CABA + CMFB Agendapunt: CABA 3

Transcriptie

1 CABA + CMFB Agendapunt: CABA 3 CMFB 3 BESLUITENLIJST VAN DE GECOMBINEERDE VERGADERING VAN DE COMMISSIES ALGEMEEN BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN EN MIDDELEN EN FINANCIEEL BELEID GEHOUDEN OP 22 FEBRUARI 2011 OM UUR IN HET WATERSCHAPSHUIS TE SITTARD Aanwezige commissieleden: de dames A.M.C. Nusteling en E.H.M. Vanderheijden-Knops, alsmede de heren M.A.T.M. Bouts A.P. Resoort, W.L. Uitterhoeve, G.J.O.W. Vanhommerig en G.J.H.M. Wagemans - de heer J.J. Schrijen (voorzitter commissie ABA) - de heer R.L.M. Sleijpen (voorzitter commissie MFB) - de heer C.H.J.M. Lebens (plv. voorzitter commissie MFB) - mevrouw M.H.M.G. Leenders-Stassen (adjunct-directeur) - de heer R.Th.B. Drummen (secretaris wnd. commissie ABA) - de heer P.M.C. Daelmans (secretaris wnd. commissie MFB) - de heer W.C.G. Fiddelaers (hoofd unit Waterschapsheffingen) - de heer H.J. Winteraeken (senior beleidsadviseur) - de heer E.H.G.M. Wijnands (senior medewerker bestuursondersteuning/verslaglegging) Aanwezig als toehoorder: Mevrouw F.M.M.U. Wijnen-Kivit NR ONDERWERP BEKNOPTE WEERGAVE BESPROKENE/OVERWEGINGEN ACTIE ADVIES/BESLUIT 1 Opening, mededelingen en vaststelling agenda 2 Oprichting Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (GR BsGW) De voorzitter opent om uur de vergadering en heet allen welkom. Met de voorliggende agenda wordt ingestemd. De heer Resoort spreekt zijn waardering uit voor de voorliggende stukken. Hij heeft enkele vragen: Waarom treedt HDSR nu nog niet toe tot de nieuwe gemeenschappelijke regeling? Hoe zit het met de ingangsdatum van de nieuwe gemeenschappelijke regeling? De voorliggende stukken zijn daarover niet helder. Positief. Aangelegenheid ter besluitvorming agenderen voor de ABvergadering van 1 maart /WIJ 1/7

2 Hoe staat het met deelname van andere gemeenten dan de gemeente Venlo? Wat is de stand van zaken? Hebben de problemen rond het nieuwe belastingsysteem TAX-i geen gevolgen voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling? Waarom is het bedrag van de financiële reserve van de nieuwe gemeenschappelijke regeling bepaald op ? De heer Uitterhoeve stelt aansluitend de navolgende vragen: De voordelen van de nieuwe gemeenschappelijke regeling zijn voor de drie partijen samen berekend op 1,2 miljoen. Is dat een inschatting of een hard gegeven? Stel dat er iets misgaat met de nieuwe gemeenschappelijke regeling, zijn partijen dan samen verantwoordelijk? Mevrouw Nusteling vraagt om een nadere toelichting op de volgende vragen: Hoe zit het met de waardering van onroerend goed? Wat is de bedoeling? Is ICT een risico? Bijvoorbeeld hacken. En zo ja: in hoeverre? Wat is de optimale maat voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling? Hoe zit het met de omvang van het DB van de nieuwe gemeenschappelijke regeling? Waarom is er een risicoreserve noodzakelijk? De heer Vanhommerig is van mening dat partijen vooral de vinger aan de pols moeten houden voor wat betreft het nieuwe belastingsysteem TAX-i. Mevrouw Wijnen-Kivit vraagt of er geen problemen worden verwacht van Gedeputeerde Staten met betrekking tot de goedkeuring van de nieuwe gemeenschappelijke regeling en meer met name met betrekking tot de terugwerkende kracht /WIJ 2/7

3 De heer Bouts merkt op dat de voorliggende stukken helder zijn. Wel zou hij graag vernemen, waar de nieuwe gemeenschappelijke regeling gevestigd wordt en voor hoe lang. Is daarover iets geregeld? Is er een huurverplichting bij WBL? Verder is ook de heer Bouts van mening dat partijen de vinger aan de pols moeten houden voor wat betreft het nieuwe belastingsysteem TAXi teneinde te voorkomen dat partijen straks met hoge kosten worden geconfronteerd (afnameverplichting en dubbele kosten). Tenslotte merkt de heer Bouts op, dat hij geen voorstander is van het storten van een bedrag van in de risicoreserve van de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Spreker is van mening dat met het afgeven van een bankgarantie of een garantstelling kan worden volstaan, zodat het waterschap de middelen in kas houdt. Door de heren Schrijen, Lebens, Sleijpen en Fiddelaers wordt vervolgens gereageerd op de gestelde vragen c.q. de geplaatste kanttekeningen: Momenteel is er nog steeds sprake van een dienstverleningsovereenkomst met het HDSR. Er loop wel een business case op basis waarvan een besluit omtrent toetreding tot de nieuwe gemeenschappelijke regeling zal worden genomen door zowel het HDSR als de gemeente Utrecht. De nieuwe gemeenschappelijke regeling zal juridisch ingaan per 1 april 2011 en dus niet met terugwerkende kracht. Wel functioneert een en ander sinds 1 januari 2011 al alsof de nieuwe gemeenschappelijke regeling er is. In economische zin is er dus wel sprake van terugwerkende kracht tot 1 januari Dit zal in het aan het algemeen bestuur voor te leggen waterschapsblad worden toegelicht. Op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen is een gemeenschappelijke regeling tussen waterschappen onderling aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten onderhevig /WIJ 3/7

4 Een gemeenschappelijke regeling tussen waterschappen en gemeenten is daarentegen niet aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten onderworpen. Meer concreet betekent dit, dat de nieuwe gemeenschappelijke regeling BsGW niet aan goedkeuring is onderworpen, maar het besluit tot wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Waterschapsbedrijf Limburg wel. Problemen worden niet verwacht. Voor wat betreft de deelname van andere gemeenten zijn er al veel contacten gelegd. Meest concreet is de interesse van de gemeenten Beek, Beesel, Bergen, Nederweert en Weert. Zij wachten echter op heldere financiële gegevens op basis waarvan zij besluiten kunnen nemen. Daarom is het noodzakelijk dat eerst de nieuwe gemeenschappelijke regeling wordt opgericht. Verder is er concrete interesse van HDSR en de gemeente Utrecht. Een optimale maat voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling is moeilijk te noemen. Het instappen van inliggende gemeenten in de werkgebieden van WRO, WPM en HDSR is in dit verband veel gemakkelijker dan het instappen van andere waterschappen. Als andere waterschappen instappen, moet veel werk worden verzet om de gegevensbestanden up-to-date te krijgen. Voor wat betreft het nieuwe belastingsysteem TAX-i hebben de waterschappen al in 2009 schriftelijk kenbaar gemaakt aan welke eisen het nieuwe belastingsysteem moet voldoen, voordat zij het nieuwe systeem gaan gebruiken. De BsGW neemt de door de waterschappen gemaakte afspraken in principe gewoon over. De nieuwe gemeenschappelijke regeling maakt voorlopig echter gewoon gebruik van het huidige belastingsysteem. Mocht TAX-i mislukken of kost het meer geld dan het huidige systeem, dan zal de gemeente Venlo daaraan niet meebetalen. De voordelen van de nieuwe gemeenschappelijke regeling bedragen ruim 1,2 miljoen en zijn een gevolg van de hogere raming opbrengst vervolgingskosten en van een doorgevoerd kostenreductieprogramma. Daarnaast is taakstellend vastgelegd dat er geen inflatiecorrectie zal mogen plaatsvinden /WIJ 4/7

5 Voor wat betreft de vorming van een risicoreserve geldt, dat de BsGW een gewone overheidsinstelling is, met normale risico s. Er zijn enkele onzekerheden die zijn geanalyseerd en zijn becijferd op een bedrag van Dit bedrag zal alleen worden aangewend als de exploitatie van de BsGW een tekort vertoont. Wordt gekozen voor het werken met een bankgarantie, dan moet in geval van tekorten door de individuele deelnemers worden bijbetaald. In het aan het algemeen bestuur voor te leggen waterschapsblad zullen de 'voors' en 'tegens' van enerzijds de vorming van een risicoreserve en anderzijds het afgeven van een bankgarantie zoals door de heer Bouts bepleit, op de rij worden gezet. Het is de bedoeling om op termijn ook de WOZ-taxaties over te nemen en ook de bezwarenbehandeling in dat verband. Voor Venlo is dit feitelijk al het geval. De WOZ-taxaties vormen de basis van de totstandkoming van de voor de gemeenschappelijke regeling zo belangrijke database. ICT wordt niet gezien als een reëel risico voor de bedrijfsvoering van de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Verder wordt er alles aan gedaan om ICT zoveel mogelijk te beveiligen. In de afgelopen 7 jaar hebben zich nog nimmer problemen voorgedaan. Voor wat betreft de bestuurssamenstelling zal het AB van de nieuwe gemeenschappelijke regeling bij de start bestaan uit 3 x 2 leden. Dit aantal kan uitgroeien tot 6 x 2 leden. Zodra de 7 e deelnemer toetreedt, zal het AB bestaan uit evenveel leden als dat er deelnemers zijn. Ingeval van 7 deelnemers zal het AB dus bestaan uit 7 leden. Het DB zal bij de start bestaan uit 3 leden, welk aantal bij het uitgroeien van de gemeenschappelijke regeling kan uitgroeien tot maximaal 5 leden. De vestigingsplaats van de nieuwe gemeenschappelijke regeling is Roermond. Er is inmiddels een huurcontract voor langere termijn in voorbereiding /WIJ 5/7

6 Naar aanleiding van de beantwoording van de gestelde vragen, vraagt de heer Resoort om bij Het Waterschapshuis goed de vinger aan de pols te houden met betrekking tot TAX-i. De heer Sleijpen zegt hierop toe, dat het AB regelmatig op de hoogte zal worden gehouden van de ontwikkelingen. Uiteraard voor zover dat kan met het oog op eventuele juridische procedures. De voorzitter zegt dat via Het Waterschapshuis ook al een aantal goede producten is gerealiseerd. Hij zegt toe dat een overzicht daarvan aan het AB zal worden toegezonden. Op een vraag hierover van de heer Vanhommerig deelt de heer Lebens nog mee, dat de unit Waterschapsheffingen heeft meegedaan aan een pilot met betrekking tot geautomatiseerde kwijtschelding. De resultaten van deze pilot worden momenteel geëvalueerd, waarna een en ander aan de waterschapsbesturen zal worden voorgelegd. Naar verwachting zal dat in het najaar van 2011 zijn. Desgevraagd door de voorzitter, laten alle aanwezige commissieleden weten dat de onderhavige aangelegenheid ter besluitvorming kan worden geagendeerd voor de (reguliere) AB-vergadering van 1 maart Rondvraag en sluiting De heer Resoort vraagt om de herinrichting Centraal Plateau een keer in het AB toe te lichten, hetgeen door de voorzitter wordt toegezegd. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter onder dankzegging voor de geleverde inbreng om uur de vergadering /WIJ 6/7

7 Aldus vastgesteld in de vergadering van de commissie Algemeen Bestuurlijke Aangelegenheden van 29 maart De secretaris wnd., De voorzitter, R.Th.B. Drummen J.J. Schrijen Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de commissie Middelen en Financieel Beleid van 29 maart De secretaris wnd., De voorzitter, P.M.C. Daelmans R.L.M. Sleijpen /WIJ 7/7