Bedrijven moeten zich laten begeleiden in hun ICT-ontwikkeling

Transcriptie

1 Bedrijven moeten zich laten begeleiden in hun ICT-ontwikkeling Geen enkele sector wordt zo door vernieuwing en innovatie gestuurd als de sector van informatica en telecommunicatie. Een generatie duurt hier nauwelijks een jaar. De vernieuwing gaat zo snel dat het niet verwonderlijk is sommige mensen afhaken, een pauze inlassen. De strijd tussen de merken is nooit zo scherp geweest. Microsoft en Apple proberen uit alle macht het monsterverbond Google-Samsung te breken. Voor de eerste maal zijn er wereldwijd meer smartphones verkocht dan gsm's. Uit cijfers van het onderzoeksbureau Gartner blijkt dat er in het tweede kwartaal van dit jaar 435 miljoen mobiele toestellen werden verkocht. In 52 procent van de gevallen ging het om smartphones. Samsung is wereldwijd marktleider met een aandeel van 32 procent, gevolgd door Apple met 14 procent. Samsung heeft duidelijk de wind in de zeilen en oogst ondertussen ook bijval met de lancering van een smartwatch. Hoe staat de IT-sector tegenover deze evolutie? Op welke manier raadt de sector ons aan om mee te varen op de golven van vernieuwing? We vroegen het aan enkele belangrijke spelers uit de sector. Zaten samen met ons aan de ontbijttafel: Rudi Cleymans (Syneton) Jo De Brabandere (Cheops) Dennis De Cock (De Cock ICT) David Geens (Nucleus) Luk Geerts (acom) Jan Ickroth (Ad Ultima Group) Jan Jannes (Trasys) Tom Symoens (The CRM Warehouse) Raf Van Den Plas (acom) Thomas Van Eeckhout (EASI) Didier Van Speybroeck (Silicon) Bart Van Zele (Via Futura)

2 ICT maakt vandaag wezenlijk deel uit van modern en efficiënt management. Het zo fel bejubelde Nieuwe Werken is gebaseerd op de technologische vooruitgang die zich in deze sector zo nadrukkelijk manifesteert. Wat niet wil zeggen dat de sector geen zorgen heeft. Laat ons dan ook daar maar mee beginnen. Nieuwigheden worden niet altijd op de juiste manier geïntroduceerd Wat is vandaag de voornaamste bekommernis van de IT-sector? Staat het bedrijfsleven open voor de voortdurende vernieuwingen die de sector te bieden heeft? Rudi Cleymans: De meeste bedrijven werken zoals ze al tien tot twintig jaar werken. De jongere generatie heeft nog geen invloed op het kader. Iemand die 45 jaar of ouder is, is al een 'analoog', verouderd. Men wil zich gewoon niet aanpassen aan de huidige mogelijkheden, die het leven gemakkelijker maken. Is het hoofdzakelijk een kwestie van mentaliteit? Of is dit ingegeven door de economische omstandigheden? Raf Van Den Plas: Het is de angst voor het nieuwe. Het gaat allemaal zo snel in IT. Je moet de mensen ervan overtuigen om continu hun situatie in vraag te durven stellen. Het is voor veel kmo's een uitdaging om te investeren in IT. Ze vragen zich af of ze er wel goed aan doen, want binnen een half jaar of een jaar kan de technologie misschien alweer veranderd zijn. Wil dit zeggen dat veel kmo's onvoldoende bewust zijn van hoe andere bedrijven, die wel met die technologie rekening houden, werken? Rudi Cleymans: CODA-bestanden (CODA staat voor gecodeerd DAgafschrift, en is een elektronisch rekeninguittreksel met uitgebreide informatie, red.) bijvoorbeeld bestaan al heel lang, maar nog geen tien procent van de accountantskantoren gebruiken ze en voeren financiële verrichtingen nog manueel uit. Dennis De Cock: Nieuwigheden worden niet altijd op de goede manier geïntroduceerd. De mensen kunnen nog moeilijk volgen. Er wordt alsmaar meer gespecialiseerd per sector. Dat is goed, maar mensen moeten genoeg gekwalificeerd zijn om de specialisaties aan te kunnen. Er moet een goed communicatieplatform zijn. Dat ontbreekt vaak nog. Jo De Brabandere: Het gaat niet alleen over technologie en bits en bytes. Het gaat vandaag meer over het begrijpen van de business behoefte van de kmo's, van hun uitdagingen, welk strategisch voordeel IT hen kan bieden. IT wordt namelijk een strategische differentiator waardoor bedrijven en kmo's zich kunnen onderscheiden van de concurrentie. Het is dus aan de IT-sector om dit te faciliteren door een goede kennis en begrip op te brengen voor die business-uitdagingen waarvoor bedrijven vandaag staan. Dan kom je in het domein van wat men slimmer werken noemt, het nieuwe werken. Op de website van Microsoft staat dat door de nieuwe ontwikkelingen elke werknemer

3 gemiddeld 25 minuten per dag tijd spaart. Dat kan toch een troef zijn? Jan Jannes: Ik denk dat we teveel in IT-termen denken. Je moet de taal van de klant spreken. Als je je klanten vertelt dat ze kosten kunnen besparen, dat is een taal die zelfs een 45-plusser verstaat. Jan Ickroth: Wij zien een belangrijke trend bij de grote bedrijven om zich meer te confirmeren aan het aanbod en aan de functionaliteit. Wij noemen dat best practices die je gaat terugvinden in softwareapplicaties (bedrijfsapplicaties), die steeds rijker worden. Veel bedrijven zitten met een verleden waarin er zeer veel customisatie was in bedrijfsapplicaties. Bij de overstap naar een nieuwe generatie wenst men zich echt wel zoveel mogelijk aan te passen aan de mogelijkheden van de applicatie. Maatwerk en customisatie vertonen duidelijk een dalende lijn. Hoe wij dat proberen te faciliteren? Door het bedrijf te helpen bij die verandering. Het komt erop neer dat de werkwijze moet aangepast worden aan de best practices. Dat vergt een ander profiel van consultants, die meer meedenken met de business behoefte van de klant en minder vanuit IT. Bart Van Zele: Er is een duidelijke een trend naar specialisatie. Langs de kant van de bedrijven is er veel minder vraag naar maatwerkprojecten en meer naar out of the box standaard oplossingen. Het gevolg is dat de business van een bedrijf niet overeenstemt met de oplossing van één softwarepakket, maar met de som van meerdere pakketten. Het komt erop aan de verschillende softwarepakketten te integreren, eerder dan alles op maat te schrijven. Een andere bekommernis vanuit ons bedrijf is de internationalisering. De Vlaamse markt is, althans voor ons, te klein geworden. Wij zijn op zoek naar internationale opportuniteiten en afzetmarkten. David Geens: Het probleem van de IT-sector en het probleem van de klant raken elkaar in het fenomeen van de 'hypes', die ieder jaar gecreëerd worden. De sector heeft zichzelf aangeleerd om elk jaar een hype te identificeren en buzznotes te creëren en te gaan implementeren, terwijl het net de uitdaging is je specialisatie op langere termijn te gaan inplannen, ook bij de klanten. Concreet zijn wij al dertien jaar bezig met cloud computing. De laatste twee, drie jaar wordt het als één van de top drie in de hypes genoemd, en nog merken wij dat slechts tien procent, als het al zoveel is, van de kmo's eigenlijk begrijpt waarover het precies gaat. Ik denk dat het voor een IT-bedrijf belangrijk is om op lange termijn mee te denken met de klant. Luk Geerts: Iedereen gebruikt het 'hypewoord' voor zijn eigen technologie. Een woord als 'cloud' wordt te pas en te onpas gebruikt. Op den duur zijn er zelfs zogenaamde cloudsystemen om bij je thuis te zetten... We maken het soms zelf zo ingewikkeld, hoe kunnen we dan nog verwachten dat onze klant het allemaal begrijpt. Wanneer ik bij een klant kom, ben ik eerst een half uur bezig met te zorgen dat we over dezelfde concepten spreken: wat je precies als cloud moet bekijken, wat is private cloud, wat is public cloud,... Thomas Symoens: Ik zie het als onze taak om de kmo een stuk te evangeliseren. De kmosector, waarin het de voorbije jaren economisch gezien wat moeilijker was, bleef vaak een beetje in de kou staan. Nu is er een inhaalbeweging aan de gang, met projecten rond

4 slimmer werken. Het gevaar is dat zaakvoerders van 45 jaar opteren voor wat ze kennen, en bijgevolg niet altijd weloverwogen beslissingen nemen. De gekozen oplossing is dan niet altijd goed op lange termijn. Je mag niet teveel op korte termijn denken Er zijn beroepen waarvan iedereen onmiddellijk aanvaard dat het om een specialiteit gaat die men niet noodzakelijk zelf moeten kennen, maar die men iemand kan toevertrouwen. Ik denk aan een accountant, advocaat, notaris,... Toch zijn er veel mensen die een algemene juridische kennis hebben, voldoende om de taal van een advocaat, notaris, accountant,... te begrijpen, maar dat is blijkbaar niet het geval in deze sector. Is dat omdat deze sector zo snel is geëvolueerd? Didier Van Speybroeck: De kern waarom ICT ontstaan is, is om de bedrijfsprocessen te automatiseren. Daarvoor moet men ze eerst honderd procent begrijpen om dan te zien waar men verbeteringen kan aanbrengen. Maar daar hangt ook een investeringskaartje aan. Als je het proces van een kmo begrijpt, het kan verbeteren en kan aantonen waar de return on investment is, is je project bijna op voorhand verkocht. Tom Symoens: Met betrekking tot de cloud zien wij een groot conservatisme bij sommige bedrijfsleiders. Daar zijn twee redenen voor. Enerzijds is het vaak de eerste keer dat bedrijfsleiders wordt gevraagd om hun data extern op te slaan. Dat is een beetje vergelijkbaar met de bank. Vroeger ging het geld in de sok. De mensen dachten dat dit veiliger was. Nu moet er ook zo'n mentaliteitswijziging komen zodat mensen weten dat hun data veiliger is in een professioneel datacenter dan op een lokale server. In België gaat dit trager dan in het buitenland. Anderzijds gaan de traditionele IT'ers daartegen in. Ze hebben schrik hun eigen positie te verliezen. Zij zullen adviseren om niet te snel te evolueren ter bescherming van hun eigen functie. Raf Van Den Plas: Dat is korte termijn-denken. Kan het iets te maken hebben met leeftijd? Hoe ouder je bent, hoe conservatiever? Tom Symoens: De jonge generatie is als het ware opgegroeid met de Cloud. Voor de ouderen valt een dergelijke mentaliteitswijziging soms moeilijk, ook omdat het over gevoelige informatie gaat: bedrijfsdata. Maar het is een kwestie van tijd alvorens algemeen aanvaard wordt dat bedrijfsdata meestal beter niet lokaal wordt bewaard. Er is een groot verschil tussen conservatief zijn en niet openstaan voor vernieuwing. Het is niet omdat je zelf niet elk detail van de vernieuwing beheerst, dat je bevreesd moet zijn. De zaakvoerder moet niet de slimste van het bedrijf zijn voor elk onderdeel. Dennis De Cock: Bij de aankoop van een nieuwe auto kan je de keuze maken uit verschillende opties. Daar weten mensen wat ze willen. Dat is niet zo bij IT. Jan Jannes: Bij grote bedrijven heb je een split in de ICT. Een deel van de services is

5 gemeengoed, commodity. Je spreekt enkel nog met de verkoper en bepaalt een prijs voor wat je juist doet. In de gewone commodity is een klant niet geïnteresseerd. Ik heb een gigantisch respect voor mensen als Steve Jobs. Die maakt iets dat iedereen wil, dat niemand nodig heeft, en dat het duurste op de markt is. Iedereen heeft immers al een GSM. Tom Symoens: De technologie laat ons vandaag toe om onze producten te verkopen, zonder nog maar over technologie te spreken. Steve Jobs heeft een enorm complex product doodeenvoudig gemaakt. Iedereen kan het gebruiken. Iets vergelijkbaars speelt zich nu af in de markt voor bedrijfssoftware: je hebt als klant vaak geen enkele interne technische kennis meer nodig. Is het niet wenselijk dat minder de nadruk gelegd wordt op het gespecialiseerd karakter van de technologie en meer op de bruikbaarheid? Dennis De Cock: De meest ERP-platformen bieden zoveel verschillende functionaliteiten, dat het niet op één, twee, drie uitgelegd is. Jan Ickroth: In de consumermarkt zijn design en gebruikersvriendelijkheid de competitieve elementen, waar Steve Jobs goed op heeft ingespeeld. In de bedrijfswereld zit je met meer rationele factoren. Daar spreken we over added value en over het rendement van de investering. Veel projecten starten vanuit een business analyse. Welke efficiëntieverbetering kunnen we bereiken? Hoe kunnen we ons flexibeler gaan opstellen? Luk Geerts: Tot zeer recent was er geen enkele bedrijfsleider die een ipad in zijn bedrijf toeliet. Hij bekeek het meer als een cadeau. Dennis De Cock: Met de lancering van de jongste ipad hebben wij vier projecten opgestart, waar we meteen een roll out moesten doen van mensen die mobiel met applicaties moeten werken. Er is wel vraag naar, maar heel specifiek. Luk Geerts: Dat is niet omdat het een sexy product zou zijn, maar wel omwille van de added value. Een van de grootste uitdagingen is om geschikte werknemers aan te trekken. Als je dan met een ipad mensen kan aantrekken, dan brengt die heel veel added value op. Jo De Brabandere: Wanneer nieuwe technologie uitkomt, zijn er altijd bedrijven die daar onmiddellijk het voordeel van zien. De 'early adopter' betaalt dikwijls een wat hogere prijs maar kan bij succes ook als eerste de voordelen oprapen. Anderzijds heb je degenen die de kat uit de boom kijken, die achteraf dan misschien wat goedkoper gesteld zijn en misschien minder implementatie-problemen hebben. Aan de hand van een audit kijken wij hoever een bedrijf staat, niet alleen vanuit de maturiteit van de technologie, of hoe open ze staan voor nieuwe technologie, maar ook vanuit de maturiteit van de bestaande infrastructuur. Je moet luisteren naar wat de klant wil

6 Ken je het bedrijf waarvoor je de audit maakt? Toon je dan ook aan welke bedrijven wel die implementatie toegepast hebben, met welke gevolgen? Jo De Brabandere: Uiteraard hebben wij de ervaring van de bedrijven waar we reeds implementaties en audits hebben uitgevoerd. Wij zullen niet altijd projecten met naam en toenaam delen, maar de praktijk wordt meegenomen in de gesprekken. Dennis De Cock: Wij werken volgens het scrumprincipe, met tussentijdse meetings. Het is voor een klant moeilijk om te zeggen waar hij precies staat. Het gaat immers vaak over verschillende afdelingen en processen, een informatiestroom die niet altijd even duidelijk is. Dat gecombineerd met de voortdurende technologieverbeteringen is het voor een klant onmogelijk om te zeggen wat zijn traject is, en daar ook bij te blijven. In tussentijdse meetings blijkt soms dat er een focus nodig is op een ander onderdeel, waardoor we even een zijweg inslaan, in functie van dat bedrijf om dan sneller vooruit te kunnen gaan. Je moet audits blijven uitvoeren, maar ook korter op de bal spelen en constant bijsturen. Raf Van Den Plas: Carte blanche, in de zin van 'doe maar en we zullen wel zien waar we uitkomen', dat komen wij zeer zelden tegen. Dikwijls heb je dan immers achteraf de discussie over de kostprijs. Je moet goed weten wat de klant wil, en daar een beschrijving van geven. Dennis De Cock: Er wordt een raming gevraagd, die je moet maken op basis van wat de klant vraagt. Zeker in softwareontwikkeling kan je niet vragen of hij weet wat er allemaal mogelijk is. Raf Van Den Plas: Het is heel belangrijk om te begrijpen wat de klant juist nodig heeft. Dat moet je vertolken in gewone woorden, tegen een achtergrond van IT. Je moet weten welk proces je moet automatiseren. Luk Geerts: Wij geven een raming. De klant moet immers een idee hebben. In de initiële gesprekken bepaal je al of er een match is met ons product, maar dan gaan we nog eerst een analyse uitvoeren. Dat is een apart stuk in ons project, met een apart budget, waarbij we aan een vaste prijs werken en op het einde van de rit een document hebben waaruit blijkt of er een perfecte match is met ons product. Het kan ook zijn dat we moeten doorverwijzen naar andere pakketten. Dat is moedig, maar ik twijfel of dat veel voorkomt. Bart Van Zele: Ik kan dat toch bevestigen. Wij doen dat ook op die manier. De analyse wordt ingeschat voor een vaste prijs en daarmee wordt de scope van het project gedefinieerd en gedetailleerd beschreven. Pas op basis van de definitieve versie kunnen we ook voor de implementatie ervan een vaste prijs bepalen. Hoewel het zelden voorvalt, staat het de klant vrij om voor de implementatie een andere partij te kiezen. David Geens: Niet alle kmo's zijn geschikt om in de cloud te werken. Wij bekijken welke processen geschikt zijn om in de cloud te gaan. Andere processen zijn meer geschikt om hybride te gaan. Het is een minderheid dat aan de hype wil deelnemen, maar binnen die

7 minderheid zijn er veel die zich vergalopperen en daar moet je als IT-bedrijf in adviseren. Rudi Cleymans: Ik wil een lans breken voor specialisatie. Wij kennen die problemen niet. Wij maken één product en verspreiden dat onder 'onze' sector, die wij heel goed kennen. Wij dienen geen analyses uit te voeren bij onze klanten. Wij brengen best practices voor heel België en Luxemburg, of het om kleine boekhouders gaat, die als zelfstandige werkt, tot accountantskantoor die met een paar honderd mensen of meer werken. Bart Van Zele: Het probleem is niet dat de uitkomst van een analyse misschien niet is wat een bedrijfsleider ervan verwachtte. Het grote probleem is dat veel van die kmo's moeten worden overtuigd om die analyse eerst grondig te laten doen, en daarvoor te betalen, zonder dat ze daarmee al één letter van de oplossing geïmplementeerd hebben. Jo De Brabandere: Je moet een sterke case hebben om aan te tonen dat het allemaal begint bij kostenbesparing, dat het bedrijf bijvoorbeeld aan continuïteit kan winnen,... Jan Jannes: Ik denk dat de problemen van kmo's gestandaardiseerd kunnen worden, waarbij zij vervolgens met een standaardpakket kunnen werken, waar eventueel een beetje aan getuned wordt. Dennis De Cock: Als je over boekhouding of accountancy spreekt, gaat het over pure tijdsregistratie, facturatie, HRM, CRM,... Maar in elk bedrijf moeten processen geïmplementeerd worden die dat bedrijf uniek maken. Jan Ickroth: Er bestaat een mooie analyse rond, namelijk dat tachtig procent van de processen wel generiek is en dat twintig procent processen zijn die moeten geïndividualiseerd worden. Bart Van Zele: Het lijkt nu net of alles moet plat geanalyseerd worden, waarna een totaaloplossing voor het bedrijf moet worden ontwikkeld. Daar ben ik het absoluut niet mee eens. Heel vaak blijkt na een analyse dat een standaardoplossing effectief de goede oplossing is, of een combinatie van oplossingen, zoals ik in het begin heb aangehaald. Een bedrijf is vaak niet in staat om eerst voor zichzelf goed uit te maken wat het precies nodig heeft, en die analyse kan daarbij helpen. Als dan uit die analyse blijkt dat een standaardoplossing is wat ze nodig hebben, dan kunnen ze er nog twee of drie met elkaar vergelijken en een keuze maken. Jo De Brabandere: Dat is inderdaad belangrijk om aan te stippen. De basis van een strategie is het vastleggen van een situatie, om dan vanuit een duidelijke doelstelling te evolueren naar waar je naartoe wil. Tom Symoens: Wij automatiseren bedrijven op basis van Cloud technologie. Hierbij hebben we nog nooit twee klanten gehad die op exact dezelfde manier werken. Voor ons is een business analyse met andere woorden essentieel. We gebruiken een standaard framework dat we gaan aanpassen op maat van de klant. Vroeger had je maatwerk en je had standaardwerk. Nu ga je maatwerk maken op basis van standaardsoftware en daardoor is

8 zo'n analyse absoluut nodig. Luk Geerts: Vroeger werden pakketten echt heel gesloten gebouwd. Nu beseffen de ontwikkelaars dat ze hun pakketten open moeten stellen om integratie met andere pakketten mogelijk te maken. Er staat nog veel te gebeuren Toen begin 2011 aan een 400-tal IT-ers gevraagd werd wat de hype van de nabije toekomst zou worden, stond op 1) Cloud computing, op 2) ipad en op 3) Virtualisatie. Zijn deze voorspellingen ondertussen uitgekomen? En hoever staan we ermee? Dennis De Cock: Het hangt ervan af aan wie je het vraagt. Negen van de tien bedrijfsleiders weten niet wat er precies gevirtualiseerd wordt op zijn server. Virtualisatie is in dit rijtje de vreemde eend in de bijt. Luk Geerts: Virtualisatie wordt bijna overal gebruikt dus deze voorspelling is zeker uitgekomen, maar virtualisatie is geen technologie op zich maar een middel om oplossingen aan te bieden. Tom Symoens: En ipad zou ik vertalen naar mobility. Thomas Van Eeckhout: IT is emotioneel geworden. Als we een demonstratie verzorgen voor een zaakvoerder bijvoorbeeld, gaan we niet meer met onze laptop naar het projectterrein, maar gebruiken we onze ipad. We zitten in een stadium waarin de ipads de intrede maken in de bedrijfswereld, maar dan zonder bedrijf kritische applicaties. Luk Geerts: De ipad heeft ervoor gezorgd dat er een diversiteit aan toestellen is, dat iedereen een toestel kan aanschaffen dat bij hem past. Dat is het mooie eraan. Jan Jannes: Er staat nog veel te gebeuren. Het motto 'Bring your own device' is nog niet helemaal mainstream. David Geens: We stappen af van het feit dat IT geconcentreerd is in iets wat op je bureau staat. IT gaat in onze zakken verdwijnen en dat is de kern van cloud computing. We hebben iets mee waarmee we toegang zullen zoeken tot een stuk IT dat zich elders bevindt. Alle hypes vallen terug op mobility. Dat is de uitdaging voor de komende jaren voor de IT-sector. Bart Van Zele: De ipad heeft de ICT niet alleen emotioneler gemaakt, maar ook voor een toenemende usability gezorgd. Een iphone of ipad wordt niet verkocht met een handleiding erbij. Toch kan iedereen ermee overweg. Je ziet dat dit verwachtingspatroon van de consument zich doortrekt naar de bedrijfswereld, naar andere toestellen en software in het algemeen. Dennis De Cock: Volgens ons zijn kritische applicaties op mobiele toestellen juist wel een goede match. Maar men moet de juiste partners onder de arm nemen. Het is aan ons om

9 dat bij te sturen en het is belangrijk om de juiste dingen te combineren met de juiste oplossing. Is cloud computing altijd beter en goedkoper voor alle kmo's? Kiezen ze beter voor een publieke, private of hybride cloud? (Vraag: Peter Van Speybroeck) Didier Van Speybroeck: Zoals reeds eerder gezegd is de cloud al lang beschikbaar, maar is ze nu een hype geworden. Er zijn verschillende types cloud. Welk type je kiest, hangt af van de applicaties die je naar de cloud wil brengen, hoe beschikbaar je iets wil hebben. Als je een volledige infrastructuur naar de cloud brengt, en je wil graag 100% redundantie van alle applicaties die je gebruikt in je bedrijf, dan zal de cloud goedkoper zijn. Echter, heel weinig kmo's hebben zo'n infrastructuur voor zichzelf opgebouwd. Als je een bestaande infrastructuur met alle applicaties naar de cloud brengt, zijn bedrijven veel duurder af. Meestal gaan we naar een hybride cloud, waarbij een aantal files in de cloud worden geplaatst en andere niet. David Geens: Als de website van de slagerij om de hoek een dag offline is, zal de slager daar geen honderd gram ham minder door verkopen. Maar als de website van Kinepolis er tussen 17 en 18 uur uitligt, zijn de zalen om 20 uur voor 80% leeg. Er zijn dus verschillende oplossingen en het hangt af of je publiek, private of hybride gaat, hangt van bedrijf tot bedrijf af. Het is dan ook heel belangrijk om te beseffen dat er heel wat flipping points zijn in die technologie. Voor starters is het vaak interessant om te beginnen in de cloud omwille van de kostenbesparing (niet zelf investeren). Maar dan komt er een punt dat het interessant is om naar de hybride cloudover te stappen, die nog voldoende schaalkracht heeft om bepaalde dingen lokaal te draaien. Je moet niet naar de hybride cloud gaan, je moet naar hybride oplossingen gaan, waar de cloud een onderdeel van kan zijn. Jan Ickroth: Kijk naar het voorbeeld van Microsoft waar de CRM-oplossing op een kantelpunt gekomen is, waarbij de online oplossing niet méér functionaliteit biedt dan de on premise oplossing. Luk Geerts: Je moet de toegevoegde waarde van de cloud aantonen. Het gaat misschien wat meer kosten, maar de toegevoegde waarde zit in de beschikbaarheid. Als dat voor een bedrijf geen toegevoegde waarde is, is de cloud niet altijd goede keuze. Jan Jannes: Ik wil nog een stapje verder gaan. Cloud kan ook Software As A Service (SAAS) zijn, waarbij de klant een CRM-oplossing in de cloud kan kiezen, bijvoorbeeld een deel van zijn HR-software. Veel kmo's kunnen hierbij winnen. Thomas Van Eeckhout: Veel bedrijven zien door het bos de bomen niet meer. De adviserende rol van de IT leverancier is hier van groot belang. Ik hoop van harte dat bedrijven de cloud niet zien als doel, maar eerder als middel. Ik ken echter maar weinig bedrijven die vandaag al echt de stap hebben gezet naar een volledige cloudoplossing. David Geens: Iedereen, ook IT'ers, hebben dan ook een eigen definitie van de cloud.

10 Rudi Cleymans: Dit jaar zijn klanten van ons voor het eerst naar de cloud gestapt. Het gaat om nog geen tien procent en vooral om grote kantoren. Bij ons gaat het om alles of niks, ofwel niet in de cloud, ofwel volledig in de cloud. Luk Geerts: Er zijn pakketten waarmee je makkelijk de stap naar de cloud zet, andere bedrijfspakketten zijn servergebaseerd en daarvoor dien je een installatie op een PC te doen. Je kan je server dan niet in de cloud zetten. Je komt dan in het verhaal dat je alles naar de cloud moet verhuizen en met een terminal moet werken. Veel mensen zoeken dat niet. Tom Symoens: Dat geldt voornamelijk voor logistieke en productieapplicaties. Dienstverlenende bedrijven kunnen zonder de minste moeite honderd procent in de cloud werken. Dennis De Cock: De kost die ertegenover staat, is ook een belangrijk aspect. Raf Van Den Plas: Je moet naar de toegevoegde waarde kijken, naar de return on investment. Jo De Brabandere: Ik denk dat bedrijven zeker hun voordeel kunnen halen uit een virtualisatie en uit infrastructuur die in de cloud staat. Heel veel gebeurt vandaag trouwens al op afstand, zoals bijvoorbeeld het proactief monitoren en beheren van de IT-omgeving. Thomas Van Eeckhout: Over het algemeen zien we de laatste jaren dat er veel meer projecten aan een fixed price uitgevoerd. Er is een grotere vraag naar controle van de kosten. Zijn leasing en renting interessante formules voor kmo's om hun IT-infrastructuur te financieren? Raf Van Den Plas: Het komt bij ons af en toe voor. Jan Ickroth: Ik denk dat het als bedrijfseconomisch gegeven altijd kan meespelen. Los daarvan moet je dat ook zien in relatie met de manier hoe de softwarelicentie verkocht worden. Tom Symoens: Er zijn gespecialiseerde bedrijven die alleen ICT-leasing doen. Luk Geerts: De grote providers bieden allemaal zelf financiering mee aan. Thomas Van Eeckhout: Het grote voordeel om met een dergelijke partij te werken, is dat ze gespecialiseerd zijn in het financieren van IT-materiaal. Het zijn de enige contracten waar ik niet tot de allerlaatste pagina de kleine letters ga lezen omdat je die doorgaans kan vertrouwen. Mijn ervaring is dat bedrijven die materiaal leasen om de drie, vier, vijf jaar automatisch een vernieuwing doorvoeren. Ze stellen zich minder vragen.

11 Luk Geerts: Er zijn bedrijven die meer opteren voor fixed price contracten. Ze betalen een vaste prijs per gebruiker voor diens IT. Raf Van Den Plas: Degenen die leasing overwegen, zijn meestal degenen die vaak geen leasing krijgen van de bank omdat ze niet kredietwaardig genoeg zijn. Luk Geerts: Licenties mee leasen is moeilijk voor niet-gespecialiseerde bedrijven. Bij gespecialiseerde firma's kan dat wel. In deze sector zijn het blijkbaar niet noodzakelijk de traditionele leasingpartijen die aan bod komen, maar eerder de leveranciers? Jan Ickroth: Microsoft Financial Services bijvoorbeeld is een bankentiteit. Ik kan u garanderen dat deze instelling zeer soepel is, goede voorwaarden geeft en een relatief lage garantie vraagt. Er worden een paar eenvoudige rekenregels gehanteerd waarbij een bepaald percentage van de investering omzet is bij Microsoft. Dat is niet eens zo'n hoog percentage. Thomas Van Eeckhout: Vaak moet 50% hardware zijn. Luk Geerts: Op de website van Dell wordt dit standaard mee aangeboden. Thomas Van Eeckhout: Het hangt voor een groot stuk af van de bedrijfsstrategie, van boekhoudkundige drijfveren. Ik heb klanten die op die manier al tientallen jaren werken. Dat zorgt voor een bepaalde dynamiek in vernieuwing, een andere manier van naar IT kijken. Jan Ickroth: Het gaat om contracten van drie tot vijf jaar. Luk Geerts: Met betrekking tot de afweging cloud / eigen materiaal merk ik op dat bedrijfsleiders soms de mentaliteit hebben om hun infrastructuur zo lang mogelijk te gebruiken in de zin van 'zo verdien ik hem langer terug'. Zij zijn minder geneigd om voor een leasing te gaan. Ze zijn van mening dat wanneer ze er nog een jaar van kunnen afpitsen, ze een goede zaak gedaan hebben. David Geens: Waar het vaak om gaat, is om bedrijfsleiders die voor IT van capex- naar opexmodel willen gaan. Vaak is dat een van de toch wel belangrijke factoren die meespelen. Dat is een van de verkoopargumenten van de cloud, nl. van capex naar opex gaan. Op welk besturingssysteem zullen smartphones, tablet en ander toestellen in de toekomst voornamelijk draaien? Google Android, Apple, Microsoft Windows of nog andere? Luk Geerts: Dat is net het mooie aan vandaag, namelijk dat het besturingssysteem gekoppeld zal worden aan het type apparaat dat je wil gebruiken, dat het van ondergeschikt belang wordt. Het apparaat moet draaiende gehouden worden. Dat is de functie van het besturingssysteem. De app of de software zal voor de echte functionaliteit zorgen en deze

12 zal waarschijnlijk op alle platformen uitkomen. Rudi Cleymans: 99% van de kmo's werkt nog altijd met Windows. Kies daarom a.u.b. voor 1 ecosysteem. Wij ontwikkelen nog in een Windowsomgeving. De boekhouders die een Mac willen omdat dat sexyer is, betalen relatief meer voor hun hardware en software. David Geens: Dat is een religieuze vraag. Alles heeft zijn voor- en nadelen. Je kan niet zeggen wat het beste is. Dennis De Cock: Wij zitten in de wereld van de open source. Als er genoeg mensen achter staan, wordt het een goed product. Staan er niet genoeg mensen achter blijft het achterwege. Je ziet de grootste frameworks in open source, een heel sterke community bound. Bij ons geldt het principe: als je neemt, moet je ook geven. De community die errond hangt, bepaalt het lot van het product en ik denk dat in zo'n systeem het niet aan ons is om te zeggen wat het beste is. Het moet werken. Raf Van Den Plas: Het voordeel is dat ze elkaar scherp houden in de ontwikkeling. Jan Jannes: Misschien een beetje toekomstgericht, maar de HTML5 is een nieuwe standaard die er misschien voor gaat zorgen dat je veel minder moet ontwikkelen en meer zal analyseren. Bart Van Zele: Vandaag zijn er niet alleen de besturingssystemen, maar zijn er ook nog gigantisch veel versies, browsers en aanverwanten. Er zijn versies die niet meer mee zijn omdat de technologie die vandaag gebruikt wordt niet bestond toen die versies tot stand zijn gekomen. Als je wil dat vandaag alles kan, zal je zelf ook moeite moeten doen om bepaalde dingen te gaan upgraden. Convergentie is het woord van de toekomst Wat is het beste wat de IT-sector vandaag kan overkomen? Jo De Brabandere: Standaardisatie zorgt ervoor dat er meer adoptie is en dat de prijs vaak daalt. Als er meer standaarden komen zal de adoptie zorgen voor veel projecten, implementaties en het zich sterker manifesteren van IT in alle facetten van het leven en de bedrijfswereld. De klanten zullen te allen tijde service verwachten en dit zal meer en meer dé onderscheidende factor worden in de keuze voor een IT partner. Verder is het ook belangrijk dat IT te allen tijde goed werkt, dat klanten 'ontzorgd' worden. Dennis De Cock: Tussen de onafhankelijke tools en het implementeren van ERP zal in de toekomst meer saamhorigheid moeten zijn. Een geïntegreerd deel zal in de cloud gebracht worden. Thomas Van Eeckhout: Onze toekomst ligt in de toegevoegde waarde, die we leveren aan de markt. Oplossingen zullen steeds belangrijker worden.

13 Luk Geerts: In de keuze om wel of niet naar de cloud te gaan, is in de praktijk de beperkte bandbreedte dikwijls nog bepalend. We zouden puur moeten kunnen kiezen op technologie. Didier Van Speybroeck: De net operating income is soms net iets te laag om te kunnen doorgaan. Als we zien hoeveel loonkosten er zijn in onze sector. Die zouden moeten dalen. Jan Ickroth: Wij zien opportuniteit in een grotere rol van de overheid in het stimuleren van investeringen in IT, aan de gebruikerszijde in bijvoorbeeld de bandbreedte, maar ook in het ontwikkelen van een kennispotentieel in ons land, bijvoorbeeld door het aanpassen van loon of van arbeidsomstandigheden. In plaats van de oude economieën (autoassemblage) in leven te houden, denken wij dat het beter is om de pijlen te richten op ICT, biotechnologie,... Rudi Cleymans: Ik hoop dat de ondernemer de tijd neemt om out of the box te denken over zijn onderneming. De meesten zijn 100% bezig met hun zaak en hebben geen tijd om er iets anders bij te nemen. Maar dat zouden ze echt moeten doen, de tijd nemen om hun processen onder ogen te nemen. Tom Symoens: Ik denk dat in een volgend panelgesprek het woord ICT-sector minder zal gebruikt worden. We staan aan het begin van de grootste ontwikkelingen tot nu toe en het zal voornamelijk over convergentie gaan. Nu hebben we allemaal een smartphone en/of een tablet, maar dat gaat verdwijnen. We gaan intelligente brillen en uurwerken hebben en zullen steeds meer device-onafhankelijk werken. Dat gaat ook converteren met televisies, spelconsoles, domotica,... waardoor je geen gescheiden ICT-sector meer hebt, maar waar alles door elkaar loopt. Raf Van Den Plas: Ik zou de lezers willen aanraden een IT-partner te zoeken die ze kunnen vertrouwen. En dan gebruik te maken van het advies van deze IT-partner. Een degelijke partner wil gebruikers echt helpen om oplossingen aan te reiken die hen helpt om als organisatie beter, sterker, efficiënter te werken. Bart Van Zele: Dat bedrijven inzien dat specialisatie onomkeerbaar is en dat integratie van verschillende softwaretoepassingen vaak tot de beste oplossing kan leiden, zowel qua prijs/kwaliteit als qua schaalbaarheid. Interview: Freddy Michiels Verslag: Nicole Verstrepen Foto's: Wilfried Deferme

14