IMPARA LE LINGUE CON I FILM AL CLA

Transcriptie

1 UNIVERSITÀ DEGLI STUDI DI PADOVA - CENTRO LINGUISTICO DI ATENEO IMPARA LE LINGUE CON I FILM AL CLA Vedere film in lingua straniera è un modo utile e divertente per imparare o perfezionare una lingua straniera. La scheda didattica ti propone delle attività da svolgere prima, durante o dopo la visione del film. Qui sotto sono specificati la lingua e il livello a cui si rivolgono le attività contenute nella scheda. TITOLO DEL FILM IN LINGUA ORIGINALE: Sonny Boy TITOLO DEL FILM IN ITALIANO: LINGUA: neerlandese LIVELLO: B1 LEGENDA DEI SIMBOLI: = attività che richiede l uso di carta e penna = attività con domande a risposta chiusa = attività con domande a risposta aperta senza correzione = attività che richiede un collegamento ad Internet = consigli per la visione del film e per le attività didattiche

2 SCHEDA DIDATTICA SUL FILM: Sonny Boy ATTIVITÀ PER IL LIVELLO: B1 ATTIVITÀ PRIMA DELLA VISIONE DEL FILM Esercizio 1: De film Sonny Boy is gebaseerd op het gelijknamige boek van Annejet van der Zijl. Waar haalde de schrijfster de inspiratie voor het verhaal vandaan? Kijk op Wikipedia: Esercizio 2a: Maak de zinnen compleet met de woorden uit het lijstje. Gebruik een woordenboek; bijvoorbeeld het gratis onlinewoordenboek of a. huwelijk b. KLM (Koninklijke Luchtvaartmaatschappij) c. gevangenis d. dak e. longontsteking f. verzet g. huur h. toelatingsexamen i. jood j. heimwee k. armoede l. kostganger m. toelage n. gestraft o. opeist p. gescheiden q. gezakt r. onderduiken s. kwijtraken t. slagen Als je salaris te laag is, kan je de staat een 1. vragen voor de 2. van je woning. Je kunt ook een student als 3.. in huis nemen. Hij heeft 4 het.. voor de medische faculteit Leiden gedaan, maar helaas is hij 5..; misschien zal hij volgend jaar 6 Wie geen minimumsalaris verdient, leeft vaak in 7.. Vlieg je met 8 of met Air France? In 1990 zijn ze getrouwd, maar hun 9.. liep niet goed en na tien jaar zijn ze 10.. Bij een scheiding is het vaak de moeder die de kinderen 11 Let goed op je sleutels, die mag je zeker niet 12 Geen mens kan zonder een 13. boven zijn hoofd. Wie lange tijd ver van huis is, krijgt soms 14.. Ze is erg ziek, ze heeft een dubbele 15

3 Moordenaars worden 16., ze moeten in de 17. blijven. Tijdens de tweede wereldoorlog moest elke 18.. een gele ster dragen. De organisaties van het 19. hielpen mensen die gezocht werden door de nazi s 20. Esercizio 2b: wat betekenen de volgende idiomatische uitdrukkingen die in de film gebruikt worden? 1. jij redt het wel a. jij zal niet verdrinken in de rivier b. jij zal geen grote problemen hebben in je leven c. jij zal iemand uit de rivier redden 2. je maakt er een potje van a. je doet het niet goed b. je spaart geld c. je kookt iets lekkers 3. ze zullen raar opkijken a. ze kijken naar boven en zien iets raars b. ze vinden het raar c. ze kijken op een rare manier 4. Rika heeft zussen zat a. Rika s zussen van zijn vaak dronken b. Rika s zussen houden van lekker eten c. Rika heeft veel zussen 5. Rika s broers en zussen hebben haar in de ban gedaan a. Ze willen haar niet meer zien b. Ze hebben haar naar Zeeland gestuurd c. Ze vinden haar fascinerend 6. Willem is helemaal over de rooie a. hij heeft een rood hoofd b. hij is heel erg boos c. hij is een communist 7. je bent mijn rots in de branding a. op jou kan ik altijd vertrouwen b. ik geloof je c. ik vind je hard 8. het loopt in de gaten a. het is een groot risico b. die gaten zijn gevaarlijk c. het trekt de aandacht

4 9. ik krijg op mijn donder a. iemand vindt me vervelend b. iemand is boos op me c. ik ben erg verbaasd 10. iedereen pikt een graantje mee a. iedereen mag meeëten als er een feest is b. iedereen kan voordeel hebben bij een situatie c. iedereen steelt weleens iets ATTIVITÀ DURANTE LA VISIONE DEL FILM Lees de volgende vragen aandachtig voor je de film bekijkt. Probeer de film zonder ondertitels te begrijpen. Als je echt niet kan volgen, kan je de ondertitels aanzetten, maar die zijn in het Engels. Esercizio 1: Kies het goede antwoord 1.Waldemars verblijf in Nederland wordt betaald door a. zijn moeder b. zijn neef in Nederland 2. David Miller, die eigenlijk Waldemars halfbroer is, zegt dat a. het leven in Nederland moeilijk is voor zwarten b. veel Nederlanders in armoede leven 3. Waldemar moet een toelatingscursus doen omdat zijn Surinaamse diploma s a. in Nederland niet geldig zijn b. niet voldoende zijn 4. De huisbaas wil Rika het huis uitzetten omdat ze a. samenwoont met een zwarte b. de huur niet betaalt 5. Waldemar is boos op Rika en gaat terug bij zijn neef wonen omdat a. ze geen abortus heeft laten plegen b. ze niet meteen heeft gezegd dat ze een kind verwacht 6. Willem eist alle kinderen op omdat a. Rika een kind verwacht van een andere man b. hij niet wil dat ze onder een dak wonen met twee negers 7. Hilda is boos op Waldemar en a. wil dat hij teruggaat naar Suriname b. stopt de toelage voor zijn studie 8. Waldemar krijgt een baan bij KLM omdat a. zijn neef daar financieel directeur is b. hij de juiste diploma s heeft 9. Rika s kinderen willen niet in het pension blijven want a. ze willen niet met Waldy omgaan b. ze mogen hun moeder alleen op neutraal terrein zien 10. Rika krijgt een sanctie: ze mag haar kinderen a. het volgende jaar niet zien

5 b. nooit meer zien 11. Waldemar en Rika moeten hun huis uit omdat a. het in een strategisch gevoelig gebied ligt b. het wordt opgeëist door de nazi s 12. Rika s broer zegt dat a. hij haar geen geld meer wil geven b. het opvalt dat ze zoveel eten koopt 13. Gerard, die onderduikt in het pension, is a. een gedeserteerde ss-er b. een verzetsman 14. De mannen zoeken niet verder naar Waldy omdat Marcel a. hem erg goed verborgen heeft b. doet alsof hij het eens is met de nazi s 15. Waldemar mag werken in het postkantoor van Kamp Neuengamme omdat hij a. verschillende diploma s heeft b. vier talen kent ATTIVITÀ DOPO LA VISIONE DEL FILM Nu bekijken we enkele scènes van de film in detail. Zet bij deze oefeningen de ondertitels liever uit. Van minuut 5.50 tot Esercizio 1: Hoe laten de zinnen uit het volgende fragment zien dat Willem protestant is en Rika katholiek? 1. Jan - Waarom gaat papa twee keer naar de kerk? Rika Zo is hij twee keer dichter bij God. 2. Dominee Een over de rivier meegevoerde, och ze zijn met een vinger aan te wijzen, ze zijn moeilijk meer te tellen die in dagen van voor- en tegenspoed, van rijkdom en armoede, kortom in dagen van verleiding als wrakhout worden meegesleurd van God af naar de draaikolkdiepte van het eeuwige verderf. Dit is de methode van de duivel. 3. Vrouwen op het strand Op de dag des Heren, schandalig! Onze dijkgraaf (sovrintendente alle dighe) is niet gezegend (benedetto) met zo n vrouw. 4. Jan Waarom zwaaien ze niet terug? Rika Dat mogen ze niet. Jan Van wie niet? Rika Van onze Lieve Heer niet. 5. Willem Zal ik uit de bijbel voorlezen? 6. Moeder We hebben je gewaarschuwd voor die Willem. Rika Ja, je hebt gelijk. Moeder Een jongen die je uit het klooster heeft geschaakt (rapire). Die nonnetjes die bidden (pregare) nog steeds voor jou.

6 Esercizio 2: Er zitten wat fouten in het script; hoe worden de onderstreepte gedeeltes gezegd? Van minuut tot Huisbaas Ik heb gehoord dat je samenwoont met een zwarte. Rika 1. Nou en?. Huisbaas Het is mijn huis. Rika De huur wordt toch betaald? Huisbaas 2. iedereen die hier dichtbij woont,..praat erover. Rika Daar merk ik niets van. Huisbaas Nee? Dat gebeurt 3. zonder dat u het weet Rika Als ik 4. me moet bezighouden met..wat er achter mijn rug gebeurt, dan kan ik 5. bezig..blijven. Huisbaas Ik wil die types hier niet. Rika Meneer Nods is keurige man, hij studeert aan de universiteit. En hij 6. heeft toevallig kost en inwoning in mijn huis.. Wim Ik 7. wil dat vieze eten niet.. Rika Je kan het toch gewoon proberen. Wim 8. Ik heb het je toch gezegd! Ik hoef die troep niet! Rika Wim!9. Je zou meer respect moeten hebben!.. Wim, wat is er nou? Wim Ik mis papa. Rika - Je gaat toch naar hem toe in de kerstvakantie. Wim Maar hij was zo verdrietig toen we weggingen. Rika Het is ook heel verdrietig. Het is jammer 10. dat de dingen zo gaan.. Wim Ja. Waldemar Ik heb iets voor u gekocht. Rika Voor mij? Waldemar Een kerstcadeau. Ik dacht: u houdt zo van muziek. Rika Wat mooi. Wil je niet nog wat blijven? Het is zo stil hier zonder de kinderen. Waldemar U zou 11. eens naar buiten moeten gaan.. U zit altijd maar binnen. Rika Ik weet nooit waarnaartoe. Of naar wie. Dit heb ik zo gemist. Waldemar Ik ook. Waldemar Mevrouw Van der Lans? Rika Ik 12. kon niet meer thuisblijven Je moet een andere kamer zoeken. Je aanwezigheid geeft onrust. Waldemar Bij de kinderen? Rika Nee, bij mij. Waldemar Ik dacht dat u 13. niet zonder het geld kon. Rika Ik vind wel een andere huurder, 14. vrouwelijke huurder, ik neem een meisje. En het spijt me van je cadeau, dat krijg je gewoon terug. Waldemar Mevrouw Van der Lans! Rika Zeg maar Rika. Waldemar Rika, zullen we wat leuks doen? Waldemar Het sneeuwt! Rika Ja.

7 Waldemar Ik ken dit alleen van 15. illustraties... Jongen Hé, je mag niet meedoen, vuile roetmop. Rika Kom op, gooien! Jongen Hé! Rika Kom op! Esercizio 3a: Verbind de Italiaanse woorden en uitdrukkingen met de vertaling in het Nederlands 1. soltanto miseria 2. afferrare, capire 3. incinta 4. altrettanto cattivo 5. deficiente, poveraccio 6. scoprire 7. capire 8. per un po di tempo 9. paura 10. nascondere a. geen haar beter b. verstoppen c. zolang d. zwanger e. sukkel f. bang g. doorhebben h. erachter komen i. snappen j. pure armoede Esercizio 3b: Vul de tekst aan met de woorden en uitdrukkingen uit het lijstje Van minuut tot 35 Waldemar Ik word gek van dat 1 Ik hou van je en de hele wereld mag het zien. Rika Dat gaat ook. Ik ben 2. Waldemar Hoe lang al? Rika Vier maanden. Waldemar Vier maanden! Wat dacht je? Die 3.4. toch niks? Rika Nee, natuurlijk dacht ik dat niet. Ik was 5. Ik wou het zelfs weg laten halen maar Waldemar Weg laten halen? Een kind van ons! Rika Ik weet niet. Ik dacht: waar beginnen we aan, als ze 6..dat wij Waldemar - Ik 7het al. Rika Nee, nee, je snapt het niet. Waldemar Jawel Rika, je bent 8..dan de rest. Waldemar Kan ik hier 9.slapen? Neef Ik zei het toch! Van minuut tot Esercizio 4: Kijk goed naar de volgende scène en maak de zinnen af

8 1. Hilda heeft het adres van haar broer Waldemar gevonden omdat.. 2. Waldemar wil Hilda niet binnenlaten omdat.. 3. Hilda vindt het schandalig dat. 4. Hilda vindt het jammer dat Waldemar 5. Hilda stelt Waldemar voor.. 6. Hilda zegt dan dat 7. Rika is boos omdat.. 8. Waldemar vraagt zijn neef of.. 9. Zijn neef raadt hem aan 10. Collega Teurlings suggereert dat. SOLUZIONI PRIMA DELLA VISIONE DEL FILM Esercizio 1: Het verhaal van Rika van der Lans en Waldemar Nods is waargebeurd, Annejet van der Zijl is journaliste en heeft het gereconstrueerd. Esercizio 2a: 1m; 2g; 3l; 4h; 5q; 6t; 7k; 8b; 9a; 10p; 11o; 12s; 13d; 14j; 15e; 16n; 17c; 18i; 19f; 20r Esercizio 2b: 1b; 2a; 3b; 4c; 5a; 6b; 7a; 8c; 9b; 10b DURANTE LA VISIONE DEL FILM Esercizio 1: 1a; 2a; 3b; 4a; 5b. 6b; 7b; 8a; 9b; 10a; 11a; 12b; 13a; 14b; 15b DOPO LA VISIONE DEL FILM Esercizio 1: 1. Bij de gereformeerden is het de gewoonte op zondag twee keer naar de kerk te gaan. 2. Gereformeerde dominees dreigen met de duivel en de eeuwige verdoemenis. 3. Op zondag mogen de streng-gereformeerden alleen rusten en bidden, bovendien wordt dansen en plezier maken sowieso als slecht beschouwd. 4. Katholieken duiden God aan met Lieve Heer. 5. Protestanten lezen thuis uit de bijbel voor. 6. Rika was intern in een katholieke nonnetjesschool (collegio di suore) Esercizio 2: 1. wat zou dat? 2. de hele buurt 3. achter uw rug 4. rekening moet houden met 5. aan de gang 6. is toevallig mijn kostganger 7. hoef die troep niet 8. Wat zeg ik nou! 9. Niet zo n brutale mond jij! 10. dat het zo loopt 11. er eens uit moeten gaan 12. hield het thuis niet meer uit 13. het geld nodig had 14. huurster 15. plaatjes Esercizio 3a: 1j; 2g; 3d; 4a; 5e; 6h; 7i; 8c; 9f; 10b Esercizio 3b: 1b; 2d; 3e; 4g; 5f; 6h; 7i; 8a; 9c; 10j Esercizio 4: (possibili soluzioni) 1. hun neef het adres wist 2. er teveel rommel is in de kamer 3. Waldemar met een zeventien jaar oudere gescheiden vrouw samenwoont 4. zijn toekomst vergooit. 5. mee te gaan naar Nederlands Indië omdat hij daar makkelijk een baan kan vinden. 6. ze de bijlage stopt en Waldemar dus geen geld meer wil geven. 7. Waldemar zich voor haar schaamt en niet met Hilda in de kamer wilde praten. 8. hij een baan voor hem kan vinden bij KLM. 9. te vertrekken zoals Surinaamse mannen gewoonlijk doen. 10. Waldemar een baan heeft gekregen omdat hij iemand kent bij KLM (hij heeft een kruiwagen).