Power Systems. Voorbereiding van de installatielocatie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Power Systems. Voorbereiding van de installatielocatie"

Transcriptie

1 Power Systems Voorbereiding van de installatielocatie

2

3 Power Systems Voorbereiding van de installatielocatie

4 Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften op pagina v, Kennisgevingen op pagina 87, de handleiding IBM Systems Safety Notices, G en de IBM Environmental Notices and User Guide, Z Deze uitgave is van toepassing op IBM Power Systems-servers die zijn uitgerust met een POWER7-processor en op alle bijbehorende modellen. Copyright IBM Nederland B.V. 2012, Copyright IBM Corporation 2012, 2013.

5 Inhoudsopgave Veiligheidsvoorschriften v Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning Locatie kiezen Toegang Statische elektriciteit en weerstand van de vloer Ruimtevereisten Constructie en belasting van de vloer Verhoogde vloeren Geleidingsverontreiniging Bekabeling bovenshoofds Indeling computerruimte Trillingen en schokken Verlichting Akoestiek Elektromagnetische compatibiliteit Locatie computerruimte Beveiliging van materiaal en gegevensopslag Noodplanning voor continue werking Algemene informatie over energie Kwaliteit van de energie Beperkingen voor voltage en frequentie Netspanning Voedingsbron Configuraties voor installatie met dubbele voedingsbron Installatie met dubbele voedingsbron: Redundant distributiepaneel en schakelkast Installatie met dubbele voedingsbron: Redundant distributiepaneel Enkelvoudig distributiepaneel: Dubbele stroomonderbrekers Bepalen van de airconditioning Algemene richtlijnen voor computercentra Ontwerpcriteria voor de omgeving Waarnemingsapparatuur temperatuur en luchtvochtigheid Verplaatsing en tijdelijke opslag Acclimatisatie Luchtdistributie van systeem Planning voor de installatie van warmtewisselaars voor de achterklep Specificaties van de warmtewisselaar Prestaties van de warmtewisselaar Waterspecificaties voor de secundaire koelingslus Watertoevoerspecificaties voor secundaire lussen Indeling en mechanische installatie Overzicht van de installatie van de warmtewisselaar Overzicht van het vullen en leegmaken van de warmtewisselaar Planning voor warmtewisselaars in een omgeving met een verhoogde vloer Planning voor warmtewisselaars in een omgeving zonder een verhoogde vloer Informatie over onderdelen en service voor secundairee koeling Leverancier van diverse onderdelen Leverancier van services Leveranciers van koelingseenheden (CDU's) Installatie en ondersteuning van aanbiedingen van IBM Integrated Technology Services Planning voor communicatie Kennisgevingen Merken Elektronische emissie Copyright IBM Corp. 2012, 2013 iii

6 Kennisgevingen Klasse A Kennisgevingen Klasse B Voorwaarden en bepalingen iv Voorbereiding van de installatielocatie

7 Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften kunnen overal in deze handleiding voorkomen: v Kennisgevingen van het type GEVAAR vragen aandacht voor een situatie die levensgevaarlijk of extreem gevaarlijk is voor personen. v Kennisgevingen van het type WAARSCHUWING vragen aandacht voor een situatie die gevaarlijk is voor personen vanwege bepaalde omstandigheden. v Kennisgevingen van het type Attentie geven aan dat er schade kan ontstaan aan een programma, een apparaat of gegevens. Wereldwijde veiligheidsinformatie In sommige landen is vereist dat de veiligheidsvoorschriften in de publicaties bij een product worden aangeboden in de taal of talen van dat land. Indien deze eis in uw land geldt, zijn er veiligheidsvoorschriften opgenomen in het publicatiepakket (bijvoorbeeld in de gedrukte documentatie, op de DVD of als onderdeel van het product) dat bij het product wordt geleverd. De documentatie bevat veiligheidsvoorschriften in uw taal, met verwijzingen naar de Engelse bron waaruit ze afkomstig zijn. Voordat u een Engelstalige publicatie gebruikt voor het installeren, gebruiken of onderhouden van dit product, dient u zich eerst op de hoogte te stellen van de bijbehorende veiligheidsvoorschriften in de documentatie. Raadpleeg de documentatie ook als u de veiligheidsvoorschriften in de Engelstalige publicaties niet geheel begrijpt. Vervangende of extra exemplaren van de documentatie met veiligheidsvoorschriften kunt u verkrijgen door te bellen met de IBM Hotline op Duitse veiligheidsinformatie Das Produkt ist nicht für den Einsatz an Bildschirmarbeitsplätzen im Sinne 2 der Bildschirmarbeitsverordnung geeignet. Veiligheidsinformatie voor lasers IBM -servers kunnen gebruik maken van I/O-kaarten of -voorziening die werken met glasvezel in combinatie met lasers of LED's. Laserproducten IBM-servers kunnen geïnstalleerd zijn binnen of buiten een rek voor IT-apparatuur. Copyright IBM Corp. 2012, 2013 v

8 Gevaar! Als u aan of in de buurt van het systeem werkt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen in acht: Elektrische spanning en stroom van lichtnet-, telefoon- en communicatiekabels is gevaarlijk. Ter voorkoming van een elektrische schok: v Sluit deze eenheid uitsluitend met behulp van het door IBM geleverde voedingssnoer aan op de voedingsbron. Gebruik het door IBM verstrekte snoer niet voor andere producten. v Maak de voedingseenheid niet open en voer er geen onderhoud aan uit. v Sluit tijdens onweer geen kabels aan en voer tijdens onweer geen installatie-, onderhouds- of configuratiewerkzaamheden aan dit product uit. v Mogelijk is het product uitgerust met meerdere voedingssnoeren. Om alle gevaarlijke voltages te verwijderen, dient u alle voedingssnoeren los te koppelen. v Sluit alle netsnoeren aan op correct bedrade en geaarde stopcontacten. Controleer of de stopcontacten een spanning en een fasefrequentie hebben die overeenkomt met hetgeen staat vermeld op het plaatje voor elektrische vereisten. v Sluit alle apparatuur die op dit product wordt aangesloten aan op correct bedrade stopcontacten. v Koppel en ontkoppel signaalkabels indien mogelijk met één hand. v Zet nooit apparatuur aan wanneer u sporen van vuur, water of fysieke beschadigingen ziet. v Ontkoppel de aangesloten netsnoeren, telecommunicatiesystemen, netwerken en modems voordat u kleppen van de apparatuur opent, tenzij anders aangegeven in de installatie- en configuratieprocedures. v Bij het installeren of verplaatsen van dit product of het openen van kleppen van dit product of aangesloten apparatuur dient u alle kabels aan te sluiten en te ontkoppelen zoals is aangegeven in de onderstaande tabel. Ontkoppelen: 1. Zet alles uit (tenzij anders aangegeven). 2. Haal de stekkers uit het stopcontact. 3. Ontkoppel de signaalkabels van de aansluitingen. 4. Ontkoppel alle kabels van de apparaten. Aansluiten: 1. Zet alles uit (tenzij anders aangegeven). 2. Sluit alle kabels aan op de apparaten. 3. Sluit de signaalkabels aan op de aansluitingen. 4. Steek de stekkers in het stopcontact. 5. Zet de apparaten aan. (D005) Gevaar! vi Voorbereiding van de installatielocatie

9 Neem bij het werken aan of in de buurt van IT-reksystemen de volgende voorzorgsmaatregelen in acht: v Zware apparatuur - Onjuiste behandeling kan leiden tot lichamelijk letsel of schade aan de apparatuur. v Plaats de hoogteverstellingen van de rekbehuizing altijd in de laagste positie. v Installeer de stabilisatiebeugels altijd op het rek. v Om gevaarlijke situaties ten gevolge van ongelijke belasting te voorkomen, dient u de zwaarste apparatuur altijd zo laag mogelijk in de rekbehuizing te installeren. Begin de installatie van servers en optionele apparaten vanaf de onderkant van de rekbehuizing. v In een rek geïnstalleerde apparaten mogen niet worden gebruikt als planken of werkruimten. Plaats geen voorwerpen op apparaten die in een rek zijn geïnstalleerd. v Vanuit elke rekbehuizing kan meer dan één netsnoer zijn aangesloten op een stopcontact. Als u tijdens het uitvoeren van onderhoud instructie krijgt om de stekker uit het stopcontact te halen, dient u te controleren of u alle stekkers van de apparaten in de rekbehuizing uit het stopcontact hebt gehaald. v De apparatuur in een rekbehuizing mag uitsluitend worden aangesloten op stroomvoorzieningsapparatuur die zich in dezelfde rekbehuizing bevindt. Sluit nooit het netsnoer van een apparaat in een rekbehuizing aan op een stroomvoorzieningsapparaat in een andere rekbehuizing. v Bij gebruik van een stopcontact met onjuiste bedrading kunnen de metalen gedeelten van het systeem, of van apparaten die op het systeem zijn aangesloten, onder een gevaarlijke spanning komen te staan. Het is de verantwoordelijkheid van de klant om ervoor te zorgen dat de bedrading en de aarding van het stopcontact in orde zijn, zodat elk risico van een elektrische schok wordt vermeden. WAARSCHUWING v Installeer geen station in een rek als de interne temperatuur in het rek hoger zal zijn dan de door de fabrikant aanbevolen temperatuur voor alle in het rek gemonteerde apparaten. v Installeer een eenheid niet in een rek als de luchtcirculatie belemmerd is. Let erop dat de luchtstroom aan de zij-, boven- en onderkant niet geblokkeerd raakt of gehinderd wordt. v Er dient aandacht te worden besteed aan de aansluiting van de apparatuur aan het voedingscircuit, zodat overbelasting van de circuits niet leidt tot aantasting van de bekabeling van de voeding of de overbelastingsbeveiliging. Voor de juiste voedingsaansluiting van het rek raadpleegt u de labels op de apparaatuur in het rek. v (Voor schuifladen.) Trek geen lades of voorzieningen uit het rek en installeer ook geen lades of voorzieningen in het rek zolang de stabilisators niet aan het rek zijn bevestigd. Schuif niet meer dan één lade tegelijk uit. Het rek kan instabiel worden als er meerdere lades tegelijk worden uitgeschoven. v (Voor vaste laden.) Deze lade zit vast en mag niet worden verplaatst voor onderhoud, tenzij anders aangegeven door de fabrikant. Wanneer wordt geprobeerd de lade geheel of gedeeltelijk uit het rek te trekken, kan het rek instabiel worden of kan de lade uit het rek vallen. (R001) Veiligheidsvoorschriften vii

10 Let op! Het verwijderen van componenten uit de bovenste posities van de rekbehuizing bevordert de stabiliteit van het rek tijdens het verplaatsen ervan. Volg de onderstaande richtlijnen als u een gevulde rekbehuizing binnen een kamer of een gebouw wilt verplaatsen. v Haal apparatuur die kan worden verwijderd uit de rekbehuizing, beginnend vanaf de bovenkant. Herstel de configuratie van de rekbehuizing indien mogelijk naar de configuratie waarin u de rekbehuizing hebt ontvangen. Als u niet weet hoe die configuratie was, houd u dan aan het volgende: Verwijder alle apparaten uit positie 32U en hoger. Controleer of de zwaarste apparatuur zo laag mogelijk in de rekbehuizing is geplaatst. Controleer of er zich geen lege U-niveaus bevinden tussen apparaten die zijn geïnstalleerd onder niveau 32U. v Als de rekbehuizing die u verplaatst onderdeel is van een groep van rekbehuizingen, maakt u de rekbehuizing los van de groep. v Bekijk van tevoren de route waarlangs u de rekbehuizing wilt verplaatsen en verwijder eventuele obstakels of items die anderszins gevaar kunnen opleveren. v Controleer of de route die u hebt gekozen geschikt is om het gewicht van de gevulde rekbehuizing te dragen. Raadpleeg de documentatie bij uw rekbehuizing voor het gewicht van een gevulde rekbehuizing. v Controleer of alle deuropeningen ten minste 2030 mm hoog en 760 mm breed zijn.. v Zorg ervoor dat alle apparatuur in het rek en alle bijbehorende laden, planken, kleppen en kabels goed vastzitten. v Zorg dat de vier opvulstukken in de hoogste positie staan. v Zorg dat er tijdens het verplaatsen geen stabilisatiesteun is geïnstalleerd in de rekbehuizing. v Zorg dat er in de route geen hellingen van meer dan 10 graden voorkomen. v Wanneer de rekbehuizing op de nieuwe locatie is gearriveerd, doet u het volgende: Breng de vier hoogteverstellingen omlaag. Stabiliseer de rekbehuizing met de bijgeleverde steunen. Als u apparaten uit de rekbehuizing hebt verwijderd, vult u de rekbehuizing weer, beginnend vanaf de onderste positie. v Als de verplaatsing over grote afstand is, herstelt u de configuratie van de rekbehuizing naar de configuratie waarin u de rekbehuizing hebt ontvangen. Verpak de rekbehuizing in het originele verpakkingsmateriaal of gelijkwaardig materiaal. Breng ook de hoogteverstellingen naar beneden zodat de zwenkwielen het pallet niet meer raken en schroef de rekbehuizing vast aan het pallet. (R002) (L001) (L002) viii Voorbereiding van de installatielocatie

11 (L003) of Alle laserproducten voldoen in de Verenigde Staten aan de vereisten van de Code of Federal Regulations (DHHS 21 CFR) van het Department of Health and Human Services 21, Subchapter J voor klasse 1 laserproducten. In de rest van de wereld voldoen de lasers aan IEC voor laserproducten van klasse 1. Controleer het label van alle onderdelen van de laser voor certificeringsnummers en goedkeuringsgegevens. Let op! Dit product kan een of meer van de volgende onderdelen bevatten: CD-ROM, DVD-ROM, DVD-RAM of lasermodule. Dit zijn klasse 1 laserproducten. Houd rekening met het volgende: v Verwijder de kappen niet. Als u de kappen van het laserproduct opent, kunt u worden blootgesteld aan gevaarlijke laserstraling. In het apparaat bevinden zich geen onderdelen die kunnen worden vervangen. v Het wijzigen van instellingen of het uitvoeren van procedures anders dan hier is beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling. (C026) Veiligheidsvoorschriften ix

12 Let op! In omgevingen voor gegevensverwerking kan apparatuur voorkomen die gegevens over systeemverbindingen verzenden met lasermodules die werken met een hoger vermogen dan Klasse 1. Kijk daarom nooit in het uiteinde van de glasvezelkabel of de geopende aansluiting. (C027) Let op! Dit product bevat een laser van Klasse 1M. Vermijd direct oogcontact met optische instrumenten. (C028) Let op! Bepaalde laserproducten bevatten een ingebouwde laserdiode van categorie 3A of 3B. Houd daarbij rekening met het volgende: laserstraling indien geopend. Kijk niet in de laserstraal en vermijd direct contact met de laserstraal. (C030) Let op! De batterij bevat lithium. Ter voorkoming van een mogelijke explosie dient u de batterij niet bloot te stellen aan open vuur of op te laden. Houd u aan het volgende: v Vermijd contact van de batterij met water. v Verhit de batterij niet tot meer dan 100 C v Probeer de batterij niet te herstellen of uit elkaar te halen. U dient de batterij alleen te vervangen door een door IBM exemplaar. Lever gebruikte batterijen in bij een inzamelpunt voor klein chemisch afval (KCA). In de Verenigde Staten hanteert IBM een proces voor het inzamelen van dergelijke batterijen. Bel voor informatie. Zorg dat u het IBMonderdeelnummer van de batterij bij de hand hebt wanneer u belt. (C003) Gegevens over stroomvoorziening en bekabeling voor NEBS (Network Equipment- Building System) GR-1089-CORE De volgende opmerkingen gelden voor IBM-servers waarvoor is aangegeven dat ze voldoen aan NEBS (Network Equipment-Building System) GR-1089-CORE: De apparatuur is geschikt voor installatie op de volgende locaties: v Faciliteiten voor telecommunicatienetwerken v Locaties waar de NEC (National Electrical Code) van toepassing is De poorten van deze apparatuur die binnenshuis aanwezig zijn, zijn alleen geschikt voor verbindingen binnen gebouwen of met niet-blootliggende bedrading of bekabeling. De poorten van deze apparatuur die binnenshuis zijn, mogen niet via metalen verbindingen zijn verbonden met de interfaces die zijn aangesloten op de OSP (outside plant, installatie buitenshuis) of de bedrading ervan. Deze interfaces zijn uitsluitend ontworpen voor gebruik binnenshuis (type 2- of type 4-poorten zoals beschreven in GR CORE) en ze vereisen isolatie van blootliggende OSP-bekabeling. Toevoeging van primaire beschermingselementen biedt onvoldoende bescherming om deze interfaces via metaalverbindingen aan te sluiten op OSP-bedrading. Opmerking: Alle Ethernet-kabels moeten afgeschermd en aan beide kanten geaard zijn. Voor het systeem met wisselspanning zijn geen externe SPD's (surge protection devices, beschermingselementen tegen spanningspieken) vereist. Het gelijkstroomsysteem maakt gebruik van een ontwerp met geïsoleerde DC-retour (DC-I). De retouraansluiting van de DC-batterij mag niet worden verbonden met het chassis of de aarding van het frame. x Voorbereiding van de installatielocatie

13 Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning Dit onderwerp bevat nuttige informatie over de voorbereiding van uw locatie voordat de server wordt afgeleverd en geïnstalleerd. Locatie kiezen Het kiezen van een locatie voor IT-apparatuur is de eerste overweging bij het plannen en voorbereiden van de installatie. Bepaal of er een nieuwe locatie moet worden gebouwd of dat een bestaande locatie moet worden aangepast. Deze sectie bevat specifieke gegevens over de vereisten voor de bouwlocatie, structuur en ruimte voor huidige en toekomstige vereisten. Voorzieningen Er moeten voldoende energie- en communicatiefaciliteiten beschikbaar voor de werking van de server. Als deze niet voldoende beschikbaar zijn, neemt u contact op met het nutsbedrijf om te bepalen of er extra voorzieningen kunnen worden gerealiseerd. Blootstelling aan gevaren Vervuiling, overstromingen, radio- of radarstoringen en gevaren die worden veroorzaakt door nabijgelegen bedrijven kunnen problemen veroorzaken voor IT-apparatuur en vastgelegde media. Elke aanwijzing van een mogelijk gevaar op dit gebied moet worden herkend en in de planning van de installatie worden opgenomen. Toegang Bepaal een toegangsroute van het laadperron naar de gegevensverwerkingsruimte voordat de server wordt geleverd. Een voorafgaande controle van het gebouw zal aantonen of het gebouw voldoende toegankelijk is om servers en benodigdheden af te leveren. Een smal steegje, een smalle deuropening of een moeilijk toegankelijke plaats waar de server moet worden afgeleverd, kunnen een obstakel vormen voor het installeren van de server. Het laadperron, de gangen en liften moeten groot genoeg zijn voor grote, zware ondersteuningsapparaten voor gegevensverwerking, zoals airconditioning-apparatuur. Toegangsroute Bepaal een toegangsroute van het laadperron naar de gegevensverwerkingsruimte. Een nauwe steeg (is te smal voor een vrachtwagen), een deuropening die smalle is dan 92 cm, een doorgangshoogte die lager is dan 204 cmof een moeilijk toegankelijke plaats waar de server moet worden afgeleverd, kunnen een obstakel voor aflevering vormen. Als de hoogte van de laadklep en de hoogte van het laadperron niet met elkaar overeenkomen, mag de hoek waaronder de server wordt uitgeladen niet te groot zijn, anders zou het machineframe kunnen kantelen als het frame van de laadklep naar het laadperron wordt verplaatst. Op uw locatie moeten hellingen van gangen naar computerruimtes voldoen aan de ADA (American Disabilities Acts). De ADA-regels schrijven voor dat de helling een verhouding van 1:12 moet hebben. Voor elke centimeter verticale hoogte van de verhoogde vloer moet de helling 12 centimeter lang zijn. Voorbeeld: als de verhoogde vloer 30 centimeter hoog is, moet de helling ongeveer 3,7 meter lang zijn. De hellingen moeten ook sterk genoeg zijn om het gewicht van de server te kunnen dragen als deze via de helling wordt verplaatst. De gangen en deuren moeten breed en hoog genoeg zijn voor de server en er Copyright IBM Corp. 2012,

14 moet voldoende ruimte zijn om de server te kunnen draaien. Er moet voldoende afstand tot buizen en leidingen aan het plafond zijn om computerapparatuur, airconditioners en elektrische apparatuur te verplaatsen. De meeste standaardpersonenliften zijn berekend op 1134 kg. Bepaalde IT-apparatuur en de meeste apparatuur voor de infrastructuur van de locatie zoals airconditioningsapparaten kunnen zwaarder zijn dan 1134 kg. Toegang tot een vrachtlift met een minimumbelasting van 1587 kg. Evalueer de toegangsroute van het laadperron naar de computerruimte om problemen met het verplaatsen van frames te voorkomen. U kunt een maquette maken om de toegangsroute te controleren op hoogte, lengte en breedte. Huur gekwalificeerde experts in als er speciale handelingen moeten worden verricht om de server van het laadperron naar de computerruimte te verplaatsen. Omdat de dynamische ladingen van rollende frames groter is dan de statische lading van stilstaande frames, moet de vloer worden beschermd als de server wordt afgeleverd. Het is ook belangrijk om naar de belasting per wiel te kijken. Sommige vloeren zijn niet bestand tegen de kracht die wordt uitgeoefend door de wielen van de zwaardere systemen. De belasting per wiel kan voor sommige servers bijvoorbeeld 455 kg zijn. Hierdoor kunnen sommige vloeren beschadigd raken. Het is ook belangrijk om de verhoogde vloer te beschermen tegen schade als u servers verschuift of processors in de computerruimte verplaatst. Een triplexplank van 10 mm biedt voldoende bescherming. Voor sommige zwaardere servers is het raadzaam om zwaarder materiaal te gebruiken. Triplex kan te zacht zijn voor de zwaardere servers. Levering en transport van de apparatuur Gevaar! Zware apparatuur kan lichamelijk letsel veroorzaken en de apparatuur kan bij verkeerd gebruik beschadigd raken. (D006) U dient de locatie voor te bereiden voor het nieuwe product, aan de hand van de geleverde planningsinformatie voor installatie en hierbij geïnstalleerd door een IBM Installation Planning Representative (IPR) of een door IBM geautoriseerde serviceprovider. Voorafgaand aan de levering van de apparatuur moet de installatielocatie worden voorbereid, zodat de transporteur de apparatuur op de installatielocatie in de computerruimte kan plaatsen. Indien dit niet mogelijk is op het moment van levering, kunt u met de transporteur afspreken dat deze op een later tijdstip terugkomt om het transport te voltooien. De apparatuur dient alleen door professionele transporteurs te worden verplaatst. De door IBM geautoriseerde serviceprovider voert bij de vereiste serviceacties alleen minimale verplaatsingen van het frame binnen de computerruimte uit. U draagt tevens de verantwoordelijkheid voor het gebruik van professionele transporteurs wanneer u de apparatuur wilt verplaatsen of wegdoen. Statische elektriciteit en weerstand van de vloer Houd u aan deze richtlijnen om de opbouw van statische elektriciteit in uw computercentrum tot een minimum te beperken. De bekleding van de vloer kan bijdragen aan de opbouw van hoge statische lading die het gevolg zijn van menselijke bewegingen, karretjes en meubilair dat in contact komt met het materiaal op de vloer. Een plotselinge ontlading van statische ladingen bezorgt het personeel veel overlast en kan storingen in de elektronische apparatuur veroorzaken. De statische opbouw en ontlading kan worden verminderd door: v Te zorgen voor een relatieve luchtvochtigheid die binnen de grenzen voor de werking van de server blijft. Kies een controlepunt waar de luchtvochtigheid doorgaans tussen de 35 en 60 procent blijft. Zie Eisen aan airconditioning voor nadere informatie. v Een aardleiding aan te leggen vanaf een verhoogde metalen vloer, inclusief metalen panelen. 2 Voorbereiding van de installatielocatie

15 v De metalen ondersteuning van de verhoogde vloer (dwarsbalken, stutten) op verschillende plaatsen in de ruimte te aarden met bouwstaal. Het aantal aardingspunten is gebaseerd op de grootte van de ruimte. Hoe groter de ruimte, hoe meer aardingspunten vereist zijn. v Te zorgen dat de maximale weerstand van de vloer 2x10 10 ohm is, gemeten tussen het oppervlak van de vloer en het gebouw (of een vergelijkbaar geaard oppervlak). Vloermaterialen met een lagere weerstand zorgen voor minder statische opbouw en ontladingen. Voor de veiligheid dienen de bekleding van de vloer en de vloer zelf niet meer weerstand op te bouwen dan 150 kilo-ohms indien er wordt gemeten tussen twee punten op een vloeroppervlak die 1 m uit elkaar liggen. v Onderhoud van antistatische vloerbedekking (tapijt en tegel) uit te voeren volgens de richtlijnen van de leverancier. Tapijt moet voldoen aan bepaalde vereisten voor elektrische geleiding. Gebruik alleen antistatisch materiaal met lage geleidingswaarde. v ESD-bestendig meubilair te gebruiken met geleidende wielen om statische opbouw te voorkomen. Weerstand van de vloer meten De volgende apparatuur is nodig om de weerstand van de vloer te meten: v Een testinstrument dat vergelijkbaar is met een AEMC-1000 megohmmeter is vereist om de geleiding van de vloer te meten. In de volgende afbeelding wordt een standaardtestverbinding weergegeven waarmee de geleiding van de vloer kan worden gemeten. Figuur 1. Standaardtestverbinding waarmee de geleiding van de vloer kan worden gemeten Verwante onderwerpen: Bepalen van de airconditioning op pagina 33 Het airconditioningssysteem moet het hele jaar rond zorgen voor een optimale regeling van de temperatuur en de luchtvochtigheid vanwege de warmte die wordt afgegeven als de apparatuur wordt gebruikt. Ruimtevereisten Het vloeroppervlak dat vereist is voor de apparatuur wordt bepaald door de specifieke servers die worden geïnstalleerd, de plaats van pilaren, de capaciteit voor de vloerbelasting en voorzieningen voor een toekomstige uitbreiding. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 3

16 Zie Constructie en belasting van de vloer om de vloerbelasting en gewichtsverdeling van uw systeem te bekijken. Bij bepaling van de benodigde ruimte, moet u er rekening mee houden dat ook nog meubilair, karretjes en kasten worden geplaatst. Verder is er ruimte nodig (niet noodzakelijkerwijs in de computerruimte) voor airconditioning, elektrische en beveiligingssystemen en brandblusapparaten en ruimte voor de opslag van banden, formulieren en andere kantoorartikelen. Er kan ook extra ruimte nodig zijn voor vrije toegang tot de server (ruimte voor het openen van een rekdeur). Maak een planning om alle brandbare materialen op te slaan in speciaal ontworpen en beschermde opslagruimtes. Een computerruimte moet van naastliggende ruimtes zijn gescheiden met het oog op airconditioning, brandpreventie en beveiliging. De afstand van de vloer tot het plafond moet voldoende zijn om bovenkappen van servers te kunnen openen om onderhoud te plegen en moet voldoende zijn voor de luchtcirculatie van de gegevensverwerkingsmachine. Aanbevolen hoogten zijn 2,6 m tot 2,9 m vanaf de vloer van het gebouw of vanaf de verhoogde vloer tot het plafond. Hogere plafonds zijn toegestaan. Bij nieuwbouw of renovatie van de computerruimte moet u ervoor zorgen dat deuren minimaal 92 cm breed zijn. Omdat veel machineframes bijna 92 cm breed zijn, is het beter een deurbreedte van 107 cm te gebruiken. De hoogte van de deur moet minimaal 2032 mm (80 in.) zijn, zonder drempel. Verwante onderwerpen: Constructie en belasting van de vloer Met deze formules kunt u de vloerbelasting van uw server berekenen. Constructie en belasting van de vloer Met deze formules kunt u de vloerbelasting van uw server berekenen. Beoordeling van de vloerbelasting heeft betrekking op de betonnen ondervloer, niet de verhoogde vloer. De belasting van de verhoogde vloer wordt bepaald in de formule voor het berekenen van de vloerbelasting. De vloer van het gebouw moet het gewicht dragen van de apparatuur die moet worden geïnstalleerd. Hoewel oudere apparaten een belasting van de vloer kunnen veroorzaken van 345 kg/m 2 veroorzaakt een standaardserver een belasting van minder dan 340 kg/m 2. De volgende formule voor het berekenen van het aantal kg per vierkante meter 2 wordt gebruikt om de belasting van de vloer te berekenen. Voor hulp bij het berekenen van de belasting van de vloer neemt u contact op met een bouwkundig ingenieur. Vloerbelasting is: ( machinegewicht + (72 kg/m2 x 0,5 serviceruimte) + (48 kg/m2 x totaaloppervlak))/ totaaloppervlak v De belasting van de vloer mag niet meer zijn dan 240 kg/m 2 met een toegestaan gewicht per partitie van 100 kg/m 2 voor een totale vloerbelasting van 340 kg/m 2. v Aan de belasting van de verhoogde vloer plus de kabel wordt hier nog 50 kg/m 2 toegevoegd aan het totale oppervlak die in de berekening is gebruikt en is opgenomen in de belasting van de vloer van 340 kg/m 2. (Het totale oppervlak wordt gedefinieerd als: machineruimte + 0,5 serviceruimte.) v Als de serviceruimte ook wordt gebruikt om het gewicht van de machine te verdelen (verdeling gewicht/serviceruimte), wordt er rekening gehouden met een gewicht van 75 kg/m 2 voor personeel en het vervoer van apparatuur. De verdeling van het gewicht wordt toegepast op de helft van de serviceruimte tot een maximum van 760 mm gemeten vanaf het machineframe. Verhoogde vloeren Hier kunt u lezen hoe de operationele efficiëntie van uw computercentrum wordt verbeterd met een verhoogde vloer. Met een verhoogde vloer wordt aan de volgende hoofddoelstellingen voldaan: v De operationele efficiëntie wordt verbeterd en een grotere flexibiliteit wordt bereikt bij het rangschikken van de apparatuur. 4 Voorbereiding van de installatielocatie

17 v De ruimte tussen de twee vloeren kan worden gebruikt voor luchtkoeling van de apparatuur of serverruimte. v Een toekomstige wijziging van de indeling kan met minimale herinrichtingskosten worden uitgevoerd. v Bescherming van de verbindingskabels en aansluitingen voor netsnoeren. v Verminderen van de kans op struikelen. Een verhoogde vloer hoort te zijn opgebouwd uit hittebestendig of brandwerend materiaal. De twee algemene vloertypen worden in de volgende afbeelding weergegeven. De eerste afbeelding toont een vloer zonder dwarsbalken, op de tweede afbeelding ziet u een vloer met dwarsbalken. Figuur 2. Soorten verhoogde vloeren Factoren bij een verhoogde vloer: v Er mag geen metaal of ander geleidend materiaal in contact komen met het loopoppervlak als er een metalen vloerstructuur wordt gebruikt. Een dergelijke blootstelling wordt gezien als een veiligheidsrisico. v De hoogte van de verhoogde vloer moet tussen 155 mm en 750 mm liggen. Voor processors met meerdere kanalen wordt een minimale vloerhoogte van 305 mm aanbevolen. De ruimte moet groot genoeg zijn voor alle verbindingskabels, glasvezelkabelgoten, stroomverdeling en eventuele buizen onder de vloer. Ervaring heeft aangetoond dat hogere verhoogde vloeren voor een betere airconditioning in de ruimte zorgen. v De belasting per wiel kan voor sommige servers 455 kg zijn op bepaalde punten met een maximale verbuiging van 2 mm. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 5

18 v Als er een gat wordt gemaakt in een verhoogd vloerpaneel om kabels aan te leggen of voor luchttoevoer, kan er een extra steun nodig zijn om te zorgen voor de vereiste structurele stabiliteit. v Gebruik beschermend materiaal, zoals triplex, om beschadiging van vloertegels, tapijt en panelen te voorkomen wanneer apparatuur wordt binnengebracht of verplaatst. Als de apparatuur wordt verplaatst, is de dynamische belasting van de wielen veel groter dan wanneer de apparatuur stilstaat. v Betonnen ondervloeren moeten worden behandeld om het vrijkomen van stof tegen te gaan. v Gebruik brandwerend, beschermend lijstwerk om scherpe randen op de vloer weg te werken om schade aan kabels en slangen te voorkomen en te zorgen dat wielen niet in naden in de vloer blijven steken. v Steunen moeten met lijm stevig aan de (betonnen) vloer worden bevestigd. v De grootte van een uitsparing voor kabels wordt bepaald door het aantal kabels dat door de uitsparing worden getrokken. Raadpleeg de documentatie van de server voor aanbevelingen over de grootte van de uitsparing voor kabels. SRG (Signal Reference Ground) Om de effecten van HF-interferentie (high-frequency) en andere ongewenste elektrische signalen (meestal elektrische ruis genoemd) te minimaliseren, wordt een SRS (Signal Reference System) aanbevolen. Een SRS kan bestaan uit een SRG (Signal Reference Ground of Grid) of een SRP (Signal Reference Plane). Een SRG (Signal Reference Ground of Grid) wordt ook wel een ZSRG (Zero Signal Reference Ground) genoemd. Ongeacht welke naam er wordt gebruikt, is het de bedoeling om voor veel verschillende frequenties een afleidingspunt met een gelijk potentieel te creëren voor apparaten die naast elkaar in een ruimte zijn geïnstalleerd. Dit wordt gerealiseerd door een netwerk van geleiders met een lage impedantie in de IT-ruimte te installeren. Verhoogde-vloersystemen die gebruik maken van een constructie met onderling verbonden dwarsbalken kunnen worden gebruikt om een eenvoudige SRG te creëren. Vloersystemen die niet over dwarsbalken of een vergelijkbare constructie beschikken, kunnen niet worden gebruikt om een effectieve SRG te creëren. Voor dergelijke vloeren moet u andere methoden voor het installeren van een SRG gebruiken. Volgens geldende veiligheidsrichtlijnen moet de SRG met de aarde worden verbonden. Het wordt aanbevolen om alle metalen objecten die het SRG-gebied doorkruisen aan de SRG te bevestigen (mechanisch te verbinden). Voor meer informatie over SRG's neemt u contact op met uw IBM-planningsmedewerker. 6 Voorbereiding van de installatielocatie

19 Figuur 3. SRG (Signal Reference Ground) Geleidingsverontreiniging Elke verontreiniging die elektriciteit geleidt, dient zo veel mogelijk te worden vermeden in computercentrums. Dankzij halfgeleiders en gevoelige elektronica die in de huidige IT-apparatuur worden gebruikt, is het mogelijk om elektronische componenten met een zeer hoge dichtheid te fabriceren. Hoewel de nieuwe technologie heeft geleid tot een enorme capaciteitstoename op een veel kleiner oppervlak, is deze technologie wel vatbaar voor verontreiniging, vooral door verontreinigende deeltjes die elektriciteit geleiden. In het begin van de jaren 90 heeft men vastgesteld dat de omgeving van een computercentrum bronnen voor geleidingsverontreiniging kan bevatten. Deze verontreiniging kan bestaan uit: koolstofvezels, bouwmetaalresten zoals aluminium-, koper- en staalvijlsel en zinkkristallen van met zink gegalvaniseerde materialen die in verhoogde-vloersystemen worden gebruikt. Hoewel deze deeltjes erg klein zijn en soms alleen met een vergrootglas zichtbaar zijn, kunnen deze deeltjes toch desastreuze gevolgen hebben voor de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van de apparatuur. Het is vaak moeilijk te bepalen of fouten, schade aan onderdelen en apparatuurstoringen door geleidingsverontreiniging worden veroorzaakt. In eerste instantie wordt er bij storingen eerder gedacht aan meer voor de hand liggende oorzaken, zoals onweer of de kwaliteit van de stroomvoorziening of wordt er gewoon aangenomen dat een onderdeel defect is. Zinkkristallen De meest voorkomende vorm van geleidingsverontreiniging in computercentra met verhoogde vloeren bestaat uit zinkkristallen. Deze verontreiniging komt het vaakst voor omdat dergelijke kristallen vaak aan de onderkant van bepaalde typen vloertegels worden aangetroffen. Gelamineerde vloertegels hebben vaak een vlakke, stalen onderkant. Dit staal kan een zinken laagje hebben dat met een galvanisatieproces is aangebracht. Op het met zink gegalvaniseerde staal kunnen op het oppervlak zinkkristallen ontstaan. Deze deeltjes hebben een grootte van ongeveer 1-2 mm en kunnen van het oppervlak afbreken en in het luchtcirculatiesysteem terechtkomen. Uiteindelijk kunnen deze deeltjes door de ventilatoren van de appa- Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 7

20 ratuur worden aangezogen, en op een printplaat terechtkomen waar ze problemen kunnen veroorzaken. Als u vermoedt dat u met een dergelijk probleem te maken hebt, moet u contact opnemen met uw IBMservicemedewerker. In de volgende afbeelding ziet u de lichtreflectie van zinkkristallen. Figuur 4. Lichtreflectie van zinkkristallen Bekabeling bovenshoofds In het verleden werd bekabeling (stroom of signaal) voor computersystemen vaak geplaatst binnen een rek of onder een verhoogde vloer. Klanten hebben steeds vaker interesse in het gebruik van niet-verhoogde vloeren, zodat sommige of alle bekabeling bovenshoofds moet worden geplaatst. In deze informatie worden de overwegingen beschreven die horen bij bovenshoofdse bekabeling van IBM 19-inch rekken (7014-T00, 7014-T42, 7014-B42, 0551 of 0553) en 24-inch rekken die zijn geleverd bij IBM Power Systems-servers. Net zoals met alle elektronische apparaten, kunnen kabels en netsnoeren zich gedragen als antennes en elektromagnetische energie afgeven. De niveaus hiervan zijn klein (minder dan een mobiele telefoon) en zijn niet gevaarlijk voor mensen, maar kunnen andere elektronische apparatuur verstoren. Bijvoorbeeld, de emissie van een mobiele telefoon wordt gemeten in volt per meter, terwijl emissie van een Power Systems-kabel wordt gemeten in microvolt per meter. Kleine hoeveelheden elektromagnetische emissies kunnen samen echter groot worden omdat meerdere kabels bij elkaar meer elektromagnetische energie afgeven dan een enkele kabel. Als u kabels legt op een betonnen vloer, wordt emissie verminderd omdat de vloer een deel van de energie absorbeert. Als u kabels onder een verhoogde vloer legt wordt emissie ook verminderd. Als u kabels echter ophangt aan het plafond, is er geen vermindering van emissie meer zoals bij een betonnen ondervloer, een verhoogde vloer of beide. 8 Voorbereiding van de installatielocatie

21 Door IBM ondersteunde configuraties voor servers en I/O-eenheden in rekken voldoen aan de vereisten voor elektromagnetische compatibiliteit (EMC) volgens industriële tests en tests van IBM. Deze tests worden voltooid door kabels te leggen op de vloer. Voor ondersteuning van bovenshoofdse bekabeling zijn aanvullende tests vereist door de kabels bovenshoofds te plaatsen en geselecteerde configuraties opnieuw te testen. Veel configuraties voor bovenshoofdse bekabeling zijn niet getest en worden niet ondersteund door IBM. Daarom is bovenshoofdse bekabeling met een Power Systems-server in IBM 19-inch en 24-inch rekken meestal een niet-ondersteunde configuratie. Meestal is het gebruik van bovenshoofdse bekabeling geen probleem. De kans dat er storing wordt veroorzaakt met een apparaat buiten het datacenter is vrij klein. De enige manier om te weten of een configuratie een probleem heeft is echter om het te testen en te zien of er problemen met storingen zijn in het datacenter. Als de bekabeling boven het hoofd een probleem veroorzaakt, kan dit een draadloos apparaat in het datacenter beïnvloeden (bijvoorbeeld, een draadloze probe voor temperatuur of luchtvochtigheid die constant gegevens probeert te rapporteren, maar die verkeerde gegevens of slechts met tussenpozen gegevens verzendt). De storing kan voorkomen op een inkomend/uitgaande radio die meer ruis op de achtergrond heeft dan verwacht. Ook kan de storing slecht ontvangst in een radio of televisie zijn. Het is mogelijk dat de emissies van bekabeling boven het hoofd problemen kan veroorzaken met een andere computer of met opslagapparatuur in het datacenter, maar dit is onwaarschijnlijk. Er zijn andere acties die u kunt uitvoeren om emissies te verminderen wanneer u kabels boven het hoofd gebruikt. Let op: deze technieken zijn nuttig, maar als u ze gebruikt betekent dit niet dat u een door IBM ondersteunde configuratie hebt omdat IBM geen uitgebreide tests heeft uitgevoerd voor uw specifieke configuratie. Door de vermindering worden mogelijk alle problemen verholpen, maar totdat het systeem is getest en gecertificeerd, wordt het niet officieel ondersteund door IBM. Voorbeelden van verminderingen zijn: v Gebruik afgeschermde (Ethernet-)kabels in plaats van niet-afgeschermde (Ethernet-)kabels. v Voeg bescherming toe aan de kabelpaden, en aard de bescherming aan beide kanten van de kabel. v Voeg bescherming toe aan de kabels zelf. v Voeg filters (chokes, pigtails, ferrietkernen en andere filters) toe aan de kabels. Met filters wordt emissie over een bepaald frequentiebereik verminderd. Verschillende typen kabels hebben een andere emissie op basis van samenstelling, lengte, signalen en waar ze zijn aangesloten. Een glasvezelkabel geeft geen radiofrequentie (RF) af zoals een kabel die metaal bevat, tenzij de glasvezelkabel een metalen afscherming heeft. Netsnoeren, Small Computer System Interface-kabels (SCSI), serial-attached SCSI-kabels (SAS), koperen glasvezelkabels en system power control network-kabels (SPCN) hebben meestal weinig emissie. InfiniBand-kabels hebben significante emissie in vergelijking met netsnoeren. Niet-afgeschermde Ethernet-kabels hebben waarschijnlijk de meest significante emissie. Langere kabels met metaal kunnen worden gezien als grotere antennes en hebben meer emissie. Kortere kabels hebben minder emissie. Als u meerdere 19-inch of 24-inch rekken hebt en kabels moet plaatsen van het ene rek naar het andere, kunt u emissie verminderen door de kabels in het rek te houden, in plaats van ze over het rek heen te plaatsen en in het andere rek. Als u bovenshoofdse kabels gebruikt met uw Power Systems-servers, wordt uw IBM-garantie of onderhoudsovereenkomst niet ongeldig. 1 Als de afdeling service en ondersteuning van IBM echter van mening is dat een probleem gerelateerd kan zijn aan het gebruik van bovenshoofdse bekabeling, heeft de afdeling service en ondersteuning van IBM het recht om de garantie of onderhoudsovereenkomst te onderbreken totdat het systeem weer voldoet aan de voorwaarden van de overeenkomst. Daarom moet over bovenshoofdse bekabeling worden overlegd met uw lokale organisatie voor service en ondersteuning van IBM voordat u een nieuw bekabelingsschema implementeert. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 9

22 Kabels kunnen altijd langs de onderkant van het product worden geleid, volgens de installatieinstructies van het product. Nadat de kabels langs de onderkant van het product worden geleid, kunnen ze aan de buiten kant naar boven worden geleid naar de laden voor bovenshoofdse bekabeling met behulp van de juiste technieken voor kabelbeheer. 1 De klant mag in geen enkel geval aanvullende gaten of openingen snijden of boren in de behuizing van het product. Net als bij SMC-tests moet IBM voldoen aan industriële en interne vereisten voor productveiligheid. Deze vereisten zijn niet alleen voor de veiligheid van IBM-klanten, maar ook voor de technische dienst. Elke wijziging van de fysieke structuur van een behuizing maakt de ontvangen certificeringen voor productveiligheid voor dit product ongeldig. Indeling computerruimte Bij de indeling van de computerruimte moet u rekening houden met een aantal belangrijke factoren. Bij de indeling van de computerruimte moet u rekening houden met de volgende factoren. Serviceruimte en belasting van de vloer Elk apparaat dat u wilt installeren heeft een minimale hoeveelheid vrije ruimte rondom nodig zodat er onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat kunnen worden uitgevoerd indien dit nodig is. Naast deze vrije ruimte rond het apparaat is het raadzaam om paden die bedoeld zijn voor de werkstroom buiten de grenzen van de serviceruimte te houden. De serviceruimtes mogen niet worden gebruikt voor tijdelijke of permanente opslag. De exacte afmetingen voor de vrije ruimte worden gespecificeerd in de documentatie van het afzonderlijke product. In het algemeen vallen belaste vloeren binnen de grenzen van de serviceruimte. Raadpleeg de planningsdocumentatie van de afzonderlijke producten en uw verkoper voor specifieke informatie over de apparatuur die u wilt installeren. Als u dit nog niet hebt gedaan, moet u de belasting van de vloer, gewichtsverdeling, serviceruimtes en machineruimtes evalueren. Fysieke en logische prioriteit Voor sommige typen randapparatuur is een fysieke of logische plaatsing vereist ten opzichte van de processor of andere apparatuur waardoor wordt bepaald waar die apparatuur op de vloer moet worden geplaatst. Raadpleeg de planningsdocumentatie van afzonderlijke producten en uw verkoper om te bepalen of de apparatuur die u wilt installeren op een bepaalde plek moet worden geplaatst. Dergelijke apparatuur moet eerst in de schema's van de vloerindeling worden aangegeven, voordat de andere apparatuur wordt ingevuld die niet op een bepaalde plaats hoeft te staan. Beperkende kabellengte Als de computerkracht toeneemt, moet de lengte van kabels mogelijk korter worden om verbeteringen in de verwerkingssnelheid te ondersteunen. Raadpleeg de productspecifieke planningsdocumentatie en uw verkoper waar u met welke kabellengtes apparatuur kunt plaatsen. Kijk goed naar de bekabeling en connectiviteit, met name als u ICB-kabels (Integrated Cluster Bus) gebruikt. Praktische werkruimte en veiligheid Zorg dat er voldoende ruimte rond de apparatuur is voor de normale activiteiten van de werkstroom. Denk na over de plaatsing van apparatuur met betrekking tot in- en uitgangen, ramen, pilaren, aan de muur gemonteerde apparatuur, zoals zekeringkasten en stopcontacten, beveiligingsapparatuur, brandblussers, opslagruimtes en meubilair. Zorg er vooral voor dat bepaalde zaken makkelijk toegankelijk zijn, zoals noodknoppen voor het uitschakelen van de stroom, brandmelders, blusinstallaties en brandblussystemen die zich onder de vloer of in de muur bevinden. 10 Voorbereiding van de installatielocatie

23 Maak indien mogelijk nu al plannen voor extra apparatuur die in de toekomst kan worden geplaatst. Maak een planning voor de route van kabels (kabelgoten) en serverlocaties zodat er makkelijk extra apparatuur kan worden toegevoegd. Andere apparatuur Naast de IT-apparatuur die u installeert, moet u ook ruimte overhouden voor kantoormeubilair en -apparaten, de energievoorziening en airconditioning, opslag van benodigdheden en overige zaken zoals een vergaderruimte of ruimte voor koffieautomaten. Het wordt aanbevolen om tekeningen op schaal van de voorgestelde indeling te maken en te laten bekijken door uw verkoper en alle serviceproviders om te controleren of de vloerindeling fysiek mogelijk en praktisch bruikbaar is. Hier volgt een overzicht van de standaardsymbolen die worden gebruikt om vloerindelingen te maken. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 11

24 Figuur 5. Standaardsymbolen voor het maken van een vloerindeling 12 Voorbereiding van de installatielocatie

25 Figuur 6. Voorbeeldplattegrond Trillingen en schokken Gebruik deze informatie als u in uw computercentrum voorzieningen tegen trillingen en schokken wilt aanbrengen. Het kan zijn dat de IT-apparatuur in een ruimte wordt geplaatst die onderhevig is aan lichte trillingen. De volgende informatie bevat de limieten voor trillingen en schokken waaraan uw apparatuur mag blootstaan en een aantal basisdefinities over trillingen. De trillingsniveaus die normaal gesproken voorkomen in computerruimtes en industriële installaties vallen ruim binnen de aangegeven niveaus. Als u de apparatuur echter in rekken, stapelaars of vergelijkbare apparatuur installeert, kan het risico op problemen vanwege trillingen toenemen. Het is belangrijk om de fabrikant van dergelijke apparatuur te raadplegen om ervoor te zorgen dat de trillingsfactoren niet boven de specificaties komen die in de volgende tabellen staan. Hier volgen een aantal handige definities van trillingen: Acceleratie: Acceleratie onder invloed van de zwaartekracht gemeten in g-waarden. Als ook de frequentie van Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 13

26 een sinusgolf bekend is, kan de acceleratie worden berekend op basis van de verplaatsing. is de eenheid van acceleratie die wordt veroorzaakt door de zwaartekracht. Continu: Trillingen die gedurende een langere periode aanwezig zijn en een aanhoudende resonantie in de apparatuur veroorzaken. Verplaatsing: De sterkte van de golfvorm; wordt in het algemeen uitgedrukt in een piek-tot-piekverplaatsing in Engelse of metrische waarden: v Wordt in het algemeen gebruikt om trillingen van de vloer op lage frequenties te meten v Als de frequentie ook bekend is, kan deze bij een sinusgolf worden omgezet in verplaatsings-g. Opmerking: Veel meetinstrumenten kunnen verplaatsing voor sinusvormige of complexe golfvormen omzetten naar g. Piek: De maximumwaarde voor een sinusvormige of willekeurige trilling. Deze kan worden uitgedrukt als piek-tot-piek in het geval van sinusvormige trillingsverplaatsing. Willekeurig: Een complexe trillingsgolfvorm die varieert in amplitude en frequentie-inhoud. rms (root mean square): Het langetermijngemiddelde van de acceleratie of amplitudewaarden. Wordt in het algemeen gebruikt als een meeteenheid voor de totale trilling van willekeurige trillingen. Schok: Incidentele trillingen die plaatsvinden en vervolgens afneemt tot nul voordat deze gebeurtenis opnieuw plaatsvindt. Voorbeelden zijn voetstappen, vorkheftrucks in gangpaden en externe trillingen veroorzaakt door treinen, snelwegverkeer of bouwwerkzaamheden (inclusief springladingen). Sinusoïdaal: Trillingen met de karakteristieke vorm van de klassieke sinusgolf (bijvoorbeeld 60 Hz wisselstroom). Stroomstoot: Incidentele trillingen die geen aanhoudende resonante reactie in de apparatuur veroorzaken. Als u bepaalde berekeningen moet maken of informatie nodig hebt over de bovenstaande definities moet u een werktuigbouwkundig ingenieur, een trillingsdeskundige of uw leverancier raadplegen. De drie klassen van een trillingsomgeving worden in de volgende tabel weergegeven. Tabel 1. Trillingsomgeving Klasse Trillingsomgeving V1 Op de vloer geïnstalleerde machines in een kantooromgeving V2 Bureaumachines en aan de muur geïnstalleerde machines V3 Zware industriële en mobiele apparatuur Een overzicht van de trillingslimieten van de drie klassen wordt in de volgende tabel weergegeven. De tabel wordt gevolgd door een legenda. Opmerking: Trillingsniveaus op een afzonderlijke frequentie mogen een niveau van 1/2 maal de G rmswaarden niet overschrijden voor de klasse die in de tabel Operationele trillings- en schoklimieten worden aangegeven. 14 Voorbereiding van de installatielocatie

27 Tabel 2. Operationele trillings- en schoklimieten Klasse G-rms G-piek Mil Schok V1 L 0,10 0,30 3,4 3 g bij 3 ms V1 H 0,05 0,15 1,7 3 g bij 3 ms V2 0,10 0,30 3,4 3 g bij 3 ms V3 0,27 0,80 9,4 afhankelijk van toepassing L: Licht, gewicht minder dan 600 kg. Z: Zwaar, gewicht gelijk aan of groter dan 600 kg. g rms: Totale gemiddelde G-niveau boven het 5 tot 500 Hz frequentiebereik. G-piek: Maximale real-time piekwaarde van de historische golfvorm van de trillingstijd (exclusief gebeurtenissen die als schokken zijn gedefinieerd). Mil: Piek-tot-piekverplaatsing van een afzonderlijke frequentie in het 5 tot 17 Hz-bereik. Een mil is gelijk aan 0,001 inch (0,0254 mm). Schok: Amplitude en pulsbreedte van een klassieke 1/2-sinusschokpuls. De waarden in de tabel met Operationele trillings- en schoklimieten zijn gebaseerd op de meest ongunstige veldgegevens die voor huidige en vorige uitgebrachte producten gemeten zijn bij installaties van klanten. De trillings- en schokomgeving zal deze waarden niet overschrijden behalve in abnormale gevallen, zoals aardbevingen of directe inslagen. Uw leverancier kan bij specifieke technische vragen contact opnemen met de IBM Standards Authority for Vibration and Shock. Aardbevingen Speciale frameverstevigende voorzieningen of RPQ's kunnen vereist zijn voor gebieden waar aardbevingen voorkomen. Lokale verordeningen kunnen eisen dat de IT-apparatuur in de betonnen vloer is verankerd. Als de documentatie over de fysieke planning van het product onvoldoende informatie over het verankeren van apparatuur bevat, kunt u uw leverancier raadplegen. Verlichting Er is voldoende licht nodig om de server normaal te kunnen bedienen of om onderhoud uit te voeren. Lichtbronnen in de apparatuurruimte en op werkstationplekken moeten een algemeen verlichtingsniveau hebben van lumen/m 2 (lux). Als u de apparatuurruimte en werkplekken voorbereidt, kunt u overwegen om de ruimte een lichte kleur te geven en een wit plafond zodat licht wordt gereflecteerd (in plaats van geabsorbeerd). Om weerkaatsingen te voorkomen moeten er geen ramen tegenover het gezichtsveld van de gebruiker zijn of tegenover het beeldscherm. Direct zonlicht kan storingen van lichtgevoelige apparaten veroorzaken en bemoeilijkt het aflezen van de verschillende signaallampjes. Om vermoeide ogen te voorkomen, dienen lichtbronnen compatibel te zijn. Universele witte fluorescerende lampen zijn compatibel met zowel gloeilampen als daglicht. Op de volgende afbeelding wordt een voorgestelde indeling voor de belichting van een werkstation aangegeven. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 15

28 Figuur 7. Standaardbelichting van een werkstation Zorg voor een werkende en voldoende heldere noodverlichting zodat de ruimte altijd veilig kan worden verlaten. Akoestiek Op basis van akoestische geluidsmetingsgegevens kunt u het geluidsniveau van de gegevensverwerkingsapparatuur evalueren. De akoestische geluidsemissiegegevens die bij IBM-producten worden geleverd, zijn bedoeld voor installatieplanners en consultants zodat zij de akoestische geluidsniveaus kunnen voorspellen in computercentra en andere installaties met IT- of telecommunicatieapparatuur. Op basis van dergelijke geluidsrapporten kunt u ook het geluidsniveau van het ene product met het andere vergelijken en kunnen de niveaus met bepaalde specificaties worden vergeleken. De notatie van de meegeleverde gegevens komt overeen met ISO 9296: Acoustics - Declared Noise Emission Values of Computer and Business Equipment. De meetprocedures die worden gebruikt om de gegevens te verzamelen, komen overeen met de International Standard ISO 7779 en het American National Standard-equivalent ANSI S Naast de afzonderlijke geluidsgegevens in de IBM-productspecifieke documenten, is er een index van links naar het grootste deel van de IBM-geluidsemissiegegevens online beschikbaar onder Acoustical Noise Declarations for Selected IBM Products. De volgende termen worden gebruikt om akoestische gegevens aan te geven. v L WAd is het erkende A-gewogen geluidsniveau (bovengrens) voor een willekeurige steekproef van machines. v L pam is de gemiddelde waarde van de A-gewogen geluidsniveaus op de plek van de gebruiker of van een afstand van 1 meter voor een willekeurige steekproef van machines. v <L pa > m is de gemiddelde waarde van de A-gewogen geluidsemissieniveaus op een afstand van 1 meter voor een willekeurige steekproef van machines. Een akoestische behandeling van computercentra of andere ruimtes waarin de apparatuur is geïnstalleerd, wordt aanbevolen zodat de geluidsniveaus lager worden. Lagere geluidsniveaus verhogen de 16 Voorbereiding van de installatielocatie

29 productiviteit van de werknemer en voorkomen mentale vermoeidheid, verbeteren de communicatie, verminderen klachten van werknemers en verbeteren het welzijn van de werknemer. Voor het juiste ontwerp van de ruimte en een akoestische behandeling heeft u wellicht een specialist op het gebied van de akoestiek nodig. Het totale geluidsniveau van een installatie met IT- en telecomapparatuur is een optelsom van alle geluidsbronnen in de ruimte. Dit niveau wordt beïnvloed door de fysieke indeling van de producten op de vloer, de geluidweerkaatsende (of absorberende) kenmerken van de oppervlakken van de ruimte en het geluid van andere apparatuur voor de ondersteuning van het computercentrum zoals airconditioningsapparaten en apparatuur voor noodvoeding. Geluidsniveaus kunnen worden verminderd door voldoende afstand tussen de verschillende geluidsproducerende apparaten en door apparaten in een bepaalde richting te zetten. Zorg voor voldoende ruimte rond dergelijke machines: hoe verder deze apparaten van elkaar kunnen worden geplaatst, hoe lager het totale geluid van de ruimte. Bij kleinere installaties, zoals kleine kantoren en gemeenschappelijke bedrijfruimtes moet extra aandacht worden besteed aan de locatie van de apparatuur ten opzichte van de werkplekken van werknemers. U kunt PC's en werkstations op werkplekken beter naast het bureau dan er op zetten. Kleine servers moeten zo ver mogelijk van het personeel worden geplaatst. Zorg dat werkplekken die toch in de buurt zijn zo ver mogelijk van de luchtuitlaat van de server zijn verwijderd. Het gebruik van absorberend materiaal kan het totale geluidsniveau in de meeste installaties verminderen. Met behulp van een plafond dat geluid absorbeert, kunt u een effectieve en goedkope geluidsvermindering realiseren. Rechtstreeks geluid kan ook worden geabsorbeerd door vrijstaande schotten die tevens het absorptievermogen van de ruimte vergroten en voor privacy zorgen. Het gebruik van absorberend materiaal, zoals tapijt op de vloer, zal het geluidsniveau in de ruimte nog verder verminderen. Tapijt dat in de computerruimte wordt gebruikt, moet voldoen aan de vereisten voor elektrische continuïteit die zijn beschreven in Statische elektriciteit en weerstand van de vloer. Om te verhinderen dat geluid uit de computerruimte in aangrenzende kantoorruimtes hoorbaar is, moeten er muren worden opgetrokken van de structurele vloer tot aan het structurele plafond. Zorg er verder voor dat deuren en muren voldoende zijn geïsoleerd. Akoestische behandeling van leidingen aan het plafond kunnen het geluid dat van de ene ruimte naar de andere wordt overgedragen nog verder verminderen. Veel grote IBM-systeemproducten worden verkocht met optionele akoestische voor- en achterdeuren die het geluid van het product zelf verder kunnen verzwakken. Kleinere IBM-producten kunnen ook met speciale akoestische pakketten worden geleverd. Als de installatieplanners of medewerkers iets aan de blootstelling aan geluid willen doen, kunt u bij IBM navragen of dergelijke productopties beschikbaar zijn. Verwante onderwerpen: Statische elektriciteit en weerstand van de vloer op pagina 2 Houd u aan deze richtlijnen om de opbouw van statische elektriciteit in uw computercentrum tot een minimum te beperken. Elektromagnetische compatibiliteit Deze informatie kunt u gebruiken bij het plannen van de installatie van een server in een omgeving met een sterk elektromagnetisch stralingsveld. De installatie van IT-apparatuur kan soms gepland zijn voor een ruimte met een hoog elektromagnetisch stralingsveld. Een dergelijke veld ontstaat als IT-apparatuur wordt geplaatst naast een radiofrequentiebron, zoals een antenne van een radiozender (AM, FM, TV of mobilofoon), militaire of civiele radar en bepaalde industriële machines (inductieovens, booglasapparaten en isolatietestapparaten die met radiofrequenties werken). Als een van deze bronnen in de omgeving van de voorgestelde locatie voorkomt, moet de planning opnieuw worden geëvalueerd om de omgeving te beoordelen en te bepalen of speciale installatie- of productaanpassingen nodig zijn om eventuele storing te verminderen. Raadpleeg Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 17

30 uw leverancier. Werkstations naast apparaten zoals transformators of ondergrondse elektrische leidingen kunnen in de nabijheid van sterke magnetische velden last hebben van storingen van het beeldscherm. De meeste producten zijn bestand tegen laagfrequente tot en met zeer hoogfrequente radiofrequentieniveaus van 3 volt per meter. Veldsterktes van meer dan 3 volt per meter kunnen ervoor zorgen dat apparaten niet meer werken of defect raken. Producten hebben verschillende tolerantieniveaus voor elektromagnetische stralingsvelden in verschillende frequentiebereiken. Radarsignalen (frequentie van 1300 MHz en 2800 MHz) met veldsterktes met een maximum van 5 volt per meter zijn aanvaardbaar. Als zich problemen voordoen, kan het nodig zijn om de server of de beschermingsschotten te verplaatsen. Het gebruik van mobilofoons of mobiele telefoons moet in de computerruimte aan regels worden onderworpen. Om de kans op problemen te verminderen, moet er met de volgende overwegingen rekening worden gehouden als dergelijke apparatuur wordt gebruikt: v Houd voor draagbare zenders (zoals walkie-talkies, pagers en mobiele telefoons) een minimale afstand aan van 1,5 m van IT-apparatuur. v Gebruik alleen door de gebruiker bestuurde zendapparatuur (geen automatische transmissies). Stel specifieke regels op, zoals: Niets verzenden op een afstand van minder dan 1,5 m van een volledig afgedekte actieve server. Als er kleppen van de server openstaan, is verzenden niet toegestaan. v Kies een minimale uitvoersterkte voor communicatie. ELF-velden (Extremely Low Frequency) Met uitzondering van bepaalde beeldbuizen is de meeste IT-apparatuur goed bestand tegen elektromagnetische velden met een extreem lage frequentie (ELF). Beeldschermen die gebruikmaken van beeldbuizen zijn hier gevoeliger voor omdat deze elektromagnetische velden gebruiken om de elektronenstraal te positioneren. Het bereik van extreem lage frequenties bestrijkt de frequenties tussen 0 en 300 Hz. Dit wordt ook wel de elektrische stroomfrequentie genoemd omdat wereldwijd de meeste elektrische stroom op 50 of 60 Hz wordt gegenereerd. IBM producten zijn binnen de onderstaande bereiken bestand tegen elektromagnetische velden met een extreem lage frequentie: v Beeldbuizen van beeldschermen: milligauss v LCD (Liquid Crystal Display): 10 Gauss v Magneetbandapparatuur: 20 Gauss v Schijfstationapparatuur: 20 Gauss v Processors of servers: 20 Gauss Een IT-centrum wordt meestal omgeven door een elektromagnetisch veld dat tussen 3-8 milligauss ligt. Sommige apparatuur in een IT-centrum kan, onder normale condities, velden van meer dan 100 milligauss produceren. Voorbeelden van apparaten die grote magnetische velden produceren, zijn: stroomverdelers, elektrische motoren, elektrische transformators, laserprinters en systemen voor een ononderbroken energievoorziening. De dichtheid van een magnetisch veld vermindert echter snel als de afstand groter wordt. Als een beeldscherm naast apparatuur staat die grote elektromagnetische velden produceert, kan het beeld worden vervormd, zoals een onscherp beeld, afwijkingen in de grootte van een bepaald beeld of een lichte trilling van statische beelden. Als u het beeldscherm verder van de apparatuur verwijdert, kan het probleem al zijn opgelost. Locatie computerruimte De locatie van de computerruimte is afhankelijk van diverse factoren. Voordat u een locatie voor de computer kiest, moet u aandacht besteden aan de volgende richtlijnen: v De computerruimte moet zich in een brandveilig of hittebestendig gebouw of ruimte bevinden. 18 Voorbereiding van de installatielocatie

31 v De computerruimte moet niet boven, onder of naast ruimtes liggen waar gevaarlijke materialen of gassen worden opgeslagen, gemaakt of verwerkt. Als de computerruimte toch naast een dergelijke ruimte moet worden ingericht, moet u extra veiligheidsmaatregelen nemen om de ruimte te beveiligen. v Als de computerruimte ondergronds wordt aangelegd, moet er sprake zijn van adequate drainage. Veiligheidsoverwegingen en brandpreventie Veiligheid is een essentiële factor voor het plannen van een computerinstallatie. Deze overweging vindt zijn weerklank in de keuze van de computerlocatie, gebruikte bouwmaterialen, brandpreventieapparatuur, airconditioning en elektrische systemen en de educatie voor het personeel. Als er sprake is van een inconsistentie tussen de aanbevelingen voor uw server en bepaalde lokale of nationale regels dient de meest urgente aanbeveling of regel voorrang te krijgen. De National Fire Protection Association-norm, NFPA 75, biedt richtlijnen voor de bescherming van IT-apparatuur. De klant is verantwoordelijk voor het naleven van overheidsregels. v Muren van een computerruimte moeten minimaal één uur lang brandbestendig zijn en van de structurele vloer tot het structurele plafond zijn opgebouwd. v In ruimtes die gebruikt worden voor essentiële bewerkingen is het wenselijk dat processors worden geïnstalleerd in ruimtes die een uur lang brandwerend zijn en van de hoofdruimte zijn afgescheiden. v Als de computerruimte met een of meer buitenmuren aan een brandgevaarlijk gebouw grenst, kunt u de volgende voorzorgsmaatregelen treffen: Veiligheidsglas in de computerruimte installeren om personeel en apparatuur te beschermen tegen rondvliegende brokstukken en wateroverlast. In het algemeen zijn ramen in de computerruimte onwenselijk in verband met beveiligingsrisico's en het negatieve effect dat ramen kunnen hebben op de temperatuurbeheersing. Ramen kunnen in de zomer voor extreme hitte en in de winter voor extreme kou zorgen. Blusinstallaties buiten de ramen installeren om deze te beschermen met een gordijn van water mocht er brand uitbreken in een aangrenzende ruimte. Ramen met metselwerk isoleren. v Als een systeemplafond of isolatiemateriaal wordt toegevoegd, moet u ervoor zorgen dat brandwerend of hittebestendig materiaal wordt gebruikt. Alle leidingen moeten ook onbrandbaar zijn. Als brandbaar materiaal wordt gebruikt in de ruimte tussen het structurele plafond en het systeemplafond moet er voor voldoende bescherming worden gezorgd. v Een verhoogde vloer die op de structurele vloer wordt gebouwd, moet gemaakt zijn van brandwerend of brandvertragend materiaal. Als de structurele vloer van brandbaar materiaal is gemaakt, moet deze worden beschermd door blusinstallaties aan het plafond of van de onderliggende ruimte. Opmerking: Voordat de IT-apparatuur wordt geïnstalleerd, moet eventuele rommel en bouwafval in de ruimte tussen de verhoogde vloer en de structurele vloer worden opgeruimd. Deze ruimte moet na de installatie ook periodiek worden gecontroleerd zodat opgehoopt stof, eventuele rommel en ongebruikte kabels kunnen worden opgeruimd. v Het dak, het plafond en de vloer boven de computerruimte en de opslagruimte voor opgenomen media moet waterdicht zijn. Afvoeren, dakgoten en andere potentiële bronnen van waterschade moeten rond de computerruimte worden geleid. v De ruimte onder de verhoogde vloer in de computerruimte moet voorzien zijn van waterafvoer ter bescherming tegen overstromingen of wateroverlast. v Afvalcontainers moeten van metaal zijn en een beschermend deksel hebben. Brandpreventie-apparatuur in een computerruimte U kunt als extra veiligheidsmaatregel brandpreventie-apparatuur in de computerruimte installeren. Een brandveiligheidssysteem is de verantwoordelijkheid van de klant. Uw verzekeringsagent, de brandweerinspecteur en de inspecteur van bouw- en woningtoezicht moeten allemaal worden geraad- Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 19

32 pleegd als u een brandveiligheidssysteem wilt kiezen dat voor de juiste mate van bescherming en dekking zorgt. IBM ontwerpt en maakt apparaten volgens interne en externe standaards die bepaalde omgevingen vereisen voor een betrouwbare werking. Omdat IBM geen apparatuur test op compatibiliteit met brandbeveiligingssystemen, accepteert IBM geen verantwoordelijkheid ten aanzien van compatibiliteit. Evenmin doet IBM aanbevelingen met betrekking tot brandbeveiligingssystemen. v U moet een brandmeldingssysteem installeren om de computerruimte en de ruimtes voor opgenomen media te beschermen. Dit systeem moet zowel een hoorbaar als zichtbaar alarmsignaal activeren in de ruimtes en op een bewaakte centrale locatie. v Er moeten voldoende draagbare koolzuurbrandblussers in de computerruimte aanwezig zijn die voor elektrische apparaten kunnen worden gebruikt. v Er moeten draagbare brandblussers met samengeperste waterstof aanwezig zijn om brandbaar materiaal, zoals papier, te kunnen blussen. v Werknemers in de computerruimte moeten brandblussers makkelijk kunnen pakken, en de locaties waar brandblussers hangen moeten duidelijk worden aangegeven. v Aanvaardbare vormen van ingebouwde bescherming zijn automatische blusinstallaties en gasblusinstallaties. Voor informatie over milieuvriendelijke gassen voor dergelijke systemen, raadpleegt u NFPA Standard on Clean Agent Fire Extinguishing Systems. v Als u de voorkeur geeft aan een gasblusinstallatie moet het volgende in overweging worden genomen. Als een gasblusinstallatie wordt geïnstalleerd, moet u een tijdvertragingsoptie inbouwen waardoor u de ruimte waar de installatie is afgegaan kunt onderzoeken en kunt ontruimen. U kunt het beste een detectiesysteem gebruiken dat in zones is opgedeeld. v De beschermde ruimte moet worden ontruimd als er onderhoud aan de gasblusinstallatie of de besturing van de gasblusinstallatie wordt verricht. Daarnaast is een noodschakelaar vereist waarmee het onderhoudspersoneel het systeem kan uitschakelen. Als de schakelaar uit staat, dienen de ontstekingen die het gas laten vrijkomen te zijn uitgeschakeld, ook als elders in het systeem een storing is opgetreden. Deze schakelaar moet uit staan voordat met onderhoudswerkzaamheden wordt begonnen zodat het gasblussysteem niet per ongeluk kan worden geactiveerd. v Alternatieven voor de normale bluswatersystemen kunnen bestaan uit droge-pijp-systemen of proactieve systemen. Bij proactieve systemen stroomt er pas water in de leidingen als het systeem door rookof hittemelders wordt geactiveerd. Deze detectiesystemen moeten onafhankelijk werken van de detectiesystemen van de gasblusinstallatie. Het aan/uit-type van waterblusinstallaties wordt afgeraden omdat dit type eerder gaat lekken. Als u de juiste bescherming tegen brand wilt vaststellen die u voor de computerruimte moet gebruiken, kunt u uw verzekeraar en lokale autoriteiten raadplegen. Beveiliging van materiaal en gegevensopslag U moet met speciale veiligheidsoverwegingen rekening houden als u gegevens of ander materiaal opslaat. Houd rekening met de volgende factoren: v Opslag van alle gegevens en al het materiaal in de computerruimte, zoals magnetische banden, ponsbanden, kaarten of formulieren moet beperkt blijven tot een minimum zodat u veilig en efficiënt kunt blijven werken en de opslag moet gebeuren in metalen kasten of brandwerende containers als het materiaal niet wordt gebruikt. v Met het oog op de veiligheid en bescherming tegen brand is het raadzaam om een aparte ruimte voor de opslag van materiaal te gebruiken. Deze ruimte moet zijn opgebouwd uit hittebestendig materiaal (dat minimaal 2 twee uur brandwerend moet zijn). Een goedgekeurd, ingebouwd blussysteem wordt aangeraden. Ingebouwde blussystemen kunnen bestaan uit automatische blusinstallaties en goedgekeurde gasblusinstallaties. 20 Voorbereiding van de installatielocatie

33 Als een ononderbroken werking van het systeem van essentieel belang is, moet u met het oog op rampen een externe opslaglocatie plannen. De belangrijkste overwegingen bij het kiezen van een externe locatie voor gegevensopslag zijn: v Dat de locatie niet onderhevig is aan hetzelfde risico dat in de computerruimte kan optreden. v Dat de locatie geschikt is voor de langetermijnopslag van afgedrukte records en bestanden op magnetische media. Airconditioningsystemen Voor de meeste installaties geldt dat de computerruimte is voorzien van een apart airconditioningssysteem. Daarom moeten noodschakelaars voor de apparatuur en de airconditioning op makkelijk toegankelijke plekken worden geplaatst, het liefst in de buurt van de consolegebruiker en naast de belangrijkste uitgangen. Raadpleeg de National Fire Protection Association-standaard, NFPA 70 artikel 645, voor meer informatie. v Als het normale airconditioningssysteem van het gebouw wordt gebruikt en er extra apparaten in de computerruimte zijn geplaatst, dan dienen deze extra apparaten op dezelfde manier te worden behandeld als hierboven is beschreven. Het normale airconditioningssysteem van het gebouw moet over een hoorbaar alarmsignaal beschikken zodat onderhoudspersoneel bij een noodgeval wordt gewaarschuwd. v Luchtkanalen in brandmuren moeten voorzien zijn van branddempers. v De luchtfilters in het airconditioningssysteem moet uit onbrandbaar of zelfdovend materiaal bestaan. Elektrische systemen Zorg voor een uitschakelmechanisme in de hoofdleiding voor computerapparatuur in een locatie op afstand. Deze afstandsbedieningen moeten op makkelijk toegankelijke plekken worden geplaatst, het liefst in de buurt van de consolegebruiker en naast de belangrijkste uitgangen. Deze moeten naast de uit-knop van het airconditioningsysteem geplaatst zijn en gemarkeerd worden. Er moet een lampje worden geïnstalleerd om aan te geven of de stroom is ingeschakeld. In artikel 645 van de National Electric Code (NFPA 70) staat dat een enkel uitschakelmechanisme voor zowel de elektronische apparatuur als het HVAC-systeem is toegestaan. v Als een ononderbroken werking van het systeem van essentieel belang is, moet er een reservevoedingsbron worden geïnstalleerd. v Verder is het aan te raden om een automatische verlichtingseenheid op batterijen te installeren om een ruimte te verlichten als er een storing in het stroom- of lichtcircuit optreedt. Deze eenheid is met een draad verbonden met het lichtcircuit. v Onder verhoogde vloeren kunt u het beste waterdichte aansluitingen gebruiken vanwege de blootstelling aan vocht (lekkende waterleidingen, hoge luchtvochtigheidsniveaus). Noodplanning voor continue werking Een degelijke voorbereiding op noodgevallen is van essentieel belang voor de ononderbroken werking van uw computercentrum wanneer er een stroomstoring optreedt. Als er een stroomstoring optreedt, hangt een ononderbroken werking van het systeem af van de informatie die is opgeslagen op kaarten, banden of schijven en van de apparatuur die wordt gebruikt om de informatie te verwerken die onmiddellijk beschikbaar is. Er moeten maatregelen worden getroffen om in noodgevallen andere apparatuur te kunnen gebruiken en om personeel, gegevens en voorraden naar een tijdelijke locatie over te brengen. Er moeten ook maatregelen worden getroffen om ervoor te zorgen dat ook de omgevingsapparatuur, zoals de airconditioning, ononderbroken werkt. Gekopieerde records of stamrecords en programmeergegevens moeten in een locatie op afstand worden opgeslagen waar de benodigde informatie kan worden opgehaald om bepaalde werkzaamheden te kunnen hervatten. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 21

34 Voorzorgsmaatregelen en training van personeel In verdere plannen moet de training van personeel worden opgenomen zodat men weet wat er in een geval van nood moet gebeuren. v Laat de alarmsignalen voor branddetectie en voor andere abnormale omstandigheden horen zodat het personeel het alarm kan herkennen. v Zorg voor continue bewaking van de computerruimte, de ruimtes met de airconditioningsapparatuur en energievoorziening en de ruimte voor gegevensopslag. v Inspecteer de stoom- en waterleidingen achter het systeemplafond om alert te zijn op mogelijke schade die het gevolg is van onvoorziene beschadiging, lekkage of condensatie. v Geef de nooduitgangen in de computerruimte aan. Het aantal deuren hangt af van de grootte en de locatie van de ruimte. Train personeel in noodmaatregelen, zoals: Het afsluiten van de elektrische stroom Het afsluiten van het airconditioningssysteem Het afsluiten van het koelwater naar de IT-apparatuur Het bellen van de brandweer Het gebruiken van brandblusapparaten volgens de juiste methode Het bedienen van een kleine brandslang Het in veiligheid brengen van records Het evacueren van personeel Het toepassen van eerste hulp Beveiliging van communicatiebedrading tegen blikseminslag Zorg dat u apparaten tegen blikseminslag installeert om de communicatiebedrading en apparatuur te beschermen tegen stroomschommelingen en stroomstoten die in de communicatiebedrading wordt opgewekt. Voor elke ruimte die blootstaat aan blikseminslagen moet u storingsonderdrukkers installeren aan elk einde van elke buitenkabelinstallatie of deze nu boven de grond is geïnstalleerd of onder de grond is begraven. Informatie over storingsonderdrukkers voor communicatiebedrading en aanbevolen methodes voor buitenkabels kunt u terugvinden in de documentatie over de fysieke planning van het IT-product. Algemene informatie over energie Voor de juiste werking van uw gegevensverwerkingsapparatuur is een betrouwbare stroomvoorziening vereist. IT-apparatuur van IBM heeft een betrouwbare elektrische voedingsbron nodig die storingsvrij is. Elektriciteitsbedrijven leveren in het algemeen energie van voldoende kwaliteit. De onderwerpen over kwaliteit van de voeding, grenzen van spanning en frequentie, stroombelasting en stroombronnen bevatten de richtlijnen en specificaties die nodig zijn om aan de vereisten voor de apparatuur te voldoen. Gekwalificeerd personeel moet ervoor zorgen dat de distributie van de elektriciteit veilig is en voldoet aan lokale en nationale voorschriften. Zij moeten er ook voor zorgen dat het voltage dat bij de aansluiting voor het netsnoer wordt gemeten binnen de opgegeven tolerantie voor de apparatuur valt. Daarnaast is er aparte voeding nodig voor zaken zoals verlichting en airconditioning. Een op de juiste manier geïnstalleerd systeem voor de elektrische stroomvoorziening draagt bij aan een betrouwbare werking van uw IBM -apparatuur. Andere factoren die u in overweging moet nemen als u een planning voor het elektrische systeem maakt en dit systeem installeert, zijn de plaatsing van een aardegeleider met een lage impedantie en bescherming tegen blikseminslagen. Afhankelijk van de geografische locatie kunnen er speciale maatregelen nodig zijn om apparatuur tegen blikseminslag te beschermen. De aannemer die uw elektrische systeem 22 Voorbereiding van de installatielocatie

35 aanlegt moet zorgen dat aan alle lokale en nationale voorschriften wordt voldaan. Elektrische stroom voor een gebouw is meestal afkomstig van een driefase stroomverdelingssysteem. Kantoorruimtes krijgen meestal energie via enkelfase stopcontacten en ruimtes voor gegevensverwerking krijgen driefasevoeding. Sommige IT-apparaten van IBM hebben standaard driefasevoeding nodig; andere apparaten hebben enkelfase energie nodig. De energievereisten voor elk apparaat zijn opgegeven in de afzonderlijke serverspecificaties voor die server. Nominaal voltage, stekkers, stopcontacten, en in sommige gevallen, inbouw- en wandcontactdozen worden beschreven in de bijbehorende serverspecificaties. Raadpleeg de respectievelijke serverspecificaties om de energievereisten te bepalen. Zorg dat de bestaande verdeelkaststopcontacten van het juiste type zijn en op de juiste manier zijn geaard. Verwante informatie: Serverspecificaties Kwaliteit van de energie De kwaliteit van de elektrische stroom kan een groot verschil maken voor gevoelige elektronische apparatuur. Door u te houden aan deze richtlijnen bent u verzekerd van een goede stroomvoorziening voor uw computercentrum. IBM-apparaten zijn bestand tegen stroomstoringen en stroomstoten. Grote stroomstoringen kunnen echter storingen of fouten in de energievoorziening van de apparatuur veroorzaken. Stroomstoten kunnen afkomstig zijn van het elektriciteitsbedrijf, maar worden vaker veroorzaakt door elektrische apparatuur die in het gebouw is geïnstalleerd. Stroomstoten kunnen bijvoorbeeld worden veroorzaakt door lasapparaten, hijskranen, motors, inductieovens, liften, kopieermachines en andere kantoorapparaten. De beste manier om problemen te voorkomen die door stroomstoringen worden veroorzaakt, is om apparatuur die stroomstoten kan veroorzaken op een andere energievoorziening te laten werken dan de energievoorziening van uw IT-apparatuur. Aarde Als de term aarde wordt gebruikt met betrekking tot elektrische stroomsystemen wordt een geleidende verbinding bedoeld tussen een elektrisch circuit en de aarde of een ander geleidend voorwerp dat als aarde fungeert. De term aarde wordt het meest gebruikt, maar ook de termen aarding of terra worden gebruikt. In dit onderwerp wordt er geen onderscheid gemaakt tussen deze termen en andere lokale taalvarianten. Aarde is een essentieel onderdeel voor een distributiesysteem voor elektrische stroom. Als een aardingssysteem op de juiste manier is geïnstalleerd, kan apparatuur die met de elektrische krachtbron is verbonden veilig worden gebruikt, zowel onder normale condities als in het geval van elektrische storingen of storingen in de apparatuur. De veiligheidsfunctie van aarde en aardingsmethoden is vastgelegd in lokale en nationale voorschriften voor elektrische bedrading. In de Verenigde Staten staan dergelijke voorschriften bekend als de National Electric Code of publicatie 70 van de National Fire Protection Association. Veel landen hebben de National Electric Code overgenomen of hebben vergelijkbare voorschriften ontwikkeld. De National Electric Code en vergelijkbare voorschriften hebben een veilige werking van distributiesystemen voor elektrische stroom en installaties met elektrische apparatuur als hoofddoel. Een efficiënte werking van apparaten die met de stroomdistributiesystemen zijn verbonden, kan echter niet altijd worden gegarandeerd als deze voorschriften worden nageleefd. Als er gevoelige apparatuur wordt aangesloten, is het vaak nodig om extra aardeverbindingen aan te leggen. Extra aardeverbindingen worden vooral aanbevolen als er kans is op hoge frequentie- of radiofrequentiestoringen die van invloed kunnen zijn op elektronische circuits. Deze extra aardingsvereisten worden voor bepaalde apparatuur vaak in de installatiedocumentatie besproken. Extra aardingsvereisten kunnen ook bestaan uit aanbevelingen op basis van evaluaties, rapporten of onderzoeken van ingenieursbureaus of computercentra. In lokale en nationale voorschriften wordt rekening gehouden met het installeren van extra aardegeleiders. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 23

36 Aarding IBM-apparaten hebben, tenzij dubbel geïsoleerd, netsnoeren met een geïsoleerde aardingsgeleider (kleurcode groen of groen met gele streep) waarmee het frame van het apparaatwordt verbonden met het aardingspunt van de netsnoeraansluiting. De netsnoeraansluitingen van de IBM-apparaten worden in de documentatie van de apparatuur besproken en moeten bij de bijpassende stekkers horen. In sommige gevallen bestaat er de mogelijkheid om vergelijkbare aansluitingen van andere fabrikanten te gebruiken. De stekkers van de IBMapparaten mogen niet worden vervangen of gemodificeerd zodat deze op bestaande aansluitingen of stopcontacten passen. Als u dit toch doet, kan de veiligheid in gevaar komen en kunt u het recht op garantie verliezen. De aansluitingen vooribm-apparaten moeten worden aangesloten op een verdeelkast met een aardingsgeleider die verbonden is met de aardingsbusbalk in het distributiepaneel van de verdeelkast. De aardingsbusbalk in het paneel moet vervolgens met de aarding van de service-ingang of het gebouw worden verbonden via een aardingsgeleider. IT-apparatuur moet op de juiste manier worden geaard. Het wordt aanbevolen om een geïsoleerde, groene aardingsdraad, die even groot is als de fasedraad, te installeren tussen het verdeelkastpaneel en het stopcontact. Voor de veiligheid van het personeel moet de aarde een voldoende lage impedantie hebben om het voltage te beperken tot de aarde en de werking van beschermende apparaten in het circuit te ondersteunen. Het aardingspad mag bijvoorbeeld niet hoger zijn dan 1 ohm voor verdeelkastapparaten van 120 volt en 20 ampère. De impedantielimiet van het aardingspad is 0,5 ohm voor verdeelkasten van 120 volt die worden beschermd door stroomonderbrekers van 30 ampère. De limiet bedraagt 0,1 ohm voor 120 volts circuits van 60 tot 100 ampère. Alle aarding die de ruimte binnenkomt moet ergens in het gebouw worden gebundeld om voor een gemeenschappelijk aardingspotentieel te zorgen. Dit geldt ook voor eventuele afzonderlijke voedingsbronnen, verlichting en extra stopcontacten, en andere geaarde objecten, zoals bouwstaal, leidingen en afvoeren. De aardingsgeleider moet elektrisch verbonden zijn met de buitenkant van het computerstroomcentrum en met het aardingspunt van het stopcontact. Een kabelgoot mag niet de enige aarding zijn en moet parallel verbonden zijn met eventuele aardingsgeleiders. 24 Voorbereiding van de installatielocatie

37 Figuur 8. Tijdelijke aardingsplaat Tijdelijke aarding Om de effecten van hoogfrequente elektrische ruis te minimaliseren, moet de verdeelkast voor de apparatuur zodanig worden geïnstalleerd dat het paneel contact maakt met bouwstaal of hier met een korte kabel mee verbonden is. Als dit niet mogelijk is, kan er een metalen plaat van ten miste 1 m 2 worden gebruikt die contact maakt met het metselwerk. De plaat moet worden verbonden met de gemeenschappelijke, groene geleider. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 25

38 Figuur 9. Tijdelijke aardingsplaat De verbinding kan het beste worden gemaakt met een gevlochten band. Als er geen gevlochten band beschikbaar is, moet de verbinding bestaan uit een geleider van nr 12 AWG (3,3 mm) of groter en mag deze niet langer zijn dan 1,5 m. Om de lengte te beperken, moet deze gevlochten band of geleider bij voorkeur worden verbonden met het dichtstbijzijnde deel van de buitenkant van het paneel, mits de buitenkant elektrisch geleidend is vanaf het gemeenschappelijke punt van de groene geleider tot aan dit punt van de verbinding. De draagstructuur van de verhoogde vloer kan als vervanger van de tijdelijke plaat worden gebruikt mits deze structuur over een consistent laag impedantiepad heeft. Als de verhoogde vloer dwarsbalken heeft of andere hulpconstructies die een elektrische verbinding maken met de stutten, dan kan de vloer zelf als een SRP (Signal Reference Plane) worden gebruikt. Sommige verhoogde vloeren hebben geen dwarsbalken en de vloertegels vallen alleen door de zwaartekracht in de geïsoleerde stutten. Als er geen betrouwbare elektrische verbinding tussen de stutten bestaat, kan er een SRG (Signal Reference Grid) worden gemaakt door de stutten onderling met geleiders te verbinden. Een minimaal raster verbindt de stutten om en om in de directe omgeving van het stroompaneel en is in alle richtingen minstens 3 m lang. 26 Voorbereiding van de installatielocatie

39 Figuur 10. Tijdelijke aarding met behulp van de verhoogde-vloersteunconstructie Figuur 11. SRG (Signal Reference Grid) Er is een gevlochten, kale of geïsoleerde geleider van minimaal nr 8 AWG (8 mm) koperdraad vereist. Deze geleider zorgt voor een laag impedantiepad en is sterk genoeg om fysieke schade te voorkomen. Elke verbindingsmethode is aanvaardbaar mits deze voor een betrouwbare elektrische en mechanische verbinding zorgt. Een zelfstandig stroomvoorzieningssysteem met afzonderlijk bron (computerstroomcentra, transformatoren, motorgeneratoren) dat op een verhoogde vloer is geïnstalleerd, heeft dezelfde vereisten. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 27

40 Energiespecificaties Uw server is normaal gesproken uitgerust met een energievoorziening die voldoet aan de voltagestandaards van 50 of 60 Hz die in de volgende tabellen worden weergegeven. Tabel hertz standaardvoltages Enkelfase Driefase Opmerking: 1. In deze tabel ziet u de beschikbare nominale voltages bij de opgegeven frequentie. De kolommen voor enkelfase en driefase impliceren geen faserelatie. Tabel hertz standaardvoltages Enkelfase Driefase Opmerking: 1. In deze tabel ziet u de beschikbare nominale voltages bij de opgegeven frequentie. De kolommen voor enkelfase en driefase impliceren geen faserelatie. Beperkingen voor voltage en frequentie Voor een goede werking van de server mogen de toleranties voor het voltage en de frequentie niet worden overschreden. Het fase-naar-fase, stabiele voltage moet worden aangehouden met een marge van plus 6 procent tot min 10 procent van het normale, nominale voltage. Dit voltage wordt gemeten aan het stopcontact als het systeem in bedrijf is. Stijgingen of dalingen in het voltage mogen niet hoger dan 15 procent of lager dan 18 procent van het nominale voltage zijn en moeten binnen 0,5 seconde terugkeren naar een stabiele tolerantie van plus 6 procent of min 10 procent van het normale, nominale voltage. Voor sommige servers kunnen speciale overwegingen bestaan en kunnen meer of minder beperkende specificaties hebben. Raadpleeg de afzonderlijke serverspecificaties voor de werkelijke vereisten. Vanwege de kans op stroombesparingen (geplande voltagevermindering door het energiebedrijf) of andere marginale voltage-omstandigheden, kan het verstandig zijn om een voltagemonitor te installeren. Voor de fasefrequentie moet 50 of 60 Hz + 0,5 Hz worden aangehouden. De waarde van een driefase-naar-fase-apparatuurvoltage in het driefasesysteem mag niet meer dan 2,5 procent afwijken van het rekenkundige gemiddelde van de drie voltages. Alle drie lijn-naar-lijn-voltages moeten vallen binnen de limieten die hierboven zijn aangegeven. De maximale totale harmonische inhoud van de voltagegolfvormen van het energiesysteem op de apparatuurvoeding mag niet groter zijn dan 5 procent als de apparatuur operationeel is. Netspanning U kunt de voorlopige omvang van de totale energiebelasting berekenen door de totale energievereisten voor alle aan te sluiten apparaten bij elkaar op te tellen. Voor een nauwkeurige analyse van de vereisten voor een stroomverdelingssysteem kunt u een afdruk van een IBM System Power Profile Program bij uw leverancier aanvragen. Het System Power Profile Program, bestuurd en bediend door een installatieplanningsmedewerker, bevat een vectoranalyse in plaats van een rekenkundige optelsom van de totale energie. De vectoranalyse houdt rekening met de energiefactor en faseverhoudingen. Daarnaast houdt het rekening met vervormingen van golfvormen die 28 Voorbereiding van de installatielocatie

41 worden veroorzaakt door de laad- en instroomvereisten. U moet een planning voor extra capaciteit maken die nodig is voor toekomstige uitbreiding. Neem contact op met de installatieplanningsmedewerker voor informatie over het verkrijgen van een System Power Profile. Primaire energieproblemen Uw server is ontworpen om te werken op de normale energie die door de meeste elektriciteitsbedrijven wordt geleverd. Mogelijke computerstoringen kunnen echter worden veroorzaakt door externe (uitgezonden of geleide) tijdelijke elektrische geluidssignalen die via de stroomkabel naar de computer worden overgedragen. Om deze storingen tegen te gaan, moet het ontwerp van de stroomverdeling voldoen aan de specificaties dit in dit onderwerp worden besproken. Storingen die door de voedingsbron worden veroorzaakt, bestaan meestal uit de volgende drie types: v Storingen in de stroomkabel, zoals tijdelijke dalingen in het voltage en langdurige stroomstoringen. Als de frequentie van dergelijke stroomstoringen niet acceptabel is, kan het nodig zijn om noodvoeding of andere voorzieningen voor het opslaan van energie te installeren. v Tijdelijk, elektrisch geluid dat via stroomkabels wordt overgedragen, kan worden veroorzaakt door verschillende industriële, medische, communicatie- of andere apparaten: in de computerruimte die naast de computerruimte worden gebruikt die in de nabijheid van de distributiekabels van het energiebedrijf worden gebruikt. Het overschakelen tussen grote elektrische ladingen kan problemen veroorzaken, zelfs als de bron zich op een andere verdeelkast bevindt. Als dit het geval is, kan het raadzaam zijn om voor een aparte voeding of transformator voor uw server te zorgen die rechtstreeks van de voedingsbron wordt afgeleid. Als de stroomstootproducerende apparaten van de voeding zijn uitgesloten en er nog steeds storingen in het stroompaneel van de computerruimte of in de stroomkabel optreden, kan het nodig zijn om isolatieapparatuur te installeren (bijvoorbeeld transformators, motorgeneratoren of andere apparatuur waarmee energie in de juiste banen wordt geleid.) Beveiliging tegen blikseminslag Het installeren van een beveiliging tegen blikseminslag op de voedingsbron van de computer wordt aanbevolen als: v De primaire energie wordt geleverd door een bovengrondse energiebron. v Het energiebedrijf bliksemafleiders installeert op de primaire voedingsbron. v De ruimte vatbaar onderhevig is aan elektrische stormen of een vergelijkbaar type stroomstoot. Beveiliging van communicatiebedrading tegen blikseminslag Zorg dat u apparaten tegen blikseminslag installeert om de communicatiebedrading en apparatuur te beschermen tegen stroomschommelingen en stroomstoten die in de communicatiebedrading wordt opgewekt. Voor elke ruimte die blootstaat aan blikseminslagen moet u storingsonderdrukkers installeren aan elk einde van elke buitenkabelinstallatie of deze nu boven de grond is geïnstalleerd (antenne) of onder de grond is begraven. Informatie over storingsonderdrukkers voor communicatiebedradingssystemen en aanbevolen installatiemethoden voor buitenkabels kunt u terugvinden in de handleiding van het specifieke gegevensverwerkingssysteem. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 29

42 Voedingsbron Als u zich houdt aan deze richtlijnen, is uw computercentrum straks verzekerd van een goede voedingsbron. De primaire voedingsbron is meestal een driefaseservice van het type wye of delta die afkomstig is van een service-ingang of een afzonderlijke bron met de bijbehorende overstroombescherming en de juiste aarding (aarding van service-ingang of gebouw). Met een driefase, vijfdraads stroomverdelingssysteem zorgt u voor een flexibele gegevensverwerkingsinstallatie. Afhankelijk van het geïnstalleerde apparaattype kan een enkelfase stroomverdelingssysteem ook voldoende zijn. Met het vijfdraadse systeem kunt u stroom leveren aan driefaselijn naar lijn, enkelfaselijn naar lijn en enkelfaselijn naar neutraal. De vijf draden bestaan uit drie fasegeleiders, een neutrale geleider en een geïsoleerde aardingsgeleider (groen, of groen met een gele streep). Een kabelgoot moet niet het enige aardingsmiddel zijn. Stroompaneelvoedingen Zorg dat de voedingsdraden naar het verdeelkastdistributiepaneel (weergegeven in Kwaliteit van de energie) groot genoeg zijn om de totale energiebelasting voor de server aan te kunnen. Het wordt aanbevolen dat deze voedingen geen andere belastingen verwerken. Verdeelkasten Het verdeelkastpaneel van de computer moet in een opgeruimde, goed verlichte locatie in de computerruimte staan. De verschillende verdeelkasten op het paneel moeten worden beveiligd met de juiste stroomonderbrekers die aan de hand van de specificaties van de fabrikant en de bijbehorende codes zijn gecontroleerd. U moet elke stroomonderbreker een label geven om aan te geven welke stroomonderbreker bij welke verdeelkast hoort. U moet het stopcontact ook een label geven. Als er een verdeelkast en stopcontact voor uw server zijn geïnstalleerd, is het raadzaam om de aardingsgeleider van de verdeelkast te isoleren en te zorgen dat deze net zo groot is als de fasegeleiders. De aardingsgeleider is een geïsoleerde aardingsgeleider voor de apparatuur, niet de neutrale geleider. Aansluitkasten die onder de verhoogde vloer zijn geïnstalleerd, moeten zich op minder dan 0,9 m afstand bevinden van de server waaraan ze stroom leveren. Als de verdeelkasten in een rigide of niet-rigide metalen kabelgoot zijn ingebouwd, moet het kabelgootsysteem geaard zijn. Dit wordt bereikt door de goot te verbinden met het verdeelpaneel, dat op zijn beurt weer is verbonden met het gebouw of met de aarde van de transformator. Netsnoeren zijn 4,3 m lang, tenzij anderszins aangegeven in de specificaties van de server. De lengte wordt gemeten vanaf het uitgangssymbool op de plattegronden. Sommige stekkers die door uw leverancier worden geleverd zijn waterdicht en moeten onder de verhoogde vloer van de computerruimte worden geplaatst. Faserotatie De bedrading van driefasestopcontacten van sommige apparatuur, zoals printers, moet geschikt zijn voor een juiste faserotatie. Als u naar de voorkant van het stopcontact kijkt en vanaf de aardepin met de klok meetelt, bestaat de volgorde uit fase 1, fase 2 en fase Voorbereiding van de installatielocatie

43 Noodbesturing Er moet een uitschakelmechanisme zijn waarmee de stroom naar alle elektronische apparatuur in de computerruimte kan worden uitgeschakeld. Dit uitschakelmechanisme moet naast de belangrijkste uitgangen worden geplaatst op een plek die makkelijk toegankelijk is voor de gebruiker. Er moet ook een vergelijkbaar uitschakelmechanisme beschikbaar zijn om het airconditioningssysteem van deze ruimte te kunnen uitschakelen. Raadpleeg de lokale en nationale regels voor de vereisten aan uw installatie. Artikel 645 van de National Electric Code (NFPA 70) bevat de vereisten voor deze ruimte. Zie Noodplanning voor continue werking. Extra stopcontacten Er moeten voldoende extra stopcontacten in de computerruimte en in de ruimte van de technische dienst worden geplaatst die kunnen worden gebruikt door onderhoudspersoneel en medewerkers van de technische dienst. De extra stopcontacten moeten op de lichtcircuits of andere circuits van het gebouw worden geplaatst en niet op het computerstroompaneel of de voeding. De extra stopcontacten van de servers mogen onder geen beding voor iets anders worden gebruikt dan voor het normale onderhoud. Verwante onderwerpen: Kwaliteit van de energie op pagina 23 De kwaliteit van de elektrische stroom kan een groot verschil maken voor gevoelige elektronische apparatuur. Door u te houden aan deze richtlijnen bent u verzekerd van een goede stroomvoorziening voor uw computercentrum. Noodplanning voor continue werking op pagina 21 Een degelijke voorbereiding op noodgevallen is van essentieel belang voor de ononderbroken werking van uw computercentrum wanneer er een stroomstoring optreedt. Verwante informatie: Serverspecificaties Configuraties voor installatie met dubbele voedingsbron Deze configuraties voor installaties met een dubbele voedingsbron stellen u in staat optimaal te profiteren van de volledig redundante stroomvoorzieningen van uw server. Sommige IBM Systems-modellen zijn ontworpen met een volledig redundant spanningssysteem. De mogelijke installatieconfiguraties zijn: Installatie met dubbele voedingsbron: Redundant distributiepaneel en schakelkast Voor deze configuratie is het nodig dat het systeem wordt voorzien van stroom via twee afzonderlijke stroomverdelers. Beide stroomverdelers krijgen hun stroom dan van een aparte schakelkast. Op de meeste locaties is een dergelijke redundantie niet beschikbaar. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 31

44 Figuur 12. Installatie met dubbele voedingsbron - Redundant distributiepaneel en schakelkast Installatie met dubbele voedingsbron: Redundant distributiepaneel Voor deze configuratie is het nodig dat het systeem wordt voorzien van stroom via twee afzonderlijke stroomverdelers. Beide stroomverdelers krijgen hun stroom dan van een aparte schakelkast. Op de meeste locaties is een dergelijk redundantieniveau haalbaar. 32 Voorbereiding van de installatielocatie

45 Figuur 13. Installatie met dubbele voedingsbron - Redundant distributiepaneel Enkelvoudig distributiepaneel: Dubbele stroomonderbrekers Voor deze configuratie is het nodig dat het systeem wordt voorzien van stroom via twee afzonderlijke stroomonderbrekers op hetzelfde voedingspaneel. Voor deze configuratie wordt niet volledig gebruik gemaakt van de door de processor geleverde redundantie. Het is echter wel acceptabel wanneer er geen tweede voedingsdistributiepaneel beschikbaar is. Figuur 14. Enkelvoudig distributiepaneel - Dubbele stroomonderbrekers Bepalen van de airconditioning Het airconditioningssysteem moet het hele jaar rond zorgen voor een optimale regeling van de temperatuur en de luchtvochtigheid vanwege de warmte die wordt afgegeven als de apparatuur wordt gebruikt. In de serverspecificaties van elke server vindt u de waarden voor de afgegeven warmte. Airconditioningsapparaten moeten niet worden aangedreven vanaf het computerstroompaneel vanwege Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 33

46 het feit dat de compressoreenheden veel stroom verbruiken als het airconditioningssysteem wordt gestart. De voedingskabels voor het airconditioningsysteem en voor de stroomvoorziening van de computerruimte mogen niet in dezelfde kabelgoot worden geplaatst. U moet rekening houden met de volgende factoren als u wilt bepalen welke airconditioningscapaciteit u voor de installatie nodig hebt: v De afgegeven warmte van IT-apparatuur v Aantal personeelsleden v Verlichtingseisen v De hoeveelheid frisse lucht die wordt binnengelaten v De mogelijke verwarming van gecirculeerde lucht v Warmtegeleiding via buitenmuren en ramen v Hoogte van het plafond v Vloeroppervlak v Aantal deuropeningen en de locatie van de deuren v Het aantal afscheidingen en de hoogte van de afscheidingen De meeste servers worden luchtgekoeld door interne ventilatoren. Voor de gegevensverwerkingsinstallatie wordt een apart airconditioningssysteem aanbevolen. Er kan ook een apart systeem vereist zijn voor kleine systemen of afzonderlijke servers die bedoeld zijn om te worden gebruikt als het normale airconditioningssysteem van het gebouw niet werkt of niet voldoende functioneert. In de serverspecificaties van elke server vindt u de waarden voor de warme-afgifte van de server. Raadpleeg de omgevingsvereisten in de serverspecificaties van uw server. Verwante informatie: Serverspecificaties Algemene richtlijnen voor computercentra Hier vindt u algemene richtlijnen voor de installatie van uw computercentrum. Raadpleeg de meest recente ASHRAE-publicatie, "Thermal Guidelines for Data Processing Environments", januari U kunt dit document online aanschaffen bij ashrae.org. In een bepaald gedeelte wordt een gedetailleerde procedure besproken voor het beoordelen van de koeling van het computercentrum en wordt besproken hoe een maximale koeling kan worden bereikt. Overwegingen bij servers en opslag De meeste IBM-servers en opslagproducten zijn ontworpen om gekoelde lucht via de voorkant van de server aan te zuigen en warme lucht via de achterkant uit te stoten. De belangrijkste vereiste is om ervoor te zorgen dat de luchttemperatuur aan de voorkant van de apparatuur de omgevingsspecificaties van IBM niet overschrijdt. Raadpleeg de omgevingsvereisten in de serverspecificaties of de hardwarespecificatieformulieren. Zorg ervoor dat de luchtinlaat en -uitlaat niet verstopt raken met papier, kabels of andere obstakels. Als u de server uitbreidt of repareert, moet u zich houden aan de maximale tijdslimiet voor het verwijderen van de kap terwijl de server blijft draaien. Als u klaar bent met uw werk, moet u ervoor zorgen dat u alle ventilatoren, koelelementen, ventilatieschotten en andere onderdelen opnieuw installeert volgens de IBM documentatie. Fabrikanten, waaronder IBM, rapporteren de warmtebelasting volgens de thermische richtlijnen voor gegevensverwerkingsomgevingen, die in januari 2004 door de ASHRAE zijn gepubliceerd onder de naam "Thermal Guidelines for Data Processing". Hoewel deze gegevens bedoeld zijn voor het verdelen van de warmtebelasting, moet u wel oppassen als u deze gegevens gebruikt om de vraag en het aanbod van de koeling te verdelen omdat veel toepassingen tijdelijk zijn en niet voortdurend een constante warmte afgeven. U moet daarom over een gedegen kennis beschikken over hoe de apparatuur en toepassingen zich 34 Voorbereiding van de installatielocatie

47 gedragen wat betreft de warmtebelasting, waarbij u tevens rekening moet houden met toekomstige groei. Overwegingen bij rekken of behuizing Opmerking: Met rekken wordt in dit gedeelte ook verwezen naar behuizingen, frames en elke andere veelgebruikte term waarmee eenheden worden aangegeven die in een rek geïnstalleerde apparatuur bevatten. IBM Enterprise 19-inch-rekken zijn ontworpen voor een maximale luchtcirculatie voor de in het rek geïnstalleerde apparatuur. Gekoelde lucht wordt via de voorkant aangezogen en via de achterkant uitgestoten door de ventilatoren in de apparatuur die in het rek is geïnstalleerd. De meeste IBM-rekken hebben een geperforeerde achterdeur en een optionele geperforeerde voordeur. Sommige rekken beschikken over een optioneel akoestisch procédé waarmee geluidsemissies van het rek worden verminderd. Als er niet-ibm rekken worden gebruikt, worden dichte deuren of deuren met een flinke hoeveelheid decoratief glas niet aanbevolen omdat dergelijke deuren verhinderen dat er voldoende lucht in en uit het rek kan stromen. Er moet worden voorkomen dat warme lucht die de achterkant van het rek verlaat niet opnieuw via de voorkant van het rek kan circuleren. Er kunnen twee acties worden ondernomen om te voorkomen dat warme lucht opnieuw circuleert. Ten eerste moet met afdekpanelen eerst alle lege rekruimte worden opgevuld die niet met meegeleverde apparatuur is opgevuld. Er kunnen 1U- en 3U-afdekpanelen worden gebruikt om de luchtcirculatie binnen het rek te blokkeren. Als er in uw rek geen afdekpanelen zijn geïnstalleerd, kunt u deze aanschaffen bij IBM. Figuur 15. Afbeelding 1U- en 3U-afdekpanelen en onderdeelnummers Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 35

48 Indexnummer FRU-onderdeelnummer Eenheden per assemblage Beschrijving 1 97H9754 Naar behoefte Klem 1U-afdekpaneel (zwart) 62X3443 Naar behoefte Klem 1U-afdekpaneel (wit) 2 97H9755 Naar behoefte Klem 3U-afdekpaneel (zwart) 62X3444 Naar behoefte Klem 3U-afdekpaneel (wit) 3 12J4072 Naar behoefte Klem 1U-afdekpaneel (zwart) 4 12J4073 Naar behoefte Klem 3U-afdekpaneel (zwart) 5 74F per Item 3 M5-moerklem 74F per Item 4 M5-moerklem per Item 3 M5 X 14 zeshoekige flens per Item 4 M5 X 14 zeshoekige flens Ten tweede moet er voldoende ruimte zijn rondom de rekken. Raadpleeg de ruimtevereisten in de serverspecificaties of de hardwarespecificatieformulieren. De vloerindeling mag niet zodanig zijn dat de uitgestoten warme lucht aan de achterkant van het ene rek via de voorkant van het andere rek naar binnen kan komen. Ten slotte is goed kabelbeheer een ander belangrijk element om de luchtstroom door het rek te maximaliseren. Kabels moeten zodanig worden aangelegd en vastgemaakt dat deze de luchtstroom in en uit het rek niet hinderen. Een dergelijke obstructie kan de volumetrische luchtstroom door de apparatuur behoorlijk verminderen. Gebruik een met ventilatoren uitgerust rek of behuizing met de nodige voorzichtigheid. Afhankelijk van de hoeveelheid apparatuur die in de behuizing is geïnstalleerd, kunnen de luchtverplaatsers in de behuizing veroorzaken dat er minder lucht wordt gecirculeerd dan voor de apparatuur nodig is. Ruimteoverwegingen Computercentra die de afgelopen tien jaar zijn ontworpen en gebouwd, zijn in staat om 3KW warmtebelasting per behuizing te koelen. Deze ontwerpen bestaan vaak uit verhoogde vloeren met lucht gevulde ruimtes (plenum) die 45 tot 60 cm hoog zijn, plafonds van 2,4 tot 2,7 meter hoog en CRACeenheden (Computer Room Air Conditioning) die langs de wanden van de computerruimte zijn geplaatst. De IT-apparatuur neemt ongeveer 30-35% van de totale computerruimte in beslag. De overig ruimte bestaat uit lege ruimte, (bijvoorbeeld toegangspaden, serviceruimtes), stroomverdelers en CRACeenheden. Tot voor kort werd er weinig aandacht besteedt aan beoordelingen van de warmtebelasting, apparatuurindeling, luchttoevoerpaden, verdeling van de warmtebelasting en het plaatsen van vloertegels of openingen in de vloer. De totale warmtebelasting van uw installatie beoordelen U moet een beoordeling van de totale warmtebelasting uitvoeren om het evenwichtspunt voor de computeromgeving vast te kunnen stellen. Het doel van de beoordeling is uitvinden of u over voldoende koeling, inclusief redundantie, beschikt om de warmtebelasting te verwerken die u wilt installeren of al hebt geïnstalleerd. Er bestaan verschillende methoden om een dergelijke beoordeling uit te voeren, maar de meest gebruikte methode is om de warmtebelasting en de koeling te evalueren in logische onderdelen, die bestaan uit I-balken, obstakels voor de luchtstroom of de locatie van CRAC-eenheden. Apparatuurindeling en luchttoevoerpaden Aanbevolen wordt om een indeling met warme en koude gangpaden te gebruiken. Deze indeling wordt uitgelegd in de ASHRAE-publicatie "Thermal Guidelines for Data Processing Environments", januari Voorbereiding van de installatielocatie

49 Op de volgende afbeelding worden rekken in het computercentrum zodanig gerangschikt dat er koude en warme gangpaden ontstaan. Het koude gangpad bestaat uit geperforeerde vloertegels waarmee twee rijen met rekken van elkaar worden gescheiden. De gekoelde lucht wordt via de geperforeerde vloertegels uitgestoten en wordt via de voorkant van de rekken aangezogen. De luchtinlaten van elk rek (aan de voorkant van elk rek) staan in de richting van het koude gangpad. Dankzij deze indeling kan de warme lucht die aan de achterkant van de rekken wordt uitgestoten, weer door de CRAC-eenheden worden aangezogen. Hierdoor wordt grotendeels voorkomen dat warme lucht die door de rekken wordt uitgestoten weer via de luchtinlaten van de rekken wordt aangezogen. CRAC-eenheden worden aan het eind van de warme gangpaden geplaatst zodat warme lucht gemakkelijk kan terugkeren naar de CRAC-eenheid en de statische druk op de koude gangpaden wordt gemaximaliseerd. Figuur 16. Indeling in warme en koude gangpaden Het belangrijkste punt voor het beheren van de warmtebelasting van het computercentrum is ervoor zorgen dat de temperatuur van de lucht die door de rekken wordt aangezogen voldoet aan de specificaties van de fabrikant. Omdat de gekoelde lucht die via de geperforeerde tegels in het koude gangpad wordt uitgestoten wellicht onvoldoende is om aan de vereisten voor gekoelde luchtstromen voor het rek te voldoen, worden er ook van andere gedeelten van de verhoogde vloer luchtstromen aangezogen die wellicht niet gekoeld zijn. Zie de volgende afbeelding. In veel gevallen zal de luchtstroom die via de bovenkant van het rek wordt aangezogen, nadat er via de onderkant niets meer kan worden aangezogen, bestaan uit een mengsel van warme lucht van de achterkant van het systeem en lucht uit andere gedeelten. Voor rekken die zich aan het einde van een rij bevinden, geldt dat de warme luchtstroom die door de achterkant van het rek wordt uitgestoten via de zijkanten aan de voorkant van het rek kan terechtkomen. Deze luchtstroompatronen zijn zowel in computercentra als in modellen van luchtstromen waargenomen. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 37

50 Figuur 17. Mogelijke luchtstroompatronen in rekken Voor een computercentrum dat wellicht niet over een ideale gekoelde luchtstroomverdeling beschikt, kan de volgende grafiek uitkomst bieden. De grafiek bevat richtlijnen voor een adequate gekoelde luchtstroom op basis van een bepaalde warmtebelasting. In de afbeelding wordt rekening gehouden met de meest ongunstige locaties in een computercentrum en met de vereisten om aan de specificaties voor de maximumtemperatuur te voldoen die voor de meeste high-end apparatuur van IBM vereist zijn. Aanpassingen voor hoogteverschillen worden onder aan de afbeelding weergegeven. 38 Voorbereiding van de installatielocatie

51 Figuur 18. Vereisten voor de gekoelde luchtstroom en de temperatuur voor high-end apparatuur De meestgebruikte methoden voor de luchttoevoer voor rekken kunt u vinden in Verdeling van lucht in het systeem. Verdeling warmtebelasting Vanwege de toegenomen mogelijkheden van de apparatuur en de bijbehorende warmtebelasting ontstaan er in computercentra hotspots rond warmtebelastingen die 3KW overschrijden. Beheerders van computercentra ontdekken dat het steeds moeilijker wordt om koelschema's voor een grootschalige inzet van apparatuur met een hoge warmtebelasting te plannen. Er zijn in wezen twee benaderingen mogelijk voor een grootschalige inzet van high-end servers of opslagproducten: v Zorg voor voldoende koeling voor de maximale warmtebelasting in het gehele computercentrum. v Zorg voor een gemiddelde koeling van het computercentrum en zorg dat de mogelijkheid bestaat om de koeling in beperkte, lokale ruimtes te vergroten. Optie 1 is erg kostbaar en meer geschikt voor nieuwe uitbreidingen. Voor optie 2 bestaan er een aantal stappen die kunnen worden uitgevoerd om de koeling in bestaande computercentra te verbeteren en om de koelingsmogelijkheden in beperkte ruimtes te verbeteren. De eerste aanbeveling bestaat uit het voor de high-end rekken plaatsen van geperforeerde vloertegels met een hoge doorstroomcapaciteit. De tweede aanbeveling bestaat uit het aanleggen van speciale middelen voor het onmiddellijk verwijderen van uitgestoten warme lucht aan de achterkant van high-end rekken Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 39

52 voor deze de kans krijgt om terug te stromen naar de luchtinlaten van rekken in een ander gedeelte van de ruimte. Dit kan worden gerealiseerd door speciale schotten of rechtstreekse leidingen te installeren waarmee de luchtstroom wordt teruggeleid naar de CRAC-eenheden. Er is veel bouwkundige expertise nodig om ervoor te zorgen dat bepaalde aanbevelingen geen negatief effect hebben op de dynamische eigenschappen van de statische druk onder de vloer en de luchtstroomverdeling. In computercentra met voldoende vloerruimte is het erg praktisch om de gehele verhoogde vloer te voorzien van een constante koeling en om apparatuur uit rekken te halen of een grotere onderlinge afstand tussen de rekken te bewaren om op die manier aan de mogelijkheden per behuizing van de vloer te voldoen. Het plaatsen van vloertegels en openingen in de vloer Geperforeerde tegels moeten alleen in de koude gangpaden worden geplaatst parallel aan de luchtinlaten van de apparatuur. Er mogen geen geperforeerde tegels in de warme gangpaden worden geplaatst, zelfs niet als de warmte ondraaglijk is. Warme gangpaden zijn per definitie warm. Als er open tegels in een warm gangpad worden geplaatst, wordt de temperatuur van de luchtstroom die naar de CRAC-eenheden wordt geleid kunstmatig verlaagd, waardoor de efficiëntie en de beschikbare capaciteit van deze eenheden wordt verminderd. Dit fenomeen draagt bij aan het ontstaan van hotspots in het computercentrum. Geperforeerde tegels mogen niet te dicht bij de CRAC-eenheden worden geplaatst. Er kan in gedeelten onder de verhoogde vloer waar luchtsnelheden van meer dan 160 meter per minuut voorkomen (meestal binnen zes vloertegels van de eenheid die de warmte afgeeft) een Venturi-effect ontstaan waardoor lucht uit de ruimte onder de verhoogde vloer wordt gezogen, hetgeen haaks staat op het beoogde resultaat om gekoelde lucht af te geven. De volumetrische doorstroomcapaciteit van vloertegels met verschillende openingspercentages worden weergegeven in de volgende afbeelding. Figuur 19. Volumetrische doorstroomcapaciteit van verschillende verhoogde-vloertegels Vloertegels in computercentra hebben meestal een capaciteit tussen 100 en 300 cfm. Als u de doorstroom optimaliseert met behulp van de richtlijnen in dit document is het mogelijk om een doorstroomcapaciteit van wel 500 cfm te bereiken. Een doorstroomcapaciteit van cfm per tegel is haalbaar als er tegels met het hoogste openingspercentage worden gebruikt. Vloertegels moeten in de koude gangpaden parallel worden geplaatst met de luchtinlaten van de apparatuur. Openingen in de verhoogde vloer die niet bedoeld zijn om gekoelde lucht aan de apparatuur in het computercentrum af te geven af te geven, moeten volledig worden afgedicht met materiaal voor kabelopeningen (bijvoorbeeld schuimrubber of brandwerend materiaal). Andere openingen die moeten 40 Voorbereiding van de installatielocatie

53 worden gedicht zijn gaten in de muren, de ondergrond en het plafond van het computercentrum. Als alle openingen worden dichtgemaakt, wordt de statische druk onder de verhoogde vloer gemaximaliseerd, waardoor een optimale luchttoevoer naar de koude gangpaden wordt gerealiseerd en waardoor er geen ongebruikte lucht naar de CRAC-eenheid wordt geleid. Verwante onderwerpen: Luchtdistributie van systeem op pagina 46 U moet goed nadenken over de methode die u wilt gebruiken voor de luchtcirculatie om ruimtes met buitensporige luchtbewegingen (tocht) en hotspots te voorkomen. Verwante informatie: Serverspecificaties Ontwerpcriteria voor de omgeving Met behulp van deze ontwerpcriteria voor de omgeving kunt u optimale bedrijfsomstandigheden voor de server(s) in uw computercentrum creëren. De onderstaande specificaties voor de omgeving zijn gebaseerd op een hoogte van 1800 m. Voor bepaalde systemen gelden meer beperkende vereisten voor temperatuur, vochtigheid en hoogte. Voor nadere informatie leest u de specificaties voor de afzonderlijke systemen. Stofdeeltjes in de lucht (waaronder metaaldeeltjes of -schilfers) en reactieve gassen kunnen op zichzelf en in combinatie met andere omgevingsfactoren, zoals luchtvochtigheid of temperatuur, een risico vormen voor de server. Door de aanwezigheid van te hoge aantallen deeltjes of concentraties van schadelijke gassen kan de server schade oplopen waardoor hij slecht werkt, of helemaal niet meer functioneert. Deze specificatie voor de omgeving gaan in op de limieten voor deeltjes en gassen die in acht moeten worden genomen om dergelijke schade te voorkomen. De limieten moeten niet worden gezien of gebruikt als absolute grenzen, omdat allerlei andere factoren - zoals temperatuur en luchtvochtigheid - invloed hebben op de impact van deeltjes en het effect van gasverontreinigingen. Als in deze specificaties geen specifieke limieten worden gegeven, implementeer dan een beleid voor het handhaven van deeltjes- of gasniveaus dat strookt met de bescherming van gezondheid en veiligheid. Als IBM vaststelt dat de niveaus van deeltjes of gassen in uw omgeving schade heeft toegebracht aan de server, kan IBM aangeven dat voor reparatie of vervanging van de server vereist is dat toepasselijke maatregelen worden genomen om de verontreiniging van de omgeving te verminderen. Implementatie van dergelijke maatregelen is de verantwoordelijkheid van de klant. Tabel 5. Gebruiksomngeving 1, 5 Temperatuur 18 C 27 C ( 4 Laagste luchtvochtigheid Dauwpunt 5,5 C Hoogste luchtvochtigheid 60% relatieve vochtigheid of dauwpunt van 15 C Gasverontreiniging Severityniveau G1 volgens ANSI/ISA , die aangeeft dat de reactiesnelheid van koperbladen kleiner moet zijn dan 300 Angstrom per maand (Å/maand, 0,0039 µg/cm2-uur verhoging van gewicht). 6 Daarnaast moet de reactiesnelheid van zilveren bladen kleiner zijn dan 300Å/maand ( 0,0035 µg/cm 2 -uur verhoging van gewicht). 7 Het bewaken van de reactiviteit van gascorrosie moet worden uitgevoerd op een afstand van ongeveer 5 cm van de voorkant van het rek aan de kant van de luchttoevoer op één- of driekwart framehoogte van de vloer of waar de luchtsnelheid veel hoger is. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 41

54 Tabel 5. Gebruiksomngeving 1, 5 (vervolg) Fijnstofverontreiniging Datacenters moeten voldoen aan verontreinigingsniveau van ISO klasse 8. Voor datacenters zonder "airside economizer" kan eenvoudig aan de ISO klasse 8- norm worden voldaan door een van de volgende filteringen toe te passen: v De lucht in de ruimte kan continu worden gefilterd met MERV 8-filters. v De lucht die het datacenter binnenkomt, kan worden gefilterd met MERV-11 of bij voorkeur MERV 13-filters. Voor datacenters met airside economizers hangt de keuze van filters voor het voldoen aan de ISO klasse 8-norm af van de specifieke condities in het datacenter. De relatieve luchtvochtigheid waarbij de de verontreinigende deeltjes vervloeien moet hoger zijn dan 60% RH 3. In datacenters mogen geen zinkkristallen voorkomen. 8 Opmerkingen: 1. De grenzen van temperatuur en vochtigheid van klasse 1 en 2, gemeten bij de luchtinlaat van de IT-apparatuur zijn afkomstig uit de ASHRAE Thermal Guidelines for Data Processing Environments, tweede uitgave (2009). De aanbevolen maximumtemperatuur van de omgeving vermindert met 1 graad C voor elke 300 m boven de 1800 m. Het toelaatbare bereik voor ASHRAE klasse 1 ligt tussen de 15 C 32 C, 20% 80% relatieve vochtigheid en het toelaatbare bereik voor klasse 2 ligt tussen 10 C 35 C, 20% 80% relatieve vochtigheid. Voor langere perioden raden IT-fabrikanten operators van datacenters aan de aanbevolen omgeving te handhaven voor een maximale betrouwbaarheid. De toelaatbare omgeving is die waarin IT-fabrikanten de werking van hun apparatuur testen om te controleren of deze goed werkt. Dit is geen verklaring van betrouwbaarheid maar voor functionaliteit van IT-apparatuur. 2. ANSI/ISA-S Environmental conditions for process measurement and control systems: Airborne contaminants, Instrument Society of America, Research Triangle Park, NC, De relatieve luchtvochtigheid waarbij deeltjes vervloeien geeft het punt aan waarbij stof voldoende water absorbeert om nat te worden met als gevolg dat er ionische geleiding optreedt. 4. Voor omgevingstemperaturen boven de 25 C kan het geluidsniveau van het systeem stijgen omdat de snelheid van apparatuur die lucht verplaatst, toeneemt. 5. De acclimatiseringsduur van IT-apparatuur is 1 uur per 20 C wijziging van temperatuur van de transportomgeving naar de gebruiksomgeving. 6. Bij de afleiding van de gelijkwaardigheid tussen de snelheid waarmee de dikte van kopercorrosie toeneemt in Å/maand en de snelheid van de gewichtstoename wordt aangenomen dat Cu 2 SenCu 2 O in gelijke delen aangroeien. 7. Bij de afleiding van de gelijkwaardigheid tussen de snelheid waarmee de dikte van zilvercorrosie toeneemt in Å/maand en de snelheid van de gewichtstoename wordt aangenomen dat Ag 2 S het enige corrosieproduct is. 8. Losse deeltjes worden willekeurig verzameld in 10 gebieden van het datacenter op een schijf met doorsnede van 1,5 cm die bekleed is met plakkerige stroomgeleidende tape op een metalen standaard. Als onderzoek van de tape onder een scannende elektronenmicroscoop geen zinkkristallen aantoont, wordt aangenomen dat het datacenter vrij is van zinkkristallen. Tabel 6. Omgeving - niet in gebruik 2 Temperatuur 5 C 45 C Relatieve luchtvochtigheid 8% 80% Dauwpunt Lager dan 27 C Gasverontreiniging Severityniveau G1 volgens ANSI/ISA , die aangeeft dat de reactiesnelheid van koperbladen kleiner moet zijn dan 300 Angstrom per maand (Å/maand, 0,0039 µg/cm 2 -uur gewichtstoename). 3 Daarnaast moet de reactiesnelheid van zilveren bladen kleiner zijn dan 300Å/maand ( 0,0035 µg/cm 2 -uur gewichtstoename). 4 Het bewaken van de reactiviteit van gascorrosie moet worden uitgevoerd op een afstand van ongeveer 5 cm van de voorkant van het rek aan de kant van de luchttoevoer op één- of driekwart framehoogte van de vloer of waar de luchtsnelheid veel hoger is. 42 Voorbereiding van de installatielocatie

55 Tabel 6. Omgeving - niet in gebruik 2 (vervolg) Opmerkingen: 1. ANSI/ISA-S Environmental conditions for process measurement and control systems: Airborne contaminants, Instrument Society of America, Research Triangle Park, NC, De acclimatiseringsduur van IT-apparatuur is 1 uur per 20 C wijziging van temperatuur van de transportomgeving naar de gebruiksomgeving. 3. Bij de afleiding van de gelijkwaardigheid tussen de snelheid waarmee de dikte van kopercorrosie toeneemt in Å/maand en de snelheid van de gewichtstoename wordt aangenomen dat Cu 2 SenCu 2 O in gelijke delen aangroeien. 4. Bij de afleiding van de gelijkwaardigheid tussen de snelheid waarmee de dikte van zilvercorrosie toeneemt in Å/maand en de snelheid van de gewichtstoename wordt aangenomen dat Ag 2 S het enige corrosieproduct is. Tabel 7. Omgeving voor verzending en opslag Transportomgeving Opslagomgeving Temperatuur -40 C tot 60 C 1 C 60 C (33.8 F F) Relatieve luchtvochtigheid 5% 100% (geen condensatie) 5% 80% (geen condensatie) Natte bol Minder dan 29 C Minder dan 29 C Transportverpakking Opmerkingen: Door IBM goedgekeurde verpakking met dampbarrière en ontvochtigingsmiddel Door IBM goedgekeurde verpakking met dampbarrière en ontvochtigingsmiddel SSD's (solid-state drives) kennen de volgende beperkende limieten voor het bewaren van gegevens: v Temperatuur mag niet hoger zijn dan 60 C (140 F). v Indien nieuw niet langer dan 30 dagen opslaan bij 60 C (140 F) of warmer. v Indien nieuw niet langer dan 180 dagen opslaan bij 37,8 C (100 F) of warmer. v Voor een verplaatsing niet langer dan 6 dagen opslaan bij 60 C (140 F) of warmer (cumulatieve tijd met de aangegeven temperatuur). v Voor een verplaatsing niet langer dan 90 dagen opslaan bij 37,8 C (100 F) of warmer. Zorg dat u eerst een backup van uw gegevens (indien aanwezig) maakt voordat u gaat verzenden. Luchtkwaliteit Veel systemen zijn geïnstalleerd in omgevingen die geen gebruikelijk datacenter, kantoor of schone industriële locatie zijn. In deze omgevingen kunnen temperaturen, relatieve vochtigheid en niveaus van deeltjes in de lucht of corrosieve gassen variëren. IBM -systemen zijn ontworpen om te werken met de omgevingsspecificaties zoals afgebeeld in de voorgaande tabellen tenzij anders aangegeven in de specificaties van een afzonderlijk systeem. Een omgeving wordt beschouwd als niet-acceptabel als de temperatuur, relatieve vochtigheid, corrosieve gassen of vaste deeltjes in de lucht buiten de grenzen vallen die zijn voorgeschreven door IBM. Apparatuur die in gebruik is in een omgeving die is geclassificeerd als niet-acceptabel, kan lijden onder verminderde performance en permanente schade als de apparatuur niet is ontworpen voor dergelijk omgevingen. Verontreinigingen Systemen worden geïnstalleerd in meer en meer verschillende bedrijfstakken. In bepaalde bedrijfstakken bevat de atmosfeer als bijproduct van de actieve processen meetbare hoeveelheden gassen en vaste deel- Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 43

56 tjes die mogelijk schadelijk zin voor elektronische apparatuur. Stedelijke gebieden die sterk geïndustrialiseerd zijn, bevatten mogelijk niveaus van gassen en vaste deeltjes die leiden tot een onaanvaardbare blootstelling binnen een heel gebied. IBM is bezorgd over twee soorten verontreiniging van de atmosfeer: vaste deeltjes en gassen. Vaste deeltjes in de lucht worden wel aangeduid als deeltjes. Waterdamp kan samengaan met deze deeltjes en zo samenstellingen vormen. Dergelijke stoffen worden hygroscopisch genoemd. Ze kunnen schadelijk zijn, afhankelijk van de samenstelling. Gassen kunnen schadelijke zuren of basen vormen als ze worden gecombineerd met water. Doordat vochtigheid geadsorbeerd kan worden, zijn relatieve vochtigheid en de temperatuur belangrijke factoren in een niet-acceptabele omgeving. Het is bekend dat hoge concentraties van gassen die voorkomen bij industriële processen, zoals zwaveldioxide, stikstofdioxide, ozon en zuur gasvormig chloor, corrosie en defecten veroorzaken bij elektronische componenten. Bepaalde industriële processen produceren naast gassen verontreinigende deeltjes. Deze deeltjes kunnen zich afzetten (in de vorm van stof) in de omliggende gebieden, ook al is het proces dat de deeltjes produceert op enige afstand. Bij bedrijfstakken voor de verwerking van olie, chemicaliën, primaire metalen, voedsel, mijnbouw, en papier is er een grotere kans op een onaanvaardbare omgeving. Verontreiniging kan echter een gevolg zijn van bouw, schoonmaak, of andere activiteiten die overal worden uitgevoerd. De eerste stap bij het bepalen van de waarschijnlijkheid van verontreiniging bestaat uit een visuele inspectie. Roest op metaal of scharnieren is een indicator dat de omgeving mogelijk onaanvaardbaar is. De aanwezigheid van bepaalde verontreinigingen wordt vaak verraden door geur: chloor en zwavel geven bijvoorbeeld een duidelijke geur af. Kijk of zich een dikke laag stof afzet op oppervlakken, met name in de industrie van primaire metalen. Dit stof is vaak geleidend en kan spanningsbogen of kortsluiting veroorzaken als het in elektronische apparatuur terechtkomt. Om te bepalen of voldaan wordt aan IBM-vereisten voor gassen en vaste deeltjes, zijn laboratoriumtechnieken vereist. Voor tests van gassen en deeltjes zijn speciale apparatuur en procedures vereist. Neem contact op met uw IBM-vertegenwoordiger voor installatie en planning voor richtlijnen. Als de omgeving verontreinigd is, kan IBM ook richtlijnen geven over het verhelpen ervan en preventie en handhaving. Aanbevolen oplossingen kunnen bestaan uit, maar zijn niet beperkt tot, verhoging van luchtdruk, striktere beperking van schommelingen in luchtvochtigheid, filtering, onderhoud en bewaking. Verwante informatie: Serverspecificaties Waarnemingsapparatuur temperatuur en luchtvochtigheid Het is raadzaam om apparatuur te installeren waarmee de temperatuur en luchtvochtigheid continu worden gemeten, zodat u de bedrijfsomstandigheden nauwlettend kunt volgen. Instrumenten voor directe aflezing met zevendaagse grafieken worden aanbevolen om de atmosferische omstandigheden in de ruimte te bewaken. De eventuele luchttoevoer vanonder de vloer moet ook worden bewaakt. Als u gegevens continu bewaakt, kunt u: v ervoor zorgen dat het airconditioningssysteem werkt volgens het ontwerp. v bepalen of er een verplichte opdroogperiode nodig is als de limieten voor de luchtvochtigheid zijn overschreden. De duur van de opdroogperiode wordt bepaald door de mate en de duur van de overtollige luchtvochtigheid. v bepalen of er een verplichte opwarmperiode nodig is als de temperatuur in het gebouw buiten de kantooruren is gezakt tot beneden de specificaties voor de juiste werking van de server. 44 Voorbereiding van de installatielocatie

57 Er moet een visueel of hoorbaar signaal aan de waarnemingsapparatuur zijn toegevoegd om het personeel te waarschuwen dat de atmosferische omstandigheden de maximumlimiet bereiken. Verplaatsing en tijdelijke opslag Leverings- of opslagomstandigheden waarin de opgegeven limieten worden overschreden, kunnen blijvende schade aan de server veroorzaken. Als u de server verplaatst of tijdelijk ergens opslaat, moet u zich houden aan de hier vermelde richtlijnen. Let erop dat een server niet wordt geplaatst in een ruimte met chemicaliën die corrosie kunnen veroorzaken. Als een server wordt verplaatst omdat deze wordt verzonden of wordt opgeslagen, dient u de stuklijst voor de verpakking te gebruiken. Dit kan bestaan uit een beschermend pakket, inclusief stootblokken, klampen en instructies die voor elke server speciaal zijn ontworpen. Deze stuklijsten zijn bij elk IBM-kantoor verkrijgbaar. IBM grote processors zijn ontworpen om binnen een gecontroleerd bereik qua temperatuur en relatieve luchtvochtigheid te worden gebruikt. De omgeving van deze processors moet binnen dit bereik blijven ook als deze processors zijn opgeslagen of worden verzonden. Raadpleeg de afzonderlijke serverspecificaties voor limieten voor de gebruiksomgeving. Grote processors moeten worden verzonden in een vrachtwagen met een gecontroleerde omgeving en moeten op de juiste manier zijn vastgemaakt en zijn beschermd om schade tijdens het vervoer te voorkomen. Tabel 8. Standaardomgeving voor verzending Eigenschappen Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid Maximum natte bol Transportomgeving -40 C - 60 C (-40 F F) 5% tot 100% (geen condensatie) 1 C - 27 C (33.8 F F) Als u een grote processor verzendt in een vrachtwagen zonder een gecontroleerde omgeving, moet u contact opnemen met de leverancier voor instructies over het in- en uitpakken van de processor. Tabel 9. Standaardomgeving voor opslag Eigenschappen Opslagomgeving Temperatuur 1 C - 60 C (33.8 F F) Relatieve luchtvochtigheid 5% - 80% Maximum natte bol 1 C - 29 C (33.8 F F) Acclimatisatie De server- en opslagapparatuur moet eerst acclimatiseren in de omgeving ter voorkoming van condensatie. Wanneer de server- en opslagapparatuur wordt verzonden in een klimaat waar de buitentemperatuur beneden het dauwpunt van een binnenlocatie ligt, bestaat de mogelijkheid dat er condensvorming optreedt op de koelingsoppervlakken binnen de apparatuur wanneer deze naar een warmere binnenomgeving wordt gebracht. Als er condensvorming optreedt, moet er gewacht worden totdat de apparatuur in balans is gekomen met de warmere binnentemperatuur voordat het verpakkingsmateriaal, indien gebruikt, wordt verwijderd. Laat het systeem maximaal 48 uur in de verpakking zitten, of totdat er geen zichtbare tekenen van condensvorming meer zijn, om het te laten wennen aan de binnentemperatuur. Locatievoorbereiding en fysieke locatieplanning 45

58 Luchtdistributie van systeem U moet goed nadenken over de methode die u wilt gebruiken voor de luchtcirculatie om ruimtes met buitensporige luchtbewegingen (tocht) en hotspots te voorkomen. Ongeacht het type systeem moet u een methode hanteren die voornamelijk gebruikmaakt van gerecirculeerde lucht die een vastgesteld minimum frisse lucht voor het personeel bevat. Hiermee voorkomt u dat er stof binnenkomt, vermindert u de latente belasting en kan het systeem de lucht blijven koelen. De verschillende methodes voor luchtdistributie en CRAC (Computer Room Air Conditioning) worden in de volgende schema's afgebeeld. In het algemeen moet u ervoor zorgen dat de temperatuur van aangevoerde en afgevoerde lucht binnen de door de fabrikant opgegeven specificaties voor CRAC-eenheden blijft. Luchtdistributie onder de vloer Bij luchtdistributie via de vloer wordt de ruimte tussen de normale vloer van het gebouw en de verhoogde vloer gebruikt om lucht aan te voeren voor de koeling van de apparatuur (zie volgende afbeelding). Betonnen ondervloeren moeten worden behandeld om het vrijkomen van stof tegen te gaan. De lucht komt via geperforeerde panelen in de vloer in de ruimte terecht. De lucht wordt onmiddellijk weer afgegeven aan het airconditioningsysteem of via een recyclingsysteem aan het plafond. Verwijder overbodige kabels (zoals verplicht is volgens de United States National Electrical Code) en sluit alle openingen in de verhoogde vloer af die niet specifiek bedoeld zijn om gekoelde lucht aan luchtinlaten van apparaten af te geven. Figuur 20. Luchtdistributie onder de vloer Voor luchtdistributie via de vloer is een hogere temperatuur voor de gebruikte lucht toegestaan zonder dat de ontwerpomstandigheden van de hele ruimte worden aangetast. Het ontwerp voor de luchtcirculatie via de vloer houdt rekening met een warmteoverdrachtsfactor via de verhoogde, metalen vloer en zorgt voor een kleine hoeveelheid voorverwarmde lucht om de relatieve luchtvochtigheid te stabiliseren voordat de lucht de kamer binnenkomt. 46 Voorbereiding van de installatielocatie

Power Systems. Voorbereiding van de installatielocatie

Power Systems. Voorbereiding van de installatielocatie Power Systems Voorbereiding van de installatielocatie Power Systems Voorbereiding van de installatielocatie Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

HP Power Distribution Rack

HP Power Distribution Rack HP Power Distribution Rack Installatie-instructies Belangrijke veiligheidsinformatie WAARSCHUWING: Er is kans op letsel door elektrische schokken en gevaarlijk hoge spanningsniveaus. De elektrische aansluitingen

Nadere informatie

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Gebruikersveiligheid. Elektrische veiligheid. Phaser 4500-laserprinter

Gebruikersveiligheid. Elektrische veiligheid. Phaser 4500-laserprinter Gebruikersveiligheid De printer en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2009 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Gebruikersveiligheid. Elektrische veiligheid. Phaser 5500-laserprinter

Gebruikersveiligheid. Elektrische veiligheid. Phaser 5500-laserprinter Gebruikersveiligheid De printer en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Gebruikersveiligheid. Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit. Phaser 7750-kleurenlaserprinter

Gebruikersveiligheid. Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit. Phaser 7750-kleurenlaserprinter Gebruikersveiligheid De printer en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION MEDIA CENTER M8000

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION MEDIA CENTER M8000 U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP PAVILION MEDIA CENTER M8000. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP PAVILION MEDIA CENTER M8000 in

Nadere informatie

Betonkabel Vloerverwarming

Betonkabel Vloerverwarming Überschrift beperkte Installatiehandleiding Warmup Betonkabel Vloerverwarming BELANGRIJK: Lees eerst deze handleiding alvorens u uw verwarming gaat installeren. Foutieve installatie kan de verwarming beschadigen

Nadere informatie

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP-producten

Nadere informatie

UW COMPUTER UPGRADEN

UW COMPUTER UPGRADEN H O O F D S T U K V I E R UW COMPUTER UPGRADEN In dit hoofdstuk leert u hoe u het DRAM en de vaste schijf bijwerkt en hoe u de draadloze mini PCI installeert. 4-1 Uw vaste schijf upgraden Het oorspronkelijke

Nadere informatie

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL Elektrische Infrarood Verwarming Model 93485 Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL 1 Algemene veiligheidsinstructies LEES DE GEBRUIKSAANWIJZING Alvorens de radiateur in bedrijf te nemen, moet u deze gebruiks

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION W5000

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION W5000 U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP PAVILION W5000. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP PAVILION W5000 in de gebruikershandleiding

Nadere informatie

Gumax Terrasverwarmer

Gumax Terrasverwarmer Gumax Terrasverwarmer De energiezuinige terrasverwarmer op infraroodbasis zonder rode gloed Handleiding Model PAH-2011-1 3200 watt Lees alle instructies zorgvuldig door alvorens dit apparaat te installeren

Nadere informatie

PureFlex System. Planning voor het systeem

PureFlex System. Planning voor het systeem PureFlex System Planning voor het systeem PureFlex System Planning voor het systeem Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften op

Nadere informatie

UW COMPUTER UPGRADEN

UW COMPUTER UPGRADEN H O O F D S T U K V I E R UW COMPUTER UPGRADEN In dit hoofdstuk leert u hoe u het DRAM en de vaste schijf bijwerkt en hoe u de draadloze minikaart installeert. Waarschuwing: Indien u de hardware wilt laten

Nadere informatie

WAARSCHUWING: Algemene veiligheidsinstructies

WAARSCHUWING: Algemene veiligheidsinstructies WAARSCHUWING: Algemene veiligheidsinstructies Neem de volgende veiligheidsrichtlijnen in acht om uw persoonlijke veiligheid te garanderen en uw apparatuur en werkomgeving te beschermen tegen mogelijke

Nadere informatie

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden. NETVOEDINGEN AC-1200 1200.190813 1201EL, 1202EL, 1203EXL, 1205EXL ALGEMENE INFORMATIE Deze netvoedingen zijn alleen bedoeld voor installatie door gekwalificeerde installateurs. Er zijn geen door de gebruiker

Nadere informatie

Handleiding. AirQlean H luchtfiltersysteem voor montage aan het plafond

Handleiding. AirQlean H luchtfiltersysteem voor montage aan het plafond Handleiding AirQlean H luchtfiltersysteem voor montage aan het plafond ... Copyright 2014 QleanAir Scandinavia 2 DEEL 1 Informatie over de veiligheid 1.1. Inleiding Dit hoofdstuk bevat informatie over

Nadere informatie

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN 1. BESCHRIJVING spanningsindicator voedingsschakelaar AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen ventilator 2. VERBINDINGEN Verbind het rode snoer met de "+" van de batterij (rode aansluiting) en met het

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK Hartelijk dank voor de aankoop van dit product van JB Systems. Lees deze gebruiksaanwijzing zeer zorgvuldig door, om volledig van alle mogelijkheden te kunnen profiteren. EIGENSCHAPPEN Gebruikersvriendelijke

Nadere informatie

Nederlands. Geheugen. AppleCare. Instructies voor vervanging

Nederlands. Geheugen. AppleCare. Instructies voor vervanging Nederlands Instructies voor vervanging Geheugen AppleCare Volg de instructies in dit document nauwgezet. Als u dit niet doet, kan uw apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking

Nadere informatie

Geheugenmodules Gebruikershandleiding

Geheugenmodules Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2009 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Geheugenmodules. Artikelnummer van document: In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden.

Geheugenmodules. Artikelnummer van document: In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden. Geheugenmodules Artikelnummer van document: 430246-331 Januari 2007 In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden. Inhoudsopgave Geheugenmodules toevoegen

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION A6000 http://nl.yourpdfguides.com/dref/853144

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION A6000 http://nl.yourpdfguides.com/dref/853144 U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP PAVILION A6000. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP PAVILION A6000 in de gebruikershandleiding

Nadere informatie

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit STAKA Handleiding elektrische bediening Algemeen Deze handleiding geeft u de juiste instructies voor een correcte aansluiting en een goede bediening van de elektrische bedieningsset van Staka. De installatie

Nadere informatie

GSM interne antenne 970.197 V1 2015.04. Aanvulling op installatie

GSM interne antenne 970.197 V1 2015.04. Aanvulling op installatie GSM interne antenne 970.197 V1 2015.04 nl Aanvulling op installatie GSM interne antenne Veiligheidsinstructies nl 3 1 Veiligheidsinstructies LET OP! Lees zorgvuldig deze veiligheidsinstructies voordat

Nadere informatie

Gebruikersveiligheid. Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit. WorkCentre C2424 copier-printer

Gebruikersveiligheid. Veiligheid bij het gebruik van elektriciteit. WorkCentre C2424 copier-printer Gebruikersveiligheid Het systeem en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van een ononderbroken

Nadere informatie

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

ATA-kabel. Opmerking: U kunt instructies op het internet vinden op http://www.apple.com/support/doityourself/.

ATA-kabel. Opmerking: U kunt instructies op het internet vinden op http://www.apple.com/support/doityourself/. Nederlands Instructies voor vervanging ATA-kabel AppleCare Volg de instructies in dit document nauwgezet. Als u dit niet doet, kan de apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking:

Nadere informatie

1. VOOR HET INSTALLEREN

1. VOOR HET INSTALLEREN NEDERLANDS Vertaling van het origineel REFRIGERANT AIRCONDITIONERS MET BINNEN- EN BUITENUNIT INSTALLATIEHANDLEIDING Modelnamen zijn aangegeven in 1-3. Gereedschap nodig voor installatie 1. VOOR HET INSTALLEREN

Nadere informatie

Signaal Herhaal van KPN

Signaal Herhaal van KPN Signaal Herhaal van KPN 98 Handleiding V1.02 KPN-NL Belangrijk!!! Voor installatie dient u het bijgevoegde registratieformulier op te sturen naar signaal-herhaal-service@kpn.com. Uitgave Uitgave 1.02,

Nadere informatie

TRUST WIRELESS AUDIO / VIDEO TRANSMITTER 100V

TRUST WIRELESS AUDIO / VIDEO TRANSMITTER 100V 1 Inleiding Deze handleiding is bedoeld voor gebruikers van de TRUST WIRELESS AUDIO / VIDEO TRANSMITTER 100V. De WIRELESS AUDIO / VIDEO TRANSMITTER 100V kan gebruikt worden voor het draadloos door sturen

Nadere informatie

Power Systems. Hardware Management Console installeren en configureren

Power Systems. Hardware Management Console installeren en configureren Power Systems Hardware Management Console installeren en configureren Power Systems Hardware Management Console installeren en configureren Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt,

Nadere informatie

Geheugenmodules. Handleiding

Geheugenmodules. Handleiding Geheugenmodules Handleiding Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP-producten en

Nadere informatie

Controlelijst bij het uitpakken

Controlelijst bij het uitpakken Onderdeelnummer: 67P4583 Controlelijst bij het uitpakken Hartelijk gefeliciteerd met uw nieuwe IBM ThinkPad X Series computer. Controleer of u alle items in deze lijst hebt ontvangen. Mocht een van de

Nadere informatie

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN START-LINE GEBRUIKERSHANDLEIDING Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen Lees deze eenvoudige instructies. Bij onjuiste installatie vervalt de garantie op dit product.

Nadere informatie

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware

Power Systems. Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Power Systems Planning van de locatie en de hardware Opmerking Lees, voordat u deze informatie en het product gebruikt, eerst de informatie in Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Geheugenmodules. Artikelnummer van document: In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden.

Geheugenmodules. Artikelnummer van document: In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden. Geheugenmodules Artikelnummer van document: 406852-331 April 2006 In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u geheugen in de computer kunt vervangen en upgraden. Inhoudsopgave 1 Geheugenmodules toevoegen

Nadere informatie

Informatie over deze uitgave. Handelsmerken. Veiligheidsinformatie. Waarschuwingen en veiligheidsadviezen. Informatie over elektronische emissie

Informatie over deze uitgave. Handelsmerken. Veiligheidsinformatie. Waarschuwingen en veiligheidsadviezen. Informatie over elektronische emissie Informatie over deze uitgave Handelsmerken Veiligheidsinformatie 1 Waarschuwingen en veiligheidsadviezen Informatie over elektronische emissie Energy star Laserinformatie Informatie over deze uitgave 2

Nadere informatie

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP-producten

Nadere informatie

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107 Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT Modelnr.: *688.107 GEBRUIKSAANWIJZING Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden en storingen tot het minimum te beperken raden wij u aan om de gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP COMPAQ D230 MICROTOWER DESKTOP PC

Uw gebruiksaanwijzing. HP COMPAQ D230 MICROTOWER DESKTOP PC U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP COMPAQ D230 MICROTOWER DESKTOP PC. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP COMPAQ D230 MICROTOWER DESKTOP

Nadere informatie

UW COMPUTER UPGRADEN

UW COMPUTER UPGRADEN H O O F D S T U K V I E R UW COMPUTER UPGRADEN In dit hoofdstuk leert u hoe u het DRAM en de vaste schijf bijwerkt en hoe u de draadloze LAN mini PCI installeert. Waarschuwing: Wij adviseren sterk dat

Nadere informatie

Batterij. Een platte, plastic schroevendraaier om de batterij uit de houder te halen

Batterij. Een platte, plastic schroevendraaier om de batterij uit de houder te halen Nederlands Instructies voor vervanging Batterij AppleCare Volg de instructies in dit document nauwgezet. Als u dit niet doet, kan uw apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking

Nadere informatie

TRUST WIRELESS OBSERVATION SYSTEM 100M

TRUST WIRELESS OBSERVATION SYSTEM 100M 1 Inleiding Deze handleiding is bedoeld voor gebruikers van de TRUST WIRELESS OBSERVATION SYSTEM 100M. De WIRELESS OBSERVATION SYSTEM 100M is te gebruiken als beveiliging van uw eigendommen. De set beschikt

Nadere informatie

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding

Geheugenmodules. Gebruikershandleiding Geheugenmodules Gebruikershandleiding Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

CITATION SUB GEBRUIKERSHANDLEIDING

CITATION SUB GEBRUIKERSHANDLEIDING CITATION SUB GEBRUIKERSHANDLEIDING / BELANGRIJKE VEILI- GHEIDSINSTRUCTIES Controleer voltage vóór gebruik De Citation-subwoofer is ontworpen voor gebruik met 100-240 volt, 50/60 Hz wisselstroom. Als uw

Nadere informatie

Schijfeenheden. Gebruikershandleiding

Schijfeenheden. Gebruikershandleiding Schijfeenheden Gebruikershandleiding Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten

Nadere informatie

Gumax Terrasverwarmer

Gumax Terrasverwarmer Gumax Terrasverwarmer De energiezuinige terrasverwarmer op infraroodbasis zonder rode gloed Montage Handleiding Model PAH-2011-1 3200 watt Lees alle instructies zorgvuldig door alvorens dit apparaat te

Nadere informatie

Hoge Antennewinst Lage Ruis DVB-T binnen- en buitenantenne

Hoge Antennewinst Lage Ruis DVB-T binnen- en buitenantenne Hoge Antennewinst Lage Ruis DVB-T binnen- en buitenantenne Voor betere kwaliteitsontvangst van alle aardse TV kanalen Voor binnen- en buitenontvangst, waterbestendig volgends de IP66* norm Gelijktijdige

Nadere informatie

Harde schijf (met montagebeugel) Gebruiksaanwijzing

Harde schijf (met montagebeugel) Gebruiksaanwijzing Harde schijf (met montagebeugel) Gebruiksaanwijzing CECH-ZHD1 7020228 Compatibele hardware PlayStation 3-systeem (CECH-400x-serie) Voorzorgsmaatregelen Lees om veilig gebruik van dit product te garanderen

Nadere informatie

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen Neem het screen uit de verpakking. Om beschadiging van het screen te voorkomen raden wij u aan hierbij geen mes te gebruiken.

Nadere informatie

www.somfy.com ilmo 50 WT Ref. 5050496B

www.somfy.com ilmo 50 WT Ref. 5050496B www.somfy.com FR DE IT ilmo 50 WT Ref. 5050496B CS PL HU RU EL PT ES EN Inhoud. Inleiding 6. Veiligheid 6. Algemeen 6. Algemene veiligheidsvoorschriften 6.3 Specifieke veiligheidsvoorschriften 7 3. Installatie

Nadere informatie

AUDIO/VIDEO SYSTEEM ZENDER & ONTVANGER

AUDIO/VIDEO SYSTEEM ZENDER & ONTVANGER VID-TRANS12KN 2.4GHz AUDIO/VIDEO SYSTEEM ZENDER & ONTVANGER GEBRUIKSAANWIJZING NEDERLANDS Belangrijke veiligheidsvoorschriften: Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequenties. Indien deze apparatuur

Nadere informatie

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

1. BESCHRIJVING. - aansluiting. power LED. ventilator + aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2. 1. BESCHRIJVING power LED "-" aansluiting ON/OFF schakelaar AC uitgangsstopcontact ventilator "+" aansluiting zekering 2. AANSLUITINGEN Verbind de inverter met de batterij (krokodillenklemmen meegeleverd)

Nadere informatie

EM4028 R2 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter

EM4028 R2 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter EM4028 R2 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter 2 NEDERLANDS EM4028 R2-10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter Inhoudsopgave 1.0 Introductie... 2 1.1 Inhoud van de verpakking... 2 1.2 Voordat je begint...

Nadere informatie

MINI-WASMACHINE. Cat. Nr.: 23450 BEDIENINGSHANDLEIDING

MINI-WASMACHINE. Cat. Nr.: 23450 BEDIENINGSHANDLEIDING MINI-WASMACHINE Cat. Nr.: 23450 BEDIENINGSHANDLEIDING Uitpakken: Deze mini-wasmachine is volledig geassembleerd verzonden en met de bedieningshandleiding. Inspecteer het product na het uit de doos te

Nadere informatie

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN

Nadere informatie

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op   Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18 GPRS-A Universele monitoringsmodule Quick start De volledige handleiding is verkrijgbaar op www.osec.nl Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18 SATEL sp. z o.o. ul. Budowlanych 66 80-298 Gdańsk POLAND

Nadere informatie

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN 1. BESCHRIJVING power LED sigarettenplug ON/OFF schakelaar AC uitgangsstopcontact zekering ventilator 2. AANSLUITINGEN Sluit de sigarettenplug aan op de sigarettenplughouder van uw wagen en verbind de

Nadere informatie

CCS COMBO 2 ADAPTER. Handleiding

CCS COMBO 2 ADAPTER. Handleiding CCS COMBO 2 ADAPTER Handleiding WAARSCHUWINGEN BEWAAR DEZE BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES. Dit document bevat belangrijke instructies en waarschuwingen die bij het gebruik van de CSS Combo 2-adapter

Nadere informatie

MINI INBOUW SCHAKELAAR

MINI INBOUW SCHAKELAAR START-LINE AWS-3500S GEBRUIKERSHANDLEIDING Item 70230 Versie 1.0 Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen MINI INBOUW SCHAKELAAR Lees deze eenvoudige instructies. Bij

Nadere informatie

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 ARTIKEL CODE 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

CITATION SURROUND GEBRUIKERSHANDLEIDING

CITATION SURROUND GEBRUIKERSHANDLEIDING CITATION SURROUND GEBRUIKERSHANDLEIDING / BELANGRIJKE VEILI- GHEIDSINSTRUCTIES Controleer voltage vóór gebruik De Citation-luidspreker is ontworpen voor gebruik met 100-240 volt, 50/60 Hz wisselstroom.

Nadere informatie

Let op! Zware lading. Sta niet onder de hangende lading tijdens het transport of de montage.

Let op! Zware lading. Sta niet onder de hangende lading tijdens het transport of de montage. Instructie handleiding MINIBEL Luchtgordijnen Waarschuwingsadvies symbolen Attention, Gevaar, Waarschuwing! Gevaarlijke stroom of hoge voltages! Kans op verwondingen! Gevaar! Sta niet onder de hangende

Nadere informatie

Packard Bell Easy Repair

Packard Bell Easy Repair Packard Bell Easy Repair EasyNote MB Series Instructies voor het vervangen van een draadloos LAN-netwerkkaart 7440900005 7440900005 Documentversie: 1.0 - Februari 2008 www.packardbell.com Veiligheidsinstructies

Nadere informatie

Packard Bell Easy Repair

Packard Bell Easy Repair Packard Bell Easy Repair EasyNote MB Series Instructies voor het vervangen van het dvd-station 7440910005 7440910005 Documentversie: 1.0 - Februari 2008 www.packardbell.com Veiligheidsinstructies Lees

Nadere informatie

MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK

MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK Montage-instructies voor cassetteschermen ALVORENS U VAN UW ROLLUIK KUNT GAAN GENIETEN DIENT U EERST HET ROLLUIK TE MONTEREN INHOUD VERPAKKING VERPAKKING 1 1. PANTSER IN KAST

Nadere informatie

Draai de schroeven goed aan zodat u een optimale verbinding bekomt.

Draai de schroeven goed aan zodat u een optimale verbinding bekomt. 1. BESCHRIJVING spanningsindicator voedingsschakelaar AC uitgangsstopcontact krokodilleklemmen 2. VERBINDINGEN Verbind het rode snoer van het "+" stopcontact (rode aansluiting) van de batterij met het

Nadere informatie

Wandmontage van uw HP TouchSmart. Gebruikershandleiding

Wandmontage van uw HP TouchSmart. Gebruikershandleiding Wandmontage van uw HP TouchSmart Gebruikershandleiding De enige garanties voor producten en diensten van Hewlett-Packard staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten

Nadere informatie

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften POM ( MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE

AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE SbS_Inst_102_00286_NL 23-04-2007 10:43 Pagina 20 AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE ALVORENS DE KOELKAST TE INSTALLEREN WATERAANSLUITING ELEKTRISCHE AANSLUITING NIVELLEREN VAN DE KOELKAST INSTALLATIE VAN

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Gebruiksaanwijzing GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Lees de handleiding goed door vóór gebruik en bewaar hem goed voor later gebruik Mill HT5512 Gebruiksaanwijzing Belangrijke veiligheidsinformatie Wanneer u elektrische

Nadere informatie

GPS-Buddy Basic. Quick reference guide

GPS-Buddy Basic. Quick reference guide GPS-Buddy Basic Quick reference guide Gefeliciteerd met de aankoop van dit voertuigvolgsysteem. In deze handleiding leggen wij u uit hoe u het systeem snel en foutloos kunt installeren en toepassen. Leest

Nadere informatie

Packard Bell Easy Repair

Packard Bell Easy Repair Packard Bell Easy Repair EasyNote MB Series Instructies voor het vervangen van het vasteschijfstation 7440930005 7440930005 Documentversie: 1.0 - Februari 2008 www.packardbell.com Veiligheidsinstructies

Nadere informatie

F G H. Beschrijving LED s en hoorbare alarmen LED Geluid Uitgang Opladen Beschrijving Wat te doen? - - Nee Ja UPS is

F G H. Beschrijving LED s en hoorbare alarmen LED Geluid Uitgang Opladen Beschrijving Wat te doen? - - Nee Ja UPS is Productinformatie E A C F G H A: Aan/uit-schakelaar : Gebruik wisselstroom: blijft groen branden Gebruik batterijstroom: knippert groen C: Gebruik wisselstroom: aanduiding spanningsniveau Gebruik batterijstroom:

Nadere informatie

Montage-instructie. Rolluik RV40 - RV41

Montage-instructie. Rolluik RV40 - RV41 Montage-instructie Rolluik RV40 - RV41 Inhoud verpakking 1 1. pantser in kast 2. bediening a. handbediening: koord- of bandopwinder b. elektrisch: schakelaar + stekker c. afstandbediend: afstandbediening

Nadere informatie

Nederlands. Bovenplaat. AppleCare. Instructies voor vervanging

Nederlands. Bovenplaat. AppleCare. Instructies voor vervanging Nederlands Instructies voor vervanging Bovenplaat AppleCare Volg deze instructies nauwgezet. Als u dit niet doet, kan uw apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking: U kunt

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Gebruiksaanwijzing GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Lees de handleiding goed door vóór gebruik en bewaar hem goed voor later gebruik. Mill HT600 Gebruiksaanwijzing Belangrijke veiligheidsinformatie Wanneer u elektrische

Nadere informatie

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK VEILIGHEIDSINSTRUCTIES De fabrikant adviseert een juiste toepassing van de verlichtingsarmaturen!

Nadere informatie

EM4028 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter

EM4028 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter EM4028 10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter 2 NEDERLANDS EM4028-10/100/1000 Mbps PCI Network Adapter Inhoudsopgave 1.0 Introductie... 2 1.1 Inhoud van de verpakking... 2 1.2 Voordat je begint... 2 2.0

Nadere informatie

Veiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7

Veiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7 Montageinstructies Veiligheid afwasautomaat 4 Vereisten installatie 5 Instructies installatie 7 Veiligheid afwasautomaat De veiligheid van uzelf en van andere personen is erg belangrijk. We hebben een

Nadere informatie

ACR-500 AM/FM-wekkerradio

ACR-500 AM/FM-wekkerradio ACR-500 AM/FM-wekkerradio HANDLEIDING www.axxion-electronics.com GB - 1 1. Installeer deze apparatuur niet in een afgesloten ruimte, zoals een boekenkast of soortgelijke kast en zorg voor goede ventilatie

Nadere informatie

TOSTI APPARAAT GEBRUIKSAANWIJZING

TOSTI APPARAAT GEBRUIKSAANWIJZING Professional Supplies TOSTI APPARAAT GEBRUIKSAANWIJZING (*680.100 /*680.200) Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig alvorens het apparaat in gebruik te nemen. -1- INDEX Hoofdstuk Omschrijving Blz 1 Inleiding...2

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION T3000

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION T3000 U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP PAVILION T3000. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP PAVILION T3000 in de gebruikershandleiding

Nadere informatie

Inhoud. Opmerking! Let op:

Inhoud. Opmerking! Let op: Inhoud Veiligheidsadviezen... 2 Beveiliging van gegevens... 2 Plaats van opstelling... 3 Omgevingsvoorwaarden... 3 Aansluiten... 3 Elektromagnetische emissie... 3 Bedrading... 3 Recycleren en verwijderen...

Nadere informatie

Handleiding voor upgrades en service. Printed in

Handleiding voor upgrades en service. Printed in Handleiding voor upgrades en service Printed in De vaste schijf verwijderen en vervangen Onderdelen kunnen per model verschillen. De vaste schijf verwijderen en vervangen 20 tot 40 minuten Voor u begint

Nadere informatie

WANDMOTAGE VAN UW HP-COMPUTER GEBRUIKERSHANDLEIDING

WANDMOTAGE VAN UW HP-COMPUTER GEBRUIKERSHANDLEIDING WANDMOTAGE VAN UW HP-COMPUTER GEBRUIKERSHANDLEIDING De enige garanties voor producten en diensten van Hewlett-Packard staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten en

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing elektrische sfeerhaard

Gebruiksaanwijzing elektrische sfeerhaard Gebruiksaanwijzing elektrische sfeerhaard Vega Gefeliciteerd met uw aankoop van deze elektrische inzethaard. Om vele jaren plezier te hebben van deze aanschaf, adviseren wij u deze gebruiksinstructie zorgvuldig

Nadere informatie

Schijfeenheden. Gebruikershandleiding

Schijfeenheden. Gebruikershandleiding Schijfeenheden Gebruikershandleiding Copyright 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP-producten

Nadere informatie

Klep van systeemkaart verwijderen

Klep van systeemkaart verwijderen Met de volgende procedure verwijdert u eenvoudig de geïnstalleerde geheugen- en interfaceopties: 1 Zet de printer uit. 2 Haal het netsnoer van de printer uit het stopcontact. 1 3 Ontkoppel de parallelle

Nadere informatie

Tuincontactdoos met piket

Tuincontactdoos met piket NL Handleiding GS 2 DE GS 4 DE Belangrijk! Lees deze handleiding en bewaar ze. Neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding... 29 2 Leveringsomvang... 29 3 Conform gebruik...

Nadere informatie

Videokaart. 4. Als u de behuizing tegen diefstal hebt beveiligd met een beveiligingskabel, verwijdert u deze kabel.

Videokaart. 4. Als u de behuizing tegen diefstal hebt beveiligd met een beveiligingskabel, verwijdert u deze kabel. Nederlands Instructies voor vervanging Videokaart AppleCare Volg de instructies in dit document nauwgezet. Als u dit niet doet, kan de apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking:

Nadere informatie