HUWELIJKSVERMOGENSRECHT JOURNAAL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HUWELIJKSVERMOGENSRECHT JOURNAAL"

Transcriptie

1 HUWELIJKSVERMOGENSRECHT JOURNAAL SPREKER PROF. MR. F.W.J.M. SCHOLS 11 SEPTEMBER

2 Inhoudsopgave Prof. mr. F.W.J.M. Schols Rechtbank Limburg 5 augustus 2015 ECLI:NL:RBLIM:2015:6593 p. 3 Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 8 juli 2015 ECLI:NL:RBZWB:2015:4426 p. 12 Hof s-hertogenbosch 26 maart 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:1101 p. 18 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 11 juni 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:4399 p. 46 Voorstel van wet p. 55 2

3 ECLI:NL:RBLIM:2015:6593 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA Rechtsgebieden Verbintenissenrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig Inhoudsindicatie Verrekeningsaanspraken/verdeling gemeenschappelijke goederen na samenwoningsrelatie; Man geen verrekeningsaanspraken tegenover vrouw voor wat betreft zijn investeringen uit privé-vermogen; gedrag partijen tijdens samenleving, haviltex. Vindplaatsen Rechtspraak.nl PFR-Updates.nl Uitspraak RECHTBANK LIMBURG Burgerlijk recht Zittingsplaats Roermond zaaknummer / rolnummer: C/03/ / HA ZA Vonnis van 5 augustus 2015 in de zaak van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie], wonende te [woonplaats vrouw], eiseres in conventie, verweerster in reconventie, advocaat mr. Chr. Nome, tegen vonnis 3

4 [gedaagde in conventie, eiser in reconventie], wonende te [woonplaats man], gedaagde in conventie, eiser in reconventie, advocaat mr. S. Smeets. Partijen zullen hierna de vrouw en de man genoemd worden. 1 De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding met 4 producties - de conclusie van antwoord houdende een eis in (voorwaardelijke) reconventie met 4 producties - producties 5 tot en met 18 zijdens de man - de conclusie van antwoord in reconventie met producties 5 en 6 - het proces-verbaal van comparitie van 13 mei Ten slotte is vonnis bepaald. 2 De feiten 2.1. Partijen hebben een affectieve relatie gehad die in februari 2011 is geëindigd. Uit deze relatie zijn drie kinderen geboren van thans 16, 12 en 10 jaar Partijen hadden aanvankelijk een gezamenlijke woning in [X], die zij in 1997 hebben gekocht. In 2003 hebben zij de woning aan de [adres] te [plaats] gekocht. Na een grondige verbouwing hebben zij deze woning in 2007 betrokken. Toen is ook de woning te [X] verkocht Partijen zijn beide voor 50 procent eigenaar van de woning te [plaats]. De woning heeft, blijkens een niet ter discussie staand taxatierapport, een waarde van ,00. Op de woning rust een hypotheek van ,00. Partijen zijn hoofdelijk aansprakelijk voor die lening. Daarnaast hebben partijen een Opmaat Verzekering van de Rabobank 4

5 met een waarde per 1 mei 2014 van ,51. Dit betreft een aan de hypotheeklening gekoppelde levensverzekering Na beëindiging van de relatie is de vrouw aanvankelijk met de kinderen in de gezamenlijke woning blijven wonen. In 2013 heeft de vrouw de woning met de kinderen verlaten Partijen zijn het oneens over de verdeling en verrekening van de gemeenschappelijke goederen. 3 Het geschil in conventie 3.1. De vrouw vordert Primair: 1. de man te veroordelen om tot verdeling van de woning aan de [adres], te [plaats] over te gaan, waarbij de man de vrouw zal voldoen de helft van de overwaarde zijnde ,00, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag; 2. de man te veroordelen het onder punt 1 genoemde binnen 2 maanden, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen termijn te bewerkstelligen onder verbeurte van een dwangsom van 500,00 per dag, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, voor elke dag dat de man in gebreke blijft te voldoen aan het in dezen te wijzen vonnis; Subsidiair: 3. de man te veroordelen om bij een eventuele verkoop van de woning, na aftrek van de hypothecaire lening de overwaarde of de schuld tussen partijen bij helfte te verdelen; 4. de man te veroordelen tot het verlenen van de nodige medewerking aan de door de vrouw te verstrekken verkoopopdracht van de woning aan een makelaar indien en vanaf het moment dat de man de woning niet zelf kan overnemen onder verbeurte van een dwangsom van 500,00 voor iedere dag dat de man in gebreke blijft te voldoen aan het in dezen te wijzen vonnis, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag; 5. de man te veroordelen tot het verlenen van de nodige medewerking aan het toegang verschaffen aan de makelaar en potentiële verkopers in de woning onder verbeurte van een dwangsom van 500,00 voor iedere keer dat de man in gebreke blijft te voldoen aan het in dezen te wijzen vonnis, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag; 5

6 6. de man te veroordelen tot het aanvaarden van elk bod op de woning gelijk of hoger dan de meest actuele taxatiewaarde; 7. de man te veroordelen tot het verlenen van de nodige medewerking aan het opstellen en ondertekenen van de verkoopovereenkomst van de woning; 8. de man te veroordelen tot het verlenen van de nodige medewerking aan het opstellen en passeren van de transportakte van de woning; 9. te bepalen dat deze uitspraak in de plaats treedt van een in wettige vorm opgemaakte akte strekkende tot ondertekening door de man van de koopovereenkomst, alsmede tot het notarieel transport van voornoemde woning, indien de man weigerachtig is aan hetgeen onder 6, 7 en 8 hierboven is bepaald te voldoen; Primair en subsidiair: 10. de man te veroordelen tot betaling van de helft van de waarde van de OpMaat Verzekering van de Rabobank op het moment van beëindiging van de hypotheek, welk bedrag per 1 mei 2014 volgens opgave ,74 bedroeg, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, binnen 2 maanden na dagtekening van het in deze te wijzen vonnis aan de vrouw over te gaan, althans een door Uw Rechtbank in goede justitie te bepalen termijn De man voert verweer Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan. in reconventie 3.4. De man vordert (met overname van de door de man gehanteerde nummering): B. Te bepalen dat uiterlijk binnen 4 maanden na het door de rechtbank te wijzen vonnis het aandeel van de vrouw in de woning op naam van de man zal worden gesteld (overgedragen) zodra ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van de vrouw verleend zal kunnen worden onder nominale verrekening van de door de man gedane investeringen uit eigen middelen ad ,00 te vermeerderen met ,00 tevens onder gelijktijdige toedeling van de restschuld (verschil gedane privéinvesteringen -/- overwaarde ad ,00) aan de vrouw. Voor zover de vrouw niet zal meewerken aan overdracht van haar aandeel in de woning verzoekt de man uw rechtbank hem volmacht te verlenen om alle benodigde handelingen daartoe te verrichten alsook dat de beschikking van de rechtbank daarvoor in de plaats zal kunnen treden voor het geval de vrouw weigerachtig zou blijven. C. Te bepalen dat indien op enig moment sprake zou zijn van verkoop van de woning, de man nominaal toekomt hetgeen hij heeft geïnvesteerd in de woning van partijen voor een bedrag groot ,00, welk bedrag hij bij eventuele toekomstige verkoop als eerste volledig mag verrekenen met de verkregen verkoopopbrengst. D. Te bepalen dat de roerende goederen: 6

7 Tafel van Piet Hein Eek twv 7.000,- Philips Ambilight Breedbeeld twv 4.000,- Apple 1-Mac twv 1.100,- Fiat Punto dagwaarde twv 2.500,- alsmede Borg voor woning + eerste huur ad 400,- Huur maart + april ad 1.200, - "startgeld" cash ad 5.250,- Tandartsrekeningen maart + april ad 489,- Renteaflossing studieschuld ad 250,- door de vrouw aan de man verschuldigd zijn althans voor verrekening in aanmerking komen. Indien de vrouw deze posten niet zal kunnen voldoen binnen 1 maand na het te wijzen vonnis dient afgifte in ieder geval van de roerende goederen aan de man plaats te vinden onder verbeurte van een dwangsom ad 250,- per dag gedurende de tijd dat de vrouw daarmee in gebreke blijft. E. Te bepalen dat de waarde van de Opmaatpolis na verrekening van (een gelijk deel) van de restschuld volledig aan de man toekomt De vrouw voert verweer Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan. 4 De beoordeling in conventie en reconventie 4.1. Met betrekking tot de woning en Opmaatverzekering is sprake van een eenvoudige gemeenschap in de zin van artikel 3:166 lid 1 BW en partijen hebben daarin - conform de hoofdregel van artikel 3:166 lid 2 BW - een gelijk aandeel. Bij de verdeling kunnen zij daarom aanspraak maken op de helft van de (over)waarde van het goed. De (over)waarde staat ook niet ter discussie tussen partijen. Zowel de overwaarde van de echtelijke woning als de waarde van de Opmaatverzekering staan vast tussen partijen. De overwaarde van de woning bedraagt ,00 en de waarde van de Opmaat verzekering bedroeg per 1 mei ,51. Dat betekent dat de vrouw in beginsel recht heeft op de helft van deze bedragen

8 Vorenstaande laat onverlet de eventuele noodzaak om verschillen in de financiering van het goed te verevenen. Op grond van het bepaalde in artikel 3:172 BW hebben partijen immers nog een regresvordering op elkaar in verband met de door hen ingebrachte bedragen. Het moet dan gaan om uitgaven die voortvloeien uit handelingen welke bevoegdelijk ten behoeve van de gemeenschap zijn verricht. In bijzondere gevallen kan echter van deze regel worden afgeweken. Bijvoorbeeld indien het gedrag van de partners aanleiding geeft tot de conclusie dat (stilzwijgend) anders is overeengekomen (artikel 3:33 BW jo. artikel 3:37 BW) of wanneer een en ander is geschied om te voldoen aan een natuurlijke verbintenis van de ene deelgenoot tot verzorging van de andere De man heeft gesteld dat hij uit eigen middelen ,00 en ,00 in de (verbouwing van de) gezamenlijke woning heeft geïnvesteerd en dat hij alle premies ten behoeve van de OpMaat Verzekering heeft voldaan. De vrouw heeft de hoogte van de door de man gestelde investeringen deels bij gebrek aan wetenschap betwist. Zij heeft voorts gesteld zelf ook vermogen te hebben geïnvesteerd wat dan ook verrekend zou moeten worden en zij heeft daarnaast gesteld dat er sprake is van een bijzondere situatie die noopt tot afwijking van de hoofdregel dat de inbreng dient te worden verrekend. Volgens de vrouw, volgt uit het gedrag van partijen, dat de investeringen verband houdende met de woning niet zouden worden verevend. Dit dient volgens haar als een stilzwijgende overeenkomst te worden aangemerkt. Zij stelt voorts dat de man met zijn inbreng heeft voldaan aan een natuurlijke verbintenis jegens de vrouw ingevolge artikel 6:3 BW om ook haar in staat te stellen gedurende de relatie vermogen op te bouwen. Zij verwijst voor wat betreft haar laatste stelling naar HR 1 oktober 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO De rechtbank overweegt ter zake als volgt. In gevallen als de onderhavige dient zowel de vraag of bepaalde afspraken zijn gemaakt, alsook de vraag welke de inhoud die afspraken hebben, te worden beantwoord aan de hand van de Haviltexmaatstaf. Daarbij zijn alle omstandigheden van belang en kan acht worden geslagen op het feitelijk handelen van partijen (HR 8 juni 2012, RFR 2012/94). Partijen hebben 18 jaar een relatie gehad, waarvan zij 14 jaar hebben samengewoond en in welke periode zij drie kinderen hebben gekregen. De vrouw is na de geboorte van het eerste kind parttime gaan werken en heeft vanaf de geboorte van het tweede kind tot het einde van de relatie van partijen niet meer in loondienst gewerkt. Partijen hebben er kennelijk, niettegenstaande ieders (verschil in) feitelijke financiële inbreng, voor gekozen de woning, de hypotheeklening en de Opmaatverzekering op beider naam te stellen. De man heeft het leeuwendeel van het inkomen ingebracht, ter betaling van de vaste lasten, waaronder de verzekeringspremie alsmede een (groter) aandeel van zijn privévermogen geïnvesteerd in de (verbouwing van de) woning, waartegenover de vrouw het leeuwendeel van de zorg voor de kinderen voor haar rekening nam. Partijen hebben nooit enig bedrag verrekend en de vrouw is ook na de beëindiging van de samenwoning met de kinderen geruime tijd in de woning blijven wonen, gedurende welke tijd de lasten door de man zijn doorbetaald. De vrouw beschikte in de periode vanaf de geboorte van het eerste kind tot het einde van en ook na de samenwoning zelf niet over voldoende middelen om in haar eigen levensonderhoud en dat van haar kinderen te voorzien en evenmin om zelf enig vermogen op te bouwen. 8

9 Uit dit gedrag leidt de rechtbank af dat partijen stilzwijgend hebben beoogd de over en weer gedane investeringen middels inkomen dan wel vermogen niet te willen verrekenen en/of dat de man met zijn inbreng heeft voldaan aan een natuurlijke verbintenis Dat partijen anders hebben beoogd heeft de man onvoldoende onderbouwd gesteld. Het ligt ook niet voor de hand dat partijen zouden hebben beoogd enkel de financiële investeringen te willen verevenen en niet de zorgtaken. Uit het gedrag van partijen blijkt daarbij van het tegenovergestelde nu door de vrouw onbetwist is gesteld dat de man haar aanvankelijk een geldbedrag van ,00 heeft geboden ter compensatie van de zeven jaar die zij als fulltime moeder gedurende de relatie van partijen niet heeft kunnen werken. Nog daargelaten de onduidelijkheid ten aanzien van de (hoogte van de) door de man gedane investeringen uit privévermogen, is de rechtbank dan ook van oordeel dat de man geen verrekeningsaanspraken tegenover de vrouw kan doen gelden De vordering van de vrouw sub 1 kan dan ook in beginsel worden toegewezen. De man heeft echter aangegeven dat hij de vrouw niet kan uitkopen, zodat enkel de gevraagde verdeling kan worden toegewezen. De rechtbank zal de vorderingen van de vrouw sub 1, 3 en 10 dan ook toewijzen zoals hierna is bepaald. Het door de vrouw sub 4 tot en met 9 gevorderde zal de rechtbank afwijzen nu niet aannemelijk is geworden dat de man niet zal meewerken aan het daarin gevorderde Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat de vorderingen van de man in reconventie ad B, C en E dienen te worden afgewezen. Zijn vordering ad D zal de rechtbank voor zover het de teruggave van de meubels en de dagwaarde van de auto betreft eveneens afwijzen nu de man onvoldoende onderbouwd heeft gesteld dat betreffende goederen door hem aan de vrouw in bruikleen zijn gegeven Ter zake de door de man onder D gevorderde kosten ad 7.589,00 acht de rechtbank alleen het bedrag startgeld cash ad 5.250,00 toewijsbaar als zijnde - naar de man onbetwist heeft gesteld - een voorschot op een totaalafspraak aangaande de verdeling tussen partijen. Dit bedrag kan de man verrekenen met hetgeen aan de vrouw toekomt in het kader van de verdeling van de overwaarde. Met betrekking tot de andere vorderingen heeft de man onvoldoende onderbouwd gesteld dat dit gelden betreft die de vrouw diende terug te betalen Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. 5 De beslissing De rechtbank 9

10 in conventie 5.1. veroordeelt de man om tot verdeling van de woning aan de [adres] te [plaats] over te gaan, waarbij de man de vrouw de helft van de overwaarde ad ,00 zal voldoen; 5.2. veroordeelt de man om bij een eventuele verkoop van de woning, na aftrek van de hypothecaire lening de overwaarde of de schuld tussen partijen bij helfte te verdelen; 5.3. veroordeelt de man tot betaling van de helft van de waarde van de OpMaat Verzekering van de Rabobank op het moment van beëindiging van de hypotheek, welk bedrag per 1 mei ,74 bedroeg, te voldoen binnen twee maanden nadat tot verdeling van de woning als hiervoor sub 5.1 is overgegaan dan wel binnen twee maanden nadat de woning is verkocht; 5.4. verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad; 5.5. wijst het meer of anders gevorderde af, in reconventie 5.6. bepaalt dat de man een bedrag van 5.250,00 kan verrekenen met de vordering die de vrouw toekomt in het kader van bovenstaande; 5.7. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt; 5.8. wijst het meer of anders gevorderde af; In conventie en in reconventie 5.9. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. Dit vonnis is gewezen door mr. H.T.J.F. Verhappen en in het openbaar uitgesproken op 5 augustus

11 1 type: TNcoll: 11

12 ECLI:NL:RBZWB:2015:4426 Instantie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C/02/ / HA ZA Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Bodemzaak Inhoudsindicatie Vindplaatsen partijen hebben een samenlevingsovereenkomst gesloten, waarin is opgenomen dat indien samenleving anders dan door overlijden eindigt, de artikelen 1:157 tot en met 1:160 BW van overeenkomstige toepassing zijn. Nadat partijen een geschil hadden over de hoogte van de alimentatie is deze door de rechtbank bij vonnis vastgesteld. De vorderingen tot wijziging van de alimentatie op grond van artikel 1:401 lid 4 en/of 1:401 lid 1 BW worden afgewezen, nu dit artikel toepassing mist bij een niet op de wet gegronde verplichting tot levensonderhoud en partijen toepasselijkheid van het artikel niet zijn overeengekomen. Rechtspraak.nl Uitspraak vonnis RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT Handelsrecht Breda zaaknummer / rolnummer: C/02/ / HA ZA Vonnis van 8 juli 2015 in de zaak van 12

13 [eiser], wonende te [woonplaats eiser], eiser in conventie, verweerder in reconventie, advocaat mr. J.C. Snikkenburg-Den Haan, tegen [gedaagde], wonende te [woonplaats gedaagde], gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, advocaat mr. M.A.P. Kolsteren-van Heijst. Partijen zullen hierna de man en de vrouw genoemd worden. 1 De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: het tussenvonnis van 11 maart 2015 en de daarin genoemde stukken; de conclusie van antwoord in reconventie; de op 21 mei 2015 ontvangen brief van de advocaat van de man, met producties 8 t/m 16; de op 21 mei 2015 ontvangen brief van de advocaat van de vrouw, met producties 11 t/m 19; het proces-verbaal van comparitie van 8 juni

14 1.2. Ten slotte is vonnis bepaald. 2 Het geschil 2.1. In conventie vordert de man samengevat - a - het vonnis van de rechtbank Zeeland-West Brabant van 16 juli 2014 te wijzigen in die zin dat na te noemen bijdrage met ingang van 1 oktober 2013 danwel 16 oktober 2014 nader wordt vastgesteld op nihil, althans op een lager dan het thans geldende bedrag - de te betalen onderhoudsbijdrage jaarlijks te verminderen tot het einde van de onderhoudsverplichting uiterlijk op 16 september 2018 b de vrouw te veroordelen tot betaling aan hem van al hetgeen zij na 1 oktober 2013 ten titel van partneralimentatie teveel heeft ontvangen, vermeerderd met executie-kosten en wettelijke rente De vrouw vordert in reconventie -samengevat- na te noemen bijdrage met ingang van 16 oktober 2014 nader vast te stellen op 1.442,= per maand voor de wettelijke duur van 12 jaar Partijen hebben over en weer verweer gevoerd. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan. Vanwege hun samenhang worden de vordering in conventie en de vordering in reconventie gezamenlijk behandeld. 3 De beoordeling in conventie en in reconventie Blijkens de stellingen en overgelegde stukken staat tussen partijen het volgende vast. - Partijen hebben een affectieve relatie met elkaar gehad. Zij hebben in dat kader met elkaar samengeleefd. De relatie en de samenleving zijn per 1 oktober 2013 beëindigd. - Partijen hebben op 16 oktober 2008 een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst gesloten. Deze bevat -onder meer- de navolgende bepaling: ALIMENTATIE Artikel 10 a 14

15 indien de samenleving anders dan door overlijden eindigt, zal het bepaalde in de artikelen 1:157 tot en met 160 Burgerlijk Wetboek omtrent alimentatie van overeenkomstige toepassing zijn.. - Deze rechtbank heeft bij vonnis van 16 juli 2014 in de zaak onder nummer C/02/ HA ZA op basis van de hofformule de behoefte van de vrouw per peiljaar 2013 berekend op 1.306,= netto per maand. De rechtbank is daarbij uitgegaan van een netto maandelijks besteedbaar gezinsinkomen van 2.527,=, minus 350,= ter zake kosten van de minderjarige, ofwel 2.177,= per maand. De rechtbank is bij de berekening van voormeld netto besteedbaar gezinsinkomen uitgegaan van een inkomen van de vrouw van 2.001,= per jaar, bestaande uit algemene heffingskorting, en een inkomen uit dienstbetrekking van de man van ,= bruto per jaar en een inkomen uit halfwezenuitkering van circa 3.700,= per jaar. De rechtbank heeft voorts overwogen dat de vrouw, gelet op haar inkomen uit haar parttime dienstbetrekking van 9.473,40 bruto, vermeerderd met vakantietoeslag en 13e maand, alsmede rekening houdend met een rendement van 4% uit haar vermogen van omstreeks ,=, een besteedbaar inkomen heeft van 847,= netto per maand, zodat zij behoefte heeft aan een aanvullende bijdrage in de kosten van haar levensonderhoud ter hoogte van 459,= netto ofwel 790,= bruto per maand. Op grond van alle financiële omstandigheden van de man en rekening houdend met de fiscale gevolgen heeft de rechtbank bij de man de draagkracht aanwezig geacht om 753,= per maand te voldoen aan de vrouw. De rechtbank heeft de man veroordeeld met ingang van 1 oktober 2013 laatstgenoemd bedrag per maand voor levensonderhoud aan de vrouw te voldoen, voor de toekomst bij vooruitbetaling, en bepaald dat deze onderhoudsverplichting van de man jegens de vrouw uiterlijk per 16 september 2018 eindigt. - Partijen hebben tegen voormeld vonnis geen hoger beroep ingesteld De man grondt zijn vordering uitdrukkelijk op artikel 1: 401 BW. Hij stelt dat de in het vonnis van 16 juli 2014 vastgestelde bijdrage van aanvang af niet aan de wettelijke maatstaven heeft beantwoord, doordat de rechtbank bij die uitspraak van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan (lid 4), danwel dat sinds voormeld vonnis de omstandigheden zodanig zijn gewijzigd dat de vastgestelde bijdrage niet meer aan de wettelijke maatstaven voldoet (lid 1) De man stelt in dit verband het navolgende. De rechtbank is bij de bepaling van de behoefte van de vrouw ten onrechte uitgegaan van de hofformule, aangezien er geen sprake is van lotsverbondenheid. De rechtbank had dienen uit te gaan van de werkelijke behoefte van de vrouw. Bovendien is de rechtbank bij de berekening van de hofformule uitgegaan van onjuiste gegevens (punt 3 en 4 dagvaarding). Voorts stelt de man dat na het vonnis zijn draagkracht is gewijzigd doordat de gemeenschappelijke woning van partijen aan derden is verkocht en op 16 oktober 2014 is geleverd en hij voornemens is een woning te huren. Ten slotte dient rekening gehouden te worden met de door hem afgedragen pensioenpremies (punt 5 tot en met 8 dagvaarding)

16 De vrouw betwist dat er op basis van hetgeen de man stelt sprake is van gronden voor wijziging van de onderhoudsbijdrage. De rechtbank heeft terecht de hofformule toegepast voor de berekening van haar behoefte. Er is wel sprake van lotsverbondenheid. Dit blijkt al uit het feit dat partijen een samenlevingscontract hebben gesloten. De rechtbank heeft echter het netto besteedbaar gezinsinkomen alsmede de draagkracht van de man te laag berekend. (punt 5 tot en met 18 conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie). Het netto besteedbaar gezinsinkomen, rekening houdend met de kosten van de minderjarige van 62,= bedraagt 2.821,= per maand. Dit betekent dat de behoefte van de vrouw 1.692,60 netto per maand bedraagt. Gelet op de door haar als productie 7 overgelegde draagkrachtberekening kan de man een bijdrage voldoen van 1.442,= bruto per maand De vrouw vordert daarom in reconventie wijziging van het vonnis van 16 juli De vrouw heeft de grondslag van haar vordering in reconventie niet onderbouwd, zodat deze reeds daarom niet toewijsbaar is. Voor zover de vrouw bedoelt haar vordering bedoelt te gronden op artikel 1: 401 BW lid 1 en 4 geldt hetgeen de rechtbank hierna overweegt ten aanzien van de vordering in conventie van de man De rechtbank ziet zich gesteld voor de vraag of wijziging van het vonnis van de rechtbank van 16 juli 2014 mogelijk is De rechtbank overweegt als volgt. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat (ex) samenlevers geen wettelijke verplichting hebben om in elkaars onderhoud te voorzien (zie onder meer HR 22 februari 1985, NJ 1986, 82, HR 9 januari 1987, NJ 1987, 927 en HR 14 juni 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA2925 ). Samenlevers kunnen een dergelijke verplichting wel overeenkomen, hetgeen partijen heb-ben gedaan in de tussen hen gesloten samenlevingsovereenkomst van 16 oktober Dit betekent dat nu de onderhoudsverplichting van de man jegens de vrouw niet is gebaseerd op de wet, maar op een overeenkomst, de algemeen verbintenisrechtelijke bepalingen van boek 6 BW van toepassing zijn De Hoge Raad heeft met betrekking tot artikel 1:401 BW geoordeeld dat uit de geschiedenis van dit artikel en van de wetsartikelen die in vorige versies van het BW dezelfde materie regelden, moet worden afgeleid dat artikel 1:401 BW beperkt is tot overeenkomsten, houdende een regeling van een op de wet gegronde verplichting tot levensonderhoud. (HR 6 januari 1978, LJN: AB7156). Gelet op hetgeen hiervoor onder 3.7. is overwogen, betekent dit dat artikel 1:401 BW ten aanzien van de onderhavige onderhoudsverplichting niet van toepassing is. Dit zou anders zijn indien partijen in hun samenlevingsovereenkomst uitdrukkelijk de toepasselijkheid van artikel 1:401 BW waren overeengekomen, hetgeen zij niet hebben gedaan. De omstandigheid dat de rechtbank de onderhoudsbijdrage van de man heeft vastgesteld in het vonnis van 16 juli 2014 maakt het vorenstaande niet anders. In die procedure was immers de uitleg van artikel 10a van het samenlevingscontract tussen partijen in geschil. 16

17 3.9. De vordering van de man strekt er bovendien niet toe dat de overeenkomst tussen partijen wordt gewijzigd, maar dat het vonnis van de rechtbank van 16 juli 2014 wordt gewijzigd. De man had zijn grieven tegen voormeld vonnis in hoger beroep aan het gerechtshof kunnen voorleggen. Nu de man dat niet heeft gedaan is die beslissing in kracht van gewijsde is gegaan. Dit heeft tot gevolg dat enkel de eventuele weg van een executiegeschil nog open zou staan Het vorenstaande leidt ertoe dat de vordering van de man in conventie wordt afgewezen Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. 4 De beslissing De rechtbank in conventie en in reconventie wijst de vorderingen af; compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. Dit vonnis is gewezen door mr. Gimbrère-Straetmans en in het openbaar, bij vervroeging, uitgesproken op 8 juli CK 17

18 ECLI:NL:GHSHE:2015:1101 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer F _01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie VERREKENING Huwelijksvermogensrecht. Geschil over niet uitgevoerd periodiek verrekenbeding. Verrekening waarde aandelen BV in verband met opgepotte winsten. Berekeningsmethode verrekenvordering. Uitleg huwelijkse voorwaarden op het punt van pensioenverevening. Vindplaatsen Rechtspraak.nl FJR 2015/30.7 PJ 2015/131 RFR 2015/100 Uitspraak GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Afdeling civiel recht Uitspraak: 26 maart 2015 Zaaknummer: F /01 Zaaknummer eerste aanleg: C02/ FA RK in de zaak in hoger beroep van: [de vrouw], wonende te [woonplaats], appellante in principaal appel, geïntimeerde in incidenteel appel, hierna te noemen: de vrouw, advocaat: mr. J.M. Molkenboer, 18

19 tegen [de man], wonende te [woonplaats], verweerder in principaal appel, appellant in incidenteel appel, hierna te noemen: de man, advocaat: mr. T.J. Kreeftenberg. 1 Het geding in eerste aanleg Het hof verwijst naar de beschikkingen van de rechtbank Breda van 24 januari 2012 en 12 oktober 2012, alsmede naar de beschikkingen van de rechtbank Zeeland-West- Brabant van 4 juni 2013, respectievelijk 24 december Het geding in hoger beroep 2.1. Bij beroepschrift met producties, ingekomen ter griffie op 19 februari 2014, heeft de vrouw verzocht voormelde beschikkingen van 24 december 2013 en 4 juni 2013 te vernietigen voor zover het betreft het oordeel van de rechtbank met betrekking tot de verrekening van de waarde van de aandelen van de besloten vennootschap [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. en opnieuw rechtdoende te bepalen dat de volledige waardestijging van de aandelen in de periode van 1 juni 1993 tot 1 december 2010 tot het te verrekenen vermogen behoort en dat zulks betekent dat de waarde van de aandelen van [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. inclusief eventuele goodwill en de stille reserves per 1 december 2010 minus de waarde van [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij inclusief eventuele goodwill en stille reserves op de huwelijksdatum tot het te verrekenen vermogen behoort Bij verweerschrift met producties, ingekomen ter griffie op 16 april 2014, heeft de man verzocht de verzoeken van de vrouw af te wijzen als zijnde ongegrond en onbewezen. Tevens heeft de man incidenteel appel ingesteld en verzocht de vier voormelde beschikkingen van de rechtbank te vernietigen voor zover het betreft het oordeel van de rechtbank over de verrekening van de waarde van de aandelen van de besloten vennootschap [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. en de verevening van het ouderdomspensioen van de man en opnieuw rechtdoende te bepalen dat: - - de waarde van de aandelen [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. niet in de verrekening dienen te worden betrokken; 19

20 subsidiair, voor zover de waarde van de aandelen berekend dient te worden, uitgegaan moet worden van het eigen vermogen zonder goodwill en stille reserves en niet van de waarde in het economisch verkeer; partijen in artikel 15 van de akte huwelijkse voorwaarden uitdrukkelijk pensioenverevening conform de Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding dan wel pensioenverrekening hebben uitgesloten. Bij verweerschrift in incidenteel appel, ingekomen ter griffie op 22 mei 2014, heeft de vrouw verzocht de grieven van de man af te wijzen als zijnde ongegrond en onbewezen De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 8 januari Bij die gelegenheid zijn gehoord: de vrouw, bijgestaan door mr. Molkenboer; de man, bijgestaan door mr. Kreeftenberg. Het hof heeft voorts kennisgenomen van de inhoud van: de processen-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg op 22 september 2011 en 8 november 2012; de brief met bijlagen van de advocaat van de vrouw d.d. 23 oktober 2014; de brief met bijlagen van de advocaat van de vrouw d.d. 27 oktober 2014; de brief van de advocaat van de vrouw d.d. 6 november De beoordeling In het principaal en incidenteel appel 20

21 Partijen zijn op 1 juni 1993 na het maken van huwelijkse voorwaarden met elkaar gehuwd De huwelijkse voorwaarden houden onder meer het volgende in: ( ) Gemeenschap van inboedel Artikel 1. De echtgenoten zijn gehuwd in gemeenschap van inboedel; elke andere huwelijksgoederenrechtelijke gemeenschap van goederen is tussen hen uitgesloten. ( ) Roerende zaken en rechten aan toonder Artikel Rechten aan toonder en roerende zaken, die geen registergoederen zijn, behorende tot het bedrijfsvermogen van een echtgenoot, behoren toe aan die echtgenoot, ongeacht van wiens zijde deze goederen zijn opgekomen, doch onverminderd het in artikel 6 bepaalde. 2. Kleding en lijfsieraden zijn eigendom van die echtgenoot, in wiens gebruik zij zijn of tot wiens gebruik zij bestemd zijn, ongeacht van wiens zijde deze zaken zijn opgekomen en wel zonder enige vergoeding aan de andere echtgenoot. Van deze bepaling zijn uitgezonderd: die kleding en/of lijfsieraden die buiten de werking van dit beding zijn gebracht door een dienovereenkomstige vermelding bij de desbetreffende aanbreng van een echtgenoot op na te melden staat van aanbrengsten alsmede die kleding en/of lijfsieraden die door een echtgenoot zijn verkregen krachtens erfrecht of door schenking. 3. Bestaat overigens tussen de echtgenoten een geschil aan wie van hen beiden een recht aan toonder of een roerende zaak, die geen registergoed is, toebehoort en kan geen van beiden zijn recht op dit goed bewijzen, dan wordt het goed geacht aan ieder van de echtgenoten voor de helft toe te behoren. 4. Bestaat tussen echtgenoten een geschil omtrent de grootte van ieders aandeel in een goed, dat zonder aandeelvermelding op beider naam staat, dan worden zij geacht ieder voor de helft daarin gerechtigd te zijn, behoudens tegenbewijs. ( ) Kosten huishouding 21

22 Artikel De kosten van de gemeenschappelijke huishouding, daaronder begrepen de kosten van verzorging en opvoeding van de uit het huwelijk geboren kinderen, van de door de echtgenoten geadopteerde kinderen, alsmede van de kinderen die met beider toestemming in het gezin zijn opgenomen, wat de laatste kinderen betreft voorzover deze kosten niet ten laste van derden komen, worden voldaan uit de netto-inkomens der echtgenoten naar evenredigheid daarvan; voor zover deze inkomens ontoereikend zijn, worden deze kosten voldaan uit ieders nettovermogen naar evenredigheid daarvan. 2. Onder netto-inkomen wordt verstaan het begrip inkomen als bedoeld in de Wet op de inkomstenbelasting 1964, verminderd met de daarover verschuldigde belasting op inkomen, premieheffing-volksverzekeringen en andere wettelijke inhoudingen of heffingen. Indien en voor zover een echtgenoot in overwegende mate bij machte is te bepalen dat de winsten van een niet op zijn eigen naam uitgeoefend bedrijf hem rechtstreeks of middellijk ten goede komen, worden die winsten geacht door hem te zijn genoten en worden zij na aftrek van hetgeen verschuldigd zou zijn aan bovengenoemde belastingen en heffingen gerekend tot het netto-inkomen. Onder netto-vermogen wordt verstaan het begrip vermogen als bedoeld in de Wet op de vermogensbelasting 1964 verminderd met de daarover verschuldigde belasting op vermogen, met dien verstande dat de vermogens van niet duurzaam gescheiden levende echtgenoten voor de toepassing van deze regeling niet worden samengevoegd. 3. Het in dit artikel bepaalde geldt niet voor zover bijzondere omstandigheden zich daartegen verzetten. Artikel 9. ( ) 1. De echtgenoot die over enig kalenderjaar meer heeft bijgedragen in de kosten van de huishouding dan zijn aandeel ingevolge het hiervoor bepaalde, heeft het recht het teveel bijgedragene terug te vorderen van de andere echtgenoot. 2. Het recht het aldus teveel bijgedragene terug te vorderen vervalt, indien betaling of verrekening daarvan niet binnen drie jaar na het einde van het betreffende kalenderjaar heeft plaats gehad of schriftelijk gevorderd is. Verrekening van inkomsten Artikel 11. De echtgenoten verplichten zich over elk kalenderjaar hetgeen van hun netto-inkomen in de zin van artikel 8, onder aftrek van hetgeen daarvan is besteed voor de gemeenschappelijke huishouding, overblijft onderling te verrekenen in die zin, dat de ene echtgenoot een vordering verkrijgt op de andere echtgenoot ten bedrage van de helft van het aan diens zijde overblijvende als hiervoor bedoeld. Indien de echtgenoten over en weer een vordering op elkaar krijgen worden de vorderingen door een desbetreffende verklaring verrekend tot het bedrag van de kleinste vordering. Indien aan een echtgenoot langs andere weg iets ten goede komt of is gekomen van het overblijvende van het inkomen van de andere echtgenoot, wordt zijn vordering dienovereenkomstig verminderd. 22

23 Artikel De uitkering van het verschuldigde moet gedaan worden binnen een jaar na afloop van het desbetreffende kalenderjaar. 2. Ingeval gewichtige redenen zich verzetten tegen prompte voldoening zullen de echtgenoten een redelijke betalingsregeling al dan niet met zekerheidsstelling treffen waarbij de belangen van beiden in acht genomen worden. Artikel 13. Het recht tot het vorderen van de verrekening vervalt indien deze niet binnen drie jaar na afloop van het desbetreffende kalenderjaar heeft plaats gehad of schriftelijk gevorderd is. Artikel 14. Geen verrekening heeft plaats: 1. over de tijd, dat de echtgenoten anders dan in onderling overleg niet samenwonen of dat tussen hen scheiding van tafel en bed bestaat; 2. over het kalenderjaar dat het netto-inkomen van een echtgenoot onder aftrek als in artikel 11 bedoeld, tengevolge van verlies in een zelfstandig uitgeoefend beroep of bedrijf van die echtgenoot negatief is en over volgende kalenderjaren indien en voor zover het voor verrekening overeenkomstig artikel 11 vatbare inkomen van de betreffende echtgenoot niet het bedrag van het verlies heeft bereikt; 3. indien een echtgenoot surséance van betaling heeft, in staat van faillissement verkeert ofwel verkeerd heeft, terwijl het faillissement op andere wijze dan door homologatie van accoord is geëindigd en deze echtgenoot op grond van de verrekening een vordering op de andere echtgenoot zou verkrijgen. 4. voor zover bijzondere omstandigheden zich daartegen verzetten. Artikel 15. Aanspraken op pensioen en hetgeen daarvoor is opgeofferd worden niet verrekend overeenkomstig artikel 11, echter met uitzondering van periodieke uitkeringen die vervallen ingevolge een recht op ingegaan pensioen. ( ) Tussen partijen staat vast dat zij tijdens hun huwelijk geen uitvoering hebben gegeven aan het periodiek verrekenbeding van artikel 11 van de huwelijkse voorwaarden. Dit brengt - op de voet van het bepaalde in artikel 1: 141, derde lid, BW - mee dat het bij het einde van het huwelijk aanwezige vermogen in beginsel vermoed wordt te zijn gevormd uit hetgeen verrekend had moeten worden. Dit betekent dat de gehele vermogens van partijen in de verrekening moeten worden betrokken, tenzij één van partijen aantoont dat een goed 23

24 door hem of haar is aangebracht, krachtens erfrecht of schenking is verkregen, of geheel of gedeeltelijk met middelen is gefinancierd die niet onder de verrekening vallen Partijen gaan voor de omvang/samenstelling van het te verrekenen vermogen uit van de peildatum 1 december Bij de bestreden beschikking van 24 januari 2012 heeft de rechtbank Breda tussen partijen de echtscheiding uitgesproken, welke beschikking op 29 januari 2013 is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Bij deze beschikking heeft de rechtbank voorts en voor zover thans van belang: - de man toegelaten feiten en omstandigheden te bewijzen waaruit volgt dat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan hun huwelijkse voorwaarden de betekenis mochten toekennen dat deze zijn gemaakt om het bedrijf van de man veilig te stellen in geval van echtscheiding, dat in geval van echtscheiding de onderneming buiten het te verrekenen vermogen zou blijven en dat het de bedoeling was dat slechts daadwerkelijk uitgekeerde winsten en opnames in rekening-courant jaarlijks zouden worden verrekend, en dat partijen die betekenis van de huwelijkse voorwaarden redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten; - de man toegelaten feiten en omstandigheden te bewijzen waaruit volgt dat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan hun huwelijkse voorwaarden de betekenis mochten toekennen dat bij echtscheiding de vrouw geen aanspraak kan maken op een deel van het ouderdomspensioen waarop de man rechthebbende is en dat partijen die betekenis van de huwelijkse voorwaarden redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten; - iedere verdere beslissing aangehouden Bij de bestreden beschikking van 12 oktober 2012 heeft de rechtbank Breda, voor zover thans van belang, iedere verdere beslissing aangehouden Bij de bestreden beschikking van 4 juni 2013 heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant, voor zover van belang, de zaak naar de rol van dinsdag 6 augustus 2013 verwezen teneinde partijen in de gelegenheid te stellen zich uit te laten over het terugkomen op een eerder gegeven oordeel als bedoeld in de rechtsoverwegingen 2.26 tot en met 2.29 (ter zake de aandelen van de man in [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V.) en heeft de rechtbank iedere verdere beslissing aangehouden

25 Bij de bestreden beschikking van 24 december 2013 heeft de rechtbank Zeeland-West- Brabant, voor zover thans van belang: in de overwegingen geoordeeld over de wijze waarop de aandelen van de BV in de verrekening dienen te worden betrokken en bepaald dat tussentijds hoger beroep mag worden ingesteld tegen dit oordeel en tegen het in de beschikking van 12 oktober 2012 gegeven oordeel van de rechtbank dat in beginsel pensioenverevening op grond van de Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding dient plaats te vinden; iedere verdere beslissing aangehouden. Beide partijen hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om in hoger beroep te komen De grieven van partijen richten zich tegen de overwegingen van de rechtbank met betrekking tot de verrekening van de waarde van de aandelen van de man in de besloten vennootschap [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. (grieven 1 tot en met 13 principaal appel, grieven 1 tot en met 6 incidenteel appel) en tegen het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de verevening van de pensioenaanspraken (grieven 7 tot en met 10 in incidenteel appel) Vooraf De vrouw stelt dat de man niet-ontvankelijk is in zijn incidenteel appel tegen de (tussen)beschikkingen van de rechtbank Breda van 24 januari 2012 en 12 oktober 2012 nu de appeltermijn tegen deze beschikkingen reeds was verstreken en geen van partijen binnen drie maanden hoger beroep heeft ingesteld tegen deze beschikkingen Het hof overweegt als volgt. De rechtbank heeft bij de bestreden beschikking van 24 december 2013 bepaald dat tussentijds hoger beroep mag worden ingesteld tegen het oordeel van de rechtbank over de wijze waarop de aandelen van [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. in de verrekening dienen te worden betrokken, alsook tegen het oordeel van de rechtbank dat in beginsel pensioenverevening op grond van de Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding dient plaats te vinden. Ingevolge vaste jurisprudentie mag een appellant, in het geval dat (tussentijds) hoger beroep wordt opengesteld tegen een tussenbeschikking, tevens grieven aanvoeren tegen eerdere tussenbeschikkingen waarvan appel niet is uitgesloten. Derhalve is het de man toegestaan de eerdere 25

26 tussenbeschikkingen van 24 januari 2012 en 12 oktober 2012 in het hoger beroep te betrekken Ter zitting in hoger beroep heeft de man bezwaar gemaakt tegen de inhoud van het verweerschrift van de vrouw op het incidenteel appel van de man. De man stelt dat de vrouw onder sub 5 tot en met 63 van haar verweerschrift naar aanleiding van incidenteel appel reageert op hetgeen de man bij verweerschrift tevens houdende incidenteel appel in het principaal appel naar voren heeft gebracht, hetgeen volgens de man in strijd is met de eisen van een goede procesorde Het hof overweegt als volgt. In zijn algemeenheid heeft de man gelijk dat de passages die in het verweerschrift in het incidenteel appel aan het principaal appel zijn gewijd, in strijd zijn met de in de wet besloten twee-conclusie-regel en daarom niet toelaatbaar zijn. Gelet echter op de nauwe samenhang tussen de grieven van partijen in het principaal appel en in het incidenteel appel die zien op dezelfde geschilpunten, ziet het hof geen aanleiding om de passages in genoemd processtuk welke betrekking hebben op het principaal appel buiten beschouwing te laten; van een strijd met de eisen van een goede procesorde is in dit geval geen sprake De aandelen van de man in [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij B.V. (grieven 1 tot en met 13 principaal appel, grieven 1 tot en met 6 incidenteel appel) Ter zake de aandelen van de man in [exploitatiemaatschappij] Exploitatiemaatschappij heeft de rechtbank in de tussenbeschikking van 24 januari 2012 het volgende overwogen: Uit artikel 11 van de huwelijkse voorwaarden volgt dat bij de jaarlijkse verrekening als uitgangspunt diende te gelden het netto-inkomen in de zin van artikel 8. In artikel 8 is het begrip netto-inkomen gedefinieerd als het begrip inkomen als bedoeld in de Wet op de inkomstenbelasting 1964, verminderd met de daarover verschuldigde belasting op inkomen, premieheffing-volksverzekeringen en andere wettelijke inhoudingen of heffingen. In artikel 8 is voorts bepaald dat indien en voor zover een echtgenoot in overwegende mate bij machte is te bepalen dat de winsten van een niet op zijn eigen naam uitgeoefend bedrijf hem 26

27 rechtstreeks of middellijk ten goede komen, die winsten geacht door hem te zijn genoten en worden zij na aftrek van hetgeen verschuldigd zou zijn aan bovengenoemde belastingen en heffingen gerekend tot het netto-inkomen Ingevolge de Wet op de Inkomstenbelasting 1964 (hierna: WIB 1964) werd destijds belasting geheven over het belastbare inkomen (artikel 3 van de WIB 1964), zijnde in beginsel het onzuivere inkomen verminderd met een aantal (aftrek)posten. Ingevolge artikel 4 WIB 1964 bestaat het onzuivere inkomen uit a. winst uit onderneming, b. zuivere inkomsten uit arbeid, uit vermogen of in de vorm van periodieke uitkeringen en verstrekkingen en c. winst uit aanmerkelijk belang. Op grond van het voorgaande impliceert het begrip netto-inkomen in artikel 8 van de huwelijkse voorwaarden een inkomen dat mede omvat winst uit onderneming en eventueel inkomen uit aanmerkelijk belang of vermogen De tweede volzin van onderdeel twee van artikel 8 van de huwelijkse voorwaarden leidt er dan toe dat ook de winst van de B.V. wordt beschouwd als netto-inkomen en dus in de verrekening moet worden betrokken, nu de man als enig aandeelhouder in de B.V. immers bij machte was te bepalen dat die winsten hem rechtstreeks of middellijk ten goede kwamen. Dit is ook in overeenstemming met artikel 1:141 lid 4 BW. Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit de tekst van artikel 11 juncto artikel 8 van de huwelijkse voorwaarden derhalve niet dat op grond van de huwelijkse voorwaarden geen dan wel beperkt rekening gehouden moet worden met de waarde van de aandelen van de B.V.. Dit zou betekenen dat de waarde van de aandelen van de BV. tot het te verrekenen vermogen behoort, inclusief eventuele goodwill en stille reserves, met dien verstande dat nog 27

28 rekening gehouden dient te worden met het gegeven dat de aandelen door de man bij huwelijk zijn aangebracht Echter zoals reeds is overwogen zijn voor de betekenis die aan de huwelijkse voorwaarden moet worden toegekend, naast de bewoordingen van de huwelijkse voorwaarden, van belang de omstandigheden waaronder de huwelijkse voorwaarden zijn gemaakt en de wederzijds kenbare bedoelingen van partijen. De man heeft gesteld dat de huwelijkse voorwaarden zijn aangegaan om het bedrijf van de man veilig te stellen als het huwelijk zou eindigen met een echtscheiding, dat in geval van echtscheiding de onderneming buiten het te verrekenen vermogen zou blijven en dat het de bedoeling was dat slechts daadwerkelijk uitgekeerde winsten en opnames in rekeningcourant jaarlijks zouden worden verrekend. Op grond van de gedingstukken en het verhandelde ter zitting is voor de rechtbank niet komen vast te staan dat dit het geval is geweest, in het bijzonder is niet gebleken dat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan de hun huwelijkse voorwaarden die betekenis mochten toekennen en dat zij die betekenis redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Nu de man uitdrukkelijk bewijs heeft aangeboden van zijn stellingen zal de rechtbank hem daartoe in de gelegenheid stellen. In de daarop volgende tussenbeschikking van 12 oktober 2012 heeft de rechtbank verder overwogen: 2.4 De rechtbank handhaaft haar oordeel dat de bewoordingen van de huwelijkse voorwaarden met zich mee brengen dat de waarde van de aandelen van de B.V. tot het te verrekenen vermogen behoort, inclusief eventuele goodwill en stille reserves, met dien 28

29 verstande dat nog rekening gehouden dient te worden met het gegeven dat de aandelen door de man bij huwelijk zijn aangebracht. De desbetreffende rechtsoverwegingen tot en met dienen als hier herhaald te worden beschouwd. Omdat voor de betekenis die aan de huwelijkse voorwaarden moet worden toegekend, naast de bewoordingen van de huwelijkse voorwaarden, de omstandigheden waaronder de huwelijkse voorwaarden zijn gemaakt en de wederzijds kenbare bedoelingen van partijen van belang zijn, is de man toegelaten feiten en omstandigheden te bewijzen waaruit volgt dat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan hun huwelijkse voorwaarden de betekenis mochten toekennen dat deze zijn gemaakt om het bedrijf van de man veilig te stellen in geval van echtscheiding, dat in geval van echtscheiding de onderneming buiten het te verrekenen vermogen zou blijven en dat het de bedoeling was dat slechts daadwerkelijk uitgekeerde winsten en opnames in rekening-courant jaarlijks zouden worden verrekend, en dat partijen die betekenis van de huwelijkse voorwaarden redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. 2.5 Naar het oordeel van de rechtbank is de man niet geslaagd in het bewijs van de door hem gestelde partijbedoeling. De notaris ten overstaan van wie de huwelijkse voorwaarden zijn overeengekomen is op verzoek van de man als getuige gehoord. De notaris heeft verklaard te menen dat het de bedoeling was dat de aandelen in de BV buiten de verrekening zouden blijven. Hij heeft echter ook verklaard geen concrete herinnering te hebben aan de omstandigheden rond de huwelijkse voorwaarden. Hij kon zich niet herinneren om welke redenen partijen hun huwelijkse voorwaarden hebben gemaakt en heeft slechts gewezen op 29

Huwelijksvermogensrecht journaal. September 2015

Huwelijksvermogensrecht journaal. September 2015 Huwelijksvermogensrecht journaal September 2015 Items Vinger aan de pols: Voorstel van wet 33 987, Literatuur en wetgevingsproces Ongehuwde samenlevers en vermogensregime Ongehuwden en alimentatie Pensioen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:171

ECLI:NL:GHSHE:2016:171 ECLI:NL:GHSHE:2016:171 Instantie Datum uitspraak 21-01-2016 Datum publicatie 26-01-2016 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 200.164.903/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:4320

ECLI:NL:RBROT:2016:4320 ECLI:NL:RBROT:2016:4320 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 01-06-2016 Datum publicatie 09-06-2016 Zaaknummer C/10/491474 / HA ZA 15-1264 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht ECLI:NL:GHSHE:2015:2797 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 23-07-2015 Datum publicatie 27-07-2015 Zaaknummer F 200.160.279_01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 25-09-2014 Zaaknummer 200.133.088/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:286

ECLI:NL:RBOVE:2016:286 ECLI:NL:RBOVE:2016:286 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 18012016 Datum publicatie 29012016 Zaaknummer C/08/179852 / KG ZA 15391 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2006:AV2657

ECLI:NL:GHSGR:2006:AV2657 ECLI:NL:GHSGR:2006:AV2657 Instantie Datum uitspraak 08-02-2006 Datum publicatie 09-03-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage 1103-M-05 Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2005:AS9756

ECLI:NL:GHSHE:2005:AS9756 ECLI:NL:GHSHE:2005:AS9756 Instantie Datum uitspraak 09-03-2005 Datum publicatie 10-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch R200400759 Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 15-07-2010 Zaaknummer 268738 / HA ZA 09-1343 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:229

ECLI:NL:RBROT:2016:229 ECLI:NL:RBROT:2016:229 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 06-01-2016 Datum publicatie 07-01-2016 Zaaknummer C/10/475943 / HA ZA 15-510 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 Instantie Datum uitspraak 15-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.216.119_01

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 14-11-2013 Zaaknummer 200.092.575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 06-02-2017 Zaaknummer 200.174.828/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537

ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537 ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 30-08-2012 Datum publicatie 27-09-2012 Zaaknummer 200.095.034 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2015:1011

ECLI:NL:GHDHA:2015:1011 ECLI:NL:GHDHA:2015:1011 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 22042015 Datum publicatie 10062015 Zaaknummer 200.158.976/01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10052017 Datum publicatie 12052017 Zaaknummer C/09/504538 / HA ZA 16112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ondernemingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 16082017 Datum publicatie 23082017 Zaaknummer C/03/239274 / KG ZA 17423 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 09-09-2009 Datum publicatie 14-01-2010 Zaaknummer 64517 / HA ZA 08-433 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-03-2010 Datum publicatie 05-01-2016 Zaaknummer 200.015.254-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 04052017 Datum publicatie 15052017 Zaaknummer C/03/232895 / KG ZA 17112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BN3998 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BN3998 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2010:BN3998 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 12-08-2010 Datum publicatie 13-08-2010 Zaaknummer 200.048.576 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 24-03-2016 Datum publicatie 29-03-2016 Zaaknummer KK EXPL 16-200 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 20-07-2011 Datum publicatie 10-08-2011 Zaaknummer 119380 - HA ZA 10-390 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

PARTNERSCHAPSVOORWAARDEN

PARTNERSCHAPSVOORWAARDEN PARTNERSCHAPSVOORWAARDEN Heden, @, verschijnen voor mij, mr. @, notaris te Utrecht: 1. @; 2. @; hierna samen ook te noemen: de Partners. De Partners verklaren met elkaar een geregistreerd partnerschap

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851

ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851 ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 19-07-2006 Datum publicatie 11-08-2006 Zaaknummer 47983 HA ZA 2005/256 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:2151

ECLI:NL:RBOVE:2017:2151 ECLI:NL:RBOVE:2017:2151 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 26-05-2017 Zaaknummer C/08/200009 / KG ZA 17-96 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:6585

ECLI:NL:GHARL:2015:6585 ECLI:NL:GHARL:2015:6585 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 26-10-2015 Zaaknummer 200.134.402 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:2309

ECLI:NL:RBLIM:2017:2309 ECLI:NL:RBLIM:2017:2309 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15032017 Datum publicatie 16032017 Zaaknummer 5377597 cv 169148 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Arbeidsrecht Burgerlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2007:BB8676

ECLI:NL:RBMID:2007:BB8676 ECLI:NL:RBMID:2007:BB8676 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 21-11-2007 Datum publicatie 26-11-2007 Zaaknummer 37277 HA ZA 03-51 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:665

ECLI:NL:RBROT:2016:665 ECLI:NL:RBROT:2016:665 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20012016 Datum publicatie 28012016 Zaaknummer C/10/473480 / HA ZA 15333 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:361 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:361 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:361 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 02-02-2016 Datum publicatie 31-03-2017 Zaaknummer 200.163.502/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 20-09-2006 Datum publicatie 29-09-2006 Zaaknummer 47429 HA ZA 05-170 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2016:6222

ECLI:NL:RBMNE:2016:6222 ECLI:NL:RBMNE:2016:6222 Instantie Datum uitspraak 05102016 Datum publicatie 16122016 Rechtbank MiddenNederland Zaaknummer / HA ZA 5344803 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen en

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:1265

ECLI:NL:RBOVE:2014:1265 ECLI:NL:RBOVE:2014:1265 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 06-03-2014 Datum publicatie 14-03-2014 Zaaknummer C-08-152106 - KG ZA 14-59 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856

ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856 ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856 Instantie Datum uitspraak 05-12-2012 Datum publicatie 08-02-2013 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 200.109.671-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:2726

ECLI:NL:GHARL:2017:2726 ECLI:NL:GHARL:2017:2726 Instantie Datum uitspraak 30-03-2017 Datum publicatie 09-05-2017 Zaaknummer 200.197.064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Personen-

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF s-hertogenbosch. Afdeling civiel recht. zaaknummer : /01 zaaknummer rechtbank : C/03/213774/FA RK

Uitspraak. GERECHTSHOF s-hertogenbosch. Afdeling civiel recht. zaaknummer : /01 zaaknummer rechtbank : C/03/213774/FA RK ECLI:NL:GHSHE:2017:1751 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 20-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Zaaknummer 200.196.168_01 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBLIM:2016:3184 Rechtsgebieden

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2014:7769

ECLI:NL:RBZWB:2014:7769 ECLI:NL:RBZWB:2014:7769 Instantie Datum uitspraak 12-11-2014 Datum publicatie 24-11-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant 2807368_E12112014

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 01-08-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 0600575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:3565

ECLI:NL:RBROT:2017:3565 ECLI:NL:RBROT:2017:3565 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-04-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/10/507047 / HA ZA 16-758 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2013:9371

ECLI:NL:RBNHO:2013:9371 ECLI:NL:RBNHO:2013:9371 Instantie Datum uitspraak 25-09-2013 Datum publicatie 11-10-2013 Zaaknummer 2113562 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Holland Civiel recht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2015:613

ECLI:NL:GHSHE:2015:613 ECLI:NL:GHSHE:2015:613 Instantie Datum uitspraak 24-02-2015 Datum publicatie 26-02-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch HD

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 01-03-2011 Zaaknummer 186739 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446

ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446 ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-02-2009 Datum publicatie 03-03-2009 Zaaknummer 265169 / HA ZA 06-1949 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

AFSCHRIFT. Uitspraak: 10 februari 2015 Zaaknummer: 200.152.940/01 Zaaknummer eerste aanleg: C/13/522971 / FA RK 12-6306 (MN/WK)

AFSCHRIFT. Uitspraak: 10 februari 2015 Zaaknummer: 200.152.940/01 Zaaknummer eerste aanleg: C/13/522971 / FA RK 12-6306 (MN/WK) AFSCHRIFT beschikking GERECHTSHOF AMSTERDAM Afdeling civiel recht en belastingrecht Team III (familie- en jeugdrecht) Uitspraak: 10 februari 2015 Zaaknummer: 200.152.940/01 Zaaknummer eerste aanleg: C/13/522971

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2005:AU9743

ECLI:NL:GHSGR:2005:AU9743 ECLI:NL:GHSGR:2005:AU9743 Instantie Datum uitspraak 14-12-2005 Datum publicatie 17-02-2006 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage 112-H-05

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2014:3690

ECLI:NL:RBMNE:2014:3690 ECLI:NL:RBMNE:2014:3690 Instantie Datum uitspraak 27-08-2014 Datum publicatie 08-09-2014 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer C-16-351346 - HL ZA 13-233 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 30-07-2008 Datum publicatie 13-08-2008 Zaaknummer 60993/HA ZA 08-23 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845 ECLI:NL:RBLIM:2017:3845 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 26042017 Datum publicatie 27042017 Zaaknummer 5494929 \ CV EXPL 1610633 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:11833

ECLI:NL:RBDHA:2016:11833 ECLI:NL:RBDHA:2016:11833 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 03-10-2016 Datum publicatie 04-10-2016 Zaaknummer C/09/503343 / FA RK 16-214 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:647

ECLI:NL:GHDHA:2017:647 ECLI:NL:GHDHA:2017:647 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 07-02-2017 Datum publicatie 14-03-2017 Zaaknummer 200.207.571/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:3797

ECLI:NL:GHSHE:2013:3797 ECLI:NL:GHSHE:2013:3797 Instantie Datum uitspraak 20-08-2013 Datum publicatie 27-10-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch HD 200.077.809_01 Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU7565

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU7565 ECLI:NL:GHLEE:2011:BU7565 Instantie Datum uitspraak 22-11-2011 Datum publicatie 12-12-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 200.086.013/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2009:21051

ECLI:NL:RBSGR:2009:21051 ECLI:NL:RBSGR:2009:21051 Instantie Rechtbank 's-gravenhage Datum uitspraak 03-11-2009 Datum publicatie 29-10-2014 Zaaknummer 342441 - KG ZA 09-925 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2002:AE3258

ECLI:NL:RBMID:2002:AE3258 ECLI:NL:RBMID:2002:AE3258 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 15-05-2002 Datum publicatie 28-05-2002 Zaaknummer 648/2002 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:9831

ECLI:NL:GHARL:2015:9831 ECLI:NL:GHARL:2015:9831 Instantie Datum uitspraak 22-12-2015 Datum publicatie 31-12-2015 Zaaknummer 200.173.880 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 23-02-2017 Zaaknummer 04 5561763 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk procesrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 21-02-2012 Zaaknummer 372890 / HA ZA 11-458 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-01-2013 Datum publicatie 01-02-2013 Zaaknummer HD 200.054.815 KG Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBNHO:2015:6063 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 26-08-2015 Rechtbank Noord-Holland

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht ECLI:NL:GHSHE:2015:5019 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 03-12-2015 Datum publicatie 04-12-2015 Zaaknummer F 200 170 080_01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:199

ECLI:NL:RBAMS:2016:199 ECLI:NL:RBAMS:2016:199 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 02-02-2016 Zaaknummer C/13/572226 / HA ZA 14-903 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Intellectueel-eigendomsrecht

Nadere informatie

Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 van

Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 van Gemeente Haarlemmermeer Baan Kleef Aan DomJur 2008-432 Rechtbank Haarlem Zaak-/rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 en 151565 / KG ZA 08-641 Datum: 22 december 2008 Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2014:7352

ECLI:NL:RBZWB:2014:7352 ECLI:NL:RBZWB:2014:7352 Instantie Datum uitspraak 01-10-2014 Datum publicatie 28-01-2015 Zaaknummer 242982 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 15-07-2009 Datum publicatie 27-08-2009 Zaaknummer 259421 / HA ZA 08-2534 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15022017 Datum publicatie 16022017 Zaaknummer 5299499 cv expl 168008 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2015:3651

ECLI:NL:RBOVE:2015:3651 ECLI:NL:RBOVE:2015:3651 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 22072015 Datum publicatie 31072015 Zaaknummer C/08/172202 / KG ZA 15188 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2010:BM4387

ECLI:NL:GHSGR:2010:BM4387 ECLI:NL:GHSGR:2010:BM4387 Instantie Datum uitspraak 07-04-2010 Datum publicatie 02-06-2010 Zaaknummer 200.042.771 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:428 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:428 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:428 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 09-02-2016 Datum publicatie 16-02-2016 Zaaknummer 200.166.881/01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2004:AO4119

ECLI:NL:GHSHE:2004:AO4119 ECLI:NL:GHSHE:2004:AO4119 Instantie Datum uitspraak 27-01-2004 Datum publicatie 20-02-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch C0201298-RO Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2012:BY3780

ECLI:NL:GHARN:2012:BY3780 ECLI:NL:GHARN:2012:BY3780 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 27-09-2012 Datum publicatie 21-11-2012 Zaaknummer 200.099.306 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4659

ECLI:NL:CRVB:2016:4659 ECLI:NL:CRVB:2016:4659 Instantie Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 12-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1577 PW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2013:3051 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2013:3051 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2013:3051 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-09-2013 Datum publicatie 25-09-2013 Zaaknummer 200.124.455/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05 ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 14-12-2007 Zaaknummer 1659/05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 25-06-2007 Zaaknummer 0600267 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2011:BP5797

ECLI:NL:GHSHE:2011:BP5797 ECLI:NL:GHSHE:2011:BP5797 Instantie Datum uitspraak 15-02-2011 Datum publicatie 25-02-2011 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer HD 200.051.826 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:2181

ECLI:NL:GHSHE:2014:2181 ECLI:NL:GHSHE:2014:2181 Instantie Datum uitspraak 15-07-2014 Datum publicatie 16-07-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch HD 200.132.743_01 Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2013:856

ECLI:NL:RBOVE:2013:856 ECLI:NL:RBOVE:2013:856 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 12-06-2013 Datum publicatie 14-02-2014 Zaaknummer C/08/135142 / FA RK 13-161 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906

ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906 ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-09-2011 Datum publicatie 14-09-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 497590 / KG ZA 11-1292 MvW/JWR

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:2674

ECLI:NL:GHDHA:2016:2674 ECLI:NL:GHDHA:2016:2674 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 24-08-2016 Datum publicatie 13-09-2016 Zaaknummer 200.182.433/01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401

ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401 ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 15-09-2010 Datum publicatie 29-10-2010 Zaaknummer 127472 - HA ZA 06-1116 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 12-03-2014 Datum publicatie 20-03-2014 Zaaknummer C-17-129115- HA ZA 13-247 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 14072014 Datum publicatie 24072014 Zaaknummer C03192295 KG ZA 14318 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-06-2009 Datum publicatie 05-06-2009 Zaaknummer 256615 / HA ZA 08-21443 juni 2009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2009:BK7496

ECLI:NL:RBHAA:2009:BK7496 ECLI:NL:RBHAA:2009:BK7496 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 01-12-2009 Datum publicatie 23-12-2009 Zaaknummer 158430 - FA RK 09-1924 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 Instantie Datum uitspraak 20-11-2013 Datum publicatie 09-09-2014 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer C/12/85770 / HA ZA 12-259 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Op het downloaden en gebruik van dit model zijn onze Algemene Voorwaarden van toepassing.

Op het downloaden en gebruik van dit model zijn onze Algemene Voorwaarden van toepassing. HUWELIJKSVOORWAARDEN023FAMWEBVERSIE Model: akte van huwelijkse voorwaarden voor huwelijk Dit model gaat uit van: - het huwelijk wordt gesloten tussen een man en een vrouw; - zowel bij einde van het huwelijk

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2012:BY7476 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHLEE:2012:BY7476 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHLEE:2012:BY7476 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 11-12-2012 Datum publicatie 28-12-2012 Zaaknummer 200.115.609/01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht ECLI:NL:GHSHE:2015:272 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-01-2015 Datum publicatie 24-02-2015 Zaaknummer F 200.150.971-01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:3627

ECLI:NL:RBNHO:2017:3627 ECLI:NL:RBNHO:2017:3627 Instantie Datum uitspraak 04-05-2017 Datum publicatie 08-05-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer C/15/258178 / KG ZA 17-309 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240

ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240 ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 266642 / HA ZA 06-2184 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Ondergetekende: 1. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... 2. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... hierna te noemen 'partijen'

Ondergetekende: 1. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... 2. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... hierna te noemen 'partijen' Voorbeeld samenlevingscontract met verblijvingsbeding Dit samenlevingscontract is slechts een voorbeeld. U mag de inhoud van de overeenkomst natuurlijk inrichten zoals u wilt. Let op: als er sprake is

Nadere informatie