GEBED OM EENHEID Thema: Dorst Voorgangers: Paul Bergmans en Bart Starreveld mmv het oecumenisch Seniorenkoor o.l.v.

Transcriptie

1 WELKOM GEBED OM EENHEID Thema: Dorst Voorgangers: Paul Bergmans en Bart Starreveld mmv het oecumenisch Seniorenkoor o.l.v. Willem Blonk

2 Openingslied: Dit is een morgen als ooit de eerste 2

3 3

4

5 Oecumenisch vieren Votum en Groet Kyrie V Omdat wij vaak doof zijn voor de nood en ellende van een ander mens, zijn roep om hulp niet horen; omdat wij geroepen worden bij onze naam, vragen wij elkaar om vergeving, en bidden wij A Heer, ontferm U over ons

6 V Omdat we vaak onze stem niet verheffen tegen onrecht liever in onze schulp kruipen; omdat we te vaak onze woorden maar inslikken vragen wij elkaar vandaag om vergeving en bidden wij, A Christus, ontferm U over ons V Omdat wij wel zien, maar niet horen, wel zien, maar onze mond niet open doen, vergeven wij elkaar; en vragen elkaar om vergeving en bidden wij: A Heer, ontferm U over ons

7 Gloria: Laat ons de Heer lof zingen Allen 1a

8 2

9 Koor 2a

10 3

11 Allen 3a

12 4

13 Koor 4a

14 5

15 Allen 5a

16

17 Dienst van het Woord Gebed Bericht uit de wijk

18 1e lezing: Psalm 119: vertaling Bijbel in Gewone Taal 17. Heer, wees goed voor mij Dan zal ik leven, en doen wat u zegt. 18. Help mij om te zien hoe machtig uw wet is 19. Ik weet niet hoe ik moet leven. Help mij dus met uw wetten. 20. Elke dag verlang ik ernaar om te weten wat goed en eerlijk is. 21. Het zal verkeerd aflopen met mensen die niet aan uw wetten denken. Mensen die denken dat ze zelf alles weten, zult u straffen. 22. Heer, laat niemand kwaad over mij spreken, want ik leef volgens uw regels. 23. Ik blijf altijd aan uw wetten denken, ook al willen machtige mensen mij kwaad doen. 24. Ik ben blij met uw woorden Want daardoor weet ik hoe ik moet leven.

19 The Kingdom of God is justice and peace (Taizé) The king - dom of God is jus tice and peace and joy The king - dom of God is jus tice and peace and joy Come,king Lord, and o is- pen the gates of The - dom of God jus inticeus and peace and joy in the Ho-ly Spi - rit in yhe Ho-ly Spi - rit your king Spi - dom in yhe Ho-ly - rit The Het koninkrijk van God is gerechtigheid, vrede en vreugde in de Heilige Geest Kom, Heer, open in ons de poorten van uw Koninkrijk.

20 2e Lezing naar Johannes 4: gesprek bij de bron Ik was een paar dagen geleden bij de waterput om water te halen. Ik was alleen, op het heetst van de dag. Ik heb nooit zoveel zin in kletspraatjes en op dat tijdstip komt er toch nooit iemand. Maar er bleek een man bij de put te zitten. Hij zag er niet uit. Wit van het stof, uitgeput, ziek van de hitte. Hij was joods, dat zag ik meteen en ik dacht: hij zal wel niets van mij willen drinken. Want joden willen geen water aannemen, ze willen niet eens mijn emmertje gebruiken, want stel je voor, een Samaritaanse! Ik wind me er niet meer over op, hoor. Het kan me niet schelen dat ze vies van me zijn.

21 Die man bij de put over wie ik het had, zei opeens: Geef me wat te drinken. Ik zweer het bij de bron van Jacob. Nou, wat doe je dan? Dan geef je hem water. Meer dan hij kan opdrinken en genoeg om zijn handen en voeten mee af te koelen. Ik kon het niet laten om te zeggen: Tsjongejonge, dat u mij om water vraagt. Toen vroeg hij: Hoezo? Is dorst geen dorst? Heeft een jood geen dorst? Ik zei: Dat wel, maar ik ben een Samaritaanse, hoor. Ik kom uit Sichar, de stad van de dronkenlappen. Toen zei hij: Nou dan weet jij wel wat dorst is. Wanneer jij dorst naar iets zou hebben en je zou het mij vragen, dan zou je levend water van me krijgen, zoveel je maar wilt.

22 Ik ben niet gek, hoor, dus ik zei: hoe moet dat dan, u hebt niet eens een emmer! Waar wou u dat levende water dan vandaan halen? Bent u soms beter dan onze stamvader Jacob die deze put heeft gegraven? Wat mankeert er aan ons water? Hij lachte en zei: Ik zeg toch niets over deze put? Maar als je van dit water drinkt, krijg je na een poosje weer dorst of niet soms? Wie het water drinkt dat ik geef, krijgt nooit meer dorst. Mijn bron is onuitputtelijk. Daar moest ik om grinniken en ik zei: Geef mij daar dan maar van, dat scheelt een hoop werk. Een onuitputtelijke bron. Laat zien!

23 Toen zei hij: misschien wil je man er ook wel van, ga hem maar halen. Ik vertelde dat ik geen man heb, maar daar schrok hij niet van. Het leek wel of hij dat al wist. Ben je soms een soort profeet? vroeg ik. Vertel eens. Ken jij God goed? Is het waar dat je alleen maar goed kunt bidden in Jeruzalem waar de tempel staat? Wij bidden hier op onze berg. Gelden die gebeden eigenlijk wel? Toen vertelde hij over God en ik begon het te begrijpen. God is als een mantel om je heen, als water voor de dorst. En het maakt Hem niet uit waar je vandaan komt, of je een Jood bent of niet. Hij leek op God, vond ik. Toen zijn vrienden kwamen, ben ik weggegaan. Ik heb mijn kruik laten staan. Iedereen die dat wilde, vertelde ik van hem en ik heb ze naar hem toegebracht. Hij is nog twee dagen bij ons gebleven, daarna is hij weggegaan, maar we hebben het nog steeds over hem. Hij is onvergetelijk!

24 Acclamatie Verkondiging

25

26 Lied tijdens het vullen van de Bron Couplet 1 en 2: Koor 1. Bij de Jakobsbron stond ik dorstig in de zon op het middaguur der schaamte. Waar Hij, vreemd genoeg, mij, een vrouw, om water vroeg, mij, Samaritaanse. 2. Als je wist, sprak Hij, van Gods gave, jij zou mij nu om levend water vragen. Water dat Ik geef lest je dorst zolang je leeft, laaft je alle dagen. refrein

27 Allen 3

28 Couplet 3 en 4: Koor 3. Als een springfontein zal dit water in je zijn, de vervulling van verlangen. Kruik, wat klink je hol, met je buik van leegte vol. Breek om te ontvangen. 4. Meer dan Jakob, Gij die uw bron ontsluit voor mij, laat uw zegeningen stromen, Christus die mij drenkt en mij levend water schenkt, laat mij tot U komen. refrein

29 Allen

30 Geloofsbelijdenis V: Ik geloof in de God van het leven, die vreugde vindt in ieder mensenkind. Die als een herder zoekt totdat Hij de verlorenen heeft gevonden. Die zorgzaam is, die oog heeft voor het kleine, die zijn kinderen trouw is. Allen:

31 Allen: Ik geloof in Jezus, Gods Zoon, die mij laat zien wie God is. In zijn blijdschap om mensen die Hij weer op hun voeten zet, gaat de hemel open, is er uitzicht, ook voor mijn kleinheid. V:

32 V: Ik geloof in de Geest van God, die zich op het onverwachte moment openbaart in de vreugde van mensen die meeleven met een nieuw begin, met hervonden kansen van anderen. Ik geloof dat die Geest zich ook in mij kan openbaren. Allen:

33 Allen: Ik geloof in de gemeenschap van mensen die zichzelf inzetten met al hun kracht voor het goede in de wereld en voor hun naasten in nood; die het leven met anderen vieren in dankbaarheid aan de God van het leven. Amen

34 Dienst van de Tafel Inzameling van de gaven: 1e collecte voor de diaconie met als bestemming de BuurtBron 2e collecte voor de kerken van Open Hof

35 Tijdens de collecten zingt het koor: Alles was ihr tut van C.C. Dedekind ( ). Doe alles wat u in woord of daad verricht in de naam van de Heer Jezus, God de Vader dankend door Hem (Kolossenzen 3 : 17). O God, gever van alle gaven en oorsprong van al goede, van wie wij alle zegen ontvangen en die ons rust geeft, wij bidden U door Jezus Christus om al het goede. Ach, Heer, waaraan zal men het eerste denken? Er zijn zelfs te veel wonderen. Zo veel als U kan niemand geven en aan Uw ontferming komt geen einde. Geef ons toch door Jezus Christus al het goede.

36 Afkondiging overlijden

37 Voorbeden: Acclamatie:

38 Dankgebed: Voorganger: Heer, onze God, hoe wonderlijk zijn de wegen die U met ons gaat. U geeft ons een naam en roept ons op om mens te worden, elke dag die ons gegeven is. U roept ons op om te zoeken naar de liefde, die zijn begin bij U vindt. Allen: Wij danken U dat U vanaf het begin van ons leven met ons optrekt en tot elkaar brengt, ons van vreemden tot vrienden maakt.

39 Voorganger: Wij danken U dat u ons voorgaat en het licht wil zijn, onderweg van woestijn naar een land waar verkwikkend water is en brood voor iedereen, zoals de profeten ons beloofd hebben. U maakt immers geen onderscheid; aan uw tafel is plaats voor alle rassen en talen. Allen: Wij danken u dat U Jezus, de man van Nazareth aan ons gegeven hebt. Hij vergezelt ons en brengt ons op het spoor van Uw verhaal met de mensen. Hij heeft de schriften voor ons open gelegd en laat ons ook vandaag zien dat leven delen is.

40 Voorganger: Wij danken U dat hij zichzelf gegeven heeft voor het ware geluk van de mensen, met de bedoeling dat ook wij zullen leven. Zoals Uw Zoon ons voorhoudt, willen we oog hebben voor wie verloren loopt, vernederd is, en zich eenzaam voelt. Wij bereiden hen een plaats aan tafel en delen met hen de aarde. Allen: Laat zijn geest ons maken tot getuigen van trouw aan de mensen. Dat wij het leven liefhebben en de aarde maken tot een nieuw land, waar het brood gebroken wordt tot voedsel voor iedereen, waar mensen en volken elkaar de vredeshand reiken en waar het duister van de dood verdwijnt.

41 Voorganger: Het eten van het brood dat wij nu zegenen zal ons bemoedigen om te doen wat Hij gedaan heeft: elkaar in liefde en respect barmhartigheid bewijzen. Laat daartoe Uw Geest over ons komen zodat we oprecht kunnen bidden met de woorden die Jezus ons gegeven heeft.

42 Oecumenisch onze Vader (allen) Onze Vader in de hemel, laat uw naam geheiligd worden, laat uw koninkrijk komen en uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel. Geef ons vandaag het brood dat wij nodig hebben. Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij hebben vergeven wie ons iets schuldig was. En breng ons niet in beproeving, maar red ons uit de greep van het kwaad. Want aan u behoort het koningschap, de macht en de majesteit tot in eeuwigheid. Amen.

43 Gebed om vrede Delen van brood en water Het koor zingt: Bron van leven tekst Anneke van Wijngaarden muziek Willem Blonk Mozes uit Egypte, diep in de woestijn, Zoekt naar water, zoekt naar stromend water. Bij de berg de Horeb zal de Heer er zijn. refrein Blindgeboren mens, ogen open, kijk! Zie de bron van leven, binnen handbereik. Vrouw uit Samaria, niemand ziet haar staan, dorst naar water, dorst naar levend water. Bij de bron van Jacob ziet de Heer haar aan. refrein

44 Lied: voor mensen die naamloos 1a

45 2

46 2a

47 3

48 3a

49 4

50 4a

51

52 Mededelingen Slotgebed

53 Slotlied: Ga met God en Hij zal met je zijn (LB 416) 1a

54 2

55 2a

56 3

57 3a

58 4

59 4a

60

61 Zegen en wegzending De Zegen van de God van Sara en van Abraham, de zegen van de Zoon uit Maria geboren, de zegen van de heilige Geest die over ons waakt als een moeder over haar kinderen zij met ons allen. Amen