Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen"

Transcriptie

1 Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Gemeenterapport Oostflakkee januari 2012

2 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Oostflakkee GGD Rotterdam-Rijnmond januari Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Hoofdstuk 1: Jeugd Rijnmond in Beeld... 4 Hoofdstuk 2: Deelname aan het onderzoek... 7 Hoofdstuk 3: Gezondheid van de kinderen Hoofdstuk 4: Overgewicht, voeding en beweging Hoofdstuk 5: Gezin, opvoeding en gebruik van zorg Hoofdstuk 6: De buurt en omgeving Hoofdstuk 7: Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Literatuur Verklarende begrippenlijst Bijlage 1: Overzichtstabel met cijfers per gemeente Bijlage 2: Resultaten behoeftepeiling gemeenten Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 3

4 Hoofdstuk 1: Jeugd Rijnmond in Beeld Gemeenten hebben de wettelijke taak inzicht te verwerven in de gezondheidssituatie van hun bevolking. Jeugd Rijnmond in Beeld (JRB) geeft over een periode van vier jaar een beeld van de gezondheid en ontwikkeling van 4- tot 17-jarigen. In 2011 is de GGD Rotterdam-Rijnmond gestart met de eerste monitor binnen JRB van 4- tot 12-jarigen. Het voorliggende gemeenterapport geeft de belangrijkste resultaten van de kinderen in Oostflakkee weer. Doel van JRB Het doel van Jeugd Rijnmond in Beeld is inzicht verwerven in de gezondheidssituatie van de lokale bevolking, gebaseerd op epidemiologische analyses. De verworven inzichten kunnen gebruikt worden bij het maken van beleid. Dit is een taak volgens de Wet Publieke Gezondheid. Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling openbare gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond heeft een basispakket vastgesteld voor de jaren 2011 tot en met Jeugd Rijnmond in Beeld (JRB) is in dit pakket als basisproduct opgenomen. Vanaf 2012 maakt JRB deel uit van een integrale monitor voor 0- tot 100-jarigen. In 2011 is gestart met het onderzoek onder de 4- tot 12-jarigen. Voor u ligt de gemeenterapportage over de gezondheidstoestand van kinderen van 4 tot 12 jaar. JRB wordt uitgevoerd in de negentien gemeenten die horen tot het werkgebied van de GGD Rotterdam- Rijnmond: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Dirksland, Goedereede, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Middelharnis, Oostflakkee, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne. Naast dit gemeenterapport worden de resultaten op de gezondheidsatlas gepresenteerd ( en gebruikt bij de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning (rvtv) in Onderzoeksopzet De gegevens over de gezondheid van kinderen worden verzameld aan de hand van een vragenlijst die door de ouders wordt ingevuld. De onderwerpen in de vragenlijst zijn bepaald aan de hand van een model, het conceptuele VtV-model (figuur 1.1). Dit model gaat uit van vier groepen factoren die de gezondheid beïnvloeden, namelijk biologische factoren, gedrag en leefstijl, fysieke en sociale omgeving en zorg- en welzijnsvoorzieningen. De gezondheid van een mens is het resultaat van de onderlinge wisselwerking tussen deze verschillende factoren. 4 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

5 Beleid Externe ontwikkelingen Biologische factoren Gedrag/leefstijl Fysieke en sociale omgeving Zorg- en welzijnsvoorzieningen Gezondheidstoestand Figuur 1.1 Het conceptuele basismodel van de volksgezondheid, gebaseerd op het gezondheidsmodel van Lalonde (Bron: Jeugd Rijnmond in Beeld is gestart met een behoeftepeiling onder ambtenaren Jeugd en Volksgezondheid van de betrokken gemeenten. Directe betrokkenheid van de ambtenaren in het werkproces en interactie tussen onderzoekers en ambtenaren, draagt immers bij tot een optimaal gebruik van onderzoek (De Goede, 2011). Er is geïnventariseerd aan welke thema s de meeste prioriteit gegeven wordt en met welke gemeente men vergeleken wil worden. Een tabel met de uitkomsten van deze behoeftepeiling is opgenomen in bijlage 2. Vervolgens is de inhoud van de vragenlijst op basis van de verkregen informatie vastgesteld. Daarbij is zoveel mogelijk aangesloten bij de vraagstelling zoals gebruikt voor de nationale monitor Jeugdgezondheid ( Tevens is op basis van de behoeftepeiling besloten dat in het rapport de resultaten van een afzonderlijke gemeente steeds getoetst worden met de resultaten van de totale regio exclusief Rotterdam. In bijlage 1 is een tabel opgenomen met de resultaten van de 18 regiogemeenten en de regio exclusief Rotterdam. Om ouders niet te veel te belasten, is uitgegaan van een maximale lengte van de vragenlijst van 20 pagina s. Dit vraagt een tijdsinvestering van ongeveer twintig minuten. Tevens is bij de vraagstelling rekening gehouden met het feit dat ouders niet altijd op de hoogte zijn van de gedragingen en gevoelens van hun kind. Zo is bij het onderwerp roken niet gevraagd naar het rookgedrag van het kind maar naar de houding van ouders ten aanzien van een rokend kind. Gestreefd is naar 300 respondenten per gemeente, wat voldoende is om betrouwbare uitspraken te doen op gemeenteniveau. Uitgaande van een respons van 50%, is in het voorjaar van 2011 uit de 4- tot 12-jarigen in de verschillende gemeentelijke basisadministraties een steekproef van ongeveer 600 kinderen getrokken. Onder de ouders van de kinderen in de steekproef is eerst een digitale vragenlijst uitgezet. Zij kregen via de post een uitnodigingsbrief met daarin het verzoek een digitale vragenlijst met behulp van een inlogcode in te vullen. Om de respons te verhogen kregen ouders die de vragenlijst (nog) niet ingevuld hadden, na vier weken een herinneringsbrief met een papieren vragenlijst. Vijf weken na de eerste herinneringsbrief is een tweede brief verzonden met daarin nogmaals de inlogcode voor de digitale vragenlijst. Onder de ouders die de vragenlijst invulden, zijn 400 cadeaubonnen van 10 euro verloot. Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 5

6 Leeswijzer De opbouw van het gemeenterapport is als volgt: Hoofdstuk 2 geeft de deelname aan het onderzoek en de achtergrondkenmerken van de 4- tot 12-jarigen weer. Hoofdstuk 3 gaat in op zowel de lichamelijke gezondheid als op de psychosociale ontwikkeling, waarna in hoofdstuk 4 overgewicht, voeding en beweging aan bod komen. Hoofdstuk 5 gaat over factoren die te maken hebben met het gezin en de opvoeding, waaronder de vraag hoe de ouders tegenover zorg- en welzijnsinstellingen staan. Hoofdstuk 6 geeft de mening van de ouders over de buurt weer. Het rapport sluit af met een samenvatting, conclusies en aanbevelingen in hoofdstuk 7. De achtergrondkenmerken worden in hoofdstuk 2 allereerst beschreven voor de kinderen uit de gemeente Oostflakkee. Vervolgens wordt tekstueel weergegeven wanneer deze percentages verschillen van die van de regio. De regio betekent steeds het totaal van alle responderende ouders uit de achttien regiogemeenten, exclusief Rotterdam. De hoofdstukken 3 tot en met 6 geven per onderwerp eerst de resultaten van de gemeente weer. Daarnaast worden ook hier de verschillen met de regio vermeld. Wanneer blijkt dat er bij een onderwerp in de regio een verschil is naar leeftijd, geslacht, sociaaleconomische status of etnische herkomst wordt dit ook aangegeven. Ten slotte zijn er, indien voorhanden, landelijke cijfers genoemd. Voor de leeftijdscategorie 4- tot 12-jarigen echter, zijn deze maar beperkt beschikbaar. Wanneer in het rapport een verschil vermeld wordt, is dit altijd een significant verschil. Significant wil zeggen dat het verschil met een waarschijnlijkheid van 95% niet op toeval berust. In de tabellen en figuren zijn significante verschillen vetgedrukt en gearceerd. Als bijlage zijn in dit rapport tabellen opgenomen met daarin de resultaten van de afzonderlijke gemeenten. Daarnaast verschijnt een digitaal tabellenboek met de resultaten uitgesplitst naar geslacht, leeftijd, etnische herkomst en sociaaleconomische status. Deze is te vinden op Er is een versie voor de regio exclusief Rotterdam en een versie voor Rotterdam. De percentages in het rapport, in de tabel in de bijlage en in het tabellenboek zijn afgeronde percentages. Hierdoor worden percentages kleiner dan 0,5% afgerond op 0%. Leeftijd is als achtergrondkenmerk opgesplitst in twee groepen, namelijk de 4- tot 8-jarigen en de 8- tot 12-jarigen. De reden hiervan is dat men zo interventies en/of beleid kan toespitsen op de jongere of oudere kinderen. Gekozen is voor een tweedeling waarbij de leeftijd in een gelijk aantal jaren is verdeeld. De vragenlijst is te vinden op 6 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

7 Hoofdstuk 2: Deelname aan het onderzoek In Oostflakkee vulden 323 ouders de JRB-vragenlijst over hun kind in. Dit is 59% van de totale groep ouders die in deze gemeente de vragenlijst ontving. De groep jongens is, net als in de regio, bijna even groot als de groep meisjes. De 8- tot 12-jarigen zijn net als in de regio iets oververtegenwoordigd in de onderzoeksgroep. In Oostflakkee is 6% van de kinderen uit de onderzoeksgroep van allochtone herkomst. Dit komt overeen met de werkelijke verdeling naar etnische herkomst in de gemeente, maar is wel aanmerkelijk lager dan in de regio (6% vs. 18%). Ook groeien meer kinderen op in een tweeoudergezin (92% vs. 86%) en hebben minder ouders een hoog opleidingsniveau (31% vs. 41%). In Oostflakkee hebben ouders minder vaak moeite om financieel rond te komen dan in de regio. Tot slot volgen in vergelijking met de regio meer kinderen speciaal onderwijs (6% vs. 2%). Hoeveel ouders respondeerden? Tabel 2.1 geeft per gemeente het totaal aantal 4- tot 12-jarigen weer, het aantal uitgezette vragenlijsten onder hun ouders en het aantal ingevulde vragenlijsten. Het aantal uitgezette vragenlijsten verschilt per gemeente. De belangrijkste verklaring hiervoor is dat de steekproef op voorhand iets is verhoogd, waarbij na de steekproeftrekking eventuele dubbel getrokken adressen (van meerdere kinderen uit één gezin) uit het bestand zijn verwijderd. Een tweede verklaring geldt voor Vlaardingen en Rotterdam, waar tegen extra betaling de steekproef op wijkniveau is verhoogd. In Maassluis ten slotte werd gelijktijdig met JRB een ander onderzoek uitgevoerd. Er van uitgaande dat ouders mogelijk niet bereid zijn eventueel twee vragenlijsten in te vullen, is ook hier op voorhand het aantal uit te zetten vragenlijsten extra verhoogd. Om een representatief beeld te kunnen geven van de resultaten voor alle 4- tot 12-jarigen binnen de gemeenten, is gebruik gemaakt van weging. De gegevens zijn op zodanige wijze gewogen dat de resultaten van elke onderzoeksgroep voor wat betreft geslacht, leeftijd en etnische herkomst in verhouding staan tot het totale aantal 4- tot 12-jarigen in de bijbehorende gemeente en de regio. In Oostflakkee zijn 551 vragenlijsten verstuurd. 323 ouders vulden de vragenlijst in en stuurden deze terug. Dat is een respons van 59%, hetgeen vergelijkbaar is met de respons in de regio (58%). Geslacht, leeftijd en etnische herkomst van onderzoekspopulatie In tabel 2.2 wordt de verdeling naar geslacht, leeftijd en de verdeling naar etnische herkomst weergegeven van de kinderen voor wie de ouders de vragenlijst invulden. De etnische herkomst van de kinderen is gebaseerd op zowel het geboorteland van het kind zelf als op het geboorteland van de vader en de moeder. Een kind heeft een autochtone herkomst wanneer beide ouders in Nederland geboren zijn (CBS-definitie: Keij, 2000) In Oostflakkee is de verdeling naar geslacht en leeftijd in de onderzoekspopulatie nagenoeg gelijk aan de verdeling in de regio. Dat betekent bijna evenveel jongens als meisjes en iets meer 8- tot 12- jarigen dan 4- tot 8-jarigen. Het aandeel autochtone kinderen in de onderzoekspopulatie is in Oostflakkee hoger dan in de regio (94% vs. 82%). Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 7

8 Tabel 2.1 Doelpopulatie en respons per gemeente Gemeente Aantal 4- tot 12-jarigen per gemeente* Aantal verstuurde vragenlijsten Aantal ingevulde bruikbare vragenlijsten Percentage ingevulde lijsten t.o.v. aantal uitgezette lijsten (respons) Rotterdam % Maassluis % Vlaardingen % Schiedam % Barendrecht % Lansingerland % Capelle aan den IJssel % Krimpen aan den IJssel % Ridderkerk % Albrandswaard % Spijkenisse % Hellevoetsluis % Brielle % Westvoorne % Bernisse % Middelharnis % Goedereede % Oostflakkee % Dirksland % Totaal regio excl. R dam % Totaal regio incl. R dam % * Bron: CBS, Peildatum Tabel 2.2 Geslacht, leeftijd en etnische herkomst in onderzoeksgroep Oostflakkee Percentage 4- tot 12-jarigen in de bevolking van Oostflakkee* Percentage 4- tot 12-jarigen in de onderzoeksgroep Oostflakkee Percentage 4- tot 12- jarigen in de onderzoeksgroep regio (excl. Rotterdam) Geslacht Jongen 49% 52% 51% Meisje 51% 48% 49% Leeftijd 4 tot 8 jaar 46% 46% 48% 8 tot 12 jaar 54% 54% 52% Etnische herkomst Autochtoon 94% 94% 82% Allochtoon 6% 6% 18% * Bron: CBS, Peildatum Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

9 In figuur 2.1 wordt het percentage autochtone 4- tot 12-jarigen weergegeven voor de afzonderlijke gemeenten (CBS, peildatum ). Figuur 2.1 Het percentage autochtone kinderen van 4- tot 12-jaar per gemeente (Bron CBS, 2011) Gezinssamenstelling Van de kinderen van 4 tot 12 jaar in Oostflakkee woont 92% de meeste dagen van de week bij beide ouders, 4% woont in een éénoudergezin. Bij de overige 4% is er sprake van een andere gezinssituatie, bijvoorbeeld co-ouderschap of een pleeggezin. In vergelijking met de regio groeien in Oostflakkee meer kinderen op bij twee ouders en minder kinderen bij één ouder (92% vs. 86% en 4% vs. 9%). Over de hele regio genomen groeien autochtone kinderen vaker op in een tweeoudergezin dan allochtone kinderen (89% vs. 77%). Het percentage kinderen dat opgroeit in een tweeoudergezin is hoger bij hoog opgeleide ouders dan bij laag opgeleide ouders (91% vs. 76%). Sociaaleconomische status Als indicatie voor de sociaaleconomische status is gevraagd naar de hoogst behaalde opleiding van de ouders. In figuur 2.2 wordt het hoogst behaalde opleidingsniveau weergegeven van de ouders per gemeente. In Oostflakkee groeit 31% van de kinderen op bij hoogopgeleide ouders, 46% bij ouders met een middelbaar opleidingsniveau en 23% bij laagopgeleide ouders. Het opleidingsniveau in Oostflakkee is hiermee lager dan van de ouders in de regio waar 41% hoog, 41% middelbaar en 18% laag opgeleid is. Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 9

10 Van de ouders in Oostflakkee heeft 11% aangegeven het afgelopen jaar enige of grote moeite te hebben gehad om van het inkomen van hun huishouden rond te komen. In de regio is dit percentage hoger, namelijk 15%. Figuur 2.2 Opleidingsniveau van ouders per gemeente. Over de hele regio genomen komt een laag opleidingsniveau meer voor onder allochtone ouders dan onder autochtone ouders (28% vs. 14%). Het percentage kinderen dat opgroeit in een gezin met enige of grote moeite om rond te komen is hoger onder allochtone dan onder autochtone kinderen (25% vs. 12%). Ouders met een laag opleidingsniveau geven het meest aan enige of grote moeite te hebben rond te komen (27%). Bij ouders met een hoog opleidingsniveau is dit 9%. Ter illustratie: Uit landelijk onderzoek naar het gezinsleven komt naar voren dat ruim 6% van alle jongeren opgroeit in een gezin waarin onvoldoende geld is voor basisbehoeften, zoals voeding, kleding, wonen, persoonlijke verzorging en vervoer. Wanneer de kosten voor ontspanning en sociale participatie worden meegerekend, groeit ruim 9% van alle jongeren op in een gezin waarin er onvoldoende geld is. Zowel het aantal als het aandeel kinderen dat in armoede opgroeit, is sinds 2008 gestegen (Bucx et al, 2011). Soort onderwijs van het kind Van de ouders uit Oostflakkee geeft 94% aan dat hun kind regulier basisonderwijs volgt. Speciaal onderwijs wordt gevolgd door 6% van de kinderen. In vergelijking met de regio zijn er in Oostflakkee meer kinderen die speciaal onderwijs volgen (6% vs. 2%). Over de hele regio genomen is het percentage jongens (3%) dat naar het speciaal onderwijs gaat iets hoger dan bij de meisjes (2%). Bij ouders met een laag opleidingsniveau is het percentage kinderen dat naar het speciaal onderwijs hoger (5%) dan in de gezinnen met een middelbaar (2%) of hoog opleidingsniveau (2%). 10 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

11 Hoofdstuk 3: Gezondheid van de kinderen Bijna alle ouders vinden de gezondheid van de kinderen goed of heel goed. Wel wordt van een op de vijf kinderen aangegeven dat zij door een aandoening of ziekte in enige of sterke mate belemmerd worden in hun dagelijkse bezigheden. Van de kinderen wordt 4% door één of meerdere allergieën belemmerd in de dagelijkse bezigheden, wat lager en dus gunstiger is dan in de regio. Bij een op de vijf kinderen is ten minste 1 chronische aandoening door de arts vastgesteld en bij een op de tien kinderen ten minste 1 allergie. Deze percentages zijn vergelijkbaar met de regio. Van de kinderen is 15% één of meer dagen ziek thuis gebleven van school in de vier weken voorafgaand aan het invullen van de vragenlijst. Bijna een op de vijf kinderen loopt (enig/verhoogd) risico op psychosociale problemen. Ervaren gezondheid In Oostflakkee geeft 96% van de ouders aan de gezondheid van hun kind goed of heel goed te vinden. Van de ouders vindt 4% dat hun kind een matige gezondheid heeft; (nagenoeg) geen van de ouders vindt de gezondheid niet zo best of slecht. Over de hele regio genomen is het percentage ouders dat de gezondheid van hun kind goed of heel goed vindt, lager bij allochtone dan autochtone kinderen (90% vs. 96%). Ook is dit percentage lager onder ouders met een laag opleidingsniveau (91%) dan bij een middelbaar (95%) of hoog opleidingsniveau (96%). De vraag naar ervaren gezondheid geeft het oordeel weer van de ouder over de gezondheid van hun kind. Het is een veelgebruikte, samenvattende gezondheidsmaat van alle gezondheids-aspecten die relevant zijn voor de ouder en kind. Ouders kunnen hun antwoord op allerlei zaken baseren: lichamelijke en geestelijke gezondheid, ziekten en aandoeningen, leefstijl, een vergelijking met de gezondheid van andere kinderen, leefomgeving enzovoorts. Volgens landelijke cijfers geeft 95% van de ouders van 4- tot 12-jarigen aan dat de gezondheid van hun kind goed of zeer goed is (CBS Statline, 2009). Chronische aandoeningen en allergieën Van de 4- tot 12-jarigen in Oostflakkee heeft 19% minimaal één chronische aandoening, en 10% minimaal één allergie. Tabel 3.1 geeft de meest voorkomende ziekten, aandoeningen en allergieën in de regio weer. De tabel toont het percentage kinderen uit Oostflakkee met een bepaalde ziekte, aandoening of allergie op het moment van het invullen van de vragenlijst of in de twaalf maanden daarvoor. Zoals vermeld in de leeswijzer in hoofdstuk 1 zijn significante verschillen in de tabel vetgedrukt. De volledige lijst met alle nagevraagde aandoeningen en allergieën is opgenomen in tabel 2 in bijlage 1 en in het tabellenboek. Kinderen in Oostflakkee hebben in vergelijking met kinderen in de regio vaker migraine of regelmatig ernstige hoofdpijn (3% vs. 1%), maar hebben minder vaak last van eczeem (8% vs. 12%). De diverse allergieën komen even vaak in Oostflakkee als in de regio voor. Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 11

12 Tabel 3.1 Percentage kinderen met veel voorkomende ziekten, aandoeningen en allergieën Percentage 4- tot 12-jarigen met Percentage 4- tot 12-jarigen aandoening/ allergie (door arts met aandoening/ allergie (door vastgesteld) in Oostflakkee arts vastgesteld) in de regio Ziekte of aandoening Eczeem 8% 12% Astma 7% 9% Buikklachten 4% 4% ADHD 3% 3% Migraine 3% 1% Allergie Pollen/ stuifmeel (hooikoorts) 4% 5% Huisstof/ huismijt 5% 5% Bepaald voedsel 3% 4% Bepaalde huisdieren 4% 4% Over de hele regio genomen is bij jongens vaker een chronische aandoening door een arts vastgesteld dan bij meisjes (25% vs. 22%). Astma of bronchitis (10% vs. 8%) en ADHD (5% vs. 1%) komt meer voor bij jongens dan bij meisjes. Buikklachten daarentegen komen meer voor bij meisjes dan bij jongens (5% vs. 3%). Het voorkomen van chronische ziekten verschilt per leeftijdsgroep. Migraine (2% vs. 1%) en ADHD (5% vs. 2%) komen vaker voor bij oudere dan jongere kinderen. Het percentage kinderen met astma of bronchitis is hoger onder allochtone (11%) dan autochtone kinderen (8%). Bij autochtone kinderen is vaker ADHD door een arts vastgesteld dan bij allochtone kinderen (4% vs. 2%). Het percentage kinderen met ten minste één chronische aandoening verschilt tussen ouders met een laag opleidingsniveau (28%), met een middelbaar opleidingsniveau (24%) en met een hoog opleidingsniveau (21%). Het percentage kinderen bij wie een arts ten minste één allergie heeft vastgesteld, is hoger onder de 8- tot 12-jarigen dan onder de 4- tot 8-jarigen (11% vs. 7%), hoger onder jongens dan meisjes (11% vs. 8%) en hoger onder allochtone dan autochtone kinderen (11% vs. 9%). Uit landelijk onderzoek blijkt dat jonge kinderen (tot en met 11 jaar) het meest bij de huisarts komen voor chronische aandoeningen astma, eczeem, buikpijn en obstipatie (RIVM, 2010). Cijfers van het CBS geven aan dat 6% van de 4- tot 12-jarigen lijdt aan chronisch eczeem; 8% heeft astma, chronische bronchitis of CARA; 2% lijdt langer dan drie maanden aan darmstoornissen en 0% heeft migraine of ernstige hoofdpijn (CBS Statline, 2010). Belemmering van de dagelijkse bezigheden Van de ouders van alle 4- tot 12-jarigen uit de onderzoeksgroep in Oostflakkee geeft een vijfde (19%) aan dat hun kind door een aandoening of ziekte in enige of sterke mate belemmerd wordt bij het uitvoeren van de dagelijkse bezigheden. Dit aandeel is gelijk aan het aandeel in de regio. Bij 4% van de kinderen is er sprake van enige of sterke belemmering door allergieën. Dit percentage ligt lager dan in de regio. Over de hele regio genomen is het percentage 4- tot 12-jarigen dat in enige of sterke mate belemmerd wordt door een chronische aandoening hoger onder de 8- tot 12-jarigen dan onder de 4- tot 8-jarigen (20% vs. 16%) en hoger onder jongens dan meisjes (20% vs. 16%). Dit percentage verschilt ook per opleidingsniveau van de ouders, namelijk 20% bij een laag opleidingsniveau, 19% bij een middelbaar opleidingsniveau en 16% bij een hoog opleidingsniveau. 12 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

13 Het percentage kinderen dat in enige of sterke mate belemmerd wordt door een allergie is ook hoger onder de 8- tot 12-jarigen dan onder de 4- tot 8-jarigen (8% vs. 6%) en hoger onder jongens dan meisjes (8% vs. 6%). Daarnaast verschilt dit percentage tussen allochtone en autochtone kinderen (10% vs. 6%). Van de totale kinderpopulatie van 0 tot 18 jaar in Nederland wordt 2% tot 3% door een chronische aandoening in sterke mate belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden. Daarnaast wordt 8% tot 9% van de kinderen tot en met 11 jaar in lichte mate belemmerd door een chronische aandoening (RIVM, 2010). Ziekteverzuim Van de 4- tot 12- jarigen is 15% in de vier weken voorafgaand aan het invullen van de vragenlijst wegens ziekte van school weggebleven. Over de hele regio genomen bleven kinderen van 4 tot 8 jaar vaker thuis wegens ziekte dan de 8- tot 12-jarigen (19% vs. 17%). Allochtone kinderen bleven vaker ziek thuis dan autochtone kinderen (22% vs. 17%). Het percentage kinderen dat ziek thuis bleef is hoger onder ouders met een laag opleidingsniveau (21%) dan onder ouders met een middelbaar opleidingsniveau (18%) of hoog opleidingsniveau (16%). Ziekte of psychische problemen van een kind kunnen een oorzaak zijn voor afwezigheid van een kind. Ziekte kan echter ook als reden worden opgegeven voor verzuim, terwijl er iets anders speelt (RIVM, 2010). Psychosociale problemen Van de kinderen in Oostflakkee heeft 9% (een verhoogd risico op) psychosociale problemen, een andere 9% loopt ook een risico hierop maar in mindere mate (zie tekstvak hieronder). Voor deze kinderen is het met name van belang vroegtijdige preventie in te zetten om een zorgelijke ontwikkeling van psychosociale problemen tegen te gaan. 20% 15% 15% 12% 12% 13% 11% 10% 9% 8% 9% 7% 5% 0% 4 tot 8 jaar 8 tot 12 jaar jongen meisje autochtoon allochtoon geen of lage opleiding mbo, havo, vwo hbo, wo Figuur 3.1 Percentage kinderen met (een verhoogd risico op) psychosociale problemen in de regio Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 13

14 Over de hele regio genomen is het percentage kinderen met een verhoogd risico op psychosociale problemen hoger bij de 8- tot 12-jarigen dan bij de 4- tot 8-jarigen (12% vs. 9%). Jongens hebben vaker een verhoogd risico dan meisjes (12% vs. 8%). Het percentage kinderen met een verhoogd risico op psychosociale problemen is hoger onder allochtone kinderen dan onder autochtone kinderen (13% vs. 9%). Ten slotte verschillen de percentages ook onder ouders met een laag opleidingsniveau (15%), met een gemiddeld opleidingsniveau (11%) en met een hoog opleidingsniveau (7%) (zie figuur 3.1). Hoe wordt het risico op psychosociale problemen gemeten? Het risico op psychosociale problemen is gemeten aan de hand van de Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ). Dit is een internationale vragenlijst van 25 items, die betrekking heeft op emotionele symptomen, gedragsproblemen, hyperactief gedrag, sociale vaardigheden en relaties tussen kinderen en jongeren. De stellingen in de vragenlijst zijn bedoeld voor kinderen en jongeren tussen de drie en zestien jaar oud ( Een totaalscore kan berekend worden uit de antwoorden op de vragen over emotionele symptomen, gedragsproblemen, hyperactief gedrag en problemen op het gebied van relaties tussen jongeren. Met behulp van een afkappunt wordt vastgesteld of sprake is van een (verhoogd) risico op psychosociale problemen. Kinderen met een verhoogd risico op psychosociale problemen zijn voor wat betreft de totaalscore op de SDQ vergelijkbaar met kinderen die hulpverlening ontvangen. Voorbeeld van een vraag: Mijn kind is gemakkelijk afgeleid, heeft moeite om zich te concentreren. 14 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

15 Hoofdstuk 4: Overgewicht, voeding en beweging Volgens gegevens van de ouders heeft 13% van de 4- tot 12-jarigen in Oostflakkee overgewicht. Dit percentage is gelijk aan het percentage in de regio. Kinderen in Oostflakkee drinken vaker (ge)zoete drankjes en eten minder vaak elke dag fruit. Ook is het percentage kinderen dat iedere dag groente eet, net als in de regio laag. Wel spelen kinderen in Oostflakkee vaker buiten en maken zij minder vaak gebruik van een (spel)computer of televisie. Net als in de regio zijn ongeveer zes op de tien kinderen lid bij een sportvereniging en wordt er door bijna acht op de tien kinderen minstens een dag per week bij een sportvereniging gesport. Overgewicht Voor het rapporteren van overgewicht zijn er voor de gemeenten op de Zuid-Hollandse Eilanden (nog) geen gegevens van lengte en gewicht uit het elektronisch kinddossier van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) beschikbaar. Deze zijn alleen beschikbaar voor Rotterdam en de andere regiogemeenten. In de vragenlijst is aan de ouders gevraagd naar de lengte en gewicht van hun kind. Uit hun antwoorden volgt dat 10% van de kinderen in Oostflakkee matig overgewicht en 3% ernstig overgewicht (obesitas) heeft. Deze percentages zijn gelijk aan de regio. Echter, de cijfers zijn waarschijnlijk een onderschatting van het werkelijke overgewicht, zoals blijkt uit cijfers van andere regiogemeenten waar wel gegevens over lengte en gewicht van het CJG beschikbaar zijn (zie de overzichtstabel in de bijlage). Dit is ook in andere onderzoeken naar voren gekomen ( Over de hele regio genomen is het percentage kinderen van wie de ouders aangeven dat hun kind matig of ernstig overgewicht heeft, hoger onder allochtone dan onder autochtone kinderen (21% vs. 11%). Dit percentage is eveneens hoger onder ouders met een laag opleidingsniveau (19%) dan onder ouders met een gemiddeld opleidingsniveau (14%) of hoog opleidingsniveau (10%). Let op: Dit is berekend op basis van de door ouders verstrekte gegevens en daardoor mogelijk minder betrouwbaar. Hoe is overgewicht berekend? Aan de hand van de ingevulde lengte en het gewicht is de Body Mass Index berekend. Het gewicht in kilogrammen wordt gedeeld door het kwadraat van de lengte in meters. Vervolgens is de uitkomst vergeleken met geslacht- en leeftijdsspecifieke afkappunten (Cole et al., 2000). Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) worden kinderen gemeten en gewogen door een professional met geijkte instrumenten. De gegevens van de ouders wijken af van de gegevens van het CJG en wijzen op een onderschatting van overgewicht. Mogelijke verklaringen voor de onderschatting van ouders zijn: niet de juiste/ betrouwbare instrumenten beschikbaar, de gegevens zijn gebaseerd op verouderde metingen of de gegevens zijn geschat. Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 15

16 Voeding In tabel 4.1 worden de percentages weergegeven van de 4- tot 12-jarigen die voldoen aan de richtlijnen voor gezonde eet- en drinkgewoonten. Net als in de regio ontbijten bijna alle kinderen in Oostflakkee minimaal vijf keer per week. Er worden in Oostflakkee vaker (ge)zoete drankjes gedronken (54% vs. 60% van de kinderen drinkt maximaal twee glazen per dag) en kinderen eten ook minder vaak fruit in vergelijking met kinderen in de regio (32% vs. 40%). Tabel 4.1 Eet- en drinkgewoonten in Oostflakkee en regio Percentage 4- tot 12- jarigen in Oostflakkee Percentage 4- tot 12- jarigen in de regio Ontbijten, minimaal 5 dagen per week 98% 97% Groente, iedere dag 27% 29% Fruit, iedere dag 32% 40% (Ge)zoete drankjes, maximaal 2 glazen per dag 54% 60% Tussendoortjes, maximaal 3 per dag 96% 96% Over de hele regio genomen wordt de richtlijn voor ontbijten, fruit en tussendoortjes vaker opgevolgd door de 4- tot 8-jarigen dan de 8- tot 12-jarigen. Jongens voldoen minder vaak aan de richtlijn voor gezoete dranken dan meisjes (59% vs. 62%). Allochtone kinderen voldoen minder vaak aan de richtlijn voor ontbijten, maar vaker aan de richtlijnen voor groente, fruit en gezoete drankjes. Kinderen die opgroeien bij ouders met een laag opleidingsniveau eten minder vaak groente en ontbijten minder vaak dan kinderen met ouders met een hoog opleidingsniveau. Lichamelijke activiteit Naar school en buiten schooltijd In Oostflakkee gaat 59% van de kinderen vijf dagen per week lopend of zelf fietsend naar school. Van de kinderen gaat 15% nooit lopend of zelf fietsend naar school. Deze percentages zijn nagenoeg gelijk aan de regio. Wel spelen volgens de ouders in Oostflakkee meer kinderen minstens vijf dagen per week buiten (85% vs. 76%). Bijna alle kinderen (96%) spelen, wandelen of fietsen minstens één uur per dag buiten. In de regio is dit niet anders. Over de hele regio genomen is het percentage kinderen dat vijf dagen per week lopend of zelf fietsend naar school gaat hoger bij de 8- tot 12-jarigen dan bij de 4- tot 8-jarigen (74% vs. 50%). Kinderen van hoogopgeleide ouders gaan minder vaak zelf lopend of fietsend naar school dan kinderen van laag opgeleide ouders (58% vs. 69%). Jonge kinderen spelen vaker minstens 5 dagen per week buiten dan oudere kinderen (78% vs. 75%). Dit geldt ook voor jongens ten opzichte van meisjes (79% vs. 74%) en voor autochtone kinderen in vergelijking met allochtone kinderen (80% vs. 67%). Ook het percentage dat minstens één uur per dag buiten speelt, wandelt of fietst, is hoger bij jongens dan bij meisjes (94% vs. 92%) en hoger bij autochtone kinderen dan bij allochtone kinderen (95% vs. 87%). 16 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

17 Sporten Van de kinderen in Oostflakkee is 63% lid van een sportvereniging. Minstens één keer per week sporten bij een sportvereniging doet 78% van de kinderen. Over de hele regio genomen is 75% van de 8- tot 12-jarigen lid van een sportvereniging tegenover 55% van de 4- tot 8-jarigen (zie figuur 4.1). Het percentage kinderen dat minstens één dag per week sport bij een vereniging is ook hoger bij de oudere dan jongere kinderen (85% vs. 74%). Jongens zijn vaker lid van een sportvereniging dan meisjes (67% vs. 63%). Allochtone kinderen zijn minder vaak lid van een sportvereniging (54% vs. 69%) en sporten ook minder vaak minstens één dag per week dan autochtone kinderen (75% vs. 81%). Bij zowel de vraag naar lidmaatschap van een sportvereniging als de vraag naar minstens één dag per week sporten, halen de kinderen van ouders met een laag opleidingsniveau de laagste percentages. Van hen is 52% lid van een sportvereniging en sport 72% van hen minstens één dag per week. 100% 80% 75% 67% 63% 69% 66% 72% 60% 55% 54% 52% 40% 20% 0% 4 tot 8 jaar 8 tot 12 jaar jongen meisje autochtoon allochtoon geen of lage opleiding mbo, havo, vwo hbo, wo Figuur 4.1 Percentage kinderen in de regio dat lid is van een sportvereniging Passieve vrijetijdsbesteding In Oostflakkee heeft een kwart van de kinderen een tv op de eigen kamer en 13% een (spel)computer (in de regio is dit hoger, namelijk 20%). Net als in de regio hebben ongeveer drie op de tien kinderen een tv en/of een computer op de eigen kamer. In Oostflakkee wordt er echter iets minder gebruik van gemaakt; 32% van de kinderen in Oostflakkee computert of kijkt meer dan twee uur per dag tv versus 38% in de regio. Over de hele regio genomen hebben 8- tot 12-jarigen vaker een tv of (spel)computer op de eigen kamer dan de 4- tot 8-jarigen (47% vs. 21%); allochtone kinderen vaker dan autochtone kinderen (44% vs. 31%); en kinderen met laag opgeleide ouders (48%) vaker dan kinderen van ouders met een middelbare opleiding (37%) of hoogopgeleide ouders (24%). Jongens hebben vaker een (spel)computer dan meisjes (24% vs. 15%) en ze besteden vaker meer dan twee uur per dag aan tv kijken of computeren (39% vs. 36%). Het percentage kinderen dat meer dan twee uur per dag tv kijkt of computert is hoger onder allochtone dan onder autochtone kinderen (51% vs. 33%). Ook dit percentage is hoger onder kinderen van laag opgeleide ouders (48%) dan van ouders met een middelbaar opleidingsniveau (39%) of hoog opleidingsniveau (31%). Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 17

18 De reden dat naar tv en computeren wordt gevraagd, is dat de uren voor de tv of achter de computer inactieve uren zijn waarin niet wordt bewogen. Daarnaast worden tijdens het tv kijken of computeren vaak snacks genuttigd. Om deze reden wordt geadviseerd het tv kijken en computeren bij kinderen onder de zes jaar te beperken tot niet langer dan een half uur en boven de zes jaar niet langer dan twee uur per dag (Bulk-Bunschoten et al., 2005). 18 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

19 Hoofdstuk 5: Gezin, opvoeding en gebruik van zorg In Oostflakkee is het percentage bijzondere of ingrijpende gebeurtenissen in een gezin gelijk aan dat van gezinnen in de regio (86%). Wel komt een langdurige ziekte of ziekenhuisopname van het kind zelf of een gezinslid vaker voor dan in de regio. Van de kinderen wordt 16% wel eens gepest of getreiterd door andere kinderen, 11% vecht of pest vaak andere kinderen. Ook in de regio is dit het geval. Wanneer het gaat om het uitproberen van roken of het af en toe drinken van alcohol onder de 16 jaar, wordt dit door respectievelijk 8% en 7% van de ouders in Oostflakkee geaccepteerd. Ouders in de regio zijn minder tolerant als het gaat om het af en toe uitproberen van roken (5%). Bij 12% van de kinderen wordt er in huis gerookt waar het kind bij is. In de regio komt dit even vaak voor. Bijna een kwart van de ouders in Oostflakkee heeft in het afgelopen jaar zorgen gehad over de opvoeding, het gedrag of de ontwikkeling van hun kind, zodanig dat de ouder behoefte had aan deskundige hulp of advies. Dit percentage is gelijk aan het percentage in de regio. Ouders in Oostflakkee hebben aanmerkelijk minder behoefte aan hulp of advies van een opvoedingsdeskundige dan ouders in de regio (21% vs. 42%) en zijn ook minder bekend met een Opvoedingssteunpunt (42% vs. 48%). Ook met het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) zijn ouders in Oostflakkee minder bekend dan in de regio (63% vs. 74%) of hebben ouders minder contact mee gehad (3% vs. 11%). Drie op de tien ouders in Oostflakkee maken gebruik van kinderopvang. In vergelijking met de regio wordt er meer gebruik gemaakt van gastouders en betaalde oppas (respectievelijk 4% vs. 2% en 8% vs. 4%), maar minder van buitenschoolse opvang en overblijven (respectievelijk 14% vs. 22% en 13% vs. 21%). Bijzondere en ingrijpende gebeurtenissen Van de gezinnen in Oostflakkee heeft 86% ooit minimaal één bijzondere of ingrijpende gebeurtenis meegemaakt en 62% meer dan één. Tabel 5.1 vermeldt het percentage kinderen bij wie in het gezin een bepaalde gebeurtenis is voorgekomen. De meest voorkomende gebeurtenissen zijn het overlijden van een familielid of een geliefd persoon, uitbreiding van het gezin door geboorte of adoptie en langdurige ziekte of ziekenhuisopname van een gezinslid. Kinderen in Oostflakkee hebben in vergelijking met kinderen in de regio vaker te maken met langdurige ziekten of ziekenhuisopnames van een gezinslid of het kind zelf (respectievelijk 25% vs. 20% en 13% vs. 10%), maar minder vaak met een echtscheiding of voor langere tijd weggaan van een gezinslid (9% vs. 13%) en problemen in verband met geld of inkomen (5% vs. 8%). Over de hele regio genomen geven autochtone ouders vaker aan één of meer gebeurtenissen te hebben meegemaakt dan allochtone ouders (87% vs. 80%). Zij kruisen vaker het overlijden van een familielid of geliefd persoon aan, vaker psychische problemen van de ouders, geboorte of adoptie of problemen met een ander kind in het gezin. In gezinnen van allochtone ouders komt slachtoffer van geweld of criminaliteit, echtscheiding of voor langere tijd weggaan van een gezinslid, problemen in verband met werk of werkloosheid, problemen met geld of inkomen, huisvestingsproblemen en vlucht vanuit een ander land meer voor. Wanneer de resultaten bekeken worden voor de verschillende opleidingsniveaus van ouders, valt op dat ouders met een laag opleidingsniveau vaker langdurige ziekte of ziekenhuisopname van een gezinslid aankruisen, evenals echtscheiding en problemen met geld en inkomen. Hoog opgeleide ouders vermelden vaker geboorte of adoptie en verhuizing of migratie. Alle percentages staan weergegeven in tabel 4(1) in bijlage 1 en in het tabellenboek. Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 19

20 Tabel 5.1 Bijzondere en ingrijpende gebeurtenissen in gezinnen Percentage 4- tot 12-jarigen in Oostflakkee Percentage 4- tot 12-jarigen in de regio Overlijden van familielid of geliefd persoon 54% 53% Langdurige ziekte of ziekenhuisopname van het kind zelf 13% 10% Langdurige ziekte of ziekenhuisopname van een gezinslid 25% 20% Psychische problemen van de ouder(s) 8% 10% Ongeval(len) 10% 10% Slachtoffer van geweld of criminaliteit 3% 3% Conflicten of ruzies buiten het gezin 9% 9% Conflicten of ruzies binnen het gezin 12% 15% Echtscheiding of voor langere tijd weggaan van gezinslid 9% 13% Uitbreiding gezin door geboorte of adoptie van broertje(s) of zusje(s) 39% 38% Uitbreiding gezin: stiefvader/-moeder en/of stiefkind erbij 6% 7% Problemen met ander kind in gezin 8% 9% Problemen in verband met werk of werkloosheid van (één van) de ouders 7% 8% Problemen in verband met geld/inkomen 5% 8% Problemen met drank of verslaving 1% 1% Verhuizing of migratie 19% 22% Woonproblemen, problemen met huisvesting of verblijf in Nederland 0% 2% Vlucht (vanwege bijvoorbeeld oorlog of politieke situatie) vanuit een ander land naar Nederland 0% 1% Andere ingrijpende gebeurtenissen 5% 6% Pesten Door 11% van de ouders is aangegeven dat hun kind in de laatste zes maanden vaak met andere kinderen vecht of hen pest. Ongeveer een op de zes kinderen wordt zelf getreiterd of gepest door andere kinderen. In de regio is dit niet anders. Over de hele regio genomen is het percentage kinderen dat gepest wordt hoger bij de 8- tot 12-jarigen dan bij de 4- tot 8-jarigen (22% vs. 15%) (zie figuur 5.1). Jongens vechten of pesten vaker dan meisjes (13% vs. 5%) en worden ook vaker zelf gepest dan meisjes (20% vs. 17%). Ouders van allochtone kinderen geven vaker aan dat hun kind vecht of pest dan ouders van autochtone kinderen (14% vs. 8%). Ook worden allochtone kinderen zelf vaker gepest dan autochtone kinderen (27% vs. 16%). Kinderen van ouders met een laag opleidingsniveau (12%) vechten of pesten vaker dan kinderen van ouders met een middelbaar (9%) of hoog opleidingsniveau (7%). Ditzelfde geldt voor het zelf gepest of getreiterd worden (resp. 25%, 19% en 15%). 20 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

21 40% 30% 27% 25% 22% 20% 15% 20% 17% 16% 19% 15% 10% 0% 4 tot 8 jaar 8 tot 12 jaar jongen meisje autochtoon allochtoon geen of lage opleiding mbo, havo, vwo hbo, wo Figuur 5.1 Percentage kinderen dat getreiterd of gepest wordt door andere kinderen in de regio Pesten is niet alleen schadelijk voor slachtoffers, maar ook voor de pester zelf. Uit onderzoek blijkt dat gepeste kinderen een significant grotere kans op depressie en psychosomatische klachten hebben in vergelijking met kinderen die niet betrokken zijn bij pestgedrag (Fekkes, 2005). De gevolgen voor pesters zijn op korte termijn nog niet negatief. Zolang ze op school zitten, kunnen ze zich vaak goed staande houden. Op de lange termijn kunnen pesters echter wel sociale problemen krijgen. Een pestend kind leert dat het doelen kan bereiken zonder op een sociaal aangepaste manier met anderen te onderhandelen. Daardoor kan hij uiteindelijk onaangepaste gedragspatronen krijgen (Stassen Berger, 2007). Opvattingen over roken en alcoholgebruik Van de ouders in Oostflakkee vindt 8% het acceptabel wanneer een kind jonger dan zestien jaar af en toe rookt. Dit percentage ligt hoger dan in de regio waar 5% van de ouders het acceptabel vindt. Bij 12% van de 4- tot 12-jarigen wordt er in huis gerookt waar het kind bij is. Af en toe alcohol drinken of een slokje proberen door een kind jonger dan zestien jaar vindt 7% van de ouders acceptabel. In de regio zijn de opvattingen over het drinken van alcohol door kinderen jonger dan 16 jaar niet anders. Over de hele regio genomen vinden ouders van de 8- tot 12-jarigen het minder acceptabel dat een kind jonger dan zestien af en toe rookt dan ouders van 4- tot 8-jarigen (4% vs. 6%). Ditzelfde geldt voor alcoholgebruik onder de zestien jaar (7% vs. 9%). Het percentage ouders dat af en toe roken onder de zestien jaar acceptabel vindt, is hoger onder autochtone dan onder allochtone ouders (5% vs. 3%). Ook af en toe alcohol drinken onder de zestien jaar vinden zij vaker acceptabel dan allochtone ouders (9% vs. 5%). Ouders met een hoog opleidingsniveau (9%) vinden af en toe alcohol drinken vaker acceptabel, dan ouders met een middelbaar (8%) of laag opleidingsniveau (6%). Het percentage kinderen dat passief mee rookt is hoger onder de 8- tot 12 jarigen dan onder de 4- tot 8- jarigen (11% vs. 8%). Passief roken komt meer voor onder ouders met een laag opleidingsniveau (19%) dan met een middelbaar (11%) of hoog opleidingsniveau (4%). Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 21

22 Aan ouders vragen of kinderen daadwerkelijk roken en alcohol drinken, levert wellicht geen betrouwbare resultaten op. Immers, wanneer kinderen van deze leeftijd roken of drinken zullen zij dat veelal stiekem doen. Kinderen van rokende ouders hebben een grotere kans later zelf ook te gaan roken. Bovendien kan meeroken voor kinderen zowel op korte als op lange termijn ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid. Zo hebben kinderen met rokende ouders meer kans op luchtweginfecties, astma en oorontsteking. Bij (astmatische) kinderen leidt blootstelling aan tabakrook tot een grotere kans op (ernstige) infecties en meer luchtwegklachten (Van Gelder, et al. 2007). Behoefte aan deskundige hulp Van de ouders in Oostflakkee geeft 23% aan in het afgelopen jaar zorgen te hebben gehad over de opvoeding, het gedrag of de ontwikkeling van hun kind. Deze zorgen waren zodanig dat de ouder behoefte had aan deskundige hulp of advies. Daarnaast geeft 11% aan dat hij of zij op het moment van invullen van de vragenlijst behoefte heeft aan deskundige hulp of advies. Tabel 5.2 vermeldt of de ouders de gewenste hulp ook krijgen, of (nog) niet. Daarnaast toont de tabel waar of van wie de ouders hulp of advies verlangen. Ten opzichte van de regio hebben ouders in Oostflakkee aanmerkelijk minder behoefte aan hulp of advies van een opvoedingsdeskundige. Tabel 5.2 Behoefte aan deskundige hulp of advies met betrekking tot opvoeding, gedrag of ontwikkeling van hun kind Percentage 4- tot Percentage 4-12-jarigen in tot 12-jarigen in Oostflakkee de regio Heeft u momenteel behoefte aan deskundige hulp of advies met betrekking tot zorgen over de opvoeding, het gedrag of de ontwikkeling van uw kind? Nee, ik heb momenteel geen behoefte aan hulp 89% 85% Ja, en die krijg ik ook al 8% 11% Ja, ik sta op een wachtlijst 1% 1% Ja, en ik heb hulp gezocht maar ik kon nergens terecht 0% 0% Ja, maar ik heb nog niet geprobeerd om hulp te zoeken 2% 2% Ja, maar ik weet niet waar ik de hulp moet zoeken 1% 1% Kunt u aangeven waar of van wie u het liefst deskundige hulp of advies zou willen krijgen over de opvoeding, het gedrag of de ontwikkeling van uw kind? Schoolarts/-verpleegkundige 8% 10% Opvoedingsdeskundige 21% 42% Leerkracht 20% 20% Huisarts 5% 13% Medisch specialist (bijvoorbeeld kinderarts) 20% 21% Maatschappelijk werker, hulpverlener van Bureau Jeugdzorg, of de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) 15% 17% Overige adviseurs (bijvoorbeeld voorlichter eigen taal en cultuur (VETC-er) of adviseur van MEE (advies-/ ondersteuningsorganisatie voor iedereen met een beperking)) 5% 5% Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) 0% 2% anders 21% 16% weet niet 13% 10% 22 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee

23 Ouders in Oostflakkee geven aan dat ze vooral zorgen hebben en deskundige hulp willen op de onderwerpen: schoolprestaties (33%); angst, onzekerheid, faalangst (29%); sociaal contact, spelen (25%); houden aan of stellen van grenzen, regels, afspraken (24%). Ook in de regio zijn dit de meest genoemde onderwerpen. Over de hele regio genomen geven de ouders van 8- tot 12-jarigen vaker aan zorgen te hebben (gehad) over de opvoeding, ontwikkeling en gedrag van hun kind dan ouders van 4- tot 8-jarigen (27% vs. 21%) en ouders van jongens meer dan van meisjes (28% vs. 20%). Op de vraag van wie de ouders het liefst hulp of advies willen krijgen, geven ouders van 4- tot 8- jarigen vaker dan van 8- tot 12-jarigen aan dat ze dit willen van de schoolarts- of verpleegkundige (14% vs. 8%). Ouders van meisjes willen vaker hulp van huisarts dan ouders van jongens (16% vs. 11%), terwijl ouders van jongens vaker hulp willen van een maatschappelijk werker, een hulpverlener van bureau Jeugdzorg of de GGZ dan ouders van meisjes (19% vs. 13%). Ouders van autochtone kinderen hebben vaker behoefte aan hulp van een opvoeddeskundige dan allochtone ouders (45% vs. 34%). Hoogopgeleide ouders kruisen vaker de opvoeddeskundige aan dan laag opgeleide ouders (51% vs. 28%), terwijl laag opgeleide ouders vaker dan hoog opgeleide ouders een medisch specialist aankruisen (28% vs. 17%). Voor wat betreft de onderwerpen waar ouders zich zorgen over maken, geven ouders van jonge kinderen vaker aan dat ze zorgen hebben over de spraak of taalontwikkeling van hun kind, of over luisteren en gehoorzamen. Bij oudere kinderen betreffen de zorgen vaker angst, onzekerheid en faalangst van het kind, pesten, sociaal contact, depressiviteit en schoolprestaties. Ouders van jongens maken zich meer zorgen over druk, agressief gedrag, over pesten, over sociaal contact en vrije tijdsbesteding, terwijl ouders van meisjes zorgen hebben over gezondheid. Autochtone ouders maken zich meer zorgen over angst, onzekerheid en faalangst, over sociaal contact en over depressiviteit. Allochtone ouders kruisen vaker het onderwerp eten, slapen en groeien aan, evenals de spraak en taalontwikkeling. De percentages staan weergegeven in tabel 4(3) van bijlage 1 en in het tabellenboek. Ter illustratie: In Nederland zijn de meeste ouders tevreden met de gang van zaken thuis. Tegelijkertijd ervaart meer dan de helft het ouderschap als moeilijker dan tevoren gedacht. Een deel van de ouders twijfelt aan hun competentie als opvoeder. Ongeveer één op de vijf ouders heeft soms het gevoel de opvoeding niet goed in de hand te hebben; ongeveer één op de zeven ouders heeft zelfs vaak het gevoel de opvoeding niet aan te kunnen. Voor hulp en ondersteuning bij het opvoeden kan een meerderheid van de ouders terugvallen op hun informele, persoonlijke netwerk. 80% van de ouders geeft aan met enige regelmaat met iemand uit hun sociale netwerk over de opvoeding te praten of advies van diegene te ontvangen. Met name grootouders en vrienden zijn in dat opzicht belangrijke hulpbronnen voor ouders (Bucx, 2011). Bekendheid en gebruik van zorg- en welzijnsinstellingen Tabel 5.3 geeft weer of ouders bepaalde instellingen of voorzieningen kennen en of zij met deze instelling contact hebben gehad. Zo zijn ouders minder vaak bekend of hebben ouders minder vaak contact gehad met het Opvoedingssteunpunt (42% vs. 48%), Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) (31% vs. 39%) en het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) (63% vs. 74%). Het percentage ouders dat aangeeft daadwerkelijk contact te hebben gehad met het CJG is in Oostflakkee ook lager dan in de regio (3% vs. 11%). Jeugd Rijnmond in Beeld 2011, Gemeenterapport Oostflakkee 23

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Krimpen aan den januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Krimpen aan den GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Schiedam januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Schiedam GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in Beeld

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Vlaardingen januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Vlaardingen GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Barendrecht januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Barendrecht GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Ridderkerk januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Ridderkerk GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in Beeld

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Hellevoetsluis januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Hellevoetsluis GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Spijkenisse januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Spijkenisse GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Westvoorne januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Westvoorne GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in Beeld

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Brielle januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Brielle GGD Rotterdam-Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011,

Nadere informatie

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen

Jeugd Rijnmond in Beeld tot 12-jarigen Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4- tot 12-jarigen Gemeenterapport Lansingerland januari 2012 Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 Gemeenterapport Lansingerland GGD Rotterdam Rijnmond januari 2012 2 Jeugd Rijnmond

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID Jeugd 2010 4 K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Noord- en Oost-Gelderland GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor regio Noord- en Oost-Gelderland GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor regio GGD, juni 2014 Toelichting: In de eerste negen kolommen worden de bevindingen in de regio in 2013 weergegeven. Daarna volgt een kolom met de bevindingen in de regio NOG

Nadere informatie

Kinderen in West gezond en wel?

Kinderen in West gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in West gezond en wel? 1 Wat valt op in West? Voor West zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R VOEDING, BEWEGING EN GEWICHT K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 6 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD

Nadere informatie

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Zwolle

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Zwolle [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente 420 ouders van kinderen van ½- tot twaalf jaar gaven inzicht in de gezondheid, leefstijl en opvoeding

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R THUISSITUATIE, KINDEROPVANG EN OPVOEDING K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 2 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied,

Nadere informatie

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Deventer

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Deventer [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente 448 ouders van kinderen van ½- tot twaalf jaar gaven inzicht in de gezondheid, leefstijl en opvoeding

Nadere informatie

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Ommen

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Ommen [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente In de gemeente gaven 478 ouders van ½- tot 12 jaar inzicht in de gezondheid, leefstijl en opvoeding

Nadere informatie

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Kampen

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Kampen [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente 424 ouders van kinderen van ½- tot twaalf jaar gaven inzicht in de gezondheid, leefstijl en opvoeding

Nadere informatie

Kinderen in Noord gezond en wel?

Kinderen in Noord gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Noord gezond en wel? 1 Wat valt op in Noord? Voor Noord zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Raalte

Kindermonitor 2013. Gemeentelijke Factsheet. Raalte [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente 460 ouders van kinderen van ½- tot twaalf jaar gaven inzicht in de gezondheid, leefstijl en opvoeding

Nadere informatie

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Hardenberg

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Hardenberg [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente In de gemeente gaven 458 ouders van kinderen van een half tot twaalf jaar inzicht in de gezondheid,

Nadere informatie

Kinderen in Centrum gezond en wel?

Kinderen in Centrum gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Centrum gezond en wel? 1 Wat valt op in Centrum? Voor Centrum zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en moeder + co-ouderschap

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en moeder + co-ouderschap

Nadere informatie

Kinderen in Oost gezond en wel?

Kinderen in Oost gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Oost gezond en wel? 1 Wat valt op in Oost? Voor Oost zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Kinderen in Zuid gezond en wel?

Kinderen in Zuid gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Zuid gezond en wel? 1 Wat valt op in Zuid? Voor Zuid zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Gemeente Westervoort. Tabellenboek Kindermonitor 2009

Gemeente Westervoort. Tabellenboek Kindermonitor 2009 Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de gemeente weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder. De laatste twee

Nadere informatie

J O N G E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

J O N G E R E N O N D E R Z O E K : J A A R PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID 3 J O N G E R E N O N D E R Z O E K : 12-18 J A A R Jongerenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Olst-Wijhe

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Olst-Wijhe [Geef tekst op] Kindermonitor 2013 Gemeentelijke Factsheet Olst-Wijhe [Geef tekst op] Kindermonitor 2013: Gemeente Olst-Wijhe 444 ouders van kinderen van ½- tot twaalf jaar gaven inzicht in de gezondheid,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en moeder + co-ouderschap

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Nunspeet GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Nunspeet GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Noord-Veluwe. Deze regio bestaat uit de

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en + co-ouderschap

Nadere informatie

= laag opl niveau is geen onderwijs tm mavo; = midden opl niveau is mbo, havo en vwo; = hoog opl niveau is hbo en wo. ***

= laag opl niveau is geen onderwijs tm mavo; = midden opl niveau is mbo, havo en vwo; = hoog opl niveau is hbo en wo. *** Legenda achtergronddocument Kindmonitor * Voor de gemeente is op gemeenteniveau geen vergelijking mogelijk met 2011 en 2007. In die jaren onderzoek uit te voeren op plattelandsniveau. De resultaten van

Nadere informatie

Opvallende resultaten gemeente rapporten Gezondheidsmonitor Jeugd 2015

Opvallende resultaten gemeente rapporten Gezondheidsmonitor Jeugd 2015 Opvallende resultaten gemeente rapporten Gezondheidsmonitor Jeugd 2015 Tabel 1: Aantal respondenten per gemeente naar leerjaar en opleidingsniveau gemeente KLAS vmbo havo vwo totaal klas 2 totaal klas

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oude IJsselstreek GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oude IJsselstreek GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Achterhoek. Deze regio bestaat uit de gemeenten

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oost Gelre GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oost Gelre GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Achterhoek. Deze regio bestaat uit de gemeenten

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Aalten GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Aalten GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Achterhoek. Deze regio bestaat uit de gemeenten,

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** = gaat over alle 4- tot 12-jarigen @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** ***** n 0 nb x getallen met decimalen @ = alleen 8 tot 12 jaar bevraagd Oranje

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en + co-ouderschap

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor regio GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Deze regio bestaat uit de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe, Hattem, Heerde, Lochem, Voorst en Zutphen Toelichting: In de eerste

Nadere informatie

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016

Legenda achtergronddocument Kindmonitor 2016 Legenda achtergronddocument Kindmonitor * ** *** = Significant verschil, dit betekent dat het verschil niet toe te wijzen is aan toeval. = laag opl niveau is geen onderwijs tm mavo; = midden opl niveau

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Hattem GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Hattem GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe. Deze regio bestaat

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Epe GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Epe GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe. Deze regio bestaat

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Heerde GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Heerde GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe. Deze regio bestaat

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Doetinchem GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor gemeente Doetinchem GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Dit tabellenboek hoort bij het rapport: Kindermonitor 2013 - Resultaten van de regio Achterhoek. Deze regio bestaat uit de gemeenten

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Achterhoek GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014

Tabellenboek kindermonitor regio Achterhoek GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Tabellenboek kindermonitor regio GGD Noord- en Oost-Gelderland, juni 2014 Deze regio bestaat uit de gemeenten Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre, Oude IJsselstreek en

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Noord- en Oost-Gelderland

Tabellenboek kindermonitor regio Noord- en Oost-Gelderland Tabellenboek kindermonitor regio Noord- en Oost-Gelderland GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Achterhoek

Tabellenboek kindermonitor regio Achterhoek Tabellenboek kindermonitor regio GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Noord-Veluwe

Tabellenboek kindermonitor regio Noord-Veluwe Tabellenboek kindermonitor regio GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe

Tabellenboek kindermonitor regio Midden-IJssel/Oost-Veluwe Tabellenboek kindermonitor regio GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oldebroek

Tabellenboek kindermonitor gemeente Oldebroek Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Voorst

Tabellenboek kindermonitor gemeente Voorst Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Zutphen

Tabellenboek kindermonitor gemeente Zutphen Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Hattem

Tabellenboek kindermonitor gemeente Hattem Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Heerde

Tabellenboek kindermonitor gemeente Heerde Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Kinderen in Nieuw-West gezond en wel?

Kinderen in Nieuw-West gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Nieuw-West gezond en wel? 1 Wat valt op in Nieuw-West? Voor Nieuw-West zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeente Winterswijk

Tabellenboek kindermonitor gemeente Winterswijk Tabellenboek kindermonitor gemeente GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor. De regionale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Tabellenboek kindermonitor gemeenten Hattem en Heerde

Tabellenboek kindermonitor gemeenten Hattem en Heerde Tabellenboek kindermonitor gemeenten GGD Noord- en Oost-Gelderland, mei 2018 Dit tabellenboek is onderdeel van de Kindermonitor 2017. De nale resultaten van de Kindermonitor zijn beschreven in een E-magazine:

Nadere informatie

Gemeente Zaanstad en Molenwerf

Gemeente Zaanstad en Molenwerf Gemeente en Molenwerf Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo 2013-2014 Dit tabellenboek beschrijft de resultaten van Emovo 2013-2014 voor de gemeente. Achtereenvolgens treft u: De samenvatting met daarin per

Nadere informatie

Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Tabellenboek Kindermonitor 2009 Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse 3184 3552 4295 2458 4254 3554 11031 39332 Kindermonitor 2009 Hulpverlening Gelderland Midden 1 Achtergrondkenmerken

Nadere informatie

1566 en 1567 Hoe zorgen we ervoor dat kinderen en jongeren in Saendelft gezond blijven?

1566 en 1567 Hoe zorgen we ervoor dat kinderen en jongeren in Saendelft gezond blijven? 1566 en 1567 Hoe zorgen we ervoor dat kinderen en jongeren in Saendelft gezond blijven? 1 In paars de gegevens van de 13 tot 17-jarigen. ( screening JGZ, dwz niet-anoniem. Vragenlijsten: Emovo en JenJG)

Nadere informatie

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Renkum

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Renkum Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de gemeente weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder. De laatste twee

Nadere informatie

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Nijkerk

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Nijkerk Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de gemeente weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder. De laatste twee

Nadere informatie

opleiding moeder midden

opleiding moeder midden Tabellenboek gezondheidsmonitor 0-12 jarigen gemeente Toelichting: In de eerste kolommen staan de resultaten voor uitgesplitst naar leeftijd, geslacht, van de en etniciteit. De laatste kolom geeft het

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R ROKEN EN ALCOHOLGEBRUIK Jeugd 2010 5 K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland

Nadere informatie

Gezondheid DEEL 1 LICHAMELIJKE GEZONDHEID. Ervaren gezondheid

Gezondheid DEEL 1 LICHAMELIJKE GEZONDHEID. Ervaren gezondheid JONGERENPEILING 2008 ZUID-HOLLAND NOORD De jongerenpeiling heeft als doel om periodiek op systematische wijze ontwikkelingen in gezondheid en gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Dit is het eerste

Nadere informatie

Tabellenboek gezondheidsmonitor 0-12 jarigen gemeente Landsmeer

Tabellenboek gezondheidsmonitor 0-12 jarigen gemeente Landsmeer Tabellenboek gezondheidsmonitor 0-12 jarigen gemeente Toelichting: In de eerste kolommen staan de resultaten voor uitgesplitst naar leeftijd, geslacht, van de en etniciteit. De laatste kolom geeft het

Nadere informatie

Subregio Nederland t.o.v Sociaal economische status (SES) % / aantal subregio / regio

Subregio Nederland t.o.v Sociaal economische status (SES) % / aantal subregio / regio Tabel 1: Sociaal economische status Indicator Ridderkerk Afwijkend Subregio Nederland t.o.v Sociaal economische status (SES) % / aantal subregio / regio NL % / aantal % / aantal Percentage hoogopgeleiden

Nadere informatie

Presikhaaf Arnhem. Tabellenboek Kindermonitor 2009

Presikhaaf Arnhem. Tabellenboek Kindermonitor 2009 Tabellenboek Kindermonitor 2009 Presikhaaf Arnhem Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de wijk Presikhaaf weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder.

Nadere informatie

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Scherpenzeel

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Scherpenzeel Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de gemeente weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder. De laatste twee

Nadere informatie

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Wageningen

Tabellenboek Kindermonitor Gemeente Wageningen Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Toelichting: In de eerste kolommen worden de bevindingen in de gemeente weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en opleidingsniveau van de moeder. De laatste twee

Nadere informatie

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Inleiding Achtergrond In het kader van de JOGG aanpak in de gemeente Roosendaal heeft op basisschool de Vlindertuin

Nadere informatie

8 t/m 11 jaar Jongen Meisje SES Laag. SES Midden SES Hoog Totaal

8 t/m 11 jaar Jongen Meisje SES Laag. SES Midden SES Hoog Totaal Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Tabel 1. Achtergrondgegevens van de deelnemende scholieren uit Waterland en de regio (%) Waterland 209 scholieren

Tabel 1. Achtergrondgegevens van de deelnemende scholieren uit Waterland en de regio (%) Waterland 209 scholieren Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Waterland Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs. Deze factsheet beschrijft de resultaten van de scholieren

Nadere informatie

Vragenlijst BaO2. voor ouders/verzorgers

Vragenlijst BaO2. voor ouders/verzorgers Vragenlijst BaO2 voor ouders/verzorgers 2013 2 Inleiding Deze vragenlijst gaat over de gezondheid en het welzijn van uw kind. Het invullen duurt ongeveer 15 minuten. Het is belangrijk dat u bij alle vragen

Nadere informatie

Jeugdmonitor 2013 (0-11 jaar)

Jeugdmonitor 2013 (0-11 jaar) Jeugdmonitor 2013 (0-11 jaar) Tabel 4: Kernindicatoren wijken vs gemeente Achtergrondkenmerken Geslacht Jongen 50 52 52 51 51 Meisje 50 48 48 49 49 Leeftijd 0 t/m 3 jaar 32 34 33 32 33 4 t/m 7 jaar 34

Nadere informatie

Deventer. Tabellenboek. Kindermonitor jarigen

Deventer. Tabellenboek. Kindermonitor jarigen [Geef tekst op] Tabellenboek Kindermonitor 2013-2014 0-12 jarigen [Geef tekst op] [Geef tekst op] Inhoudsopgave tabellenboek Algemeen Etniciteit Gezin Opleiding Werk Financiën Gezondheid en ontwikkeling

Nadere informatie

Totaal Totaal Totaal Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Totaal Totaal Totaal Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Tabellenboek Kindermonitor 2009 Gemeente Rozendaal Toelichting: In de eerste kolom wordt de bevindingen in de gemeente weergegeven. De volgende twee kolommen zijn de resultaten van de regio Gelderland

Nadere informatie

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012 Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012 Wat is E-MOVO q Onderzoek onder 2 e en 4 e klassers, nu 3 e keer q Vragenlijst wordt digitaal in klas ingevuld

Nadere informatie

Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Beemster Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs.

Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Beemster Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs. Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Beemster Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs. Deze factsheet beschrijft de resultaten van de scholieren

Nadere informatie

aantal correct ingevulde vragenlijsten,bruikbaar voor analyse regio Nijmegen 2009 regio Nijmegen 8 t/m 11 jaar Jongen Meisje SES Laag

aantal correct ingevulde vragenlijsten,bruikbaar voor analyse regio Nijmegen 2009 regio Nijmegen 8 t/m 11 jaar Jongen Meisje SES Laag Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Wijchen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag

Wijchen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Nijmegen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag

Nijmegen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Berg en Dal. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag.

Berg en Dal. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag. Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Tiel. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag. Tiel

Tiel. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag. Tiel Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Kinderen in Zuidoost gezond en wel?

Kinderen in Zuidoost gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Zuidoost gezond en wel? 1 Wat valt op in Zuidoost? Voor Zuidoost zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor

Nadere informatie

Kindermonitor Samenvatting van een grootschalig onderzoek onder 0 tot 12 jarige kinderen uit de Regio Gelderland Midden

Kindermonitor Samenvatting van een grootschalig onderzoek onder 0 tot 12 jarige kinderen uit de Regio Gelderland Midden Kindermonitor 2009 Samenvatting van een grootschalig onderzoek onder 0 tot 12 jarige kinderen uit de Regio Gelderland Midden H u l p v e r l e n i n g G e l d e r l a n d M i d d e n Gezondheid niet voor

Nadere informatie

Lichamelijke gezondheid

Lichamelijke gezondheid 1. Ervaren gezondheid en ziekte en aandoeningen De beoordeling van de eigen gezondheid, de ervaren gezondheid, is een indicatie voor de kwaliteit die iemand aan het leven toeschrijft. Afhankelijk van de

Nadere informatie

KERNCIJFERS JONGERENPEILING 2013 NOORDWIJKERHOUT versie 2/11-03-2014

KERNCIJFERS JONGERENPEILING 2013 NOORDWIJKERHOUT versie 2/11-03-2014 KERNCIJFERS JONGERENPEILING 2013 NOORDWIJKERHOUT versie 2/11-03-2014 De waarden die in de tabellen worden weergegeven zijn percentages, tenzij anders aangegeven. Noordwijkerhout totaal geslacht leeftijd

Nadere informatie

Zaltbommel. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag.

Zaltbommel. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag. Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Geldermalsen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag.

Geldermalsen. 4 t/m 7 jaar. SES Midden SES Hoog Totaal t/m 11 jaar SES Laag. Tabellenboek Kindermonitor GGD uid -2018 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers voor de hele gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en Sociaal-Economische Status (gebaseerd op het

Nadere informatie

Gemeente Zaanstad. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Gemeente Zaanstad. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo Gemeente Zaanstad Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo 2013-2014 Dit tabellenboek beschrijft de resultaten van Emovo 2013-2014 voor de gemeente Zaanstad. Achtereenvolgens treft u: De samenvatting met daarin

Nadere informatie

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID IJsselland PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID Jongerenmonitor 20 92% normaal risico op psychosociale problemen.3 jongeren School Klas 2 13-1 jaar Klas - jaar 86% goede ervaren gezondheid %* is op school gepest *van

Nadere informatie

Samenvatting Jeugdmonitor Utrecht

Samenvatting Jeugdmonitor Utrecht Samenvatting Jeugdmonitor Utrecht Gezondheid en leefstijl Psychosociale gezondheid Gezin School Vrije tijd Sociaaleconomische verschillen Verschillen naar wijk Trends Beschouwing Groep 7 en 8 van het basisonderwijs,

Nadere informatie

Ommen. Tabellenboek. Kindermonitor jarigen

Ommen. Tabellenboek. Kindermonitor jarigen [Geef tekst op] Tabellenboek Kindermonitor 2013-2014 0-12 jarigen [Geef tekst op] [Geef tekst op] Inhoudsopgave tabellenboek Algemeen Etniciteit Gezin Opleiding Werk Financiën Gezondheid en ontwikkeling

Nadere informatie