in dit opzicht actief met inspecties in Frankrijk, Duitsland, Turkije en het Verenigd Koninkrijk. In de eerste 16 maande van de looptijd van het verdrag dient iedere verdragspartij minstens 25% van zijn verminderingsverplichting te reali seren. Deze vermindermgen zijn aanstonds na het begin van de periode van vooriopige toepassing begonnen. Vooral landen van de oostelijke groep hebben in het aanvangsinventarisatietijdvak reeds mateneel verminderd door het te vernietigen. Deze zijn steeds door een multina tionaal team van inspecteurs uit NAVO-landen geïnspecteerd, behalve de keer dat Bulgarije de vernietiging van een aantal mortieren niet tijdig had aangekondigd Ook Duitsland en Frankrijk zijn al met de vernietiging van materieel begonnen. Belangrijke bevindingen tijdens het aanvangsinventarisatietijdvak zin de volgende: - De inspecties zijn over het algemeen naar behoren verlopen en vonden vrijwel steeds plaats in een coöperatieve sfeer. Deze soepele gang van zaken is waarschijnlijk mede te danken aan het feit dat een deel van de verdragspartijen de periode vóór de inwerkingtreding gebruikt heeft om «proefinspecties» uit te voeren. - De verschillen tussen aangemelde en waargenomen hoeveelheden materieel van verificatie-objecten waren soms aanzienlijk, maar konden meestal naar tevredenheid worden verklaard. Vooral in Russische verifi catieobjecten bevond zich vaak meer mateneel dan opgegeven, hetgeen veelal samenhing met de terugtrekking van Russische troepen uit Midden-Europa. - Zolang op grote schaal reorganisaties plaatsvinden blijft het moeilijk conclusies te trekken aan de hand van inspectieresultaten, daar tussen tijdse informatieverstrekking deels niet volledig, deelt niet tijdig geschiedt. - Uit de per 17 juli jl. door de Russische Federatie verstrekte infor matie blijkt dat deze een belangrijke tekortkoming kent. Deze is gelegen in de srnalle interpretatie van het begrip «opgegeven plaats» («declared site»). Gevolg hiervan is dat de inspectiemogelijkheden beperkt worden. De NAVO-landen in Moskou tegen de Russische handelwijze protest aangetekend. - Door Armenië en Wit-Rusland zijn inspecties geweigerd, in het eerste geval door communicatieproblemen, in het tweede geval door een verschil van mening over de hoogte van het passief inspectiequotum. De NAVO-landen hebben tegen deze weigeringen bezwaar gemaakt. - Het openstellen van inspectieteams voor inspecteurs uit andere NAVO/WEU-landen heeft bevredigend gefunctioneerd. - De voormalige Sovjetrepublieken hebben tijdig een toereikende organisatie gevormd voor de begeleiding van de inspecties.
5 Nederlandse verificatieactiviteiten Nederland heft 11 inspecties uitgevoerd: 2 in Wit-Rusland, 2 in Rusland, 2 in de Oekraïne, 1 bij een Russische eenheid in Georgië, 2 in Polen en 2 in Tsjechoslowakije. In de inspectieteams waren doorgaans inspecteurs uit andere NAVO-landen opgenomen; Nederlandse inspec teurs maakten regelmatig deel uit van buitenlandse teams. De Neder landse inspecties gaven resultaten te zien die overeenkomen met het boven geschetste beeld. In de onoverzichtelijke situatie in Georgië bleek de te inspecteren eenheid niet over materieel te beschikken en was de commandant van het inspectieteam genoodzaakt ter plaatse een nieuwe keuze te maken. Voorts heeft Nederland in vier inspecties van verminde ringen geparticipeerd. Eén daarvan stond onder Nederlandse leiding. Op grond van het aantal door Nederland opgegeven verificatieobjecten (89) bij ondertekening van het verdrag, hadden er in Nederland maximaal 18 inspecties kunnen plaatsvmden Feitelijk hebben er in het aanvangsin ventarisatietijdvak negen plaatsgevonden. De Russische Federatie inspecteerde vijf verificatieobjecten van de Koninklijke luchtmacht en Tsjechoslowakije een brigade en een M16 squadron. Geen der inspecties was een verrassingsinspectie. Het verloop van de inspecties van materieel van de Koninklijke landmacht, mede veroorzaakt door de herstrukturering, noopte tot speciale toelichting. Tot nu toe hebben verminderingen plaatsgevonden door de overdracht («cascading») van 22 pantsergevechtsvoertuigen aan Portugal en van 99 Leopard-1 tanks aan Griekenland, alsmede door het verloren gaan van een helicopter. Vermindering van materieel zal in de toekomst plaats vinden door verdere overdracht aan Griekenland en Portugal, door vernietiging van pantsergevechtsvoertuigen en mogelijk van artillerie, en door recategorisering van aanvalshelicopters. Dit laatste impliceert een zodanige aanpassing dat de helicopters niet langer onder de beperkmgen van het verdrag vallen. CSE-personeelsovereenkomst De slechts politiek bindende CSE-personeelsovereenkomst, die op 17 juli voorlopig in werking is getreden, voorziet in personeelsplafonds die 40 maanden na het van kracht worden van het CSE-verdrag gelden, alsmede in stabiliserende maatregelen door middel van informatie uitwisseling en verificatie. Ondanks westerse druk hebben Armenië, Azerbaidzjan en Moldavië nog geen plafond opgegeven. De informatie met betrekking tot de personeelsbestanden is inmiddels geïntegreerd in de informatie die onder het CSE-verdrag verschaft dient te worden. De eerste informatieuitwisseling vond evenwel pas 30 dagen na het voorlopig in werking treden van de overeenkomst plaats. Verifi catie was daarom in deze eerste periode niet goed mogelijk. Desge vraagd verstrekten de commandanten van geïnspecteerde verificatieob jecten de hun bekende cijfers. Bij inspecties na de informatieuitwisseling bleek dat de feitelijke aanwezige aantallen personeel (naar mededeling van de commandanten) veelal lager waren dan de opgegeven aantallen. Ook uit de informatie die onder de CSE-personeelsovereenkomst verstrekt werd, bleek dat het het proces van toedeling van strijdkrachten van de voormalige Sovjetunie nog niet is voltooid. Perspectief De uitvoering van het CSE-verdrag loopt over het geheel genomen bevredigend. Op een paar punten geeft de door de opvolgerstaten verstrekte informatie enige reden tot bezorgdheid. Men kan er begrip voor hebben dat, in het licht van de soms chaotische situatie in de
6 voormalige Sovjetunie, de verstrekte informatie soms te wensen overliet, maar dit laat onverlet dat alle verdragspartijen, ook de opvolgerstaten, aan hun verplichtingen gehouden dienen te worden. Aangezien deze staten inmiddels ervaring hebben opgedaan met de uitwisseling van informatie en de uitvoering van het verdrag, lijkt de verwachting gerecht vaardigd, dat de kwaliteit van de per 15 december te verstrekken infor matie - naar de stand per 1 januari hoger zal zijn dan tevoren. Uitvoering van het CSE-verdrag gaat gepaard met vrij grote aantallen notificaties, die zowel betrekking hebben op de militaire structuur van een land en de bestandshoogten, als op de uit te voeren inspecties. Het is daarom van groot belang dat alle CSE-partijen, met name ook de opvolgerstaten, snel aangesloten worden op het CVSE-communicatie netwerk. Uit een recente Amerikaans-Nederlandse oriënterende missie is gebleken dat de technische mogelijkheden voor eenvoudige aansluiting in de meeste gevallen aanwezig zijn. Op korte termijn is het waarschijnlijk mogelijk dat een of meer bondgenoten helpen bij de finan ciering van de eindstations van dit netwerk in de betrokken hoofdsteden. Uit de beraadslagingen in het onder het verdrag ingestelde Gemengde Overlegorgaan, uit de contacten in het kader van de NAVO-samenwer kingsraad, en uit de ontmoetingen van inspecteurs, kan geconcludeerd worden, dat alle partijen onverminderd waarde hechten aan het verdrag, ook al is dat qua structuur verouderd. De in het verdrag ingebouwde Oost-West tegenstelling is immers achterhaald. Zij wordt overigens verzacht doordat Midden en Oosteuropese partijen bij elkaar kunnen inspecteren. Het inzicht dat door de uitgewisselde informatie, en de mogelijkheden tot verificatie daarvan, verkregen wordt over de militaire situatie in de overige verdragspartijen, is van grote waarde. Tevens hebben de vele ontmoetingen tussen inspecteurs van Oost en West een belangrijk vertrouwenwekkend effect. Ook als men de effectieve controle door NAVO-landen van de naleving van de verdragsbepalingen voorop blijft stellen, zijn er mogelijkheden tot verdergaande vormen van samenwerking van alle verdragspartijen. Te denken valt aan incidentele opname van inspecteurs uit Midden en Oosteuropese in inspectieteams van NAVO-landen, of aan het alle partijen toegang verschaffen tot het CSE-gegevensbestand van de NAVO. Over deze nieuwe vormen van samenwerking wordt in januari in Brussel met de samenwerkingspartners gesproken. Met de inwerkingtreding van het CSE-verdrag kunnen de klassieke wapenbeheersingsonderhandelingen, die met name door verminderingen tussen blokken worden gekenmerkt, als afgerond worden beschouwd. Maar juist omdat het verdrag een belangrijke hoeksteen van de Europese veiligheid vormt, is strikte en algemene naleving ervan in de toekomst van fundamenteel belang. De instelling van het CVSE Forum voor Veiligheidssamenwerking in juli jl. heeft een geheel nieuw tijdperk op het gebied van veiligheidsaangele genheden ingeluid. Van dit forum maken alle 52 CVSE-landen deel uit, zij het dat het voormalige «Joegoslavië» tijdelijk van de beraadslagingen is uitgesloten. Eén van de inmiddels ingediende voorstellen betreft de harmonisatie van verplichtingen (informatie-uitwisseling, verificatie) die in het kader van het CSE-verdrag, inclusief de personeelsovereenkomst, en het Weense Document 1992 inzake CSBM's zijn aangegaan. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat het CSE-verdrag onaangetast dient te blijven, en aangevuld wordt met politieke committeringen van niet-cse-landen inzake limieten op hun materieel en personeelspla fonds.
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 600 X Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1998 Nr. 55 BRIEF VAN
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2009 2010 A 32 236 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Bermuda (zoals gemachtigd door de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland)
Nadere informatieSTATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT
STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Regeringen van de hierna genoemde landen: De Bondsrepubliek Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Frankrijk,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1474 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 990 Wijziging van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst in verband met de Kaderwet dienstplicht Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 70
13 (2013) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. 70 A. TITEL Euro-mediterrane luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering
Nadere informatiemaatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I
Opgave 2 Defensiesamenwerking in Europa Bij deze opgave horen tekst 3, figuur 1 en tekst 4. Inleiding In december 2017 is in de Europese Unie (EU) op het gebied van defensie een Permanente Gestructureerde
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180
47 (1997) Nr. 4 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 180 A. TITEL Overeenkomst inzake economisch partnerschap, politieke coördinatie en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap
Nadere informatieVerdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed
Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 763 Toekomst van de krijgsmacht Nr. 27 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 436 Wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende herijking van de verlening van rechtsbijstand door de raden voor rechtsbijstand en de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 412 Protocol van de regeringsconferentie Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, van 20 en 21 mei te Paramaribo, en de conclusies van het
Nadere informatieGezondheid: uw Europese ziekteverzekeringskaart altijd mee op vakantie?
MEMO/11/406 Brussel, 16 juni 2011 Gezondheid: uw Europese ziekteverzekeringskaart altijd mee op vakantie? Vakantie verwacht het onverwachte. Gaat u binnenkort op reis in de EU of naar IJsland, Liechtenstein,
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 176
42 (1995) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 176 A. TITEL Protocol betreffende de toetreding van de Republiek Oostenrijk tot het Akkoord tussen het Koninkrijk der
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 100
15 (1992) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 100 A. TITEL Raamverdrag inzake vriendschap en nauwere samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
34 (2007) Nr. 7 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. 4 A. TITEL Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting
Nadere informatieDit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25
Nadere informatie2. Verzoeker diende bij SenterNovem een subsidieaanvraag in voor de productie van energie door middel van fotovoltaïsche zonnepanelen.
Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop SenterNovem, een agentschap van het Ministerie van Economische Zaken, hem heeft geïnformeerd over de termijn waarbinnen op zijn subsidieaanvraag
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 570 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 153 Wet van 14 maart 2002, houdende regeling van het conflictenrecht inzake de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming (Wet
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 110 Wet van 6 maart 2003 tot aanpassing van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek aan de richtlijn betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
23 (2008) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2013 Nr. 147 A. TITEL Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds en
Nadere informatieKAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders
KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar,
Nadere informatieRapport. Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073
Rapport Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073 2 Klacht DE ONDERZOCHTE GEDRAGING Het in strijd met het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht niet informeren van betrokkene over de mogelijkheid
Nadere informatieBENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN
WIT-RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders a. Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. b. Voor het vervoer naar,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22 300 XV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk XV (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) voor
Nadere informatieTURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders
TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van
Nadere informatieKROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders
KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 november 2000 (OR. fr) 12741/00 LIMITE SCH-EVAL 65 COMIX 754
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 november 2000 (OR. fr) 12741/00 LIMITE SCH-EVAL 65 COMIX 754 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad inzake de inwerkingstelling van
Nadere informatieOEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders
OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
34 (2007) Nr. 5 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2012 Nr. 9 A. TITEL Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 227 final 2014/0129 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité NL NL TOELICHTING
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
72 (2009) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 96 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Europees Handvest inzake lokale autonomie betreffende het recht op participatie
Nadere informatieVlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016
03 10 2017 Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016 De handel in militair materieel naar, vanuit en over het grondgebied van Vlaanderen In 2016 leverde de Vlaamse Regering 716 vergunningen voor buitenlandse
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 181
24 (2012) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. 181 A. TITEL Handelsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Colombia en Peru, anderzijds;
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 885 Voorstel van wet van de leden Karimi, Dubbelboer en Van der Ham betreffende het houden van een raadplegend referendum over het grondwettelijk
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
34 (2007) Nr. 4 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 245 A. TITEL Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2008 Nr. 166
40 (1972) Nr. 9 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2008 Nr. 166 A. TITEL Overeenkomst houdende oprichting van een Europees Universitair Instituut; Florence, 19 april 1972 B. TEKST
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 675 Regeling van het conflictenrecht inzake de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming (Wet conflictenrecht afstamming) Nr.
Nadere informatieONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE
ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 maart 2005 (OR. en) AA 23/2/05 REV 2 TOETREDINGSVERDRAG: SLOTAKTE ONTWERP VAN WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE
Nadere informatieVerdrag inzake verstandhouding en samenwerking tussen het Koninkrijk België en de Russische Federatie.
8 DECEMBER 1993 Verdrag inzake verstandhouding en samenwerking tussen het Koninkrijk België en de Russische Federatie. Inwerkingtreding : 22-01-1998 Art. 1. De Verdragsluitende Partijen besluiten aan hun
Nadere informatieBewerkersovereenkomst
Bewerkersovereenkomst Datum: 25-04-2015 Versie: 1.1 Status: Definitief Bewerkersovereenkomst Partijen De zorginstelling, gevestigd in Nederland, die met een overeenkomst heeft gesloten in verband met het
Nadere informatieMinisterie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De heer B.J.S.A.A.F. de Winter DGBK/Burgerschap en Informatiebeleid Interactie Schedeldoekshaven 200
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 924 Toezichtsverslagen AIVD en MIVD Nr. 112 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 30 juni 2014 De vaste commissie voor Defensie heeft een
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 31 066 Belastingdienst Nr. 326 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,
Nadere informatieVerdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING VAN DE
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2002 Nr. 145
18 (1951) Nr. 16 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2002 Nr. 145 A. TITEL Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, met drie Bijlagen, Protocol betreffende
Nadere informatieVERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1
VERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST EU/US/IS/NO/nl 1 Ten eerste, DE VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA (hierna "de Verenigde Staten" genoemd), HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK,
Nadere informatieTRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1
TRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST EU/US/IS/NO/nl 1 Ten eerste, DE VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA (hierna "de Verenigde Staten" genoemd), HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE
Nadere informatieMEMORANDUM VAN OVEREENSTEMMING VOOR DE UITVOERING VAN HET VERDRAG INZAKE SOCIALE ZEKERHEID TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN
MEMORANDUM VAN OVEREENSTEMMING VOOR DE UITVOERING VAN HET VERDRAG INZAKE SOCIALE ZEKERHEID TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN EN DE REGERING VAN DE VOLKSREPUBLIEK CHINA Het ministerie
Nadere informatieBijlage 2: De wetsveranderingen ten opzichte van de huidige Awb
Bijlage 2: De wetsveranderingen ten opzichte van de huidige Awb Onderstaande tabel is gebaseerd op de consultatie van 2 december 2016 en dient gewijzigd worden wanneer de wettekst definitief is In onderstaande
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:1522
ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.05.2001 COM(2001) 289 definitief MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD Strategie ter voorbereiding van de kandidaat-lidstaten
Nadere informatie2016D05361 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
2016D05361 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken bestond bij enkele fracties de behoefte de Minister van Buitenlandse Zaken enkele vragen en opmerkingen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 26 396 Vervanging pantservoertuigen M577 en YPR Nr. 108 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 15 juni 2016 De vaste commissie voor Defensie
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 32 529 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg en Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, de Algemene Kinderbijslagwet en de Wet Landelijk Bureau Inning
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN
Nadere informatie1. Punt 43: Samenwerking in het kader van een gezamenlijk team waarbij functionarissen van Europol betrokken zijn
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 april 2000 (17.04) (OR. en) 7316/00 LIMITE EUROPOL 4 NOTA van: Europol aan: de Groep Europol nr. vorig doc.: 5845/00 EUROPOL 1 + ADD 1 + ADD 2 + ADD 3 Betreft: Artikel
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2000 Nr. 97
15 (2000) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2000 Nr. 97 A. TITEL Verdrag houdende wijziging van het op 14 februari 1972 te Rabat ondertekende Algemeen Verdrag inzake sociale
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23 400 X Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk X (Ministerie van Defensie) voor het jaar 1994 Nr. 54 BRIEF
Nadere informatieBIJLAGE. bij. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.12.2017 COM(2017) 830 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvulling van het Besluit van de Raad van 22 mei 2017 waarbij machtiging wordt
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJKDERNEDER LAN DEN. JAARGANG 1951 No. 4 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken
3 (1950) No. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJKDERNEDER LAN DEN JAARGANG 1951 No. 4 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken A. TITEL UNIEZAKEN Memorandum houdende een
Nadere informatieArchief Jan de Boo
Archief Jan de Boo 1975-2012 Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis Cruquiusweg 31 1019 AT Amsterdam Nederland hdl:10622/arch03473 IISG Amsterdam 2015 Inhoudsopgave Archief Jan de Boo...3 Archiefvorming...3
Nadere informatie6,6. Werkstuk door een scholier 1980 woorden 16 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde
Werkstuk door een scholier 1980 woorden 16 november 2006 6,6 197 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo Inhoud: Voorwoord 3. - Wat verwachten we van dit werkstuk? - Hoe gaan we het aanpakken?
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23440 Aanpassing van de vergoeding van verblijfkosten van leden van de Tweede Kamer en enige andere wijzigingen van de Wet schadeloosstelling leden
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22661 Goedkeuring van de op 29 maart 1991 te Brussel tot stand gekomen Overeenkomst betreffende de overname van onregelmatig binnengekomen of verblijvende
Nadere informatieMOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders
MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 239 Wijziging van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek BES in verband met de uitvoering van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 552 Regels inzake de financiële verhouding tussen het Rijk en de gemeenten (Financiële-verhoudingswet) Nr. 27 VOORSTEL VAN WET ZOALS HET LUIDT
Nadere informatieBIJLAGEN. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.4.2019 COM(2019) 199 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij het Voorstel voor een besluit van de Raad tot vaststelling van het standpunt dat de Europese Unie zal innemen in het
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 24 071 Wateroverlast in Nederland Nr. 21 HERDRUK 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieDatum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over het uitzetten van twee Russische inlichtingenmedewerkers
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van
Nadere informatieInkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving
Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Geldend op 24-07-2009 - Besluit van 27 maart 2001; CPP 2001/366M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris
Nadere informatieKeurmerkreglement voor registratie en toezicht
Keurmerkreglement voor registratie en toezicht Stichting Keurmerk Leegstandbeheer Versie 2 1 januari 2018 REGLEMENT REGISTRATIE De Stichting Keurmerk Leegstand Beheer beheert een register van gecertificeerde
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 19 637 Vluchtelingenbeleid Nr. 636 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 226 final 2014/0128 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND
Nadere informatieGeleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime,
Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1988 Nr. 94
11 (1988) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1988 Nr. 94 A. TITEL Protocol bij de Overeenkomst tussen de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en Turkije
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.6.2003 COM(2003) 348 definitief 2003/0127 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese
Nadere informatieHet bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.
Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie L 331/13
5.11.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 331/13 VERORDENING (EG) Nr. 1925/2004 VAN DE COMMISSIE van 29 oktober 2004 tot vaststelling van nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van
Nadere informatieafspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen.
Reactie op de brief van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) inzake het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 7, titel 10, van het Burgerlijk Wetboek in verband met het limiteren van de hoogte van de
Nadere informatieAlgemene Leveringsvoorwaarden groothandel Passe- Partout
Algemene Leveringsvoorwaarden groothandel Passe- Partout Artikel 1. Toepasselijkheid 1. Groothandel Passe-Partout staat ingeschreven bij de KvK te Roermond onder nummer 14126812 voortaan afgekort tot P-P.
Nadere informatieVerwerkersovereenkomst
Verwerkersovereenkomst Op de dienstverlening van Drukwerkservice.nl is onderstaande verwerkersovereenkomst van toepassing. In deze verwerkersovereenkomst wordt verstaan onder: Verwerkingsverantwoordelijke
Nadere informatieg. Reünieregister: een register waarin de reünieverenigingen zijn opgenomen die in aanmerking komen voor de faciliteiten van deze regeling.
Artikel 1. Begripsbepalingen In deze Regeling wordt verstaan onder: a. Veteranen: gewezen militairen van de Nederlandse krijgsmacht dan wel van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger, alsmede degenen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 750 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2014 Nr. 46 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld
Nadere informatieRichtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag
Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN
Nadere informatiePROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK EN HET KONINKRIJK BELGIË
PROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK EN HET KONINKRIJK BELGIË EN AANVULLEND PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT REGELING VAN SOMMIGE ANDERE AANGELEGENHEDEN
Nadere informatie8.50 Privacyreglement
1.0 Begripsbepalingen 1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; 2. Zorggegevens: persoonsgegevens die direct of indirect betrekking hebben
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk X Ministerie van Defensie Nr. 69 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter
Nadere informatieRapport. Datum: 1 februari 2007 Rapportnummer: 2007/021
Rapport Datum: 1 februari 2007 Rapportnummer: 2007/021 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Koninklijke Marechaussee op 20 april 2005 aan zijn moeder een noodpaspoort heeft verleend, afgaande op informatie
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 april 2012 (OR. en) 8179/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2012/0014 (NLE) AVIATION 55 RELEX 282 MACAO 4 OC 175
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 april 2012 (OR. en) 8179/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2012/0014 (NLE) AVIATION 55 RELEX 282 MACAO 4 OC 175 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft:
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2008 Nr. 107
45 (1998) Nr. 5 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2008 Nr. 107 A. TITEL Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak in besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden;
Nadere informatieAan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten
Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten Betreft: Toestand Midden-Oosten Afgesloten 17.00 uur op 19 oktober
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar Nr. 391 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 391 27 899 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake sociale zekerheid ter aanvulling van communautaire regelingen
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 509 Wet van 30 oktober 2008 tot wijziging van de Wet aansprakelijkheid kernongevallen ter uitvoering van het Protocol van 12 februari 2004 houdende
Nadere informatie