Theoretische voorbereiding voor het keurmeestersexamen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Theoretische voorbereiding voor het keurmeestersexamen"

Transcriptie

1 Theoretische voorbereiding voor het keurmeestersexamen Herkenning van rastypische eigenschappen Algeheel beeld: - Alle botten zijn vaak iets korter. Opperarm wat korter dan schouderblad en ook de voorsnuit is vaak wat kleiner. Hoofd - Kopbeeld is hoofdzaak bij de Drent!. Mw Klein was een echte hoofdenkeurder. Al is het lichaam nog zo prachtig, als er geen mooi hoofd op staat, mag ie nooit een U krijgen. - Hoofd tamelijk breed en niet adelijk of trots gedragen. Alles moet geleidelijk verlopen (stop, overgang wangen in snuitpartij) - Snuit moet wigvormig zijn. - Vrij dunne en strakke lippen (kan natuurlijk nooit zo droog zijn als een windhond) - Matig ontwikkelde occiput en matig ontwikkelde wangen - Groef mag nauwelijks te zien zijn - Vrij vlak schedeldak - Geleidelijke en vloeiende stop - Oor moet tot drie vingerbreedten bij de neuspunt komen en moet bewegelijk zijn. Beharing bij het oor is aan de basis vaak langer dan onderop het oor. - Ogen staan iets wijd uit elkaar en moet amberkleurig zijn, die passen bij de kleur van de vacht. Doorkleuren van de ogen kan tot 5 jaar duren. - Krachtig en zwaar gebit (niet te kleine elementen) Lichaam - Iets gestrekt (kijken of gestrektheid voortkomt uit beenlengte of ruglengte). - Goed geborst en goed doorgeribt met lange ribbenpartij en wat ronde ribben. - Sluike vacht mag, maar slagen hebben voorkeur. - Prachtig hoofd is belangrijker dan een prachtig lichaam. - Strakke bovenbelijning waarbij de staart mooi vanuit de ruglijn komt - Staart bijna tot hak Gangwerk - Rastypische gangwerk van een Drent is vaak wat breder in de ellebogen en proberen achter om éénsporig te gaan. Niet verwarren met nauw gaan. Beharing - Vachten met slagen hebben vaak een goede ondervacht. - Bossige staart. 35 jaar geleden had 1/3 van de Drenten een setterstaart - Ticking nooit afrekenen, net als een geheel bruin hoofd of een scheve aftekening! Gedrag - Gedrag is wat terughoudend, gereserveerd Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 1 van 31

2 Herkenning van rastypische fouten Algeheel beeld - Laagbenig (kijken of het voortkomt uit beenlengte of lichaamslengte (rug of lendenen) - Vierkant - Te lange benen (dan vaak vierkant) - Niet lomp, maar ook niet sierlijk of elegant Hoofd - Gebrek aan wigvormig hoofd (dan zijn andere verhoudingen ook vaak niet in orde) - Te sierlijk hoofd - Te lange voorsnuit - Teveel lip (komt bij de Epagneul Francais vandaan) Hierbij wel kijken of het niet de voorsnuit is, die te diep is - Ramsneus (let op dat het niet het laatste weke stukje van de neusrug is.) - Te abrupte stop (let op dat dit niet de wenkbrauwbogen zijn; kijk altijd tussen de ogen naar de stop). - Teveel bakken, wammen en keelhuid - Ogen te dicht bij elkaar en wat te rond. Ronde ogen komen vaak bij Het Opgoande slag vandaan. - Groenige of kleurloze ogen (let wel op het bijkleuren), of juist bruine ogen (kunnen nooit van een Drent zijn) - Oren te laag en naar achteren gezet, of reikend tot aan de neusspiegel - Soms een te sterke groef. - Reservetandje (extra snijtandje o.i.d.) niet te zwaar aanrekenen. Lichaam - Sterk hellend bekken in stand kan vaak nog verbeteren tijdens het gaan. Altijd controleren! - Voorhand te ver naar voren (vaak door te ronde ribben, zodat het schouderblad wat af glijdt) - Smalle borst (laat vaak wel een goed gangwerk zien) - Ellebogen niet goed aansluiten, of te ver onder de borst. - Te schuin liggend opperarm - Te slappe polsen (had Nimrod ook). - Steile middenvoeten (hebben geen veerkracht) - Te hoge staartdracht (niet vergeten ook even naar het gedrag te kijken (macho???) Beharing - Zie je een hond met een Setterstaart, dan heeft ie ook geen golven in zijn vacht - De roodbruine kleur zag men vaak bij Kempenaer (fokte ook Bonte Ierse Setters en Kooikerhondjes). Vaak hebben ze ook een te korte voorsnuit. - Krullen (is geen ernstige fout, makkelijk eruit te fokken) - Mantel is een klein foutje - Bij een verschoten vacht even kijken welke kleur er onder ligt. Juiste kleur is chocoladebruin (variërend van melk- tot pure chocolade) Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 2 van 31

3 Bij de Drent zijn er maar twee redenen om te diskwalificeren; Agressief of het missen van één of beide teelballen. We kennen namelijk geen diskwalificerende fouten Piraat of een driekleur geven we een M, of een G als het een hele mooie is. Hiermee sluit je ze wel uit van de fokkerij. P1 of P2 ontbreken mag nog wel. M3 niet zo zwaar aan tillen, wel vermelden, maar niet minder kwalificeren. Roestbruine vlek in de vacht (niet op tanplaatsen), vaak genfrequentie en heeft vaak Fritske als voorvader. Opmerken, maar niet lager kwalificeren. Te kleine honden bij 1 cm nog overwegen om een ZG te geven. Drie centimeter is echt teveel en dan komt zo n hond op een G of een M uit. Als je niet meet, dan weet je het ook niet zeker en kan je schrijven dat ie onderaan de maat zit. Pigmentverlies rond de neus, alleen opschrijven meer niet. Is er helemaal geen sprake van pigment, dan afstraffen (zeker bij een reu). Kale oogranden ook niet afstraffen, maar wel vermelden. Vaalgele honden is niet bruin meer, dus een miskleur. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 3 van 31

4 Theoretische kennis van de rasstandaard Er zijn in totaal drie verschillende rasstandaarden geweest: 1. De oorspronkelijke uit Destijds gemaakt door het bestuur en een kynoloog van de Raad van Beheer. Niet veel deskundige bij betrokken, maar wel een duidelijke standaard, waar maar weinig aan is veranderd. 2. Genormaliseerde versie uit 1995 of Namens de FCI moest er uniformiteit komen in alle rasstandaarden. Inhoudelijk mocht er niets gewijzigd worden. Ad kon het echter niet laten om toch die 90 gradenhoeking in de voorhand eruit te halen. Verder zijn er wat wijzigingen in woordkeuze en het gangwerk is toegevoegd. 3. De recente rasstandaard sinds (Ad, Janny en Arie en in het begin ook Jan Dekker). Vergadering geweest met geïnteresseerden. Alles is duidelijker geschreven en er is minder ruimte voor verschillend interpretaties. Oranje en driekleur zijn uit de rasstandaard gehaald. Om steile beharing eruit te halen was niet meer mogelijk. We zouden dan teveel honden worden uitgesloten. Er is verwoord dat steile beharing mag, maar dat slagen de voorkeur hebben. De huidige rasstandaard: DRENTSCHE PATRIJSHOND FCI-Standaard Nr. 224 / / NL Datum van publicatie van de geldende originele standaard: februari Aangepaste en vernieuwde standaard officieel in werking getreden: 1 januari 2004 Gebruik: Staande Jachthond FCI-indeling: Groep 7, Staande jachthonden. Sectie 1,2; Continentale jachthonden, met werkproef. KORT HISTORISCH OVERZICHT: Het ras ontstond vanaf de 16 e eeuw uit de Spioenen (ook wel Spanjoelen genoemd), Staande honden die via Frankrijk uit Spanje afkomstig waren. In Nederland werden ze Patrijshonden genoemd. In het oosten van Nederland, vooral in Drenthe, werden deze honden raszuiver bewaard en niet als elders gemengd met buitenlandse rassen. Op 15 mei 1943 werd het ras officieel door de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied erkend. Dit was sterk bevorderd door mevrouw M.C.S. Baronesse van Hardenbroek en de heren G.J. van Heek Jr. en P.B.V.Quartero. Het ras is verwant aan o.a. de Heidewachtel en de Epagneul Français. Op 5 juni 1948 werd de rasvereniging opgericht, de Nederlandse Vereniging De Drentsche Patrijshond. ALGEMENE VERSCHIJNING: Een evenredig gebouwde hond, droog gespierd en scherp getekend, wiens lichaamsbouw kracht toont en het vermogen tot het ontwikkelen van de voor de jachthond nodige snelheid. Hij heeft een wigvormige snuit die iets korter is dan de lengte van de schedel en niet overhangende, tamelijk droge lippen. Hij is wat langer dan hoog, dus iets gestrekt. De vacht, hoewel op het lichaam niet bepaald lang, typeert zich - door de goed behaarde oren en de Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 4 van 31

5 iets rijkere beharing aan hals en borst, de bevedering van voor- en achterbenen en de door de rondom lang behaarde, bossige staart - als een lange beharing. Term evenredig gebouwd komt bij vele jacht- en herdershonden voor. Hond moet normaal en harmonieus geproportioneerd zijn met geen enkele overdrijving. Concreet: als je naar het profiel van de wolf kijkt, dan komt deze met de Drent ongeveer overeen (met uitzondering van de staande oren. Rechtopstaande oren zouden tijdens de jacht te kwetsbaar zijn, hierdoor is waarschijnlijk op hangende oren geselecteerd). Vooral het hoofd zorgt voor de verschillen met de aanverwante rassen zoals Duitse Staande Langhaar, Epagneul Français of de Heidewachtel. Hoofd Drent is korter, vooral in voorsnuit, die in een stompe punt eindigt. Lippen zijn strak en hangen niet of nauwelijks over. Hierdoor toont het hoofd lichter dan bij de Duitse Langhaar. Het lichaam is iets gestrekt en moet in een oogopslag te zien zijn. Vaak zijn teven een tikje langer dan de reuen. Dit is functioneel in verband met het moederschap. KARAKTEREIGENSCHAPPEN: Hij is voor de jacht op wisselend terrein de jachthond bij uitnemendheid. De hond jaagt onder het geweer. Het behoud van het contact met de jager is blijkbaar een aangeboren eigenschap. Een eigenaardigheid van veel Drenten is, dat de hond in zoekende actie de staart in de rondte draait. Dit is vooral duidelijk als hij verwaaiing krijgt van wild. Na het aantrekken of een arrêt, staat hij het wild muurvast en onberispelijk voor. Bij het staan wacht de hond tot de jager tot op korte afstand genaderd is, terwijl bij lang wachten omgekeken wordt. Hij heeft het aanpassingsvermogen dat hem voor de jacht op allerlei soort wild in het veld en voor het waterwerk geschikt doet zijn. Daarnaast is hij een goed apporteur en verlorenzoeker. Gemelde eigenschappen zijn de hond aangeboren, vandaar het eigenaardige dat hij weinig dressuur behoeft. Door de zachtheid van karakter is parforce dressuur uit den boze. De hond is trouw en intelligent en daardoor met een goede opvoeding en training, een huisgenoot van bijzondere waarde en een goede jachtmakker. Door zijn veelzijdigheid is hij voor de Nederlandse jager van veel waarde. Meestal hebben jagers verschillende soorten jacht zoals haar- of veerwild. Drent jaagt zowel op fazanten en eenden als op konijnen en hazen. Voor eendenjacht moet hij het water in en hierbij is een water- en vuilafstotende zeer welkom. Door zijn veelzijdige karakter prettig bij de jacht en fijne huishond. In eerste standaard is vermeld dat hij van nature gehoorzaam is. Dit is nu weggelaten; een Drent moet natuurlijk wel worden opgevoed. HOOFD: Schedelpartij: De schedel is tamelijk breed en slechts weinig gewelfd. In de middellijn loopt een nauwelijks waarneembare groef van de ondiepe stop tot halverwege de matig ontwikkelde achterhoofdsknobbel. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 5 van 31

6 Stop: De overgang van de schedel in de snuit is, zowel van terzijde als van voren bekeken, geleidelijk: de wangen gaan vloeiend over in de snuitpartij. De wenkbrauwbogen zijn zodanig ontwikkeld dat ze goed waarneembaar zijn. Snuitpartij: Neus: De neusspiegel is goed ontwikkeld en de kleur ervan is bruin. De neusgaten zijn ruim. Snuit: De snuitpartij is wigvormig en iets korter dan de schedel, stomp eindigend, terwijl zij voor het oog geen bepaalde inzinking mag vertonen. De neusrug is breed en noch hol, noch gebogen. Een zeer geringe buiging opwaarts achter de neusspiegel is geoorloofd. Ramsneus is een ernstige fout. Snuit bepaald in grote mate het bijzondere hoofd. Geringe buiging opwaarts zorgt wel eens voor problemen. Dit is bij de neuspunt waar het neusbeen ophoudt. Hierdoor ontstaat een lichte welving. Direct vanaf de stop moet de neusrug recht zijn. Lippen: De lippen zijn vrij dun en strak. Honden uit Nimrodlijn laten vaak een droge lippenpartij zien. Lippen hangen hierbij slechts een klein beetje over. Bij honden uit de Clovislijn zien we vaak grote overhangende lippen. Een iets overhangende lip is niet gelijk een grove fout. Kaken / gebit: Het gebit is een krachtig en goed sluitend schaargebit. Summiere beschrijving.p1 missen is minder erg dan de P4 en de M1 is minder belangrijk dat de M1 of M2. P1 wordt niet gewisseld, maar verschijnt pas tijdens het wisselen. Functie M3 is discutabel. Is waarschijnlijk meer een soort verstandskies, is minuscuul klein, komt vaak pas op latere leeftijd en er is in de bovenkaak geen kies die hierop aansluit. Functie is dus niet helemaal duidelijk. Belangrijkheid bij ontbreken van elementen moet qua kwalificering worden overgelaten aan het gezonde verstand van de keurmeesters. Wangen: De wangen zijn matig ontwikkeld. Ogen: De ligging van de ogen is wijd uiteen en zodanig dat ze goed beschermd zijn; ze puilen noch uit, noch liggen ze diep. Ze zijn middelmatig groot en ovaal van vorm.de uitdrukking toont goedmoedigheid en tevens de intelligentie van de jachthonden. De gewenste kleur is amberkleurig, dus noch donker, noch de lichte kleur van het roofvogeloog. De oogleden moeten het oog goed omsluiten. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 6 van 31

7 Amber is de enige juiste kleur. Vermelding van mooi donker oog is niet juist. Oogkleur komt vaak overeen met kleur van de vacht. Soms zijn de ogen vrij snel op kleur, soms duurt het nog wel tot het 5e jaar. Oren: Niet zwaar. Ze zijn hoog aangezet en op zodanige wijze bevestigd dat ze zonder plooi of vouw dicht langs de wangen worden gedragen. Ze zijn van zodanige lengte dat ze, naar voren gebracht, de neuspunt tot op omstreeks drie vingerbreedten benaderen. Ze zijn bij de aanzet breed en eindigen in een afgestompte punt. Het oor is aan de buitenkant van boven rijk met liefst gegolfd lang haar bezet, geen krulhaar. Onderaan is de oorbeharing korter, terwijl het oor aan de rand van de binnenkant bovenaan ook bevederd is. Als de aandacht van de hond getrokken wordt, draaien de oren naar voren en worden ze hoger opgetrokken. Van voren gezien vormt het oor dan een driehoek met de plooi boven het midden van de oorlap. Het oor is beweeglijk en drukt verschillende gemoedstoestanden uit. Oren zijn wel hoog aangezet, maar kunnen ook laag gedragen worden. Hangt af van gemoedstoestand van de hond. In de showring zijn ze vaak niet zo attent en moet de keurmeester proberen die attentie te vangen (met koekje, piepertje of knisperend papiertje). Goed aangezette oren schieten dan omhoog, waardoor de hele uitdrukking anders wordt. Oren van de Drent zijn zeer beweeglijk en gaan van hoog naar laag en van achteren en voren. Onderkant oor heeft vaak een korte beharing, dit is vrij uitzonderlijk. Puppies hebben vaak golfjes die bij het ouder worden grotendeels verdwijnen. Hals: De hals is krachtig, van middelmatige lengte, eerder kort dan lang, en moet een zodanige schakel tussen hoofd en lichaam vormen dat de overgangen vloeiend, dus zonder onderbreking van de belijning, plaatsvinden. Een overschrijding van de gewenste halslengte, waardoor het algemene beeld aan elegantie wint doch aan kracht inboet, is ongewenst. Wammen of keelhuid passen niet in het beeld van deze droog gespierde, scherp getekende hond en zijn dus niet gewenst. Door korte hals is de vloeiende overgang naar schouder (die gewenst is), niet altijd te zien. Soms zie je ook een heel klein dipje tussen hals en rugwervels. Een lange hals geeft een elegant uiterlijk. Scherp en droog getekend betekent zonder sterk overhangende lippen, huidplooien, enzovoorts. LICHAAM: Bovenbelijning: De belijning gaat van de middelmatig lange hals vloeiend over in de rechte rug en lendenen en eindigt in de een weinig hellende kroep. Rug: Krachtige rug, van middelmatige lengte, niet te kort, zodat door de rug met de goed gehoekte voor- en achterhand de lengte verkregen wordt welke tot het gestrekte beeld leidt. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 7 van 31

8 Lendenen: Sterk gespierd. Croupe: Kruis breed en lang, een weinig hellend. Het is belangrijk dat de bovenbelijning recht is en de hond niet overbouwd is. Bij jonge honden zien we dit nog wel eens, maar na twee jaar moet de rug strak zijn. Drent is wel laat af en is enige kennis van het ras nodig om een jonge hond goed te beoordelen. Vooral de jeugd en jongehondenklas zijn erg moeilijk om te beoordelen. Honden zakken dan vaak nog in de gewrichten, hierdoor kan de overbouwdheid ook nog verdwijnen. Pas op met te voorzichtig kwalificeren. Een G-hond wordt uitgesloten van de fokkerij en bij jonge honden motiveert een G of een M niet om nog eens naar een tentoonstelling te gaan. Zo heeft een keurmeester een negatieve invloed op hun strenge beslissing. Borst: Diep, reikend tot aan de ellebogen en van voren gezien ruim. De voorste ribben mogen niet zo gebogen zijn dat de voorbenen bij het bewegen worden gehinderd. Een smalle, ondiepe borst is een ernstige fout. Lange ribbenpartij. Ook de achterste ribben dus goed ontwikkelt. Gewelfd, dus noch vlak, noch tonvormig. Van voren gezien ruim, wil zeggen dat er een handbreedte tussen de voorbenen gelegd moet worden, als de hond volwassen is. Vaak hebben jonge honden nog geen brede borst, maar al wel een diepe borst. Als ie op jonge leeftijd een ondiepe borst heeft (dus hoog boven de ellebogen), ontwikkeld deze naarmate de hond ouder wordt niet of nauwelijks meer. Onderbelijning: Buik weinig opgetrokken. Om het beeld van elegantie te vermijden is een opgetrokken buiklijn niet goed. Onderbelijning moet dus tamelijk recht zijn en slechts het achterste deel, na de laatste zwevende rib, iets oplopend. STAART: Tamelijk hoog aangezet. De staart reikt tot bijna aan de hak. Gedragen tot halverwege naar beneden en dan met een lichte boog opwaarts gekeerd. In actie wordt de staart gedeeltelijk gestrekt, het laatste deel met een lichte boog naar boven. Nimmer over de rug gekruld. Met uitzondering van het gedeelte bij de aanzet rijke beharing rondom, welke naar de punt van de staart in lengte afneemt. Bij meeste Drenten is staart tot de hak, of iets langer. Over de hak reikend is geen grote afwijking. Op het oog lijkt de staart vaak langer door de mooie pluim. Vroeger werden ze nog wel eens gecoupeerd. Gelukkig nu niet meer; functioneel couperen is bij de Drent niet nodig. Ze kunnen Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 8 van 31

9 prima door de bramenstruiken en andere dichte begroeiing zonder hun staart te beschadigen. Men vond een gecoupeerde staart vroeger ook wel deftig staan. LEDEMATEN: Voorhand: Schouders en opperarm: Schouderblad lang, schuin geplaatst en goed naar achteren liggend. Opperarm loopt schuin naar achteren zodat een goede hoek met het schouderblad wordt gevormd. Van voren en van opzij gezien moeten schouder en opperarm het voorste deel van de borstkas goed insluiten en daarmee een goed geheel vormen. Ellebogen: De ellebogen goed aangesloten, dus noch van het lichaam afgedraaid, noch zodanig aangedrukt dat ze de hond in zijn beweging belemmeren. Ondervoorbenen: Recht en goed gespierd. Pols (carpus) : Sterk met goed bot. Voormiddenvoet (metacampus): Naar binnen noch naar buiten draaiend, licht verend. Voorvoeten: Rond tot ovaal met goed gesloten, gebogen, krachtige tenen en stevige voetzolen. Achterhand: Goed ontwikkelt, dus breed en diep gespierd. Dij en onderachterbeen: Het darm, dij- en schenkelbeen in goede hoekingen ten opzichte van elkaar geplaatst. De achterbenen staan van achteren gezien noch te nauw bij, noch te wijd van elkaar en ze zijn kaarsrecht: de sprongen naderen elkaar dus niet en wijken evenmin van elkaar af. Hak: Hak laag bij de grond. Achtermiddenvoet (metatarsus) dus kort. Achtervoeten: Als voorvoeten. GANGWERK: Uitgrijpend, harmonisch en stuwend gangwerk, noch nauw, noch wijd gaand in de draf, zonder slingeren en uitdraaien van ellebogen of hakken, neigend naar eensporigheid. Zie ook het hoofdstuk over de functionele bouw van de Drent. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 9 van 31

10 BEHARING: Een dichte, het lichaam goed bedekkende, niet gekrulde beharing die niet zuiver langharig is, doch, doordat zij op verschillende plaatsen langer is, de indruk van langharigheid wekt. Aan hals en voorborst is de beharing langer: de oren zijn bezet met lange, liefst gegolfde beharing. De oren, de achterkant van de voor en achterbenen en de broek zijn bevederd. Op de rug tot op de staart wordt een aanliggende golvende beharing op prijs gesteld. De staart is, behalve bij de aanzet, rondom rijk met lang haar bezet dat naar de punt toe in lengte afneemt. De voeten zijn tussen de tenen goed behaard. Golvend is het beste, sluik is geen fout. Astrakankrullen zoals bij de Wetterhoun is wel fout. Golvende beharing, gaat vooral bij teven later over in een lichte krul. Het haar gaat een beetje afstaan. Na iedere loopsheid, nest of verharing komt er meer springerig haar. Broek wordt bij het ouder worden vaak licht kroezig. Golvende beharing is vaak wat anders van structuur en dichtheid. Dekhaar is niet zacht, maar vrij stug en lijkt op geitenhaar. Deze beharing heeft een goede ondervacht en wordt tijdens het zwemmen nauwelijks nat. Pups van 8 weken hebben vaak al een golf over de rug, doorlopend in de staart. Het is net een ouderwetse watergolf. Bijna alle gecastreerde of gesteriliseerde Drenten krijgen een slechte en te lange vacht die niet meer uitruit, maar vervilt. Bij castratie op jonge leeftijd houdt de teef soms een reuachtig uiterlijk krijgen. KLEUR: Wit met bruine platen, met of zonder spikkels. Honden met een duidelijke schimmelkleur (mengsel van bruine en witte haren) met of zonder platen, zijn ongewenst. Minder gewenst zijn mantelhonden. De oren zijn bruin, evenals het haar rondom de ogen. Schimmelkleur zoals bij de Heidewachtel is ongewenst. Hierbij zijn de voeten bruin loopt het bruin naar boven toe geleidelijk over in het wit. Het bruin is ook zeer gemengd in het wit. Drenten hebben witte voeten. Het lichtschimmel zoals schimmelvlekjes is geen fout. (meer het Belton bij de Setters). Lichtgekleurde vlekjes worden als typisch voor de Nimrodlijn gezien. Het bruin is van licht naar donkerbruin en alle kleuren die ertussen zitten. SCHOFTHOOGTE: Reuen: van 58 tot 63 cm. Teven: van 55 tot 60 cm. Overschrijding van de maat met een enkele centimeter is bij een evenredige bouw te aanvaarden. In vorige standaard geen onderscheid tussen reuen en teven. Nu wel en er moet dus ook echt onderscheid zijn. Of een Drent te groot of te klein is, moet in één oogopslag te zien zijn. FOUTEN: Iedere afwijking van vorenstaande punten moet als fout worden aangemerkt en de beoordeling van de ernst van de fout moet in verhouding staan tot de mate waarin de fout zich voordoet. N.B.: Reuen moeten twee duidelijk normale teelballen hebben die volledig in het scrotum zijn ingedaald. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 10 van 31

11 Aangepast door: DE STANDAARDCOMMISSIE VAN DE VERENIGING DE DRENTSCHE PATRIJSHOND Voorzitter Leden: de heer A.H. van der Snee mevrouw J. Offereins-Snoek en de heer A.J. Booij Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 11 van 31

12 Oorsprong en totstandkoming van het ras Lectuur is nauwelijks te vinden en er is ook geen sluitend bewijs dat de Drent afstamt van de Spanjoel. Ook twijfels over de Spanjoel zelf (in land van oorsprong nu geen enkele spanielachtige, terwijl deze in zoveel landen zo belangrijk is geweest). Ook in Spanje weinig jacht op vogelwild). Volgens Ad met de Spanjoel nog een stapje terug gaan, wellicht Afrikaanse voorouders, via de Berbers naar Spanje gekomen. Ouderen hebben nooit iets gevraagd aan de grootouders over het ras; ze waren er gewoon. Van voor 1600 is er niet veel bekend. Omstreeks 1650 komen soortgelijke honden voor op schilderijen van Jan Steen, Paulus Potter en Gabriël Metsu. Swell van Godelinde (geboren 1894) van mevrouw Ledeboer werd eind 18e eeuw geshowd op een tentoonstelling in Amsterdam. Ze was een Drentse Legerhond. Ze werd eerste en haar moeder (geboren in 1892) werd tweede. Doordat er in de archieven al in 1778 over een Drentsche legerhond gesproken werd en er een foto van de legerhond Swell was, kan men aannemen dat het ging om Spaanse legerhonden en geen Franse (die waren in 1778 nog niet geweest). De modegril om buitenlandse honden te kruisen met de uitheemse rassen is de Drent bespaard gebleven. De nuchtere Drentenaren zagen er waarschijnlijk het nut niet van in. Ze hadden immers een hond die perfect voldeed in de jacht en op het erf. Waarom extra snelheid erin fokken als de Drentse percelen toch niet groot waren? Wat goed is, moet je immers niet aan sleutelen. Had men de WOII afgewacht had het misschien al zo kunnen zijn dat men te laat was. Je zag dat de buitenlandse honden bij de jachtopzieners (waar men de hond in bruikleen gaf) hier wel van gecharmeerd waren. Daarnaast leefde de Drentenaren vrij geïsoleerd op de Drentse heide en voldeed volkomen aan de behoeften van de Drentsche Weidman. Jarenlang sprake van een sterk ras door natuurlijke selectie. Drent was een werkhond en als hij zijn kostje niet kon verdienen, dan bleef hij niet lang. Hendrik Schuiling staat aan het begin van de ontwikkeling van de Drent. Hij was overleden in De bakermat van de Drentsche Patrijshond is Eext, waar vele Schuilings voorkwamen. Schoelinghonden waren de beste en mooiste honden. Nimrodstam staat geheel op hun naam. Verschillende benamingen voor de Drentsche Patrijshond, zoals Drentsche Langhaar, Drentsche jachthond, Drentsche Staande Hond, of gewoon Patrijshond. Honden kregen vaak de naam van waarvoor ze gebruik werden en de naam Patrijshond was al erg lang in gebruik (al beschreven in 1820). De voorvoeging Drentsche is waarschijnlijk gekomen toen mensen van buiten Drenthe kennis maakte met deze hond, wanneer ze op uitnodiging in de Drentse jachtvelden mochten jagen. Dit kwam mede voort uit betere mobiliteit. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 12 van 31

13 Hoewel de Drenten tevreden waren over hun hond is de erkenning waarschijnlijk aan deze niet- Drentenaren te danken. Ook was er wel weerstand om de Drent als rashond te erkennen. Ze waren onder andere in het bezit van boeren en hoe kon een boer nu een rashond hebben??? De Drent wordt wel eens een boerenhond genoemd. Dit is niet correct. Hoewel hij wel veel op de boerderijen voorkwam, had voornamelijk de middenstand een Drentsche Patrijshond. Daarnaast werd (en wordt) iedereen van buiten de randstad ook wel boer genoemd. In die zin is het inderdaad een boerenhond. Daarnaast ging men bij een wederopbouw van een halfvergeten ras juist op zoek naar de armsten. Deze konden immers niet meedoen aan de modieuze veranderingen en hebben hierdoor verschillende rassen in originele staat gehouden. Rashonden kwamen per definitie uit het buitenland. Het gevoel om de Drent te erkennen kwam waarschijnlijk voort uit een stukje chauvinisme tijdens de WOII. (nationale gevoelens ontwaakte). De adel heeft het nooit zoveel voor het zeggen gehad in Drenthe en jachtrechten werden ontleend aan bezit (grond of vaste goederen). Personen die belangrijk waren voor de erkenning van de Drentsche Patrijshond: - Baronesse Mies van Hardenbroek van Ammerstol uit Nuenen. Heeft zich naast de Drent ook ingezet voor de Keeshond en het Kooikerhondje. Had kennelnaam van Walhalla. Ze was erg koningsgezind en had een voorliefde voor de kleur oranje. Opvliegende dame. Overleden in Bap Quartero. Arts uit Rotterdam en bevriend met de Baronesse. Kreeg van haar zijn eerste Drent Flora, waar hij zeer enthousiast over was. Heeft een vlugschrift geschreven over de Drent, wat de baronesse 50x clandestien heeft laten drukken. Stak zijn mening niet onder stoelen of banken en was hierdoor niet even geliefd bij andere kynologen. De baronesse kon dat juist altijd wel waarderen. Is na de hongerwinter overleden aan een infectie die hij bij één van zijn patiënten had opgelopen. - Van Heek. Kocht zijn eerste Drent in 1916 en is het ras altijd trouw gebleven. Heeft jaren met de Drent gejaagd, maar was nooit van plan om hem te erkennen. Schreef vele artikelen over De Drent in De Nederlandse Jager. Was een industrieel uit Enschede en fokte ook Setters. Hij had ook wel eens Drenten met duidelijk Setterbloed. Deze vielen af omdat ze hun twee vereiste kwalificaties niet behaalden. Dochter werd ook zeer actief binnen de vereniging. Drie personen, alledrie met een andere mening, vooral ook op jachtgebied. Quartero jaagde met collega-artsen op ruime velden en de hond moest hierbij grote afstanden afleggen. Van Heek wilde de hond graag vlakbij zich en de barones maakte het verder niet uit wat jagen betreft. Ze had als stokpaardje de kleur oranje. In de voorgaande jaren waren beide manieren van jagen opgenomen in de rasstandaard en kon je hem op verschillende manieren interpreteren. (ideale jachthond voor jagers aan de voet, maar ook vermeld dat ze goede gangen moesten hebben voor de grote jachtpercelen. Levendige correspondentie over De Drent in de kynologische vakbladen. Er werd vaak gesproken van een klein (type Kleine Müsterlander)en een groter slag (kleine St Bernard / Clumber Spaniel). Wat is waar? Wellicht de kleinere uitgestorven of doorontwikkeld over de grens en vermengd met Heidewachtel. Boeren zouden vaak vanuit praktische overwegingen de grootste honden uit het nest houden. Grote type heeft zich wellicht staande weten te houden en doorontwikkeld tot hedendaagse Drent. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 13 van 31

14 Langhaarvereniging is 25 jaar eerder opgericht en had in de statuten opgenomen dat het niet alleen de belangen zou behartigen van de Duitse Staande Langhaar, maar ook de veredeling van de Langharige Drentsche Hond. Hoewel de Drent een ouder ras is dan de Langhaar, is dit ras wel gebruikt bij de opbouw hiervan. Daarnaast is de Drent met de Heidewachtel en de Epagneul Francias gebruikt bij de veredeling van de Duitse Staande Langhaar. De weg naar erkenning In april 1943 hebben de baronesse en de Noorder Kynologenclub het initiatief genomen om de Drent als erkend ras te krijgen. (in het boek van Cees Bouwman wordt overigens Freule van der Heyden van Doornenburg is geweest). Van Heek verzorgt de uitnodigingen om op 18 april 1943 naar zaal De Harmonie in Groningen te komen, naar alle bekende Drenteneigenaren en - liefhebbers en stelt zelfs een bijdrage in de reiskosten van zes gulden beschikbaar voor mensen uit het Westen. Er zijn destijds weinig honden uit Zuidoost Drenthe uitgenodigd. (Wist men wel dat ze daar ook zaten?). Deze dag is voorafgegaan door een veldwedstrijd in Rolde waaraan 5 honden deelnamen, waarvan er vier geschikt geacht werden om het ras verder op te bouwen. Nimrod was er één van. Hier waren gedelegeerden van de Raad van Beheer op kynologisch gebied bij aanwezig. Op de dag zelf zijn er 47 honden geweest en 20 kregen een Zeer Goed (13 teven en 7 reuen)die onderling ook vrij veel verwant waren. Zo waren zes van de zeven reuen verwant en zodoende kan men al spreken van een stam; de Nimrodstam. Andere benamingen hiervoor waren: De Oude Drentsche Stam of De Schuilingstam. Keurmeesters waren Alofs, Holmer en Harms. Ze waren verbaasd over de uniformiteit van de aanwezige honden die door eenvoudige lieden werden voorgebracht. (De baronesse stond hier ook tussen). Domper is dat er waarschijnlijk één van de aanwezige honden een ziekte heeft gehad en de andere honden heeft aangestoken. Een aantal honden is overleden na de keuringsdag en wordt het aantal beschikbare honden gereduceerd. In totaal zijn er van de 20 goedgekeurde honden er maar 8 gebruikt. Keuringsdag was in april 1943 en de Raad van Beheer heeft de Drentsche Patrijshond in mei 1943 al erkend en in februari 1944 was de rasstandaard al vastgesteld. De Raad van Beheer was dus al snel overtuigd over de noodzaak om de Drentsche Patrijshond als cultureel erfgoed zeker te stellen. (Uiting van vaderlandsliefde en nationaliteitsgevoel, zonder dat de Duitsers het merkten?) Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 14 van 31

15 Het ras is opgebouwd uit vier lijnen, waarbij vooral nog de eerste twee lijnen het bekendst zijn: 1. Nimrod van Hendrik Schuiling Bzn te Eext. Had in eerste instantie afgezien van zijn eerste nestkeuze van zijn dekreu Norbert omdat er al vier honden vergeven waren. Later kwam zoon Barelt thuis met een hond uit dat nest. Heeft als levend voorbeeld gediend bij het beschrijven van de rasstandaard. Heeft meer dan 400 directe nakomelingen. Heeft beter vererft dan zijn vader Norbert die hoogbenige types doorgaf, vandaar dat Nimrod en niet vader Norbert gezien wordt als stamvader. Nimrod was zelfs een tikje kortbenig door het iets te korte opperarmbeen. Nimrodstam is jarenlang zuiver gefokt en is opgebouwd uit nakomelimgen van Nimrod en de teven Hertha, Leandra en Flora. Kenmerken zijn dat ze wat tijd nodig hebben om uit te zwaren, voor de oogkleur en de vacht. Ze hebben geen hubertusklauwtjes. Zeer goede hoofden met hoog aangezette oren. Pittige uitstraling. Wat breed in ellebogen en slagen in de vacht. Oranje kwam in de hele omgeving van Eext niet voor. Opvallend is het goede type dat hij vererft heeft. Heeft soms de meest uiteenlopende teven gedekt, maar gaf altijd zijn goede type door. Nadat er geen zuivere Nimrods meer waren is Janny Schuiling gestopt met fokken. Omdat er zeer consequent in de eigen bloedlijn gefokt werd, kwam PRA hierbij niet voor; wel HD en epilepsie. Niet alleen qua uiterlijk was het een topper, maar ook in de jacht stond hij zijn mannetje Hij was vriendelijk tegen mensen en kinderen, maar was geen allemansvriend en er viel zeker niet met hem te spotten. Veldwedstrijden vond hij maar spel, zijn kwaliteiten kwamen vooral tot uiting tijdens de echte jacht. De stamboom van Nimrod: Banko (6) Nimrod (4) Nimrod (Norbert) (2) Flora (7) Botha (8) Flora (5) Nimrod (1) Frida (9) Freija (3) Onbekend 2. Clovis van E. Karst jr in Oud Schoonebeek Clovis is geboren in 1942 uit Nimrod (niet dé Nimrod) en Sonja en is gefokt door L. Brink. De eigenaar van Karst fokte onder de naam Sax en was de eerste voorzitter van de vereniging. Kenmerken zijn het zware hoofd, vierkante snuit, zware lippen, onvoldoende wigvormig hoofd, Laag aangezette oren die slap langs de te ronde schedel hangen. Dit geeft de hond vaak een wat sentimentele uitdrukking. Ze hebben sluike beharing en zijn Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 15 van 31

16 zwaar in bone. Ze zijn vaak vroeg af. Hebben grote voeten, wat nog eens extra geaccentueerd wordt door de zware beharing. De kleur is vaak lichterbruin. Ook wel eens Biljoenstam genoemd. Dit is niet juist, dit is de naam van de kennel (en het kasteel) van de heer Lüps uit Velp en kan wel op een kenneltype slaan. De heer Lüps wilde niet zozeer een bepaalde lijn fokken. Toch domineerde het Clovishoofd vaak. Hij fokte ook de eerste Nederlands kampioen Eros van Biljoen (1963) Fokkers die deze foute types gebruikten werkten mee aan het verspreiden van fouten door het ras. Soms waren fokkers zo aan het fokken volgens eigen smaak dat ze de kritiek niet goed konden verdragen. De heer Karst ging alleen maar naar keurmeester Holmer, hier haalde hij zijn U s of ZG s. Vond zelfs dat de rasstandaard maar gewijzigd moets worden. De afstamming van Clovis ziet er zo uit: Nimrod van Eelde Nirmod Onbekend Clovis Herta van Peizerwold Sonja Hertha van Peize (leverkleur) 3. Fritske van Baronesse M. Van Hardenbroek-van Ammerstol uit Nuenen Fritske was van Norbert en Lasso van Posselveld. Aangezien Norbert nooit eerder driekleuren had gegeven, moet het bij moeder vandaan komen. (? Recessieve vererving?) Vaak te setterachtig, zowel in type als in hoofd (smalle, niet vlakke schedel en overhangende lippen). Sommige keurmeesters herkende er ook Duitse Langhaar en Collie in (laatstgenoemde heeft ook driekleur). Fritske zelf had tanaftekeningen. Achterhanden vaak te steil en veel hubertusklauwtjes. Driekleur was kenmerkend voor Fritske nakomelingen. Oranje zie je nu niet meer. Niet het oranje zoals bij de Kooiker (hierbij is de grondkleur zwart, kijk maar naar neusdop, bij de Drent is de grondkleur bruin.) Doordat de vereniging altijd de voorkeur gaf aan het rastypische uiterlijk verdween de kleur oranje al vrij snel. Destijds een strategische keuze om Fritske op te nemen. Hadden ze dit niet gedaan dan was de Drent veel later en misschien wel nooit erkend geweest als de baronesse haar handen er van af had getrokken. Met het opstellen van de nieuwe rasstandaard is deze eerder gemaakte fout weer rechtgetrokken. Doorslag gaf niet zozeer de kleur, maar de a-typische verschijning. Quartero was ook geen voorstander van de driekleur, maar volgens de barones kwam dat omdat hij door zijn kleurenblindheid het genot van oranje en tan niet kon waarderen. 4. Bodar (bestaat uit twee groepen; Bodar en Spot) Type Bodar: Vierkant door te lange benen en te steile schouder. Dunne en fijne beharing, fijn bone. Brede schedel, maar met lange en smalle snuit. Ogen zijn vaak te licht. Gangwerk is meestal goed, buiten de te wijde ellebogen. Spot lijkt hier veel op, maar is wat zwaarder in bone en lijken hierdoor wat minder hoog. Spot zelf was veel te groot. Wel goed hoofdtype met goede oorvorm en -aanzet. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 16 van 31

17 Registratie Voorheen konden eigenaren hun honden in laten schrijven in het register van hondennamen. Aan iedere naam volgde een vijfcijferig nummer. Een eenmaal geregistreerde naam kon 25 jaar lang niet gebruikt worden. Hierdoor ontstonden de meest vreemde namen en was de hond vaak niet meer te traceren als de eigenaar het registratiekaartje kwijt was. Eind 1944 wordt het VR opengesteld. Voorwaarde is 2x ZG bij verschillende keurmeesters. Voorheen is er ook een registratie door vereniging zelf gedaan (waarschijnlijk mejuffrouw Van Heek, dochter van dhr Van Heek) April 1949 is bijlage C geopend. Eisen gelijk als in VR plus een kwalificatie tijdens veldwedstrijd (hierdoor gebruikswaarde als voorwaarde gesteld). Eerste veldwedstrijd voor kwalificatie voor Bijlage-C is gehouden op 23 april 1949 te Gasteren. Bijlage-C honden hebben geen officiële stamboom, is meer om een overzicht te krijgen. Veldwedstrijden zorgen voor opschudding. Een Drent jaagt langzamer en korter onder het geweer en de keurmeesters die het ras niet goed konden, maakte hier opmerkingen over. De vereniging wilde toen alleen nog maar keurmeesters uit het eigen ras, die wisten hoe een Drent moest jagen. Dit leidde tot een conflict en de KNJV wilde de veldwedstrijden niet meer subsidiëren. De oplossing was dat erkende keurmeesters samen met verenigingskeurmeesters gingen keuren. Er kwamen twee klassen, de A-klassen met bejaagde honden bij officiële keurmeesters en de B-klasse voor onbejaagde Drenten bij Drentenkenners. Tijdens de veldwedstrijd in Donderen is in april 1951 voor de eerste keer zo gewerkt. In 1950 is de eerste keurmeester vanuit eigen kring benoemd: Mejuffrouw E.J. Kleijn. 14 mei 1951 is op verzoek van de vereniging het VR gesloten. Omdat er nog verschillende mooie Drenten rondlopen is de bijlage op weer open gesteld, wel met zwaardere eisen (2x ZG op tentoonstelling en 1x G tijdens veldwedstrijd). Voor opname in Bijlage C moest zelfs een U of ZG worden behaald tijdens veldwedstrijd. Hierdoor te weinig instroom om populatie in stand te houden en in 1965 nieuwe (soepelere)eisen. 13 februari 1971 wordt het VR en de Bijlage-C definitief gesloten. Achteraf bleken in Zuidoost Drenthe nog mooie honden rond te lopen. Jammer. Vereniging De Drentsche Patrijshond Hoewel het ras in 1943 is erkend, kwam er in 1948 pas een voorstel voor een vereniging door de heer Karst. Samen met mej. Van Heek organiseerde hij een oprichtingsvergadering op 5 juni 1948 in hotel Geitenbeek te Zwolle. Opkomst was 13 personen. Voor opnemen verenigingsnieuws worden De Nederlandse Jager, De Hondenwereld en Hondenvrienden gebruikt. Pas in 1965 kwam er een eigen verenigingsblad. Eerst één buiten het bestuur om en vanaf 1966 Onze Drent vanuit de vereniging. Twee leden uit de opstandigen werden ook in de nieuwe redactie opgenomen. Bestuursleden van het eerste uur waren: E. Karst als voorzitter, mej. AE van Heek als penningmeester / secretaris, Barones van Hardenbroek als stamboekredactie, AC Grootveld als vice voorzitter en H. Schuiling als lid. Doel van de vereniging was: Jagers, fokkers en andere liefhebbers van Drentsche Patrijshonden nader tot elkaar te brengen en de liefhebberij van de het jagen met deze honden aan te kweken en te bevorderen. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 17 van 31

18 30 oktober 1948 zijn de statuten en het huishoudelijk reglement goedgekeurd. 13 december 1948 heeft de RvB een voorlopige goedkeuring verleend. 12 juli 1949 is de goedkeuring bij koninklijk besluit tot stand gekomen. (formele erkenning) Huidige doelstelling is enigszins anders geformuleerd: Het behoud en de verbetering van de Nederlandse staande jachthond, De Drentsche Patrijshond, naar karakter, jachteigenschappen en verschijning. Fokbeleid Vereniging De Drentsche Patrijshond: Begin jaren 70 werden de eerste gevallen van PRA ontdekt en ook de HD vroeg de nodige aandacht. De medewerking van fokkers was minimaal en de vereniging was genoodzaakt een Fokadviescommissie in te stellen. Deze hebben de problemen geïnventariseerd en hebben voorstellen gedaan voor een actief en positief fokbeleid. Hierbij mochten niet teveel honden worden uitgesloten van de fokkerij, maar de goede kenmerkende eigenschappen moesten juist benut worden en de ongewenste en schadelijke eigenschappen moesten teruggedrongen worden. In 1983 was er de eerste melding van epilepsie. Dit waren zware tijden voor de vereniging Van de 6000 Drenten waren er 2000 uitgeschakeld voor de fok vanwege PRA, en er waren zelfs meer honden die aan epilepsie leden dan aan PRA. Om de PRA het hoofd te bieden, zijn de foknormen rond HD enigszins versoepeld. Men mag nu ook met HD + fokken. Dit heeft tot vele conflicten en een bestuurswisseling gezorgd. In het najaar van 1984 werd een nieuw fokbeleid vastgesteld en in 1988 werden nieuwe foknormen vastgelegd. Huidige foknormen van de vereniging zijn: Leeftijd Zowel reu als teef minimaal 18 maanden Fokken met een teef ouder dan 7 alleen bij schriftelijke verklaring dierenarts in een door de vereniging opgesteld vragenlijst. Exterieur Minimaal twee keer ZG of U bij Nederlandse keurmeesters. Jachtaanleg Evt jachtaanlegtest indien geen veldwedstrijdkwalificatie behaald is, voor honden met minimaal 20 nakomelingen. HD Alleen met HD A,B en C honden mag gefokt worden, waarbij geen twee honden met HD-C gecombineerd mogen worden. PRA Bewezen PRA-dragers en lijders zijn uitgesloten en er moet een geldig oogonderzoek hebben plaats gevonden (niet ouder dan een jaar en na het vijfde levensjaar mag die wel verouderd zijn). Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 18 van 31

19 Epilepsie Lijders zijn uitgesloten van de fokkerij. Combinatie wordt niet herhaald indien in een eerder nest sprake was van epilepsie. Directe nakomelingen en nestgenoten van lijders zijn tot en met het derde levensjaar uitgesloten van de fokkerij. Als reu of teef in drie combinaties epilepsie heeft vererft, wordt het dier uitgesloten van de fokkerij. Overige afwijkingen Lijders zijn uitgesloten. Als reu of teef in drie combinaties een bepaalde afwijking heeft gegeven, wordt het dier uitgesloten van de fokkerij. Drie maanden voor de dekking een aanvraag indienen bij de Fokbegeleidingscommissie. Reueneigenaar moet controleren of toestemming is afgegeven. Enkele belangrijke kennels uit het verleden: Asperzwan van Zwanenberg Bircmede van Booij Sunnydogs van Zwaks Nimrodsheem van B. Schuiling Olle Hemelriek van Wiering Van de Jachtpassie Schoeling van Janny Schuiling Waldo Katinka van Groevenbeek beste Drent aller tijden??? Mevrouw Kleijn vod Sientje de mooiste hond. Eros van Biljoen was de eerste kampioen (1963) Fenna van Nico Debets was de eerste AA hond (1982) Henk Companjen had de eerste internationaal kampioen; Boaike Astha van Bircmede (1984) Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 19 van 31

20 Overeenkomsten met aanverwante rassen Epagneul Francais Epagneul Francias heeft meer lip. Heeft een adelijk hoofd en is meer spanielachtig. Heeft ook een lobvormig oor. Epagneul mag een ramsneus hebben, maar dit is zeer zeldzaam. Heeft een bovenbelijning met een dipje. Doordat alle botten bij de Drent wat korter is, zien we dit niet bij de Drent. Kan ook komen door de bespiering. Onderbelijning van de Epagneul is meer oplopend, bij de Drent is ie vlakker. Vacht van een Epagneul is meer zijdeachtig en stinkt de hele dag als ie gezwommen heeft. Beharing aan de staart wel rondom, maar minder bossig. Hierbij wel de kleur roan. Heeft ook amberkleurige ogen, maar zijn vaak wat donkerder. De Drent heeft ook een ronder kontje. Dit trekken ze tijdens het gaan weer recht Onderzoek professor Bouw ongeveer 20 jaar geleden heeft uitgewezen dat er een gen in het ras voorkomt wat er niet in kan zitten en alleen van toepassing is op de Epagneul Francias. Hij weet de naam van de fokker, maar mag dit niet openbaar maken. (Dader wordt dus beschermd) De Heidewachtel Drenthe had vele contacten met Duitsland. De scheidslijn was toen nog erg vaag en zo is het ook met de honden gegaan. De Drent en de Heidewachtel zijn destijds verwant en later weer uit elkaar gegroeid. Veel Heidewachtels uit Oost Duitsland, konden net zo goed Drentsche Patrijshonden zijn en andersom. De Heidewachtel heeft kattenvoeten en de kleur roan. Hij is kleiner gebouwd en heeft een smallere schedel en een snuit die niet wigvormig is. De Duitse Staande Langhaar Duitse Staande Langhaar is wat harder in karakter. De snuit en de schedel zijn even lang en de snuit is ook niet wigvormig. De Langhaar is minder opgevuld voor de ogen. De schedel is minder breed en de oren zijn zwaarder en minder beweeglijk. De Drent heeft ook een ronder kontje. Dit trekken ze tijdens het gaan weer recht. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 20 van 31

21 Kennis van karakter en (oorspronkelijk) gebruik Karakter De Drentse jager houdt niet van commanderen of dresseren, dus de hond moet met een minimum aan training goede prestaties leveren. Drentenaren zelf bezitten een innerlijke rust, levenswijsheid en mildheid en ze kiezen dus een hond en selecteren die eigenschappen die bij dit zeer eigen karkater passen. In de eerste rasstandaard stond vermeld dat de jachtkwaliteiten aangeboren zijn en het eigenaardige is dat de hond weinig dressuur behoeft. Dit was wellicht in de tijd dat de hond zijn plaats nog en niet bij de mensen op schoot of in bed lag. De Drent heeft wel degelijk opvoeding nodig. Het opvoeden gebeurt met zachte hand, maar men dient wel consequent te zijn. Ze zijn stemmings-, straf- en beloningsgevoelig en een harde aanpak zal altijd averechts werken. Zachtheid is het middel waarbij men alles bij hem bereikt. Zijn robuuste uiterlijk laat zien dat hij geen obstakel uit de weg zal gaan. Zijn ogen stralen goedmoedigheid uit en zijn staart kwispelt veel. Het is een trouwe en aanhankelijke kameraad voor zijn baas, maar heeft een eigen wil, die hij op gezette tijden zal tonen. Ze zijn zacht van karakter en hebben een grote intelligentie. Oorspronkelijke gebruik Jagen, ongedierte bestrijden en waken. Ook helpen het vee naar binnen te halen en lopen onder de melkkar. Een echte manusje van alles, met een selectie op een aantal werkzaamheden. Vooral op het gebied van de jacht moest de hond goed presteren. Er moest essentieel gejaagd worden; ieder schot moest raak zijn, want de munitie was duur. Zowel voor het schot als na het schot moest de hond presteren. Kenmerkend voor de Drent is dat hij altijd dicht in de buurt van de jager blijft (ongeveer 50 meter). Werkzaamheden voor het schot: Flankerend (zigzaggend) het veld afzoeken naar wild. Krijgt hij lucht van wild, dan zal hij tekenen (blijk geven) en aantrekken (behoedzaam benaderen), of blokkeren (verrassend benaderen). Als het wild zich heeft vastgemaakt dan komt hij tot voorstaan (in bevroren houding het wild aanwijzen). De jager krijgt hierbij de kans om het wild te benaderen. Nadat het wild door hemzelf of op commando door de hond is opgestoten, kan de jager schieten. Dit werk berust op natuurlijke aanleg, wat je niet kan leren, maar wel bijschaven. Geschiktheid hiervan kan men beoordelen tijdens veldwedstrijden. Werkzaamheden na het schot: Het zoeken en apporteren van het aangeschoten wild. Hierbij is er sprake van natuurlijke aanleg die door opleiding en routine kunnen worden gevormd. Geschiktheid hiervan kan men beoordelen tijdens jachthondenproeven. Jachtwet legt de jager de verplichting op dat alle mogelijke moeite besteed moet worden aan het binnenbrengen van het aangeschoten wild. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 21 van 31

22 Van 15 oktober tot 31 december wordt er gejaagd. Drentsche Patrijshond jaagt in de klasse voor Continentaal staande honden, rubriek B, sectie 2. - Rubriek A (Quête Francais) Dit zijn de snelle Britse Staande jachthonden (Pointers en Setters) Jagen op grote velden en hoeven niet te apporteren. Zoeken het wild op en staan het voor. - Rubriek B (Quête Continentale) Dit zijn de allrounders. Ze zoeken het wild op, staan het voor en halen het apport binnen. Deze rubriek is onderverdeeld in twee secties. o Sectie 1: waaronder de drie Duitse Staandervarianten, Epagneul Breton, Viszla en Griffin onder vallen. Ze jagen op vrij ruime velden. o Sectie 2: is voor de kleinere velden met veel begroeiing. De honden hoeven hierbij niet zo snel te zijn. Rassen hierbij zijn onder andere Epagneul Francais, Heidewachtel, Weimaraner, Bracco Italiano en natuurlijk de Drent. Nederland is het enige land die deze rubriek uit elkaar heeft gehaald. Sectie twee honden kunnen de competitie wel aan, met de eerste sectie, maar het is een oneerlijke strijd meter voor het wild zal de hond voorstaan. De vogel en de hond zijn dan in trance. Of de hond met zijn voor- of achterpoot omhoog staat maakt niet uit. Het hangt er vanaf hoe hij op het moment van voor de bevriezing stond; het juiste moment is belangrijk. Dot kan wel 15 minuten duren. Na het verbreken van de trance zal het wild vluchten en kan de jager schieten. Voorstaan was vroeger een ongewenste eigenschap, die bij de komst van het geweer weer terug is gefokt. Hond moet bij voorkeur bont zijn zodat de jager hem goed kan onderscheiden van het wild als ze bijvoorbeeld samen in het riet staan. Natuurlijke eigenschap van de Drent is dat hij bij de baas in de buurt blijft. Daarnaast heeft ie ook het kenmerk dat ie gaat draaien met zijn staart als hij wild ruikt. Twee sporen van verwaaiing: - Voetspoorverwaaiing, hier houdt men zich bij de jacht met de Drent niet mee bezig (wel de Teckels en Retrievers) - Rechtstreekse geur van het wild. Geur stijgt door de warmte boven het gras uit. Hierna wordt het door de wind meegenomen. Hierdoor mag de hond niet met een te lage kophouding jagen. Je moet een denkbeeldige plank over de rug kunnen leggen en het hoofd mag niet lager dan die plank gedragen worden. Omstreeks 1943 (tijdens de erkenning van het ras) zag Drenthe er heel anders uit. Kleine percelen met veel afwisseling die veel wild bevatten. Singels zijn nu gerooid, akkers zijn groter geworden. Patrijzen hebben hun eigen territorium nodig, waarbij het belangrijk is dat de verschillende koppels elkaar niet zien. Bij kleinere percelen waren dus meer patrijzen. Patrijzenkoppeltje blijft voor het leven bij elkaar. Vanaf 1 september begint de patrijzenjacht. Drent schakelt erg makkelijk om van de verschillende typen jachtveld, zonder daarbij dressuur nodig te hebben. Ze zijn van nature zeer veelzijdig in de jacht. Aantekeningen tbv keurmeestersexamen Diana Striegel-Oskam Pagina 22 van 31

Drentsche Patrijshond

Drentsche Patrijshond Drentsche Patrijshond Deze afbeeldingen laten niet noodzakelijkerwijs het ideale voorbeeld van het ras zien. Status In progress FCI-Standard Nr: 224 Land van oorsprong Nederland Publicatiedatum van de

Nadere informatie

Geschiedenis van het ras:

Geschiedenis van het ras: Oorsprong: Nederland Gehouden als: Gezelschapshond Grootte: Ongeveer 35 cm Gewicht: Kleur: Zwart met soms een beetje wit Vachtsoort: Halflange, fijne en zachte vacht Gem. Leeftijd: Geschiedenis van het

Nadere informatie

Stabijhoun. Rasstandaard voor de Stabijhoun met een toelichting door de NVSW

Stabijhoun. Rasstandaard voor de Stabijhoun met een toelichting door de NVSW Stabijhoun Rasstandaard voor de Stabijhoun met een toelichting door de NVSW Voorwoord In de officiële rasstandaard staat precies beschreven waar een Stabijhoun aan moet voldoen. Dit onderscheidt de Stabij

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Ras: Saarlooswolfhond Oorsprong: Nederland Gehouden als: Gezinshond Grootte: Reuen 65-75 cm en teven 60-70 cm Gewicht: 36-41 kg Kleur: Crà me, wit, bosbruin of wolfsgrauw Vachtsoort: Stokharig en ruw met

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Ras: Spinone Italiano Andere naam: Spinone Oorsprong: Italië Gehouden als: Jacht en gezelschapshond Grootte: Reuen6o-70 cm en teven 58-65 cm Gewicht: Reuen 32-37 kg en 28-32 kg Kleur: Wit, wit/oranje en

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Oorsprong: Nederland Gehouden als: Jacht en gezelschapshond Grootte: Ong. 35-40 cm Gewicht: Ong. 10 kg Kleur: Wit met orangje platen, de oorpunten zijn zwart Vachtsoort: Halflange vacht die licht golvend

Nadere informatie

Standaard van de Greyhound (Engels ras)

Standaard van de Greyhound (Engels ras) Standaard van de Greyhound (Engels ras) Gepubliceerd door de F.C.I nr.158/03.06.1998. Land van oorsprong: Groot-Brittannië. Gebruik: oogjager. Klassificatie F.C.I: groep 10 Sectie 3 Kortharige windhond

Nadere informatie

Rasstandaard. FCI-Standaard N 14 / 27.05.2014 / GB VÄSTGÖTASPETS (Zweedse Vallhund) Vertaling : Jos Dekker.

Rasstandaard. FCI-Standaard N 14 / 27.05.2014 / GB VÄSTGÖTASPETS (Zweedse Vallhund) Vertaling : Jos Dekker. Rasstandaard FCI-Standaard N 14 / 27.05.2014 / GB VÄSTGÖTASPETS (Zweedse Vallhund) Vertaling : Jos Dekker. Goedgekeurd door de Raad van Beheer op kynologisch gebied in Nederland op: 20-08-2009 Origine:

Nadere informatie

FCI-Standaard No. 218/21.10.2009/GB/Nederlandse vertaling CHIHUAHUA Standaard (Chihuahueño).

FCI-Standaard No. 218/21.10.2009/GB/Nederlandse vertaling CHIHUAHUA Standaard (Chihuahueño). FCI-Standaard No. 218/21.10.2009/GB/Nederlandse vertaling CHIHUAHUA Standaard (Chihuahueño). Vertaling: C. Seidler. Afstamming: Mexico. Publicatiedatum originele standaard: 28.07.2009. Gebruik: Gezelschapshond.

Nadere informatie

De Amerikaanse Cocker Spaniel

De Amerikaanse Cocker Spaniel Standaard FCI nr 167 / 22.01.1999 / F Vertaling aangeboden door BSC De Amerikaanse Cocker Spaniel De Amerikaanse Cocker Spaniel De Amerikaanse Cocker Spaniel is het kleinste lid van de " jachthondengroep".

Nadere informatie

KLASSIFICATIE F.C.I. : Groep 1 Herders en veedrijvers (m.u.v. de Zwitserse Veedrijvende honden).

KLASSIFICATIE F.C.I. : Groep 1 Herders en veedrijvers (m.u.v. de Zwitserse Veedrijvende honden). Rasstandaard VERTALING : Mw. Jos Dekker, 02-05-2010. ORIGINE : Frankrijk. DATUM PUBLICATIE HUIDIG GELDIGE STANDAARD : 04.11.2008. GEBRUIK : Herder en waker. KLASSIFICATIE F.C.I. : Groep 1 Herders en veedrijvers

Nadere informatie

Finse Lappenhonden Vereniging Nederland

Finse Lappenhonden Vereniging Nederland Rasstandaard Datum van publicatie van de originele standaard: 12-03-1999 Land van herkomst: Finland Gebruik: Een herder- en waakhond bij de rendierhouders. Tegenwoordig ook populair als huishond. FCI'S

Nadere informatie

Als u wilt kiezen tussen een reu en een teef kan deze informatie u misschien helpen.

Als u wilt kiezen tussen een reu en een teef kan deze informatie u misschien helpen. Waarom een Schapendoes? Een Schapendoes is een vriendelijke vrolijke, spontane, op mensen gerichte familiehond. Je doet ze geen groter plezier dan dat ze de hele tijd bij je in de buurt mogen zijn. Wij

Nadere informatie

Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 06-03-07.

Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 06-03-07. FCI Standaard nr. 185 18.04.2007 Dwergpinscher Vertaling: Ine Hartgers-Wagener september 2000 *). Land van oorsprong: Duitsland. Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 06-03-07. Gebruik:

Nadere informatie

Rasstandaard van de Dobermann

Rasstandaard van de Dobermann Rasstandaard van de Dobermann FCI.nr.: Vertaling: Land van Oorsprong: Gebruik: FCI klassificatie: 143/14-02-1994/GB Dobermann council van KUSA (Kennel Unie v. Zuid Afrika) Duitsland Gezelschaps-, waak-

Nadere informatie

Standaard van de Hongaarse Windhond (Magyar Agár).

Standaard van de Hongaarse Windhond (Magyar Agár). Standaard van de Hongaarse Windhond (Magyar Agár). Gepubliceerd door de FCI nr. 240/06.04.2000. Gebruik: Jacht- en drijfjachthond die op het zicht jaagt. Zijn reukzin is opmerkenswaardig. Hij is bijzonder

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Andere naam: Bas Rouge en Berger de Beauce Oorsprong: Frankrijk Gehouden als: Gezelschapshond Grootte: 65-70 cm voor reuen 61-68 cm voor teven. Gewicht: 30-50 kg Kleur: Zwart met brandaftekeningen en arlequin

Nadere informatie

Classificatie F.C.I.: Group 7 Voorstaande honden Sectie 1.3 Continentale voorstaande hond van het griffontype Met werkproef

Classificatie F.C.I.: Group 7 Voorstaande honden Sectie 1.3 Continentale voorstaande hond van het griffontype Met werkproef FCI Standard N 245 Rasstandaard Cesky Fousek Origine: Tsjechië, voormalig Tsjechoslowakije Datum: 21.05.1963. Gebruiksdoel: Voorstaande hond Classificatie F.C.I.: Group 7 Voorstaande honden Sectie 1.3

Nadere informatie

FCI rasstandaard Nr. 102 / 06.12.2004 / D. Kleiner Münsterländer / Heidewachtel

FCI rasstandaard Nr. 102 / 06.12.2004 / D. Kleiner Münsterländer / Heidewachtel FCI rasstandaard Nr. 102 / 06.12.2004 / D Kleiner Münsterländer / Heidewachtel Land van Oorsprong: Duitsland Datum van publicatie van de geldende originele rasstandaard: 9 november 2004 Gebruik: All-round

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Andere naam: Engelse Beagle Oorsprong: Groot-BrittanniëGehouden als: Jacht en gezinshond Grootte: Ong. 33-41 cm Gewicht: Rond de 15 kg Kleur: Alle brakken kleuren Vachtsoort: Kortharige zachte vacht Gem.

Nadere informatie

Rasstandaard dashond

Rasstandaard dashond Rasstandaard dashond Onderstaande rasstandaard is de FCI - standaard Nr.148 / 9.05.2001 / D. De oorsprong van deze rasstandaard is Duitsland. Gebruik Jachthond voor boven en onder de grond. Klasse indeling

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Andere naam: Laplandse Herder en Laplandse Vallhund Oorsprong: Finland Gehouden als: Gezelschapshond Grootte: Reuen ong. 51 cm en teven ong. 46 cm Gewicht: 27-30 kg Kleur: Zwart, zwart/wit en black and

Nadere informatie

RASSPECIAL: DE BASSET FAUVE DE BRETAGNE

RASSPECIAL: DE BASSET FAUVE DE BRETAGNE RASSPECIAL: DE BASSET FAUVE DE BRETAGNE HERKOMST: De Basset Fauve de Bretagne is een kleine levendige meutehond afkomstig uit Bretagne in Frankrijk. Hij werd korter gefokt dan andere Bassets omdat hij

Nadere informatie

Rasstandaard Oudduitse Herder

Rasstandaard Oudduitse Herder Rasstandaard Oudduitse Herder Rasomschrijving van de Oudduitse Herder ALGEMEEN VERSCHIJNINGSBEELD De Oudduitse Herdershond is middelgroot, licht gestrekt, krachtig en goed gespierd, de knoken zijn droog

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Oorsprong: Frankrijk Gehouden als: Jacht en gezinshond Grootte: 33-38 cm Gewicht: 20-30 kg Kleur: Citroen/wit en driekleurig Vachtsoort: Korte en zachte vacht Gem. Leeftijd: 12 Jaar Korte geschiedenis

Nadere informatie

{ RÖVIDSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA }

{ RÖVIDSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA } { RÖVIDSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA } Datum van de originele en van kracht zijnde standaard is: 06-04-2000. FCI-standaardnummer 57 / 13.09.2000 Kortharige Hongaarse staande hond, Vizsla De Vizsla is een veelzijdige

Nadere informatie

Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 13-3 - 2001

Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 13-3 - 2001 1 Vertaling door Dick Rutten FCI - Standaard Nr.148 / 9.05.2001 / D DASHOND Oorsprong: Duitsland Datum van publicatie van de geldige originele standaard: 13-3 - 2001 Gebruik: Jachthond voor boven en onder

Nadere informatie

IJsselshow te ZWOLLE 10 oktober 2010 Keurmeester: Dhr. J. Andringa Beste van het Ras: Parel fan t Suydevelt

IJsselshow te ZWOLLE 10 oktober 2010 Keurmeester: Dhr. J. Andringa Beste van het Ras: Parel fan t Suydevelt IJsselshow te ZWOLLE 10 oktober 2010 Keurmeester: Dhr. J. Andringa Beste van het Ras: Parel fan t Suydevelt Jeugdklas Reuen 1. Antar (NHSB 2764177) bijna 13 maanden; reu van mooi type en formaat; goed

Nadere informatie

Berger de Beauce-Bas Rouge (Beauceron) Standard FCI N 44 /

Berger de Beauce-Bas Rouge (Beauceron) Standard FCI N 44 / Berger de Beauce-Bas Rouge (Beauceron) Standard FCI N 44 / 09. 11. 2006 OORSPRONG: Frankrijk Datum publicatie orginele geldige standaard 25-10-06 Gebruik: herdershond, waakhond Klas indeling FCI : Groep

Nadere informatie

Geschiedenis van het ras:

Geschiedenis van het ras: Ras: Saluki Andere naam: Gazelle hond en Perzische Windhond Oorsprong: Midden-Oosten Gehouden als: Gezelschapshond en voor de hazenjacht Grootte: Reuen 58-71 cm de teven zijn vaak iets kleiner Gewicht:

Nadere informatie

Al zijn voorvaderen hebben duidelijk hun eigen specifieke kenmerken bijgedragen aan dit energieke, opgewekte brokje leven.

Al zijn voorvaderen hebben duidelijk hun eigen specifieke kenmerken bijgedragen aan dit energieke, opgewekte brokje leven. Ras: Pumi Oorsprong: Hongarije Gehouden als: Herders, jacht en gezelschapshond Grootte: Tussen de 35 en 44 cm Gewicht: 10-15 kg Kleur: Zwart, wit, leisteenkleurig en enkele grijstinten Vachtsoort: Halflange

Nadere informatie

BRUSSELS GRIFFONNETJE (Griffon Bruxellois) BELGISCH GRIFFONNETJE (Griffon Belge)

BRUSSELS GRIFFONNETJE (Griffon Bruxellois) BELGISCH GRIFFONNETJE (Griffon Belge) 1 KONINKLIJKE KYNOLOGISCHE UNIE SINT-HUBERTUS A. Giraudlaan, 98, 1030 Brussel. Stichtend lid van de Fédération Cynologique Internationale F.C.I. - Standaard Nr. 80 / 05.05.2003 / Nederlands BRUSSELS GRIFFONNETJE

Nadere informatie

Algemeen: De boxer is een middelgrote, vierkant gebouwde hond met sterke ledematen en krachtig ontwikkelde spieren.

Algemeen: De boxer is een middelgrote, vierkant gebouwde hond met sterke ledematen en krachtig ontwikkelde spieren. Oorsprong: Duitsland Gehouden als: Gezinshond Grootte: Reuen 57-63 cm en teven 53-59 cm Gewicht: Reuen 32-39 kg en teven 24-32 kg Kleur: Geel of grstroomd met of zonder witte aftekeningen. de witte aftekening

Nadere informatie

VERTALING RASSTANDAARD KUVASZ 06-04-2000

VERTALING RASSTANDAARD KUVASZ 06-04-2000 VERTALING RASSTANDAARD KUVASZ 06-04-2000 GEBRUIK Waak- en verdedigingshond van huis, eigendom en andere waardevolle dingen, als ook voor mensen. Hij is ook gebruikt als jachthond en als speurhond. CLASSIFICATIE

Nadere informatie

{ DRÓTSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA }

{ DRÓTSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA } { DRÓTSZÖRÜ MAGYAR VIZSLA } Datum van de originele en van kracht zijnde standaard is: 06-04-2000. FCI-standaardnummer 239 / 13.09.2000 Draadharige Hongaarse staande hond, Vizsla De Vizsla is een veelzijdige

Nadere informatie

De Rasvereniging voor de Australian Shepherd Club in Nederland Rasstanddaard wat betekent een rasstandaard?

De Rasvereniging voor de Australian Shepherd Club in Nederland Rasstanddaard wat betekent een rasstandaard? De Rasvereniging voor de Australian Shepherd Club in Nederland Rasstanddaard Door Erica Bakker en Loes Mouchart (keurmeesters voor de Australian Shepherd) wat betekent een rasstandaard? Voordat we beginnen

Nadere informatie

WINNER SHOW AMSTERDAM

WINNER SHOW AMSTERDAM Keurmeester: Beste v.h. Ras: Mw. L. Erhart Birthe Be v.d. Sebastiaanshoeve Openklas Reuen 1. Sjef fan t Suydevelt 6 jaar; uitmuntend type; fraai hoofd met goed geplaatst en gevormd oog; correct oor; voor

Nadere informatie

Mw. T. Pillement-Heyden

Mw. T. Pillement-Heyden Oepke-Bluf fan't Koekoekswâld M. Vlaminck Zaltbommel september 4 6-9-9 Stamboomnr. NHSB 76697 Reu voldoende mannelijk, goede maat, mist het krachtige totaalbeeld, is vrij droog in lichaam, mag iets gestrekter

Nadere informatie

REUEN JEUGDKLASSE TUSSENKLASSE OPENKLASSE. IJsselshow ZWOLLE 6 oktober 2013 Keurmeester Mw. F.L. Mensink Beste van het Ras Yssy- Nynke v.d.

REUEN JEUGDKLASSE TUSSENKLASSE OPENKLASSE. IJsselshow ZWOLLE 6 oktober 2013 Keurmeester Mw. F.L. Mensink Beste van het Ras Yssy- Nynke v.d. IJsselshow ZWOLLE 6 oktober 2013 Keurmeester Mw. F.L. Mensink Beste van het Ras Yssy- Nynke v.d. Bezelhonk REUEN JEUGDKLASSE 1. Dido uit de Drentsche Streek NHSB 2899382 Twaalf maanden. Manlijk harmonisch

Nadere informatie

Ras Specifieke Instructie

Ras Specifieke Instructie J.L. Williams 1 Ras Specifieke Instructie EISEN VOOR ALLE HONDEN Van exterieurkeurmeesters wordt verwacht dat zij aandacht besteden aan onderstaande problemen die in alle rassen kunnen voorkomen. Honden

Nadere informatie

PARSON RUSSELL TERRIER

PARSON RUSSELL TERRIER 16.02.2011/NL FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (AISBL) SECRETARIAT GENERAL: 13, Place Albert 1 er B 6530 Thuin (Belgique) FCI-Standard N 339 PARSON RUSSELL TERRIER J.Campin, illustr. KC Picture Library

Nadere informatie

16 december 2018 SinterClausWinterwandeling!!!!!!

16 december 2018 SinterClausWinterwandeling!!!!!! 16 december 2018 SinterClausWinterwandeling!!!!!! Op zondag 16 december hebben we gewandeld met onze ami's. De locatie was in De Leesten, Ugchelen Het was erg gezellig om alle amivrienden weer te zien.

Nadere informatie

De pointer. Mariska de haan

De pointer. Mariska de haan De pointer Mariska de haan 2013 ~1~ Inleiding. Voor mijn werkstuk dit jaar heb ik gekozen voor de pointer. Omdat wij thuis 2 pointers hebben. Daar wil ik graag wat over vertellen. ~ 2 ~ Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

Geschiedenis van het ras:

Geschiedenis van het ras: Ras: Weimaraner Andere naam: Weimaraner Vorstehhund en Weimaese Staander Oorsprong: Duitsland Gehouden als: Jacht en gezinshond Grootte: Reuen 59-70 cm en teven 57-65 cm Gewicht: Reuen 30-40 kg en teven

Nadere informatie

KONINKLIJKE KYNOLOGISCHE UNIE SINT-HUBERTUS

KONINKLIJKE KYNOLOGISCHE UNIE SINT-HUBERTUS KONINKLIJKE KYNOLOGISCHE UNIE SINT-HUBERTUS A. Giraudlaan, 98, 1030 Brussel. Stichtend lid Fédération Cynologique Internationale. F.C.I.-STANDAARD Nr. 83 / 14.12.2009 / Nederlands SCHIPPERKE Nederlandse

Nadere informatie

FCI - 148 / 09. 05. 2001 / NL

FCI - 148 / 09. 05. 2001 / NL FCI - Standard Nr. 148 / 09. 05. 2001 / NL DASHOND 1 OORSPRONG: Duitsland DATUM VAN PUBLICATIE VAN DE GELDIGE ORIGINELE STANDAARD: 13-3 - 2001. GEBRUIK: Jachthond boven en onder de grond. INDELING FCI:

Nadere informatie

Mw. T. Pillement-Heyden

Mw. T. Pillement-Heyden Zaltbommel september 4 Bauke Doeke fan it Heidehiem 4-8-5 Stamboomnr. NHSB 57996 R. Duijker 9 jaar flinke reu qua maat, voldoende ontwikkeld in lichaam, zou iets gestrekter kunnen zijn, iets timide Wigvormig

Nadere informatie

1250-1330 1340-1440 1450-1650 1660-1700

1250-1330 1340-1440 1450-1650 1660-1700 Nederlandse Hangoor Dwerg Het land van oorsprong is Nederland. Is in Nederland erkend in 1964 Puntenschaal Groep 6.Hangoren. Pos. Onderdeel Punten 1 Gewicht 10 2 Type, bouw en stelling 20 3 Pels en pelsconditie

Nadere informatie

FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (AISBL) SECRETARIAT GENERAL: 13, Place Albert 1er B 6530 Thuin (Belgique) COLLIE (LANGHAAR)

FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (AISBL) SECRETARIAT GENERAL: 13, Place Albert 1er B 6530 Thuin (Belgique) COLLIE (LANGHAAR) FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (AISBL) SECRETARIAT GENERAL: 13, Place Albert 1er B 6530 Thuin (Belgique) 22.11.2012 / EN FCI - Standaard Nr. 156 COLLIE (LANGHAAR) M. Davidson, illustration. NKU

Nadere informatie

Ras Specifieke Instructie

Ras Specifieke Instructie J.L. Williams 1 Ras Specifieke Instructie EISEN VOOR ALLE HONDEN Van exterieurkeurmeesters wordt verwacht dat zij aandacht besteden aan onderstaande problemen die in alle rassen kunnen voorkomen. Honden

Nadere informatie

FCI BASISVERKLARING VOOR EXTERIEURKEURMEESTERS HONDEN GESCHIKT VOOR HUN OORSPRONKELIJKE TAAK

FCI BASISVERKLARING VOOR EXTERIEURKEURMEESTERS HONDEN GESCHIKT VOOR HUN OORSPRONKELIJKE TAAK FEDERATION CYNOLOGIQUE INTERNATIONALE (AISBL) Place Albert 1er, 13, B-6530 Thuin (België), tel: +32.71.59.12.38, fax: +32.71.59.22.29, Internet: http://www.fci.be FCI BASISVERKLARING VOOR EXTERIEURKEURMEESTERS

Nadere informatie

Een mooie Mops is een gezonde Mops ook in de showring. Birgit Sluiter & Gerda Brouwer, 28 maart 2015 opleidingstraject keurmeestersexamen

Een mooie Mops is een gezonde Mops ook in de showring. Birgit Sluiter & Gerda Brouwer, 28 maart 2015 opleidingstraject keurmeestersexamen Een mooie Mops is een gezonde Mops ook in de showring Birgit Sluiter & Gerda Brouwer, 28 maart 2015 opleidingstraject keurmeestersexamen Programma Introductie Geschiedenis Wat maakt een Mops een Mops.

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement Picardische Herdershonden Club Nederland. voor het ras: Picardische Herder

Verenigingsfokreglement Picardische Herdershonden Club Nederland. voor het ras: Picardische Herder Verenigingsfokreglement Picardische Herdershonden Club Nederland voor het ras: Picardische Herder 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de Picardische Herdershonden Club Nederland,, hierna te noemen de vereniging

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Oorsprong: Zwitserland Gehouden als: Oorspronkelijk waak-, drijf en trekhond op boerderijen, tegenwoordig ook familieeen veelzijdige werkhond Grootte: Reuen 64-70 cm en teven 58-66 cm Gewicht: 40-44 kg

Nadere informatie

Africhten een vak apart. Een echte cob. De Epagneul Breton is een gepassioneerd jager. Het. Het woord cob stamt uit Engeland

Africhten een vak apart. Een echte cob. De Epagneul Breton is een gepassioneerd jager. Het. Het woord cob stamt uit Engeland Africhten een vak apart De Epagneul Breton is een gepassioneerd jager. Het ras heeft een natuurlijke neiging om het veld zeer ruim af te zoeken. Er is enige kennis nodig om het gewenste gedrag in de Breton

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras

Korte geschiedenis van het ras Andere naam: Zwergschnauzer Oorsprong: Duitsland Gehouden als: Waak en gezinshond Grootte: Ongeveer 30-35 cm Gewicht: 6-7 kg Kleur: Peper en zout, zwart, wit en zwart met zilveren aftekeningen Vachtsoort:

Nadere informatie

DE HUID De huid zit overal strak en is goed gepigmenteerd.

DE HUID De huid zit overal strak en is goed gepigmenteerd. Oorsprong: Duitsland Gehouden als: Waak, verdedigings en gezinshond Grootte: Reuen 68-72 cm en teven 63-68 cm Gewicht: 20-45 kg Kleur: Bruin of zwart met roestkleurige aftekeningen Vachtsoort: Kortharige

Nadere informatie

Fokbeleid van de Gordon Setter Vereniging Nederland

Fokbeleid van de Gordon Setter Vereniging Nederland Fokbeleid van de Gordon Setter Vereniging Nederland Opgericht 10 september 2010 Fokbeleid versie: Leden Vergadering 22 mei 2011 Fokbeleid van de Gordon Setter Vereniging Nederland 1. Doelstelling 1.1.

Nadere informatie

1 ALGEMEEN. Format VerenigingsFokReglement (VFR) 1/6 Besluit AV 24 mei 2012 Raad van Beheer

1 ALGEMEEN. Format VerenigingsFokReglement (VFR) 1/6 Besluit AV 24 mei 2012 Raad van Beheer 1 ALGEMEEN 1.1 Dit reglement voor de Nederlandse Vereniging voor de Epagneul bleu de Picardie, de Epagneul Picard en de Epagneul de Pont-Audemer hierna te noemen de vereniging, beoogt bij te dragen aan

Nadere informatie

DE HANDLEIDING VOOR HET HOUDEN VAN HUISDIEREN

DE HANDLEIDING VOOR HET HOUDEN VAN HUISDIEREN l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n LICG HUISDIERENBIJSLUITER DE HANDLEIDING VOOR HET HOUDEN VAN HUISDIEREN Serie rassenbijsluiters Ierse Setter De Ierse

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement. Ras: Stabyhoun

Verenigingsfokreglement. Ras: Stabyhoun Verenigingsfokreglement Rasvereniging: Onze Stabyhoun Ras: Stabyhoun 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor Onze Stabyhoun, hierna te noemen de vereniging beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen

Nadere informatie

RC KERRY-HILL BELGIE.

RC KERRY-HILL BELGIE. RC KERRY-HILL BELGIE. GESCHIEDENIS. Golvende groene heuvels in Wales, vlakbij het plaatsje Kerry in de buurt van Newtown, Montgomeryshire, zijn deze "Hills of Kerry" bezaait met opvallende schapen, wit

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Ras: Whippet Oorsprong: Groot-Britannië Gehouden als: Gezelschapshond, konijnen/hazenjacht en renhond Grootte: Reuen 47-51 cm en teven 44-47 cm Gewicht: 12,5-13,5 kg Kleur: Komt voor in alle kleuren Vachtsoort:

Nadere informatie

SINT-HUBERTUSHOND (Chien de Saint-Hubert)

SINT-HUBERTUSHOND (Chien de Saint-Hubert) KONINKLIJKE KYNOLOGISCHE UNIE SINT-HUBERTUS A. Giraudlaan, 98, Brussel. Stichtend lid Fédération Cynologique Internationale. F.C.I.-STANDAARD Nr. 84 / 22.06.2001 / Nederlands SINT-HUBERTUSHOND (Chien de

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement voor het ras Zwitserse Witte Herder 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de, hierna te noemen de vereniging, beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Zwitserse Witte Herder zoals

Nadere informatie

Reglement FBC, bijlage bij het verenigingsfokreglement van de Nederlandse Korthals Griffonclub, geldend sedert 3 juni 2013.

Reglement FBC, bijlage bij het verenigingsfokreglement van de Nederlandse Korthals Griffonclub, geldend sedert 3 juni 2013. REGLEMENT FBC (bijlage bij VFR) Begripsbepalingen bestuur bestuur van de NKGC FBC de fokbegeleidingscommissie, een commissie die conform artikel 14.3 van de statuten door het bestuur is ingesteld ter uitvoering

Nadere informatie

Rasstandaard Mediterrane Minatuur ezel

Rasstandaard Mediterrane Minatuur ezel Rasstandaard Mediterrane Minatuur ezel De rasstandaard van de Mediterrane Miniatuur Ezel, zoals deze beschreven wordt door de National Miniature Donkey Association (NMDA). De leeftijd kan invloed hebben

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement Verenigingsfokreglement (VFR) voor de Drentsche Patrijshonden Club Nederland 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de Drentsche Patrijshond Club Nederland beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen

Nadere informatie

Heeft u oog voor honden?

Heeft u oog voor honden? Tekst en tekeningen: Robert Cole Vertaling en foto s: Ria Hörter Heeft u oog voor honden? Robert Cole s bekende boek An Eye for a Dog is in 2008 in een nieuwe uitvoering verschenen. ONZE HOND verwierf

Nadere informatie

RASSPECIAL: DE NOVA SCOTIA DUCK TOLLING RETRIEVER:

RASSPECIAL: DE NOVA SCOTIA DUCK TOLLING RETRIEVER: RASSPECIAL: DE NOVA SCOTIA DUCK TOLLING RETRIEVER: GESCHIEDENIS VAN HET RAS: De Nova Scotia Duck Tolling Retriever, of zoals hij door zijn eigenaars ook wel genoemd wordt, de toller, komt, zoals zijn naam

Nadere informatie

Ras: Zwitserse Witte Herdershond Categorie: Open klasse. Keurmeester: Dhr. M. Wisman Keuringsdatum:

Ras: Zwitserse Witte Herdershond Categorie: Open klasse. Keurmeester: Dhr. M. Wisman Keuringsdatum: Naam hond Next King Neo aen den Noordendijck Stamboeknr: NHSB G-2-2887263 Ras: Zwitserse Witte Herdershond Categorie: Open klasse Catalogusnr: 1163 Ring Nr: 20 2 jaar, middel grote krachtige in goede verhouding

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement. Naam van de rasvereniging: Nederlandse Norwich Terrier Club

Verenigingsfokreglement. Naam van de rasvereniging: Nederlandse Norwich Terrier Club NEDERLANDSE NORWICH TERRIER CLUB Opgericht 9 mei 1993, ingeschreven in de KvK onder nummer 40077028 Verenigingsfokreglement Naam van de rasvereniging: Nederlandse Norwich Terrier Club Voor het ras: Norwich

Nadere informatie

Poedel (Caniche) FCI -Standaard Nr / NL. Datum publicatie van de origineel geldende standaard Nr

Poedel (Caniche) FCI -Standaard Nr / NL. Datum publicatie van de origineel geldende standaard Nr Poedel (Caniche) FCI -Standaard Nr.172 23-01-2015 / NL Datum publicatie van de origineel geldende standaard Nr.172 03-11-2014 Land van herkomst: Frankrijk FCI Classificatie Gebruik: Gezelschapshond Groep

Nadere informatie

Jonge honden 20 september 2009. Keurmeester: B. Scholten. 49 Viviannelund Beardies Hazy Brown

Jonge honden 20 september 2009. Keurmeester: B. Scholten. 49 Viviannelund Beardies Hazy Brown Jonge honden 20 september 2009 Keurmeester: B. Scholten 49 Viviannelund Beardies Hazy Brown Fraaie jonge reu 6 mnd, juiste beardie expressie, neuslengte mocht iets langer, sterk gebit, fraaie gehoekte

Nadere informatie

Verenigings Fokreglement Nederlandse Flatcoated Retriever Vereniging. Ras; Flatcoated Retriever

Verenigings Fokreglement Nederlandse Flatcoated Retriever Vereniging. Ras; Flatcoated Retriever Verenigings Fokreglement Nederlandse Flatcoated Retriever Vereniging Ras; Flatcoated Retriever 1. Algemeen 1.1 Dit regelement voor de Nederlandse Flatcoated Retriever Vereniging beoogt bij te dragen aan

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Oorsprong: Duitsland Gehouden als: Waak, verdedigings en gezinshond Grootte: Reuen 60-68 cm en teven 55-63 cm Gewicht: Reuen 50 kg en teven 42 kg Kleur: Zwart met taankleurige aftekeningen Vachtsoort:

Nadere informatie

IERSE SETTER CLUB opgericht 14 november 1915

IERSE SETTER CLUB opgericht 14 november 1915 OUTCROSS PROGRAMMA IERSE SETTER ROOD-WIT De Ierse Setter rood-wit is één van Ierlands negen inheemse rassen. Alle negen rassen behoren tot de werkhonden. Sinds de erkenning van de Ierse Setter rood-wit

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement. van de Chesapeake Bay Retrieverclub Nederland. voor het ras: de Chesapeake Bay Retriever

Verenigingsfokreglement. van de Chesapeake Bay Retrieverclub Nederland. voor het ras: de Chesapeake Bay Retriever Verenigingsfokreglement van de Chesapeake Bay Retrieverclub Nederland voor het ras: de Chesapeake Bay Retriever 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de Chesapeake Bay Retriever, hierna te noemen de vereniging

Nadere informatie

Verzorging van de Newfoundlander

Verzorging van de Newfoundlander Wat heb je nodig: Verzorging van de Newfoundlander - shampoo - conditioner - droge handdoeken - waterblazer +/- 199 - trimtafel +/- 250 - watten voor het schoonmaken van de oren - nagelknipper +/- 9 -

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement Verenigingsfokreglement Rasvereniging: Onze Stabyhoun Ras: Stabyhoun 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor Onze Stabyhoun, hierna te noemen de vereniging beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen

Nadere informatie

Outcross Saarlooswolfhond. De rassen

Outcross Saarlooswolfhond. De rassen Outcross Saarlooswolfhond De rassen De zeven Eva s De zeven Eva s zijn gebaseerd op het mtdna, mitochondriaal DNA Dit DNA komt alleen via de moederlijn Zo is de afkomst van een individu te herleiden naar

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement Verenigingsfokreglement naam van de rasvereniging: Ierse Setter Club voor het ras: Ierse Setter VFR ISC Concept 6.1 Pag. 1 Laatst herzien: 21 oktober 2012 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de Ierse Setter

Nadere informatie

Format Verenigingsfokreglement

Format Verenigingsfokreglement Werkgroep Fokkerij & Gezondheid Format Verenigingsfokreglement naam van de rasvereniging: Vereniging Amerikaanse Cocker Spaniël (kortweg VACS) voor het ras: Amerikaanse Cocker Spaniel 1. ALGEMEEN 1.1.

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement van de Nederlandse Vereniging van Saarlooswolfhonden voor het ras Saarlooswolfhond voor het ras Saarlooswolfhond

Verenigingsfokreglement van de Nederlandse Vereniging van Saarlooswolfhonden voor het ras Saarlooswolfhond voor het ras Saarlooswolfhond Verenigingsfokreglement van de Nederlandse Vereniging van Saarlooswolfhonden voor het ras Saarlooswolfhond voor het ras Saarlooswolfhond 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de Nederlandse vereniging van

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Oorsprong: België Gehouden als: Beveiligings en gezelschapshond Grootte: Reuen ong. 62 cm en teven ong. 58 cm Gewicht: 27,5-28,5 kg Kleur: Vaalrosse met een zwart masker Vachtsoort: Korte stugge vacht,

Nadere informatie

Fokreglement voor leden van de Border Collie Club Nederland

Fokreglement voor leden van de Border Collie Club Nederland Voorstel voor een aantal wijzigingen in - Fokreglement leden BCCN; - Huishoudelijk Reglement CFH; vast te stellen in de Algemene Vergadering op 5 juni 2010 Inleiding Het gaat hierbij om de volgende aanpassingen

Nadere informatie

Korte geschiedenis van het ras:

Korte geschiedenis van het ras: Andere naam: Bichon Maltais Oorsprong: Mediterrane regio Gehouden als: Gezinshond Grootte: Reuen 21-25 cm en teven 20-23 cm Gewicht: 3-4 kg Kleur: Wit Vachtsoort: Vacht is dicht en zijdeachtig zonder ondervacht.

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement.

Verenigingsfokreglement. Verenigingsfokreglement. 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor Scandia, hierna te noemen de vereniging beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Västgötaspets zoals deze zijn verwoord

Nadere informatie

Amsterdam WINNER. Reuen

Amsterdam WINNER. Reuen Amsterdam WINNER 28 november 2010 Keurmeester: Dhr. J. V.d. Belt Beste v.h. Ras: Lynde Nynke v.d. Bezeldonk Reuen Jeugdklas 1. Xinix fan t Suydevelt (NHSB 2782065) Reu 10 mnd.; uitmuntend rasbeeld; goede

Nadere informatie

Van t Samaika Nest Rasinformatie

Van t Samaika Nest Rasinformatie Van t Samaika Nest Rasinformatie www.samaikanest.be De Berner - een vriendelijke gezinshond. Als men spreekt over een Sennenhond, bedoelt men meestal De Berner Sennenhond omdat hij veruit de populairste

Nadere informatie

Welkom op de fokkersdag Nubisch en Boergeit 2013. 27 juli 2013 Te gast bij Niko en Janny den Braber Leerdam

Welkom op de fokkersdag Nubisch en Boergeit 2013. 27 juli 2013 Te gast bij Niko en Janny den Braber Leerdam Welkom op de fokkersdag Nubisch en Boergeit 2013 27 juli 2013 Te gast bij Niko en Janny den Braber Leerdam Korte herhaling FOCUS in de fokkerij: Programma Presentatie over de focus in de Nubische fokkerij:

Nadere informatie

voor honden? Heeft u oog Verhoudingen

voor honden? Heeft u oog Verhoudingen 66 Kynologie Tekst en tekeningen: Robert Cole Vertaling en foto s: Ria Hörter Verhoudingen Heeft u oog voor honden? Robert Cole s bekende boek An Eye for a Dog is in 2008 in een nieuwe uitvoering verschenen.

Nadere informatie

Format Verenigingsfokreglement

Format Verenigingsfokreglement Werkgroep Fokkerij & Gezondheid Format Verenigingsfokreglement naam van de rasvereniging: Amerikaanse Cocker Spaniel Club Nederland (kortweg ACSN) voor het ras: Amerikaanse Cocker Spaniel 1. ALGEMEEN 1.1.

Nadere informatie

Korte geschiedenis van de Shar-Pei:

Korte geschiedenis van de Shar-Pei: Oorsprong: China Gehouden als: Gezinshond, waakhond Grootte: 48-58 cm Gewicht: 20-25 kg Kleur: alle kleuren Vachtsoort: Horse coat ( korte harde vacht ) Bruch coat ( iets langer en zachte vacht ) Gem.

Nadere informatie

LINIAIRE KEURING EN BEOORDELING VAN OUESSANT SCHAPEN

LINIAIRE KEURING EN BEOORDELING VAN OUESSANT SCHAPEN KOP LINIAIRE KEURING EN BEOORDELING VAN OUESSANT SCHAPEN Algemeen Kop dient wat betreft grootte en uitstraling overeen te komen met de rest van het dier in zijn algemeenheid. Ooi -fijn en regelmatige kop

Nadere informatie

Format Verenigingsfokreglement

Format Verenigingsfokreglement Bijlage agendapunt 4a Werkgroep Fokkerij & Gezondheid Format Verenigingsfokreglement naam van de rasvereniging: voor het ras: (invullen door rasvereniging) Conceptversie maart 2012, VERSIE 6.0 Uitgangspunten

Nadere informatie

Genetische symbolen voor driekleur zwart: Zie Rijnlander blz 171.

Genetische symbolen voor driekleur zwart: Zie Rijnlander blz 171. 46 a Lotharinger Dwerg Het land van oorsprong is Duitsland In Nederland erkend in 2010 Genetische symbolen voor driekleur zwart: Zie Rijnlander blz 171. 304a Puntenschaal groep 2. Tekening Pos. Onderdeel

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement Werkgroep Fokkerij & Gezondheid Verenigingsfokreglement Kuvasz Vereniging Nederland voor het ras: Kuvasz Uitgangspunten en toelichting bij het VerenigingsFokReglement (VFR) De artikelen in zwarte tekst

Nadere informatie

Verenigingsfokreglement

Verenigingsfokreglement voor het ras Zwitserse Witte Herder 1. ALGEMEEN 1.1. Dit reglement voor de, hierna te noemen de vereniging, beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Zwitserse Witte Herder zoals

Nadere informatie

VERENIGINGSFOKREGLEMENT

VERENIGINGSFOKREGLEMENT VERENIGINGSFOKREGLEMENT Vereniging De Drentsche Patrijshond voor het ras: Drentsche Patrijshond 1. ALGEMEEN 1.1 Dit reglement voor de Vereniging De Drentsche Patrijshond beoogt bij te dragen aan de behartiging

Nadere informatie