Beeldbeschrijving. Kunstnijverheid. Kijkwijzer

Transcriptie

1 Beeldbeschrijving Kunstnijverheid Kijkwijzer

2 Inhoud Inleiding I. De bedoeling van deze kijkwijzer II. Opdrachten p. 1 p. 2 p. 3 schetsopdracht opdrachten algemeen opdrachten over de functie Slotopdracht III. Vervolgopdracht p. 4 p. 11 p. 16 p. 17

3 1 INLEIDING Ieder huis staat vol met voorwerpen. Sommige zijn om iedere dag te gebruiken: bijvoorbeeld serviesgoed, apparaten of meubelstukken. Dit noemen we gebruiksvoorwerpen. Over het algemeen vinden mensen het fijn als dingen niet alleen handig en veilig zijn in het gebruik, maar er ook leuk uitzien. Daarnaast bestaan er siervoorwerpen. Die hebben geen andere functie dan de kamer prettiger maken om naar te kijken - voor de sier dus. Ken je hier voorbeelden van? Over alle voorwerpen uit onze dagelijkse omgeving is ooit nagedacht door een ontwerper. Handig in het gebruik en mooi om te zien worden bij het ontwerpen zoveel mogelijk gecombineerd. Smaken verschillen en misschien zijn er daardoor wel zoveel spullen in verschillende stijlen te koop. Vóór 1800 werd alles met de hand gemaakt. Er waren toen natuurlijk nog geen fabrieken. Daardoor was het ene voorwerp nooit precies hetzelfde als het andere. Dat heet ambachtelijke vormgeving. Na die tijd werden voorwerpen meer en meer in fabrieken gemaakt. Nu dit een grote industrie is geworden spreken we wel van industriële vormgeving. Toch worden er ook nu nog voorwerpen met de hand gemaakt, dat zijn dan vaak exclusieve producten. Kunstnijverheid is de wat ouderwetse verzamelnaam van al deze begrippen; toegepaste vormgeving is de eigentijdse aanduiding ervan.

4 I. De bedoeling van deze kijkwijzer Vandaag ga je een beschrijving maken van een voorwerp dat je zelf uitkiest. Dat kan een meubel zijn, of een sier- of gebruiksvoorwerp gemaakt van hout, metaal, glas of keramiek. Door goed te kijken en de opdrachten te maken weet je er straks veel meer van af. In verschillende p. zalen 1 in het museum is kunstnijverheid te zien. Gebruik een plattegrond om alles te vinden of overleg even p. met 2 de informatiebalie. Gebruik alleen potlood om mee te schrijven (bij de kassa in de hal gratis te krijgen). Een clipboard om op te schrijven kun je hier ook p. 3lenen. 2 p. 4 p. 11 p. 16 p. 17

5 3 II. Opdrachten Kijk rond en kies een voorwerp dat je interessant of mooi vindt. De opdrachten kun je maken door: goed te kijken en het bijschrift (=bordje met basisgegevens aan de wand of in de vitrine) te lezen. Schetsopdracht Maak hier een tekening van het door jou gekozen voorwerp (teken de grote vorm en niet alle details (= kleine dingetjes)).

6 Opdrachten ALGEMEEN Wat voor soort voorwerp is het? Is de naam van de ontwerper ervan bekend? Zo ja, hoe heet hij of zij? beschrijving p. 1 p. 2 p. 3 4 Is de werkplaats of fabriek bekend waar het is gemaakt? Zo ja, hoe heet deze? Is bekend in welk land of welke stad het is gemaakt? O p. nee 4 p. 11 p. 16 p. 17 In welk jaar is het gemaakt? Hoe groot is het ongeveer, denk je? hoogte: breedte: diepte: diameter (als het rond is, bijv. een bord):

7 5 Van welke materialen is het gemaakt? Is het ambachtelijk (= met de hand) gemaakt? O hout O zilver O keramiek (= aardewerk) O glas O staal: O kunststof O iets anders: Zo ja, waarom denk je dat? Is het industrieel ( = in de fabriek) gemaakt? Welke kleur(en) heeft het? Is het voorwerp versierd? Zo ja, welke versieringen zijn er? Is het voorwerp versleten of beschadigd? Zo ja, waar zie je dat aan?

8 Opdrachten over de functie (= het gebruik) Is het een siervoorwerp? Zo ja, wat maakt dat (sommige) mensen dit voorwerp mooi zullen vinden? Meerdere keuzes mogelijk. Is het een gebruiksvoorwerp? Zo ja, waar kun je het gebruiken Zo ja, is het voorwerp handig in het gebruik, denk je? Wat kan er volgens jou aan het voorwerp worden verbeterd? Heb je wel eens eerder zo n soort voorwerp gezien? beschrijving p. 1 O de vorm O p. de 2kleuren O de versiering O p. het 3 materiaal O iets anders p. 4 p. 11, omdat: p. 16, omdat: p Zo ja, waar was dat?

9 Slotopdracht 7 Wat vind jij zelf van dit voorwerp? Kruis minimaal vijf woorden aan. O verouderd o origineel o truttig O modern o afgezaagd o stoer O fantasierijk o romantisch o onbelangrijk O fantasieloos o zakelijk o belangrijk O mooi o uniek o handig O lelijk o doorsnee o onhandig O nuttig o chique o interessant O nutteloos o armoedig o saai O wat anders, namelijk:

10 III. Vervolgopdracht (voor op school of thuis) Kies één van de opdrachten hieronder. Kruis aan. Schrijf het antwoord in het kader op de volgende bladzijde en geef aan hoe je aan het antwoord bent gekomen. p. 1 8 O 1. Hoe wordt glas gemaakt? Wat is het verschil p. 2tussen glas en kristal? O 2. Hoe wordt keramiek gemaakt? Wat is het verschil tussen aardewerk en porselein? p. 3 O 3. Wat is Delfts blauw? Wat heeft dat met Azië te maken? O 4. Hoe kun je hout bewerken of toepassen? Welke soorten hout bestaan er? O 5. Hoe kun je zilver bewerken of toepassen? p. 4 Wat kun je allemaal van zilver maken? p. 11 Je kunt o.a. de volgende internetsites gebruiken: p. 16 p. 17

11 9 Nummer van de opdracht: Het antwoord is: Bronnen die ik heb gebruikt, zijn:

12 Gebruikte literatuur C. Geljon e.a., Palet voor het VMBO, uitg. Thieme-Meulenhoff, 2001; 10 S. Kolsteren e.a., Rondom vormgeving, Groninger Museum/Centrum Beeldende Kunst/Advies en Begeleidingscentrum voor het onderwijs Groningen; V. van Woerkom, Arti Kort, uitg. Meulenhoff Educatief. Gemeentemuseum Den Haag postbus CB Den Haag afdeling Educatie Jet van Overeem december