September Financieel advies. fiscale juridische financiële advieszaken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "September 2012. Financieel advies. fiscale juridische financiële advieszaken"

Transcriptie

1 September 2012 Financieel advies fiscale juridische financiële advieszaken

2 Inhoudsopgave Loon- en inkomstenbelasting Inlenen en uitlenen van arbeidskrachten sinds 1 juli gewijzigd...3 Vrijwaring van aansprakelijkheid...3 De gewijzigde voorwaarden voor algehele vrijwaring...3 Alternatief voor storting op G-rekening...3 De overgangsregeling...4 Naast certificering nu ook registratieplicht voor uitzendondernemingen...4 Handhaving registratieplicht door hoge boetes...5 Wie krijgt de boete?...5 Commentaar...5 Enkele IB- en LB-gevolgen van de Flex BV... 6 Stemrechtloze en winstrechtloze aandelen en aanmerkelijk belang...6 Wanneer heeft u een aanmerkelijk belang?...6 Uitbreiding aansprakelijkheid...7 Afschaffing minimumkapitaal...7 Conclusie...7 Schenken en erven Mantelzorgcompliment meer van belang dan u wellicht denkt... 7 Wanneer heeft u recht op het mantelzorgcompliment?...7 Zonder mantelzorgcompliment geen partnervrijstelling voor de erfbelasting...7 Voorwaarden...7 Commentaar...8 Omzetbelasting De BTW-verhoging van 1 oktober De BTW-verhoging...8 Overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen en verbouwingsdiensten...9 Overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen...9 Overgangsregeling ook voor verbouwingsdiensten...9 Commentaar...9 Anticipeer tijdig op de nieuwe BTW-factureringsregels...10 De gewijzigde factuurvereisten...10 Huidige factuurvereisten...10 Aanvullingen en wijzigingen per 1 januari Wie reikt de factuur uit?...11 Introductie van de vereenvoudigde factuur...11 Wanneer niet?...11 Versoepeling regels voor elektronisch factureren...11 Nationale factureringsregels bij grensoverschrijdende prestaties...12 Leveringen en diensten aan afnemers buiten de EU...12 Uitbreiding internationale controle facturen...12 Conclusie

3 Pensioen en lijfrente De pensioengevolgen van de invoering van de Flex BV...13 Nieuw DGA-begrip in de Pensioenwet...13 DGA sneller aansprakelijk bij pensioen eigen beheer...13 Commentaar...14 Sociale Zekerheid en Arbeidsrecht Voorkom en beperk de financiële risico s van zieke werknemers...15 Langer loon doorbetalen...15 Hogere WGA-premie bij publieke verzekering...15 Meer re-integratiekosten bij eigen risicodragerschap...15 Wanneer geen loonsactie en hogere WGA-premie of meer re-integratiekosten? Kosten rechtsbijstand...15 Recht op loon over opgebouwde vakantiedagen...16 Verplichtingen vanuit CAO s of individuele regelingen...16 Kosten arbodiensten...16 Tijdig handelen...16 Heeft uw werknemer een onbeperkt inzagerecht in zijn eigen personeelsdossier?...16 Wat houdt het inzagerecht in?...16 De uitzonderingen...16 De gegevens vormen geen bestand...17 Persoonsgegevens voor persoonlijke doeleinden...17 Bescherming van betrokkenen of van anderen...17 Bedenkingen tegen inzage door een derde...17 Conclusie...18 Ondernemingsrecht De Flex BV maakt meer maatwerk mogelijk...18 Betere kapitaal- en crediteurenbescherming...18 Minder kapitaalbeschermingsregels...18 Nieuwe regels voor uitkeringen aan aandeelhouders...18 Uitbreiding aansprakelijkheid...19 Meer mogelijkheden in het aandeelhouderschap...19 Maatwerk in aandeelhoudersrechten...19 Bestuurlijke wijzigingen...20 Facultatieve blokkeringsregeling...20 Commentaar...20 In deze brochure is de stand van zaken in wet- en regelgeving tot 20 augustus 2012 verwerkt. Hoewel ten aanzien van de inhoud de uiterste zorg is nagestreefd, kan niet volledig worden ingestaan voor eventuele (druk)fouten en onvolledigheden. Deswege wordt geen aansprakelijkheid aanvaard. 2

4 Loon- en inkomstenbelasting Inlenen en uitlenen van arbeidskrachten sinds 1 juli gewijzigd Leent u weleens arbeidskrachten in? Zo ja, dan is het voor u van belang om te weten dat op 1 juli jl. enkele belangrijke wijzigingen in het in- en uitlenen van arbeidskrachten zijn ingevoerd. Een van de wijzigingen beperkt onder voorwaarden het risico van inlenen. Deze wijziging heeft betrekking op de vrijwaring van de inlenersaansprakelijkheid. Daarnaast is op 1 juli de registratieplicht voor uitzendondernemingen van kracht geworden. Het uitlenen van arbeidskrachten is sindsdien aan strengere regels onderworpen. Het niet naleven van deze verplichting heeft gevolgen voor de uitzendondernemingen zelf maar ook voor u als inlener. Hierna gaan we eerst in op de wijziging in de vrijwaring van de inlenersaansprakelijkheid en daarna behandelen we de registratieplicht en de gevolgen voor inleners en uitleners. Vrijwaring van aansprakelijkheid Als u arbeidskrachten inhuurt van bijvoorbeeld een uitzendbureau, dan loopt u het risico dat de Belastingdienst u aansprakelijk stelt voor de loonheffingen en omzetbelasting als het uitzendbureau deze geheel of gedeeltelijk niet heeft betaald. U kunt de financiële gevolgen van een aansprakelijkstelling beperken door een deel van het factuurbedrag te storten op de G-rekening van de uitlener. Ondanks die storting kon u tot 1 juli jl. toch nog aansprakelijk worden gesteld. Namelijk, als achteraf bleek dat meer loonheffingen of omzetbelasting verschuldigd waren dan het bedrag dat u op de G-rekening van de uitlener had gestort. Daarin is sinds 1 juli jl. verandering gekomen. Sindsdien zijn de voorwaarden waaronder u als inlener aansprakelijk kunt worden gesteld gewijzigd. Als u aan deze gewijzigde voorwaarden voldoet, kunt u zich beroepen op de zogenoemde disculpatieregeling inlenersaansprakelijkheid. U wordt dan niet aansprakelijk gesteld. Oók niet als achteraf blijkt dat de uitlener te weinig loonheffingen of omzetbelasting heeft afgedragen. De gewijzigde voorwaarden voor algehele vrijwaring U moet aan de volgende voorwaarden voldoen om voor de algehele vrijwaring in aanmerking te komen: 1. de uitzendonderneming waarvan u arbeidskrachten inleent voldoet aan de NEN of de NEN norm en is opgenomen in het register van de Stichting Normering Arbeid (SNA). Meer hierover leest u verderop in deze bijdrage; 2. u stort 25% van het factuurbedrag (inclusief BTW) op de G-rekening van de in het SNA-register opgenomen uitzendonderneming. Als op de omzetbelasting de verleggingsregeling van toepassing is, stort u 20% van het factuurbedrag; 3. de betaling op de G-rekening voldoet aan de volgende voorwaarden: de factuur van de uitlener voldoet aan de eisen die de Wet op de omzetbelasting daaraan stelt; u vermeldt het nummer of het kenmerk van de overeenkomst waarop de factuur betrekking heeft; u vermeldt het tijdvak of de tijdvakken waarop de gefactureerde prestatie betrekking heeft; u vermeldt de benaming of het kenmerk van het werk. 4. bij betaling vermeldt u het factuurnummer en voor zover van toepassing, ook de andere identificatiegegevens van de factuur; 5. uw administratie is zodanig ingericht dat daarin de gegevens over de inlening, de manurenadministratie en de betalingen direct kunnen worden teruggevonden; 6. u kunt de identiteit van de ingeleende werknemer aantonen; 7. voor zover van toepassing kunt u aantonen dat de ingeleende werknemer over een geldige verblijfsof tewerkstellingsvergunning beschikt. Overigens zijn niet alle voorwaarden nieuw. Aan de voorwaarden genoemd in de punten 3 t/m 5 moest u als inlener ook voor 1 juli 2012 al voldoen. Aan de voorwaarden onder de punten 6 en 7 moet u voldoen bij een beroep op de matiging van het anoniementarief. Alternatief voor storting op G-rekening De Belastingdienst geeft jaarlijks een verklaring af aan beursgenoteerde uitzendondernemingen die de vereiste zekerheid hebben gesteld. U kunt deze 3

5 verklaring opvragen bij de uitzendonderneming. Als u over de verklaring van de uitzendonderneming beschikt, dan is het storten op de G-rekening niet vereist. De overgangsregeling Heeft u al voor 1 juli 2012 stortingen op de G-rekening gedaan, dan blijven daarop de oude regels van toepassing. Dat wil dus zeggen dat u als inlener vrijwaring kunt krijgen tot het bedrag dat u op de G-rekening van de uitlener heeft gestort. Dat geldt ook in het geval u na 1 juli stortingen op de G-rekening heeft gedaan, die betrekking hebben op tijdvakken vóór 1 juli De nieuwe regels zijn van toepassing op de stortingen op de G-rekening, die u na 1 juli 2012 heeft gedaan en die betrekking hebben op tijdvakken na 1 juli Naast certificering nu ook registratieplicht voor uitzendondernemingen Sinds 1 januari 2010 beperkt u als inlener de risico s van het inhuren van personeel door in zee te gaan met een gecertificeerd uitzendbureau. Het belang van de certificering is voor u vooral gelegen in de aansprakelijkheid voor de betaling van het wettelijk minimumloon en de minimumvakantiebijslag aan de uitzendkracht. De uitzendkracht heeft namelijk de keuze wie hij/zij aansprakelijk stelt: de inlener of het uitzendbureau. Daarbij hoeft de uitzendkracht niet eerst het uitzendbureau aan te spreken; hij/zij kan u als inlener direct aanspreken. De certificering is ontworpen door het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN). De mogelijkheid tot certificering staat open voor alle uitzendbureaus die zijn gevestigd in Nederland (NEN ) en voor in het buitenland gevestigde uitzendbureaus die zich op de Nederlandse markt begeven (NEN ). Een gecertificeerd uitzendbureau wordt periodiek gecontroleerd op de juiste en tijdige afdracht van loonheffingen en BTW en de naleving van de regels voor tewerkstelling van vreemdelingen en het betalen van het minimumloon. Verder is het gecertificeerd uitzendbureau opgenomen in het Register Normering Arbeid van de SNA. Deze registratie is ook voor de algehele vrijwaring van de inlenersaansprakelijkheid een voorwaarde (zie voorwaarde 1 hiervoor). Het certificaat is alleen geldig in combinatie met opname in dit register. U kunt het register inzien via internet ( U kunt als inlener daar een gedateerde verklaring downloaden. Zo kunt u bewijzen dat u zich, vóór de totstandkoming van de opdracht, ervan heeft vergewist in zee te gaan met een gecertificeerd uitzendbureau. Daarnaast zijn alle uitzendondernemingen per 1 juli 2012 verplicht om zich te laten registreren in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel. Ondernemingen met een vestigingsadres in Nederland waren tot 1 juli 2012 wel verplicht om zich in te schrijven bij het Handelsregister, maar ze waren daarbij niet verplicht om te vermelden dat zij personeel ter beschikking stellen. Sinds 1 juli jl. is daarin verandering gekomen. Alle uitzendondernemingen moeten zich als zodanig laten registreren. Onder het begrip uitzendondernemingen vallen niet alleen uitzendbureaus of andere ondernemers die tegen vergoeding bedrijfsmatig arbeidskrachten ter beschikking stellen, maar ook ondernemingen die slechts incidenteel personeel uitlenen. Een uitzendonderneming waarvoor de registratieplicht geldt, voldoet aan de volgende drie criteria: 1. de onderneming stelt arbeidskrachten ter beschikking aan een andere onderneming; 2. de onderneming die arbeidskrachten ter beschikking stelt, krijgt hiervoor een vergoeding van de onderneming waaraan de arbeidskrachten ter beschikking zijn gesteld; 3. de ter beschikkinggestelde arbeidskracht werkt onder leiding en toezicht van de onderneming waaraan hij/zij ter beschikking is gesteld. Voorbeeld ter verduidelijking U heeft door ziekte te maken met tijdelijke onderbezetting op uw administratie. Uw accountantskantoor stelt u tegen vergoeding een werknemer ter beschikking. Als die werknemer werkt onder uw leiding of toezicht, moet uw accountantskantoor zich laten inschrijven als onderneming die arbeidskrachten ter beschikking stelt. Een in Nederland gevestigde uitzendonderneming die aan de criteria voldoet, hoeft slechts eenmalig te checken of zij als uitzendonderneming in het Handelsregister staat ingeschreven. De uitzendonderneming is immers al verplicht ingeschreven, maar m isschien nog niet als zodanig. Als dat het geval is, dan moet zij dit alsnog melden en laten aanpassen. De vanuit het buitenland werkende uitzendondernemingen die op de Nederlandse markt actief zijn, of de zogenaamde mobiele uitzendondernemingen die geen vestigingsadres hebben, moeten zich ook als zodanig laten registreren in het Handelsregister. 4

6 Handhaving registratieplicht door hoge boetes Het inschakelen van een niet-geregistreerde uitzendonderneming heeft sinds 1 juli jl. niet alleen verstrekkende gevolgen voor de uitzendonderneming zelf, maar ook voor u als inlener. Als de Arbeidsinspectie vaststelt dat een uitzendonderneming niet is geregistreerd, dan legt zij zowel een boete op aan de uitzendonderneming als aan de inlener. De hoogte van de boete wordt onder meer bepaald door de ernst van de overtreding, zowel in maatschappelijk opzicht als in de mate waarin feitelijk schade is veroorzaakt (vermogensschade en/of lichamelijke en/of geestelijke schade). Daarnaast is voor de hoogte van de boete van belang dat het voordeel dat met de overtreding is behaald, teniet wordt gedaan en dat de hoogte de kans op herhaling beperkt. Tot slot wordt bij het vaststellen van de hoogte van de boete rekening gehouden met de draagkracht van - en daarmee de impact van de boete op - de betreffende persoon of onderneming. De boete neemt bovendien toe met het aantal aangetroffen uitzendkrachten van een nietgeregistreerde uitzendonderneming. De boete bedraagt de eerste keer , bij herhaling binnen 5 jaar en bij een derde overtreding binnen 5 jaar per uitzendkracht. Deze boetes komen bovenop de eventuele boetes voor het overtreden van de regels van de Wet minimumloon (Wml) en de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). Als u een werknemer inleent van een niet-geregistreerd uitzendbureau, dat bovendien ten onrechte niet beschikt over een tewerkstellingsvergunning, is de boete bij een eerste overtreding al per uitzendkracht. Ingeval van een rechtelijke procedure heeft de rechter bovendien de mogelijkheid om de boete in (hoger) beroep hoger vast te stellen. Die mogelijkheid had de rechter tot 1 juli 2012 niet. Het risico op een hogere boete moet dan ook de bereidheid terugdringen om een boete aan te vechten. Wie krijgt de boete? De boete wordt niet alleen aan de niet-geregistreerde uitzendonderneming opgelegd, maar ook aan de inlener die van deze onderneming uitzendkrachten heeft ingehuurd. De inlener kan alleen aan de boete ontkomen als hij/zij kan aantonen dat de uitzendonderneming op het moment van het sluiten van de overeenkomst was geregistreerd. De inlener doet er dus verstandig aan om voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst te controleren of de uitzendonderneming is geregistreerd en daarvan een bewijs te maken en te bewaren. Gaat u echter met een gecertificeerde uitzendonderneming in zee, dan hoeft u de registratieplicht niet te controleren, omdat alleen geregistreerde ondernemingen een certificaat kunnen krijgen. Een gecertificeerde uitzendonderneming is dus per definitie geregistreerd. Als u als inlener het ingehuurde personeel doorleent, dan moet u, naast de uitzendonderneming waarvan u personeel inleent, ook zelf als uitzendondernemer zijn geregistreerd. Als u of de uitzendonderneming niet is/zijn geregistreerd, dan krijgt ook de onder-inlener een boete. Commentaar Als u weleens arbeidskrachten inleent, dan zijn de genoemde wijzigingen voor u van groot belang. De algehele vrijwaring voor de inlenersaansprakelijkheid is van toepassing op stortingen op de G-rekening van de uitlener die u na 1 juli 2012 heeft gedaan en die betrekking hebben op tijdvakken na 1 juli Let wel, dit geldt alleen als u aan de per 1 juli jl. gewijzigde voorwaarden voldoet. Een van die voorwaarden betreft de registratie van de uitzendonderneming in het SNAregister. Daarmee sluiten de voorwaarden voor de algehele vrijwaring aan bij de sinds 2010 ingevoerde certificering van uitzendbureaus. De per 1 juli 2012 verplichte registratie voor alle uitzendondernemingen is de volgende stap in de strijd tegen fraude en illegaliteit in de uitzendbranche. De invoering van de certificering en de registratieplicht voor uitzend- 5

7 ondernemingen is vooral bedoeld om u als inlener nog meer te stimuleren om met een gecertificeerde en geregistreerde uitzendonderneming in zee te gaan. Zo moeten de malafide uitzendondernemingen op een zijspoor worden gezet. Als u in zee gaat met een niet gecertificeerd uitzendbureau, loopt u het risico dat u hoofdelijk aansprakelijk wordt gesteld voor de uitbetaling van het wettelijk minimumloon en de minimumvakantiebijslag van de uitzendkracht. Sinds 1 juli jl. komen daar de forse boetes bij die worden uitgedeeld als u een overeenkomst met een niet-geregistreerde uitzendonderneming bent aangegaan. U doet er daarom verstandig aan om eerst na te gaan of de uitzendonderneming waarmee u een overeenkomst wilt sluiten, wel gecertificeerd en in ieder geval is geregistreerd is. Enkele IB- en LB-gevolgen van de Flex BV In de rubriek Ondernemingsrecht van dit Financieel Advies kunt u lezen over het nieuwe BV-recht dat op 1 oktober 2012 in werking treedt. Dit heeft niet alleen privaatrechtelijke, maar ook fiscale gevolgen. Hierna behandelen we enkele gevolgen voor de loon- en inkomstenbelasting. Stemrechtloze en winstrechtloze aandelen en aanmerkelijk belang Het nieuwe BV-recht introduceert stemrechtloze en winstrechtloze aandelen. Het aandelenbezit in een BV kan voor de inkomstenbelasting kwalificeren als een vermogensbestanddeel van de rendementsgrondslag van box 3, of als een aanmerkelijk belang in box 2. Als u geen aanmerkelijk belang heeft, dan wordt jaarlijks het fictief rendement (4%) van de waarde van uw aandelenbezit op de waardepeildatum van 1 januari tegen 30% belast in box 3. De eventueel ontvangen dividenden zijn dan onbelast. Dat geldt ook voor de winst bij verkoop van uw aandelen. Heeft u wel een aanmerkelijk belang, dan worden de dividenduitkeringen maar ook de eventuele verkoopwinst tegen 25% belast in box 2 van de inkomstenbelasting. Daarnaast kunt u dan te maken krijgen met progressieve belastingheffing van box 1. Als u als aanmerkelijkbelanghouder namelijk vermogen ter beschikking stelt aan uw BV (bijvoorbeeld een vordering of een pand), dan worden de rendementen progressief belast in box 1 op grond van de terbeschikkingstellingsregeling. De aanwezigheid van een aanmerkelijk belang in een BV waarin een onderneming wordt gedreven (dus geen beleggings- BV), opent bovendien de mogelijkheid om van de bedrijfsopvolgingsregeling in de inkomstenbelasting gebruik te maken. Hierdoor kunt u uw aandelen onder voorwaarden belastingvrij overdragen. Vraag uw adviseur naar de voorwaarden. Als u aanmerkelijkbelanghouder bent van een BV waarvan u ook werknemer bent, dan moet u bovendien voor de loonheffing uzelf een fictief loon toekennen van in beginsel ten minste Tenzij u aannemelijk kunt maken dat een lager loon gebruikelijk is bij vergelijkbare werknemers die geen aanmerkelijk belang hebben. Wanneer heeft u een aanmerkelijk belang? U heeft een aanmerkelijk belang als u al dan niet tezamen met uw fiscale partner ten minste 5% bezit van het geplaatste aandelenkapitaal. Hiervan kan ook sprake zijn als u van een bepaald soort aandelen 5% van het geplaatste aandelenkapitaal heeft. Winstrechtloze en stemrechtloze aandelen worden als een afzonderlijke soort aandelen aangemerkt. Dat geldt ook voor aandelen met een beperkt winstrecht of een beperkt stemrecht. Aandelen die zich alleen van andere aandelen onderscheiden door bepaalde bijzondere benoemingsrechten, vormen geen aparte soort. Uw belastingadviseur kan u precies vertellen om welke bijzondere benoemingsrechten het hier gaat. Bent u aandeelhouder van gewone aandelen, dan wijzigt de uitgifte van stemrechtloze of winstrechtloze aandelen uw aanmerkelijkbelangpositie ten aanzien van die gewone aandelen dus niet. Maar heeft u een aanmerkelijk belang in gewone aandelen en zet u die aandelen om in een soortaandeel (bijvoorbeeld in stemrechtloze of winstrechtloze aandelen), dan is mogelijk sprake van een belaste vervreemding in box 2. Zelfs als het percentage aandelenbezit nadien niet is gewijzigd. Het kan ook zo zijn dat u geen aanmerkelijk belang heeft voor de gewone aandelen, maar dat de uitgegeven winstrechtloze of stemrechtloze aandelen zelf wel een aanmerkelijk belang vormen. Hierdoor krijgt u dan toch te maken met de genoemde fiscale gevolgen. Uitbreiding aansprakelijkheid Het nieuwe BV-recht breidt de aansprakelijkheid uit bij ondoordachte winstuitkeringen aan aandeelhouders. Daarvan is sprake als de directie een winstuitkering heeft goedgekeurd, waarvan achteraf blijkt dat zij ten tijde van de winstuitkering wist of kon weten dat de BV daardoor niet meer aan haar directe betalingsverplichtingen zou kunnen voldoen. Ieder directielid wordt dan persoonlijk aansprakelijk gesteld voor het tekort. Dit tekort vormt voor het directielid negatief 6

8 loon. Daarnaast kunnen vanaf 1 oktober a.s. ook de aandeelhouders achteraf aansprakelijk worden gesteld voor de onterechte winstuitkering. Zij moeten dan de ontvangen uitkering terugbetalen. Heeft u in dat geval een aanmerkelijk belang, dan kunt u de terugbetaling aanmerken als een verlies uit aanmerkelijk belang in box 2. Valt uw aandelenbezit in box 3, dan verlaagt het bedrag van de terugbetaling de rendementsgrondslag in box 3 in het volgende jaar. Afschaffing minimumkapitaal Het verplichte minimumkapitaal van wordt per 1 oktober afgeschaft. Als u het minimumkapitaal al heeft gestort, dan kunt u dat onder voorwaarden onbelast laten terugbetalen. Vraag uw belastingadviseur waaraan u moet voldoen. Conclusie Het mag duidelijk zijn: de komst van de Flex BV heeft ook gevolgen voor de loon- en inkomstenbelasting. Dat zijn overigens niet de enige fiscale gevolgen. Vraag uw adviseur ook eens naar de mogelijke gevolgen voor de vennootschapsbelasting en de overdrachtsbelasting. Als u gebruik wilt maken van de nieuwe mogelijkheden van de Flex BV, doet u er verstandig aan om ook even de fiscale gevolgen daarvan in kaart te laten brengen. Schenken en erven Mantelzorgcompliment meer van belang dan u wellicht denkt Een mantelzorger kan in aanmerking komen voor het zogenoemde mantelzorgcompliment van 200. Vindt u als mantelzorger de aanvraag teveel gedoe in verhouding tot het belang, dan heeft u de aanvraag wellicht aan u voorbij laten gaan. Maar als u mantelzorger van een ouder of kind bent, dan doet u er mogelijk toch verstandig aan om het compliment wel aan te vragen. Dat belang is wellicht groter dan u denkt. Hoe dat zit, leest u hierna. Wanneer heeft u recht op het mantelzorgcompliment? Het mantelzorgcompliment moet bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) worden aangevraagd. Het belastingvrije compliment wordt slechts aan één mantelzorger van de zorgbehoevende verleend en alleen als de zorgbehoevende een AWBZ-indicatie heeft voor extramurale zorg. Dit is zorg die onder de AWBZregeling valt, maar aan huis wordt verleend. Verder moet deze indicatie op of na 1 augustus 2009 zijn afgegeven door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of door Bureau Jeugdzorg voor minimaal 53 weken. Zonder mantelzorgcompliment geen partnervrijstelling voor de erfbelasting Een ouder en een kind kunnen voor de erfbelasting geen fiscale partners van elkaar zijn. Sinds 1 januari 2010 wordt hierop echter onder voorwaarden een uitzondering gemaakt, als u mantelzorg verleent aan uw ouder of uw kind. Als u fiscaal partner van elkaar bent, dan heeft u bij overlijden van de verzorgde ouder of kind recht op de partnervrijstelling van ruim Voorwaarden Eén van de voorwaarden om in een mantelzorgsituatie in aanmerking te komen voor de partnervrijstelling in de Successiewet, is de ontvangst van het mantelzorgcompliment in het jaar voorafgaand aan het overlijdensjaar van de verzorgde ouder of kind. Dit betekent dus dat het compliment jaarlijks moet worden aangevraagd en ontvangen, voor zolang de mantelzorgsituatie voortduurt. Heeft u het mantelzorgcompliment niet aangevraagd, dan loopt u deze partnervrijstelling dus sowieso mis. Maar heeft u het mantelzorgcompliment wel aangevraagd en tijdig ontvangen, dan moet u bovendien voldoen aan de voorwaarden die overigens aan het fiscaal partnerschap in de Successiewet worden verbonden. Die voorwaarden zijn: u en de verzorgde ouder of het verzorgde kind staan op hetzelfde adres ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA); u en de verzorgde ouder of het verzorgde kind hebben gedurende ten minste 6 maanden voorafgaand aan het overlijden een gezamenlijke huishouding gevoerd; 7

9 u en uw verzorgde ouder of verzorgde kind zijn beiden meerderjarig; u en uw verzorgde ouder of verzorgde kind kunnen geen fiscaal partner zijn met iemand anders; u bent een notarieel samenlevingscontract met elkaar aangegaan waarin een wederzijdse zorgverplichting is opgenomen; het notarieel samenlevingscontract moet ten minste 6 maanden bestaan, tenzij u en uw verzorgde ouder of kind tot het moment van overlijden al ten minste 5 jaar aaneengesloten op hetzelfde adres stonden ingeschreven. Het fiscaal partnerschap in de Successiewet eindigt als de verzorgde ouder of het verzorgde kind weer is hersteld. Er is dan immers geen mantelzorgsituatie meer, waarvoor de uitzondering geldt. Dat geldt ook als de verzorgde ouder of het verzorgde kind moet worden opgenomen in een zorginstelling. Er kan dan geen mantelzorgcompliment meer worden aangevraagd, dus kan er niet meer aan alle voorwaarden van de uitzondering worden voldaan. Commentaar De ontvangst van het mantelzorgcompliment is dus cruciaal om te kunnen kwalificeren voor het fiscaal partnerschap voor de erfbelasting. Als het compliment vanwege de geringe omvang en de relatief grote inspanning niet is aangevraagd, loopt u de partnervrijstelling zonder meer mis. Maar als u het compliment wel is ontvangen, moeten u en de verzorgde ouder of het verzorgde kind ook aan de andere voorwaarden voldoen, voordat u in aanmerking komt voor de vrijstelling. Er is inmiddels veel kritiek op het feit dat zowel de SVB als de Belastingdienst nergens het belang van het mantelzorgcompliment voor de erfbelasting hebben bekendgemaakt. Ook zijn er al Kamervragen gesteld, die na het zomerreces zouden worden beantwoord. Het ligt daarbij in de bedoeling om het aanvragen van het mantelzorgcompliment met terugwerkende kracht alsnog mogelijk te maken. Deze vragen waren ten tijde van het schrijven van deze bijdrage nog niet beantwoord. Vraag uw adviseur naar de actuele stand van zaken. Omzetbelasting De BTW-verhoging van 1 oktober 2012 Het algemene BTW-tarief gaat op 1 oktober 2012 omhoog van 19% naar 21%. Het moment waarop de levering of dienst plaatsvindt, is doorslaggevend voor het toepasselijke tarief. Vooruitbetalen leidt dus niet tot belastingbesparing. Er zijn wel overgangsregelingen getroffen. Hierna behandelen we eerst de praktische uitwerking van de BTW-verhoging zelf en hoe u zich hierop kunt voorbereiden. Daarna gaan we in op de overgangsregelingen. De BTW-verhoging Het moment waarop u een goed levert of een dienst verricht aan de afnemer, bepaalt voor het toepasselijke BTW-tarief. Op een levering of dienst die op of na 1 oktober 2012 plaatsvindt, is dus het 21%-tarief van toepassing. Het moment waarop u de factuur heeft uitgereikt of de betaling heeft ontvangen, is hiervoor dus niet van belang. Dat geldt ook als een levering of dienst vóór 1 oktober 2012 plaatsvindt, maar u de factuur pas na 1 oktober uitreikt en/of de betaling pas na 1 oktober ontvangt. De levering of de dienst is dan belast met 19% BTW. In het geval dat de levering of de dienst op of na 1 oktober plaatsvindt, bent u hiervoor dus 21% BTW verschuldigd. Als u de factuur al vóór 1 oktober aan uw afnemer uitreikt en/of u ontvangt al vóór die datum de betaling van uw afnemer, is het nu al toegestaan om een factuur met 21% BTW aan uw afnemer uit te reiken. Uw afnemer mag in dat geval ook de 21% BTW vóór 1 oktober als voorbelasting in aftrek brengen. Het verschuldigde BTW-bedrag van 21% moet u tot 1 oktober aangeven in de rubriek 1c van de BTWaangifte ( Overige tarieven behalve 0% ). Als u toch besluit om in dit geval een factuur met 19% BTW uit te reiken, dan moet u alsnog een aanvullende factuur van 2% BTW uitreiken aan de afnemer. Een ander praktisch probleem kan zich voordoen bij doorlopende prestaties, zoals de diensten van een 8

10 accountant of abonnementen op bijvoorbeeld mobiele telefoons of internet. Als u de doorlopende dienst zowel voor als na 1 oktober verricht, dan bent u dus 19% BTW vóór en 21% BTW vanaf 1 oktober verschuldigd. Als u in dit geval al vooruit heeft gefactureerd, moet u voor het tariefsverschil van 2% een aanvullende factuur uitreiken aan de afnemer. Overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen en verbouwingsdiensten Aanvankelijk was er geen overgangsregeling getroffen. Dat zou echter grote BTW-gevolgen hebben voor met name de koper van nieuwbouw die de koop/ aanneemovereenkomst sluit vóór 1 oktober, maar waarvan de oplevering plaatsvindt na 1 oktober Aansluiting bij de (op)levering betekent immers dat alsnog over de gehele bouwsom 21% verschuldigd is. Daarom is er alsnog een overgangsregeling getroffen voor nieuwbouwwoningen waarvan de vergoeding in termijnen moet worden betaald. Deze overgangsregeling is op een later moment verder uitgebreid. Daarnaast is er uiteindelijk ook nog een overgangsregeling getroffen voor verbouwingsdiensten, waarvan de vergoeding in termijnen moet worden betaald. Overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen De overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen voorkomt dat kopers die al vóór 1 oktober 2012 een koop/aanneemovereenkomst hebben gesloten, over de al vervallen termijnen alsnog 2% BTW moeten bijbetalen. Het 19%-tarief blijft van toepassing op de vergoeding, voor zover deze betrekking heeft op de termijnen die al vóór 1 oktober 2012 zijn vervallen. De termijnen die na 1 oktober vervallen, zijn dan wel belast tegen 21% BTW. De uitbreiding van deze overgangs-regeling staat echter toe dat ook de termijnen die na 1 oktober 2012 vervallen, tegen 19% belast blijven voor koop/aanneemovereenkomsten die al vóór 28 april 2012 (de datum van het Lenteakkoord) zijn gesloten en waarvan de laatste termijn uiterlijk vóór 1 oktober 2013 vervalt. Overgangsregeling ook voor verbouwingsdiensten Uiteindelijk geldt er ook een overgangsregeling voor verbouwingsdiensten. Onder verbouwingsdiensten worden werkzaamheden verstaan die leiden tot een wijziging van de inrichting, de aard of de omvang van de onroerende zaak. U moet hierbij denken aan een uitbouw of dakkapel of een verbouwing van een keuken of badkamer. De overgangsregeling geldt dus niet voor onderhouds- en/of herstelwerkzaamheden, zoals het vervangen van kozijnen en dakgoten. Deze werkzaamheden zijn (vrijwel) uitsluitend gericht op instandhouding van de onroerende zaak. Bij samenloop van verbouwingsdiensten en onderhouds- en/of herstelwerkzaamheden gaan laatstgenoemde diensten op in de verbouwingsdiensten, mits de werkzaamheden als geheel niet (vrijwel) uitsluitend gericht zijn op de instandhouding van de onroerende zaak. De overgangsregeling is dan van toepassing op het geheel. Commentaar Bent u een ondernemer die uitsluitend met BTWbelaste prestaties verricht, dan heeft de BTW-verhoging ook gevolgen voor u. De aan u in rekening gebrachte BTW kunt u weliswaar geheel in aftrek brengen, maar u kunt in oktober wel worden geconfronteerd met het 2%-tariefsverschil dat mogelijk alsnog moet worden gefactureerd aan uw afnemers. U kunt dit enigszins voorkomen door waar mogelijk al vóór 1 oktober 21% BTW in rekening te brengen. Verder moet u ervoor zorgen dat u uw administratieve systemen en procedures op 1 oktober heeft aangepast, zodat u zonder problemen kunt overgaan op het hogere tarief. De BTW-verhoging is voor u kostprijsverhogend als u geheel of gedeeltelijk vrijgestelde prestaties verricht en u dus in zoverre de aan u in rekening gebrachte BTW niet in aftrek kunt brengen. Wellicht dat u investeringen nog naar voren kunt halen. Alle ondernemers en particulieren doen er verstandig aan om de BTWfactuur die zij na 1 oktober ontvangen goed te 9

11 controleren op de juistheid van het toegepaste BTWpercentage. De overgangsregelingen voorkomen dat de BTWgevolgen te groot zouden zijn bij nieuwbouw en bij verbouwingsdiensten. U doet er wel verstandig aan om een BTW-deskundige te betrekken bij de toepassing van deze regelingen. De regelingen zijn namelijk niet zo eenvoudig dan ze misschien lijken. Anticipeer tijdig op de nieuwe BTWfactureringsregels Vanaf 1 januari 2013 wijzigen de factureringsregels voor de BTW. Dat lijkt wellicht nog ver weg, maar feitelijk heeft u nog maar ruim drie maanden de tijd om uw administratie hierop aan te passen. De nieuwe regels zijn vooral bedoeld om de BTW-regels in de EUlidstaten te moderniseren en te harmoniseren. Enkele wijzigingen en aanvullingen hebben betrekking op de factuurvereisten. Ook wordt de vereenvoudigde factuur geïntroduceerd, de regels voor het elektronisch factureren zijn versoepeld en er gelden nieuwe regels voor het toepassingsbereik van de nationale factureringsregels bij grensoverschrijdende leveringen en diensten. Tot slot wordt de internationale controle op facturen uitgebreid. De gewijzigde factuurvereisten De wettelijk voorgeschreven factuurvereisten vormen het hart van de factureringsregels en bepalen welke vermeldingen u als ondernemer op uw factuur moet opnemen. Het belang van de factuur voor de heffing van BTW is groot. De factuur vormt de basis voor de BTW-controle door de Belastingdienst. Verder kunt u als afnemer uitsluitend aftrek van BTW claimen wanneer u beschikt over een factuur die aan de wettelijke vereisten voldoet. Huidige factuurvereisten Op basis van de huidige BTW-regels moet een factuur kort samengevat in ieder geval de volgende gegevens bevatten: 1. de factuurdatum. Dat is de datum van uitreiking van de factuur; 2. het factuurnummer (opeenvolgend genummerd met één of meer reeksen waardoor de factuur eenduidig wordt geïdentificeerd); 3. uw eigen BTW-identificatienummer; 4. het BTW-identificatienummer van uw afnemer bij een levering in een andere EU-lidstaat (een intracommunautaire levering) en in geval van verlegging van de verschuldigde BTW naar uw afnemer of opdrachtgever; 5. de NAW-gegevens van uzelf en uw klant; 6. de NAW-gegevens en het BTW-identificatienummer van de fiscaal vertegenwoordiger als hij/zij de BTW voldoet; 7. de beschrijving van de omvang en de aard van de verrichte levering(en) en/of dienst(en); 8. de datum waarop de levering(en) en/of dienst(en) heeft/hebben plaatsgevonden of is/zijn voltooid of de datum waarop de vooruitbetaling is gedaan, voor zover die datum is vastgesteld en verschilt van de factuurdatum; 9. de grondslag (eenheidsprijs excl. BTW) voor de BTWheffing van de levering(en) en/of dienst(en). Bij leveringen en/of diensten waarop verschillende BTWtarieven van toepassing zijn, moeten de grondslagen per tariefgroep afzonderlijk worden vermeld. Dat geldt ook als er een vrijstelling van toepassing is. Als vooruitbetalingskortingen of andere kortingen niet in de eenheidprijs zijn begrepen, dan moeten ook de leveringen en/of diensten waarop deze kortingen zijn toegepast afzonderlijk worden vermeld; 10. het BTW-tarief per eenheid; 11. het bedrag van de verschuldigde BTW in euro s; 12. bij uitreiking van de factuur door de afnemer of opdrachtgever ( self-billing ) gelden er geen bijzondere factuurvereisten; 13. de vermelding van toepasselijke regelingen (zoals een BTW-vrijstelling, intracommunautaire transactie, verleggings- of margeregeling); 14. bij levering van vervoermiddelen: de gegevens om te bepalen of het vervoermiddel een nieuw vervoermiddel is. Aanvullingen en wijzigingen per 1 januari 2013 Op 1 januari 2013 worden de factuurvereisten op de punten 11, 12 en 13 aangevuld of gewijzigd. De overige factuurvereisten wijzigen niet. De aanvullingen en wijzigingen betreffen: Punt 11: het vermelden van het BTW-bedrag is niet verplicht als een bijzondere regeling de vermelding van BTW op de factuur uitsluit; Punt 12: bij self-billing moet op de factuur worden vermeld factuur uitgereikt door afnemer ; Punt 13: in het geval uw afnemer op grond van de verleggingsregeling verplicht is om de verschuldigde BTW af te dragen, moet u op de factuur vermelden BTW verlegd. Bij toepassing van de hierna genoemde bijzondere BTWregelingen moet u deze regelingen als volgt op uw factuur vermelden: 10

12 o Bijzondere regeling reisbureaus ; o Bijzondere regeling gebruikte goederen ; o Bijzondere regeling kunstvoorwerpen ; o Bijzondere regeling voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten. De aanvullingen en wijzigingen lijken op het eerste gezicht niet ingrijpend. Wij adviseren u echter toch om uw facturen hierop te controleren en indien nodig aan deze nieuwe regels aan te passen. De Belastingdienst kan u namelijk vanaf 1 januari 2013 een boete opleggen van maximaal wegens het uitreiken van een onjuiste factuur. Overigens is het altijd goed om periodiek te controleren of uw facturen nog aan alle wettelijke vereisten voldoen. Dit is niet alleen van belang voor een juiste BTW-afdracht voor uzelf, maar ook in het belang van het eventuele aftrekrecht van uw afnemers. Wie reikt de factuur uit? De ondernemer die goederen levert of een dienst verricht, reikt de factuur uit. U kunt dit zelf doen, maar u kunt dit ook in uw naam en voor uw rekening door uw afnemer (self billing, zie hiervoor) of door een derde (outsourcing) laten doen. U blijft in die gevallen wel aansprakelijk voor de juistheid van de factuur. Als bijvoorbeeld te veel BTW op de factuur is vermeld, dan bent u die verschuldigd. Als de afnemer de factuur opmaakt, gelden de volgende spelregels: u bent vooraf overeengekomen dat de afnemer de factuur opmaakt en uitreikt; als u het niet met de factuur eens bent, dan laat u dat de afnemer tijdig weten. De factuur verliest dan zijn werking. U kunt dan alsnog zelf een factuur uitreiken of een verbeterde of aanvullende factuur met de afnemer overeenkomen; de factuur voldoet aan alle factuurvereisten (zie hiervoor). Introductie van de vereenvoudigde factuur Nieuw is dat u vanaf 1 januari 2013 als ondernemer ook een vereenvoudigde factuur mag uitreiken. U kunt van deze mogelijkheid gebruikmaken in het geval: 1. de vergoeding inclusief BTW niet hoger is dan 100; of 2. de (vereenvoudigde) factuur als aanvulling dient op een eerdere factuur, waarbij duidelijk wordt verwezen naar de oorspronkelijke factuur, bijvoorbeeld een creditnota. Een vereenvoudigde factuur moet minimaal de volgende gegevens bevatten: de datum van uitreiking; de identiteit van de ondernemer die de levering of dienst verricht; de aard van de geleverde goederen of de verrichte diensten; het te betalen bedrag aan BTW of de gegevens aan de hand waarvan het verschuldigde BTW-bedrag kan worden berekend; een specifieke en ondubbelzinnige verwijzing naar de oorspronkelijke factuur met duidelijke vermelding van de aangebrachte wijzigingen, in het geval dat de vereenvoudigde factuur dient als aanvulling of wijziging van een eerder uitgereikte factuur. Het is opvallend dat de NAW-gegevens van de klant ontbreken op deze vereenvoudigde factuur. Het lijkt erop dat hiermee ook de aftrek van BTW op kassabonnen mogelijk wordt gemaakt. De wetgever heeft hier echter (nog) geen uitspraak over gedaan. Wanneer niet? De vereenvoudigde factuur mag niet worden gebruikt bij een levering van goederen die onder de regeling voor afstandsverkopen valt of bij intracommunautaire leveringen. Verder mag de vereenvoudigde factuur niet worden uitgereikt als de leverancier of dienstverrichter niet is gevestigd in het land waar zijn/haar levering of dienst is belast met BTW en waarbij de heffing van BTW wordt verlegd naar de afnemer. Versoepeling regels voor elektronisch factureren De regels voor het elektronisch factureren (ook wel e-invoicing genoemd) worden vanaf 1 januari 2013 verder versoepeld. U kunt zelf kiezen of u uw facturen op papier of elektronisch wilt uitreiken. Voor de heffing van BTW worden papieren en elektronische facturen in alle opzichten zo veel mogelijk gelijk behandeld. Als u kiest voor elektronisch factureren, geldt wel het (logische) vereiste dat uw afnemer: 1. de facturen ook elektronisch kan ontvangen; en 2. de afnemer de elektronische verzending van de factuur heeft aanvaard. Dat is ook het geval als de afnemer de elektronische factuur zonder commentaar verwerkt en betaalt. U bent vrij om zelf de technologie te kiezen waarmee u de authenticiteit, integriteit en leesbaarheid van uw facturen waarborgt. Bestaande methoden zijn de elektronische uitwisseling van gegevens (EDI) en een 11

13 geavanceerde elektronische ondertekening. Maar ook het per versturen van facturen in pdf-formaat is mogelijk. Afstemming van de gebruikte technologie met de inspecteur is niet langer vereist. Als u van plan bent om e-invoicing op grote schaal te gaan toepassen, adviseren wij u om een en ander toch met de inspecteur af te stemmen. U blijft namelijk volledig aansprakelijk voor de BTW-gevolgen als na verloop van tijd mocht blijken dat de door u gehanteerde technologie (toch) niet voldoende waarborgen biedt voor de authenticiteit en integriteit van uw facturen. Nationale factureringsregels bij grensoverschrijdende prestaties Indien u als Nederlandse ondernemer grensoverschrijdend goederen levert of diensten verricht die in een andere EU-lidstaat belast zijn met BTW, dan stelt de betreffende EU-lidstaat regelmatig specifieke eisen aan uw factuur. Denk met name aan de omschrijving BTW verlegd op de factuur, waarbij vaak naar een specifieke bepaling uit de nationale wetgeving van de betreffende EU-lidstaat moet worden verwezen. Hieraan komt per 1 januari 2013 een einde. Dan gelden voor u namelijk de Nederlandse factureringsregels in alle gevallen waarin uw prestatie in een andere EU-lidstaat is belast met BTW en waarbij de heffing wordt verlegd naar uw afnemer. Binnen de hele EU kunt u dan volstaan met de vermelding BTW verlegd op uw factuur. Als uw afnemer de factuur zelf uitreikt ( self-billing ) gelden echter weer de regels van het EU-land waar de prestatie is belast met BTW. niet uit waar de facturen zijn opgeslagen. Ook de belastingdiensten van andere EU-lidstaten kunnen u rechtstreeks aan een controle onderwerpen en u verzoeken om (elektronisch) toegang te verlenen tot uw elektronische facturen. Uw verplichting tot inzage blijft echter beperkt tot de facturen die betrekking hebben op de BTW die in de betreffende EU-lidstaat is verschuldigd. Conclusie De modernisering en harmonisering van de BTWregels moeten de administratieve drempels voor grensoverschrijdende leveringen en diensten verder verlagen. Nu de regels voor het elektronisch factureren verder zijn versoepeld, kunt u wellicht overwegen om dit ook in uw bedrijf in te voeren. U kunt er veel kosten mee besparen. De inwerkingtreding van de nieuwe BTW-factureringsregels kunt u ook aangrijpen om uw facturen nog eens grondig tegen het licht te houden. Daarmee dient u niet alleen uw eigen belang maar ook dat van uw afnemers. Bovendien voorkomt u het uitreiken van een onjuiste factuur, waarvoor de Belastingdienst u vanaf volgend jaar een boete kan opleggen. Leveringen en diensten aan afnemers buiten de EU Ook in het geval dat u leveringen of diensten verricht die in een land buiten de EU belast zijn met BTW, gelden voor u in beginsel de Nederlandse factureringsregels. Deze landen zijn echter niet gebonden aan de BTW-regels die binnen de EU gelden. Daardoor kan het toch voorkomen dat u zich in de wetgeving van het betreffende niet EU-land moet verdiepen om uw BTWverplichtingen daar te bepalen. Uitbreiding internationale controle facturen De controle op een juiste BTW-heffing wordt met de invoering van de nieuwe factureringsregels uitgebreid. Zo krijgt de inspecteur vanaf 1 januari 2013 de bevoegdheid om elektronische facturen via internet te benaderen en/of te downloaden. Dat geldt ook wanneer de ondernemer buiten Nederland is gevestigd, maar wel hier BTW verschuldigd is. Het maakt daarbij 12

14 Pensioen en lijfrente De pensioengevolgen van de invoering van de Flex BV De invoering van het nieuwe BV-recht op 1 oktober 2012 heeft naast privaatrechtelijke en fiscale gevolgen, ook pensioengevolgen. Zo wijzigt vanaf dat moment de definitie van een directeurgrootaandeelhouder (DGA) in de Pensioenwet. Dit is van groot belang voor de vraag of de Pensioenwet wel of niet van toepassing is, met alle gevolgen van dien. De uitbreiding van de bestuurdersaansprakelijkheid heeft ook tot gevolg dat u als DGA sneller aansprakelijk bent voor uw pensioen in eigen beheer. Beide aspecten worden in deze bijdrage nader uitgewerkt. Nieuw DGA-begrip in de Pensioenwet Tegelijk met de invoering van het nieuwe BV-recht wijzigt ook de definitie van een DGA in de Pensioenwet. Als u op grond van deze definitie geen DGA (meer) bent, dan bent u een gewone werknemer. De Pensioenwet is dan onverkort van toepassing. Bent u volgens de nieuwe definitie wel een DGA, dan is de Pensioenwet niet op u van toepassing. Vanaf 1 oktober 2012 bent u DGA als u direct of indirect aandeelhouder bent van ten minste 10% van het geplaatste aandelenkapitaal in de vennootschap van uw werkgever (uw BV), waaraan stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders is verbonden. U bent ook DGA op grond van de nieuwe definitie als: u houder bent van certificaten van aandelen, die zijn uitgegeven door tussenkomst van een administratiekantoor waarvan u voor ten minste 10% in het bestuur vertegenwoordigd bent; én de aandelen die het administratiekantoor houdt ten minste 10% vertegenwoordigen van het geplaatste kapitaal van de vennootschap, waaraan stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders is verbonden. Nieuw aan de definitie is de toevoeging van het vereiste van het stemrecht. Dit is vanaf 1 oktober 2012 van groot belang. Dan kunt u volgens het nieuwe BV-recht namelijk ook stemrechtloze aandelen uitreiken. De houder van deze aandelen heeft wel een winstrecht, maar geen zeggenschap in de algemene vergadering van aandeelhouders. Aandeelhouders die slechts stemrechtloze aandelen hebben, kwalificeren daardoor op grond van de nieuwe definitie niet als DGA. Zij worden beschouwd als gewone werknemers, waardoor de Pensioenwet dus van toepassing is. Dit heeft niet direct gevolgen voor bestaande pensioenregelingen van DGA s. Maar u krijgt wel met de gevolgen van de nieuwe definitie te maken, zodra u de statuten van uw BV wijzigt. In die zin, dat het stemrecht in de aandeelhoudersvergadering (deels) wordt gescheiden van uw aandelenbezit. In dat geval bent u geen DGA meer in de zin van de Pensioenwet. U wordt dan een gewone werknemer, ook al wijzigt er ogenschijnlijk niets. Tot dat moment waren de regels van de Pensioenwet niet op uw DGA-pensioen van toepassing. Daarna zijn die regels wél op uw pensioenregeling van toepassing. Uw bestaande pensioenregeling moet daarom worden aangepast. Als u uw DGA-pensioen heeft ondergebracht bij een verzekeraar, dan moet uw pensioenregeling premievrij worden gemaakt. Vervolgens moet een nieuwe pensioenregeling worden opgestart die wel onder de werkingssfeer van de Pensioenwet valt. Heeft u een pensioen in eigen beheer en u blijft ook na de uitgifte van de stemrechtloze aandelen pensioenaanspraken opbouwen, dan moeten deze toekomstige aanspraken worden ondergebracht bij een verzekeraar. De eigen BV mag de pensioenaanspraken die zijn opgebouwd tot het moment van uitgifte van de stemrechtloze aandelen, nog steeds zelf uitvoeren. DGA sneller aansprakelijk bij pensioen eigen beheer Het nieuwe BV-recht breidt per 1 oktober 2012 de aansprakelijkheid van bestuurders uit. De algemene aandeelhoudersvergadering beslist vanaf dat moment nog wel of er een winst- of dividenduitkering wordt gedaan, maar kan pas tot uitkering overgaan nadat het bestuur de uitkering heeft goedgekeurd. Het bestuur moet daarvoor op het moment van de uitkering toetsen of de BV na de uitkering nog aan haar direct opeisbare verplichtingen kan voldoen. Pas als zij daarvan overtuigd is, kan zij haar goedkeuring geven. 13

15 Als achteraf blijkt dat de goedkeuring ten onrechte is verleend, kunnen de bestuursleden persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor het tekort. Die aansprakelijkheid komt aan de orde als het bestuur op het moment van de uitkering wist of behoorde te weten dat de BV door de uitkering niet meer aan haar directe betalingsverplichtingen zou kunnen voldoen. Overigens kunnen ook de aandeelhouders vanaf 1 oktober 2012 aansprakelijk worden gesteld, als zij hadden moeten weten dat de uitkering onverantwoord was. Het bestuur vergoedt het tekort, verhoogd met de wettelijke rente, gerekend vanaf de dag van de uitkering. Een pensioenverplichting kan ook onder de direct opeisbare verplichtingen vallen. Het pensioen in eigen beheer staat op de balans van uw pensioen-bv tegen de fiscale waarde. De werkelijke waarde van de pensioenverplichting de kostprijs bij afstorting naar een verzekeraar is meestal veel hoger. De werkelijke waarde kan soms wel de helft hoger zijn. Om aan de pensioenverplichtingen te kunnen voldoen, moet uw pensioen-bv veel meer (vrije) middelen aanhouden dan er volgens de fiscale balans nodig zou moeten zijn voor de pensioenuitvoering. Door de feitelijk te lage waardering van de pensioenverplichting maakt uw pensioen-bv op papier een hogere winst dan wanneer de pensioenverplichting op de werkelijke waarde zou zijn gewaardeerd. De vrije middelen die hierdoor ontstaan, komen op de balans tot uiting in de winstreserve. De pensioen-bv kan deze winstreserve in de vorm van dividend (deels) uitkeren aan de aandeelhouder(s). Vanaf 1 oktober 2012 moeten aandeelhouders eerst toestemming van het bestuur hebben om een dividenduitkering te doen. Bent u DGA van een pensioen-bv, dan besluit u in uw hoedanigheid van aandeelhouder (in de aandeelhoudersvergadering) tot het doen van een dividenduitkering. In uw hoedanigheid van bestuurder van de BV moet u deze beslissing al dan niet goedkeuren. Daarvoor moet u vanaf 1 oktober 2012 eerst toetsen of uw pensioen-bv na de uitkering nog wel aan haar verplichtingen kan blijven voldoen. Als de winstreserve (deels) pensioengeld is ook al is dit fiscaalrechtelijk niet zichtbaar op de balans van uw pensioen-bv dan mag uw pensioen-bv dit geld (in zoverre) niet als dividend uitkeren. Blijkt achteraf dat u ten onrechte goedkeuring heeft verleend en u had dit behoren te weten dan kunt u persoonlijk aansprakelijk worden gesteld om het tekort aan te zuiveren tot ten hoogste het bedrag van de dividenduitkering. Nu zult u als pensioengerechtigde DGA uzelf in de hoedanigheid van bestuurder/ aandeelhouder niet zo snel aansprakelijk stellen. Daardoor lijkt uw pensioen-bv met de uitbreiding van de bestuursaansprakelijkheid niet zo n gevaar te lopen. Dat is echter niet altijd het geval. Ook de Belastingdienst of eventuele ex-partners met een pensioenvordering op uw pensioen-bv kunnen die aansprakelijkheid inroepen. U bent als DGA na 1 oktober 2012 door de uitbreiding van de bestuurdersaansprakelijkheid dus toch sneller aansprakelijk voor uw pensioen in eigen beheer. Als de Belastingdienst u aansprakelijk stelt omdat u een ondoordachte winstuitkering heeft gedaan, komt daar nog een ander vervelend gevolg bij. De Belastingdienst vindt dat wanneer activa de werkelijke waarde van de pensioenverplichting niet volledig afdekken, een dividenduitkering feitelijk in fiscale zin kan leiden tot het prijsgeven, dan wel de afkoop, van het pensioen. De bijbehorende fiscale gevolgen zijn u inmiddels wel bekend: de hele pensioenaanspraak wordt ineens belast én u betaalt 20% revisierente! Tegenwoordig wordt in veel pensioenberekeningen tevens de commerciële waarde van het pensioen opgegeven. Des te meer reden om uw accountant veiligheidshalve vooraf te laten beoordelen of een eventuele winstuitkering het dekkingstekort niet onverantwoord vergroot. Commentaar Bent u directeur en enig aandeelhouder van uw BV, dan lijken genoemde gevolgen voor u wellicht niet zo snel aan de orde te zijn. U bent immers directeur én (enig) aandeelhouder. Dat gaat waarschijnlijk wel op voor de gevolgen van de invoering van het stemrechtloze aandeel, maar niet voor die van de uitbreiding van de bestuurdersaansprakelijkheid. De aansprakelijkheid kan immers ook worden ingeroepen door de Belastingdienst of een eventuele ex-partner met een pensioenvordering op uw pensioen-bv. Houdt u tezamen met anderen bijvoorbeeld uw partner of familie aandelen in een BV waarvan u DGA bent, dan kunnen de genoemde gevolgen van het nieuwe BV-recht beide bij u aan de orde zijn, of in de toekomst aan de orde komen. Als u gebruik wilt maken van de nieuwe mogelijkheden van de Flex BV, doet u er verstandig aan om naast de privaatrechtelijke en de fiscale gevolgen, ook de pensioengevolgen daarvan te laten controleren. 14

16 Sociale Zekerheid en Arbeidsrecht Voorkom en beperk de financiële risico s van zieke werknemers Stel u heeft een gedeeltelijk zieke werknemer die zijn eigen arbeid niet meer kan verrichten en u kunt hem geen passende arbeid bieden. Wat nu als deze werknemer na 2 jaar van ziekte bij u in dienst blijft? Loopt u dan nog financiële risico s voor deze werknemer en zo ja, welke? Volgens de wet heeft de zieke werknemer in beginsel geen recht meer op loon. In de regel krijgt hij na 2 jaren van ziekte een WIA (IVA of WGA)- of WW-uitkering. Toch loopt u in deze situatie een aantal financiële risico s. We laten ze hierna de revue passeren. Langer loon doorbetalen U bent verplicht om de zieke werknemer in de eerste 2 jaren van ziekte te re-integreren naar werkhervatting in de eigen of passende arbeid; zowel in het eigen bedrijf als daarbuiten. Als u zich daarvoor onvoldoende heeft ingespannen, dan verlengt het UWV de loondoorbetalingsplicht bij ziekte met 52 weken. De verlengde loondoorbetaling loonsanctie genoemd kunt u bekorten door alsnog aan uw verplichtingen te voldoen. Publieke of private verzekeringen dekken het financiële risico van deze loonsanctie niet. Hogere WGA-premie bij publieke verzekering Na 2 jaren ziekte van de werknemer is de publiek verzekerde werkgever niet langer verplicht om de werknemer buiten zijn eigen bedrijf naar werkhervatting te re-integreren. U blijft wel gedurende de gehele duur van het dienstverband verplicht om uw werknemer in uw eigen bedrijf te re-integreren naar werkhervatting in de eigen of passende arbeid. Ontvangt uw zieke werknemer na 2 jaren ziekte een WGA-uitkering, dan heeft u ook een financieel belang bij zijn/haar re-integratie. U betaalt namelijk na de eerste 2 jaren van ziekte een hogere WGA-premie zolang de werknemer een WIA-uitkering ontvangt, met een maximum van 10 jaren. Meer re-integratiekosten bij eigen risicodragerschap De werkgever die eigenrisicodrager voor de WGA is, is wettelijk verplicht om zijn werknemers en exwerknemers te re-integreren naar werkhervatting in zijn eigen bedrijf en daarbuiten. En wel zolang als de (ex-)werknemers een WGA-uitkering ontvangen met een maximum van 10 jaren (na de eerste 2 jaren van ziekte). De kosten van deze re-integraties komen voor uw rekening. Wanneer geen loonsactie en hogere WGApremie of meer re-integratiekosten? U krijgt niet te maken met een loonsanctie en hogere WGA-premies of meer re-integratiekosten als uw zieke werknemer volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is en een IVA-uitkering ontvangt. Evenmin gelden deze risico s voor zieke werknemers die een WGA-uitkering krijgen in aansluiting op een uitkering krachtens de Ziektewet. Dit zijn zieke werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, die in de eerste 2 jaren ziekte ziek uit dienst zijn gegaan. De demissionaire regering is van plan om werkgevers per 1 januari 2014 flink te laten betalen voor werknemers die in de eerste 2 jaren een uitkering krachtens de Ziektewet hebben ontvangen. Zij denkt daarbij concreet aan een hogere WGA-premie en het betalen van de eerste 6 maanden van een WWuitkering. Deze plannen bevinden zich echter nog op de parlementaire weg. Het is nog even afwachten in hoeverre deze voornemens na de verkiezingen van 12 september ook daadwerkelijk worden uitgevoerd. Kosten rechtsbijstand Het UWV verplicht de werkgever die eigenrisicodrager voor de WGA is, om ook na 2 jaren van ziekte sancties op de WGA-uitkering van de werknemer op te leggen als de werknemer niet of onvoldoende aan zijn reintegratie meewerkt. Uw werknemer kan daartegen bij u bezwaar maken. Beslist u afwijzend op dat bezwaar, dan kan de werknemer daartegen in beroep gaan. Mede nu de regels van de Algemene wet bestuursrecht op die bezwaar- en beroepsprocedures van toepassing zijn, is het raadzaam dat u zich hierin door een deskundige laat bijstaan. De kosten van die rechtsbijstand komen voor uw rekening. 15

17 Recht op loon over opgebouwde vakantiedagen Een arbeidsongeschikte werknemer die tegen zijn wil bij de werkgever geen passende arbeid kan verrichten en na de eerste 2 jaren van ziekte bij u in dienst blijft, bouwt na 2 jaren van ziekte ook vakantiedagen op. Maar dat niet alleen: hij bouwt mede het recht op loon over die vakantiedagen op. Verplichtingen vanuit CAO s of individuele regelingen Krachtens CAO s of individuele regelingen voor werknemers bij werkgevers, gelden er na 2 jaren van ziekte soms verplichtingen om WIA- of WWuitkeringen aan te vullen tot een bepaald percentage van het loon. Kosten arbodiensten In de opsomming van de financiële risico s voor de werkgever zijn er nog enkele financiële risico s die zeker moeten worden genoemd. Denk daarbij aan de kosten van arbodiensten, arbodeskundigen, re-integratiebedrijven of andere deskundigen die de werkgever bijstaan in het uitvoeren van zijn verplichtingen voor en na de eerste 2 jaren van ziekte van werknemers. Tijdig handelen Uit het bovenstaande blijkt dat de kosten van een zieke werknemer behoorlijk kunnen oplopen. U doet er dan ook verstandig aan om de kosten van zieke werknemers vanaf de eerste ziektedag te beperken of te voorkomen. U kunt hiermee het meeste rendement behalen indien u vroegtijdig handelt en u zich bijtijds laat bijstaan door een deskundige. Heeft uw werknemer een onbeperkt inzagerecht in zijn eigen personeelsdossier? Een werknemer heeft recht op inzage in zijn eigen personeelsdossier. Meestal is er een aanleiding om die gegevens op te vragen, bijvoorbeeld een ontslagprocedure of een (dreigend) arbeidsconflict. Dit inzagerecht is geregeld in de Wet bescherming persoonsgegevens. Het inzagerecht van uw werknemer gaat echter niet zo ver dat u altijd verplicht bent om de gevraagde gegevens te verstrekken. Hierna geven we aan hoever het inzagerecht van uw werknemer reikt. Zo bent u ook weerbaar tegen werknemersadvocaten, die steeds vaker bij een (naderend) ontslag als eerste de afgifte van het personeelsdossier vragen of sommeren. Wat houdt het inzagerecht in? Het inzagerecht volgens de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) ziet op allerlei situaties waarin een betrokkene aan een verantwoordelijke persoon of instantie schriftelijk vraagt óf en zo ja, welke persoonsgegevens deze over hem/haar heeft verzameld en bewaard. Degene aan wie het verzoek is gericht, moet de betrokkene binnen vier weken schriftelijk laten weten of zijn/haar persoonsgegevens zijn bewaard. Vervolgens moet deze persoon de betrokkene in begrijpelijke vorm een volledig overzicht verstrekken van de bewaarde persoonsgegevens. Daarbij moet ook worden vermeld: met welk doel de gegevens worden verzameld en bewaard; welke categorieën van gegevens het betreft; van wie die gegevens zijn verkregen; en wie die gegevens heeft ontvangen. Het inzagerecht kan betrekking hebben op allerlei situaties waarin persoonsgegevens worden verzameld en bewaard. Denk bijvoorbeeld aan het inzagerecht in het eigen medisch dossier of in de eigen persoonsgegevens die een bank, pensioenfonds of verzekeraar verzamelt en bewaart. Het inzagerecht is ook van toepassing op een arbeidsrelatie. Uw werknemer kan u vragen om inzage in zijn eigen personeelsdossier. In beginsel bent u dan verplicht om die inzage te verlenen. Maar betekent dit ook dat u dan inzage moet geven in álle persoonsgegevens waarover u beschikt? De uitzonderingen Het antwoord hierop is ontkennend. De Wbp kent namelijk ook enkele uitzonderingen op deze hoofdregel. Bovendien is deze vraag in de rechtspraak 16

18 aan de orde geweest. Daaruit blijkt wanneer u zich (op een van) die uitzonderingen kunt beroepen. We noemen hierna de voor u meest interessante uitzonderingen. Daarbij geven we ook aan hoe in de rechtspraak het gebruik van het inzagerecht met toepassing van een uitzondering met wisselend succes is gepareerd. De gegevens vormen geen bestand De Wpb is alleen van toepassing op geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens en de niet geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens die in een bestand zijn opgenomen of bestemd zijn om daarin te worden opgenomen. Het begrip bestand staat in dit verband voor een samenhangend geheel van persoonsgegevens van verschillende personen dat systematisch is opgebouwd en toegankelijk is. Een los dossier kan niet tot een bestand behoren als het niet bij de andere dossiers wordt bewaard en het bovendien andere gegevens bevat dan de overige dossiers. Zo besliste de rechter in 2009 dat een papieren klachtdossier van een medewerker een individueel dossier was dat daardoor niet kwalificeerde als een bestand. Niet geautomatiseerde persoonsgegevens die niet tot een bestand behoren en daarvoor ook niet zijn bestemd, vallen niet onder de bescherming van de Wbp. Het in de Wbp opgenomen inzagerecht is hierop dan dus ook niet van toepassing. Persoonsgegevens voor persoonlijke doeleinden Het inzagerecht is ook niet van toepassing op persoonsgegevens voor activiteiten met uitsluitend persoonlijke of huishoudelijke doeleinden. Het gaat hierbij om persoonsgegevens die zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik, zoals zakagenda s, persoonlijke werkaantekeningen en dergelijke die de houder niet aan anderen ter beschikking pleegt te stellen. Dat het kan gebeuren dat een ander deze informatie toch onbedoeld onder ogen krijgt, doet daaraan niet af. Er is regelmatig op grond van deze uitzondering geprobeerd om aan het inzagerecht te ontkomen. Zo heeft de rechter beslist dat interne notities die de persoonlijke gedachten van medewerkers bevatten en die uitsluitend zijn bedoeld voor intern overleg en beraad, niet onder het inzagerecht vallen. Maar wordt hiervan uiteindelijk een definitief rapport opgesteld, dan valt dat rapport wel weer onder het inzagerecht. Bescherming van betrokkenen of van anderen Het inzagerecht blijft ook buiten toepassing als dat noodzakelijk is in het belang van de bescherming van de betrokkenen of van de rechten en vrijheden van anderen. Onder anderen wordt ook de informatieverstrekker begrepen aan wie een inzageverzoek is gedaan. Zo is beslist dat de informatieverstrekker een inzageverzoek mag weigeren als deze aannemelijk maakt dat de administratieve lasten zodanig hoog zijn dat er sprake is van aantasting van zijn/haar rechten en vrijheden of dat dit dreigt te gebeuren. Het belang van de informatieverstrekker weegt in dat geval zwaarder dan dat van degene die om inzage verzoekt. In arbeidsrelaties bent u als werkgever de informatieverstrekker. U kunt een zwaarwegend belang hebben om de gevraagde inzage niet aan uw werknemer te verlenen. De rechter heeft vorig jaar uitspraak gedaan in een zaak waarbij de werkgeefster (een bank) zich op deze uitzondering beriep. Een werkneemster verzocht haar werkgeefster om alle persoonsgegevens te verstrekken die zij over haar had verwerkt. De werkgeefster verstrekte echter slechts een deel van de gevraagde informatie. Zij was van mening dat bepaalde persoonsgegevens niet aan werkneemster hoefden te worden verstrekt, omdat daarmee haar rechten en vrijheden zouden worden geschaad. Het ging om de volgende gegevens: de ( )correspondentie over een arbeidsgeschil met werkneemster tussen de afdeling arbeidszaken en andere afdelingen; de ( )correspondentie tussen de advocaat van de werkgeefster en de afdeling legal/arbeidszaken. De rechter vond dat deze persoonsgegevens inderdaad niet onder het inzagerecht vielen. Het oordeel was echter gebaseerd op het feit dat de gegevens persoonlijke notities van collega s betroffen, die alleen voor intern overleg waren bedoeld. Ook in deze zaak plaatst de rechter er de kanttekening bij dat als van de notities een rapport wordt opgesteld, dat rapport wel onder het inzagerecht valt. De rechter deed de zaak dus af op grond van een andere uitzonderingsbepaling dan waarop de werkgeefster zich beriep. Toch is het waarschijnlijk dat de werkgeefster het inzagerecht ook had kunnen weigeren op grond van de bescherming van haar rechten en vrijheden. Haar vrijheid om intern te overleggen zou door het inzagerecht verregaand worden beperkt. Dat belang kan zeker bij een arbeidsconflict zwaarder wegen dan het belang van de werknemer bij inzage. Bedenkingen tegen inzage door een derde De gevraagde persoonsgegevens kunnen ook 17

19 informatie bevatten over een derde. Als de gegevensverstrekker verwacht dat die derde bedenkingen heeft tegen het verstrekken van die informatie, dan moet de derde eerst in de gelegenheid worden gesteld om zijn mening hierover te geven. Dat hoeft overigens alleen als de derde een gerechtvaardigd belang heeft om gehoord te worden. Bovendien moet het niet onmogelijk zijn, of een onevenredige inspanning vergen, om de derde te horen. Als de derde echter op voorhand toestemming heeft gegeven om informatie over zichzelf desgevraagd te verstrekken, dan heeft hij/ zij geen gerechtvaardigd belang. Als de derde dat belang wel heeft, kan hij/zij de inzage weigeren. Conclusie Een werknemer heeft het recht om inzage te krijgen in zijn eigen personeelsdossier, maar dat recht is niet onbeperkt. De Wet bescherming persoonsgegevens kent uitzonderingsbepalingen waarop u zich kunt beroepen. Als u redenen heeft om bepaalde informatie niet aan uw werknemer te willen verstrekken, loop dan deze uitzonderingsmogelijkheden na. Zeker bij een (dreigend) arbeidsconflict of in een ontbindingsprocedure kan het zo zijn dat u niet alle gevraagde informatie hoeft te verstrekken. Ondernemingsrecht De Flex BV maakt meer maatwerk mogelijk Op 1 oktober 2012 treedt het nieuwe BV-recht in werking, beter bekend als de Flex BV. Deze benaming ziet op de grotere flexibiliteit die u krijgt om uw BV in te richten. Dit wordt onder meer bewerkstelligd door de afschaffing van veel belemmerende kapitaalbeschermingsregels. Ter compensatie wordt wel de aansprakelijkheid bij onverantwoorde winstuitkeringen uitgebreid. Meer flexibiliteit blijkt ook uit de toename van de mogelijkheden om de verhouding te regelen tussen aandeelhouders onderling en tussen aandeelhouders en hun BV. Het nieuwe BV-recht maakt vooral meer maatwerk mogelijk. Daarvan kunt u niet alleen profiteren bij de oprichting van een nieuwe BV, maar ook bij een bestaande BV. Betere kapitaal- en crediteurenbescherming Een BV wordt bij notariële akte opgericht. Bij oprichting bent u verplicht om minimaal op de aandelen van uw BV te storten. De volstorting kan in contanten plaatshebben. In dat geval moet de storting vergezeld gaan van een bankverklaring. Als volstorting in natura plaatsvindt, dan moet daarbij een accountantsverklaring worden afgegeven. En zo zijn er nog tal van kapitaalbeschermingsregels die belemmerend werken bij de oprichting van een BV. Dat zou toch eenvoudiger moeten kunnen? Maar afschaffing van deze regels verzwakt mogelijk de positie van crediteuren van de BV. Het mooie van het nieuwe BV-recht is dat de oprichting van een BV wel eenvoudiger wordt, maar dat ook rekening wordt gehouden met de positie van de crediteuren. Minder kapitaalbeschermingsregels Vanaf 1 oktober 2012 wordt de verplichte storting van afgeschaft. De oprichting van een BV moet nog wel bij notariële akte plaatsvinden, maar u kunt ook slechts 1 storten op de aandelen. Ook de bankverklaring bij storting in contanten en de accountantsverklaring bij storting in natura vervallen. Overigens blijft het in het laatste geval wel verplicht om een inbrengbeschrijving te laten opmaken. Andere versoepelingen zijn onder meer dat u het maatschappelijk kapitaal niet meer hoeft op te nemen in de statuten. Mocht u dat toch willen doen, dan hoeft u niet meer ten minste 20% van de aandelen bij aandeelhouders te plaatsen. Verder hoeft u op de geplaatste aandelen niet meer ten minste 25% vol te storten. Nieuwe regels voor uitkeringen aan aandeelhouders De afschaffing van deze verplichtingen zou de positie van crediteuren van de BV mogelijk in gevaar kunnen brengen. Daarom zijn er compenserende maatregelen getroffen. Zo treden op 1 oktober 2012 nieuwe regels in werking voor uitkeringen aan aandeelhouders. Deze regels schrijven voor dat de aandeelhoudersvergadering het besluit tot de winst- of dividenduitkeringen moet nemen. Deze bevoegdheid kan in de 18

20 statuten worden beperkt of aan een ander orgaan worden toegekend. Een winst- of dividenduitkering kan pas daadwerkelijk worden gedaan, nadat de directie de uitkering heeft goedgekeurd. De directie moet daarvoor toetsen of de BV na de uitkering nog aan haar direct opeisbare verplichtingen kan voldoen. Pas als zij daarvan overtuigd is, kan zij haar goedkeuring geven. Deze gang van zaken geldt overigens ook als uitkeringen aan aandeelhouders worden gedaan in het geval dat: er eigen aandelen van de BV worden ingekocht; of als het op aandelen gestorte kapitaal aan de aandeelhouders wordt terugbetaald. De uitkeringstoets geldt vanaf 1 oktober niet alleen voor nieuw opgerichte BV s, maar ook voor bestaande BV s. Uitbreiding aansprakelijkheid Als achteraf blijkt dat de goedkeuring ten onrechte is verleend, dan kunnen de directieleden persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor het tekort. Die aansprakelijkheid komt aan de orde als de directie op het moment van de uitkering wist of behoorde te weten dat de BV door de uitkering niet meer aan haar directe betalingsverplichtingen zou kunnen voldoen. De directie vergoedt het tekort, verhoogd met de wettelijke rente, gerekend vanaf de dag van de uitkering. Daarnaast kunnen vanaf 1 oktober 2012 ook de aandeelhouders aansprakelijk worden gesteld voor onverantwoorde winst- of dividenduitkeringen. Dit is aan de orde als zij wisten of konden weten dat de BV door de uitkering haar directe verplichtingen niet meer zou kunnen nakomen. De aansprakelijkstelling betekent voor de aandeelhouders dat zij de ontvangen uitkering geheel of gedeeltelijk moeten terugbetalen. De uitbreiding van de aansprakelijkheid van directie en aandeelhouders geldt vanaf 1 oktober ook voor bestaande BV s. Dit lijkt eerder een beperking dan een verruiming van de flexibiliteit van het BV-recht, maar dat is niet zo. De regels zijn feitelijk niet meer dan een wettelijke vastlegging van bestaande rechtspraak over ondoordacht uitkeren. Meer mogelijkheden in het aandeelhouderschap Het nieuwe BV-recht biedt ook mogelijkheden om de onderlinge verhoudingen tussen de aandeelhouders meer op maat te maken. Dat geldt ook voor de verhouding tussen de aandeelhouders en de BV. De afspraken hierover hoeft u niet meer in aparte aandeelhoudersovereenkomsten vast te leggen, maar deze mogen ook in de statuten worden opgenomen. Maatwerk in aandeelhoudersrechten Het vergroten van het maatwerk in de aandeelhoudersverhoudingen uit zich vooral in het creëren van nieuwe soorten aandelen. Zo kunnen vanaf 1 oktober stemrechtloze aandelen worden uitgereikt. Deze aandeelhouder heeft in beginsel geen zeggenschap, maar wel een winstrecht. Dit betekent echter niet dat de houder van deze aandelen alle besluiten van de aandeelhoudersvergadering maar moet respecteren. Hij/zij heeft wel het recht om de aandeelhoudersvergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en andere rechten uit te oefenen die met het vergaderrecht samenhangen. Bovendien kan de stemrechtloze aandeelhouder wel bepaalde besluiten blokkeren door zijn/haar instemming daaraan te onthouden. Bestaande aandelen kunnen alleen met instemming van betreffende aandeelhouders worden omgezet in stemrechtloze aandelen. Onder het huidig BV-recht is het al mogelijk om te variëren in stemgerechtigdheid. Dit wordt meestal bereikt door te variëren in de nominale waarde of de winstgerechtigdheid, waaronder de uitgifte van certificaten van aandelen. Onder het nieuwe BV-recht krijgt u meer mogelijkheden om in de stemgerechtigdheid te variëren. Daaraan zijn wel de volgende voorwaarden verbonden: de variatie in stemgerechtigdheid moet vastliggen in de statuten; het besluit tot meer variaties in de stemgerechtigdheid moet door de algemene vergadering van aandeelhouders worden genomen, waarin het gehele geplaatste aandelenkapitaal is vertegenwoordigd; de statutaire stemrechtregeling moet gelden voor alle besluiten. Bepaalde besluiten ervan uitsluiten is niet mogelijk. De tegenhanger van de nieuwe stemrechtloze aandelen zijn de nieuwe winstrechtloze aandelen. De houder van deze aandelen heeft wel stemrecht, maar geen winstrecht. Bestaande variaties in de winstgerechtigdheid blijven ook mogelijk. Afwijken van de statutaire of wettelijke winstverdeling is altijd mogelijk, mits alle aandeelhouders er mee instemmen. Tot slot merken we in dit kader op dat aandelen nooit tegelijkertijd stemrechtloos en winstrechtloos kunnen zijn. 19

Cliëntenbrief Nieuwe factureringsregels vanaf 1 januari 2013: alle wijzigingen op een rij

Cliëntenbrief Nieuwe factureringsregels vanaf 1 januari 2013: alle wijzigingen op een rij Cliëntenbrief Nieuwe factureringsregels vanaf 1 januari 2013: alle wijzigingen op een rij Onderwerp: nieuwe factureringsregels per 1 januari 2013 Doel: informeren en adviseren Bestemd voor: alle ondernemers

Nadere informatie

Informatie voor ondernemers

Informatie voor ondernemers Informatie voor ondernemers Factuurvereisten en regels Vrijwel elke ondernemer heeft te maken met btw. Btw is de belasting die u als ondernemer verschuldigd bent over uw omzet. Daar staat tegenover dat

Nadere informatie

Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid

Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid U kunt boetes en aansprakelijkheid beperken of zelfs voorkomen Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Leent u weleens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid

Nadere informatie

Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen

Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen Belangrijke informatie voor werkgevers die personeel inhuren of uitlenen Inleiding Sinds 1 juli 2012 is de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (hierna Waadi) gewijzigd. Deze wetswijziging

Nadere informatie

Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid

Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid DRV Accountants & Adviseurs 30-04-2014 Leent u weleens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen

Nadere informatie

Special wijziging BTW- factureringsregels Per 1 januari 2013

Special wijziging BTW- factureringsregels Per 1 januari 2013 Special wijziging BTW- factureringsregels Per 1 januari 2013 Audit І Tax І Advisory Belangrijke wijzigingen in de btw facturerings regels per 1 januari 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wanneer moet

Nadere informatie

Advieswijzer Personeel inlenen in 2018

Advieswijzer Personeel inlenen in 2018 Advieswijzer Personeel inlenen in 2018 Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de zaken niet goed geregeld

Nadere informatie

Personeel inlenen. Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper

Personeel inlenen. Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper 23.03.16 Personeel inlenen Zorg dat u de zaken goed geregeld heeft! whitepaper In dit whitepaper: Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid

Nadere informatie

Foederer. Advieswijzer Personeel inlenen in 2016

Foederer. Advieswijzer Personeel inlenen in 2016 Advieswijzer Personeel inlenen in 2016 Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de zaken niet goed geregeld

Nadere informatie

Advieswijzer Personeel inlenen

Advieswijzer Personeel inlenen Advieswijzer Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de

Nadere informatie

Lentink Accountants/Belastingadviseurs brengt onder uw aandacht. Personeel inlenen. Voorkom aansprakelijkheid. Huizen, november 2013

Lentink Accountants/Belastingadviseurs brengt onder uw aandacht. Personeel inlenen. Voorkom aansprakelijkheid. Huizen, november 2013 Lentink Accountants/Belastingadviseurs brengt onder uw aandacht Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Huizen, november 2013 1 Introductie Personeel inlenen Voorkom aansprakelijkheid Leent u weleens

Nadere informatie

Administratieve verplichtingen. Marja van den Oetelaar

Administratieve verplichtingen. Marja van den Oetelaar Administratieve verplichtingen Marja van den Oetelaar Thema s Suppletieaangifte Herziening van ten onrechte berekende btw Teruggaaf van btw bij oninbare vorderingen Factureringsregels 2013 Self-billing

Nadere informatie

Personeel inlenen in 2019

Personeel inlenen in 2019 PDF Personeel inlenen in 2019 Leent u weleens personeel in voor uw onderneming, bijvoorbeeld bij tijdelijke drukte of seizoenswerk? Zorg dan dat u voldoet aan alle regelgeving. Anders loopt u het risico

Nadere informatie

Factureringsregels 2013

Factureringsregels 2013 Factureringsregels 2012 en 2013 Facturen spelen binnen de btw-regelgeving een zeer belangrijke rol. De ondernemer kan aan de hand van verkoopfacturen de verschuldigde belasting aantonen en door middel

Nadere informatie

Advieswijzer Personeel inlenen in 2017

Advieswijzer Personeel inlenen in 2017 Advieswijzer Leent u wel eens personeel in voor uw onderneming? Dan loopt u het risico op hoge boetes of aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw als u de zaken niet goed geregeld heeft. In deze advieswijzer

Nadere informatie

Flexibel personeel evenement & veiligheid. Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken

Flexibel personeel evenement & veiligheid. Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken Flexibel personeel evenement & veiligheid Van 2.0 naar 3.0 Risico s beperken Soorten Flexibel personeel Eigen medewerkers met een tijdelijk contract Vaste uren Variabele uren Oproepcontract MET en ZONDER

Nadere informatie

KPMG Meijburg & Co ABCD. Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht

KPMG Meijburg & Co ABCD. Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht Op 12 juni 2012 heeft de Eerste Kamer de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht en de Invoeringswet vereenvoudiging en flexibilisering

Nadere informatie

Nationale Administrateursdag Carola van Vilsteren

Nationale Administrateursdag Carola van Vilsteren Nationale Administrateursdag 2016 Carola van Vilsteren Programma Welkom Factuur Factuureisen en postbusnummer Creditfactuur en BTW E-facturering en BTW BTW-aangifte Laatste BTW-aangifte Overige actualiteiten

Nadere informatie

Belangrijke wijzigingen in de btwfactureringsregels

Belangrijke wijzigingen in de btwfactureringsregels 2 november 2012 Indirect Tax Alert btw no. 454 Belangrijke wijzigingen in de btwfactureringsregels Per 1 januari 2013 wijzigen de factureringsregels voor de btw. De nieuwe regels zijn gebaseerd op richtlijn

Nadere informatie

is namelijk iedere natuurlijke of rechtspersoon die anders dan in dienstbetrekking een werk van stoffelijke aard uitvoert tegen een te betalen prijs.

is namelijk iedere natuurlijke of rechtspersoon die anders dan in dienstbetrekking een werk van stoffelijke aard uitvoert tegen een te betalen prijs. Besteedt u wel eens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt als aannemer en kunt u aansprakelijk zijn voor de niet-betaalde loonheffingen van uw onderaannemers.

Nadere informatie

WEA Deltaland Accountants & Adviseurs. Henk Coehoorn

WEA Deltaland Accountants & Adviseurs. Henk Coehoorn WEA Deltaland Accountants & Adviseurs Henk Coehoorn Agenda Van VAR naar DBA (Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties) Waarom geen VAR meer? Huidige VAR: werking en problemen?! Beoordeling arbeidsrelatie

Nadere informatie

Westpark Highlights - 4 e kwartaal 2012 (deel 1)

Westpark Highlights - 4 e kwartaal 2012 (deel 1) 1/ 10 Westpark Highlights - 4 e kwartaal 2012 (deel 1) 1. Forse lastenverzwaring voor 'goed betalende' werkgever De kogel is door de kerk. Vlak voor het zomerreces stemde de Eerste Kamer in met een werkgeversheffing

Nadere informatie

In- of uitlenen van arbeidskrachten

In- of uitlenen van arbeidskrachten In- of uitlenen van arbeidskrachten Stelt u arbeidskrachten ter beschikking oftewel; leent u personeel uit tegen betaling? Dan moet u dat sinds 1 juli 2012 vermelden in het Handelsregister. Dit is het

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over de btw-verhoging van 19% naar 21% per 1 oktober 2012

Vragen en antwoorden over de btw-verhoging van 19% naar 21% per 1 oktober 2012 Vragen en antwoorden over de btw-verhoging van 19% naar 21% per 1 oktober 2012 1. Mogen ondernemers voor prestaties die zij verrichten na 30 september 2012 reeds voor 1 oktober 2012 btw factureren naar

Nadere informatie

Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V.

Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V. Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V. Sprekers Mr. M.J.G. Kleine Punte Notariskantoor Sprang-Capelle Raadhuisplein 4a Sprang-Capelle J.F. Hettema Hettema Interim Controlling www.hettemainterimcontrolling.nl

Nadere informatie

Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2012

Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2012 Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2012 1. Forse lastenverzwaring voor 'goed betalende' werkgever WERKGEVER De kogel is door de kerk. Vlak voor het zomerreces stemde de Eerste Kamer in met een werkgeversheffing

Nadere informatie

De BTW-verhoging: wat te doen? www.hlb-van-daal.nl

De BTW-verhoging: wat te doen? www.hlb-van-daal.nl De BTW-verhoging: wat te doen? In deze brochure bespreken wij kort een aantal ins en outs van de BTW-verhoging per 1 oktober 2012. Meer informatie en de actuele stand van zaken vindt u op onze website

Nadere informatie

Administratiekantoor Van den Dungen B.V. Nieuwsbrief 2012, 1 e jaargang, 2 e editie

Administratiekantoor Van den Dungen B.V. Nieuwsbrief 2012, 1 e jaargang, 2 e editie Nieuwsbrief 2012, 1 e jaargang, 2 e editie Inhoud 1. De ondernemer voor de inkomstenbelasting 1.1 Nieuwe BTW per 1 oktober 2012! 1.2 Aanpassing urencriterium naar omzetcriterium? 2. De B.V. 2.1 Flex-BV-wet

Nadere informatie

de Graaf + Plaisier accountants en belastingadviseurs NOTITIE

de Graaf + Plaisier accountants en belastingadviseurs NOTITIE de Graaf + Plaisier accountants en belastingadviseurs NOTITIE Datum: 5 september 2012 Onderwerp: Tariefsverhoging BTW Inleiding Onderdeel van het zogenaamde Lenteakkoord (of Kunduzakkoord ) is een verhoging

Nadere informatie

Overgangsregelingen bij de btw-verhoging naar

Overgangsregelingen bij de btw-verhoging naar Overgangsregelingen bij de btw-verhoging naar 21% Page 1 of 2 Zakelijk Btw Btw berekenen Hoe berekent u btw? Btw-tarief Overgangsregelingen 21% Overgangsregelingen bij de btw-verhoging naar 21% Het algemene

Nadere informatie

Speaking Notes. e-invoicing: Juridisch luik

Speaking Notes. e-invoicing: Juridisch luik Speaking Notes e-invoicing: Juridisch luik 1 Op 1 januari 2013 treden er in België nieuwe factureringsregels in werking in verband met de belasting over de toegevoegde waarde. Deze wijzigingen werden aangebracht

Nadere informatie

: 295 per persoon exclusief BTW, inclusief lesmateriaal en broodjes Locatie : Heelsum

: 295 per persoon exclusief BTW, inclusief lesmateriaal en broodjes Locatie : Heelsum BTW-nieuwtjes 5-2013 van vilsteren BTW advies bv Heidesteinlaan 2a, 6866 AG Heelsum E-mail: info@btwadvies.com Website: www.btwadvies.com Telefoon: 026-7071710 KvK Arnhem 09136209 1. Workshop BTW en factuurvereisten

Nadere informatie

Keten- en inlenersaansprakelijkheid

Keten- en inlenersaansprakelijkheid Keten- en inlenersaansprakelijkheid Loopt u ook risico? Anke Broeders Hannah Dias anke.broeders@bdo.nl hannah.dias@bdo.nl Adviesgroep Loon- & Premieheffing Wanneer keten- en/of inlenersaansprakelijkheid?

Nadere informatie

Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers. 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen

Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers. 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen Afschaffing btw-landbouwregeling voor bosbouwers 4 april 2018 Aart Bakker / Petra de Waal / Hessel Vliegen Agenda Werking oude landbouwregeling t/m 31-12-2017 Afschaffing landbouwregeling vanaf 01-01-2018

Nadere informatie

Elektronisch factureren

Elektronisch factureren Elektronisch factureren 1 Waarom deze brochure Wanneer u als ondernemer goederen of diensten levert aan een andere ondernemer, bent u meestal verplicht een factuur uit te reiken aan die andere ondernemer.

Nadere informatie

Uitnodiging. HLB OndernemersCafé 7 november 2011. Ondernemend, net als u. www.hlb-van-daal.nl

Uitnodiging. HLB OndernemersCafé 7 november 2011. Ondernemend, net als u. www.hlb-van-daal.nl Uitnodiging HLB OndernemersCafé 7 november 2011 Ondernemend, net als u Nieuw bv-recht: Welke kansen biedt het u? Op 1 oktober 2012 wordt een geheel nieuwe wettelijke regeling voor de bv van kracht, de

Nadere informatie

MKB Boekhouder in control

MKB Boekhouder in control MKB Boekhouder in control Themabijeenkomst over alles wat een boekhouder moet weten van omzetbelasting 09-05-2017 MKB Boekhouder in control - omzetbelasting 1 Omzetbelasting in uw bedrijf 09-05-2017 MKB

Nadere informatie

Hoe scoort uw uitzendbureau

Hoe scoort uw uitzendbureau Checklist werken met uitzendbureaus Hoe scoort uw uitzendbureau Het uitzendbureau dat u beoordeelt, heeft veel zaken uit de checklist op orde. Dat is een indicatie dat het uitzendbureau eerlijk en volgens

Nadere informatie

Welke gevolgen heeft de btw-verhoging van 19% naar 21% voor u?

Welke gevolgen heeft de btw-verhoging van 19% naar 21% voor u? Welke gevolgen heeft de btw-verhoging van 19% naar 21% voor u? Op 1 oktober 2012 wordt het algemene btw-tarief verhoogd van 19% naar 21%. Dit is eerder bekendgemaakt in de Voorjaarsnota van 25 mei 2012

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 115 Wet van 15 maart 2012 tot wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met nieuwe factureringsregels (implementatie richtlijn

Nadere informatie

Fiscale actualiteiten onderwijsinstellingen

Fiscale actualiteiten onderwijsinstellingen Fiscale actualiteiten onderwijsinstellingen januari 2014 Voorwoord In deze white paper gaan we in op de actuele fiscale ontwikkelingen die van belang zijn voor onderwijsinstellingen. In het voorjaar van

Nadere informatie

Overzicht van alle checkpunten

Overzicht van alle checkpunten Checklist werken met uitzendbureaus Overzicht van alle checkpunten Borgen en keurmerken uitzendbureau Staat het uitzendbureau juist geregistreerd bij de Kamer van Koophandel? Is het uitzendbureau gecertificeerd

Nadere informatie

Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten

Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten Wijziging Leidraad Invordering 2008 Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 27 juni 2012, nr. BLKB2012/1062M De staatssecretaris van Financiën heeft

Nadere informatie

Ondernemen in een keten (2017) Beperk uw aansprakelijkheid! advieswijzer

Ondernemen in een keten (2017) Beperk uw aansprakelijkheid! advieswijzer Ondernemen in een keten (2017) Beperk uw aansprakelijkheid! 04.08.16 advieswijzer In deze advieswijzer: Besteedt u wel eens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt

Nadere informatie

Ook als de uitvoering van het werk plaatsvindt door een werknemer van degene die de opdracht heeft gegeven, geldt de ketenaansprakelijkheid niet.

Ook als de uitvoering van het werk plaatsvindt door een werknemer van degene die de opdracht heeft gegeven, geldt de ketenaansprakelijkheid niet. Besteedt u weleens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt als aannemer en kunt u aansprakelijk zijn voor de niet-betaalde loonheffingen van uw onderaannemers.

Nadere informatie

De flexibilisering van het B.V. recht

De flexibilisering van het B.V. recht Seminar De flexibilisering van het B.V. recht 6 juni 2012 Dagvoorzitter: Kees Goeman Sprekers: Dirk School Lisan Vermeer Govert Vorstenbosch Sirik Goeman 1 www.bgadvocaten.nl Bogaerts & Groenen advocaten

Nadere informatie

Hoe scoort uw uitzendbureau

Hoe scoort uw uitzendbureau Checklist werken met uitzendbureaus Hoe scoort uw uitzendbureau Het uitzendbureau dat u beoordeelt, heeft veel zaken uit de checklist op orde. Dat is een indicatie dat het uitzendbureau eerlijk en volgens

Nadere informatie

BTW-factuur. dan ook niet aansprakelijk voor handelingen die naar aanleiding van deze notitie zijn of worden gedaan en/of nagelaten.

BTW-factuur. dan ook niet aansprakelijk voor handelingen die naar aanleiding van deze notitie zijn of worden gedaan en/of nagelaten. BTW-factuur Een BTW-ondernemer moet (onder andere) de BTW die hij zijn klanten in rekening brengt, aangeven en afdragen aan de Belastingdienst. Van het af te dragen bedrag moet hij (onder andere) de door

Nadere informatie

Advieswijzer. Ondernemen in een keten Beperk uw aansprakelijkheid Denk ondernemend. Denk Bol.

Advieswijzer. Ondernemen in een keten Beperk uw aansprakelijkheid Denk ondernemend. Denk Bol. Advieswijzer Ondernemen in een keten Beperk uw aansprakelijkheid 15-03-2016 Denk ondernemend. Denk Bol. Besteedt u wel eens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt

Nadere informatie

Als u vragen heeft over dit onderwerp of over de intrekking van mededeling 26, dan kunt u uiteraard contact opnemen

Als u vragen heeft over dit onderwerp of over de intrekking van mededeling 26, dan kunt u uiteraard contact opnemen BTW-nieuwtjes 5/2010 van vilsteren BTW advies bv Heidesteinlaan 2a, 6866 AG Heelsum E-mail: info@btwadvies.com Website: www.btwadvies.com Telefoon: 026-7071710 KvK Arnhem 09136209 De pro rata en het mogen

Nadere informatie

De regeling is al goedgekeurd voor 2013. Voor 2014 maakt deze deel uit van het Belastingplan, wat nog moet worden goedgekeurd.

De regeling is al goedgekeurd voor 2013. Voor 2014 maakt deze deel uit van het Belastingplan, wat nog moet worden goedgekeurd. Particulier Toeslagen op tijd aanvragen Zorg ervoor dat de toeslagen op tijd worden aangevraagd. Als de deadline gepasseerd is heeft u geen recht meer op uitbetaling. Als u bij ons op de uitstellijst staat

Nadere informatie

Overzicht van alle checkpunten

Overzicht van alle checkpunten Checklist werken met uitzendbureaus Overzicht van alle checkpunten Borgen en keurmerken uitzendbureau Staat het uitzendbureau juist geregistreerd bij de Kamer van Koophandel? Is het uitzendbureau gecertificeerd

Nadere informatie

BTW: nieuwe regels voor plaats van dienst Bereid u tijdig voor!

BTW: nieuwe regels voor plaats van dienst Bereid u tijdig voor! 1/ 5 BTW: nieuwe regels voor plaats van dienst Bereid u tijdig voor! Vanaf 1 januari 2010 gelden nieuwe btw-regels. Hoofdregel is dat een dienst belast is in het land van de afnemer. Gevolg hiervan is

Nadere informatie

Advieswijzer Ondernemen in een keten 2017

Advieswijzer Ondernemen in een keten 2017 Advieswijzer Ondernemen in een keten 2017 Beperk uw aansprakelijkheid! Besteedt u wel eens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt als aannemer en kunt u aansprakelijk

Nadere informatie

ACTIEPUNTEN. EIND 2018 voor de DGA TARIEVEN WONING BTWVERHOGING EIGEN KLAAR VOOR

ACTIEPUNTEN. EIND 2018 voor de DGA TARIEVEN WONING BTWVERHOGING EIGEN KLAAR VOOR ACTIEPUNTEN EIND 2018 voor de DGA KLAAR VOOR 2019 TARIEVEN BTWVERHOGING EIGEN WONING ACTIEPUNTEN VOOR DE DGA Inhoudsopgave 3 Maatregelen tegen veel lenen bij eigen bv 3 Tarieven in de vennootschapsbelasting

Nadere informatie

Ondernemen in een keten. Beperk uw aansprakelijkheid. Whitepaper

Ondernemen in een keten. Beperk uw aansprakelijkheid. Whitepaper 15.03.16 Ondernemen in een keten Beperk uw aansprakelijkheid Whitepaper In dit whitepaper: Besteedt u wel eens (een deel van) aangenomen werk uit aan een ander bedrijf? Dan wordt u aangemerkt als aannemer

Nadere informatie

2 Wie kan een Verklaring arbeidsrelatie aanvragen? 3

2 Wie kan een Verklaring arbeidsrelatie aanvragen? 3 Inhoud 1 Waarom deze brochure? 2 2 Wie kan een Verklaring arbeidsrelatie aanvragen? 3 3 Hoe vraagt u de verklaring aan? 4 4 Wat staat er in de Verklaring arbeidsrelatie? 4 4.1 De inkomsten behoren tot

Nadere informatie

Fiscale eindejaarstips

Fiscale eindejaarstips Fiscale eindejaarstips Accountantskantoor Utrecht B.V. www.acckantoorutrecht.nl Jan Speld en Jan Verwoert Eindejaarstips 2012 Doteren aan Fiscale Oudedagsreserve tot maximaal 9.382 (vorig jaar 11.882)

Nadere informatie

Highlights van de Flex BV

Highlights van de Flex BV Highlights van de Flex BV Dag van de Limburgse Financial 26 september 2012 Peter Brouns en Remco Rosbeek Waarom nieuwe BV-wetgeving? Vereenvoudiging van het BV-recht Afschaffing van als nodeloos ervaren

Nadere informatie

TIPS. Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) www.hlb-van-daal.nl

TIPS. Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) www.hlb-van-daal.nl TIPS Internationaal zaken doen en BTW (deel 2) Handel en BTW In dit memo worden aspecten van BTW behandeld, die van toepassing kunnen zijn bij internationale handel. Het is geen volledig overzicht, maar

Nadere informatie

Factureringsregels van toepassing vanaf 1 januari 2013 volgend op de omzetting. in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU

Factureringsregels van toepassing vanaf 1 januari 2013 volgend op de omzetting. in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU volgend op de omzetting in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU Het betrouwbaar controlespoor Als u denkt dat Btw reglementering eenvoudig is, of u niet btw plichtig bent, leest u best niet verder.

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid

Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Financiën van 15 december 2003, nr.

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Marc Joostens - manager Jean-Marc Cambien - senior manager Ine Lejeune - vennoot E-business services PricewaterhouseCoopers Onderwerp Nieuwigheden inzake facturering: de Europese BTW-Richtlijn is

Nadere informatie

Flex-BV. 1. Inleiding en conclusie

Flex-BV. 1. Inleiding en conclusie Flex-BV 1. Inleiding en conclusie Alweer vijf jaar geleden, namelijk op 31 mei 2007, werd het wetsvoorstel Vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht (31 058) ingediend bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel

Nadere informatie

DGA in de pocket Alle informatie die een dga op zak moet hebben

DGA in de pocket Alle informatie die een dga op zak moet hebben DGA in de pocket Alle informatie die een dga op zak moet hebben Voorwoord Als directeur-grootaandeelhouder (dga) heeft u meerdere petten op: niet alleen bent u directeur en aandeelhouder, maar ook werknemer

Nadere informatie

INSPECTIERAPPORT NEN 4400-2:2014 d.d. 16-04-2015 -

INSPECTIERAPPORT NEN 4400-2:2014 d.d. 16-04-2015 - INSPECTIERAPPORT NEN 4400-2:2014 d.d. 16-04-2015 - Naam inspecteur O. de Leeuw Registratienummer 36870 Soort inspectie NEN 4400-2 Datum inspectierapport Datum inspectie 08-04-2015 Datum inspectie Naam

Nadere informatie

info &boon tips & boon

info &boon tips & boon tips & boon BTW: nieuwe regels voor plaats van dienst Bereid u tijdig voor! Vanaf 1 januari 2010 gelden nieuwe BTW-regels. Hoofdregel is dat een dienst belast is in het land van de afnemer. Gevolg hiervan

Nadere informatie

Vennootschapsbelastingtarief 2013 2012. Tarief voor belastbaar bedrag t/m 200.000 20% 20% Tarief over het meerdere 25% 25%

Vennootschapsbelastingtarief 2013 2012. Tarief voor belastbaar bedrag t/m 200.000 20% 20% Tarief over het meerdere 25% 25% Houd grip op de fiscale risico s als uw bv een stamrecht- of pensioensverplichting is aangegaan Fiscale spelregels 2013 voor uw bv Enkele belangrijke actualiteiten voor het ondernemen in de bv voor u op

Nadere informatie

Handleiding Modelopgaaf werkingssfeer CAO voor Uitzendkrachten

Handleiding Modelopgaaf werkingssfeer CAO voor Uitzendkrachten Gebruik handleiding De is opgesteld teneinde een oordeel te kunnen v ormen over de verplichte toepassing van de CAO voor Uitzendkrachten door de onderneming. Deze handleiding is bedoeld ten behoeve van

Nadere informatie

Prinsjesdag 2014 - fiscale actualiteiten

Prinsjesdag 2014 - fiscale actualiteiten 18 september 2014 Prinsjesdag 2014 - fiscale actualiteiten Op Prinsjesdag 2014 is het Belastingplan 2015 gepresenteerd. Het Belastingplan 2015 bevat voor specifiek de vastgoedsector weinig belangrijke

Nadere informatie

De nieuwe Flex-BV. September 2012

De nieuwe Flex-BV. September 2012 De nieuwe Flex-BV September 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten aansprakelijk

Nadere informatie

Alles wat u moet weten over de Wet Flex-BV

Alles wat u moet weten over de Wet Flex-BV Special Flex BV Alles wat u moet weten over de Wet Flex-BV Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Oprichten van een nieuwe BV is eenvoudiger 4 3. Meer vrijheid van inrichting 4 4. Kapitaal- en crediteurenbescherming

Nadere informatie

Special BTW-verhoging. Per 1 oktober 2012

Special BTW-verhoging. Per 1 oktober 2012 Special BTW-verhoging Per 1 oktober 2012 Gevolgen van de BTW verhoging per 1 oktober 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Facturering en aangifte 4 3. Doorlopende prestaties 4 4. Nieuwbouw/verbouwingen

Nadere informatie

Btw-tariefverhoging van 19% naar 21%: bijzondere aandachtspunten

Btw-tariefverhoging van 19% naar 21%: bijzondere aandachtspunten Btw-tariefverhoging van 19% naar 21%: bijzondere aandachtspunten Op 1 oktober 2012 wordt het algemene btw-tarief verhoogd van 19% naar 21% als onderdeel van de Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord

Nadere informatie

WORKSHOP BTW EN FACTUURVEREISTEN

WORKSHOP BTW EN FACTUURVEREISTEN WORKSHOP BTW EN BOUW (INCLUSIEF TARIEFSWIJZIGING) Op 1 maart 2013 is een tijdelijke maatregel van kracht geworden voor renovatie- en herstelwerkzaamheden aan woningen. In deze workshop wordt aandacht besteed

Nadere informatie

Bijzondere Voorwaarden Wet Keten-/ Inleners aansprakelijkheid (2005)

Bijzondere Voorwaarden Wet Keten-/ Inleners aansprakelijkheid (2005) Bijzondere Voorwaarden Wet Keten-/ Inleners aansprakelijkheid (2005) Begripsomschrijving 2 Verplichtingen van de Opdrachtnemer/Onderaannemer/Uitlener. 2 Betaling 3 Ontbinding 5 De hieronder volgende voorwaarden

Nadere informatie

Btw bij onderaanneming en uitlening van personeel

Btw bij onderaanneming en uitlening van personeel Btw bij onderaanneming en uitlening van personeel De verleggingsregeling Bent u ondernemer in de bouw, de scheepsbouw, de metaalconstructie of de confectie-industrie? Dan hebt u waarschijnlijk regelmatig

Nadere informatie

Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief

Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief Vragen en antwoorden verhoging btw-tarief Onlangs is een wetswijziging aangenomen waardoor het algemene btw-tarief in Nederland van 19% naar 21% zal worden verhoogd. In de praktijk leidt dit tot verschillende

Nadere informatie

Checklist Dga en zijn bv Haal het beste uit de fiscale positie van de dga

Checklist Dga en zijn bv Haal het beste uit de fiscale positie van de dga Checklist Dga en zijn bv Haal het beste uit de fiscale positie van de dga 1. Wie is directeur-grootaandeelhouder? De directeur-grootaandeelhouder (dga) is enerzijds directeur van een bv en anderzijds aandeelhouder.

Nadere informatie

Btw-nieuwsbrief mei 2019

Btw-nieuwsbrief mei 2019 In deze btw-nieuwsbrief informeren wij u over de ontwikkelingen op het gebied van de omzetbelasting. In deze nieuwsbrief gaan wij nader in op de volgende onderwerpen: (1) btw-teruggaaf op oninbare vorderingen,

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17 Inhoud Lijst van afkortingen 15 Studiewijzer 17 Inleiding belastingrecht 19 Deel 1 Inkomstenbelasting 26 1 Algemene uitgangspunten 29 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 29 1.2 Waarover

Nadere informatie

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers

Vermindering van BTW voor kleine ondernemers Vermindering van BTW voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Heeft u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleineondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie

Aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw bij inlening van personeel

Aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw bij inlening van personeel Aansprakelijkheid voor loonheffingen en btw bij inlening van personeel Leent u personeel in van een uitlener, en draagt deze de loonheffingen en btw niet af aan de Belastingdienst? Dan kunt u hiervoor

Nadere informatie

UBER PARTNER BRIEFING NOTE NEDERLAND

UBER PARTNER BRIEFING NOTE NEDERLAND 1 UBER PARTNER BRIEFING NOTE NEDERLAND Deze Partner Briefing Note" bevat informatie over de btw-behandeling van transacties tussen Uber, de Partner (uzelf) en uw passagiers (Riders). Daarnaast biedt het

Nadere informatie

HANDLEIDING. Inkoopfacturen, inkoopbonnen en verkoopfacturen.

HANDLEIDING. Inkoopfacturen, inkoopbonnen en verkoopfacturen. HANDLEIDING Inkoopfacturen, inkoopbonnen en verkoopfacturen. Inkoopfacturen Wat is een inkoopfactuur? Een inkoopfactuur is een document dat een betalingsverplichting van jouw onderneming aan een leverancier

Nadere informatie

DE FLEX-BV KORT & BONDIG

DE FLEX-BV KORT & BONDIG DE FLEX-BV KORT & BONDIG Marxman Advocaten B.V. Sectie Ondernemingen Inleiding & Indeling Met ingang van 1 oktober 2012 treedt de Wet vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht (hierna: de Flexwet ) in

Nadere informatie

De Verklaring arbeidsrelatie

De Verklaring arbeidsrelatie Belastingdienst De Verklaring arbeidsrelatie Zekerheid voor uw opdracht gevers over het inhouden en betalen van loonheffingen Werkt u voor opdrachtgevers, bijvoorbeeld als freelancer of zelfstandige zonder

Nadere informatie

VRAAG 1 VRAAG 2. Intracommunautaire levering

VRAAG 1 VRAAG 2. Intracommunautaire levering VRAAG 1 Intracommunautaire levering Op grond van art. 12, lid 2, onderdeel a, 2 Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 is voor de toepassing van het nultarief voor intracommunautaire leveringen vereist

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24 Inhoud Lijst van afkortingen 13 Studiewijzer 15 Inleiding belastingrecht 17 Deel 1 Inkomstenbelasting 24 1 Algemene uitgangspunten 26 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 26 1.2 Waarover

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord... 1. 1. De BV goed gestart... 3. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 26. Inhoudsopgave

Inhoudsopgave. Voorwoord... 1. 1. De BV goed gestart... 3. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 26. Inhoudsopgave Inhoudsopgave Voorwoord... 1 1. De BV goed gestart... 3 1.1. De oprichting.... 3 1.2. De gang naar de notaris... 4 1.2.1. Flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht.......... 6 1.2.2. Afschaffing verplicht

Nadere informatie

Elektronisch factureren De btw-regels: waar let u op?

Elektronisch factureren De btw-regels: waar let u op? Elektronisch factureren De btw-regels: waar let u op? InvoiceSharing Masterclass Digitale Facturen 2 juli 2013 Sandhya Nathoeni & Jasper van Melick Inhoud Introductie Belang van een correcte btw factuur

Nadere informatie

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd.

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd. Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv s een fiscale eenheid te laten vormen. Zowel in de vennootschapsbelasting als in de omzetbelasting is een fiscale eenheid

Nadere informatie

Transparante Vennootschap

Transparante Vennootschap Transparante Vennootschap Er is een Transparante Vennootschap (hierna: TV) ingevoerd. Een TV is een naamloze vennootschap (hierna NV) of een besloten vennootschap (hierna: BV) die verzcht heeft om voor

Nadere informatie

Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 23 juli 2014

Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 23 juli 2014 Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 1 Het belang van de vennootschap staat voorop! Sinds 1 oktober 2012 is het bv-recht ingrijpend gewijzigd. De regels zijn

Nadere informatie

Dit jaar let de Belastingdienst extra op de kosten van de ondernemer en wordt ook het aantal

Dit jaar let de Belastingdienst extra op de kosten van de ondernemer en wordt ook het aantal Nieuw jaar = nieuwe regels Het jaar 2014 is al weer een aantal weken oud. Een nieuw jaar zorgt ook weer voor nieuwe regels. In deze nieuwsflits een aantal belangrijke opmerkingen / wijzigingen voor 2014.

Nadere informatie

I Weten wat u verdient

I Weten wat u verdient Inhoudsopgave I Weten wat u verdient I Weten wat u verdient 3 1.1 Gebruikelijk loon 3 1.2 Werknemersverzekeringen 11 1.3 Beloningen en andere voordelen 20 II Met de bv aan de hand 34 2.1 Zakelijk omgaan

Nadere informatie

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting)

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting) Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting) 2 Nieuwe Successiewet 2010 Met ingang van 1 januari 2010 is de Successiewet gewijzigd. Om te beginnen verdwijnt al de naam successieen schenkings recht.

Nadere informatie

Vermindering van btw voor kleine ondernemers

Vermindering van btw voor kleine ondernemers Vermindering van btw voor kleine ondernemers De kleineondernemersregeling Hebt u een onderneming en maakt u weinig omzet? Dan is er voor u de kleineondernemersregeling. Volgens deze regeling kunt u in

Nadere informatie