HAVENREGLEMENT GDF SUEZ ENERGIE NEDERLANDN.V. G44.ZO/GU001 CENTRALE GELDERLAND TE NIJMEGEN {versie 10 d.d }

Transcriptie

1 HAVENREGLEMENT GDF SUEZ ENERGIE NEDERLANDN.V. G44.ZO/GU001 CENTRALE GELDERLAND TE NIJMEGEN {versie 10 d.d } GDF SUEZ Energie Nederland N.V., Grote Voort 291, 8041 BL Zwolle Handelsregister Zwolle BTW-nr. NL B01 - Bank ING Bank IBAN NL08 INGB BIC INGBNL2A

2 pagina: 2 van 12 GDF SUEZ Energie NederlandN.V. HAVENREGLEMENT GDF SUEZ Energie Nederland-HAVEN TE NIJMEGEN Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a GDF SUEZ Energie Nederland : GDF SUEZ Energie NederlandN.V. gevestigd te Zwolle. b Haven : de haven van GDF SUEZ Energie Nederland te Nijmegen (ook bekend als voorhaven te Weurt). c Bewakingsbeambte : degene, die in deze functie door de directie van GDF SUEZ Energie Nederland is benoemd of aangewezen (de portier). d Schipper : de gezagvoerder c.q. hoogst leidinggevende van een Vaartuig of degene die deze vervangt. Voorts degene die onbemande duw- of andere bakken verhaalt. Voor zover geen schipper aanwezig is, wordt de eigenaar of gebruiker van het Vaartuig als schipper aangemerkt. e Vaartuig(en) : alle vaartuigen, hoe ook genaamd en van welke aard ook. f Teamleider brandstoffen : de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris belast met het toezicht op de Haven en het adequaat afwikkelen van het havenverkeer g c en f : worden verder genoemd de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. Artikel 2 De Schipper is verantwoordelijk voor (i) de naleving van de bepalingen van dit reglement inclusief de bijbehorende bijlagen, voor (ii) de naleving van de aanwijzings- en waarschuwingsborden in de Haven alsmede voor (iii) het opvolgen van de instructies van de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. Artikel 2A Voor HuisBrandOlie (HBO) leverende tanklichters in het bijzonder is aanvullend op het havenreglement en de laagwaterinstructie conform bijlage B, de Wal laad/losovereenkomst zoals verwoord in bijlage C van toepassing. Artikel 3 Onverminderd zijn eigen verantwoordelijkheid moet de Schipper onverwijld de bevelen en aanwijzingen opvolgen, die gegeven worden door de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris met betrekking tot.: a de vrijheid en veiligheid van het verkeer te water; b het gebruik van meerpalen, aanlegsteigers, overige werken; c de wijze van vastleggen en verhalen van het Vaartuig; d de goede orde; e de in te nemen lig- of ankerplaats. Artikel 3A In de Haven kan sprake zijn van een (sterke) stroming richting het inlaatkanaal van de koelwaterinstallatie. Het niet naleven van het havenreglement, de aanwijzings- of waarschuwingsborden en/of opvolgen van instructies van de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris leidt tot aansprakelijkheid daarvoor en de verplichting tot vergoeding van alle schade, ook die ten gevolge van het uitvallen van de elektriciteitscentrale, e.e.a. zoals bepaald in artikel 8A

3 pagina: 3 van 12 Artikel 4 De Schipper die geen afgesproken ligplaats voor zijn Vaartuig in de Haven heeft, is gehouden zich uiterlijk een 1/2 uur voor aankomst te melden bij de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris alvorens hij de Haven binnenvaart, op telefoonnummer onder opgave van de volgende gegevens: naam van het Vaartuig; aard van de te lossen of in te nemen lading; naam en mobiel telefoonnummer van de Schipper; naam contactpersoon van GDF SUEZ Energie Nederland; Artikel 4A In aanvulling op artikel 4 dient de Schipper wanneer er sprake is van een waterstand van 7,50 m N.A.P. (meetpunt Nijmegen Waalhaven) of lager, de voorschriften van bijlage B laagwaterinstructie in acht te nemen. Artikel 5 Het is de Schipper van een Vaartuig en of zijn mede opvarenden verboden, zonder daartoe gerechtigd te zijn dan wel toestemming te hebben verkregen, in de Haven een Vaartuig af te meren, te ankeren, ligplaats te nemen, zich in de Haven op te houden, alsmede vanaf een Vaartuig de steigers, taluds of walkanten te betreden. Artikel 5A Het maximaal toelaatbare aantal schepen, of duwbakken, is 8 à 10 stuks. Dit is mede afhankelijk van de scheepsgrootte van de betreffende schepen en het oordeel van de GDF SUEZ Energie Nederlandfunctionaris. Hierbij moet doorvaart in lengterichting van de Haven te allen tijde mogelijk blijven. Lege schepen en bakken zullen niet langer dan strikt noodzakelijk in de Haven blijven liggen. In geval van laag water wordt het maximum toelaatbaar aantal schepen beperkt conform de laagwaterinstructie, bijlage B. Artikel 6 Het vastmaken van een Vaartuig mag niet anders geschieden dan aan de daartoe bestemde deksloven of bolders of aan de Vaartuigen die langszij liggen. De Schipper is verplicht zorg te dragen dat zijn Vaartuig, zolang het een ligplaats inneemt, is vastgemaakt met deugdelijke meerdraden of touwen en dat de lengte hiervan tijdig aangepast wordt als de omstandigheden daarom vragen. Wegens (mogelijke) sterke stroming in de Haven als gevolg van de aanzuigende werking van de koelwaterinlaat van de elektriciteitscentrale, dient de Schipper met zijn Vaartuig voldoende afstand te houden van het veiligheidsnet dat voor de koelwaterinlaat is gespannen. Bij het verankeren dienen voor en achter ankers uitgezet te worden. Het Vaartuig dient hierdoor vast te liggen. Artikel 6A De maximale toegestane bolderbelasting is door middel van borden ter plaatse aangegeven. Let wel, deze belasting is niet op alle ligplaatsen hetzelfde. De Schipper is verantwoordelijk voor het niet overschrijden van de toelaatbare bolderbelasting. Het met meer dan twee (duw)bakken tegelijk aan een kade afmeren (langszij) is niet toegestaan. De Schipper van het 2 e Vaartuig dat langszij het 1 e Vaartuig afmeert, is mede verantwoordelijk en aansprakelijk voor de overschrijding van de maximaal toegestane bolderbelasting. Artikel 6B Bij overschrijden van de toegestane bolderbelasting is de Schipper verantwoordelijk en aansprakelijk voor alle daardoor eventueel ontstane schade. Artikel 7 Zonder toestemming van de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris is het verboden: a. in de Haven een anker of boei uit te zetten of uitgezet te hebben of een paal te slaan; b. in of over de Haven een draad of touw te spannen of gespannen te hebben voor zover dit hinderlijk, beperkend of gevaarlijk voor deugdelijk gebruik van de Haven en/of voor de scheepvaart kan zijn; c. balken, planken, masten, bomen, trappen en/of andere dergelijke voorwerpen in de Haven te hebben.

4 pagina: 4 van 12 Artikel 8 Wanneer een Vaartuig schade heeft veroorzaakt aan een ander Vaartuig of aan enig havenwerk, zoals kade, aanlegsteiger of paal is de veroorzakende Schipper aansprakelijk voor de ontstane schade en moet hij alvorens zijn reis te vervolgen, hiervan terstond en rechtstreeks kennis geven aan de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris, onder opgave van zijn naam en woonadres. Indien en voor zover bepaald door de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris dient de Schipper tevens een schriftelijke en ondertekende eigen verklaring van het schade-evenement op te maken en achter te laten. Artikel 8A Een Schipper en diens mede-opvarenden, die zich in de Haven en het omliggende terrein van GDF SUEZ Energie Nederland begeeft en/of daarbij gebruik maakt van de havenwerken, doet zulks geheel voor eigen risico en op eigen verantwoordelijkheid. De gehoudenheid voor de Schipper jegens GDF SUEZ Energie Nederland tot vergoeding van schade onder het bepaalde in het havenreglement is gemaximeerd op het hoogste bedrag van hetzij ,- per schade-evenement hetzij het hogere uitkeringsbedrag per schade-evenement onder diens verzekering. Schipper is verplicht zich tegen zijn contractuele en wettelijke aansprakelijkheid afdoende te verzekeren, Genoemde limitering van contractuele aansprakelijkheid van Schipper (waaronder mede verstaan diens mede-opvarenden) vervalt ingeval van: - opzet of grove nalatigheid zijdens Schipper; - wettelijke aansprakelijkheid van Schipper, zoals ingeval van personenschaden (dood en letselschaden). Deze aansprakelijkheid van en vrijwaring door de Schipper jegens GDF SUEZ Energie Nederland (waaronder mede verstaan personeel van GDF SUEZ Energie Nederland) geldt ook ten aanzien van aanspraken van derden die door of namens GDF SUEZ Energie Nederland werkzaamheden verrichten alsmede vindt gelding ten aanzien van aanspraken van diens mede-opvarenden op GDF SUEZ Energie Nederland en/of op derden die door of namens GDF SUEZ Energie Nederland werkzaamheden verrichten. Artikel 8B Schipper is verplicht zich tegen zijn aansprakelijkheid en risico s als hierboven omschreven afdoende te verzekeren. Artikel 9 Het is verboden: a. in de Haven met grotere snelheid te varen dan voor het besturen en het veilig afmeren van het Vaartuig nodig is; b. zonder noodzaak in de Haven te varen (ook niet met een reddings-sloep); c. in de Haven of havenmonding te zeilen of te zwemmen; d. zich met een Vaartuig in of nabij de havenmonding op te houden langer dan voor het onmiddellijk doorvaren noodzakelijk is. Artikel 10 In verband met verontreiniging van het oppervlaktewater is het verboden ladingsresten en/of andere verontreiniging, zoals bilgewater, op enigerlei wijze in de Haven te doen komen. Hierin is begrepen ladingresten vanaf de gangboorden.

5 pagina: 5 van 12 Artikel 10A Het verrichten van reparaties of onderhoudsactiviteiten aan of op een Vaartuig is slechts toegestaan na toestemming van de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. Veiligheid en goede orde dienen te allen tijde gewaarborgd te blijven. Schilderwerkzaamheden aan Vaartuigen in de Haven zijn bij voorbaat niet toegestaan. Artikel 11 Indien van een Vaartuig in de Haven enig voorwerp verloren raakt, dat drijvend of gezonken gevaarlijk of hinderlijk kan zijn, is de Schipper verplicht hiervan onverwijld kennis te geven aan de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. De plaats waar zodanig gezonken voorwerp ligt, moet door de Schipper terstond worden gemarkeerd. Artikel 12 De Schipper, op wiens Vaartuig brand is ontstaan, moet dit terstond melden bij de Bewakingsbeambte op telefoonnummer Artikel 13 De Schipper van een lek geraakt Vaartuig is verplicht onmiddellijk hiervan mededeling te doen aan de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. Bij eventueel zinken van een Vaartuig moet hij zorgdragen, dat het gezonken Vaartuig binnen een door GDF SUEZ Energie Nederland te bepalen termijn gelicht en zonodig verwijderd wordt. Bij gebreke van bovenbedoelde mededeling heeft GDF SUEZ Energie Nederland het recht terstond het gezonken schip te doen lichten en zodanige maatregelen te nemen, als hij in het belang van de Haven nodig acht, alles op kosten van de eigenaar van het gezonken Vaartuig. Gelijke bevoegdheid heeft GDF SUEZ Energie Nederland wanneer aan haar bevel om het Vaartuig te lichten en te verwijderen binnen een door hem te bepalen termijn, niet is voldaan. Artikel 14 Vaartuigen die ongeladen zijn of niet direct geladen of gelost moeten worden, zullen -indien dit noodzakelijk is- op aanwijzing van de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris, plaats moeten maken en of verhaald worden voor Vaartuigen die terstond moeten lossen of laden. Artikel 15 Het is verboden Vaartuigen zodanig af te meren of gemeerd te hebben, dat zij voor het havenverkeer of gemeerd liggende Vaartuigen in de Haven hinder, beperking, overlast of schade kunnen veroorzaken. Artikel 15A Bij het in- en uitvaren van duweenheden dient de duwboot zich te allen tijde aan de kanaalzijde te bevinden, het manoeuvreren van de bakken dient zo rustig mogelijk te gebeuren en met minimaal motorvermogen. Dit ter voorkoming van het loskomen van de bodem van de Haven die de koelwaterinlaat van de elektriciteitscentrale kan vervuilen met mogelijk uitval van de elektriciteitscentrale als gevolg. Artikel 16 Het is enige Schipper verboden zodanige handelingen te verrichten dan wel na te laten die het functioneren van de elektriciteitscentrale belemmeren dan wel die schade toebrengen aan de elektriciteitscentrale en/of diens productieproces. Niet nakoming van deze bepaling lijdt onherroepelijk tot aansprakelijkheid van Schipper. Artikel 17 Zonder daartoe toestemming te hebben van een bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris, is het verboden zich op een der aanlegsteigers, toegangsbruggen of taluds van de Haven te bevinden of vanaf de walkant te vissen.

6 pagina: 6 van 12 Artikel 18 Het is verboden zich op de terreinen van GDF SUEZ Energie Nederland te bevinden, behalve voor het melden bij de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris, of om via deze route het terrein te verlaten. Op het terrein dient men zich te confirmeren aan de geldende GDF SUEZ Energie Nederland veiligheids-, gezondheids en milieu (VGM) bepalingen. Deze bepalingen zijn na te zien op Artikel 19 De Schipper die zijn Vaartuig verlaat, meldt dit vooraf bij de bevoegde GDF SUEZ Energie Nederlandfunctionaris en geeft desgevraagd een adres of telefoonnummer op, waarop hij of enig ander toezichthoudend persoon bereikbaar is. Artikel 19A Het is niet toegestaan om een auto te laden/lossen behoudens toestemming van de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris. De auto dient het GDF SUEZ Energie Nederland terrein z.s.m. te verlaten en op het parkeerterrein buiten de poort geplaatst te worden. Artikel 20 Het is verboden de in en rond de Haven aangebrachte reddingsmiddelen te gebruiken anders dan bij onmiddellijk gevaar voor verdrinking. Artikel 21 De GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris is bevoegd om personen die naar redelijke inschatting een risico kunnen betekenen en zich op het terrein van GDF SUEZ Energie Nederland (willen) begeven, de toegang tot het terrein te ontzeggen (o.a. bij drankgebruik of anderszins het gebruik van verboden hallucinerende of verdovende middelen). Artikel 22 In de Haven gelden naast dit havenreglement de bepalingen zoals deze zijn omschreven in het Binnenvaart Politie Reglement (BPR) en het ADNR in het bijzonder geldt het Nederlands recht in het algemeen. Bijlagen: De navolgende bijlagen maken integraal deel uit van dit havenreglement; (A) Havenoverzicht GDF SUEZ Energie Nederland CG Nijmegen d.d. [..]; (B) Laagwaterinstructie d.d. [..]; (C) Wal laad/los overeenkomst (enkel voor huisbrandolie (HBO) leveranties); (D) Akkoordverklaring.

7 pagina: 7 van 12 Bijlage A: Havenoverzicht GDF SUEZ Energie Nederland CG Nijmegen dd [..]

8 Lokatie trappen kade noord noord noordnoord pagina: 8 van 12

9 pagina: 9 van 12 Bijlage B: Laagwaterinstructie Laagwater instructie is van kracht bij een waterstand van 7.50 NAP Nijmegen waalhaven. Indien aankomsten in avond en nachtelijke uren verwacht wordt dient de GDF SUEZ Energie Nederlandfunctionaris hiervan vooraf op de hoogte gebracht te worden. Aankomsten werkdagen avond-nachturen: melding op werkdag voorafgaand de avond of nacht van aankomst voor 16:00. Aankomsten weekend: melding op vrijdag voorafgaand van het weekend van aankomst voor 16:00. Telf.nr. GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris of uur voor aankomst dient de schipper zich te melden bij de GDF SUEZ Energie Nederlandfunctionaris van CG Nijmegen en geeft hierbij de verwachte aankomsttijd en telfnr. aan. Telf.nr Bij binnenkomst dient de schipper de instructies van GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris op te volgen en de bakken zo rustig mogelijk op de losplaats aan te leggen 3. Wanneer de centrale in bedrijf is mogen er zich slechts 4 duwbakken waarvan minimaal 1 beladen is met biomassa met 1 duweenheid en 1 reststofbeladingschip in de haven bevinden. Lege bakken dienen eerst afgevoerd te worden, waarnaar nieuwe aanvoer weer direct op de losplaats aangelegd kan worden. 3.1 Indien er reden is om van bovenstaande regels af te wijken kan dat in overleg met teamleider brandstoffenpark besproken worden. 4. Bakken dienen te allen tijde de haven ingeduwd te worden en na het lossen eruit getrokken te worden. 5. Indien assistentie nodig is bij het afmeren van de schepen/bakken kan bij de GDF SUEZ Energie Nederland-functionaris hierom gevraagd worden. Tijdens deze laagwaterperiode zal de losplaats zo dicht mogelijk aan kanaalzijde zijn zodat de duweenheid zich zover mogelijk van de koelwaterinlaat bevindt Het manoeuvreren van de bakken dient zo rustig mogelijk te gebeuren en met minimaal motor vermogen. Indien de schipper problemen verwacht bij het manoeuvreren dient hij in overleg met de teamleider brandstoffenpark deze handelingen uit te voeren. Deze regelgeving zal pas eindigen wanneer de waterstand weer een voldoende veilig niveau heeft. Dit wordt t.z.t. aangegeven door CG Nijmegen 10

10 pagina: 10 van 12 Bijlage C: Wal laad/los overeenkomst (enkel voor huisbrandolie (HBO) leveranties) DE SCHIPPER VAN DE TANKLICHTER ZAL ERVOOR ZORGDRAGEN DAT ALLE BEMANNINGSLEDEN MET DE TERMINAL REGELS OP DE HOOGTE ZIJN. ALLE ADNR-REGELS ZIJN ONVERMINDERD VAN KRACHT. ONGEACHT HET SCHEEPSTYPE, ZIJN DE VOLGENDE REGELS VAN KRACHT OP ALLE BEZOEKENDE TANKLICHTERS. 1. ROKEN EN OPEN VUUR IS VERBODEN. 2. Scheepstype: a) Enkelwandige schepen zullen niet toegelaten worden in de haven van GDF SUEZ Energie Nederland. b) De ladingruimte mag i.v.m. de situering van trappen in de kade niet langer zijn dan 68m. 3. Voorbelading: a) Het te lossen product dient minimaal te voldoen aan de gestelde specificatie. Zie voor specificatie op de bestelling. b) Er mag geen voorbelading gebunkerd zijn die het vlampunt van de gespecificeerde huisbrandolie verlagen (< 60 C ). c) Voordat het schip gebunkerd is, dienen de tanks gereinigd en ontgast te zijn. Schoonverklaring en of Certificaten van reiniging dienen overlegd te worden. d) Schepen die een blauwe kegel voeren en of dienen te voeren zullen niet toegelaten worden in de haven van GDF SUEZ Energie Nederland. e) Slangen, leidingen en pompen dienen schoon, droog en gasvrij te zijn. 4. Afmeren: a) Gedurende de gehele periode dat het schip langszij het steiger ligt, op minimaal 4 trossen, waarvan min. 2 staaldraden welke in tegengestelde richting zijn uitgezet. b) Het is niet toegestaan om tijdens de laad-/losoperatie schepen langszij af te meren (o.a. bunker/stores). c) De mogelijkheid om de slipranden voldoende af te kunnen dichten. d) Het schip dient zodanig te zijn afgemeerd, dat het schip kan worden verlaten en betreden op zowel voor- als achterdek. 5. Losprocedure: a) Aansluiten van de losslang is slechts toegestaan na toestemming van Teamleider Brandstoffenpark en in aanwezigheid van de GDF SUEZ Energie Nederland functionares. De losprocedure wordt volgens de Checklist lossen HBO-schip van GDF SUEZ Energie Nederland uitgevoerd. b) Starten van de los/transportpomp(en) mag pas na toestemming van de GDF SUEZ Energie Nederland functionares 6. Aansluitingen: a) De flens waarop aangesloten dient te worden op de walinstallatie is een DIN flens DN 200, P 16 conform DIN GDF SUEZ Energie Nederland draagt zorg voor nieuwe pakkingen voor bovengenoemde aansluiting. Indien gebruik gemaakt wordt van verloopstukken dan dient schipper zorg te dragen voor nieuwe aanvullende pakkingen. De te gebruiken losslangen dienen afgeperst te zijn en voorzien van geldig certificaat. Dit certificaat dient op verzoek getoond en of overlegd te worden. b) Maximaal ingestelde opvoerhoogte van de los/transportpompen van het tankschip van 7,5 bar (overdruk). c) De los/transportpompen dienen voorzien te zijn een aansluiting voor een automatische afslag (door walinstallatie). Hiervoor zal een potentiaal vrij contact worden aangeboden. Door GDF SUEZ Energie Nederland wordt de volgende stekker aangeboden welke aangesloten dient te worden op de (FEMALE) contactdoos van de losinstallatie van het tankschip: Fabrikaat PCE, type 162, 24 Vdc/ 50/60 Hz, 16 A, 2 polig (licht paarse MALE uitvoering). d) Voldoende corrosievrije aansluitingen ten behoeve van het vereffenen van potentiaalverschil nabij de aansluiting van de losslang. De maximale afstand vanaf aansluitpunt losslang tot aardingsaansluiting is 15 meter. 7. Losslang a) Aan- en afkoppelen van de losslang geschiedt uitsluitend in overleg met en in aanwezigheid van de GDF SUEZ Energie Nederland functionares. b) Alvorens de losslang aan of af te koppelen, overtuigen beide partijen zich ervan dat de betrokken slang leeg is en de aanwezige afsluiters dicht staan. c) Gedurende de tijd dat het schip door middel van de losslang is aangekoppeld, mogen de scheeps- en boegschroef niet worden gebruikt. 8. Dekwacht: Tijdens de laad-/losoperatie dient er een deskundig bemanningslid onafgebroken aan dek aanwezig te zijn die zich uitsluitend met de laad-/losoperatie bezighoudt. De leeftijd van de dekwacht moet minimaal 18 jaar zijn. 9. Veiligheidsmiddelen Alle personen welke zich in de ladingszone bevinden, moeten minimaal de volgende Persoonlijke Beschermingsmiddelen dragen: Veiligheidshelm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen, handschoenen en doelmatige werkkleding. 10. Openingen: Ongeacht het scheepstype dienen alle openingen, ramen en deuren gesloten te zijn gedurende de gehele periode dat de lichter langszij ligt.

11 pagina: 11 van Reparaties: Reparaties, ongeacht het soort, zijn verboden. Voor uitzonderingen kan contact worden opgenomen met de Teamleider van het brandstoffenpark. 12. Reiniging: a) De bemanning dient alles in het werk te stellen om oppervlaktewaterverontreiniging te voorkomen. Het wassen van het dek is in de haven van GDF SUEZ Energie Nederland verboden. b) Schoonmaken / ontgassen van de scheepstanks, is niet toegestaan. 13. Onregelmatigheden 13. Inspectie ronde De schipper zal ervoor zorgdragen dat alle onregelmatigheden (zoals o.a. overlopers en schade) direct aan de Teamleider brandstoffenpark worden gemeld. Steekproefsgewijs kan door GDF SUEZ Energie Nederland functionares het schip worden bezocht voor een veiligheidsinspectie. HET BETREDEN VAN INSTALATIES EN GEBOUWEN. Het betreden van de installaties en gebouwen van GDF SUEZ Energie Nederland is niet toegestaan, tenzij met uitdrukkelijke toestemming van Teamleider Brandstoffenpark en de door u nodige en wettelijke voorgeschreven veiligheidsmaatregelen zijn genomen. 1

12 pagina: 12 van 12 Bijlage D: Akkoordverklaring AKKOORDVERKLARING Havenreglement Centrale Gelderland Naam :. Functie Adres Woonplaats Tel/GSM Firma :. :. :. :. :. Contactpersoon GDF SUEZ Energie Nederland:.. Verklaart hiermee kennis te hebben genomen van en akkoord te zijn met het Havenreglement. Datum: Handtekening: Retourneren aan: GDF SUEZ Energie Nederland t.a.v. Dhr.van Duifhuizen Weurtseweg 460, 6541 BE Nijmegen Postbus 38, 6500 AA Nijmegen Tel Fax GSM SUEZ Energie Nederland.nl