Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "http://eur-lex.europa.eu/lexuriserv/lexuriserv.do?uri=celex:3199..."

Transcriptie

1 1 van :40 Beheerd door Avis het juridique Publicatiebureau important 31996L0049 Richtlijn 96/49/EG van de Raad van 23 juli 1996 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor Publicatieblad Nr. L 235 van 17/09/1996 blz L /10/1998 blz RICHTLIJN 96/49/EG VAN DE RAAD van 23 juli 1996 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 75, Gezien het voorstel van de Commissie (1), Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (2), Volgens de procedure van artikel 189 C van het Verdrag (3), (1) Overwegende dat het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor in de laatste jaren aanzienlijk is toegenomen en de kans op ongevallen daardoor is gestegen, en dat derhalve maatregelen moeten worden genomen om ervoor te zorgen dat dit vervoer plaatsvindt onder optimale veiligheidsvoorwaarden; (2) Overwegende dat alle Lid-Staten partij zijn bij het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (Cotif), waarbij de uniforme regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van goederen (CIM) zijn neergelegd in aanhangsel B, waarvan bijlage I wordt gevormd door het reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID), dat zich qua werkingssfeer tot buiten de Gemeenschap uitstrekt; (3) Overwegende dat het bovengenoemde verdrag geen betrekking heeft op het binnenlandse vervoer van gevaarlijke goederen per spoor; dat de uniforme toepassing van geharmoniseerde veiligheidsvoorschriften in de gehele Gemeenschap derhalve van belang is; dat dit het best kan worden bereikt door de wetgevingen van de Lid-Staten met het RID op één lijn te brengen; (4) Overwegende dat, met eerbiediging van het subsidiariteitsbeginsel, de wetgevingen onderling moeten worden aangepast teneinde een voldoende hoog veiligheidsniveau voor het binnenlandse en het internationale vervoer te waarborgen, de opheffing van concurrentieverstoringen te bewerkstelligen door het vergemakkelijken van het vrije verkeer van goederen en diensten in de gehele Gemeenschap, en voor samenhang met de andere communautaire bepalingen te zorgen; (5) Overwegende dat de bepalingen van de onderhavige richtlijn de door de Gemeenschap en de Lid-Staten in het kader van Agenda 21, hoofdstuk 19, van de Unced-conferentie te Rio de Janeiro in juni 1992 aangegane verbintenis om te streven naar een harmonisatie van de indelingssystemen voor gevaarlijke stoffen, onverlet laten; (6) Overwegende dat er nog geen specifieke communautaire wetgeving bestaat inzake de veiligheidsvoorwaarden voor het vervoer per spoor van biologische agentia en genetisch gemodificeerde organismen, ten aanzien waarvan een regeling is vastgesteld in de Richtlijnen 90/219/EEG (4), 90/220/EEG (5) en 90/679/EEG (6); (7) Overwegende dat de bepalingen van deze richtlijn van toepassing zijn onverminderd de toepassing van andere communautaire bepalingen op het gebied van de veiligheid van de werknemers en de bescherming van het milieu; (8) Overwegende dat de Lid-Staten bijzondere voorschriften moeten kunnen toepassen op het vervoer, over hun grondgebied, van gevaarlijke stoffen per spoor; (9) Overwegende dat de Lid-Staten het recht moeten behouden om ten aanzien van het binnenlandse vervoer van gevaarlijke goederen per spoor voorlopig voorschriften toe te passen die beantwoorden aan de aanbevelingen van de Verenigde Naties voor het gecombineerde vervoer van gevaarlijke goederen, voor zover het RID nog niet overeenstemt met deze voorschriften die het gecombineerde vervoer van gevaarlijke goederen horen te vergemakkelijken; (10) Overwegende dat elke Lid-Staat het recht moet behouden om het binnenlandse vervoer van bepaalde gevaarlijke goederen per spoor te reguleren of te verbieden, uitsluitend om andere redenen dan de veiligheid;

2 2 van :40 (11) Overwegende dat rekening moet worden gehouden met de strengere veiligheidsvoorschriften die in de Kanaaltunnel gelden in verband met de bijzondere eigenschappen daarvan, met name het traject en de lengte van de tunnel, en dat de Lid-Staten in vergelijkbare toekomstige situaties vergelijkbare maatregelen moeten kunnen treffen; dat sommige Lid-Staten wegens de omgevingstemperatuur strengere normen inzake het voor het vervoer bestemde materieel moeten kunnen opleggen; (12) Overwegende dat er, om rekening te houden met de omvang van de in deze sector vereiste investeringen, een overgangsperiode moet worden bepaald zodat de Lid-Staten tijdelijk sommige specifieke nationale bepalingen betreffende de voorwaarden voor de bouw of het gebruik van tanks, houders, verpakkingen of van een noodmaatregelcode kunnen handhaven; (13) Overwegende dat de toepassing van nieuwe ontwikkelingen in technologie en industrie niet mag worden belemmerd en dat daartoe in tijdelijke afwijkingen moet worden voorzien; (14) Overwegende dat de bepalingen van het RID toestaan overeenkomsten te sluiten waarbij van het RID wordt afgeweken en dat het grote aantal overeenkomsten van deze soort tussen Lid-Staten tot verstoringen in het vrij verstrekken van vervoersdiensten met betrekking tot gevaarlijke goederen leidt; dat door de opneming van de nodige bepalingen in de bijlagen bij deze richtlijn dergelijke afwijkingen overbodig kunnen worden gemaakt; dat in een overgangsperiode dient te worden voorzien gedurende welke bestaande overeenkomsten verder door de Lid-Staten mogen worden toegepast; (15) Overwegende dat het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor van en naar een derde land is toegestaan voor zover dit plaatsvindt overeenkomstig de RID-bepalingen; dat de Lid-Staten evenwel wat betreft vervoer van en naar republieken van de voormalige Sovjetunie die geen partij zijn bij het Cotif, het recht hebben passende maatregelen te treffen om een zelfde veiligheidsniveau als dat van het RID te garanderen; (16) Overwegende dat deze richtlijn snel aan de technische vooruitgang moet kunnen worden aangepast, met name door in het RID vastgestelde nieuwe bepalingen aan te nemen; dat te dien einde een comité moet worden ingesteld en een procedure moet worden vastgesteld voor nauwe samenwerking tussen de Lid-Staten en de Commissie in dit comité, HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD: HOOFDSTUK I Toepassingsgebied Artikel 1 1. Deze richtlijn is van toepassing op het vervoer per spoor van gevaarlijke goederen binnen of tussen de Lid-Staten. De Lid-Staten kunnen echter het vervoer van gevaarlijke goederen met transportmaterieel dat eigendom is of onder de verantwoordelijkheid valt van de strijdkrachten, uitsluiten van het toepassingsgebied van de richtlijn. 2. De bepalingen van deze richtlijn raken geenszins aan het recht van de Lid-Staten om, met inachtneming van het Gemeenschapsrecht en voor zover de bijlage van deze richtlijn geen voorschriften bevat met betrekking tot de betrokken gebieden, specifieke eisen inzake veiligheid voor het nationale of internationale goederenvervoer per spoor vast te stellen, met name wat betreft: - het treinverkeer, - de planning van goederenwagens in treinen in het nationale verkeer, - de exploitatieregels voor de nevenoperaties van het vervoer, zoals het rangeren of stationeren, - de opleiding van het personeel en het beheer van de informatie betreffende de vervoerde gevaarlijke goederen, - de bijzondere regels betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen in passagierstreinen. Artikel 2 In deze richtlijn wordt verstaan onder: - "RID", het reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen, dat als bijlage I is opgenomen in aanhangsel B van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (Cotif), met inbegrip van de wijzigingen; - "CIM", de uniforme regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van goederen, opgenomen in aanhangsel B bij het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (Cotif), met inbegrip van de wijzigingen; - "gevaarlijke goederen", de stoffen en voorwerpen waarvan het vervoer per spoor krachtens de bijlage bij deze richtlijn verboden is of slechts onder bepaalde voorwaarden is toegestaan; - "vervoer": ieder onder de bijlage bij deze richtlijn vallend vervoer van gevaarlijke goederen per spoor dat geheel of gedeeltelijk plaatsvindt op het grondgebied van een Lid-Staat, met inbegrip van het laden en lossen, alsmede het overladen naar en van een andere vervoerwijze en de in verband met de vervoersvoorwaarden noodzakelijke onderbrekingen van het vervoer, onverminderd de bij de wetgevingen van de Lid-Staten voorgeschreven regeling betreffende de uit deze verrichtingen voortvloeiende verantwoordelijkheid; vervoer dat volledig binnen het terrein van een bedrijf plaatsvindt,

3 3 van :40 valt niet onder deze definitie. Artikel 3 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 6 mogen gevaarlijke goederen waarvan het vervoer krachtens de bepalingen van de bijlage bij deze richtlijn is verboden, niet per spoor worden vervoerd. 2. Tenzij in deze richtlijn anders bepaald en onverminderd de regelgeving inzake de toegang van spoorwegondernemingen tot de markt of de regelgeving die in het algemeen op het goederenvervoer per spoor van toepassing is, is het vervoer per spoor van gevaarlijke goederen toegestaan, mits wordt voldaan aan de in de bijlage genoemde voorwaarden. HOOFDSTUK II Afwijkingen, beperkingen en ontheffingen Artikel 4 Iedere Lid-Staat mag voor binnenlands vervoer per spoor op zijn grondgebied de bestaande nationale wettelijke bepalingen inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor, die in overeenstemming zijn met de aanbevelingen van de Verenigde Naties voor het vervoer van gevaarlijke goederen, blijven toepassen totdat de bijlage bij deze richtlijn aan voornoemde aanbevelingen wordt aangepast. Wanneer een Lid-Staat van deze mogelijkheid gebruik maakt, stelt hij de Commissie daarvan in kennis. Artikel 5 1. Onverminderd andere communautaire wetgeving behoudt iedere Lid-Staat het recht om, uitsluitend om andere redenen dan de vervoersveiligheid, zoals met name nationale veiligheid of milieubescherming, het vervoer van bepaalde gevaarlijke goederen op zijn grondgebied te reguleren of te verbieden. 2. a) Voor het vervoer via de Kanaaltunnel mogen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk strengere bepalingen vaststellen dan die waarin de bijlage voorziet. Deze bepalingen worden meegedeeld aan de Commissie, die de andere Lid-Staten ervan in kennis stelt. b) Als een Lid-Staat van mening is dat strengere bepalingen moeten gelden voor het vervoer dat op zijn grondgebied via tunnels met soortgelijke kenmerken als de Kanaaltunnel plaatsvindt, deelt hij dit aan de Commissie mee. De Commissie besluit volgens de procedure van artikel 9 of de tunnel in kwestie vergelijkbare kenmerken vertoont. De door een Lid-Staat vastgestelde bepalingen worden meegedeeld aan de Commissie, die de andere Lid-Staten ervan in kennis stelt. c) De Lid-Staten waar de omgevingstemperatuur regelmatig lager is dan -20 C, mogen strengere normen opleggen op het gebied van de bedrijfstemperatuur van het materieel dat bestemd is voor het nationale vervoer van gevaarlijke goederen per spoor op hun grondgebied, totdat in de bijlage van deze richtlijn bepalingen betreffende passende referentietemperaturen voor welbepaalde klimaatzones zijn opgenomen. 3. Wanneer een Lid-Staat naar aanleiding van een ongeluk of een incident van oordeel is dat de geldende veiligheidsvoorschriften kunnen worden verbeterd om de aan het vervoer verbonden risico's verder te beperken en wanneer er een dringende noodzaak bestaat om maatregelen te treffen, stelt hij de Commissie in het stadium van voorbereiding in kennis van de voorgenomen maatregelen. Overeenkomstig de procedure van artikel 9 beoordeelt de Commissie of voor de tenuitvoerlegging van voornoemde maatregelen toestemming moet worden verleend en gedurende welke periode deze maatregelen mogen worden toegepast. 4. De Lid-Staten mogen alle op 31 december 1996 geldende nationale bepalingen handhaven met betrekking tot het vervoer en de verpakking van stoffen die dioxine of furanen bevatten. Artikel 6 1. Iedere Lid-Staat kan het vervoer per spoor van overeenkomstig de internationale voorschriften inzake vervoer over zee of door de lucht ingedeelde, verpakte en gekenmerkte gevaarlijke goederen op zijn grondgebied toestaan wanneer het vervoer ook een traject over zee of door de lucht omvat. Wanneer bij een nationaal of internationaal traject vervoer over zee plaatsvindt, kunnen de Lid-Staten bepalingen toepassen als aanvulling op de bijlage, teneinde rekening te houden met de internationale regels voor het vervoer over zee, met inbegrip van de internationale regels voor het vervoer per veerboot. 2. De bepalingen in de bijlage die betrekking hebben op de vorm van de vervoersdocumenten en op het gebruik van talen in aanduidingen en documenten, gelden niet voor vervoer dat beperkt blijft tot het grondgebied van één enkele Lid-Staat. De Lid-Staten kunnen het gebruik van andere dan de in de bijlage genoemde talen toestaan voor vervoer op hun grondgebied. 3. Iedere Lid-Staat kan uitsluitend op zijn grondgebied het gebruik toestaan van vóór 1 januari 1997 gebouwde spoorwagons die niet aan deze richtlijn voldoen, maar waarvan de constructie in overeenstemming is met de tot en met 31 december 1996 geldende nationale bepalingen, mits deze wagons op het vereiste veiligheidsniveau worden gehouden. 4. Iedere Lid-Staat kan de tot en met 31 december 1996 geldende nationale bepalingen inzake de constructie, het gebruik en de voorwaarden voor het vervoer van nieuwe tanks en nieuwe houders, in

4 4 van :40 de zin van klasse 2 van de bijlage bij deze richtlijn, die verschillen van de bepalingen van de bijlage, handhaven totdat verwijzingen naar normen voor de constructie en het gebruik van tanks en houders worden opgenomen in de bijlage met een even bindend karakter als reeds daarin vervatte bepalingen, en uiterlijk tot en met 31 december Vóór 1 januari 1999 vervaardigde tanks en houders die zodanig worden onderhouden dat de vereiste veiligheidsniveaus in acht worden genomen, mogen onder de oorspronkelijke voorwaarden in gebruik blijven. 5. Iedere Lid-Staat mag ten aanzien van de referentietemperatuur voor het vervoer op zijn grondgebied van vloeibaar gas of mengsels daarvan andere nationale bepalingen handhaven dan die welke in de bijlage zijn opgenomen, totdat er bepalingen betreffende passende referentietemperaturen voor welbepaalde klimaatzones zijn opgenomen in de Europese normen en daarnaar in de bijlage wordt verwezen. 6. Iedere Lid-Staat kan voor vervoer op zijn grondgebied het gebruik van vóór 1 januari 1997 vervaardigde doch niet overeenkomstig de RID-bepalingen gecertificeerde verpakkingen toestaan, mits op de verpakking de fabricagedatum is aangebracht, de verpakking de desbetreffende tests zou kunnen doorstaan waarin was voorzien in de tot en met 31 december 1996 geldende nationale bepalingen, en alle verpakkingen van dat type zodanig worden onderhouden dat de desbetreffende veiligheidsniveaus in acht worden genomen (waarbij zij waar nodig moeten worden getest en geïnspecteerd), overeenkomstig het volgende tijdschema: metalen transportcontainers voor bulkgoederen en metalen vaten met een inhoud van meer dan 50 liter: gedurende een periode van maximaal 15 jaar vanaf de fabricagedatum; andere metalen verpakkingen en alle plastic verpakkingen: gedurende een periode van maximaal vijf jaar vanaf de fabricagedatum, doch uiterlijk tot en met 31 december Iedere Lid-Staat kan tot en met 31 december 1998 het vervoer op zijn grondgebied van sommige vóór 1 januari 1997 verpakte gevaarlijke goederen toestaan, mits die goederen ingedeeld, verpakt en gekenmerkt zijn overeenkomstig de eisen van de vóór 1 januari 1997 geldende nationale bepalingen. 8. Iedere Lid-Staat kan voor nationaal vervoer per spoor op zijn grondgebied de voorschriften van zijn tot en met 31 december 1996 geldende nationale wetgeving handhaven met betrekking tot het aanbrengen van een noodmaatregelcode, in plaats van het gevaar-identificatienummer volgens de bijlage bij deze richtlijn. 9. Iedere Lid-Staat kan, na raadpleging van de Commissie, voor het vervoer per spoor van kleine hoeveelheden van bepaalde gevaarlijke goederen op zijn grondgebied, met uitzondering van middel- en hoogradioactieve stoffen, minder strenge bepalingen handhaven dan die welke in de bijlage zijn opgenomen. 10. Iedere Lid-Staat kan toestemming geven voor eenmalig vervoer op zijn grondgebied van gevaarlijke goederen of voor vervoer dat verboden is op grond van de bijlage dan wel vervoer dat wordt uitgevoerd onder voorwaarden die verschillen van die in de bijlage. 11. Mits het Gemeenschapsrecht wordt nageleefd, laat deze richtlijn het recht van de Lid-Staten onverlet om na raadpleging van de Commissie toestemming te verlenen om op welbepaalde trajecten van hun grondgebied geregeld vervoer van gevaarlijke goederen te verrichten dat deel uitmaakt van een welbepaald industrieel proces, en dat verboden is op grond van de bepalingen van de bijlage dan wel wordt uitgevoerd onder voorwaarden die verschillen van die in bovengenoemde bijlage wanneer dit vervoer van lokale aard is en onder duidelijk omschreven voorwaarden streng wordt gecontroleerd. 12. Mits de veiligheid daar niet onder lijdt, kan iedere Lid-Staat toestemming verlenen voor tijdelijke afwijkingen van de bepalingen van de bijlage teneinde op zijn grondgebied proefnemingen te kunnen verrichten die nodig zijn om deze bepalingen te kunnen wijzigingen met het oog op de aanpassing ervan aan de technische en industriële ontwikkelingen. De Lid-Staat stelt de Commissie in kennis van de toegestane afwijkingen. De Commissie stelt de andere Lid-Staten van die afwijkingen in kennis. De door de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staten op basis van de bijlage overeengekomen tijdelijke afwijkingen moeten in de vorm van een multilaterale overeenkomst aan de bevoegde autoriteiten van alle Lid-Staten worden voorgelegd door de bevoegde autoriteit die het initiatief tot de overeenkomst neemt. De Commissie wordt daarvan in kennis gesteld. Alle in de eerste twee alinea's bedoelde afwijkingen worden toegepast zonder dat daarbij onderscheid wordt gemaakt naar nationaliteit of vestigingsplaats van de verzender, de vervoerder of de ontvanger, hebben een looptijd van maximaal vijf jaar en zijn niet hernieuwbaar. 13. Iedere Lid-Staat kan uiterlijk tot en met 31 december 1998 bestaande overeenkomsten met andere Lid-Staten blijven toepassen, mits daarbij geen onderscheid naar nationaliteit of vestigingsplaats van de afzender, de vervoerder of de geadresseerde wordt gemaakt. Alle toekomstige afwijkingen moeten voldoen aan lid 12. (14) Onverminderd het Gemeenschapsrecht tast deze richtlijn niet het recht van de Lid-Staten aan om na raadpleging van de Commissie toe te staan dat voor het lokaal vervoer van gevaarlijke goederen over korte afstand binnen haven- of luchthavengebieden of industrieterreinen minder strenge voorschriften gelden dan die in de bijlage. Artikel 7

5 5 van :40 1. Behoudens nationale of communautaire bepalingen inzake de toegang tot de markt, is het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor tussen het grondgebied van de Gemeenschap en derde landen toegestaan, indien het in overeenstemming is met de voorschriften van het RID. 2. Deze richtlijn laat het recht van de Lid-Staten onverlet om voor hun grondgebied, na kennisgeving aan de Commissie, regelingen vast te stellen met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor van en naar de republieken van de voormalige Sovjetunie die geen partij zijn bij het Cotif. Deze regelingen gelden alleen voor in een niet-cotif-staat toegelaten vervoer met spoorwegwagons van gevaarlijke goederen (in colli, in bulk of in containers). Door passende maatregelen en voorschriften garanderen de Lid-Staten de handhaving van een zelfde veiligheidsniveau als dat van het RID. Voor bepaalde Lid-Staten gelden de in dit lid bedoelde bepalingen alleen voor ketelwagens. HOOFDSTUK III Slotbepalingen Artikel 8 De wijzigingen die nodig zijn om de bijlage aan te passen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang op de door deze richtlijn bestreken gebieden, met name teneinde rekening te houden met wijzigingen van het RID, worden vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 9. Artikel 9 1. De Commissie wordt bijgestaan door het Comité voor het vervoer van gevaarlijke goederen, ingesteld bij artikel 9 van Richtlijn 94/55/EG (7), hierna "comité" te noemen, bestaande uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Commissie. 2. De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt over dit ontwerp advies uit binnen een termijn die de voorzitter kan bepalen naar gelang van de urgentie van het vraagstuk. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel. 3. a) De Commissie stelt de beoogde maatregelen vast wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het comité. b) Wanneer de beoogde maatregelen niet in overeenstemming zijn met het advies van het comité of indien geen advies is uitgebracht, dient de Commissie onverwijld bij de Raad een voorstel in betreffende de te nemen maatregelen. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Indien de Raad na verloop van een termijn van drie maanden na de indiening van het voorstel bij de Raad geen besluit heeft genomen, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld. Artikel De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om vóór 1 januari 1997 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis. Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten. 2. De Lid-Staten delen de Commissie de tekst van de bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen. Artikel 11 Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Artikel 12 Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten. Gedaan te Brussel, 23 juli Voor de Raad De Voorzitter I. YATES (1) PB nr. C 389 van , blz. 15, en gewijzigd voorstel, ingediend op 3 oktober 1995 (nog niet verschenen in het Publikatieblad). (2) PB nr. C 236 van , blz. 36. (3) Advies van het Europees Parlement van 13 juli 1995 (PB nr. C 249 van , blz. 138), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 8 december 1995 (PB nr. C 356 van , blz. 34) en besluit van het Europees Parlement van 16 april 1996 (PB nr. C 141 van , blz. 51). (4) PB nr. L 117 van , blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 94/51/EG van de Commissie (PB

6 6 van :40 nr. L 297 van , blz. 29). (5) PB nr. L 117 van , blz. 15. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 94/15/EG van de Commissie (PB nr. L 103 van , blz. 20). (6) PB nr. L 374 van , blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 95/30/EG van de Commissie (PB nr. L 155 van , blz. 41). (7) PB nr. L 319 van , blz. 7. Bijlagen A en B bij Richtlijn 96/49/EG van de Raad(1), zoals aangekondigd in Richtlijn 2001/6/EG van de Commissie(2) houdende derde aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 96/49/EG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor(3) Deel 1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN HOOFDSTUK 1.1 Toepassingsgebied en toepasbaarheid Structuur De bijlage van deze richtlijn is onderverdeeld in zeven delen; elk deel is onderverdeeld in hoofdstukken, en elk hoofdstuk in secties en subsecties. Binnen elk deel is het cijfer van het deel een bestanddeel van het nummer van de hoofdstukken, secties en subsecties; bijv. het nummer van deel 4, hoofdstuk 2, sectie 1 is "4.2.1" Toepassingsgebied Met het oog op artikel 3 van deze richtlijn worden in de bijlage vastgesteld: a) de gevaarlijke goederen die van het vervoer zijn uitgesloten; b) de gevaarlijke goederen waarvan het vervoer is toegestaan en de voorschriften die voor deze goederen gelden (met inbegrip van de vrijstellingen), in het bijzonder met betrekking tot: - de indeling (classificatie) van de goederen, met inbegrip van de criteria voor de indeling en de daarbij behorende beproevingsmethoden; - het gebruik van verpakkingen (met inbegrip van gezamenlijke verpakking); - het gebruik van tanks (met inbegrip van het vullen daarvan); - de procedures voor de verzending (met inbegrip van de kenmerking en etikettering van colli en vervoermiddelen, alsmede de documentatie en voorgeschreven aanduidingen en vermeldingen); - de voorschriften voor de constructie, de beproeving en de toelating van verpakkingen en tanks. - het gebruik van vervoermiddelen (met inbegrip van de belading, het samenladen en het lossen); Vrijstellingen Vrijstellingen die samenhangen met de aard van het vervoersproces De voorschriften van deze richtlijn zijn niet van toepassing op: a) vervoer van gevaarlijke goederen, verricht door particulieren, indien deze goederen zijn verpakt voor de verkoop in de detailhandel en zijn bestemd voor hun persoonlijk of huishoudelijk gebruik dan wel voor recreatie- of sportactiviteiten; b) vervoer van in deze richtlijn niet nader aangeduide machines of materieel die gevaarlijke goederen bevatten in inwendige onderdelen of in voor de werking ervan benodigde onderdelen; c) vervoer, verricht door ondernemingen, dat ondergeschikt is aan hun hoofdbedrijfsactiviteit, zoals leveringen aan bouwplaatsen, of in verband met metingen, reparaties of onderhoud, in hoeveelheden van ten hoogste 450 liter per verpakking en met inachtneming van de hierna genoemde hoogst toelaatbare hoeveelheden: In de bovenstaande tabel wordt onder "hoogst toelaatbare totale hoeveelheid per wagen" verstaan: - voor voorwerpen, de bruto massa in kilogrammen (voor voorwerpen van klasse 1 de netto massa van de ontplofbare stof in kg); - voor vaste stoffen, vloeibaar gemaakte gassen, sterk gekoelde, vloeibaar gemaakte gassen en onder druk opgeloste gassen, de netto massa in kilogrammen; - voor vloeistoffen en samengeperste gassen, de nominale inhoud van houders (zie definitie in 1.2.1) in liters. Indien gevaarlijke goederen die behoren tot verschillende vervoerscategorieën, zoals vastgesteld in de tabel, in dezelfde wagen worden vervoerd, mag de som van - de hoeveelheid stoffen en voorwerpen van vervoerscategorie 1, vermenigvuldigd met 50,

7 7 van :40 - de hoeveelheid van de in voetnoot a) bij de tabel opgesomde stoffen en voorwerpen van vervoerscategorie 1, vermenigvuldigd met 20, - de hoeveelheid stoffen en voorwerpen van vervoerscategorie 2, vermenigvuldigd met 3, en - de hoeveelheid stoffen en voorwerpen van vervoerscategorie 3, 1000 niet overschrijden. Voor de toepassing van deze voorschriften wordt geen rekening gehouden met gevaarlijke goederen die overeenkomstig t/m vrijgesteld zijn. Deze vrijstelling geldt echter niet voor vervoer, door bedoelde ondernemingen verricht ten behoeve van hun eigen toelevering of externe dan wel interne distributie. d) vervoer, uitgevoerd door of onder toezicht van hulpdiensten; e) vervoer in noodgevallen, bedoeld om mensenlevens te redden of ter bescherming van het milieu, mits alle maatregelen zijn genomen om ervoor zorg te dragen dat dit vervoer volkomen veilig geschiedt. Voor radioactieve stoffen, zie Vrijstellingen in samenhang met het vervoer van gassen De voorschriften van deze richtlijn zijn niet van toepassing op het vervoer van: a) gassen in reservoirs van vervoermiddelen, die dienen voor de voortbeweging daarvan of voor de werking van hun bijzondere uitrusting (bijv. koelinrichtingen); b) gassen in brandstofreservoirs van vervoerde voertuigen; de brandstofkraan tussen het brandstofreservoir en de motor moet gesloten zijn en het elektrisch contact moet onderbroken zijn; c) gassen van groepen A en O (overeenkomstig ), waarvan de druk in de houder of het reservoir bij 15 C ten hoogste 200 kpa (2 bar) bedraagt, en die tijdens het vervoer volledig gasvormig blijven; dit geldt voor elke soort van houder of reservoir, bijv. ook voor diverse onderdelen van machines en apparaten; d) gassen in de uitrusting die dient voor het functioneren van het voertuig (bijv. brandblusapparaten of opgepompte luchtbanden, ook als reserveonderdelen en als vervoerde lading); e) gassen in de bijzondere uitrusting van wagens, welke nodig zijn voor het functioneren van deze bijzondere uitrusting tijdens het vervoer (koelapparaten, visreservoirs, verwarmingsapparaten, enz.) alsmede reservehouders voor dergelijke uitrusting en ongereinigde lege wisselhouders, die in dezelfde wagen worden vervoerd; f) ongereinigde lege stationaire drukhouders, die vervoerd worden onder voorwaarde dat zij hermetisch gesloten zijn; g) gassen in voedingsmiddelen of dranken Vrijstellingen in samenhang met het vervoer van vloeibare brandstoffen De voorschriften van deze richtlijn zijn niet van toepassing op het vervoer van brandstof in reservoirs van vervoermiddelen, die dient voor de voortbeweging daarvan of voor de werking van hun bijzondere uitrusting (bijv. koelinrichtingen). Bij motorfietsen of fietsen met hulpmotor moet de afsluitkraan, die zich bevindt tussen de motor en het reservoir, indien daarin brandstof aanwezig is, tijdens het vervoer zijn gesloten; deze motorfietsen en fietsen met hulpmotor moeten bovendien rechtopstaand worden geladen, en wel zodanig, dat omvallen is uitgesloten Vrijstellingen in samenhang met bijzondere bepalingen of met gevaarlijke goederen, verpakt in gelimiteerde hoeveelheden Het vervoer van bepaalde gevaarlijke goederen wordt door bepaalde bijzondere bepalingen van hoofdstuk 3.3 gedeeltelijk of geheel van de voorschriften van deze richtlijn vrijgesteld. Deze vrijstelling is van toepassing indien bij de positie van de overeenkomstige gevaarlijke goederen in kolom (6) van hoofdstuk 3.2, tabel A, de bijzondere bepaling is opgenomen Bepaalde gevaarlijke goederen die verpakt zijn in gelimiteerde hoeveelheden, kunnen zijn onderworpen aan vrijstellingen, onder voorwaarde dat is voldaan aan de voorschriften van hoofdstuk 3.4. Voor radioactieve stoffen, zie Vrijstellingen in samenhang met ongereinigde lege verpakkingen Ongereinigde lege verpakkingen (met inbegrip van IBC's en grote verpakkingen), die stoffen van de klassen 2, 3, 4,1, 5,1, 6,1, 8 en 9 hebben bevat, zijn niet onderworpen aan de voorschriften van deze richtlijn, indien geschikte maatregelen zijn genomen, om mogelijke gevaren uit te sluiten. Deze gevaren zijn uitgesloten indien geschikte maatregelen zijn genomen om alle gevaren van de klassen 1 t/m 9 op te heffen.

8 8 van : Toepasbaarheid van andere voorschriften Algemeen De invoer van gevaarlijke goederen op het grondgebied van een lidstaat kan zijn onderworpen aan voorschriften of verbodsbepalingen die zijn uitgevaardigd om andere redenen dan de veiligheid tijdens het vervoer. Deze voorschriften of verbodsbepalingen moeten op passende wijze worden bekend gemaakt Vervoer in een transportketen die vervoer over zee of door de lucht omvat Colli, containers, transporttanks en tankcontainers, - alsmede wagens die een wagenlading colli met één en hetzelfde goed bevatten -, die niet volledig voldoen aan de voorschriften van deze richtlijn wat betreft de verpakking, gezamenlijke verpakking, kenmerking en etikettering van colli of het aanbrengen van grote etiketten en oranje kenmerking, doch die wel voldoen aan de voorschriften van de IMDG Code of de Technische Instructies van de ICAO, mogen, voor zover de transportketen vervoer over zee of door de lucht omvat, onder de volgende voorwaarden worden vervoerd: a) De colli moeten, voor zover de kenmerking en gevaarsetiketten niet voldoen aan deze richtlijn, volgens de voorschriften van de IMDG Code of de Technische Instructies van de ICAO van kenmerking en gevaarsetiketten zijn voorzien; b) Op de gezamenlijke verpakking in een collo zijn de voorschriften van de IMDG Code of de Technische Instructies van de ICAO van toepassing; c) Bij vervoer in een transportketen die vervoer over zee omsluit, moeten de containers, transporttanks en tankcontainers, - alsmede de wagens die een wagenlading colli met één en hetzelfde goed bevatten -, conform hoofdstuk 5.3 van de IMDG Code zijn voorzien van grote etiketten en kenmerking, voor zover zij niet conform hoofdstuk 5.3 van deze bijlage van grote etiketten en een oranje kenmerking zijn voorzien. Bij ongereinigde, lege transporttanks en tankcontainers geldt deze bepaling ook voor het aansluitend vervoer naar een reinigingsbedrijf. Deze afwijking geldt niet voor goederen die volgens het bepaalde in de klassen 1 t/m 8 van deze richtlijn wel als gevaarlijk zijn ingedeeld, maar die volgens de voorschriften van de IMDG Code of de Technische Instructies van de ICAO niet als gevaarlijk worden beschouwd. Voor de aanduiding in de vrachtbrief, zie ; voor het containerbeladingscertificaat, zie Gebruik van transporttanks, toegelaten voor het zeevervoer Transporttanks die niet voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 6.7 of 6.8, maar die vóór 1 januari 2003 volgens de voorschriften (met inbegrip van de overgangsvoorschriften) van de IMDG Code (Amendement 29-98) gebouwd en toegelaten werden, mogen tot en met 31 december 2009 worden gebruikt, onder voorwaarde dat ze voldoen aan de toepasselijke keurings- en inspectievoorschriften van de IMDG Code (Amendement 29-28) en volledig voldaan wordt aan de in hoofdstuk 3.2, kolommen (12) en (13) van de IMDG Code (Amendement 30-00) aangegeven instructies. Na 31 december 2009 mogen ze verder worden gebruikt indien ze voldoen aan de toepasselijke keurings- en inspectievoorschriften van de IMDG Code, onder voorwaarde dat wordt voldaan aan de instructies in hoofdstuk 3.2, kolommen (10) en (11) en in hoofdstuk 4.2 van deze bijlage. Voor de aanduiding in de vrachtbrief, zie Gecombineerd rail/wegvervoer Het vervoer van gevaarlijke goederen is ook toegestaan in gecombineerd rail / wegvervoer, onder de navolgende voorwaarden: De voor gecombineerd rail/wegvervoer aangeboden wegvoertuigen alsmede de inhoud daarvan moeten voldoen aan de bepalingen van Richtlijn 94/55/EG(4), zoals gewijzigd bij Richtlijn 2001/7/EG(5). De volgende stoffen zijn echter niet toegelaten: - de ontplofbare stoffen van klasse 1, compatibiliteitsgroep A (UN-nummers 0074, 0113, 0114, 0129, 0130, 0135, 0224 en 0473); - de zelfontledende stoffen van klasse 4.1, waarvoor temperatuurbeheersing is vereist (UN-nummers 3231 t/m 3240); - de organische peroxiden van klasse 5.2, waarvoor temperatuurbeheersing is vereist (UN-nummers 3111 t/m 3120); - zwaveltrioxide van klasse 8 met een zuiverheid van ten minste 99,95 %, zonder inhibitor, vervoerd in tanks (UN 1829). Voor het aanbrengen van grote etiketten op draagwagens, gebruikt in het gecombineerde

9 9 van :40 rail/wegvervoer, zie Voor de aanduidingen in de vrachtbrief en de bij te voegen schriftelijke instructies volgens van bijlage A van Richtlijn 94/55/EG, zie Vervoer dat niet over de spoorweg plaatsvindt Indien een wagen, gebruikt voor het vervoer dat is onderworpen aan de voorschriften van deze richtlijn, een gedeelte van het traject niet over de spoorweg aflegt, dan zijn voor dit gedeelte van het vervoertraject uitsluitend de nationale of internationale voorschriften van toepassing, die eventueel van kracht zijn voor het vervoer van gevaarlijke goederen met de vervoertechniek, waarmee de wagen wordt vervoerd De betrokken lidstaten kunnen overeenkomen, dat voor het gedeelte van een traject, waarover een wagen anders dan per spoor wordt vervoerd, de voorschriften van deze richtlijn van toepassing zijn, die, voor zover noodzakelijk, met bijkomende voorschriften worden aangevuld, tenzij dergelijke overeenkomsten tussen de lidstaten strijdig zijn met de internationale overeenkomsten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen door de vervoertechniek, waarmee de wagen over dit gedeelte van het traject wordt vervoerd. HOOFDSTUK 1.2 Definities en meeteenheden Definities 1. In deze sectie zijn alle algemene en bijzondere definities opgenomen. 2. De in de definities van deze sectie voorkomende begrippen, die zelf ook zijn gedefinieerd, zijn cursief weergegeven. In deze richtlijn wordt verstaan onder: A ADR: Europese overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg. Deze overeenkomst omvat tevens de bijzondere regelingen die zijn ondertekend door alle bij het vervoer betrokken landen. Aërosol: zie Spuitbus Afneembare tank: een tank, die is aangepast aan de speciale inrichting van de wagen, en die van de wagen pas kan worden afgenomen na demontage van de bevestigingsmiddelen. Afvalstoffen: stoffen, oplossingen, mengsels of voorwerpen, die niet bestemd zijn voor direct gebruik, maar die worden vervoerd om te worden opgewerkt, gestort of vernietigd door middel van verbranding of andere verwerkingsmethoden. Afzender: de onderneming die voor zichzelf of voor derden gevaarlijke goederen verzendt. Indien het vervoer plaats vindt op grond van een vervoersovereenkomst, dan geldt als afzender de afzender volgens deze overeenkomst. B Batterijwagen: een wagen die uit elementen bestaat, die door een verzamelleiding met elkaar zijn verbonden en die duurzaam op een wagen zijn bevestigd. Als elementen van een batterijwagen worden beschouwd: flessen, grote cilinders, drukvaten en flessenbatterijen, alsmede tanks voor stoffen van klasse 2 met een inhoud van meer dan 450 liter. Bedrijfsuitrusting: a) van een tank: de laad- en losinrichtingen, de ontluchtings-, de veiligheids- en de verwarmingsinrichtingen, de warmtewerende of warmte-isolerende bescherming, alsmede de meetinstrumenten; Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. b) van de elementen van een batterijwagen of MEGC: de laad- en losinrichtingen, de verzamelleiding inbegrepen, de veiligheidsinrichtingen, alsmede de meetinstrumenten; c) van een IBC: de laad- en losinrichtingen en de eventuele drukontlastings-, veiligheids- en verwarmingsinrichtingen, de warmte-isolerende bescherming en de meetinstrumenten. Belader: de onderneming die de gevaarlijke goederen in een wagen of grote container laadt. Beluchtingsklep met geforceerde bediening: een klep op een tank met onderlossing, die met de bodemafsluiter is verbonden en die bedrijfsmatig slechts bij het laden en lossen wordt geopend voor beluchting van de tank. Benaming, technische/biologische: een benaming die gewoonlijk gebruikt wordt in wetenschappelijke en technische handboeken, tijdschriften en artikelen. Handelsnamen mogen voor dit doel niet worden gebruikt.

10 10 van :40 Beproevingsdruk: de hoogste effectieve druk, die tijdens de proefpersing in de tank optreedt. [Zie ook Berekeningsdruk, Hoogste bedrijfsdruk (overdruk), Losdruk en Vuldruk.] Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Berekeningsdruk: een fictieve druk, ten minste gelijk aan de beproevingsdruk, die, al naar gelang van de graad van het gevaar, dat de vervoerde stof oplevert, de bedrijfsdruk meer of minder kan overschrijden. De berekeningsdruk dient slechts ter bepaling van de wanddikte van het reservoir, onafhankelijk van alle versterkende voorzieningen aan de buitenzijde of de binnenzijde van het reservoir. [Zie ook Beproevingsdruk, Hoogste bedrijfsdruk (overdruk), Losdruk en Vuldruk.] Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Bergingsverpakking: een speciale verpakking, die aan de van toepassing zijnde voorschriften van hoofdstuk 6.1 voldoet en waarin beschadigde, defecte of lekkende colli met gevaarlijke goederen of gevaarlijke goederen die gemorst of vrijgekomen zijn, worden geplaatst met het doel deze te vervoeren voor terugwinning of vernietiging. Beschermde IBC (voor metalen IBC's): een IBC, voorzien van een extra bescherming tegen stoten, waarbij deze beschermende voorziening bijvoorbeeld kan bestaan uit een meerlagige wand ("sandwich") of een dubbelwandige constructie, of uit een omhullend raamwerk met metalen tralies. Bevoegde autoriteit: de autoriteit(en) of andere instantie(s), die in de verschillende staten in elk speciaal geval overeenkomstig nationaal recht als zodanig is (zijn) aangewezen. Binnenhouder: een houder die moet zijn voorzien van een buitenverpakking om zijn functie van omsluiten/vasthouden te vervullen. Binnenverpakking: een verpakking die voor het vervoer moet zijn voorzien van een buitenverpakking. Binnenzak ("liner"): een afzonderlijke omhulling of zak, die in een verpakking, inclusief grote verpakking of IBC, geplaatst wordt, maar daarvan geen integraal deel uitmaakt, met inbegrip van de sluitingen van de openingen. Brandbaar bestanddeel (voor spuitbussen en gaspatronen): een gas dat bij normale druk in lucht brandbaar is, of een stof of preparaat in vloeibare toestand, die/dat een vlampunt bezit van ten hoogste 100 C. Buitenverpakking: buitenbescherming van een combinatieverpakking of van een samengestelde verpakking met inbegrip van absorberende materialen, materialen voor het opvullen en alle andere elementen die noodzakelijk zijn om de binnenhouders of binnenverpakkingen te bevatten en te beschermen. C Collo: het eindproduct van de verpakkingshandelingen, dat gereed is voor verzending, bestaande uit de verpakking, grote verpakking of IBC zelf met de inhoud ervan. De definitie omvat houders voor gassen, zoals gedefinieerd in deze sectie, alsmede voorwerpen die vanwege hun omvang, massa of vorm onverpakt of op sleden, in kratten of in andere inrichtingen voor de hantering mogen worden vervoerd. De definitie is niet van toepassing op onverpakte goederen, die los gestort worden vervoerd en evenmin op stoffen die in tanks worden vervoerd. Voor radioactieve stoffen, zie Combinatie-IBC met binnenhouder van kunststof: een IBC bestaande uit een constructieve uitrusting in de vorm van een stijve uitwendige omhulling die een kunststof binnenhouder omsluit, alsmede bedrijfsuitrusting of andere constructieve uitrusting. Zij zijn zodanig geconstrueerd dat indien de uitwendige omhulling en de binnenhouder eenmaal zijn samengebouwd, deze daarna een onverbrekelijke eenheid vormen, die als zodanig wordt gevuld, opgeslagen, vervoerd en geledigd. Combinatieverpakking (glas, porselein of aardewerk): een verpakking bestaande uit een binnenhouder van glas, porselein of aardewerk en een buitenverpakking (van metaal, hout, karton, kunststof, geëxpandeerde kunststof, etc.). Indien de verpakking eenmaal is samengebouwd, blijft deze daarna een onverbrekelijke eenheid die als zodanig wordt gevuld, opgeslagen, verzonden en geledigd. Het "binnenelement" van een "combinatieverpakking" wordt normaliter aangeduid als "binnenhouder". Zo is bijvoorbeeld het binnenelement van een combinatieverpakking van type 6HA1 (kunststof) een dergelijke "binnenhouder", gezien het feit dat deze normaliter niet is ontworpen om een functie van omsluiting (houder) te vervullen zonder de "buitenverpakking", zodat het derhalve niet gaat om een binnenverpakking. Combinatieverpakking (kunststof): een verpakking bestaande uit een binnenhouder van kunststof en een buitenverpakking (van metaal, karton, gelamineerd hout, etc.). Indien de verpakking eenmaal is

11 11 van :40 samengebouwd, blijft deze daarna een onverbrekelijke eenheid die als zodanig wordt gevuld, opgeslagen, verzonden en geledigd. Zie Opmerking onder "Combinatieverpakking (glas, porselein of aardewerk)". Conformiteitsborging (radioactieve stoffen): een systematisch programma van maatregelen, dat door een bevoegde autoriteit toegepast wordt met het doel te garanderen dat de voorschriften van deze richtlijn in de praktijk in acht worden genomen. Constructieve uitrusting: a) van de tanks van een reservoirwagen: de buiten of binnen het reservoir aangebrachte verstevigings-, bevestigings- of beschermingselementen; b) van de tanks van een tankcontainer: de buiten of binnen het reservoir aangebrachte verstevigings-, bevestigings-, beschermings- of stabiliseringselementen; Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. c) van de elementen van een batterijwagen of MEGC: de buiten of binnen het reservoir of de houder aangebrachte verstevigings-, bevestigings- of beschermings- of stabiliseringselementen; d) van een IBC (met uitzondering van flexibele IBC's): de verstevigings-, bevestigings-, behandelings-, beschermings- of stabiliseringselementen van het verpakkingslichaam (met inbegrip van de bodempallet voor combinatie-ibc's met binnenhouder van kunststof). Container: een hulpmiddel bij het vervoer (laadkist of dergelijke constructie), - van permanente aard en derhalve stevig genoeg voor herhaald gebruik, - speciaal gebouwd om het vervoer van goederen, zonder overlading van de inhoud, door een of meer vervoerswijzen te vergemakkelijken, - voorzien van inrichtingen die de behandeling en de vastzetting vergemakkelijken, met name bij het overladen van het ene vervoermiddel op het andere, - dat zodanig gebouwd is, dat het vullen en legen wordt vergemakkelijkt. (Zie ook "Grote container" en "Kleine container") Een wissellaadbak is een container die volgens de Europese norm EN 283 (versie van 1991) de volgende bijzonderheden vertoont: - hij is wat betreft sterkte van de constructie alleen geschikt voor het vervoer met wagens of voertuigen over land of met veerboten; - hij is niet stapelbaar, - hij kan met middelen die zich aan boord van voertuigen bevinden op steunen worden geplaatst en daarvan weer worden weggenomen. Onder de definitie "container" vallen noch gewone verpakkingen noch IBC's, noch tankcontainers noch wagens. Cryo-houder: een verplaatsbare houder met warmte-isolerende bescherming voor sterk gekoelde vloeibaar gemaakte gassen met een inhoud van ten hoogste 1000 liter. CSC: Internationale Overeenkomst voor Veilige Containers ("International Convention for Safe Containers") (Genève, 1972) zoals gewijzigd, uitgegeven door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) te Londen. D Dichtheidsproef: een beproeving, waarbij de dichtheid van een tank, verpakking of IBC alsmede de uitrusting en de afsluitinrichtingen worden beproefd. Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Doos: zie Kist Drukvat: een gelaste verplaatsbare drukhouder met een inhoud van meer dan 150 liter en niet meer dan 1000 liter (bijv. cilindervormige houders met rolbanden en houders op sleden of in raamwerken). E Exploitant van een tankcontainer, transporttank of reservoirwagen: de onderneming op naam waarvan de tankcontainer, transporttank of reservoirwagen is geïmmatriculeerd of anderszins ten vervoer is toegelaten. F

12 12 van :40 Fles (cilinder): een verplaatsbare drukhouder met een inhoud van niet meer dan 150 liter. Flessenbatterij (cilinderpakket): een verplaatsbare eenheid met flessen, die onderling door een verzamelleiding zijn verbonden en stevig bijeen worden gehouden. Flexibele IBC: een IBC bestaande uit een verpakkingslichaam van folie, weefsel of een ander flexibel materiaal of combinaties van dit soort materialen en zonodig een binnenbekleding of binnenzak, alsmede uit bijbehorende bedrijfsuitrusting en voorzieningen voor de behandeling. G Gas: een stof die a) bij 50 C een dampdruk bezit hoger dan 300 kpa (3 bar), of b) bij 20 C en de standaarddruk van 101,3 kpa volledig gasvormig is. Gascontainer met verscheidene elementen ("multiple element gas container", MEGC): een hulpmiddel bij het vervoer, dat bestaat uit elementen die door een verzamelleiding met elkaar zijn verbonden en die duurzaam in een raamwerk zijn gemonteerd. Als elementen van een gascontainer met verscheidene elementen worden beschouwd flessen, grote cilinders, drukvaten en flessenbatterijen, alsmede tanks met een inhoud van meer dan 450 liter voor gassen van klasse 2. Gaspatroon: zie Houder, klein, met gas. Geadresseerde: de geadresseerde volgens de vervoersovereenkomst. Indien de geadresseerde volgens de bepalingen van de vervoersovereenkomst een derde aanwijst, dan geldt deze derde als geadresseerde in de zin van deze richtlijn. Indien het vervoer plaats vindt zonder vervoersovereenkomst, dan is de geadresseerde de onderneming die de gevaarlijke goederen bij aankomst in ontvangst neemt. Gecombineerd rail/wegvervoer: het vervoer van wegvoertuigen op spoorwagens. Gereconditioneerde verpakking: een verpakking, in het bijzonder a) een metalen vat: i) dat zodanig is gereinigd dat de constructiematerialen hun oorspronkelijk uiterlijk terug hebben gekregen en alle resten van de vroegere inhoud, alsmede inwendige en uitwendige corrosie en uitwendige deklagen en etiketten zijn verwijderd; ii) dat teruggebracht is in de oorspronkelijke vorm en oorspronkelijke gedaante, waarbij felsnaden (voor zover aanwezig) gericht en afgedicht zijn, en alle pakkingen, die geen integraal deel zijn van de verpakking, zijn vervangen; en iii) dat na reiniging, maar vóór het opnieuw schilderen, is geïnspecteerd; verpakkingen met zichtbare gaatjes, een belangrijke vermindering van de dikte van het materiaal, vermoeiing van het metaal, beschadigde schroefdraad of sluitingen, of andere belangrijke gebreken, moeten worden afgewezen. b) een vat of jerrycan van kunststof: i) dat/die zodanig is gereinigd dat de constructiematerialen hun oorspronkelijk uiterlijk terug hebben gekregen en alle resten van de vroegere inhoud alsmede inwendige en uitwendige deklagen en etiketten zijn verwijderd; ii) waarvan de pakkingen, die geen integraal deel zijn van de verpakking, zijn vervangen, en iii) dat/die na reiniging is geïnspecteerd, waarbij verpakkingen met zichtbare beschadigingen zoals scheuren, vouwen of breuk, of beschadigde schroefdraad of sluitingen, of andere belangrijke gebreken, afgewezen moeten worden. Gerecycleerde kunststof: materiaal dat teruggewonnen wordt uit gebruikte industriële verpakkingen en dat is gereinigd en voorbereid voor de verwerking in nieuwe verpakkingen. Gesloten container: een volledig gesloten container met een vast dak, vaste zijwanden, vaste kopwanden en een vloer. Het begrip omvat containers met een beweegbaar dak, voor zover het dak tijdens het vervoer gesloten is. Gesloten lading: een lading afkomstig van één afzender, die het uitsluitend gebruik van een grote container heeft, waarbij het laden en lossen geheel geschiedt op aanwijzing van deze afzender of op die van de geadresseerde. Het overeenkomstige begrip ten behoeve van klasse 7 is "exclusief gebruik" (zie ). Gesloten wagen: een wagen met vaste wanden of schuifwanden en met een vast dak of een beweegbaar dak. Gevaarlijke goederen: stoffen en voorwerpen, waarvan het vervoer volgens deze richtlijn is verboden of slechts onder bepaalde voorwaarden/de daarin opgenomen voorwaarden is toegestaan. Gevaarlijke reactie: a) een verbranding en/of een aanmerkelijke warmteontwikkeling; b) de ontwikkeling van brandbare, verstikkende, oxiderende, en/of giftige gassen;

13 13 van :40 c) de vorming van bijtende stoffen; d) de vorming van instabiele stoffen; of e) een gevaarlijke drukverhoging (alleen voor tanks). Grootste inhoud: grootste binnenvolume van houders of verpakkingen, met inbegrip van grote verpakkingen en IBC's, uitgedrukt in m3 of liters. Grootste netto massa: de grootste netto massa van de inhoud van een enkele verpakking of de grootste gezamenlijke massa van de binnenverpakkingen en hun inhoud, uitgedrukt in kg. Grootste toelaatbare belading (voor flexibele IBC's): de grootste netto massa, waarvoor de IBC is ontworpen en voor het vervoer waarvan de IBC is toegelaten. Grootste toelaatbare bruto massa a) (voor alle categorieën IBC's met uitzondering van flexibele IBC's): de massa van het verpakkingslichaam, de bedrijfsuitrusting, de constructieve uitrusting, en van de grootste toelaatbare belading voor het vervoer; b) (voor tanks): de som van de eigen massa van de tank en de hoogste voor het vervoer toegelaten massa van de lading. Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Grote cilinder ("tube") (klasse 2): een naadloze verplaatsbare drukhouder met een inhoud van meer dan 150 liter en niet meer dan 5000 liter. Grote container: - een container met een inhoud van meer dan 3,0 m3; - in de zin van de CSC: een container met een grondvlak, dat begrensd is door de vier buitenhoeken, a) van ten minste 14 m2 (150 sq ft), of b) van ten minste 7 m2 (75 sq ft), indien de container aan de bovenzijde voorzien is van hoekstukken ("corner fittings"). Voor radioactieve stoffen, zie Grote verpakking: een verpakking die bestaat uit een buitenverpakking die voorwerpen of binnenverpakkingen bevat en die: a) ontworpen is voor behandeling met mechanische hulpmiddelen en b) een netto massa van meer dan 400 kg of een inhoud van meer dan 450 liter, maar een inhoud van ten hoogste 3,0 m3 heeft. H Handboek beproevingen en criteria: de derde herziene editie van de "Recommendations on the Transport of Dangerous Goods, Manual of Tests and Criteria", gepubliceerd door de Verenigde Naties (ST/SG/AC.10/11/Rev.3). Hergebruikte verpakking: een verpakking, die na onderzoek vrij is bevonden van gebreken, die het vermogen om de prestatiebeproevingen te doorstaan verminderen; onder deze definitie vallen in het bijzonder verpakkingen, die opnieuw worden gevuld met dezelfde of gelijksoortige, verenigbare goederen, en die worden vervoerd binnen distributieketens onder controle van de afzender van het product. Hermetisch gesloten tank: een tank waarvan de openingen hermetisch zijn gesloten en niet voorzien zijn van veiligheidskleppen, breekplaten of andere soortgelijke veiligheidsinrichtingen. Tanks, voorzien van veiligheidskleppen, voorafgegaan door een breekplaat, worden als hermetisch gesloten beschouwd. Kleppen, niet voorafgegaan door een breekplaat, die dienen ter vermijding van een onaanvaardbare onderdruk in het inwendige van de tank, zijn echter toegelaten voor zover de tank volgens de bijzondere voorschriften van hoofdstuk 4.3 tijdens het vervoer niet hermetisch moet zijn gesloten. Hoogste bedrijfsdruk (overdruk): de hoogste van de volgende drie waarden: a) de hoogste effectieve druk die in de tank is toegestaan tijdens het vullen (hoogste toegestane vuldruk); b) de hoogste effectieve druk die in de tank is toegestaan tijdens het lossen (hoogste toegestane losdruk); c) de door de vervoerde stof (met inbegrip van eventueel aanwezige vreemde gassen) veroorzaakte effectieve overdruk in de tank bij de hoogste bedrijfstemperatuur. Tenzij in hoofdstuk 4.3 anders is voorgeschreven, mag de getalswaarde van deze bedrijfsdruk (overdruk) niet lager zijn dan de dampdruk (absolute druk) van de vervoerde stof bij 50 C.

14 14 van :40 Bij tanks, voorzien van veiligheidskleppen (met of zonder breekplaat), is de hoogste bedrijfsdruk (overdruk) echter gelijk aan de voorgeschreven druk, waarbij deze veiligheidskleppen in werking komen. (Zie ook Beproevingsdruk, Berekeningsdruk, Losdruk en Vuldruk.) Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Houder: een omhulsel, bestemd om stoffen of voorwerpen op te nemen en te bevatten met inbegrip van alle sluitingsmiddelen. Reservoirs vallen niet onder deze definitie. Houders voor gassen van klasse 2 zijn flessen, grote cilinders, drukvaten, cryo-houders en flessenbatterijen. Houder (voor klasse 1): als binnen- en tussenverpakkingen gebruikte kisten of dozen, flessen, blikken, vaten, potten en tubes, met inbegrip van elk soort van afsluitinrichting. Houder, klein, met gas (gaspatroon): een niet hervulbare houder, die een gas of gasmengsel onder druk bevat. Hij kan zijn voorzien van een afsluitventiel. Houten IBC: een IBC bestaande uit een stijf of inklapbaar houten verpakkingslichaam, voorzien van een binnenzak (maar geen binnenverpakkingen), alsmede uit de bijbehorende bedrijfsuitrusting en constructieve uitrusting. Houten ton: een verpakking van natuurlijk hout met cirkelvormige doorsnede met gewelfde wanden, samengesteld uit duigen en bodems en voorzien van hoepels. I IBC ("Intermediate Bulk Container" ): een stijve of flexibele verpakking die niet in hoofdstuk 6.1 is genoemd en die: a) een inhoud heeft van i) ten hoogste 3,0 m3 voor vaste stoffen en vloeistoffen van de verpakkingsgroepen II en III; ii) ten hoogste 1,5 m3 voor vaste stoffen van verpakkingsgroep I, verpakt in flexibele IBC's, IBC's van stijve kunststof, combinatie-ibc's, kartonnen IBC's of houten IBC's; iii) ten hoogste 3,0 m3 voor vaste stoffen van verpakkingsgroep I, verpakt in metalen IBC's; iv) ten hoogste 3,0 m3 voor radioactieve stoffen van klasse 7, b) ontworpen is voor behandeling met mechanische hulpmiddelen; c) de belastingen bij de behandeling en het vervoer kan doorstaan, zoals deze door beproevingen volgens hoofdstuk 6.5 vastgesteld. (Zie ook Combinatie-IBC met binnenhouder van kunststof, Flexibele IBC, Houten IBC, IBC van stijve kunststof, Kartonnen IBC en Metalen IBC) 1. Transporttanks of tankcontainers, die voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 6.7 of 6.8, worden niet als IBC's beschouwd. 2. IBC's, die voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 6.5, worden niet als containers in de zin van deze richtlijn beschouwd. IBC van stijve kunststof: een IBC die bestaat uit een verpakkingslichaam van stijve kunststof, dat kan zijn voorzien van een raamwerk en uit de bijbehorende bedrijfsuitrusting. IMDG Code: "International Maritime Dangerous Goods Code", uitvoeringsbepalingen voor Hoofdstuk VII, deel A van het Internationale Verdrag voor de Veiligheid van Mensenlevens op Zee van 1974 (SOLASverdrag), uitgegeven door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) te London. J Jerrycan: een verpakking van metaal of kunststof met een rechthoekige of veelhoekige doorsnede, voorzien van één of meer openingen. K Kartonnen IBC: een IBC bestaande uit een verpakkingslichaam van karton met of zonder gescheiden deksel of bodem, zonodig voorzien van een binnenzak (maar geen binnenverpakkingen), alsmede uit de bijbehorende bedrijfsuitrusting en constructieve uitrusting. Kist (doos): een verpakking met rechthoekige of veelhoekige dichte wanden, van metaal, hout, gelamineerd hout, houtvezelmateriaal, karton, kunststof of van een ander geschikt materiaal. Teneinde de behandeling of het openen te vergemakkelijken, of om te voldoen aan de classificatiecriteria mogen kleine openingen zijn aangebracht, voor zover de ongeschonden staat van de verpakking gedurende het vervoer hierdoor niet wordt aangetast. Kleine container: een container met een inhoud van ten minste 1,0 m3 en ten hoogste 3,0 m3.

15 15 van :40 Voor radioactieve stoffen, zie Korf: een buitenverpakking met een opengewerkt oppervlak. Kunststof weefsel (voor flexibele IBC's): materiaal, vervaardigd van verstrekte banden of enkel-voudige filamenten van een geschikte kunststof. Kwaliteitsborging: een systematisch controle- en inspectieprogramma, dat door iedere betrokken organisatie of instantie toegepast wordt met het doel te garanderen dat de in deze richtlijn voorgeschreven veiligheidsvoorschriften in de praktijk in acht worden genomen. L Lichte metalen verpakking: een verpakking met cirkelvormige, elliptische, rechthoekige of veelhoekige doorsnede (ook kegelvormig), alsmede een verpakking met een kegelvormig bovenstuk of in de vorm van een emmer, vervaardigd van metaal met een wanddikte van minder dan 0,5 mm (bijv. blik), met platte of gewelfde bodem, en voorzien van één of meer openingen en niet vallend onder de definities gegeven voor vaten en jerrycans. Losdruk: de hoogste effectieve druk, die tijdens het lossen onder druk in de tank ontwikkeld wordt. (Zie ook Beproevingsdruk, Berekeningsdruk, Hoogste bedrijfsdruk (overdruk) en Vuldruk.) Los gestort vervoer: zie Vervoer als los gestort goed. M Massa van een collo: indien niet anders is bepaald, de bruto massa van het collo. MEGC: zie Gascontainer met verscheidene elementen. Metalen IBC: een IBC bestaande uit een verpakkingslichaam van metaal, alsmede uit de bijbehorende bedrijfsinrichting en constructieve uitrusting. Met dekzeil uitgeruste container: een open container die ter bescherming van de lading met een dekzeil is uitgerust. N N.e.g.-positie (niet elders genoemde positie): een verzamelaanduiding, waaronder stoffen, mengsels, oplossingen of voorwerpen kunnen worden ingedeeld, die a) in hoofdstuk 3.2, Tabel A niet met name zijn genoemd, en b) chemische, fysische en/of gevaarseigenschappen bezitten, die overeenkomen met de klasse, de classificatiecode, de verpakkingsgroep en de benaming van de n.e.g.-positie. Nominale inhoud van de houder: het nominale volume in liters van de gevaarlijke stof in de houder. Voor flessen met samengeperste gassen moet de nominale inhoud overeenkomen met de waterinhoud van de fles. O Omgebouwde verpakking: een verpakking, in het bijzonder a) een metalen vat: i) dat, uitgaand van een type dat niet voldoet aan de voorschriften van hoofdstuk 6.1, als gevolg van het productieproces overgaat in een UN-verpakkingstype, dat aan deze voorschriften voldoet; ii) dat door de transformatie van een UN-verpakkingstype, dat aan de voorschriften van hoofdstuk 6.1 voldoet, overgaat in een ander type dat aan deze voorschriften voldoet; of iii) waarbij vast bevestigde onderdelen van de constructie (zoals niet-afneembare deksels) worden verwisseld; b) een kunststof vat: i) dat door de transformatie van een UN-verpakkingstype overgaat in een ander UN-verpakkingstype (bijv. 1H1 in 1H2), of ii) waarbij vast bevestigde onderdelen van de constructie worden verwisseld. Omgebouwde vaten zijn onderworpen aan de voorschriften van hoofdstuk 6.1, die gelden voor nieuwe vaten van hetzelfde type. Onderneming: elke natuurlijke persoon, elke rechtspersoon met of zonder winstoogmerk, elke vereniging of groep van personen zonder rechtspersoonlijkheid en met of zonder winstoogmerk, alsmede elk onder de overheid ressorterend lichaam, ongeacht of het een eigen rechtspersoonlijkheid bezit of afhankelijk is van een autoriteit met rechtspersoonlijkheid. Open container: een container met open dak of een platte container. Open wagen: een wagen met of zonder kopwanden en zijwanden, waarvan het laadoppervlak open is. Oververpakking: een omhulling die gebruikt wordt door één enkele afzender met het doel om één of

16 16 van :40 meer colli te bevatten en een eenheid te vormen die tijdens het vervoer gemakkelijker kan worden behandeld en gestuwd. Voorbeelden van oververpakkingen zijn: a) een laadplateau, zoals een pallet waarop meerdere colli worden geplaatst of gestapeld en die door banden van kunststof, krimp- of rekfolie of andere geschikte middelen worden vastgezet, of b) een beschermende buitenverpakking zoals een kist of een krat. Voor radioactieve stoffen, zie definitie van "oververpakking" in P "Portable tank": zie Transporttank. R Reservoir: het cilindrische deel en de bodems van de tank die de stof bevatten (met inbegrip van de openingen en de bijbehorende deksels). 1. Houders vallen niet onder deze definitie 2. Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Reservoirwagen: een wagen voor het vervoer van vloeibare, gasvormige, poedervormige of korrelvormige stoffen, die bestaat uit een opbouw met één of meer tanks, daaronder begrepen de uitrustingsdelen en een onderstel voorzien van eigen uitrustingsdelen (loopwerk, vering, stoot- en trekwerk, remmen en opschriften) Onder reservoirwagens vallen ook wagens met afneembare tanks. S SADT ("self-accelerating decomposition temperature"): de laagste temperatuur, waarbij een zichzelfversnellende ontleding kan optreden van een stof, in de verpakking zoals gebruikt tijdens het vervoer. De voorschriften voor de bepaling van de SADT en van de effecten bij verwarming onder opsluiting, zijn opgenomen in het Handboek beproevingen en criteria, deel II. Samengestelde verpakking: een samenstel van verpakkingen, ten behoeve van vervoersdoel-einden, bestaande uit één of meer binnenverpakkingen, die volgens in een buitenverpakking zijn geplaatst. Het "binnenelement" van de "samengestelde verpakking" wordt altijd als "binnenverpakking" en niet "binnenhouder" aangeduid. Een glazen fles is een voorbeeld van een dergelijke "binnenverpakking". Sluiting: een voorziening die ertoe dient de opening van een houder te sluiten. Spoel (klasse 1): een inrichting van kunststof, hout, karton, metaal of van een ander geschikt materiaal die bestaat uit een centrale spindel en eventuele zijwanden aan elk uiteinde van de spindel. De voorwerpen en de stoffen moeten kunnen worden opgerold op de spindel en in voorkomend geval vastgehouden worden door de zijwanden. Spoorweginfrastructuur: alle railwegen en vaste installaties, voor zover deze voor het rijden van spoorwegmaterieel en voor de verkeersveiligheid noodzakelijk zijn. Spuitbus (aërosol): een niet hervulbare houder van metaal, glas of kunststof, die een gas of gasmengsel onder druk bevat, al dan niet met een vloeibare, pasteuze of poedervormige stof, en voorzien van een aftapinrichting die het mogelijk maakt, dat de inhoud wordt uitgestoten in de vorm van een suspensie van vaste of vloeibare deeltjes in een gas, in de vorm van schuim, pasta of poeder of in vloeibare of gasvormige toestand. Stijve binnenhouder (voor combinatie-ibc's): een houder die zijn normale vorm in lege toestand behoudt zonder dat de sluitingen zich op de juiste plaats bevinden en zonder steun van de uitwendige omhulling. Binnenhouders die niet "stijf" zijn, worden als "flexibel" beschouwd. Stofdichte verpakking: een verpakking die geen droge inhoud doorlaat met inbegrip van poedervormige vaste stoffen die tijdens het vervoer zijn ontstaan. T Tank: een reservoir met inbegrip van de bedrijfsuitrusting en de constructieve uitrusting. Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Tankcontainer: een hulpmiddel bij het vervoer dat voldoet aan de definitie van container en dat bestaat uit een reservoir en uitrustingsdelen, daaronder begrepen de uitrustingsdelen die verplaatsing van de

17 17 van :40 tankcontainer mogelijk maken zonder een aanmerkelijke wijziging te brengen in de ligging van de tankcontainer in de evenwichtstoestand en dat gebruikt wordt voor het vervoer van gasvormige, vloeibare, poedervormige of korrelvormige stoffen, met een inhoud groter dan 0,45 m3 (450 liter). IBC's, die voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 6.5, worden niet beschouwd als tankcontainers Technische instructies van de ICAO: de "Technical Instructions for the Safe Transport of Dangerous Goods by Air", ter aanvulling van Aanhangsel 18 bij het Verdrag van Chicago voor het internationale burgerluchtvaartverkeer (Chicago, 1944), uitgegeven door de Internationale Organisatie voor de Burgerluchtvaart (ICAO), Montreal. Transporttank: een multimodale tank met een inhoud van meer dan 450 liter die overeenkomt met de definitie in hoofdstuk 6.7 of in de IMDG Code en die in hoofdstuk 3.2, tabel A, kolom (10), met een transporttankinstructie (T-code) is aangeduid. Tray (klasse 1): een schaal van metaal, kunststof, karton of ander geschikt materiaal, geplaatst in de binnen-, tussen- of buitenverpakkingen en die een compacte stuwage in deze verpakkingen mogelijk maakt. Het oppervlak van de trays mag zodanig zijn gevormd, dat de verpakkingen of de voorwerpen daarin ingezet, veilig vastgehouden en onderling gescheiden kunnen worden. Tussenverpakking: een verpakking die zich bevindt tussen binnenverpakkingen of voorwerpen en een buitenverpakking. U UN-nummer: vier-cijferig nummer, bedoeld als identificatienummer van stoffen of voorwerpen overeenkomstig de VN-modelbepalingen. V Vacuümklep: een door druk automatisch werkende veerbelaste inrichting ter bescherming van de tank tegen een ontoelaatbare inwendige onderdruk. Vaste stof: a) een stof met een smeltpunt of een beginsmeltpunt hoger dan 20 C bij een druk van 101,3 kpa, of b) een stof die volgens de beproevingsmethode ASTM D niet vloeibaar is en die volgens de criteria van de in beschreven beproevingsmethode voor de bepaling van het vloeigedrag (penetrometermethode) dikvloeibaar is; Vaste tank: een tank met een capaciteit groter dan 1000 liter, die blijvend gemonteerd is op een wagen (die aldus een reservoirwagen wordt) of die een integraal deel van het onderstel van een dergelijke wagen uitmaakt. Vat: een cilindrische verpakking van metaal, karton, kunststof, gelamineerd hout of van een ander geschikt materiaal, met platte of gewelfde bodem. Onder deze definitie vallen ook verpakkingen met een andere vorm, bijv. ronde verpakkingen met een kegelvormig bovenstuk of verpakkingen in de vorm van een emmer. Houten tonnen en jerrycans vallen niet onder deze definitie. Veiligheidsklep: een door druk automatisch werkende veerbelaste inrichting ter bescherming van de tank tegen een ontoelaatbare inwendige overdruk. Verpakker: de onderneming die de gevaarlijke goederen in verpakkingen, met inbegrip van grote verpakkingen en IBC's, doet en zo nodig de colli voor het vervoer voorbereidt. Verpakking: een houder en alle andere elementen of materialen die noodzakelijk zijn om het mogelijk te maken dat de houder zijn functie van omsluiten/vasthouden vervult. [Zie ook Bergingsverpakking, Binnenverpakking, Buitenverpakking, Combinatieverpakking (glas, porselein of aardewerk), Combinatieverpakking (kunststof), Gereconditioneerde verpakking, Grote verpakking, IBC, Hergebruikte verpakking, Lichte metalen verpakking, Omgebouwde verpakking, Samengestelde verpakking, Stofdichte verpakking en Tussenverpakking.] Voor radioactieve stoffen, zie Verpakkingsgroep: een groep, waarin bepaalde stoffen op grond van hun gevaarlijkheid tijdens het vervoer zijn ingedeeld voor verpakkingsdoeleinden. De verpakkingsgroepen hebben de volgende betekenis, die in Deel 2 nader wordt verklaard: verpakkingsgroep I: zeer gevaarlijke stoffen verpakkingsgroep II: gevaarlijke stoffen verpakkingsgroep III: minder gevaarlijke stoffen. Bepaalde voorwerpen, die gevaarlijke stoffen bevatten, zijn ook in een verpakkingsgroep ingedeeld. Verpakkingslichaam (voor alle categorieën IBC's met uitzondering van combinatie-ibc's): de eigenlijke

18 18 van :40 houder met inbegrip van de openingen en hun sluitingen, echter zonder de bedrijfsuitrusting. Vervoer: de verplaatsing van gevaarlijke goederen, met inbegrip van voor het vervoer noodzakelijk oponthoud en met inbegrip van voor het verkeer noodzakelijk verblijf van gevaarlijke goederen in de wagens, tanks en in de containers vóór, tijdens en na de verplaatsing. Onder deze definitie valt ook de tijdelijke tussenopslag van gevaarlijke goederen voor de verandering van wijze van vervoer of vervoermiddel (overslag). Dit is van toepassing onder voorwaarde dat de vervoerdocumenten, waaruit de plaats van verzending en bestemming blijken, op verzoek kunnen worden getoond en dat de verpakking en de tanks gedurende de tussenopslag niet worden geopend, behalve voor controles door de bevoegde autoriteit. Voor radioactieve stoffen, zie Vervoer als los gestort goed: vervoer van onverpakte vaste stoffen of voorwerpen in wagens of containers; deze definitie geldt niet voor goederen die als colli worden vervoerd, en evenmin voor stoffen die in tanks worden vervoerd. Vervoerder: de onderneming die het vervoer met of zonder vervoersovereenkomst uitvoert. Verzamelaanduiding: een gedefinieerde groep van stoffen of voorwerpen (zie , letters B, C en D). Vlampunt: de laagste temperatuur van een vloeistof, waarbij de damp daarvan met lucht een ontvlambaar mengsel vormt. Vloeistof: een stof die bij 50 C een dampdruk heeft van ten hoogste 300 kpa (3 bar), en bij 20 C en een druk van 101,3 kpa niet volledig gasvormig is, en die a) bij een druk van 101,3 kpa een smeltpunt of beginsmeltpunt heeft van 20 C of lager, of b) die volgens de beproevingsmethode ASTM D vloeibaar is, of c) volgens de criteria van de in beschreven beproevingsmethode voor de bepaling van het vloeigedrag (penetrometermethode) niet dikvloeibaar is. Als vervoer in vloeibare toestand, in de zin van de tankvoorschriften, wordt beschouwd: - vervoer van vloeistoffen volgens bovenstaande definitie, of - vervoer van vaste stoffen die in gesmolten toestand ten vervoer worden aangeboden. VN-modelbepalingen: de "Model Regulations", opgenomen als bijlage bij de elfde herziene editie van de "Recommendations on the Transport of Dangerous Goods", gepubliceerd door de Verenigde Naties (ST/SG/AC.10/1/Rev.11). VN-nummer: zie UN-nummer. Voorziening voor de behandeling (voor flexibele IBC's): draagbanden, lussen, ogen of raamwerken die aan het verpakkingslichaam van de IBC zijn bevestigd, of die zijn gevormd uit een verlenging van het materiaal waarvan het verpakkingslichaam is vervaardigd. Vuldruk: de hoogste effectieve druk die tijdens het vullen onder druk in de tank ontwikkeld wordt. (Zie ook Beproevingsdruk, Berekeningsdruk, Hoogste bedrijfsdruk (overdruk) en Losdruk.) Vuller: de onderneming die gevaarlijke goederen laadt in een tank (reservoirwagen, wagen met afneembare tanks, transporttank of tankcontainer), in een batterijwagen of MEGC en/of los gestort in een wagen, grote container of kleine container. W Wagen: een spoorwegvoertuig zonder eigen voortbewegingsinrichting, dat op eigen wielen langs spoorstaven kan rijden en bestemd is voor het vervoer van goederen. Wagen met dekzeil: open wagen die ter bescherming van de lading voorzien is van dekzeil. Wagenlading: het exclusieve gebruik van een wagen, onafhankelijk van het feit, of de laadruimte van de wagen volledig of slechts ten dele wordt gebruikt. Het overeenkomstige begrip ten behoeve van klasse 7 is "exclusief gebruik" (zie ). Wissellaadbak: zie Container. Wissellaadtank: wordt beschouwd als een tankcontainer Z Zacht staal: staal met een minimum treksterkte tussen 360 N/mm2 en 440 N/mm2. Voor transporttanks, zie hoofdstuk 6.7. Zak: een flexibele verpakking van papier, kunststof folie, textiel, geweven materiaal of van een ander

19 19 van :40 geschikt materiaal. Zending: een collo of colli of lading gevaarlijke goederen, dat/die door een afzender ten vervoer wordt aangeboden Meeteenheden Tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven, betekent het teken "%" in deze richtlijn: a) voor mengsels van vaste stoffen of vloeistoffen, alsmede voor oplossingen of met een vloeistof bevochtigde vaste stoffen: het massapercentage ten opzichte van de totale massa van het mengsel, de oplossing of de bevochtigde stof; b) voor mengsels van samengeperste gassen, indien zij onder druk worden gevuld, het volumepercentage ten opzichte van het totale volume van het gasmengsel, of, indien zij op massa worden gevuld, het massapercentage ten opzichte van de totale massa van het mengsel; c) voor vloeibaar gemaakte gasmengsels alsmede onder druk opgeloste gassen: het massapercentage ten opzichte van de totale massa van het mengsel Drukken van elke aard in verband met houders (bijvoorbeeld beproevingsdruk, inwendige druk, openingsdruk van veiligheidskleppen) worden steeds aangegeven als manometrische druk (overdruk ten opzichte van de atmosferische druk); de dampdruk daarentegen wordt steeds aangegeven als absolute druk Indien deze richtlijn voor houders een vullingsgraad voorschrijft, dan heeft deze steeds betrekking op een temperatuur van de stoffen van 15 C, voor zover niet een andere temperatuur is aangegeven. HOOFDSTUK 1.3 Opleiding van personen die betrokken zijn bij het vervoer van gevaarlijke goederen Toepassingsgebied De personen die werkzaam zijn bij de betrokkenen overeenkomstig hoofdstuk 1.4 en wier taken betrekking hebben op het vervoer van gevaarlijke goederen, moeten worden opgeleid, al naar gelang de eisen die het vervoer van gevaarlijke goederen aan hun verantwoordelijkheden en taken stelt. Wat betreft de opleiding van de veiligheidsadviseur, zie Aard van de opleiding De opleiding moet, al naar gelang de verantwoordelijkheden en taken van de betreffende persoon, in de volgende vorm geschieden: Introductie Het personeel moet vertrouwd gemaakt worden met de algemene bepalingen van de voorschriften voor het vervoer van gevaarlijke goederen Functie-specifieke opleiding Het personeel moet een gedetailleerde opleiding in de bepalingen van de regelgeving inzake het vervoer van gevaarlijke goederen krijgen die direct aansluit op hun taken en verantwoordelijkheden. Indien het vervoer van gevaarlijke goederen een multimodaal vervoersproces inhoudt, moet het personeel zijn geïnformeerd over de voorschriften die van toepassing zijn op de andere vervoerswijzen Veiligheidsopleiding In verband met de mogelijke gevaren van verwonding of blootstelling als gevolg van incidenten bij het vervoer van gevaarlijke goederen, met inbegrip van laden en lossen, moet het personeel worden opgeleid inzake de risico's en gevaren die samenhangen met de gevaarlijke goederen. De opleiding moet tot doel hebben het personeel bewust te maken van de veilige behandelings- en noodprocedures Opleiding voor klasse 7 Ten behoeve van klasse 7 moet het personeel een geëigende opleiding krijgen betreffende de stralingsgevaren en de te nemen voorzorgsmaatregelen om hun blootstelling te beperken en die van andere personen, die door hun handelingen zouden kunnen worden getroffen Documentatie De gegevens omtrent alle genoten opleidingen moeten zowel door de werkgever als door de werknemer bewaard worden en bij aanvang van een nieuwe betrekking gecontroleerd worden. De opleiding moet periodiek worden aangevuld met bijscholingscursussen om rekening te houden met wijzigingen in de regelgeving.

20 20 van :40 HOODSTUK 1.4 Veiligheidsplichten van de betrokkenen Algemene zorg voor de veiligheid De bij het vervoer van gevaarlijke goederen betrokkenen moeten overeenkomstig de aard en de omvang van de te voorziene gevaren maatregelen treffen, om schadegevallen te verhinderen en indien schade optreedt, de omvang daarvan zo beperkt mogelijk te houden. Zij moeten in elk geval de voor hen geldende bepalingen van deze richtlijn in acht nemen De betrokkenen moeten een mogelijk direct gevaar voor de openbare veiligheid onmiddellijk melden aan de instanties voor de hulpverlening en de veiligheid en zij moeten deze instanties voorzien van de voor hun optreden noodzakelijke informatie In deze richtlijn kunnen bepaalde plichten van de betrokkene nader worden vastgelegd. Onder voorwaarde dat de in en genoemde plichten in acht worden genomen, kan een lidstaat in zijn nationale wetgeving de plichten die rusten op een van de genoemde betrokkenen overdragen op één of meer andere betrokkenen, indien deze staat van opvatting is, dat dit niet leidt tot een verlaging van het veiligheidsniveau. De bepalingen van 1.2.1, en inzake de definities van de betrokkenen en de voor hen geldende plichten zijn niet van invloed op de voorschriften van het nationale recht inzake de juridische gevolgen (strafstelling, aansprakelijkheid, enz.), die samenhangen met het feit of de bedoelde betrokkene bijvoorbeeld een rechtspersoon, een natuurlijk persoon, een voor eigen rekening werkzaam persoon, een werkgever of een werknemer Plichten van de belangrijkste betrokkenen Afzender De afzender van gevaarlijke goederen is verplicht een zending ten vervoer aan te bieden, die voldoet aan de voorschriften van deze richtlijn. In het kader van moet hij in het bijzonder: a) zich ervan vergewissen dat de gevaarlijke goederen overeenkomstig deze richtlijn zijn ingedeeld en ten vervoer zijn toegelaten; b) aan de vervoerder de vereiste gegevens en informatie en eventueel de vereiste vrachtbrieven en begeleidende documenten (vergunningen, toelatingen, mededelingen, certificaten, enz.) leveren, in het bijzonder met inachtneming van de voorschriften van hoofdstuk 5.4 en van de tabellen van deel 3; c) uitsluitend verpakkingen, grote verpakkingen, IBC's en tanks (reservoirwagens, batterijwagens, wagens met afneembare tanks, MEGC's, transporttanks of tankcontainers) gebruiken, die voor het vervoer van de betreffende goederen zijn toegelaten en geschikt zijn, alsmede van de in deze richtlijn voorgeschreven kenmerking zijn voorzien; d) de voorschriften voor de wijze van verzending en de beperkingen van de verzending in acht nemen; e) ervoor zorgen dat ook ongereinigde en niet ontgaste lege tanks (reservoirwagens, batterijwagens, wagens met afneembare tanks, MEGC's, transporttanks of tankcontainers) of ongereinigde lege wagens, grote en kleine containers voor los gestort goed op de juiste wijze van kenmerking en etiketten worden voorzien en dat ongereinigde lege tanks op dezelfde wijze gesloten zijn en dezelfde waarborgen van dichtheid bieden als in gevulde toestand Indien de afzender gebruik maakt van diensten van andere betrokkenen (verpakker, belader, vuller, enz.), dan moet hij geschikte maatregelen treffen om te waarborgen dat de zending aan de voorschriften van deze richtlijn voldoet. Hij kan echter in de gevallen van a), b), c) en e), vertrouwen op de informatie en gegevens die hem door andere betrokkenen ter beschikking zijn gesteld Indien de afzender in opdracht van een derde handelt, dan moet deze derde de afzender schriftelijk wijzen op het gevaarlijke goed en hem alle informatie en documenten, die ter vervulling van zijn plichten noodzakelijk zijn, ter beschikking te stellen Vervoerder De vervoerder, die de gevaarlijke goederen op de plaats van vertrek aanneemt, moet in het kader van sectie door representatieve steekproeven in het bijzonder a) controleren of de te vervoeren gevaarlijke goederen overeenkomstig deze richtlijn ten vervoer zijn toegelaten; b) zich ervan vergewissen dat de voorgeschreven documenten bij het vervoerdocument zijn gevoegd en doorgezonden worden; c) door middel van een visuele controle vaststellen dat de wagens en de lading geen duidelijke gebreken, geen lekkage of scheuren vertonen, dat geen uitrustingsdelen ontbreken, enz.; d) zich ervan vergewissen dat bij reservoirwagens, batterijwagens, wagens met afneembare tanks, transporttanks, tankcontainers en MEGC's de datum van de volgende beproeving niet is overschreden;

betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg

betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg 12 12 94 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr L 319/7 RICHTLIJN 94/5 5/EG VAN DE RAAD van 21 november 1994 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het

Nadere informatie

DEEL 1 Algemene Voorschriften. Hoofdstuk 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID

DEEL 1 Algemene Voorschriften. Hoofdstuk 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID DEEL 1 Algemene Voorschriften Hoofdstuk 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID 1.1.1 Structuur Het RID is onderverdeeld in zeven delen; elk deel is onderverdeeld in hoofdstukken, en elk hoofdstuk in secties

Nadere informatie

a) de gevaarlijke goederen die van het internationale vervoer zijn uitgesloten;

a) de gevaarlijke goederen die van het internationale vervoer zijn uitgesloten; DEEL 1 Algemene Voorschriften HOOFDSTUK 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID 1.1.1 Structuur Bijlagen A en B van het ADR zijn onderverdeeld in negen delen. Bijlage A bestaat uit de delen 1 tot en met

Nadere informatie

a) de gevaarlijke goederen die van het internationale vervoer zijn uitgesloten;

a) de gevaarlijke goederen die van het internationale vervoer zijn uitgesloten; DEEL 1 Algemene Voorschriften HOOFDSTUK 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID 1.1.1 Structuur Bijlagen A en B van het ADR zijn onderverdeeld in negen delen. Bijlage A bestaat uit de delen 1 tot en met

Nadere informatie

DEEL 1. Algemene bepalingen

DEEL 1. Algemene bepalingen DEEL 1 Algemene bepalingen 1.1.1 Structuur Hoofdstuk 1.1 - Toepassingsgebied en toepasbaarheid Het RID is onderverdeeld in zeven delen; elk deel is onderverdeeld in hoofdstukken, en elk hoofdstuk in afdelingen

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Hoofdstuk 1.1 Toepassingsgebied en toepasbaarheid Toepasbaarheid van andere reglementen Toepassing van normen

INHOUDSOPGAVE. Hoofdstuk 1.1 Toepassingsgebied en toepasbaarheid Toepasbaarheid van andere reglementen Toepassing van normen INHOUDSOPGAVE DEEL 1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN Hoofdstuk 1.1 Toepassingsgebied en toepasbaarheid 1.1.1 Structuur 1.1.2 Toepassingsgebied 1.1.3 Vrijstellingen 1.1.4 Toepasbaarheid van andere reglementen 1.1.5

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 367/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 367/23 14.12.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 367/23 RICHTLIJN 2004/112/EG VAN DE COMMISSIE van 13 december 2004 tot aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van Richtlijn 95/50/EG van de Raad

Nadere informatie

Hoofdstuk Lijsten van de gevaarlijke goederen

Hoofdstuk Lijsten van de gevaarlijke goederen Hoofdstuk 3.2 - Lijsten van de gevaarlijke goederen 3.2.1 Verduidelijkingen betreffende Tabel A : Lijst van de gevaarlijke goederen per UN-nummer Over het algemeen heeft elke rij van tabel A van onderhavig

Nadere informatie

Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg

Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg 1 INHOUDSOPGAVE ADR Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg Protocol van ondertekening BIJLAGE A ALGEMENE BEPALINGEN EN BEPALINGEN BETREFFENDE

Nadere informatie

Transport gevaarlijke stoffen

Transport gevaarlijke stoffen min. 30 cm Identificatienummer gevaar Identificatienummer stof 40 cm Afmeting mag ongeveer 10% afwijken Herkenningsbord Blanco Lijst van stoffen en identificatienummers Betekenis van gevaarsidentificatienummers

Nadere informatie

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 EUROPEES PARLEME T DE RAAD EUROPESE U IE Brussel, 8 januari 1999 (OR.f) COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 DE LEG 77 CODEC 686 RICHTLIJ 99/ /EG VA HET EUROPEES PARLEME T E DE RAAD I ZAKE EXTRACTE VA KOFFIE E

Nadere informatie

RICHTLIJN 96/35/EG VAN DE RAAD. van 3 juni 1996

RICHTLIJN 96/35/EG VAN DE RAAD. van 3 juni 1996 Nr. L 145/ 10 [""NLI Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 19. 6. 96 RICHTLIJN 96/35/EG VAN DE RAAD van 3 juni 1996 betreffende de aanwijzing en de beroepsbekwaamheid van veiligheidsadviseurs voor

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 29.11.2002 L 324/53 RICHTLIJN 2002/84/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 5 november2002 houdende wijziging van de richtlijnen op het gebied van maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging

Nadere informatie

(1999/C 55/06) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 118 A,

(1999/C 55/06) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 118 A, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 55 van 25/02/99 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 13/1999 door de Raad vastgesteld op 22 december 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

Hoofdstuk Veiligheidsplichten van de betrokkenen

Hoofdstuk Veiligheidsplichten van de betrokkenen Hoofdstuk 1.4 - Veiligheidsplichten van de betrokkenen 1.4.1 Algemene zorg voor veiligheid 1.4.1.1 De bij het vervoer van gevaarlijke goederen betrokkenen moeten overeenkomstig de aard en de omvang van

Nadere informatie

PROEFEXAMEN BASISCURSUS ALGEMENE GEDEELTE 2019 (open boek) Deel 1

PROEFEXAMEN BASISCURSUS ALGEMENE GEDEELTE 2019 (open boek) Deel 1 1. Tot welke klasse behoort een stof met het getal 539 bovenaan op de oranje schilden? tot klasse 5.2 tot klasse 6.1 tot klasse 8 tot klasse 5.1 2. Uw voertuig is geladen met kisten die de hele laadruimte

Nadere informatie

24 mei 2016 - Evenementenhal Gorinchem. Rollen en verantwoordelijkheden in de transportketen

24 mei 2016 - Evenementenhal Gorinchem. Rollen en verantwoordelijkheden in de transportketen 24 mei 2016 - Evenementenhal Gorinchem Rollen en verantwoordelijkheden in de transportketen Rollen en verantwoordelijkheden in de transportketen De markt: wie heeft welke rol? Wat is bevrachter / operator

Nadere informatie

BIJLAGE A ALGEMENE VOORSCHRIFTEN EN VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT DE GEVAARLIJKE STOFFEN EN VOORWERPEN

BIJLAGE A ALGEMENE VOORSCHRIFTEN EN VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT DE GEVAARLIJKE STOFFEN EN VOORWERPEN BIJLAGE A ALGEMENE VOORSCHRIFTEN EN VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT DE GEVAARLIJKE STOFFEN EN VOORWERPEN - 1 - DEEL 1 Algemene voorschriften - 2 - HOOFDSTUK 1.1 TOEPASSINGSGEBIED EN TOEPASBAARHEID 1.1.1

Nadere informatie

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006 30.12.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 396/849 Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot wijziging van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 8.7.2004 COM(2004) 468 definitief 2003/0091 (CNS) Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG wat betreft

Nadere informatie

Algemene voorschriften

Algemene voorschriften Algemene voorschriften adnr Inhoud Deel 1 Algemene voorschriften Hoofdstuk 1.1 Toepassingsgebied en toepasbaarheid 1.1.1 Structuur 1.1.2 Toepassingsgebied 1.1.3 Vrijstellingen 1.1.3.1 Vrijstellingen die

Nadere informatie

HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN

HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN L 19/34 Publicatieblad van de Europese Unie 22.1.2011 HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN BESLUIT Nr. 1/2010 VAN HET COMITÉ VERVOER OVER LAND GEMEENSCHAP/ZWITSERLAND van

Nadere informatie

Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) Bijlagen

Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) Bijlagen Verenigde Naties - Economische Commissie voor Europa Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) Bijlagen 2015 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Nadere informatie

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT EUROPEES PARLEMENT 1999 Zittingsdocument 2004 C5-0208/1999 25/10/1999 ***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT Betreft: GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. /1999 DOOR DE RAAD VASTGESTELD OP 29 MAART 1999 MET

Nadere informatie

5.5.2 Bijzondere bepalingen van toepassing op gegaste laadeenheden (UN 3359)

5.5.2 Bijzondere bepalingen van toepassing op gegaste laadeenheden (UN 3359) HOOFDSTUK 5.5 BIJZONDERE BEPALINGEN 5.5.1 (Geschrapt) 5.5.2 Bijzondere bepalingen van toepassing op gegaste laadeenheden (UN 3359) 5.5.2.1 Algemeen 5.5.2.1.1 Gegaste laadeenheden (UN 3359) die geen andere

Nadere informatie

Opgesteld door: CCV. Examenonderdeel Code: n.v.t. Veiligheidsadviseur Modaliteitspecifiek deel Spoorvervoer Toetsvorm: Schriftelijk

Opgesteld door: CCV. Examenonderdeel Code: n.v.t. Veiligheidsadviseur Modaliteitspecifiek deel Spoorvervoer Toetsvorm: Schriftelijk Opgesteld door: CCV Examenonderdeel Code: n.v.t. Naam: Veiligheidsadviseur Modaliteitspecifiek deel Spoorvervoer Toetsvorm: Schriftelijk Eindtermen/toetstermen: 6. Voorschriften voor verpakkingen, met

Nadere informatie

Geen / verkeerde vrachtbrief 1.600,-- Vrachtbriefinformatie onjuiste volgorde 375,-- Geen / verkeerde gevarenkaart 1.200,--

Geen / verkeerde vrachtbrief 1.600,-- Vrachtbriefinformatie onjuiste volgorde 375,-- Geen / verkeerde gevarenkaart 1.200,-- Feit Boete Geen / verkeerde vrachtbrief,-- Vrachtbriefinformatie onjuiste volgorde,-- Geen / verkeerde gevarenkaart,-- Geen vakbekwaamheidscertificaat,-- Geen algemene opleiding,-- Samenladen / scheiden

Nadere informatie

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1.1 - Toepassingsgebied en toepasbaarheid

Hoofdstuk 1.1 - Toepassingsgebied en toepasbaarheid 1.1.1 Structuur Hoofdstuk 1.1 - Toepassingsgebied en toepasbaarheid Het RID is onderverdeeld in zeven delen; elk deel is onderverdeeld in hoofdstukken, en elk hoofdstuk in afdelingen en onderafdelingen

Nadere informatie

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg Het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië hierna te noemen de Verdragsluitende

Nadere informatie

NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 43/ 1

NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 43/ 1 14 2 97 1 NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr L 43/ 1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) nr 258/97 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE

Nadere informatie

10 ADR 2007: Voornaamste wijzigingen voor 1 juli 2007

10 ADR 2007: Voornaamste wijzigingen voor 1 juli 2007 10 ADR 2007: Voornaamste wijzigingen voor 1 juli 2007 35 De wijzigingen voor 2007 kunnen geraadpleegd worden op het INTERNET website : http://www.unece.org./trans/main/dgdb/wp15/wp15rep.html De tekst kiezen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 februari 2002 (01.03) (OR.en) 6445/02. Interinstitutioneel dossier: 2000/0236 (COD) 2000/0237 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 februari 2002 (01.03) (OR.en) 6445/02. Interinstitutioneel dossier: 2000/0236 (COD) 2000/0237 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, februari 00 (0.03) (OR.en) Interinstitutioneel dossier: 000/036 (COD) 000/037 (COD) 6445/0 MAR CODEC VERSLAG van: de Groep zeescheepvaart aan: het Comité van permanente

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument. 31 mei /0315(COD) PE1

EUROPEES PARLEMENT ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument. 31 mei /0315(COD) PE1 EUROPEES PARLEMENT 999 004 Geconsolideerd wetgevingsdocument 3 mei 00 000/035(COD) PE ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT in eerste lezing vastgesteld op 3 mei 00 met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

Bijlage. Lijst met inbreuken en te innen sommen. inbreuk reglementering te innen som 1 Vervoerdocument en identiteitsbewijs

Bijlage. Lijst met inbreuken en te innen sommen. inbreuk reglementering te innen som 1 Vervoerdocument en identiteitsbewijs Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 01 maart 2019 tot wijziging van artikel 3 en 5 en de bijlage van het koninklijk besluit van 24 maart 1997 betreffende de inning en de consignatie van

Nadere informatie

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing.

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 april 2001 (04.05) (OR. en) 7725/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0211 (COD) LIMITE ENT 55 ENV 166 CODEC 319 RESULTAAT BESPREKINGEN van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

1 van 5 9-7-2009 21:21 Beheerd door Avis het juridique Publicatiebureau important 31995L0019 Richtlijn 95/19/EG van de Raad van 19 juni 1995 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en

Nadere informatie

inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende aërosols

inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende aërosols Nr. L 147/40 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 9. 6. 75 RICHTLIJN VAN DE RAAD van 20 mei 1975 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende aërosols (75/324/EEG

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/4 VERORDENING (EU) 2016/293 VAN DE COMMISSIE van 1 maart 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende

Nadere informatie

1997R0258 NL

1997R0258 NL 1997R0258 NL 07.08.2009 004.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) nr. 258/97 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 364 van 25/11/98 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 59/98 door de Raad vastgesteld op 20 juli 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN

BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN WIT-RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders a. Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. b. Voor het vervoer naar,

Nadere informatie

OVERZICHT WIJZIGINGEN IMDG CODE (35-10) m.i.v Mogen worden toegepast vanaf met toestemming van de bevoegde autoriteit.

OVERZICHT WIJZIGINGEN IMDG CODE (35-10) m.i.v Mogen worden toegepast vanaf met toestemming van de bevoegde autoriteit. OVERZICHT WIJZIGINGEN IMDG CODE (35-10) m.i.v. 1-1-2012 Mogen worden toegepast vanaf 1-1-2011met toestemming van de bevoegde autoriteit. IMDG Code, deel 1 (hoofdstuk 1.2) Tekstuele aanpassingen diverse

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

subklassen compatibiliteitsgroepen ADR 2013 Klasse 1

subklassen compatibiliteitsgroepen ADR 2013 Klasse 1 Copyright en gebruiksrecht Copyright GDS Europe BV ADR 2013 Klasse 1 Deze presentatie is alleen bestemd ter ondersteuning van klassikale lessen voor de basiskwalificatie en nascholing van beroepschauffeurs

Nadere informatie

L3G B.02 - Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, Bijlage 1. Toepassingsgebied/ondergrenzen en vrijstellingen PGS 15 (versie 2016)

L3G B.02 - Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, Bijlage 1. Toepassingsgebied/ondergrenzen en vrijstellingen PGS 15 (versie 2016) L3G 06.03.B.02 - Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, Bijlage 1. Toepassingsgebied/ondergrenzen en vrijstellingen PGS 15 (versie 2016) Het toepassingsgebied van PGS 15 heeft betrekking op stoffen van

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.8.2016 COM(2016) 508 final 2016/0248 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het standpunt van de Unie met betrekking tot de wijzigingen van de bijlagen

Nadere informatie

GROENEWOUD Consultancy

GROENEWOUD Consultancy Wijzigingen ADR per 1 januari 2011 1.1 Toepassingsgebied 1.2 Definities 1.3 Opleidingen 1.4 Veiligheidsplichten Vrijstellingen ivm samenhang met gassen aangevuld met: gassen in ballen tbv sport. gassen

Nadere informatie

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Publicatieblad Nr. L 372 van 31/12/1985 blz. 0031-0033

Nadere informatie

Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR)

Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) INHOUDSTAFEL Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) Protocol van ondertekening BIJLAGE A Deel 1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN EN VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING

Nadere informatie

AANBRENGEN VAN GROTE ETIKETTEN EN KENMERKINGEN

AANBRENGEN VAN GROTE ETIKETTEN EN KENMERKINGEN HOOFDFSTUK 5.3 AANBRENGEN VAN GROTE ETIKETTEN EN KENMERKINGEN Opmerking : Zie voor de kenmerking en het aanbrengen van grote etiketten op containers, MEGC's, tankcontainers en transporttanks bij vervoer

Nadere informatie

L 86/6 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

L 86/6 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE L 86/6 Publicatieblad de Europese Unie 5.4.2005 II (Besluiten waar de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE 22 maart 2005 tot vaststelling de tabellen

Nadere informatie

Workshop Transportveiligheid WELKOM OP DE STOFFENDAG!

Workshop Transportveiligheid WELKOM OP DE STOFFENDAG! WELKOM OP DE STOFFENDAG! UW INLEIDER Wim van Dongen Specialist & Veiligheidsadviseur Vervoer Gevaarlijke Stoffen Voorzitter Vereniging voor Veiligheidsadviseurs Vervoer Gevaarlijke Stoffen (VVA) wimvandongen@veiligheidsadviseurs.org

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 17 november 2003 (OR. en) 2003/0001 (COD) LEX 478 PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 RICHTLIJN 2003/103/EG VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

L 302/28 Publicatieblad van de Europese Unie

L 302/28 Publicatieblad van de Europese Unie L 302/28 Publicatieblad van de Europese Unie 19.11.2005 VERORDENING (EG) Nr. 1895/2005 VAN DE COMMISSIE van 18 november 2005 inzake de beperking van het gebruik van bepaalde epoxyderivaten in materialen

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad dd

Belgisch Staatsblad dd FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2016/11316] 12 JULI 2016. Koninklijk besluit betreffende het vervoer via de weg of per spoor van ontplofbare stoffen FILIP, Koning der

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

TXTG R bas-cnl

TXTG R bas-cnl Page 1 sur 9 BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING - Op de informatie op deze site is een verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een inzake het auteursrecht van toepassing. 31997R0258 Verordening

Nadere informatie

A7-0319/ Voorstel voor een richtlijn (COM(2013)0102 C7-0047/ /0062(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst

A7-0319/ Voorstel voor een richtlijn (COM(2013)0102 C7-0047/ /0062(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst 31.1.2014 A7-0319/ 001-019 AMENDEMENTEN 001-019 ingediend door de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken Verslag Sari Essayah Indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels A7-0319/2013

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213, Ontwerp voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD betreffende de toerekening van de indirect gemeten diensten van financiële intermediairs (IGDFI) in het kader van het Europees systeem van nationale en regionale

Nadere informatie

Toetsmatrijs. Opgesteld door: CCV

Toetsmatrijs. Opgesteld door: CCV Opgesteld door: CCV Examenonderdeel Code: Naam: Toetsvorm: Theorie VBGS(V) Vakbekwaamheid Behandeling Gevaarlijke Stoffen Schriftelijk Note: In dit document bestrijkt het begrip tank de volgende uitgebreide

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 1976L0756 NL 15.10.2008 009.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B RICHTLIJN VAN DE RAAD van 27 juli 1976 inzake de

Nadere informatie

betreffende met GGO's geproduceerde levensmiddelen

betreffende met GGO's geproduceerde levensmiddelen L 268/24 VERORDENING (EG) Nr. 1830/2003 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 22 september 2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.12.1999 COM(1999) 703 definitief 1999/0272 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

Toetsmatrijs Vakbekwaamheid Behandeling Gevaarlijke Stoffen Initieel en Verlenging - Extern

Toetsmatrijs Vakbekwaamheid Behandeling Gevaarlijke Stoffen Initieel en Verlenging - Extern Opgesteld door: CCV Wijzigingen zijn cursief weergeven Categorie: Categoriecode: Toetsvorm: Totaal aantal vragen: Dekkingsgraad toetstermen: 94% Vakbekwaamheid Behandeling Gevaarlijke Stoffen VBGS(V) Schriftelijk

Nadere informatie

(vijftiende bij zondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG)

(vijftiende bij zondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 23 van 28/01/2000 RICHTLIJN 1999/92/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 december 1999 betreffende minimumvoorschriften voor de verbetering

Nadere informatie

L 94/8 Publicatieblad van de Europese Unie 5.4.2008 RICHTLIJNEN

L 94/8 Publicatieblad van de Europese Unie 5.4.2008 RICHTLIJNEN L 94/8 Publicatieblad van de Europese Unie 5.4.2008 RICHTLIJNEN RICHTLIJN 2008/43/EG VAN DE COMMISSIE van 4 april 2008 tot instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van explosieven

Nadere informatie

Indelen van gevaarlijke (afval)stoffen. EURAL versus ADR

Indelen van gevaarlijke (afval)stoffen. EURAL versus ADR Indelen van gevaarlijke (afval)stoffen EURAL versus ADR Wie ben ik? Pascal Smetsers Wat doe ik? Bedrijfsadviseur gevaarlijke (afval)stoffen Opslag: PGS Vervoer: Alle vervoersmodaliteiten Gebruik: (EU-)GHS,

Nadere informatie

ADR/RID 2013 ADR ONLY 1.6.1.1 17/12/2012. Afdeling België Belgian Safety Advisors Association

ADR/RID 2013 ADR ONLY 1.6.1.1 17/12/2012. Afdeling België Belgian Safety Advisors Association 1 ADR/RID 2013 1.6.1.1 ADR ONLY 2 1 Voorwoord Dit is een samenvatting van de belangrijkste wijzigingen. Steeds officiële teksten gebruiken (december 2012) ADR : http://www.unece.org/trans/main/dgdb/wp15/wp15rep.html

Nadere informatie

(Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 26 juni 1975

(Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 26 juni 1975 26. 7. 75 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 196/ 1 II (Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juni 1975 inzake de onderlinge

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 bron : http://www.emis.vito.be Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen dd. 27-06-2000 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 Gewijzigd voorstel voor een beschikking

Nadere informatie

2006R2023 NL

2006R2023 NL 2006R2023 NL 17.04.2008 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 2023/2006 VAN DE COMMISSIE

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0248 (NLE) 11723/16 TRANS 324 VOORSTEL van: ingekomen: 17 augustus 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 8430/17 LIMITE PUBLIC ENV 375 COMPET 264 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft:

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 18.10.2008 Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 VERORDENING (EG) Nr. 1024/2008 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2008 tot vaststelling van gedetailleerde maatregelen ter uitvoering van Verordening

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 2.12.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 VERORDENING (EG) Nr. 2060/2004 VAN DE RAAD van 22 november 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2702/1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties

Nadere informatie

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken OPMERKING. Voor de kenmerking en etikettering van containers, MEGC s, tankcontainers en mobiele tanks van een vervoer dat deel uitmaakt van een

Nadere informatie

MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...]

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...] EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.6.2010 COM(2010)280 definitief 2010/0168 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD van [...] betreffende de verplichte toepassing van Reglement nr. 100 van de Economische

Nadere informatie

DOSSIER: IBC s voor het vervoer van gevaarlijke stoffen

DOSSIER: IBC s voor het vervoer van gevaarlijke stoffen SEPTEMBER 2016 DOSSIER: IBC s voor het vervoer van gevaarlijke stoffen IBC s of voluit Intermediate Bulk Containers. Dit is een container die gebruikt wordt voor los gestorte goederen in bulk (bv ertsen,

Nadere informatie

DEEL 5. Verzendingsprocedures

DEEL 5. Verzendingsprocedures DEEL 5 Verzendingsprocedures Hoofdstuk 5.1 - Algemene bepalingen 5.1.1 Toepassing en algemene bepalingen Het onderhavig deel geeft de bepalingen weer met betrekking tot de verzending van gevaarlijke goederen

Nadere informatie

Hoofdstuk 5.5 - Bijzondere bepalingen

Hoofdstuk 5.5 - Bijzondere bepalingen Miinimale afmeting 250 mm 5.5.1 Afgeschaft Hoofdstuk 5.5 - Bijzondere bepalingen 5.5.2 Bijzondere bepalingen met betrekking tot laadtransporteenheden onder fumigatie (UN-nummer 3359) 5.5.2.1 Algemeenheden

Nadere informatie

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken OPMERKING. Voor de kenmerking en etikettering van containers, MEGC s, tankcontainers en mobiele tanks van een vervoer dat deel uitmaakt van een

Nadere informatie

Vakbekwaamheidseisen vervoer gevaarlijke stoffen. voor de wagencontroleur

Vakbekwaamheidseisen vervoer gevaarlijke stoffen. voor de wagencontroleur Vakbekwaamheidseisen vervoer gevaarlijke stoffen voor de wagencontroleur Behorend bij het examenprogramma wagencontroleur Vastgesteld op 22 november 2012 de Minister Infrastructuur en Milieu, namens deze:

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar,

Nadere informatie

16.4.2010 A7-0101/ 001-065. Voorstel voor een richtlijn (COM(2009)0482 C7-0161/2009 2009/0131(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst.

16.4.2010 A7-0101/ 001-065. Voorstel voor een richtlijn (COM(2009)0482 C7-0161/2009 2009/0131(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst. 16.4.2010 A7-0101/ 001-065 AMENDEMENTEN 001-065 ingediend door de Commissie vervoer en toerisme Verslag Brian Simpson Vervoerbare drukapparatuur A7-0101/2010 (COM(2009)0482 C7-0161/2009 2009/0131(COD))

Nadere informatie

Richtlijn 02. Datum 1 juni Aantal pagina s 13

Richtlijn 02. Datum 1 juni Aantal pagina s 13 T&C Packaging International Testing & Consultancy Packaging International Part of the IBE - BVI group Richtlijn 02 Eisen aan het kwaliteitsborgingssysteem voor de periodieke inspecties en beproevingen

Nadere informatie

Vervoer van gevaarlijke goederen, "Hazardous Goods" en "Hazardous Articles"

Vervoer van gevaarlijke goederen, Hazardous Goods en Hazardous Articles Vertaling ter informatie verstrekt - alleen de Franse en Engelse versies hebben een dwingend juridisch karakter. Vervoer van gevaarlijke goederen, "Hazardous Goods" en "Hazardous Articles" Dit beleid is

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.03.2000 COM(2000) 145 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot schorsing voor een periode van zes maanden, van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 25.02.1998 COM(1998) 99 def. Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD betreffende de verplichte opneming in de etikettering van bepaalde met genetisch

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) 19.3.2002 NL Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 76/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 484/2002 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Nadere informatie

ADR. in voege op 1 januari 2015. Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg

ADR. in voege op 1 januari 2015. Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg ADR in voege op 1 januari 2015 Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg INHOUDSTAFEL Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke

Nadere informatie