Mentor Datum Groep Aantal lln. Helma Goudsmits a 32

Transcriptie

1 Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Student(e) Klas Stageschool Plaats Dilia Couwenberg P14EhvADT t Startblok Eindhoven Vak- vormingsgebied: Handvaardigheid Speelwerkthema / onderwerp: Droomboom maken Mentor Datum Groep Aantal lln Helma Goudsmits a 32 Persoonlijk leerdoel: Ik wil de fantasie van de leerlingen prikkelen. Ik geef een duidelijke instructie, zodat de leerlingen weten wat de bedoeling is. Ik wil de onderlinge samenwerking verbeteren, door samenwerkend leren te gebruiken. Ik maak zelf een voorbeeld zodat ik zelf ook leer creatiever te worden. Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen: Ik vraag de leerlingen wat ze van deze les vonden en De leerlingen plakken en knippen en gebruiken hun fantasie. De leerlingen vraag ook feedback van de lerares. Ik bekijk de werkjes. werken in tweetallen samen om de onderlinge samenwerking te bevorderen. Beginsituatie: De leerlingen maken veel werkjes, maar doen niet zo veel aan plakken en knippen. Dit is een drukke groep van 32 leerlingen waarvan diverse leerlingen een rugzakje hebben zoals autisme, dyslexie, hoog/meerbegaafd. Structuur is voor deze leerlingen heel belangrijk. Dit zorgt voor rust in de groep. Uit de typering van de groep blijkt dat sommige kinderen niet graag samenwerken, vandaar dat ik dit nu wil stimuleren. De kinderen zitten in groepjes van 4. Ze gaan met 2en samen de droomboom maken. Lesverloop Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leraar Leeractiviteit leergedrag leerling(en) 10 min. Instructie Ik vraag de aandacht van de kinderen en wacht De leerlingen luisteren. tot ze stil zijn. Ik leg de leerlingen uit dat we nu zelf een droomboom gaan maken, zoals die uit het lied dat we zojuist geleerd hebben. Ik laat een voorbeeld zien dat ik gemaakt heb. Ik leg uit dat we in tweetallen gaan werken, de De leerlingen luisteren. 2 leerlingen delen de bomen uit. nrs 1-2 en de nrs 3-4 gaan samen 1 droomboom maken. Ze moeten goed met elkaar overleggen (op fluistertoon) wat ze willen maken. Ik laat 2 leerlingen de boom uitdelen. Materialen / Organisatie Voorbeeld op het bord

2 Voorbereidin g Ik leg uit dat ze mogen tekenen met potlood of stift, maar dat ze moeten plakken en knippen. Ik heb daarvoor tijdschriften meegebracht. Ze moeten wel netjes werken en niet de tafels onder plakken. Ik geef aan dat ik een foto maak van de mooiste boom en die mee naar mijn school neem. Ik vraag de leerlingen de stiften/potloden te pakken. Ik vraag de nrs 2 van de groep de lijm te pakken. Ik geef 2 leerlingen de opdracht op iedere tafel wat tekeningen en tijdschriften te leggen. Ik laat de leerlingen per groep een emmertje pakken met daarin 4 scharen, 2 plakstiften en een potje lijm 20 min. Werken Ik loop rond en kijk wat de kinderen aan het doen zijn. 5 min. Evaluatie Ik vraag de leerlingen wat ze van de opdracht vonden? Ik vraag ook om de vinger op te steken als je de opdracht leuk vond. De leerlingen luisteren De leerlingen zitten op de stoel, behalve degenen die iets uitdelen. De leerlingen werken. De leerlingen die willen reageren, steken de vinger op. Boom, tijdschriften, kleurpotloden, stiften, emmertje.

3 Persoonlijke reflectie Datum: Handtekening mentor

4 Dit is de afbeelding die ik gebruik om de boom te laten maken. Het is A3-formaat. Ik bevorder in deze les de samenwerking tussen de leerlingen. Uit de groepstypering kwam naar voren dat niet iedereen graag met iedereen samenwerkt. Door deze vorm te gebruiken, laat ik toch leerlingen samenwerken. Door deze samenwerking positief te bekrachtigen, hoop ik de onderlinge samenwerking te verbeteren. Het gaat tijdens deze les met name om de eerste 2 leerdoelen. Leerdoelen: ze leren de beeldende mogelijkheden van diverse materialen onderzoeken aan de hand van de aspecten kleur, vorm, ruimte, textuur en compositie; ze maken tekeningen en ruimtelijke werkstukken; ze leren liedjes en leren ritme-instrumenten te gebruiken als ondersteuning bij het zingen; ze spelen en bewegen. Waar mogelijk worden daarbij onderwerpen gebruikt die samenhangen met die uit andere leergebieden. Het onderwijs wordt daardoor meer samenhangend en mede daardoor betekenisvoller voor leerlingen. Maar voorop staat natuurlijk de authentieke bijdrage van kunstzinnige oriëntatie aan de ontwikkeling van kinderen.

5 Kerndoelen Kunstzinnige Oriëntatie 54 De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. 55 De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. 56 De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.