Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 20 augustus 1997, nr. 158

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 20 augustus 1997, nr. 158"

Transcriptie

1 Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 20 augustus 1997, nr. 158 Nr. 24 UITSPRAAK van de Raad voor de Scheepvaart inzake de klacht van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie, tegen kapitein M. Zwerver van de Nederlandse hopperzuiger Cornelia, wegens het op 12 november 1996 varen terwijl het schip een geringer vrijboord had dan volgens het Certificaat van Uitwatering was geoorloofd. Aangeklaagde: kapitein M. Zwerver Op 17 maart 1997 heeft het Hoofd van de Scheepvaartinspectie een klacht bij de Voorzitter van de Raad voor de Scheepvaart ingediend van de volgende inhoud: Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie, Gelezen: bijgaand proces-verbaal nr van Politie Rotterdam-Rijnmond, District Rivierpolitie, Basiseenheid Europoort/Grevelingen, gedateerd 3 december 1996, waarvan de Scheepvaartinspectie op 13 januari 1997 op de hoogte werd gesteld; Overwegende: dat uit het voornoemde proces-verbaal blijkt dat de kapitein van de Nederlandse hopperzuiger Cornelia, Melle Zwerver, geboren 23 februari 1942 te Winsum, met zijn schip, het motorschip Cornelia op 12 november 1996 heeft gevaren, terwijl het schip een geringer vrijboord had dan volgens het Certificaat van Uitwatering was geoorloofd; dat de kapitein zulks doende zich niet heeft gehouden aan de verplichting, zoals neergelegd in artikel 4, onder i, van de Schepenwet; Van oordeel: dat kapitein Melle Zwerver zich aldus schuldig heeft gemaakt aan misdraging als bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de Schepenwet; Gelet op: de reeds eerder genoemde artikelen en artikel 49 van de Schepenwet; Stelt aan de Raad voor de Scheepvaart voor een onderzoek in te stellen en kapitein M. Zwerver, voornoemd, te horen. ISSN Sdu Uitgevers, s-gravenhage

2 Een commissie uit de Raad voor de Scheepvaart, als bedoeld in artikel 29, derde lid, van de Schepenwet, besliste op 7 april 1997 dat de Raad een onderzoek zou instellen naar de gegrondheid van deze klacht. 1. Gang van het gehouden onderzoek De Raad nam kennis van de stukken van het voorlopig onderzoek, onder meer omvattende: een fotokopie van een proces-verbaal van de Politie Rotterdam-Rijnmond, District Rivierpolitie, Basiseenheid Europoort/Grevelingen, nr. PL17LO-12/11/ , opgemaakt en gesloten op 3 december 1996, met bijlagen; een fotokopie van een nota d.d. 11 februari 1997, kenmerk 97/332/SIKS, van het hoofd van de afdeling Koopvaardij van de Scheepvaartinspectie ing. T. Smit, aan de heer K.M. van der Velden van de afdeling Onderzoek Ongevallen van de Scheepvaartinspectie; een fotokopie van een brief d.d. 12 maart 1997, kenmerk SI/sio/260.97, van hoofd van de Scheepvaartinspectie ir. H.G.H. ten Hoopen, aan directeur K.G. van Nes, van Boskalis Oosterwijk BV; een fotokopie van stabiliteits- en sterkteberekeningen van het Nederlandse ms. Cornelia ; een fotokopie van een aanvullende verklaring van M. Zwerver, kapitein van het Nederlandse ms. Cornelia opgemaakt d.d. 25 april 1997; een fotokopie van een afbeelding met korte beschrijving van het Nederlandse ms. Cornelia. Het onderzoek heeft plaatsgevonden ter zitting van de Raad van 30 mei Voor het Hoofd van de Scheepvaartinspectie was ter zitting aanwezig de Inspecteur voor de Scheepvaart K.M. van der Velden. De Raad hoorde kapitein M. Zwerver van het ms. Cornelia als aangeklaagde. Kapitein M. Zwerver werd ter zitting bijgestaan door zijn raadsman mr. P. Blussé van Oud Alblas, advocaat te Rotterdam. Op verzoek van de aangeklaagde is door de Raad gehoord als getuige/deskundige: J. de Bruin, Hoofd Ontwikkeling en Ontwerp van het Koninklijke Boskalis Westminster-concern. De voorzitter zette de aangeklaagde, aan wie voormelde beslissing van 7 april 1997 was meegedeeld, doel en strekking van het onderzoek uiteen en gaf hem gelegenheid tot zijn verdediging aan te voeren en te doen aanvoeren, hetgeen hij dienstig achtte. De Inspecteur voor de Scheepvaart heeft het woord gevoerd. Aan de aangeklaagde en zijn raadsman is het recht gelaten het laatst te spreken. 2. Uit het voorlopig onderzoek blijkt het volgende: A. Het schip De Cornelia is een Nederlandse sleephopperzuiger, toebehorend aan Baggermaatschappij Boskalis te Papendrecht. Het schip is in 1981 gebouwd, is 112,56 meter 2

3 lang, meet 5.356,9 GT en wordt voortbewogen een motor met een vermogen van kw. B. De misdraging Aan de Politie Rotterdam-Rijnmond hebben zakelijk weergegeven verklaard: Kapitein M. Zwerver: Ik ben kapitein van de onder Nederlandse vlag varende hopperzuiger Cornelia. Het schip is eigendom van Baggermaatschappij Boskalis Papendrecht, maar vaart momenteel in opdracht van Boskalis Oosterwijk BV en het personeel wordt ook door Boskalis Oosterwijk BV gemanaged. Ik vaar regelmatig met de Cornelia buitengaats om werkzaamheden voor Rijkswaterstaat uit te voeren. Buitengaats zuigen wij het schip vol met zand en spuiten dit op in de achtste Petroleumhaven te Rotterdam. Het zand zuigen wij op ten zuiden van de lichtenlijn 112, op ongeveer een halve mijl vanaf de monding van de Nieuwe Waterweg tot ongeveer 5 mijl buitengaats. Ik ben zojuist vanaf deze locatie buitengaats gekomen en het schip lag nagenoeg gelijklastig afgeladen. Ik weet dat ik te veel geladen heb en daardoor een geringer vrijboord heb dan blijkens het Certificaat van Uitwatering geoorloofd is. U zegt dat dit ongeveer 79 centimeter geringer is. Maar ik vind dat de constructie van het schip dermate sterk is, dat ik hierbij niet het schip en de bemanning in gevaar heb gebracht. De uitdraai van de lading die ik u zojuist gaf is die van de zojuist ondernomen reis. Ik wens voor deze overtreding indien mogelijk een schikking. Directeur van Boskalis K.G. van Nes: Ik ben directeur van Boskalis Oosterwijk BV gevestigd te Rotterdam. Ons bedrijf staat ingeschreven in de Kamer van Koophandel en fabrieken voor Rotterdam en de Beneden-Maas. Ik ben als zodanig bevoegd de BV in strafzaken naar buiten te vertegenwoordigen. Voor mijn verklaring verwijs ik u naar mijn schriftelijke verklaring. Ik voeg hierbij aan toe dat wij de schippers niet verbieden om dieper te laden, mits de veiligheid van het schip en de bemanning niet in gevaar komt. 3. Het onderzoek ter zitting Ter zitting van de Raad heeft aanvullend verklaard: Kapitein M. Zwerver: De ambtenaren van de Scheepvaartinspectie hadden al eerder, toen zij voor controles en inspectie aan boord waren, kunnen constateren dat wij vaker dieper waren afgeladen dan volgens het baggermerk was toegestaan. Direct nadat wij afgeladen waren, lag het schip iets dieper dan de deklijn; wij lagen 3

4 dus zo n 10 cm dieper dan het binnenmerk. Onmiddeliijk nadat wij hebben gezogen vloeit het water dat nog op het zand ligt weer weg; dit wegvloeien duurt een paar minuten. Wij beginnen de terugreis naar de stort nadat het water is weggevloeid. Zodra wij in het Beerkanaal komen, nemen wij weer water in, en wel in de voorpiek om de kop dieper te laten liggen en op het zand om dit beter verpompbaar te maken. Ik laat u op de door u getoonde foto en tekening zien, waar het baggermerk op de Cornelia is aangebracht. Er is geen overleg geweest tussen de kapiteins en de technische dienst van Boskalis geweest over de mogelijkheid om dieper af te laden dan het baggermerk. Ik was wel op de hoogte van sterkte- en stabiliteitsberekeningen, die aangaven dat er dieper afgeladen kon worden dan het baggermerk. Getuige/deskundige J. de Bruin: In samenwerking met de Scheepvaartinspectie en de klassebureaus is de baggerindustrie ongeveer dertig jaar geleden gekomen tot regelgeving voor baggerschepen, waarbij onder meer het vrijboord kon worden gereduceerd door middel van het plaatsen van een baggermerk. Nadien heeft de baggerindustrie zich in technisch opzicht heel erg ontwikkeld, als gevolg van globalisering en internationalisering. Zo zijn bijvoorbeeld de baggerschepen veel groter en sterker geworden, wat de veiligheid van die schepen ten goede komt. Zes jaar geleden is een werkgroep gevormd, waarmee opnieuw begonnen werd om nieuwe grenzen vast te stellen; de baggerindustrie loopt daarin voorop. Met de klassebureaus is vervolgens overleg gestart om het vaargebied waarbinnen het baggermerk toegepast mag worden te vergroten. Drie jaar geleden is er contact gezocht met de Scheepvaartinspectie om te bezien of het baggermerk naar boven kon worden verplaatst, rekening houdend met de ruimte in het scheepsontwerp. Wat de verplaatsing van het baggermerk betreft was het niet de bedoeling van de baggerindustrie dat de kritische grens van de stabiliteit zou worden benaderd. Ik laat u op de door mij gemaakte diagrammen zien dat de stabiliteit van de Cornelia niet in gevaar is geweest. De Cornelia heeft, wat oppervlakte in de tekening betreft, de omvang van de stabiliteit die drie à vier keer zo groot is als de stabiliteit van een normaal schip van deze grootte. Pas bij 20 cm water aan dek wordt de door de Scheepvaartinspectie vereiste minimum waarde van de stabilieit benaderd. Voor de binnenwateren is het schip door de Scheepvaartinspectie goedgekeurd op een binnenmerk van een waterlijn bijna aan dek. Ook wat sterkte betreft is de Cornelia niet in de kritische zone van de ontwerpnorm gekomen. Op de door mij gemaakte tekeningen met betrekking tot de relatie tussen sterkte en belading toon ik u enkele parameters waaruit dit blijkt. Ik geef toe dat de Scheepvaartinspectie door middel van een brief d.d. 12 maart 1997, kenmerk SI/sio/ te kennen heeft gegeven dat er niet dieper afgeladen mag worden dan het huidige baggermerk. Omdat de baggerindustrie echter in de praktijk in technische zin, dat wil zeggen in ontwerp en bouw van baggerschepen, vooruit loopt op de wetgeving, zou ik graag zien dat er nog dit jaar een nieuwe regeling voor de plaatsing van het baggermerk tot stand komt. Ik ben er namelijk van overtuigd dat, gezien de huidige technische ontwikkelingen en bouwwijze, het mogelijk is om het baggermerk naar boven te verplaatsen. Ik vermoed dat het nieuwe 4

5 baggermerk tussen de 67% en de 75% van de afstand tussen het Plimsollmerk en de deklijn zal kunnen komen te liggen, dus zo n reductie van ongeveer 70% van het internationale vrijboord, in plaats van de huidige 50%. Het is een principekwestie of je daar nu al in de praktijk op mag vooruitlopen. Ik geef toe dat de Cornelia op 12 november 1996 ook dieper dan dit nieuwe baggermerk zou zijn beladen. Voor het maken van officiële berekeningen maken wij gebruik van externe consultants. Deze voeren de berekeningen uit op onze aanwijzingen. De huidige procedure is, dat deze berekeningen dan worden voorgelegd aan de klassebureaus en de Scheepvaartinspectie. De klassebureaus zijn via de eerder genoemde werkgroep wel betrokken bij het maken van de nieuwe berekeningen, evenals de Scheepvaartinspectie. Ten behoeve van deze zitting heb ik bovendien zelf nog een aantal berekeningen uitgevoerd, uitgaande van de situatie van de Cornelia op 12 november De stabiliteit is een zaak van de Scheepvaartinspectie. Toen wij destijds eigenaar van dit schip werden, zijn wij akkoord gegaan met de toenmalige stabiliteitsberekeningen en de plaats van het baggermerk. De laatste tien jaar zijn wij begonnen om de meeste schepen door te lichten op sterkte en stabiliteit op een vrijboord van 0 cm. Wij gaan hierbij verder dan de minimum eisen van de Scheepvaartinspectie. Zo houden wij bijvoorbeeld niet alleen rekening met de statische stabiliteit, maar ook met een stukje dynamische stabiliteit, zoals de stabiliteit in golven. Dit zijn interne berekeningen, die bijvoorbeeld ook gebruikt worden om de kapiteins meer inzicht te geven. De berekeningen worden nog niet voorgelegd aan andere instanties, omdat de wetgeving nog niet is aangepast. Ik ben van mening dat de Cornelia in dit geval, aangenomen dat de overige gebruikelijke voorzorgen, zoals droge bilges, waterdichte deuren gesloten en dergelijke, in acht zijn genomen, op geen enkele wijze in de gevarenzone is gekomen. 4. Het standpunt van de Inspecteur Een afschrift van het proces-verbaal opgemaakt door de Politie Rotterdam-Rijnmond, afdeling Rivierpolitie, betreffende het vermoedelijk overladen van de sleephopperzuiger Cornelia was de aanleiding tot het initiëren van een klacht tegen kapitein Zwerver wegens overtreding van artikel 4, lid i, van de Schepenwet. Uit het onderzoek is gebleken dat het ms Cornelia op 12 november 1996 buitengaats heeft geladen en gevaren; de gemiddelde diepgang bij einde zuigen bedroeg circa 8,45 meter. Bij die diepgang staat het water op het dek. De diepgang op het baggermerk bedraagt 7,46 meter; hetgeen een overlading van ruim 1900 ton inhoudt. In de Europahaven werd door de Politie eveneens geconstateerd dat het water over de gangboorden stroomde. Volgens de kapitein was er zowel bij het laden als bij het varen in de Europahaven sprake van water op de lading, in verband met het vloeibaar houden van de lading. Het schip lag en voer derhalve ruim over haar baggermerk; het overladen werd door de kapitein niet betwist. Opmerkelijk in het onderzoek zijn de verklaringen van de kapitein dat de constructie dermate sterk is, dat hij het schip en de bemanning niet in gevaar heeft gebracht en de zinsnede in de brief van directeur Van Nes, van Boskalis Oosterwijk 5

6 bv, dat het bedrijf schippers niet verbiedt om dieper af te laden, mits de veiligheid van het schip en de bemanning niet in gevaar komt, dat het hem niet verbaast dat het ms Cornelia over haar merk is beladen en weet dat dat regelmatig gebeurt. Ik moet daaruit opmaken dat er geen respect is voor de wettelijke normen en onvoldoende inzicht bestaat over het Plimsoll- en baggermerk. Voor de vaststelling van het baggermerk zijn de sterkte, de stabiliteit en de uitrusting van het schip mede bepalend; het kunnen storten van de lading is een voorwaarde. De goedgekeurde bescheiden, stabiliteitsgegevens en certificaten, geven slechts berekeningen tot een maximale diepgang van 7,46 meter. Overschrijding van deze criteria brengt het schip en de bemanning in gevaar. Ik kom tot de conclusie dat de klacht tegen kapitein Zwerver gegrond is. Hij heeft zich ernstig misdragen door het bewust overtreden van artikel 4, lid i, van de Schepenwet. De kapitein is direct verantwoordelijk voor de veiligheid van schip en bemanning en het naleven van de wettelijke bepalingen. Ik stel voor kapitein Zwerver te straffen door hem de bevoegdheid om te varen als kapitein te ontnemen voor de periode van twee weken, hierbij is rekening gehouden met de verklaring dat de kapitein sedert het proces-verbaal niet meer dieper aflaadt. Gezien eerdere uitspraken van de Raad ter zake het overladen van sleephopperzuigers mag duidelijk zijn dat van gedoogbeleid of gewoonterecht geen sprake is. De uitspraken werden ruim onder de aandacht gebracht van de bedrijfstak en de media, waaronder de Vereniging van Waterbouwers in bagger-, kust- en oeverwerken. Ik stel vast dat dit in mei 1996 ook bij het Koninklijke Boskalis-Westminster concern bekend was. Op verzoek van de bedrijfstak werd na de uitspraak over het te diep afladen van het ms Poseidon (Uitspraak no.5/1996) de wens geuit voor een grotere reductie van het vrijboord dan de in richtlijn 28 gehanteerde maximum reductie van 50%. Het Directoraat Scheepvaart en Maritieme Zaken heeft een werkgroep geïnstalleerd, waaraan de heer J. de Bruin van het Koninklijke Boskalis-Westminster concern deelneemt. De eerder gememoreerde uitspraken van rederijzijde zijn daarom des te opmerkelijker. Juist na de uitspraak inzake het ms Poseidon en het kapseizen van de sleephopperzuiger Spauwer (november 1995) mocht van de rederij een meer op de veiligheid en wettelijke normen gericht beleid worden verwacht. Het is de taak van de rederij de kapitein te instrueren en te wijzen op onveilig en onwettig handelen. De rederij heeft door haar handelen direct meegewerkt aan het in gevaar brengen van de bemanning en het schip. Met betrekking tot de eerder genoemde werkgroep kan ik meedelen dat mede uit het onderzoek naar het kapseizen van het ms Spauwer tekortkomingen in Richtlijn 28 Bijzondere voorschriften baggermaterieel werden geconstateerd die herziening wenselijk maakten; dit naast de wens van de bedrijfstak voor een grotere reductie van het vrijboord. Aan het overleg wordt deel genomen door vertegenwoordigers van de Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust en Oeverwerken (VBKO), Bureau Veritas en de Scheepvaartinspectie. Gezien de koppeling van het Certificaat van Uitwatering aan internationale regelgeving en het behouden van het regionale concurentieniveau, was deelname van de autoriteiten van België, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Frankrijk wenselijk. Het betreft een totale herziening van de bestaande richtlijn. Er wordt naar gestreefd dit voor het eind van dit jaar af te 6

7 ronden; het resultaat is afhankelijk van de constructieve opstelling van alle partijen. Vooraf is gesteld dat vooruitlopend op het onderzoek en een nieuwe richtlijn geen rechten kunnen worden ontleend; ook niet aan de uitkomsten van de berekeningen voor het ms Cornelia, en al zijn die de bemanning bekend. Behalve stabiliteit zijn nog een aantal andere aspecten van invloed op de bepaling van een vrijboordreductie, de brief van 20 juni 1996 van de heer Langebaerd, hoofd van de afdeling Koopvaardij van de Scheepvaartinspectie is mijns inziens duidelijk. Er mag derhalve niet worden gevaren op een grotere diepgang dan welk volgens het uitwateringscertificaat is toegestaan. 5. Het oordeel van de Raad Toedracht Op dinsdag 12 november 1996, omstreeks uur, surveilleerde de bemanning van een politievaartuig van de Politie Rotterdam-Rijnmond, District Rivierpolitie, Basiseenheid Europoort/Grevelingen, in het Beerkanaal te Rotterdam. Via het marifoonkanaal 3 (sector Maasmond) hoorde men dat een schip, de Cornelia genaamd, zich meldde vanaf zee en als bestemming de Europahaven opgaf. Om uur zagen zij de hopperzuiger Cornelia vanuit zee het Beerkanaal en vervolgens de Europahaven invaren. De hopperzuiger Cornelia is eigendom van de baggermaatschappij Boskalis Papendrecht en voer nu in opdracht van Boskalis Oosterwijk B.V. Zij zagen dat de Cornelia tot aan het hoofddek beladen was en wel zodanig dat zowel aan bakboord- als aan stuurboordzijde het water over de gangboorden spoelde. De vaart van de Cornelia bedroeg ongeveer 4 knopen. De hopperzuiger voer achter in de Europahaven tegen het strand op en begon vervolgens, via een persleiding op het voorschip, de lading zand te lossen. De Cornelia had deze lading zand op een locatie 1 tot 5 kilometer ten westen van de Noorderpier van Hoek van Holland gewonnen. Volgens het Certificaat van Uitwatering van de Cornelia valt de deklijn samen met het stalen hoofddek en diende het vrijboord op het baggermerk, ten opzichte van deze deklijn, voor zoet en zout water respectievelijk 78,3 en 94,9 cm te zijn. De Cornelia was dus op het moment dat zij, van buitengaats komend door de politie geobserveerd, ten minste 78,3 cm overbeladen. De politie beschikte niet over middelen om het soortelijk gewicht van het water in de Europahaven op dat moment te meten. De kapitein gaf tijdens het onderzoek van de politie aan boord van de Cornelia toe dat hij te veel geladen had, maar dat hij hierbij zijn schip en bemanning niet in gevaar gebracht had omdat de Cornelia voldoende sterk en stabiel was om dieper af te laden. Berekeningen uitgevoerd door de afdeling Ontwikkeling en Ontwerp van het Koninklijke Boskalis Westminster-concern gaven dit volgens hem aan. In een later stadium verklaarde de kapitein dat hij tijdens zijn vele jaren dat hij in dienst was van de baggermaatschappij Boskalis, nooit anders had meegemaakt, dan dat de zeegaande hopperzuigers dieper werden beladen dan tot op het baggermerk. Hij was van mening dat er door de Scheepvaartinspectie en de Politiediensten een 7

8 gedoogbeleid voor het overbeladen van hopperzuigers werd gevoerd. De recente uitspraken van de Raad voor de Scheepvaart waren hem op 12 november 1996 niet bekend. Op het moment dat de politieboot in de Europahaven langszij de Cornelia kwam, had de kapitein reeds water op de lading gepompt om de lading te kunnen verpompen en had hij tevens de voorpiek volgepompt om het lossen te vereenvoudigen. Deze inname van water resulteerde volgens hem in een extra inzinking van het schip van 20 cm en van 25 cm van de boeg. Dit was een van de redenen waarom het schip zo diep lag. Het extra water werd ingenomen toen men het Beerkanaal invoer. De verbalisanten zagen echter dat de Cornelia, tot aan de deklijn geladen, het Beerkanaal kwam invaren. De Cornelia kwam van buitengaats en diende een vrijboord te hebben, afhankelijk van het soortelijk gewicht van het water ter plaatse, van ten minste 78,3 cm. Voor het Hoofd van de Scheepvaartinspectie was deze overschrijding van tenminste 78,3 cm van het toegestane vrijboord aanleiding om een klacht bij de voorzitter van de Raad voor de Scheepvaart in te dienen tegen de kapitein van de Cornelia, omdat deze door met een geringer vrijboord te varen dan volgens het Certificaat van Uitwatering was geoorloofd, zich niet heeft gehouden aan de verplichting zoals neergelegd en artikel 4, onder i, van de Schepenwet en zich aldus schuldig heeft gemaakt aan misdraging als bedoeld in artikel 48, eerste lid van de Schepenwet. Beschouwing De kapitein van de Cornelia, leeftijd 55 jaar, mag beschouwd worden als een ervaren zeeman en een goed kapitein. Al op zeer jonge leeftijd was hij werkzaam in de kustvaart, alwaar hij vier jaar als kapitein dienst heeft gedaan. In 1975 is hij bij het bedrijf Boskalis in dienst getreden als tweede schipper en heeft sedert 1981 als kapitein dienst gedaan op de hopperzuigers van dit bedrijf. Sedert 1993 is hij de vaste afloskapitein op de Cornelia. Hij kende het schip dus goed. Door de afdeling Ontwikkeling en Ontwerp van het Koninklijke Boskalis Westminster-concern zijn, mede in verband met een eventuele herziening van richtlijn 28 Bijzondere voorschriften baggermaterieel sterkte- en stabiliteitsberekeningen gemaakt voor een diepgang groter dan de bij de nieuwbouw berekende sterktediepgang. Voor een eventuele herziening van richtlijn 28 Bijzondere voorschriften Baggermaterieel heeft het Directoraat-Generaal Scheepvaart en Maritieme Zaken een werkgroep ingesteld, waarin deelnemen de Scheepvaartinspectie, de Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust- en Oeverwerken en Bureau Veritas. Het Engelse Marine Safety Agency, de Belgische Zeevaartpolitie en vertegenwoordigers van de Belgische baggerindustrie en belangstellenden uit Duitsland en Frankrijk zijn geïnteresseerd, en deelname van deze partijen is wenselijk gezien de koppeling van het Certificaat van Uitwatering aan de internationale regelgeving. Berekeningen omtrent sterkte en stabiliteit gedaan door leden van deze werkgroep, dienen uitsluitend gezien te worden als informatiemateriaal voor een eventuele aanpassing van richtlijn 28 en rechten mogen hier zeker niet aan ontleend worden. Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie heeft dit per brief nog eens duidelijk aan de directie van Boskalis Oosterwijk B.V. kenbaar gemaakt. 8

9 Zolang bovengenoemde richtlijn niet is aangepast dient het geldende Certificaat van Uitwatering gerespecteerd te worden. Bij de nieuwbouw van de Cornelia werd door het Klassebureau een sterktediepgang bepaald van 7,463 meter. Gebaseerd op deze berekening en de door de Scheepvaartinspectie goedgekeurde stabiliteitsberekening werd een reductie op het zomervrijboord gegeven van 50 procent. Deze reductie het baggermerk wordt, onder voorwaarden, door de Scheepvaartinspectie via het Certificaat van Uitwatering verleend. Afladend op het baggermerk diende de kapitein aan boord van de Cornelia zich te houden aan een vrijboord van 94,9 cm in zout water en 78,3 cm in zoet water. De afdeling Ontwikkeling en Ontwerp van het Boskalis Westminster-concern heeft berekeningen gemaakt, voor zowel de stabiliteit als de sterkte van de Cornelia. Voor de sterkteberekening is men uitgegaan van een vrijboord van 0 cm en men kwam tot de conclusie dat het schip in die beladingstoestand bij een golfhoogte van 0,8 meter en 3 mijl uit de kust, op het door het Klassebureau bepaalde maximale toelaatbare niveau bleek te liggen. Ook is, volgens deze afdeling, de stabiliteit bij 0 cm vrijboord voldoende, waarbij nog enige reserve aanwezig is voor een hogere ligging van het zwaartepunt, zoals zich dat op veel schepen in de loop der jaren voltrekt door het aanbrengen van extra apparatuur en dergelijke zaken. Als vuistregel kan men stellen dat als het schip voldoet aan de voorwaarden gesteld in richtlijn 28 Bijzondere voorschriften voor Baggermaterieel, men voor de plaatsing van het baggermerk een reductie kan krijgen van 50 procent van het internationale vrijboord. Bij de onderhandeling voor een eventuele aanpassing van deze richtlijn wordt bekeken of, gezien de huidige technische ontwikkelingen en bouwwijze van de moderne hopperzuigers, de mogelijkheid bestaat om het baggermerk naar boven te verplaatsen. Het hoofd van de afdeling Ontwikkeling en Ontwerp voor het Koninklijke Boskalis Westminster-concern, de heer J. de Bruin, gaat uit van een extra reductie van ongeveer 20 procent, zodat het baggermerk op ongeveer 70 procent van de afstand tussen het Plimsollmerk en de deklijn zal kunnen komen te liggen. De Raad is van oordeel dat de sterkteberekeningen alleen geaccepteerd kunnen worden na waarmerking door een klassebureau en de stabiliteitsberekeningen na goedkeuring door de Scheepvaartinspectie. Het Hoofd van de Afdeling Koopvaardij van de Scheepvaartinspectie zet kanttekeningen bij de stabiliteitsberekeningen en heeft dit de betrokken partijen laten weten. De stabiliteitsberekeningen, gebaseerd op een onbeschadigde toestand van het schip zijn niet voldoende volgens deze functionaris. Met een groot aantal andere aspecten dient rekening gehouden te worden, zoals onder meer reservedrijfvermogen, boeghoogte, lekstabiliteitseisen, risico s van waterovername en overbelading en weers- en zeecondities. De heer De Bruin is wat betreft de stabiliteitsberekeningen uitgegaan van een soortelijk gewicht van de lading van 1,90 t/m 3. Het bevreemdt de Raad dat men niet van een soortelijk gewicht van 2,1 t/m 3 is uitgegaan. Het laden van zwaarder zand heeft een grote rol gespeeld bij de ramp van de Spauwer. De kapitein van de Cornelia was door zijn rederij op de hoogte gesteld van de gemaakte berekeningen en heeft zelf daar zijn conclusies uit getrokken. 9

10 Dat er geen gedoogbeleid ten aanzien van deze materie bestaat had deze ervaren kapitein moeten weten. De uitspraken van de Raad, handelend over het overschrijden van het toegestane vrijboord door baggervaartuigen laten duidelijk het tegendeel zien en werden ruim onder de aandacht van de bedrijfstak gebracht. Ook de ramp met de Spauwer zal de kapitein niet ontgaan zijn. De Raad is van oordeel dat de klacht van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie gegrond is. De staat van dienst van de kapitein is van invloed geweest op de hoogte van de strafmaatregel. Ook is de Raad van oordeel dat de kapitein door de berekeningen, gemaakt door de rederij, misleid is. De Raad wil er echter op wijzen dat een kapitein zijn eigen verantwoordelijkheid heeft en daarnaar dient te handelen en de Raad zal in de toekomst niet aarzelen de vaarbevoegdheid van kapiteins die te diep afladen, voor een bepaalde tijd in te trekken. Beslissing De Raad straft kapitein Melle Zwerver, geboren 23 februari 1942 te Winsum, wegens het niet nakomen van de verplichting zoals neergelegd in artikel 4, onder i, van de Schepenwet door het te zijnen aanzien uitspreken van een berisping. Lering 1. Wederom moet de Raad er op wijzen dat van een gedoogbeleid ten aanzien van het overschrijden van het toegestane vrijboord voor baggerschepen geen sprake is. Het baggermerk is en blijft een veiligheidsmerk. Ook de onderhandelingen voor een eventuele aanpassing van richtlijn 28 Bijzondere voorschriften voor Baggermaterieel doen hier geen afbreuk aan. 2. Het beleid van een rederij dient gericht te zijn op veiligheid en het naleven van de wettelijke normen. Het is de taak van de rederij hun kapiteins hierop te wijzen en controle uit te oefenen op de naleving hiervan. Aldus gedaan door mr. U.W. baron Bentinck, voorzitter, R.M. Heezius en L.J. de Graaff, leden, in tegenwoordigheid van s Raads secretaris mr. D.J. Pimentel, en uitgesproken door de voorzitter ter openbare zitting van de Raad van 30 mei (get.) U.W. Bentinck, D.J. Pimentel 10

Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 9 april 1997, nr. 68

Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 9 april 1997, nr. 68 Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van woensdag 9 april 1997, nr. 68 Nr. 10 UITSPRAAK van de Raad voor de Scheepvaart inzake de klacht van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie tegen kapitein

Nadere informatie

Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van Woensdag 23 juli 1997, nr. 138

Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van Woensdag 23 juli 1997, nr. 138 Bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant van Woensdag 23 juli 1997, nr. 138 Nr. 21 UITSPRAAK van de Raad voor de Scheepvaart inzake de klacht van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie, tegen kapitein

Nadere informatie

betreft: [klager] datum: 8 september 2014

betreft: [klager] datum: 8 september 2014 nummer: 14/794/GA betreft: [klager] datum: 8 september 2014 De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat

Nadere informatie

Rapport. Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/091

Rapport. Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/091 Rapport Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/091 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Directeur van de Voedsel en Waren Autoriteit van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hem

Nadere informatie

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM 10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM Risicodragende projectontwikkeling via echtgenote. Verantwoordelijkheid als leidinggevende. De

Nadere informatie

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Beschikking van 7 september 2004 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met zaaknummer 28.2003 van: [ ], wonende te [ ],

Nadere informatie

UITSPRAAK 1 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR. 2015.V3-LEAH

UITSPRAAK 1 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR. 2015.V3-LEAH UITSPRAAK 1 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR. 2015.V3-LEAH Op het verzoek van: verzoeker de Minister van Infrastructuur en Milieu, te s Gravenhage, gemachtigde: ing. M. Schipper,

Nadere informatie

PROCEDURE VOOR DE UITGIFTE VAN HET CERTIFICAAT VAN GOEDKEURING

PROCEDURE VOOR DE UITGIFTE VAN HET CERTIFICAAT VAN GOEDKEURING HOOFDSTUK 1.16 PROCEDURE VOOR DE UITGIFTE VAN HET CERTIFICAAT VAN GOEDKEURING 1.16.1 Certificaat van Goedkeuring 1.16.1.1 Algemeen 1.16.1.1.1 Droge lading schepen die gevaarlijke goederen in grotere hoeveelheden

Nadere informatie

S50628. 200504781/1 Datum uitspraak: 28 juni 2005 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen:

S50628. 200504781/1 Datum uitspraak: 28 juni 2005 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: 200504781/1 Datum uitspraak: 28 juni 2005 S50628 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK en Uitspraak in het geding tussen: H.C. Bremer, wonend te Amsterdam, appellant, de Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap

Nadere informatie

DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN

DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN Inleiding. Nico Biesmans, Magistraat-assessor Provinciale Raad van Antwerpen Bij de oprichting van de Orde der Geneesheren heeft de wetgever het toezicht

Nadere informatie

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K Inzake de klacht van [Klaagster BV], gevestigd te [gemeente] aan de [adres], hierna te noemen klaagster,

Nadere informatie

Voorlopig onderzoek naar de gronding van ms Zhen Hua 10 Europoort, 2 februari 2008

Voorlopig onderzoek naar de gronding van ms Zhen Hua 10 Europoort, 2 februari 2008 Datum Voorlopig onderzoek naar de gronding van ms Europoort, 2 februari 2008 2 van 12 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Feitelijkheden 4 2.1 Het schip en de bemanning 4 2.2 Reisgegevens 5 2.3 Het onderzoek

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 15 637 Casinospelen Nr. 2 Het vroegere stuk is gedrukt in de zitting 1978-1979 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de heer Voorzitter

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001320 200700456/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma Chinees Japans Specialiteitenrestaurant A., gevestigd

Nadere informatie

Rapport. Datum: 16 juli 1998 Rapportnummer: 1998/285

Rapport. Datum: 16 juli 1998 Rapportnummer: 1998/285 Rapport Datum: 16 juli 1998 Rapportnummer: 1998/285 2 Klacht Op 12 juni 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer ing. V. te 's-gravenhage, met een klacht over een gedraging van

Nadere informatie

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015.

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015. ECLI:NL:RBROT:2015:7773 Instantie: Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak: 29-10-2015 Datum publicatie: 02-11-2015 Zaaknummer: 11/870399-12.ov Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 Rapport Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 2 Klacht Op 8 maart 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw M. te Rotterdam, met een klacht over een gedraging van de Belastingdienst/Douane,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 Rapport Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 2 Klacht Verzoeker, een Afghaanse asielzoeker, klaagt over de lange duur van de behandeling door de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN)

REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN) REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN) Begripsomschrijvingen Artikel 1 In dit reglement wordt

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 275 Besluit van 18 mei 1995, houdende vaststelling van maatstaven die bij het in artikel 7a, eerste lid, van de Wet opneming buitenlandse pleegkinderen

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL. van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende,

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL. van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende, Kenmerk: 2129/88 LJ GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende, tegen de uitspraak van de Inspecteur

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE --- [Met de scheepvaartcontrole belaste dienst] REGISTER VAN LAAD- EN LOSGEREI

KONINKRIJK BELGIE --- [Met de scheepvaartcontrole belaste dienst] REGISTER VAN LAAD- EN LOSGEREI III. Certificaten en register voor laad- en losgerei 1. Register van laad- en losgerei (Omslagblad) MOD 1 Register nr...... Naam van het schip... Roepnaam... Thuishaven... Naam van de eigenaar... KONINKRIJK

Nadere informatie

38350 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

38350 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 38350 MONITEUR BELGE 17.07.2003 BELGISCH STAATSBLAD HOOFDSTUK VI. Slotbepalingen Art. 9. Het Besluit ontheffing loodsplicht Scheldereglement wordt ingetrokken. Art. 10. Dit besluit treedt in werking met

Nadere informatie

CR 12/2424 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

CR 12/2424 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. CR 12/2424 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Onderhandelingsperikelen. Onjuiste beeldvorming over positie veroorzaakt. Vertrouwen

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278

ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278 ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278 Instantie Datum uitspraak 02-12-2008 Datum publicatie 23-12-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-3504 WWB + 07-3505

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2006.3260 (086.06) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

UITSPRAAK 4 VAN 2011 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR V7 HERCULUS ZK 65

UITSPRAAK 4 VAN 2011 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR V7 HERCULUS ZK 65 UITSPRAAK 4 VAN 2011 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR. 2010.V7 HERCULUS ZK 65 Op verzoek van: verzoeker de Minister van Verkeer en Waterstaat (thans de Minister van Infrastructuur

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242 Rapport Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, regio Zuid te Eindhoven hem niet heeft geïnformeerd over het positieve

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257 Rapport Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257 2 Klacht Op 3 november 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer O. te 's-hertogenbosch, met een klacht over een gedraging van

Nadere informatie

Taxatie. Te hoge waardering. Reden van taxatie en hoogte van waardering. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Taxatie. Te hoge waardering. Reden van taxatie en hoogte van waardering. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: 10-514 RvT Zwolle DE RAAD VAN TOEZICHT ZWOLLE VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM. -------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2012/07/ / 29 AUGUSTUS 2012

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2012/07/ / 29 AUGUSTUS 2012 1 KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2012/07/ / 29 AUGUSTUS 2012 Inzake :..., wonende te, bijgestaan door..., advocaat te, Verzoekende partij Tegen:,..., te, vertegenwoordigd door, algemeen

Nadere informatie

DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM.

DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM. DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM. Klacht over eigen aankoopmakelaar: asbest in aangekochte woning. Bouwkundige keuring aangeraden. Klager

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1951 No. 24 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1951 No. 24 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken 1 (1946) No. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1951 No. 24 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken A. TITEL Verdrag inzake het diploma van bekwaamheid

Nadere informatie

Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld.

Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld. Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld. Klaagster en haar partner gaan uit elkaar. In dat kader moet de gezamenlijke woning worden verkocht. Als na geruime tijd geen verkoop

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er in vervolg op zijn bij de Nationale ombudsman op 5 februari 2008 ingediende klacht over dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) Rotterdam in het

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077

Rapport. Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077 Rapport Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077 2 Klacht Op 14 oktober 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer M. te Assen, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2003.1733 (052.03) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 31 409 Zee- en binnenvaart Nr. 126 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld op 31 oktober 2016 De vaste commissie voor Infrastructuur en

Nadere informatie

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie. Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie. Klager heeft een woning gekocht die beklaagde in verkoop had. In de verkoopdocumentatie van beklaagde werd vermeld dat de

Nadere informatie

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2012/157/, Inzake : de heer, wonende te, bijgestaan door Mter, advocaat te,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2012/157/, Inzake : de heer, wonende te, bijgestaan door Mter, advocaat te, 1 KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2012/157/, Inzake : de heer, wonende te, bijgestaan door Mter, advocaat te, Verzoekende partij Tegen : het,,, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Hybride voortstuwing sloep met ballen

Hybride voortstuwing sloep met ballen Hybride voortstuwing sloep met ballen Sloep met ballen is een overnaads geklonken aluminium reddingssloep van 8,25 m met een gewicht van circa 2500 kilo. Voor deze sloep ben ik op zoek naar een hybride

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de scheepvaartregelgeving aan de mogelijkheden van geautomatiseerd varen

Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de scheepvaartregelgeving aan de mogelijkheden van geautomatiseerd varen Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de scheepvaartregelgeving aan de mogelijkheden van geautomatiseerd varen DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming

Nadere informatie

CBE-1142 (030)

CBE-1142 (030) CBE-1142 (030) 253 1745 6 april 2004 beroep A. UITSPRAAK Het College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van: A.,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:4588

ECLI:NL:RBROT:2017:4588 ECLI:NL:RBROT:2017:4588 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 23-05-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 10/740469-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

vast te stellen de navolgende Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt

vast te stellen de navolgende Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Hefpunt, overwegende dat: - het in het kader van de Sectorale Arbeidsvoorwaardenregeling Waterschapspersoneel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 december 2004 Rapportnummer: 2004/489

Rapport. Datum: 23 december 2004 Rapportnummer: 2004/489 Rapport Datum: 23 december 2004 Rapportnummer: 2004/489 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de gemeente Tilburg zijn verzoek om vergoeding van de kosten die hij heeft gemaakt in verband met een verstopping

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar 2002 2003 Nr. 152 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar 2002 2003 Nr. 152 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2002 2003 Nr. 152 28 771 Protocol van 1996 bij het Koopvaardijverdrag (minimumnormen), 1976 (aangenomen door de Internationale Arbeidsconferentie in haar vierentachtigste

Nadere informatie

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling.

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Klagers hebben een woning gekocht die beklaagde in verkoop had. Voordat de woning aan klagers verkocht werd, was met andere gegadigden ook al een koopovereenkomst

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET

Nadere informatie

11-521 RvT Zwolle. Taxatie als deskundige. Noodzaak van plaatselijke bekendheid.

11-521 RvT Zwolle. Taxatie als deskundige. Noodzaak van plaatselijke bekendheid. 11-521 RvT Zwolle DE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM. -------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Overwegende dat de inspecteur het verschuldigde griffierecht tijdig heeft

Overwegende dat de inspecteur het verschuldigde griffierecht tijdig heeft HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Eerste Enkelvoudige Belastingkamer. Gezien het beroepschrift ingediend door Y te Z namens X te Z, ingekomen ter griffie op 29 april 1982 onder nummer 2344/82 en gericht tegen

Nadere informatie

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. CR 11/2408 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Onvoldoende inzicht in gedachtegang bij taxatie. Bezwaar tegen kostenveroordeling bij

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant,

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, Raad vanstate 200700246/1. Datum uitspraak: 6 juni 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, tegen de uitspraak in zaak

Nadere informatie

Rapport. Datum: 15 april 2005 Rapportnummer: 2005/121

Rapport. Datum: 15 april 2005 Rapportnummer: 2005/121 Rapport Datum: 15 april 2005 Rapportnummer: 2005/121 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit: - bij de afhandeling van zijn klacht van 18 november 2002

Nadere informatie

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed.

Daarmee was de schriftelijke behandeling van de klacht gereed. 13-16 RvT Amsterdam Informatie aan niet-opdrachtgever. Oppervlakte woning. Klager heeft in 2006 een woning gekocht. Klager verwijt de makelaar van de verkoper dat hij in de verkoopbrochure heeft vermeld

Nadere informatie

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen.

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen. Onderwerp Uitspraak RvS inzake wijzigingsbesluit Duinweg 56 Collegevoorstel Zaaknummer: OLOGMM27 Inleiding Op 30 november 2010 heeft uw college besloten het wijzigingsbesluit Duinweg 56, Drunen vast te

Nadere informatie

Artikel 1 1. Artikel 2

Artikel 1 1. Artikel 2 WET van 6 april 1956 strekkende tot vaststelling van bouwvoorschriften (G.B. 1956 no. 30), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij G.B. 1957 no. 67, G.B. 1972 no. 96, S.B. 1980 no. 116,

Nadere informatie

Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.

Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. 108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen

Nadere informatie

UITSPRAAK 4 VAN 2016 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NUMMER 2015.V10 - MARIA GO 20

UITSPRAAK 4 VAN 2016 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NUMMER 2015.V10 - MARIA GO 20 UITSPRAAK 4 VAN 2016 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NUMMER 2015.V10 - MARIA GO 20 Op het verzoek van: de Minister van Infrastructuur en Milieu, te Den Haag, verzoeker, gemachtigde

Nadere informatie

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel

Nadere informatie

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Hertaxatie door niet-onafhankelijke tweede taxateur.

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Hertaxatie door niet-onafhankelijke tweede taxateur. Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Hertaxatie door niet-onafhankelijke tweede taxateur. Klager heeft i.v.m. een financiering, aan beklaagde gevraagd zijn woning te taxeren. Klager verwijt beklaagde dat zijn

Nadere informatie

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO SAMENVATTING 104849 - Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO Een aantal ouders klaagt erover dat de directeur onzorgvuldig heeft gehandeld door aan de MR een

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 378 Wet van 3 juli 1996, houdende algemene regels over de advisering in zaken van algemeen verbindende voorschriften of te voeren beleid van

Nadere informatie

Stabiliteit containerschepen. Jan Kruisinga

Stabiliteit containerschepen. Jan Kruisinga Stabiliteit containerschepen Jan Kruisinga Stabiliteit berekenen Belangrijk voor veiligheid schepen, bemanning en milieu Huidige rekenmethode voldoet Opleiding Onbetrouwbare containergewichten Juiste containergewichten

Nadere informatie

De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: W. makelaar, aangesloten bij de NVM, kantoorhoudende te R.

De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: W. makelaar, aangesloten bij de NVM, kantoorhoudende te R. 10-513 RvT Zwolle DE RAAD VAN TOEZICHT ZWOLLE VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM. -------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. CR 11/2362 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Tijdig beroep op ontbindende voorwaarde? Klager/koper deed op de dag dat het financieringsbeding

Nadere informatie

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters Reglement van tucht KNTS Artikel 1. Algemene bepalingen. 1. Het bestuur van de KNTS is verantwoordelijk voor het naleven van de statuten, reglementen en voorschriften van de KNTS. 2. Het bestuur neemt

Nadere informatie

Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond.

Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond. LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET CHRISTELIJK ONDERWIJS ADVIES 2015/054 Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond. Advies

Nadere informatie

UITSPRAAK 4 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR 2015.V4-ARKLOW BEACH

UITSPRAAK 4 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR 2015.V4-ARKLOW BEACH UITSPRAAK 4 VAN 2015 VAN HET TUCHTCOLLEGE VOOR DE SCHEEPVAART IN DE ZAAK NR 2015.V4-ARKLOW BEACH Op het verzoek van: verzoeker de Minister van Infrastructuur en Milieu, te Den Haag, gemachtigde : ing.

Nadere informatie

Rapport. Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207

Rapport. Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207 Rapport Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207 2 Klacht Op 26 maart 1996 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw M. te Oldenzaal met een klacht over een gedraging van het regionale

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:3403

ECLI:NL:RBGEL:2017:3403 ECLI:NL:RBGEL:2017:3403 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 30-06-2017 Datum publicatie 27-07-2017 Zaaknummer AWB - 15 _ 7758 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012 LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1 Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 05-09-2012 Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Afwijzing handhavingsverzoek

Nadere informatie

Beweerdelijk onjuiste voorlichting aan koper. Persoonlijk gebruiksrecht. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Beweerdelijk onjuiste voorlichting aan koper. Persoonlijk gebruiksrecht. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: Beweerdelijk onjuiste voorlichting aan koper. Persoonlijk gebruiksrecht. Klager is de buurman van het object dat beklaagde verkoopt. Tussen klager en diens buurman zijn destijds afspraken gemaakt over

Nadere informatie

N.V. Univé Schade, gevestigd te Assen, hierna te noemen Aangeslotene.

N.V. Univé Schade, gevestigd te Assen, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-233 d.d. 6 juni 2014 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mevrouw mr. I.M.L. Venker, secretaris) Samenvatting Consument en Aangeslotene hebben

Nadere informatie

COMMISSIE LIDMAATSCHAPSZAKEN VAN DE NVM, gevestigd te Nieuwegein, klaagster,

COMMISSIE LIDMAATSCHAPSZAKEN VAN DE NVM, gevestigd te Nieuwegein, klaagster, 13-25 RAAD VAN TOEZICHT s GRAVENHAGE Handel (regel 6 Erecode). Aankoop door echtgenoot van makelaar, doorverkoop door de makelaar. De echtgenoot van een NVM-makelaar koopt op de veiling een woning voor

Nadere informatie

Optie en Bod. Afbreken onderhandelingen. Contact opnemen met opdrachtgever van collega.

Optie en Bod. Afbreken onderhandelingen. Contact opnemen met opdrachtgever van collega. Optie en Bod. Afbreken onderhandelingen. Contact opnemen met opdrachtgever van collega. Nadat de verkopend makelaar en haar opdrachtgeefster (klaagster) de onderhandelingen met gegadigde 1 hadden beëindigd,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 249 Besluit van 16 juni 2008, houdende wijziging van twee besluiten in verband met het vaststellen van aanvullende voorschriften voor het vervoer

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. tegen: hierna te noemen de tussenpersoon'.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. tegen: hierna te noemen de tussenpersoon'. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2006.4211 (126.06) ingediend door: hierna te noemen 'klaagster 1', hierna te noemen klager en klaagster 2, allen tezamen hierna

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001324 200608064/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, appellant, tegen

Nadere informatie

: Assurantiekantoor E. van der Roest B.V., gevestigd te Huizen, verder te noemen Adviseur

: Assurantiekantoor E. van der Roest B.V., gevestigd te Huizen, verder te noemen Adviseur Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-084 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, drs. L.B. Lauwaars RA en prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg, secretaris)

Nadere informatie

RAAD VAN DISCIPLINE in het ressort 's-gravenhage

RAAD VAN DISCIPLINE in het ressort 's-gravenhage RAAD VAN DISCIPLINE in het ressort 's-gravenhage Secretaeaat Pestbus 85850, 2508 CN 's-gravenhage telefoon (070) 354 70 54 telefax (070) 350 10 24 het secretahaat is telefonisch bereikbaar van rna t/m

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 616 Wet van 13 december 2000 tot herziening van een aantal strafbepalingen betreffende ambtsmisdrijven in het Wetboek van Strafrecht alsmede

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.2662 (068.05) ingediend door: hierna te noemen 'klagers', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. I.P». Feis 070-4264578

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. I.P». Feis 070-4264578 Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak IN14.0053S llltillullllllilllill College van burgemeester en wethouders van Beuningen Postbus 14 6640 AA BEUNINGEN GLD GEMEENTE BEÜNt, ocn INGEKOMEN 0 3 FEB 2011

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2002:AE1633

ECLI:NL:CBB:2002:AE1633 ECLI:NL:CBB:2002:AE1633 Instantie Datum uitspraak 09-04-2002 Datum publicatie 17-04-2002 Zaaknummer AWB 00/25 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. 2000/103 Mo i n d e k l a c h t nr. 012.00 ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108181/3/V4. Datum uitspraak: 9 augustus 2011 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen

Nadere informatie

Nota van B&W. Portefeuilehouder J.C.W. Nederstigt

Nota van B&W. Portefeuilehouder J.C.W. Nederstigt gemeente Haarlemmermeer Nota van B&W onderwerp instellen van (hoger) beroep tegen de beslissing (op bezwaar) van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland inzake de geweigerde ontheffing voor Windpark Haarlemmermeer

Nadere informatie

Taxatie. Financieringstaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Nationale Hypotheek Garantie.

Taxatie. Financieringstaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Nationale Hypotheek Garantie. Taxatie. Financieringstaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Nationale Hypotheek Garantie. Beklaagde heeft in het kader van de financiering en verkrijging van Nationale Hypotheek Garantie (NHG) voor een koper

Nadere informatie

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Niet-ontvankelijkheid klager. Al eerder over feiten geoordeeld. Tijdsverloop van acht

Nadere informatie

Lesbrief ZAND BOVEN WATER OPDRACHT 1 - NEDERLAND EN WATERBOUW

Lesbrief ZAND BOVEN WATER OPDRACHT 1 - NEDERLAND EN WATERBOUW Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW ZAND BOVEN WATER Rotterdam is de belangrijkste haven van Europa. Steeds meer spullen reizen via Rotterdam. Sinds 2008 wordt hard gewerkt om de haven uit te breiden.

Nadere informatie

Eerste druk, 2014 2014 Eddy Laan Corrector: Paula Breeveld Fred Olsen line, foto s Bergerac/Tenorga

Eerste druk, 2014 2014 Eddy Laan Corrector: Paula Breeveld Fred Olsen line, foto s Bergerac/Tenorga Krabben en bijten Eerste druk, 2014 2014 Eddy Laan Corrector: Paula Breeveld Fred Olsen line, foto s Bergerac/Tenorga isbn: 9789048434305 nur: 402 Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl

Nadere informatie

Rapport. Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368

Rapport. Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368 Rapport Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368 2 Klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop een ambtenaar van het regionale politiekorps Gelderland-Zuid hem na zijn aanhouding op 20 mei 2005

Nadere informatie

Print deze uitspraak rechtsgebied. Kamer 2 - Milieu - Bestuursdwang / E-mail deze uitspraak

Print deze uitspraak rechtsgebied. Kamer 2 - Milieu - Bestuursdwang / E-mail deze uitspraak Essentie uitspraak: Indien in een inrichting meerdere overslag- of laad- en losgedeelten aanwezig zijn, mag per overslag- of laad- en losgedeelte maximaal 10.000 kilogram gevaarlijke stoffen tijdelijk

Nadere informatie

Rijswijk DE OCTROOIGEMACHTIGDEN telefoon 070-3905578 -------- fax 070-3905171 Beschikking A. - B.

Rijswijk DE OCTROOIGEMACHTIGDEN telefoon 070-3905578 -------- fax 070-3905171 Beschikking A. - B. Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk -------- Beschikking A. - B. 1.1 Bij brief van 6 juni 2000 heeft de heer A. (hierna A.) aan de Raad van Toezicht (hierna de Raad) verzocht om een oordeel te geven over een

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

C, tandarts, werkzaam te B, bijgestaan door mr. L. Neuschäfer-Greebe, verbonden aan DAS Rechtsbijstand te Amsterdam,

C, tandarts, werkzaam te B, bijgestaan door mr. L. Neuschäfer-Greebe, verbonden aan DAS Rechtsbijstand te Amsterdam, 272/2012 ECLI:NL:TGZRZWO:2013:47 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 272/2012 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 1 november 2013 naar aanleiding

Nadere informatie

Beslissing d.d. 10 mei 2017 ex art Tuchtrechtreglement Bancaire Sector

Beslissing d.d. 10 mei 2017 ex art Tuchtrechtreglement Bancaire Sector Beslissing Beslissing d.d. 10 mei 2017 ex art. 3.9.1 Tuchtrechtreglement Bancaire Sector DE ALGEMEEN DIRECTEUR, mr. J. Brouwer, benoemd door de Stichting Tuchtrecht Banken, Klager, gemachtigden: dhr. mr.

Nadere informatie

Meetinstructie. Geen informatie verstrekt over positie van medewerker van makelaarskantoor.

Meetinstructie. Geen informatie verstrekt over positie van medewerker van makelaarskantoor. Meetinstructie. Geen informatie verstrekt over positie van medewerker van makelaarskantoor. Klagers kopen een appartement dat volgens de verkoopbrochure een woonoppervlak heeft van 71 m². De opmeting van

Nadere informatie

De Commissie is niet bevoegd om een oordeel te geven over een besluit van het samenwerkingsverband over toelating tot een Talentklas.

De Commissie is niet bevoegd om een oordeel te geven over een besluit van het samenwerkingsverband over toelating tot een Talentklas. 107216 - De Commissie is niet bevoegd om een oordeel te geven over een besluit van het samenwerkingsverband over toelating tot een Talentklas. in het geding tussen: verbeterd* ADVIES de heer en mevrouw

Nadere informatie