Inspiratieboek. beeldkwaliteitsplan oeververbinding Krimpen-Ridderkerk

Transcriptie

1 Inspiratieboek beeldkwaliteitsplan oeververbinding Krimpen-Ridderkerk

2 Datum 9 november 2011 Inhoud Pagina Toelichting 1 Aanpak 2 Analyse ruimte 3 Analyse verkeer 4 Integrale visie 5 Drie oplossingsrichtingen 6 Conclusie 12

3 Dit zakboek bevat een korte samenvatting van het beeldkwaliteitsplan dat is gemaakt ter afsluiting van de studie Ruimtelijke Ordening en Planologie. Het zakboek geeft de kerngedachte weer van het onderzoek. Voor meer resultaten of overige informatie wordt verwezen naar de documenten: -Beeldkwaliteitsplan oeververbinding Krimpen-Ridderkerk, Hogeschool Rotterdam en Goudappel Coffeng, Bijlagenrapport oeververbinding Krimpen-Ridderkerk, Hogeschool Rotterdam en Goudappel Coffeng, 2011 Of neem contact op met: Nick Juffermans (Adviseur Verkeer en Ruimte) T +31 (0) M +31 (0) E njuffermans@goudappel.nl 1

4 Aanpak De realisatie van infrastructuur volgt een lange weg van analyse, inspraak en ontwerp. Daarin worden veel keuzes gemaakt. Een beeldkwaliteitsplan biedt voor de mogelijke oeververbinding tussen Krimpen aan den IJssel en Ridderkerk inzicht in de keuze voor een specifiek tracé. In dit plan zijn zowel verkeerskundige effecten als ruimtelijke effecten verkend en beoordeeld. De uiteindelijke beeldkwaliteit geeft dan ook goed weer wat een dergelijk tracé in zijn omgeving teweegbrengt en biedt daarmee de basis voor verder onderzoeken naar de wenselijkheid van de oeververbinding. 2

5 Analyse ruimte Oude havengebieden, bijvoorbeeld Stadshavens worden getransformeerd tot woon- en werkmilieus. Het bedrijventerrein Stormpolder in Krimpen aan den IJssel is één van die locaties waar een transformatie wenselijk is. Naast een transformatie tot woonlocatie ziet de Stadsregio ook kansen voor landelijk wonen in een cultuurhistorisch landschap buiten de gemeente Rotterdam. 3

6 Analyse verkeer Rond de motorvoertuigen per etmaal maken gebruik van de nieuwe oeververbinding. Dit ontlast de Algerabrug aanzienlijk, echter op de Brienenoordbrug blijven afwikkelingsproblemen bestaan. Van de motorvoertuigen heeft slechts 1/3e deel een herkomst/bestemming richting Gouda of de Drechtsteden. De oeververbinding is dus vooral belangrijk als lokale verbinding. Desalnietemin kan deze ook dienen als regionale verbinding tussen de A15 en N210. 4

7 Oeververbinding (de (v.)) verbinding van de oevers van een water, waarbij de samenhang tussen oevers wordt verbeterd: een vaste oeververbinding, een brug over of een tunnel onder het water. 5

8 Drie oplossingsrichtingen INVESTEREN IN KANSEN In deze oplossingsrichting wordt een veerpont gerealiseerd tussen Krimpen aan den IJssel en Ridderkerk. Deze veerpont kan een deel van de vervoersspanning tussen Krimpen en Ridderkerk faciliteren. Echter de capaciteit van de veerpont is niet zodanig dat dit een significant effect heeft op de afwikkelingskwaliteit op de Brienenoord- en Algeracorridor. Voor de fietsers wordt een fietsbrug gerealiseerd. Deze verbindt de verschillende recreatiegebieden aan weerszijden van de Nieuwe Maas met elkaar. Ook is er ruimtelijke ontwikkeling van de rivieroevers waarbij wordt ingezet op landelijk wonen. Gedacht kan worden aan woningen die goed aansluiten op de groene omgeving. Deze ontwikkelingen dienen de kosten te dragen van de fietsverbinding die wordt gerealiseerd. Het aantal woningen dat gerealiseerd wordt nabij de fietsbrug blijft zo klein mogelijk, om zo de huidige situatie zo veel mogelijk te handhaven. 6

9 7

10 BEHOUDEND TOEVOEGEN In deze oplossingsrichting wordt een lokale oeververbinding gerealiseerd. De lokale brug bevat een profiel van 2x1 rijstroken en een vrijliggend fietspad. De brug sluit aan op de Noord in Krimpen a/d IJssel en de Beneden Rijweg in Ridderkerk. Met de komst van de oeververbinding wordt de Brienenoord- en Algeracorridor enigszins ontlast. Het openbaar vervoer wordt verstevigd, door een uitbreiding van de waterbusverbinding en busaansluitingen op station Alexander en Stadionpark. Een gedeelte van Stormpolder wordt ontwikkeld en ook het bedrijventerrein De Zaag wordt herontwikkeld. De rivieroever bij Ridderkerk wordt ook ontwikkeld. De woongebieden hebben een landelijk woonmilieu met lage dichtheden. Hierdoor is er meer ruimte voor natuur, en wordt er ingezet op de kleine groei binnen de gemeenten. De recreatiegebieden tussen de ontwikkellocaties hebben een groen karakter en vormen zo kleine schiereilanden. 8

11 9

12 KANSEN GRIJPEN EN VERSTERKEN De regionale oeververbinding sluit in Ridderkerk aan op de A38 en in Krimpen a/d IJssel op de N210. De brug heeft een profiel van 2x2 rijstroken en een vrijliggend fietspad. Het fietspad wordt ter hoogte van de Tiendweg aangesloten op het fietspad richting Krimpen en sluit dus niet aan op de N210 en A38. Naast het autoverkeer zullen er ook busverbindingen gebruik maken van de oeververbinding. Door de komst van de oeververbinding kan de gehele Stormpolder worden ontwikkeld volgens de visies van verschillende actoren. Ook de ontwikkelingen in de haven van Ridderkerk kunnen gekoppeld worden aan de oeververbinding. Alle bebouwing aan de Lekdijk wordt gesloopt, zodat er een groene zone kan worden gecreëerd. Het recreatieve gebied in Krimpenerwaard krijgt een toeristische functie. De natuurgebieden Krimpenerwaard en Hoeksche Waard worden door de oeververbinding aan elkaar vastgeknoopt. 10

13 11

14 12

15 Conclusie Eindbalans Herontwerp Brienenoord- en Algeracorridor, Rotterdam Vooruit: Een verdiepingsslag is gewenst zonder daarbij een een voorkeursbeslissing te nemen. Daarbijdient in ieder geval aandacht te worden besteed aan: een locatie onderzoek voor de mogelijke oeververbindingen met daarin kansen, ruimtelijke en nautische beperkingen en de samenhang met andere ontwikkelingen. Tevens dient ook een uitwerking of globaal ontwerp te worden gemaakt van aansluitende wegen en knooppunten en de toetsing van verkeerseffecten. Beeldkwaliteitsplan oeververbinding Krimpen-Ridderkerk, Goudappel: De conceptuele visie die is neergelegd in het beeldkwaliteitsplan kan verder worden uitgediept. De verschillende oplossingsrichtingen kunnen gecombineerd worden met huidige plannen en er kan een extra verdiepingsslag worden gemaakt in de uitwerking van de ruimtelijke kansen en kunnen de verkeerseffecten getoetst worden met eventuele maatregelen. Ook de haalbaarheid van de verschillende ideeën, zoals de ferry terminal in het beeldkwaliteitsplan kan worden getoetst. 13

16