DEEL 2: ACHTERGRONDRAPPORT REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID GOOI EN VECHTSTREEK

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DEEL 2: ACHTERGRONDRAPPORT REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID 2011-2014 GOOI EN VECHTSTREEK"

Transcriptie

1 DEEL 2: ACHTERGRONDRAPPORT REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID GOOI EN VECHTSTREEK KIEZEN VOOR GEZONDHEIDSWINST GGD Gooi & Vechtstreek Afdeling GBBO Wendeline Thijs Edith Sikking 16 november 2010

2 Achtergrondrapport regionaal gezondheidsbeleid Inleiding Kader vanuit het Rijksbeleid Wettelijke context van (publieke) gezondheid De Wet Publieke Gezondheid (WPG) De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) De Zorgverzekeringswet (Zvw) Preventief jeugd(zorg): 5 gemeentelijke functies (Wet op de Jeugdzorg) Samengevat: het speelveld van de publieke gezondheid Rijksbeleid collectieve preventie... 9 A. Beleidsperiode 2003 tot en met B. Beleidsperiode 2010 tot en met Toezicht door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) Uitvoering wettelijk vastgestelde taken in Gooi en Vechtstreek Medische milieukunde (artikel 2 WPG) Technische hygiënezorg (artikel 2 WPG) Infectieziektebestrijding (artikel 6 WPG) Forensische geneeskunde Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (artikel 2 WPG) Bevolkingsonderzoeken Jeugdgezondheidszorg (artikel 5 WPG) en projecten in het kader van de preventieve jeugdzorg Jeugdgezondheidszorg Centra voor Jeugd en Gezin Verwijsindex Opvoedondersteuning Eigen Kracht-conferenties (EK-c) Triple P RAAK Zicht op de lokale gezondheidssituatie (epidemiologie) (artikel 2 WPG) Bewaken gezondheidsaspecten bij bestuurlijke beslissingen (artikel 16 WPG) Preventieprogramma s en voorlichting (artikel 2 WPG) Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en vangnettaken Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) Vangnet & Advies Vangnet Jeugd

3 Tweede kansbeleid Nazorg voor ex-gedetineerden en veelplegers Ontwikkelen en uitvoeren OGGZ-monitor Terugblik beleidsperiode Nota regionaal gezondheidsbeleid Nota s Lokaal gezondheidsbeleid Regionaal gezondheidsbeleid doelgroep Jeugd Gezondheidssituatie van de jeugd Gooi en Vechtstreek Inleiding Resultaten jeugdmonitor E-MOVO Gegevens vanuit de JGZ registratie Welke thema s verdienen aandacht in de komende jaren? Verkenning per thema van de mogelijkheden om gezondheidswinst te behalen Verminderen roken Verminderen schadelijk Alcoholgebruik Stimuleren gezonde voeding en bewegen (overgewicht) Verminderen Suïcide Richtinggevende uitgangspunten bij de aanpak van de thema s Regionaal gezondheidsbeleid doelgroep Volwassenen en Ouderen Gezondheidssituatie Gooi en Vechtstreek Volwassenen en Ouderen Inleiding Resultaten gezondheidspeiling volwassenen en ouderen Welke thema s verdienen aandacht in de komende jaren? Verkenning per thema van de mogelijkheden om gezondheidswinst te behalen Verminderen roken Verminderen schadelijk Alcoholgebruik Stimuleren gezonde voeding en bewegen (overgewicht) Depressiepreventie en voorkomen eenzaamheid (Voorkomen van) valongevallen Overbelaste mantelzorgers Richtinggevende uitgangspunten bij de aanpak van de thema s...48 Literatuurlijst...49 Bijlage 1 Indelingen en omschrijvingen van preventie...50 Het brede terrein van preventie...50 Preventie past niet in één hokje...50 Uitgaven aan preventie betreffen vooral gezondheidsbescherming...51 Infectieziekten voeren de lijst van preventie-uitgaven aan...51 Bijlage 2 De negen prestatievelden uit de WMO

4 Bijlage 3 Visie van het Platform Jeugd Gooi en Vechtstreek m.b.t. de preventieve jeugdzorg Kind/opvoeders centraal Sluitende keten Professionalisering Verdichting en verbreding...53 Hoofdcomponenten van de ideale preventieve jeugdzorgketen

5 1. Inleiding De nota Regionaal Gezondheidsbeleid voor de Gooi en Vechtstreek bestaat uit twee delen: 1) het advies aan de Portefeuillehouders Gezondheidszorg inzake het toekomstig beleid en 2) het achtergrondrapport. Het achtergrondrapport ligt nu voor u. Kiezen voor Gezondheidswinst is de visie waarop het beleidsadvies is gebaseerd. Het advies gaat over de vraag wélke gezondheidsthema s in de regio prioriteit verdienen vanuit het oogpunt van collectieve preventie en in regionaal verband. Het advies is tot stand gekomen op basis van de gegevens die verzameld zijn in het achtergrondrapport: het wettelijk kader/landelijk beleid, regionale epidemiologische gegevens, de tussenevaluatie van het regionaal/lokaal gezondheidsbeleid, de regionale conferenties jeugd en volwassenen/ouderen en de mogelijke speerpunten voor de jeugd, volwassenen en ouderen. Gemeenten kunnen dit rapport ook gebruiken voor hun eigen lokale nota gezondheidsbeleid. Het is te raadplegen via de website van de GGD. Beleidscyclus De nota Regionaal Gezondheidsbeleid biedt de gemeenten en GGD Gooi & Vechtstreek een actueel kader voor de openbare gezondheidszorg voor de komende jaren. Meer in het bijzonder verschaft de regionale nota de negen regiogemeenten (Blaricum, Bussum, Hilversum, Huizen, Laren, Muiden, Naarden, Weesp en Wijdemeren) een kapstok voor hun lokale nota gezondheidsbeleid. De lokale nota wordt op basis van de Wet Publieke Gezondheid (WPG) periodiek uitgebracht. De ontwikkeling van deze nota maakt deel uit van de beleidscyclus van de GGD en gemeenten in de Gooi en Vechtstreek, bestaande uit de volgende stappen: de rijksoverheid (het ministerie van VWS) brengt elke vier jaar een preventienota uit waarin de landelijke prioriteiten worden aangegeven (gepland voor ); eveneens om de vier jaar brengt de GGD Gooi & Vechtstreek de regionale gezondheidssituatie in kaart door het uitvoeren van gezondheidsenquêtes onder drie doelgroepen: jongeren, volwassenen en ouderen (2008 en 2009); genoemde nota van de rijksoverheid, de resultaten van de gezondheidsenquêtes en de inbreng van samenwerkingspartners zijn de basis voor de nota Regionaal Gezondheidsbeleid (conferenties december 2009 en september 2010); tenslotte stellen de afzonderlijke gemeenten hun lokale nota gezondheidsbeleid vast. Doel nota Regionaal Gezondheidsbeleid Met de nota Regionaal Gezondheidsbeleid wordt actuele (regionale) beleidsinformatie en advies gegeven en actief onder de aandacht gebracht van partijen die een rol (kunnen) spelen bij het regionaal en lokaal gezondheidsbeleid. De nota geeft aan welke gezondheidsonderwerpen de komende jaren van belang zijn en waar de gemeenten in samenwerking met de GGD en andere partijen op regionaal niveau aan kunnen werken. Juist deze onderwerpen kunnen door de gemeenten in de regio in samenwerking worden aangepakt, waardoor een krachtiger benadering mogelijk is dan wanneer elke gemeente dat afzonderlijk zou doen. Daarnaast formuleren gemeenten in hun nota lokaal gezondheidsbeleid, mede op basis van lokale cijfers en behoeften, welke lokale accenten/speerpunten ze aanvullend aan willen brengen of op willen pakken. Leeswijzer In de volgende hoofdstukken wordt de hierboven beschreven beleidscyclus op hoofdlijnen doorlopen. In hoofdstuk 2 wordt het algemene kader neergezet: welke aspecten van het landelijk gezondheidsbeleid zijn direct van belang voor het regionaal en lokaal gezondheidsbeleid? Hoofdstuk 3 beschrijft de uitvoering van de wettelijke taken in de regio Gooi en Vechtstreek. Hoofdstuk 4 biedt een korte terugblik op de beleidsperiode , zowel op regionaal als op lokaal niveau. Hoofdstuk 5 gaat in op het regionaal gezondheidsbeleid voor de doelgroep jeugd, hoofdstuk 6 op het gezondheidsbeleid voor volwassenen en ouderen. Beide hoofdstukken hebben dezelfde opzet: na een beschrijving van de gezondheidssituatie volgt een overzicht van de thema s die de komende beleidsperiode aandacht verdienen. Daarna volgt een verkenning per thema van de mogelijkheden om gezondheidswinst te behalen. Tot slot zijn richtinggevende uitgangspunten beschreven bij de uitwerking/aanpak van de thema s. 1 Aanvankelijk was de landelijke nota gepland voor medio Vanwege de val van het kabinet en de daarop volgende formatie van een nieuw kabinet is dit later geworden; op dit moment is er nog geen termijn bekend. 5

6 2. Kader vanuit het Rijksbeleid Dit hoofdstuk schetst de kaders die vanuit het Rijksbeleid worden gesteld ten aanzien van het (regionale en lokale) gezondheidsbeleid: 2.1 de wettelijke context van en rondom Publieke Gezondheid; 2.2 het landelijke beleid op het gebied van collectieve preventie; 2.3 de kaders vanuit de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ) rondom de uitvoering van de WPG 2.1 Wettelijke context van (publieke) gezondheid De Wet Publieke Gezondheid (WPG) De WPG is op 1 december 2008 in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV, 1989), de Wet Infectieziektebestrijding en de Quarantainewet. De gemeentelijke taken zijn bijna onveranderd gebleven. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de WCPV zijn: (a) de invoering van internationale afspraken op het gebied van infectieziektebestrijding, (b) de jgz-digitalisering en (c) de aandacht voor ouderengezondheidszorg. Gemeenten zijn op basis van de Wet Publieke Gezondheid bestuurlijk verantwoordelijk voor de collectieve preventie in hun gemeente. Zij hebben de taak de gezondheid van hun inwoners te beschermen en te bevorderen, inclusief het voorkomen en vroegtijdig opsporen van ziekten. Zij hebben de taak de continuïteit en samenhang in de publieke gezondheidszorg te bevorderen én de afstemming daarvan te verzorgen met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. Hiertoe ontwikkelen gemeenten lokaal gezondheidsbeleid en voeren dat beleid uit. Gemeenten laten de wettelijke taken in de praktijk grotendeels uitvoeren door de GGD. De GGD is dan ook een belangrijke uitvoerder van de collectieve preventie in de regio. De uitvoeringstaken Jeugdgezondheidszorg en Infectieziektebestrijding zijn tamelijk precies omschreven in de WPG (artikel 5 en 6). De overige wettelijke taken zijn: epidemiologie, beleidsadvisering, bewaken gezondheidsaspecten bij bestuurlijke beslissingen, preventieprogramma s/gezondheidsbevordering, medische milieukunde, technische hygiënezorg, psychosociale hulp bij rampen. In 2008 heeft de Tweede Kamer ingestemd met het amendement Kant, waardoor de taak ouderengezondheidszorg expliciet is opgenomen in de WPG (artikel 5a). Dit artikel is per 1 juli 2010 in werking getreden. Voor een deel ligt de uitvoering van de wettelijke taken vast. De gemeentelijke beleidsvrijheid is groter op het terrein van de bevorderingstaken (zie taken 6 en 7 in het schema hieronder). Hier gaat het vooral om de keuze voor gezondheidsthema s en de wijze waarop deze worden aangepakt. NOTA LOKAAL GEZONDHEIDSBELEID 1 ste lijnszorg Cure/care Patiënten/ consumenten Mantelzorg Verzekeraars Afstemming medische milieukunde (artikel 2 WPG) technische hygiënezorg (artikel 2 WPG) psycho-sociale hulp bij rampen (artikel 2 WPG) infectieziektebestrijding (artikel 6 WPG) jeugdgezondheidszorg (artikel 5 WPG) Preventie ouderengezondheidszorg (artikel 5a WPG) bevorderingstaken (artikel 2 WPG): zicht op lokale gezondheidssituatie bewaken van gezondheidsaspecten bij bestuurlijke beslissingen preventieprogramma s en voorlichting Onderwijs Sociale Zaken Welzijn Ouderen Gehandicapten Jeugd Zorg Veiligheid Ruimtelijke ordening Openbare ruimte Verkeer Milieu Sport Facetbeleid In bovenstaand schema is de verantwoordelijkheid van gemeenten in beeld gebracht. In het middelste gedeelte van het schema staan taken (1 t/m 7). In de linker kolom wordt aangegeven dat 6

7 gemeenten krachtens de WPG bij de uitvoering van deze taken afstemming zoeken met andere actoren in de zorg. De rechter kolom geeft aan dat gestreefd wordt naar facetbeleid ofwel intersectoraal beleid, waarbij ook andere beleidssectoren worden betrokken. In de Wet Publieke Gezondheid is vastgelegd (artikel 13) dat de Minister elke vier jaar de landelijke prioriteiten en een landelijk programma op het gebied van de collectieve preventie vaststelt. De Gemeenteraad stelt vervolgens een nota lokaal gezondheidsbeleid vast, waarin wordt aangegeven hoe de gemeente invulling geeft aan de wettelijke taken genoemd in artikel 2 (o.a. bevorderingstaken, medische milieukunde), 5 (jeugdgezondheidszorg, ouderengezondheidszorg) en 6 (infectieziektebestrijding) én aan de verplichting om advies te vragen aan de GGD voordat besluiten worden genomen die belangrijke gevolgen kunnen hebben voor de publieke gezondheid (artikel 16). In september 2010 is de tweede tranche van de WPG door de Tweede Kamer aangenomen en doorgestuurd naar de Eerste Kamer. Wanneer deze wijzigingen in werking treden is nog niet bekend en zal per wijziging verschillen. De belangrijkste wijzigingen zijn: - samenhang met de Veiligheidsregio s in verband met veiligheidsvraagstukken en infectieziekten (concreet: één directeur Publieke Gezondheid); - het verankeren en versterken van de preventiecyclus en het bevorderen van de uitvoering van de gemeentelijke nota gezondheidsbeleid. Juist op lokaal niveau kan naar samenwerking en het samengaan van belangen worden gezocht, gemeenten hebben daarbij een belangrijke regie- en aanjaagrol. Gemeenten geven in hun nota concreet aan (vergelijkbaar met de Wmo): de gemeentelijke doelstellingen, welke acties worden ondernomen en welke resultaten de gemeente wil bereiken. In de 2 e tranche is ook opgenomen dat de termijn waarbinnen de lokale nota s worden vastgesteld, wordt verruimd: De gemeenteraad stelt binnen twee jaar na openbaarmaking van de landelijke nota een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid vast. Het voorstel schept meer flexibiliteit voor de gemeenten, maar houdt vast aan de gedachte dat gemeenten de nationale speerpunten in acht nemen bij het formuleren van het beleid; - prenatale voorlichting aan aanstaande ouders als gemeentelijke taak De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Naast de WPG hebben gemeenten nog een instrument in handen voor een doeltreffend publiek gezondheidsbeleid. Het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk leven door iedereen en vooral door kwetsbare groepen (Wmo, sinds 2007) en het bevorderen en beschermen van (nog) gezonde burgers (WPG) liggen in elkaars verlengde. Overstijgend doel is het bevorderen van de kwaliteit van leven van burgers. Een goede gezondheid in zowel psychisch, sociaal als fysiek opzicht maakt deelname aan de maatschappij mogelijk. Andersom blijkt dat mensen die participeren in de maatschappij zich gezonder voelen. Kortom: hoe beter de gezondheid, hoe minder maatschappelijke ondersteuning hoeft te worden ingezet. Het belang van preventie wordt hiermee duidelijk aangetoond. Door de Wmo en WPG gedeelde doelgroepen zijn: jeugd, ouderen en groepen met een lage sociaal economische status. Vanuit de Wmo zijn gemeenten verplicht om burgers met beperkingen te compenseren, maar de wet schrijft niet voor hoe die ondersteuning eruit moet zien. Veel gemeenten zijn bezig met het ontwikkelen van algemeen toegankelijke of collectieve vormen van hulp en ondersteuning die burgers helpen te blijven meedoen. Zij stappen daarbij af van het denken in individuele voorzieningen. Dit proces staat bekend als De Kanteling. Met de Wmo is het voor gemeenten mogelijk om een samenhangend aanbod van activiteiten en voorzieningen te bieden, van het voorkomen dat mensen minder kunnen participeren (preventie) tot het verlenen van individuele voorzieningen (care). Binnen de prestatievelden gaat het om preventie, zorg, welzijn en wonen. Met de komst van de Wmo heeft de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) sinds 2007 een nieuwe wettelijke basis gekregen. Met name vanwege de raakvlakken met de maatschappelijke opvang en het verslavingszorgbeleid is besloten de OGGZ vanuit de toenmalige WCPV over te hevelen naar de Wmo, prestatieveld 8 (zie Bijlage 2). Sociaal kwetsbare personen en daklozen hebben vaak meervoudige problemen op meerdere leefgebieden. Een integrale benadering is noodzakelijk. In de Gooi en Vechtstreek wordt de OGGZ op structurele basis door de GGD gecoördineerd in opdracht van de gemeenten. 7

8 Naast de vele raakvlakken tussen de Wmo en de WPG zijn er ook verschillen. Collectieve preventie wordt ingezet vóórdat er sprake is van een probleem waarvoor hulp nodig is, men spreekt over een maatschappelijke hulpvraag. De taken binnen de WPG bevinden zich in het publieke domein en dienen het collectieve belang. De Wmo gaat eveneens uit van een maatschappelijke hulpvraag, maar tevens van concrete en individuele vragen van burgers die een probleem hebben. Verder worden enkele prestatievelden binnen de Wmo met name uitgevoerd door private partijen die onderhevig zijn aan marktwerking (bv. huishoudelijke hulp) De Zorgverzekeringswet (Zvw) De Zorgverzekeringswet regelt de verzekerde zorg voor individuele verzekerden, dus alleen geïndiceerde preventie komt eventueel in aanmerking voor verzekering. De zorgverzekering heeft het karakter van een schadeverzekering, voor de vergoeding van kosten moet er in principe sprake zijn van opgetreden gezondheidschade. Het vergoeden van kosten ter preventie van schade past eigenlijk niet goed in dit principe. Echter, in 2007 concludeert het College Voor Zorgverzekeringen in het rapport Van preventie verzekerd dat bij het bepalen van de te verzekeren zorg het vaak niet goed mogelijk is om onderscheid te maken tussen behandeling van een ziekte en behandeling van een hoog risico op ziekte. Daarom hoort dergelijke geïndiceerde preventie (die voldoet aan bepaalde voorwaarden) volgens het CVZ tot de verzekerde zorg in het basispakket, voorbeelden zijn Stoppen met roken en de Beweegkuur. Het CVZ pleit voor meer toeleiding van risicogroepen naar de eerstelijn en meer verwijzing vanuit de eerstelijn naar preventief aanbod. De selectieve preventie (opsporen en toeleiden van hoog risicogroepen) behoort volgens het CVZ echter niet tot de basisverzekering. Vastgesteld zou moeten worden voor welke doelgroepen dit noodzakelijk is, wie dit verzorgt en vanuit welke middelen dit wordt gefinancierd. Juist op het terrein van deze selectieve preventie kan de verbinding tussen preventie en zorg tot stand komen, zowel vanuit de openbare gezondheidszorg als vanuit de eerste lijn Preventief jeugd(zorg): 5 gemeentelijke functies (Wet op de Jeugdzorg) Het regionaal gezondheidsbeleid omvat ook de preventieve jeugdzorg 2. Gemeenten hebben hierbij een belangrijke regierol. Niet alleen vanwege hun verantwoordelijkheid voor de Wet Publieke Gezondheid (en daarbinnen voor de Jeugdgezondheidszorg). Ook vanwege de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning en dan met name prestatieveld 2: Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden. Dit veld omvat 5 functies voor gemeenten op het gebied van opvoed-, opgroei- en gezinsondersteuning (zie ook Wet op de Jeugdzorg). Deze functies zijn als volgt omschreven: informatie verstrekken aan ouders, kinderen en jeugdigen over opvoeden en opgroeien; signaleren van problemen door instellingen als jeugdgezondheidszorg en onderwijs; toegang tot het (gemeentelijk) hulpaanbod, beoordelen en toeleiden naar voorzieningen aan de hand van een 'sociale kaart' voor ouders, kinderen, jeugdigen en verwijzers; pedagogische hulp (advisering en lichte hulpverlening), zoals maatschappelijk werk en coaching van jongeren; coördineren van zorg in het gezin op lokaal niveau (gezinscoach). Een grote verantwoordelijkheid dus en ook een uitdaging voor gemeenten om daadwerkelijk sturing te geven aan de ontwikkeling van een goed preventief jeugdbeleid. Ketensamenwerking is bij de aanpak van groot belang. In de regio wordt door veel partijen al hard gewerkt om de samenwerking -van signalering tot en met nazorg- te focussen op een sluitende zorgketen. De komst van de Centra voor Jeugd en Gezin is daar een voorbeeld van. In 2011 moeten alle gemeenten een Centrum voor Jeugd en Gezin hebben, zo heeft het kabinet in 2006 bepaald. Dit Centrum, een van de aanbevelingen vanuit Operatie Jong, dient een belangrijke schakel te worden in de preventie- en zorgketens rond jeugd van -9 maanden tot 23 jaar. Het krijgt een centrale taak m.b.t. opvoedondersteuning, signalering, toeleiding en zorgcoördinatie. Hier werken ook in onze regio de JGZ en het maatschappelijk werk als kernpartijen met tal van partners samen (BJZ, scholen, etc.) om de 5 functies op een laagdrempelige wijze aan te bieden. De invoering van de verwijsindex risicojongeren, het Digitaal Dossier JGZ, RAAK (aanpak kindermishandeling), Triple P (positief opvoeden) en een revisie van de opvoedondersteuning faciliteert deze zorgketen (zie ook Bijlage 3) 2 Met preventieve jeugdzorg wordt alle preventieve zorg rond de jeugd bedoeld, waaronder de JGZ. 8

9 Naar aanleiding van de evaluatie op de Wet op de Jeugdzorg pleitte de voormalige minister van Jeugd en Gezin onder meer voor het overdragen van de verantwoordelijkheid van de vrijwillige (ambulante) jeugdzorg van provincie naar gemeenten. Ook stelt hij afschaffing van de indicatiestelling voor, waardoor het CJG zelf naar gespecialiseerde hulp kan verwijzen. Door alle vrijwillige zorg voor jeugd onder de aansturing van de gemeenten te brengen wordt tegelijkertijd een extra prikkel geboden om te investeren in preventie en vroeghulp. De winst is minder inzet in zwaardere en vaak duurdere trajecten. Een nieuw kabinet moet nog over dit voorstel besluiten. Maar op dit moment worden steeds sterkere geluiden gehoord om ook de curatieve jeugdzorg naar de gemeenten over te hevelen. Voorgaande ontwikkelingen zullen van invloed zijn op instellingen direct betrokken bij het CJG, zoals de JGZ. Voorgaande is vanuit de focus preventieve gezondheidszorg beschreven. Er zijn echter andere invalshoeken om problemen van jongeren te benaderen. Hierbij valt te denken aan werk, vrije tijd, veiligheid, schoolverzuim en dergelijke. De keuze om niet alle beleidsterreinen te beschrijven in deze nota is gemaakt uit praktische overwegingen. Er wordt echter naar gestreefd om in de (project)ontwikkeling en uitwerking van gezondheidsthema s voor de jeugd een maximale verbinding te maken met activiteiten vanuit andere beleidsterreinen. Alleen samen is een sluitende keten voor de jeugd in de regio te realiseren Samengevat: het speelveld van de publieke gezondheid Duidelijk is dat er verschillende raakvlakken zijn tussen de wetten, oftewel publieke gezondheid, curatie en participatie. Een hoger doel is het bevorderen van de kwaliteit van leven, niet alleen van gezonde burgers maar ook die van patiënten. Ook de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) is van belang. Conclusie is dat het van groot belang is dat de publieke gezondheid, curatie en participatie onderdelen zijn van de preventie-zorgketen. Het plaatje is als volgt: - Publieke gezondheid, gebaseerd op o.a. de WPG is vooral op de gezondheid georiënteerd waarbij de nadruk ligt op universele en selectieve preventie. De benadering is collectief, niet individueel. - Curatie, gebaseerd op de Zvw is vooral georiënteerd op het genezen van ziekten waarbij de nadruk ligt op geïndiceerde preventie en soms selectieve preventie (bv. diabetes zorgstandaard). De (hulp)vraag is individueel. - Participatie, gebaseerd op de Wmo is vooral maatschappelijk georiënteerd waarbij de nadruk ligt op zorggerelateerde preventie en soms universele en selectieve preventie. De (hulp)vraag kan zowel maatschappelijk als individueel zijn. De financiers van de uitvoering van de wetten zijn de gemeenten, zorgverzekeraars en het Rijk. De uitvoering van de Wmo en de WPG wordt gefinancierd door geld vanuit het Gemeentefonds. Gemeenten betalen dus zowel de collectieve preventie als de niet medische zorg en ondersteuning. Zorgverzekeraars betalen de kortdurende curatieve medische zorg. En het Rijk betaalt de zware en langdurige medische zorg via de AWBZ. 2.2 Rijksbeleid collectieve preventie Het Ministerie van VWS stelt elke 4 jaar de landelijke prioriteiten voor het preventiebeleid vast. De prioriteiten in de landelijke nota zijn richtinggevend voor het lokale beleid. De lijnen worden uitgezet voor de activiteiten van alle betrokken partijen. De preventiecylus kan als volgt in beeld worden gebracht: 9

10 VTV 2010 Zorgen voor gezondheid Rijksnota 2010 IGZ 2010 Staat van de gezondheids-zorg Gemeentelijke nota s De beoogde wisselwerking tussen enerzijds de landelijke kaders en anderzijds het lokale speelveld krijgt vooral vorm via deze preventiecylus (zie ook paragraaf 2.1). In artikel 13 WPG staat dat de gemeenteraad de landelijke prioriteiten op het gebied van de collectieve preventie in acht dient te nemen bij het vaststellen van de lokale nota. In de Memorie van Toelichting staat dat deze prioriteiten zijn bedoeld als aangrijpingspunten om gemeenten effectiever beleid te kunnen laten voeren. Op basis van lokale epidemiologische gegevens (gezondheidsthema is in de gemeente minder relevant) of ander inzicht (zoals een inventarisatie van reeds bestaande beleidsinitiatieven), kunnen gemeenten gemotiveerd afwijken van deze prioriteiten. Dit sluit ook al aan bij de huidige beleidspraktijk. A. Beleidsperiode 2003 tot en met 2010 In 2003 verschijnt de eerste landelijke preventienota Langer Gezond Leven. Ook een kwestie van gezond gedrag (Ministerie van VWS, 2003). In 2007 volgt Kiezen voor gezond leven. Het bevorderen van een gezonde leefstijl is het hoofdthema van deze nota. De prioriteiten zijn: preventie van overgewicht, roken, alcoholgebruik, depressie en diabetes. Op basis van de lokale en regionale epidemiologische gegevens kunnen door gemeenten prioriteiten worden gesteld in het lokale en/of regionale beleid. Als vervolg op de landelijke preventienota is de kabinetsvisie 2007 verschenen: Gezond zijn, gezond blijven: een visie op preventie en gezondheid. Centraal in de preventievisie staan vier lijnen: 1) het koesteren van gezondheidsbescherming en ziektepreventie en innovatie op deze terreinen; 2) een samenhangend en integraal gezondheidsbeleid; 3) preventie in de zorg; en 4) de modernisering van de bestuurlijke omgeving met het oog op betere samenwerking. In deze visie benadrukt het kabinet dat samenhang en verbinding tussen sectoren en beleidsterreinen én tussen partijen op elk niveau, cruciaal zijn om resultaat te boeken. Ook benadrukt het kabinet dat actie vooral plaats moet vinden in de directe leefomgeving; gemeenten spelen een centrale rol. Tegelijk moet gewerkt worden aan professionalisering met behulp van landelijke programma s. Dit alles met de ambitie Langer gezond leven, met minder verschillen tussen groepen mensen. Nederland moet terug in de Europese top. Deze visie heeft anno 2010 nog niets aan betekenis ingeboet en vormt een uitstekende basis om het preventiebeleid verder vorm te geven. Inzetten op parallelle belangen Het kabinet roept al haar partners in preventie met parallelle belangen binnen en vooral ook buiten de gezondheidssector- op om bij te dragen en mee te werken aan het realiseren van de agenda voor verandering en versterking van het preventiebeleid. In 2009 hebben de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg, Onderwijsraad en Raad voor het Openbaar Bestuur een gezamenlijk advies uitgebracht over intersectoraal gezondheidsbeleid: Buiten de gebaande paden. In het advies ligt de focus op de bijdrage die onderwijs, arbeid en lokaal bestuur kunnen bieden: er worden concrete aanknopingspunten benoemd. De Raden concluderen dat juist buiten de gezondheidszorg nog veel kansen liggen om gezondheidswinst te behalen, met name bij de sociaal-economisch zwakkere groepen. De belangrijkste taak voor de overheid is om bij alle maatschappelijk actoren bewustwording en een gevoel van urgentie te creëren voor de gezondheidsbedreigingen. Wat is het belang dat de sector in kwestie heeft bij het inzetten van effectieve interventies? Op lokaal niveau nemen gemeenten de regie en dagen zij 10

11 partijen uit om buiten de gebaande paden te treden, en gezondheid mee te nemen in hun beleid, met het terugdringen van sociaal-economische verschillen als speerpunt. Daartoe is een heldere visie nodig op de mogelijkheden voor gezondheidswinst en moet samen met anderen programma s ontwikkeld en uitgevoerd worden (ook zorgverzekeraars). In de Toekomstvisie op publieke gezondheid van de VNG (2009) is de aanbeveling opgenomen dat de gemeenten meer bestuurlijk lef en leiderschap tonen om de lokale kracht en regie te versterken. Een tweede aanbeveling is dat gemeenten de beleidsregie nemen en antwoord geven op de vraag welke problemen er aangepakt worden (de wat -vraag). Vervolgens is het aan de professionals (o.a. de GGD) om de vraag te beantwoorden welke interventies en activiteiten er nodig zijn om de vraagstukken aan te pakken (de hoe -vraag). Een laatste aanbeveling is dat gemeenten de beleidsruimten op basis van de WPG en de WMO meer met elkaar verbinden: Beide wetten zijn gericht op eenzelfde continuüm van preventie tot care en in beiden staat de interactie tussen gedrag, omgeving en zorgvoorzieningen centraal. Gemeenten beschikken op deze terreinen over veel beïnvloedingsmogelijkheden. Aanbevolen wordt om op deze terreinen veel nadrukkelijker integraal beleid te voeren met daarbij maatschappelijke vraagstukken als vertrekpunt. B. Beleidsperiode 2010 tot en met 2014 Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) 2010: van gezond naar beter De VTV geeft een nadere analyse van de informatie over de gezondheid van Nederlanders en de inspanningen om die te bevorderen. Het gaat goed met de gezondheid in Nederland. We leven steeds langer en de trends in ongezond gedrag zijn niet uitsluitend ongunstig. Maar het moet beter, we zijn nog niet terug in de top van Europa. Het aantal mensen met een ongezonde leefstijl is nog steeds hoog. Ook de verschillen in gezondheid tussen laag en hoog opgeleide Nederlanders worden niet kleiner: laag opgeleiden vertonen vaak meerdere vormen van ongezond gedrag. Investeren in gezondheid loont, want een goede gezondheid levert ook veel op, zoals verbeteringen in arbeidsproductiviteit en maatschappelijke participatie. Bovenal laat deze verkenning zien dat we moeten blijven investeren in de gezondheid van burgers. Deze inzichten worden benut bij het opstellen van de volgende kabinetsnota over preventie, die in 2011 zal verschijnen. In de vorige eeuw hebben gezondheidsbescherming (primaire preventie op het gebied van hygiëne, drinkwater, huisvesting) en ziektepreventie (vaccinaties, screening op ziekten) een grote bijdrage geleverd aan de volksgezondheid. In de afgelopen jaren was het preventiebeleid sterk gericht op de leefstijl van mensen: gezondheidsbevordering en lokaal gezondheidsbeleid. De resultaten op deze terreinen zijn nog beperkt, mede omdat preventie een zaak is van lange adem. De daling van het aantal rokers geldt als een van de meest succesvolle voorbeelden. Dit voorbeeld onderstreept het belang van een samenhangend beleid op meerdere terreinen, variërend van wettelijke verboden, accijnzen en massamediale campagnes tot gecombineerde leefstijlinterventies voor mensen die al met klachten bij de huisarts bekend zijn. Van geïndiceerde en zorggerelateerde preventie zijn namelijk goede resultaten bekend. Voorgaande onderstreept het belang om deze maatregelen en hun samenhang gedurende een lange periode vol te houden. In de VTV wordt gepleit voor een benadering die meer rekening houdt met de maatschappelijke determinanten van gezondheid en ziekte en van beperkingen en participatie. Belangrijk is om het blikveld van preventie te verbreden en verder te kijken dan gezond gedrag. Preventie vraagt om veel meer aandacht voor de sociale en fysieke omgeving waarin mensen leven en werken, en daarmee om een samenhangend beleid op meerdere gebieden, zoals ook in het voorbeeld van roken is benoemd. Samenhangend beleid vraagt ook om een gezamenlijke aanpak. Het RIVM pleit daarom voor een maatschappelijk actieprogramma, waarin alle relevante partijen vertegenwoordigd zijn. Deze partijen hebben een gedeelde visie, die uitgewerkt wordt in heldere doelen en verantwoordelijkheden op nationaal en lokaal niveau. Landelijke nota gezondheidsbeleid In verschijnt de nieuwe landelijke nota gezondheidsbeleid Uitgangspunten bij de ontwikkeling van deze nota zijn onder andere: - de nota is onderdeel van de preventiecylus, zoals omschreven in de WPG; 3 Aanvankelijk was de landelijke nota gepland voor medio Vanwege de val van het kabinet en de daarop volgende formatie van een nieuw kabinet is dit later geworden; op dit moment is er nog geen termijn bekend. 11

12 - preventie is een zaak is van lange adem. De verwachting is dat de landelijke prioriteiten voor gezondheidsbevordering zullen gehandhaafd blijven; - de nota moet bruikbaar zijn om gemeentelijke nota s gezondheidsbeleid te ontwikkelen; - voldoen aan politieke verplichtingen, zoals aandacht voor de ouderengezondheidszorg. De Rijksnota zal, zoals het er nu naar uitziet ingaan op: - versterking van de afstemming centraal lokaal (en vice versa) - rollen en verantwoordelijkheden van de partners (nationaal, lokaal en partners) - versterking van de preventiecyclus door het formuleren van concrete doelen en meetbare resultaten, ook op Rijksniveau (zie ook wetswijziging 2 e tranche WPG) Preventieve ouderengezondheidszorg Op 1 juli 2010 is artikel 5a van de WPG in werking getreden. Hierin is de verantwoordelijkheid van gemeenten voor ouderengezondheidszorg vastgelegd. Het gaat om de volgende taken: (1) Het systematisch volgen en signaleren van de gezondheid van ouderen en gezondheidsbevorderende en bedreigende factoren; (2) het ramen van de behoeften aan zorg; (3) vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen als co-morbiditeit; (4) het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding; (5) het formuleren van maatregelen om gezondheidsbedreigingen te beïnvloeden. In 2009 is verkend op welke wijze gemeenten invulling kunnen geven aan dit artikel (o.a. quick scan van Vilans). Hierbij is ook de (functie van) Consultatiebureau voor ouderen (Cbo) aan de orde gekomen. In de brief van 15 oktober 2009 aan de Kamer worden de algemene kaders geschetst voor wat er van gemeenten wordt verwacht en welke rol het Rijk daarbij speelt. Het Rijk heeft gekozen om maximale beleidsvrijheid te geven aan de gemeenten, lokaal wordt bepaald hoe dit artikel wordt ingevuld. Het is ook belangrijk dat gemeenten ouderen zelf bij dit proces betrekken. Het Rijk heeft met name een regierol voor gemeenten op het oog. Er zijn voor ouderen al veel voorzieningen voor handen waar ook gebruik van gemaakt wordt; nieuw aanbod zal in zijn algemeenheid niet nodig zijn. Het gaat met name om dat de gemeenten de preventieve ouderenzorg koppelen aan bestaande voorzieningen binnen de Wmo en de AWBZ. Het gaat om het bundelen en verbinden van bestaande functies. Voor wat betreft het Cbo zegt de Minister dat het erom gaat de best passende vorm te vinden om in de lokale situatie de preventieve zorg voor ouderen vorm te geven. Het kan een Cbo zijn, maar dat is mede afhankelijk van de voorzieningen die er al zijn binnen een gemeente. Voor de invulling van het artikel stelt het Rijk geen extra financiële middelen beschikbaar. De VNG geeft aan dat samenwerking tussen zorgverzekeraars en gemeenten hard nodig is, maar dat het alleen succesvol kan zijn als er ook financiële prikkels zijn voor beide partijen om meer te investeren in preventieve maatregelen. De gemeenten profiteren immers niet van de financiële winst van preventie. 2.3 Toezicht door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) Op de WPG is de Kwaliteitswet Zorginstellingen van kracht, wat betekent dat gemeenten op dit terrein te maken hebben met regels, protocollen en toezicht door de IGZ. Het ligt voor de hand dat gemeenten in hun beleid in toenemende mate rekening houden met de bevindingen en criteria van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. In 2006 is de IGZ gestart met het invoeren van gelaagd en gefaseerd toezicht op de openbare gezondheidszorg. De volgende ronde start in 2012, wat betekent dat de gevraagde informatie in 2011 wordt verzameld. Hiertoe heeft de Inspectie in november 2010 de herziene set van indicatoren gepubliceerd, zodat instellingen de mogelijkheid hebben om hun registraties aan te passen indien nodig. De IGZ concludeerde in verschillende rapportages (o.a. Staat van de gezondheidszorg 2005) dat de implementatie van de lokale nota s op het terrein van de algemene bevorderingstaken tekort schiet: het gaat vaker om algemene intenties dan om het realiseren van concrete doelstellingen via een plan van aanpak. Om hierin verbetering te brengen wordt in de 2 e tranche WPG voorgesteld om de lokale nota nader procesmatig te sturen naar analogie van de Wmo. In de recente "Staat voor de Gezondheidszorg" (maart 2010) constateert de IGZ dat er de afgelopen 5 jaar behoorlijk wat verbeteringen zijn opgetreden, zoals een toename van de bestuurlijke betrokkenheid bij het lokaal gezondheidsbeleid, maar dat er ook nog veel te verbeteren valt. Extra inzet op de leefstijlthema's roken, alcohol, overgewicht en depressie is nodig. Niet alleen via 12

13 beïnvloeding van gedrag, maar vooral ook door aandacht voor de sociale en fysieke omgeving, in samenhangend beleid tussen de betreffende beleidsterreinen. De kwaliteit van de gemeentelijke nota s gezondheidsbeleid verdient verbetering, alsook de daadwerkelijke implementatie; deze krijgt maar mondjesmaat vorm. Het advies vragen van de GGD bij bestuurlijke beslissingen die gezondheidseffecten genereren, komt volgens de IGZ onvoldoende uit de verf. Tot slot worden de GGD-en geacht de gemeenten meer te ondersteunen bij hun lokaal gezondheidsbeleid. De Inspectie heeft vastgesteld dat GGD-en er goed in slagen inzicht te bieden in de gezondheidssituatie ter ondersteuning van het lokaal gezondheidsbeleid. De GGD-en hebben echter onvoldoende zicht op aantal, aard en bereik van de interventies gericht op de landelijke speerpunten. Uit onderzoek dat het RIVM voor de Inspectie heeft uitgevoerd blijkt dat maar een zeer beperkt aantal interventies uit de leeflijnen bewezen effectief is voor het bevorderen van gezond gedrag. De Inspectie beveelt aan om meer onderzoek te doen naar de effectiviteit van interventies en de bewezen effectieve interventies op te nemen in een nieuwe handleiding voor gemeenten. 13

14 3. Uitvoering wettelijk vastgestelde taken in Gooi en Vechtstreek In dit hoofdstuk gaan we in op de wijze waarop in onze regio de wettelijk vastgestelde taken uit de WPG worden uitgevoerd. De meeste wettelijke taken zijn verankerd in het beleid en de organisatie van de GGD. Meer informatie is te vinden in het Beleidsplan en het Productenboek van de GGD en in de jaarverslagen. De WPG stelt dat gemeenten een GGD in stand houden die deskundig is op het gebied van de openbare gezondheidszorg en die zorg draagt voor de uitvoering en advisering van de in de WPG omschreven taken. Zoals in hoofdstuk 2 al is beschreven, verschillen deze taken in mate van beleidsvrijheid. Dit betekent niet, dat regionaal of gemeentelijk gezondheidsbeleid beperkt kan blijven tot de uitvoering van beleid door de GGD, en dat wordt ook nadrukkelijk in de WPG aangegeven. De gemeenten hebben een taak als regisseur en bijvoorbeeld in het verbinden van preventie en curatie. 3.1 Medische milieukunde (artikel 2 WPG) Het werkveld medische milieukunde behelst de invloed van chemische en fysische factoren van het milieu op de gezondheid van de mens. In dit kader dienen de volgende taken te worden uitgevoerd: - signaleren van ongewenste milieu- en omgevingseffecten op gezondheid; - het adviseren over gezondheidsrisico s die het milieu met zich mee kan brengen; - het beantwoorden van vragen van de bevolking; - het geven van voorlichting; - het doen van (kleinschalig) onderzoek. Gelet op het qua impact gunstige medisch milieukundig profiel van de regio is deze functie tot op heden op pragmatische wijze als volgt ingevuld: - invulling van de eerste lijnsfunctie met 0,1 fte door één van de artsen van de afdeling Algemene Gezondheidszorg (AGZ); - bij complexere zaken wordt een tweedelijns medisch milieukundige van de GGD Amsterdam ingeschakeld (overeenkomst met GGD Amsterdam); - de inhuur vanuit de GHOR van een Gezondheidskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen (GAGS) op bovenregionaal niveau (Noord-Holland, Flevoland en Utrecht). In het kader van een landelijke campagne wordt basisscholen de mogelijkheid geboden om een ééndaagse peiling te laten verrichten van de kwaliteit van het binnenmilieu. Dit project, dat in 2009 is gestart, wordt tot en met 2013 door een hiervoor opgeleide sociaal-verpleegkundige uitgevoerd met een subsidie van het Ministerie van VROM. Inmiddels is duidelijk geworden dat de GGD met de huidige invulling van de medisch milieukundige taak niet voldoet aan de eisen die landelijk worden gesteld: in het kader van een landelijk versterkingstraject is vastgesteld dat voor Gooi en Vechtstreek een basisformatie zou moeten worden aangehouden van 0,95 fte medische milieukundig medewerker. Het gevolg van het ontbreken hiervan is o.a. dat certificering van deze dienst onmogelijk is, terwijl dit door de Inspectie voor de Gezondheidszorg wel wordt geëist. Voorlopig kiest de GGD ervoor de huidige situatie te handhaven. 3.2 Technische hygiënezorg (artikel 2 WPG) Technische hygiënezorg in de regio wordt uitgevoerd door medewerkers van de afdeling AGZ. Technische hygiënezorg betekent het bijhouden van een lijst van instellingen waar, gezien de aard van de doelgroep en de omstandigheden waaronder de activiteiten worden verricht, een verhoogd risico bestaat op ziekteverspreidende organismen (bijvoorbeeld legionella), het adviseren van deze instellingen over mogelijkheden op het gebied van bouw, inrichten en organisatie om deze risico s te verkleinen, het signaleren van ongewenste situaties, het beantwoorden van vragen uit de bevolking en het geven van voorlichting. Concreet betekent dit controle van en advisering aan kindercentra, bordelen en piercing en tattooshops. Deze taak wordt uitgevoerd door gespecialiseerde verpleegkundigen. Kindercentra Het BIAK, Bureau Inspectie en Advisering Kinderopvang, stimuleert een optimaal klimaat in de kinderopvang. Hiertoe inspecteert en adviseert het BIAK de kindercentra: kinderdagverblijven, 14

15 buitenschoolse opvang, peuterspeelzalen en gastouderbureaus en -locaties. Met name de inspecties van de gastouderlocaties, zullen na 2010 (naar verwachting in Gooi en Vechtstreek bijna 600) voor een behoorlijke uitbreiding van de werkzaamheden zorgen. 3.3 Infectieziektebestrijding (artikel 6 WPG) De afdeling Algemene Gezondheidszorg van GGD Gooi & Vechtstreek houdt zich onder meer bezig met het signaleren, voorkomen en bestrijden van infectieziekten. Infectieziektebestrijding bestaat uit algemene infectieziektebestrijding, bestrijding van seksueel overdraagbare aandoeningen (soa/hiv), uitvoering Sense (voorlichting over seksualiteit), de tuberculosebestrijding, bron- en contactopsporing bij vermoeden van epidemieën van infectieziekten, het beantwoorden van vragen uit de bevolking alsook het geven van voorlichting en begeleiding. Op de afdeling AGZ wordt ook een reizigersspreekuur gehouden, waar het adviseren en vaccineren van reizigers wordt uitgevoerd. Landelijk is vast komen te staan dat voor effectieve en kwalitatief verantwoorde infectieziektebestrijding landelijke aansturing nodig is en supra-regionale samenwerking tussen GGD en. De landelijke aansturing gebeurt door het Landelijke Coördinatiecentrum Infectieziektebestrijding (LCI), inmiddels ondergebracht bij het RIVM. GGD Gooi & Vechtstreek werkt samen met de GGD en in Noord-Holland en Flevoland, met de GGD Amsterdam als centrum- GGD. Bij een wijziging van de Wet op de Veiligheidsregio is verantwoordelijkheid voor de bestrijding van een grootschalige infectieziekte-uitbraak bij de voorzitter van het veiligheidsbestuur gelegd. De betekenis van infectieziekten is in de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen. Die toename startte met SARS en de Vogelgriep en kreeg in het voorjaar van 2009 een extra impuls met de vaccinatie van jonge meiden tegen HPV 4. Daarna volgde de Mexicaanse griep die de gemoederen behoorlijk bezighield, zowel met betrekking tot de ernst van de ziekte als ten aanzien van het vaccinatiebeleid. Ten slotte was er de Q-koorts, die weliswaar voor onze regio minder aandacht vroeg, maar het belang van intersectorale samenwerking een extra impuls gaf. 3.4 Forensische geneeskunde De wettelijke basis van de forensische geneeskunde is de Wet op de Lijkbezorging voor wat betreft lijkschouwen. Voor de arrestantenzorg en de letselbeschrijvingen is geen wettelijke verplichting. Voor haar forensisch geneeskundige taken heeft de GGD 24 uur per dag een arts paraat en beschikbaar. Eén van de taken van deze artsen is het vervullen van de functie van gemeentelijk lijkschouwer in gevallen waarin de behandelend arts geen verklaring van een natuurlijk overlijden kan afgeven. Ook als mensen door de politie dood worden aangetroffen, wordt de gemeentelijk lijkschouwer ingeschakeld. Als er sprake is van een seksueel en/of geweldsmisdrijf, kunnen onderzoek en bijstand van een arts gewenst zijn. Forensisch artsen verzorgen daarnaast medische hulp aan arrestanten op het politiebureau. In het kader van de forensisch geneeskundige taak hebben GGD-artsen tenslotte verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de meldingsprocedure euthanasie. 3.5 Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (artikel 2 WPG) De GHOR (Geneeskundige Hulpverlenings Organisatie in de Regio) opereert op het snijvlak van gezondheidszorg, veiligheid en openbaar bestuur. De GHOR coördineert activiteiten ter preparatie op opgeschaalde zorg, concreet vertaald in plannen, convenanten en overleggen voor afstemming. De Wet op de Veiligheidsregio (Wvr) stelt dat de GHOR is belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening, met de advisering van andere overheden en organisaties op het gebied van de geneeskundige hulpverlening en de directeur GHOR met de operationele leiding van de geneeskundige hulpverlening in opgeschaalde situatie. Daarnaast is het een wettelijke taak van de GGD om in ieder geval inzicht via onderzoek te verwerven in de gezondheidstoestand van degenen die door een ramp worden getroffen. De GHOR wordt uitgevoerd door een afdeling van de GGD, onder verantwoordelijkheid van het veiligheidsbestuur. In de 2 e tranche van de WPG worden de functies directeur GHOR en directeur GGD in een directeur Publieke Gezondheid gekoppeld. 4 HPV betekent Humaan Papilloma Virus. Dit virus veroorzaakt baarmoederhalskanker. 15

16 Binnen de GHOR is sprake van een aparte financieringsstroom vanuit de Wet op de Veiligheidsregio, maar ook van een gemeentelijke bijdrage. 3.6 Bevolkingsonderzoeken Zoals in heel Nederland het geval is worden in de regio Gooi en Vechtstreek de bevolkingsonderzoeken borstkanker (vrouwen van 50 tot en met 75 jaar) en baarmoederhalskanker (vrouwen van 30 tot en met 60 jaar) uitgevoerd. De GGD heeft sinds 2008 geen functie meer in de organisatie van het baarmoederhalskankeronderzoek. Beide bevolkingsonderzoeken worden voor de Gooi en Vechtstreek georganiseerd door de stichting Bevolkingsonderzoek Midden-West. De huisartsen in de regio maken de eigenlijke uitstrijkjes. 3.7 Jeugdgezondheidszorg (artikel 5 WPG) en projecten in het kader van de preventieve jeugdzorg Jeugdgezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) heeft tot doel het bevorderen, beschermen en beveiligen van de gezondheid en de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van jeugdigen van 0-19 jaar, zowel individueel als op populatieniveau. De JGZ voert voor alle kinderen preventieve screeningen uit, zowel lichamelijk, geestelijk en sociaal-emotioneel en vervult daarmee een belangrijke rol in vroegsignalering van risico s, korte interventies en doorverwijzing naar zwaardere of andere vormen van hulpverlening. Het basispakket van de JGZ bestaat uit een uniform- en een maatwerkdeel. Het uniforme deel omvat zorgactiviteiten voor álle kinderen in Nederland. Het maatwerkdeel richt zich op kinderen met een risico. Daarbij gaat het om voorlichting en korte interventies om het kind te helpen en evt. door te verwijzen. Van rijkswege is er ruimte gecreëerd voor een flexibele uitvoering van de contactmomenten. In dat kader is bij de GGD een nieuwe werkwijze (Triage) ingevoerd, waardoor er meer aandacht voor risicokinderen is. De JGZ neemt deel aan Zorg Advies Teams (ZAT s) van het onderwijs en voert desgewenst de zorgcoördinatie uit. Daarnaast participeert de JGZ in de casusoverleggen van de Centra voor Jeugd en Gezin (zie 3.6.2). De JGZ heeft de afgelopen jaren te maken gekregen met landelijke ontwikkelingen, bijv. toenemende opvoedingsonzekerheid en de zware problematiek zoals kindermishandeling, die tegenwoordig meer in beeld is. Er is, weliswaar minder, nog steeds sprake van een versnipperde hulpverlening. De wachtlijsten in de jeugdzorg toonden/tonen aan dat er nog onvoldoende sprake was/is om in een vroeg stadium, dichtbij huis, passende preventie en hulp voor jeugdigen in te zetten. Deze signalen hebben de afgelopen jaren tot tal van vernieuwingen geleid, van belang voor het preventief jeugdbeleid, inclusief de Jeugdgezondheidszorg (zie DD JGZ en paragrafen t/m ) Digitaal Dossier JGZ (DDJGZ) Op 1 juli 2010 is de digitaliseringsplicht voor de Jeugdgezondheidszorg van kracht geworden, hetgeen betekent werken met een Digitaal Dossier waarin informatie over de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van kinderen alsook over de gezinssituatie is opgenomen. De GGD startte het digitaliseringsproject na de zomer 2007 en sindsdien is veel bereikt. In september 2010 is, naast de 0-4 jarigenzorg, nu ook de schoolgezondheidszorg gestart met het registreren van de consulten in het DD JGZ. In de komende tijd wordt gewerkt aan de directe koppeling van de Verwijsindex in het DDJGZ en het Landelijk Schakelpunt (dient voor uitwisseling van de dossiers) en zullen in de loop van de projectperiode nog extra functionaliteiten (interventies, taken, activiteiten) worden toegevoegd Centra voor Jeugd en Gezin In 2011 moeten alle gemeenten een Centrum voor Jeugd en Gezin hebben, zo heeft het kabinet in 2006 bepaald. Dit centrum, een van de aanbevelingen vanuit Operatie Jong, dient een belangrijke schakel te worden in de preventie- en zorgketens rond jeugd van -9 maanden tot 23 jaar. Het krijgt een centrale taak m.b.t. opvoedondersteuning, signalering, toeleiding en zorgcoördinatie. De JGZ vormt, samen met het maatschappelijk werk, de ruggengraat van het centrum. Sinds 2008 is in de Gooi en Vechtstreek een projectleider actief bij de ontwikkeling van de CJG s. Gewerkt is aan het uitwerken van met name de functies signalering en zorgcoördinatie. Dit heeft 16

17 geresulteerd in werkwijzen, die door alle partijen worden gedragen. Deze werkwijzen en samenwerkingsafspraken zijn vastgelegd in een raamconvenant CJG. De afspraken zijn op 8 oktober 2009 door de 9 gemeenten en diverse organisaties werkzaam op het beleidsterrein jeugd ondertekend. Met deze afspraken is een koppeling gelegd met Bureau Jeugdzorg en de ZAT s. Hiermee is een goede basis gelegd voor het CJG als netwerkorganisatie. Er is gewerkt aan het stimuleren van de regionale aanpak bij het ontwikkelen en implementeren van het CJG. De vormgeving van de front-offices is een lokale aangelegenheid. Ook voor de periode is vanuit de provincie financiële ondersteuning geboden om verdere afspraken te maken over de CJG ontwikkeling in de regio. Eerste prioriteit was de implementatie van de afspraken uit het convenant, de aanstelling van drie procesregisseurs per januari 2010 en de invoering van de CJG casusoverleggen. De procesregisseurs hebben een centrale rol bij de inhoudelijk invoering van de werkwijzen rond signalering en zorgcoördinatie en het bewaken van de procesafspraken. Daarnaast is samen met gemeenten de mogelijkheden voor een digitaal CJG zowel voor ouders als jongeren verkend. Voorts is er samenwerking met o.a. Triple P, Raak en de Verwijsindex. Vanuit het CJG moeten deze werkwijzen, methoden en instrumenten ingebed en in onderlinge samenhang aangeboden worden. In 2010/2011 wordt gewerkt aan borging van het CJG. Hierbij gaat het met name om het beleggen van backoffice producten en diensten bij een organisatie (bij voorkeur in termen van prestatieafspraken) en het inrichten van een backoffice organisatie die kan inspelen op ontwikkelingen en behoeften vanuit de frontoffice. Het ontwikkelen en (laten) uitvoeren van een strategisch regionaal inrichtingsplan met aandacht voor o.a. aansturing van de implementatie van de werkwijzen, de interne en externe communicatie (incl. virtueel CJG), een strategisch plan voor de inrichting van de CJG s (incl. incorporatie resultaten andere projecten) alsook het monitoren en bewaken van de voortgang. Het gaat nu dus om het daadwerkelijk inrichten van de CJG s. Van Rijkswege moet iedere (combinatie van) gemeente(n) per 2011 een volledig CJG (front- en backoffice) hebben. Inmiddels hebben 4 CJG s hun deuren geopend: Huizen, Hilversum, Naarden/Bussum en Muiden. Laren en Blaricum hebben een digitaal CJG, waar de andere gemeenten zich ook bij aan zullen sluiten; Wijdemeren en Weesp zullen in 2011 hun CJG openen. Het geplande aantal CJG s in de regio zal gezien de bezuinigingen niet gehaald worden Verwijsindex Per 1 augustus 2010 dient de Verwijsindex in alle Nederlandse gemeenten operationeel te zijn. In de regio Gooi en Vechtstreek is eind 2008 gestart met de ontwikkeling en voorbereiding van de invoering van de Verwijsindex. Deze index brengt risicosignalen van professionals over jongeren in een vroeg stadium bij elkaar. Zo kunnen hulpverleners vervolgens eenvoudig contact met elkaar opnemen voor betere hulp aan de jongere. De Verwijsindex is een ICT-toepassing die ondersteunt dat instanties samenwerken in. Met dit digitale instrument wordt beoogd het signaleren van risico s alsook de coördinatie van zorg te verbeteren. Focus lag in eerste instantie op risicokinderen, straks gaat de aandacht meer naar preventie. Het aantal meldingen in de regio Gooi en Vechtstreek is nog laag. Dit is overigens niet afwijkend van de rest van het land. Er zal in 2010/2011 extra aandacht worden geschonken aan het melden in de Verwijsindex Opvoedondersteuning Naar aanleiding van het advies van het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) is de afgelopen jaren gewerkt aan het uitwerken van een basisvoorziening opvoedondersteuning. Een betere spreiding van het cursusaanbod over de regio en het aanbieden van basiscursussen voor specifieke doelgroepen maakten onderdeel uit van het advies. Inmiddels wordt aan ouders verspreid over de regio een divers aanbod van pedagogische ondersteuning geboden, zowel cursussen als spreekuren. Gepland waren spreekuren op 9 locaties in de regio, maar dit werden er uiteindelijk 6. De oorspronkelijke cursussen zijn inmiddels allemaal omgevormd naar de door het NJI aanbevolen standaards. Enige tijd geleden is de organisatie van de cursussen overgegaan van de Thuiszorg naar de GGD, waardoor regie en organisatie (en deels de uitvoering) in één hand zijn gekomen. Verder heeft scholing van medewerkers in Triple P plaatsgevonden en worden de ontwikkelingen met Raak gevolgd en zo nodig ingepast. 17

18 Het project opvoedondersteuning eindigt per 31 december In 2010 is gewerkt aan de borging van de projectonderdelen: de opvoedspreekuren worden ondergebracht in de CJG s (of dependances) en voor de cursussen wordt eind 2010 besloten of deze worden voortgezet en op welke wijze. In zijn algemeenheid wordt in dit kader door het NJI (mede n.a.v. startfoto RAAK) het hele aanbod van steun en hulp rond opvoeding en opgroeien onder de loep genomen. Hierbij is het van belang te komen tot afspraken over de implementatie van een regionaal pakket van algemene en preventieve tot en met geïndiceerde steun en hulp rond opvoeding en opgroeien: een pakket dat goed aansluit op de vraag van gebruikers (bijv. echtscheidingsproblematiek) en de samenleving en dat beantwoordt aan eisen van kwaliteit en effectiviteit Eigen Kracht-conferenties (EK-c) Met projectsubsidie van de Provincie Noord-Holland is begin 2010 in de regio een aandachtsfunctionaris aangesteld die bij alle organisaties en instellingen die met jeugd te maken hebben, de Eigen Kracht-conferentie 5 onder de aandacht brengt. Dit moet leiden tot aanvragen voor een EK-c waarvoor er circa 30 beschikbaar zijn in deze regio. Er zijn kosteloos EK-c s aan te vragen tot eind oktober 2011 (einddatum projectperiode). Na de kennismakingsronde volgt er een 2 e ronde waarin nagegaan wordt op welke wijze de borging kan plaatsvinden Triple P Indertijd is door het Platform Jeugd de mening van instellingen gepeild over de wenselijkheid lichte opvoedhulp vanuit een specifiek inhoudelijk kader (Triple P) vorm te geven. De reactie was positief en subsidie werd bij de provincie voor 4 jaar verleend. Triple P is een evidence-based programma en versterkt de opvoedfunctie. Het heeft 5 interventieniveaus van informatie via de media tot intensieve gezinsinterventies. De invoering van Triple P geschiedt van januari 2008 tot januari De projectleider Triple P, aangesteld bij de GGD, reguleert de invoering. De projectleider informeert de partijen, zoekt draagvlak voor invoering bij nieuwe partijen, coördineert de trainingen, en draagt zorgt voor de registratie en monitoring van Triple P interventies. In 2008 vond een startconferentie plaats met alle betrokken partijen en is een convenant getekend tussen alle deelnemende instellingen van het CJG. Er heeft training van de medewerkers van het project opvoedondersteuning plaatsgevonden en er is draagvlak gecreëerd bij organisaties in de 2 e ring rond het CJG. Voorts is een start gemaakt met de multi mediacampagne om het aanbod vanuit Triple P grotere bekendheid onder ouders en instellingen te geven. Tot slot is en wordt gewerkt aan het creëren van draagvlak voor invoering van Triple P voor organisaties na indicatie en 2 e lijnsinstellingen t.b.v. invoer Triple P niveau 4 en 5 (intensievere opvoedondersteuning en modules voor specifieke doelgroepen). In de komende projectperiode worden nog tal van andere professionals getraind, zoals organisaties uit de 1 e,2 e en 3 e ring rond het CJG. Vervolgens zal implementatie in deze organisaties plaatsvinden. Ook de mediastrategie wordt geïmplementeerd RAAK In het Actieplan aanpak kindermishandeling heeft minister Rouvoet destijds aangegeven de landelijke invoering van de RAAK-aanpak van kindermishandeling te willen realiseren. Vanaf 1 januari 2009 is gestart met de regionale implementatie. In 2011 dient de RAAK-aanpak landelijk dekkend te zijn ingevoerd. Centrumgemeente Hilversum heeft een voorstel gedaan om de RAAKaanpak ook in de regio Gooi en Vechtstreek te starten. Onderdeel van de aanpak is de aanstelling van een regionaal coördinator, ondergebracht bij de GGD. De opdracht is een sluitende aanpak van kindermishandeling te realiseren met als doel het voorkomen, signaleren en beperken van de schade van kindermishandeling. Dit zal gebeuren door invoeren van evidence based-methodieken en handelings- en meldcodes kindermishandeling. Alle relevante professionals worden hiervoor geschoold. 5 Een Eigen Kracht-conferentie geeft mensen de mogelijkheid om zelf, samen met familie, vrienden en andere bekenden, een plan te maken voor een oplossing of voor hulp. De kracht voor de oplossing komt vanuit de familie en alle belangrijke mensen daaromheen. Gemaakte plannen zijn leidend voor de hulpverlening. 18

19 In het 1 e kwartaal van 2009 is een startfoto gemaakt. Deze is gebaseerd op een inventarisatie van het aanbod aan preventieve hulp en de beschikbare protocollen rondom kindermishandeling. Uit de startfoto van RAAK bleek dat er in de Gooi en Vechtstreek sprake is van een onevenwichtig aanbod opvoeding- en gezinsondersteuning (zie 3.6.4). De gemeente Hilversum heeft het op zich genomen om samen met alle organisaties te komen tot een vraaggestuurd evenwichtig RAAK-proof aanbod voor de hele regio. Het uitgangspunt is dat iedere instelling die werkt met ouders en kinderen én meer dan twintig werknemers heeft, een aandachtsfunctionaris aanstelt. Hiermee wordt bereikt dat er binnen organisaties structurele aandacht is voor de Aanpak Kindermishandeling en er uitvoering wordt gegeven aan de Wet Meldcode. Deze zal per medio mei 2011 in werking treden en voor alle instellingen in het kader van de preventieve jeugdzorg gelden, alsook voor onderwijs en politie. Over zowel RAAK als de Wet Meldcode is en wordt in de regio voorlichting gegeven. Een werkgroep waaraan het ziekenhuis, de huisartsenpost, ASHG en Vangnet Jeugd deelnemen hebben een routekaart toepasbaar gemaakt voor de regio Gooi en Vechtstreek. Op dit moment wordt gekeken wat de mogelijkheden zijn van een digitaal handelingsprotocol: afspraken op het gebied van samenwerken bij kindermishandeling bundelen en overzichtelijk houden. 3.8 Zicht op de lokale gezondheidssituatie (epidemiologie) (artikel 2 WPG) De gemeenten zijn in het kader van de WPG verplicht om elke vier jaar, voorafgaand aan het maken van een nota gezondheidsbeleid, gegevens te verzamelen en te analyseren. Dit dient op landelijk uniforme wijze te gebeuren. GGD Gooi & Vechtstreek voert in dit kader gezondheidspeilingen uit onder jeugd, volwassenen en ouderen. De uitkomsten van deze peilingen zijn de basis voor het kiezen van speerpunten voor het regionaal en gemeentelijk gezondheidsbeleid: omvang en ernst van de problematiek en ontwikkeling daarvan in de loop der jaren (toe- of afname). In de Gooi en Vechtstreek worden in de periode , passend in de beleidscyclus, de volgende gezondheidspeilingen gehouden: volwassenen (2012), ouderen (2012) en jeugd (2013). 3.9 Bewaken gezondheidsaspecten bij bestuurlijke beslissingen (artikel 16 WPG) Het gaat hier om de advisering aan gemeenten over beslissingen op alle beleidsterreinen die (mede) van invloed zijn op de gezondheid. Te denken valt aan uiteenlopende zaken als de invulling van het ouderen- en jeugdbeleid, het inrichten van de fysieke omgeving, het ontwikkelen van nieuwbouw, het realiseren van levensloopbestendige wijken, het creëren van voorzieningen zoals wijkcentra, sportvelden, zwembaden, fietspaden, etc. De WPG schrijft voor dat gemeenten, alvorens een besluit te nemen dat belangrijke gevolgen heeft voor de gezondheid, advies moeten vragen aan de GGD. Zoals ook de Inspectie in 2010 in haar rapport concludeert, gebeurt dit laatste tot nog toe in zeer beperkte mate Preventieprogramma s en voorlichting (artikel 2 WPG) Op het terrein van gezondheidsbevordering is sprake van beleidsruimte binnen de kaders die door het Rijk zijn aangegeven. De nota Regionaal Gezondheidsbeleid geeft invulling aan deze beleidsruimte. De gemeenten dienen de landelijke speerpunten in acht te nemen (zie hoofdstuk 2.2). Aan de hand van de lokale epidemiologische gegevens kan hier zo nodig gemotiveerd vanaf worden geweken Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en vangnettaken Een veel gebruikte definitie van OGGZ is alle activiteiten op het terrein van de geestelijke volksgezondheid die worden uitgevoerd niet op geleide van een vrijwillige, individuele hulpvraag (Nationale Raad voor de Volksgezondheid, 1991). De OGGZ werkt zowel individueel (directe, permanente beschikbare hulpverlening) als collectief (gericht op risicogroepen). Het bereiken en begeleiden van kwetsbare groepen in de regio Gooi en Vechtstreek is één van de speerpunten van de GGD, in samenwerking met diverse partners. Dit speerpunt heeft zijn wettelijke basis sinds 2007 in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De kern van de OGGZ is het bevorderen van samenwerking en ketenvorming ten behoeve van kwetsbare groepen. De samenwerking op het terrein van de OGGZ wordt steeds breder: GGZ, welzijn, politie, maatschappelijk werk, JGZ, scholen en Platform Jeugd. De OGGZ draagt zorg voor signalering en 19

20 beleidsadvisering via diverse stuurgroepen, het Platform Maatschappelijke Zorg, het Platform Jeugd, het ambtelijk en bestuurlijk WWZ en het Regionaal College. Ook de participatie in het CJG is van belang. Het zo veel mogelijk regionaal oppakken van de OGGZ problematiek maakt het maken van afspraken makkelijker dan als deze lokaal zou worden opgepakt. De regionale beleidsvoornemens op het brede terrein van de OGGZ, die de diverse samenwerkingspartners aangaan, zijn vastgelegd in het Stedelijk Kompas en in het Beleidsplan Voorkomen en aanpakken van multiproblemsituaties , maatschappelijke zorg Gooi en Vechtstreek (Movisie, 2007). Deze ambities zijn leidend voor de invulling van de Wmo prestatievelden 7, 8 en 9 in alle negen gemeenten. Of deze beleidsvoornemens gerealiseerd kunnen worden is de vraag, omdat de financiën een groot punt van zorg zijn binnen het werkveld OGGZ. Het Rijk stelt immers structureel minder geld beschikbaar voor de maatschappelijke opvang (brede doeluitkering), de gemeenten zullen minder geld ontvangen in het gemeentefonds én de middelen voor de Wmo nemen voor een aantal gemeenten in de regio af. Hieronder worden de belangrijkste onderdelen van de OGGZ benoemd, die onderling nauw verbonden zijn (integrale aanpak, outreachend en laagdrempelig) Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) Het ASHG, dat is gestart in 2003, is inmiddels structureel ingebed in de regio. In 2009 heeft het ASHG bijna 1300 meldingen (nieuwe trajecten) ontvangen, waarbij 1855 personen betrokken zijn geweest. Met subsidie van de Provincie is in 2008 een impuls gegeven aan de aanpak van ouderenmishandeling in de regio, waarna deze aanpak is geïntegreerd in het ASHG. Met ingang van 1 april 2009 wordt de Wet Tijdelijk Huisverbod uitgevoerd. Het ASHG heeft in samenwerking met de betrokken organisaties een draaiboek ontwikkeld: welke instelling moet wanneer wat doen. In 2009 zijn ca. 60 huisverboden opgelegd in de regio. De Wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling wordt per mei 2011 van kracht. Hierin wordt de verplichting geregeld voor een meldcode voor huiselijk geweld, eergerelateerd geweld, kindermishandeling en vrouwelijke genitale verminking, alsmede het meldrecht en een meldpunt huiselijk geweld. De regering wil voor het instellen van de meldpunten aansluiten bij de infrastructuur van de ASHG s. De rol en werkwijze van het ASHG zullen veranderen, omdat de meldpunten ook daadwerkelijk actie moeten ondernemen naar aanleiding van een melding. Het ASHG zal hierop moeten anticiperen Vangnet & Advies Dit is het samenwerkingsverband van GGD, Symfora, RIBW, Versa Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) en Jellinek Mentrum voor hulp aan mensen die zichzelf verwaarlozen en/of overlast veroorzaken maar die zelf niet om hulp vragen (bemoeizorg voor zorgwekkende zorgmissers of - mijders). De GGD is coördinator en ook uitvoerende partij binnen het samenwerkingsverband. In de loop der jaren is Vangnet & Advies versterkt, door uitbreiding van de personele capaciteit, aansluiting bij het ASHG en het Tweede Kansbeleid en (enige tijd later) Vangnet Jeugd en tenslotte structurele inzet van de expertise van de Sociaal Raadslieden. In de komende jaren zal Vangnet en Advies zich blijven doorontwikkelen, vooral met betrekking tot de evidence based methodieken Vangnet Jeugd Vangnet Jeugd is een regionale voorziening met als doel voor kinderen en jongeren, die in een risicovolle situatie verkeren en in hun ontwikkeling worden bedreigd, kansen te creëren om zich zo veilig mogelijk te kunnen ontwikkelen (in de breedste zin van het woord). Vangnet Jeugd biedt daartoe bemoeizorg en zorgcoördinatie aan risicogezinnen/ jeugdigen in de leeftijd van -9 maanden tot 23 jaar, die de zorg missen of mijden. Vangnet Jeugd is aangehaakt bij Vangnet en Advies, sector OGGZ van de GGD. Sinds 1 januari 2010 zijn het Centraal Meld Punt (CMP) en Vangnet Jeugd in naam geïntegreerd tot één Vangnet Jeugd voor jeugdigen van -9 maanden tot 23 jaar. Snelle signalering, screening, outreachend werken, bemoeizorg en toeleiding naar specialistische zorg zijn uitgangspunten. In september 2010 werd het einde van de integratieperiode tussen CMP en Vangnet Jeugd gevierd met een officiële opening van Vangnet Jeugd. Bij deze gelegenheid werd eveneens het Convenant Vangnet Jeugd ondertekend door samenwerkingspartners uit de regio op het gebied van (jeugd)zorg, welzijn, onderwijs, justitie en gemeenten. 20

DEEL 1: ADVIES REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID GOOI EN VECHTSTREEK

DEEL 1: ADVIES REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID GOOI EN VECHTSTREEK Reg.nr: 10.0007263 DEEL 1: ADVIES REGIONAAL GEZONDHEIDSBELEID 2011-2014 GOOI EN VECHTSTREEK KIEZEN VOOR GEZONDHEIDSWINST GGD Gooi en Vechtstreek Afdeling GBBO Wendeline Thijs Edith Sikking 19 oktober 2010

Nadere informatie

Onderwerp: Verlengen nota Lokaal gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede 2008-2011

Onderwerp: Verlengen nota Lokaal gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede 2008-2011 Raadsvergadering, 31 januari 2012 Voorstel aan de Raad Onderwerp: Verlengen nota Lokaal gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede 2008-2011 Nr.: 483 Agendapunt: 11 Datum: 31 januari 2012 Onderdeel raadsprogramma:

Nadere informatie

Nota gezondheidsbeleid Eemnes Aandachtpunten en/of mogelijkheden bij uitvoering van prioriteiten

Nota gezondheidsbeleid Eemnes Aandachtpunten en/of mogelijkheden bij uitvoering van prioriteiten Bijlage I. Aandachtpunten en/of mogelijkheden bij uitvoering van prioriteiten 3.1 schadelijk alcoholgebruik aansluitende lokale activiteiten uit het Plan van Aanpak uit. Het college zal nog een uitgewerkt

Nadere informatie

GGD Hollands Noorden. en wijkverpleegkundigen met S1-taken

GGD Hollands Noorden. en wijkverpleegkundigen met S1-taken GGD Hollands Noorden en wijkverpleegkundigen met S1-taken Waarom een GGD? Wet Publieke Gezondheidszorg (WPG): Gezondheidsbeschermende en gezondheidsbevorderende maatregelen voor de bevolking of specifieke

Nadere informatie

Raadsvergadering, 29 januari 2008. Voorstel aan de Raad

Raadsvergadering, 29 januari 2008. Voorstel aan de Raad Raadsvergadering, 29 januari 2008 Voorstel aan de Raad Nr: 206 Agendapunt: 8 Datum: 11 december 2007 Onderwerp: Vaststelling speerpunten uit de conceptnota Lokaal Gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede 2008-2011

Nadere informatie

Strategische Agenda Een gezond en veilig bestaan voor onze inwoners in Zaanstreek-Waterland

Strategische Agenda Een gezond en veilig bestaan voor onze inwoners in Zaanstreek-Waterland Strategische Agenda 2018-2021 Een gezond en veilig bestaan voor onze inwoners in Zaanstreek-Waterland Vastgesteld Algemeen Bestuur 18 oktober 2018 Inleiding In de door het Algemeen Bestuur in december

Nadere informatie

Lokaal gezondheidsbeleid 2016-2020. Workshop 18 februari 2016

Lokaal gezondheidsbeleid 2016-2020. Workshop 18 februari 2016 Lokaal gezondheidsbeleid 2016-2020 Workshop 18 februari 2016 Programma 9.30 uur Welkom Toelichting VTV 2014 en Kamerbrief VWS landelijk gezondheidsbeleid Concept Positieve Gezondheid Wat is integraal gezondheidsbeleid?

Nadere informatie

Gezondheid dichtbij. Samenvatting landelijke nota gezondheidsbeleid 2011

Gezondheid dichtbij. Samenvatting landelijke nota gezondheidsbeleid 2011 Gezondheid dichtbij Samenvatting landelijke nota gezondheidsbeleid 2011 Auteur: team Lokaal Gezondheidsbeleid DMS: 92576 Titel: Gezondheid dichtbij Versie: 1 Datum: 26 mei 2011 GGD West-Brabant Inleiding

Nadere informatie

Proces nota lokaal gezondheidsbeleid

Proces nota lokaal gezondheidsbeleid Proces nota lokaal gezondheidsbeleid 2012-2015 Voorstel: De bestuurscommissie besluit: 1. in te stemmen met de voorgestelde processtappen met 1 januari 2012 als uiterlijke vaststellingsdatum voor de nota

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 468 Wet van 13 juli 2002 tot wijziging van de Wet collectieve preventie volksgezondheid Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Factsheet GGD Hollands Noorden. M T W

Factsheet GGD Hollands Noorden. M T W T 088 01 00 500 M info@ggdhn.nl W www.ggdhn.nl Inhoudsopgave Over de GGD... 3 Jeugdgezondheidszorg... 4 Infectieziektenbestrijding... 5 Kwetsbare burgers... 6 Onderzoek, beleid en preventie... 7 Colofon...

Nadere informatie

Raadsvoorstel (gewijzigd)

Raadsvoorstel (gewijzigd) Raadsvoorstel (gewijzigd) BARCODE STICKER Nr. 2009-064 Houten, 17 november 2009 Onderwerp: Tweede kadernota Lokaal Gezondheidsbeleid 2010-2013 Beslispunten: 1. In te stemmen met de volgende in de tweede

Nadere informatie

Bestuursopdracht Raad

Bestuursopdracht Raad Bestuursopdracht Raad Natuurlijk: gezond! Uitgangspunten notitie lokaal gezondheidsbeleid Naam ambtenaar: P.M. Veldkamp Datum: 18 april 2008 1. Aanleiding. Gemeenten zijn verplicht om iedere vier jaar

Nadere informatie

Het db van net Gewest, de portefeuillehouders gezondheidszorg en het bestuur van de veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek.

Het db van net Gewest, de portefeuillehouders gezondheidszorg en het bestuur van de veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek. Aan: Van: Het db van net Gewest, de portefeuillehouders gezondheidszorg en het bestuur van de veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek Ans Engelsman Datum: 26 juli 2011 Betreft: tweede tranche Wet Publieke

Nadere informatie

Beleidsplan Gezondheid Samen vooraan: aan de slag met preventie!

Beleidsplan Gezondheid Samen vooraan: aan de slag met preventie! Beleidsplan Gezondheid 2019-2022 Samen vooraan: aan de slag met preventie! Inhoud Onze taken 3 Onze missie 5 Onze visie 5 Zo staan we bekend! 5 Onze ambities 5 Vier thema's BELEIDSPLAN GEZONDHEID 1 BELEIDSPLAN

Nadere informatie

PROGRAMMABEGROTING 2015-2018

PROGRAMMABEGROTING 2015-2018 PROGRAMMABEGROTING 2015-2018 Programma 1 : Zorg, Welzijn, Jeugd en Onderwijs 1A Lokale gezondheidszorg Inleiding Op grond van de Wet publieke gezondheid (Wpg) heeft de gemeente de taak door middel van

Nadere informatie

PROGRAMMABEGROTING

PROGRAMMABEGROTING PROGRAMMABEGROTING 2016-2019 Programma 1 : Zorg, Welzijn, Jeugd en Onderwijs 1A Lokale gezondheidszorg Inleiding Op grond van de Wet publieke gezondheid (Wpg) heeft de gemeente de taak door middel van

Nadere informatie

Laten we het gezond houden in Naarden! Nota lokaal gezondheidsbeleid gemeente Naarden

Laten we het gezond houden in Naarden! Nota lokaal gezondheidsbeleid gemeente Naarden Laten we het gezond houden in Naarden! Nota lokaal gezondheidsbeleid gemeente Naarden 2012-2015 1 Inhoud Samenvatting Inleiding 1. Wettelijk kader Wet publieke gezondheid Landelijke nota gezondheid Regionale

Nadere informatie

Verslag regionale werkconferenties kiezen voor gezond leven

Verslag regionale werkconferenties kiezen voor gezond leven Verslag regionale werkconferenties kiezen voor gezond leven Aanleiding voor de werkconferenties Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) brengt in het najaar van 2006 een tweede Preventienota

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Datum

Nadere informatie

B en W d.d

B en W d.d B en W. 13.1048 d.d. 19-11-2013 Onderwerp Nota Lokaal gezondheidsbeleid Besluiten:Behoudens advies van de commissie 1. De bijgevoegde conceptnota Lokaal gezondheidsbeleid Ruimte maken voor gezondheid voor

Nadere informatie

Convenant Samenwerking Zorgkantoor Coöperatie VGZ Gemeente Nijmegen

Convenant Samenwerking Zorgkantoor Coöperatie VGZ Gemeente Nijmegen Convenant Samenwerking Zorgkantoor Coöperatie VGZ Gemeente Nijmegen Partijen Het Zorgkantoor Nijmegen,( Coöperatie VGZ. hierna te noemen het Zorgkantoor, De Coöperatie VGZ Hierna te noemen VGZ, en het

Nadere informatie

Inhoud Basispakket JGZ per 1-1-2015 (concept maart 2014)

Inhoud Basispakket JGZ per 1-1-2015 (concept maart 2014) Inhoud Basispakket JGZ per 1-1-2015 (concept maart 2014) Inhoud Advies Commissie De Winter Opmerkingen uit standpunt staatssecretaris Van Rijn Zat al in BTP Zat nog niet in BTP, maar deed JGZ al Nieuw

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 12 juni 2007 Nummer voorstel: 2007/75

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 12 juni 2007 Nummer voorstel: 2007/75 Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 12 juni 2007 Nummer voorstel: 2007/75 Voor raadsvergadering d.d.: 11 september 2007 Agendapunt:

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. WPG / Ouderen. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport WPG / Ouderen

Regionale VTV 2011. WPG / Ouderen. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport WPG / Ouderen Regionale VTV 2011 WPG / Ouderen Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport WPG / Ouderen Auteurs: Drs. L. de Geus, GGD West-Brabant M. Spermon, GGD Brabant-Zuidoost

Nadere informatie

Activiteiten gericht op het behalen van de doelstellingen van de Regionale Nota Gezondheidsbeleid

Activiteiten gericht op het behalen van de doelstellingen van de Regionale Nota Gezondheidsbeleid Activiteiten gericht op het behalen van de doelstellingen van de Regionale Nota Gezondheidsbeleid 2016-2019 Bijlage bij adviesnota AB 2 juli 2015 20 mei 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Gezondheidsbescherming

Nadere informatie

Kerncijfers van de gemeente Leiden (gezondheidspeiling 2012)

Kerncijfers van de gemeente Leiden (gezondheidspeiling 2012) Kerncijfers van de gemeente Leiden (gezondheidspeiling 2012) Gezondheid Leiden Hollands Midden 19-64 65+ 19-64 65+ één of meer chronische aandoeningen 50% 78% 51% 78% onder behandeling voor één of meer

Nadere informatie

Welzijn Nieuwe Stijl. preventie zorg en opvang. 27 juni 2011

Welzijn Nieuwe Stijl. preventie zorg en opvang. 27 juni 2011 Welzijn Nieuwe Stijl 27 juni 2011 Prestatieveld 7: het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang Prestatieveld 8: het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 31 001 Programma voor Jeugd en Gezin Nr. 83 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR JEUGD EN GEZIN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Onderwerp: Nota lokaal gezondheidsbeleid: Gezondheid, welzijn en welbevinden.

Onderwerp: Nota lokaal gezondheidsbeleid: Gezondheid, welzijn en welbevinden. Vergadering: 21 5 2013 Agendanummer: 7 Status: Opiniërend Portefeuillehouder: W. Zorge Behandelend ambtenaar L.W.Top, 0595 447716 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. L.W.Top) Aan de gemeenteraad, Onderwerp:

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Gezondheidsbeleid. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Gezondheidsbeleid

Regionale VTV 2011. Gezondheidsbeleid. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Gezondheidsbeleid Regionale VTV 2011 Gezondheidsbeleid Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Gezondheidsbeleid Auteurs: Drs. J. Piek, GGD Hart voor Brabant, Drs. Th.J.M. Kuunders,

Nadere informatie

Startnotitie Nota Lokaal Gezondheidsbeleid

Startnotitie Nota Lokaal Gezondheidsbeleid Startnotitie Nota Lokaal Gezondheidsbeleid 2008-2011 April 2008 Castricum Inleiding Voor het tijdvak 2007 tot en met 2010 vraagt het ontwikkelen van de Nota Lokaal gezondheidsbeleid de aandacht. In bijgevoegde

Nadere informatie

JOGG HELLEVOETSLUIS 2014 2016

JOGG HELLEVOETSLUIS 2014 2016 JOGG HELLEVOETSLUIS 2014 2016 Afdeling Samenlevingszaken, november 2013 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Achtergrond... 4 2.1. Gezondheidsbevordering... 4 2.2. Integrale aanpak... 4 3. Probleemstelling... 5

Nadere informatie

De GGD Hollands Midden nader belicht Sjaak de Gouw 26 juni 2013

De GGD Hollands Midden nader belicht Sjaak de Gouw 26 juni 2013 De GGD Hollands Midden nader belicht Sjaak de Gouw 26 juni 2013 Inhoud Kerngegevens RDOG Hollands Midden Wettelijk kader GGD Hollands Midden Korte bespreking producten (basistaken en overige taken) Enkele

Nadere informatie

Gezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen

Gezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen Gezondheidsachterstanden Gelijke kansen voor iedereen Goede gezondheid: niet voor iedereen Een goede gezondheid is een groot goed, voor de individuele burger én voor de samenleving als geheel. We worden

Nadere informatie

GGD DPG, en kwetsbare ouderen

GGD DPG, en kwetsbare ouderen GGD, DPG en kwetsbare ouderen Waar wil ik het over hebben? Wat is een GGD? Wat is een directeur Publieke Gezondheid: DPG? Wat hebben wij met elkaar van doen? GGD en ouderen Relatie GGD - Inspectie Kwartaalontmoeting

Nadere informatie

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams Vangnet 0-99 Onafhankelijke regie Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Sociaal medische contractering Jeugd Organisatie wijkteams Lokaal beeld van de transities Wilt u wijkgericht

Nadere informatie

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING December 2012 INLEIDING Het beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) 2008-2011 heeft een wettelijk bepaalde werkingsduur van vier jaren. In 2012 is besloten dit beleidsplan met één jaar te

Nadere informatie

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren Notitie versie 1.0 September 2016 Door Frea Haker (Gezond in ) Eveline Koks (Jongeren Op Gezond Gewicht) Anneke Meijer (Coördinatie Gezond Gewicht Fryslân

Nadere informatie

Doetinchem, 28 juni 2017

Doetinchem, 28 juni 2017 Aan de raad AGENDAPUNT NR. 7.3 ALDUS VASTGESTELD 6 JULI 2017 Regionale beleidskaders volksgezondheid 2017-2020 Te besluiten om: 1. Kennis te nemen van de nota Beleidskaders volksgezondheid 2017-2020 Regiogemeenten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 200 22 894 Preventiebeleid voor de volksgezondheid Nr. 27 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

CONCEPT. Startdocument Nota gezondheidsbeleid gemeente Aa en Hunze

CONCEPT. Startdocument Nota gezondheidsbeleid gemeente Aa en Hunze CONCEPT Startdocument Nota gezondheidsbeleid 2013-2017 gemeente Aa en Hunze Inhoud Inleiding 3 1 PROCES TOTSTANDKOMING NOTA GEZONDHEIDSBELEID 4 1.1 Opzet van de nota gezondheidsbeleid Aa en Hunze 4 1.2

Nadere informatie

PFO-Samenleving Hoeksche Waard Bestuurscommissie Volksgezondheid Zuid-Holland Zuid

PFO-Samenleving Hoeksche Waard Bestuurscommissie Volksgezondheid Zuid-Holland Zuid B&W voorstel Onderwerp Afdeling Product Zaaknummer Vaststelling regionale nota Volksgezondheid Beleid & Ontwikkeling AFDKP11 - Afdelingskostenplaats B&O Z-11.06546 Stuknummer Algemeen besluit nr. 870 Publicatie

Nadere informatie

agendanummer afdeling Simpelveld VI- 38 Burgerzaken 21 oktober 2008 onderwerp Uitvoeringsnota Gemeentelijk gezondheidsbeleid

agendanummer afdeling Simpelveld VI- 38 Burgerzaken 21 oktober 2008 onderwerp Uitvoeringsnota Gemeentelijk gezondheidsbeleid Aan de raad agendanummer afdeling Simpelveld VI- 38 Burgerzaken 21 oktober 2008 onderwerp Uitvoeringsnota Gemeentelijk gezondheidsbeleid 2008-2011 Inleiding Op grond van Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid

Nadere informatie

HENRIQUE SACHSE ARTS M&G, JEUGDARTS, VERTROUWENSARTS

HENRIQUE SACHSE ARTS M&G, JEUGDARTS, VERTROUWENSARTS 14 juni 2017 Summersymposium Actualiteit van OGGZ en Jeugdgezondheidszorg Verwarde personen en kwetsbare kinderen De realiteit voor jeugdigen en ouders in 2017 HENRIQUE SACHSE ARTS M&G, JEUGDARTS, VERTROUWENSARTS

Nadere informatie

Voorbeeldadvies Cijfers

Voorbeeldadvies Cijfers Voorbeeldadvies GGD Twente heeft de taak de gezondheid van de Twentse jeugd, volwassenen en ouderen in kaart te brengen. In dit kader worden diverse gezondheidsmonitoren afgenomen om inzicht te verkrijgen

Nadere informatie

9 maart 2015 Judith Lemmen regiomanager Land van Cuijk

9 maart 2015 Judith Lemmen regiomanager Land van Cuijk 9 maart 2015 Judith Lemmen regiomanager Land van Cuijk GGD = Gemeentelijke GezondheidsDienst Publieke Gezondheid & veiligheid is wettelijke taak. Alle 400 gemeenten hebben eigen GGD. GGD is van jullie:

Nadere informatie

Nota Lokaal Gezondheidsbeleid Gemeente Muiden Muiden gaat voor Gezond(er)!

Nota Lokaal Gezondheidsbeleid Gemeente Muiden Muiden gaat voor Gezond(er)! Nota Lokaal Gezondheidsbeleid Gemeente Muiden 2012-2015 Muiden gaat voor Gezond(er)! Gemeente Muiden, januari 2012 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inleiding 4 Visie van de gemeente Muiden op gezondheid 5 Lokale

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad van Nijmegen. Geachte leden van de raad,

Aan de gemeenteraad van Nijmegen. Geachte leden van de raad, Directie Inwoners Ingekomen stuk D11 (PA 18 juni 2008) Beleid & Realisatie Beleidsontwikkeling Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon (024) 329 90 00 Telefax (024)

Nadere informatie

OPENBARE GEZONDHEIDSZORG

OPENBARE GEZONDHEIDSZORG OPENBARE GEZONDHEIDSZORG Regionaal beleid Gooi en Vechtstreek medio 2006 2010 Deel 1 Volwassenen en Ouderen GGD Gooi & Vechtstreek Bussum, april 2006 2 Inhoudsopgave Bladzijde Samenvatting 4 1. Inleiding

Nadere informatie

Trends binnen en buiten ons vakgebied. Raadsinformatieavond 14 juni Beleidsvisie GGD Aanleiding.

Trends binnen en buiten ons vakgebied. Raadsinformatieavond 14 juni Beleidsvisie GGD Aanleiding. Raadsinformatieavond 14 juni 2016 Beleidsvisie GGD 2017-2021 Aanleiding Inhoud Raakvlakken beleidsvisie - lokale situatie Boekel Begroting 2017 Trends binnen en buiten ons vakgebied De GGD speelt zo veel

Nadere informatie

Er blijft gezondheidswinst liggen doordat vaccins onvoldoende benut worden

Er blijft gezondheidswinst liggen doordat vaccins onvoldoende benut worden Samenvatting Er blijft gezondheidswinst liggen doordat vaccins onvoldoende benut worden Nieuwe biotechnologische methoden, met name DNA-technieken, hebben de vaccinontwikkeling verbeterd en versneld. Met

Nadere informatie

naam opsteller: L. van Leeuwe telefoonnummer: adres:

naam opsteller: L. van Leeuwe telefoonnummer: adres: Kader lokaal gezondheidsbeleid 2013-2016 voor beeldvormende raad naam opsteller: L. van Leeuwe telefoonnummer: 377 3 19 e-mailadres: I.vanleeuwe@doetinchem.n1 Voorstel: Het kader lokaal gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Vraaggericht, actief-anticiperend en detecterend. Surveillance van gezondheid, groei en ontwikkeling

Vraaggericht, actief-anticiperend en detecterend. Surveillance van gezondheid, groei en ontwikkeling Unique selling points JGZ Specialisme met het gezonde kind als referentiekader Vraaggericht, actief-anticiperend en detecterend Laagdrempelig en hoog bereik Surveillance van gezondheid, groei en ontwikkeling

Nadere informatie

Gemeente Dalfsen t.a.v. de raadsgriffier Postbus 35 7720 AA Dalfsen. Geachte leden van de gemeenteraad,

Gemeente Dalfsen t.a.v. de raadsgriffier Postbus 35 7720 AA Dalfsen. Geachte leden van de gemeenteraad, Gemeente Dalfsen t.a.v. de raadsgriffier Postbus 35 7720 AA Dalfsen datum 5 september 2013 kenmerk G13.002130 AM doorkiesnummer (038) 428 15 12 onderwerp Factsheet voor uw gemeente Geachte leden van de

Nadere informatie

Laren gaat voor Gezond!

Laren gaat voor Gezond! Bijlage IX bij Wmo/Wpg beleidsplan 2012-2015 Kadernota Lokaal Gezondheidsbeleid Gemeente Laren 2012-2015 Laren gaat voor Gezond! Gemeente Laren, maart 2012 Inhoudsopgave 1. INLEIDING 3 2. GEZONDHEIDSSITUATIE

Nadere informatie

Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda

Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda Workshop verzorgd door: Rob Gilsing (SCP) Hans Migchielsen (Jeugd en Onderwijs) Opzet: inhoudelijke karakterisering lokaal educatieve agenda: Landelijk (relatie

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 59172 Datum : 10 juni 2014 Programma : Welzijn Volksgezondheid Blad : 1 van 5 Cluster : Samenleving Portefeuillehouder: mw.

Nadere informatie

Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Regionale dienst openbare gezondheidszorg Hollands Midden;

Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Regionale dienst openbare gezondheidszorg Hollands Midden; Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Regionale dienst openbare gezondheidszorg Hollands Midden; Overwegende dat de belangen van de openbare gezondheidszorg en van de volksgezondheid in een aantal

Nadere informatie

GEMEENTE HOOGEVEEN. Voorstel voor burgemeester en wethouders. Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013

GEMEENTE HOOGEVEEN. Voorstel voor burgemeester en wethouders. Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013 Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013 Voorgesteld besluit: 1. Kennis nemen van bijgaande concept Beleidsbegroting 2010-2013 van de GGD Drenthe van 27 maart 2009. 2. De Raad adviseren om de

Nadere informatie

Welzijnszorg Oosterschelderegio

Welzijnszorg Oosterschelderegio Goes, 28 juni 2012 4g Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio Gemeente Borsele t.a.v. College van B & W Postbus 1 4450 AA Heinkenszand Onderwerp: Behandeld: Bijlage(n): Email: Evaluatie regionaal

Nadere informatie

Overzicht Basistaken GGD Drenthe 2015 e.v.

Overzicht Basistaken GGD Drenthe 2015 e.v. Overzicht Basistaken GGD Drenthe 2015 e.v. De algemene taak van het college van burgemeester en wethouders is het bevorderen van de totstandkoming en de continuïteit van en de samenhang binnen de publieke

Nadere informatie

Alles is gezondheid. Dick ten Brinke, directeur publieke gezondheid Martien de Vries, beleidsadviseur Noord-Veluwe

Alles is gezondheid. Dick ten Brinke, directeur publieke gezondheid Martien de Vries, beleidsadviseur Noord-Veluwe Alles is gezondheid Dick ten Brinke, directeur publieke gezondheid Martien de Vries, beleidsadviseur Noord-Veluwe GGD = Gemeentelijke Gezondheids Dienst Presentatie 1 juni 2016 Alles is gezondheid Wettelijke

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Inleiding

Raadsvoorstel. Inleiding Raadsvoorstel Agendapunt Raadsvergadering 20 maart 2019 Portefeuillehouder Carla Kreuk- Wildeman Begrotingsprogramma Sociaal Domein (programma 2) Onderwerp Lokale gezondheidsagenda Tiel 2019-2022 Besluit

Nadere informatie

Utrecht Gezond! Een succesvolle aanpak tussen gemeente en zorgverzekeraar

Utrecht Gezond! Een succesvolle aanpak tussen gemeente en zorgverzekeraar Utrecht Gezond! Een succesvolle aanpak tussen gemeente en zorgverzekeraar Utrecht gezond! Gemeente Utrecht en Door: Ellen van der Voorst en Victor Everhardt Achmea, divisie Zorg & Gezondheid werken samen

Nadere informatie

gemeente Eindhoven 3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes

gemeente Eindhoven 3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes gemeente Eindhoven Dienst Bestuursondersteuning Raadsbijlage nummer S6 Inboeknummer 99NOOOO22 Beslisdatum B&W a3 februari tggg Dossiernummer go8.203 Raadsbijlage Voorstel tot het uitwerken van het gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Stand van zaken notitie Integrale Jeugdgezondheidszorg.

Stand van zaken notitie Integrale Jeugdgezondheidszorg. Stand van zaken notitie Integrale Jeugdgezondheidszorg. Op 1 januari 2003 is de gewijzigde Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV) in werking getreden. Dit houdt voor de Jeugdgezondheidszorg (JGZ)

Nadere informatie

GGD Flevoland. Ontwerp Begroting Meerjarenraming 2020 t/m 2022

GGD Flevoland. Ontwerp Begroting Meerjarenraming 2020 t/m 2022 GGD Flevoland Ontwerp Begroting 2019 en Meerjarenraming 2020 t/m 2022 Status: ter besluitvorming in GGD-bestuursvergadering 21 juni 2018 Versie: 13 april 2018_08u27 1. Inleiding 1.1. GGD Flevoland in 2019

Nadere informatie

Zorgverzekering en Publieke Gezondheid: Een paar apart? Geert van Hoof. arts Maatschappij en Gezondheid medisch adviseur Medisch Advies Groep CZ

Zorgverzekering en Publieke Gezondheid: Een paar apart? Geert van Hoof. arts Maatschappij en Gezondheid medisch adviseur Medisch Advies Groep CZ Zorgverzekering en Publieke Gezondheid: Een paar apart? Geert van Hoof arts Maatschappij en Gezondheid medisch adviseur Medisch Advies Groep CZ Presentatie RAC, 29 september 2014 Voorstellen Geert van

Nadere informatie

Ter informatie. Voor de raad. Met vriendelijke groet. Bert Vermeij Wethouder gemeente Oudewater Begin doorgestuurd bericht:

Ter informatie. Voor de raad. Met vriendelijke groet. Bert Vermeij Wethouder gemeente Oudewater Begin doorgestuurd bericht: From: Lugt, Arjen van der Sent: maandag 3 juli 217 8:41:31 To: OW-Info Cc: Subject: FW: Factsheet kerngegevens 216 GGDrU Attachments: GGDrU Kerngegevens 216 - Oudewater.pdf; GGDrU Kerngegevens

Nadere informatie

de jeugd is onze toekomst

de jeugd is onze toekomst de jeugd is onze toekomst vereniging van groninger gemeenten Bestuursakkoord Jeugd 2008-2012 In veel Groninger gemeenten zijn er kinderen met problemen. En daarvan krijgen er te veel op dit moment niet

Nadere informatie

Startnotitie jeugd- en jongerenbeleid Dalfsen 2009-2012 Segment-groep, J. de Zeeuw september 2008

Startnotitie jeugd- en jongerenbeleid Dalfsen 2009-2012 Segment-groep, J. de Zeeuw september 2008 Startnotitie jeugd en jongerenbeleid Dalfsen 20092012 Segmentgroep, J. de Zeeuw september 2008 1. Inleiding De gemeente wil de huidige nota jeugdbeleid 20052008 evalueren en een nieuwe nota integraal jeugdbeleid

Nadere informatie

Eerder en Dichtbij. Projectplan

Eerder en Dichtbij. Projectplan Eerder en Dichtbij Projectplan Bussum, augustus september 2012 1. Inleiding De pilot Eerder en Dichtbij is een verlening van de eerste pilot Meer preventie minder zorg. Het doel van de pilot was oorspronkelijk

Nadere informatie

Hoe is het Nederlandse preventiebeleid gestoeld op wetenschappelijke evidentie? VGE-NVTAG Congres/ 210510. Frederiek Mantingh Ministerie van VWS

Hoe is het Nederlandse preventiebeleid gestoeld op wetenschappelijke evidentie? VGE-NVTAG Congres/ 210510. Frederiek Mantingh Ministerie van VWS Hoe is het Nederlandse preventiebeleid gestoeld op wetenschappelijke evidentie? VGE-NVTAG Congres/ 210510 Frederiek Mantingh Ministerie van VWS Policy (To decide: Integrated knowledge) Knowledge (To integrate:

Nadere informatie

VOORSTEL OPSCHRIFT. Vergadering van december 2013. Onderwerp:

VOORSTEL OPSCHRIFT. Vergadering van december 2013. Onderwerp: VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2013 Besluit nummer: 2013_Raad_00078 Onderwerp: Procesnota - Lokaal gezondheidsbeleid 2014-2017 - Besluitvormend Beknopte samenvatting: In dit voorstel wordt

Nadere informatie

Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg)

Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg) Bijlage 3 Jaarprogramma gemeente Meerssen 2008 (inclusief Jeugdgezondheidszorg) Deze bijlage is een eerste aanzet. Aan de hand van het nieuwe productenboek van de GGD Zuid - Limburg zal het jaarprogramma

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

De kernboodschappen voor het gezondheidsbeleid van Westvoorne zijn:

De kernboodschappen voor het gezondheidsbeleid van Westvoorne zijn: Startnotitie Lokaal Gezondheidsbeleid 2014-2017 Inleiding Voor u ligt de startnotitie Lokaal Gezondheidsbeleid van de gemeente Westvoorne. De startnotitie is bedoeld als richtinggevend kader voor de komende

Nadere informatie

De opdracht van de RDOG Hollands Midden in grote lijnen Sjaak de Gouw 12 oktober 2011 Leiderdorp

De opdracht van de RDOG Hollands Midden in grote lijnen Sjaak de Gouw 12 oktober 2011 Leiderdorp De opdracht van de RDOG Hollands Midden in grote lijnen Sjaak de Gouw 12 oktober 2011 Leiderdorp Inhoud Kernboodschap Deel 1. Wettelijke opdracht De GGD Relatie met gemeenteraden Producten GGD Deel 2.

Nadere informatie

Gezondheid dichtbij! De landelijke gezondheidsnota onder de loep. Verslag van bijeenkomst VNG en GGD Nederland over de kabinetsplannen 27 juni 2011

Gezondheid dichtbij! De landelijke gezondheidsnota onder de loep. Verslag van bijeenkomst VNG en GGD Nederland over de kabinetsplannen 27 juni 2011 Gezondheid dichtbij! De landelijke gezondheidsnota onder de loep Verslag van bijeenkomst VNG en GGD Nederland over de kabinetsplannen 27 juni 2011 Kernpunten uit de landelijke nota, inleiding Lejo vd Heiden,

Nadere informatie

Veilig Thuis & Vrouwenopvang. 18 januari 2016

Veilig Thuis & Vrouwenopvang. 18 januari 2016 Veilig Thuis & Vrouwenopvang 18 januari 2016 Veilig Thuis & Vrouwenopvang - Midden in een transformatie ; - hard aan het werk voor een kwetsbare doelgroep ; - en de dilemma's die daar bij spelen. Veilig

Nadere informatie

Lokale paragraaf gezondheidsnota

Lokale paragraaf gezondheidsnota Lokale paragraaf gezondheidsnota Aanleiding: Gemeenten hebben de wettelijke taak om de gezondheid van hun burgers te beschermen en te bevorderen. Deze taak staat beschreven in de Wet Publieke Gezondheid.

Nadere informatie

_ìáíéå=çé=öéä~~åçé=é~çéåk=^çîáéë=çîéê=áåíéêëéåíçê~~ä=öéòçåçj ÜÉáÇëÄÉäÉáÇ= S=

_ìáíéå=çé=öéä~~åçé=é~çéåk=^çîáéë=çîéê=áåíéêëéåíçê~~ä=öéòçåçj ÜÉáÇëÄÉäÉáÇ= S= p~ãéåî~ííáåö= sééä=â~åëéå=îççê=öéòçåçüéáçëïáåëí=ääáàîéå=çåäéåìí= Wat voor individuen geldt, geldt ook voor de Nederlandse bevolking als geheel: je kunt behoorlijk gezond zijn, en toch weten dat het nog

Nadere informatie

Zorgcoördinatie door de Jeugdgezondheidszorg. Paul van der Velpen Directeur GGD Hart voor Brabant

Zorgcoördinatie door de Jeugdgezondheidszorg. Paul van der Velpen Directeur GGD Hart voor Brabant Zorgcoördinatie door de Jeugdgezondheidszorg Paul van der Velpen Directeur GGD Hart voor Brabant Definitie - Taakverdeling - Opschaling - Combinatie van taken - Taken en prestaties - Randvoorwaarden Zorgcoördinatie

Nadere informatie

1: Missie, Visie en Doelstellingen van de Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ

1: Missie, Visie en Doelstellingen van de Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ 1: Missie, Visie en Doelstellingen van de Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ Missie De dienst draagt bij aan een vitale samenleving en gezonde inwoners in de regio Zuid-Holland Zuid. Visie Wij zijn de gemeentelijke

Nadere informatie

Zorgketen c.q. Netwerkaanpak actieve leefstijl. Anneke Hiemstra en Marloes Aalbers, NISB

Zorgketen c.q. Netwerkaanpak actieve leefstijl. Anneke Hiemstra en Marloes Aalbers, NISB Zorgketen c.q. Netwerkaanpak actieve leefstijl Anneke Hiemstra en Marloes Aalbers, NISB Ketenaanpak / netwerkaanpak actieve leefstijl De oplossing om meer mensen met een hoog gezondheidsrisico in beweging

Nadere informatie

Samen Beter. Lokaal Gezondheidsbeleid gemeente Hardenberg 2008 2011

Samen Beter. Lokaal Gezondheidsbeleid gemeente Hardenberg 2008 2011 Samen Beter Lokaal Gezondheidsbeleid gemeente Hardenberg 2008 2011 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Algemeen Gezondheidsbeleid 3 2.1 GGD IJssel-Vecht 3 2.2 Financieel overzicht Algemeen Gezondheidsbeleid 3 2.3

Nadere informatie

Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid

Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid Provincie Noord-Brabant Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid 1. Inleiding Het Beleidskader Jeugd 2005-2008 biedt de kaders voor het afsluiten van regionale convenanten

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum: 19 oktober 2009 Betreft: aanvulling op beleidsplan SEGV van 22 december

Nadere informatie

De jeugdgezondheidszorg als bondgenoot bij preventie en begeleiding van jongeren en seks

De jeugdgezondheidszorg als bondgenoot bij preventie en begeleiding van jongeren en seks De jeugdgezondheidszorg als bondgenoot bij preventie en begeleiding van jongeren en seks Vanessa Peters, GGD Gelderland Midden Marinka de Feijter, GGD N-O Gelderland Ineke van der Vlugt, Rutgers WPF 1

Nadere informatie

Regionale Nota Volksgezondheidbeleid 2013-2016

Regionale Nota Volksgezondheidbeleid 2013-2016 Regionale Nota Volksgezondheidbeleid 2013-2016 Gezonder in de buurt Juli 2012 GGD Hollands Midden, www.ggdhm.nl/gezondegemeente INHOUDSOPGAVE Samenvatting 3 Hoofdstuk 1. Inleiding 5 Hoofdstuk 2. Kaders

Nadere informatie

Met elkaar voor elkaar

Met elkaar voor elkaar Met elkaar voor elkaar Publiekssamenvatting Oktober 2013 1 1 Inleiding Met elkaar, voor elkaar. De titel van deze notitie is ook ons motto voor de komende jaren. Samen met u (inwoners en beroepskrachten)

Nadere informatie

LANDELIJK PROFESSIONEEL KADER UITVOERING BASISPAKKET JGZ

LANDELIJK PROFESSIONEEL KADER UITVOERING BASISPAKKET JGZ LANDELIJK PROFESSIONEEL KADER UITVOERING BASISPAKKET JGZ Inhoud van de presentatie 1. Achtergrond en doel van het landelijk professioneel kader 2. Inhoud Basispakket JGZ 3. Wettelijke kaders 4. Toelichting

Nadere informatie

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Aan de raad van de gemeente Lingewaard 11 Aan de raad van de gemeente Lingewaard *14RDS00129* 14RDS00129 Onderwerp Regiovisie - aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling 2015-2019 regio Arnhem & Achterhoek 1 Samenvatting Met dit voorstel

Nadere informatie

GGD regio Utrecht. Uw gemeentelijke gezondheidsdienst Nicolette Rigter, Directeur Publieke Gezondheid

GGD regio Utrecht. Uw gemeentelijke gezondheidsdienst Nicolette Rigter, Directeur Publieke Gezondheid GGD regio Utrecht Uw gemeentelijke gezondheidsdienst Nicolette Rigter, Directeur Publieke Gezondheid GGD regio Utrecht in het kort 26 gemeenten: 6 subregio s incl. de stad Utrecht 1,2 miljoen inwoners

Nadere informatie

Plan voor een scholingsaanbod CJG: in en vanuit het CJG

Plan voor een scholingsaanbod CJG: in en vanuit het CJG Plan voor een scholings CJG: in en vanuit het CJG Uitgaan van de eigen kracht van ouders en kinderen, die eigen kracht samen versterken en daar waar nodig er op af en ondersteunen Het scholingsplan CJG

Nadere informatie

Wij bewaken door gezondheidsrisico s en onveiligheid te signaleren en de inzichten hierover actief te verspreiden.

Wij bewaken door gezondheidsrisico s en onveiligheid te signaleren en de inzichten hierover actief te verspreiden. Naam gemeenschappelijke regeling: GGD Hollands Noorden Jaarrekening 2017 Wat wilden we bereiken? Welke (maatschappelijke) doelen waren vastgesteld? GGD Hollands Noorden bewaakt, beschermt en bevordert

Nadere informatie

Algemeen Bestuur GGD-RR. Datum vergadering: Agendapunt nr.: Onderwerp: Benchmark GGD (Gemeentelijke GezondheidsDiensten) Nederland

Algemeen Bestuur GGD-RR. Datum vergadering: Agendapunt nr.: Onderwerp: Benchmark GGD (Gemeentelijke GezondheidsDiensten) Nederland Gemeenschappelijke Regeling Overleg: Algemeen Bestuur GGD-RR Datum vergadering: 13-12-2018 Agendapunt nr.: 13.9 Onderwerp: Benchmark GGD (Gemeentelijke GezondheidsDiensten) Nederland Gevraagde beslissing:

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 8.2. Onderwerp: Visie Centrum Jeugd en Gezin in de Gemeente Moerdijk

RAADSVOORSTEL Agendanummer 8.2. Onderwerp: Visie Centrum Jeugd en Gezin in de Gemeente Moerdijk RAADSVOORSTEL Agendanummer 8.2 Raadsvergadering van 11 juni 2009 Onderwerp: Visie Centrum Jeugd en Gezin in de Gemeente Moerdijk Verantwoordelijke portefeuillehouder: A. Grootenboer-Dubbelman SAMENVATTING

Nadere informatie

Besluit Raad Nr. Datum 0 6 JUL 2015

Besluit Raad Nr. Datum 0 6 JUL 2015 f r -,*;! gemeente Montfoorl Besluit Raad Nr. Datum 0 6 JUL 2015 RAADSVOORSTEL ter besluitvorrning in de raad Datum Forum vergadering 9 juni 2015 Zaaknummer :154279 Datum Raadsvergadering 22ju*rZ0l5 jwu

Nadere informatie