Rookmeldsysteem RMS-D

Transcriptie

1 Rookmeldsysteem RMS-D Octrooirechten van firma Schako - Patent DE A1 - Gebruiksmodel Patent EP Ferdinand Schad KG Steigstraße D Kolbingen Telefoon Fax info@schako.de

2 Rookdetectiesysteem RMS-D Inhoud Beschrijving...3 Constructie... 4 Toebehoren... 4 Uitvoeringen en afmetingen...4 Afmetingen... 4 Toebehoren-afmetingen... 5 Technische gegevens...6 Onderhoud / Inspectie... 8 Bestelinformatie...9 Aanbestedingstekst /12-2

3 Beschrijving Gebruik Schako rookmelders worden daar ingezet waar bij branden reeds in het beginstadium bij het ontstaan van koude rook < 72 C activerings-, of schakelprocessen automatisch moeten worden gestuurd. De inbouw kan in plafonds gebeuren. Bij een alarm grenzen de rookmelders de brandhaard af. De alarmmelding wordt via een weerstandswijziging doorgestuurd. De rookmelders worden binnen een beschermingsgebied door een voedingsapparaat 230 AC, secundair 24 V DC bevoorraad. Vermits de meting buiten de RMS behuizing plaatsvindt en dus geen detectiekamer noodzakelijk is, is de functie niet afhankelijk van een minimale of maximale luchtsnelheid. Functie (speciaal strooilichtprocédé) Twee sensoren in de rookmelder zenden een lichtstraal en meten of de lucht onder de afdekplaat met rook resp. andere deeltjes is gecontamineerd. Voordat een alarm wordt geactiveerd, moeten meerdere meetcycli worden doorlopen, waarbij de contaminatie van de lucht moet worden gemeten. Indien de contaminatie niet permanent aanwezig is, wordt de interne teller van de meetcycli gereset. De reactie-gevoeligheid van de rookmelder wordt in de fabriek ingesteld. De alarmuitgang is als weerstand uitgevoerd. De functie van de rookmelder kan via een afstandsschakeling op gereed worden gezet. Een stroomuitval aan de rookmelder kan in de centrale worden weergegeven. Manipulatie aan de rookmelder bijv. door afplakken van de sensoren wordt gedetecteerd en via een weerstand (storingsuitgang) aan de centrale gemeld. Afzettingen op de afdekplaat van de rookmelder worden gedetecteerd en geanalyseerd. Wanneer er een bepaalde mate van vervuiling is overschreden wordt dit als storing aan de centrale gemeld. Zo wordt het rookmeldsysteem automatisch bewaakt. Met behulp van een diagnose- en gegevensuitleesapparaat (tegen meerprijs) kan de mate van verontreiniging worden opgevraagd en kunnen alle relevante gegevens worden uitgelezen. Voordelen - vermits er geen detectiekamer voor de meting is vereist, wordt de rookmelder niet van het medium doorstroomd en kunnen zich verontreinigende stoffen niet afzetten. - inbouw aan het plafond. - automatische registratie van manipulatie. - eenvoudige reiniging. - automatische controle van de zender- en ontvangersensor. Een defect wordt weergegeven. - bij stroom-, processor- of systeemuitval volgt tegelijkertijd een storings- en alarmmelding. - met systeembewaking (watch dog) - buskoppeling mogelijk via verwisselbare schijf Inbouw en montage De rookmelder van het type RMS moet naar mogelijkheid vrij van trillingen worden ingebouwd. Neerslagen van waterdamp, stof, roet (uitlaatgassen) of dauw leiden tot een alarm- of storingsmelding. Montage plafondinbouw 1. Positie van de rookmelder bepalen, midden markeren. 2. Gat ø74 mm uitsnijden. 3. Spouwmuur-doorverbindingsdoos plaatsen en vastklemmen. 4. Rookmelder plaatsen en in verbindingsdoos voor holle wand klemmen. 5. Elektrische bedrading overeenkomstig plan uitvoeren. Bij de inbouw van de rookmelder RMS mag binnen een radius van 100 mm niets aanwezig zijn, dat een reflectie van het signaal dat de sensoren uitzenden kan veroorzaken. R100 wanneer meetvenster zich parallel ten opzichte van het reflectieoppervlak bevindt. Aansluiting 1. Net vastklemmen. De groene modusweergave knippert, wanneer de uitgangsspanning aanwezig is. 2. Uitgangsspanning controleren. Instructie Voor het eerste in bedrijf stellen van de rookmelder moet bouwstof- en vuil op het plafond worden verwijderd, om een ongewild alarm te voorkomen. De voedingsapparaten beschikken over een regelaar met stroombegrenzing en thermobeveiliging. Bij kortsluiting schakelt de regelaar de uitgangsspanning uit. Een onderbreking van de netvoedingsspanning of de "+"-uitgangsleiding zet de melder terug. Octrooirechten van firma Schako - Patent: DE A1 - Gebruiksmodel: Patent: EP /12-3

4 Constructie Sokkel rookmelder - hoogwaardig gelakt kunststof RAL 9010 (wit) of een andere RAL-kleur (tegen meerprijs). Aansluitbus diagnoseapparaat - 6-polige aansluiting aansluiting - printplaat zonemonitor (standaard, klemmenblok 10-polig) - relaisprintplaat 24 V (SUB-D-stekker 9-polig) - relaisprintplaat 12 V (SUB-D-stekker 9 polig) Behuizing - hoogwaardig gelakt kunststof RAL 9010 (wit) of een andere RAL-kleur (tegen meerprijs). Spouwmuur-doorverbindingsdoos - Kunststof Afzonderlijke weergave - LED in de ruimte Uitvoeringen en afmetingen Afmetingen RMS-D Klembereik aansluiting (plafondopening) Aanzicht B zonder spouwmuur doorverbindingsdoos getekend Toebehoren Diagnose- en gegevensuitleesapparaat - voor de opvraging van de vervuilingsgraad en voor het uitlezen van alle belangrijke meldergegevens. Voedingsapparaat - NG 519 : voor max. 8 st. RMS-D 230 V AC / 24 V DC - NAG 03 : voor max. 15 st. RMS-D 230 V AC / 24 V DC testvoorziening (-PG-S) - voor eenvoudig onderhoud en controle van de rookmelders 09/12-4

5 Toebehoren-afmetingen Voedingsapparaat NG 519 (voor max. 8 stuks RMS-D) Voedingsapparaat NAG 03 (voor max. 15 stuks RMS-D) Net Uitgang Weergave operationaliteit Diagnose- en gegevensuitleesapparaat Voor het opvragen van de mate van verontreiniging en voor het weergeven van alle relevante meldgegevens: bijv. - Vervuilingsgraad 1 en 2 - Serienummer Drempelwaarde voor de activering - van het alarm - Temperatuur in de rookmelder - Functiecontrole van het alarmcontact Functiecontrole van het storingscontact - - inclusief 1 m aansluitkabel - Stroomvoorziening gebeurt via RMS Testvoorziening (-PG-S) De met dit symbool gemarkeerde onderdelen mogen alleen door originele onderdelen worden vervangen! Installeer de voedingsapparaten goed zichtbaar op een plaats die ook in het geval van brand toegankelijk is! Voedingsapparaat NG 519 (voor max. 8 stuks RMS-D) Het voedingsapparaat NG 519 wordt gekenmerkt door de volgende eigenschappen: - Voedingsapparaat met lineaire regelaar - kortsluitvast - Uitgangsspanning 24 V DC - Uitgangsstroom max. 350 ma - potentiaalvrije wisselcontacten Het kortsluitvaste voedingsapparaat NG 519 dient voor de spanningsvoorziening van de rookmelder. Het heeft een elektrische voeding en geeft een gestabiliseerde uitgangsspanning af. Voor verdere taken zoals alarmmelding staat een potentiaalvrije wisselaar ter beschikking. Voedingsapparaat NAG 03 (voor max. 15 stuks RMS-D) Het voedingsapparaat NAG 03 wordt gekenmerkt door de volgende eigenschappen: - Voedingsapparaat met lineaire regelaar - kortsluitvast - Uitgangsspanning 24 V DC - Uitgangsstroom max. 900 ma - potentiaalvrije wisselcontacten - Thermobeveiliging Het kortstluitvaste voedings-of ontkoppelingsapparaat NAG 03 dient voor de spanningsvoorziening van de rookmelder. Het heeft een elektrische voeding en geeft een gestabiliseerde uitgangsspanning af. Voor verdere taken zoals alarmmelding staat een potentiaalvrije wisselaar ter beschikking. 09/12-5

6 Technische gegevens Aansluitingen: 1. Printplaat zonemonitor 2. Relaisprintplaat 24 V (+15 %, -20 %, stroom ma) 3. Relaisprintplaat 12 V (+30 %, -10 %, stroom ma) Afzonderlijke weergave LED - weergave: groen knipperend = Functie rood permanent = Alarm oranje permanent = Storing / Verontreiniging Bij verontreiniging kan de rookmelder nog steeds rook detecteren. 1. Printplaat zonemonitor Bedrijfsspanning 24 V DC (+15%, -5%) Restrimpel < 20% Stroomopname 5-7 ma Weerstanden: - Werking 6,8 k ±10% - Storing > 100 k - Alarm < 500 Bedrijfs- en omgevingstemperatuur 0 C tot +60 C Beschermingsgraad overeenkomstig IP42 DIN Gewicht 0,2 kg Lager-temperatuur max. 75 C rel. luchtvochtigheid 10-90% Klemmenblok 10-polig Klem Beschrijving GND Voedingsspanning minus +24V Voedingsspanning +24V L2_IN Line-ingang (bij gebruik van de monitor-led Minus-Line) L1_IN Line-ingang (bij gebruik van de monitor-led Plus-Line) -R Monitor-LED Minus R+ Monitor-LED Plus L2_OUT Line-uitgang voor verdere rookmelders L1_OUT Line-uitgang voor verdere rookmelders 2. Relaisprintplaat 24 V (+15 %, -20 %, stroom ma) Bedrijfsspanning 24 V DC (+15 %, -20 %) Restrimpel < 20% Stroomopname ma Schakelcontacten - 1 alarmuitgang (potentiaalvrij wisselcontact) - 1 storingsuitgang (potentiaalvrij wisselcontact) max. schakelspanning 100 V DC / 125 V AC max. schakelstroom 2,0 A max. schakelvermogen 30 W / 62,5 V A Werkings- en omgevingstemperatuur 0 C tot +60 C Beschermingsgraad overeenkomstig IP 42 DIN Gewicht 0,2 kg Opslagtemperatuur max. 75 C rel. luchtvochtigheid 10-90% SUB-D-stekker 9-polig Toewijzing Kleur Relais spanningsvrij 1 bruin - - GND 2 rood Relaiscontact storing werkcontact 3 oranje Relaiscontact storing middencontact 4 geel Relaiscontact storing rustcontact 5 groen - - Testschakelaar tegen GND 6 blauw Relaiscontact alarm rustcontact 7 paars Relaiscontact alarm middencontact 8 grijs Relaiscontact alarm werkcontact 9 zwart V De relais vallen bij een alarm / een storing of spanningsonderbreking af Relais in werking Betekenis 1 09/12-6

7 3. Relaisprintplaat 12 V (+30 %, -10 %, stroom ma) Bedrijfsspanning 12 V DC (+30 %, -10 %) Restrimpel < 20% Stroomopname ma Schakelcontacten - 1 Alarmuitgang (potentiaal-- vrij wisselcontact) - 1 storingsuitgang (poten-tiaalvrij wisselcontact) max. schakelspanning 100 V DC / 125 V AC max. schakelstroom 2,0 A max. schakelvermogen 30 W / 62,5 V A Werkings- en omgevingstemperatuur 0 C tot +60 C Beschermingsgraad overeenkomstig IP 42 DIN Gewicht 0,2 kg Opslagtemperatuur max. 75 C rel. luchtvochtigheid 10-90% Aansluiting voedingsapparaat NG 519 / NAG 03 Aansluitklemmen Opgelet! Bij de aansluiting van de rookmelders van het type RMS-D moet de volgende volgorde worden in acht worden genomen: 1. Aansluiting van alle rookmelders op de desbetreffende netgelijkrichter van het type NG 519 of NAG Schakelen van de spanningsvoorziening op de netgelijkrichter. SUB-D-stekker 9-polig Toewijzing Kleur Relais spanningsvrij Relais in werking Betekenis 1 bruin - - GND 2 rood Relaiscontact storing werkingscontact 3 oranje Relaiscontact storing middencontact 4 geel Relaiscontact storing rustcontact 5 groen - - Testschakelaar tegen GND 6 blauw Relaiscontact alarm rustcontact 7 paars Relaiscontact alarm middencontact 8 grijs Relaiscontact alarm werkingscontact 9 zwart V De relais vallen bij een alarm/ een storing of spanningsonderbreking af. 09/12-7

8 Onderhoud / Inspectie De rookmelder RMS-D moet overeenkomstig wettelijke bepalingen in regelmatige afstanden worden onderhouden. Tip De installatie en bedrading mag alleen door vakmensen worden uitgevoerd. De herkende regels van de techniek, de veiligheidsen ongevalpreventievoorschriften alsook de VDE-richtlijnen, voorschriften van de plaatselijke EVU en de bedradingsgegevens en aansluitschemas van de componentenfabrikanten moeten bij de installatie, bedrading en inbedrijfstelling in acht worden genomen. Let op: bij de bedrading van de verdeeldozen moet de afscherming met de massa worden verbonden. De rookmelder moet overeenkomstig de beschrijving in de brochure worden gebruikt. Onderhoudsinstructie De Schako rookmelder van het type RMS heeft een automatische controlefunctie en geeft een storingsmelding aan de centrale door, wanneer een mechanisch of elektrisch defect is ontstaan of wanneer de rookmelder te sterk vervuild is. Bij stroomuitval van de rookmelder wordt eveneens een storingsmelding aan de centrale doorgegeven. Het onderhoud vereist de volgende handelingen: 1. Controleer bij het in bedrijf stellen en na wijzigingen de aard van gebruik en de inbouwsituatie. 2. Controleer de elektrische aansluitingen op correcte aansluiting en onberispelijke toestand. 3. Controleer of de diode aan de ingebouwde rookmelder groen knippert en bijgevolg de operationaliteit signaleert 4. Electrische functiecontrole: De spanningsvoorziening van de rookmelder moet worden onderbroken. De diode op de rookmelder of op de resettoets schijnt niet meer. Zodra de spanningsvoorziening is hersteld moet de rookmelder naar operationaliteit gaan en moet de diode op de rookmelder groen knipperen. Op de centrale moet eveneens weer operationaliteit worden weergegeven. 5. Storingscontrole: Op de rookmelder RMS moeten de zender- en ontvangersensor worden afgedekt. De diode op de rookmelder schijnt permanent oranje. De rookmelder geeft een storingsmelding aan de centrale door. Daarna moet de afdekking weer worden verwijderd. De rookmelder moet weer naar de modus operationaliteit gaan en de storingsmelding aan de centrale wordt gereset. 6. Functiecontrole met behulp van de testaerosolen: De rookmelder moet bij plafondinbouw onmiddelijk met een testaerosol met behulp van de testvoorziening PG-S worden getest. Bij het overschrijden van de alarmdrempelwaarde wordt dan een alarm geactiveerd. De diode op de rookmelder moet rood branden. Nadat er in de omgevingslucht van de rookmelder de stoffen van het testaerosol zover zijn afgebouwd dat de alarmdrempelwaarde wordt onderschreden, brandt de diode op de rookmelder van het type RMS weer groen en is de rookmelder operationeel. 7. Vervuiling van de frontplaat Wanneer de frontplaat zo sterk is vervuild dat de rookmelder een storingsmelding naar de centrale zendt en de diode op de rookmelder oranje brandt moet de frontplaat met een vochtige doek worden gereinigd. Zo-dra de verontreiniging is verwijderd gaat de rookmelder automatisch naar operationaliteit terug en knippert de diode op de rookmelder weer groen. Reinig de frontplaat bij regelmatige onderhoudswerkzaamheden met een vochtige doek. Gebruik geen agressieve producten voor de reiniging van de frontplaat omdat deze dan dof wordt en een constante storingsmelding (vervuiling van de frontplaat) het gevolg is. Let op: na het reinigen van de frontplaat moet deze met een antistatische spray worden ingespoten. 8. Herstel van defecten Als bij het onderhoud defecten zijn gesignaleerd, moeten deze onmiddellijk worden hersteld. Defecte onderdelen mogen alleen door originele onderdelen van firma Schako worden vervangen. Een reparatie van de rookmelder mag alleen door de fabrikant worden uitgevoerd. Inspectie-instructie De Schako rookmelder van het type RMS heeft een automatische controlefunctie en geeft een storingsmelding aan de centrale door wanneer een mechanisch of elektrisch defect optreedt of wanneer de rookmelder te sterk is vervuild. Bij een stroomuitval van de rookmelder wordt eveneens een storingsmelding aan de centrale doorgegeven. De inspectie vereist de volgende handelingen: Conroleer of de diode op de ingebouwde rookmelder groen knippert en zo signaleert dat de rookmelder operationeel is. 09/12-8

9 Bestelinformatie Printplaat zonemonitor Toebehoren: voor max. 8 st. RMS -NG 519 Diagnose-apparaat -DG Testvoorziening -PG-S Bestellingsvoorbeeld RMS-D-PG-S Rookmeldsysteem Type RMS-D Relaisprintplaat 24 V Netgelijkrichter Relaisprintplaat 12 V voor max. 15 st. RMS -NAG 03 Bij gebrekkige bestellingsinformatie wordt de dikomrande uitvoering geleverd! Aanbestedingstekst Rookmeldsysteem van het type RMS-D met regelmatig onderhoud, voor de inbouw in het plafond met verbindingsdoos voor spouwmuren. Bestaand uit behuizing en sokkel van de rookmelder uit hoogwaardig gelakt kunststof RAL (9010) wit of een andere RALkleur (tegen meerprijs). Aansluiting met printplaat voor zonemonitor (standaard met klemmenblok 10-polig) of relaisprintplaat 24 V resp. 12V (met SUB-D-stekker 9-polig). Twee permanent automatisch gecontroleerde sensoren meten de luchtbelasting door rook overeenkomstig een speciaal strooilichtprocédé buiten de behuizing, zonder gebruik van een detectiekamer. Meting van de vervuilingsgraad op twee plaatsen op het oppervlak van de afdekplaat. Alarm- en storingsmelding gebeuren via weerstandswijziging. Met klembevestiging. Aansluiting 24 V DC. Keuring door VdS Köln EN 54-7 Product: SCHAKO type RMS-D Toebehoren: - Voedingsapparaat voor de spanningsvoorziening van de rookmelders. Kortsluitvast - NG 519: voor max. 8 st. RMS 24 V AC / 24 V DC - NAG 03: voor max. 15 st. RMS 24 V AC / 24 V DC - testvoorziening (-PG-S) - Diagnose-apparaat voor de opvraging van de vervuilingsgraad en voor het uitlezen van alle relevante meldergegevens 09/12-9