Nijmegen, mei Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nijmegen, mei 2008. Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong"

Transcriptie

1 Benchmark Intramurale Motivatie Centra Rapportage 7 Nijmegen, mei Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong

2

3 Benchmark Intramurale Motivatie Centra Rapportage 7 Nijmegen, mei Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Radboud Universiteit Nijmegen/ACSW NISPA Postbus 91 5 HE Nijmegen 3

4 Naar dit rapport kan als volgt worden verwezen: De Weert-van Oene GH, Verbrugge C, De Jong CAJ: IMC benchmark; jaarrapportage 7. NISPA, Nijmegen,.

5 Inhoudsopgave: Paginanr I. Voorwoord 7 II. Introductie 9 III. Resultaten algemeen 15 III.1. Respons 15 III.. Achtergrondgegevens patiënten 1 III.3. Primaire uitkomstmaten: Motivatie tot verandering 1 Primaire uitkomstmaten: Motivatie tot behandeling 3 Uitstroom en uitstroomniveau 35 III.. Kwaliteit van leven 37 III.5. Symptoms Check List 3 III.. Satisfactie van patiënten III.7. Medicatie 1 III.. Craving 3 III.9. Self-efficacy IV. Resultaten A 9 V. Resultaten C VI. VII. Resultaten D Resultaten E IV.1. Overzicht patiënten 7 9 IV.. Primaire uitkomstmaten 51 Resultaten RCQ 51 Resultaten Mft 5 Uitstroom en uitstroomniveau 5 IV.3. Overige maten 57 EuroQol 57 Symptoms Check List 59 Satisfactie van patiënten 1 Medicatie V.1. Overzicht patiënten 7 3 V.. Primaire uitkomstmaten 7 Resultaten RCQ 7 Resultaten Mft 7 Uitstroom en uitstroomniveau 73 V.3. Overige maten EuroQol Symptoms Check List GGz-thermometer Medicatie 5 VI.1. Overzicht patiënten 3-9 VI.. Primaire uitkomstmaten 9 Resultaten RCQ 9 Resultaten Mft 93 Uitstroom en uitstroomniveau 95 VI.3. Overige maten 97 EuroQol 97 Symptoms Check List 9 Patiëntensatisfactie 1 Medicatie 11 VII.1. Overzicht patiënten 7 13 VII.. Primaire uitkomstmaten 1 Resultaten RCQ 1 Resultaten Mft 19 5

6 VIII. Resultaten F IX. Resultaten G X. Resultaten H XI. Resultaten J Uitstroom en uitstroomniveau 11 VII.3. Overige maten 117 EuroQol 117 Symptoms Check List 119 Medicatie 11 VIII.1. Overzicht patiënten 7 13 VIII.. Primaire uitkomstmaten 15 Resultaten RCQ 15 Resultaten Mft 1 Uitstroom en uitstroomniveau 131 VIII.3. Overige maten 133 EuroQol 133 Symptoms Check List 135 Patiëntensatisfactie 137 Medicatie 13 IX.1. Overzicht patiënten 7 11 IX.1. Primaire uitkomstmaten 1 Resultaten RCQ 1 Uitstroom en uitstroomniveau 1 IX.3. Overige maten 1 EuroQol 1 Self-Efficacy 1 Medicatie 15 X.1. Overzicht patiënten X.. Primaire uitkomstmaten 153 Resultaten RCQ 153 Uitstroom en uitstroomniveau 15 X.3. Overige maten 15 EuroQol 15 Self-Efficacy 1 Medicatie 1 XI.1. Overzicht patiënten 7 13 XI.. Primaire uitkomstmaten 17 Resultaten RCQ 17 Resultaten Mft 17 Uitstroom en uitstroomniveau 173 XI.3. Overige maten 17 EuroQol 17 Symptoms Check List 1 Patiëntensatisfactie 1 Medicatie 13 XII. Korte beschouwing 15

7 I. Voorwoord Voor u ligt de tweede jaarrapportage rond de benchmark Intramurale Motivatie Centra. Deze rapportage betreft het kalenderjaar 7. In dit rapport worden de gegevens gepresenteerd van patiënten die in 7 zijn ontslagen bij een van de negen deelnemende IMC s: Centrum Maliebaan, De Hoop, Iriszorg, Mondriaan, Novadic-Kentron Breda, Novadic-Kentron Vught, Tactus Enschede, Tactus Zutphen en Verslavingszorg Noord-Nederland. De rapportage is geanonimiseerd. Dat wil zeggen dat de instellingen niet met naam worden genoemd, maar worden aangeduid met een letter. Nieuwe meetinstrumenten De methode is ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. Hierover wordt in het eerste hoofdstuk kort verslag gedaan, zonder uitgebreid in te gaan op de meetinstrumenten en meetmomenten. Deze inleiding is hetzelfde als die in het rapport van. Wel zijn er enkele wijzigingen opgetreden in de vragenlijsten. De zogeheten HHMgegevens zijn in de loop van het jaar 7 vervangen door de kerngegevens. Bij opname, ontslag en follow-up worden deze kerngegevens van alle patiënten geïnventariseerd. In de kerngegevens gaan we verder dan bij de HHMlijsten het geval was. In de kerngegevens opname wordt uitgebreider ingegaan op de problematiek: verslavings- en psychiatrische diagnose worden genoteerd, de psychosociale problemen, hulpvragen van verwijzer en patient en behandelplan. In de kerngegevens ontslag is uitgebreider genoteerd op welke wijze de patient vertrekt en welke problemen de patient ondervond met de behandeling en het werken in een groep. Daarnaast wordt een inschatting gevraagd van de situatie van de patient bij ontslag, vergeleken met die bij opname: is er sprake van een verbetering, gelijk blijvende situatie of een verslechtering. Ditzelfde wordt geinventariseerd bij follow-up, drie maanden na ontslag. Op dat moment wordt de situatie vergeleken met de situatie bij ontslag. De formulieren kerngegevens worden ingevuld door de hulpverlener; deze maakt de inschatting van de situatie en ontleent verdere gegevens aan het EPD van de patient. Op deze wijze kunnen van alle patiënten de kerngegevens worden verzameld, waardoor wij inzicht krijgen in de totale patientenpopulatie van de IMC s. Verder is in de loop van 7 toegevoegd aan het instrumentarium een lijst die craving meet. Op een Visual Analogue Scale kan de patient aangeven hoeveel trek hij op dat moment heeft in een met name genoemd middel. Voor alle mogelijke middelen geeft de patient op een aparte schaal de mate van trek aan. Deze craving-scale wordt ingevuld op alle vier de meetmomenten. Wij verwachten met deze informatie meer te kunnen zeggen over de motivatie van de patient. Toegenomen deelname In 7 hebben meer IMC s en meer patiënten deelgenomen aan de benchmark. Van twee IMC s ontbreken de gegevens van 7; een van deze twee IMC s heeft inmiddels in een nieuwe start gemaakt met de deelname. In totaal participeerden in 7: patienten in de benchmark, tegen in. Het responspercentage is gestegen, hoewel nog niet zoveel als waarop we gehoopt hadden. Er is nog voldoende ruimte voor verbetering wat dat betreft! Vooruitblik naar Er zijn volop plannen voor de toekomst van de benchmark. In verwachten we een toegenomen deelname aan de benchmark. Halverwege het jaar hopen we de benchmark webbased te maken. De vragenlijsten worden online beschikbaar gesteld, kunnen daar worden ingevuld, waarmee ook direct feedback wordt verkregen over de uitkomsten. Rapportages op verschillende niveaus zijn hiermee mogelijk. Naar verwachting zal dit een grote stimulans zijn voor de benchmark. Daarnaast zijn er de activiteiten van de drie werkgroepen: Methodiek, Client Empowerment en Voorschrijfgedrag. Deze werkgroepen zijn ingesteld naar aanleiding van de IMC benchmarkdag in 7 en zij doen verslag van hun activiteiten op de benchmarkdag in juni. Met deze werkgroepen is een forum ontstaan waar de hulpverleners van de IMC s op verschillende niveaus met elkaar kunnen uitwisselen en gezamenlijk kunnen werken aan methodiekontwikkeling en kwaliteitsverbetering. Nijmegen, juni Gerdien de Weert Cor de Jong Cor Verbrugge 7

8

9 II. Introductie Benchmarking heeft als doel met valide instrumenten gestandaardiseerde gegevens te verzamelen, die teruggekoppeld kunnen worden naar alle teams. Met de gebruikte instrumenten worden de vier velden van de uitkomstenkwadrant 'geraakt': Klinische resultaten: HHM gegevens Motivatiemeting Registr. uitstroom Kwaliteit van leven: * EuroQol - 5 D Uitkomstkwadrant Patiënt tevredenheid: * GGZ thermometer Kosten: * Aantal opnamedagen De doelstellingen van benchmarking zijn te onderscheiden in algemene en inhoudelijke doelen: Algemene doelen zijn: Het verzamelen en vergelijken van gegevens over patiënten die zijn opgenomen op een IMC, over de klinische resultaten, kwaliteit van leven, tevredenheid over de behandeling en de kosten van de behandeling. Zicht krijgen op de uitkomsten van de behandeling om te komen tot verbetering van protocollen, methodiekontwikkeling en implementatie daarvan. Inzicht krijgen in de invloed van verschillende interventies op de motivatie tijdens de periode van opname op een IMC. Aard van uitstroom van het IMC in beeld brengen aan de hand van vier uitstroom niveaus zoals omschreven in het handboek IMC. Inhoudelijke doelen zijn: Het volgen en meten van de motivatie, om het gebruik van een of meerdere psychoactieve stoffen te stabiliseren of te verminderen, bij patiënten met een afhankelijkheid van een of meerdere van deze stoffen. Het meten van motivatie, als zelfbeoordeling, met behulp van de Dutch Readiness to change questionnaire ( RCQ- ) en de Motivation for Treatment Scale ( MfT) Veranderingen in de motivatie aangeven door teamleden met behulp van de Motivation for Treatment Observatieschaal (MfT-O ) Kwaliteit van leven: voormeting en nameting door de Euro Qol 5D zelfbeoordelingschaal Tevredenheidsmeting door middel van de GGZ thermometer. Niveau uitstroom registreren bij exit en follow-up door het 'registratie uitstroom' formulier. 9

10 Financiële kosten in kaart brengen door registratie van aantal opnamedagen. Meetinstrumenten Voor het project worden, afhankelijk van de gehanteerde variant van benchmark, een aantal vragenlijsten gebruikt: Europ-ASI SCL-9 ICL-R RCQ MfT Mft-O EuroQol-5D Urinecontrole BAC CIDI-sam : Addiction Severity Index, meting ziektespecifieke indicatoren. : Klachtenlijst (Zelfbeoordelingschaal 9 items) : Interpersonal Check List (Zelfbeoordelingschaal persoonlijkheid 1 items) : Dutch Readiness to Change Questionnaire, Nederlands herziene versie 1 - item vragenlijst; meet precontemplatie, contemplatie en actie fase uit model van Prochaska - DiClemente. : Motivatie voor Behandeling, items. Meet problemen gepaard gaand met gebruik middelen, wens voor hulp en bereidheid behandeling te krijgen. : Motivatie voor Behandeling Observatieschaal, - items observatielijst, inschatting doorbegeleider hoe patiënt denkt over problemen gepaard gaand met gebruik middelen, wens voor hulp en bereidheid behandeling te krijgen van de patiënt. : Kwaliteit van Leven, items zelfbeoordeling. : Controle op aanwezigheid van opiaten, cocaïne, cannabis, benzodiazepinen, of op indicatie een andere psychoactieve stof. : Blaastest op alcohol promillage : De diagnose afhankelijkheid van een psychoactieve stof volgens de DSM- IV-criteria. GGZ Thermometer : Meet patiënt tevredenheid. Kerngegevens : Ingebed registratiesysteem voor IMC's van kwalitatieve en kwantitatieve gegevens. Registratie gegevens voor intake, ontslag en voorgenomen vervolgbegeleiding tot 3 maanden na ontslag. Registratie uitstroom:de registratie van de uitstroom gebeurt in twee fasen. Op het ontslag moment wordt een inschatting gemaakt door de begeleider bij welk niveau van uitstroom de patiënt past. Vervolgens word bij followup nogmaals geregistreerd op welk niveau de patiënt na drie maanden functioneert. Uitleg van de verschillende niveaus volgt hieronder. Registratie niveau van uitstroom: Wil het IMC zichzelf duidelijker positioneren in de zorgketen, en met name ten opzichte van andere intramurale zorginstellingen, dan moet de uitstroom geëxpliciteerd zijn (Schramade.M, Wildt de W. handboek IMC 3). Er worden vier niveaus van uitstroom omschreven in het handboek: 1. De patiënt is na de opname, dus zonder de geboden structuur, niet in staat de vooruitgang vast te houden (bijv. het lichamelijk herstel geldt alleen gedurende de opname). Uitstroom op dit niveau kan eveneens betekenen dat de patiënt de gezondheidsrisico's verminderd door de wijze van gebruik te veranderen. In speciale gevallen, voorziet een IMC opname in de behoefte palliatieve / terminale zorg te bieden aan patiënten binnen de doelgroep, die deze zorg elders niet kunnen krijgen. 1

11 . Patiënt kan het behaalde resultaat na de opname voor een bepaalde periode aantoonbaar vasthouden. Uitstroom op dit niveau kan ondermeer betekenen dat de patiënt na de opname excessief middelengebruik (enigszins) verminderd of het dag- en nachtritme handhaaft. 3. Patiënt heeft een weloverwogen beslissing genomen om een vervolgtraject te ondergaan dat, in meer of mindere mate gestructureerd gericht is op het bereiken van specifieke reïntegratiedoelen ten aanzien van wonen, werken, dagbesteding en eventueel middelengebruik. De patiënt is in staat om aan de noodzakelijke voorwaarden voor het volgen van het traject te voldoen.. Patiënt heeft een weloverwogen beslissing genomen om een verslavingsbehandeling te ondergaan die gericht is op abstinentie en / of drastische verandering van leefstijl en verslavingsgedrag. De patiënt is in staat om aan de noodzakelijke voorwaarden voor het volgen van deze behandeling te voldoen. Daarnaast heeft de patiënt het contact met de trajectbegeleider verbeterd, of is er een traject begeleider toegewezen. Er wordt aandacht besteed aan de voorbereiding van de patiënt op de eisen in vervolgbehandeling. De varianten van Benchmarking Er zijn drie varianten bij IMC-benchmarking mogelijk. Het verschil zit in de hoeveelheid vragenlijsten per meetmoment. Instellingen kunnen zelf kiezen voor een minimum, medium of maximum variant. Die varianten kunnen als volgt in schema worden weergegeven, waarbij het onderscheid in doelstellingen duidelijk wordt: De maximum variant week 1 week 5 week 9 week 13 Opname Week 5: follow-up Baseline EuropASI RCQ- RCQ- RCQ- RCQ- Zorgaanbod SCL-9 MfT MfT MfT MfT kerngegevens vervolg ICL-R Mft-O Mft-O Mft-O Mft-O + Euro-Qol-5D BAC BAC BAC ICL-R Registratie uitstroom BAC +UC UC UC UC SCL-9 CIDI sam kerngegevens ontslag Euro-Qol-5D Kerngegevens opname GGZ-thermometer Opnameduur De te bereiken doelen maximum variant zijn: Klinische resultaten: ASI gegevens. Registratie aanmelding en vervolgaanbod gegevens. Meting motivatieproces tot veranderingsbereidheid. Invloed van verschillende interventies op motivatieproces. Inhoudelijke evaluatie programma aanbod. Middelengebruik tijdens opname. 11

12 Aard van uitstroom. Kwaliteit van leven: Patiënt tevredenheid: Kosten: Follow-up registratie: Meting van verandering in kwaliteit van leven. Registratie tevredenheids gegevens m.b.t. IMC aanbod. Registratie aantal opnamedagen. Vervolgaanbod na 3 maanden. De medium variant week 1 week 5 week 9 week 13 Baseline week 5: follow-up Kerngegevens opname UC-Bac UC-Bac UC-Bac UC-Bac kerngegevens vervolg EuropASI ICL-R SCL-9 SCL-9 RCQ- RCQ- RCQ- RCQ- Euro-Qol-5 Euro-Qol-5D GGZ-thermometer Opnameduur Kerngegevens ontslag De te bereiken doelen medium variant zijn: Klinische resultaten : ASI gegevens. Registratie aanmelding en vervolgaanbod gegevens Vergelijking gegevens over: Veranderingen interpersoonlijk gedrag. - Veranderingen klachtenpatroon. Middelengebruik tijdens opname. Aard van uitstroom. Kwaliteit van Leven : Meting van verandering in kwaliteit van leven. Patiënt tevredenheid : Registratie tevredenheids gegevens m.b.t. IMC zorgaanbod. Kosten Follow-up registratie: Aantal opnamedagen. Vervolgaanbod na 3 maanden. Vanuit dezelfde structuur kan een instelling kiezen voor een minder zwaar opgetuigde variant, met een uitgebreide voor- en nameting en tussenmetingen van de RCQ waarbij de koppeling met benchmark doelen overeind blijft. Verder kan elke instelling naar eigen wens instrumenten toevoegen. 1

13 De minimum variant week 1 week 5 week 9 week 13 Baseline week 5 Follow -up Zorgaanbod Euro-Qol-5D Euroqol-5D RCQ- RCQ- RCQ- RCQ- Registratie Kerngegevens opname kerngegevens ontslag UC/Bac UC/Bac UC/Bac UC/BAC Opnameduur kerngegevens vervolg De te bereiken doelen minimum variant zijn: Klinische resultaten : Registratie aanmeldings- en vervolgaanbod gegevens. Vergelijking gegevens over: - Veranderingen interpersoonlijk gedrag. - Veranderingen klachtenpatroon. Middelengebruik tijdens opname. Aard uitstroom. Kwaliteit van leven : Cliënt tevredenheid : Kosten Follow-up registratie: Meting veranderingen in kwaliteit van leven. Geen registratie (evt. toevoeging GGZ thermometer bij ontslag) Aantal opnamedagen. Vervolgaanbod na 3 maanden. Er kan ook gekozen worden voor een minimum variant, waarbij men zich beperkt tot verzameling van de HHM gegevens, een tussenmeting van de RCQ- en aangevuld met een voor en nameting middels een korte -items beoordelingsschaal die iets zegt over een eventuele wijziging in de kwaliteit van leven. Eventueel zou de GGZ thermometer nog toegevoegd kunnen worden als nameting. 13

14 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN TOTAALOVERZICHT III.1. RESPONS Tabel III.1.1. Overzicht respons: aantallen respondenten 7 Aantal patiënten in benchmark 7 Aantal patiënten totaal ontslagen in 7 bij IMC Percentage patiënten in benchmark A B C D E F G H J Totaal ?? Totaal?, 11,3 1,5,3,5 31, 3,, Tabel III.1.. Overzicht respons: aantallen respondenten* per benchmarkjaar Totaal A B C D E F G H J Totaal In 7 zijn bij patiënten benchmarkgegevens verzameld. Dat is in absolute aantallen meer dan in, toen er patiënten in de benchmark participeerden. Het responspercentage is echter slechts weinig gestegen, omdat ook het totaal aantal patiënten dat is ontslagen in dit rapportagejaar is toegenomen. Onderstaande figuur geeft een grafische weergave van de respons A C D 9 E 1 17 F G&H J 1 FIGUUR III.1.1. Aantallen respondenten per instelling en per benchmarkjaar. De representativiteit van de verkregen gegevens is getoond bij de rapportage over de afzonderlijke IMC s. Zie daarvoor de betreffende hoofdstukken. 1

15 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN TOTAALOVERZICHT III.. ACHTERGRONDGEGEVENS PATIËNTEN Tabel III..1. Enkele patiëntkenmerken 7: aantallen (percentages tussen haakjes) Geslacht M V Gem. leeftijd (SD) Etniciteit Autochtoon Allochtoon Burg. staat Ongehuwd Gehuwd Samenwon. Gescheiden % Justitiële patiënten Cliënt in aanraking (geweest) met politie/just. Problematiek Drugs Sinds: < jaar -5 jaar 5-1 jaar > 1 jaar A N= 1 (1) 5 (19) (77) (3) B C N=3 5 (7) 1 () (7) () D E N=17 1 () 3 (1) () (1) (1) 3 (1) (9) 1 (11) F N=5 () (1) (5) 7 () G N=1 11 (9) 1 () (5) 9 (75) H N=1 9 (75) 3 (5) 1-5 (5) (5) Onbekend Onbekend (7) 1 () 3 (5) J N= 5 (5) 1 (15) () 1 () Totaal 7 N= 7 19 (1) 53 (19) 39,3 (7,7) (7) 57 () Onbekend 17 (95) 1 (1) () Totaal 3- N=7 3 (79) 11 (1) 37, (7.7) (7) 13 () (9) () 1 (3) 1 (,1) Onbekend (9) () 39 (3) 9 (3) 11 (17) 5 (19) 1 () 1 () 33 () 5 () 1 (3) (37) 1 (7) 9 (71) 1 (39) () 9 (35) 53 (79) (3) 5 (97) 1 (71) 3 (17) 1 (3) 3 (91) (5) (5) 1 (3) 9 (7) 11 (9) 1 () 1 () 1 () 11 (9) 1 (9) (1) (73) Verschillen getoetst met chi-kwadraat toets voor categorale en met t-toets voor continue variabelen. Significantie niveau: *: p<.5; **: p<.5. Tabel III... Ernstscores ASI op verschillende leefgebieden (gemiddelde score (SD)) Lichamelijke gezondheid Opleiding & educatie Middelen: alcohol Middelen: drugs Middelen: gokken Problemen met politie en justitie Sociale problematiek Psychische problematiek A N= B C N=3 D E F G H J N=1 (97) (3) 7 (11) 9 (1) 5 (71) 15 () 5 () 1 (5) (13) 17 () TOTAAL 7 N=11 5 (9) 1 () 3 (5) 91 (13) 515 () TOTAAL 3- N=3,1 (,7),1 (,) 1,3 (1,),1 (,),5 (.) 1, (,5), (1,9) 3, (1,) 3,9 (,3), (1.),5 (3,) 3,7 (3,5). (,) 3,5 (3,), (.9) 5,95 (3,5), (,) 5, (,),3 (,7), (1.7),5 (1,) -,9 (1,9),7 (1,) Gg,95 (,) 3,5 (,), (1,1) 3, (,), (.), (,9) 3,9 (,1) 3,5 (1,) 3,7 (,), (1.9),95 (3,) 3,9 (,9) 3,7 (1,3) 3,7 (,9),5 (.1) 15

16 lich.gezondheid opleiding&wer alcohol drugs juridisch sociaal psychisch 7,1 3,9 3,5,3 3, 3,7 3,7 3-,5,,,5 Figuur III..1. Gemiddelde scores op de ASI-leefgebieden in 7, vergeleken met langjarig gemiddelde 3-. Figuur III..1 laat zien dat de gemiddelde score voor drugsproblematiek het hoogst is. Dit geldt voor zowel 7 als voor het langjarig gemiddelde over 3-. In 7 is er een lichte stijging in de score op het leefgebied alcoholproblematiek. Bij de overige leefgebieden is er sprake van een lichte daling. Tabel III..3. Resultaten CIDI-SAM; N (%) Afhankelijkheid van: A B C N=75 D E N=1 F G H J TOTAAL 7 N=91 TOTAAL 3- N=1 ALCOHOL 53 (71) 11 (9) (7) 15 (5) CANNABIS 1 (55) (3) 7 (5) 1 (5) STIMULANTIA 1 (13) (13) 1 (13) () SEDATIVA 1 (55) 3 (19) () 19 (53) OPIATEN 5 (75) 1 (3) (73) 17 (3) COCAINE 55 (73) 1 (3) 5 (71) 13 (5) PCP 1 (1) 1 () () (1) PSYCHEDELICA (5) (13) (7) 5 () INHALANTIA 1 () 1 (1) 7 (17) ANDERS 3 () 1 () () (3) alcohol stimulantia opiaten pcp inhalantia anders inhalantia psychedeli ca pcp cocaine opiaten sedativa stimulantia cannabis Figuur III... Percentages afhankelijkheid per middel volgens de CIDI-SAM: 7 vergeleken met langjarig gemiddelde 3-. alcohol Er werd met de CIDI-SAM geen misbruik van middelen aangetoond. Het percentage patiënten met afhankelijkheid van alcohol is toegenomen van 5% in 3- naar 7% in 7. Ook afhankelijkheid van opiaten en van cocaïne is toegenomen in 7. Bij de IMC-patienten zijn dalingen in percentages te zien bij afhankelijkheid van stimulantia, sedativa, PCP, psychedelica, inhalantia en anders. 1

17 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.3. PRIMAIRE UITKOMSTMATEN: MOTIVATIE1: MOTIVATIE TOT VERANDERING Resultaten met de Readiness to Change Questionnaire (RCQ) Op de volgende pagina s zijn de resultaten samengevat van de RCQ s bij de verschillende IMC s. Allereerst is weergegeven voor de totale populatie en per middel hoeveel procent van de respondenten in welk stadium van motivatie was op elk van de vier meetmomenten: week 1, week 5, week 9 en week 13. Vervolgens zijn gemiddelde scores weergegeven op elk van de drie schalen precontemplatie, contemplatie en actie voor de totale populatie en per middel. Tenslotte worden de gemiddelde scores per instelling en per middel naast elkaar gezet, zodat onderlinge vergelijking direct mogelijk is. Hierbij moet worden opgemerkt dat het hier gaat om groepsgemiddelden. De kracht hiervan is dat het zo inzicht geeft in de prestaties van een IMC bij de totale cliëntengroep. De beperking is dat het geen inzicht geeft in de ontwikkelingen van individuele cliënten. De figuren worden zonder verder commentaar gepresenteerd. Discussie hierover kan intern bij de IMC s plaatsvinden, maar ook op de landelijke benchmarkdag en in de verschillende overleggen tussen de IMC s. III.3.1. Resultaten van de RCQ: percentages patiënten per stadium van motivatie. ALCOHOL NICOTINE week 1 week 5 week 9 week percentage week 1 week 5 week 9 week 13 Legenda: in week 1 is bij alcohol % van de patiënten in de actiefase; in week 5 is dat toegenomen naar 71% en in week 9 verder toegenomen naar 9%. In week 13 daalt het percentage patiënten in de actiefase naar %. Bij nicotine is op elk meetmoment de grootste groep patiënten in de contemplatiefase. De figuren bij de overige middelen kunnen op een vergelijkbare manier geïnterpreteerd worden. 17

18 BENZODIAZEPINEN CANNABIS percentage week 1 week 5 week 9 week 13 percentage week 1 week 5 week 9 week 13 METHADON OPIATEN percentage week 1 week 5 week 9 week 13 percentage week 1 week 5 week 9 week 13 COCAINE percentage week 1 week 5 week 9 week 13 III.3.. Gemiddelde scores op de schalen precontemplatie, contemplatie en actie per middel In de figuren op de volgende pagina s zijn de gemiddelde scores gegeven voor de drie fasen voor de totale populatie, per middel en voor de vier meetmomenten. In totaal zijn er door de zeven IMC s voor alle middelen over de vier meetmomenten 19 RCQ s ingevuld. Daardoor zijn er voor de eerste zeven middelen voldoende RCQ s om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over het verloop van de motivatie over de vier meetmomenten. Voor de laatste drie middelen [amfetaminen, ecstasy en gokken] zijn er alleen op tijdstip 1 voldoende ingevulde RCQ s. 1

19 ALCOHOL t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik NICOTINE t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik BENZODIAZEPINEN t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik 19

20 CANNABIS t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik OPIATEN t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik METHADON t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik

21 COCAINE t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen hoeveelheid Scores op subschalen gebruik Bij de illegale middelen en ook bij alcohol zien we hoge motivatiescores, met name voor actie vanaf het begin van de opname. Het gebruik daalt tot vrijwel tijdens de opname. Bij benzodiazepinen en methadon is een meer gematigde motivatie te zien en dalend gebruik tijdens de opname, maar patiënten blijven gebruiken. Deze middelen worden ook aan veel patiënten voorgeschreven. Bij nicotine is de motivatie het laagst, op alle drie de schalen. Het gebruik blijft onveranderd hoog. III.3.3. gemiddelde scores op de schalen precontemplatie, contemplatie en actie per middel en per IMC In de hierna volgende figuren is per middel weergegeven welke de gemiddelde scores zijn op de drie schalen van de RCQ gedurende de opname, dus op de vier meetmomenten. In deze figuren kunnen de IMC s onderling worden vergeleken. De figuren zijn ook terug te vinden in de rapportages bij de afzonderlijke IMC s later in dit rapport. 1

22 RESULTATEN VOOR ALCOHOL INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t=

23 RESULTATEN VOOR NICOTINE INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING t=1 t= t=3 t= J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 3

24 RESULTATEN VOOR BENZODIAZEPINEN BEN INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t=

25 RESULTATEN VOOR CANNABIS INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= 5

26 RESULTATEN VOOR METHADON INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= precontemplatie contemplatie actie t=1 t= t=3

27 RESULTATEN VOOR OPIATEN INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 7

28 RESULTATEN VOOR COCAINE INSTELLING A INSTELLING B INSTELLING C t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING D INSTELLING E INSTELLING F t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= INSTELLING G INSTELLING H INSTELLING J t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= t=1 t=

29 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 3-7 III.3. PRIMAIRE UITKOMSTMATEN: MOTIVATIE1: MOTIVATIE TOT BEHANDELING Resultaten met de Motivation for Treatment questionnaire (MfT) Op de komende pagina s zijn de vergelijkende tabellen gegeven voor de Motivation for Treatment lijst, de MfT. Deze lijst heeft vier subschalen: problem recognition general, problem recognition specific, desire for help en treatment readiness. De vragenlijst is net als de Readiness to Change Questionnaire gebaseerd op het Stages of Change Model van Prochaska en DiClemente. Het meetdoel is echter anders: niet de motivatie tot verandering, maar de motivatie tot behandeling wordt hiermee gemeten. De MfT is afgenomen bij patiënten en bij hun behandelaars. Daardoor is het mogelijk te kijken naar de mate waarin de scores met elkaar overeenkomen. Dit is verwerkt bij de aparte rapportages voor de instellingen (zie volgende hoofdstukken). Op de volgende pagina s zijn de resultaten voor de patiënten voor de verschillende IMC s naast elkaar getoond. Aangezien de MfT niet bij alle instellingen is afgenomen, ontbreekt hier een aantal IMC s. De MfT wordt afgenomen afhankelijk van de benchmarkvariant of op t1 en t (dus in week 1 en week 13) of op vier tijdstippen (week 1, week 5, week 9 en week 13). Net als bij de RCQ is de verandering in de scores op de vier schalen apart weergegeven. Hierbij gelden dezelfde ro s en con s als bij de RCQ (zie pg 3). 9

30 RESULTATEN MET DE MFT en met de MFT-O: scores op de vier schalen op de vier meetmomenten bij patiënten en hulpverleners voor de totale populatie Prgen Prspec DH TR Prgen Prspec DH TR patient,9, 3,9 3, patient,99,57 3,1 3,15 hulpverlener,59,3,5, hulpverlener,73,7,75, WEEK 1 WEEK Prgen Prspec DH TR patient,,51 3,3 3,5 hulpverlener,7,51,3, Prgen Prspec DH TR patient,5,5, 3, hulpverlener,71,,,3 WEEK 9 WEEK 13 Figuur III.3.1. Gemiddelde scores op de schalen van de MFT volgens patiënt en hulpverleners voor elk van de vier meetmomenten. De figuren tonen de resultaten van gepaarde t-toetsen. Dat wil zeggen dat steeds per patiënt is gekeken naar de patiënt- en de hulpverlenersscore. De resultaten zijn daarom iets anders dan die in de afzonderlijke hoofdstukken, waar de totale groepsgemiddelden worden gepresenteerd. Deze keuze is gemaakt omdat bij gepaarde t-toetsen die cases worden uitgesloten van de analyse waarvan niet beide gegevens bekend zijn. Bij de afzonderlijke IMC s zou dat leiden tot te kleine aantallen. Maar bij de totale populatie blijven de aantallen cases acceptabel op elk tijdstip. Bovenstaande figuren laten zien dat in week 1 en 5 patiënten hoger scoren dan hulpverleners. Patiënten schatten hun motivatie aan het begin van de opname dus hoger in dan hulpverleners doen. De verschillen zijn vooral groot bij de Desire for Help en de Treatment Readiness schalen. In de weken 9 en 13 zijn de scores veel dichter bij elkaar gekomen. Dat is een indicatie dat patiënt en hulpverlener elkaar beter hebben leren kennen, dat de patiënt wellicht een reëlere inschatting heeft van de eigen motivatie en dat de hulpverlener beter kan inschatten hoe de motivatie van de patiënt is. 3

31 Een andere manier om deze resultaten te analyseren is om te kijken naar het verloop van de scores tijdens de opname. De resultaten hiervan zijn in onderstaande figuren getoond. 3,5 3,5 week 1 week 5 week 9 week 13 Prgen,,9,9,9 Prspec,37,,5,3 DH 3, 3,,93,77 TR,97 3,13 3,9 3,5 3,5 week 1 week 5 week 9 week 13 Prgen,,75,7,71 Prspec,39,,55,9 DH,57,7,, TR,,5,7,73 Figuur III.3.. Gemiddelde scores op schalen van de MFT voor patiënten [boven] en hulpverleners {onder] op elk van de vier meetmomenten. Zichtbaar wordt dat de motivatiescores bij patiënten voor de schalen Desire for Help en Treatment Readiness in week 1 het hoogst zijn. Zij nemen in week 5 nog licht toe, maar daarna dalen deze scores. Op alle vier de meetmomenten zijn de contemplatie [Desire for Help] en actie [Treatment Readiness] scores het hoogst, hoger dan de precontemplatiescores die zijn weergegeven in de Problem Recognition General en Specific. Deze laatste twee scores dalen naar het einde van de opname toe. Bij hulpverleners valt allereerst op dat de scores over de gehele linie genomen iets lager liggen dan die van de patiënten. Een uitzondering hierop vormt wellicht week 9, waar de scores het dichtst bij elkaar komen [zie hiervoor ook de afzonderlijke hoofdstukken]. Verder is het verloop van de motivatiescores vrij vlak: hulpverleners laten niet veel variatie zien in de scoring van de motivatie van hun patiënten. Bij hulpverleners juist in week 1 lage scores voor Treatment Readiness. In week 13 is de TR volgens hulpverleners toegenomen. Dit geldt in veel lichtere mate ook voor de Desire for Help en voor de Problem Recognition schalen. In de figuren op de volgende pagina s worden de resultaten van de IMC s naast elkaar getoond, zoals dat ook gebeurd is bij de RCQ. 33

32 RESULTATEN MET DE MFT: scores op de vier schalen op de vier meetmomenten bij patiënten; en INSTELLING A INSTELLING C INSTELLING E 3,5 3,5 3, ,5,5,5 1,5 1,5 1,5 1,5 VERLOOP SCORES MFT WK1 WK5 WK9 WK13 PR1CLIENT PRCLIENT DHCLIENT TRCLIENT 1,5 VERLOOP SCORES MFT WK1 WK5 WK9 WK13 PR1CLIENT PRCLIENT DHCLIENT TRCLIENT 1,5 VERLOOP SCORES MFT WK1 WK5 WK9 WK13 PR1CLIENT PRCLIENT DHCLIENT TRCLIENT INSTELLING F INSTELLING J 3,5 3,5 3 3,5,5 1,5 1,5 1 VERLOOP SCORES MFT,5 1 VERLOOP SCORES MFT,5 WK1 WK5 WK9 WK13 PR1CLIENT PRCLIENT DHCLIENT TRCLIENT WK1 WK5 WK9 WK13 PR1CLIENT PRCLIENT DHCLIENT TRCLIENT 3

33 RESULTATEN MET DE MFT: scores op de vier schalen op de vier meetmomenten bij hulpverleners INSTELLING A INSTELLING C INSTELLING E 3,5 3,5 3, ,5,5,5 1,5 1,5 1, ,5 VERLOOP SCORES MFT_O WK1 WK5 WK9 WK13 PR1HV PRHV DHHV TRHV,5 VERLOOP SCORES MFT_O WK1 WK5 WK9 WK13 PR1HV PRHV DHHV TRHV,5 VERLOOP SCORES MFT_O WK1 WK5 WK9 WK13 PR1HV PRHV DHHV TRHV INSTELLING F INSTELLING J 3,5 3,5 3 3,5,5 1,5 1,5 VERLOOP SCORES MFT_O WK1 WK5 WK9 WK13 PR1HV PRHV DHHV TRHV 1,5 1,5 VERLOOP SCORES MFT_O WK1 WK5 WK9 WK13 PR1HV PRHV DHHV TRHV 33

34 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.3. PRIMAIRE UITKOMSTMATEN: UITSTROOM EN UITSTROOMNIVEAU gem. verblijfsduur in dgn 1 1 A C E F G H J Figuur III.3.1. Verblijfsduur cliënten naar instelling over 7. In instelling G is de gemiddelde verblijfsduur van de patiënten met gemiddeld 11 dagen [ maanden] ongeveer maal zo lang als die bij de andere IMC s. De kortste verblijfsduur is voor de patiënten van IMC E: gemiddeld 31 dagen [een maand]. De verblijfsduur bij de andere IMC s ligt tussen 3 en dagen [anderhalf tot maanden] < 1 wk 1- wk 5- wk 9-1 wk 1- wk > wk A 1, 37,1 1, 1,,5 5,3 C 9, 5,9 19,, 1,3 E 3 1 F 5,3 3,5 3, 3, 13, G 1, 1,7 1,7 1,5 H 5 1,,3,9 J 1 35,7 3,3 13,,5 1,7 Figuur III.3.. percentages vertrekkende patiënten naar duur verblijf; 7.

35 Legenda bij figuur III.3.3: bij instelling A [grijswitte lijn met blauwe ruitjes] vertrekt in de loop van de eerste week 1% van de patiënten. Tussen de eerste en vijfde week vertrekt 37% van de patiënten. Bij instelling E vertrekt geen enkele patiënt voor de eerste week voorbij is. Bij die instelling vertrekt % van de patiënten tussen week 1 en week niveau 1 niveau niveau 3 niveau C 9, E 5 1,5 5 1,5 G H 33 5 J TOTAAL Figuur III.3.. niveau van uitstroom bij ontslag cliënten naar instelling over 7 in % niveau 1 niveau niveau 3 niveau C E G H J TOTAAL Figuur III.3.5. niveau van uitstroom bij follow-up cliënten naar instelling over 7 in %. Het niveau bij ontslag en bij follow-up is van slechts een beperkt aantal patiënten bekend. Niveau ontslag bij 1 patiënten en niveau follow-up van patiënten. Bij ontslag wordt 3% van de patiënten ingeschat in niveau1, iets minder dan een kwart in niveau en evenveel in niveau 3, en 1% in niveau. Bij follow-up is de helft van de patiënten in niveau 1, 15% in niveau, 1% in niveau 3 en 17% in niveau. Tussen de instellingen zijn tamelijk grote verschillen op te merken, zowel bij ontslag als bij followup. 3

36 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.. KWALITEIT VAN LEVEN Resultaten met de EuroQol 1,9,,7,,5,,3,, WEEK1,9,7,71,1,7 WEEK13,,1,79,,1 guur III..1. Kwaliteit van leven op de EQ5D voor de totale populatie per jaar; week 1 en week 13. Fi WEEK1 5,3,,,9,5 WEEK13 7,77 73,71 7,5 75, 7,1 uur III... Kwaliteit van leven op de VAS-schaal voor de totale populatie per jaar; week 1 en week 13. Fig In de figuren zijn de resultaten weergegeven van gepaarde analyses. Bij dezelfde patiënt is de score in week 1 vergeleken met die in week 13. In alle jaren is de kwaliteit van leven in week 1 minder goed dan in week 13. patiënten ervaren dus na een opnameperiode van 13 weken een betere kwaliteit van leven dan daarvoor, zowel bij de score op de items van de EQ5D als op de VAS-schaal. Het verschil dat wordt gemeten is in alle jaren statistisch significant. 37

37 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.5. SYMPTOMATOLOGIE: Resultaten met de Symptoms Check List (SCL-9) SOMATIS CH INSUFF WANTR DEPRESS ANGST HOSTIL FOBIEEN SLAAP OVERIG A 1, 1,9 3,1 3, 17,5 9,9 1,5, 1, C 1, 1,3 31, 3 1,7 9,9 11, 7,3 1,3 E 1,9 1,9 3, 3, 19, 11,1 1,,3 17,3 F, 19, 35, 3,3 19, 11, 1,1 7,3 1,9 J 17, 1,,9,1 15,9,5 9,1 5, 13,3 Figuur III.5.1. Scores op schalen van de SCL-9. Gemiddelde scores in week SOMATISC H INSUFF WANTR DEPRESS ANGST HOSTIL FOBIEEN SLAAP OVERIG A 1,3 1,3 3 1,3 1,7 1,3 1,7 11,3 C 15,7 1,1,, 13,,1,9 1, E 1 1,5 1,5 11, ,5 11,5 F 15, 15,1,3, 13,5 7, 9,9 13, J 1, 1,9,3, 1,,7 7,9,7 1,1 Figuur III.5.. Scores op schalen van de SCL-9. Gemiddelde scores in week 13. 3

38 somatis ch insuff wantr depress angst hostil fobieen slaap overig week 1 1,5 1,1 3, 33,5 1,1 1,1 1,,9 15,9 week 13 15,3 13,9 5,3 3, 13,5,3,3,9 1,7 Figuur III.5.3. Gemiddelde scores op schalen van de SCL-9 week 1 en week 13; totale populatie. 39

39 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 3-7 III.. SATISFACTIE PATIENTEN Resultaten met de GGz thermometer,1 1,9 1,7 1, informatie 1,75 1,7 1,5 1,75 1,3 inspraak 1,9 1,3 1, 1,9 1,7 hulpverlener 1, 1,3 1,9 1, 1,1 resultaat 1,75 1, 1, 1,7 1, Figuur III..1. Scores op schalen van de GGZ thermometer 3-7. Bovenstaande figuur toont de gemiddelde scores op de schalen van de GGZ thermometer voor de totale populatie per jaar. Zichtbaar is dat de schaal Informatieverstrekking steeds laag scoort, terwijl de schaal Bejegening door Hulpverlener steeds hoog scoort. Er is enige variatie over de tijd. Zo hebben alle vier de schalen in 7 lagere scores dan in C 7,,33 7, 7,5 7,77 D 7,5 7,5 7,33 F 7,3 7 7,5 7, 7, J 7,5 7,3 TOTAAL 7,1 7,73 7, 7, 7,7 iguur III... Rapportcijfers voor zorg; totale populatie 3-7. NB; de schaal op de y-as loopt van 7,,5! F Het rapportcijfer voor de totale zorg varieert van 7, tot 7,7. Dit laatste cijfer werd in 7 behaald en is daarmee hoger dan het cijfer in. Er is geen sprake van een trend, noch voor het totaal, noch per instelling.

40 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.7. MEDICATIE Tabel III.7.1. Overzicht voorgeschreven medicatie 7. Alle IMC s. Week 1 N=53 Week 5 N=3 Week 9 N= 179 Week 13 N= 9 Benzodiazepinen 13 (,) 9 (,9) (,) 19 (,7) Neuroleptica 11 (15,5) 1 (15,) (15,) 9 (9,) Opiaatantagonisten 19 (,9) 11 (,) (3,) 3 (3,3) Methadon 111 (17,) 59 (15,3) 9 (1,) (1,7) Bètablokker 1 (,) Analgetica 1 (1,5) 1 (,) 3 (1,7) 1 (1,1) Antidepressiva (9,) 1 (1,) 17 (9,5) 1 (1,9) Tractus digestivus 5 (3,) 3 (,) 1 (,7) 3 (3,3) Tractus respiratorius 3 (5,) (,7) 9 (5,) 5 (5,) Vitaminen 33 (5,1) 17 (,) 9 (5,) (,7) Overige 7 (11,) (1,) (1,3) 1 (15,) Legenda: in week 1 zijn er 13 voorschrijvingen voor benzodiazepinen. Dit is % van het totaal aantal voorschrijvingen. In week 13 komt 1% van de voorschrijvingen op rekening van de benzodiazepinen. Deze 53 voorgeschreven medicijnen in week 1 zijn bestemd voor 157 patiënten. Gemiddeld krijgen de patiënten in week 1 dus, medicijnen voorgeschreven. De 9 voorschrijvingen in week 13 zijn bestemd voor 1 patiënten. In week 13 krijgen deze patiënten gemiddeld medicijnen voorgeschreven. Tabel III.7.. Gemiddelde hoeveelheid methadon in week 1, 5, 9 en 13 van alle patiënten; 7. Hoeveelheid methadon in mg Week 1 N=111 Week 5 N=59 Week 9 N= 9 Week 13 N=,1 (3,7) 9,7 (3,3) 5,35 (33,),5 (3,) Min max

41 aantal patienten benzo neurolept opiaatant methadon betablokker analgetica antidepressiva T. digest vitamine week 1 week 5 week 9 week 13 overig T. resp Van de 37 patiënten van wie de medicatie in de weken 1 t/m 13 bekend is, gebruiken er 5 methadon in week 1. In week 5 zijn dat nog patiënten, in week 9: 15 en in week 13 stijgt dit aantal weer naar 1 methadongebruikers. De gemiddelde hoeveelheid methadon die deze cliënten krijgen voorgeschreven, alsmede de minimum en de maximum hoeveelheid voor deze groep, is weergegeven in onderstaande figuur. De gemiddelde hoeveelheid methadon is in week 1: mg. Aanvankelijk is er een lichte daling, maar in week 9 en week 13 is de gemiddelde hoeveelheid methadon die patiënten krijgen voorgeschreven weer op het niveau van week 1. De minimale hoeveelheid is aanvankelijk laag [3 mg], maar deze is in week 9 gestegen naar mg. De maximale hoeveelheid is in week mg, vervolgens daalt deze naar 11 mg, maar in week 13 is de maximale hoeveelheid weer op het niveau van week gem. Hoeveelheid min hoeveelheid max hoeveelheid week 1 week 5 week 9 week 13

42 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.. CRAVING Met de Cravingschaal is onderzocht in welke mate patiënten zucht hebben naar een middel. Zij konden hiertoe op een schaal van 1 [ helemaal geen trek ] tot 1 [ heel veel trek ] aangeven hoeveel trek zij op dat moment in het middel hebben. Bovendien werd hen gevraagd hoeveel dagen het op dat moment geleden was dat zij dit middel gebruikten. De resultaten zijn hieronder weergegeven voor de drie instellingen waarbij deze Cravingschaal is afgenomen. Bij twee van de drie instellingen is het aantal dagen dat het middel niet werd gebruikt, vrijwel niet aangegeven. Het aantal respondenten bij deze vragen is dus klein tot afwezig. Het totaal aantal respondenten dat een Cravingschaal heeft ingevuld bij de drie instellingen [C, E en F], is 5. Het aantal respondenten verschilt [uiteraard] per middel en per meetmoment. In de figuur zijn alleen de resultaten in week 1 en week 13 gegeven. Hoewel in deze figuur bij elk middel en op elk meetmoment resultaten zijn getoond, is het soms niet verantwoord gemiddelden te presenteren gezien de zeer kleine aantallen respondenten waarop deze betrekking hebben. alcohol benzo's cannabis methadon heroine cocaine amfetaminen xtc anders anders xtc amfetamine n cocaine heroine methadon cannabis benzo's alcohol week 1 7,5 5,3 3,73 9 1,7 9,9 7, week ,7 1,3, Figuur III..1. Scores op Cravingschaal. 7. De figuur laat zien dat de zucht naar het middel anders het grootst is, vooral in week 13. In week 13 hebben patiënten gemiddeld minder trek in alcohol, cannabis, methadon en heroïne, dan in week 1. Bij cocaïne blijft de trek hetzelfde in week 1 en week 13. De zucht naar benzodiazepinen neemt licht toe. Aan deze resultaten kunnen geen conclusies worden verbonden, gezien het lage aantal respondenten. 3

43 III. Resultaten IMC Benchmark ALGEMEEN 7 III.9. SELF-EFFICACY Bij twee instellingen is de Self-Efficacy List for Drugusers [SELD] afgenomen op eigen initiatief. Aangezien deze schaal mogelijk interessant kan zijn voor andere instellingen, worden de resultaten hier ook in het gezamenlijke deel gepresenteerd. Bij de SELD is sprake van twee vraagstellingen rond omschreven situaties: hoe groot denkt u dat de behoefte om te gebruiken is in die situatie en hoe zeker bent u ervan dat u dan niet zult gebruiken. De antwoorden worden per situatie gegeven op een vijf-puntsschaal, variërend van heel klein tot heel groot respectievelijk van daar ben ik erg onzeker over tot daar ben ik erg zeker van. Hoe hoger de score op de Behoefteschaal, hoe groter de behoefte; en hoe hoger de score op de Self-Efficacy schaal, hoe groter de mate van self-efficacy. Naast weergave van de individuele items [situaties] kunnen ook drie subschalen worden berekend: de subschaal Problemen [bijvoorbeeld: als ik me depressief voel ], de subschaal Omgevingsfactoren [bijvoorbeeld: als ik gratis drugs krijg aangeboden ] en de subschaal Plezierige situaties [bijvoorbeeld: als ik me lichamelijk goed voel ]. De SELD wordt afgenomen in week 1 en in week 13. Het totaal aantal respondenten bij de twee instellingen is 3 in week 1 en in week 13. Onderstaande figuur geeft allereerst de resultaten weer voor de drie subschalen voor beide instellingen. 5,5 3,5 3,5 1,5 1 behoefte1 behoefte behoefte3 week1 3,11 3,1 1,77 week13,33, 1,33 5,5 3,5 3,5 1,5 1 self-efficacy1 self-efficacy self-efficacy3 week1 3,17 3,11, week13 3, 3,5,5 Figuur III.9.1. Behoefte [boven] en self-efficacy [onder] op drie subschalen van de SELD; week 1 en week 13; 7. In de bovenste figuur is de behoefte weergegeven in week 1 en week 13. Te zien is dat patiënten gemiddeld genomen hun behoefte vrij laag inschatten. Het minst is de behoefte in de plezierige situaties; die voor de beide andere subschalen is vrijwel

44 gelijk. In week 13 ervaren patiënten minder behoefte dan in week 1. Dit geldt voor alle drie de subschalen. Bij gepaarde t-toets is alleen het verschil in de behoefte1-schaal statistisch significant. Bij self-efficacy zien we het omgekeerde beeld: patiënten zijn er gemiddeld zeker van dat zij niet zullen gebruiken in probleemsituaties en in situaties waarin omgevingsfactoren een rol spelen. Maar zij zijn er vrij zeker van dat zij niet zullen gebruiken in plezierige situaties. In week 13 is sprake van een toegenomen self-efficacy voor alle drie de subschalen. Hier zijn de verschillen niet significant. Naast een weergave per subschaal, kan ook voor elke situatie apart worden weergegeven hoe de behoefte en self-efficacy zich hierbij ontwikkelen gedurende de opname. De resultaten voor behoefte worden eerst weergegeven; vervolgens die voor selfefficacy. 5

45 depressief gratis drugs ziek samen andere gebruikers nerveus niemand in omgeving omgeving waar gebruikt ontspannen verkopen verdrietig ander zie gebruiken vrolijk vrienden die niet gebruiken verveel ruzie drugs ter beschikking eenzaam lichamelijk goed aan het werk kwaad alcohol gedronken tegen zit 1 1,5,5 3 3,5,5 5 teg en zit alc oh ol kw aa d aa n het lic ha me ee nz aa dru ver ruz gs vee ie ter l vri en de an vro der lijk zie ver ver ont om nie ner sa dri ko sp ge ma ve me eti pe an vin nd us n gra de zie tis pre k dru ssi week 1 3,, 3 1,5 1,9 3, 3,3 3,1 3,1 1,3 3, 3,5,, 3,,,9 3,,9 3,3 3,3 week ,5,5 1,1 1,1,,,, 1, 1,,, 1,9 1,3,5,9 3, 3,1 Figuur III.9.. Behoefte per situatie in week 1 en week 13. Bij vrijwel alle situaties denken de patiënten in week 13 dat hun behoefte om dan te gebruiken minder groot is dan in week 1. De verschillen zijn soms aanzienlijk. Dat geldt niet voor de situatie waarin de patiënt gratis drugs krijgt aangeboden, wanneer hij samen is met vrienden die niet gebruiken en waneer hij alcohol heeft gebruikt. In die drie gevallen wordt de behoefte in week 1 iets lager ingeschat dan in week 13.

46 depressief gratis drugs ziek samen andere gebruikers nerveus niemand in omgeving omgeving waar gebruikt ontspannen verkopen verdrietig ander zie gebruiken vrolijk vrienden die niet gebruiken verveel ruzie drugs ter beschikking eenzaam lichamelijk goed aan het werk kwaad alcohol gedronken tegen zit 1 1,5,5 3 3,5,5 5 teg alc kw aa en oh aa n zit ol d het lic ha me ee nz aa dr ug s ver vri an ruz vro ve en der ie lijk el de zie ver ver ont om nie ner sa dri ko sp ge ma ve me eti pe an vin nd us n gra de zie tis pre k dr ssi week 1,9,9 3, 3,3,,1 3,1, 3,1 3,3,7 3,9,,9 3,1 3 3, 3,3,7 3,9 3 3 week 13 3, 3,,9,1 5,9 3, 3, 3, 3,,9, 3, 3, 3,9,,3 3,9,5 3,,3 3,3 3, Figuur III.9.3. Self-efficacy in specifieke situaties; week 1 en week De self-efficacy de mate waarin de patiënt er zeker van is dat hij niet zal gebruiken in een bepaalde situatie is voor alle situaties in week 13 groter dan in week 1, met uitzondering van de situatie waarin er sprake is van alcoholgebruik. In een aantal situaties waarin sprake is van positieve omstandigheden [aan het werk zijn, bijvoorbeeld], is de self-efficacy score in week 13 maximaal. 7

47

48 IV. Resultaten IMC Benchmark INSTELLING A IV.1. OVERZICHT PATIENTEN 3-7 Tabel IV.1.1. Overzicht respondenten INSTELLING A; 7 Geslacht (%) Man Vrouw Leeftijd (gem; SD) Burg. staat (%) Ongehuwd Gehuwd Samenwonend Etniciteit (%) Autochtoon Allochtoon justitiële cliënten Cliënt in aanraking geweest met politie / justitie Problematiek Primaire probl is drugs Sinds < jaar -5 jaar 5-1 jaar > 1 jaar Primaire problematiek Alcohol Opiaten Cocaïne Cannabis Anders N= 1 (,) 5 (1,) 3,9 (7,9) 5,1 5, (1) (7,9) (3,1) Onbekend 5 (19,) 1 (3,5) (7,7) 9 (3,) Onbekend Bij Instelling A zijn geen registratiegegevens over het hele jaar 7 verkregen. Om die reden kan geen uitspraak gedaan worden over de representativiteit van de benchmarkgegevens. 9

49 Tabel IV.1.. ASI scores. INSTELLING A. Gemiddelde ernstscores (SD); 7. Lichamelijke problemen Opleiding en arbeid N=,1 (,7) 1, (,5) Alcohol,5 (3,) Drugs 5,95 (3,5) Gokken,5 (1,) Juridische problemen,95 (,) Sociale problemen, (,9) Psychische problemen,95 (3,) lich.gezondhei opleiding&wer alcohol drugs juridisch sociaal psychisch 7,1 3,9 3,5,3 3, 3,7 3,7 INSTELLING A, 1,,5 5,95,95,,95 Figuur IV.1.1. ASI scores op zes leefgebieden; vergelijking Instelling A met de totale populatie 7. 5

50 IV. Resultaten IMC Benchmark INSTELLING A IV.. PRIMAIRE UITKOMSTMATEN IV..1. Resultaten RCQ t=1 t= t=3 t= 1 1 t=1 t= t=3 t= aantal dagen gebruik Figuur IV..1. Verloop van scores op schalen RCQ; Figuur IV..1a. Gebruik op tijdstippen; Scores in week 1 t/m 13 voor alcohol. 7 hoeveelheid t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen gebruik Figuur IV... Verloop van scores op schalen RCQ; Figuur IV..a. Gebruik op tijdstippen; Scores in week 1 t/m 13 voor nicotine. 7 hoeveelheid AANTALLEN VOOR BENZODIAZEPINEN TE KLEIN OM GEMIDDELDE SCORES OVER TE BEREKENEN t=1 t= t=3 t= t=1 t= t=3 t= aantal dagen gebruik Figuur IV..3. Verloop van scores op schalen RCQ; Figuur IV..3a. Gebruik op tijdstippen; Scores in week 1 t/m 13 voor cannabis. 7. hoeveelheid 51

VII. Resultaten IMC Benchmark INSTELLING E VII.1. OVERZICHT PATIENTEN 2003-2007

VII. Resultaten IMC Benchmark INSTELLING E VII.1. OVERZICHT PATIENTEN 2003-2007 VII. Resultaten IMC Benchmark INSTELLING E VII.1. OVERZICHT PATIENTEN 23-27 Tabel VII.1. Overzicht respondenten INSTELLING E; aantallen (percentages tussen haakjes) Geslacht (%) Man Vrouw Leeftijd (gem;

Nadere informatie

Nijmegen, juni 2009. Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong

Nijmegen, juni 2009. Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 28 Nijmegen, juni 29 Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong 1 2 Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 28 Nijmegen, juni 29

Nadere informatie

Dubbele diagnosemonitor

Dubbele diagnosemonitor Dubbele diagnosemonitor Ervaringen met vijf jaar doelgroepenmonitoring Dr. Gerdien de Weert-van Oene Projectleider DD monitor g.weert@iriszorg.nl www.nispa.nl Schema *: DD-monitor De DD monitor naar meetinstrumenten

Nadere informatie

Nijmegen, februari Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong

Nijmegen, februari Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 21 Nijmegen, februari 211 Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong 1 2 Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 21 Nijmegen, februari

Nadere informatie

Nijmegen, april 2010. Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong

Nijmegen, april 2010. Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 9 Nijmegen, april Gerdien H. de Weert-van Oene Cor Verbrugge Cor A.J. de Jong Monitor Intramurale Motivatie Centra Rapportage 9 Nijmegen, april Gerdien

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Gemeente Utrecht, Volksgezondheid Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/volksgezondheid Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht - 2012 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht,

Nadere informatie

Nijmegen, april 2011. Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong

Nijmegen, april 2011. Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong Monitor Dubbele Diagnose Rapportage Monitor Dubbele Diagnose Rapportage Nijmegen, april Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction

Nadere informatie

Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Radboud Universiteit Nijmegen/ ACSW NISPA Postbus 9104 6500 HE Nijmegen 3

Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Radboud Universiteit Nijmegen/ ACSW NISPA Postbus 9104 6500 HE Nijmegen 3 Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 9 Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 9 Nijmegen, augustus Gerdien H. de Weertvan Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in

Nadere informatie

Nijmegen, november 2008. Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong. Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction

Nijmegen, november 2008. Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong. Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 27 1 2 Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 27 Nijmegen, november 28 Gerdien H. de Weert-van Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong Nijmegen Institute for Scientist Practitioners

Nadere informatie

Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Radboud Universiteit Nijmegen/ ACSW NISPA Postbus HE Nijmegen 3

Nijmegen Institute for Scientist Practitioners in Addiction Radboud Universiteit Nijmegen/ ACSW NISPA Postbus HE Nijmegen 3 Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 28 1 2 Monitor Dubbele Diagnose Rapportage 28 Nijmegen, augustus 29 Gerdien H. de Weertvan Oene Tom Holsbeek Cor AJ de Jong Nijmegen Institute for Scientist Practitioners

Nadere informatie

GHB hulpvraag in Nederland

GHB hulpvraag in Nederland GHB hulpvraag in Nederland Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor GHB problematiek in de verslavingszorg 2007-2012 Houten, mei 2013 Stichting IVZ GHB hulpvraag in Nederland Belangrijkste ontwikkelingen

Nadere informatie

Alcoholhulpvraag in Nederland

Alcoholhulpvraag in Nederland Alcoholhulpvraag in Nederland Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor alcoholproblematiek in de verslavingszorg 25-214 Houten, december 215 Stichting IVZ Alcoholhulpvraag in Nederland Belangrijkste

Nadere informatie

Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn

Deelrapportage Apotheken door Cliënten Bekeken Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn E Inhoud 1. Inleiding en methode 1 1.1. Achtergrond 1 1.2. Doel van het kwaliteitstraject: meten en verbeteren

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Van Transtheoretisch Model naar de klinische praktijk

Van Transtheoretisch Model naar de klinische praktijk Van Transtheoretisch Model naar de klinische praktijk Cor A.J. de Jong, MD, PhD Nijmegen Institute for Scientist-Practitioners in Addiction NISPA nispa.dejong@gmail.com www.nispa.nl Maastricht 9 april

Nadere informatie

Effectiviteit van de Wiet-Check

Effectiviteit van de Wiet-Check Improving Mental Health by Sharing Knowledge Effectiviteit van de Wiet-Check FADO 17 november 2011 Anouk de Gee Cannabis gebruik & jongeren Actueel gebruik (laatste maand) 5,3 % van 12-16 jarigen 20,7

Nadere informatie

Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage

Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, december 2011 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen

Nadere informatie

IMC: Monitoren en leren

IMC: Monitoren en leren IMC: Monitoren en leren Zeven jaar evalueren van de Intramurale Motivatie Centra in Nederland Dr. G.H. de Weert-van Oene C.A.G. Verbrugge T.B. Holsbeek Prof.dr. C.A.J. de Jong ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, oktober 2012 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen en Verslaving

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Astma en COPD

Werkinstructies voor de CQI Astma en COPD Werkinstructies voor de CQI Astma en COPD 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Astma en COPD bedoeld? De CQI Astma en COPD is bedoeld om de kwaliteit van de zorg voor astma en COPD te meten vanuit het

Nadere informatie

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Geneeskundige en Gezondheidsdienst Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/gggd Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht (GG&GD) Postbus

Nadere informatie

Legenda. Sterrentabellen. Thema s en ervaringsvragen. Waarderingsvragen

Legenda. Sterrentabellen. Thema s en ervaringsvragen. Waarderingsvragen Legenda Bij de overzichten van de resultaten van de ervaringsvragen en thema s worden onderstaande standaardkleuren gebruikt: Totale Populatie ZA-2 ZA-3 ZA-4 De legenda staat altijd weergegeven rechts

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, november 2012 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen en

Nadere informatie

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Ervaring in de driehoek Cello heeft in de periode mei juni van dit jaar onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van cliënten, ouders / vertegenwoordigers

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI JGZ bedoeld? De CQI Jeugdgezondheidzorg (CQI JGZ) is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond de jeugdgezondheidzorg te meten vanuit het perspectief

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Gemeten met de CQI index Februari 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos?

Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos? Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos? Resultaten Patiënttevredenheidsonderzoek 2014-6 de afname M.G. de Vries Junior onderzoeker Pompestichting Patiënttevredenheidsmeting Kairos 2014

Nadere informatie

Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma. Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon

Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma. Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon Inhoudsopgave Algemene toelichting... 3 Legenda bij tabellen... 4 Deel 1 - Algemene

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Gemeten met de CQI index Februari 2016 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD RESULTATEN ANALYSE 2014 GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD De Rughuis Methode heeft aangetoond dat de gezondheidstoestand en kwaliteit van leven bij patiënten met chronische rugklachten enorm kan toenemen.

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 Datum : 01-02-2014 Auteur : Jaap Noorlander, Joris van Nimwegen Versie : 2 1 Inhoudsopgave Inleiding... Pagina 3 Vraagstelling... Pagina 3 Methode

Nadere informatie

Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor cannabisproblematiek in de verslavingszorg 1995-2009

Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor cannabisproblematiek in de verslavingszorg 1995-2009 Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor cannabisproblematiek in de verslavingszorg 1995-2009 Houten, april 2011 Stichting IVZ Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor cannabisproblematiek

Nadere informatie

Cliëntenthermometer begeleiding kind at.groep Zorg

Cliëntenthermometer begeleiding kind at.groep Zorg Cliëntenthermometer begeleiding kind Versie 0.0.2 Drs. A. Weynschenk mei 2018 www.triqs.nl VOORWOORD Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over de uitgevoerde CT (cliëntenthermometer) meting.

Nadere informatie

Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek

Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek RVZe: Fornhese Regio: Amersfoort Meetmoment: juni 2013 Meetprocedure: Thermometerweken Inleiding In juni 2013 is gedurende twee weken de Thermometer cliëntwaardering

Nadere informatie

MIDDELENGERELATEERDE en VERSLAVINGSSTOORNISSEN. Dr. Marie-Catherine Monté en Dr. Marieke Waignein

MIDDELENGERELATEERDE en VERSLAVINGSSTOORNISSEN. Dr. Marie-Catherine Monté en Dr. Marieke Waignein MIDDELENGERELATEERDE en VERSLAVINGSSTOORNISSEN Dr. Marie-Catherine Monté en Dr. Marieke Waignein 28 november 2014 Middelengerelateerde problematiek 1. Algemeen A. Middelengebruik in België B. Gevolgen:

Nadere informatie

Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar

Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar Accare Totaal Versie 1.0.0 Drs. A. Weynschenk november 2014 www.triqs.nl VOORWOORD Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over de uitgevoerde CT

Nadere informatie

(V)SO De Piramide Den Haag. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, februari 2018

(V)SO De Piramide Den Haag. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, februari 2018 (V)SO De Piramide Den Haag Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2018 Haarlem, februari 2018 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel:

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Spataderen

Werkinstructies voor de CQI Spataderen Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond spataderen te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden gebruikt

Nadere informatie

KWANTITATIEF ONDERZOEK. Outcome- en follow-up onderzoek

KWANTITATIEF ONDERZOEK. Outcome- en follow-up onderzoek KWANTITATIEF ONDERZOEK Outcome- en follow-up onderzoek 15-18 i.s.m. Prof. Dr. Reitske Meganck - UGent Van 1 april 15 tot 31 maart 17 werden patiënten bij hun opname in Rustenburg bevraagd of ze wilden

Nadere informatie

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek Carepower 2010

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek Carepower 2010 CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek Carepower 2010 Datum : 01-02-2011 Auteur : Versie : 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Methode van onderzoek 3. Vraagstelling 4. De onderzoeksresultaten. Samenvatting

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index December 2014 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: december 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

CQ-Index VV&T Zorg Thuis. Zorgcentrum de Blanckenborg Thuiszorg Stichting Blanckenbörg. Rapportage ervaringsonderzoek onder thuiswonende cliënten

CQ-Index VV&T Zorg Thuis. Zorgcentrum de Blanckenborg Thuiszorg Stichting Blanckenbörg. Rapportage ervaringsonderzoek onder thuiswonende cliënten CQ-Index VV&T Zorg Thuis Zorgcentrum de Blanckenborg Thuiszorg Stichting Blanckenbörg Rapportage ervaringsonderzoek onder thuiswonende cliënten 2017 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 4 1.1 Inleiding... 4

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Bijlage 1. Benadering en respons ten tijde van de tweede meting

Bijlage 1. Benadering en respons ten tijde van de tweede meting Bijlage 1. Benadering en respons ten tijde van de tweede meting Benadering van deelnemers Deelnemers aan de cohortstudie werden bij het tweede interview benaderd volgens een zogenaamd benaderingsprotocol,

Nadere informatie

Kerncijfers Brijder Jeugd 2016

Kerncijfers Brijder Jeugd 2016 Kerncijfers Brijder Jeugd 2016 Parnassia Addiction Research Centre (PARC) Brijder Parnassia Groep Renske Rigter Peter Blanken Den Haag, oktober 2017 IHOUDSOPGAVE BEKOPTE SAMEVATTIG 3 DEMOGRAFISCHE KEMERKE

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Naasten op de IC bedoeld? De CQI Naasten op de IC is bedoeld is bedoeld om de kwaliteit van de begeleiding en opvang van

Nadere informatie

Tabellenboek bij bericht panel Psychisch Gezien: kijk op ambulante zorg. Lex Hulsbosch Caroline Place Harry Michon

Tabellenboek bij bericht panel Psychisch Gezien: kijk op ambulante zorg. Lex Hulsbosch Caroline Place Harry Michon Tabellenboek bij bericht panel Psychisch Gezien: kijk op ambulante zorg Lex Hulsbosch Caroline Place Harry Michon Inhoudsopgave Algemene toelichting... 3 Legenda bij tabellen... 4 Deel 1 - Algemene gegevens...

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index April 2014 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: april 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond en

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg op een huisartsenpost (HAP) te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Audiologische centra

Werkinstructies voor de CQI Audiologische centra Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in een audiologisch centrum rond te meten vanuit het perspectief van de cliënt. De vragenlijst kan

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Omega en Het Middelpunt 2016

Cliëntervaringsonderzoek Omega en Het Middelpunt 2016 Cliëntervaringsonderzoek Omega en Het Middelpunt 2016 resultaten cliënten wonen Den Haag, juli 2016 Ipso Facto Beleidsonderzoek Zwaardstraat 16, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K.

Nadere informatie

Workshop 9 En morgen gezond weer op

Workshop 9 En morgen gezond weer op 23 april 2012 Symposium Ouderen & Alcohol Workshop 9 En morgen gezond weer op Complementair werken in de zorg voor ouderen Yildiz Gecer Tactus Henk Snijders Carintreggeland Voorstellen Wie zijn wij? Wie

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

CQI-Concernrapport Volckaert

CQI-Concernrapport Volckaert Ervaringen van somatische cliënten, contactpersonen van cliënten met een psychogeriatrische indicatie en thuiszorg cliënten CQI-Concernrapport Volckaert Juni 2015 Samenstelling: drs. J.J. Haamers, Versie:

Nadere informatie

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Leercentrum Nijmegen Oberon, november 2012 1 Inleiding Playing for Success heeft, naast het verhogen van de taal- en rekenprestaties van de

Nadere informatie

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011 Feitenkaart Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 010-011 In september 007 is de uitvoering van het Rotterdamse leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht gestart. Het doel van het programma

Nadere informatie

Ontwikkelingen in hulpvraag voor alcohol bij ouderen in Nederland (1994-2010)

Ontwikkelingen in hulpvraag voor alcohol bij ouderen in Nederland (1994-2010) bij ouderen in Nederland (1994-2010) Jeroen Wisselink Help! 'Gun ze toch hun borreltje!?' Congres Ouderen en Alcohol Maandag 23 april 2012, 9.30 uur - 17.00 uur Inhoud Inleiding Hulpvraag ouderen Vergrijzing

Nadere informatie

Werkinstructies voor de. CQI Ziekenhuisopname (verkort)

Werkinstructies voor de. CQI Ziekenhuisopname (verkort) Werkinstructies en 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg tijdens een ziekenhuisopname te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Audiciens

Werkinstructies voor de CQI Audiciens Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg bij audiciens te meten vanuit het perspectief van de cliënt. De vragenlijst kan worden gebruikt

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

CQI-Concernrapport Volckaert

CQI-Concernrapport Volckaert Ervaringen van somatische cliënten, contactpersonen van cliënten met een psychogeriatrische indicatie en thuiszorg cliënten CQI-Concernrapport Volckaert December 2017 Samenstelling: drs. J.J. Haamers,

Nadere informatie

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming incijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Uitkomsten GGD-gezondheidspeiling 2016 Gezondheid van aren BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl I

Nadere informatie

Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet

Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau Riekie de Vet Klinimetrie: meten in de geneeskunde Het meten van symptomen, diagnostiek, uitkomsten van behandelingen, gezondheidsstatus en bijvoorbeeld

Nadere informatie

Monitor daklozen en harddrugsverslaafden. Apeldoorn M. van Zwieten. S. Biesma. B. Bieleman. metingen

Monitor daklozen en harddrugsverslaafden. Apeldoorn M. van Zwieten. S. Biesma. B. Bieleman. metingen Monitor daklozen en harddrugsverslaafden Apeldoorn 2008 metingen 2004-2007 M. van Zwieten S. Biesma B. Bieleman COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor

Nadere informatie

Samenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst

Samenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus Enige tijd geleden heeft onze school SBO Focus deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 208250 ouders en verzorgers

Nadere informatie

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Psychische stoornissen komen geregeld voor bij ouderen (65-plus).

Nadere informatie

Cliëntenthermometer begeleiding kind

Cliëntenthermometer begeleiding kind Cliëntenthermometer begeleiding kind Accare Versie 1.0.0 Drs. A. Weynschenk juli 2013 www.triqs.nl VOORWOORD Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over de uitgevoerde CT (cliëntenthermometer)

Nadere informatie

Rapportage cliënttevredenheidsonderzoek

Rapportage cliënttevredenheidsonderzoek Rapportage cliënttevredenheidsonderzoek Versie 1.0.0 Drs. J.J. Laninga april 2017 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde cliënttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 Managementrapportage Scholengemeenschap Veluwezoom wil periodiek meten hoe de tevredenheid is onder haar belangrijkste doelgroepen: leerlingen, ouders, leerkrachten en

Nadere informatie

RKBS Bocholtz Bocholtz. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, mei 2018

RKBS Bocholtz Bocholtz. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, mei 2018 RKBS Bocholtz Bocholtz Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2018 Haarlem, mei 2018 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534 11

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting CQI Oncologie Generiek 2014 Significant Thorbeckelaan 91 3771 ED Barneveld +31 342 40 52 40 KvK 3908 1506 info@significant.nl www.significant.nl Stichting Miletus Barneveld, 18 juni

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

CQI-Concernrapport Volckaert

CQI-Concernrapport Volckaert Ervaringen van somatische cliënten, contactpersonen van cliënten met een psychogeriatrische indicatie en thuiszorg cliënten CQI-Concernrapport Volckaert December 2016 Samenstelling: drs. J.J. Haamers,

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

TOELICHTING OP DE SCORES

TOELICHTING OP DE SCORES Uitslag meting zorginhoudelijke indicatoren 2009 Leiden, 30 september 2009 TOELICHTING OP DE SCORES 1. Inleiding Op 23 april 2009 heeft de verplichte jaarlijkse meting van de zorginhoudelijke indicatoren

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Revalidatiecentra Volwassenen en Ouders van Kinderen

Werkinstructies voor de CQI Revalidatiecentra Volwassenen en Ouders van Kinderen Werkinstructies voor de Volwassenen en Ouders 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in revalidatiecentra te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

Dubbele Diagnose: leren door monitoring

Dubbele Diagnose: leren door monitoring Dubbele Diagnose: leren door monitoring Vijf jaar evalueren van Dubbele Diagnose klinieken in Nederland Gerdien H. de Weert-van Oene Tom B. Holsbeek Cor A.G. Verbrugge Cor A.J. de Jong -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek

Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek Rapportage Deelnemerservaringsonderzoek Versie 1.0.0 Drs. A. Weynschenk november 2018 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde deelnemerservaringsonderzoek

Nadere informatie

Alcohol en ouderen in de verslavingszorg in Nederland (1998-2007)

Alcohol en ouderen in de verslavingszorg in Nederland (1998-2007) in Nederland (1998-2007) Juni 2009 In het kort Het aantal 55-plussers met een alcoholhulpvraag is sinds 1998 met 130% gestegen (89% gecorrigeerd voor vergrijzing). Het aandeel alcoholcliënten van 55 jaar

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Reumatoïde Artritis

Werkinstructies voor de CQI Reumatoïde Artritis Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de ervaren kwaliteit van reumazorg te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden gebruikt

Nadere informatie

Vondelschool Bussum. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, april 2016

Vondelschool Bussum. Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, april 2016 Vondelschool Bussum Leerlingtevredenheidspeiling Basisonderwijs 2016 Haarlem, april 2016 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534 11

Nadere informatie

Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos?

Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos? Hoe tevreden zijn patiënten met hun behandeling bij Kairos? Resultaten Patiënttevredenheidsonderzoek 2012-5 de afname M.G. de Vries Junior onderzoeker Pompestichting Patiënttevredenheidsmeting Kairos 2012

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Mammacare

Werkinstructies voor de CQI Mammacare Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de ervaren kwaliteit van zorg rondom het onderzoek en/of behandeling van een goedaardige of kwaadaardige borstafwijking

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 04-08-2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Algemene informatie geleverde ondersteuning...

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Revalidatiecentra Kinderen en Jongeren

Werkinstructies voor de CQI Revalidatiecentra Kinderen en Jongeren Werkinstructies voor de Kinderen en Jongeren 1. De vragenlijsten Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond revalidatie te meten vanuit het perspectief van de jonge patiënt. Het

Nadere informatie

CQi Klinische geestelijke gezondheidszorg of verslavingszorg

CQi Klinische geestelijke gezondheidszorg of verslavingszorg CQi Klinische geestelijke gezondheidszorg of verslavingszorg Uitkomsten voor De Hoop Resultaten CQi Klinische geestelijke gezondheidszorg of verslavingszorg Inleiding In deze rapportage staan uw scores

Nadere informatie

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009 Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009 metingen 2001 tot en met 2008 A. Kruize S. Biesma B. Bieleman Factsheet Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009 Jaarlijks worden voor de Monitor verslaafden

Nadere informatie

Vergelijking resultaten

Vergelijking resultaten Vergelijking resultaten 2016 2 e nameting Uitkomsten cliëntenraadpleging Careander Utrecht, december 2016 Geschreven door: Drs. Dominique van t Schip Postbus 8224 3503 RE Utrecht Telefoon: 030 293 76 64

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life prospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin 20 personen met een laag-normale vitamine B12 waarde zijn gevraagd

Nadere informatie

RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016

RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016 RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016 Rapportage CQ Zorg Thuis ZGAO 2016 1 1. Inleiding Met het oog op het handhaven en/of verbeteren van de kwaliteit van de zorg die ZGAO levert,

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling Evidence tabel bij ADHD in kinderen en adolescenten (studies naar adolescenten met ADHD en ) Auteurs, Gray et al., 2011 Thurstone et al., 2010 Mate van bewijs A2 A2 Studie type Populatie Patiënten kenmerken

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie