Prof. Dr. W. Devillé. Erasmus MC Rotterdam

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Prof. Dr. W. Devillé. Erasmus MC Rotterdam"

Transcriptie

1 Overzicht en evaluatie van resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar etnische verschillen in gezondheid, gezondheidsrisico s en zorggebruik in Nederland Dr. A.E. Kunst Prof. Dr. J.P. Mackenbach Afdeling MGZ Erasmus MC Rotterdam Drs. M. Lamkaddem Dr. J. Rademakers Prof. Dr. W. Devillé NIVEL Utrecht November 2008

2 Dit rapport is een gezamenlijke uitgave van: Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg (MGZ) Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Postbus CA Rotterdam telefoon NIVEL Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Postbus BN Utrecht telefoon

3 Inhoudsopgave Voorwoord 4 Hoofdtekst 1. Achtergrond 5 2. Doelstelling 6 3. Opzet van onderzoek 7 4. Methodiek 8 5. Resultaten: overzicht van gepubliceerde studies Resultaten: overzicht van gezondheidssituatie Resultaten: gezondheidsgedrag en zorggebruik Conclusies en implicaties voor verder onderzoek 24 Bijlage 1. Literatuur review naar etnische verschillen in gezondheid in Nederland 1. Doelstelling Zoekstrategie en uitkomsten Overzichtstabellen Evaluatie van beschikbare literatuur Overzicht van en toelichting op de tabellen Tabellen 31 Bijlage 2. Systematisch en consistent overzicht van etnische verschillen in aandoeningen in Nederland 1. Doelstelling Uitgangspunten voor methodiek Gegevens en methoden Overzicht van de tabellen Evaluatie van de schattingen Tabellen 57 Referenties 89 3

4 Voorwoord Deze studie is uitgevoerd in opdracht van, en met financiering van, ZonMw ten behoeve van programmering van onderzoek op het terrein van etniciteit en gezondheid. Wij danken Martin Gommer en Nancy Hoeymans van het centrum VTV van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) voor het beschikbaar stellen van ongepubliceerde schattingen van geslacht- en leeftijdsspecifieke DALY s voor aandoeningen in Nederland. November 2008, De auteurs 4

5 Hoofdtekst 1. Achtergrond In Nederland is in de laatste jaren veel onderzoek verricht naar etnische verschillen ten aanzien van gezondheid, risicofactoren en gezondheidszorg. Dit onderzoek werd gestimuleerd door de sterke groei van het aantal Nederlanders van niet-westerse afkomst gedurende de afgelopen decennia. Veel van de allochtone Nederlanders hebben te maken met problemen die samenhangen met hun migratiegeschiedenis en hun zwakke positie binnen de Nederlandse samenleving. Een belangrijke vraag is of deze problemen hun weerslag hebben op de gezondheid van allochtone Nederlanders. Het onderzoek uit de afgelopen tien jaar kenmerkt zich door een zeer grote verscheidenheid. Studies lopen sterk uiteen in hun keuze tussen de verschillende allochtone groepen en de verschillende gezondheidsaspecten (aandoeningen, gedragsfactoren of vormen van zorggebruik) die onderzocht kunnen worden. Terwijl veel studies alleen de gezondheidssituatie beschrijven, doen enkele studies een poging deze te situatie te verklaren vanuit achterliggende problemen en determinanten. Veel is onderzocht, maar veel meer blijkt nog onbekend te zijn. Het terrein van onderzoek naar allochtonen en gezondheid is als een bos met wel zeer veel bomen. Hoewel verscheidenheid in onderzoek noodzakelijk blijft, roept het ook belangrijke vragen op over de inrichting van toekomstig onderzoek. Bij schaarse tijd en middelen zullen in dat onderzoek prioriteiten gesteld moeten worden. Een belangrijke vraag is bij welke allochtone groepen en welke gezondheidsaspecten de problemen zo groot zijn dat verder onderzoek zich daarop dient te concentreren. Een andere vraag is hoe studies over heel specifieke groepen en gezondheidsproblemen zodanig kunnen worden opgezet dat zij inzichten opleveren die ook relevant zijn voor andere groepen en problemen. Door de bomen heen willen we graag het bos gaan zien. Met de huidige studie beogen wij bij te dragen aan het formuleren van prioriteiten voor toekomstig onderzoek naar de gezondheid van Nederlanders van nietwesterse afkomst. Wij zullen eerst het onderzoek dat de afgelopen 10 jaar is verricht naar de gezondheidssituatie van allochtone groepen in kaart brengen. De informatie uit deze studies zullen wij vervolgens gebruiken om vast te stellen bij welke allochtone groepen en welke gezondheidsaspecten de problemen zo groot zijn, of de etnische verschillen zo markant zijn, dat verder onderzoek zich daarop dient te concentreren. 5

6 Hoofdtekst 2. Doelstelling Het algemene doel van dit rapport is om, door middel van een overzicht en evaluatie van resultaten van wetenschappelijk onderzoek in Nederland sinds 1997, bij te dragen aan het stellen van prioriteiten voor verder onderzoek naar etnische verschillen in gezondheid, gezondheidsgerelateerd gedrag en zorggebruik. Het kerndoel van dit rapport is vast te stellen bij welke allochtone groepen en voor welke uitkomstvariabelen de verschillen met de autochtone Nederlandse bevolking het grootst zijn, en welke belangrijke vragen ten aanzien van deze verschillen nog onvoldoende beantwoord zijn. Ten behoeve van dit doel hebben wij twee deelonderzoeken uitgevoerd. De specifieke doelstellingen van deze deelonderzoeken waren: 1. een systematisch overzicht te geven van resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar de omvang van etnische verschillen in gezondheid, gezondheidsgerelateerd gedrag en zorggebruik in Nederland sinds 1997; 2. de resultaten van dit overzicht te verwerken tot consistente en gedetailleerde schattingen van de omvang van etnische verschillen in gezondheid in Nederland in 2005 en in Op drie terreinen zal in kaart worden gebracht wat de belangrijkste problemen zijn die vooral allochtone Nederlanders kunnen treffen. a) de gezondheidssituatie: hier is het de vraag welke gezondheidsproblemen, en in het bijzonder welke aandoeningen, een grote bijdrage leveren aan de ziektelast van allochtone Nederlanders. Wij zullen ons in dit onderzoek vooral richten op de sterfte, de incidentie en de prevalentie van een groot aantal diagnosegroepen. b) de gezondheidsrisico s: hier moet worden geëvalueerd welke gezondheidsbedreigingen, zoals ongezonde leefgewoonten, relatief vaak onder allochtone Nederlanders voorkomen. Deze studie zal zich concentreren op gezondheidsrelevant gedrag, inclusief roken, voeding, lichamelijke activiteit, veiligheid, veilig vrijen. c) toegang tot goede zorg: de vraag is in dit geval of allochtone Nederlanders bijzondere problemen ervaren met de toegang, het gebruik of de kwaliteit van zorgvoorzieningen. Zorggebruik zal worden gemeten in termen van het volume van gebruik van verschillende zorgvoorzieningen (inclusief huisarts, verzorging en verpleging, specialistische hulp). Geestelijke gezondheidszorg wordt niet in dit overzicht opgenomen omdat deze onderwerp is van een andere programmeringsstudie. 1 Omdat een identificatie van de belangrijkste gezondheidsproblemen de basis vormt voor de verdere ontwikkeling van gezondheidsbeleid, hebben we ervoor 1 Bekker M, van Mens-Verhulst J. GGZ en diversiteit: prevalentie en zorgkwaliteit. Programmeringsstudie Etniciteit en Gezondheid voor ZonMW. Tilburg / Utrecht,

7 Hoofdtekst gekozen relatief veel aandacht te besteden aan het documenteren van etnische verschillen in de gezondheid, en in de lacunes van de kennis op dit terrein. De resultaten van de studies op de andere twee domeinen (gezondheidsrisico s en zorggebruik) zullen meer globaal besproken worden. 3. Opzet van onderzoek Het onderzoek is begonnen met twee deelonderzoeken. Deelonderzoek 1. Literatuuroverzicht. Volgens de methode van de systematic review werd een overzicht gemaakt van de resultaten van Nederlands onderzoek waarover sinds 1997 is gepubliceerd. Op basis van gepubliceerde informatie hebben wij samenvattende tabellen gemaakt waarin wij per gezondheids(zorg)variabele de resultaten per uitkomstvariabele samenvatten. Deelonderzoek 2. Kwantitatieve synthese. Dit deel had tot doel consistente en gedetailleerde schattingen te maken van de omvang van etnische verschillen in het belang van een aantal specifieke aandoeningen. De schattingen worden gemaakt voor belangrijkste niet-westerse herkomstgroepen, met onderscheid naar geslacht en generatie. Tot slot is op basis van gegevens uit de deelonderzoeken 1 en 2 de hoofddoelstelling van dit onderzoek beantwoord. Vastgesteld is voor welke uitkomstvariabelen de etnische verschillen het grootst zijn en welke etnische groepen het meest door deze problemen worden getroffen. Ook werd aandacht gegeven aan andere aspecten, zoals de verwachte ontwikkelingen in de toekomst als gevolg van onder meer veroudering van allochtone groepen. Voor problemen die als groot werden beoordeeld, is vervolgens nagegaan welke vragen in verdere onderzoek moeten worden beantwoord om deze problemen op een wetenschappelijk onderbouwde wijze te kunnen bestrijden. Dit rapport bestaat uit drie gelijkwaardige delen: de hoofdtekst, bijlage 1 en bijlage 2. In de hoofdtekst bespreken wij de algemene methodiek (sectie 4) en de belangrijkste bevindingen (sectie 5 en 6). Tot slot geven wij op grond van deze bevindingen aanbevelingen voor verder onderzoek (sectie 7). Bijlagen 1 en 2 geven een beschrijving en een verantwoording van de methoden die zijn gevolgd in de deelonderzoeken 1 en 2. Bijlage 1 (verslag van de literatuurstudie) bevat circa 10 tabellen waarin de kernresultaten van de geselecteerde studies worden weergegeven. Bijlage 2 (verslag van de kwantitatieve synthese) bevat circa 25 tabellen met gedetailleerde resultaten van deze synthese. 7

8 Hoofdtekst 4. Methodiek Literatuurstudie (deelonderzoek 1) Bijlage 1 doet verslag van de methoden en resultaten van de literatuurstudie. De daar beschreven methoden worden hieronder samengevat. Publicaties werden gezocht met behulp van internationale en nationale databases. Daarnaast werd grijze literatuur geïdentificeerd. Er is gezocht naar studies die cijfermatige informatie bevatten over gezondheidsuitkomsten, gezondheidsrisico s of zorggebruik in relatie tot niet-westerse landen van herkomst. De publicaties dienden na 1997 verschenen te zijn en betrekking te hebben op de Nederlandse situatie. Een eerste systematische zoektocht resulteerde in meer dan 1000 potentieel relevante publicaties. Na systematische beoordeling van deze studies werden uiteindelijk ruim 150 titels geselecteerd voor verdere verwerking. Deze titels zijn opgenomen in de referenties aan het eind van dit rapport. Op basis van deze studies hebben wij een overzicht gemaakt van kwantitatieve schattingen van de omvang van etnische verschillen in gezondheid, risicofactoren en/of zorggebruik. Gegevens werden overgenomen indien zij (a) absolute waarden presenteerden voor de te onderscheiden groepen en/of (b) relatieve risico s presenteerden waarin de waarde van een allochtone groep werd uitgedrukt in verhouding tot de autochtone bevolking. Een ruime selectie van de geselecteerde resultaten wordt gepresenteerd in tabellen aan het eind van bijlage 1. Binnen het tijdsbestek van deze programmeringstudie was het niet mogelijk, en ook niet de bedoeling, om een uitputtende selectie en evaluatie van alle recente Nederlandse studies te maken. Het is goed mogelijk dat in Nederland in de afgelopen 10 jaar verschillende publicaties zijn verschenen die weliswaar bruikbare schattingen bevatten, maar waarvan die schattingen toch niet in onze tabellen terecht zijn gekomen. Desondanks is onze indruk dat de selectie van de opgenomen schattingen een representatief beeld geven van de state of the art. Op basis van deze resultaten is voor elke aandoening geëvalueerd hoe sterk het bestaande bewijs is voor etnische verschillen in het vóórkomen en de impact van deze aandoeningen. Een samenvattende oordeel is per aandoening gegeven in tabel 1 (op pagina 12). Bij dit oordeel zijn we uitgegaan van de aard van de gegevens waarop de gepubliceerde schattingen zijn gebaseerd. Wij hanteerden de volgende wensenlijst van optimale gegevenskenmerken: (a) een recente periode, (b) nationaal representatieve populaties, (c) inclusie van alle grote allochtone groepen, (d) voldoende statistische power en (e) geen grote problemen met betrouwbaarheid. 8

9 Hoofdtekst Voor veel aandoeningen werd ook meegewogen dat de benodigde gegevens uit meerdere studies moesten worden gehaald. Dit gold met name indien niet één publicatie voldeed aan alle gestelde criteria. In geval dat gegevens uit meerdere publicaties afkomstig waren, werd in de beoordeling van de sterke van het bewijs ook meegenomen of de resultaten uit de verschillende studies onderling consistent waren. Kwantitatieve synthese (deelonderzoek 2) Een belangrijke vraag is hoe de gezondheidssituatie van allochtone groepen op een zodanige wijze in kaart gebracht kan worden, dat dit optimaal bijdraagt aan het stellen van de juiste prioriteiten. Belangrijk was dat het relatief belang van verschillende aandoeningen kon worden gekwantificeerd, met maten die desgewenst gebruikt konden worden voor het samenstellen van ranglijsten. Bovendien moesten prioriteiten gesteld kunnen worden tussen verschillende allochtone groepen, zoals gedefinieerd in termen van herkomstland, geslacht en generatie. De keuze voor de methodiek moest weloverwogen worden gemaakt, omdat deze verreikende gevolgen kan hebben op de resultaten. De overwegingen zijn uitvoerig beschreven in bijlage 2. Wij willen op deze plaats twee van onze uitgangspunten uitlichten. Ten eerste hebben wij ervoor gekozen om het belang van aandoeningen te beoordelen in termen van de effecten die deze aandoeningen hadden op de kansen van mensen om een lang en gezond leven te leiden. Prioriteit zou moeten worden gegeven aan aandoeningen die de grootste invloed hadden op de lengte en kwaliteit van het leven van Nederlanders van niet-westerse herkomst. Bovendien zou prioriteit moeten worden gegeven aan allochtone groepen waar de betreffende aandoening het grootste effect had. De groepen moesten kunnen worden omschreven in termen als Surinaamse mannen van de eerste generatie. Om het effect van aandoeningen op kansen op een lang en gezond leven te kwantificeren, hebben wij gebruik gemaakt van DALY s. Deze maten wegen het belang van een aandoening als een optelsom van twee termen: de effecten voor deze aandoening op de levensverwachting van mensen (uitgedrukt in termen van aantal levensjaren dat verloren is gegaan doordat sommige mensen aan deze aandoeningen overlijden) en de effecten van deze aandoening op gezondheid van mensen tijdens hun leven (uitgedrukt in termen van het aantal gezonde jaren dat verloren is gegaan doordat sommige mensen aan deze aandoeningen lijden). Bij het laatste wordt de ernst van een aandoening meegewogen. 9

10 Hoofdtekst Ten tweede hebben wij ervoor gekozen bij de beoordeling van het belang van aandoeningen twee aanvullende perspectieven te kiezen. Het gaat enerzijds om het absoluut belang van aandoeningen voor de gezondheid van allochtone Nederlanders, en anderzijds om de bijdrage van aandoeningen aan verschillen in gezondheid tussen allochtone en autochtone Nederlanders. In deze studie begonnen wij met de descriptie van de gezondheidssituatie van allochtone groepen op zich. De kernvraag was daarbij welke aandoeningen binnen de allochtone groepen het grootste effect hebben op hun kansen op een lang en gezond leven. De tweede stap was om na te gaan in hoeverre deze gezondheidssituatie verschilt van die van autochtone bevolking. De kernvraag was daarbij welke aandoeningen het meeste bijdragen aan etnische verschillen in kansen op een lang en gezond leven. Deze twee perspectieven leiden, zoals wij later zullen zien, tot andere rangordes van aandoeningen. Sommige aandoeningen veroorzaken wel een grote ziektelast 2 binnen allochtone groepen, maar dragen zeer weinig bij aan de verschillen tussen allochtone en autochtone Nederlanders in kansen op lang en gezond leven. Ischemische hartziekten zijn hiervan een belangrijk voorbeeld. Daartegenover staan onder meer astma, infectieziekten en ongevallen in de privé sfeer. Zij behoren niet tot de aandoeningen die binnen allochtone groepen de meeste ziektelast veroorzaken, maar (doordat zij binnen de autochtone bevolking nog minder voorkomen) dragen zij wel substantieel bij aan verschillen in ziektelast tussen allochtone en autochtone Nederlanders. Schattingen van de ziektelast zijn gemaakt voor de 57 aandoeningen die volgens VTV 2006 in Nederland de grootste ziektelast veroorzaken. Voor dit rapport gebruiken wij gegevens over de ziektespecifieke DALY s naar geslacht en leeftijdsgroep. Verder is gebruik gemaakt van schattingen van de relatieve omvang van etnische verschillen in het optreden van de onderscheiden aandoeningen. Deze schattingen zijn ontleend aan het literatuuroverzicht uit deelonderzoek 1. Wij hebben tevens gebruik gemaakt van CBS gegevens over de bevolkingsomvang en -opbouw naar leeftijd en geslacht van allochtone groepen. Wij hebben onderscheid gemaakt tussen de vier grote herkomstgroepen (afkomstig uit Suriname, Antillen en Aruba, Turkije resp. Marokko) en een totaalgroep van alle niet-westerse herkomstlanden (volgens CBS definitie, dus exclusief Indonesië). Per groep is onderscheid gemaakt naar geslacht, leeftijd en generatie. Op grond van bovenstaande gegevens zijn demografische berekeningen uitgevoerd. De Excel files waarin deze berekeningen vorm hebben gekregen, kunnen op verzoek worden toegestuurd. Evaluatie van kwantitatieve synthese 2 De term ziektelast gebruiken wij als verkorte woord voor de hoeveelheid verlies aan gezonde levensjaren, zoals uitgedrukt in DALY s. 10

11 Hoofdtekst We willen benadrukken dat in dit rapport een eerste poging is gedaan om schattingen te maken van de bijdrage van verschillende aandoeningen aan de totale ziektelast van allochtone groepen. De methode is, ook internationaal gezien, vernieuwend. Het gevolg is wel dat de schattingen die nu voor het eerst zijn gemaakt, voor verbetering vatbaar zijn. Wij bespreken aan het einde van bijlage 2 de belangrijkste punten van verbetering. Ondanks het grote aantal Nederlandse studies blijkt de kennis over etnische verschillen in gezondheid belangrijke lacunes te vertonen. Voor veel aandoeningen bleken de bestaande schattingen fragmentarisch te zijn. Voor sommige aandoeningen moesten wij de schattingen ontlenen aan studies waarvan de representativiteit en betrouwbaarheid onzeker waren. In tabel 1 wordt per aandoening een indicatie gegeven van de kwaliteit van beschikbare schattingen. Als gevolg van de problemen met de beschikbare gegevens, zal een verbetering van onze kwantitatieve synthese alleen mogelijk zijn indien nieuwe gegevens beschikbaar komen. Vooral is gewenst dat op een systematische wijze de situatie voor een breed scala van aandoeningen en voor verschillende allochtone groepen in kaart wordt gebracht. In onze synthese zijn niet de aandoeningen meegenomen die vrijwel alleen binnen sommige herkomstgroepen voorkomen. Voorbeelden van zulke allochtone aandoeningen zijn sikkelcelanemie, thalassemie, vitamine D deficiëntie, leverkanker en levercirrose. Hoewel de sterke concentratie van deze aandoeningen tot allochtone groepen op zich belangwekkend is, kan de ziektelast van deze aandoeningen ook binnen allochtone groepen veel minder groot kan zijn dan de ziektelast van vele andere aandoeningen. Zo komt bijvoorbeeld leverkanker, een aandoening met een sterk verhoogde incidentie onder allochtone groepen, niet hoger dan op ongeveer de 40 ste plaats van de lijst van de meest belangrijke aandoeningen onder allochtone Nederlanders (zie bijlage 2, sectie 5). Op basis van gegevens uit nieuw onderzoek zal vastgesteld moeten worden of sommige van de andere allochtone aandoeningen wel een relatief grote ziektelast onder allochtone groepen veroorzaken. 11

12 Hoofdtekst 5. Resultaten: overzicht van gepubliceerde studies Gezondheidsuitkomsten In tabel 1 vatten wij samen in hoeverre op basis van de beschikbare literatuur een precieze en gedetailleerde schatting kan worden gemaakt van etnische verschillen in gezondheid. In de tabel wordt een onderscheid gemaakt tussen de 57 aandoeningen die in de VTV 2006 zijn onderscheiden. Onze bevindingen zijn als volgt: 1. van circa 10 aandoeningen zijn geen gegevens gepubliceerd over etnische verschillen in de incidentie, prevalentie of sterfte aan die aandoeningen; 2. van circa 15 aandoeningen kan alleen een globale schatting gemaakt worden van de omvang van deze etnische verschillen; 3. van circa 20 aandoeningen kan deze omvang met enige nauwkeurigheid worden geschat, ook voor de grotere herkomstgroepen; 4. alleen voor diabetes, beroerte, suïcide en de verschillende kankersoorten konden nauwkeurige en gedetailleerde schattingen gemaakt, met bovendien een redelijke consistentie tussen schattingen uit verschillende bronnen. De tweede en derde groep bevat een aantal groepen van aandoeningen die, mede gezien de jonge leeftijdopbouw van allochtone groepen, bij deze groepen op termijn een grote ziektelast zouden kunnen gaan veroorzaken: psychische aandoeningen (vooral angststoornissen en depressie), gewrichtsaandoening (vooral artritis) en aandoeningen van de luchtwegen (vooral COPD en luchtweginfecties). Over de groepen afkomstig uit Suriname, Turkije en Marokko wordt bij benadering in gelijke mate gepubliceerd in de afgelopen 10 jaar. Antillianen en Arubanen komen iets minder vaak aan bod. Over andere herkomstgroepen wordt veel minder gepubliceerd. Alleen over asielzoekers wordt relatief veel gepubliceerd, onder meer in studies naar doodsoorzaken resp. psychische aandoeningen. Een beperkt aantal studies dat zich richt op de Surinamers maakt bovendien een nader onderscheid naar etniciteit (Hindoestanen en Creolen). Een aantal studies maakt onderscheid naar leeftijdsgroep of richt zich op een specifieke leeftijdsgroep zoals ouderen. Relatief veel studies richten zich op etnische verschillen in de gezondheid onder pasgeborenen, kinderen en/of adolescenten. Een klein deel van de studies, onder meer op het terrein van kanker, maakt onderscheid tussen de eerste en tweede generatie. Zelden worden gezondheidsproblemen onderzocht in relatie tot verblijfsduur in Nederland of in relatie tot leeftijd bij immigratie. Hoewel we hier niet systematisch naar hebben gekeken, is het onze indruk dat maten voor acculturatie iets vaker worden gebruikt, vooral in onderzoek naar verklarende mechanismen. 12

13 Hoofdtekst Aandoening Kwaliteit van gepubliceerde gegevens [a] Infectieziekten maag en darm 1 Tuberculose 2 Hersenvliesontsteking 1 Sepsis 0 HIV/AIDS 2 SOA 2 Slokdarmkanker 2-3 Maagkanker 2-3 Dikke- en endel-darmkanker 3 Longkanker 3 Huidkanker 3 Borstkanker 2-3 Baarmoederhalskanker 2-3 Prostaatkanker 3 Non-Hodgkin lymfomen 3 Diabetes 2-3 Dementie 0 Schizofrenie 1-2 Depressie en dysthymie 1-2 Angststoornissen 1-2 Alcoholafhankelijkheid 1 Stoornissen door drugsgebruik 0 Verstandelijke handicap 0 Parkinson 0 Multiple sclerose 0 Epilepsie 1-2 Gezichtsstoornissen 0-1 Gehoorstoornissen 0-1 Coronaire hartziekten 2 Hartfalen 1 Beroerte 2-3 Aneurysma van de aorta 1 Infecties bovenste luchtwegen 1 Infecties onderste luchtwegen 1 Influenza 1 Astma 1-2 COPD 1-2 Aandoening Kwaliteit van gepubliceerde gegevens [a] Zweren maag en duodenum 1 Inflammatoire darmziekten 1 Acute urineweginfecties 1 Constitutioneel eczeem 1-2 Contact eczeem 1-2 Decubitus 0 Reumatoïde artritis 1-2 Artrose 1-2 Dorsopathieën 1-2 Osteoporose 0 Aangeboren afwijkingen CZS 2 Aangeboren afwijkingen HVS 2 Syndroom van Down 1 Heupfracturen 0 Ongevalsletsel verkeer 2-3 Ongevalsletsel bedrijf 1 Ongevalsletsel privé 1-2 Ongevalsletsel sport 0 Suicide 3 Geweld (moord en doodslag) 2 Tabel 1. Beoordeling van kwaliteit van gepubliceerde gegevens over etnische verschillen in aandoeningen Het kwaliteitsoordeel is gebaseerd op de externe en interne validiteit van de noodzakelijke bronnen en op de consistentie van schattingen uit verschillende bronnen. 0 = geen gegevens beschikbaar 1 = omvang van gezondheidsverschillen kan alleen globaal geschat worden 2 = de omvang kan bij benadering geschat worden, per herkomstgroep 3 = de omvang kan vrij nauwkeurig geschat worden, ook naar geslacht en generatie 13

14 Hoofdtekst Gezondheidsrelevant gedrag en zorggebruik In Nederland zijn veel studies naar etnische verschillen ten aanzien van gedragsfactoren en zorggebruik zijn gedaan. Veel van de gepubliceerde studies bleken echter bij nader inzien niet de door ons gewenste informatie te bevatten. In een aantal gevallen waren de problemen met interne of externe validiteit van de gegevens te groot om de gepubliceerde schatting in onze overzichten op te kunnen nemen. In sommige andere gevallen was de publicatie van de resultaten verre van volledig, bijvoorbeeld doordat de auteurs nalieten om vergelijkbare schattingen te presenteren voor de autochtone bevolking. Voor roken, overgewicht, sommige aspecten van voeding en veilig vrijen kan op grond van de beschikbare gegevens de omvang van etnische verschillen met enige nauwkeurigheid worden geschat, ook voor de grotere herkomstgroepen. Voor onder meer alcoholgebruik, drugsgebruik en lichamelijke activiteiten kan alleen een globale schatting gemaakt worden van de omvang van deze etnische verschillen. Voor zorggebruik is de situatie iets rooskleuriger, mede dankzij een goede meting van zorggebruik in nationaal representatieve registraties en persoonsenquêtes. Vooral voor huisartsbezoek kan de omvang van etnische verschillen met redelijk nauwkeurigheid worden geschat voor elk van de grotere herkomstgroepen. Voor de meeste andere vormen van zorggebruik kunnen de verschillen op het niveau van herkomstgroep bij benadering worden geschat. Slot Ondanks een groot aantal studies blijkt de kennis over etnische verschillen in gezondheid, gezondheidsgedrag en zorggebruik grote lacunes te vertonen. De bestaande schattingen zijn fragmentarisch, mogelijk soms sterk vertekend en vaak inconsistent. Problemen zijn onder meer (a) onvolledig en weinig systematisch gebruik van de in Nederland beschikbare gegevens uit registraties en persoonsenquêtes; (b) problemen met de interne validiteit en representativiteit van gebruikte gegevens; (c) gebrekkige methoden van analyse, vaak door het ontbreken van een heldere vraagstelling en conceptuele modellen en (d) beperkingen in de presentatie van resultaten, mede als gevolg van de beperkte ruimte die tijdschriften bieden. Een systematisch en evenwichtig overzicht van de gezondheidssituatie van allochtone groepen wordt bovendien belemmerd door het feit dat een relatief groot deel van de literatuur zich richt op specifieke aandoeningen, zoals diabetes mellitus, infectieziekten en perinatale sterfte. 14

15 Hoofdtekst 6. Resultaten: overzicht van gezondheidssituatie In tabel 2 geven wij een rangorde van aandoeningen. Deze rangorde is gebaseerd op de totale ziektelast van de aandoeningen onder alle niet-westerse herkomstgroepen in Deze ziektelast is berekend met de DALY s, volgens dezelfde methodologie als in VTV Daarbij is rekening gehouden met de jongere leeftijdopbouw van de niet-westerse herkomstgroepen en de gepubliceerde gegevens over etnische verschillen in aandoeningen. Omdat die gegevens verre van volledig zijn (zie vorige paragraaf) moet deze rangorde als tentatief worden beschouwd. De vijf belangrijkste aandoeningen betreffen twee psychische aandoeningen (depressie, angststoornissen), diabetes mellitus, coronaire hartziekten en beroerte. Ook bij alternatieve schattingen van de omvang van etnische verschillen, behouden deze aandoeningen hun positie in de top vijf. Elk van deze aandoeningen heeft naar schatting minstens een twee keer zo grote ziektelast als elk van de lager geplaatste aandoeningen, Ook astma blijkt, op basis van verschillende publicaties over grote etnische verschillen in het optreden van astma, van groot belang te zijn. Opvallend in tabel 2 zijn ook de hoge posities van verschillende vormen van ongevallen, geweld (suïcide, moord) en gewrichtsaandoeningen (artrose, artritis, dorsopathieën). De jonge leeftijdsopbouw van migrantengroepen speelt hier duidelijk een rol, maar ook waargenomen etnische verschillen in het optreden van deze aandoeningen of letseloorzaken dragen aan de hoge posities bij. Grote afwezigen in de lijst zijn de verschillende kankersoorten. Alleen borstkanker bij vrouwen neemt een relatief hoge plaats is, zelfs nog in de top tien. Alcoholafhankelijkheid neemt slechts een 14 de plaats in, dankzij het relatief lage alcoholgebruik in de meeste allochtone groepen. Als alcoholgebruik onder migrantengroepen even hoog zou zijn als in de autochtone bevolking, zou alcoholafhankelijkheid in de top vijf zijn gekomen. Bijdragen van aandoeningen aan etnische verschillen in totale ziektelast In tabel 3 vergelijken we aandoeningen vanuit een ander gezichtspunt, door de bijdrage van aandoeningen te meten aan etnische verschillen in de totale ziektelast. De totale ziektelast is groter onder allochtone groepen dan onder de autochtone bevolking. Schattingen uit bijlage 2 suggereren dat de totale ziektelast, zoals gemeten in termen van DALY s gesommeerd over alle aandoeningen, onder nietwesterse herkomstgroepen, 22 procent hoger ligt dan in Nederland als geheel. Voor mannen en vrouwen liggen deze percentages op 21 en 24 procent. De variatie naar land van herkomst is in de regel klein (Suriname 26, Antillen/Aruba 25 en Turkije 31 procent) met uitzondering van Marokko, waarvoor de ziektelast slechts 3 procent boven het Nederlandse gemiddelde ligt. 15

16 Hoofdtekst Tabel 2: Rangorde van 22 aandoeningen in termen totale ziektelast onder nietwesterse herkomstgroepen, naar geslacht, in 2005 en Schatting voor 2005 Projecties Aandoening totaal mannen vrouwen voor 2025 (totaal) Angststoornissen Diabetes Depressie en dysthymie Coronaire hartziekten Beroerte Ongevalsletsel prive Astma Ongevalsletsel verkeer Reumatoïde arthritis Verstandelijke handicap Artrose Infecties onderste luchtwegen COPD Alcohol afhankelijkheid Suicide Contact eczeem Dorsopathieën Gezichtsstoornissen Aangeboren afwijkingen CZS Geweld (moord en doodslag) Schizofrenie Borstkanker (vrouwen) [a] Infectieziekten maag en darm [b] Epilepsie [b] Aangeboren afwijkingen HVS [b] [a] [b] Rangorde binnen de lijst voor vrouwen. Deze aandoeningen zullen volgens de projecties in 2025 uit de top 25 van belangrijkste aandoeningen vallen. 16

17 Hoofdtekst Tabel 3. Bijdrage van aandoeningen aan het verschil in ziektelast tussen nietwesterse allochtonen en de Nederlandse bevolking als geheel Rang Relatief verschil allochtoon vs. autochtoon Bijdrage (%) aan algemeen verschil Aandoening 1 Diabetes Astma Ongevalsletsel prive Angststoornissen Beroerte Geweld (moord en doodslag) Gezichtsstoornissen Schizofrenie Reumatoïde artritis Artrose Infectieziekten maag en darm HIV/AIDS Infecties onderste luchtwegen Contact eczeem Dorsopathieën Epilepsie Aangeboren afwijkingen CZS Depressie en dysthymie Sepsis Tuberculose SOA Inflammatoire darmziekten Acute urineweginfecties Ongevalsletsel bedrijf Hersenvliesontsteking Infecties bovenste luchtwegen Influenza Constitutioneel eczeem Maagkanker Aangeboren afwijkingen HVS

18 Hoofdtekst Met tabel 3 wordt de vraag beantwoord welke aandoeningen het meest bijdragen aan deze etnische verschillen in totale ziektelast. De tabel bevat alleen de 30 aandoeningen die, volgens schattingen uit recente publicaties, relatief vaak optreden onder allochtone groepen. Opvallend is de grote bijdrage van diabetes mellitus. Op grond van de beschikbare gegevens lijkt 26 procent van de etnische verschillen in totale ziektelast toe te schrijven te zijn aan verschillen in het optreden van diabetes mellitus. Vijf andere aandoeningen dragen elk 6 tot 7 procent bij: astma, ongevallen in de privé sfeer, angststoornissen, beroerte en geweld (moord en doodslag). Een bijdrage van 3 tot 4 procent wordt verder geleverd door gezichtsstoornissen, schizofrenie, reumatoïde artritis, en artrose. Deze tien aandoeningen dragen samen bij aan ongeveer drie kwart (72%) van het totale verschil in ziektelast. Belangrijk is op te merken dat een aantal aandoeningen niet op de lijst voorkomt dan wel een lage positie inneemt. Op deze lijst ontbreken onder meer coronaire hartziekten, suïcide en alle kankersoorten doordat, gemiddeld genomen over alle allochtone groepen, sterfte aan deze aandoeningen relatief laag is. Mogelijk is verrassend de lage positie van HIV/AIDS, tuberculose en SOA. Het optreden van deze aandoeningen is in relatieve termen sterk verhoogd onder een aantal allochtone groepen. Doordat de totale ziektelast van deze aandoeningen in Nederland betrekkelijk klein is, dragen zij toch in geringe mate bij aan etnische verschillen in de totale ziektelast. Vergelijking van herkomstgroepen Tabel 4 toont de verdeling van de ziektelast van afzonderlijke aandoeningen in relatie tot herkomstgroep en generatie. Deze verdeling weerspiegelt verschillen tussen de onderscheiden populaties in de totale bevolkingsomvang en in de bevolkingsopbouw naar leeftijd en geslacht. Bovendien houden deze schattingen rekening met het feit dat voor een aantal aandoeningen kon worden vastgesteld dat, ook na controle voor leeftijd en geslacht, de kansen op het optreden van aandoeningen verschilt naar generatie en land van herkomst. De bevindingen die voor de hieronder geslecteerde aandoeningen worden gepresenteerd, zijn representatief voor de bredere set van de door ons onderzochte aandoeningen. Voor vrijwel alle aandoeningen valt het grootste deel van de ziektelast in de eerste generatie. Voor de oudere aandoeningen, zoals COPD, diabetes en hart- en vaatziekten, ligt dit aandeel op 90 procent of meer. Alleen voor aandoeningen die vooral op jonge leeftijd optreden, zoals astma en congenitale aandoeningen, valt een aanzienlijk deel van de ziektelast in de tweede generatie. 18

19 Hoofdtekst Tabel 4. Verdeling van de ziektelast naar generatie en herkomstgroep, voor 10 aandoeningen. Aandoening Aandeel (%) in ziektelast (totaal = 100% per aandoening) Eerste generatie Tweede generatie Sur Ant Tur Mar Ov. Sur Ant Tur Mar Ov. Diabetes Coronaire hartziekten Beroerte Angststoornissen Depressie en dysthymie Schizofrenie Ongevalsletsel verkeer Ongevalsletsel prive Astma COPD Borstkanker Reumatoïde arthritis Artrose Aangeboren afwijk. CZS Aangeboren afwijk. HVS Binnen de eerste generatie valt in het algemeen het belangrijkste deel van de totale ziektelast onder de mensen afkomstig uit Suriname, gevolgd door Turkije, Marokko en tot slot Antillen/Aruba. Deze verschillen zijn vooral het gevolg van de oudere bevolkingsopbouw van de Surinamers, en het relatief klein aantal mensen van Antilliaanse/Arubaanse afkomst. Het grootste deel van de totale ziektelast valt onder mensen uit andere landen van herkomst, waarbij moet worden gedacht aan een groot aantal niet-westerse landen uit Afrika en Azië (Indonesië niet meegerekend). Er zijn belangrijke verschillen tussen aandoeningen in de verdeling van de ziektelast naar land van herkomst. Van alle niet-westerse gevallen van diabetes, coronaire hartziekten en beroerte, valt naar schatting 30 tot 40 procent onder mensen geboren in Suriname. Depressie en angststoornissen zouden zich het meest concentreren onder mensen van Turkse afkomst, terwijl op grond van de beschikbare schattingen mag worden verwacht dat schizofrenie naar verhouding vaak voorkomt onder mensen van Marokkaanse afkomst. COPD zou meer dan evenredig voorkomen onder mannen van Turkse afkomst. Naar schatting de helft van alle niet-westerse gevallen van borstkanker treedt op onder vrouwen geboren in een van de overige landen. 19

20 Hoofdtekst Verkenning van de toekomst De laatste kolom van tabel 2 toont de rangorde van aandoeningen volgens projecties tot In deze projecties is rekening gehouden met de veroudering van allochtone groepen en is bovendien aangenomen dat de etnische verschillen zullen afnemen met 25 procent (voor de eerste generatie) resp. 50 procent (voor de tweede generatie). Vergelijkbare aannames zijn gemaakt in recente projecties van de incidentie van kanker onder allochtone groepen. 3 De projecties moeten uiteraard met grote voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Drie punten kunnen echter worden uitgelicht. Ten eerste, indien geen grote onverwachte veranderingen in ziekteprofiel optreden, zal ook op langere termijn de top vijf uit dezelfde aandoeningen bestaan. Ten tweede, een aantal aandoeningen die sterker samenhangen met ouderdom, zullen waarschijnlijk aan belang winnen, zoals artrose, COPD en gezichtsstoornissen. Tot slot, de top 25 van aandoeningen zal niet drastisch veranderen. Volgens de projecties zijn er slechts twee nieuwe aandoeningen in deze top, te weten longkanker (op nummer 22) en hartfalen (op nummer 24). De blijvend lage plaats van longkanker is opvallend, hoewel rekening moet worden gehouden met een snellere stijging als gevolg van toenemend tabaksgebruik in vooral de tweede generatie. Overige verkenningen van de toekomst lieten zien dat de verdeling van de ziektelast over de eerste versus de tweede generatie in de komende 20 jaar nog niet wezenlijk zal verschuiven. Ook in 2025 valt het grootste deel van de ziektelast in de eerste generatie. Onderscheid naar leeftijd Hoewel in bijlage 2 ervoor is gekozen om de nadruk te leggen op verschillen tussen generaties in plaats van leeftijdsgroepen, is een uitsplitsing naar leeftijd wel belangrijk voor het bepalen van het relatief belang van enkele gezondheidsproblemen die sterk aan leeftijd zijn gebonden. Het is vooral belangwekkend om na te gaan in hoeverre de ziektelast, zoals geschat in onze aandoeningspecifieke methode, zich concentreert onder allochtone kinderen, jongeren en jongvolwassenen. Voor alle niet-westerse herkomstgroepen tezamen kon 11 procent van de totale ziektelast worden toegewezen aan de leeftijdsgroep 0 tot 14 jaar, met een verdere 13 procent aan de leeftijdsgroep 15 tot 24 jaar. Maar liefst 60 procent van de totale ziektelast viel in de leeftijdsgroepen en jaar. Projecties voor het jaar 2025 laten een verdere verschuiving zien naar hogere leeftijden. De aandelen van 0-14 en jarigen zou afnemen naar 5 resp. 8 procent, terwijl het aandeel van de ziektelast onder mensen van 65 jaar en ouder zou groeien van 15 naar 33 project. 3 Kunst AE, Stirbu I. Aantallen nu en in de toekomst. In: Kanker WA, Kanker S, editors. Allochtonen en kanker: sociaal-culturele en epidemiologische aspecten. Amsterdam: KWF; p

21 Hoofdtekst 7. Resultaten: gezondheidsgedrag en zorggebruik In dit deel zal een overzicht worden gegeven van de literatuur over etnische verschillen in gezondheidsgedrag en zorggebruik. Anders dan bij de gezondheidsindicatoren kunnen we geen systematisch, kwantitatief overzicht geven, omdat daarvoor de literatuur op deze terreinen te fragmentarisch is. Wij zullen ons beperken tot een korte en kwalitatieve bespreking van de belangrijkste bevindingen uit recente studies. Deze bevindingen zullen wij in het licht plaatsen van het overzicht van gezondheidsverschillen dat wij in de vorige sectie hebben opgesteld. Gezondheidsrelevant gedrag De verhoogde sterfte en prevalentie van diabetes mellitus in de meeste allochtone groepen wijst op het potentieel grote belang van overgewicht en obesitas. In een aantal studies wordt een hogere prevalentie van overgewicht en obesitas gevonden voor de vier grootste herkomstgroepen, met variaties tussen deze groepen. In bijvoorbeeld de Amsterdamse gezondheidsenquête van 2000 was de prevalentie van overgewicht onder Marokkanen iets verhoogd (17 versus 11 procent in de autochtone bevolking) maar onder Turken sterk verhoogd (35 versus 11 procent). Tussen allochtone groepen en de autochtone bevolking bestaan grote verschillen in voedingspatronen. Onzeker is echter in hoeverre deze verschillen een invloed hebben op verschillen in de incidentie of sterfte aan onder meer hart- en vaatziekten. Algemene uitspraken hierover zijn moeilijk te geven, onder meer doordat de samenstelling van het dieet (in termen van nutriënten) voor allochtone groepen niet ondubbelzinnig gezonder of ongezonder is dan voor de autochtone Nederlandse bevolking. Daarnaast is belangrijk te weten of de totale energieconsumptie hoger ligt onder allochtone groepen. De grote etnische verschillen in overgewicht en obesitas wijzen weliswaar in die richting, maar ook moet worden gedacht aan de rol van lichamelijk activiteit. Samen met patronen van voeding (= energie input) wordt het vóórkomen overgewicht en obesitas bepaald door patronen van lichamelijke activiteit (= energie output). Het ligt voor de hand te verwachten dat een lagere lichamelijke activiteit, en dan vooral in de vrije tijd, heeft bijgedragen aan de hogere prevalentie van overgewicht onder veel allochtone groepen. De recente studies die wij hebben verzameld, geven hier aanwijzingen voor, zoals een Amsterdams onderzoek onder Turken en Marokkanen. Tot nog toe is informatie over patronen van lichamelijke activiteit onder allochtone groepen echter nog fragmentarisch. De lage sterfte aan long- en nierkanker die voor vrijwel alle allochtone groepen is waargenomen, wijst erop dat de life time blootstelling aan roken in de eerste generatie migranten lager is geweest dan in de autochtone Nederlandse bevolking. Recente literatuur heeft vooral de prevalentie van huidige roken onder allochtone groepen onderzocht. Ook het huidige roken is onder veel allochtone groepen relatief laag, vooral bij vrouwen. Voor enkele groepen, in het bijzonder Turkse en Surinaamse mannen, is een hogere prevalentie waargenomen. Er zijn bovendien aanwijzingen voor een geleidelijke toename van roken onder groepen waar roken nu nog weinig voorkomt. Verwacht kan worden dat op termijn de incidentie van 21

22 Hoofdtekst rookgerelateerde aandoeningen onder veel allochtone groepen naar het Nederlands niveau zal convergeren. Een tendens hiertoe is al waarneembaar ten aanzien van bijvoorbeeld de incidentie van longkanker onder de tweede generatie migranten uit Turkije. De gemiddelde consumptie van alcohol ligt onder de meeste allochtone groepen aanzienlijk lager dan in Nederland, vooral bij groepen waarin de islam een belangrijke rol speelt. De consumptie van mensen afkomstig uit Antillen en Aruba ligt dicht tegen het autochtone niveau. De lagere alcoholconsumptie bij het merendeel van de eerste generatie migranten verklaart de lagere incidentie van een aantal kankers waarvoor alcoholconsumptie een belangrijke risicofactor vormt, zoals de kankers van de mond- en keelholte en van de slokdarm. Een aandachtspunt zijn ook adolescenten uit allochtone groepen. Hoewel ook onder hen de alcoholconsumptie relatief laag is, kan de consumptie het Nederlandse niveau benaderen voor deelgroepen zonder een islamitische achtergrond en bij personen die meer in de Nederlandse samenleving zijn geïntegreerd. De hogere prevalentie van ongevallen in de privé sfeer kunnen niet alleen verband houden met grotere risico s in de woonomgeving van allochtone groepen, maar mogelijk ook met verschillen in veilig gedrag. Bij ons weten is de afgelopen jaren in Nederland niet gepubliceerd over verschillende vormen van veilig gedrag in allochtone groepen. Belangrijk is dat etnische verschillen in gezondheidsrelevant gedrag niet alleen worden gedocumenteerd, maar dat ook pogingen worden gedaan om de oorzaken van deze verschillen te achterhalen. Belangrijke stappen op dit terrein zijn gezet in Amsterdams onderzoek naar roken en eetpatronen van Turken en Marokkanen. Hoewel de determinanten van bijvoorbeeld roken in het algemeen vergelijkbaar waren met die van de autochtone bevolking, bleek er een aantal bijzonder factoren een rol te spelen, zoals de rol van de iman en de wijdverbreide gewoonte sigaretten aan te bieden. Inzichten in dergelijke factoren kunnen nieuwe aanknopingspunten bieden voor preventie. Zorggebruik Deze sectie richt zich op het volume van zorggebruik door mensen van niet-westerse herkomst. Etnische verschillen in het volume van zorggebruik zullen worden vergeleken met de verschillen in ziektelast zoals geschetst in sectie 5. Overige aspecten van zorggebruik, zoals toegankelijkheid, kwaliteit en tevredenheid, zullen worden behandeld in een andere programmeringstudie. 4 Een groot aantal publicaties heeft etnische verschillen in het aantal bezoeken aan de huisarts gedocumenteerd. Een recente studie op basis van landelijke gegevens vond dat, in vergelijking tot de autochtone bevolking, het aantal bezoeken in het afgelopen jaar ongeveer 30 procent hoger lag bij alle vier grote herkomstgroeperingen. Etnische verschillen waren vooral groot ten aanzien van het aantal herhaalbezoeken (in plaats van een eenmalig consult). 4 Seeleman MC, Essink-Bot ML, Stronks K. Toegankelijkheid en kwaliteit van de somatische zorg Programmerinsgsstudies Etniciteit en Gezondheid voor ZonMW. Amsterdam,

23 Hoofdtekst Ook het gebruik van fysiotherapie en medicijnen op recept was hoger bij mensen van niet-westerse herkomst. Opvallend was dat voor veel vormen van zorggebruik het verschil tussen niet-westerse allochtonen en de autochtone bevolking vrij gering was (kleiner dan 20 procent) voor zowel specialistenbezoek, ziekenhuisovernachting, tandartsbezoek, medicijnen zonder recept, wijkverpleging en gezinszorg. Een afzonderlijke analyse van zorggebruik onder 0 tot 19 jarigen toonde geen grote verschillen in relatie naar het land van herkomst, maar mogelijk een iets (circa 20%) lagere frequentie van bezoek aan de huisarts en specialist onder kinderen van nietwesterse herkomst. De frequentie van het bezoek aan consultatiebureau lag onder deze kinderen wel fors (86%) hoger dan onder kinderen van autochtone herkomst. In gevallen waar het zorggebruik hoger lag onder mensen van niet-westerse herkomst, kon dit patroon vrijwel geheel worden toegeschreven aan het vaker vóórkomen van gezondheidsproblemen onder niet-westerse allochtonen. Dit betekent dat mensen met een niet-westerse herkomst niet meer zorg consumeren dan autochtone Nederlanders met ongeveer dezelfde gezondheidstoestand. Voor het omgekeerde zijn er wel aanwijzingen. Niet-westerse herkomstgroepen lijken minder vaak gebruik te maken van specialistische en ziekenhuiszorg dan op grond van hun gezondheid kon worden verwacht. De frequentie van specialistenbezoek en het aantal ziekenhuisovernachtingen was in het bijzonder lager onder mensen afkomstig uit Turkije en Marokko, maar niet onder mensen uit Suriname en de Antillen en Aruba. Vanwege de kleine aantallen respondenten was het echter niet mogelijk de gebruikscijfers voor de afzonderlijke allochtone groepen nauwkeurig te schatten. Tot slot willen wij ook langs andere weg een vergelijking trekken tussen behoefte aan zorg en het volume van zorggebruik. De behoefte aan zorg kan worden afgemeten aan de totale ziektelast onder niet-westerse herkomstgroepen, zoals gesommeerd over aandoeningen. In sectie 5 is gemeld dat deze ziektelast 22 procent hoger ligt dan in de autochtone bevolking. Op vergelijkbare wijze kan het totale volume van zorg worden berekend door de kosten van zorg over alle zorgsectoren te sommeren. Uit de eerder aangehaalde studie bleken de kosten van zorg bij niet-westerse herkomstgroepen 15 procent hoger te liggen dan in de autochtone Nederlandse bevolking. Dit betekent dat het hogere volume van zorggebruik, zoals uitgedrukt in 15 procent hogere kosten van zorg, vrij goed overeenstemt met de 22 procent hogere ziektelast. Voor zover er een discrepantie tussen deze twee samenvattende maten is, wijst die op enig ondergebruik van de gezondheidszorg door niet-westerse herkomstgroepen. 23

24 Hoofdtekst 8. Conclusies en implicaties voor verder onderzoek In deze studies hebben wij ernaar gestreefd vast te stellen welke aandoeningen de grootste bedreiging vormen voor kansen op een lang en gezond leven voor Nederlanders van niet-westerse herkomst. Tegelijk hebben wij vastgesteld welke aandoeningen het meest bijdragen aan etnische verschillen in gezondheid en sterfte in Nederland. Dit overzicht is aangevuld met een kwalitatief overzicht van etnische verschillen in gezondheidsgedrag en zorggebruik. Hiermee beogen wij bij te dragen aan het stellen van prioriteiten voor (onderzoek ten behoeve van) gezondheidsbeleid gericht op Nederlanders van niet-westerse herkomst. In deze sectie vatten wij de belangrijkste bevindingen samen en formuleren wij implicaties voor verder onderzoek. Wij zullen niet in detail ingaan op de rol van gezondheidszorg resp. geestelijke gezondheid, omdat over deze onderwerpen in twee andere programmeringstudies verslag is gedaan. 5 Welke aandoeningen zijn het belangrijkst? 1. Vijf aandoeningen zijn veruit het belangrijkst in termen van de totale ziektelast die zij veroorzaken in de gehele groep van mannen en vrouwen van niet-westerse herkomst. Het betreffen, in alfabetische volgorde, angststoornissen, beroerte, coronaire hartziekten, depressie & dysthymie en diabetes mellitus. Een breed scala van vooral chronische aandoeningen en ongevallen draagt verder bij aan de ziektelast van allochtone groepen. 2. De totale ziektelast van allochtone groepen is groter dan die van de autochtone bevolking. Van groot belang is te weten welke aandoeningen bijdragen aan dit verschil in kansen op een lang en gezond leven. De bijdrage van diabetes mellitus is veruit het belangrijkst (26 procent). Een substantiële bijdrage wordt verder geleverd door vijf andere aandoeningen: beroerte, astma, angststoornissen, ongevallen in de privé sfeer, en geweld (moord en doodslag). 3. Het optreden van infectieziekten, inclusief seksueel overdraagbare aandoeningen, is sterk geconcentreerd onder allochtone groepen. Toch dragen deze ziekten betrekkelijk weinig bij aan de totale ziektelast van allochtone groepen, of aan etnische verschillen daarin. Dit komt doordat het aantal gevallen dan wel de ziektelast per geval voor de meeste infectieziekten in Nederland relatief klein is. Welke allochtone groepen worden het meest getroffen? 4. Veruit het grootste deel (ongeveer 90 procent) van de totale ziektelast van allochtone groepen valt binnen de eerste generatie. Dit aandeel blijft vrijwel onveranderd in de komende 20 jaar. Het aandeel van de ziektelast dat valt onder migranten van 65 jaar en ouder zal groeien van 15 naar ongeveer 33 procent, 5 Bekker M, van Mens-Verhulst J. GGZ en diversiteit: prevalentie en zorgkwaliteit. Programmeringsstudie Etniciteit en Gezondheid voor ZonMW. Tilburg / Utrecht, Seeleman MC, Essink-Bot ML, Stronks K. Toegankelijkheid en kwaliteit van de somatische zorg Programmerinsgsstudies Etniciteit en Gezondheid voor ZonMW. Amsterdam,

Trends verwachte zorgvraag. Regio KAM, samen Voor Betere Zorg

Trends verwachte zorgvraag. Regio KAM, samen Voor Betere Zorg Trends verwachte zorgvraag Regio KAM, 2018-2040 samen Voor Betere Zorg Uitgangspunten (toelichting gemaakte keuzes) Inhoud presentatie Demografische ontwikkeling KAM regio en grootste gemeenten daarbinnen

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Ziekten in de toekomst. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst

Regionale VTV 2011. Ziekten in de toekomst. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst Regionale VTV 2011 Ziekten in de toekomst Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen, GGD Hart voor

Nadere informatie

Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit

Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit Prof. Dr. Walter Devillé Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg UvA Vluchtelingen en Gezondheid OMGEVING POPULATIE KENMERKEN GEZONDHEIDS-

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M.

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M. Regionale VTV 2011 Levensverwachting en sterftecijfers Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Levensverwachting en sterftecijfers Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009 Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009 Op weg naar speerpuntennotitie? Wat doen/deden we al? Welke gezondheidsproblemen

Nadere informatie

Zorg voor geest kost nog steeds het meest

Zorg voor geest kost nog steeds het meest Zorg voor geest kost nog steeds het meest Publicatiedatum: 28-11-2013 In is 19,6 miljard euro uitgegeven voor de behandeling van psychische stoornissen, 22% van de totale uitgaven voor zorg en welzijn

Nadere informatie

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN INFOKAART OUDEREN EN ROKEN Roken Roken is de risicofactor die de meeste sterfte en het meeste gezondheidsverlies met zich brengt en zodoende ook zorgt voor veel verlies aan kwaliteit van leven (1). Vijftien

Nadere informatie

Wat als varianten in de VTV-2018

Wat als varianten in de VTV-2018 Wat als varianten in de VTV-2018 Colofon Dit is een achtergronddocument bij de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2018. RIVM 2018 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding:

Nadere informatie

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Inleiding Hoe functioneren mensen en welke chronische aandoeningen hebben ze? Wat willen ze? Wat kunnen

Nadere informatie

tweede nationale studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk Een kwestie van verschil:

tweede nationale studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk Een kwestie van verschil: Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (H van Lindert, M Droomers, GP Westert. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk.

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting. Feiten en cijfers Uitgave van de Nederlandse Hartstichting November 211 Beroerte Definitie Beroerte (in het Engels Stroke ), ook wel aangeduid met cerebrovasculaire aandoeningen/accidenten/ziekte (CVA),

Nadere informatie

5. Sterfte en herkomst

5. Sterfte en herkomst 5. Sterfte en herkomst Voor niet-westerse allochtonen geldt, gemiddeld genomen, een hoger sterfterisico dan voor autochtonen. Binnen dit gemiddelde bestaan echter aanzienlijke verschillen naar leeftijd,

Nadere informatie

Cultuursensitiviteit Partners in de geboortezorg 13 mei 2014

Cultuursensitiviteit Partners in de geboortezorg 13 mei 2014 Cultuursensitiviteit Partners in de geboortezorg 13 mei 2014 Helena Kosec Pharos h.kosec@pharos.nl 1 Inhoud Migranten definities Gezondheid epidemiologische verschillen Gezondheid verschillen in zorggebruik

Nadere informatie

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg Toegespitst op kankerzorg dr. Mohamed Boulaksil Cardioloog i.o. Pharos Utrecht, 18 juni 2013 Indeling Definitie van begrippen Epidemiologische verschillen migrant

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013 Samenvatting Twente Versie 2, oktober 2013 Twente varieert naar stad en platteland In Twente wonen 626.500 mensen waarvan de helft woont in één van de drie grote steden. Tot 2030 zal de Twentse bevolking

Nadere informatie

Regionale VTV Bevolking. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking

Regionale VTV Bevolking. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking Regionale VTV 2011 Bevolking Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen, GGD Hart voor Brabant Drs. S. van de

Nadere informatie

Gemengd Amsterdam * in cijfers*

Gemengd Amsterdam * in cijfers* Gemengd Amsterdam * in cijfers* Tekst: Leen Sterckx voor LovingDay.NL Gegevens: O + S Amsterdam, bewerking Annika Smits Voor de viering van Loving Day 2014 op 12 juni a.s. in de Balie in Amsterdam, dat

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Demografische gegevens ouderen

Demografische gegevens ouderen In dit hoofdstuk worden de demografische gegevens van de doelgroep ouderen beschreven. We spreken hier van ouderen indien personen 55 jaar of ouder zijn. Dit omdat gezondheidsproblemen met name vanaf die

Nadere informatie

Toekomstbestendige zorg in Noord-Brabant: Voorlopige resultaten. Dung Ngo MSc 15 december 2010

Toekomstbestendige zorg in Noord-Brabant: Voorlopige resultaten. Dung Ngo MSc 15 december 2010 Toekomstbestendige zorg in Noord-Brabant: Voorlopige resultaten Dung Ngo MSc 15 december 2010 Achtergrond van het onderzoek Levensverwachting in NL laatste jaren met >2 jaar toegenomen Echter, vergeleken

Nadere informatie

Samenvatting. Etiologie. samenvatting

Samenvatting. Etiologie. samenvatting Samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene inleiding op dit proefschrift. Luchtweginfecties zijn veel voorkomende aandoeningen, die door een groot aantal verschillende virussen en bacteriën veroorzaakt kunnen

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Gemeente Utrecht, Volksgezondheid Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/volksgezondheid Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht - 2012 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht,

Nadere informatie

Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen

Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen Aandeel vrouwen en mannen dat in het afgelopen jaar last heeft gehad van de 10 meest voorkomende langdurige aandoeningen/ziekten bij vrouwen*, 2011/2012 1 migraine

Nadere informatie

matige alcohol consumptie gezondheid

matige alcohol consumptie gezondheid matige alcohol consumptie positief voor gezondheid R e s u l t a t e n v a n 3 j a a r w e t e n s c h a p p e l i j k o n d e r z o e k Matige en regelmatige alcoholconsumptie heeft overall een positief

Nadere informatie

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding Naar aanleiding van vragen over de hoge arbeidsongeschiktheidspercentages

Nadere informatie

Samenvatting. De volgende onderzoeksvragen zijn geformuleerd:

Samenvatting. De volgende onderzoeksvragen zijn geformuleerd: Samenvatting In Westerse landen vormen niet-westerse migranten een steeds groter deel van de bevolking. In Nederland vertegenwoordigen Surinaamse, Turkse en Marokkaanse migranten samen 6% van de bevolking.

Nadere informatie

2. De niet-westerse derde generatie

2. De niet-westerse derde generatie 2. De niet-westerse derde generatie Op 1 januari 23 woonden in Nederland tussen de 34 duizend en 36 duizend personen met ten minste één grootouder die in een niet-westers land is geboren. Dit is ruim eenderde

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

Facts & Figures Dementie

Facts & Figures Dementie Facts & Figures Dementie Inleiding Door de demografische ontwikkelingen neemt het aantal mensen met dementie de komende decennia sterk toe. Mensen worden steeds ouder en er komen meer ouderen. Omdat dementie

Nadere informatie

Omgevingsanalyse Urk 19-11-2013

Omgevingsanalyse Urk 19-11-2013 Omgevingsanalyse Urk 19-11-2013 Programma Onderdeel Tijd Presentatie omgevingsanalyse 18.00-18.45 Interactief deel in twee groepen 18.45-19.30 Plenaire terugkoppeling 19.30-19.45 Afsluiting 19.45-20.00

Nadere informatie

Samenvatting. Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties

Samenvatting. Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties Samenvatting Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties Samenvatting 116 In de huid van het menselijk lichaam wordt, bij blootstelling aan zonlicht,

Nadere informatie

CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct

CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct Het aantal mensen dat overlijdt aan een acuut hartinfarct is in 2014 met 7 procent gedaald tot 5,3 duizend. Dit zijn er bijna 400 minder dan

Nadere informatie

4. Kans op echtscheiding

4. Kans op echtscheiding 4. Kans op echtscheiding Niet-westerse allochtonen hebben een grotere kans op echtscheiding dan autochtonen. Tussen de verschillende groepen niet-westerse allochtonen bestaan in dit opzicht echter grote

Nadere informatie

12. Vaak een uitkering

12. Vaak een uitkering 12. Vaak een uitkering Eind 2001 hadden niet-westerse allochtonen naar verhouding 2,5 maal zo vaak een uitkering als autochtonen. De toename van de WW-uitkeringen in 2002 was bij niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Levensverwachting en sterfte

Levensverwachting en sterfte Levensverwachting en sterfte Tabel 1 Levensverwachting Utrecht bij geboorte, 4-jaarsgemiddelde 2005-2008 en 2007-2010 (Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, CBS) TOTAAL GESLACHT WIJK Man Vrouw West

Nadere informatie

Cijfers over dementie

Cijfers over dementie Cijfers over dementie Inleiding Door de demografische ontwikkelingen neemt het aantal mensen met dementie de komende decennia sterk toe. Mensen worden steeds ouder en er komen meer ouderen. Omdat dementie

Nadere informatie

Inhoudsopgave volledig rapport

Inhoudsopgave volledig rapport NIVEL/VUmc, 2005 72 pag. NIVEL bestelcode: W9.69 Prijs: 7,50 Verzendkosten: 2,50 ISBN: 90-6905-749-2 Deze samenvatting van onderstaand rapport is een uitgave van het NIVEL in 2005. De gegevens mogen met

Nadere informatie

Sterfte in Drenthe. Sterfte over de periode 1999-2003

Sterfte in Drenthe. Sterfte over de periode 1999-2003 Sterfte in Sterfte over de periode 9-00 Sterfte in Sterfte over de periode 9-00 December 006 C.A. Bos, epidemioloog N. van Zanden, epidemioloog GGD Overcingellaan 90 LA tel. 059 0600 www.ggddrenthe.nl

Nadere informatie

DE ETNISCHE SAMENSTELLING VAN DE BEVOLKING

DE ETNISCHE SAMENSTELLING VAN DE BEVOLKING DEMOGRAFISCH PROFIEL SURINAMERS IN NEDERLAND Op een studiedag voor het Surinaams Inspraak Orgaan in juni 2011 heeft Prof. dr. Chan Choenni een inleiding verzorgd over de demografie van de Surinaamse gemeenschap

Nadere informatie

Quick Scan Zorgvraag 2030

Quick Scan Zorgvraag 2030 Quick Scan Zorgvraag 2030 Prismant Quick Scan Zorgvraag 2030 A. (André) J.J. van der Kwartel I. (Ineke) Bloemendaal F. (Francisca) van der Velde W. (Willem) van der Wind Utrecht, september 2012 Kiwa Prismant

Nadere informatie

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan Carel Harmsen en Liesbeth Steenhof In dit artikel wordt de levensloop gevolgd van jongeren die in 1995 het ouderlijk huis hebben verlaten. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de verschillen tussen herkomstgroeperingen.

Nadere informatie

Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald

Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald PERSMEDEDELING VAN JO VANDEURZEN, VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN 4 oktober 2012 Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald De kans dat Vlamingen

Nadere informatie

Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de

Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de 1 2 Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de KAM regio afwijken zal dit kwalitatief worden benoemd.

Nadere informatie

Om een beeld te krijgen van de staat van de volksgezondheid

Om een beeld te krijgen van de staat van de volksgezondheid 59 belangrijke volksgezondheidsproblemen Een selectie van ziekten voor het monitoren van de volksgezondheid Nancy Hoeymans, Ronald Gijsen en Lany C.J. Slobbe Toplijsten van ziekten zijn van belang voor

Nadere informatie

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, @ FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling, september 29 Samenvatting De werkloosheid onder de 1 tot 2 jarige Nederlanders is in het 2 e kwartaal van 29 met

Nadere informatie

Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog i.o./onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant

Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog i.o./onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog i.o./onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Film: fragmenten Iedereen depressief (VPRO) - Depressie groot

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Rijssen-Holten epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Rijssen-Holten en de factoren

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

vervolgonderwijs na de lagere school, waar men tot 14 jaar verblijft. Deze scholen zijn gelegen in Kosice, een stad in Oost-Slowakije met 240.

vervolgonderwijs na de lagere school, waar men tot 14 jaar verblijft. Deze scholen zijn gelegen in Kosice, een stad in Oost-Slowakije met 240. SAMENVATTING De aanwezigheid van sociaal-economische gezondheidsverschillen (SEGV) is bevestigd in bijna alle West Europese landen. Gedurende de vroege kinderleeftijd zijn de SEGV groot; ze blijven gedurende

Nadere informatie

TOOLKIT Bekend maakt Bemind

TOOLKIT Bekend maakt Bemind TOOLKIT Bekend maakt Bemind 6. Migrantenouderen in cijfers Aantal migrantenouderen in Nederland Bron: (CBS-Statline, dec. 2016) Aantal AOW-gerechtigden in Nederland 3.059.000 Waarvan van migrantenafkomst

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

LANDELIJKE EN REGIONALE SCENARIO S VOOR TOEKOMST VAN ZORG EN GEZONDHEID

LANDELIJKE EN REGIONALE SCENARIO S VOOR TOEKOMST VAN ZORG EN GEZONDHEID LANDELIJKE EN REGIONALE SCENARIO S VOOR TOEKOMST VAN ZORG EN GEZONDHEID Momenteel zijn er veel veranderingen op het gebied van zorg en gezondheid. Het is daardoor moeilijk te voorspellen hoe dit veld er

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit

Nadere informatie

factoren voor de concentratie van de uitgaven van de gezondheidszorg

factoren voor de concentratie van de uitgaven van de gezondheidszorg 3Studie factoren voor de concentratie van de uitgaven van de gezondheidszorg Een groep van tien procent Belgische consumenten is in haar eentje verantwoordelijk voor 72% van de uitgaven geneeskundige verzorging!

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Enschede

Kernboodschappen Gezondheid Enschede Kernboodschappen Gezondheid Enschede De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Enschede epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Enschede en de factoren die hierop van

Nadere informatie

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen

Nadere informatie

Invloed van aannames in modellen van kosteneffectiviteit onderzoek

Invloed van aannames in modellen van kosteneffectiviteit onderzoek Invloed van aannames in modellen van kosteneffectiviteit onderzoek Paul van Gils Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) Centrum Voeding, Preventie en Zorg Afdeling Kwaliteit van Zorg en Gezondheidseconomie

Nadere informatie

DEMENTIA MIGRANS. Onderweg naar een sociaal medische aanpak van dementie & diversiteit. Ali Lahdidioui - Internist ouderengeneeskunde - HagaZiekenhuis

DEMENTIA MIGRANS. Onderweg naar een sociaal medische aanpak van dementie & diversiteit. Ali Lahdidioui - Internist ouderengeneeskunde - HagaZiekenhuis DEMENTIA MIGRANS Onderweg naar een sociaal medische aanpak van dementie & diversiteit Ali Lahdidioui - Internist ouderengeneeskunde - HagaZiekenhuis IN HET KORT De cijfers - waar staan we nu? Wat gebeurt

Nadere informatie

Een gezonde toekomst? Ouderen in 2030

Een gezonde toekomst? Ouderen in 2030 Een gezonde toekomst? Ouderen in 2030 peter achterberg, henk hilderink & nancy hoeymans Hoe zullen de volksgezondheid en zorg zich in Nederland tot 2030 ontwikkelen als er veel meer ouderen komen? We putten

Nadere informatie

2. Groei allochtone bevolking fors minder

2. Groei allochtone bevolking fors minder 2. Groei allochtone bevolking fors minder In 23 is het aantal niet-westerse allochtonen met 46 duizend personen toegenomen, 19 duizend minder dan een jaar eerder. De verminderde groei vond vooral plaats

Nadere informatie

Factsheet Demografische ontwikkelingen

Factsheet Demografische ontwikkelingen Factsheet Demografische ontwikkelingen 1. Inleiding In deze factsheet van ACB Kenniscentrum aandacht voor de demografische ontwikkelingen in Nederland en in het bijzonder in de provincie Noord-Holland.

Nadere informatie

Bewegen en overgewicht in Purmerend

Bewegen en overgewicht in Purmerend Bewegen en overgewicht in Purmerend In opdracht van: Spurd, Marianne Hagenbeuk Uitgevoerd door: Monique van Diest Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend mei 2009 Verkrijgbaar

Nadere informatie

Onderdeel van het programma Uitkomstinformatie voor Samen Beslissen

Onderdeel van het programma Uitkomstinformatie voor Samen Beslissen Rapport Overzicht 50% van de Nederlandse ziektelast: aandoeningen met een voorsprong op het gebied van uitkomstinformatie en geschikt voor samen beslissen Onderdeel van het programma Uitkomstinformatie

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Casper Schoemaker & Nancy Hoeymans 29 november 2007. Kwaliteit van leven en kosteneffectiviteitsonderzoek

Casper Schoemaker & Nancy Hoeymans 29 november 2007. Kwaliteit van leven en kosteneffectiviteitsonderzoek Casper Schoemaker & Nancy Hoeymans 29 november 2007 Kwaliteit van leven en kosteneffectiviteitsonderzoek Structuur presentatie 1. Imago psychische stoornissen en GGZ 2. Beproefde argumenten in politiek

Nadere informatie

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2017

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2017 Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 217 Over welke cijfers hebben we het? In Nederland worden gegevens over de leefstijl van de bevolking verzameld door meerdere thema-instituten die elk op

Nadere informatie

Geestelijke gezondheid

Geestelijke gezondheid In dit onderdeel wordt ingegaan op de geestelijke gezondheid van ouderen. De onderwerpen die worden aangesneden zijn psychische stoornissen en eenzaamheid. Volgens gegevens uit de Rapportage 2001 van het

Nadere informatie

Samenvatting Volwassenen en hun gezondheid

Samenvatting Volwassenen en hun gezondheid Samenvatting Volwassenen en hun gezondheid Deel IV Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Volwassenen en hun gezondheid in de regio Nieuwe Waterweg Noord Vergelijking

Nadere informatie

Sterfte. Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode , uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS)

Sterfte. Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode , uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS) Sterfte Tabel 1 Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode 2007-2010, uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS) totaal mannen vrouwen TOTAAL 1839.25 854.50 984.75 LEEFTIJD

Nadere informatie

Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog/onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant

Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog/onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog/onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Film: fragmenten Iedereen depressief (VPRO) Wat is een depressie?

Nadere informatie

Ongelijkheid in gezondheid, is gezondheidszorg van belang?

Ongelijkheid in gezondheid, is gezondheidszorg van belang? Ongelijkheid in gezondheid, is gezondheidszorg van belang? Sociaaleconomische en etnische verschillen in gezondheidszorguitkomsten op het terrein van hart- en vaatziekten in Nederland 17 november 2009

Nadere informatie

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft Dienst Wonen, Zorg en Samenleven Fact sheet nummer 1 januari 211 Eigen woningbezit 1e en Aandeel stijgt, maar afstand blijft Het eigen woningbezit in Amsterdam is de laatste jaren sterk toegenomen. De

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten

Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten Koolhydraten en de preventie van welvaartsziekten Evidence-based richtlijn van de German Nutrition Society Van vezels tot suikers: koolhydraten omvatten een brede range van voedingsstoffen. Wat is er precies

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Inleiding en vraagstellingen

Inleiding en vraagstellingen Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (MW van der Linden, GP Westert, DH de Bakker, FG Schellevis. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Wierden

Kernboodschappen Gezondheid Wierden Wierden Twente Nederland Kernboodschappen Gezondheid Wierden De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Wierden epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Wierden en de factoren

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen De GGD Twente verzamelt in opdracht van Noaberkracht Dinkelland Tubbergen epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Noaberkracht

Nadere informatie

Gezondheidsverwachting volgens socio-economische gradiënt in België Samenvatting. Samenvatting

Gezondheidsverwachting volgens socio-economische gradiënt in België Samenvatting. Samenvatting Verschillende internationale studies toonden socio-economische verschillen in gezondheid aan, zowel in mortaliteit als morbiditeit. In bepaalde westerse landen bleek dat, ondanks de toegenomen welvaart,

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Gezondheid en determinanten

Gezondheid en determinanten Gezondheid en determinanten Deelrapport van de VTV 2010 Van gezond naar beter Redactie: N. Hoeymans J.M. Melse C.G. Schoemaker Gezondheid en determinanten Deelrapport van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning

Nadere informatie

Samenvatting en beschouwing

Samenvatting en beschouwing Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (MW van der Linden, GP Westert, DH de Bakker, FG Schellevis. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen

Nadere informatie

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Cretien van Campen m.m.v. Maaike

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting 169 170 Samenvatting Samenvatting Jicht is een reumatische ziekte die wordt veroorzaakt door het neerslaan van urinezuur (in de vorm van kleine naaldvormige kristallen) in en rond de gewrichten.

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2007 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Marije Wouters & Dirk J. Korf

FLEVOMONITOR 2007 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Marije Wouters & Dirk J. Korf FLEVOMONITOR 2007 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop, Marije Wouters & Dirk J. Korf Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit van

Nadere informatie

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe  Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012 Vergrijzing in Fryslân fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe In Fryslân wonen op 1 januari 2011 647.282 inwoners. De Friese bevolking groeit nog jaarlijks. Sinds 2000 is het aantal inwoners toegenomen

Nadere informatie

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Onderwijs Het aandeel in de bevolking van 15 tot 64 jaar dat het onderwijs reeds heeft verlaten en hun onderwijscarrière

Nadere informatie

> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Sterfte aan hart- vaatziekten in dertig jaar gehalveerd Minder sterfte vooral door betere diagnostiek en behandeling

Sterfte aan hart- vaatziekten in dertig jaar gehalveerd Minder sterfte vooral door betere diagnostiek en behandeling Forse daling sterfte Trends in sterfte en ziekenhuisopnamen Meer ziekenhuisopnamen Sterfte neemt af 12 Meer kankerpatiënten Meer nieuwe gevallen, minder sterfte Grootste sterfte door longkanker Sterke

Nadere informatie

STERFTECIJFERS 2015 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 2017

STERFTECIJFERS 2015 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 2017 Sterftecijfers 25 15.12.27 STERFTECIJFERS 25 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 27 > Het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid verwerkt zelf de sterftecertificaten van het Vlaams Gewest. Sinds 20 (registratiejaar

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen

Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Haaksbergen epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Haaksbergen en de factoren die hierop

Nadere informatie

Zuidoost gezond en wel?

Zuidoost gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Zuidoost gezond en wel? Zeven op de tien inwoners van Zuidoost hebben een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse

Nadere informatie

Najaar 2012. Voorbeeldrapportage Wijkscan

Najaar 2012. Voorbeeldrapportage Wijkscan Najaar 2012 Voorbeeldrapportage Wijkscan Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Gebiedsindeling... 4 2. Demografie... 5 2.1 Jeugd: 0 tot 14-jarigen... 6 2.2 Ouderen: 65-plussers... 6 2.3 Sociaal economische

Nadere informatie