Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2011

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2011"

Transcriptie

1 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2011

2

3 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2011 Een vervolgmeting naar de staat van rijksbeschermde monumenten Amersfoort, 2012

4 Colofon Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2011 Een vervolgmeting naar de staat van rijksbeschermde monumenten UITGEVOERD DOOR: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed IN SAMENWERKING MET: Monumentenwacht Nederland DATUM: 19 maart 2012 PROJECTLEIDER: Leon Bok MET MEDEWERKING VAN: Remco Lotte, data-analyse FOTOMATERIAAL: Monumentenwacht Nederland OMSLAGFOTO: Monumentenwacht Noord-Brabant, Grote Kerk te Breda ONTWERP OMSLAG: Imago Mediabuilders, Amersfoort OPMAAK: Imago Mediabuilders, Amersfoort Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Amersfoort, 2012 Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Postbus BP Amersfoort

5 Inhoud Inleiding 5 1 Managementsamenvatting 7 2 Samenvatting algemeen Presentatie gegevens Resultaten reguliere meting Vergelijkingen beschikbare gegevens Totaal Vergelijking tussen niet-abonnees en abonnees Provinciale verschillen Naar de vierde Monitor Gebouwd Erfgoed 13 3 Resultaten reguliere meting De Monumentenwacht bonnementen voor rijksbeschermde monumenten Resultaten algemeen Resultaten per CBS-categorie Afgezet tegen steekproef Verschillen per categorie Gegevens 2008, 2009 en Vergelijking laatste inspectie ten opzichte van vorige Vergelijking 2010 ten opzichte van voorgaande jaren Totale stand Resultaat reguliere metingen samengevat Toelichting op resultaat Totstandkoming cijfermateriaal Verklaring verschillen per provincie Categorie woonhuizen en gebouwen versus overige categorieën 26 Bijlage A Resultaten per provincie 29 Bijlage B Beoordelingsystematiek Monumentenwacht 54 B.1 Basis voor beoordelingssystematiek 54 B.2 Gebruik van de systematiek in de praktijk 55 Bronnen en literatuur 56 3

6

7 Inleiding Voor u ligt de vervolgmeting Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed Zij maakt deel uit van de Erfgoedmonitor en bevat een overzicht van de staat van onderhoud van rijksbeschermde monumenten die in de jaren 2008 tot 2010 geïnspecteerd zijn door de Monumentenwacht. De eerste Monitor, een nulmeting, werd eind 2009 aangeboden aan de Tweede Kamer. Die monitor gaf een eerste inzicht in de staat van het onderhoud van bijna één vijfde van het totale bestand aan rijksbeschermde monumenten in In juli 2011 verscheen de monitor 2010 die een vervolg gaf met het resultaat van de rijksbeschermde monumenten die in 2009 door de Monumentenwacht waren geïnspecteerd. In de monitor 2010 kon voor het eerst een inzicht gegeven worden in het totale onderzochte bestand over meerdere jaren (2008 en 2009). Daarnaast werd ook een steekproef gehouden om de staat van rijksmonumenten waarvoor geen abonnement is afgesloten bij de Monumentenwacht te onderzoeken. Uit die steekproef kwam naar voren dat de staat waarin de geïnspecteerde monumentcategorieën verkeerden, slechter was dan de reguliere gegevens. In de huidige monitor wordt aandacht besteed aan de volgende items: resultaten van 2010, met ondermeer vergelijking met voorgaande jaren; vergelijking van alle laatste metingen met voorgaande jaren (9.495 rijksbeschermde monumenten); vergelijking van de resultaten van 2010 met die van de steekproef; totaaloverzicht van alle laatste metingen over de afgelopen drie jaar ( rijksbeschermde monumenten). Een belangrijke stap is ook gezet door alle gegevens nog eens goed te controleren. De aangeleverde gegevens over de afgelopen drie jaar zijn telkens verbeterd en steeds beter afgestemd op de gegevens die opgenomen zijn in het register van beschermde rijksmonumenten. Uit die controle bleek dat er in de gegevens over 2008 en 2009 nog wel wat afwijkingen voorkwamen. Deze zijn alle gecorrigeerd en opgenomen in deze monitor. Daarmee zijn de vorige monitors niet overbodig geworden, maar wel kan gesteld worden dat de aansluiting van de gegevens van de Monumentenwacht op het register nu optimaler is dan voorheen. In het eerste hoofdstuk is de managementsamenvatting opgenomen, met de belangrijkste uitkomsten. Vervolgens wordt in een algemene samenvatting meer uitgebreid ingegaan op de resultaten, ondersteund met enkele afbeeldingen. In hoofdstuk drie worden de resultaten van het reguliere onderzoek over 2010 gepresenteerd. In dit hoofdstuk worden ook vergelijkingen gemaakt met de resultaten van voorgaande jaren en wordt nog eens gekeken naar de resultaten van de steekproef uit In de twee bijlagen is nadere informatie opgenomen over de resultaten op provinciaal niveau en wordt een uitleg over de gehanteerde beoordelingssystematiek van de Monumentenwacht. Voor informatie over onderhoudsgevoeligheid van de gebouwen en bouwwerken uit de verschillende categorieën alsmede voorbeelden van wat er zoal onder de verschillende categorieën valt, wordt verwezen naar de eerdere monitors. INLEIDING 5

8 6 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

9 1 Managementsamenvatting Hoe staat ons gebouwde erfgoed er in 2011 voor? Een indicatie daarvan krijgen we door gegevens van de Monumentenwacht van de afgelopen drie jaar te gebruiken (2008 tot en met 2010). Daardoor zijn nu gegevens beschikbaar van 22 procent van de rijksbeschermde monumenten. Vergelijken we de monumenten die in de afgelopen drie jaar meerdere malen zijn geïnspecteerd, dan is ten aanzien van het casco een verbetering van 6 procent zichtbaar en voor het onderhoud van 4 procent. In 2010 werden minder inspecties dan voorheen gedaan, maar ten opzichte van het jaar daarvoor gaf het casco een verbetering van 11 procent te zien, terwijl de staat van het onderhoud voor 8 procent beter was. De steekproef die in 2010 werd gedaan kon nu ook daadwerkelijk afgezet worden tegen reguliere meetgegevens uit het zelfde jaar. Van de niet bij de Monumentenwacht aangesloten objecten scoort vooral de staat van het casco bij verdedigingswerken slechter. Met betrekking tot de staat van het onderhoud scoren vooral de agrarische gebouwen slechter. De Monitor inzake de staat van het gebouw erfgoed verschijnt voor de derde keer en bevat veel verbeterde gegevens. Dankzij een uitgebreide controle en betere aanlevering van de gegevens kan een inzicht gegeven worden in de staat van het onderhoud en het casco van meer dan rijksbeschermde monumenten die via een abonnement aangesloten zijn bij de Monumentenwacht. Naast een weergave van de resultaten van de inspectie uit 2010, zijn deze gegevens ook vergeleken met gegevens over 2008 en Ook is een totaal overzicht gemaakt van de resultaten voor geïnspecteerde monumenten in die jaren. Belangrijkste uitkomsten De metingen bevatten alleen gegevens van panden met een onderhoudsabonnement bij de Monumentenwacht. Gekeken naar de resultaten van alle inspecties in de jaren 2008 tot en met 2010, dan blijkt de staat van het casco voor 94 procent van de rijksbeschermde monumenten in redelijk tot goede staat te verkeren. Bij 82 procent was het onderhoud redelijk tot goed. Voor 24 procent van het totale bestand van rijksbeschermde gebouwde monumenten blijkt een abonnement afgesloten te zijn bij de Monumentenwacht. Om te kijken hoe het dan met de overige 76 procent gesteld zou zijn, is in 2010 een steekproef gehouden onder rijksmonumenten van niet-abonneehouders. De resultaten van die steekproef kunnen nu afgezet worden tegen de resultaten uit de reguliere meting over Het beeld blijft overeind dat de door de Monumentenwacht geïnspecteerde monumenten een positiever beeld geven van de staat van veel categorieën rijksbeschermde monumenten. Voor alle in de steekproef meegenomen categorieën monumenten is de staat van het casco 7% slechter dan bij monumenten uit de reguliere meting. Wat de staat van het onderhoud betreft is het verschil eveneens 7%. Per categorie zijn wel grote verschillen geconstateerd. Weg- en waterwerken en horeca-instellingen scoren op beide aspecten beter onder de nietabonnees, maar als grote categorie valt op dat de categorie agrarische gebouwen veel slechter scoort. Vervolg monitor In het vervolg zal de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed de reguliere gegevens van de monumenteninspecties blijven volgen, terwijl getracht zal worden periodiek een steekproef te houden. Verder onderzoek naar de beschikbare gegevens van de Archeologische Monumentenwacht hebben duidelijk gemaakt dat deze niet representatief zijn voor het gehele rijksbeschermde bestand. Vooralsnog is er niet voor gekozen de gegevens hiervoor op te nemen in de monitor. Datzelfde geldt voor de gegevens van de in 2010 opgerichte Groene Monumentenwacht. 1 MANAGEMENTSAMENVATTING 7

10 8 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

11 2 Samenvatting algemeen Wie de staat van een gebouw wil vaststellen kan kijken hoe het verfwerk ervoor staat en of er geen rare scheuren in de gevel zitten. Een onderhoudsbeurt kan het verfwerk weer in goede staat brengen maar die scheur duidt erop dat er mogelijk andere zaken aangepakt moeten worden. Een goed overzicht van de staat van een gebouw kan worden verkregen door een bouwkundige inspectie uit te (laten) voeren. Zeker voor beschermde monumenten is daar expertise en ervaring voor nodig. De Monumentenwacht in Nederland is bij uitstek een organisatie die de kennis in huis heeft om dergelijke inspecties uit te voeren. Door een abonnee-systeem worden jaarlijks vele honderden inspecties door de Monumentenwacht uitgevoerd. De resultaten daarvan worden vastgelegd in rapporten waarbij tevens een algemene eindconclusie over de staat van het monument wordt opgenomen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen onderhoud (bijhouden en herstel van onderdelen, zoals schilder- en voegwerk en eventueel vervanging) en casco (restauratie of onderhoud van dragende onderdelen, herstel van de constructie van het gebouw). Vooral de staat van het casco is bepalend voor de kwaliteit van het gebouw en kan iets zeggen over de restauratiebehoefte en daarmee gemoeide kosten. In 1994 presenteerde toenmalig minister van Cultuur, mevrouw D Ancona, het Strategisch Plan voor de Monumentenzorg. Doelstelling van het plan was dat niet meer dan 1 van de monumenten een ingrijpende restauratie zou moeten ondergaan. Dit werd de normale werkvoorraad genoemd. Alles boven de 1 werd restauratieachterstand genoemd. Een restauratiebehoefte van ongeveer 1 werd noodzakelijk geacht om de werkgelegenheid en het vakmanschap in de restauratiesector op peil te houden. In 2009 is de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed gestart met het weergeven van de gegevens die de Monumentenwacht jaarlijks verzameld. Inmiddels zijn gegevens bekend van rijksbeschermde monumenten. Dat is bijna 92% van het aantal abonnementen dat is afgesloten bij de Monumentenwacht. De Monumentenwacht levert gegevens aan per monument, zowel over het onderhoud als het casco. Beide aspecten worden de Monumentenwacht geclassificeerd als goed, redelijk, matig en slecht: goed = gebrek komt incidenteel voor; redelijk = gebrek komt plaatselijk voor; matig = gebrek komt regelmatig voor; slecht = gebrek komt algemeen voor. De belangrijkste constateringen, kort samengevat: in 2010 verkeerde het casco van 95% van de geïnspecteerde monumenten in redelijk tot goede staat. Ten aanzien van het onderhoud lag dat percentage op 84%. Dit is een beter resultaat dan in vergelijking van de gegevens per provincie maakt duidelijk dat Noord-Holland het slechtst scoort op de staat van het onderhoud met 74% redelijk tot goed. De provincie die er het best voor staat is Zuid-Holland, met 91% redelijk tot goed. de CBS-categorie die in de minst goede staat van onderhoud verkeert, is weg- en waterwerken. s 64% scoort redelijk tot goed, terwijl 3 in matige staat verkeerd en 6% slecht wordt onderhoud. vergelijken we de gegevens van meerdere inspecties, gedaan in de laatste drie jaar dan zien we een verbetering 6% voor het casco en 4% voor de staat van het onderhoud. vergelijken we de gegevens van 2010 met metingen uit voorgaande jaren dan zien we dat de staat van het casco met 11% verbeterd is en die van het onderhoud met 8%. kijken we naar het totaal dan beschikken we nu over de gegevens van 22% van het totaal aan rijksbeschermde monumenten (13.521). Daarvan verkeert het casco bij 94% in redelijk tot goede staat en bij 83% is het onderhoud in redelijk tot goede staat vergeleken met niet-abonnees komen vooral de categorieën verdedigingswerken en agrarische gebouwen slechter naar voren dan diezelfde categorieën die een abonnement hebben bij de Monumentenwacht. Dit is vastgesteld met een steekproef in Presentatie gegevens In de presentatie van de gegevens over de staat van casco of onderhoud wordt onderscheid gemaakt tussen de dertien categorieën zoals die in het monumentenregister worden gehanteerd (zie tabel 4 op pagina 18). Daarnaast worden twee groepen monumenten onderscheiden, conform de uitgezette lijn in het Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten (Brim): enerzijds de categorie gebouwen, woonhuizen die in aanmerking komt voor fiscale maatregelen en leningen voor restauraties en anderzijds de overige categorieën die gesubsidieerd krijgen. 2 SAMENVATTING ALGEMEEN 9

12 Vervolgens worden de gegevens gepresenteerd in algemene resultaten van het jaar van de laatste meting, in dit geval De cijfers worden per CBS-categorie gepresenteerd en er worden vergelijkingen gemaakt met oudere gegevens die nu beschikbaar zijn. Ook wordt een overzicht gegeven van de stand van alle metingen bij elkaar. De gegevens van de in 2010 uitgevoerde aanvullende steekproef zijn in deze monitor vergeleken met reguliere gegevens uit hetzelfde jaar. Ook dit wordt gepresenteerd in een vergelijking. In een aparte bijlage komen de resultaten per provincie uitgebreid aan bod. 2.2 Resultaten reguliere meting 2010 In 2010 heeft de Monumentenwacht gegevens aangeleverd van inspecties van rijksbeschermde monumenten. Dat is ruim 9% van het totale bestand. Ten opzichte van het voorgaande jaar zijn ruim rijksbeschermde monumenten minder geïnspecteerd. In 2009 werden gegevens van inspecties ontvangen en in 2008 nog van Casco Uit de gegevens over 2010 blijkt dat bij ruim 95% van de geïnspecteerde monumenten het casco redelijk tot goed te noemen is. Dit percentage houdt in dat er bij de overige 5% sprake is van een restauratiebehoefte (4% scoort matig en 1% slecht). Er is ten opzichte van het jaar daarvoor wel een sterke verbetering zichtbaar. Onderhoud Wanneer we kijken naar de staat van onderhoud voor alle in 2010 geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten, dan blijkt dat 84% redelijk tot goed onderhouden wordt. Bij gemiddeld 3% van de inspecties werd het onderhoud slecht bevonden. Dit cijfer laat ten opzichte van de vorige meting eveneens een verbetering zien. Wanneer we kijken naar de verschillende categorieën monumenten dan vormen vooral horeca-instellingen een opvallende uitzondering: bij 13% verkeert het onderhoud in slechte staat. Ook losse objecten scoren slecht. 2.3 Vergelijkingen beschikbare gegevens Na drie jaar hebben we de beschikking over de gegevens van rijksbeschermde monumenten. Die gegevens zijn afkomstig van inspecties. Een groot gedeelte is in die periode meerdere keren geïnspecteerd. We beschikken dus over veel vergelijkingsmateriaal. Vergelijking laatste inspectie ten opzichte van vorige In totaal zijn er van rijksbeschermde monumenten gegevens uit meerdere jaren beschikbaar. Kijkend naar de staat van het casco dan blijkt hiervan 84% gelijk beoordeeld te zijn. In 11% van de gevallen is het casco verbeterd, terwijl het in 5% verslechterd is. Netto blijkt er sprake van een verbetering van 6%. Voor de staat van het onderhoud blijkt dit in 77% van de inspecties gelijk te zijn gebleven. In 13% van de geïnspecteerde gevallen is het onderhoud verbeterd, maar 1 is verslechterd. Netto is de staat van het onderhoud daarmee voor 3% van alle monumenten verbeterd. Vergelijking 2010 inspectie ten opzichte van voorgaande jaren Van de in 2010 geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten kunnen er vergeleken worden met eerder verkregen resultaten. Daaruit valt uit op te maken of de in 2010 beoordeelde monumenten verbeterd of verslechterd zijn. Wat het casco betreft is 79% gelijk gebleven, terwijl het in 16% van de inspecties is verbeterd. In een goede 5% is de staat van het casco verslechterd is. Netto blijkt er sprake van een verbetering van 11%. Voor de staat van het onderhoud blijkt dat 7 van de resultaten gelijk is gebleven, terwijl bij 19% van de geïnspecteerde monumenten het onderhoud is verbeterd. Voor 11% is het verslechterd. Netto is de staat van het onderhoud daarmee voor 8% van alle monumenten verbeterd. 2.4 Totaal Zoals eerder aangegeven zijn nu de gegevens beschikbaar van rijksbeschermde monumenten. Dat is 22% van het totale bestand. De categorie die procentueel het best vertegenwoordigd is, zijn de kerkelijke gebouwen. Daarvan is van 73% bekend wat de staat van het casco en het onderhoud is. Getalsmatig zijn er van de categorie gebouwen, woonhuizen de meeste gegevens bekend. Uit die categorie zijn rijksbeschermde monumenten geïnspecteerd, 47% van het aantal beschikbare gegevens. Ten aanzien van het casco blijkt binnen deze populatie 94% redelijk tot goed te zijn, terwijl 1% slecht is. De staat van het onderhoud van deze totale populatie blijkt voor 82% redelijk tot goed te zijn. Zo n 14% verkeert in matige staat van onderhoud en 4% is in slechte staat. 2.5 Vergelijking tussen niet-abonnees en abonnees De kleine steekproef die in 2010 werd uitgevoerd onder niet-abonnees is nu nog eens langs de gegevens gehouden die in datzelfde jaar via de reguliere inspecties werden verkregen. De steekproef had betrekking op negen verschillende categorieën. Uit een vergelijking ten aanzien van de staat van het casco voor die categorieën kan nu gesteld worden dat deze onder abonnees van de Monumentenwacht beter scoort dan onder niet-abonnees (96% tegenover 86% scoort redelijk tot goed). Over de gehele linie is het casco onder abonnees in een betere staat. Dat geldt ook voor de staat van het onderhoud. Onder niet-abonnees scoort 1 met 10 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

13 een slechte staat van onderhoud, terwijl dat onder de regulier geïnspecteerde monumenten 4% is. Nu ook blijkt dat het casco van verdedigingswerken, openbare gebouwen en agrarische gebouwen van niet-abonnees sterk achterblijven. Daar is zondermeer sprake van een restauratiebehoefte. Ten aanzien van het onderhoud geldt dat met name agrarische gebouwen er slechter voor staan. s twee categorieën, wegen waterwerken en liefdadige instellingen scoren onder nietabonnees beter dan bij de Monumentenwacht. 2.6 Provinciale verschillen In de rapportage 2010 werd een goed inzicht gegeven in de verschillen in de staat van casco en onderhoud tussen de provincies. In de bijgaande kaartjes zijn de verschillen voor 2008, 2009 en 2010 aangegeven. In de kaartjes is tot uitdrukking gebracht hoe de gegevens in de provincies zich verhouden tot het nationale gemiddelde over het betreffende jaar. Met betrekking tot de staat van het casco is het beeld tussen 2008 en 2010 voor slechts weinig provincies gelijk gebleven. Alleen Groningen en Gelderland bleven ten opzichte van het geldende jaargemiddelde telkens boven dit gemiddelde (>97% redelijk tot goed), terwijl Noord-Brabant consequent onder het jaarlijkse gemiddelde bleef. Wanneer we de resultaten van 2010 vergelijken met 2009 dan is de gemiddelde staat van het casco landelijk sterk verbeterd, zoals we ook al zagen in paragraaf 2.2. In 2009 was de staat van het casco over het totale bestand aan geïnspecteerde rijksmonumenten gemiddeld voor 92% redelijk tot goed, terwijl die in 2010 opliep tot 95%. 2 SAMENVATTING ALGEMEEN 11

14 Kijken we naar 2010 dan blijven met name Friesland en Noord- Brabant achter bij het nationaal gemiddelde. Wederom drukt het relatief grote aandeel aan minder goed beoordeelde monumenten in de provincie Noord-Brabant het gemiddelde (zie overzichtje waarin het aandeel per provincie is weergegeven). Wat de staat van onderhoud betreft, is voor veel provincies net zo n beeld te zien als voor het casco. s twee provincies (Gelderland en Zuid-Holland) scoren over de hele periode constant boven de 87%, ruim boven het nationaal gemiddelde dat op 84% lag. Ook Utrecht en Groningen blijven jaarlijks boven het gemiddelde scoren, maar voor de andere provincies is een wat meer divers beeld zichtbaar. Kijken we alleen naar 2010 dan zijn er drie provincies die boven de 87% scoren: Gelderland, Zuid-Holland en Zeeland. Groningen, Overijssel, Utrecht en Limburg zitten daar met een gemiddelde tussen de 84 en 87% nog net boven. Net onder het nationaal gemiddelde zitten Friesland, Drenthe, Flevoland en Noord-Brabant, terwijl Noord-Holland het laagst scoort in Het effect dat sommige provincies hebben op de gemiddelden, wordt vooral veroorzaakt door de omvang van het geïnspecteerde bestand. Dat is vooral goed te merken aan de gegevens van Noord- Brabant waar in 2010 wederom de meeste monumenten werden geïnspecteerd. Ook het lagere resultaat in Noord-Holland heeft effect op de weging doordat Noord-Holland qua aantallen geïnspecteerde monumenten op de derde plaats staat. 12 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

15 2.7 Naar de vierde Monitor Gebouwd Erfgoed Inmiddels is na drie jaren monitoren een goede indruk ontstaan van de staat van gebouwde rijksbeschermde monumenten, zoals die door de Monumentenwacht geïnspecteerd worden. Onder de niet-abonnees is de situatie over bijna de gehele breedte slechter. Dat betekent dat de gegevens van de Monumentenwacht niet zondermeer als representatief voor het gehele rijksbeschermde monumentenbestand gezien kunnen worden. Vervolg van de monitor met de gegevens van de Monumentenwacht zal feitelijk alleen representatief zijn voor dat bestand. Voor inzicht in de staat van de overige rijksbeschermde monumenten, zijn in de toekomst aanvullende steekproeven nodig. In 2011 is ook nader gekeken naar de mogelijkheden om de beschikbare gegevens van de Archeologische Monumentenwacht weer te geven in een monitor. De eerste indruk is echter dat de nu beschikbare gegevens onvoldoende representatief zijn voor het gehele rijksbeschermde bestand van archeologische monumenten. Dat heeft er mee te maken dat de Archeologische Monumentenwacht vooral over gegevens beschikt van zichtbare archeologische monumenten. Vooralsnog is er niet voor gekozen de gegevens hiervoor op te nemen in de monitor. Voor de gegevens van de in 2010 opgerichte Groene Monumentenwacht geldt vooralsnog dat er nog weinig materiaal voorhanden is. Ook blijkt het koppelen aan groene monumenten in het rijksbeschermde bestand op problemen te stuiten. Ook op dit onderdeel is voorlopig even een pas op de plaats gemaakt. Er wordt wel naar gestreefd om de gegevens te zijner tijd in de Erfgoedmonitor op te nemen. 2 SAMENVATTING ALGEMEEN 13

16 14 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

17 3 Resultaten reguliere meting 3.1 De Monumentenwacht De Monumentenwacht is in Nederland de onafhankelijke instantie die eigenaren adviseert over het onderhoud van hun monumenten. De Monumentenwacht stelt zich ten doel het verval van cultuurhistorisch belangrijke bouwwerken te helpen voorkomen. Dat doet men door het nemen van preventieve maatregelen. Die maatregelen treft men tijdens periodieke bouwkundige inspecties die uitgevoerd worden door provinciale Monumentenwachten. Daarnaast geeft de Monumentenwacht aan eigenaren advies over onderhoud en voert zo nodig kleine reparaties uit. De achterliggende gedachte is dat gebreken in een vroeg stadium hersteld kunnen worden tegen relatief geringe kosten, terwijl herstel van het gebrek maar vooral de daardoor ontstane vervolgschade in een later stadium altijd grote bedragen vergt. In een rapportage aan de eigenaar wordt per onderdeel een inzicht gegeven van de onderhoudsstaat. Een toelichting op de beoordelingssystematiek wordt gegeven in bijlage B van deze monitor. Per inspectie wordt door de Monumentenwacht een rapportage opgesteld, waarvan de gegevens worden vastgelegd in een database. Hierdoor kan per provinciale Monumentenwacht een beeld verkregen worden van de staat van het onderhoud en het casco. Monumentenwacht Nederland verwerkt de verschillende gegevens in een centrale database waardoor met betrekking tot de geïnspecteerde monumenten een totaalbeeld voor heel Nederland kan worden verkregen. 3.2 Abonnementen voor rijksbeschermde monumenten De Monumentenwacht werkt volgens een systeem van abonnementen. Een eigenaar kan een abonnement met een provinciale Monumentenwacht afsluiten en naar gelang de aard van het object waarvoor een abonnement is afgesloten, wordt dit periodiek (in overleg met de abonnee) geïnspecteerd. Voor kerken, kastelen, landhuizen en andere complexe objecten ligt de frequentie over het algemeen hoger dan voor woonhuizen, boerderijen en andere kleine objecten. Eind 2010 waren er voor de ruim rijksbeschermde monumenten zo n abon- nementen afgesloten, ofwel een dekking van 24% ten opzichte van het totale bestand aan rijksbeschermde monumenten. De dekkingsgraad verschilt per provincie en per categorie, zoals uit tabel 1 blijkt. Naar verhouding zijn in Drenthe de meeste abonnementen afgesloten en in Noord-Holland de minste. Daarentegen kent Noord-Holland in absolute getallen de meeste abonnees en Flevoland de minste. De dekking per CBS-categorie voor het abonneebestand is nog steeds niet goed te maken omdat een vergelijking van de gegevens van de provincies onderling niet mogelijk is 1. Uit eerdere steekproeven kwam wel naar voren dat de kerkelijke gebouwen het best vertegenwoordigd zijn met ± 8 dekking en losse objecten het minst (net iets meer dan 6%). Voor de categorie Gebouwen of woonhuizen is gemiddeld voor iets meer dan 18% van de rijksbeschermde monumenten een abonnement afgesloten. De percentages wisselen per jaar, afhankelijk van het aantal abonnees en de groei of afname van het register van beschermde rijksmonumenten. De gegevens voor deze tweede vervolgmeting zijn via de Monumentenwacht Nederland verzameld, bewerkt en aangeleverd. De wijze waarop de gegevens vervolgens gereed gemaakt zijn voor deze rapportage is in paragraaf nader beschreven. Provincie Rijksbeschermde monumenten Abonnementen 2010 % Groningen % Friesland % Drenthe % Overijssel % Flevoland % Gelderland % Utrecht % Noord-Holland % Zuid-Holland % Zeeland % Noord-Brabant Limburg % % Tabel 1 Aantal abonnementen voor rijksbeschermde monumenten per provincie. 3 RESULTATEN REGULIERE METING 15

18 3.3 Resultaten algemeen In 2010 werden rijksbeschermde monumenten geïnspecteerd, ofwel iets meer dan 9% van het totale bestand aan van rijkswege beschermde monumenten. Van alle abonnementen is dat bijna 38%. Van het aantal geïnspecteerde monumenten waren in rijksbeschermde monumenten niet eerder geïnspecteerd. Deze aantallen zijn fors minder dan in de jaren 2008 en De vermindering heeft ondermeer te maken met het beter afstemmen van de gegevens van de Monumentenwacht op de in het register opgenomen rijksmonumenten. Ook zijn er door de Monumentenwacht minder inspecties gedaan vanwege een verminderde vraag door abonneehouders en de toename van het werk voor BRIM-aanvragen in sommige provincies en werkzaamheden voor de Rijksgebouwendienst (Rgd) in alle provincies. Van de meting van 2010 worden hieronder de resultaten getoond. De gegevens zijn verdeeld naar casco en onderhoudstaat. Gegevens over het onderhoud hebben enerzijds betrekking op de buitenkant van het gebouw om dit wind- en waterdicht te houden en anderzijds op alle monumentale onderdelen die aard- en nagelvast aan het gebouw zijn verbonden. Onderhoud heeft een relatief beperkte omvang en richt zich voornamelijk op het bijhouden en het herstel van onderdelen. Onder casco wordt verstaan de staat van de dragende onderdelen en het omhulsel van een gebouw, bestaande uit dak, kappen met spantconstructies, balklagen en vloeren, gevels, dragende muren met wandopeningen, funderingen, kelders en gewelven. Staat van het casco geïnspecteerde rijksmonumenten 2010 (n=5.583) 22% 4% 1% Casco In figuur 1 is een overzicht van de staat van het casco van alle in 2010 geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten weergegeven. De staat van het casco blijkt bij ruim 95% van de geïnspecteerde monumenten redelijk tot goed. In 4% blijkt het casco matig te zijn waardoor er sprake is van een restauratiebehoefte. In minder dan 1% van alle gevallen is sprake van een zodanige toestand dat direct een restauratie nodig is. Aansluitend op het Brim is in de presentatie van de cijfers een onderscheid gemaakt tussen de categorie woonhuizen (feitelijk 73% Figuur 1 Diagram met verdeling naar de staat van onderhoud, Nederland. Casco overige categorieën Onbek. Totaal Openbare gebouwen Verdedigingswerken Kerkelijke gebouwen Objecten in en delen van kerk. geb Liefdadige instellingen Agrarische geb Molens Weg- en Waterwerken Horeca-instellingen Kastelen en buitenplaatsen Losse objecten, niet eerder genoemd % 4% 1% Casco gebouwen en woonhuizen Gebouwen, woonhuizen Delen van gebouwen, woonhuizen % 19% 3% Tabel 2 Staat van het casco naar categorie, Nederland. 16 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

19 Onderhoudstaat geïnspecteerde rijksmonumenten 2010 (n=5.583) 4% 13% dan 13% blijkt het onderhoud matig te zijn en is er sprake van achterstallig onderhoud. In bijna 4% van alle gevallen is sprake van een slechte toestand van het onderhoud wat eigenlijk betekent dat ook het casco slecht is. Deze cijfers laten een verbetering zien ten opzichte van de voorgaande metingen. 46% 38% De gemiddelde onderhoudsstaat voor gebouwen en woonhuizen is voor 84% redelijk tot goed. Die voor de overige categorieën is dat eveneens 84%. Een sterke verbetering ten opzichte van de vorige meting. 3.4 Resultaten per CBS-categorie Figuur 2 Diagram met verdeling naar de staat van onderhoud, Nederland (door afronding komen sommige percentage-verdelingen niet op 10 uit). de categorieën Gebouwen, woonhuizen en Delen van gebouwen, woonhuizen) en de overige categorieën 2. De gemiddelde staat van het casco voor gebouwen en woonhuizen is voor 97% redelijk tot goed. Die voor de overige categorieën is dan 95%. Dit wordt zichtbaar in tabel 2. Onderhoud Figuur 2 geeft een overzicht van de staat van het onderhoud van alle in 2010 geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten. Uit dit diagram blijkt dat van 84% van de geïnspecteerde monumenten het onderhoud redelijk tot goed te noemen is. Bij minder Deze paragraaf geeft een inzicht in de verschillen per CBS-categorie. De rijksbeschermde monumenten zijn in het register verdeeld in dertien categorieën. De staat van het onderhoud per categorie kan behoorlijk verschillen, maar ook het aantal geïnspecteerde monumenten per categorie. Over de onderhoudsgevoeligheid per categorie is in bijlage C van de monitor 2010 een uitgebreide toelichting gegeven. Tabel 4 maakt de verschillen per categorie inzichtelijk: Van de in 2010 geïnspecteerde monumenten betreft bijna 4 een gebouw of woonhuis. Kerkelijke gebouwen en aanverwante objecten blijken meer dan 32% van het totaal uit te maken. Agrarische gebouwen vormen daarna met ruim 7% nog een grote groep. De overige 21% is verdeeld over de negen andere categorieën. Ten opzichte van de voorgaande metingen is inzake de staat van onderhoud bij kerkelijk gebouwen een stijgende lijn te zien Onderhoud overige categorieën Onbek. Totaal Openbare gebouwen Verdedigingswerken Kerkelijke gebouwen Objecten in en delen van kerk. geb Liefdadige instellingen Agrarische geb Molens Weg- en Waterwerken Horeca-instellingen Kastelen en buitenplaatsen Losse objecten, niet eerder genoemd % 46% 12% 4% Casco gebouwen en woonhuizen Gebouwen, woonhuizen Delen van gebouwen, woonhuizen % 46% 13% 3% Tabel 3 Staat van onderhoud naar categorie, Nederland. 3 RESULTATEN REGULIERE METING 17

20 CBS-categorie Rijksbeschermde monumenten Geïnspecteerd 2010 % ten opzichte van aantal rijksmonumenten % ten opzichte van totaal aantal geïnspecteerd 01 Openbare gebouwen % 5% 02 Verdedigingswerken % 1% 03 Kerkelijke gebouwen % 31% 04 Objecten in / delen van kerkelijke gebouwen % 1% 05 Gebouwen, woonhuizen % 4 06 Delen van gebouwen, woonhuizen % 07 Liefdadige instellingen % 2% 08 Agrarische gebouwen % 7% 09 Molens % 5% 10 Weg- en waterwerken % 1% 11 Horeca-instellingen % 12 Kastelen en buitenplaatsen % 4% 13 Losse objecten, niet eerder genoemd % 3% % Tabel 4 Overzicht CBS-categorieën en dekkingsgraad geïnspecteerde van rijkswege beschermde monumenten. en een afname bij Gebouwen, woonhuizen. Onder de kleinere categorieën zijn de verschuivingen relatief gering. Kijken we naar het aantal geïnspecteerde van rijkswege beschermde monumenten ten opzichte van het aantal monumenten in die categorie, dan zijn net als bij de vorige metingen de objecten uit de categorieën kerkelijke gebouwen, kastelen en buitenplaatsen en molens goed vertegenwoordigd. Over het algemeen is door het geringere aantal inspecties wel een sterke vermindering zichtbaar. In een toelichting per categorie is hierna de staat van het onderhoud inzichtelijk gemaakt. Daarbij zijn opvallende verschillen zichtbaar. Bij de hieronder gepresenteerde resultaten dient wel in ogenschouw genomen te worden dat het aantal geïnspecteerde monumenten voor sommige categorieën relatief laag uitvalt. Indien dat het geval is, is dat ook aangegeven. 01 Openbare gebouwen Iets minder dan 13% van de gebouwen in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 82% van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 4% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aan te merken. Staat van onderhoud: Openbare gebouwen (n=253) 14% 4% categorie redelijk tot goed. Van 4% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt. In 2009 verkeerde nog bijna de helft van de geïnspecteerde monumenten in deze categorie in matige tot slechte staat. Nu betreft dat ruim 21%. Dat betreft in dit geval 10 objecten. Staat van onderhoud: Verdedigingswerken (n=46) 17% 49% 4% 03 Kerkelijke gebouwen Bijna 42% van alle gebouwen in deze categorie blijkt in 2010 te zijn geïnspecteerd. Daarmee vormt dit, net als bij de vorige metingen, de meest geïnspecteerde categorie in het monumentenbestand. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 88% van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 2% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aan te merken. 3 Staat van onderhoud: Kerkelijke gebouwen (n=1.743) 34% 1 2% 48% 4 02 Verdedigingswerken Iets meer dan 3% van de objecten in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 79% van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze 48% 18 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

21 04 Objecten in / delen van kerkelijke gebouwen Iets minder dan 26% van de objecten in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 94% van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van de overige 6% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud matig. Staat van onderhoud: Delen van gebouwen, woonhuizen (n=5) 4 6 Staat van onderhoud: Objecten in / delen van kerkelijke gebouwen (n=51) 6% 25% 69% 05 Gebouwen, woonhuizen Iets meer dan 6% van de objecten in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 84% van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 3% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende kan worden aangemerkt. Staat van onderhoud: Gebouwen, woonhuizen (n=2.229) 07 Liefdadige instellingen Iets meer dan 23% van de gebouwen in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 87% van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 6% van de geïnspecteerde gebouwen is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt. Voor deze categorie betekent dat Staat van onderhoud: Liefdadige instellingen (n=103) 7% 6% 37% 13% 3% 38% 5 46% 06 Delen van gebouwen, woonhuizen Iets minder dan 3% van de objecten in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Het betreft hier een gering aantal van vijf monumenten. Omdat aantal geïnspecteerde monumenten in deze categorie zo gering is, is hier verder niets over te zeggen. zes gebouwen. Ten opzichte van voorgaande metingen is dit wel een opvallende toename. 08 Agrarische gebouwen Meer dan 5% van de boerderijen, schuren en schaapskooien in deze categorie werd in 2010 geïnspecteerd. In deze categorie is over het geheel gezien de onderhoudsstaat voor 8 van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten redelijk tot goed. Van 6% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt. Dat percentage is het dubbele van het algemene landelijke gemiddelde van 3%. 3 RESULTATEN REGULIERE METING 19

22 Staat van onderhoud: Agrarische gebouwen (n=409) Staat van onderhoud: Weg- en waterwerken (n=33) 6% 6% 14% 3 24% 37% 43% 4 09 Molens Iets meer dan 21% van alle molens is in 2010 geïnspecteerd. De onderhoudsstaat is voor 83% van alle geïnspecteerde molens redelijk tot goed. Van 2% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende kan worden aangemerkt. Van 15% is de onderhoudsstaat als matig aan te merken. Ten opzichte van de vorige meting is een positieve verandering opgetreden. Bij elkaar verkeert nog 17% van alle molens in een matige tot slechte onderhoudsstaat. Dat betekent voor deze categorie in totaal ruim 46 molens. 11 Horeca-instellingen Bijna 8% van de gebouwen in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 74% van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Daarbij dient opgemerkt te worden dat hier om twaalf monumenten gaat. Van de overige vier geïnspecteerde objecten verkeert de ene helft in redelijke staat (13% van het totaal) en de andere in slechte staat (eveneens 13% van het totaal). Staat van onderhoud: Horeca-instellingen (n=16) Staat van onderhoud: Molens (n=269) 13% 15% 2% 13% 37% 36% 47% 10 Weg- en waterwerken Zo n 3% van alle objecten in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 64% van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 6% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt. Het percentage in matige staat verkerende objecten bedraagt 3. Daarmee is dit de categorie die het slechts scoort als het gaat om de staat van onderhoud. 37% 12 Kastelen en buitenplaatsen Bijna 24% van de gebouwen in deze categorie is in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 82% van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 5% van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt. Bij de voorgaande metingen was dit percentage eveneens 5%. 20 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

23 Staat van onderhoud: Kastelen (n=242) 13% 44% 5% 13 Losse objecten, niet eerder genoemd Iets meer dan 3% van de objecten in deze categorie werd in 2010 geïnspecteerd. Over het geheel gezien is de onderhoudsstaat voor 72% van alle geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten van deze categorie redelijk tot goed. Van 1 van de geïnspecteerde objecten is het onderhoud zo slecht dat ook de staat van het casco als onvoldoende is aangemerkt (voor zover dat in deze categorie van toepassing is). Daarnaast is van 18% het onderhoud als matig aangemerkt. Bij elkaar betekent dit dat voor 28% van de objecten in deze categorie op korte termijn onderhoud nodig is. In totaal betreft het hier 52 objecten. 38% gen en agrarische gebouwen slechter was dan van de abonnees. Met betrekking tot het casco kwamen vooral gebouwen, woonhuizen en agrarische gebouwen er slechter af bij niet abonnees. Nu de reguliere gegevens uit het jaar waarin de steekproef plaatsvond beschikbaar zijn, kan een betere vergelijking worden gemaakt. Hieronder zijn de diagrammen weergegeven van de totaalgegevens die uit de steekproef zijn gekomen (figuur 3) tegenover dezelfde categorieën uit de reguliere meting van 2010 (figuur 4). In dat geval er inspecties uit 2010 beschikbaar. Eerst kijken we naar het casco. Uit deze vergelijking is goed op te maken dat het casco bij de niet abonnees (links) slechter is dan bij de reguliere abonnees van de Monumentenwacht (rechts). Vooral het percentage waarbij het casco in goede staat verkeerd, is bij de reguliere meting veel hoger. In de steekproef was het casco van 86% redelijk tot goed, maar in de reguliere meting is dat voor de betreffende categorieën 96%. Bij 5% van de geïnspecteerde monumenten uit de steekproef was het casco slecht tegen 1% bij de reguliere meting. Staat van het casco steekproef (n=405) 8% 5% 1% 6 Staat van onderhoud: Losse objecten, niet eerder genoemd (n=184) 18% 1 28% 26% 44% Figuur 3 Diagram met verdeling naar de staat van het casco, zoals vastgesteld in de steekproef. Staat van het casco regulier 2010 (n=3.278) 4% 1% 3.5 Afgezet tegen steekproef 21% 75% In 2010 werd een steekproef gedaan onder een a-select getrokken groep rijksbeschermde monumenten uit negen verschillende categorieën 3, waarvoor geen abonnement afgesloten was bij de Monumentenwacht (de categorie delen van gebouwen, woonhuizen is niet verder uitgewerkt vanwege het feit dat slechts één object uit die categorie geïnspecteerd was). Uit de voorzichtige conclusie die toen getrokken werd, met de reguliere gegevens van 2009 als achtergrond, was dat vooral de staat van het onderhoud van liefdadige instellin- Figuur 4 Diagram met verdeling naar de staat van het casco uit geselecteerde categorieën regulier. 3 RESULTATEN REGULIERE METING 21

24 17% Onderhoudstaat steekproef (n=405) 1% 1 38% Met betrekking tot het onderhoud valt op te maken dat dit onderhoud bij de niet abonnees slechter is dan bij de reguliere abonnees van de Monumentenwacht. Procentueel gezien loopt het aantal in goede staat van onderhoud verkerende monumenten in beide groepen niet ver uit elkaar. Vooral het aantal in redelijke staat en in slechte staat van onderhoud verkerende monumenten maakt het verschil. Bij 1 van de geïnspecteerde monumenten uit de steekproef was de staat van het onderhoud slecht tegen 4% bij de reguliere meting Verschillen per categorie Figuur 5 Diagram met verdeling naar de staat van het casco, zoals vastgesteld in de steekproef. Onderhoudstaat regulier 2010 (n=3.278) 14% 45% 4% Uiteraard zijn er per categorie grote verschillen. De conclusies die in eerste instantie getrokken werden, blijven niet helemaal overeind als we de steekproef nog eens vergelijken met de reguliere meting uit Wat betreft de staat van het casco scoren in de steekproef nu vooral verdedigingswerken, openbare gebouwen en agrarische gebouwen slechter. Verdedigingswerken scoren 27% slechter op redelijk tot goede staat van het casco), openbare gebou- 34% Figuur 6 Diagram met verdeling naar de staat van onderhoud uit geselecteerde categorieën van de reguliere meting % wen (14% slechter) en agrarische gebouwen (13% slechter). Twee categorieën komen ten aanzien van het casco beter uit de steekproef, te weten weg- en waterwerken en horeca-instellingen. Wat de staat van het onderhoud betreft, valt vooral op dat de geïnspecteerde monumenten uit de categorie verdedigingswerken veel slechter zijn dan in de reguliere meting. Het verschil ten aanzien van de in redelijk en goede staat verkerende monumenten bedraagt 2. Ook hier scoren agrarische gebouwen slechter in de steekproef (12% slechter), terwijl ook de redelijk tot goede staat van liefdadige instellingen 8% achterblijft bij de reguliere meting. Weg- en waterwerken scoren beter. Het onderhoud is daar bij 9% beter als het gaat om redelijk tot goede staat. Dat geldt ook voor horeca-instellingen met 4%. De conclusie kan nu gemaakt worden dat vooral agrarische gebouwen (zoals eerder al bleek) en verdedigingswerken significant slechter scoren. Van de laatste categorie is het casco van 14% van de objecten in de steekproef slecht, tegen 8% bij agrarische gebouwen. 3.6 Gegevens 2008, 2009 en 2010 Na drie metingen beschikken we over actuele gegevens van rijksbeschermde monumenten voor wat betreft de staat van onderhoud en het casco. Daarvoor heeft de Monumentenwacht in totaal inspecties uitgevoerd. Dat betekent dat bijna de helft van alle geïnspecteerde monumenten in de afgelopen jaren meerdere keren geïnspecteerd is. Na de correctieronde die nu gemaakt is, blijkt dat er feitelijk in 2008 gegevens van (was ) rijksbeschermde monumenten werden aangeleverd en in (was 9.632). In 2010 kwamen daar nog de 564 niet eerder geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten bij. We kunnen nu ook een overzicht maken van de mate waarin de in totaal over de afgelopen jaren zijn geïnspecteerd: 2466 alleen in 2008 geïnspecteerd 996 alleen in 2009 geïnspecteerd 564 alleen in 2010 geïnspecteerd 5864 zijn in twee verschillende jaren geïnspecteerd 3631 zijn in alle drie de jaren geïnspecteerd Voor veel monumenten zijn nu gegevens over meerdere meetjaren beschikbaar. In deze paragraaf wordt gekeken naar de vergelijking die daarmee mogelijk is met de laatste meting en naar de totale gegevens over alle jaren Vergelijking laatste inspectie ten opzichte van vorige In totaal zijn nu over drie jaar rijksbeschermde monumenten meerdere malen geïnspecteerd. Wanneer we voor die monumenten kijken naar de gegevens van de laatste inspectie ten opzichte 22 MONITOR INZAKE DE STAAT VAN HET GEBOUWD ERFGOED 2011

25 van de voorgaande dan kunnen we opmaken in hoeverre er sprake is van een verbetering of verslechtering in de afgelopen drie jaar. De uitkomst daarvan is voor heel Nederland opgenomen in figuur 7 voor wat betreft het casco en in figuur 8 voor het onderhoud. Voor de staat van het casco kan geconstateerd worden dat deze voor ruim 85% van de rijksbeschermde monumenten gelijk is gebleven. Bij ruim 11% van de inspecties bleek het casco verbeterd te zijn. Mogelijk is er dan sprake geweest van ingrijpende werkzaamheden, zoals een restauratie (inhalen restauratieachterstand). Voor bijna 4% geldt dat de staat van het casco is verslechterd. Effectief houdt dit in dat van 7% de staat van het casco daadwerkelijk verbeterd is in de afgelopen drie jaar. Ten aanzien van de staat van onderhoud (figuur 8) kan geconstateerd worden dat deze voor ruim 77% van de rijksbeschermde monumenten gelijk is gebleven. Bij 13% is deze verbeterd en in Vergelijking staat van casco t.o.v. vorige inspectie (n=9.495) 11% 4% Gelijk Beter Minder Figuur 7 Diagram met vergelijking laatste inspectie ten opzichte van voorgaande inzake de staat van het casco. 85% minder dan 1 is deze verslechterd. Ten aanzien van het casco is een wat minder dynamisch beeld zichtbaar, maar dat is begrijpelijk omdat casco-onderdelen minder snel onderhevig zijn aan weersinvloeden en dergelijke. Ten opzichte van de vergelijking die bij de vorige meting gemaakt kon worden, kan geconstateerd worden dat een groter percentage van de geïnspecteerde rijksmonumenten onderhevig is geweest aan verandering. Globaal kan gesteld worden dat er een verbetering van de staat van onderhoud bij 3% van de geïnspecteerde monumenten is opgetreden in de afgelopen drie jaar Vergelijking 2010 ten opzichte van voorgaande jaren In 2010 waren er van de geïnspecteerde rijksbeschermde monumenten 564 nieuw geïnspecteerd ten opzichte van de voorgaande metingen. Daarmee kan voor rijksbeschermde monumenten een vergelijking gemaakt worden tussen de gegevens van 2010 en die van de voorgaande jaren. Aan de hand daarvan kunnen we iets zeggen over verbetering of verslechtering. De uitkomst daarvan is voor heel Nederland opgenomen in figuur 9 voor wat betreft het casco en in figuur 10 voor het onderhoud. Voor de staat van het casco kan geconstateerd worden dat deze voor bijna ruim 79% van de rijksbeschermde monumenten gelijk is gebleven. In iets meer dan 16% van de inspecties bleek het casco in 2010 verbeterd te zijn ten opzichte van eerdere metingen in 2008 of Zeker is er dan sprake geweest van ingrijpende werkzaamheden, zoals een restauratie (inhalen restauratieachterstand). Voor iets minder dan 5% geldt dat de staat van het casco is verslechterd. Kijken we naar de gegevens van de vergelijking Vergelijking staat van onderhoud t.o.v. vorige inspectie (n=9.495) Vergelijking staat van casco 2010 t.o.v. vorige jaren (n=5.019) 1 5% 16% 13% 77% 79% Gelijk Beter Minder Figuur 8 Diagram met vergelijking laatste inspectie ten opzichte van voorgaande inzake de staat van het onderhoud. Gelijk Beter Minder Figuur 9 Diagram met vergelijking resultaten 2010 ten opzichte van voorgaande inspecties met betrekking tot de staat van het casco. 3 RESULTATEN REGULIERE METING 23

Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2010

Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2010 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2010 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2010 Een vervolgmeting naar de staat van rijksbeschermde monumenten Amersfoort, 2011 Colofon Monitor

Nadere informatie

Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2009

Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2009 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2009 Monitor inzake de staat van het gebouwd erfgoed 2009 Een nulmeting van de staat van onderhoud van rijksmonumenten waarvoor een abonnement is afgesloten

Nadere informatie

Jaarverslag 2013. mei stipe fan:

Jaarverslag 2013. mei stipe fan: Jaarverslag 2013 mei stipe fan: opgesteld door de raad van toezicht op 4 juni 2014 1 Inhoud Algemeen 3 Activiteiten 4 Samenwerking 6 MonumentenMonitor Fryslân 7 2 Algemeen Stichting Monumentenwacht Fryslân

Nadere informatie

Beschermde Rijksmonumenten, 2017

Beschermde Rijksmonumenten, 2017 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Vanaf de inwerkingtreding van

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid De Liefde over Brimsubsidies.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid De Liefde over Brimsubsidies. a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

Onderzoek naar de restauratiebehoefte bij eigenaren van gemeentelijke monumenten

Onderzoek naar de restauratiebehoefte bij eigenaren van gemeentelijke monumenten Samenvatting Onderzoek naar de restauratiebehoefte bij eigenaren van gemeentelijke monumenten Juli / augustus 2011 2 Onderzoeksopzet Datum: 30 september 2011 Opdrachtgever: Nationaal Restauratiefonds Uitgevoerd

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Utrecht, januari 2010 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

Diversiteit in de Provinciale Staten

Diversiteit in de Provinciale Staten Onderzoek Diversiteit in de Provinciale Staten Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale Staten (PS) onderzocht. Het gaat

Nadere informatie

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Oktober 2013 Samenvatting Provinciebreed wordt er in 2012 met 91% van de medewerkers een planningsgesprek gevoerd, met 81% een voortgangsgesprek en met

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003

Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003 Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003 Inleiding In het arboconvenant Sociale Werkvoorziening is bepaald dat jaarlijks een vergelijkend onderzoek naar de hoogte van het ziekteverzuim

Nadere informatie

Subsidie instandhouding waardevol voor behoud cultureel erfgoed

Subsidie instandhouding waardevol voor behoud cultureel erfgoed Subsidie instandhouding waardevol voor behoud cultureel erfgoed Inleiding Op Prinsjesdag 216 gaf minister Bussemaker aan de fiscale aftrek voor monumentenpanden af te willen schaffen. De regeling zou namelijk

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Nadere informatie

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:

Nadere informatie

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012 pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer 20120140N van Daniella van der Veen datum 21 februari 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert

Nadere informatie

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale

Nadere informatie

Rijksmonumenten - nabijheid

Rijksmonumenten - nabijheid De Erfgoedmonitor Home > Indicatoren > Rijksmonumenten - nabijheid Rijksmonumenten - nabijheid Publicatiedatum: 18 januari 2018 Rijksmonumenten zijn in Nederland, met uitzondering van Flevoland, bijna

Nadere informatie

Archeologische rijksmonumenten - aantal complexen

Archeologische rijksmonumenten - aantal complexen De Erfgoedmonitor Home > Indicatoren > Archeologische rijksmonumenten - aantal complexen Archeologische rijksmonumenten - aantal complexen Publicatiedatum: 10 november 2017 E ind 2015 bestonden de 1.435

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006 Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de

Nadere informatie

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig

Nadere informatie

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Uitgevoerd in opdracht van Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Zoetermeer, 17 september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Jaarverslag 2014. mei stipe fan:

Jaarverslag 2014. mei stipe fan: Jaarverslag 2014 mei stipe fan: opgesteld door de raad van toezicht op 27 februari 2015 1 Inhoud Algemeen 3 Activiteiten 4 Samenwerking 6 MonumentenMonitor Fryslân 7 2 Algemeen Stichting Monumentenwacht

Nadere informatie

Analyse resultaten CVO 2014

Analyse resultaten CVO 2014 Analyse resultaten CVO 2014 Toelichting: Deze analyse heeft betrekking op toeristische binnenlandse vakanties. Vakanties van vaste standplaatshouders zijn hierin niet meegenomen, omdat de CVO cijfers van

Nadere informatie

URL Erkende monumenten inspecties. Leo Bredie 21 mei 2019 Fort Altena

URL Erkende monumenten inspecties. Leo Bredie 21 mei 2019 Fort Altena URL 2005 Erkende monumenten inspecties Leo Bredie 21 mei 2019 Fort Altena Monumentenwacht? Opgericht in 1973 in Friesland door Walter Kramer en Yde Schakel Ontstaan omdat monumenten soms al tien of twintig

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

P r o v i n c i e F l e v o l a n d

P r o v i n c i e F l e v o l a n d Aan: Provinciale Staten Onderwerp: Provinciaal restauratie-uitvoeringsprogramma 2003-2008. Statenvergadering: 2 oktober 2003 Agendapunt: 10 1. Wij stellen u voor: Het Provinciaal restauratie-uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

Conjunctuurenquête Nederland. Vierde kwartaal 2015

Conjunctuurenquête Nederland. Vierde kwartaal 2015 Conjunctuurenquête Nederland Vierde kwartaal 15 Ondernemers positiever over werkgelegenheid 16 Voorwoord Dit rapport geeft de belangrijkste uitkomsten van de Conjunctuurenquête Nederland van het vierde

Nadere informatie

ICT IN HET BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2007/2008 TECHNISCH RAPPORT

ICT IN HET BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2007/2008 TECHNISCH RAPPORT ICT IN HET BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2007/2008 TECHNISCH RAPPORT Utrecht, maart 2008 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding en probleemstelling 5 2 Resultaten basisonderwijs 7 2.1 Representativiteit

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 2 december 2013 1 Introductie In deze beknopte samenvatting

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018 Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud De economie zit duidelijk in de lift. Na eerdere positieve berichten over de groeiende omvang van het Nederlandse bedrijfsleven, blijkt ook uit deze Graydon

Nadere informatie

Basiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht

Basiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht Basiscijfers gemeenten Arbeidsmarktregio Midden- Inhoudsopgave Inleiding... 3 Nww-percentage december 2011... 4 Ontwikkeling nww 2010-2011... 5 Standcijfers nww 2011 en nww-percentages december 2010 en

Nadere informatie

Informatieblad Periodiek Instandhoudings Plan 2017 (PIP)

Informatieblad Periodiek Instandhoudings Plan 2017 (PIP) Projectnr.: Objectnr.: Teamnr. : Informatieblad Periodiek Instandhoudings Plan 2017 (PIP) Voor wie? De eigenaar van een rijksmonument die gebruik kan maken van Subsidieregeling Instandhouding Monumenten

Nadere informatie

Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds

Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds 1. Onderzoeksopzet Datum: 23 november 2009 Opdrachtgever: Nationaal Restauratiefonds Doelgroep: Eigenaren van rijksmonumentale kerkgebouwen (3.880 panden)

Nadere informatie

Verkiezing en methode

Verkiezing en methode Verkiezingsuitslag Verkiezing en methode Het Leukste uitje van het Jaar wordt bepaald op basis van een onderzoek onder ANWB leden. Dit onderzoek bestaat uit twee rondes, namelijk een nominatieronde en

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Kengetallen Mobiliteitsbranche Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 drs. W. van Ooij dr. K.Karpinska MarktMonitor september 2013 Inhoudsopgave Samenvatting -------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies Stand van zaken gemeentelijke woonvisies Colofon Teksten Jeroen de Leede (VNG) Dataverwerking Marieke de Haan (VNG Informatiecentrum) Opmaak Chris Koning (VNG) Januari 2016 2 Vereniging van Nederlandse

Nadere informatie

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL Veldwerk Optimaal B.V. 's-hertogenbosch, januari 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. ONDERZOEKSVERANTWOORDING 2 1.1

Nadere informatie

Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies

Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Opdrachtgever: Ministerie

Nadere informatie

*Inkomende post 3368 %PAGE%

*Inkomende post 3368 %PAGE% WISCAT-pabo inhoud Inleiding Afnames studiejaar 201 1-2012 Kandidaten studiejaar 201 1-2012 Trends tot en met 2 3 8 11 pagina 1 I 13 WISCAT-pabo. J Inleiding In deze rappodage zullen de toetsresultaten

Nadere informatie

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen pagina 1 18 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 Documentnummer 20111098N van Daniella van der Veen datum 29 november 2011 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks

Nadere informatie

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018 Basisscholen in krimpgebieden in 2017/2018 In welke provincies sluiten de meeste basisscholen? Aan het begin van 2017/2018 zijn in Groningen, Zeeland, Limburg en Flevoland rond 2% van de basisscholen gesloten

Nadere informatie

Financiering in het MKB

Financiering in het MKB M201004 Financiering in het MKB Onderzoek naar de financieringsbehoefte per provincie Johan Snoei Abdelfatah Ichou Zoetermeer, maart 2010 Financiering in het MKB Financieringsbehoefte in het MKB verschilt

Nadere informatie

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 Utrecht, januari 2013 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Trends en wetenswaardigheden 8 1.1 Inleiding 8 1.2 Trends 8 1.3 Wetenswaardigheden 11 2 Wet-

Nadere informatie

Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016

Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016 Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016 Geldshop heeft uitgebreid onderzoek naar leningaanvragen in Nederland 2016 uitgevoerd. In totaal werd de data van 29.501 aanvragen

Nadere informatie

Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds

Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds Onderzoeksresultaten Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds 2 1. Onderzoeksopzet Datum: 4 december 2009 Opdrachtgever: Nationaal Restauratiefonds

Nadere informatie

EFFECTMETING MIDDELEN INZAKE RESTAURATIE VAN RIJKSMONUMENTEN

EFFECTMETING MIDDELEN INZAKE RESTAURATIE VAN RIJKSMONUMENTEN EFFECTMETING MIDDELEN INZAKE RESTAURATIE VAN RIJKSMONUMENTEN INHOUDSOPGAVE pagina 1. SAMENVATTING 1 2. INLEIDING 5 3. VOORRAAD MONUMENTEN 6 3.1 Omvang voorraad 6 3.2 Behoefte nieuwe 6 4. BOUWTECHNISCH

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2015-2016 Samenvatting van de monitor 2015-2016 en de volgmodules najaar 2016 Platform Praktijkonderwijs december 2016 Definitieve versie 161208 1 Vooraf In de periode

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Persoonlijke gegevens van Wethouders

Persoonlijke gegevens van Wethouders Persoonlijke gegevens van Wethouders Dit document bevat de volgende gegevens van wethouders: Aantal wethouders naar gemeentegrootte 1998-2014 Aandeel wethouders naar politieke partij 1998-2014 Aandeel

Nadere informatie

Monitor. Erfgoedinspectie. Monumenten en Archeologie

Monitor. Erfgoedinspectie. Monumenten en Archeologie Monitor Erfgoedinspectie 2015 2016 Monumenten en Archeologie Inleiding In deze kleurrapportage treft u een overzicht aan van de prestaties van alle gemeenten op geselecteerde onderdelen van de gemeentelijke

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Bezoek cultuurinstellingen

Bezoek cultuurinstellingen Staat van 2014 Bezoek cultuurinstellingen Hoeveel cultuurinstellingen bezoekt een inwoner gemiddeld per jaar? Een inwoner bezoekt gemiddeld 2,23 cultuurinstellingen per jaar De bezoek cultuurinstellingen

Nadere informatie

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2016-2017 Samenvatting van de monitor 2016-2017 en de volgmodules najaar 2017 Sectorraad Praktijkonderwijs december 2017 Versie definitief 1 Vooraf In de periode 1 september

Nadere informatie

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang : Leeftijd intermediaire bedrijven Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang INLEIDING Het Ratinginstituut Financieel Dienstverleners (RiFD) publiceert regelmatig actuele,

Nadere informatie

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer 20120679Na van Judith Terwijn datum 29 oktober 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks een arbeidsmarktonderzoek

Nadere informatie

RAPPORTAGE ONDERZOEK NAAR DE RESTAURATIEACHTERSTAND BIJ RIJKSMONUMENTEN

RAPPORTAGE ONDERZOEK NAAR DE RESTAURATIEACHTERSTAND BIJ RIJKSMONUMENTEN RAPPORTAGE ONDERZOEK NAAR DE RESTAURATIEACHTERSTAND BIJ RIJKSMONUMENTEN COLOFON Opdrachtgever : Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Project : Onderzoek naar de restauratieachterstand bij rijksmonumenten

Nadere informatie

Subsidieregeling restauratie monumenten

Subsidieregeling restauratie monumenten Subsidieregeling restauratie monumenten (geconsolideerde versie, geldend vanaf 1-1-2002 tot 1-1-2006) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële naam regeling Subsidieregeling

Nadere informatie

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015 Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor het leendoel

Nadere informatie

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt Factsheet Groothandel in Bloembollen 2013 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt Colland Bestuursbureau, 5 februari 2014 Pagina 2 26 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Algemene Rekenkamer.., BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070 3424344 070 3424130 voorlichting@rekenkamer.nl

Nadere informatie

Jaarverslag 2013. met subsidie van:

Jaarverslag 2013. met subsidie van: Jaarverslag 2013 met subsidie van: opgemaakt door de directie en vastgesteld door de Raad van Toezicht op 20 maart 2014 1 Inhoud Algemeen 3 Directie en toezicht 4 Organisatie 5 Beleid 6 Inspecties Overijssel

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

30 800 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2007

30 800 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2007 vra2007ocw-23 30 800 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2007 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld (wordt door griffie

Nadere informatie

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Eerste kwartaal Publicatie juli 2019

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Eerste kwartaal Publicatie juli 2019 REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK Eerste 2019 Publicatie juli 2019 Regionale trendrapportage banenafspraak: eerste 2019 UWV brengt op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

4. SAMENVATTING. 4.1 Opzet

4. SAMENVATTING. 4.1 Opzet 4. SAMENVATTING In dit hoofdstuk wordt de samenvatting gepresenteerd van de belangrijkste resultaten van de herhaalde meting naar aantallen officieel gedoogde coffeeshops en gemeentelijk cannabisbeleid.

Nadere informatie

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Aanvullend advies aan het Interprovinciaal Overleg over de verdelingsvraagstukken samenhangend met de BBL-oud-grond Juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 2

Nadere informatie

De Stemming van 9 juni 2019

De Stemming van 9 juni 2019 De Stemming van 9 juni Er zijn geen verschuivingen deze week waargenomen. De peiling is gelijk aan die van de vorige week. Wel zijn er naast deze rapportage twee aparte gescheiden rapportages. De ene over

Nadere informatie

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL Veldwerk Optimaal B.V. 's-hertogenbosch, september 2013 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. ONDERZOEKSVERANTWOORDING 2

Nadere informatie

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer 20130221N van Judith Terwijn datum 22 april 2013 Inleiding Het Colland Bestuursbureau

Nadere informatie

Persoonlijke gegevens raadsleden

Persoonlijke gegevens raadsleden Persoonlijke gegevens raadsleden Dit document bevat de volgende gegevens van raadsleden: Aantal raadsleden naar gemeentegrootte 1998-2014 Aantal raadsleden naar politieke partij 1998-2014 Aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015.

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015. Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven. Inleiding Als het gaat om betaalgedrag van het Nederlandse bedrijfsleven kunnen we met een tevreden gevoel terugkijken op. Dat blijkt als we niet

Nadere informatie

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h TNS Nipo Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam t 020 5225 444 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h Rick Heldoorn & Matthijs de Gier H1630

Nadere informatie

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Vierde kwartaal Publicatie april 2018

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Vierde kwartaal Publicatie april 2018 REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK Vierde 2017 Publicatie april 2018 Regionale trendrapportage banenafspraak: vierde 2017 UWV brengt op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Stichting Monumentenwacht Overijssel en Flevoland Jaarverslag 2012

Stichting Monumentenwacht Overijssel en Flevoland Jaarverslag 2012 Stichting Monumentenwacht Overijssel en Flevoland Jaarverslag 2012 met subsidie van: opgemaakt door de directie en vastgesteld door de Raad van Toezicht op 25 maart 2013 1 Algemeen Stichting Monumentenwacht

Nadere informatie

Woningtransacties per kwartaal Nederland

Woningtransacties per kwartaal Nederland Woningtransacties op niveau 2008, koopsom slechts 10% onder topjaar De Nederlandse woningmarkt draait op volle toeren. In de eerste negen maanden van 2015 zijn door het Kadaster 125.859 woningtransacties

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 2002-2017. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Onderzoeksrapport: Vrouwen in de gemeenteraden

Onderzoeksrapport: Vrouwen in de gemeenteraden Onderzoeksrapport: Vrouwen in de gemeenteraden _ Maart 2014 ProDemos - Huis voor democratie en rechtsstaat Hofweg 1H 2511 AA Den Haag T: 070 757 02 00 Hoeveel vrouwen zijn er in maart 2014 in de gemeenteraden

Nadere informatie

Woningmarktcijfers Nederland derde kwartaal 2008

Woningmarktcijfers Nederland derde kwartaal 2008 Woningmarktcijfers Nederland derde kwartaal 2008 In dit kwartaalbericht van Woningmarkcijfers.nl de volgende onderwerpen: - prijsontwikkelingen en transacties september - prijsontwikkelingen en transacties

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2016. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Resultaten BTO. Belanghebbenden Tevredenheids Onderzoek. BRZO inspectiejaar Dit rapport is opgesteld door de werkgroep Monitoring

Resultaten BTO. Belanghebbenden Tevredenheids Onderzoek. BRZO inspectiejaar Dit rapport is opgesteld door de werkgroep Monitoring Resultaten BTO Belanghebbenden Tevredenheids Onderzoek BRZO inspectiejaar 11 Colofon Dit rapport is opgesteld door de werkgroep Monitoring Datum 4 juli 12 Status Eindversie Samenvatting De aanpak van LAT

Nadere informatie

Conjunctuurenquête Nederland. Eerste kwartaal 2016

Conjunctuurenquête Nederland. Eerste kwartaal 2016 Conjunctuurenquête Nederland Eerste kwartaal 16 Ondernemers beginnen positief aan 16 Voorwoord Dit rapport geeft de belangrijkste uitkomsten van de Conjunctuurenquête Nederland van het eerste kwartaal

Nadere informatie

Zicht en Gehoor een onderzoek van seniorenorganisatie ANBO en Specsavers

Zicht en Gehoor een onderzoek van seniorenorganisatie ANBO en Specsavers 6-07-2015 Zicht en Gehoor een onderzoek van seniorenorganisatie ANBO en Specsavers Over dit onderzoek Dit onderzoek over zicht en gehoor is uitgevoerd door seniorenorganisatie ANBO. Het betreft een online

Nadere informatie

Bezoekersstromen bij burgerzaken april 2003 t/m maart 2005

Bezoekersstromen bij burgerzaken april 2003 t/m maart 2005 Bezoekersstromen bij burgerzaken april 2003 t/m maart 2005 Effecten van nieuwe openings- en werktijden bij de gemeente s-hertogenbosch Deelonderzoek 1 O&S Juli 2005 Dit product is tot stand gekomen met

Nadere informatie

ICT in het basis- en voortgezet onderwijs. Schooljaar

ICT in het basis- en voortgezet onderwijs. Schooljaar ICT in het basis- en voortgezet onderwijs Schooljaar 2007-2008 Technisch Rapport Versie 0.1 Maart 2008 Inspectie van het Onderwijs Afdeling Kennis Wietske Idema TR ICT Maart 2008.doc Pagina 1 van 21 Gemaakt

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 3 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 6 Vergelijking Q1-216, Q2 216 en Starters per branche 7 Opheffingen per branche 8 Faillissementen per branche

Nadere informatie

De aanvullende tandzorgverzekering Samenvatting Bijna iedereen heeft een aanvullende verzekering Aanvullend verzekerd voor: 2006 2007

De aanvullende tandzorgverzekering Samenvatting Bijna iedereen heeft een aanvullende verzekering Aanvullend verzekerd voor: 2006 2007 Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Judith de Jong, Marloes Loermans, Marjan van der Maat, De aanvullende tandzorgverzekering, NIVEL, 2008) worden gebruikt.u

Nadere informatie

DE UTRECHTSE ERFGOEDMONITOR

DE UTRECHTSE ERFGOEDMONITOR DE UTRECHTSE ERFGOEDMONITOR historische buitenplaatsen Abcoude Eemnes Spakenburg Vecht Bunschoten eveen Baarn Laagte van Pijnenburg Amersfoort Breukelen Soest Kasteel De Haar Maarssen Bilthoven Amersfoortseweg

Nadere informatie

Gemiddelde verkoopprijs woonhuizen stijgt in 2004 (daling in het 4 e kwartaal)

Gemiddelde verkoopprijs woonhuizen stijgt in 2004 (daling in het 4 e kwartaal) Persbericht In de bijlagen is een uitsplitsing per woningtype opgenomen! Datum Gemiddelde verkoopprijs woonhuizen stijgt in (daling in het 4 e kwartaal) De gemiddelde verkoopprijs van woonhuizen is in

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q1 2018

Graydon Kwartaalmonitor Q1 2018 Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud Als u ooit een bedrijf heeft gestart, dan is de kans het grootst dat u dat in het eerste kwartaal van het jaar heeft gedaan. Veel ondernemers starten traditiegetrouw

Nadere informatie

StudentenBureau Stagemonitor

StudentenBureau Stagemonitor StudentenBureau Stagemonitor Rapportage Mei 2011 1 SAMENVATTING... 3 ERVARINGEN... 3 INLEIDING... 4 ONDERZOEKSMETHODE... 5 RESPONDENTEN... 5 PROCEDURE... 5 METING... 5 DEEL I ANALYSE... 6 1. STAGE EN ZOEKGEDRAG...

Nadere informatie

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN 1. ALGEMEEN 1.1 INHOUD Onderwerp Pagina 1. ALGEMEEN 1.1 Inhoud 1 1.2 Het onderzoek en

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2014 een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Doel Het doel van het Brim 2013 en de Sim is de instandhouding van beschermde monumenten. Het kan daarbij gaan om:

Doel Het doel van het Brim 2013 en de Sim is de instandhouding van beschermde monumenten. Het kan daarbij gaan om: INLEIDING De Subsidieregeling instandhouding monumenten (Sim) is gebaseerd op het Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten 2013 (Brim 2013). Het Brim 2013 is een kapstok - regeling met een paar

Nadere informatie