Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces. Impact op mobiliteitsontwikkelingen
|
|
- Antoon Sanders
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces Impact op mobiliteitsontwikkelingen
2 Stel dat ontwikkelingen duidelijk afwijken van wat in de basisprognoses is verondersteld, wat is hiervan dan de impact op de mobiliteit? Impact top 3 what-if analyses 1 Brandstofprijzen grootste impact op ontwikkeling mobiliteit 2 Zelfrijdende auto leidt mogelijk tot 5-10% minder congestie in Sterke groei E-bike vooral impact op openbaar vervoer gebruik Combinatie van belangrijkste onzekerheden leidt tot ruim 30% minder congestie op het hoofdwegennet 2 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
3 In de verschillende fasen van het MIRT-proces wordt de toekomstige verkeersontwikkeling berekend met behulp van de verkeersmodellen van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Voor het analyseren van de toekomstige bereikbaarheidsopgaven wordt bij MIRT-onderzoeken en verkenningen 2040 als zichtjaar gehanteerd. Deze prognoses zijn gebaseerd op de WLO-scenario s die zijn ontwikkeld door het Centraal Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving. In de WLO scenario s is goed nagedacht hoe allerlei aspecten, zoals demografie, economie, technologie en klimaat zich in samenhang kunnen ontwikkelen. Deze scenario s zijn beleidsarm, dat wil zeggen dat ze van bestaand beleid uitgaan en niet van nieuw beleid of grote transities. De toekomst is echter onzeker en het kan natuurlijk zo zijn dat ontwikkelingen anders uitpakken dan in de basisprognoses is verondersteld. Om inzicht te krijgen in de effecten van een andere ontwikkeling heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor een aantal kernonzekerheden gevoeligheidsanalyses uitgevoerd als onderdeel van de Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse. Hierbij is gekozen voor een what-if benadering: stel dat ontwikkelingen duidelijk afwijken van wat in de basisprognoses is verondersteld, wat is hiervan dan de impact op de mobiliteit? Doel van de gevoeligheidsanalyses was om de robuustheid van de toekomstige bereikbaarheidsopgaven te toetsen. Bij de selectie van de onderzochte onzekerheden is enerzijds gekeken naar voor mobiliteit relevante ontwikkelingen die geen plek hebben gekregen in de WLO-scenario's. En anderzijds naar ontwikkelingen waarvoor aannames gedaan zijn die passen bij de rustige ontwikkelpaden van de WLOscenario s, terwijl het goed denkbaar is dat ze in werkelijkheid sneller of minder snel zullen optreden. Er is gekeken naar de volgende ontwikkelingen: Toename thuiswerken Hogere brandstofprijzen Snellere elektrificatie van het wagenpark Snellere introductie zelfrijdende auto s Hoger aandeel e-bikes en verbetering fietspaden Lagere dematerialisatie Grotere ruimtelijke spreiding binnen de stadsgewesten In deze brochure geven we uitleg over de verschillende ontwikkelingen en de uitkomsten van de gemaakte analyses. Dat doen we in drie delen: 1 Overzicht De belangrijkste effecten op een rij 2 Toepassing Hoe gebruik je deze informatie in het MIRT-proces? 3 Verdieping Toelichting op de uitkomsten en aannames Ook verwijzen we naar achtergronddocumentatie waarin nog veel meer informatie is te vinden. s zijn uitgevoerd met de basisprognoses als vertrekpunt. Deze basisprognoses zijn gebaseerd op de WLO-scenario s ontwikkeld door PBL en CBP. kernonzekerheden 2040 Hoog PBL en CPB IenW WLO-scenario Hoog Basisprognose 2040 Hoog Huidige situatie WLO-scenario Laag Basisprognose 2040 Laag Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces 3
4 1 Overzicht Brandstofprijzen, zelfrijdende auto en E-bike meeste impact mobiliteit Voor alle gevoeligheden is aangegeven welke effecten er zijn te verwachten op de ontwikkeling van de congestie en het gebruik van openbaar vervoer en fiets. Hierbij is steeds vergeleken met de basisprognose 2040 Hoog. Er is verge leken met het hoge scenario, omdat dan de automobiliteit, mobiliteit en de bereikbaarheidsopgaven sterk toenemen en het interessant is om te zien of de what-if analyses deze ontwikkeling versterken of juist afzwakken. In bijbehorend kader zijn de groeicijfers te zien voor het hoge en lage scenario. Ontwikkeling mobiliteit vervoerswijzen in basisprognoses 50% 40% 30% Inzicht in ontwikkeling aantal kilometers per vervoerwijzen in basisprognose hoog en laag (in %) 20% 10% 0% -10% 2040 laag Auto bestuurder Trein Bus/Tram/Metro Fiets 2040 hoog Ontwikkeling congestie in basisprognoses 150% 120% Inzicht in ontwikkeling aantal voertuigverliesuren in basisprognose hoog en laag (in %) 90% 60% 30% 0% Hoofdwegennet Onderliggend wegennet 2040 laag 2040 hoog 4 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
5 De meeste onderzochte gevoeligheden leiden tot minder congestie met hogere brandstofprijzen als uitschieter. Uitzondering zijn een langzamere dematerialisatie (mate waarin de waarde-gewicht verhouding van goederen verandert) en een grotere ruimtelijke spreiding. Bij het gebruik van openbaar vervoer en fiets is het beeld wisselender. Er is ook onderzocht wat het gecombineerde effect is van de drie ontwikkelingen met de hoogste gevoeligheid (brandstofprijzen, zelfrijdende auto en e-bike) en dan komt het niveau van congestie ruim 20% lager uit dan in het hoge scenario en op het hoofdwegennet ruim 30%. Ter vergelijking: in het hoge scenario verdubbelt het aantal voertuigverliesuren ten opzichte van 2014 (zie kader op de pagina hiernaast). In paragraaf drie worden de analyses en aannames verder toegelicht. Landelijk effect Onderzochte kernonzekerheid (t.o.v. basisprognose 2040 Hoog) Ontwikkeling Congestie Gebruik OV Gebruik fiets Meer thuiswerken / buiten de spits reizen Hogere brandstofprijzen Snellere elektrificering wagenpark Snellere introductie zelfrijdende auto en truckplatooning Hoger aandeel e-bike en verbetering fietsnetwerk Dematerialisatie gaat langzamer Grotere ruimtelijke spreiding binnen de stadsgewesten Negatief effect Geen / nauwelijks effect Positief effect Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces 5
6 2 Toepassing Hoe informatie gebruiken in mijn MIRT-project? Deze folder biedt meer inzicht in de gevoeligheid van de ontwikkeling van de mobiliteit voor bepaalde onzekerheden. Tegelijkertijd maakt dit het misschien ook lastiger om beslissingen te nemen doordat de bandbreedtes toenemen. Hoe kunnen deze inzichten gebruikt worden in de MIRT-projecten? Onderstreep het belang van adaptieve en flexibele pakketten van maatregelen Er is sprake van onzekerheden met behoorlijke bandbreedtes op dit moment. Het is belangrijk om in de MIRT-projecten hier aandacht aan te besteden om inefficiënte maatregelen en onder- of overinvesteringen te voorkomen. Het vergroten van adaptiviteit van maatregelenpakketten is een manier om hier mee om te gaan. Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) heeft in 2017 een notitie opgesteld met handzame en in de praktijk toepasbare informatie over adaptief programmeren: Adaptief programmeren in het fysiekruimtelijk beleid: hoe om te gaan met onzekerheid? Daarnaast wordt in diverse (pilot)projecten gewerkt aan een verbreding van kennis en ervaring met adaptiviteit in het MIRT. In de basisprognoses wordt uitgegaan van een voorzichtige ontwikkeling van smart mobility De zelfrijdende auto maakt nog geen deel uit van de basisprognoses. Ook ten aanzien van elektrisch rijden, connected mobility en de ontwikkeling van nieuwe mobiliteitsdiensten zijn de aannames voorzichtig. Smart mobility kan enerzijds tot een efficiënter gebruik van de infrastructuur leiden, maar kan anderzijds ook de mobiliteitsvraag verhogen doordat mobiliteit goedkoper en toegankelijker wordt (zie onderstaand kader). Klimaatakkoord en energietransitie belangrijk om mee te nemen In de basisprognoses is beperkt rekening gehouden met verduurzamen van de mobiliteit en de uitwerking van het Klimaatakkoord. In de gevoeligheidsanalyses is hier meer rekening mee gehouden door te kijken naar wat de impact is van een hogere brandstofprijs en een snellere elektrificatie. Met name een hogere brandstofprijs leidt tot een minder sterke stijging van de files. Geeft inzicht in effectiviteit van beleidskeuzes Veel van de besproken gevoeligheden geven inzicht in de gevoeligheid voor bepaalde beleidskeuzes, bijvoorbeeld het afspraken maken over waar ruimtelijke ontwikkeling plaatsvindt of het stimuleren van het fietsgebruik. De analyses kunnen dus ook gebruikt worden om de discussie over de effectiviteit van bepaalde beleidsmaatregelen te voeren. Plaats nieuwe inzichten in het licht van basisprognoses en gevoeligheden Als meer bekend wordt over ontwikkelingen van de beschouwde onzekerheden, zoals de zelfrijdende auto, dan kunnen die inzichten geplaatst worden binnen de gevoeligheidsanalyse en bijbehorende aannames. Gegeven de nieuwe inzichten, zitten we daarmee dichter bij de basisprognose of dichter bij de onderzochte gevoeligheid, of moeten we onze aannames aanpassen? Werking latente vraag (geillustreerd met gevolgen van introductie zelfrijdende auto) Korter op elkaar rijden 2e orde Opkomst zelfrijdende auto 1e orde Minder congestie hoofwegennet Meer congestie hoofwegennet Autogebruik Langere afstanden Vaker met de auto 6 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
7 Het is belangrijk om de gevoeligheid voor bepaalde onzekerheden mee te nemen om inefficiënte maatregelen en onder- of overinvesteringen te voorkomen. Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces 7
8 3 Verdieping Toelichting op analyse en aannames Alle analyses zijn uitgevoerd met het Landelijk Model Systeem. De aannames zijn gebaseerd op uitgebreid literatuuronderzoek en besproken met diverse kennisinstellingen. Brandstofprijzen grootste impact op ontwikkeling mobiliteit Van alle onderzochte gevoeligheden hebben hogere brandstofprijzen verreweg het grootste effect op de congestie. Bij de gehanteerde uitgangspunten leidt dit tot ruim 20% minder voertuigverliesuren op het hoofdwegennet en groei van fiets en openbaar vervoergebruik met enkele procenten. Belangrijk is dat het hierbij niet gaat om hogere brandstofprijzen ten opzichte van de huidige situatie, maar om een minder sterke daling. In het hoge referentiescenario wordt uitgegaan van een daling van de variabele autokosten met 35% tussen 2014 en 2040, doordat auto s steeds zuiniger worden en overgestapt wordt op schonere brandstoffen met lagere gebruikskosten en geen accijnzen. In de basisprognoses leidt dat tot meer autokilometers en meer congestie. Als de brandstofprijzen minder snel dalen, zoals onderzocht in de gevoeligheidsanalyse, doet dat deze groei van kilometers en congestie deels weer teniet. Een minder snelle daling kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door het verhogen van de CO 2-prijs in lijn met het klimaatakkoord van Parijs. Zelfrijdende auto: heeft impact op de mobiliteit, maar in 2040 nog geen gamechanger De zelfrijdende auto is een van de meest besproken ontwikkelingen bij het nadenken over de toekomst van de mobiliteit. In deze gevoeligheidsanalyse is gekeken wat het effect zou kunnen zijn als in % van de vrachtauto s doet aan truckplatooning en 30% van de auto s uitgevoerd is met niveau vier (high automation) van automatisch rijden. Niveau vier houdt in dat de bestuurder op de snelweg andere activiteiten kan verrichten. Er is aange nomen dat automatisch rijden en truckplatooning alleen toegepast kunnen worden op de snelwegen. Zeker in binnensteden met een complex verkeersbeeld met veel verschillende verkeersdeelnemers is toepassing van niveau vier nog niet erg waarschijnlijk in Als we alleen kijken naar de impact van het korter op elkaar rijden van een deel van het verkeer op de snelwegen (efficiëntie effect) dan zien we een forse afname van de files op de snelwegen (tot wel 30%). Echter als we ook rekening houden met het feit dat mensen door de komst van de zelfrijdende auto ook hun gedrag gaan aanpassen (langere afstanden, andere vervoerwijze keuze en verder van het werk wonen) ontstaat een genuanceerder beeld. Nemen we dit zogenaamde 2 e orde effect mee, dan zien we dat het effect een stuk kleiner is met ongeveer 10% minder voertuigverliesuren op het hoofdwegennet en 5% minder voertuigverliesuren in totaal (zie kader Werking latente vraag op pagina 6). Bij het bepalen van de effecten van de zelf rijdende auto spelen twee aspecten een belangrijke rol. Ten eerste de vraag of zelfrijdende auto s in een gemengd verkeersbeeld (deels wel en deels niet zelfrijdende auto s) al leiden tot efficiëntie winst. In deze analyse is uitgegaan van wel, maar er zijn ook experts die denken van niet omdat bij gemengd verkeer de zelfrijdende auto uit veiligheidsoverwegingen zeker in de beginfase meer afstand houdt tot zijn voorganger. Tweede aspect is de mate waarin mensen hun tijd anders kunnen besteden in de zelfrijdende auto. Als men de tijd steeds nuttiger kan 35% lagere brandstofkosten per kilometer t.o.v % lagere brandstofkosten per kilometer t.o.v Ontwikkeling Congestie -15% Gebruik OV +2% Gebruik fiets +2% Ontwikkeling Congestie -5% Gebruik OV 0% Gebruik fiets 0% geen zelfrijdende auto s 40% van de vrachtauto s doet aan truckplatooning, waarbij capaciteitsbeslag op snelweg afneemt met 25% 30% van de auto s kan coöperatief rijden (tot level 4), waarbij capaciteitsbeslag op snelweg afneemt met 30%. Reistijdwaardering neemt af met 20% voor personenauto s Alleen effect op Hoofdwegennet 8 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
9 besteden kan dat ook leiden tot meer gebruik en gebruik over langere afstanden (groter 2e orde effect). Het effect op het openbaar vervoer is klein in deze gevoeligheidsanalyse, waarschijnlijk komt dit omdat in de analyse nog geen rekening is gehouden met automatisch rijden in de steden, waar het openbaar vervoer juist sterk is. De opkomst van de zelfrijdende auto zorgt er wel voor dat mensen iets minder gaan fietsen. Snellere elektrificatie wagenpark leidt tot meer gebruik openbaar vervoer in de Randstad In het referentiescenario 2040 hoog wordt er vanuit gegaan dat er 1 op de 5 auto s (semi) elektrisch is in Voor deze gevoeligheidsanalyse is nagegaan wat de impact is op de mobiliteit als dit aandeel opgeschroefd wordt naar 50%. Notabene voor het halen van de doelstellingen uit het klimaatakkoord zal dit aandeel al 80-90% moeten bedragen. Bij de overstap naar elektrisch rijden zijn twee aspecten van belang. Ten eerste is aange nomen dat elektrische auto s tot 2040 nog duurder blijven dan vergelijkbare benzineauto s in de aanschaf, dat betekent dat minder mensen een elektrische auto zullen kopen hetgeen een dempend effect heeft op de automobiliteit. Ten tweede is de verwachting dat mensen die een elektrische auto hebben er meer kilometers mee afleggen, doordat de kosten per kilometer lager liggen. Als we naar het gecombineerd effect kijken van deze twee aspecten dan zien we verschil tussen de Randstadprovincies en gebieden daarbuiten waar het gaat om de impact van elektrisch rijden. In de Randstad leidt versnelde elektrificatie van het wagenpark ertoe dat mensen vanwege de hogere aanschafprijs minder snel een elektrische auto aanschaffen en vaker gebruik gaan maken van alternatieven, met name het openbaar vervoer. Buiten de Randstad is dit effect minder groot doordat het openbaar vervoer een minder aantrekkelijk alternatief is en men meer profijt heeft van de lagere variabele kosten bij langere afstanden. Flexibele werktijden en meer thuiswerken heeft vooral effect op de congestie In de basisprognoses is al uitgegaan van een afname van het aantal woonwerkritten met 5% als huidige trends op het gebied van thuiswerken zich doorzetten. In de gevoeligheidsanalyse is hier bovenop nog uitgegaan van een afname van een verplaatsing van 2,5% van het aantal woon-werkritten in de ochtend en avondspits naar de restdag, doordat mensen steeds flexibeler worden in hun werktijden. Netto blijft het aantal ritten per etmaal dus gelijk. Zoals te verwachten is heeft minder ritten in de spits heeft een positief effect op de congestie in spits, maar wordt dit effect grotendeels teniet gedaan door toename van congestie buiten de spits. Hoger aandeel E-bike: afname files en minder gebruik openbaar vervoer Voor de gevoeligheidsanalyse is onderzocht wat het effect van een sterkere groei van het e-bike gebruik (een verdubbeling van het aandeel ten opzichte van de basisprognose) voor impact kan hebben op de mobiliteit. Uiteraard groeit hierdoor het fietsgebruik sterk met name het aantal afgelegde kilometers (ruim 25%). De congestie neemt met ongeveer 3% af, het gebruik van openbaar vervoer neemt nog iets sterker af. Dit geldt met name voor het gebruik van bus, tram en metro, waarvoor de e-bike qua verplaatsafstand en snelheid de grootste concurrent is. Aandeel (semi) elektrische auto s 20% Aandeel (semi) elektrische auto s 50% Aandeel E-bike in de fietsverplaatsingen van 16% naar 28% Aandeel E-bike in de fietsverplaatsingen van 16% naar 56% Hogere fietssnelheden binnen de bebouwde kom Ontwikkeling Congestie -2% Gebruik OV +3% Gebruik fiets +1% Ontwikkeling Congestie -1% Gebruik OV 0% Gebruik fiets 0% Ontwikkeling Congestie -4% Gebruik OV -3% Gebruik fiets +23% 5% minder woon-werkritten door thuiswerken 2,5% minder woon-werkritten in de spits en verschoven naar de restdag Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces 9
10 Minder snelle dematerialisatie van goederen betekent meer vrachtverkeer Dematerialisatie gaat over de verhouding tussen de waarde en gewicht van goederen. Er is een ontwikkeling zichtbaar naar steeds hoogwaardiger producten met een hogere kwaliteit en een hogere prijs. Ook wordt de omvang van de producten kleiner door het gebruik van nieuwe of andere materialen. Bij de productie van goederen wordt hierdoor wel meer geld verdiend, maar dit vertaalt zich steeds minder in een groei van de fysieke hoeveelheden en dus ook in minder vervoersbewegingen. In de gevoeligheidsanalyse is gekeken wat de impact is van een minder snelle dematerialisatie. Dit kan leiden tot 7% meer vervoert tonnage op de weg en een toename van de congestie met enkele procenten. Ruimtelijke spreiding heeft meeste impact op congestie in de Randstad Waar mensen wonen en werken is van invloed op de mobiliteit. Op dit moment is er een sterke trek zichtbaar naar de steden. Deze trend is doorgetrokken in de hoge basisprognose. Als what-if scenario is gekeken wat de impact is als deze concentratie zich minder sterk doorzet. Hierbij is gekeken naar een andere ruimtelijke verdeling binnen de stadsgewesten, waarbij is aangenomen dat meer dan een kwart van de huishoudens op minder s tedelijke zones terecht komt binnen hetzelfde stadsgewest. Effecten van ruimtelijke spreiding zijn groter in de Randstad dan daarbuiten. In de Randstad lijdt ruimtelijke spreiding tot 5% meer files dan in de basisprognose, terwijl het effect buiten de Randstad de helft is. Belangrijkste verklaring is dat in de Randstad in absolute zin ook de meeste huishoudens bijkomen en daar dus ook de meeste huishoudens verschoven zijn. Daarnaast zijn de wegen in de Randstad over het algemeen zwaarder belast, waardoor een lichte toename van verkeer een sterker effect heeft op de congestie. Meer ruimtelijke spreiding leidt ook tot een afname van het openbaar vervoergebruik met enkele procenten. Stijging waarde gewichtsverhouding met 0,5% per jaar Stijging waarde gewichtsverhouding met 0,25% per jaar Ontwikkeling Congestie +2% Gebruik OV 0% Gebruik fiets 0% Ontwikkeling Congestie +4% Gebruik OV -2% Gebruik fiets 0% 1 miljoen huishoudens in de stadsgewesten erbij. Waarvan in de centrale steden huishoudens verschoven van stedelijke naar minder stedelijke zones binnen de stadsgewesten. Ook verschuiving arbeidsplaatsen Combinatie van belangrijkste effecten kan leiden tot ruim 30% minder files op het hoofdwegennet Sommige aspecten versterken elkaar, hogere brandstofprijzen kan leiden tot meer gebruik van de e-bike, terwijl andere juist een tegengesteld effect kunnen hebben. Sommige leiden tot meer mobiliteit en meer knelpunten en andere juist minder, waardoor effecten elkaar dempen. Uiteindelijk zullen in de echte wereld ook al deze effecten op elkaar in werken. Aanvullend op de gevoeligheidsanalyses van de NMCA2017 is gekeken wat het gecombineerd effect is van de drie onzekerheden met de meeste impact (hogere brandstofprijzen, zelfrijdende auto & truck platooning en sterkere toename e-bike). Als deze drie effecten worden gecombineerd dan kan dat leiden tot een afname van de congestie met ruim 20%. De effecten zijn het grootst op het hoofdwegennet, waar bij een hoog scenario combinatie van genoemde effecten leidt tot ruim 30% minder verliesuren. Deze analyse is ook uitgevoerd voor het lage scenario en dan is de congestie 10% minder op het hoofdwegennet. Naast de hier besproken kwantitatieve analyses zijn ook nog kwalitatieve verkenningen uitgevoerd naar opkomst van de deeleconomie en circulaire economie. Deze zijn te vinden in de achtergronddocumentatie. 10 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
11 Bijlage gevoeligheidsanalyses In deze tabel zijn de belangrijkste aannames die horen bij de gevoeligheidsanalyses op een rij gezet. Het is belangrijk om te benadrukken dat ook in de basisprognose al een bepaalde ontwikkeling is verondersteld. Het gaat niet om een vergelijking met de huidige situatie. Aspect Basisprognoses 2040 Hoog t.o.v. basisjaar s extra t.o.v. Basisprognoses 2040 Hoog Flexibele werktijden / thuiswerken 5% minder woon-werkritten door thuiswerken 2,5% minder woon-werkritten in de spits en verschoven naar de restdag Brandstofprijzen 35% lagere brandstofkosten personenauto s per kilometer (index 65) t.o.v (index 100) 35% hogere brandstofkosten personenauto s per kilometer resulterende in index 88 t.o.v Elektrificering wagenpark 20% (semi) elektrische auto s 50% (semi) elektrische auto s Zelfrijdende auto Geen zelfrijdende auto s 40% van de vrachtauto s doet aan truckplatooning waarbij capaciteitsbeslag op snelweg afneemt met 25% 30% van de auto s kan coöperatief rijden (tot level 4), waarbij capaciteitsbeslag op snelweg afneemt met 30%. Reistijdwaardering neemt af met 20% voor personenauto s Alleen effect op HWN, niet OWN Elektrische fiets Dematerialisatie Ruimtelijke spreiding Aandeel E-bike in totaal aantal fietsverplaatsingen groeit van 16% naar 28% Stijging waarde gewichtsverhouding met 0,5% per jaar 1 miljoen huishoudens in de stadsgewesten Waarvan in de centrale steden Aandeel e-bike in totaal aantal fietsverplaatsingen groeit van 16% naar 56% 10% hogere fietssnelheid binnen bebouwde kom Stijging waarde gewichtsverhouding met 0,25% per jaar Gelijk aantal huishoudens, maar huishoudens verschoven van stedelijke naar minder stedelijke zones binnen de stadsgewesten Ook verschuiving arbeidsplaatsen Alle analyses zijn uitgevoerd met het Landelijk Model Systeem. De aannames zijn gebaseerd op uitgebreid literatuuronderzoek en besproken met diverse kennisinstellingen. De in deze folder gepresenteerde gevoeligheden zijn gebaseerd op aannames en huidige (beperkte) inzichten ten aanzien van de ontwikkelingen. De what-if analyses geven een indicatie van de effecten onder veronderstelde aannames als aanvulling op de inzichten van de basisprognoses en zijn geen alternatief op de basisprognoses. Bij toepassing in MIRT-projecten dienen deze aannames getoetst te worden aan recente ontwikkelingen en nieuwe inzichten. Mogelijk maken dergelijke nieuwe ontwikkelingen en inzichten bijgestelde gevoeligheidsanalyses met geactualiseerde aannames noodzakelijk. Voor meer informatie: Rekening houden met onzekerheden in het MIRT-proces 11
12 Dit is een uitgave van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Postbus ex Den Haag November 2018
De informatiebehoefte van mobiliteitsbeleid
Mensen die twijfelen voorspellen beter De informatiebehoefte van mobiliteitsbeleid Presentatie bijeenkomst The Next step van mobiliteitsdata naar beleidsinformatie Utrecht, 18 september 2018 Erik Verroen
Nadere informatieEffecten van Mobility Mixx voor de BV Nederland
Effecten van Mobility Mixx voor de BV Nederland Indicatie van het potentieel van Mobility Mixx wanneer toegepast op het gehele Nederlandse bedrijfsleven Notitie Delft, november 2010 Opgesteld door: A.
Nadere informatieGevoeligheidsanalyses Nationale Markt- Capaciteitsanalyse
Gevoeligheidsanalyses Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse Datum Status 14 april 2017 definitief Colofon Uitgegeven door Ministerie van Infrastructuur en Milieu Datum 14 april 2017 Status definitief
Nadere informatieMobiliteit en Stad. Twee kanten van dezelfde medaille. Utrecht, 21 maart Arie Bleijenberg Koios strategy
Mobiliteit en Stad Twee kanten van dezelfde medaille Utrecht, 21 maart 2019 Arie Bleijenberg Koios strategy www.ariebleijenberg.nl Twee eeuwen groei mobiliteit: steeds sneller Grübler 1990 Veertig jaar
Nadere informatieZELFRIJDENDE AUTO'S IN HET LMS. Maaike Snelder Bart van Arem, Remko Smit, Martijn de Kievit
ZELFRIJDENDE AUTO'S IN HET LMS Maaike Snelder Bart van Arem, Remko Smit, Martijn de Kievit ACHTERGROND Automatische voertuigen zijn er al! Automatische voertuigen komen er aan! Automatische voertuigen
Nadere informatieEffect van spitsmijdingen op voertuigverliesuren
Effect van spitsmijdingen op voertuigverliesuren Han van der Loop KiM Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid han.vander.loop@minienm.nl Jan van der Waard KiM Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid jan.vander.waard@minienm.nl
Nadere informatieStedelijke transitie: uitdagingen vanuit mobiliteit
Stedelijke transitie: uitdagingen vanuit mobiliteit George Gelauff Smart Urban Mobility Symposium Opzet Terugblik 2005 2015 Toenemende mobiliteit van, naar en binnen steden Vooruitblik 2015 2050 Groei
Nadere informatieBijlage B: bij Toelichting Tracébesluit A7/N7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2
Bijlage B: bij Toelichting Tracébesluit A7/N7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2 Uitgangspunten van de verkeersberekeningen Datum Augustus 2014 Inhoud 1 Beschrijving gehanteerde verkeersmodel 3 1.1 Het
Nadere informatieTrendprognose wegverkeer 2015-2020 voor RWS. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. Jan Francke en Hans Wüst
Trendprognose wegverkeer 2015-2020 voor RWS Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Jan Francke en Hans Wüst Mei 2015 Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses van mobiliteit die doorwerken
Nadere informatieMobiliteit in Nederland onder de loep
Mobiliteit in Nederland onder de loep Jan van der Waard Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Kort iets over het KiM Recente ontwikkelingen in mobiliteit in
Nadere informatieAanbod, gebruik en reistijdverlies hoofdwegennet,
Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Tussen 2000 en 2017 is het
Nadere informatieDeltaplan Bereikbaarheid 2030
Deltaplan Bereikbaarheid 2030 Blijft de automobiliteit groeien? Gaat het openbaar vervoer groeien? Is de bereikbaarheid beter in de binnenstad of in de buitenwijken? Wat is de beste bereikbaarheidsmaatregel?
Nadere informatieBijlage B: Ontwerp-tracébesluit A7/N7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2
Bijlage B: Ontwerp-tracébesluit A7/N7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2 Uitgangspunten van de verkeersberekeningen Datum mei 2013 Inhoud 1 Beschrijving gehanteerde verkeersmodel 3 1.1 Het Nederlands
Nadere informatieMobiliteit in Nederland onder de loep
Mobiliteit in Nederland onder de loep Jan van der Waard Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Kort iets over het KiM Recente ontwikkelingen in mobiliteit in
Nadere informatieCO 2 -uitstootrapportage 2011
Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding
Nadere informatieRuimte en mobiliteit In wisselwerking Trends en veranderingen Effectief beleid. Heerlen, 23 november 2018 Arie Bleijenberg
Ruimte en mobiliteit In wisselwerking Trends en veranderingen Effectief beleid Heerlen, 23 november 2018 Arie Bleijenberg Nieuwe mobiliteit na het autotijdperk www.ariebleijenberg.nl Infrastructuur Business
Nadere informatieNRM LIMBURG 2.1 REFERENTIEMATRICES Deel 3: Waar komt de groei vandaan?
NRM LIMBURG 2.1 REFERENTIEMATRICES 2020 Deel 3: Waar komt de groei vandaan? Uitgebracht aan: Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Limburg Uitgevoerd door: NEA Transportonderzoek
Nadere informatieTransportinnovaties en ruimte: uitdagingen en dilemma s
Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Transportinnovaties en ruimte: uitdagingen en dilemma s George Gelauff Seminar NOVI Opzet Dilemma s in transitie: technologie en gedrag Gemengd verkeer Ontvlechten
Nadere informatieWorkshop Scenariodenken 16 oktober uur
1 Mobiel zonder olie Workshop Scenariodenken 16 oktober 2008 13-17 uur 2 - Hoge olieprijs - Energievoorzieningszekerheid - Grote gevolgen voor, maar ontbreken kennis en aandacht binnen sector verkeer -
Nadere informatieVoorstel 1. Het MRDH-verkeer- en vervoermodel 2.0. vast te stellen en het model vrij te geven voor gebruik aan de MRDH-gemeenten.
21 november 2018 agendapunt 4.4. Onderwerp: Vaststelling Verkeersmodel MRDH 2.0. Portefeuille: Datum: Integraliteit van beleid 25 september 2018 Contactpersoon: Arjan Veurink Telefoonnummer: 088 5445 233
Nadere informatieWegen gebouwd op achterhaalde groeiscenario s auteur: Huib van Essen, CE Delft
Wegen gebouwd op achterhaalde groeiscenario s auteur: Huib van Essen, CE Delft De meeste plannen voor nieuwe of bredere snelwegen waarvan de uitvoering de komende jaren gepland staat, zijn onderbouwd met
Nadere informatie(Auto)mobiliteit in Nederland onder de loep
(Auto)mobiliteit in Nederland onder de loep Jan van der Waard Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Zelfstandig onderzoeksinstituut binnen het ministerie van
Nadere informatieWoon-werkverkeer drijvende kracht achter groei mobiliteit
Samenvatting De economische crisis heeft vorig jaar uiteenlopende effecten gehad op het verkeer vervoer in Nederland. Door de invloed van internationale ontwikkelingen was het effect van de crisis op het
Nadere informatieMobiliteit in Nederland onder de loep
Mobiliteit in Nederland onder de loep Jan van der Waard Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Mobiliteit Totaal aantal afgelegde kilometers per vervoerwijze Bepaald door: Aantal personen x Aantal
Nadere informatieBereikbaarheidsindicator: hemelsbrede reissnelheid,
Bereikbaarheidsindicator: hemelsbrede reissnelheid, 2004-2009 Indicator 20 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
Nadere informatieDe latente vraag in het wegverkeer
De latente vraag in het wegverkeer Han van der Loop, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid KiM, kennislijn 1 en 2, 5 juni 2014 Vraagstuk * Veel gehoord bij wegverbreding of nieuwe wegen: Roept extra autogebruik
Nadere informatiedeltaplan duurzame bereikbaarheid deltaplan duurzame bereikbaarheid
deltaplan duurzame bereikbaarheid deltaplan duurzame bereikbaarheid adviseurs deltaplan duurzame bereikbaarheid deltaplan? problemen! files slechte bereikbaarheid economische schade milieu-overlast gezondheid
Nadere informatieMobiliteit. Historie en beleid
H 5.4 Resultaten per thema In alle scenario s vlakt de mobiliteitsvraag in meer of mindere mate af. In combinatie met een verdergaand bouwprogramma voor infrastructuur stabiliseert de congestie en zou
Nadere informatieTrendprognose wegverkeer voor RWS. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. Jan Francke en Hans Wüst
Trendprognose wegverkeer 2016-2021 voor RWS Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Jan Francke en Hans Wüst Juni 2016 Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses van mobiliteit die
Nadere informatieMobiliteit in perspectief
George Gelauff Route 66, D66 Opzet Snapshot Mobiliteitsbeeld Veelzijdig fenomeen Vooruitblik personenvervoer 2015 2040 Groei steden en stedelijke mobiliteit zet zeker de eerste tijd door Knelpunten rondom
Nadere informatieMIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam. Regiomarkt
MIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam Regiomarkt 10-3-2016 1 Brede Aanpak Aanleiding Eerder onderzoek: knelpunten A9 Achterliggende ontwikkelingen: toenemende verstedelijking, vergrijzing, technologische
Nadere informatieF.4 bijlage 4; Feiten en cijfers
F.4 bijlage 4; Feiten en cijfers F.4.1 Inleiding Deze bijlage geeft een toelichting bij de productie en verwerking van het Nederlands afval sinds 1985 plus een inschatting hiervan tijdens de komende planperiode.
Nadere informatieTrendbreuk in mobiliteitsontwikkeling. Ben Immers Jan van der Waard
Trendbreuk in mobiliteitsontwikkeling 1 Ben Immers Jan van der Waard 2 Recente ontwikkelingen in de mobiliteit Mobiliteit 3 Totaal aantal afgelegde kilometers per jaar Bepaald door: Aantal personen x Aantal
Nadere informatieLANDELIJKE FACTSHEET. 1. Hoofdpunten en kansen voor beleid. Beter Benutten. Gedragsmeting 2016
LANDELIJKE FACTSHEET Beter Benutten Gedragsmeting 2016 1. Hoofdpunten en kansen voor beleid De tabel op de volgende pagina toont de belangrijkste uitkomsten van de Gedragsmeting 2016, een landelijk mobiliteitsonderzoek
Nadere informatieSamenvatting Samenvatting
Samenvatting... Treingebruik gaat stijgen Het treingebruik groeit in de periode 2000-2020 met gemiddeld 0,9 tot 1,5% per jaar. Deze verwachte groei is hoger dan de groei die tussen 1991 en 2006 daadwerkelijk
Nadere informatieTrendprognose wegverkeer voor RWS. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. Jan Francke
Trendprognose wegverkeer 2018-2023 voor RWS Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Jan Francke April 2018 Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses van mobiliteit die doorwerken in
Nadere informatieRWS BEDRIJFSINFORMATIE. NMCA Wegen. Achtergrondrapport. Datum 6 april 2017 Status Definitief
RWS BEDRIJFSINFORMATIE NMCA Wegen Achtergrondrapport Datum 6 april 2017 Status Definitief RWS Bedrijfsinformatie Pagina 2 van 46 Colofon Uitgegeven door Rijkswaterstaat Informatie Robert Cellissen Telefoon
Nadere informatieSamenvatting... Figuur S.1 De groei van de personenmobiliteit verklaard. Groei aantal reizigerskilometers. 60% bevolkingsgroei 40% overig.
Samenvatting... Personenmobiliteit: meer mensen en grotere woon-werkafstanden In de periode 1995-2005 is de personenmobiliteit met 10% gegroeid tot 184 miljard reizigerskilometers. Circa 60% van de groei
Nadere informatieGrote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025
Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen
Nadere informatieWat wordt de Randstad er beter van?
Wat wordt de Randstad er beter van? Afronding DBR Arie Bleijenberg I&M, Den Haag, 3 juni 2015 Verantwoording DBR: 10,6 M, 100 onderzoekers, 14 programma s, 6 jaar Betere Randstad? Gebaseerd op: 9 artikelen
Nadere informatieSamenvatting ... Het gebruik van de trein nam sinds 1985 eveneens fors toe met meer dan een verdubbeling van het aantal treinkilometers.
Samenvatting... De mobiliteit van Nederlanders groeit nog steeds, maar niet meer zo sterk als in de jaren tachtig en negentig. Tussen 2000 en 2008 steeg het aantal reizigerskilometers over de weg met vijf
Nadere informatieOpenbaar Miriam van Meerten MIRT
Raadsmededeling Van Aan Datum B&W vergadering Zaaknummer Vertrouwelijkheid Portefeuillehouder Onderwerp Het college van burgemeester en wethouders De gemeenteraad 6 juni 2017 Openbaar Miriam van Meerten
Nadere informatieVerkeersmodel. Van SRE 2.0 naar SRE 3.0. Juni 2013. Carlo Bernards
Verkeersmodel Van SRE 2.0 naar SRE 3.0 Juni 2013 Carlo Bernards 1 Van SRE 2.0 naar SRE 3.0 2 Vandaag een toelichting op: Bouwen versus toepassen van een model Waarom een actualisatie van het verkeersmodel?
Nadere informatieKwaliteitstoets op Quick scan welvaartseffecten Herontwerp Brienenoord en Algeracorridor (HBAC)
Kwaliteitstoets op Quick scan welvaartseffecten Herontwerp Brienenoord en Algeracorridor (HBAC) notitie Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Johan Visser April 2011 Pagina 1 van 9 scenario s en gevoeligheidsanalyse
Nadere informatieUW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT
UW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT Alstublieft, Dank voor uw deelname! 1 VOORWOORD De manier waarop we werken en reizen verandert snel. We werken steeds meer plaats- en tijdonafhankelijk en het
Nadere informatieWLO 2015: Nederland in 2050 waar wonen en werken we? Jan Ritsema van Eck Joost van Gemeren Peter Zwaneveld Olav-Jan van Gerwen
WLO 2015: Nederland in 2050 waar wonen en werken we? Jan Ritsema van Eck Joost van Gemeren Peter Zwaneveld Olav-Jan van Gerwen (PBL) (CPB) (CPB) (PBL) Symposium Feiten, Feiten, Feiten 2016 Provincie Overijssel
Nadere informatieMIRT onderzoek bereikbaarheid metropoolregio Rotterdam Den Haag Metropolitaan Debat. 29 november 2016
MIRT onderzoek bereikbaarheid metropoolregio Rotterdam Den Haag Metropolitaan Debat 29 november 2016 Aantrekkelijk groen is van groot belang voor de economie. De fiets is het beste vervoermiddel om in
Nadere informatieSamenvatting. 10 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Samenvatting Reistijdverlies door files bijna terug op het niveau van 2000 In 2012 was het reistijdverlies door files en verkeersdrukte op het hoofdwegennet 5 procent hoger dan in 2000. In dezelfde periode
Nadere informatieEffecten op de koopkracht variant A en variant B Anders Betalen voor Mobiliteit/ ABvM
Effecten op de koopkracht variant A en variant B Anders Betalen voor Mobiliteit/ ABvM Samenvatting belangrijkste resultaten Op verzoek van V&W heeft SZW een eerste inschatting gemaakt van de koopkrachteffecten
Nadere informatieOnderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (GroenLinks) over verkeersprognoses A13/A16.
Rotterdam, 18 juni 2013. Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (GroenLinks) over verkeersprognoses A13/A16. Aan de Gemeenteraad. Op 27 mei 2013 stelt het raadslid
Nadere informatieBIJLAGE A KENGETALLEN In deze bijlage geven we in overzichtelijke tabellen de kengetallen weer die gebruikt zijn ter bepaling van de effecten van het kantoren- en bedrijventerreinenprogramma voor de regio
Nadere informatieUW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT
UW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT Alstublieft, Dank voor uw deelname! 1 VOORWOORD De manier waarop we werken en reizen verandert snel. We werken steeds meer plaats- en tijdonafhankelijk en het
Nadere informatieIenM begroting 2015: inzetten op betere verbindingen in een schonere leefomgeving
IenM begroting 2015: inzetten op betere verbindingen in een schonere leefomgeving 16 september 2014-15:25 Het ministerie van Infrastructuur en Milieu besteedt in 2015 9,2 miljard euro aan een gezond, duurzaam
Nadere informatieBereikbaarheid oplossingsrichtingen
www.snelwegbus.com Bereikbaarheid oplossingsrichtingen Zevensprong van Verdaas 1. ruimtelijke ordening (afhankelijk van tijdshorizon is 80-90% gegeven) 2. prijsbeleid 3. openbaar vervoer 4. mobiliteitsmanagement
Nadere informatieMeer bereiken door ruimtelijk inrichten 9 maart 2016
Meer bereiken door ruimtelijk inrichten 9 maart 2016 Barry Zondag Inhoud 2 Inhoud 3 Ruimtelijk inrichten i van inrichten onderdeel programma meer bereiken ruimtelijke inrichten als oplossingsrichting Ter
Nadere informatieVerslag en resultaten 2030: wie werkt er in het ov? 20 juni 2016
Verslag en resultaten 2030: wie werkt er in het ov? 20 juni 2016 Alexandra van Huffelen, algemeen directeur GVB opent de bijeenkomst. Het personeel van de toekomst is een onderwerp dat haar na aan het
Nadere informatieVan eindbeeld naar tussenfase Anders Betalen voor Mobiliteit
Van eindbeeld naar tussenfase Anders Betalen voor Mobiliteit Methodologie voor verkeerskundige effecten van een kilometerprijs voor alleen het hoofdwegennet in 2011 Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid
Nadere informatieToekomstradar Assets
Toekomstradar Assets Een hulpmiddel om slimme keuzes te maken bij het vernieuwen, vervangen en onderhouden van assets MRA programma smart mobility: Smart mobility, business as usual in de MRA 1 Toekomstradar
Nadere informatieTrendprognose wegverkeer voor RWS. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid
Trendprognose wegverkeer 2017-2022 voor RWS Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid April 2017 Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses van mobiliteit die doorwerken in het beleid.
Nadere informatieTrends in fietsgebruik
Trends in fietsgebruik Lucas Harms Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Universiteit van Amsterdam Trends in fietsgebruik A. Toenemende drukte? B. Sociale en ruimtelijke verschillen C. Fiets in de keten
Nadere informatieTrends in mobiliteit. Huib van Essen, 23 januari 2018
Trends in mobiliteit CE Delft - Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 - Energie, transport en grondstoffen - Economische, technische en beleidsmatige expertise - 50 medewerkers - Not-for-profit
Nadere informatieMobiliteitstafel klimaatakkoord
Mobiliteitstafel klimaatakkoord AGENDA Informatie proces klimaatakkoord (2min) Inhoud mobiliteitstafel klimaatakkoord (10 min) Discussie (45 min) PROCES - KLIMAATAKKORD 23.02.18 28.09.18 Oct.18 21.12.18
Nadere informatieDit artikel beschrijft hoe een prijs op CO2 invloed heeft op de kosten van het rijden met de fossiele brandstoffen diesel en benzine en het rijden in
Dit artikel beschrijft hoe een prijs op CO2 invloed heeft op de kosten van het rijden met de fossiele brandstoffen diesel en benzine en het rijden in een elektrische auto op grijze én groene stroom. Het
Nadere informatieEnergie efficiëntie in mobiliteit
Energie efficiëntie in mobiliteit Martine Uyterlinde - ECN Beleidsstudies www.ecn.nl Vraagstelling workshop Welke instrumenten kan de overheid aanwenden om consumenten te bewegen efficiënter in hun mobiliteitsbehoeften
Nadere informatieRESPONS Er zijn panelleden benaderd. Van hen hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit resulteert in een respons van 66%.
Samenvatting mobiliteit, 4-meting 2014 Het Delft Internet Panel (DIP) is ingezet om een beeld te krijgen van de door Delftenaren gebruikte vervoersmiddelen voor verplaatsingen binnen de stad en de regio.
Nadere informatieNationale Markt- en Capaciteitsanalyse 2017 (NMCA)
(NMCA) Hoofdrapport Datum 01-05-2017 Pagina 2 van 62 Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse 2017 Samenvatting De Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse (NMCA) brengt potentiële bereikbaarheidsopgaven op
Nadere informatieJe bent jong en je wilt wat... minder auto?
- Je bent jong en je wilt wat... minder auto? Kim Ruijs Significance ruijs@significance.nl Marco Kouwenhoven Significance kouwenhoven@significance.nl Eric Kroes Significance kroes@significance.nl Bijdrage
Nadere informatieDiscussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda
Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Kiezen om ruimte te maken Den Haag 2040 Den Haag is volop in beweging, de stad is in trek. Verwacht wordt dat Den Haag groeit, van 530.000 inwoners in 2017 naar
Nadere informatieGedrag in mobiliteitsbeleid
Gedrag in mobiliteitsbeleid Congres Kennis voor Gedragsbewust Beleid Arjen t Hoen plv. directeur Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Inhoud 1. Mobiliteitsbeleid al zeer gedragsbewust maar wel
Nadere informatieDe fietsfamilie en de familie van fietsers: Fietsvisie2040
De fietsfamilie en de familie van fietsers: Fietsvisie2040 Saskia Kluit Directeur Fietsersbond Penningmeester Fietsplatform (Eerste Kamer-lid) De wereld verandert Ontstaan van daily urban systems, maar
Nadere informatieMIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam. 1 juni 2016 PORA Terugblik Analysefase en Vooruitblik Oplossingsrichtingenfase
MIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam 1 juni 2016 PORA Terugblik Analysefase en Vooruitblik Oplossingsrichtingenfase 1-6-2016 1 Presentatie 1. Aanleiding + waar we staan met NowA 2. Resultaten analysefase
Nadere informatieSociaaleconomische Toekomstscenario s
Sociaaleconomische Toekomstscenario s Geschikt voor zoet en zout? door Gert Jan van den Born 1 Toekomstverkenningen Scenario s zijn gekoppeld aan onzekerheden in de toekomst Binnen domein van ruimtelijke
Nadere informatieLeidt webwinkelen tot meer mobiliteit? Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid
Quickscan naar de betekenis van internetwinkelen voor de mobiliteit Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Johan Visser Jan Francke Juni 2013 Analyses van mobiliteit en mobiliteitsbeleid dat is waar het
Nadere informatieHoe gebeurt de beoordeling van de verschillende alternatieven?
Hoe gebeurt de beoordeling van de verschillende alternatieven? De beoordeling voor de discipline MENS-MOBILITEIT gebeurde op vlak van de doelstellingen van het MASTERPLAN 2020: verbeteren van de bereikbaarheid
Nadere informatieverkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig
flexibiliteit genoeg geraken gezondheid goed goede goedkoop grote BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT Grafische voorstelling open antwoorden andere belangrijke zaken bij verplaatsingen aankomen aansluiting
Nadere informatieVerstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013
Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 1 PBL project Verstedelijking & Infrastructuur Analyseren van verwachte knelpunten en kansen bij afstemming verstedelijking en infrastructuur Samenhang
Nadere informatieR Land e bouw sultaten per thema
Resultaten Landbouwper thema H 5.1 Resultaten per thema Resultaten per thema De ontwikkelingen, knelpunten en dilemma s die samenhangen met onze fysieke leefomgeving worden in deze studie uitgewerkt aan
Nadere informatieAantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden,
Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, 2000-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt
Nadere informatieVoorstel 1. Het MRDH-verkeer- en vervoermodel vast te stellen en het model voor gebruik beschikbaar stellen aan de MRDH-gemeenten.
20 december 2017 agendapunt 10 Onderwerp: Vaststelling MRDH-verkeer- en vervoermodel 1.0 Portefeuille: Datum: Strategie en beleid 7 december 2017 Contactpersoon: Arjan Veurink Telefoonnummer: 088 5445
Nadere informatieAGGLOMERATIE. Een analyse van verschillende perspectieven voor de economie van Zuid-Limburg
AGGLOMERATIE Een analyse van verschillende perspectieven voor de economie van Zuid-Limburg - Strategische Actieplan Zuid-Limburg - Soete - Grensoverschrijdend Perspectief - Dona / Louter - Panorama Nederland
Nadere informatieOnderzoek Trappers. rapportage. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Nationale Fiets Projecten Postbus 594 8440 AN Heerenveen
Onderzoek Trappers rapportage Opdrachtgever Nationale Fiets Projecten Postbus 594 8440 AN Heerenveen Opdrachtnemer DTV Consultants B.V. Ruben van den Hamsvoort en Alex van Ingen POM 8267 Breda, maart 2009
Nadere informatieOntwikkelingen Nederlandse luchtvaart. Een beknopt overzicht
Ontwikkelingen Nederlandse luchtvaart Een beknopt overzicht Ontwikkelingen Nederlandse luchtvaart Een beknopt overzicht Dit rapport is geschreven door: Jasper Faber Eric Tol Wilhelmina van Wijlen Delft,
Nadere informatieSchriftelijke vragen (art. 42 RvO)
Ing. 8 mei 2017 PS2017-286 2017-007278 PS 28 juni 2017 Schriftelijke vragen (art. 42 RvO) DATUM : 8 MEI 2017 INDIENERS : Marieke Schriks, Ans Huisman, Anja Prins VVD FRACTIE ONDERWERP : Knelpunt Oude IJsselbrug
Nadere informatieOverzicht kostenontwikkelingen taxi vervoer 2010
Overzicht kostenontwikkelingen taxi vervoer 2010 G.P. Lut Dit onderzoek is uitgebracht aan Koninklijk Nederlands Vervoer Taxi Kenmerk R20090245/31050/GLU/GJO Zoetermeer, Het gebruik van cijfers en/of tekst
Nadere informatieUitkomsten t.b.v. de visie
Achtergrond Ten behoeve van de regionale bereikbaarheidsvisie IJmond is in de periode april-juni 2012 een digitale enquête gehouden onder de inwoners van de IJmond. Via regionale pers en diverse websites
Nadere informatieVerklaringsmethodiek KiM bereikbaarheid hoofdwegennet
Verklaringsmethodiek KiM bereikbaarheid hoofdwegennet Han van der Loop, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Workshop KiM en RWS/WVL/NM Den Haag, 4 augustus 2015 Inhoud Vraagstelling Beschikbare gegevens
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 22 juni 2018 Betreft Openbaar vervoer in stedelijke gebieden
> Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000
Nadere informatieFactsheet effecten bedrijfsleven 16 oktober 2009
Factsheet effecten bedrijfsleven 16 oktober 2009 Inhoud De feiten en cijfers verzameld ten aanzien van de impact van de kilometerprijs voor het bedrijfsleven. 1. Opbouw en verdeling wagenpark Motieven
Nadere informatieFactsheet Verkeer. 1. Inleiding. 2. Ambities. Definities, bestaande wetgeving en beleid
Factsheet Verkeer 1. Inleiding In deze factsheet Verkeer staan de voertuigen en personen centraal die de openbare weg gebruiken. Het gaat hier dus niet om de fysiek aanwezige infrastructuur (die komt aan
Nadere informatieFietsgebruik,
Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Tussen 2000 en 2016 nam het
Nadere informatieProgramma. Welkom Inleiding WLO Presentatie WLO Aanbieding rapport Reactie Minister van IenM Tijd voor vragen Afronding. #wlo
Programma Welkom Inleiding WLO Presentatie WLO Aanbieding rapport Reactie Minister van IenM Tijd voor vragen Afronding #wlo Toekomstverkenning Welvaart en Leefomgeving (WLO) Demografische en macro-economische
Nadere informatieEmissievrije mobiliteit
Emissievrije mobiliteit Geen tijd voor dagdromen Huib van Essen 7 juli 2018 Emissies: What s the problem? Luchtvervuiling Vooral fijnstof en NO x Gezondheid hier en nu Locatie uitstoot cruciaal Aandeel
Nadere informatieAutomobiliteit in de stadsregio in 2030: Verkenning van de bandbreedte
Automobiliteit in de stadsregio in 2030: Verkenning van de bandbreedte Will Clerx Rotterdam Stadsontwikkeling / Stadsregio Rotterdam Bijdrage aan Platos Colloquium 13 maart 2013 Inhoud Aanleiding van de
Nadere informatieVan Amelisweerd/A27 naar Duurzame Bereikbaarheid in regio s
Van Amelisweerd/A27 naar Duurzame Bereikbaarheid in regio s Jan Korff de Gidts Waar staat de Kracht van Utrecht voor? Waarom denken over bereikbaarheid & reizen en regio s? Wat vragen we van de politiek?
Nadere informatieOpgesteld in samenwerking met de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van Rijkswaterstaat
CPB Notitie Opgesteld in samenwerking met de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van Rijkswaterstaat Datum : 29 september 6 Aan : Ministerie van Verkeer en Waterstaat (DGP) WLO mobiliteitscenario s met prijsbeleid
Nadere informatieBOVAG & RAI Vereniging. Woensdag 29 augustus 2012 Louwman Museum, Den Haag
BOVAG & RAI Vereniging Woensdag 29 augustus 2012 Louwman Museum, Den Haag Een betrouwbare overheid met een langetermijnvisie, die bestendig beleid maakt en die maatregelen tijdig aankondigt De onbelaste
Nadere informatieFietsgebruik,
Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aantal fietskilometers
Nadere informatieJONGERE N EN MOBILITEI T. T h o m a s S t r a atemeier
JONGERE N EN MOBILITEI T T h o m a s S t r a atemeier OPDRACHTGEVERS TRENDANALYSE Verplaatsingen 18-24 jaar Reizigerskilometers Man Vrouw Man Vrouw 5% 0% -5% -10% -15% -20% -25% -30% 1995-2000 2000-2005
Nadere informatieDe latente vraag in het wegverkeer
De latente vraag in het wegverkeer Han van der Loop, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Jan van der Waard, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Contactpersoon DGB: Henk van Mourik Afdelingsoverleg
Nadere informatieNut & noodzaak MIRT-projecten. Review van het gebruik van economische scenario s bij doorrekening van MIRT-projecten
Nut & noodzaak MIRT-projecten Review van het gebruik van economische scenario s bij doorrekening van MIRT-projecten Overzicht Korte introductie CE Delft Achtergrond Aanleiding en doel van het onderzoek
Nadere informatie