Rekenen binnen de logopedie
|
|
- Sofie de Jonge
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Rekenen binnen de logopedie De inzet van de logopedist bij de leerstoornis dyscalculie auteurs danique joosten studeerde Logopedie moniek puts Logopedist Geletterdheid en gecijferdheid zijn van groot belang in de maatschappij. Bij jongeren met leerstoornissen verloopt het verwerven hiervan moeizaam. De prevalentiecijfers van dyslexie en dyscalculie liggen rond de 5% (Barbaresi et al., 2005; Blomert, 2006; Desoete et al., 2010; Geary, 2004). Toch is er veel minder bekend over dyscalculie dan over dyslexie (Grégoire & Desoete, 2009). Kinderen met dyscalculie blijven ondanks gedegen instructies hardnekkig uitvallen op het gebied van rekenen. Het is noodzakelijk dat er instrumenten ontwikkeld worden om vast te stellen op welke rekenaspecten deze kinderen uitvallen. In dit artikel willen we een korte uitleg geven over dyscalculie, de cognitieve deelvaardigheden die nodig zijn om vlot en accuraat te kunnen rekenen en over het uitgevoerde onderzoek binnen een afstudeerproject aan de Hogeschool Zuyd te Heerlen. In Nederland behoort dyscalculie volgens het beroepsprofiel logopedie van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF) en de wet Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (BIG) niet tot het vakgebied van de logopedist (NVLF, 2003). In dit artikel worden voorbeelden gegeven om aan te tonen dat enige basiskennis over dit onderwerp voor een logopedist geen overbodige luxe is. Deze basiskennis is alleen al belangrijk vanwege het feit dat de comorbiditeit van dyslexie met dyscalculie aanzienlijk is (Light & Defries, 1995; Suk-Han Ho et al., 2005). Veel kinderen met dyscalculie hebben problemen op het vlak van lezen en spelling. Daarnaast rekenen veel kinderen met dyslexie niet zo vlot. Tijdens het telen rekenproces maken kinderen gebruik van actieve en/of passieve taal, waarmee we hoeveelheden en relaties precies benoemen en er met anderen over communiceren (Cuyvers, 2008; Desoete & Braams, 2008; Ruijssenaars et al., 2004). Het gebruik van taal bij tel- en rekenprocedures maakt deel uit van het dagelijks leven. Denk bijvoorbeeld aan het afrekenen van de boodschappen of het aflezen van de klok. 06 annemie desoete hoofddocent universiteit Gent, lector Arteveldehogeschool katrien horions docent opleiding logopedie Dyscalculie De Nederlandse Vereniging tot Ontwikkeling van het Reken-WiskundeOnderwijs (NVORWO) heeft in samenwerking met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ministerie van OCW) een landelijk protocol opgesteld waarin de handelingswijze wordt beschreven die kan worden gevolgd indien er sprake kan zijn van ernstige rekenwiskundeproblemen of dyscalculie (Groenestijn et al., 2011). Een in België gehanteerde definitie van dyscalculie is de volgende: Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met het leren en vlot/accuraat oproepen/ toepassen van reken-/wiskundekennis (feiten/afspraken). (Desoete et al., 2010, p.4). LOGOPEDIE JAARGANG 85
2 in het kort In andere landen dan Nederland onderzoeken en behandelen onder meer logopedisten kinderen en jongeren met dyscalculie. Dit kunnen we in ons land ook zeker ter overweging meenemen. Binnen deze studie werd daarom meegewerkt aan de ontwikkeling en het aanpassen van de CDR-NL als instrument om het criterium van de achterstand op het vlak van rekenen te operationaliseren. Met dit instrument kan de logopedist het profiel van sterke en zwakke punten op het vlak van rekenen samenstellen en een hierop afgestemde behandeling opstellen. In de internationale wetenschap is er nog geen consensus over de oorzaken en over de subtypes van dyscalculie (Desoete et al., 2010; Desoete & Braams, 2008; Van Lieshout, 2006; Van Loosbroek, 2006). Vanwege deze reden spreekt men van een beschrijvende diagnose en niet van een verklarende diagnose. Er is sprake van dyscalculie als voldaan is aan drie criteria. Ten eerste is er het criterium van achterstand. Dit betekent dat deze kinderen horen bij de 10% zwakste rekenaars. Het tweede criterium gaat over de didactische resistentie, ook wel het Resistence To Instruction (RTI-principe) genoemd. Dit houdt in dat de kinderen een achterstand hebben op rekenkundig vlak, ook wel een klinische score genoemd, en dat 3 tot 6 maanden gedegen taakspecifieke instructie niet heeft geleid tot een vermindering van de achterstand. Tot slot is er het milde exclusiecriterium. Hiermee wordt bedoeld dat er geen andere factoren of stoornissen genoemd kunnen worden die volledig verantwoordelijk zijn voor de achterstand. Binnen dit criterium vallen dus kinderen met bijvoorbeeld een lager IQ (TIQ <70), kinderen die geen goed onderwijs hebben genoten of kinderen met concentratieproblemen veroorzaakt door bijvoorbeeld ADHD of ADD. Comorbide problemen (zoals ADHD) kunnen aanwezig zijn. Leerlingen met bijvoorbeeld dyscalculie èn ADHD scoren beduidend minder goed op het vlak van rekenen dan leerlingen met alleen ADHD. (Couchez et al., 2007; De Bondt & De Braeckeleer, 2011; Desoete et al., 2010; Saez et al., 2011). Zoals eerder genoemd is er geen consensus met betrekking tot de subtypes van dyscalculie (Robinson et al., 2002; Shalev et al., 2000,2001; Stock et al., 2007; Temple, 1999). Er is echter enige wetenschappelijke evidentie voor het bestaan van tweesubtypes. Bij semantische geheugendyscalculie zijn er problemen op het vlak van het temporekenen zoals splitsingen en tafels. Daarnaast zijn de kinderen minder accuraat of trager in hoofdrekenen. Ze hebben problemen met arbitraire informatie zoals kleiner dan, groter dan. Indien de antwoorden snel uit het geheugen moeten worden gehaald, worden er veel fouten gemaakt. Verder zien we dat de tijd die nodig is om een correct antwoord te geven zeer wisselend is. Bij hen levert 20 à 30% meer tijd betere resultaten op. Bij procedurele dyscalculie blijven kinderen een rekenalgoritme gebruiken dat normaal is voor jongere leerlingen. Er is een achterstand merkbaar in het begrip van de rekenprocedures en ze hebben moeite met de volgorde van de stappen die bij complexe berekeningen moeten worden uitgevoerd. Bij hen levert het gebruik van een opzoekboekje betere resultaten op. Een cluster van deze twee subtypes werd al eerder in een clusteranalyse teruggevonden (Pieters, 2012). Een derde subtype omvat het subtype waarbij er sprake is van visuospatiële problemen, soms Visuospatial Learning Disability (VSLD) genoemd. De meningen rond dit subtype zijn verdeeld. Bij deze problemen hebben kinderen moeite met het goed weergeven en interpreteren van visueel-ruimtelijke numerieke informatie zoals het aflezen van de klok (Burny et al., 2012) en het recht onder elkaar zetten van getallen in kolommen. Ook het roteren van getallen en het fout interpreteren van de ruimtelijke weergave van numerieke informatie zijn opvallend. Daarnaast vertonen de kinderen uiteenlopende moeilijkheden met meetkunde en contextrijke opgaven. In de praktijk merkt men dat hulp bij het voorstellingsvermogen en talige hulpmiddelen leiden tot betere resultaten. Een belangrijke kanttekening bevat het gegeven dat in de praktijk de subtypes vaak samen voorkomen en niet op zichzelf staan (Desoete, Van Hees, Tops & Brysbaert, 2012). Dyscalculie komt zelden alleen voor (Braams, 2000; Light & Defries, 1995; Suk-Han Ho et al., 2005). In de internationale wetenschappelijke literatuur wordt de comorbiditeit met een taalontwikkelingsstoornis hoog genoemd. Echter, specifieke percentages ontbreken. Hieronder staan enkele voorbeelden van comorbiditeit van dyscalculie. De percentages uit de literatuur zijn echter niet eenduidig en verschillen naar gelang het land van afkomst en het daar gebruikte cut off criterium. Dyslexie: 17% tot 43% (Desoete & Braams, 2008; Stock et al., 2006). ADHD: 20% tot 60% (Scheiris & Desoete, 2008; Stock et al., 2006). Developmental Coordination Disorder (DCD): 25% (Pieters, 2012; Pieters et al., 2012; Pieters, Desoete et al., 2012). Sociale problemen en gedragsproblemen ten gevolge van het leerprobleem: 40% tot 43% (Desoete & Braams, 2008; Stock et al., 2006). Volgens het Protocol Ernstige RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie is het de bedoeling dat er bij het vermoeden van rekenwiskundeproblemen of dyscalculie door de intern rekenexpert onderzoek wordt verricht naar de problematiek. De intern expert stelt op basis van de resultaten samen met de leerkracht een individueel handelingsplan op. Indien de ontwikkeling van de leerling dreigt vast te lopen of stagneert en de school niet kan voldoen aan de behoeften van de leerling, wordt er beroep gedaan op extern onderzoek door een opgeleide en geregistreerde onderzoeker die zelf rekenexpert is of er nauw mee samenwerkt. Na het onderzoek wordt er een handelingsplan opgesteld (Groenestijn, Borghouts & Janssen, 2011). Bij de begeleiding van dyscalculie staan de basisproblemen van de individuele leerling centraal. Binnen de begeleiding wordt er gebruik gemaakt van de STICORDI-maatregelen (De Bondt & De Braeckeleer, 2011; De Ruyck & Desoete, 2010; Sprankel, 2008). STICORDI staat voor stimuleren (ondersteuning bieden op de affectieve component), remediëren (het bereiken van een hoger niveau door specifieke training), compenseren (het aanreiken van hulpmiddelen en ondersteuning) en dispenseren (het krijgen van vrijstelling voor bepaalde activiteiten). Het doel van de- NUMMER 7-8, juli
3 ze aanpak is kinderen met dyscalculie te stimuleren zodat de motivatie niet afneemt (De Ruyck & Desoete, 2010). Logopedisten die werken met leerlingen met dyslexie, zijn vertrouwd met dit begrip. Leerlingen met zowel dyslexie als dyscalculie worden vaak door meerdere therapeuten behandeld. Kennis van elkaars werkterrein en een goede multidisciplinaire samenwerking draagt bij aan een vermindering van de therapiedruk bij de cliënten en een betere afstemming van de therapie. Voor meer informatie over de behandeling wordt onder andere verwezen naar De Ruyck et al. (2011). Cognitieve deelvaardigheden rekenen Om vlot en accuraat te kunnen rekenen zijn er minstens negen cognitieve deelvaardigheden nodig. In onderstaande tabel worden de negen cognitieve deelvaardigheden uitgelegd die worden getoetst met de CDR (Desoete & Roeyers, 2006). digheden T (taal), V (voorstelling), C (context), R (relevantie) en N (number sense, schattend rekenen) is een adequate receptieve woordenschat van groot belang. Daarnaast wordt er bij de deelvaardigheden R (relevantie) en N (number sense, schattend rekenen) verwacht dat de leerling irrelevante informatie filtert en een inschatting maakt van het antwoord. Dit doet een beroep op de vaardigheid om hoofd- en bijzaken van elkaar te kunnen onderscheiden. De logopedist kan betrokken worden bij het differentiaal diagnostisch proces bij het vermoeden van rekenproblemen/dyscalculie. Indien er een vermoeden bestaat van het aanwezig zijn van de stoornis dyscalculie, kan de logopedist onderzoek verrichten op het vlak van taalproblemen en op alle aspecten die hiermee samenhangen. Echter, op dit moment kan er op basis van de deelvaardigheden nog geen subtype van dyscalculie worden vastgesteld. Dit vanwege het feit dat er nog onvoldoende gefundeerd onderzoek heeft plaatsgevonden (Desoete & Roeyers, 2005; Zhao et al., 2011). De Vlaamse test CDR De Vlaamse test Cognitieve Deelvaardigheden Rekenen (CDR) is ontwikkeld door prof. A. Desoete & H. Roeyers in 2006 en is gebaseerd op onderstaande cognitieve deelvaardigheden. Dit instrument kan worden afgenomen bij leerlingen met rekenproblemen of bij leerlingen waarbij een rekenprobleem wordt vermoed. De test is ontwikkeld voor leerlingen van klas 1 tot en met klas 6 van het Vlaamse basisonderwijs. Dit komt overeen met groep 3 tot en met groep 8 van het Nederlandse reguliere basisonderwijs. De test bestaat uit 3 delen, namelijk graad 1 omvat klas 1 en 2, graad 2 omvat klas 3 en 4 en graad 3 omvat klas 5 en 6. Daarnaast is er ook een versie voor oudere leerlingen (CDR 5de graad). Deze versie is ook genormeerd voor volwassenen. De CDR biedt een uitgebreide taak- en foutenanalyse en een zwakte- sterkteanalyse. Mede hierdoor kan de CDR gebruikt worden om de achterstand op het vlak van de rekenprocedures (P-taken) bij procedurele dyscalculie vast te stellen. Ook de andere rekenvaardigheden worden in kaart gebracht. Heel veel kinderen met dyscalculie vallen uit op de V-taken. Als er een klinische score is (score percentiel 10) en als voldaan is aan het RTI-criterium en aan het milde exclusiecriterium, kan de CDR gebruikt worden om de diagnose dyscalculie te stellen. Vervolgens kan er een passende behandeling en begeleiding opgestart worden, door de sterke en zwakke kanten in kaart te brengen. De CDR-test bestaat uit negen deeltaken, die elk een cognitieve vaardigheid omvat. Iedere deeltaak bestaat uit 10 items. Naast deze negen cognitieve deelvaardigheden is er een metacognitieve vaardigheid opgenomen in de test. Bij dit onderdeel moet de leerling aangeven hoeveel vragen hij/zij zelf denkt correct te hebben beantwoord. Op deze wijze kan er bijvoorbeeld worden onderzocht in welke mate de leerling in staat is om eigen prestaties correct te beoordelen of het eigen gedrag te plannen. Uit onderzoek blijkt dat de helft van de kinderen met dyscalculie ook Deeltaak Omschrijving Lexietaken (L-taken) Symbooltaken (S-taken) Kennistaken (K-taken) Procedurele taken (P-taken) Taaltaken (T-taken) Voorstellingstaken (V-taken) Contexttaken (C-taken) Relevantietaken (R-taken) Number sense taken (N-taken) Lezen en schrijven van getallen. Schrijf de getallen in woorden. Kennis van de rekensymbolen < of > of =. Inzicht in getalstructuur en getallenlijn. Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Algemene conceptuele en taalgerelateerde domeinspecifieke kennis waarbij het taalbegrip van groot belang is. Bijvoorbeeld: 8 minder dan 11 is Voorstellingsvermogen. Bijvoorbeeld: 11 is 9 minder dan Indirecte opdrachten op tekstniveau. Indirecte opdrachten met irrelevantie informatie. Schattend rekenen. 08 De lezer zal merken dat een aantal van deze deelvaardigheden een beroep doet op vaardigheden die de logopedist onderzoekt of behandelt. De Lexie of L-taken doen een beroep op de lees- en schrijfvaardigheden van leerlingen. Het taalbegrip en het begrijpend lezen spelen een belangrijke rol bij de deelvaardigheden T (taal), V (voorstelling), C (context) en R (relevantie). De leerlingen moeten het talig geformuleerde rekenprobleem lezen en begrijpen om de opdracht correct te kunnen uitvoeren. Bij de deelvaartabel 1. De deeltaken van de CDR (Desoete & Roeyers, 2006). LOGOPEDIE JAARGANG 85
4 een metacognitief probleem heeft. Daarnaast blijkt uit de testresultaten welke leerlingen zichzelf vrij correct inschatten, welke leerlingen zichzelf onderschatten en welke leerlingen zichzelf overschatten. Dit kan worden meegenomen in het behandeltraject (Desoete et al., 2002). Het onderzoek En dan Tijdens het afstudeerproject en het bestuderen van de internationale wetenschappelijke literatuur, groeide de overtuiging dat een logopedist ook basiskennis moet hebben van rekenproblemen en dyscalculie. Op deze wijze kan hij/zij kenmerken hiervan tijdig detecteren en het kind vroegtijdig doorsturen voor diagnostisch onderzoek en begeleiding. Wanneer de problemen van het kind zich vermoedelijk manifesteren op het vlak van bijvoorbeeld de gesproken en/of geschreven taalontwikkeling, kan de logopedist nuttige informatie aanleveren bij het stellen van de differentiaaldiagnose. Methode Om te onderzoeken of de CDR (Desoete & Roeyers, 2006) graad 3 bruikbaar is in Nederland, werd de test afgenomen bij een proefgroep bestaande uit 137 leerlingen uit groep 7 en 135 leerlingen uit groep 8, afkomstig van 8 scholen uit het Nederlandse reguliere basisonderwijs in Limburg. De leerlingen kregen rekenonderwijs aan de hand van de rekenmethodes De Wereld in getallen (Huitema et al., 2009), Pluspunt (Munsterman et al., 2009), Alles Telt (Sweers et al., 2009) en Talrijk (Winnubst et al., 2002). De afname van de rekentest vond plaats in februari en in de eerste week van maart De test werd per school per klas klassikaal afgenomen, vanwege het feit dat een individuele afname gezien de grootte van de proefgroep en het tijdsbestek niet mogelijk was en er uit eerdere onderzoeken geen verschillen naar voren zijn gekomen tussen een klassikale afname en een individuele afname. Vervolgens werden de rekentesten nagekeken en werden de resultaten per leerling samen met gegevens over de groep, de school en de rekenmethode ingevoerd in Statistical Package for the Social Sciences (SPSS). Om te bepalen of de Vlaamse test bruikbaar kan zijn in Nederland werden er vijf vragen opgesteld: 1. Is er een significant verschil tussen de totaalscores van de leerlingen die gebruik maken van de verschillende rekenmethodes? 2. Is er een significant verschil tussen de scores per deeltaak van de leerlingen die gebruik maken van de verschillende rekenmethodes? 3. Zijn de afzonderlijke deeltaken van de Vlaamse CDR (Desoete & Roeyers, 2006) graad 3 betrouwbaar (intern consistent) voor leerlingen in het Nederlandse regu- Binnen de diagnostiek kan er in de toekomst wellicht gebruik worden gemaakt van de Nederlandse versie van de CDR om een differentiaaldiagnose te kunnen stellen. In België behoort dyscalculie tot het vakgebied van de logopedist met als voordeel dat een kind geen verschillende therapiesettings hoeft te bezoeken en zowel talige als rekenkundige problemen, die met elkaar kunnen samenhangen, in één behandelingsplan opgenomen kunnen worden. Een uitdaging voor de Nederlandse logopedist? liere basisonderwijs? 4. Welke moeilijkheidsgraad bevatten de afzonderlijke items van de CDR (Desoete & Roeyers, 2006) graad 3 indien deze worden afgenomen bij basisschoolleerlingen in Nederland? 5. Is er een samenhang tussen de metacognitieve inschatting en de totaalscore van de leerlingen? Resultaten Om te bepalen of er een significant verschil bestond tussen de totaalscores van de leerlingen die gebruik maken van de verschillende rekenmethodes, werd er een ANOVA uitgevoerd. De ANOVA was significant voor de groep (F(1, 272) = 10,182, p = 0,002), maar niet significant voor de rekenmethode (F(3, 4) = 0,882, p = 0,451). Dit houdt in dat leerlingen uit hogere klassen beter konden rekenen maar dat er geen (niet toevallig) verschil was tussen de klassen die met verschillende rekenmethodes rekenonderwijs kregen.verder werd er een MANOVA uitgevoerd met de deelscores als afhankelijke variabele en de groep (groep 7 en groep 8) en de methode (rekenmethode) als onafhankelijke variabele. Met deze techniek wilden we onderzoeken of er een verschil was op het vlak van rekenen tussen leerlingen van groep 7 en groep 8 en of leerlingen met een bepaalde rekenmethode beter konden rekenen dan leerlingen die een andere rekenmethode gebruikten. De MANOVA wees uit dat er een significant verschil bestond tussen groep 7 (.675 F(27, 362,786) = 1,939, p = 0,004) en groep 8 (.626 F(27, 356,945) = 2,303, p = 0,000). Oudere leerlingen kunnen dus beter rekenen. De leerlingen uit groep 7 en groep 8 verschilden ook op het vlak van de S-taken (F(3, 132) = 5,477, p = 0,001), en de P-taken van groep 8 (F(3, 130) = 5,545, p = 0,001). Er was voornamelijk een verschil tussen de leerlingen van groep 7 en groep 8 op het vlak van het lezen van de symbolen en op het vlak van het oplossen van de formuleopgaven (P-taken). Daarnaast bleek er een significant verschil te bestaan tussen De wereld in getallen en Talrijk bij de S-taken van groep 7. De rekenmethodes De wereld in getallen, Alles Telt en Talrijk veroorzaakten een significant verschil bij de S-taken en de P-taken van groep 8. Om te bepalen of de deeltaken van de CDR (Desoete & Roeyers, 2006) graad 3 bruikbaar zijn in Nederland, werd de interne consistentie (als maat voor betrouwbaarheid) nagegaan, aan de hand van de Cronbach s alpha. Een deeltaak werd als betrouwbaar gezien, indien de Cronbach s alpha 0.80 was (Baarda et al., 2011). Uit tabel 2 blijkt dat er bij alle deeltaken sprake is van een lage betrouwbaarheid. Echter, indien een deeltaak uit minder dan 20 items bestaat, geeft de betrouwbaarheidsanalyse lagere betrouwbaarheidspercentages weer. Dit is ook het geval bij de CDR (Desoete & Roeyers, 2006). De betrouwbaarheid van de totaalscore (met Cronbach s Alpha =.91) vormt een betere indicatie voor het vaststellen van de achterstand dan één van de subtests om van dys- NUMMER 7-8, juli
5 10 LOGOPEDIE Aantal L-taken 10 0,204 S-taken 10 0,682 K-taken 10 0,683 P-taken 10 0,476 T-taken 10 0,523 V-taken 10 0,794 C-taken 10 0,398 R-taken 10 0,585 N-taken 10 0,387 calculie te kunnen spreken. Op dit vlak is het beter om geen deelscores te gebruiken. De deelscores zijn voornamelijk bedoeld om het profiel van kinderen te bekijken en vanuit observatie begeleidings- en handelingsgericht na te gaan wat de sterke en zwakke punten zijn. De moeilijkheidsgraad van de items werd bekeken aan de hand van frequenties. Hoe hoger dit percentage is, des te lager is de moeilijkheidsgraad. tndien 10% van de leerlingen het item correct beantwoordt, is het item mogelijk te moeilijk. Indien 90% van de leerlingen het item correct beantwoordt, is het item mogelijk te makkelijk. Dit betekent dat deze items mogelijk moeten worden aangepast of verwijderd. Uit de data-analyse bleek dat het niet voorkwam dat 10% van de leerlingen een item correct beantwoord had. Uit de data-analyse kwam naar voren dat het wel vaker voorkwam dat 90% van de leerlingen het item correct beantwoordde. Deze items werden echter niet aangepast omdat ze een meerwaarde kunnen vormen bij het vaststellen van een profiel van sterke en zwakke punten van leerlingen en het begeleidings- en handelingsgericht aanpakken van dyscalculie. Om te bekijken of er een samenhang bestond tussen de metacognitieve inschatting en de totaalscore van de leerlingen, werd de correlatie berekend. Er bestaat een lage positieve maar significante samenhang tussen de totaalscore en de metacognitie (r = 0,297; p <0,001;). Cronbach s alpha Vastgestelde aanpassingen Aan de hand van de bovengenoemde resultaten werden in overleg met de eerste autabel 2. De betrouwbaarheid van de deeltaken: Cronbach s alpha. teur van de CDR (Desoete & Roeyers, 2006) een aantal aanpassingen voor Nederland voorgesteld. Zo werden de instructies, de voorbeeldopgaven en een aantal talige aspecten aangepast om de bruikbaarheid in Nederland te verhogen. Verder werd besloten om vier normen op te stellen; één normering waarbij alle deeltaken worden afgenomen, één normering waarbij de L-taken niet worden afgenomen, één normering waarbij de S-taken niet worden afgenomen en één normering waarbij de L- taken en de S-taken niet worden afgenomen. Op die manier kan iedereen beslissen welke items worden afgenomen met een bijbehorende normering. In een vervolgonderzoek moet worden gekeken naar de andere testprotocollen van de CDR (Desoete & Roeyers, 2006). Daarnaast moet er in een vervolgonderzoek ook bekeken worden of de extra opgestelde normeringen ook nodig zijn tijdens andere toetsmomenten in een schooljaar voor Nederland. Conclusie Uiteindelijk kunnen we concluderen dat de Vlaamse CDR (Desoete & Roeyers, 2006) graad 3 momenteel nog niet volledig bruikbaar is binnen het Nederlandse reguliere basisonderwijs. Indien de test bewerkt en aangepast wordt, kan dit instrument in de toekomst wel bruikbaar zijn in het Nederlandse reguliere basisonderwijs. Contact Dit artikel is gebaseerd op een onderzoek dat is uitgevoerd in het kader van een bachelorthesis 2011 aan de opleiding logopedie aan de Hogeschool Zuyd te Heerlen. Voor het opvragen van de bachelorthesis en het eerste concept van de CDR-NL groep 7 en groep 8 kan gebruik gemaakt worden van de volgende adressen: daniquejoosten89@hotmail.com of moniek_puts@ hotmail.com. Auteurs Danique Joosten heeft logopedie gestudeerd aan de Hogeschool Zuyd te Heerlen. Moniek Puts is in juli 2011 afgestudeerd als logopedist aan de Hogeschool Zuyd te Heerlen en is werkzaam in twee logopediepraktijken en een zorginstelling in Nederland. Katrien Horions is docent aan de opleiding logopedie van de Hogeschool Zuyd te Heerlen en tevens als logopedist werkzaam in een groepspraktijk te Lummen (BE). katrien.horions@zuyd.nl Annemie Desoete is hoofddocent aan de Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie van de Universiteit Gent (BE). Daarnaast is zij lector aan de Arteveldhogeschool, verbonden aan Explo ( logopedie/expertise) en doctor in de Pedagogische Wetenschappen. De CDR biedt een uitgebreide taak- en foutenanalyse en een zwakte- sterkteanalyse. JAARGANG 85
6 Leerlingen met zowel dyslexie als dyscalculie worden vaak door meerdere therapeuten behandeld. LITERATUURLIJST > Baarda, B.B., Goede, de, M.P.M., & Dijkum, van, C. (2011). Basisboek Statistiek met SPSS. Handleiding voor het verwerken en analyseren van en rapporteren over (onderzoeks) gegevens. Groningen: Noordhoff Uitgevers bv. > Barbaresi, W.J, Katusik, S.k., Colligan, R.C. et al., (2005). Learning disorder: Incidence in a population-based birth cohort ( , Rochester, Minn). Ambulatory Pediatrics, 5 (5), > Blomert, L. (2006). Onderzoek t.b.v. protocollen voor dyslexie diagnostiek en behandeling. Amsterdam: CVZ. > Braams, T. (2000). Dyscalculie: Een verzamelnaam voor uiteenlopende rekenstoornissen. Tijdschrift voor Remedial Teaching, 4, > Burny, E., Valcke, M. & Desoete, A. (2012). Clock reading: an underestimated topic in children with mathematics difficulties. Journal of Learning disabilities, 45, > Couchez, L., Van De Steene, D., Peirlinck, H. & Van Dyck, P. (2007). Milan in de wereld zonder cijfers. Een verhaal van een jongen met rekenstoornissen + extra bijlage met tips voor ouders en leerkrachten. Destelbergen: Sig > Cuyvers, L. (2008). Therapie bij dyscalculie. Introductie. Antwerpen-Apeldoorn: Garant-Uitgevers n.v. > De Bondt, A. & De Braeckeleer, N. (2011). De dyscalculie survivalgids. Sint-Niklaas: Abimo. > De Ruyck, F., Uleyn, M., Vanackere, E., Soete, L., Meysman, S., Croes, E., Valcke, M., Van Hove, G., & Desoete, A. (2011). Dyscalculie achter de cijfers. Kwalitatief onderzoek naar effectieve interventies t.a.v. dyscalculie. Signaal, 74, > De Bondt, A., & De Braeckeleer, N. (2011). De dyscalculie survival gids. Sint- Niklaas: Abimo. > Desoete, A., & Braams, T. (2008). Kinderen met dyscalculie. Amsterdam: uitgeverij Boom. > Desoete, A., Brysbaert, M., Tops, W., Callens, M., De Lange, C., & Van Hees, V. (2010). Studeren met dyslexie. BSH & Ugent. [online]. Available: [2012, March 13]. > Desoete, A., Ghesquière, P., De Smedt, B., Andries, C., Van den Broeck, W., & Ruijssenaars, W. (2010). Dyscalculie: Standpunt van onderzoekers in Vlaanderen en Nederland. Logopedie, 23 (4), 4-9 > Desoete, A., Roeyers, H. (2005). Cognitive skills in mathematical problem solving in grade 3. Britisch Journal of Educational Psychology, 75, > Desoete, A., & Roeyers, H. (2006). Cognitieve Deelvaardigheden Rekenen Handleiding. Herentals: Vlaamse Vereniging voor Logopedisten. > Desoete, A., Roeyers, H., Buysse, A., & De Clercq, A. (2002). Off-line metacognitie bij kinderen met rekenstoornissen. Signaal, 38, > Desoete, A., Van Hees, V., Tops, W., & Brysbaert, M. (2012). Proef op de som. Studeren met dyscalculie. (Educatief pakket met boek en DVD Academia Press > Geary, D.C. (2004). Mathematics and learning disabilities. Journal of Learning Disabilities, 37, > Grégoire, J., & Desoete, A. (2009). Mathematical Disabilities An Underestimated Topic? Journal of Psychoeducational Assessment, 27, > Groenestijn, M., Borghouts, C., & Janssen, C. (2011). Protocol (Ernstige) Reken Wiskunde problemen en Dyscalculie. Assen: Uitgeverij van Gorcum. > Light, J.G., & Defries, J.C. (1995). Comorbidity of reading and methematics disabilities: Genetic and environmental etiologies. Journal of Learning Disabilities, 28, > NVLF. (2003). Beroepsprofiel logopedist. [online]. Available: [2010, April 15]. > Pieters, S. (2012). The relationship between motor and mathematical problems in elementary school children. Onuitgegeven proefschrift. Verdedigd 12 juni UGent: Gent. > Pieters, S., De Block, K., Scheiris, J., Eyssen, M., Desoete, A., Deboutte, D., Van Waelvelde, H., & Roeyers, H. (2012). How common are motor problems in children with a developmental disorder: rule or exception? Child: Care, Health and Development, 38(1), > Pieters, S., Desoete, A., Van Waelvelde, H., Vanderswalmen, R., & Roeyers, H. (2012). Mathematical problems in children with developmental coordination disorder. Research in Developmental Disabilities, 33, > Robinson, C.S., Menchetti, B.M., Rogensen, J.K. (2002). Towards a Two-Factor theory of One type of mathematics disabilities. Learning Disabilities: Research and Practice, 17, 81. > Ruijssenaars, A.J.J.M., van Luit, J.E.H., & van Lieshout, E.C.D.M. (2004). Rekenproblemen en dyscalculie, theorie, onderzoek, diagnostiek en behandeling. Rotterdam: Uitgeverij Lemniscaat. > Ruyck, de, F., & Desoete, A. (2010). Sticordi-wat werkt? VVL, 23, > Saez Scheihing, R. & Smulders, E. (2011). Stomme sommen. Mijn boek over dyscalculie. Nino: Amsterdam. > Scheiris, J., & Desoete, A. (2008). De prevalentie van enkele specifieke ontwikkelings- en gedragsstoornissen en hun comorbiditeit. Signaal, 62, > Shalev, R., Auerbach, J., Manor, M. & Gross-Tsur, V. (2000). Developmental dyscalculia: prevalence and prognosis. European child and adolescent psychiatry, 9 Suppl.2, > Shalev, R., Manor, O., Kerem, B., Ayali, M., Badichi, N., Friedlander, Y. & Gross-Tsur, V. (2001). Developmental Dyscalculia is a Familial Learning Disability. Journal of Learning Disabilities, 34, > Stock, P., Desoete, A. & Roeyers, H. (2006). Focussing on mathematical disabilities: a search for definition, classification and assessment. In Soren V. Randall (Ed.), Learning Disabilities New Research (pp ). Hauppage, NY: Nova Science. > Stock, P., Desoete, A., & Roeyers, H. (2007). Dyscalculie, een stoornis met vele gezichten. Een overzichtbespreking van subtyperingen bij rekenstoornissen. Signaal, 59, > Suk-Han ho, C. Wai-ock Chan, D., Leung, P;W.l., Lee S.h., & Tsang, S.m. (2005). Reading-related cognitive deficits in developmental dyslexia, attention-deficit/hyperactivity disorder, and developmental coordination disorder among Chinese children. Reading Research Quarterly, 40, > Temple, C.M. (1999). Procedural dyscalculia and number fact dyscalculia: Double dissociation in developmental dyscalculia. Cognitive Neuropsychology, 8, > Van Lieshout, E. (2006). Rekenstoornissen en dyscalculie: enkele non-specifieke cognitieve verklaringen (pp.6-15) In M. Dolk & M. Groenestijn (Red.) Dyscalculie in discussie. Op weg naar consensus. Assen: Van Gorcum. > Van Loosbroek, E. (2006). De basis van ontwikkelingsdyscalculie (pp ). In M. Dolk & M. Groenestijn (Red.) Dyscalculie in discussie. Op weg naar consensus. Assen: Van Gorcum. > Zhao, N.N., Valcke, M., Desoete, A., Verhaeghe, J. & Xu, K. (2011). Multilevel analysis on predicting mathematics performance in Chinese primary schools: Implications for practice. Asia-Pacific Education Researcher, 20 (3), NUMMER 7-8, juli
Rekenen binnen de logopedie. Interview: Anne Baker. Logopedie en hoogbegaafdheid. juli 2013 7-8
Rekenen binnen de logopedie Interview: Anne Baker Logopedie en hoogbegaafdheid juli 2013 7-8 Sinds wanneer werk je als logopedist? Ik ben in 1991 afgestudeerd aan de Hogeschool Windesheim in Zwolle, een
Nadere informatieBijlage 9: Cognitieve deelvaardigheden rekenen (CDR) 1
Bijlage 9: Cognitieve deelvaardigheden rekenen (CDR) 1 Om vlot en accuraat te kunnen rekenen zijn er minstens negen cognitieve deelvaardigheden nodig. In onderstaande tekst worden de negen cognitieve deelvaardigheden
Nadere informatieWiskundeonderwijs : Is er een relatie met motoriek? En zijn er clusters binnen het rekenen? Ruth Vanderswalmen, Stefanie Pieters en Annemie Desoete
Wiskundeonderwijs : Is er een relatie met motoriek? En zijn er clusters binnen het rekenen? Ruth Vanderswalmen, Stefanie Pieters en Annemie Desoete Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie
Nadere informatieHulpmiddelen bij de aanpak van dyscalculie. Wat is dyscalculie? Beschrijvende diagnose. Dyscalculie
Hulpmiddelen bij de aanpak van dyscalculie Nathalie Colpaert, ergotherapeute Jannes Baert, psycholoog 2 Kunnen rekenen (competentie) Rekenen niet van 8.30-15.30 uur Dyscalculie niet verdwenen op 21 jaar
Nadere informatieVCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be
VCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be Campus Centrum Hallershofstraat 7 2100 Deurne Tel. (03) 285 34 50 Fax (03) 285 34 51 Campus Noord Markt 3 2180
Nadere informatieProtocol dyscalculie januari 2016 DYSCALCULIE PROTOCOL
DYSCALCULIE PROTOCOL 1 Inhoud Wat is dyscalculie?... 2 Vermoeden dyscalculie... 2 Signalering... 3 Stappenplan onderzoek en begeleiding... 4 Vergoeding... 5 Dyscalculieverklaring... 5 Wat is dyscalculie?
Nadere informatieDyscalculie een diagnose alleen maar zinvol om leerlingen te helpen
Dyscalculie een diagnose alleen maar zinvol om leerlingen te helpen Annemie Desoete 2.12.2010 Ugent, Arteveldehogeschool & Sig Inhoud lezing Inleiding : DC, hoe vaak? Begrippen/ oorzaken Varianten DC -
Nadere informatieWORKSHOP DYSCALCULIE. SSgN studiedag 21 maart 2014
WORKSHOP DYSCALCULIE SSgN studiedag 21 maart 2014 6 + 3 =? Volgens Jelle (2Jn): 6 + 3 = 8??? Hoe doet Jelle dat? 6 x 7 =? Volgens Jelle: 6 x 7 = 44 Of 49? Jelle heeft het eerste uur vrij. Het tweede uur
Nadere informatie3/03/2015. Exclusief probleem. Ernstig probleem. Exclusief probleem. Hardnekkig probleem
is dyscalculie? Ik reken op jouw hulp: Hulpmiddelen bij de aanpak van dyscalculie Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met vlot/accuraat oproepen van rekenfeiten
Nadere informatiePresentatie ernstige rekenproblemen & Dyscalculie 22 oktober 2014; Johanna Jager & Annelie van Harten
Presentatie ernstige rekenproblemen & Dyscalculie 22 oktober 2014; Johanna Jager & Annelie van Harten Programma Invoering van referentieniveaus en rekentoetsen in het onderwijs. Wat zijn ernstige rekenproblemen
Nadere informatiePROTOCOL Ernstige Rekenwiskundeproblemen
PROTOCOL Ernstige Rekenwiskundeproblemen en dyscalculie Stichting Primair Onderwijs Achterhoek Lohmanlaan 23 7003 DJ Doetinchem INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 Visie en uitgangspunten... 3 Route... 4 Wat
Nadere informatieBEGELEIDING LEERLINGEN DYSCALCULIE EN ERNSTIGE REKENPROBLEMEN
BEGELEIDING LEERLINGEN DYSCALCULIE EN ERNSTIGE REKENPROBLEMEN Begeleiding van leerlingen met ernstige rekenproblemen en/of dyscalculie Definitie van dyscalculie Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt
Nadere informatieDyscalculie een werkwoord
Dyscalculie een werkwoord Annemie Desoete 1.03.2010 Ugent, Arteveldehogeschool & Sig Inhoud lezing Inleiding : DC, hoe vaak? Begrippen/ oorzaken Varianten DC - angst : STICORDI Conclusies 3 perspectieven
Nadere informatieNationale Dyslexie Conferentie 2010
Nationale Dyslexie Conferentie 2010 De samenhang tussen dyscalculie en dyslexie 13 oktober 2010 Sui Lin Goei Lector Onderwijs en Zorg Hogeschool Windesheim Universitair docent Onderwijscentrum VU Orthopedagoog/GZ-psycholoog
Nadere informatieWorkshop Dyscalculie. Startopdracht. Doel. Opdracht 1 Placemat
Workshop Dyscalculie Evelien Brouwer Dianne Roerdink Startopdracht Opdracht 1 Placemat Bedenk voor je zelf wat jij al van dyscalculie af weet. Wat is volgens jou dyscalculie. Schrijf dit op in één van
Nadere informatieWETENSCHAP VANDAAG OVER DYSCALCULIE
DYSCALCULIE BIJ VOLWASSENEN Dr. Wim Tops Neurolinguïst Psycholoog De Kronkel Rijksuniversiteit Groningen WETENSCHAP VANDAAG OVER DYSCALCULIE één hardnekkige rekenstoornis 2 veel voorkomende stoornis drie
Nadere informatieCOMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS
COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS NATIONALE DYSLEXIECONFERENTIE 3 APRIL 2013 Wilma Jongejan w.jongejan@vu.nl Onderwijscentrum VU (OCVU) DYSLEXIE: GEEN GEÏSOLEERD PROBLEEM Secundaire
Nadere informatieHet ABC van de leerstoornissen
Het ABC van de leerstoornissen 23 oktober 2012 K.A. Redingenhof Leuven Nadia Gielen Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek PraxisP Inhoud Leerstoornissen, dyslexie, dyscalculie een beknopt overzicht
Nadere informatieRTI: een prachtig instrument om zicht te krijgen op het effect van je instructie. Beurs Beter begeleiden, 17 april 2012, 15.15-16.
RTI: een prachtig instrument om zicht te krijgen op het effect van je instructie Beurs Beter begeleiden, 17 april 2012, 15.15-16.00 uur Vragen die beantwoord worden: Wat is RTI, wat zijn het doel en de
Nadere informatieAndere psychometrische kenmerken. www.prodiagnostiek.be/ diagnostisch materiaal
Rekenbegrip Verachtert P., Dudal P., VCLB-Service, Schaarbeek, 2004 Een betrouwbaar beeld geven van de voorbereidende rekenvaardigheden en inzichten van kleuters. De toets bestaat uit de onderdelen: vergelijken
Nadere informatieProtocol Dyscalculie
Protocol Dyscalculie Inhoud Inleiding... 2 Signaleren... 3 Interventies... 4 Handelingsgerichte interventies gericht op rekenuitval door de leerkracht... 4 Handelingsgerichte interventies gericht op rekenuitval
Nadere informatieDr. Bert De Smedt - KULeuven 1
Kinderen met rekenproblemen of dyscalculie Dr. Bert De Smedt Overzicht Inleiding Definitie + Prevalentie Recente wetenschappelijke inzichten Cognitieve kenmerken van kinderen met dyscalculie Neurobiologische
Nadere informatieBegeleidingswijzer Dyscalculie
Begeleidingswijzer Dyscalculie Dyscalculie De term dyscalculie komt uit het Latijn (dys = slecht) en Grieks (calculus = rekenen) en kan vertaald worden als het niet kunnen uitvoeren van berekeningen. Voor
Nadere informatieRID, daar kom je verder mee. Jelle wil net als zijn vriendjes naar de havo. Dyscalculie houdt hem niet tegen. Dyscalculiebehandeling
RID, daar kom je verder mee Jelle wil net als zijn vriendjes naar de havo. Dyscalculie houdt hem niet tegen. Dyscalculiebehandeling Waarom het RID? Wat is dyscalculie? Een gestructureerde aanpak Ruim 25
Nadere informatieEffectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties
Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Van Waelvelde, De Roubaix A, Steppe L, et al. (2017) Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties.
Nadere informatieZAREKI-R-NL: dé oplossing of een meerwaarde voor het screenen op dyscalculie?
ZAREKI-R-NL: dé oplossing of een meerwaarde voor het screenen op dyscalculie? Pearson maakte onlangs bekend dat ze aan een screeninginstrument voor dyscalculie werken. De ZAREKI-R-NL zou verschijnen in
Nadere informatieDYSCALCULIE. Annemie Desoete, Pol Ghesquière*, Bert De Smedt*, Caroline Andries, Wim Van den Broeck en Wied Ruijssenaars**
Dyscalculie: Standpunt van onderzoekers in Vlaanderen en Nederland Annemie Desoete, Pol Ghesquière*, Bert De Smedt*, Caroline Andries, Wim Van den Broeck en Wied Ruijssenaars** Universiteit Gent Arteveldehogeschool
Nadere informatieOver dyscalculie en rekenproblemen
De Dyscalculie-Survivalgids 19 Hoofdstuk 1 Over dyscalculie en rekenproblemen Voor we verder ingaan op dyscalculie, moeten we toch eerst even vertellen wat dyscalculie eigenlijk is. Dat gaan we doen in
Nadere informatieDyslexie en dyscalculie in het hoger secundair onderwijs
Dyslexie en dyscalculie in het hoger secundair onderwijs Prof. dr. Wim Tops (Rijksuniversiteit Groningen) Dr. Frauke De Weerdt (IVV Sint-Vincentius Gent) Overzicht deel I 1. Definities dyslexie en dyscalculie
Nadere informatieAchter de schermen van. Proef op de som. Een nieuwe educatief pakket. Proef op de som
Een nieuwe educatief pakket Proef op de som Achter de schermen van Proef op de som Annemie Desoete Annemie Desoete is lector in de opleiding logopedie en audiologie aan de Arteveldehogeschool en hoofddocent
Nadere informatieVCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be TOELICHTING GEMOTIVEERD VERSLAG DYSCALCULIE
VCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be Campus Centrum Hallershofstraat 7 2100 Deurne Tel. (03) 285 34 50 Fax (03) 285 34 51 Campus Noord Markt 3 2180
Nadere informatieDyscalculie: Stagnaties in het leren rekenen. E. Harskamp. Terug naar eerste pagina. Pedagogiek in Beeld Hoofdstuk 22
Dyscalculie: Stagnaties in het leren rekenen E. Harskamp Rekenstoornissen (een voorbeeld) Susanne eind groep 5 van de basisschool. optelsommetjes over het tiental vaak fout het getalinzicht (welke getal
Nadere informatieDyscalculie. Tempo-test-rekenen
Dyscalculie Tempo-test-rekenen Tempo-test-rekenen ( TTR ) Teije de Vos 1992 Vaardigheidsniveau van elementaire rekenbewerkingen / automatisatie 1 lj tot en met 6 de lj Vlaamse normen vanaf 2 de leerjaar
Nadere informatieDyscalculie: zijn er risicosignalen op kleuterleeftijd?
Annemie Desoete en Pieter Stock 1 Dyscalculie: zijn er risicosignalen op kleuterleeftijd? Dit artikel brengt verslag uit over een onderzoek dat ingaat op de vraag hoe je toekomstige zwakke rekenaars op
Nadere informatieST 1-6 Vlaanderen diagnosticeert spellingproblemen met een nieuwe Vlaamse spellingtest Christel Van Vreckem VVL-congres, Gent: ICC 10 maart 2017
ST 1-6 Vlaanderen diagnosticeert spellingproblemen met een nieuwe Vlaamse spellingtest VVL-congres, Gent: ICC 10 maart 2017 PWO-onderzoek, gesubsidieerd door OED, ODC Leer+ SITUERING Voorwaarden voor goede
Nadere informatieDyscalculieprotocol Cluster Jenaplan
Dyscalculieprotocol Cluster Jenaplan Eerste versie 2015-2016 Het volgen van - en begeleiding bij ernstige rekenproblemen en dyscalculie Stappenplan bij (ernstige ) rekenproblemen en dyscalculie De vier
Nadere informatieAutomatiseren in de rekenles: Wat je moet weten
Automatiseren in de rekenles: Wat je moet weten Er is veel aandacht voor het verbeteren van basisvaardigheden rekenen. Terecht, want deze vaardigheden zijn onmisbaar voor het succes van kinderen in andere
Nadere informatieExperts in diagnostiek
Experts in diagnostiek Het beste in een kind naar boven halen Elk kind heeft zijn eigen talenten. Dit betekent niet dat alle kinderen even goed mee kunnen komen op school. Sommige kinderen hebben onvoldoende
Nadere informatieVroegtijdig signaleren en preventie van rekenwiskunde problemen.
Vroegtijdig signaleren en preventie van rekenwiskunde problemen. IDJK 2017 Ine van de Sluis Stijgen en Dalen 1. Eén persoon stelt een gesloten vraag. 2. Is het antwoord op jou van toepassing, ga je staan.
Nadere informatieWat leren we uit de COE rekentoetsen over ERWD? Hendrik Straat en Mieke Hodzelmans Cito
Wat leren we uit de COE rekentoetsen over ERWD? Hendrik Straat en Mieke Hodzelmans Cito Opzet Achtergrond van het onderzoek Bekijken van rekenitems Resultaten en discussie Aanleiding Introductie van rekentoetsen
Nadere informatieDYSCALCULIEPROTOCOL. Beekdal Lyceum Datum: Auteur: Martin Jager
DYSCALCULIEPROTOCOL Beekdal Lyceum 2017 2018 Datum: 26-09-2017 Auteur: Martin Jager Inhoudsopgave 1. Signalering en diagnose 3 2. Dyscalculieverklaring 4 3. Mogelijke faciliteiten 4 4. Examen 5 5. Communicatie
Nadere informatiePLD de Spindel, bijlage 4
Checklist Onderkenning Dyslexie Edux Beoordeling van de ernst en hardnekkigheid van de lees- en/of spellingproblemen t.b.v. de continuïteit van de zorg in het primair en voortgezet onderwijs Naam leerling
Nadere informatieDyscalculiebehandeling
Dyscalculiebehandeling De weg vrij voor talent Wat is dyscalculie? Werken in je eigen tempo Dyscalculie komt voor bij ongeveer 3 tot 6% van de basisschoolleerlingen. Het kan erfelijk zijn, maar soms komt
Nadere informatieAdviesburo Comenius bestaat al ruim 20 jaar en is in Midden Nederland bij ouders, scholen en huisartsen inmiddels een begrip.
1 2 INFORMATIE OVER COMENIUS Adviesburo Comenius bestaat al ruim 20 jaar en is in Midden Nederland bij ouders, scholen en huisartsen inmiddels een begrip. Wij mogen daarom met recht zeggen een ruime ervaring
Nadere informatieDe Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB)
Zwakzinnigheid (DSM-IV-TR) Code Omschrijving IQ-range Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Xavier Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Onderzoeker Universiteit van Amsterdam
Nadere informatieLeerbaarheid van hoofdrekenen, rekenachterstanden en automatiseringstekorten Eerste resultaten met betrekking tot het Voortgezet Onderwijs
Leerbaarheid van hoofdrekenen, rekenachterstanden en automatiseringstekorten Eerste resultaten met betrekking tot het Voortgezet Onderwijs W. Danhof, P. Bandstra, S. Faber, A. Minnaert en W. Ruijssenaars
Nadere informatieDe prevalentie van enkele specifieke ontwikkelings- en gedragsstoornissen en hun comorbiditeit
Jan Scheiris en Annemie Desoete 1 De prevalentie van enkele specifieke ontwikkelings- en gedragsstoornissen en hun comorbiditeit In dit artikel staan we stil bij hoe vaak en in welke combinatie bepaalde
Nadere informatieDe betekenis van het Protocol ERWD VO voor leerlingen met rekenproblemen of dyscalculie
De betekenis van het Protocol ERWD VO voor leerlingen met rekenproblemen of dyscalculie Door Prof. Dr. J.E.H. van Luit Inleiding Het afgelopen najaar verschenen de protocollen Ernstige Reken Wiskundeproblemen
Nadere informatieRekenen bij Moderne Wiskunde
Moderne Wiskunde Rekenen: een volledig doorlopende leerlijn rekenen voor alle leerjaren en alle niveaus! Rekenen bij Moderne Wiskunde 1 Verplichte rekentoets Vanaf schooljaar 2013/2014 Voor alle leerlingen
Nadere informatieVCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding TOELICHTING ONDERZOEKSVERSLAG DYSLEXIE BIJ DE OVERSTAP NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS
VCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be TOELICHTING ONDERZOEKSVERSLAG DYSLEXIE BIJ DE OVERSTAP NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS 1. Visie Het doel van een
Nadere informatieDyscalculieprotocol Het volgen van - en begeleiding bij
Dyscalculieprotocol 2017-2018 Het volgen van - en begeleiding bij ernstige rekenproblemen en dyscalculie Stappenplan bij (ernstige ) rekenproblemen en dyscalculie De vier fasen vanuit het protocol ERWD
Nadere informatieVergoedingsregeling ernstige, enkelvoudige dyslexie
Vergoedingsregeling ernstige, enkelvoudige dyslexie Vanaf januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de vergoeding van het onderzoek en de behandeling van ernstige, enkelvoudige dyslexie voor
Nadere informatieProtocol Ernstige Reken-Wiskunde problemen en Dyscalculie (samenvatting)
0 Protocol Ernstige Reken-Wiskunde problemen en Dyscalculie (samenvatting) 1 Inhoud Inleiding 2 Onderscheid tussen ernstige reken-wiskunde problemen en dyscalculie 3 Wat wordt verstaan onder dyscalculie
Nadere informatieDyslexiewijzer. Waarom deze dyslexiewijzer? De rol van de logopedist bij dyslexie
Dyslexiewijzer Dyslexiewijzer Waarom deze dyslexiewijzer? Voordat kinderen met het leesonderwijs in aanraking komen, kunnen ze al verwezen worden naar een logopedist. Zij hebben dan een logopedische stoornis
Nadere informatieERWD-PROTOCOL ERNSTIGE REKEN- EN WISKUNDEPROBLEMEN EN DYSCALCULIE
ERWD-PROTOCOL ERNSTIGE REKEN- EN WISKUNDEPROBLEMEN EN DYSCALCULIE FIORETTI COLLEGE VEGHEL VERSIE JANUARI 2018 Inleiding Doel en uitgangspunten Het Fioretti College wil iedere leerling de ondersteuning
Nadere informatieEmpowerment bij Rekengesprekken
Pagina 1 Empowerment bij Rekengesprekken Pedagogisch-didactische fijn-afstemming bij leerlingen met Rekenproblemen in het Primair Onderwijs van 9 12 jaar. Want je denkt pas als je praat. Denken in je eentje
Nadere informatieHet LOVS rekenen-wiskunde van het Cito
Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Marian Hickendorff & Jan Janssen Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode De LOVS-toetsen rekenen-wiskunde
Nadere informatieDyscalculie. Linette van Oijen
Dyscalculie Linette van Oijen In deze workshop Korte ervaring met rekenen Diagnose dyscalculie Protocol (ernstige) rekenproblemen en dyscalculie Tips voor in de les Evt. regelgeving omtrent de rekentoets
Nadere informatieHet stellen van de diagnose dyscalculie gebeurt aan de hand van volgende criteria:
Dyscalculie : een werkwoord. Annemie Desoete, docent leerstoornissen Ugent en Arteveldehogeschool, promotor associatieonderzoeksgroep leerstoornissen Ugent, wetenschappelijk medewerker Sig Inleiding Iedereen
Nadere informatieTips voor het diagnostische gesprek. Marisca Milikowski Rob Milikowski
Tips voor het diagnostische gesprek Marisca Milikowski Rob Milikowski Herkent u deze leerling? Zwakke automatisering, Tellend rekenen vaak op de vingers Nieuwe kennis zakt snel weg Eenvoudige bewerkingen
Nadere informatieStomme sommen. Mijn boek over dyscalculie. Raúl Saez Scheihing. Ellie Smulders
Stomme sommen Mijn boek over dyscalculie Raúl Saez Scheihing Ellie Smulders Met dank aan: Professor Dr. Hans van Luit, hoogleraar diagnostiek en behandeling van kinderen met dyscalculie. Stomme sommen
Nadere informatieHoe rekent ons brein?? Recente neurowetenschappelijke inzichten in de ontwikkeling van rekenen en dyscalculie
Overzicht Inleiding Hoe rekent ons brein?? Recente neurowetenschappelijke inzichten in de ontwikkeling van rekenen en dyscalculie Prof. Dr. Bert De Smedt (number sense) Bewerkingen Hersenstructuur en rekenen
Nadere informatieHet LOVS rekenen-wiskunde van het Cito
cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode
Nadere informatieHandelingsplan. Dyscalculie
Handelingsplan Dyscalculie Datum van invullen: Omschrijving van dit plan: Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van de basisvaardigheden van het
Nadere informatieZorgaanbod. De weg vrij voor talent
Zorgaanbod De weg vrij voor talent Het RID Sinds 1989 is het RID (Regionaal Instituut voor Dyslexie) specialist in onderzoek naar en behandeling van dyslexie. Sinds een aantal jaren verzorgen wij ook onderzoek
Nadere informatieKwaliteitsinstituut Dyslexie
Kwaliteitsinstituut Dyslexie Remco Reij voorzitter Manja van Wezep secretaris Kwaliteitsinstituut Dyslexie Mijlpalen beleidsontwikkeling Dyslexie en onderwijs Dyslexie en zorg Protocol 2007 Oprichting
Nadere informatieLogopedie in het cluster 2 onderwijs
Logopedie in het cluster 2 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement gaat over de logopedische
Nadere informatie52. Op weg naar rijkere breukenlessen
52. Op weg naar rijkere breukenlessen Op naar rijkere breukenlessen Maaike Koopman, Marieke Thurlings en Perry den Brok Onderzoek naar breukenlessen: introductie PROO onderzoek (411-10-703) De rol van
Nadere informatieWelke tests gebruikt men bij de diagnose van dyscalculie en waarom?
Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Academiejaar 2010 2011 Welke tests gebruikt men bij de diagnose van dyscalculie en waarom? Masterproef ingediend tot het behalen van de graad van master
Nadere informatiePROTOCOL. DYSLEXIE en DYSCALCULIE
PROTOCOL DYSLEXIE en DYSCALCULIE Vastgesteld 10 februari 2014 Inleiding In dit protocol zet het Montessori College Eindhoven in grote lijnen uiteen: - hoe leerlingen met leerstoornissen als dyslexie en
Nadere informatieERNSTIGE ENKELVOUDIGE DYSLEXIE. Diagnostiek en behandeling door Adelante audiologie & communicatie
ERNSTIGE ENKELVOUDIGE DYSLEXIE Diagnostiek en behandeling door Adelante audiologie & communicatie Ernstige Enkelvoudige Dyslexie Diagnostiek en behandeling Adelante audiologie & communicatie Bij schoolgaande
Nadere informatieDiagnostiek van het handelend rekenen
Diagnostiek van het handelend rekenen Test Meten en Metend rekenen 2-6 D. Van De Steene Van De Steene I. Vervenne 1 Introductie Meten en metend rekenen in ons dagelijks leven Situering Domein meten en
Nadere informatieVoorstelling van nieuwe tests. TMMR 2-6, Test Meten en Me tend Rekenen 2e - 6e lj ST 1-6, Spellingstest 1e - 6e lj BIJ ROUW EN PALLIATIEVE ZORG
Studiedag 1 december 2016 Voorstelling van nieuwe tests TMMR 2-6, Test Meten en Me tend Rekenen 2e - 6e lj ST 1-6, Spellingstest 1e - 6e lj BIJ ROUW EN PALLIATIEVE ZORG Doelgerichte opleiding met een concreet
Nadere informatieProtocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose
Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose Als een kind rekenproblemen heeft, is het belangrijk om dit snel aan te pakken. Tijdig ingrijpen kan heel wat voorkomen. Maar
Nadere informatieProgramma ERWD. Dyscalculie. ERWD-presentatie Mieke van Groenestijn, HU, Utrecht 1
-presentatie 17-5-2011 Programma Programma Inleiding Hoofdlijnen Handelingsmodel Werken met het handelingsmodel Fasen Motto Ernstige RW-problemen en Dyscalculie Motto 1 Passend begint bij goed Ernstige
Nadere informatieWat is een specifieke taalontwikkelingsstoornis? dr Ellen Gerrits, logopedist Congres TaalStaal 9 november 2012 Koninklijke Auris Groep
Wat is een specifieke taalontwikkelingsstoornis? dr, logopedist Congres 9 november 2012 Koninklijke Auris Groep Over welke kinderen praten we vandaag? Engels: Specific Language Impairment: Is SLI wel zo
Nadere informatieparate rekenvaardigheden
parate rekenvaardigheden Rinske Stelwagen & Teun Hommersom parate rekenvaardigheden wie zijn wij workshop tijdens de vorige conferentie de som van de dag een wiskunde- / reken-website een diagnostische
Nadere informatieAlgemeen. Diagnostiek
Algemeen Het IWAL is een zelfstandige, landelijk opererende instelling voor dyslexiezorgverlening die inmiddels 30 jaar bestaat. Binnen het IWAL werkt een multidisciplinair team van (GZ)psychologen, (ortho)pedagogen,
Nadere informatieLeerstoornissen in een notendop
Leerstoornissen in een notendop Sprankel Vlaams-Brabant 21/09/2015 Nadia Gielen Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek PraxisP Inhoud een inleiding in het domein van de leerstoornissen Leerstoornissen,
Nadere informatieDyscalculie protocol Rotterdamse Montessorischool
Dyscalculie protocol Rotterdamse Montessorischool Inleiding Het doel van rekenwiskunde-onderwijs is functionele gecijferdheid, afgestemd op de mogelijkheden van iedere individuele leerling. Het Protocol
Nadere informatieCursus rekendidactiek. Bijeenkomst 6 26 februari 2013 monica wijers, vincent jonker Freudenthal Instituut
Cursus rekendidactiek Bijeenkomst 6 26 februari 2013 monica wijers, vincent jonker Freudenthal Instituut Rekenen uit de krant Huiswerk Zwakke rekenaars Bekijk samenvatting van het protocol ERWD voor
Nadere informatieDyslexieprotocol Cambium College
Dyslexieprotocol Cambium College Inhoud: Wat is dyslexie? Diagnosetraject op het Cambium. De dyslexieverklaring. Overzicht dispenserende en compenserende maatregelen: o Dispenserende maatregelen. (Vrijstellingen)
Nadere informatieProtocol Dyscalculie. De Stelberg
Protocol Dyscalculie De Stelberg Inhoud Inleiding 2 Visie en uitgangspunten 3 Wat wordt verstaan onder dyscalculie? 4 Leren rekenen en rekenproblemen 4 Drie pijlers 5 Interne diagnostiek 6 Externe diagnostiek
Nadere informatieDyscalculie gediagnostiseerd. En dan? MBO conferentie Dyscalculie
Niet alle rekenproblemen zijn dyscalculie 2 1 T O M B R A A M S Dyscalculie gediagnostiseerd. En dan? MBO conferentie Dyscalculie PPON 2004 en 2011 De onderzoeken van PPON 2004 en 2011 laten zien dat routinematige
Nadere informatie:Monique Hoeijmakers Datum :
Onderwerp :beleid ERWD Auteurs :Monique Hoeijmakers Datum :10-04-2017 Inhoud van de notitie besproken met :werkgroep ERWD IB, GMR-afvaardiging onderwijs Financiële consequenties Personele consequenties
Nadere informatieHet zorgbeleid in het Pierenbos
Het zorgbeleid in het Pierenbos Indien je als ouder vragen hebt, stap je in de eerste plaats naar de klasleerkracht. Deze zal overleggen met de ondersteuner en/of zorgcoördinator en bekijken welke trajecten
Nadere informatieOntwikkeling van het protocol
cursusboek2009.book Page 75 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Ontwikkeling van het protocol ERWD Projectteam ERWD 1 inleiding In opdracht van het Ministerie van OCW werkt de Nederlandse Vereniging tot Ontwikkeling
Nadere informatieZorg om je toekomst. Wat is. dyscalculie?
Zorg om je toekomst Wat is dyscalculie? 2 Inleiding Patrick is 14 jaar, maar weet in een winkel niet hoe hij met briefjes en muntstukken moet betalen en heeft geen idee hoeveel hij terug kan verwachten.
Nadere informatieAlberdingk Thijm College, Hilversum. Dyscalculieprotocol
Alberdingk Thijm College, Hilversum Dyscalculieprotocol 2015-2016 Inhoudsopgave Inleiding 2 Bestaat dyscalculie? 3 Kennis over dyscalculie, onderscheid tussen ernstige rekenproblemen en dyscalculie 4 Is
Nadere informatieProtocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen
Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen Dit protocol heeft als doel richtlijnen te geven voor de begeleiding van leerlingen met dyscalculie en ernstige rekenproblemen op Thorbecke vmbo-pro. Het
Nadere informatieRekenverbeterplan Basisschool Crescendo: algemeen
Rekenverbeterplan Basisschool Crescendo: algemeen Visie Doel Concreet te bereiken In het schooljaar 2011-2012 Uitgangspunten Concrete actiepunten Het rekenverbeterplan richt zich op: het optimaliseren
Nadere informatieVan theorie naar praktijk en terug naar PDDB 2.0
Van theorie naar praktijk en terug naar PDDB 2.0 Van 1995 via 2006 en 2009 naar 2013 A.J.J.M. (Wied) Ruijssenaars Rijksuniversiteit Groningen Orthopedagogiek Vooraf Alle ingevulde vragenlijsten heb ik
Nadere informatieDyslexie valt als voldaan wordt aan de criteria onder de zorgverzekeringswet, waardoor kinderen gebruik kunnen maken van de vergoedingsregeling voor
Inhoudsopgave 1 Introductie 4 2 Het belang van psycho-educatie 6 3 Het herkennen van dyslexie 8 4 Diagnose dyslexie 10 5 Vergoedingsregeling 12 6 De dyslexieverklaring 13 7 Dyslexie: herkomst en hersenwerking
Nadere informatieDiagnostiek de Ambelt. Resultaat boeken. de Ambelt. Ons aanbod 2014-2015
Diagnostiek de Ambelt 2014-2015 Ons aanbod Resultaat boeken. de Ambelt Inhoudsopgave 1. Wie zijn wij?... 3 2. Aanbod Diagnostiek... 5 Consult gedragswetenschapper... 5 Traject Handelingsgerichte Diagnostiek...
Nadere informatieDiagnostiek van het handelend
Diagnostiek van het handelend rekenen TMMR Test Meten en Metend rekenen 2-6 D. Van De Steene I. Vervenne 2 3 4 5 6 7 Introductie Meten en metend rekenen in ons dagelijks leven 8 Situering Domein meten
Nadere informatieRTI als model om leerprocessen te sturen. RTI als model om leerprocessen te sturen. Wat is RTI?
RTI als model om leerprocessen te sturen Bij de workshop: RTI als model om leerprocessen te sturen RTI als model om leerprocessen te sturen Inhoud van deze workshop: Wat is RTI Achtergrond RTI Overeenkomsten
Nadere informatieAnalyse van de rekenfeiten: nieuw digitaal instrument
Analyse van de rekenfeiten: nieuw digitaal instrument Kinderen bij wie de ontwikkeling van tel en rekenprocedure naar geheugenfeit (G) vertraagd of anders verloopt, falen op temporekenen. In vergelijking
Nadere informatieWat is dyslexie en wat zijn de gevolgen hiervan voor het volgen van onderwijs?
Augustus 2014 Wat is dyslexie en wat zijn de gevolgen hiervan voor het volgen van onderwijs? Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren van het accuraat
Nadere informatieDECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL
DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL Hoe het drieslagmodel kan worden ingezet ter ondersteuning van het getalbegrip in de realistische rekenles. Het belangrijkste doel van school is niet
Nadere informatieExam s digitale testen voor dyscalculie.
Exam s digitale testen voor dyscalculie. Er wordt in de Nederlandse literatuur over dyscalculie een gemeenschappelijk standpunt aangetroffen in de overtuiging dat iets basaals de oorzaak is en dat een
Nadere informatie