Handmelders DM 210 LSN / SM 210 LSN

Transcriptie

1 PRODUCTINFORMATIE Handmelders DM 210 LSN / SM 210 LSN Pagina 1 A2.nl /

2 Samenvatting 1. Productbeschrijving Prestatiekenmerken Installatieaanwijzingen Maximumaantal aan te sluiten melders Normen, richtlijnen, projecteringsadviezen Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden Varianten voor tekstopschriften Bestellijst Basisassortiment Accessoires / reserveonderdelen Constructie Beschrijving van de werking Handmelder met drukknop DM 210 LSN Handmelder met uitspringknop SM 210 LSN Installatieaanwijzingen Montagematen (binnenaanzicht: achterkant behuizing) Kabeltoevoer Installatievarianten voor alarmdozen Aansluiting Aanwijzingen voor onderhoud en service Verdere documentatie Afvalverwijdering Technische gegevens Afkortingen Pagina 2

3 1. Productbeschrijving De handmelders DM 210 LSN en SM 210 LSN worden gebruikt voor handmatige alarmering. De handmelders DM 210 LSN / SM 210 LSN worden binnen het lokale beveiligingsnetwerk LSN gekoppeld aan centrale eenheden voor branddetectie. De handmatige alarmpunten SM 210 LSN RW zijn verkrijgbaar in de volgende versies voor binnen- en buitentoepassing: - Handmelder met drukknop DM 210 LSN (VdS- goedkeuring: aangevraagd), - Handmelder met uitspringknop SM 210 LSN (VdS- goedkeuring: aangevraagd). 2. Productkenmerken DM 210 LSN: alarmactivering door breken van het ruitje en indrukken van de drukknop. SM 210 LSN: alarmactivering door indrukken (breken) van het ruitje. Melderidentificatie en adresmelding op de brandmeldcentrale in geval van een alarm voor een snellere lokalisatie van de brand. Alarmindicatie op de melder via een knipperende rode LED. Vaste drukknop na alarmactivering bij DM 210 LSN. Eén ontwerp voor binnen (versie G) en buiten (versie H). 3 verschillende kleuren beschikbaar (rood, blauw, geel). Variabele tekstopschriften mogelijk met zelf te bedrukken foliesets. Voor gebruik in extreme omgevingscondities zijn de handmelders voor buitentoepassing (versie H) voorzien van een bijzonder resistente printplaat (met paryleencoating) en een manchet in het deurtje van de handmelder. Pagina 3

4 3. Installatieaanwijzingen Handmelders moeten worden geïnstalleerd op gemakkelijk zichtbare en toegankelijke plaatsen. De handmelder moet worden gemonteerd op een hoogte van 1200 mm à 1500 mm boven de vloer, conform NEN2535. Handmelders moeten voldoende verlicht zijn met daglicht of een andere lichtbron (waaronder veiligheidslicht, indien aanwezig). Handmelders moeten worden gemonteerd langs vluchtwegen en ontsnappingsroutes (bijv. uitgangen, gangen, trappenhuizen) Maximumaantal aan te sluiten melders Vanwege het verschillende stroomverbruik van LSN- elementen uit de LSN- datalijn moet de maximumwaarde voor het stroomverbruik per LSN- lus absoluut worden aangehouden. Voor grenswaarden zie de de productinformatie van de gebruikte centrale eenheid voor branddetectie Normen, richtlijnen, projecteringsadviezen Zie normen, richtlijnen, projecteringsadviezen voor de montageplaats enzovoort. Houd u aan de voorschriften van de plaatselijke brandweer. Pagina 4

5 3.3. Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden Alle handmelders van het type DM 210 LSN en SM 210 LSN voldoen aan apparaatklasse 3, aërosolklasse IIB en temperatuurklasse T6 van de Europese richtlijn 94/9EG (ATEX). Daarmee kunnen de handmelders in explosiegevaarlijk gebieden van zone 2 worden gebruikt! Grenswaarden: Handmelders mogen alleen worden gebruikt bij brandmeldcentrales met begrensde lijnuitgang volgens EN Dit is standaard bij alle Bosch-brandmeldcentrales. De lijnspanning (U max ) mag 33V niet overschrijden! De maximumstroom (I max ) ligt bij 130mA! Kabel voor branddetectiesystemen: Alleen kabels volgens DIN VDE 0814 mogen worden gebruikt. De totale kabelcapaciteit (C max ) mag 1 F niet overschrijden! De totale kabelinductiviteit (L max ) mag 0,01H niet overschrijden! Het kabeltype J-Y(ST)Y08, volgens DIN VDE 0815 (tabel 10), heeft een capaciteit van 120 F met een lengte van 1000 meter Varianten voor tekstopschriften De handmelders hebben een standaardtekstopdruk en kunnen worden aangepast aan speciale toepassingen met voorgesneden zelf te bedrukken blanco- folievellen. Deze zelfklevende labels worden op de frontplaat van de handmelder geplakt. Pagina 5

6 4. Bestellijst 4.1. Basisassortiment Bestelnummer LE* Omschrijving ST Handmelder DM 210 LSN, versie G, kleur rood ST Handmelder DM 210 LSN, versie G, kleur blauw ST Handmelder DM 210 LSN, versie G, kleur geel, ST Handmelder SM 210 LSN, versie G, kleur rood ST Handmelder SM 210 LSN, versie G, kleur blauw ST Handmelder DM 210 LSN, versie H, kleur rood, Deur met manchet, printplaat met paryleencoating, voor extra vereisten om corrosie te voorkomen ST Handmelder DM 210 LSN, versie H, kleur blauw, Deur met manchet, printplaat met paryleencoating, voor extra vereisten om corrosie te voorkomen ST Handmelder SM 210 LSN, versie H, kleur rood, Deur met manchet, printplaat met paryleencoating, voor extra vereisten om corrosie te voorkomen ST Handmelder SM 210 LSN, versie H, kleur blauw, Deur met manchet, printplaat met paryleencoating, voor extra vereisten om corrosie te voorkomen 4.2. Accessoires / reserveonderdelen Artikelnummer LE* Omschrijving PAK Voorgesneden letterfolies om zelf te bedrukken met een standaardlaserprinter (1 PAK = 10 vel, A6 letterfolies). De benodigde afdrukgegevens bevinden zich op de WinPara- Disk ST Außer Betrieb - metalen plaat (buiten werking) Wordt in plaats van de glasplaat aangebracht! ST Sleutel handmelder (rood kunststof ASA) C20 PAK Reserve-ruitjes, afmeting 80 x 80 x 0,9 mm (1 PAK = 5 stuks) Pagina 6

7 5. Constructie De handmelder is verkrijgbaar in verschillende varianten en bestaat uit de volgende componenten Pos. Omschrijving 1 Kunststofbehuizing 2 Deur met vervangbaar ruitje, afgedekt slot (versie H met manchet) 3 PCB (met speciale coating bij versie H) De PCB (printplaat) wordt vastgeklikt in de bodemplaat van de behuizing. 4 Alarm-LED 5 Aansluitklemmen 6 Alarmctiveringsmechanisme (vastgeklikt in de PCB), bestaat uit een kunststofframe, aandrukveer en drukknop. 7 Resethendel (vergrendelingsmechanisme alleen bij de modellen DM 210 LSN) 8 Kabeldoorvoer (vervangbaar), voor kabel in en uit. Kabeltoevoer is ook mogelijk aan de achterkant van de behuizing. 9 Ruitje Pagina 7

8 6. Beschrijving van de werking 6.1. Handmelder met drukknop DM 210 LSN Voor brandalarm breekt u het ruitje (9) en drukt op op de knop (6). Zo wordt de microschakelaar vrijgegeven en begint de alarm- LED (4) te knipperen. Dankzij een vergrendelingsmechanisme blijft de drukknop in de ingedrukte stand staan. Resetten vindt plaats door aan de resethendel te trekken (7) of sluiten van het deurtje (2) Handmelder met uitspringknop SM 210 LSN Nadat het ruitje (9) is ingedrukt, wordt het alarm vrijgegeven door de knop (6) en begint de LED (4) te knipperen. De reset vindt plaats door het vervangen van het ruitje (9) en sluiten van het deurtje (2). 7. Installatieaanwijzingen Handmelders zijn bedoeld voor wandmontage. De handmelder moet worden gemonteerd op een hoogte van 1200 mm à 1500 mm boven de vloer, conform NEN2535. De handmelders zijn berekend op zowel opbouw- als inbouwbekabeling. (zie volgende pagina, 7.2 Bekabeling). Om de handmelder te kunnen openen moet er 35 mm ruimte aan de rechterkant vrijgelaten worden. Pagina 8

9 7.1. Montagematen (binnenaanzicht: achterkant behuizing) ,75 99,5 17, ,25 99,5 21,25 39,9 inbouwdoos 60 5,2 12 3,4 ca ,55 99,9 17, Kabeltoevoer Opbouwbekabeling Inbouwbekabeling via een inbouwdoos Pagina 9

10 7.3. Installatievarianten voor alarmdozen Versie 1 Montagediepte min. 37 mm 135 Versie 2 Montagediepte 14 ca. 2,5mm Versie 3 Montagediepte ca Brandalarm Breek ruitje 139 Druk op knop Pagina 10

11 7.4. Aansluiting LSN LSN +U 0V a b a b E LSN1 LSN2 +U rd 0V zw Aansluitklemmen Voeding voor andere LSN-elementen d.w.z. LSN- koppeleenheden a LSN1 b LSN1 a LSN2 b LSN2 E wt ge wt ge Komt van de brandmeldcentrale of van een dichter bij de centrale gelegen LSN- element Gaat naar het volgende LSN- element Aardaansluiting voor de afschermdraad Pagina 11

12 8. Aanwijzingen voor onderhoud en service Onderhouds - en servicewerkzaamheden dienen regelmatig te worden uitgevoerd door bekwaam en geschoold personeel in overeenstemming met de nationale wettelijke eisen, conform NEN Ondeugdelijke melders die onder de garantie vallen, zullen kosteloos worden vervangen Verdere documentatie Bestelnummer LE* Omschrijving ST Aansluithandleiding AHB BMZ / EMZ ST Aansluithandleiding AHB UGM *LE = leveringseenheid / ST = stuks 8.2. Afvalverwijdering Wie toegangsrechten heeft, kan op de Bosch ST ExtraNet bij de actuele informatie voor elk product en de met het apparaat meegeleverde installatievoorschriften downloaden als een PDF bestand. Defecte handmelders worden compleet vervangen en moeten als afval worden verwijderd in overeenstemming met de wettelijke vereisten. 9. Technische gegevens Nominale spanning (LSN): Stroomverbruik (LSN): 0,7 ma IP- klasse (volgens EN 60529): Omgevingstemperatuur: Milieuklasse (VdS): Afmetingen (H x B x D): Materiaal behuizing: 10V DC... 33V DC IP 52 (binnenversies) IP 54 (buitenversie) - 10 C C (binnenversies) -25 C C (buitenversies) II (binnenversies) III (buitenversie) 135 x 135 x 35 mm kunststof, ABS Kleur: rood (RAL 3001) blauw (RAL 5005) geel (RAL 1003) Gewicht: ca. 450g Pagina 12

13 10. Afkortingen AHB = Anschaltehandbuch / Aansluithandleiding BMZ = Brandmeldezentrale / brandmeldcentrale BM = Brandmelder DIN = Deutsches Institut f. Normung / Duits instituut voor normalisatie EMZ = Einbruchmeldezentrale / inbraakmeldcentrale EN = Europa Norm / Europese norm GMZ = Gefahrenmeldeanlage / beveiligingssysteem KI = Kundendienst Information / onderhoudsinformatie LED = Light Emitting Diode LPC = Loss prevention council LSN = Local Security Network (lokaal beveiligingsnetwerk) SM = Springknopfmelder / handmelder UGM = Universelle Gefahrenmeldezentrale / universele centrale van het beveiligingssysteem VDE = Verband Deutscher Elektrotechniker e.v. / Verbond van Duitse elektrotechnische ingenieurs Pagina 13

14 Bosch Security Systems BV Postbus JB Eindhoven Nederland Tel.: +31 (0) Fax: +31 (0)