Opruimen Samen alles uit de kerstboom halen en netjes opruimen. Zo weten de kinderen dat kerst nu echt voorbij is.

Transcriptie

1 Jongste Jeugd Winter 1 / week 1 Onderwerp Nieuwjaar Samen het nieuwe jaar vieren en plannen maken. We wensen elkaar en ieder kind bij binnenkomst een gelukkig Nieuwjaar. Hebben de kinderen nog wensen voor het nieuwe jaar? Vraag aan de kinderen wat ze erg leuk zouden vinden als juist dàt in het nieuwe jaar zou gebeuren. Vertel elkaar over het cadeau dat de kinderen van oom Apostel gekregen hebben. Op eerste kerstdag hebben jullie van oom Apostel een mooi cadeau gekregen. Het is heel bijzonder dat oom Apostel jullie iedere keer met kerst een cadeau gee. Oom Apostel is heel blij met jullie en daarom krijgen jullie een cadeau. Zijn jullie blij met je cadeau? Vertel eens wat jullie gekregen hebben. Na kerst was er weer een groot feest:, Oud en Nieuw. Zijn jullie laat opgebleven? Of werden jullie wakker van het geknal? En nu is het Nieuwjaar. Een nieuw begin. Hebben jullie wensen of dromen voor het nieuwe jaar? Wat zouden jullie graag willen doen dit jaar? Schrijf (als verzorgers) of teken dit op en kijk er in de loop van het jaar nog eens naar. De kinderen kunnen zelf vuurwerk tekenen door op zwart papier met pastelkrijt of wasco krijt strepen te tekenen. Als daarnaast ook gli erlijms en gebruikt worden, maken ze een waar kunstwerk. Hoe meer strepen, hoe meer kleuren, hoe mooier het vuurwerk. Op zijn allerlei kleurplaten en knutsel sugges es rond dit thema te vinden Kleurplaat Oud en Nieuw. Opruimen Samen alles uit de kerstboom halen en netjes opruimen. Zo weten de kinderen dat kerst nu echt voorbij is.

2 Jongste Jeugd Winter 1 / week 2 Onderwerp Sneeuw Ontdekken dat sneeuw plezier gee. Uit Piep en Ollie: Winter bladzijde 44. Spel Fantasiespel Raap een beetje sneeuw van de grond en maak er een sneeuwbal van. Gooi de sneeuwbal heel ver weg. Kijk wel goed uit, dat je niemand raakt. Gooi de sneeuwbal ook eens hoog in de lucht. Zullen we nu ook een sneeuwpop maken? Daar zijn heel grote ballen voor nodig. Laten we alvast beginnen om die ballen te gaan rollen. Dat gaat zwaar hè! Nu moeten ze op elkaar gezet worden. Hier is een grote peen voor zijn neus en iets voor de ogen en de mond. En voor op zijn hoofd hebben we een hoed. Zullen we hem een sjaal om doen? Wat een mooie sneeuwman. Sneeuwman Ik ben een sneeuwman dik en rond. Met een pijpje in mijn mond. Op mijn hoofd een zwarte hoed, die staat mij toch zo goed. Mijn neus dat is een lange peen. Mijn ogen zijn twee stukjes steen. Kijk hoe keurig ik hier sta. Totdat ik smelten ga!

3 Jongste Jeugd Winter 1 / week 3 Onderwerp Vogels in de winter Zorgen voor de vogels. Hoera! Het hee vannacht gesneeuwd. Wat is het mooi en je kunt fijn spelen met de sneeuw. Maar zie je daar Miesje mus op die boomtak zi en? Zij kijkt niet blij. Die vlokjes zijn zo koud aan haar pootjes. En waar kan Miesje mus nu eten vinden? Nergens, want de zaadjes liggen onder de sneeuw. Roodveer, het roodborstje en Mirreltje, de merel kijken ook al niet blij. Om warm te blijven kruipen ze dicht tegen elkaar aan op de tak. Film h p:// Wij kunnen vogels helpen. Maak met de kinderen een smulke ng. Laat ze aan een draad stukjes appel, wit brood, bruinbrood, doppinda s en stukjes wortel rijgen. Afwisselend wordt het een kleurige ke ng.

4 Jongste Jeugd Winter 1 / week 4 Onderwerp Welke kleren moet je aantrekken als het koud is? Ontdekken dat kou niet erg is, als je je maar goed kleed. Piep slaapt. Hij slaapt en droomt. Hij droomt over sneeuwvlokjes, over de kerstboom, over oliebollen en vuurwerk. Wakker worden Piep, de kerst is voorbij. Het is winter en misschien kun je wel schaatsen. Als het heel koud is, wordt water ijs. Op dat ijs kun je schaatsen. Natuurlijk neem je je schaatsen mee, maar je moet je ook goed aankleden, want het is koud. Wat doe jij aan als het koud is? Dikke sokken aan je voeten, een lekkere warme trui, een fijne muts, je sjaal om en wanten aan je handen. Je wanten moet je niet kwijt raken. Maak daarom samen wanten, zodat de kinderen geen koude vingers meer krijgen. De kinderen kunnen een uitgeknipte want versieren met stukjes papier, draadjes wol of kleine stukjes stof. Als ze twee wanten maken, kunnen ze met een draad aan elkaar verbonden worden.

5 Jongste Jeugd Winter 1 / week 5 Onderwerp Een warm gevoel vanbinnen krijgen, een blij gevoel. Ontdekken dat wanneer je de ander helpt, jezelf een warm gevoel krijgt.. Uit Piep en Ollie: Regenboog bladzijde 28 of het verhaal Blij bladzijde 26. Als vragen voor het gesprekje: Waar was jij heel blij mee toen je het kreeg? Heb jij wel eens iemand blij gemaakt (die verdrie g was)? Hoe voelde het om een vriendinnetje of vriendje te troosten die gevallen was? Wie zouden de kinderen blij kunnen maken met een mooie kaart? Ieder kind maakt een kaart of maak samen een grote kaart.

6 Jongste Jeugd Winter 1 / week 6 Onderwerp In de dienst Ontdekken wat er allemaal gebeurt in de dienst. Piep wil oom Apostel graag helpen. Waarom Piep? Ik vind het fijn in de dienst. Weet je het zeker Piep? Heel zeker! Oké, hand erop. Piep vindt het leuk in de dienst. Weten jullie wat er allemaal gebeurt in de dienst? Piep wil oom Apostel helpen. Wie helpen oom Apostel allemaal? Alle ooms en tantes! Ook papa en/of mama helpen oom Apostel. Hoe zouden wij oom Apostel kunnen helpen? De kinderen kunnen iets tekenen of knutselen voor oom Apostel om te vertellen dat ze mee willen helpen. U kunt het opsturen naar: het Dienstencentrum, afdeling Jeugd Postbus AC Baarn Of meegeven aan oom of tante oudste. Zij zorgen er voor dat het bij oom Apostel komt.

7 Jongste Jeugd Winter 1 / week 7 Onderwerp Ons huis, ons thuis. Ontdekken dat een huis van grote waarde is. Piep komt weer thuis. Hij is een hele jd weggeweest. Piep kijkt om zich heen: Zijn eigen speelgoed. Zijn eigen spulletjes. Wat is zijn huisje toch mooi. Film Een huis. Schooltv Beeldbank. h p:// Hoe ziet jouw huis eruit? Heb je een eigen kamer? Hoe ziet jouw bed er uit? Voor de verzorgers Kinderen kunnen in twee huizen wonen. Gee u daar ook aandacht aan. Spel Bouw samen met de kinderen een huis. Maak een hut door een groot kleed of doek over een tafel te leggen. Of Bouw huizen van blokken, duplo en dergelijke. Dit kunnen de kinderen samen doen of apart.

8 Jongste Jeugd Winter 1 / week 8 Onderwerp Bloembollen Verwondering over de natuur. Uit Piep en ollie: Lente bladzijde 10. Werkje De groei van een bol volgen. Deze ac viteit kan met alle kinderen gedaan worden. Hiervoor is een ui heel geschikt. Plant de ui in een doorzich ge pot met aarde erin en geef hem water. Laat deze plant in het gebouw staan en volg de groei. De plant wel iedere week water geven. Het is leuk om in een schri je bij te houden wat er verandert. Wanneer komen de wortels op? Hoelang duurt het voordat er een plantje uit gaat groeien? Wanneer komt dit plantje ook echt boven de aarde uit? Tuinkers planten. Je hebt hier bakjes, wa en en zaad van tuinkers of bijv. alfalfa voor nodig. Doe de wa en in de bakjes. Laat de kinderen de tuinkers of de alfalfa hierover verdelen. Daarna flink water geven. U kunt kiezen om de plantjes in het gebouw te laten staan om na een week de groei te bekijken of om de kinderen de plantjes mee naar huis te geven. Voorlezen Krokusbolletje kom eens uit je holletje, Richtlijnen 2e jaargang nr. 2, 1978.Ik weet dat de lente komt, Richtlijnen 15e jaargang nr. 1, Van lente tot zomer; Lidwien van Geffen & van Geffen. ISBN Lente spelen/1; O. Ripoli, & O. Ripoli, ISBN Jonas zoekt de lente; Robert Jan Swiers & Anne Horjus. ISBN Het stuk over de lente uit Het jaar rond met de kabouters Pun nga; Sietske van Postel. ISBN

9 Jongste Jeugd Winter 1 / week 9 Onderwerp Baby s Ons verbazen over het grote wonder van het ontstaan van nieuw leven. Uit Piep en Ollie: Een baby bladzijde 12. Een baby is er niet zomaar opeens. Voor een baby geboren wordt, is er al veel gebeurt. De baby is heel klein begonnen en elke maand groeide het weer iets. Ergens in het begin begon zomaar het hartje te kloppen. Is dat geen wonder? En dat er daarna ogen kwamen en oren. Je ziet de buik van de mama dan ook elke maand wat dikker worden. Meestal duurt het wel negen maanden voor een baby zover is dat het geboren kan worden. Bekijk samen het boek: Het grote wonder. Lennart Nilsson en Lars Hamberger. ISBN: Uitgeverij Ploegsma. Hebben de kinderen wel eens een pasgeboren baby gezien? Hoe groot was die toen? Vertel ze dat ze zelf ook zo klein zijn geweest. Hebben ze foto s van zichzelf gezien van toen ze net geboren waren? Laat het ze anders thuis maar eens aan papa of mama vragen. Muziek Baby tje, baby tje wat ben je klein. Muzieksugges e, periode 2, 2006 Van de CD en uit het boek Kijk eens om je heen: Kusje bladzijde 30 Allemaal plaatjes van baby s uit jdschri en knippen en daar een collage van maken.

10 Jongste Jeugd Winter 1 / week 10 Onderwerp Dopen Spel De kinderen bekend maken met het ritueel doop. Zie ook heilshandelingen. Ik heet Tom en ik heb een zusje gekregen. Ze heet Lisa. Ze is wel lief, maar ik kan nog niet met haar spelen, daar is ze nog veel te klein voor. Ze slaapt ook bijna de hele dag. Papa en mama staan vandaag vroeg op. Gisteren hee mama al mooie kleertjes voor Lisa klaargelegd. Vandaag wordt Lisa gedoopt. Papa en mama vinden dat belangrijk, omdat ze apostolisch zijn. In de dienst moet ik ook mee naar voren. Oom/tante herder vertelt wel erg veel. Ik kijk maar eens de zaal in. Ik zie opa en oma zi en en zwaai naar ze. Ineens gaat iedereen staan. Waarom doen ze dat nou weer? O, ja, mama hee verteld dat niet alleen oom Apostel en zij wat beloven, maar ook iedereen die in de dienst is. Wat beloven we allemaal ook alweer? Dan pakt oom/tante herder een schaaltje met water. Het is wel een heel mooi schaaltje, zoiets hebben we thuis niet. Het schaaltje hee allemaal mooie kleuren. Lisa krijgt wat water op haar hoofd en ze begint heel hard te huilen. Waarom doet ze dat nou weer? Als ze in bad gaat, wordt ze ook nat en dan huilt ze nooit. Na de dienst komt de hele familie op visite. Er is taart en ik krijg een lekker groot stuk. In elke gemeenschap is een set kaarten met tekeningen van broeder Zandstra beschikbaar over de doop (eventueel te verkrijgen bij de afdeling jeugd op het Dienstencentrum, jeugd@apgen.nl). Het doopschaaltje hee mooie kleuren en dat betekent dat we horen bij alle mensen. In het doopschaaltje zit water, omdat er zonder water geen leven mogelijk is. Door water te gebruiken laten we zien dat we verbonden zijn met alles wat om ons is. Papa en mama willen graag dat hun baby gedoopt wordt. Zo beloven ze dat ze hun kindje willen helpen om een liefdevol mens te worden. Alle ooms, tantes, maar ook alle kinderen willen ze daarbij helpen. Daarom gaat iedereen ook staan. En als je iets beloo, moet je het ook doen. Om het voor de kinderen heel concreet te maken, zou je de doop kunnen naspelen, want dan gaat het voor ze leven. Als één van de verzorgers de rol van voorganger op zich neemt, dan vullen de kinderen met elkaar de andere rollen in. Want behalve ouders zijn er ook tantes en ooms nodig die in de grote zaal zi en. En misschien wel een broer of zus. Een grote babypop kan als baby dienen. Jonge kinderen vinden het heel fijn om het rollenspel meerdere keren te spelen, omdat zij zich zo de wereld om zich heen eigen maken. Leg van tevoren een babypop neer, kleertjes die de pop aan kan, een schaaltje met water. Een stropdas voor vader en een handtas voor moeder doen wonderen! Liedje Een bloemetje (muzieksugges e, periode 5, 2005). Van de CD en uit het boek Kijk eens om je heen: Kusje bladzijde 30 Het is leuk om samen een klein cadeautje te maken voor de baby die gedoopt wordt. Trek de handen van iedereen na op knutselkarton. Zet de namen van de kinderen op de handjes. Knip ze uit en plak elke hand vast aan een lange saté prikker. Vul een kleine bloempot met oasis. Steek de prikkers in de oasis. Vul de rest op met bloemen of kleine lapjes stof, die prik je er met een prikkertje zo in.

11 Jongste Jeugd Winter 1 / week 11 Onderwerp Groeien Ontdekken wat een wonder het is dat we groeien en ook weer stoppen met groeien. Ollie en Piep lopen door het bos. Het is lente. Ze kijken naar de bloemen die ineens uit de grond zijn gekomen. Wat zijn die gegroeid. Dan kijkt Piep eens goed naar Ollie. Zeg Ollie, jij bent ook groot geworden. Je bent nu net mijn tante, antwoordt Ollie, die zegt dat ook al jd als ze me ziet. Ollie kijkt eens goed naar Piep. Jij bent ook groter geworden en veel dikker, lacht hij. Piep lacht met Ollie mee. Hoe groot zul je wel niet worden als je steeds maar doorgroeit? vraagt hij zich af. Daar hee Ollie nog nooit over nagedacht. Groeien gaat toch vanzelf? Gelukkig hoef je niet na te denken om te groeien. Maar je moet wel eten en drinken anders groei je niet goed. Van welk eten groei je heel goed? Dat eten noemen we: gezond eten. Weet je nog dat je klein was? Hoe klein was je toen je geboren bent? Hoe groot denk je dat je zal worden? Handen omtrekken en inkleuren. Wie hee de grootste handen? Hetzelfde kan je ook met voeten doen. Met een papierrol op de vloer kan je iemand helemaal omtrekken. Op een lange lat aantekenen hoe lang iedereen is. Ergens ophangen en in de loop van het jaar opnieuw aantekenen hoe lang ieder kind is. Boeken Sjaak en de bonenstaak. Ik ben al groot. Gi e Spee. ISBN Daan groeit groter. Pauline Oud. ISBN