preview uit NIET ZONDER ELKAAR BLOEMEN EN INSECTEN verspreiding verboden Copyrights: Uitgeverij Natuurmedia/de fotografen, 2014
|
|
- Hugo de Graaf
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 24 25 Bessenbandzweefvlieg likkend aan helmknop met stuifmeel van slangenkruid Planten kunnen elkaar niet opzoeken als zij voortplantingsrijp zijn. Kortom ze hebben, in tegenstelling tot dieren, een afstandsprobleem. Dit is zeker het geval als bloemen eenslachtig zijn, of planten eenhuizig. De oplossing van de meeste plantensoorten is de ontwikkeling van tweeslachtige bloemen en specialisatie op insectenbestuiving. De afstand tussen helmknop en stempel is bij tweeslachtige bloemen klein. Die nabijheid leidt in principe gemakkelijk tot zelfbevruchting (via bestuiving met pollen van dezelfde bloem of een bloem van dezelfde plant). Toch komt zelfbevruchting betrekkelijk weinig voor en is kruisbevruchting (via bestuiving met pollen afkomstig van een andere plant) de gangbare vorm van bevruchting. De voorkeur voor kruisbevruchting, ondanks de grotere afstand tussen pollenbron en stamper, bracht Darwin tot de uitspraak: De natuur zegt ons zeer nadrukkelijk dat zij voortdurende zelfbestuiving verafschuwt. Waarom is zelfbevruchting, hoewel de eenvoudigste oplossing, klaarblijkelijk ongewenst? En waarom is kruisbevruchting de meer algemene voortplantingsvorm? Het belangrijkste voordeel van kruisbevruchting is dat zo het genetische materiaal van twee verschillende ouderplanten met elkaar wordt gemengd, waardoor hun nakomelingen nieuwe combinaties van eigenschappen hebben. Een grote variatie aan individuen met verschillende erfelijke eigenschappen biedt de soort als geheel de beste overlevingskansen bij wisselende milieuomstandigheden. Zelfbestuiving Windbestuiving Insectenbestuiving De verschillende methoden van bestuiving. Bij windbestuiving (blauw) en bij insectenbestuiving (rood) worden stuifmeelkorrels van de ene plant naar de andere getransporteerd. Bij zelfbestuiving wordt eigen stuifmeel door de stempel opgevangen.
2 26 Bijzondere relaties 27 Hoe zelfbevruchting te voorkomen? Als zelfbevruchting minder gewenst is, hoe kan de plant dit dan voorkomen? Drie manieren. Veel soorten vertonen allereerst zelfsteriliteit : de stuifmeelkorrels kiemen niet op stempels van dezelfde plant, maar kiemen wel normaal, met de bijbehorende pollenbuisgroei, op stempels van andere individuen van dezelfde plantensoort. Blokkering van de kieming op de eigen plant berust op een chemische herkenning die genetisch bepaald is (zelf-incompatibiliteit) en enigszins kan worden vergeleken met een immuunreactie. Deze vorm van zelfsteriliteit komt vaak voor: bijv. bij asters, primula s, boterbloemen, een aantal roosachtigen (appel, kers en sommige perenrassen), bij kruisbloemigen en veel soorten vlinderbloemigen en orchideeën. Verder bij een aantal klaprozen en de weegbreefamilie, kortom in veel verschillende plantenfamilies. Zelfbevruchting wordt in de tweede plaats ook voorkomen wanneer de meeldraden en de stampers niet tegelijkertijd rijpen (dichogamie). Meestal begint in die gevallen de stuifmeelproductie op het moment dat de stempels nog niet ontvankelijk zijn (dit heet protandrie: de meeldraden eerst). Zo zijn bloemen van de aardbei eerst mannelijk (dat wil zeggen: ze geven stuifmeel af) en daarna vrouwelijk (geen stuifmeelproductie meer, maar wel rijpe stampers). Deze ongelijktijdigheid van rijping komt vaak voor, onder meer bij soorten die behoren tot de composieten, schermbloemigen en klokjesachtigen. Het omgekeerde, stampers rijpen voordat de helmknoppen rijp stuifmeel leveren (protogynie), is minder algemeen maar zien we bijvoorbeeld bij cypreswolfsmelk en weegbree. Een derde manier om de kans op zelfbevruchting te verminderen is heterostylie. In dat geval bezitten de bloemen lange stijlen en korte meeldraden, terwijl de bloemen van andere individuen (van dezelfde soort) korte stijlen hebben en meeldraden die daar hoog boven uitsteken. Die verschillen bevorderen kruisbevruchting doordat vlinders met een lange tong pollen van bloemen met een lange stijl gemakkelijk overbrengen naar de stempel van een bloem met korte stijl. Veel bijen daarentegen, met een korte tong, kunnen niet zo diep in de bloem komen en transporteren daardoor alleen pollen van lange meeldraden naar bloemen met een lange stijl. Heterostylie komt in verscheidene plantenfamilies voor, bijvoorbeeld bij longkruid, boekweit, winterjasmijn en sleutelbloemachtigen. Kattenstaart en Darwin Darwin wijdde in 1864 in zijn publicatie On the sexual relations of the three forms of Lythrum salicaria een uitgebreide studie aan de bloemen van kattenstaart, een heel markant voorbeeld van heterostylie. Er zijn planten met bloemen met een korte stijl, middellange en lange meeldraden, planten met middellange stijl met korte en lange meeldraden en planten met lange stijl en korte en middellange meeldraden (tristylie). Iedere individuele bloem heeft twaalf meeldraden verdeeld over twee etages, die verschillend zijn gekleurd. Er kan alleen succesvol zaad worden gevormd na bestuiving met pollen uit een ander bloemtype. Ongelijkstijligheid bij sleutelbloemen Sleutelbloemen danken hun naam aan de ingenieuze en wat onregelmatige tros bloemen, zoals fraai te zien is bij de slanke sleutelbloem, een wilde plant op vochtige, kalkrijke bodem. Met enige fantasie is er een sleutel in te zien. Sleutelbloemen zijn het schoolvoorbeeld van ruimtelijke scheiding van de mannetjes en de vrouwtjes binnen een bloem. Aan verschillende planten zitten verschillende bloemen. Slanke sleutelbloem (Primula elatior) Links een langstijlige bloem, rechts een kortstijlige Hoewel alle bloemen oppervlakkig gezien hetzelfde lijken, zit er fraaie variatie in het ontwerp van de sleutelbloem. Er zijn bloemen met korte stijlen met meeldraden bovenin als een soort kraagje aan het begin van de kroonbuis en er zijn bloemen met lange stijlen met meeldraden onderin. Bij dit type bloem steekt de stijl soms net buiten de bloemkroon omhoog, als een pin. Wanneer een insect, bijvoorbeeld een vlinder, een bloem met een lange stijl bezoekt om met zijn roltong nectar van de bloembodem op te zuigen, ontvangt de vlinder stuifmeel van de korte meeldraden. Wanneer het dier daarna een kortstijlige bloem bezoekt zit er stuifmeel op zijn roltong, dat bij deze bloem eerst de stempel zal passeren. Het stuifmeel zit ter hoogte van de stempel op de roltong, wat kruisbestuiving vergemakkelijkt. Dit is het ideale model, ontdekt door Carolus Clusius, die in 1590 de Leidse Hortus Botanicus inrichtte, en waarvan Darwin de functie begreep. In de praktijk vindt toch veel bestuiving plaats door stuifmeel uit hetzelfde bloemtype (door buurbestuiving), maar of die bloemen dan net zulk hoogwaardig zaad krijgen, is de vraag.
3 28 29 Zelfbevruchting als vluchtheuvel Ondanks het genoemde, belangrijke voordeel dat kruisbevruchting biedt boven zelfbevruchting: namelijk vergroting van de genetische variatie, blijkt toch zo n twintig procent van alle bloemplantensoorten zelfbevruchting als hoofdstrategie bij hun voortplanting te gebruiken, zonder zichtbaar nadelige gevolgen. In situaties waar bestuiving door insecten vanwege slechte klimatologische condities onzeker is, of als de plantensoort slechts weinig individuen omvat, bijvoorbeeld in een nieuwe omgeving of aan de rand van zijn verspreidingsgebied, kan zaadvorming via zelfbevruchting de overlevingskansen van de soort ter plaatse zeker vergroten. Zelfsteriliteit zou in dergelijke situaties catastrofaal kunnen zijn. Zelfbevruchters zijn meestal eenjarig en kruidachtig, al zijn er natuurlijk ook veel kruiden die zich alleen via kruisbevruchting kunnen voortplanten. Bomen en struiken zijn zelden zelfbevruchters. Ook bij soorten waar kruisbevruchting regel is, ziet men soms kort voor het einde van de bloei, in het geval dat bestuiving nog niet gelukt is, alsnog zelfbevruchting. Zo krullen bij het ouder worden van sommige bloemen de helmdraden zodanig om dat hun helmhokjes contact maken met de stempels en er, voor zover er nog onbevruchte zaadknoppen zijn, (zelf-)bevruchting kan plaatsvinden. Deze oplossing is onder meer te zien bij veel soorten van de steenbreekfamilie, de sterremuurfamilie en de kruisbloemigen. Andere soorten vertonen weer allerlei andere bewegingstypen die tot zelfbestuiving in verouderende bloemen leiden. Beter genetisch minder gevarieerd zaad dan geen zaad! De grens tussen zelfbevruchting en kruisbevruchting is veel minder absoluut dan men op het eerste gezicht denkt. In bloemen van de gewone agrimonie zijn de stempels ontvankelijk voordat het stuifmeel vrij komt. Is de bloem tegen het einde van de bloei nog onbevrucht dan buigen de meeldraden zich naar binnen (rechts). Daarbij raken zij de stempels aan zodat alsnog zelfbestuiving, zonder toedoen van insecten, mogelijk is. Gewone agrimonie: wild in de kalkrijke duinen Wilde kievitsbloemen hebben vijf tot acht jaar nodig om van zaad tot bloeiende plant uit te groeien. Zij bloeien een dag of vijf, zes, vroeg in het voorjaar. Vooral hommels zorgen dan meestal voor (kruis-)bestuiving. Rechts toont een net geopende bloem met nog gesloten helmhokjes. In het midden een oudere bloem waarvan twee kroonbladen en een meeldraad zijn verwijderd. De stamper is hier geheel uitgegroeid en er is stuifmeel afgegeven. Hoewel het belang van kruisbestuiving evident is, zijn er ook plantensoorten waarbij zelfbevruchting de gangbare methode is. Maarts viooltje, glad vingergras en tarwe zijn daarvan enkele voorbeelden. Deze soorten kunnen volstaan met het aanmaken van veel minder pollen dan plantensoorten waarop insecten foerageren. Een ander voordeel: zij zijn niet afhankelijk van de aanwezigheid van bestuivers. Wederzijdse afhankelijkheid Planten zijn plaatsgebonden. Zij kunnen elkaar niet benaderen. Voor transport van stuifmeel is de plantenwereld aangewezen op hulp van derden, met name insecten, de wind en bij sommige waterplanten: water-stroming. Windbestuiving kwam al voor bij de voorouders van bloemplanten, zo n 300 miljoen jaar geleden. Deze waarschijnlijk oudste vorm van bestuiving is het mechanisme dat globaal tien procent van alle tegenwoordige bloemplantsoorten gebruikt. Hoewel windbestuiving bepaald niet zeldzaam is, helpen dieren, en dan vooral insecten, heel vaak met het transport van pollen en bevorderen daarmee kruisbestuiving. Omdat deze transporteurs die service niet verlenen zonder een tegenprestatie, betaalt de plant door levering van hoogwaardig voedsel : nectar en stuifmeel. Deze vorm van samenwerking wordt mutualisme genoemd (mutualisme of wederkerigheid = relatie van twee soorten waarbij beide soorten voordeel hebben en van elkaar afhankelijk zijn voor hun overleving). Deze nauwe relatie tussen, aan een kant, het grootste deel van het plantenrijk en, aan de andere kant, een aanzienlijk deel van de dierenwereld is het meest grootschalige voorbeeld van wederzijdse afhankelijkheid binnen de levende natuur.
4 30 Bijzondere relaties Bijzondere relaties 31 Stuifmeelklompjes bij orchideeën Brem Orchideeën vormen een rijke familie. Rijk aan soorten, rijk aan vormen en rijk aan zeer subtiele bestuivingsmechanismen, waarbij insecten vaak misleid worden. Maar het basisontwerp vertoont steeds een zelfde mechanisme waarbij al het stuifmeel in een keer op een insect terecht komt. Een gangbare orchideeënbloem heeft zes bloemdekblaadjes waarvan de onderste en breedste (de lip) de landingsplaats is voor insecten. Vaak betreft het hommels die op zoek gaan naar nectar in de spoor die onder de bloem hangt. Aan de achterzijde het vruchtbeginsel, dat tijdens de bloei is gedraaid. Insecten wordt de weg gewezen door honingmerken op de lip, zoals een lijntje en streepjes. Een gelokt insect steekt zijn zuigsnuit in de spoor waarbij zijn kop in contact komt met een klein zuiltje, waarin twee stuifmeelklompjes op een steeltje verborgen zijn. Bij aanraking kunnen een of twee stuifmeelklompjes in hun geheel en rechtop op de kop van het insect komen te staan. Binnen een halve minuut buigt het steeltje door uitdroging en wanneer het insect Duinwespenorchis met een bezoekende wesp. een volgende bloem bezoekt wordt zo eerst de stempel aangeraakt en kan bevruchting plaatsvinden. Je kunt een bij of hommel nadoen door een punt van een potlood of spijker in de bloem te steken, dan komen de stuifmeelklompjes daarop terecht. Zie ook de foto van vele stuifmeelklompje op de kop van een vlieg, pagina <xxx> en vele andere variaties op dit thema: pag. xxxx) De naam van de familie van erwten, lathyrus en brem, de vlinderbloemigen, verwijst niet naar haar bestuivers, dit zijn vaak hommels, wilde bijen etc. De wat ongelukkig gekozen naam komt door enige gelijkenis met vlinders. Om het nog ingewikkelder te maken: de bloemonderdelen zijn juist naar analogie met de scheepvaart vernoemd (zwaard, kiel, vlag), alsof de bloem een zeilscheepje is. Een bloem heeft bovenin een vlag. De vlag heeft een gekleurd honingmerk dat geen UV-licht reflecteert, maar de vlag zelf wel waardoor insecten het merk goed kunnen onderscheiden. Onderin zitten langszij de zwaarden en daartussen twee bloemdekblaadjes, die samen de kiel vormen. Daarin verstopt zitten helmknoppen op vijf lange en vijf kortere meeldraden en een stijl met stempel. De kortere meeldraden dienen vooral als voedsel voor de bloembezoeker. De langere om een insect te bepoederen. Als een bij op een nog gesloten bloem van een vlinderbloemige als de brem landt, springt deze met een geruisloze ontploffing open en komen meeldraden en stijl tevoorschijn uit de kiel. Dan komt eerst het achterlijf van het insect in contact met het stuifmeel van de korte meeldraden, waarna de lange meeldraden en stijl naar de rug toe neigen. Zelfbestuiving is onmogelijk want de plant is zelfsteriel. De bloem produceert geen nectar, maar het stuifmeel wordt als voedselbron benut. Zware insecten triggeren deze miniexplosie. Lichte zweefvliegen komen pas later aan bod, als de bloem al is geopend. Zij dragen niet bij aan de kruisbestuiving. Rijpe zaaddozen klappen met een vaart open en de zaden bevatten kleine mierenbroodjes (een klein, smakelijk, wit onderdeel), waardoor mieren worden aangelokt, die de zaden naar hun nest verslepen. Wesp op wespenorchis met stuifmeelklompjes op de kop vlak voor vertrek.
5 32 Bijzondere relaties 33 Yucca en Yuccamotjes Vijgen en vijgenwespen zijn het schoolvoorbeeld van onlosmakelijke bondgenoten in de Oude Wereld. Maar ook de Nieuwe Wereld bezit zulke voorbeelden van wat in vakjargon heet obligaat mutualisme : Amerikaanse yucca-soorten zijn voor hun bestuiving geheel afhankelijk van bepaalde motjes. De in tuinen veel aangeplante palmlelie, Yucca filamentosa, wordt in zijn oorsprongsgebied, de Verenigde Staten, bestoven door het nachtvlindertje Tegeticula yuccasella. Nadat een vrouwtjesmot in een aantrekkelijk ruikende bloem is geland, verzamelt zij met haar speciaal daarvoor aangepaste monddelen een flinke hoeveelheid pollen. Dit pollenkluitje wordt, geklemd tussen kop en voorpoten, door de mot meegenomen naar een bloem van een andere plant. Zij onderzoekt eerst of het vruchtbeginsel de goede rijpingsfase heeft bereikt en of er geen andere eitjes aanwezig zijn. Nadat alles in orde is bevonden, prikt zij haar legboor in het vruchtbeginsel en deponeert er een eitje. Daarna propt zij nauwkeurig een beetje stuifmeel in het buisje dat gevormd wordt door de drie met elkaar vergroeide stempels. Dit karakteristieke gedrag herhaalt zich meestal enige keren, zodat er in ieder van de drie vruchtbeginselhokjes één eitje belandt. Ieder rupsje consumeert tot het volgroeid is, ongeveer twintig zaadknoppen. Omdat iedere bloem een paar honderd zaadknoppen bevat, blijft er genoeg over voor de productie van rijpe zaden. Het verlies van een aantal zaadknoppen door rupsenvraat weegt ruimschoots op tegen het voordeel van een zorgvuldige bestuiving door de moeder van deze kostgangers. Kop van het motje met een grote klont stuifmeel.
6 34 35 Het gentianendilemma: wachten op insecten of jezelf bestuiven? Gentianen horen tot de mooiste planten van onze flora. Ze groeien bijvoorbeeld in natte heidevelden, zoals de klokjesgentiaan. Drie soorten staan vooral langs de kust: kruisbladgentiaan in kalkrijk duingrasland, slanke gentiaan en veldgentiaan in vochtige, kalkrijke duinvalleien. Ze hebben blauw tot lila, klokvormige bloemen waar hommels op afkomen en verschillen in hun voortplantingsstrategieën. Klokjesgentiaan en kruisbladgentiaan zijn overblijvende soorten, de slanke gentiaan en veldgentiaan zijn éénjarig. Aan hun bloemen is voor een groot deel al te zien hoe afhankelijk ze zijn van bezoekende insecten. Klokjesgentiaan en kruisbladgentiaan hebben grote, blauwe bloemen die druk bezocht worden door diverse soorten hommels. De bloemen van slanke gentiaan en veldgentiaan zijn een stuk kleiner. Er komen ook minder hommels op af. Binnenin zijn de bloemen ook verschillend: bij klokjes- en kruisbladgentiaan zijn de twee stempellobben bij net geopende bloemen nog gesloten, maar de meeldraden openen zich al. De bloem is dan functioneel alleen mannelijk (protandrie). Als hommels na enkele dagen het meeste stuifmeel hebben weggehaald, gaan de stempellobben open en wordt de bloem functioneel vrouwelijk. Dan kan bestuiving en bevruchting optreden. Dit bloemontwerp beperkt de overdracht van eigen stuifmeel binnen een bloem, waardoor minder zelfbestuiving plaatsvindt. Als de plant meerdere bloemen in verschillende ontwikkelingsstadia op dezelfde stengel heeft kan wel buurbloembestuiving (geitonogamie) optreden, wat in feite op hetzelfde neerkomt, want het is ook eigen stuifmeel. Zelfbestuiving leidt tot maximale inteelt, waardoor overlevingskans en groei van de nakomelingen verminderen (inteeltdepressie). De poging van de bloem om dat te vermijden verklaart meteen waarom er in de bloemen van deze soorten ook een ruimtelijke scheiding is tussen helmknoppen en stempel (herkogamie). De stempel steekt een eind boven de helmhokjes uit. Dat maakt spontane overdracht van het Slanke gentiaan, met karakteristieke eigen stuifmeel nóg moeilijker. franje aan de kroonbladeren Bij de kleine, lila bloemen van de slanke gentiaan en veldgentiaan gaat het anders. Hier is veel meer overlap in het opengaan van meeldraden en stempel, zowel in tijd als in plaats. De rijpe meeldraden raken de tegelijk ontvankelijke stempel gemakkelijk, zodat zelfbestuiving eerder regel is dan uitzondering. Zelfs bezoekende insecten zullen eerder aan die zelfbestuiving dan aan kruisbestuiving bijdragen. Zo mikken de overblijvende soorten vooral op kruisbestuiving door hommels, terwijl de eenjarige soorten zich doorgaans spontaan zelf bestuiven. Kruisbladgentiaan met St.Jansvlinder, rechts klokjesgentiaan Bij klokjesgentiaan (links) is de bloembouw gericht op het voorkomen van zelfbestuiving, bij slanke gentiaan niet. Hebben die éénjarigen dan geen last van inteeltdepressie? Het cryptische antwoord hierop is: in principe wel, maar uiteindelijk niet. In principe vertonen alle zelfbestuivers inteelt, net als de kruisbestuivers, want ook daarbij komt zelfbestuiving voor. Ondanks dat de bloem het probeert te voorkomen, komt bestuiving met eigen stuifmeel regelmatig voor. Dat eigen stuifmeel komt uit dezelfde bloem of uit andere bloemen van dezelfde plant. Het verschil tussen zelf- en kruisbestuivers zit hem erin dat de spontane zelfbestuivers continu en maximaal aan inteelt doen, elke generatie weer. Alle individuen die last hadden van een erfelijke afwijking, ziekte of groeistoornis zijn door natuurlijke selectie allang uit de populatie verdwenen, en met die individuen ook de dragers van die afwijkingen en ziektes. Meer inteelt heeft in de volgende generaties bijna geen nadelige effecten meer, tenzij er door mutatie een nieuwe afwijking of ziekte ontstaat, maar de dragers daarvan worden meteen weer uit de populatie verwijderd. Deze selectie is hard, maar effectief. Belangrijk voordeel is dat de soorten meteen onafhankelijk zijn geworden van de aanwezigheid van bloembezoekende insecten. Met name in pioniergemeenschappen (zoals in jonge duinvalleien die net ontstaan vanuit vochtig zand), waar de benodigde insectensoorten nog niet aanwezig zijn, is dit een voordeel. Dat geldt eens te meer voor eenjarigen, want die gaan na de bloei dood, en hebben dus maar één kans zich succesvol voort te planten. Gedwongen pendelaars De vraag dringt zich op: als het alleen voordelen heeft, waarom zijn dan niet alle planten zelfbestuivers? Er is een duidelijke keerzijde. Zelfbestuiving leidt tot een vermindering van genetische diversiteit in een populatie. Dat is bij veranderende milieuomstandigheden een groot nadeel. Als een zeer natte duinvallei in een jaar met weinig regen uitdroogt, dan zijn er in de populatie geen genetische verschillen tussen planten die beter en planten die minder zijn aangepast aan drogere omstandigheden. Er is dan een aanzienlijke kans dat alle planten tegelijk doodgaan. De enige buffer die er dan is zijn de zaden die van vorige jaren nog in de bodem zitten. Omdat hun populaties genetische diversiteit missen moeten de eenjarige gentianen in de duinen met z n allen met het grondwater meebewegen: in droge jaren staan ze allemaal op de valleibodem, het vochtigste deel van hun habitat. In natte jaren staan ze hoger, in een smalle gordel aan de duinvoet. Zo pendelen de eenjarigen heen en weer. De overblijvende klokjesgentianen daarentegen staan in de natte heide over een groter deel van de gradiënt tussen nat en droog verspreid, en vertonen hooguit wat verschillen in bloei tussen natte en droge jaren. Zij hoeven ook niet elk jaar (veel) zaad te produceren, omdat een individu wel vijftien jaar oud kan worden. In die lange tijd worden gemiddeld voldoende zaden gevormd om de volgende generatie veilig te stellen.
Bloemen. Duinroosje. Bloemen
Duinroosje Bloemtypen. Eén- en tweeslachtige bloemen. Tweeslachtige bloemen. De bloem heeft twee geslachten, d.w.z meeldraden en stampers zitten in één bloem bij elkaar. Eénslachtige bloemen. De bloem
Nadere informatieVoortplanting. Lesbrief. Werkgroep Schoolactiviteiten. I.V.N. afd.hengelo. Tel. O74 2770390
Voortplanting Lesbrief Werkgroep Schoolactiviteiten I.V.N. afd.hengelo Tel. O74 2770390 1 Deze lesbrief wordt U aangeboden door het I.V.N. afd. Hengelo Voortplanting = zorgen voor jonge planten A. Inleiding
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4 Welkom bij IVN Valkenswaard Dit is de powerpointserie als voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen voor groep 3 en 4. Inhoud: Algemeen
Nadere informatieInsectenbloemen worden dus alleen door bijen bezocht. Hieronder zie je een cartoon waarin beide soorten bloemen zijn afgebeeld.
Les 3: de bij en de bloem (deel 1) De vorige lessen heb je veel geleerd over de bouw van de bij. Zo heb je goed naar zijn kop en poten gekeken. Door het tekenen weet je nu hoe de bij in elkaar zit en je
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 5-6-7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen, voor groep 5 t/m 8. Inhoud: Algemeen
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen, voor groep 3 en 4. Inhoud: Algemeen
Nadere informatiePLANTEN VOORTPLANTING
. PLANTEN VOORTPLANTING Voortplanting - Ongeslachtelijke voortplanting nakomelingen komen van 1 ouderplant * natuurlijke manieren * kunstmatige manieren - Geslachtelijke voortplanting uitwisseling van
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 5-6-7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard Dit is de powerpointserie als voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen voor groep 5 tot en met 8.
Nadere informatieHet onderste deel van de stamper is het vruchtbeginsel. Hierin liggen de eicellen. Na bevruchting groeien hier vruchten.
Bloemen en zaad Voor voortplanting heb je zaad nodig. Maar waar komt zaad vandaan? Om dat te kunnen uitleggen, moet je weten hoe een bloem is opgebouwd en wat bestuiving en bevruchting is. Opbouw van een
Nadere informatieBloemen en hun bezoekers
INSTRUCTIEBOEKJE Bloemen en hun bezoekers Scala College Rietvelden 2013 BLOEMEN EN HUN BEZOEKERS a. BESCHRIJVING VAN DE OPDRACHT In deze veldles ga je kijken naar bloemen en de insecten die op bloemen
Nadere informatieAnatomie en Morfologie. Wortel. Plantencel. Stengel. Delen van een zaadplant
Anatomie en Morfologie Wortel De Plantencel Bouw van de plant in zijn functionele delen Vormen waarin die delen zich kunnen voordoen Iets over (geslachtelijke) voortplanting 45 48 Plantencel Stengel Jonge
Nadere informatieSamenvatting Planten VMBO 4a Biologie voor Jou
Samenvatting Planten VMBO 4a Biologie voor Jou 2.1 Ongeslachtelijke voortplanting = voortplanting waarbij geen bevruchting plaats vindt; hierbij groeit een stukje van de volwassen plant uit tot een nieuwe
Nadere informatieDocent: A. Sewsahai KLASSE: 6 VWO
Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Scholen Gemeenschap Lelydorp [HHS-SGL ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM AAHA Docent: A. Sewsahai KLASSE: 6 VWO Legenda leerstofafbakening: PAARS: OUDE
Nadere informatieVoortplanting bij planten
Voortplanting bij planten Opdracht 1 1. Wanneer spreken we van ongeslachtelijke voortplanting? 2. Een uitloper en een wortelstok zijn beide stengels waaraan jonge planten ontstaan. Wat is het verschil
Nadere informatieOngeslachtelijke voortplanting : Een deel van een individu groeit uit tot een nieuw individu.
Samenvatting door H. 921 woorden 24 januari 2014 5,9 24 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie Thema 2 Planten 01 Ongeslachtelijke voortplanting : Een deel van een individu groeit
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 5. Trefwoordenlijst 113. Inhoud
Inhoud Voorwoord 5 6 Steeds meer planten! 9 6.1 Geslachtelijke variaties 9 6.2 Van eicel tot zaad 11 6.3 Allemaal gelijk 14 6.4 De juiste behandeling 24 6.5 Verschillende bollen en knollen 28 6.6 Afsluiting
Nadere informatieBloembiologie 1 De bouw van bloemen: 1 kelkbladen. 2 kroonbladen
Bloembiologie In dit hoofdstukje wordt wat dieper ingegaan op: de diverse onderdelen waaruit een bloem is opgebouwd bestuiving en bevruchting wind- en insectenbestuiving en het verschil in de bloem het
Nadere informatieWerkgroep KNNV IJssel en Lek. Blauwe passiebloem (Passiflora caerulea)
1 Werkgroep KNNV IJssel en Lek Op de ALV 2017 aan de zaalwand getoonde foto s. Blauwe passiebloem (Passiflora caerulea) Oorspronkelijk afkomstig uit Zuid Amerika. Redelijk winterhard. Een klimplant die
Nadere informatietekst, tekeningen en foto's Arjen Neve
tekst, tekeningen en foto's Arjen Neve... Jussen bijen en bloemen is er een ideale wisselwerking. De bloemen leveren de bijen voedsel en de bijen zorgen tegelijkertijd voor de bestuiving van de bloemen.
Nadere informatieDe Wiershoeck, woensdag 18 april Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck, woensdag 18 april 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, Omdat een mens nu eenmaal niet op twee plekken tegelijk kan zijn, was ik afgelopen dinsdag niet op de tuinen van De Wiershoeck en de
Nadere informatieSamenvatting Biologie Planten en cellen
Samenvatting Biologie Planten en cellen Samenvatting door een scholier 1333 woorden 5 juni 2004 5,6 147 keer beoordeeld Vak Biologie Planten Planten zijn overal om ons heen. Bomen en struiken. De een opvallend
Nadere informatieOngeslachtelijke voortplanting: een deel van een organisme groeit uit tot een nieuw organisme
Samenvatting Thema 2: Planten Basisstof 1 Ongeslachtelijke voortplanting: een deel van een organisme groeit uit tot een nieuw organisme - Gebeurt door mitose (gewone celdeling) - Alle nakomelingen hebben
Nadere informatieBloemen en hun bestuivers: een netwerk van relaties
Bloemen en hun bestuivers: een netwerk van relaties Martina Stang IVN Den Haag, Universiteit Leiden Februari 2008 1. Inleiding Overzicht presentatie Wat is bestuiving Overzicht diversiteit bestuivers Een
Nadere informatiePlanten. over bloemetjes en bijtjes Knollen en citroenen
Planten over bloemetjes en bijtjes Knollen en citroenen Deze bijeenkomst Planten versus dieren Indeling van het plantenrijk Voortplanting Ecosystemen Indeling van het leven op aarde Er zijn 4 rijken: Bacteriën
Nadere informatieAntwoorden Biologie Planten
Antwoorden Biologie Planten Antwoorden door een scholier 1287 woorden 21 december 2006 6,9 97 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Opdracht 1 1. Als een deel van een individu uitgroeit
Nadere informatieBestuivingsinformatie
Bestuivingsinformatie Aardbei Fragaria vesca Familie Ode: Rosales Familie: Rozenfamilie, Rosace. Geslacht: Frigaria Biotoop en bodem: De aardbei prefereert een zonnige standplaats op vochtige vruchtbare
Nadere informatiede zon. De stokroos is in diverse kleuren te krijgen. Bijen bezoeken de bloem vooral om het stuifmeel. De hoogte varieert van 50 cm tot 2 meter.
bijenplanten inleiding In Nederland leven 300 soorten bijen. Dertig soorten zijn sociale insecten die in een volk leven. De honingbij is hier een mooi voorbeeld van. De overige soorten bijen leven solitair.
Nadere informatieBijen en bestuiving in de fruitteelt bij open teelten
Bijen en bestuiving in de fruitteelt bij open teelten ABTB ANI LLTB ZLTO VBBN Bijen en bestuiving van fruit bij open teelten Bloei, bestuiving en bevruchting spelen een essentiële rol bij de vorming van
Nadere informatieWeegbree. Suggesties ter voorbereiding
Suggesties ter voorbereiding 1. de POWERPOINT behandelt: - vragen om over na te denken - Bloembouw, begrip stamper, meeldraden en stuifmeel - begrip Bestuiving, door insecten en door de wind - instructie
Nadere informatieDe bouw en functie van Bloemen
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Tijn Meurkens 06 oktober 2015 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/67071 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.
Nadere informatieDe bouw en functie van Bloemen
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Tijn Meurkens 06 October 2015 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/67071 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
Nadere informatieBouw zaadplanten. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 16 December 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/87623 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieAlsemambrosia Ambrozijn Ambrosia artemisiifolia
Alsemambrosia Ambrozijn Ambrosia artemisiifolia Een exoot PlantenWerkGroup Scousele Sonja Reps 11/10/2017 2 Beschrijving: Alsemambrosia is een éénjarige plant die pas sinds 1875 voor het eerst in ons land
Nadere informatieAntwoorden Biologie Hoofdstuk 6, Winter
Antwoorden Biologie Hoofdstuk 6, Winter Antwoorden door een scholier 1039 woorden 26 maart 2009 6,5 13 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie actief biologie 1 moet je zelf doen, dat verschilt per
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 15 december 2015. Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 15 december 2015 Beste natuurliefhebber/-ster, De dag begon mistig en op meerdere plaatsen bleef de mist de hele dag hangen. Gelukkig scheen in Beijum de zon. Doordat
Nadere informatieAngeldragers Honingbij Solitairebij Hommel Wesp
Insecten Angeldragers Honingbij - Geel en bruin van kleur - Angel met weerhaakjes bij alle werkbijen - Koningin legt eitjes - Leven in kolonie (in de zomer: 30.000-70.000) in een kast of een korf - De
Nadere informatieDe bouw en functie van bloemen
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Tijn Meurkens 06 october 2015 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/67071 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.
Nadere informatieDan is de waarde van het recessieve allel q dus 0,87, vanwege het feit dat p + q = 1.
Opgave 1: Wet van Hardy-Weinberg Een populatie van 10.000 individuen voldoet wat betreft de onderlinge voortplanting aan de voorwaarden, genoemd in de wet van Hardy-Weinberg. Van deze populatie is bekend
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 5: planten
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 5: planten Samenvatting door een scholier 1973 woorden 17 april 2017 7,1 51 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Samenvatting Hoofdstuk 5 Planten Uit welke delen
Nadere informatieBij mensen is er gemiddeld één jongen op één meisje. Wellicht is
Nederlandse samenvatting Bij mensen is er gemiddeld één jongen op één meisje. Wellicht is dit het logische gevolg is van Mendelse overerving. Vrouwen hebben het genotype XX, mannen het genotype XY en een
Nadere informatieBloemen en hun bezoekers
Voorjaarsproject 2018 bloemen en hun bezoekers voor groep 5 t/m 8 van de basisschool Bloemen en hun bezoekers Voorjaarsproject 2018 van IVN Veldhoven Eindhoven Vessem. We gaan op zoek naar bloembezoekers.
Nadere informatieBijenhoudersvereniging St Ambrosius Boxtel
januari In deze maand zijn de hommelkoninginnen nog in hun winterslaap. februari Op een warme dag komt een hommelkoningin uit haar schuilplaats en gaat op zoek naar voedsel. Als het kouder wordt moet ze
Nadere informatieLesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg? 1
Bij, wesp, hommel of zweefvlieg? 1 Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Lesduur: Werkvorm: Leerstofgebied: ± 45 minuten Groepjes of zelfstandig Wereldoriëntatie Doel van de opdracht: Het leren herkennen van een bij,
Nadere informatieNME-leerroute Kleine inwoners van de stad 8
NME-leerroute Kleine inwoners van de stad 8 Groep 1 Tilburg, BS Jeanne d Arc Verhaal voor de kinderen Tijdens deze wandeling ontdekken we meer over de bijen, kleine maar belangrijke inwoners van de stad.
Nadere informatieBloemen en hun bezoekers
Voorjaarsproject 2017 bloemen en hun bezoekers voor groep 1 t/m 8 van de basisschool Bloemen en hun bezoekers Voorjaarsproject 2017 van IVN Veldhoven Eindhoven Vessem. We gaan op zoek naar bloembezoekers.
Nadere informatieDe rol van honingbijen bij de teelt van zaden
Factsheet 1 De rol van honingbijen bij de teelt van zaden Johan Calis & Willem Boot (www.inbuzz.nl) Maart 2009 Zaad Een eerste stap in de productie van veel voedsel en siergewassen is de teelt van zaden.
Nadere informatieSamenvatting Thema 5 Planten Brugklas Nectar
Samenvatting Thema 5 Planten Brugklas Nectar 5.1 4 organen van de plant: Wortels o Opnemen water met voedingsstoffen (mineralen) o Stevigheid o Opslag van reservestoffen Stengel o o Transport van water
Nadere informatie4 HAVO thema 4 Erfelijkheid EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN
Examentrainer Vragen Karyogrammen In afbeelding 1 zijn twee karyogrammen weergegeven. Deze karyogrammen zijn afkomstig van een eeneiige tweeling. Het ene kind is van het mannelijk geslacht zonder duidelijke
Nadere informatieDetermineren van planten
Determineren van planten Determineren van bloemdragende, wilde planten families geslachten soorten Bruikbaar : flora / loep / pincet of mesje r.gesquiere@telenet.be 1 Enkele belangrijke plantenfamilies
Nadere informatieVoortplanting bij zaadplanten vmbo-kgt34
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 08 April 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/63368 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
Nadere informatieBijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 2006
Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 26 tijdvak 1 BIOLOGIE CSE GL EN TL COMPEX Deze bijlage bevat informatie. 613-1-589b DUINEN INFORMATIE 1 DUINGEBIEDEN Het grootste deel van de Nederlandse kust bestaat uit duingebieden.
Nadere informatieDe Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 21 april Beste natuurliefhebber/- ster,
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 21 april 2015 Beste natuurliefhebber/- ster, Dit verslag is oud nieuws. We waren een paar weken afwezig, daardoor was ik gescheiden van mijn computer en moest dit
Nadere informatiePlantenfamilies leren herkennen
Plantenfamilies leren herkennen Om te leren determineren, les 1 1) Ga naar: http://www.inverde.be en druk op het slotje 2) Vul het sleutelwoord = anjer in en druk op toon pagina Opbouw van de cursus 1.
Nadere informatieVoortplanting bij bloemplanten. Volledige naam: Nummer: Klas:
Voortplanting bij bloemplanten Volledige naam: Nummer: Klas: 1. Bouw van de volkomen bloem Hoeveel verschillende onderdelen merk je op per bloem?... Hoeveel verschillende soorten bladeren zijn er aanwezig?...
Nadere informatieCursus natuurgids LES 2 : PLANTEN DETERMINEREN
Cursus natuurgids LES 2 : PLANTEN DETERMINEREN 2. Planten determineren, hoe doe je dat? 2.1. Vegetatieve kenmerken 2.2. Voortplantingskenmerken 2.3. APG-indeling en praktische benadering 2.4. Tot slot
Nadere informatieLES 2 : PLANTEN DETERMINEREN
Cursus natuurgids LES 2 : PLANTEN DETERMINEREN 2. Planten determineren, hoe doe je dat? 2.1. Vegetatieve kenmerken 2.2. Voortplantingskenmerken 2.3. APG-indeling en praktische benadering 2.4. Tot slot
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2 Welkom bij IVN Valkenswaard Dit is de powerpointserie als voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen voor groep 1 en 2. Inhoud: Algemeen
Nadere informatieMonitoring Ecocorridor Zwaluwenberg
Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Versie: juni 2018 Een levendbarende hagedis die een onderkomen heeft gevonden in een van de camerakasten van het onderzoek Inhoud 1. Inleiding 2. PIT-tag 3. genetisch
Nadere informatieWespenorchis (Epipactis)
Wespenorchis (Epipactis) LPW-Florasleutel samengesteld door Felix Baeten ALGEMENE SLEUTEL Onderste lip met smalle insnoering Beweeglijk eindstuk (epichiel), bloem bruin en wit Moeraswespenorchis Geen smalle
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 15 mei Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 15 mei 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was weer een zomerse voorjaarsdag, daar zal ik niet over klagen. Maar ook dit keer viel het aantal insecten nogal tegen.
Nadere informatieBloei en bestuiving. In kader van het Leaderproject: De boomgaard als school en atelier. Bij-leren in de boomgaard
Nationale Boomgaarden Stichting v.z.w. Vereniging voor pomologie, boomgaard- en landschapsbeheer (staatsblad 2 09-2005) Leopold-III-straat 8 3724 Vliermaal, tel: 012/391188; fax: 012/747438 E-mail: info@boomgaardenstichting.be
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 5. Mag ik u een paar vragen stellen? 6
Inhoud Voorwoord 5 Mag ik u een paar vragen stellen? 6 6 Steeds meer planten! 13 6.1 Geslachtelijke variaties 13 6.2 Van eicel tot zaad 16 6.3 Allemaal gelijk 18 6.4 De juiste behandeling 24 6.5 Verschillende
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 26 juni Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 26 juni 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, Volgens de weerprofeten zou het een mooie dag worden en ze kregen helemaal gelijk. De temperatuur was aanzienlijk hoger
Nadere informatieSuchmann. Natuur, hoofdstuk Lente en natuurverschijnselen
Suchmann Natuur, hoofdstuk Lente en natuurverschijnselen Wanneer: Dinsdagmiddag 6-13-20 & 27 april De kinderen worden in groepjes verdeeld van 3 of 4 kinderen. Ieder groepje krijgt een onderwerp toebedeeld
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 3 mei 2016. Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 3 mei 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was een heel aangename dag, maar er was minder te zien dan ik had gehoopt/verwacht. Twee dagen eerder waren we in de Hortus
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag en donderdag Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 30-08 en donderdag 01-09 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was afgelopen dinsdag heerlijk nazomerweer, maar ik zag maar weinig interessante insecten. Gelukkig
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 19 april Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 19 april 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, Eindelijk was het weer eens een zonnige dinsdag, de temperatuur was aangenaam en er was redelijk veel te zien op de tuinen.
Nadere informatieVogels en bloemen. door Erik Wevers. Blz. 28 Aviornis International- 38e jaargang nr. 218
Vogels en bloemen door Erik Wevers In ons land vernielen spreeuwen af en toe de bloemen van krokussen om bij de nectar te kunnen komen. Dit is echter maar een toevallige, "af en toe"-relatie tot die bloemen.
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 5. Mag ik u een paar vragen stellen? 6
Inhoud Voorwoord 5 Mag ik u een paar vragen stellen? 6 9 Steeds meer planten! 13 9.1 Geslachtelijke variaties 13 9.2 Van eicel tot zaad 16 9.3 Allemaal gelijk 20 9.4 De juiste behandeling 27 9.5 Verschillende
Nadere informatieBijen en bestuiving bij bedekte teelten ABTB ANI LLTB ZLTO VBBN Bestuiving Bestuiving is het overbrengen van stuifmeel naar de stamper van een bloem. Stuifmeel wordt gevormd in de helmknoppen van meeldraden.
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Tot voor kort werd de relatie tussen bloemplanten en hun bestuivers vooral gezien als gespecialiseerd en wederzijds sterk aangepast. Specialisatie betekent in dit geval dat één
Nadere informatieDe patrijs, klant van de akkerrand. Achtergrondinformatie bij de lesbrief voor kinderen.
De patrijs, klant van de akkerrand. Achtergrondinformatie bij de lesbrief voor kinderen. Tekeningen Ciel Broeckx, juni 2010. 1 De Europese Unie heeft in 2002 afgesproken om het verlies aan biodiversiteit
Nadere informatieLesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg
Lesbrief Bij, wesp, hommel of zweefvlieg Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Lesduur: ± 45 minuten Werkvorm: Groepjes of alleen Leerstofgebied: Wereldoriëntatie Doel van de opdracht: Het leren herkennen van een bij,
Nadere informatieVoorplanting bij zaadplanten vmbo-b34
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 13 july 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie https://maken.wikiwijs.nl/73622 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van
Nadere informatieVoorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2
Voorbereiding post 5 Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 5: Kleuren om (van) te snoepen, voor groep 1 en 2. Inhoud: Algemeen
Nadere informatieVoorplanting bij zaadplanten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/73622
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 13 juli 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/73622 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs
Nadere informatieSlide 1. Hybride rassen. Voor- en nadelen. Clemens van de Wiel, Jan Schaart & Bert Lotz
Slide 1 Hybride rassen Voor- en nadelen Clemens van de Wiel, Jan Schaart & Bert Lotz Slide 2 Hybride rassen Hybride (F1) rassen standaard in tal van gewassen Akkerbouw: maïs, suikerbiet, koolzaad Groenten:
Nadere informatieDe Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 24 maart Beste natuurliefhebber/- ster,
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 24 maart 2015 Beste natuurliefhebber/- ster, De dag begon een beetje grijs, maar toen ik op de tuin kwam scheen de zon al aangenaam. Dat bleef zo tot ongeveer drie
Nadere informatiePLANTEN. Basis maakt de vragen 1 t/m 35. Voor iedere vraag kan 1 punt behaald worden
BK402: PLANTEN Basis maakt de vragen 1 t/m 35. Voor iedere vraag kan 1 punt behaald worden Kader maakt de vragen 1 t/m 45. Voor iedere vraag kan 1 punt behaald worden Beantwoord de volgende vragen. 1 Een
Nadere informatie1 NAtuur & Milieu help de bijen! help de bijen! PLAATS EEN NATUUR & MILIEU BIJENHOTEL
1 NAtuur & Milieu help de bijen! help de bijen! PLAATS EEN NATUUR & MILIEU BIJENHOTEL Bijen hebben het moeilijk in ons land. Natuur & Milieu wil ze daarom samen met bedrijven en organisaties de helpende
Nadere informatieWilde bijen in natuur- en groenbeheer. Ivo Raemakers Menno Reemer
Wilde bijen in natuur- en groenbeheer Ivo Raemakers Menno Reemer 1 Waarom bijen? Rode Lijst: veel soorten bedreigd Functie in ecosysteem: belangrijke bestuivers Indicator voor natuurbeheer en natuurkwaliteit
Nadere informatieDe teelt van zonnebloemen
De teelt van zonnebloemen De zonnebloem heeft als wetenschappelijke naam: Helianthus annuus. Deze naam komt van de Griekse woorden voor zon (helios) en bloem (anthos). De plant behoort tot de grote familie
Nadere informatieDe meiklokjes, Hyacinten en Sleutelbloemen strijden tegen elkaar. Wie kan aan het einde van het spel het mooiste bloementapijt vormen?
Bloeiende bloemen 1 Leerdoel: De leerlingen kunnen in een beperkte verzameling van organismen en gangbare materialen gelijkenissen en verschillend ontdekken en op basis van minstens 1 criterium een eigen
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 24 april Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 24 april 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, De weersverwachting was niet best. Het zou koud zijn en er werd 6 mm regen verwacht. Gelukkig viel het mee. Het heeft heel
Nadere informatieCursus Natuur-in-zicht
Planten (deel 1) Cursus Natuur-in-zicht 1 Inhoud van de les Deel 1 Bouw van een plant Hoe leven (bloeiende) planten? Beknopte indeling van het plantenrijk Deel 2 6 grote plantenfamilies Planten 1 Cursus
Nadere informatieImkervereniging de korenbloem. Bart Bakker Jan Breembroek
Wees erbij! Imkervereniging de korenbloem Bart Bakker Jan Breembroek 1 Imkervereniging de korenbloem Gemeente Renkum plus stukje Betuwe 50 leden 102 jaar oud Bestuur: Bart Bakker Jan-Joris van Kampen Jan
Nadere informatieONDERZOEKERS:...(vul je naam in)
Rode opdracht: bomen Pak de Boomzoeker 1,2 en 3 uit de werkmap Volg de aanwijzingen en ontdek met de cijfercode wat de naam van de boom is. Onze boom heet :... Staat deze boom in bloei? 0 - Ja 0 - Nee
Nadere informatieInheems zaaizaad. Gehakkelde aurelia op Knoopkruid
Inheems zaaizaad Inleiding Gebruik van zaaizaad om een bloemrijke flora te verkrijgen en om insecten als vlinders en bijen te bevoordelen is populair en wint steeds meer terrein. Daarbij wordt de ingeschatte
Nadere informatieCGM/ Advies Inperkingsmaatregelen voor werkzaamheden met genetisch gemodificeerde Geranium robertianum en Geranium pyrenaicum
Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Mevrouw W.J. Mansveld Postbus 20901 2500 EX Den Haag DATUM 18 mei 2015 KENMERK ONDERWERP CGM/150518-01 Advies Inperkingsmaatregelen voor werkzaamheden
Nadere informatieverspreiding van zaden
3-4 verspreiding van zaden Concepten Levenscyclus, Voortplanting Tijdsindicatie les 2 uur Leerdoelen l De leerling weet dat plantenzaden zich op verschillende manieren verspreiden: via wind, water, eigen
Nadere informatieNME-leerroute Vlinders en spinnen in het park
NME-leerroute Vlinders en spinnen in het park 4 Groep 1 Tilburg, BS Jeanne d Arc Verhaal voor de kinderen Kijk eens om je heen. Op heel veel plekken staan grote en kleine bloemen. Als het mooi weer is
Nadere informatieBijlage VMBO-KB 2006 BIOLOGIE CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie. 600013-1-663b
Bijlage VMBO-KB 2006 tijdvak 1 BIOLOGIE CSE KB Deze bijlage bevat informatie. 600013-1-663b DUINEN INFORMATIE 1 DUINGEBIEDEN Het grootste deel van de Nederlandse kust bestaat uit duingebieden. De duinen
Nadere informatieNaut. Natuur en techniek HANDLEIDING THEMA 4 LES 1
Naut Natuur en techniek HANDLEIDING THEMA 4 LES 1 8 Thema 4 Voortplanting thema 4 Voortplanting les 1 les 2 les 3 les 4 72 2 VOORAF Vertel dat bij voortplanting vaak wordt gezegd: dat gaat over de bloemetjes
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 21 maart Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 21 maart 2017 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was dinsdagmorgen mooi zonnig weer, maar er stond een stevige wind. Voor de middag heeft het nog even gehageld. Het
Nadere informatieBijen en volkstuinen
Bijen en volkstuinen Hoe maken we volkstuinen bijenvriendelijk Een selectie van de mogelijkheden Arie Koster Voor meer informatie Voor planten voor bijen, vlinders en andere bloembezoekers www.drachtplanten.nl
Nadere informatieDe Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 14 en woensdag 15 april 2015 vervolg. Dit is het vervolg op het eerste deel van mijn verslag.
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 14 en woensdag 15 april 2015 vervolg Beste natuurliefhebber/- ster, Dit is het vervolg op het eerste deel van mijn verslag. Een week geleden zag ik alleen nog maar
Nadere informatieDownload het originele werkstuk in de bijlage voor de foto's van de bloemen.
Praktische-opdracht door een scholier 1556 woorden 24 augustus 2010 5,9 20 keer beoordeeld Vak Biologie Download het originele werkstuk in de bijlage voor de foto's van de bloemen. Inhoudsopgave Inleiding
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 8 augustus Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 8 augustus 2017 Beste natuurliefhebber/-ster, Dit keer fietste ik met gemengde gevoelens richting De Wiershoeck. Het was bewolkt, dat was niet erg, maar in de loop
Nadere informatieOngeslachtelijke voortplanting vmbo-b34
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 12 juli 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/73623 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs
Nadere informatieDit boomblauwtje fladderde er lustig op los en liet zich moeilijk fotograferen, maar ook hier geldt De aanhouder wint.
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 9 augustus 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, Regelmatig wordt het weer iets anders dan de deskundigen hadden verwacht. Maar dit keer kregen ze toch gelijk. In de
Nadere informatie