docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus Sociaal- Maatschappelijke dimensie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus 2015 1. Sociaal- Maatschappelijke dimensie"

Transcriptie

1 docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus Sociaal- Maatschappelijke dimensie

2 Aanleiding De samenleving verlangt van de school dat ze de jongeren kwalificeert voor een zelfstandig bestaan en socialiseert als burger. Bij het vak Burgerschap gaat het om het samen leven. Burgerschap gaat over kennis van onze politieke instituties, de spelregels die worden gehanteerd en het gedrag dat daarbij past. In een samenleving met veel diversiteit en dynamiek is een besef en bewustzijn onder jongeren van deze spelregels en essentiële waarden cruciaal. Het is een hele kunst om hen hier gemotiveerd mee aan de slag te laten gaan. Een samenhangende en aansprekende aanpak binnen het curriculum van de opleiding helpt daarbij. Met de methode De maatschappij dat ben JIJ behalen jongeren de kwalificatie- eisen voor Burgerschap. Maar veel belangrijker nog: jongeren worden gevormd tot een sociale zelfredzame burger met een goed beeld van hun rol in de samenleving. De burgerschapsmethode heeft als doel jongeren te vormen tot een sociale zelfredzame burgers met een goed beeld van hun rol in de huidige en toekomstige samenleving. Daarmee wordt de basis gelegd voor een bestendige toekomst. De jongeren krijgen kennis en vaardigheden aangereikt en er wordt veel aandacht besteed aan attitudevorming. Het uitgangspunt is dat jongeren inzien dat ze hun eigen rol voor een groot deel zelf (gunstig) kunnen beïnvloeden. De maatschappij dat ben JIJ is ontwikkeld door Codename Future. En is mede tot stand gekomen dankzij financiële steun van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. 2

3 Inhoud Aanleiding... 2 Wat is De maatschappij dat ben JIJ?... 4 Samenhang met Loopbaan... 4 Wat moet ik doen als docent?... 5 Hoe kom ik er aan?... 5 Hoe zit de methode in elkaar? Sociaal maatschappelijke dimensie... 7 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.1 Jezelf zijn... 8 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.2 Jezelf zijn met anderen Sociaal maatschappelijke dimensie 1.3 Verschillende culturen Sociaal maatschappelijke dimensie 1.4 Ik en de ander Sociaal maatschappelijke dimensie 1.5 Jij en ik zijn gelijk Sociaal maatschappelijke dimensie 1.6 Jouw vrijheid & die van de ander Sociaal maatschappelijke dimensie 1.7 Mijn idealen Sociaal maatschappelijke dimensie Gastlessen en verrijkingslessen

4 Wat is De maatschappij dat ben JIJ? De maatschappij dat ben JIJ is de nieuwe methode voor burgerschap in het MBO (niveau 2, 3 en 4). De methode heeft als doel jongeren te vormen tot een sociale zelfredzame burgers met een goed beeld van hun rol in de huidige en toekomstige samenleving. Speerpunten van de methode De methode De maatschappij dat ben JIJ biedt: een samenhangende en aansprekende inhoud, gericht op de belevingswereld van jongeren. Naast het theoretisch kader, voorziet de methode vooral in een vertaling van begrippen naar de situatie van jongeren zelf. Door middel van praktische verwerkingsopdrachten leert de jongere zijn eigen rol kennen en wat het onderwerp voor hem kan betekenen. Er wordt veel aandacht besteed aan attitudevorming. Het uitgangspunt is dat jongeren inzien dat ze hun eigen rol voor een groot deel zelf (gunstig) kunnen beïnvloeden. structuur voor inhoud en vorm van de lessen burgerschap. De methode dekt de inhoudelijke eisen van het vak burgerschap. De vier dimensies de politiek/juridische dimensie, de sociaal/maatschappelijke dimensie, de economische dimensie en de dimensie vitaal burgerschap komen allemaal aan bod. Elke dimensie bestaat uit circa 7 lessen waarin je als docent kunt variëren in werkvormen die klassikaal, zelfstandig of in groepjes worden uitgevoerd. structuur voor peer education : de jongere gaat individueel en in de groep aan de slag met burgerschap. Jongeren leren het meeste van eigen ervaringen en de ervaringen van anderen. In de lessen en opdrachten worden deze leer- en reflectiemomenten gefaciliteerd door ervaringen, gedachten en meningen uitgewisseld in een klassengesprek. Dit gebeurt aan de hand van stellingen, de actualiteit, filmpje en groepsopdrachten. De meningen van klasgenoten en vrienden kunnen nieuwe inzichten voor de jongeren bieden om uiteindelijk een eigen standpunt in te kunnen nemen. Samenhang met Loopbaan De burgerschapsmethode De maatschappij dat ben JIJ sluit naadloos aan bij Werken aan je Toekomst, de methode voor een succesvolle loopbaanoriëntatie in het MBO. Werken aan je Toekomst heeft als doel de zelfredzaamheid van jongeren op de arbeidsmarkt te vergroten, om hen een reëel beeld te geven van hun toekomstperspectief en de wijze waarop zij daar zelf invloed op hebben. Kijk voor meer informatie op: 4

5 Wat moet ik doen als docent? De docent is een belangrijke schakel in het onderwijs en uiteraard ook voor een goede vorming en socialisatie van jongeren. De methode De maatschappij dat ben JIJ biedt de inhoud en structuur voor de lessen Burgerschap. De lessen bestaan met name uit klassikale digibordlessen en waar de peer- educatie plaatsvindt. Het werkboek van de leerlingen sluit aan op de structuur van de digibordlessen. De voornaamste rol van de docent daarbij coachen en reflecteren. De digibordlessen ondersteunen de docent daarbij en met suggesties uit de handleiding legt de docent verbanden tussen de theorie en de ervaringen van de jongeren. De methode ondersteunt en faciliteert de docent om de jongere te motiveren om een goed beeld te ontwikkelen van hun rol in de samenleving. Hoe? Klassengesprekken leiden In de lessen vinden regelmatig klassengesprekken plaats. Tijdens deze gesprekken bent u de facilitator. De onderlinge uitwisseling van gedachten en meningen van de jongeren is het doel van het gesprek. In de lesplannen staan gespreksuggesties. Lesplannen en gespreksuggesties gebruiken De handleiding biedt onder meer een lesplan en gesprekssuggesties per les waarmee u als zich volledig en snel kan voorbereiden op de les. Hulp krijgen bij plaats en organisatie van loopbaan & burgerschap in het curriculum Wij geven hulp bij plaats en organisatie van loopbaan & burgerschap in het curriculum. We bieden hiervoor een docententraining, waarin we met de docent(en) een plan van aanpak maken voor het curriculum loopbaanoriëntatie en burgerschapsvorming. Hierin wordt aandacht besteed aan het praktisch werken met de methode en de didactiek. Het resultaat is dat de docent direct aan de slag kan met de methode, in samenhang met de eventuele aanvullende activiteiten van binnen en buiten de school. Voor kosten en meer informatie: martijn@codenamefuture.nl. In het echt De lessen worden versterkt door bijvoorbeeld gastlessen te organiseren, een bezoek aan een culturele instelling te plannen of bijvoorbeeld een moskee of synagoge te bezichtigen. Haal ook zoveel mogelijk de actualiteit aan, zodat deze middels het onderwerp of thema geduid kan worden. Een kleine selectie die wij voor u hebben gemaakt staat in de bijlage Gastlessen in deze handleiding. Verdieping Heeft u en uw leerlingen behoefte om door te gaan op een bepaald onderwerp? Per les wordt kort aangegeven welke lesmaterialen er beschikbaar zijn die passen bij een bepaald onderdeel uit de les. Hoe kom ik er aan? U kunt De maatschappij dat ben JIJ bestellen door u aan te melden via onder het tabblad Aanmelden. 5

6 Hoe zit de methode in elkaar? Werken in de Workspace De digibordlessen staan klaar in de leeromgeving van Codename Future: de Workspace. De lessen zijn klassikaal, zodat er discussie en afweging van verschillende meningen mogelijk is. Het inloggen in de les gaat als volgt: 1. Ga naar 2. Vul gebruikersnaam en wachtwoord in, rechtsboven in venster. 3. Ga naar het tabblad School. 4. Ga naar het lesarrangement Sociaal- Maatschappelijke dimensie. 5. Klik op de lestitel om de les te openen. Workspace- tips De les opent altijd op de plaats waar u de vorige keer gebleven was. Leerlingen (en u ook) kunnen hun wachtwoord (niet hun gebruikersnaam) wijzigen via > Persoonlijk > Instellingen > Wachtwoord wijzigen. Bureaublad van de leeromgeving wijzigen? > Persoonlijk > Instellingen > Workspace. Is een leerling het wachtwoord vergeten? U kunt het als docent altijd terugvinden: > Organisatie > Gebruikers > naam invullen > Zoeken Werkboek Een regelmatig terugkerend onderdeel in de methode is het werkboek. Het werkboek is te koop via verschillende kanalen (van Dijk, Lucie Wernergroep en Codename Future). Het werkboek heeft als ISBN Hier noteert hij/zijn zijn of haar inzichten die tijdens de klassikale lessen aan bod komen en is de theorie nog kort en bondig samengevat. U kunt de vragen in het werkboek tijdens de les laten invullen (als een soort kijkvraag- functie leerlingen actief tijdens de klassikale les te laten zijn) of pas laten invullen voordat de leerlingen aan de slag gaan met de opdrachten (als een soort overhoor- functie wat heeft hij/zij ervan opgestoken). Toets Aan het einde van elke dimensie is er een toets met 22 multiple- choice vragen beschikbaar. Deze toets is zowel in de Workspace als op papier beschikbaar. Tijdens de docententraining worden alle materialen aan u uitgeleverd. Gastlessen en verdiepingslessen Belangrijk bij het vak Burgerschap is om de wereld van buiten te verbinden met de aangeboden theorie en de besproken ervaringen van de jongeren vanuit de methode. Daardoor wordt de betrokkenheid bij specifieke thema's sterk vergroot. Na elke dimensie is een overzicht opgenomen van organisaties en lesmaterialen die aansluiten bij de lessen uit de dimensie. 6

7 1. Sociaal maatschappelijke dimensie Bereidheid en vermogen om op adequate wijze deel uit te maken van de eigen woon- en leefomgeving met acceptatie van verschillen en culturele bescheidenheid. Hiervoor heeft de student inzicht in en respecteert de kenmerken van verschillende culturenaspecten van breed geaccepteerde sociale omgangsvormen en weet deze tevens toe te passen. (in de kern: Hoe gaan we met elkaar om?) Lessenoverzicht 1.1 Jezelf zijn (90 minuten) De leerling wordt zich bewust van zijn identiteit, als vertrekpunt van elke interactie met de omgeving. 1.2 Jezelf zijn met anderen (120 minuten) De leerlingen worden zich bewust van de groep(en) waar zij deel van uitmaken. 1.3 Verschillende culturen (90 minuten) De leerling weet wat cultuurverschillen zijn en gaat er respectvol mee om. 1.4 Ik en de ander (120 minuten) De leerling weet dat normen en waarden het samen leven in goede banen leiden. 1.5 Jij en ik zijn gelijk (100 minuten) De leerling weet dat discriminatie in Nederland verboden is. 1.6 Jouw vrijheid en die van de ander (90 minuten) De leerling weet wat vrijheid van meningsuiting is en dat er grenzen aan zijn. 1.7 Mijn idealen (90 minuten) De leerling wordt zich bewust van de bijdrage die hij/zij aan de samenleving kan geven. 7

8 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.1 Jezelf zijn 90 minuten De leerling wordt zich bewust van zijn identiteit, als vertrekpunt van elke interactie met de omgeving, straat thuis en school. Leerdoelen De leerling leert wat identiteit en persoonlijkheid is en hoe die zich ontwikkelt. De leerling ontdekt allerlei aspecten van zijn eigen identiteit. De leerling reflecteert op zijn eigen identiteit: wat zijn handige eigenschappen/talenten en wat zit misschien in de weg? Doorloop - Introductie van het geven van etiketten aan jezelf; - Bespreken hoe je identiteit wordt gevormd en ontwikkeld; - Sociale identiteit: bij welke groepen hoor jij?; - Zelfstandig aan de slag met een mindmap breng je identiteit in kaart ; - Klassikaal nabespreken en afsluiten. Globale tijdsindeling 30 minuten Klassikale introductie en bespreking identiteit 25 minuten Zelfstandig werken aan opdracht 10 minuten Reflectie en afsluiting Benodigdheden Docent: Digibord met geluid, internet / WiFi, A4 en A3 papier en kleurtjes (opdracht 1) Leerlingen: Werkboek Voorbereiding en organisatie Neem de les van tevoren door; Deel A4 tjes of A3 tjes uit (bladzijde 9 en 11). Zorg voor tekenmateriaal (gekleurde stiften) voor opdracht 1 Opdrachten Opdracht 1 Maak een mindmap/woordweb Wie ben ik? (bladzijde 11 en 12) - individueel en presenteren aan elkaar 8

9 Lesplanning Nr Screen Inhoud & didactische aanwijzingen Tijd 1.a Kort filmpje van MTV/Rode Kruis: over etiketten die mensen op elkaar en zichzelf plakken. 5 m Bespreek: Herken je dat labels geven? Heb je ervaring met (voor)oordelen? 1.b Korte opdracht: laat leerlingen eenzelfde soort kaartje maken van zichzelf op een A4 blaadje. 10 m Deel A4 tjes uit. Laat leerlingen in 1 woord opschrijven hoe ze denken dat anderen hen (onterecht) zien, een vooroordeel. Laat ze daarna de A4 s voorhouden. Bespreek kort; waarom denk je dat anderen jou zo zien? Wat vind je daarvan? Laat ze daarna dit woord doorkruisen en opschrijven hoe ze zichzelf zien. Laat ze de A4 s weer voorhouden. Bespreek kort: wat is jouw waarde? Zit er een verschil in hoe anderen jouw zien en hoe jij jezelf ziet?waarom wel / niet?! Doe zelf ook mee aan het labelen! Hoe denkt u dat de leerlingen op uw school u zien? Wat vindt u belangrijk in uw identiteit? 1.c Kort vertellen wat de inhoud is van de sociaal- maatschappelijke dimensie. 3 m Vertel: Dit deel van burgerschap heeft te maken met jezelf, hoe jij in elkaar zit, hoe je met anderen omgaat en anderen met jou. Dat gaan we in deze lessenserie ontdekken. 1.d De leerdoelen van deze les. 2 m ** Laat leerlingen de theorie in het rode kader lezen (bladzijde 9). Laat ze ook nog opschrijven wat hun label was.** 9

10 2.a Hoe wordt je identiteit gevormd? We beginnen met kijken naar JOU. 10 m Wat is identiteit? Je persoonlijke identiteit is wie jij bent. Je identiteit is voor een deel meegegeven bij je geboorte, en voor een deel gevormd door de omstandigheden en ervaringen die je in je leven hebt gehad. We nomen dit wel eens nature & nurture, oftewel aanleg & opvoeding. Voor een deel liggen je eigenschappen vast, voor een deel kun je je blijven ontwikkelen. Laat leerlingen iets benoemen dat heel belangrijk is geweest voor hun vorming: - iets dat is aangeboren - iets dat is gevormd/beïnvloed door bv opvoeding op opleiding! Denk zelf ook na hoe dat bij uzelf ziet. Leg dit voor, vertel hierover. 2.b Sociale identiteit, waar hoor je bij? 5 m Je hebt ook een sociale identiteit: je bewustzijn dat je bij een bepaalde groep hoort. Door anderen wordt je ook als lid van die groep behandeld. Laat leerlingen groepen benoemen waar je nog bij kunt horen. Denk bijvoorbeeld aan: de aanhangers van jouw religie, de leden van jouw etnische groep, de inwoners van jouw land, mensen die van dezelfde muziek houden of (leef)stijl. Vertel: Je hoort bij verschillende groepen en al die groepjes dragen iets bij aan jouw identiteit. 2.c Wat draagt deze groep bij aan je identiteit? Sociale identiteit, welk label heeft dit? 10 m Vertel: Je zelfbeeld is vaak wel anders dan het beeld dat de buitenwereld heeft. Bijvoorbeeld: je bent lid van de groep 'voetbalfans'. Zelf zien jullie dit als positief, maar de buitenwereld heeft misschien een heel ander beeld. Ook dit heeft te maken met (voor)oordelen, de labels. Vraag: Wat is voor jou een belangrijke groep? Hoe wordt deze groep gezien? Hoe zie je dit zelf? Wat draagt deze groep bij aan je identiteit?! Heeft u misschien zelf ook een voorbeeld van een 10

11 groep waar u bij hoort en die bijdraagt aan uw identiteit? 2.d Jongeren en identiteit: Waarom denk je dat deze periode in je leven belangrijk is voor het vormen van je identiteit? 10 m Zelfstandig: Laat leerlingen de theorie lezen en vragen maken op bladzijde 9 en 10 van het werkboek. Achtergrondinformatie De leeftijd van pakweg 12 tot 20, is heel belangrijk in je identiteitsvorming. Je gaat steeds meer onafhankelijke keuzes maken en komt meer los van je ouders. Dat kan tot onzekerheid leiden: maak ik de goede keuzes? Welke toekomst zie ik voor me? Ben ik echt wel goed in X of Y? Moet ik mijn relatie houden of verbreken? Hoe dat komt? Groot sociaal netwerk Jongerencultuur Los komen / afzetten van je ouders Meer verantwoordelijkheden (studie, loopbaan, financiën, toekomst, relaties) Zelfstandig worden Uitgaan, hormonen, relaties Grenzen verleggen Dingen uitproberen, ervaringen opdoen Extreme sporten uitproberen Wat werkt wel en niet voor mij Hoe omgaan met teleurstellingen? Hoe omgaan met tegenslagen? Of juist met succes? Iedereen kan het wel vertellen, maar je weet het zelf pas als je het zelf mee maakt. 2.e Hoe werkt dit? Identiteitsontwikkeling? 5 m Vertel: De puberteit is een transitie naar volwassenheid. Jongeren zijn als het ware volwassenen zonder ervaring. De puberteit is noodzakelijk om je eigen identiteit te ontdekken en te vormen. Uit te zoeken waar je grenzen liggen, wat je leuk vindt, waar je goed in bent en te leren omgaan met teleurstellingen en tegenslagen. Je brein is pas volwassen als je 25 bent! Als puber ben je vaak echt een slaaf van je emoties: de ontwikkeling in hormonen en hersens maakt het bijna onmogelijk om een stabiel leven te leiden. 11

12 3.a Opdracht 1: Mindmap/moodboard maken Wie ben ik? De leerlingen maken deze opdracht op papier (A2 of A3). Dit kan een huiswerkopdracht zijn! 20+ m Leg uit: Jullie gaan nu jezelf in kaart brengen. Dat is stap 1. Dat doe je door een mindmap te maken van allemaal dingen die bij jou horen. Schrijf op, teken, knip en plak. Ga daarna, bij stap 2, nadenken over al die stukjes van jezelf. Wat is nou het meest belangrijk? Wat zit je misschien juist in de weg? Wat maakt je uniek? Wat kreeg je mee vanuit je familie? Alternatief: leerlingen maken een muur (soort prikbord) op Padlet.com. Hier kunnen leerlingen tekst en plaatjes verzamelen. Ze kunnen hun werkstuk opslaan en exporteren of printen. 4.a Presenteer aan elkaar de mindmaps of bespreek een paar klassikaal. 10 m Laat enkele leerlingen opnoemen wat het meest belangrijke onderdeel van hun identiteit is.! Zoek in de klas naar overeenkomsten. En juist verschillen. Vraag: hoe ga je daar mee om? Hoe houd je het met elkaar uit? In de klas, op je sportclub, straks op je werk moet je toch met elkaar omgaan.! Probeer met een open blik naar jezelf en anderen te kijken, (ver)oordeel niet te snel. Bespreek ook met elkaar de onzekerheden. Hier gaat het om dat ze van elkaar ontdekken dat iedereen wel onzeker is. Dat ze niet de enige zijn. 4.b Korte terugblik van de les. Laat leerlingen onderaan bladzijde 12 opschrijven wat deze les voor hen betekent. 5 m Afsluiting en bruggetje naar les 2. Hoe hou je het met elkaar uit? Hoe gaan we met elkaar om? 12

13 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.2 Jezelf zijn met anderen 120 minuten De leerlingen worden zich bewust van de groep(en) waar zij deel van uitmaken. Leerdoelen De leerlingen weten wat cultuur is, wat subculturen en tegenculturen zijn; De leerlingen kunnen een stelling verdedigen in een debat, ongeacht hun eigen mening. Doorloop - Exactitudes bekijken, mensen met allemaal dezelfde stijl. Ben je wel zo uniek?. - Leerlingen leren wat cultuur is en bijbehorende gewoontes en tradities en wat een subcultuur en tegencultuur is. - Introductie op het Grondrecht Vrijheid van cultuur, religie. - Leerlingen gaan zelfstandig aan de slag. Zij bedenken argumenten bij stellingen (opdracht 3). - Er wordt een debat gevoerd waar de drie stellingen centraal staan. - Afsluiting van de les. Globale tijdsindeling 10 minuten Klassikale introductie 25 minuten Klassikale uitleg culturen en gewoontes en opdracht minuten Stellingen en debat (opdracht 3). 5 minuten Reflectie en afsluiting Benodigdheden Docent: Digibord met geluid, internet / WiFi Leerlingen: internet voor tolerantietest (kan ook thuis) Voorbereiding en organisatie Neem de les van tevoren door. Opdrachten Opdracht 2 Culturen (bladzijde 15) - individueel Opdracht 3 Stellingen (bladzijde 16 en 17) tweetallen/ klassikaal 13

14 Lesplanning Nr Screen Inhoud & didactische aanwijzingen Tijd 1.a Grasduinen door exactitudes : portrettenseries 10 m. 1.b van mensen met exact dezelfde stijl. Bekijk de foto s: es/zoom/139/2 es/zoom/107/8 es/zoom/109/5 es/zoom/102/5 Vraag: Wat valt op? Ze lijken allemaal op elkaar. De foto s zijn gegroepeerd op eenzelfde kledingstijl. Achtergrondinformatie: Wat zijn exactitudes? Fotograaf Ari Versluijs en styliste Ellie Uytenbroek hebben tientallen groepen mensen gefotografeerd voor hun serie Exactitudes. Elke exactititude bestaat uit twaalf foto's die op dezelfde manier zijn gemaakt. De modellen staan voor een witte achtergrond en hebben dezelfde houding. Dan valt op hoe ze op elkaar lijken. Ze kunnen van elke leeftijd en elke culturele achtergrond zijn, van oma s met een permanentje tot gabbers. 1.c Iedereen is uniek, maar hoe uniek? Vrijwel iedereen hoort ook bij een groepje. Bespreek kort: Welke groepen ken je? Wil jij bij een groep horen? Welke stijl / uitgangspunten heeft dat groepje? Laat leerlingen deze vragen beantwoord en op bladzijde 13 in het werkboek. Laat ze ook de theorie lezen. Maak alvast een bruggetje naar subculturen. Vraag: Welke uitgangspunten horen bij de stijl die jij uitdraagt? 14

15 1.d Bespreek eventueel kort de leerdoelen van deze les. 2.a Wat is cultuur? Je groeit op tussen andere mensen. Die mensen vormen groepen en elke groep heeft zijn eigen cultuur. 10 m. Definitie van cultuur: Al die dingen die mensen denken, doen en hebben, bijvoorbeeld gewoonten en gebruiken, godsdienst, normen en waarden, bestaanswijze, muziek en voorwerpen, eetgewoonten, kleding en bouwwerken. Nederland heeft een eigen cultuur, die veel lijkt op andere West- Europese culturen. Bekijk bladzijde 14 en beantwoord bovenaan de bladzijde de vragen. Vraag: Kun je iets noemen dat typisch Nederlands is? Eetgewoonte: bv brood als ontbijt en lunch, eigen brood mee naar school of werk, stamppotten, stroopwafels, erwtensoep. Kleding: niet te sjiek, niet te duur, vaak informeel; een enkeling draagt nog klompen ;- ) Bouwwerk: rijtjeshuis, grote nieuwbouwwijken, grachtenpand. 2.b Gewoontes en tradities Een cultuur bestaat voor een deel uit gewoontes en tradities. In Nederland heb je tradities als koningsdag en Sinterklaas. Daar was de afgelopen tijd veel over te doen: je merkt dan dat mensen erg gehecht zijn aan hun tradities. Gemeenschappelijke tradities, gewoontes en symbolen zijn heel belangrijk voor het groepsgevoel : het gevoel dat je ergens bij hoort. Vraag: Welke Nederlandse tradities/gewoonten herken je? Verjaardag vieren, vuurwerk met oud en nieuw, hagelslag op je brood Heb je in je eigen familie of vriendengroep een gewoonte, traditie of ritueel? 15

16 2.c Wat is tolerant? Laat de leerlingen dit begrip proberen te verwoorden. 2.d Bekijk daarna de uitleg van tolerantie op bladzijde 14. Leg daarbij uit: Zelfs wanneer je een hekel hebt aan bepaalde meningen of gedrag, kun je toch tolerant zijn. Tolerant zijn is niet makkelijk. Het kost moeite en je moet som bereid zijn om een beetje overlast toe te laten. Niemand is voor 100% tolerant. Tolerantie betekent niet dat burgers geen kritiek op elkaar kunnen hebben. Integendeel: in een democratie is het belangrijk dat mensen met elkaar praten over meningen en gedrag. Bron: Ben je tolerant? U kunt de leerlingen de test laten maken (zie bladzijde 14 van het werkboek): 2.e Vrijheid en tolerantie Nederland staat bekend als tolerant land. Tolerant betekent: verdraagzaam tegenover mensen of gewoonten die anders zijn dan jij. Zo kun je vreedzaam met elkaar leven en van elkaar leren. 10 m. In hoeverre dat klopt, kun je moeilijk zeggen, maar buitenlanders hebben vaak het gevoel dat hier veel mag. Ook van oudsher kwamen hier mensen naartoe die in hun eigen land onderdrukt werden. Je zou kunnen zeggen dat dit ook bij onze cultuur hoort. Vrijheid van cultuur, religie is in Nederland in ieder geval vastgelegd in een aantal belangrijke grondrechten. Vraag: Kun je voorbeelden geven van NL als wel/niet tolerant? Bijvoorbeeld: tolerant ten opzichte van homo s gay pride, homohuwelijk hier als eerste toegestaan, tolerant ten opzichte van softdrugs, tolerant ten opzichte van prostitutie. Steeds minder tolerant ten opzichte van andere culturen. Extra: Pro- tolerantiecampagne van SIRE 16

17 - daar- knapt- heel- nederland- van- op 2.f Subcultuur De cultuur van een kleinere groep, noem je een subcultuur. Nederlandse metalfans, maken deel uit van de Nederlandse cultuur, maar ook van de metal- subcultuur. Ze delen hun kleding- en muzieksmaak met metalfans in Azië, de VS of Noorwegen. Maak opdracht 2, bladzijde 15. Hoor jij bij een subcultuur? Welke kenmerken heeft deze subcultuur? 2.g Tegencultuur Naast subculturen zijn er ook tegenculturen. Kenmerk hiervan is het verzet tegen de overheersende ( doorsnee ) cultuur. Bijvoorbeeld punk. Een voorbeeld van een tegencultuur was punk. Vraag: Ken je andere voorbeelden van een tegencultuur? Anarchisten, anti- globalisten, jihadisten Is er een tegencultuur onder jongeren? Op dit moment hebben we niet zoveel tegenbewegingen onder jongeren. Interessant om door te vragen: Waarom laten jongeren minder zien of horen dat ze tegen iets zijn? 3.a In tweetallen aan de slag met opdracht 3 (bladzijde 16 en 17). 10 m. Leg uit: Ga in tweetallen nadenken over de drie stellingen, en schrijf argumenten voor en argumenten tegen op. 4.a De leerlingen gaan straks met elkaar in debat. Bepaal met elkaar de regels van de discussie. - luister naar elkaar - laat elkaar uitpraten - de discussieleider geeft de beurt - maximale tijd van de discussie per stelling is 5 minuten! - het gaat niet om je eigen mening, maar om het oefenen met argumenten en het verdedigen van een standpunt.! Werkvorm: Verdeel de klas bij elke stelling voor en tegen, ongeacht wat de persoonlijke mening 17

18 van elke leerling is. Zo moeten ze zich verplaatsen in een mening die misschien niet van henzelf is en gaan ze oefenen met argumenten. Meer weten over debatteren: 4.b De leerlingen gaan met elkaar in debat, de discussie hebben zij voorbereid met het verzinnen van argumenten. 10 m. Oefen met voor en tegen- argumenten. Bespreek de eerste stelling klassikaal. Stelling 1 Argumenten VOOR (voorbeelden) - Het gaat om de persoon, niet kleur of achtergrond. - Het is jouw keuze, als jij er gelukkig mee bent. - Een andere achtergrond kan juist verrijkend zijn. Argumenten TEGEN (voorbeelden) - Relaties zijn al ingewikkeld genoeg zonder dit soort verschillen. - Je krijgt misschien kinderen en hebt dan heel andere ideeën over opvoeding. - Als je uit elkaar gaat, geeft dat misschien grote problemen. Leid de discussie. Blijf de regels bewaken! Let op de tijd! 4.d Stelling 2 Nederland is een tolerant land 10 m. Mogelijke argument VOOR: Er is hier veel toegestaan dat in andere landen verboden is, bv softdrugs, prostitutie. Mogelijke Argumenten TEGEN: Op papier mag zogenaamd veel, maar in de praktijk wordt het wel veroordeeld. 4.e Stelling 3 Van andere culturen kun je belangrijke dingen leren 10 m. Mogelijke argument VOOR: Het is altijd goed om je eigen ideeën en overtuigingen met die van anderen te vergelijken. Andere culturen kunnen waardevolle dingen hebben. Mogelijke Argumenten TEGEN: Als je eigen cultuur goed bevalt, waarom zou je andere dingen willen overnemen? Door dingen over te nemen, verwatert je eigen cultuur. 18

19 5.a Sluit af met een conclusie, bijvoorbeeld dat je met een (te snel) oordeel jezelf in de weg zit en de kans misloopt om iets te leren. 19

20 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.3 Verschillende culturen 90 minuten De leerling weet wat cultuurverschillen zijn en gaat er respectvol mee om. Leerdoelen De leerling leert uit welke aspecten een cultuur bestaat; De leerling onderzoekt een andere cultuur. Doorloop - Hoe kijken anderen naar Nederland? Hoe is ons gedrag, waarden en normen?. - Leerlingen leren wat zichtbare en niet zichtbare aspecten van een cultuur; - Leerlingen bekijken invloeden van culturen in hun eigen omgeving;. - Wat zijn de waarden van een cultuur, in hoeverre moet je deze in stand houden of respecteren?; - Leerlingen gaan zelfstandig aan de slag met een cultuur, zij doen kort onderzoek hiernaar en bereiden een presentatie voor volgens een stappenplan (opdracht 5); - Presentaties van verschillende culturen; - Afsluiting van de les. Globale tijdsindeling 5 minuten Klassikale introductie 20 minuten Klassikale uitleg over verschillende culturen (opdracht 4) 20 minuten Zelfstandig werken: onderzoek (opdracht 5) (15 minuten) Presenteren van de verschillende culturen 5 minuten Reflectie en afsluiting Benodigdheden Docent: Digibord met geluid, internet / WiFi Leerlingen: werkboek en leerlingen hebben een computer en internetverbinding (opdracht 5) Voorbereiding en organisatie Neem de les van tevoren door. Opdrachten Opdracht 4 Onderzoek de definitie van cultuur (bladzijde 20) individueel Opdracht 5 Onderzoek naar culturen (bladzijde 21 en 22) - twee- of drietallen 20

21 Lesplanning Nr Screen Inhoud & didactische aanwijzingen Tijd 1.a Bekijk van een stukje film uit Greg Shapiro s Planet Nederland w 10 m. Vraag: Hoe kijkt hij naar Nederland? Hij kijkt als een soort natuuronderzoeker/bioloog. Wij als inwoners van Nederland vinden onze gewoonten natuurlijk volstrekt normaal, maar voor buitenstaanders zijn we een soort exotische diersoort. En andersom geldt dat ook. Waar heeft hij naar gekeken? Gedrag, waarden en normen.! Andere culturen zijn interessant, als je meer weet, ga je ook je eigen gedrag relativeren. Je verruimt je blikveld. In deze les gaan we onderzoek doen naar andere culturen. 1.b Leerdoelen van deze les. Laat leerlingen de theorie op bladzijde 18 lezen. En bespreek het begrip: multicultureel. 2.a Verschillende landen hebben verschillende culturen. Des te verder landen uit elkaar liggen, en des te minder contact er tussen culturen is, des te meer zullen ze waarschijnlijk verschillen. 10 m. Een cultuur bestaat uit verschillende zaken. Sommige zijn tastbaar en zichtbaar, andere zijn abstract. Vraag: Kun je een verschil en overeenkomst noemen tussen Nederland en Duitsland? Verschil bijvoorbeeld de taal, maar ook de hiërarchie en beleefdheid - je noemt je docent of baas niet bij de voornaam in Duitsland, maar Herr Janssen of iets dergelijks. Overeenkomst: vergelijkbare woon- en eetgewoonten, religie, muziek, taal. En tussen Nederland en Vietnam? Verschil: Aziatische cultuur meer gezagsgetrouw en hiërarchisch, de groep gaat boven het individu, familiebanden zeer belangrijk. Liegen is beter dan gezichtsverlies. Overeenkomsten veel minder dan NL- Dld, maar 21

22 bijvoorbeeld: Het westerse schoonheidsideaal wordt door Aziatische vrouwen ook nagestreefd.! Trek met de leerlingen de conclusie dat culturen die verder weg liggen, vaak minder op de onze lijken. Laat leerlingen de vragen op bladzijde 18 uit het werkboek beantwoorden. Welke culturen lijken veel op de Nederlandse cultuur en welke minder? Europese culturen van de landen om ons heen (bv Duitsland, België). Culturen van verderaf lijken minder op de onze (bv Japan, Vietnam). 2.b Als er veel contact is tussen culturen gaan ze meer op elkaar lijken. In landen waar de Europeanen in het verleden kolonies hadden, is de invloed nog steeds te zien. De Amerikaanse cultuur komt iedere dag via de media bij ons binnen. We nemen daar van alles van over. Vraag: Zijn er invloeden uit andere culturen in jouw omgeving zichtbaar of merkbaar? bijvoorbeeld: Turkse, Antilliaanse of Chinese winkels, moskeeën, met elkaar in koffiehuis zitten, jongerencultuur op straat 2.c Verschillende culturen leven samen in Nederland. 10 m. Laat leerlingen reageren op de stelling (bladzijde 19).! Geef de voorwaarden aan voor de discussie in de klas: - luister naar elkaar - geef je mening respectvol Stelling: Mensen die in Nederland komen wonen mogen hun eigen cultuur behouden, maar moeten de belangrijkste waarden van de Nederlandse cultuur respecteren. Welke waarden zijn dit? vrijheid, gelijkheid en tolerantie Ieder geeft een eigen waarde daaraan, maar wat voor jou persoonlijk geldt is misschien anders dan anderen 22

23 2.d Zichtbare aspecten van een cultuur Een cultuur heeft allerlei onderdelen. Sommige zijn tastbaar en zichtbaar, andere zijn abstract. 10 m. Voorbeelden van zichtbare aspecten zijn bijvoorbeeld: Eten en drinken Bouw en architectuur Kleding Muziek Leg uit: Dingen die je niet ziet, zijn bijvoorbeeld waarden en normen (niet- zichtbare aspecten): Hoe belangrijk is je familie Wat vind je beleefd of onbeleefd Is het individu belangrijk of juist de groep Maak opdracht 4 (bladzijde 20) en bespreek de antwoorden kort. Tastbaar/Zichtbaar Kleding Muziek Voorwerpen Kleding Eten Bouwwerken Abstract/niet- zichtbaar Denken Gewoonten Gebruiken Normen en waarden Godsdienst Bestaanswijze 3.a Opdracht 5 (bladzijde 21 en 22) De leerlingen gaan in groepjes van 3-4 aan de slag. 20 m. Elk groepje gaat de cultuur van een bepaald land onderzoeken, op de zichtbare en minder zichtbare aspecten. Kies daarvoor een land die hieronder staat.! Het doel is je medeleerlingen wegwijs te maken in de cultuur van dat specifieke land, met de focus op werk. Geef ieder groepje een land (laat kiezen of laat bijvoorbeeld kaartjes trekken zodat het willekeurig wordt). Landen: 1. Brazilië 2. Nederlandse Antillen 3. China 4. Turkije 5. Rusland 6. Kenia 7. Indonesië 8. Irak 9. Schotland 10. Zweden De leerlingen doen onderzoek via internet. Ze bereiden een presentatie voor. 23

24 3.b De eindpresentatie bestaat uit de volgende dia's (loop deze samen door): 1. Welk land hebben jullie bestudeerd? 2. Welke aspecten zijn zichtbaar in de cultuur? 3. Welke aspecten zijn niet zichtbaar in de cultuur? 4. Wat moet je weten over de cultuur als je hier gaat werken? a. Wat zijn de grootste verschillen qua werk met Nederland? b. Wat zijn de overeenkomsten qua werk met Nederland? 5. Wat is er mooi of bijzonder aan deze cultuur? 6. Zijn er invloeden van deze cultuur in de Nederlandse cultuur te vinden? 4.a De leerlingen presenteren hun resultaten. 1 Nodig de groepjes 1 voor 1 uit om voor de klas kort en bondig in 1 a 2 minuten - te presenteren wat zij hebben ontdekt over de cultuur van het land. 4.b Sluit klassikaal af met een kort gesprek: Welke cultuur verschilt het meeste met de Nederlandse cultuur qua werken? China, Kenia, Irak, Indonesië Welke cultuur komt het meest overeen met de Nederlandse cultuur? Zweden, Schotland Waarom is dat zo denk je? Afstand zorgt meestal voor grotere cultuurverschillen. Als er veel contact is tussen culturen gaan ze meer op elkaar lijken. Koloniale geschiedenis kan invloed hebben. 24

25 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.4 Ik en de ander 120 minuten De leerling weet dat normen en waarden het samen leven in goede banen leiden. Leerdoelen De leerling weet wat normen en waarden zijn en kan voorbeelden geven. De leerling wordt zich bewust van hun eigen normen en waarden. Doorloop - Klassikaal bekijken van filmpje van SIRE: de maatschappij dat ben jij over (a)sociaal gedrag. - Quiz Hollands Hufterigheid volgens het vijf- tegen- vijf principe. - Normen en waarden, wat vind jij belangrijk? - Leerlingen krijgen achtergrondinformatie over: Hoe leer je normen en waarden? En wat zijn wettelijke normen en waarden. - Leerlingen gaan aan de slag: welke normen zijn belangrijk in de klas? Zij maken een top drie. Globale tijdsindeling 5 minuten Klassikale introductie 10 minuten Quiz: Hollandse Hufterigheid 25 minuten Klassikale uitleg en opdrachten. 25 minuten Reflectie en afsluiting Benodigdheden Docent: Digibord met geluid, internet / WiFi, Leerlingen: Werkboek Voorbereiding en organisatie Neem de les van tevoren door; Nodig voor de quiz: een zandloper of andere tijdsindicatie. Opdrachten Opdracht 6 Welke waarden kun je bedenken? (bladzijde 23) Opdracht 7 - Welke normen vind jij belangrijk? (bladzijde 24) individueel Opdracht 8 Ongeschreven regels (bladzijde 25) groepsopdracht Opdracht 9 Fatsoensnorm of wettelijke norm? (bladzijde 26) Opdracht 10 Wat vind jij belangrijk? (bladzijde 27) - individueel 25

26 Lesplanning Nr Screen Inhoud & didactische aanwijzingen Tijd 1.a Bekijk het filmpje van SIRE van de campagne de maatschappij, dat ben jij op maatschappij- dat- ben- jij- 4 Vraag: Maak je dit wel eens mee? Wat vond je het meest niet kunnen? Gedraag je jezelf wel eens zo? 1.b De leerdoelen van deze les. 2.a Quiz Hollands Hufterigheid waar erger je je aan in je leefomgeving? 1! Verdeel de klas in groepen (max 5). Bepaal de volgorde van aan de beurt komen. Leg de spelregels uit. Spelregels: - Om de beurt mag een groep raden - Staat hun antwoord erbij? Schrijf t bij het nummer op het bord. Dit team verdient de punten. - Staat het antwoord er niet bij? Beurt overslaan, de volgende groep is aan de beurt. - Alle antwoorden geraden, tel de score op. - Geen antwoorden meer te verzinnen? Onthul ze, kort! Schrijf nummer 1 t/m 10 onder elkaar op het bord, maar nog niet welke ergernis erbij hoort. Schrijf de score erachter. 26

27 k- schuldig- aan- afglijden- maatschappij.html Score: Nr 1: 8 punten Nr 2: 6 punten Nr 3: 4 punten Nr 4 t/m 10: 2 punten Speel de quiz. 2.b Lees de theorie door op bladzijde 23. Normaal betekent letterlijk: volgens de norm. Die normen kunnen verschillen en dus kan normaal ook verschillen. Normaal is ook cultureel bepaald: een boer na het eten laten is bijvoorbeeld in China een compliment voor de kok: het heeft gesmaakt! 10 m. 2.c Normen en waarden Sommige eigenschappen of uitgangspunten vinden we goed en belangrijk. Bijvoorbeeld eerlijkheid, betrouwbaarheid, respect voor anderen. 10 m. Die uitgangspunten noem je waarden. Bij waarden hebben we vaak een vaag beeld. Veel duidelijker zijn de normen die bij die waarden horen. Bij eerlijkheid hoort dat je niet liegt, of nog duidelijker: dat je de barman een seintje geeft als je ziet dat 'ie de helft van je drankjes is vergeten op de rekening te zetten. Laat leerlingen op bladzijde 23 opschrijven wat normen en waarden zijn (in eigen woorden). Normen: Waarden: Gedrag die bij een waarde horen Uitgangspunt van wat ik belangrijk vind 2.d Opdracht 6: (bladzijde 23) Schrijf zoveel mogelijk waarden op. Norm: iets teruggeven (in goede staat) dat je van mij hebt geleend > Waarde : verantwoordelijkheid. Norm: als iemand op straat iets laat vallen, raap je het op. Waarde: behulpzaamheid. Norm: niet vreemd gaan, waarde: trouw. Norm: als de kassière je te veel teruggeeft, zeg je dat. Waarde: eerlijkheid. Norm: ouderen aanspreken met u, Waarde: respect/beleefdheid. 27

28 ! Bedenk ook zelf voorafgaand aan de opdracht een waarde die u belangrijk vindt, bijvoorbeeld communicatie in de klas. 2.e Hoe leer je dat? Normen leren gaat eigenlijk vanzelf. In je opvoeding krijg je vaak te horen hoe het hoort. Soms zeggen ze ook welke waarde erbij hoort, bijvoorbeeld: zeg eens netjes dankjewel, dat is beleefd. Als je je gedraagt volgens de normen en waarden van de groep, word je beloond, met een glimlach, een compliment, waardering. Als je er tegenin gaat, krijg je vaak een negatieve reactie. Zo leer je vanzelf de gedragsregels van de groep. Vraag: Wat vonden jouw opvoeders heel belangrijk? Zijn er bepaalde normen die je van je vrienden hebt overgenomen?! Vertel welke normen vanuit uw opvoeding belangrijk waren. 2.f Laat leerlingen individueel opdracht 7 maken (bladzijde 24). (Zie voor antwoorden ook opdracht 6, slide 2.d)). 10 m. En bespreek kort: - Welke norm hoort bij welke waarde? - Welke waarden heb je meegekregen uit jouw opvoeding? - Welke waarden zou je je kinderen later leren? 2.g Sociaal gedrag is plezierig voor de groep en daardoor krijg je er positieve reacties op. Asociaal gedrag is precies het tegenovergestelde. Je gedraagt je op een manier waar anderen last van hebben. Ze zullen er dan ook niet blij mee zijn. Laat leerlingen nadenken over het eigen gedrag in de afgelopen weken. 28

29 2.h In de wet? Normen en waarden zijn vaak ongeschreven regels. Sommige normen zijn bij wet vastgelegd, dan zijn het dus geen ongeschreven regels meer. Houd je je niet aan zo n wettelijke norm, dan is dit strafbaar. 10 m. Voorbeelden: Krijg je een boete als je je buren niet groet in de lift? Nee. Moet je naar de gevangenis als je iemand uitlacht op straat? Nee. Waarden en normen zijn niet meteen wetten. Maar geluidsoverlast veroorzaken voor je buren of troep op straat gooien, kan je wel een straf opleveren. Sommige dingen doe je gewoon of doe je gewoon niet, andere dingen leveren zo veel overlast of hinder op, dat in de wet is vastgelegd dat het niet mag. Maak opdracht 8 (bladzijde 25) in een groepje van drie of vier leerlingen. 2.i Maak opdracht 9 (bladzijde 26). Van de top 10 ergernissen kijken welke een fatsoensnorm is en welke een wettelijke norm (=strafbaar) is. 10 m. Vernieling van openbaar bezit Afval op straat gooien Geen richting aangeven Hondenpoep Onbeleefd taalgebruik Fietsen zonder licht Voordringen Gebruik van smartphone in gezelschap Bumperkleven Luidruchtig mobiel bellen in het openbaar Fatsoens - norm? x x x x Wettelijke norm? x x x x x x Fatsoensnormen: Buren groeten, iemand niet uitlachen op straat, niet pesten Wettelijke normen: geen geluidsoverlast veroorzaken, wildplassen 29

30 3.a 3.b 3.c Bekijk de foto s en filmpjes en beoordeel of er sprake is van sociaal of asociaal gedrag. Foto 1 dit is asociaal gedrag, de jongen zou moeten opstaan voor de mevrouw met het kinds, zodat zij kan zitten. Het gaat hier over een fatsoensnorm, de jongen krijgt geen boete of straf voor het niet opstaan. Het gedrag lijkt onbewust. Denkt alleen aan zichzelf. Foto 2 hier is het niet zo duidelijk, de jongen met de witte trui neemt wel erg veel ruimte in op de stoep en heeft fuck op zijn sweater, dat zal mensen storen. Hij doet dit misschien bewust om te provoceren. Er is geen wet die dit verbiedt. Filmpje 3 dit is sociaal gedrag, alleen heeft de vrouw in de auto het niet in de gaten. De man kiest bewust voor dit gedrag en is er niet wettelijk toe verplicht. 10 m. 3.d Maak Opdracht 10 op bladzijde 27 van het werkboek. Stemmen: Welke normen zijn voor deze klas belangrijk? 3.e Onze top 3 van normen Welke normen zijn voor deze klas het belangrijkst? We gaan nu zien welke als nummer 1 en 2 zijn geëindigd. 10 m Vraag: Welke waarden horen bij de gekozen normen? Antwoorden: Bij norm 1: geduld, beleefdheid Bij norm 2: trouw Bij norm 3: eerlijkheid, betrouwbaarheid Bij norm 4: vriendelijkheid Bij norm 5: wederkerigheid Bij norm 6: beleefdheid, respect Bij norm 7: vriendelijkheid, zorgzaamheid Bij norm 8: netheid Bij norm 9: respect, beleefdheid Bij norm 10: gehoorzaamheid 4.a Laat enkele leerlingen aan het woord wat ze hebben geantwoord onderaan bladzijde 27: Wat heb je geleerd over jezelf op het gebied van waarden en normen? 30

31 Sociaal maatschappelijke dimensie 1.5 Jij en ik zijn gelijk 100 minuten Leerdoelen De leerling weet dat gelijkheid in artikel 1 van de grondwet is vastgelegd; De leerling kent het verband tussen discriminatie, stereotypen en vooroordelen; De leerling weet dat discriminatie in Nederland verboden is; De leerling wordt zich bewust van eigen stereotypen en vooroordelen. Doorloop - Introductie over de Grondwet, wie weet wat er in staat? - Online stemmen op de vraag wie weet wat er in Artikel 1 staat van de Grondwet. - Leerlingen oriënteren zich op artikel 1 gelijkheid en discriminatie en vooroordelen. - Leerlingen denken na over het verschil tussen vooroordelen en discriminatie. - Naar buiten: oefenen en bewust worden van eigen oordelende gedachten. - Ervaringen delen en afsluiting. Globale tijdsindeling 15 minuten Klassikale introductie 10 minuten Quiz: Hollandse Hufterigheid 25 minuten Klassikale uitleg en opdrachten. 25 minuten Reflectie en afsluiting Benodigdheden Docent: Digibord met geluid, internet / WiFi Leerlingen: werkboek, leerlingen hebben een smartphone, tablet of computer nodig om te stemmen via mentimeter. Stellingen met Mentimeter.com In de les worden de leerlingen geconfronteerd met stellingen waarop zij hun mening kunnen geven. De stellingen vormen ook de basis voor een klassikaal gesprek dat u met de leerlingen aangaat. Peil de onderlinge verschillen en laat de leerlingen argumenteren. U kunt de leerling laten stemmen met hun smartphone of tablet op een simpele en laagdrempelige manier via Het is een stemsysteem dat via internet werkt. Wij hebben de stellingen al voor u klaar gezet! Log in met het account: demaatschappijdatbenjij@gmail.com en het wachtwoord: docent2015. U ziet daar de stellingen klaar staan. Klik op een stelling, en daarna op Start presenting. Mocht er nog een uitslag staan van een collega, dan kunt u op Reset klikken, onderaan de bladzijde. Indien er geen digibord aanwezig is, kunt u de leerlingen schriftelijk hun stem laten uitbrengen en via andere werkvormen hun mening laten geven. Voorbereiding en organisatie Neem de les van tevoren door. Leerlingen moeten voor opdracht 12 naar buiten, deze opdracht kun je ook als huiswerk meegeven. Opdrachten Opdracht 11 Vooroordelen of discriminatie (bladzijde 30 en 31) individueel of duo s Opdracht 12 Observeren: vooroordelen?! (bladzijde 33) kan ook als thuisopdracht 31

32 Lesplanning Nr Screen Inhoud & didactische aanwijzingen Tijd 1.a Vraag: wie weet wat de Grondwet is? Antwoord: het deel van de wet waarin basisrechten zijn vastgelegd Waarom is er een Grondwet? Antwoord: zodat duidelijk is wie welke macht heeft, wat ieders rechten zijn en om de burgers te beschermen tegen de overheid 1.b Kennis testen: Weet jij het? 1.c 1.d Uit onderzoek blijkt dat de meerderheid van de mensen niet weet wat er in artikel 1 staat. %20Grondwet.pdf Vraag 1 (eventueel in Mentimeter): Weet je wat er in artikel 1 van de Grondwet staat? Als je het weet ga je staan. Als je het niet weet, blijf je zitten. Antwoord: Recht op gelijke behandeling Vergelijk de volgende informatie met de uitkomsten van de klas. 52% van uit onderzoek EenVandaag Opiniepanel zegt dit niet te weten. Kennis testen: Weet jij het? Sociaal- maatschappelijk dimensie Vraag 2 (in Mentimeter): Wat staat er volgens jou in artikel 1 van de Grondwet? (% uit onderzoek van EenVandaag) A. Recht op persoonlijke levenssfeer (priv acyrecht) 2% B. Recht op gelijke behandeling (discrimin atieverbod) 48% C. Recht om te stemmen (kiesrecht) 4% D. Recht om actie te voeren (protestrecht) 0% E. Recht op vrijheid van godsdienst 4% F. Recht op vrijheid van meningsuiting 22% G. Weet ik niet 18% 32

33 antwoord= B: Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. oftewel: iedereen is gelijk, discriminatie mag niet Laat leerlingen op bladzijde 28 in het werkboek in hun eigen woorden opschrijven wat artikel 1 inhoud. 1.e Kijken van korte commercial tegen discriminatie ne- uitingen Praat na over het filmpje: heb je wel eens het gevoel (gehad) dat je jezelf moet verstoppen? Kun je een voorbeeld geven? Hoe voelde dat? 1.f Leerdoelen van de les. Laat leerlingen de theorie op bladzijde 28 lezen. 2.a Discriminatie Van alle dingen die we in Nederland belangrijk vinden, is gelijkheid misschien wel het allerbelangrijkst. Het is niet voor niets het eerste artikel in de Grondwet. Discriminatie is het daadwerkelijk anders (nadelig) behandelen van een persoon omdat deze persoon tot een bepaalde groep behoort. Vraag in Werkboek: Welke groepen kunnen bedoeld worden? Het gaat om het benadelen van mensen op basis van hun afkomst, sekse, huidskleur, seksuele voorkeur, leeftijd, religie, handicap of chronische ziekte. Vraag: Heb je je wel eens gediscrimineerd gevoeld? En waarom?! Voorkom dat discriminatie niet alleen op huidskleur of afkomst wordt genoemd! Denk aan jonge tienermoeders, vrouwen, 33

34 leeftijdsdiscriminatie, etc. De discussie graag in breed neerzetten. Achtergrondinformatie U kunt meer achtergrondinformatie verzamelen op of om u voor te bereiden op eventuele vragen. Zoek alvast het dichtstbijzijnde antidiscriminatiebureau op via 2.b Vooroordelen Discriminatie heeft vaak te maken met vooroordelen. Definitie van vooroordelen: Een vooroordeel is een mening over iemand of een groep mensen, die niet op feiten is gebaseerd en vaak niet (volledig) overeenkomt met de werkelijkheid. 2.c Vooroordelen voorbeeld Vraag: Welke ken jij nog meer? Blonde vrouwen zijn dom. Duitsers graven kuilen. Hollanders zijn zuinig. Dikke mensen zijn gezellig. Vrouwen kunnen niet parkeren. Mannen kunnen niets vinden. Vroeger was alles veel beter etc. Leerlingen lezen de theorie en beantwoorden de vragen op bladzijde 29 in het werkboek. 2.d Stereotypen Vooroordelen zijn gebaseerd op stereotypen. Een vooroordeel is een vast beeld (van iets of iemand) dat niet helemaal met de werkelijkheid klopt. Licht toe: Iedereen heeft ze. Het is gewoon te veel om iedereen waar je mee te maken krijgt, goed te leren kennen. Daarom delen we mensen al snel in een hokje in. Dat is op zich niet erg, als we hen maar niet nadelig gaan behandelen! 34

35 2.e Vooroordelen veranderen Een vooroordeel is een oordeel dat voorafgaat aan de feitelijke waarneming. Berust meestal op een gebrek aan kennis. Berust voor een deel op emoties. Vraag: Waarom zijn vooroordelen lastig te veranderen? Antwoord: bijvoorbeeld omdat je weinig in contact zult komen met mensen uit groepen waar je een negatief vooroordeel over hebt. Zo krijg je nooit de kans je beeld bij te stellen. 3.a Opdracht 11 (bladzijde 30 en 31) Vooroordelen of discriminatie. 10 m. De leerlingen bedenken bij elke afbeelding: welk stereotype wordt hier bedoeld, welk vooroordeel zie je en tot welke discriminatie kan dit leiden? Geef de leerlingen ongeveer 10 minuten, overleg in duo s mag. Bespreek de antwoorden klassikaal. De antwoorden: Stereotype Vooroordeel Discriminatie (- gevaar) Vrouwen zijn zorgzaam. Vrouwen en meisjes zijn het meest geschikt voor het huishouden. Vrouwen worden niet aangenomen in mannen- beroepen. Bron: folder intertoys Gehandicapten zijn afhankelijk Gehandicapten kunnen niet veel, zullen wel geen goede baan krijgen Gehandicapten worden niet snel aangenomen op uitdagende functies Bron: janssenspatrick.skynetblogs.be/ta g/vooroordeel Moslims zijn anders dan Moslims zijn, onruststokers tegen anderen Moslims worden buitengesloten 35

1. Sociaal-Maatschappelijke dimensie

1. Sociaal-Maatschappelijke dimensie 1. Sociaal-Maatschappelijke dimensie docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het mbo Versie 3.0 augustus 2016 Aanleiding De samenleving verlangt van de school dat ze de

Nadere informatie

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Groep 8 Les 1. Boeven in beeld Les 1. Boeven in beeld Nationaal Gevangenismuseum Groep 8 120 minuten Samenvatting van de les De les begint met een klassikaal

Nadere informatie

Wie ben jij? HANDLEIDING

Wie ben jij? HANDLEIDING HANDLEIDING Wie ben jij? Korte omschrijving lesactiviteit Iedereen legt vijf vingers op tafel. Om de beurt vertel je iets over jezelf, waarvan je denkt dat het uniek is. Als het inderdaad uniek is, dan

Nadere informatie

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo? Les 1 Wensen & Grenzen Praten over seks... Hoe en hoezo? In deze eerste les wordt het thema 'Seksueel gedrag' geïntroduceerd. Het is aan jou als mentor / docent om te bepalen of de sfeer in de groep veilig

Nadere informatie

Kop. Romp. Lesbrief Seksualiteit Leerjaar 1-Profiel1,2,3

Kop. Romp. Lesbrief Seksualiteit Leerjaar 1-Profiel1,2,3 Lesbrief Seksualiteit Leerjaar 1-Profiel1,2,3 Tijd: 50 minuten Voorbereiding: op www.meerdanliefde.nl is veel informatie te vinden in redelijk eenvoudige taal. Ook in het App Note Mouse draaiboek staan

Nadere informatie

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Bespreek met vakdocenten mogelijkheden om leerlingen in de vaklessen feedback over zichzelf te laten vergaren. Deel Vaardigheid:

Nadere informatie

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie Leerkrachtinformatie (dubbele les) Lesduur: 2 x 50 minuten (klassikaal) Introductie van de activiteit 1. Deze klassikale les bestaat uit twee delen: Voorbereiding Uitvoering voorbereiding Lesduur: 50 minuten

Nadere informatie

WERKVORMEN MAGAZIJN. Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

WERKVORMEN MAGAZIJN. Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo WERKVORMEN MAGAZIJN Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo Voorwoord Voor u heeft u Thema boekje 1 Wat is netwerken? Dit themaboekje is een onderdeel van de lessenserie Netwerken.

Nadere informatie

Project Alcohol 2014

Project Alcohol 2014 Project Alcohol 2014 Naam: Jong geleerd is oud gedaan!!!! Laat je niet Naam: F L s E s E N Klas:!!! 1 Inleiding De carnaval komt eraan. Een feest dat gevierd moet worden. Maar is het feestje van plezier

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar DOELSTELLINGEN Ouders zijn zich ervan bewust dat je altijd en overal communiceert Ouders wisselen ervaringen met elkaar uit over hoe de communicatie met hun pubers verloopt Ouders verwerven meer inzicht

Nadere informatie

De Sociaal maatschappelijke dimensie

De Sociaal maatschappelijke dimensie De Sociaal maatschappelijke dimensie 1.1 Wie ben ik? Niemand is precies gelijk aan jou. Je bent uniek. Alles wat er over jou te vertellen is, bepaalt je identiteit. Dat is wie jij bent. Hoe je eruitziet,

Nadere informatie

BURGERSCHAP. Lesbrief 1: Wat is Burgerschap?

BURGERSCHAP. Lesbrief 1: Wat is Burgerschap? BURGERSCHAP Lesbrief 1: Wat is Burgerschap? WAT GAAN WE VANDAAG DOEN? Introductie en kennismaking Absenties Module, Boeken, methoden en andere dingen Lesbrief 1: WAT IS BURGERSCHAP? Afsluiting INTRODUCTIE

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam: Wereldgodsdiensten Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum Naam: Inhoudsopgave Inleiding Schema Beoordeling Deel 1 Test jezelf! Deel 2 Kies je onderwerp en aan de slag! Deel 3 Het ervaren

Nadere informatie

200 JAAR STATEN-GENERAAL

200 JAAR STATEN-GENERAAL 200 JAAR STATEN-GENERAAL NOVEMBER 2015 - POLITIEK IN PRAKTIJK #7 WAT HEB JE NODIG Knipblad met jaartallen (gekleurd papier) Knipblad met foto s/uitleg (wit papier) Magneetjes + magneetbord Uitgeknipte

Nadere informatie

Kies 2. Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS PETRI BENSCHOP MENNO BEEKHUIZEN MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT

Kies 2. Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS PETRI BENSCHOP MENNO BEEKHUIZEN MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT Kies 2 Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS PETRI BENSCHOP MENNO BEEKHUIZEN MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT Heb je een leeshandicap en wil je dit boek in een toegankelijke leesvorm, bel dan Dedicon: 0486-486486,

Nadere informatie

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Leeftijd: 12-16 jaar Tijdsduur: 1 uur Doelen - De jongeren denken na over de betekenis van de muur tussen Israël en de Palestijnse gebieden in het dagelijks

Nadere informatie

Voor de paboopleider. Werkvorm 9: voor de opleider (1) Reageren op discriminatie

Voor de paboopleider. Werkvorm 9: voor de opleider (1) Reageren op discriminatie Werkvorm 9: voor de opleider (1) Hoe kun je reageren op discriminatie op school? Iedereen in het onderwijs krijgt er vroeg of laat mee te maken: vooroordelen en discriminatie. Het is zaak om hier goed

Nadere informatie

Lesvoorbereiding Leef! Sociaal-emotionele vaardigheden klas 3-4

Lesvoorbereiding Leef! Sociaal-emotionele vaardigheden klas 3-4 Lesvoorbereiding Leef! Sociaal-emotionele vaardigheden klas 3-4 Hoofdstuk Vaardigheid: Leerdoel: 1 Geluk Weten wat geluk is en dit kunnen omschrijven De leerling kan: zijn definitie van geluk geven; feiten

Nadere informatie

Reflectiegesprekken met kinderen

Reflectiegesprekken met kinderen Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen

Nadere informatie

Stelling Wanneer een man met een ander geloof, of zonder geloof, in de synagoge komt, moet ook hij een keppeltje opzetten.

Stelling Wanneer een man met een ander geloof, of zonder geloof, in de synagoge komt, moet ook hij een keppeltje opzetten. Opdracht Bespreek met je klas deze stellingen. Dit kan met alle leerlingen tegelijkertijd of jullie kunnen in groepjes antwoord geven, deze opschrijven en ze kort presenteren voor de klas. Bedenk in ieder

Nadere informatie

Museum De Buitenplaats Kijken is een kunst

Museum De Buitenplaats Kijken is een kunst Museum De Buitenplaats Kijken is een kunst Groep 5 Les 1 Ik en mijn selfie Les 1 Ik en mijn selfie Samenvatting van de les De kinderen kijken naar een selectie portretten waaronder selfies. Ze analyseren

Nadere informatie

Wat is burgerschap? Een inleiding

Wat is burgerschap? Een inleiding Wat is burgerschap? Een inleiding Dhr. C.G.R. Ledes Wat gaan we doen? Introductie & kennismaken Absenties opnemen Afspraken maken Verwachtingen en planning van deze periode Wat is burgerschap? - opdracht

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

PeerEducatie Handboek voor Peers

PeerEducatie Handboek voor Peers PeerEducatie Handboek voor Peers Handboek voor Peers 1 Colofon PeerEducatie Handboek voor Peers december 2007 Work-Wise Dit is een uitgave van: Work-Wise info@work-wise.nl www.work-wise.nl Contactpersoon:

Nadere informatie

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt Instructie 1 De relatie met je cliënt Heb jij je voelsprieten uitstaan? Met behulp van dit werkblad onderzoek je of je je voelsprieten hebt uitstaan naar de cliënt. Kies een cliënt en vul met die cliënt

Nadere informatie

Introductie. Onzichtbaar op internet. GEMAAKT DOOR: Redactie i-respect. ONDERWERP: Communiceren. DOEL: Spelen met identiteit

Introductie. Onzichtbaar op internet. GEMAAKT DOOR: Redactie i-respect. ONDERWERP: Communiceren. DOEL: Spelen met identiteit Onzichtbaar op internet introductie GEMAAKT DOOR: Redactie i-respect ONDERWERP: Communiceren DOEL: Spelen met identiteit DOELGROEP: 13-14 jaar, onderbouw voortgezet onderwijs KORTE BESCHRIJVING: Deze les

Nadere informatie

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding Inleiding De checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F is ontwikkeld voor leerlingen die moeten leren schrijven op 2F. In deze handleiding wordt toegelicht

Nadere informatie

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze. 2015 Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze. 2015 Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou! DEEL 1 1 WERKBOEK 5 Eigen keuze Inhoud 2 1. Hoe zit het met je keuzes? 3 2. Hoe stap je uit je automatische piloot? 7 3. Juiste keuzes maken doe je met 3 vragen 9 4. Vervolg & afronding 11 1. Hoe zit het

Nadere informatie

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Inleiding De checklist Gesprek voeren 2F is ontwikkeld voor leerlingen die een gesprek moeten kunnen voeren op 2F. In deze handleiding wordt toegelicht hoe de

Nadere informatie

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht I Lichamelijke ontwikkeling en zelfbeeld Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen worden zich meer bewust van eigen talenten en eigenschappen en ontwikkelen een positief zelfbeeld. Kinderen kunnen

Nadere informatie

Vooroordelen, waar komen die vandaan?

Vooroordelen, waar komen die vandaan? HANDLEIDING Vooroordelen, waar komen die vandaan? Korte omschrijving werkvorm Vooroordelen, iedereen heeft ze, maar waarom eigenlijk? En wanneer is het erg, wanneer hebben jij of anderen er last van? Met

Nadere informatie

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - - Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills 21st Century Skill Jouw talent Vaardigheden Gedragsindicatoren J L Ik weet wat ik wil Ik weet wat ik kan Ik ga na waarom iets mij interesseert

Nadere informatie

Ik-Wijzer Naam: Sander Geleynse Datum: 27 januari 2016

Ik-Wijzer Naam: Sander Geleynse Datum: 27 januari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Jouw uitslag... 4 Pagina 2 van 8 1. Inleiding Hallo Sander, Dit is de uitslag van jouw Ik-Wijzer. Hierin staat wat jij belangrijk vindt en wat je minder belangrijk vindt.

Nadere informatie

Seksuele diversiteit bespreekbaar maken in je klas:

Seksuele diversiteit bespreekbaar maken in je klas: Seksuele diversiteit bespreekbaar maken in je klas: Inleiding: Hieronder vind je vier verschillende werkvormen die je in je klas kunt gebruiken om seksuele diversiteit bespreekbaar te maken. Uiteraard

Nadere informatie

Speak up! Wat is JA en wat NEE?

Speak up! Wat is JA en wat NEE? Les 3 Speak up! Wat is JA en wat NEE? Deze derde les gaat over het leren inzien en uitspreken van je wensen en grenzen bij intimiteit en seks. Hoe zorg je dat het leuk is en blijft? Het belangrijkste daarbij

Nadere informatie

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Teken een architect. Lees het volgende verhaal: Teken een architect Lees het volgende verhaal: Een architect heeft een hele dag nagedacht over een nieuwe brug die gebouwd moet worden. Via de brug moet het verkeer, ook zware vrachtwagens, over een brede

Nadere informatie

(1 m.) Klassikale aftrap Docent stelt jou als gastdocent voor

(1 m.) Klassikale aftrap Docent stelt jou als gastdocent voor (1 m.) Klassikale aftrap Docent stelt jou als gastdocent voor Beschrijving (ter info voor gastdocent) Deze gastles gaat over je leefstijl en welk soort uitgavenpatroon de leerling heeft. Ben je je bewust

Nadere informatie

Trainershandleiding Brugklas Bikkels. Inkijkexemplaar

Trainershandleiding Brugklas Bikkels. Inkijkexemplaar Trainershandleiding Brugklas Bikkels versie 2014 Inhoudsopgave Introductie Organiseer je training Praktische tips De werkmap Powerpoint presentatie Ouderbrieven Draaiboek Bijeenkomst 1 Bijeenkomst 2 Bijeenkomst

Nadere informatie

Lessenserie over Taal & Respect. Klas 1 - VMBO

Lessenserie over Taal & Respect. Klas 1 - VMBO Lessenserie over Taal & Respect Klas 1 - VMBO Hallo, In deze lessenserie ga je samen met je klasgenoten en je docent nadenken over de effecten van grof taalgebruik en het respectvol omgaan met de ander.

Nadere informatie

Integratie. Wat weten we over nieuwkomers? 3 VMBO. docentenhandleiding

Integratie. Wat weten we over nieuwkomers? 3 VMBO. docentenhandleiding Integratie Wat weten we over nieuwkomers? 3 VMBO docentenhandleiding Colofon Deze lessen zijn gemaakt in opdracht van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Realisatie: Codename Future: www.codenamefuture.nl

Nadere informatie

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg Op vijf bladzijden in het werkboek wordt de medewerking van de ouders of verzorgers van de leerlingen gevraagd.

Nadere informatie

Socialisatie & Seksualiteit

Socialisatie & Seksualiteit levensbeschouwing & maatschappij M A V O 3 katern 5 Socialisatie & Seksualiteit naam cluster maartenscollege groningen / haren MAVO 3 KATERN 5 2010 2011 levensbeschouwing & maatschappij: socialisatie &

Nadere informatie

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben Ik ben wie ik ben Naam: Lisa Westerman Inhoudsopgave Inleiding... 3 De uitslag van Lisa Westerman... 7 Toelichting aandachtspunten en leerdoelen... 8 Tot slot... 9 Pagina 2 van 9 Inleiding Hallo Lisa,

Nadere informatie

Algemene inleiding. Maak het onbespreekbare bespreekbaar met Jouw Stad in de Klas

Algemene inleiding. Maak het onbespreekbare bespreekbaar met Jouw Stad in de Klas Thema Overgewicht 1 Algemene inleiding Maak het onbespreekbare bespreekbaar met Jouw Stad in de Klas Het lespakket 'Overgewicht' bestaat uit 4 lessen en iedere les duurt ongeveer een uur. Het doel is om

Nadere informatie

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les 8 Inhoud 1 Eenzaam De Soms ben je alleen en vind je dat fijn. Als alleen zijn niet prettig aanvoelt, als je niet in je eentje wilt zijn, dan voel je je eenzaam. In deze leren de leerlingen het verschil

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Romp. Lesbrief Identiteit, Imago en Profiel. Kop

Romp. Lesbrief Identiteit, Imago en Profiel. Kop Lesbrief Identiteit, Imago en Profiel Tijd: 55 60 minuten Leerjaar 1-Profiel1,2,3 Kop Introductie Wie ben jij online? Introduceer het onderwerp kort: Wie ben jij online? Bijna iedereen heeft een of meerdere

Nadere informatie

Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie.

Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie. Dit is een digitale voorbeeldversie van de opdrachten voor de leerlingen. Mail naar kiesvaardig@lerenkiezen.nl voor de originele versie. Via dit mailadres kunt u ook informatie aanvragen over de docentenhandleiding

Nadere informatie

Seksualiteit: Grenzen en Wensen

Seksualiteit: Grenzen en Wensen IJBURGCOLLEGE.NL Seksualiteit: Grenzen en Wensen Leerlingen handleiding Michiel Kroon Lieve leerling, Het is belangrijk om op een open en goede manier over seks te kunnen praten. De lessenserie die in

Nadere informatie

Werkvormen: Basis 6.1 Kwaliteiten van een vriend Reflectie Subgroepen 30 min 6.2 Hyves-profiel Reflectie Subgroepen (digi) 20 min.

Werkvormen: Basis 6.1 Kwaliteiten van een vriend Reflectie Subgroepen 30 min 6.2 Hyves-profiel Reflectie Subgroepen (digi) 20 min. Les 6: Gezocht: een vriend Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen weten wat ze belangrijk vinden in een vriendschap; Kinderen kunnen een aantal kenmerken en voorwaarden benoemen waar een vriendschap aan moet

Nadere informatie

Workshop C Waarom is stemmen belangrijk en hoe maak ik mijn keuze?

Workshop C Waarom is stemmen belangrijk en hoe maak ik mijn keuze? Workshop C Waarom is stemmen belangrijk en hoe maak ik mijn keuze? Workshop C Waarom is stemmen belangrijk en hoe maak ik mijn keuze? Korte omschrijving workshop In deze workshop ontdekken de deelnemers

Nadere informatie

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie Op acht bladzijden in het werkboek wordt de medewerking van de ouders of verzorgers van de leerlingen gevraagd. Wanneer de werkboeken

Nadere informatie

Introductie. Lesinstructie. Lesinstructie. Leerdoelen. Introductie. Opzet. Bronnen

Introductie. Lesinstructie. Lesinstructie. Leerdoelen. Introductie. Opzet. Bronnen Introductie Introductie Gamen, Hyven, informatie zoeken, filmpjes kijken, muziek luisteren, spullen kopen of verkopen. Internetten doen we allemaal. Soms voor de lol, soms serieus, soms thuis, soms op

Nadere informatie

Discriminatie? Niet in onze school!

Discriminatie? Niet in onze school! Discriminatie? Niet in onze school! voorlichting, training, lesmateriaal en advies voortgezet onderwijs Hé homo, doe s normaal! Uitsluiten, uitschelden en pesten horen niet bij een school waar leerlingen

Nadere informatie

Persoonlijke competenties Sociale competenties Leer (school) competenties

Persoonlijke competenties Sociale competenties Leer (school) competenties Reader TOP-dagen 2014-2015 In het onderwijs is het steeds vanzelfsprekender dat je ieder jaar meer kunt en weet. Je bent druk bezig met het leren van de vakken. Maar je ontwikkelt ook competenties. In

Nadere informatie

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Netwerkthermometer DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Wat is De Netwerkthermometer De Netwerkthermometer is een test. Een test om een gedegen beeld te krijgen van hoe je zelf aan kijkt tegen je

Nadere informatie

Werkboek Het is mijn leven

Werkboek Het is mijn leven Werkboek Het is mijn leven Het is mijn leven Een werkboek voor jongeren die zelf willen kiezen in hun leven. Vul dit werkboek in met mensen die je vertrouwt, bespreek het met mensen die om je geven. Er

Nadere informatie

Wie ben jij & wie ben ik?

Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding Wie ben jij & wie ben ik? Groep 6 t/m 8 Beste docent, Wat leuk dat u met uw groep binnenkort naar Museum Catharijneconvent komt om deel te nemen aan het programma Wie ben jij & wie

Nadere informatie

Les 17 Zo zeg je dat (niet)

Les 17 Zo zeg je dat (niet) Blok 3 We hebben oor voor elkaar les 17 Les 17 Zo zeg je dat (niet) Doel blok 3: Leskern: Woordenschat: Materialen: Leerlingen leren belangrijke communicatieve vaardigheden, zoals verplaatsen in het gezichtspunt

Nadere informatie

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN E-blog HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN In talent & groei Het is belangrijk om je talent goed onder woorden te kunnen brengen. Je krijgt daardoor meer kans om het werk te

Nadere informatie

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Zonder dat we het door hebben worden we steeds asocialer. Dit

Nadere informatie

Tijd: 8:30. Klas: 3HVc 9:10. Beginsituatie Leerlingen hebben week hiervoor toets seksualiteit gehad (zie paper 1)

Tijd: 8:30. Klas: 3HVc 9:10. Beginsituatie Leerlingen hebben week hiervoor toets seksualiteit gehad (zie paper 1) Lesplan les 1 Seksualiteit: Grenzen en Wensen Tijd: 8:30 Klas: 3HVc Aantal lln: 15 Introductie van de lessenserie: grenzen en wensen Beginsituatie Leerlingen hebben week hiervoor toets seksualiteit gehad

Nadere informatie

leer-actief werkboek Naam: www.leer-actief.nl 1

leer-actief werkboek Naam: www.leer-actief.nl 1 leer-actief werkboek Naam: www.leer-actief.nl 1 actief leren WWW.leer-actief.nl Dit is Wybo. Wybo was vroeger een heel gewoon jongetje, maar hij was wel erg lui. En dat...werd zijn redding. Hij had nooit

Nadere informatie

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen. Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen. Leerstijlentest van David Kolb Mensen, scholieren dus ook, verschillen nogal in de wijze waarop ze leren. Voor

Nadere informatie

Vooroordelen, waar komen die vandaan?

Vooroordelen, waar komen die vandaan? HANDLEIDING Vooroordelen, waar komen die vandaan? Korte omschrijving werkvorm Vooroordelen, iedereen heeft ze, maar waarom eigenlijk? En wanneer is het erg, wanneer heb jij of hebben anderen er last van?

Nadere informatie

Integratie. Wat weten we over nieuwkomers? Docentenhandleiding

Integratie. Wat weten we over nieuwkomers? Docentenhandleiding Integratie Wat weten we over nieuwkomers? 3 HAVO-VWO Docentenhandleiding Colofon Deze lessen zijn gemaakt in opdracht van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Realisatie: Codename Future: www.codenamefuture.nl

Nadere informatie

Wat wil jij worden? Docentenhandleiding. Juni 2018 Spirit4you.

Wat wil jij worden? Docentenhandleiding. Juni 2018 Spirit4you. Wat wil jij worden? Docentenhandleiding Juni 2018 Spirit4you www.bekijkjetoekomstnu.nl Inhoudsopgave Deel 1 Algemene informatie Waarom deze opdrachtkaarten? Voor wie? Algemene lesdoelen Opbouw Taalniveau

Nadere informatie

Dia 1 Introductie max. 2 minuten!

Dia 1 Introductie max. 2 minuten! 1 Dia 1 Introductie max. 2 minuten! Vertel: Deze les gaat vooral over het gebruik van sociale media. Maar: wat weten jullie eigenlijk zelf al over sociale media? Laat de leerlingen in maximaal een minuut

Nadere informatie

IK WIL ZELF BESLISSEN

IK WIL ZELF BESLISSEN IK WIL ZELF BESLISSEN De Vloer Op Jr. in de klas Leeftijd: 9-12 jaar, 13-15 jaar Niveau: bovenbouw basisonderwijs, onderbouw voortgezet onderwijs Tijd: 1 uur en 20 min Benodigdheden: beamer of digibord,

Nadere informatie

Benodigdheden: A. Inleiding: kringgesprek 15 minuten.

Benodigdheden: A. Inleiding: kringgesprek 15 minuten. Handleiding Groep Les Thema Wat zie je en wat vind je ervan? Weet wat je ziet Welkom bij de eerste les van het Nationaal Media paspoort voor uw groep! De kinderen (en u als leerkracht) worden zich in deze

Nadere informatie

Benodigdheden: A. Inleiding: voorbeeld 5 minuten. B. Spel: wat klopt wel, wat klopt niet? 15 minuten.

Benodigdheden: A. Inleiding: voorbeeld 5 minuten. B. Spel: wat klopt wel, wat klopt niet? 15 minuten. Handleiding Groep 2 Les Thema Wat klopt wel en wat klopt niet? Weet wat je ziet Om mediabeelden goed op hun betrouwbaarheid te kunnen beoordelen is het belangrijk onderscheid te maken tussen feit en fictie.

Nadere informatie

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6 Lesbrief nr 1 voor Groep 5 + 6 1 / 2016 + Download deze lesbrief ook op samsam.net Wat is Samsam Junior? Samsam Junior is een cross-mediale methode over mondiaal burgerschap, kinder rechten en duurzaamheid.

Nadere informatie

Een goede vangst! Een goede vangst 2014 - http://omwb.braintrigger.nl

Een goede vangst! Een goede vangst 2014 - http://omwb.braintrigger.nl Een goede vangst! Om fijn te leven maak je veel gebruik van energie. Bijvoorbeeld om eten te koken, of om te spelen met een spelcomputer. Maar ook om het huis te verwarmen of jezelf te vervoeren. Voor

Nadere informatie

Jongens & meisjes, snap jij het?

Jongens & meisjes, snap jij het? Les 2 Jongens & meisjes, snap jij het? We gaan het hebben over seksuele wensen en -grenzen. Wat de één normaal vindt om te doen, kan voor de ander verre van normaal zijn. Dat wordt ook bepaald door wat

Nadere informatie

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben Ik ben wie ik ben Naam: Johan Vosbergen Inhoudsopgave Inleiding... 3 De uitslag van Johan Vosbergen... 7 Toelichting aandachtspunten en leerdoelen... 8 Tot slot... 9 Pagina 2 van 9 Inleiding Hallo Johan,

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus 2015 2. Politiek- Juridische dimensie

docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus 2015 2. Politiek- Juridische dimensie docentenhandleiding De maatschappij dat ben JIJ Methode burgerschap voor het MBO Versie 2.0 augustus 2015 2. Politiek- Juridische dimensie 1 Aanleiding De samenleving verlangt van de school dat ze de jongeren

Nadere informatie

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen.

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen. Theoreasy de theorie is eenvoudig. Je gaat ontdekken dat het nemen van verantwoordelijkheid voor je eigen denken en doen dé sleutel is tot a beautiful way of life. Als je nog steeds hoopt dat oplossingen

Nadere informatie

Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8

Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8 Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief - Thema s in het boek - Lesopzet - Doel van de les - Uitwerking - Bijlage: opdrachtenblad Thema s

Nadere informatie

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach Instructieboek Koken Voor de Mpower-coach juni 2014 Mpower-coach Instructieboek Versie 1.2014 blz. 2 Inhoud: Inhoudsopgave blz. 3 Mpower-coach blz. 5 Thema koken : blz. 7 Module 0: Beginnen met koken blz.

Nadere informatie

Instructie: Landenspel light

Instructie: Landenspel light Instructie: Landenspel light Korte omschrijving werkvorm In dit onderdeel vormen groepjes leerlingen de regeringen van verschillende landen. Ieder groepje moet uiteindelijk twee werkbladen (dus twee landen)

Nadere informatie

Lesbrief. Introductie

Lesbrief. Introductie Lesbrief Introductie Deze lesbrief hoort bij Lieve Stine, weet jij het? van Stine Jensen en Sverre Fredriksen. Dit boek bestaat uit 20 brieven en antwoorden van filosoof Stine. Deze lesbrief bestaat uit

Nadere informatie

Pubers opvoeden. Veranderingen in de puberteit

Pubers opvoeden. Veranderingen in de puberteit Pubers opvoeden Pubers opvoeden De puberteit is de ontwikkelingsfase tussen 10 en 18 jaar. Maar die puberteit is er natuurlijk niet opeens. Vanaf ongeveer 9 jaar kan je al merken dat kinderen beginnen

Nadere informatie

Doorlopende leerlijn naar thema Nationaal Media Paspoort. Nationale Academie voor Media en Maatschappij

Doorlopende leerlijn naar thema Nationaal Media Paspoort. Nationale Academie voor Media en Maatschappij Doorlopende leerlijn naar thema Nationaal Media Paspoort 1 THEMA 1. Weet wat je ziet Alles wat je ziet in de media is door iemand met bepaalde bedoeling gemaakt. Deze producent wordt door allerlei dingen

Nadere informatie

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN Dit thema is opgesplitst in drie delen; gevoelens, ruilen en familie. De kinderen gaan eerst aan de slag met gevoelens. Ze leren omgaan met de gevoelens van anderen. Daarna

Nadere informatie

Criteria. Ervaren op school

Criteria. Ervaren op school Criteria Sector vmbo basis vmbo kader / theoretisch havo / vwo mbo niveau 1-2 mbo niveau 3-4 Fase van de opleiding begin van de opleiding tijdens de opleiding einde van de opleiding Loopbaancompetentie

Nadere informatie

Oudercursus: Mijn kind op het voortgezet onderwijs, wat nu? Docenten handleiding. Programma Oudercursus VO. Bijeenkomst 1

Oudercursus: Mijn kind op het voortgezet onderwijs, wat nu? Docenten handleiding. Programma Oudercursus VO. Bijeenkomst 1 Oudercursus: Mijn kind op het voortgezet onderwijs, wat nu? Docenten handleiding Programma Oudercursus VO Bijeenkomst 1 - Naar het VO, wat verandert er allemaal voor kind en ouder? - Wederzijdse verwachtingen

Nadere informatie

Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol

Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol Voor groep 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief Thema s in het boek Lesopzet Doel van de les Uitwerking Bijlage: opdrachtenblad Thema s in het boek

Nadere informatie

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over, 3F Wat is vriendschap? 1 Iedereen heeft vrienden, iedereen vindt het hebben van vrienden van groot belang. Maar als we proberen uit te leggen wat vriendschap precies is staan we al snel met de mond vol

Nadere informatie

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Voor jezelf? Les 1 Welkom! Voor jezelf? Les 1 Welkom! Welkom! Dit is de cursus Voor jezelf? Wil je voor jezelf beginnen? Droom je ervan een eigen bedrijfje te starten? Zou je dit ook kunnen? In deze cursus ga je dit onderzoeken.

Nadere informatie

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity Basisonderwijs Versie 22 mei 2018 INHOUD Inleiding... 2 Tijdsverloop... 2 Quiz: Waar gaat de gemeente over?... 3 Filmpje Hoe werkt de gemeenteraad?... 6 Wie is de baas in de gemeente?... 7 Van probleem

Nadere informatie

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen. - Schrijf je op een juiste manier in meervoud. - Gebruik je hoofdletters op een

Nadere informatie

Workshop Tweede Kamerverkiezingen

Workshop Tweede Kamerverkiezingen Workshop Tweede Kamerverkiezingen Korte omschrijving workshop In deze workshop leren de deelnemers wat de Tweede Kamer doet, hoe ze moeten stemmen en op welke partijen ze kunnen stemmen. De workshop bestaat

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen

Tekst lezen en vragen stellen 1. Lees de uitleg. Tekst lezen en vragen stellen Als je een tekst leest, kunnen er allerlei vragen bij je opkomen. Bijvoorbeeld: Welke leerwegen zijn er binnen het vmbo? Waarom moet je kritisch zijn bij

Nadere informatie