Bediening en onderhoud

Transcriptie

1 SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS Bediening en onderhoud Koeloplossingen EcoBreeze -systeem ACEC101SE, ACEC200SE, ACEC201SE, ACECFR20101SE, ACECFR20200SE, ACECFR20201SE, ACECFR40101SE, ACECFR40200SE, ACECFR40201SE D-022 Publicatiedatum: augustus 2014

2 Schneider Electric IT Corporation Afwijzing van aansprakelijkheid Schneider Electric IT Corporation geeft geen garantie dat de informatie in deze handleiding gezaghebbend, vrij van fouten of volledig is. Deze publicatie is niet bedoeld als vervanging van een gedetailleerd operationeel en locatiespecifiek ontwikkelingsplan. Schneider Electric IT Corporation is dan ook geenszins aansprakelijk voor schade, overtreding van voorschriften, foutieve installatie, systeemfouten of enig ander probleem dat zich zou kunnen voordoen door het gebruik van deze publicatie. De informatie in deze publicatie wordt op een 'as is'-basis geleverd en werd alleen opgesteld voor de evaluatie van het ontwerp en de opbouw van datacentra. Deze publicatie werd te goeder trouw samengesteld door Schneider Electric IT Corporation. Er worden echter geen uitspraken gedaan noch wordt een garantie gegeven, zij het uitdrukkelijk of impliciet, met betrekking tot de volledigheid of nauwkeurigheid van de informatie in deze publicatie. SCHNEIDER ELECTRIC IT CORPORATION, OF EEN MOEDERBEDRIJF, FILIAAL OF DOCHTERBEDRIJF VAN SCHNEIDER ELECTRIC IT CORPORATION OF HUN RESPECTIEVELIJKE FUNCTIONARISSEN, DIRECTEUREN OF MEDEWERKERS ZIJN IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE SCHADEVERGOEDING VOOR DIRECTE, INDIRECTE, GEVOLG-, BESTRAFFENDE, BIJZONDERE OF INCIDENTELE SCHADE (INCLUSIEF, EN ZONDER BEPERKING, SCHADEVERGOEDINGEN VOOR VERLIES VAN KLANTEN, CONTRACTEN, INKOMSTEN, GEGEVENS, INFORMATIE EN DE ONDERBREKING VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN) DIE HET GEVOLG IS VAN, VOORTVLOEIT UIT OF VERBAND HOUDT MET HET GEBRUIK VAN OF HET ONVERMOGEN TOT HET GEBRUIK VAN DEZE PUBLICATIE OF DE INHOUD ERVAN, ZELFS ALS SCHNEIDER ELECTRIC IT CORPORATION UITDRUKKELIJK OP DE HOOGTE WERD GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADEVERGOEDING. SCHNEIDER ELECTRIC IT CORPORATION BEHOUDT ZICH HET RECHT VOOR WIJZIGINGEN OF UPDATES DOOR TE VOEREN MET BETREKKING TOT OF IN DE INHOUD VAN DE PUBLICATIE OF DE OPMAAK ERVAN OP ONGEACHT WELK MOMENT ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING. Schneider Electric IT Corporation of zijn licentiehouders behouden de auteursrechten, intellectuele en alle andere eigendomsrechten op de inhoud (met inbegrip van, maar niet beperkt tot software, audio- en videomateriaal, tekst en foto's). Alle rechten op de inhoud die hierin niet expliciet worden toegekend, worden voorbehouden. Er worden geen enkele rechten verleend, toegekend of overgedragen aan personen die toegang hebben tot deze informatie. Deze publicatie is niet bestemd voor gehele of gedeeltelijke doorverkoop.

3 Inhoudsopgave Veiligheid... 1 Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie... 2 Overzicht Frame Module(s) Systeem Eigenschappen Basiskoelsequentie Selectieopties Economizer Warmte-uitwisseling lucht-lucht Indirect verdampende koeling (IEC) Waterbesparingmodus Proportionele DX-koeling Basissysteemwerking met gebruik van HACS en een verhoogde vloer Basissysteemwerking met gebruik van RACS zonder verhoogde vloer Condensatorspiraal vorstdetectie en -preventie Veiligheidscontact deur Configuratie Modules Frame Ingebruikname... 8 Inspectiechecklists Eerste inspectie Checklist elektrische inspectie Mechanische inspectie Checklist gebruikersinterface Opstartinspectie Laatste inspectie i

4 werking Controllers Redundantie controller Module controllers Displayinterface Paneel interface afstandsdisplay Gebruik van de displayinterface Statusschermen met automatische bladerfunctie Menuschermen Naar de bovenste menulijst navigeren Tussen de submenu's navigeren Wachtwoorden Het systeem opstarten Het systeem afsluiten Datum en tijd instellen Weergave-eenheden op het display instellen Identificatie instellen Over EcoBreeze Ingebouwde displaymenu's Het netwerkstatusscherm Hoofdmenu Het frame configureren Gebouwbeheersysteem (BMS) Configuratie module Modulestatus bekijken Ventilatoren & lucht DX-componenten Modules configureren Environment Control (Omgevingsregeling) Warmte-uitwisseling lucht-lucht Indirect verdampende koeling (IEC) Proportionele DX-koeling Setpoints (Instelpunten) Drempels configureren Gebeurtenislogboek View log (Logboek bekijken) Logboek wissen ii

5 Op alarmen reageren Alarmen bekijken Alarmen wissen Framealarmen Alarmen module Problemen oplossen...46 Onderhoud...48 Beschrijvingen algemene taken Ventilatoren Filters Watersysteem Elektrisch Algemene reiniging Maandelijks preventief onderhoud Mechanisch Werkingstests Driemaandelijks preventief onderhoud Mechanisch Werkingstests Halfjaarlijks preventief onderhoud Hygiëne Jaarlijks preventief onderhoud Hygiëne iii

6

7 Veiligheid Belangrijke veiligheidsinformatie Lees de instructies zorgvuldig door om de uitrusting te leren kennen, voordat u deze probeert te installeren, bedienen, verzorgen of onderhouden. De volgende speciale meldingen kunt u in deze gehele handleiding of op de uitrusting aantreffen om te waarschuwen tegen mogelijke gevaren of om aandacht te vestigen op informatie die een procedure toelicht of vereenvoudigt. De toeging van dit persoon aan een veiligheidslabel Gevaar of Waarschuwing geeft aan dat er elektriciteitsgevaar bestaat dat persoonlijk letsel tot gevolg heeft als de instructies niet worden nageleefd. Dit is het symbool voor de veiligheidswaarschuwing. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor mogelijk persoonlijk letsel. Leef alle veiligheidsmeldingen na die na dit symbool komen om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen. GEVAAR GEVAAR Geeft een dreigende gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, overlijden of ernstig letsel tot gevolg zal hebben. WAARSCHUWING WAARSCHUWING Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, overlijden of ernstig letsel tot gevolg kan hebben. LET OP LET OP geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die licht of matig letsel tot gevolg kan hebben, als deze niet wordt vermeden. KENNISGEVING KENNISGEVING geeft praktijken aan die geen betrekking hebben op fysiek letsel, met inbegrip van bepaalde gevaren voor het milieu, mogelijke schade of gegevensverlies. 1

8 Algemene informatie Overzicht Frame De EcoBreeze is een modulaire koeloplossing met indirect verdampende en lucht-luchtwarmtewisselaar. De EcoBreeze beschikt over het unieke vermogen om automatisch om te schakelen tussen lucht-lucht- en indirect verdampende warmte-uitwisseling, waardoor deze datacentra op de meest efficiënte wijze worden gekoeld. Het ontwerp van de EcoBreeze is in staat het energieverbruik te reduceren door temperatuurverschillen uit te balanceren tussen de omgevingstemperatuur buiten vergeleken met de retourlucht van de IT-apparatuur om een zuinige koeling van het datacentrum te waarborgen. De EcoBreeze voldoet aan de vereisten van ASHRAE 90.1/TC 9.9 voor efficiency en besparing met verschillende frameafmetingen die gebruik maken van verschillende spanningen en fasen om in de koelbehoeften van een datacentrum te voorzien. De EcoBreeze biedt niet alleen meerdere types luchtbesparing, maar zijn modulaire ontwerp maakt het mogelijk dat de unit zich aanpast aan de toekomstige koelbehoeften van het datacentrum. Door deze eigenschappen, gecombineerd met het feit dat de unit buitenlucht gebruikt en automatisch kan omschakelen naar de meest efficiënte koelmodi, bekleedt de EcoBreeze een bijzondere plaats ten opzichte van andere koeloplossingen. De EcoBreeze is verkrijgbaar in individuele modules van 50 kw die kunnen worden gegroepeerd in vier modules (200 kw) of in acht modules (400 kw) voor intelligent koelen. Door deze modulaire, schaalbare benadering hoeft er alleen te worden aangeschaft wat nodig is om te voldoen aan de huidige koelbehoeftes, terwijl er tevens de mogelijkheid is de koelcapaciteit op enig moment te vergroten, wanneer het datacentrum groeit. Dit systeem met verschillende modules levert redundantie voor cruciale componenten, zoals ventilatoren, pompen, controllers en sensoren om de single-point-storing van module-naar-frame-niveau te minimaliseren en zelfs tijdens onderhouds- en service-intervallen de beschikbaarheid van het systeem te garanderen. Stroom-, water-, luchtstroomdistributie en communicatieverbindingen zijn ten opzichte van het frame gecentraliseerd, waardoor de installatievereisten worden vereenvoudigd. Bovendien, aangezien de unit zich buiten het datacentrum bevindt, heeft de EcoBreeze geen lege ruimte nodig in het datacenter. Daardoor kunnen IT-managers de ruimte benutten om de capaciteit te vergroten zonder ruimte op te offeren voor extra koelunits. Het frame is de behuizing en de algemene ondersteuningsinfrastructuur voor max. vier of acht modules. Het frame levert de componenten en subsystemen die nodig zijn om de watervoorziening naar en van de modules te ondersteunen voor indirect verdampende koeling. Basiseigenschappen van het frame-watersysteem omvatten: redundante pompen en debietmonitor, redundante suppletiewatervoorziening, reservoir aftappen en ontslikken, geleidbaarheid bewaken en controleren samen met een waterbehandeling zonder chemische producten. Het frame levert de interface tussen de hoofdstroomaansluiting en de stroomverdeling voor elke module. Deze stroomverdeling van de module is beschermd met overbelastingsbeveiliging en kan worden geïsoleerd op moduleniveau om modules te servicen of uit het frame te verwijderen. Het frame en zijn interface tussen elke module faciliteert de luchtverdeling tussen de kanalen van het gebouw die worden gebruikt voor retour- en toevoerlucht. 2

9 Het frame bevindt zich ook waar de dubbele mastercontrollers zijn geplaatst. Dubbele mastercontrollers zorgen voor redundantie voor het systeem. Beide controllers zijn identiek en bewaken op dezelfde wijze alle modules en externe gebruikersinterfaces. Het verschil is alleen dat de werkende mastercontroller uitvoeringsopdrachten verzendt naar modules op basis van de verzamelde informatie. Module(s) Systeem Modules zijn volledig op zichzelf staande koelapparaten met de uitzondering van het watersysteem dat in het algemene frame zit voor ondersteuning van indirect verdampende koeling. Iedere module is in bepaalde mate autonoom en wordt ondersteund door zijn eigen integrale controller. Iedere module regelt de temperatuur van de toevoerlucht voor zijn eigen buitenlucht (OA) -ventilator en compressor. Als een module het contact verliest met de frame-mastercontroller, behoudt de module de laatste opdracht die van de frame-mastercontroller werd ontvangen en handhaaft de toevoerluchttemperatuur op het als laatste ontvangen instelpunt. Het systeem bestaat uit een frame en één of meer EcoBreeze-modules. Eigenschappen Basiskoelsequentie EcoBreeze is ontworpen voor het leveren van intelligente koeling met gebruik van een minimum hoeveelheid compressorenergie in de loop van een exploitatiejaar. Dit wordt mogelijk gemaakt door het gebruik van het natuurlijke warmte-uitwisselingsproces via een lucht-luchtwarmtewisselaar. Het warmteoverdrachtproces kan worden uitgebreid met indirect verdampende koeling, waardoor wordt geprofiteerd van de natteboltemperatuur van de buitenlucht in plaats van de hogere drogeboltemperatuur van de buitenlucht. De balans van thermische energie die niet wordt geaccommodeerd binnen de lucht-lucht-warmtewisselaar, wordt verwijderd met een DX-systeem dat een integraal onderdeel uitmaakt van iedere module die het systeem bevat. De werkende mastercontroller is een onderdeel van het EcoBreeze Indirect Evaporative Cooler (IEC, EcoBreeze indirecte verdampingskoeling) -frame. Deze bewaakt de differentieeldruk van het datacentrum zoals wordt gedetecteerd tussen koelluchttoevoer en de warme retourlucht, en bedient de IT-apparatuur binnen de IT-omgeving. De snelheid van IT-ventilatoren wordt, indien nodig, geregeld om het differentiële instelpunt van de druk te handhaven. Het regelen van het instelpunt gebeurt door middel van een door de gebruiker af te stemmen proportionele, integrale algoritme (PI) cyclus. De fysieke verklikpunten voor differentieeldruk bevinden zich in de aanvoer- en retourstuwruimte van het frame, datacenterkoelaanvoer en hete retourluchtstuwruimtes en verspreid over insluitinggrenzen op basis van rijen. 3

10 Selectieopties Economizer De master controller van het frame biedt de gebruiker de mogelijkheid de werking van de waterbespaarder te selecteren. Normaal gesproken geeft de framecontroller de voorkeur aan de natte werking (water) boven de droge werking (OA, alleen ventilatoren). Door de waterbesparingmodus in te schakelen kunt u de framecontroller opdragen om een minimale hoeveelheid water te gebruiken. Deze selectie kan minder waterverbruik tot gevolg hebben ten kosten van gestegen OA-ventilatorenergie. Warmte-uitwisseling lucht-lucht De buitenluchtventilatormodule wordt gebruikt om de omgevingslucht te verplaatsen, gebruikt als het koelmiddel, over de lucht-lucht-warmtewisselaar en condensatorspiraal. De ventilator wordt geregeld via een Modbus-interface met de modulecontroller. Wanneer de omgevingsluchttemperatuur lager is dan 4,4 C (40 F), wordt het systeemwater geloosd om bevriezing te voorkomen of wordt het geloosd na 24 uur (instelling door gebruiker aan te passen) na een werking zonder stuifwater. Er zijn alleen ventilatoren nodig om de lucht te verplaatsen. Er gaat koele lucht langs de buitenkant van de warmtewisselaarkanalen, waardoor de hete IT-lucht die in de warmtewisselaarkanalen stroomt, wordt gekoeld. Indirect verdampende koeling (IEC) Het sproeiapparaat bevochtigt het buitenoppervlak van de warmtewisselaar en koelt het tot de natteboltemperatuur van de buitenlucht. Het binnenoppervlak van de warmtewisselaar is een leiding waardoor de te koelen lucht wordt getransporteerd naar het warmtecontact met het koelmiddel van het buitenoppervlak. Warmte wordt uit de IT-lucht gehaald door water op de buitenkant van de warmtewisselaarkanalen te verdampen. Er wordt evenredig water verspreid over de warmtewisselaarkanalen via sproeimondstukken. Behoudt het aanpasbare instelpunt van de IT-toevoerlucht. Waterbesparingmodus Het regelsysteem van de EcoBreeze heeft een waterbesparingmodus. Wanneer de waterbesparing op On (Aan) is ingesteld, wordt de werking van het watersysteem opgeschort zodra de droge werking aan de koelvraag kan voldoen. Dit kan een aanzienlijk hogere omgevingsluchttemperatuur zijn dan de normale 40 F-overgang naar droog. Het gevolg van deze actie zal een ventilatortoerental voor de buitenlucht zijn waardoor er meer energie wordt verbruikt. In de meeste gevallen zal de meest zuinige werkmodus de fabrieksinstelling zijn waarbij de waterbesparing op Off (Uit) is ingesteld. 4

11 Proportionele DX-koeling Tijdens normale bedrijfsomstandigheden is de effectiviteit van de IEC alleen mogelijk niet voldoende om de gewenste toevoerluchttemperatuur te verkrijgen. Tijdens deze periodes zullen sommige modules hun compressoren hebben ingeschakeld om de benodigde extra koeling te leveren. De werkende frame-mastercontroller berekent het benodigd aantal compressoren, terwijl deze de vermogensregeling van de compressor toestaat zo dicht bij het middelpunt te werken als mogelijk is. Een compressor met een variabel toerental in combinatie met een elektronisch, thermisch expansieventiel voorziet in een optimale efficiency. Levert verdampende koeling om het instelpunt van de toevoerlucht te handhaven. Ontworpen voor 60% van het nominale volledige vermogen. Gebruikt het koelmiddel R410a. Condensatorspiraal met microkanalen gecoat voor gebruik in ruwe omgevingen. Basissysteemwerking met gebruik van HACS en een verhoogde vloer Hete lucht van de servers wordt geregeld via Hot Aisle Containment Systems (HACS, Afsluitsysteem voor hete gangpaden). De hete lucht stijgt naar de plafondstuwruimte en komt terug in het retourleidingwerk van de EcoBreeze. De IT-lucht wordt vervolgens gekoeld en teruggetransporteerd naar het datacenter door een stuwruimte in de verhoogde vloer of via koudegangpadafvoerbuizen als er geen verhoogde vloer wordt gebruikt. De koele lucht wordt door geperforeerde tegels gestuurd in de voorzijde van de serverrekken en gebruikt om de servers op een veilige bedrijfstemperatuur te houden. Basissysteemwerking met gebruik van RACS zonder verhoogde vloer Hete lucht van de servers wordt geregeld via leidingwerk dat op de rekken is aangesloten. De hete lucht stijgt naar de plafondstuwruimte en komt terug in het retourleidingwerk van de EcoBreeze. De IT-lucht wordt gekoeld en teruggetransporteerd naar het datacenter via koudegangpadafvoerbuizen. Door de uitstroming van de afvoerbuizen wordt er lucht door het koude gangpad gestuurd. 5

12 Condensatorspiraal vorstdetectie en -preventie De condensatorspiraal is bovenop de modulekast bevestigd en is blootgesteld aan de elementen. Mogelijk wordt deze gedeeltelijk geblokkeerd als gevolg van sneeuw en ijs. De moduleframecontroller detecteert een belemmering door de prestaties van de IECwarmtewisselaar op iedere module te bewaken. Wanneer de omgevingstemperatuur lager is dan 0 C (32 F) en er een belemmering wordt gedetecteerd, draagt de controller de buitenluchtventilator op om gedurende één minuut op het maximale toerental te werken. Als de belemmering niet wordt opgelost, wordt het ventilatortoerental verlaagd tot 50%, start de compressor en werkt gedurende zes minuten op een toerental van 50 Hz. Bovendien worden de binnen-it-ventilatoren tijdens de ontdooiwerking van de compressor ingesteld op het maximale toerental. De ontdooisequentie van de compressor voor een module wordt niet vaker uitgevoerd dan één maal per uur. Als beide methodes mochten falen om een normale kracht versus snelheid te verwezenlijken, wordt er een "IEC Performance Degradation Alarm" (IEC-alarm wegens verlaagde prestaties) door de controller gegeven. Als de omgevingstemperatuur hoger is dan 0 C (32 F) en de controller een belemmering detecteert, wordt er onmiddellijk een "IEC Performance Degradation Alarm" door de controller afgegeven. Veiligheidscontact deur Om blootstelling aan bewegende apparatuur en gedeeltes van de module die een positieve druk hebben, te voorkomen zijn de toegangsdeur van de luchtventilator binnen en de toegangsdeur van de verdamperspiraal verzoen van veiligheidscontactschakelaars. De modulecontroller bewaakt de status van de schakelaar. Als er een opening van een veiligheidscontact wordt gedetecteerd wanneer de module offline is, wordt er voor de geopende deur een waarschuwingssignaal gegenereerd. Als er een deur wordt geopend, terwijl de module werkt, wordt er een alarm gegenereerd en stoppen de ventilatoren. De ventilatoren keren terug naar de normale werking nadat de deur gedurende vijf minuten is gesloten. 6

13 SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS SUPPLY BLOWER ACCESS COIL ACCESS Configuratie Modules Frame De EcoBreeze bestaat uit max. acht identieke modules die in een gewoon frame zijn gehuisvest. Deze modules zijn volledig op zichzelf staande koelapparaten met uitzondering van een watersysteem dat in het gewone frame zit voor ondersteuning van indirect verdampende koeling (IEC). Iedere module is in bepaalde mate autonoom en wordt ondersteund door zijn eigen integrale controller. Het regelen van de modules is de taak van de mastercontroller die zich in het frame bevindt. Elk 12 meter (40 vt) -frame kan max. acht modules huisvesten. Elk 6 meter (20 vt) -frame kan max. vier modules huisvesten. Het frame regelt het gewone watersysteem om de indirect verdampende koelingmodus te ondersteunen. Het frame distribueert stroom van het elektriciteitsnet naar de modules. De frame-mastercontrollers verzamelen alle sensorinformatie, met inbegrip van de temperatuur en vochtigheid van de buitenlucht, differentieeldruk van de toevoerlucht, reservoirniveau en watergeleidbaarheid. De controllers verzamelen statusinformatie voor alle digitale ingangen, met inbegrip van aanvoerwaterdruk, status op afstand werken/stoppen en de isolatiedemperschakelaar. Deze openen/sluiten digitale relaisuitgangen, met inbegrip van de stroom van de twee pompen en de elektrische aansluitkast in-/uitschakelen, de twee elektromagnetische kleppen van het reservoir in-/uitschakelen, de ontslikking van de aftapsolenoïdeklep in-/uitschakelen, de aftapsolenoïdeklep in-/uitschakelen, de pomp voor de sensoren van het reservoirpeil in-/uitschakelen, het alarmcontact in-/uitschakelen en de isolatiedemperschakelaar openen/sluiten. Framecontrollers hebben een communicatiepoort die Modbus RTU for Building Management Systems (BMS, Modbus RTU voor gebouwbeheerssystemen) ondersteunen en een poort voor een Controller Area Network (CAN) voor communicatie tussen modules. na3455a 7

14 Ingebruikname GEVAAR GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK, EXPLOSIE OF VLAMBOOG Schakel alle voeding van deze apparatuur uit voordat u werkzaamheden aan de apparatuur uitvoert. Alle werkzaamheden aan de elektriciteit moeten worden uitgevoerd door gediplomeerde elektriciens. Procedures voor blokkeren/voorzien van waarschuwingslabels. Draag geen sieraden tijdens werkzaamheden aan elektrische apparatuur. Het negeren van deze instructies heeft overlijden of ernstig letsel tot gevolg. WAARSCHUWING GEVAAR VOOR APPARATUUR OF PERSONEEL Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door personeel dat door Schneider Electric is gemachtigd. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk overlijden, ernstig letsel of schade aan de apparatuur tot gevolg. BINNENKANT ONDER DRUK LET OP Wees voorzichtig bij het openen van deuren; met name bij de ventilatoren. Door de inwendige druk kunnen de deuren snel naar buiten openen. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk ernstig letsel of schade aan de apparatuur tot gevolg. LET OP ONOPZETTELIJKE WERKING APPARATUUR Schakel het systeem uit, koppel alle stroombronnen af en schakel de stroom uit alvorens werk uit te voeren aan de ventilatoren. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk ernstig letsel of schade aan de apparatuur tot gevolg. 8

15 Inspectiechecklists Eerste inspectie Met de initiële inspectie wordt nagegaan of het apparaat correct werd geïnstalleerd, of de locatie van de koelunit correct werd voorbereid en of de koelunit niet is beschadigd. GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK GEVAAR Om mogelijk persoonlijk letsel of overlijden te voorkomen moet het vergrendelmechanisme van de toegangsdeur opnieuw worden aangebracht nadat een compartiment voor inspectie of servicevereisten werd betreden. Het negeren van deze instructies heeft overlijden of ernstig letsel tot gevolg. LEIDINGWERK ONDERDRUK WAARSCHUWING De koelunit werkt onder druk. Neem de nodige veiligheidsvoorzorgsmaatregelen wanneer u meters aankoppelt of aan leidingen werkt. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk overlijden, ernstig letsel of schade aan de apparatuur tot gevolg. Zorg ervoor dat: De installatieprocedure is voltooid volgens de vereisten van de installatiehandleiding. De informatie op het naamplaatje van het frame, de systeemconfiguratie en de identificatie van de module worden geregistreerd. Dat de structuur aan buiten- of binnenzijde, plaatmetaal, motoren, pompen, spiralen, bedrading, dempers, enz. vertonen geen tekenen van schade. De vrije ruimte rondom de apparatuur in overeenstemming is met plaatselijke en nationale codes en richtlijnen, alsmede met deze installatiehandleiding. De leidingwateraansluitingen van het aanvoerwater, externe vorstbescherming, afvoerleidingwerk en aansluitingen, routering voldoen aan de plaatselijke en landelijke normen en voorschriften. Het leidingwerk van de aanvoer- en retourlucht van iedere module wordt geïnspecteerd; controleer of leidingen correct zijn geopend of gesloten; controleer op spleten/luchtlekkage bij het leidingwerk buitenshuis. Het serviceplatform is geïnstalleerd en er is voldoende ruimte om service uit te voeren en in overeenstemming met plaatselijke en landelijke normen. Het EcoBreeze-frame correct is geplaatst en geborgd met gebruik van TANDEMLOC VI-SOklemverbindingen. Retour- en aanvoerleidingen zijn geïnstalleerd en zijn correct bevestigd aan de koelapparatuur. De verpakkingsmaterialen zijn verwijderd. Er geen los vuil in de apparatuur zit. Wateranalyse is uitgevoerd en instellingen zijn aangepast. 9

16 Checklist elektrische inspectie Tijdens de elektrische inspectie wordt nagegaan of alle elektrische aansluitingen veilig en correct zijn en of het apparaat goed is geaard. ELEKTRICITEITSRISICO LET OP Alle elektrische bedrading moet voldoen aan landelijke en plaatselijke regelgeving en voorschriften. De apparatuur moet geaard zijn (gebruik geen waterleidingmassa). Het negeren van deze instructies heeft mogelijk letsel of beschadiging van de apparatuur tot gevolg. Zorg ervoor dat: De binnenkomende spanning overeenkomt met de op de naamplaat vermelde fase en spanning. De elektrische bedrading voldoet aan de plaatselijke en landelijke wet- en regelgeving. Het apparaat goed is geaard. De elektrische aansluitingen goed vastzitten, met inbegrip van impulsgevers, aansluitblokken, controllers, schakelaars, relais, externe apparatuur en uitwendige aansluitingen. De bedrading naar de pompmotoren en de waterbehandelingsysteem wordt gecontroleerd. Aftakking netstroom voldoende is gedimensioneerd voor de unit. De hoofdelektriciteitsaanvoer naar behoren is bedraad naar de stroombron en het frame. Het afstandsinterfacepaneel is bevestigd en bedraad op het frame. De plaatselijke bedrading is geïnstalleerd voor (optionele) Modbus, alarmcontact en externe uitschakeling, zoals van toepassing is. 10

17 Mechanische inspectie Tijdens de mechanische inspectie wordt nagegaan of alle mechanische onderdelen en aansluitingen veilig zijn en goed vastzitten. INSTALLATIE LEIDINGWERK KENNISGEVING Verkeerd installeren van de leidingen kan de onjuiste werking van de koeleenheid tot gevolg hebben. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk beschadiging van de apparatuur tot gevolg. Zorg ervoor dat: De mechanische aansluitingen goed vastzitten. De ventilatoren vrij ronddraaien en de bladen niet zijn vervormd of verbogen. De buisfittingen goed vast zitten. Sproeimondstukken geen vuil bevatten en er geen blokkades zijn. Wateraanvoerkleppen open zijn. De stroming van het water correct is, op basis van de prestatievereisten van het systeem. De ter plaatse geïnstalleerde afscheiders en buizen in overeenstemming zijn met de installatiehandleiding; De zeefelementen zijn aangebracht in de watertoevoercyclus. De correcte praktijken voor het leidingwerk werden gerespecteerd. Het leidingwerk naar behoren wordt ondersteund. Veld-geïnstalleerde afnamekleppen open zijn. De leidingen goed zijn geïsoleerd. Deksels en afdekplaten zijn aangebracht. De aftapleiding minstens even groot is als de aftapaansluiting. De afvoerleiding naar behoren is geïnstalleerd en over een luchtweg beschikt. De wateraanvoer- en aftapkoppelingen dicht zijn en niet lekken. Het leidingwerk van het aanvoerwater over vorstbescherming beschikt. De mechanische aansluitingen goed vastzitten, met inbegrip van de rotolock-verbindingen van compressor. Alle deuren niet klemmen en goed sluiten. Alle belangrijke componenten (ventilatoren, motoren, dempers en spiralen), aanbouwdelen en bevestigingen geen schade hebben. Er geen tekenen zijn dat het koelmiddel uit een spiraal of uit leidingwerk lekt. De openingen voor de buitenluchtinlaat niet zijn geblokkeerd en niet zijn vervuild. De condensatorspiralen bij elke module niet zijn beschadigd of geblokkeerd. Het leidingwerk correct is gemonteerd en afgedicht. Trillingdemperpads voor het frame en leidingwerk naar behoren zijn geïnstalleerd. TANDEMLOC-klembevestigingen naar behoren zijn aangehaald. 11

18 Checklist gebruikersinterface Bij de inspectie van de gebruikersinterface wordt gecontroleerd of de sensoren en interne communicatiekoppelingen juist zijn geïnstalleerd. Zorg ervoor dat: De CAN is aangesloten op iedere module en de Bus eindigt op elk einde. Het gebouwbeheerssysteem correct is aangesloten en een afsluitweerstand in de eindunit is bedraad. De instellingen voor het afstandsinterfacepaneel en in-/uitgangscontacten worden geconfigureerd. Opstartinspectie De startinspectie moet ervoor zorgen dat het apparaat goed werkt na de eerste opstartprocedure. Deze inspectie verifieert of alle bedrijfsmodi goed werken en of de koelunit gereed is voor normaal gebruik. Controleer, terwijl het apparaat in werking is, of: De modules in elke werkmodus zijn vrij van defecten waaronder waterlekkages, ongebruikelijke trillingen of andere onregelmatigheden. Het stroomverbruik zich binnen de classificaties bevindt. Registreer de stroom bij de netstroomaansluiting van de hoofdstroomonderbreker. Registreer het huidige stroomverbruik op de belaste kant van elke stroomonderbreker dat voor elke module gebruikt wordt. Vergelijk de stroomonderbrekerinstelling voor iedere module met de feitelijk gemeten stroom en het amperage bij volledige belasting van de module om te verifiëren of dit stroomverbruik aanvaardbaar is. De ventilatoren binnen- en buitenshuis naar behoren werken. Terwijl DX in de koelmodus staat, kunnen de aanvoer- en retourtemperaturen worden gecontroleerd. Het sproeipatroon correct is. Er is geen vuil in het waterscherm. Registraties van aanzuig- en lozingsdruk en temperatuursensor geregistreerd zijn. De luchtfilters schoon zijn en geen gruis bevatten. Het alarm "Filter verstopt" goed werkt. Bedek 1/3 van het filtergebied om het alarm te doen afgaan. van Laatste inspectie De eindinspectie verifieert of het systeem schoon is. Het startformulier is naar Schneider Electric verzonden. Zorg ervoor dat: Het systeem schoon is en geen gruis bevat. De deurafdichtingen en -vergrendelingen van de module werken. Het verpakkingsmateriaal op de juiste wijze wordt weggeworpen. Het opstartformulier werd ingevuld en naar Schneider Electric werd gestuurd. 12

19 Esc werking Controllers Redundantie controller Het framesysteem maakt gebruik van dubbele mastercontrollers: een hoofdmodule en een redundante module. De controllers zijn identiek en bewaken alle modules en externe gebruikersinterfaces. Alleen de werkende master verzendt uitvoeringopdrachten naar modules. De hoofdcontroller verzendt periodiek een bericht naar de redundante controller om zijn status aan te geven. Als de redundante controller niet gedurende een aantal opeenvolgende periodes een bericht heeft ontvangen, veronderstelt deze dat de rol van de mastercontroller niet goed is en geneert een alarm voor een controllerstoring. De redundante module gaat terug naar het regelen van de hoofdmodule, wanneer de redundante module een melding over de status ontvangt van de hoofdmodule. Module controllers De modulecontrollers zijn via CAN verbonden met elkaar en met de hoofd- en redundante controllers. Wanneer de modulecontrollers data verzamelen, worden deze verzonden naar de mastercontroller. Displayinterface Paneel interface afstandsdisplay De interfacekast voor het afstandsdisplay heeft een display dat wordt gebruikt om de EcoBreeze op afstand te besturen. De mastercontroller communiceert met de externe displayinterface via CAN. Onderdeel Beschrijving NEMA-huis Display LCD-touchscreen na3466a Esc Escapetoets Pijltoets Links Pijltoets Omhoog Pijltoets Omlaag Pijltoets Rechts Entertoets 13

20 Gebruik van de displayinterface Er zijn twee belangrijke gebruikersinterfaces: een grafische gebruikersinterface (GUI) en de Modbus-interface. De GUI is de mens-machine-interface. Dit is de lokale interface naar het systeem. De Modbus-interface is de machine-machine-interface. Dit is de externe interface naar het systeem. Statusschermen met automatische bladerfunctie Op de displayinterface worden automatisch en achtereenvolgens de volgende schermen met statusinformatie weergegeven. Statusscherm Weergegeven informatie 1 Actieve controller - MIM Tijd/Datum Contactnaam - onbekend Actie(f)(ve) alarm(en) - (knippert als er alarm werd geslagen) 2 Bedrijfsmodus - Uit/Aan Buitenlucht - F ( C) Vochtigheid buiten - % RH Instelpunt toevoerlucht - F ( C) Toevoerlucht - F ( C) Retourlucht - F ( C) 3 IEC-lucht - F ( C) Afsluiting DP - 00,0 Pa Compressorstroom - 0 kw IT-luchtdebiet - 0 CFM Waterpeil reservoir - 00,0 in 14

21 Menuschermen Druk op een statusscherm op de pijltoetsen > of < om het bovenste menuscherm te openen. Als de displayinterface gedurende een bepaalde periode niet-actief is, keert deze terug naar de statusschermen met automatische bladerfunctie. Naar de bovenste menulijst navigeren Druk op de toets OMLAAG (onderaan het displaypaneel) om de gemarkeerde balk omlaag te verplaatsen naar de lijst met menuopties of selecteer de optie uit de lijst door met uw vinger op de optienaam te drukken. De pijlen Doorgaan (rechtsboven- en -onderaan het scherm) geven aan dat er extra menuopties beschikbaar zijn. Wanneer u naar de onderkant van het scherm hebt gebladerd, wordt de volgende pagina met hoofdmenuopties geopend. Druk op de toets OMHOOG onderaan het displaypaneel om terug te keren naar de vorige pagina van het hoofdmenu. Druk op ENTER om de geselecteerde menuoptie te bekijken. Druk op ESC om terug te keren naar het bladeren door de statusschermen. Operate View Frame Status View Module Status View Alarms Clear Alarms View Event Log Clear Event Log Esc Configure Frame Configure Modules Configure Display Configure Thresholds Configure Modbus Set Date & Time Set Passwords Esc Set Display Units Set Identification About EcoBreeze Esc na3653a 15

22 Tussen de submenu's navigeren Operate View Frame Status View Module Status View Alarms Clear Alarms View Event Log Clear Event Log Esc U selecteert de hoofdmenuoptie door op de toets ENTER te drukken. Het scherm dat wordt geopend, is een submenuoptie. Op de afbeelding is de menuoptie Datum & tijd instellen geselecteerd. Op de submenupagina is het mogelijk wijzigingen door te voeren. Druk op ENTER om het gemarkeerde vak voor elke verandering van de datum en tijd te verplaatsen. Druk op de toetsen OMHOOG of OMLAAG om de toename te wijzigen. AM of PM kunt u ook aapassen via de toetsen OMHOOG en OMLAAG. Configure Frame Configure Modules Configure Modbus Configure Thresholds Set Date & Time Set Passwords Set Display Units Esc Date & Time 01/02/ :00:50 AM Esc na3654a Wachtwoorden Pad: Hoofdmenu > Wachtwoorden instellen De standaardwachtwoorden voor de displayinterface. Toegang tot de werking: 0 Een wachtwoord van 0 betekent Geen bescherming. Er kan een wachtwoord worden ingesteld om onopzettelijke uitschakeling van het systeem te voorkomen. Toegang tot het apparaat: 9 Voor gebruikers die basis- en omgevingsinstellingen dienen te wijzigen. Toegang Admin: 9 Voor gebruikers die geavanceerde opties dienen te wijzigen of instellingen te veranderen die de componenten in het systeem regelen. Wanneer u probeert om instellingen te wijzigen, verschijnt er een bericht op het display dat u om uw wachtwoord verzoekt. Druk op ENTER. Gebruik bij het invoeren van uw wachtwoord de toetsen OMHOOG of OMLAAG om door de getallen te bladeren. Druk bij het gewenste getal op ENTER om uw wachtwoord in te dienen. Het wachtwoordbereik van de displayinterface is van tot Gebruik de toetsen OMHOOG of OMLAAG om een wachtwoord te wijzigen om het gemarkeerde vak naar het gewenste type wachtwoord te verplaatsen. Druk op ENTER. Het gemarkeerde vak zal gaan knipperen om aan te geven dat het gereed is voor uw invoer. Druk op de toetsen OMHOOG of OMLAAG om het wachtwoord te wijzigen. Wanneer u gereed bent, drukt u op ENTER om de wijziging op te slaan. Druk op ESC om de pagina te verlaten. Zie "Ingebouwde displaymenu's" op pagina 19 voor informatie over het instellen van een time-out voor het wachtwoord. 16

23 Het systeem opstarten Pad: Hoofdmenu > Bediening > Aan/uit Om het systeem vanaf het statusscherm met bladerfunctie te starten drukt u op de RECHTERtoets, selecteert u de optie Operate (Bedienen) op de lijst en drukt u op de toets ENTER. OPMERKING: als het toegangswachtwoord voor Bedienen geen nul is, verschijnt het wachtwoordscherm nadat er op ENTER is gedrukt. Het scherm verandert naar Operate Off (Bedienen uit). Druk op ENTER om Off te selecteren. Het gemarkeerde vak rond het woord Off begint te knipperen. Druk op de toets OMHOOG om de instelling naar On te wijzigen. Druk op ENTER om de wijziging te bevestigen. Het systeem werkt nu volgens de huidige instellingen. Druk op ESC om terug te keren naar het vorige scherm. Het systeem afsluiten Pad: Hoofdmenu > Bediening > Aan/uit Druk op de toets RECHTS, selecteer Bediening, druk dan op ENTER om het systeem te stoppen. Het scherm verandert naar Operate On (Bedienen aan). Druk op de toets OMLAAG om de instelling naar Off te wijzigen. Druk op ENTER om de wijziging te bevestigen. Het systeem schakelt zichzelf uit. Druk op ESC om terug te keren naar het vorige scherm. Datum en tijd instellen Pad: Hoofdmenu > Datum & tijd Selecteer Datum & tijd uit het hoofdmenu. De wijzigingen kunnen op de pagina van het submenu worden doorgevoerd. Druk op de pijltoets RECHTS om het gemarkeerde vak voor elke verandering van de datum en tijd te verplaatsen. Druk op de toets OMHOOG of OMLAAG om de verhoging te wijzigen. AM of PM kunt u ook aapassen via de toets OMHOOG of OMLAAG. Zie de afbeelding op "Tussen de submenu's navigeren" op pagina 16. Zie "Ingebouwde displaymenu's" op pagina 19 voor informatie over het instellen van de displaynotatie van datum en tijd. Weergave-eenheden op het display instellen Pad: Hoofdmenu > Weergave-eenheden display Deze informatie wordt beschermd door een wachtwoord. Selecteer om informatie in het Engelse of metrieke stelsel weer te geven. Identificatie instellen Pad: Hoofdmenu > Identificatie > Naam Deze informatie wordt beschermd door een wachtwoord. Voeg systeem- of informatie voor noodgevallen toe die uw installatie nodig heeft. De displayinterface kan max. 21 alfanumerieke karakters bevatten in de geselecteerde invoer. Gebruik de toetsen OMHOOG en OMLAAG om door de karakters te bladeren. Druk op ENTER om een karakter te selecteren. Gebruik de toetsen RECHTS en LINKS om naar de volgende karakterpositie te gaan. 17

24 Over EcoBreeze Pad: Hoofdmenu > Over EcoBreeze Dit is een scherm "Alleen lezen". Daarvoor is geen wachtwoord vereist. Het scherm geeft de versie- en revisieniveaus weer van de firmware die wordt gebruikt in de frame- en modulecontrollers. Over het frame HW-masker 481 v6.2 MIM App Herz. 1.X.X RIM App Herz. 1.X.X Over modules > Modulenr. Selecteer de module uit de lijst: De gemarkeerde balk staat op >> in de kolom Select (Selecteren). Druk op de toets OMHOOG of OMLAAG of druk op >> op het scherm om de module te selecteren die u wilt bekijken. HW-masker 480 v1.2 MIM App Herz. 1.X.X Druk op Prev... (vorige) links onderaan op het scherm om terug te keren naar de modulelijst of druk op ESC om terug te gaan naar het hoofdmenu. 18

25 Ingebouwde displaymenu's Er zijn instellingen die alleen beschikbaar zijn door naar het ingebouwde display te gaan voor de interface. Bepaal wijzigingen voor de configuratie en time-outvertragingen. Voer geen andere wijzigingen door in de ingebouwde menu's. Het netwerkstatusscherm Druk op de toetsen ENTER en LINKS en houd deze gedurende drie seconden ingedrukt om het netwerkstatusscherm te openen. Het wachtwoordscherm verschijnt. Het standaardwachtwoord is -12. Druk op ENTER, zodat het gemarkeerde vak gaat knipperen; druk daarna op de toets OMLAAG. Wanneer u bij -12 komt, druk dan opnieuw op ENTER en dan zal het menuscherm worden geopend. Network Status address status more local 99 OK >> node >> node >> node >> node >> node >> node >> Esc Network Status address status more local 99 OK >> node >> node >> node >> node >> node >> node >> Esc Network Status address status more local 99 OK >> node >> node >> node >> node >> node >> node >> Esc na3682a Dit zijn fabrieksinstellingen die niet mogen worden gewijzigd. Noteer de instellingen voor elk knooppunt. Dit zijn de instellingen die u gaat gebruiken, als de displayinterface moet worden vervangen. Druk op de pijltoetsen in de kolom More (Meer) om meer pagina's voor elk item te openen in de kolom Local (Lokaal). OPMERKING: door de instellingen te wijzigen worden de controllerdata van de module mogelijk niet meer toegankelijk voor de externe displayinterface. 19

26 Hoofdmenu Druk op >> bovenaan van de uiterst rechterkolom (Address Status Mode) op het scherm om het hoofdmenu van de door u gewenste optie te bekijken. Selecteer Parameters om te wijzigen: Modus Beep (Piep): er weerklinkt een Piep bij het indrukken van een toets. 0 = geen piep 1-2 = volume Wachtwoordtime-out: seconden (standaard is 60). Als de bepaalde periode vanaf de laatste bewerking met het interfacedisplay is verstreken, dient het wachtwoord opnieuw te worden ingevoerd voor toegang tot de interfacemenu's. I/O-time-out: niet gebruikt. Time Char Separator: een karakter dat wordt gebruikt om de tijdvelden te scheiden. Network Status address status more local 99 OK >> node >> node >> node >> node >> node >> node >> Esc Date Char Separator: een karakter dat wordt gebruikt om de datumvelden te scheiden. OPMERKING: de andere parameters in het ingebouwde menu hebben geen invloed op de frame- of modulecontrollers. Gebruik geen ExpBus, Modbus, Digital I/O, of Werkelijke datum en tijd-menu's. Esc TM168DGB Parameters Contrast ExpBus Modbus Digital I/O Info Real date and time na3686a na3687a 20

27 Het frame configureren Het frame levert stroom van het kabelnet naar de modules en zijn mastercontrollers verzamelen alle sensorinformatie. Het frame levert ook het water naar en vanaf de modules. Het watersysteem wordt gebruikt om het buitenoppervlak van de warmtewisselaars van de indirecte verdampende koeling (IEC) te bevochtigen. Basiseigenschappen van het frame-watersysteem omvatten: redundante pompen en debietbewaking, redundante suppletiewatervoorziening, de basis voor aftappen en ontslikken, geleidbaarheidsbewaking en -regeling samen met een waterbehandeling zonder chemische producten. ALLEEN BEVOEGD PERSONEEL LET OP Het is slechts voor personeel dat door Schneider Electric is gemachtigd, toegestaan om procedures uit te voeren. Als u de instellingen niet op de correcte manier wijzigt, kan dit ernstige storingen en schade aan het systeem tot gevolg hebben. Deze instellingen mogen alleen worden gewijzigd door bevoegd onderhoudspersoneel. Het negeren van deze instructies heeft mogelijk letsel of beschadiging van de apparatuur tot gevolg. Zie de watersysteemhandleiding voor meer informatie. Pad: Hoofdmenu > Framestatus bekijken Metingen zijn zichtbaar in een gemarkeerd vak, wanneer het scherm verschijnt. Druk op ENTER om het scherm Meting te openen of druk op de toets OMLAAG om naar de volgende menuoptie te gaan en druk op ENTER om uw keuze te selecteren. Metingen: Buitentemperatuur: F/ C - de buitenluchttemperatuur. Vochtigheid buiten: % R.H. (relatieve vochtigheid) - De relatieve vochtigheid buiten. Aanvoertemperatuur: F/ C - de temperatuur van de geklimatiseerde lucht. Retourtemperatuur: F/ C - de temperatuur van de te klimatiseren lucht. IEC-luchttemperatuur: F/ C - de temperatuur van de indirect verdampte, gekoelde lucht. Ingesloten DP: Pa - de differentieeldruk die wordt gedetecteerd tussen de aanvoer- en retourlucht. Luchtstroom computers: CFM / L/s - het luchtvolume dat in de IT-ruimte stroomt. Compressorvermogen: kw - de snelheid waarop de EcoBreeze energie verbruikt om compressoren te laten werken. Geleidbaarheid water: us/cm - de geleidbaarheid van het water in het opslagreservoir. Waterpeil: in/cm - het waterpeil in het opslagreservoir. Dit is een scherm "Alleen lezen". Op deze pagina is het niet mogelijk enige instelling te wijzigingen. 21

28 De status van de Active Flow Controller (AFC, actieve debietcontroller) verschijnt binnen een gemarkeerd vak, wanneer het scherm wordt geopend. Druk op ENTER voor het openen van het AFC-scherm. ActiveFlowCtrl: HACS- of CACS-selectie AFC instelpunt Huidige ventilatortoerental AFC gaf opdracht aan IT voor ventilatortoerental Minimale en maximale groep-dp-lezing AFC sensorstatus Aantal AFC's AFC hoogteligging AFC lampentest AFC luchtdebietstatus AFC ModComm AFC deur AFC CANComm Slave mod-id Digitale I/O: Remote Run/Stop (Extern aan-/uitzetten): aan-/uitzetten. Alarmcontact: In-/uitgeschakeld Dit is een scherm "Alleen lezen". Op deze pagina is het niet mogelijk enige instelling te wijzigingen. 22

29 Run hours (bedrijfsuren): Pomp A: - 0 uur Pomp B: - 0 uur Waterbehandeling: - 0 uur Module 1 compressor Module 2 compressor Module 3 compressor Module 4 compressor Module 5 compressor Module 6 compressor Module 7 compressor Module 8 compressor IT ventilator 1 (iedere module) IT ventilator 2 (iedere module) OA ventilator (iedere module) Reset Run Hours (Bedrijfsuren resetten) Vanaf dit scherm is het mogelijk om naar Bedrijfsuren resetten te gaan. Dit gebeurt in het gemarkeerde vak, wanneer het scherm wordt geopend. To Reset Run Hours (Bedrijfsuren resetten). Druk op ENTER. Het wachtwoordscherm verschijnt. Druk op ENTER en voer uw wachtwoord in voor het apparaat of als Admin. Het volgende scherm geeft de opties weer voor welke het mogelijk is de bedrijfsuren te resetten. Pomp A Pomp B Waterbehandeling Module 1 compressor Module 2 compressor Module 3 compressor Module 4 compressor Module 5 compressor Module 6 compressor Module 7 compressor Module 8 compressor IT ventilator 1 (iedere module) IT ventilator 2 (iedere module) OA ventilator (iedere module) Selecteer uw keuze door met de gemarkeerde balk in de lijst omlaag te gaan met de pijltoets OMLAAG. Druk op ENTER voor het openen van het scherm Reset. Reset (option) Run Hours (Bedrijfsuren (optie) resetten) Voer Ja in om te bevestigen ESC om af te sluiten Yes/No (Ja/Nee) 23

30 No (nee) staat in het gemarkeerde vak op het scherm. Druk op ENTER, zodat het vak gaat knipperen. Druk dan op de toets OMHOOG om de instelling van No naar Yes te wijzigen. Druk op ENTER voor het opslaan van uw wijziging. Druk op ESC om terug te keren naar het selectiescherm voor opties. Pad: Hoofdmenu > Configure Frame (Frame configureren) Air Controls (Bedieningselementen lucht). (Er is een wachtwoord nodig voor een apparaat) Setpoints (Instelpunten) Supply Air (toevoerlucht): 20 C - 32,2 C (68-90 F) Afsluiting: 100,0 Pa (0,4 WC) Fan speed (Ventilatortoerental): 20% - het toerental van de IT-ventilatoren. Deze instelling is alleen van toepassing wanneer de IT-ventilatormodus is ingesteld op Manual (handmatig) (zie "Air Setup (Instelling lucht)" op pagina 25). De instelling Luchttoevoer staat in het gemarkeerde vak, wanneer het scherm wordt geopend. Verplaats het gemarkeerde vak in de lijst omlaag om de instelling te selecteren en druk op ENTER om deze te selecteren. Het vak gaat knipperen. Druk op de toets OMHOOG of OMLAAG om de instelling te wijzigen. Druk op ENTER om de instelling op te slaan. Druk op de toets OMLAAG om een andere aan te passen instelling te selecteren of druk op ESC om terug te keren naar het scherm Configure Frame (Frame configureren). Bedieningselementen Water. (Er is een wachtwoord nodig voor een apparaat) Lead Pump (Voorlooppomp): A of B Pri Water Src: A of B Drain Basin (reservoir aftappen): Het reservoir aftappen - wanneer deze menuoptie wordt geselecteerd, als het frame is uitgeschakeld (Operate = Off), wordt het reservoir afgetapt. Gebruik de toets OMHOOG of OMLAAG om het gemarkeerde vak naar uw keuze te verplaatsen en druk op ENTER om deze te selecteren. Het vak gaat knipperen. Druk op de toetsen OMHOOG of OMLAAG om de instelling te wijzigen. Druk op ENTER om de instelling op te slaan. Als u Drain Basin selecteert, wanneer er op ENTER wordt gedrukt, wordt het bevestigingsscherm geopend. Voer Ja in om te bevestigen ESC om af te sluiten Yes/No (Ja/Nee) No (nee) staat in het gemarkeerde vak op het scherm. Druk op ENTER, zodat het vak gaat knipperen. Druk dan op de pijltoets OMHOOG om de instelling van No naar Yes te wijzigen. Druk op ENTER voor het opslaan van uw wijziging. Druk op ESC om terug te keren naar het selectiescherm voor opties. 24