Noordzee-atlas voor zwevend stof

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Noordzee-atlas voor zwevend stof"

Transcriptie

1 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in 2000 RIKZ/IT/ Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ

2

3 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in 2000 RIKZ/IT/ Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in 2000

4 Colofon Uitgave: Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) Productie kaarten: Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM) SeaWiFS beelden: NASA Tekst: Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM) Redactie: Reinold Pasterkamp en Michiel van Drunen Opdrachtgever: Erin Hoogenboom (RIKZ) Vormgeving: Visuele vormgeving RIKZ Druk: Artoos Nederland, Rijswijk Voor meer informatie: Erin Hoogenboom (RIKZ) RIKZ/IT/ Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in 2000

5 Voorwoord Dit is een atlas van de Noordzee. Geen gewone atlas, maar een atlas met remote-sensingbeelden. Voorzien van legenda en korte toelichting vormen de beelden, die gebaseerd zijn op opnamen van de SeaWiFS satelliet, een visueel verslag dat beoogt te laten zien welke processen in de Noordzee vanuit de ruimte te volgen zijn. Uit enthousiaste reacties bleek dat de voorganger van deze atlas (1999) een toegankelijke informatiebron was, maar er kwam ook een duidelijk verzoek om meer uitgewerkte voorbeelden te tonen. Deze Noordzee-atlas 2000 wil hieraan tegemoet te komen. Hij toont bijvoorbeeld zwevende-stofkaarten die zijn gemiddeld over langere perioden, en de zichtbare effecten van algenbloei. We hopen dat deze atlas zal bijdragen aan nog meer inzicht in het Noordzeesysteem. Ook ditmaal vragen we u, de gebruikers van deze atlas, opmerkingen en commentaar aan ons te laten weten (zie adres in colofon). Met uw suggesties kunnen we de atlas nog verder verbeteren. Wij wensen u veel kijkplezier! Deze atlas is gemaakt in opdracht van het Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) door het Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM). De beelden zijn afkomstig van de NASA. Dat er weer op korte termijn een nieuwe atlas is uitgekomen betekent dat remote sensing groeit naar een betrouwbare en operationele bron van informatie over waterkwaliteit. Dit is een belangrijke doelstelling van de innovatie van het landelijk monitoring-programma Basisinformatie voor de Natte Infrastructuur (PBNI). Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

6 Onderstaande foto s zijn vlak na elkaar met dezelfde camera gemaakt bij vergelijkbare lichtomstandigheden. Het kleurverschil wordt veroorzaakt door een verschillende zwevende-stofconcentratie. Zeewater nabij Scheveningen, met een in situ gemeten zwevende-stofconcentratie van 7 g m -3. (foto R.Pasterkamp) Zeewater nabij Plymouth (Engeland) met een in situ gemeten zwevende-stofconcentratie van 2 g m -3. (foto R.Pasterkamp) Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

7 Inhoudsopgave Inleiding 7 Beeldvorming 9 Leeswijzer 11 Speciale kaarten 12 9 april juni juli Gemiddelde kaarten 18 januari - februari maart - april mei - juni juli - augustus september - oktober november - december zomer winter Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

8 Zonsondergang nabij meetstation Noordwijk10. (foto R.Pasterkamp) Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

9 Inleiding Remote-sensingbeelden van water geven informatie over zwevend stof. Soms wordt met zwevend stof alleen slib bedoeld, dat is losgekomen van de bodem en het water troebel maakt. In deze atlas heeft de term een bredere betekenis. Hier slaat zwevend stof op alle deeltjes die door de satelliet in beeld worden gebracht, dat wil zeggen slib én algen. Kennis Van de manier waarop zwevend stof zich door de zee beweegt, weten we nog niet zoveel als we zouden willen. Het is in ieder geval een dynamisch proces: uit metingen blijkt dat zwevend stof zich verplaatst, soms over lange afstanden. Een zo volledig mogelijk inzicht in de stoftransporten en de onderliggende processen, vormt de basis van de informatie-voorziening voor beleidsvoorbereiding en voor de monitoring van het uitgevoerde beleid. Bijvoorbeeld in de vorm van advies over de effecten van de aanleg van een kunstmatig eiland in zee. Of meer in het algemeen, ecologisch beheer van de zee. Hoe beïnvloeden stoftransporten bijvoorbeeld de algenbloei op het Friese Front, een zeer natuurrijk stukje Noordzee? onmiddellijk geanalyseerd. Om processen die op een kortere termijn spelen te onderzoeken zijn aanvullende metingen nodig, bijvoorbeeld met meetboeien en andere instrumenten die continu meten op een specifieke plek. Remote sensing Het gebruik van satelliet- en vliegtuigbeelden voor onderzoek en ter ondersteuning van beleid en beheer is volop in ontwikkeling. Remote sensing komt steeds meer in beeld als een onafhankelijke en unieke bron van informatie. Omdat remote sensing nieuwe mogelijkheden biedt voor de vergaring van ruimtelijke informatie, heeft Rijkswaterstaat een aantal initiatieven ontplooid om deze techniek in de praktijk te gebruiken. Met name in combinatie met bijvoorbeeld in-situ meetgegevens blijkt remote-sensinginformatie tot zijn recht te komen. Deze atlas, in aanvulling op de vorige atlas, wil laten zien wat de mogelijkheden zijn van remote sensing voor beleids- en beheerstoepassingen. Meetschepen Traditioneel worden voor de monitoring van zwevend stof meetschepen ingezet, in combinatie met laboratoriumanalyses. Informatie wordt tweewekelijks op verschillende locaties ter plekke (in situ) ingewonnen en Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

10 Met het meetschip Mitra van Rijkswaterstaat worden watermonsters genomen en in situ metingen verricht. Remote-sensingbeelden worden vergeleken met de kleuren die ter plekke worden gemeten. Hier meet een onderzoeker de reflectantie van de Noordzee. Met deze filtratieopstelling worden de zwevende deeltjes uit de monsters gefilterd voor latere analyse van de zwevendestofconcentratie. zwevende stofconcentratie (g m 3 ) reflectantie (%) Het combineren van de gemeten reflectantie en de zwevende-stofconcentratie in optische rekenmodellen levert uiteindelijk de relatie tussen beide grootheden. De gekleurde blokken geven de concentratiegrenzen aan in de legenda. Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

11 Beeldvorming De kaarten in deze atlas zijn niet gelijk aan de oorspronkelijke satellietbeelden. Remote-sensingbeelden moeten eerst worden bewerkt voordat ze zinvolle informatie kunnen geven. De beelden zijn afkomstig van SeaWiFS, een remote-sensing-instrument dat in opdracht van NASA is ontwikkeld. Het bedrijf Orbimage exploiteert de opnames, maar voor onderzoeksdoeleinden zijn de beelden twee weken nadat de opnames zijn gemaakt, vrij verkrijgbaar. Omdat de software voor bewerking van de beelden evenmin iets kost, is het instrument in korte tijd zeer populair geworden. Bewerking Hoewel SeaWiFS in eerste instantie is bedoeld voor de monitoring van algen in de oceanen, kan het ook voor kustwateren zoals de Noordzee worden gebruikt. Een speciale bewerking van het ruwe materiaal is dan wel noodzakelijk. De beelden geven een meting weer van de kleur (spectrum) van het water en de tussenliggende atmosfeer. In een aantal stappen wordt deze kleur bewerkt om de zwevende-stofconcentratie te bepalen. Eerst worden atmosferische invloeden gecorrigeerd met behulp van een speciaal voor kustwater ontwikkeld model. Dit levert een zogenaamde reflectantie op, een maat voor de kleur in het water. Een algoritme dat is ontwikkeld op basis van een optisch model voor water, berekent aan de hand van deze reflectantie de zwevende-stofconcentratie. De modellen worden gekalibreerd met kleurmetingen boven het wateroppervlak en zwevende-stofmetingen in het laboratorium. GIS Ten slotte ondergaan de beelden nog een geometrische correctie waardoor een gemiddelde kaart berekend kan worden en ze ook in een Geografisch Informatiesysteem (GIS) kunnen worden ondergebracht. De hele bewerking tussen ruw beeld naar een GIS-kaart met zwevendestofconcentraties kan binnen enkele dagen plaatsvinden. De nauwkeurigheid van de metingen is gemiddeld 3-5 gm -3, afhankelijk van de samenstelling van de zwevende stof. De nauwkeurigheid van de relatieve verschillen tussen beeldelementen (pixels) onderling is veel hoger, namelijk 1 gm -3. Dat betekent dat patronen met concentratieverschillen zeer nauwkeurig in beeld kunnen worden gebracht. Algen Het is nog niet goed mogelijk om slib en algen van elkaar te onderscheiden met SeaWiFS. Er zijn nieuwe instrumenten in ontwikkeling die dit onderscheid beter kunnen maken. Wel is het al goed mogelijk om gebieden waar algenbloei voorkomt te herkennen. Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

12 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

13 Leeswijzer Om de kaarten goed te kunnen lezen volgen hier enkele tips. Legenda De legenda gaat uit van acht kleuren, van donkerblauw tot rood, waarmee globaal de zwevende-stofconcentratie in de Noordzee wordt aangegeven. Hoe feller de kleuren op de kaart, hoe hoger de concentraties. Zo zijn in één oogopslag de opvallendste patronen te herkennen. Aangezien voor alle kaarten dezelfde legenda geldt, is vergelijking geen probleem. Nadeel van één legenda is dat ruimtelijke patronen slechter zichtbaar zijn in perioden met lage concentraties. Op sommige plaatsen wordt het water aan het oog van de satelliet onttrokken door bewolking die met wit is aangegeven. Met grijs is land of niet-noordzeewater aangegeven. Interpretatie Om zoveel mogelijk informatie uit de kaarten te halen, is het zaak de kaarten met elkaar te vergelijken. Met een lange serie van beelden kan worden vastgesteld wat de normale patronen van zwevende-stofconcentraties zijn en tevens wanneer er uitzonderlijke gebeurtenissen plaatsvinden. De windsnelheid en -richting zijn belangrijk omdat het drijvende krachten zijn voor zwevende-stofverplaatsingen. De wind stuwt watermassa s in bepaalde richtingen op en golven woelen bodemslibdeeltjes op, die pas naar verloop van tijd weer bezinken. Integratie Door de remote-sensingbeelden te combineren met bijvoorbeeld de meetreeksen van meetboeien, laboratoriumanalyses of model-informatie ontstaan er extra mogelijkheden voor interpretatie. Hierdoor krijgen we meer inzicht in de onderliggende processen met betere informatieproducten als resultaat. In plaats van de in de vorige atlas getoonde getijden-informatie is er in deze atlas voor gekozen om grafieken met de historie van windsnelheid en windrichting te laten zien. De gegevens zijn afkomstig van meetstation K13, ongeveer 100 km ten westen van Texel (bron KNMI). Beschikbaarheid De kaarten zijn beschikbaar als GIS (Geografisch Informatie Systeem) bestanden, wat de mogelijkheden voor verdere bestudering aanzienlijk vergroot. Het is mogelijk in te zoomen en de data met andere GIS bestanden te combineren. Let wel: de kaarten beslaan uitsluitend de Noordzee. Gegevens voor de binnen-wateren en Waddenzee zijn dus niet opgenomen. Beeldbespreking 25 februari 2000 (linker pagina) Opvallend is het zaagtandkarakter van de pluim die zich over de Noordzee uitstrekt. Dit wordt mogelijk veroorzaakt door de interactie van de oscillerende getijbeweging en de reststroom die door de wind gedomineerd wordt. De scherpe grens die de pluim aan de noordzijde vertoont duidt op samenkomen van relatief helder water uit de noordelijke Noordzee en relatief troebel water uit de zuidelijke Noordzee. Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

14 Scherpe overgangen tussen verschillende watermassa s, zogenaamde fronten, zijn in het algemeen beter zichtbaar in de zomer dan in de winter. In een reststromenkaart, waarin de stroming is gecorrigeerd voor getijden-bewegingen, is dit goed te zien. Vergelijken we de reststromenkaart in de zomer (hieronder) met het remote-sensingbeeld op de rechterbladzijde, dan zien we in het remotesensingbeeld één doorlopend front, dat ter hoogte van Denemarken aanmerkelijk westelijker ligt dan het Deense front in de reststromenkaart. 9 april 2000 Opvallend is dat de pluim vanaf de Engelse kust ten opzichte van 25 februari in noordelijke richting is afgebogen. Waarschijnlijk zorgt een noordoosten wind in de voorafgaande periode voor een iets andere reststroom. De scherpe grens die de pluim aan de zuidzijde en voor de Deense kust vertoont is zeer opvallend. De vorm duidt op een scherp front tussen de pluim en het relatief heldere Kanaalwater. Verhoogde concentraties boven de slibrijke Oestergronden duiden op de opwerveling van bodemslib, in combinatie met een circulatiestroming. (bron: Noordzee-atlas ICONA) Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

15 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

16 Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ Het classificeren van algenbloei Op de Noordzee bestaat zwevend stof voornamelijk uit slibdeeltjes. Het optisch model dat de kleur van het water omrekent naar zwevendestofconcentraties houdt hier rekening mee. In het algemeen geldt hoe helderder de kleur van het water, hoe hoger de zwevende-stofconcentratie. Vanaf maart tot en met september kan er op de Noordzee echter algenbloei voorkomen. Wanneer er genoeg zonlicht en nutriënten aanwezig zijn en de temperatuur van het zeewater hoog genoeg is kan er in een bepaald gebied een explosieve groei van algen optreden. Zo n gebied heeft een beperkte omvang en kan enkele dagen tot weken aanhouden. Voor de interpretatie van remotesensingbeelden is het van belang om te weten of we te maken hebben met algenbloei, of dat de zwevende stof hoofdzakelijk uit slibdeeltjes bestaat. Deze informatie kan uit het beeld zelf gehaald worden door de kleur van het water te analyseren. Op elk punt in het beeld wordt aangegeven of het waarschijnlijk om algen of om slib gaat. Deze classificaties worden gepresenteerd als kaarten waarbij groen aangeeft dat het waarschijnlijk om algenbloei gaat, geel dat het om voornamelijk slibdeeltjes gaat, en blauw dat het water weinig zwevend stof bevat. Wit en grijs zijn respectievelijk wolken en land. Een kaart van 27 april 1999 is hiernaast opgenomen om te laten zien wat de mogelijkheden zijn voor het onderscheiden van slib en algen. Er is een gebied met hoge zwevende-stofconcentraties zichtbaar zo n 35 km voor de Nederlandse kust bij Petten. Deze kaart werd opgenomen in de atlas van In de classificatie erboven is te zien dat het om een algenbloei gaat. Algenbloei km N S D T W C juni 2000 Opvallend in dit beeld is de aanwezigheid van gebieden met zwevend stof ten noorden van Terschelling en midden op de Noordzee. De classificatie hieronder laat zien dat het gebied midden op de Noordzee waarschijnlijk een algenbloei is, en dat het gebied ten noorden van Terschelling hoofdzakelijk uit slib bestaat Legenda Classificatie algen slib overig land wolken rivieren Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

17 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

18 20 juli 2000 In dit beeld is de aanwezigheid van een grote vlek met zwevend stof op de Noordzee nabij de Doggersbank duidelijk te zien. Om te onderzoeken of het hier gaat om algenbloei is links het resultaat van de classificatie weergegeven, waarbij groen een gebied met algenbloei aangeeft. Er is hier blijkbaar inderdaad sprake van algenbloei. Zoals wordt besproken in het tweemaandelijks gemiddelde van mei-juni (bladzijde 22) is deze bloei ontstaan aan het begin van juni waarna deze naar het zuiden is verschoven. De vlek tussen Nederland en Engeland is ook geclassificeerd als algenbloei. Legenda Classificatie algen slib overig land wolken rivieren Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

19 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

20 Gemiddelde kaarten Door een groot aantal beelden over twee maanden te middelen kan het seizoensverloop van de zwevende-stofconcentratie in de Noordzee in kaart worden gebracht. Bewolking zorgt bij de individuele kaarten voor witte vlekken, maar door samenvoeging van kaarten kan toch een dekkend beeld worden verkregen. De tweemaandelijkse gemiddelden op de volgende pagina s zijn gemiddelden (samenstellingen) van een aantal kaarten die voor deze periode zijn geselecteerd. De verschillende kaarten zijn gemiddeld, waarbij gebieden met bewolking niet zijn meegenomen bij de bepaling van het gemiddelde. Aantal beelden waaruit het gemiddelde is samengesteld januari februari 15 beelden maart april 22 beelden mei juni 33 beelden juli augustus 26 beelden september oktober 19 beelden november december 18 beelden W N Z 10 % 20 % In bovenstaande windroos wordt de relatieve frequentie van windrichtingen weergegeven voor de periode januari-februari De frequenties zijn opgeteld in intervallen van 30º. De wind komt in de periode januari - februari voornamelijk uit het (zuid-) westen. O januari - februari 2000 Het meest opmerkelijke fenomeen in dit beeld is de pluim met zwevend stof die vanuit Engeland de Noordzee oversteekt, relatief dichtbij de Waddeneilanden komt, een sterke verhoging van de zwevende-stofconcentratie geeft boven de Oestergronden (zie ook 9 april 2000) en vervolgens noordwaarts afbuigt. In de winterperiode stuwt een sterke zuidwesten wind het water op door het kanaal. Bovendien zorgt deze sterke stroming in het kanaal voor verhoogde invoer van zwevend stof door het nauw van Calais. Verhoogde zwevende-stofconcentraties in het kanaal zijn zichtbaar langs de zuidkust van Engeland en net ten zuiden van Cap Grisnez. De grote hoeveelheid zwevend stof die de zuidelijke Noordzee in de wintermaanden bereikt slaat deels neer voor de kusten van Engeland en België, maar wordt als gevolg van erosie ook weer verder noordwaarts getransporteerd. In ondiepe kustgebieden wordt deze erosie versterkt door de aanwezigheid van golven. Opmerkelijk is de scheiding tussen de watermassa s voor de Engelse kust en de continentale kust, en de relatief lage aanvoer van sediment uit het gebied van het Humber- en Wash-estuarium. Verder kent de gehele continentale kust een sterk verhoogde concentratie van zwevend stof die pas begint af te nemen voor de kust van Denemarken. Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

21 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

22 W N Z 5 % 10 % O maart - april 2000 De windrichting in deze periode is aanvankelijk nog zuidwest (maart) maar gaat in april draaien en komt dan ook nog al eens uit het noorden. Hier geldt het spreekwoord april doet wat hij wil. De zwevende-stofkaart kent nog steeds een sterke pluim, die echter veel minder geprononceerd is als in de kaart van januari - februari. De invoer uit het kanaal lijkt sterk verminderd. In het Outer Thames estuarium, en voor de Belgische kust is nog steeds een zeer hoge zwevendestofconcentratie te zien, die vermoedelijk een gevolg is van een grote buffer aan zwevend stof die nog op de bodem van die gebieden aanwezig is. Dit fenomeen is ook te zien bij de Duitse Bocht. Vergeleken met het winterbeeld is het slibpatroon meer beïnvloed door aanwezige slibbronnen in de Noordzee zelf. Bij het Humberestuarium zijn de concentraties hoger dan in de wintermaanden. De oorzaak hiervan is waarschijnlijk kustafslag bij Flamborough Head, veroorzaakt door de noordenwind. De kustrivier voor Nederland is breed bij de Voordelta maar versmalt boven de Nieuwe Waterweg. Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

23 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

24 Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ In de uitsnede rond IJmuiden (hiernaast) uit het beeld van 31 mei 2000, is een sterke lokale bron van zwevend stof te zien. Dit fenomeen is niet waarneembaar in het tweemaandelijkse gemiddelde en is dus van tijdelijke aard geweest. Mogelijke oorzaken zijn dumping van baggerslib uit de haven van IJmuiden, vertroebeling door zandsuppleties of algenbloei. W N De wind komt in deze periode uit uiteenlopende richtingen. 5 % 10 % O mei - juni 2000 In deze periode is de windsnelheid op de Noordzee verder in kracht afgenomen. Bovendien is de invoer van slib uit het kanaal sterk gereduceerd. Daarom is het Noordzeewater in deze periode relatief slibarm. In het Outer Thames estuarium en voor de Belgische kust, waar zich veel slib op de bodem bevindt, zijn echter nog steeds hoge concentraties waarneembaar. Ook het Humberestuarium is nog steeds slibrijk. Deze patronen zijn echter lokaal wat erop duidt dat het slib mogelijk voor een deel in deze gebieden gevangen blijft of buiten deze gebieden neerslaat. De gehele continentale kust is opvallend arm aan zwevend stof, uitgezonderd de kusten van België en de Duitse waddeneilanden. Dichtbij het centrale deel van de Noordzee zijn verhoogde concentraties waar te nemen. Bij nadere inspectie blijkt dit veroorzaakt te worden door een algenbloei die vanaf begin juni (positie ongeveer 55.8ºN) in zuidelijke richting beweegt. De algenbloei verdwijnt aan het einde van juli (positie ongeveer 44.8 ºN). We kunnen hier de algenbloei herkennen omdat het gaat om een gebied met beperkte omvang dat zich gedurende een bepaalde periode handhaaft. Classificatie van dit beperkte gebied van het beeld van 16 juni 2000 is hiernaast getoond. Legenda Classificatie algen slib overig land wolken rivieren Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

25 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

26 juli - augustus 2000 In deze periode is de windsnelheid gemiddeld het laagst. Voor de continentale kust zijn de zwevendestofconcentraties dan ook laag. In het Outer Thames estuarium is opvallend genoeg de zwevende-stofconcentratie juist toegenomen. Dit resulteert ook in een beperkte toename van de lengte van de pluim over de Noordzee. Op grond van de hiernaast getoonde windrichtingen is hier geen duidelijke reden voor. Nader onderzoek zal moeten aantonen of hier sprake is van verhoogde algen-concentraties, of van sterk afwijkende windgegevens voor de kust van Engeland ten opzichte van de hier getoonde windgegevens van de Nederlandse kust. N Een ander informatieproduct dat gemaakt kan worden aan de hand van een serie van beelden is de standaarddeviatie van de zwevendestofconcentratie over een bepaalde periode. Hier is de standaarddeviatie over de periode juli-augustus weergegeven, die onder andere laat zien dat de concentraties in het Thames estuarium niet alleen hoog zijn, maar ook erg veranderlijk. De rode spikkels in het beeld worden veroorzaakt doordat de randen van wolken soms niet als zodanig herkend worden en daarom foutieve concentraties veroorzaken. Overigens worden zowel het gemiddelde als de standaarddeviatie (sterk) beïnvloed door uitschieters in een individueel beeld. W Z 5 % 10 % De wind komt in deze periode voornamelijk uit uiteenlopende richtingen. O Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

27 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

28 september - oktober 2000 In deze periode neemt de windsnelheid weer toe en is de windrichting dominant uit het zuidwesten. Eind oktober is de wind zelfs zeer sterk. Zwevendestofconcentraties in het Outer Thames estuarium en voor de Belgische kust nemen dan ook toe. Dit resulteert in een toename van zwevende-stofconcentraties in een pluim vanaf Engeland. Zeer opvallend zijn de sterk verhoogde zwevende-stofconcentraties in de Voordelta en noordelijker tot aan de Nieuwe Waterweg. Het transport (en/of erosie) van zwevend stof in de Nederlandse kustzone is blijkbaar weer op gang gekomen. Lage concentraties aan zwevend stof ten noorden van de Nieuwe Waterweg lijken te duiden op relatief weinig slib op de bodem. Het is echter ook mogelijk dat het zoete en heldere water uit de Nieuwe Waterweg over het zoute en troebele water heen stroomt. In deze uitzonderlijke situatie kan remote sensing geen uitsluitsel geven, maar stratificatie is een lokaal en tijdelijk effect. In de meeste gevallen is de Noordzee als goed gemengd te beschouwen N W 5 % 10 % O Z Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

29 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

30 De maanden november en december 2000 hadden, vergeleken met de rest van het jaar 2000, het meest te kampen met bewolking. De strook van enkele kilometers vlak langs de kust is hierdoor samengesteld uit slechts twee of drie beelden (figuur links). Het lijkt in de getoonde uitsnede (rechts) alsof - gemeten aan de zwevende-stofconcentraties - de kustrivier loskomt van de kust. De oorzaak is echter waarschijnlijk het beperkte aantal beelden dat beschikbaar was vlak langs de kustlijn, zodat daar bij de bepaling van het gemiddelde toevallig alleen de beelden met lage concentraties meededen. november - december 2000 In deze periode is de windsnelheid hoog en waait de wind vooral uit het zuidwesten. Het transport van zwevend stof in het kanaal lijkt toe te nemen, wat zichtbaar is aan de verhoogde concentraties voor de kust van zuid Engeland en ten zuiden van Cap Grisnez. Dit resulteert ook in verhoging van transport van zwevend stof door het nauw van Calais. De pluim in het beeld over de Noordzee wordt weer duidelijk zichtbaar, mede door een sterke verhoging van zwevendestofconcentratie boven de Oestergronden. Het front van zwevend stof voor de Nederlandse kust is ten opzichte van de vorige kaart (september - oktober) inmiddels naar het noorden opgeschoven tot aan Katwijk. Ten noorden van Katwijk nemen de zwevendestof-concentraties duidelijk af en bij de waddeneilanden nemen ze weer toe. De verhoging ten noorden van de waddeneilanden wordt vermoedelijk veroorzaakt door uitstroming van slibdeeltjes vanuit de Waddenzee naar de Noordzee. W N 10 % 20 % O Z Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

31 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

32 De twee kaarten hieronder tonen de mediaan over de zomermaanden. De mediaan is die waarde waar evenveel metingen onder als boven liggen. Deze is hier iets lager dan het gemiddelde en minder gevoelig voor uitschieters. De kaart aan de linkerkant is gebaseerd op in-situmetingen van mei 1975 tot en met februari 1983 in de Nederlandse kustzone. De rechterkaart toont de mediaan gebaseerd op de remote-sensingbeelden van april tot en met september De verbreding en versmalling van de kust rivier is beide kaarten goed te zien, en ook de verhoogde concentraties rond de Waddeneilanden komen overeen. Het grootste verschil is de pluim vanaf de Engelse kust die in het in-situbeeld niet terug te vinden is. zomer 2000 Het zomergemiddelde is berekend uit de beelden van april tot en met september De concentraties zijn zoals te verwachten lager dan die in de winter. De verhoogde concentraties in het centrale deel van de Noordzee zijn het gevolg van een algenbloei die in juni-juli plaatsvond. De wind komt in deze periode voornamelijk uit het zuidwesten. N W 5 % 10 % O Z (bron: J. Suijlen, rapport RIKZ/OS/ X Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

33 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

34 winter median TSM (mg/l) De wind komt in deze periode voornamelijk uit het westen W N 10 % 20 % O winter 2000 Beelden van januari tot en met maart en van oktober tot en met december Vergelijk de gemiddelde kaart ook met de onderstaande reststromingkaart uit de Noordzee-atlas ICONA. Volgens de remotesensingbeelden stroomt het Kanaalwater niet naar het noordoosten zoals in de kaart, maar blijft het ingeklemd tussen de kustrivier en de pluim uit Engeland. Daarna volgt het de kustlijn langs de Waddeneilanden May 1975-Feb (bron: J. Suijlen, rapport RIKZ/OS/ X In de twee kaarten hierboven en hiernaast is de wintermediaan weergegeven. De kaart aan de linkerkant is gebaseerd op insitumetingen van mei 1975 tot en met februari 1983 in de Nederlandse kustzone. De rechterkaart toont de mediaan gebaseerd op de remote-sensingbeelden van oktober tot en met maart De patronen in de kustrivier en de verhoogde concentraties ter hoogte van Zeeland zijn overeenkomstig. Verder op de Noordzee zijn de concentraties van de langjarige in-situmetingen echter aanmerkelijk lager dan de remotesensingwaardes van het jaar De pluim vanaf Engeland en de verhoogde concentraties bij de Oestergronden zijn in de in-situkaart niet zichtbaar. 1 Z Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

35 Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in

Remote sensing in perspectief. Van kenniscyclus naar beleidscyclus. Roeland Allewijn. Rijksinstituut voor Kust en Zee

Remote sensing in perspectief. Van kenniscyclus naar beleidscyclus. Roeland Allewijn. Rijksinstituut voor Kust en Zee Remote sensing in perspectief Van kenniscyclus naar beleidscyclus Roeland Allewijn Rijksinstituut voor Kust en Zee Van jonge onderzoeker naar iets oudere manager De informatie- en kenniscyclus Van RS data

Nadere informatie

Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70

Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70 Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70 Saharastof veroorzaakt de bruine tinten in de bewolking boven onder andere Engeland en Schotland. De tint van de Noordzee ten noorden en noordwesten van

Nadere informatie

Meten in de Waddenzee

Meten in de Waddenzee Meten in de Waddenzee Bestand tegen superstorm De waterkeringen langs de Waddenzee moeten bestand zijn tegen een superstorm die gemiddeld eens in de 4000 jaar kan optreden. Om de sterkte van de waterkering

Nadere informatie

Summary and samenvatting

Summary and samenvatting Samenvatting Dit proefschrift, met als titel Dik Water en Vloeibaar Zand Optische eigenschappen en methoden van remote sensing voor de extreem troebele Waddenzee onderzoekt in hoeverre data van het satelliet

Nadere informatie

De Noordzee HET ONTSTAAN

De Noordzee HET ONTSTAAN De Noordzee De Noordzee is de zee tussen Noorwegen, Groot-Brittannië, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland en Denemarken. De Noordzee is een ondiepe (30-200 m) randzee van de Atlantische oceaan met

Nadere informatie

Projectnummer: B02047.000031.0100. Opgesteld door: dr.ir. B.T. Grasmeijer. Ons kenmerk: 077391437:0.3. Kopieën aan:

Projectnummer: B02047.000031.0100. Opgesteld door: dr.ir. B.T. Grasmeijer. Ons kenmerk: 077391437:0.3. Kopieën aan: MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Hanzelaan 286 Postbus 137 8000 AC Zwolle Tel +31 38 7777 700 Fax +31 38 7777 710 www.arcadis.nl Onderwerp: Gevoeligheidsanalyse effecten baggerspecieverspreiding (concept) Zwolle,

Nadere informatie

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Project: NAUTILUS Werkdocument: RIKZ/OS-98.145X Ministerie van Verkeer en Waterstaat In opdracht van: Directie Noordzee Directie Zuid-Holland

Nadere informatie

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT Er staat sinds augustus 2009 een meter om de nachtelijke hoeveelheid licht te meten op het dak van een woonboot in Utrecht. het is een SQM_EL van de firma

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze les is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Internationale data-uitwisseling

Internationale data-uitwisseling Internationale data-uitwisseling Sterkte & Belastingen Waterkeringen Sterkte & Belastingen Waterkeringen (SBW) Voor een actueel beeld van de veiligheid worden de belangrijkste Nederlandse waterkeringen,

Nadere informatie

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015.

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Provincie Noord-Brabant Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Rapport no. 4257342, 8 maart 2016 Projectverantwoordelijke: J. van Loon Provincie Noord-Brabant Cluster

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 18 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen

Nadere informatie

Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017)

Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017) Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017) analyse Henri de Ruiter, Ernie Weijers Februari 2018 Sinds juli 2017 meten burgers met behulp van goedkope sensoren de luchtkwaliteit in Schiedam.

Nadere informatie

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling........................................................................................ H. Mulder, RIKZ, juni

Nadere informatie

Slib, algen en primaire productie monitoren met satellietbeelden

Slib, algen en primaire productie monitoren met satellietbeelden Slib, algen en primaire productie monitoren met satellietbeelden Pilot Eems-Dollard Charlotte Schmidt Dienst Water, Verkeer en Leefomgeving Afd. Kennis- en Innovatiemanagement Aanleiding NSO-SBIR-call

Nadere informatie

VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013

VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013 VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013 In bovenstaande afbeelding is een overzicht weergegeven van de vluchten, (met ZIMOA ondersteunende afdelingen) en daarbij de route naar de locatie van de eerst aankomende

Nadere informatie

Grondwaterstanden juni 2016

Grondwaterstanden juni 2016 Grondwaterstanden juni 2016 Kennisvraag: In beeld brengen van de grondwatersituatie zoals die buiten geweest is. Antwoord: op vrijwel alle meetlocaties waar analyse mogelijk was komt de maximale waterstand

Nadere informatie

Aanvullende metingen arseen op de Waddenzee i.v.m. calamiteit Andinet

Aanvullende metingen arseen op de Waddenzee i.v.m. calamiteit Andinet Ministerie van Verkeer en Waterstaat opq Aanvullende metingen arseen op de Waddenzee i.v.m. calamiteit Andinet Resultaten aanvullende metingen van arseen in de Waddenzee i.v.m. het verlies van houtverduurzaammiddel

Nadere informatie

WOW-NL in de klas. Les 2 Aan de slag met WOW-NL. Primair Onderwijs. bovenbouw. WOW-NL Les 2 1

WOW-NL in de klas. Les 2 Aan de slag met WOW-NL. Primair Onderwijs. bovenbouw. WOW-NL Les 2 1 WOW-NL in de klas Les 2 Aan de slag met WOW-NL Primair Onderwijs bovenbouw WOW-NL Les 2 1 Colofon Het lespakket WOW-NL is ontwikkeld door De Praktijk in opdracht van het KNMI, op basis van lesmaterialen

Nadere informatie

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004 Beknopt Stormrapport 17 juli 24 1. ANALYSE Situatie op 17.7.24 12u GMT : langs de voorzijde van een koufront, dat zich uitstrekt over de nabije Atlantische Oceaan, wordt er warme, potentieel onstabiele

Nadere informatie

Slib van Afbraakprodukt tot Grondstof en van Voedingsstof tot Brandstof. Piet Hoekstra Geowetenschappen Waddenacademie

Slib van Afbraakprodukt tot Grondstof en van Voedingsstof tot Brandstof. Piet Hoekstra Geowetenschappen Waddenacademie MUDWELL Slib van Afbraakprodukt tot Grondstof en van Voedingsstof tot Brandstof Piet Hoekstra Geowetenschappen Waddenacademie Oerol College 19 juni 2019 - Aanvang 13.30 u. MUDWELL - Teresa van Dongen Leeuwarden,

Nadere informatie

Algenatlas IJsselmeer 2003

Algenatlas IJsselmeer 2003 Algenatlas IJsselmeer 23 Algenatlas IJsselmeer 23 Colofon Uitgave: Rijkswaterstaat Directie IJsselmeergebied, Meet- en Informatiedienst (RWS-IJG-PAM) Data: SeaWiFS beelden (NASA), MERIS beelden (ESA),

Nadere informatie

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER FEBRUARI 2010 PILOTPROJECT ZANDMOTOR Het klimaat verandert en de druk van de zee op de Nederlandse kust neemt toe. Daarnaast is in de Zuidvleugel van de Randstad grote behoefte

Nadere informatie

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk De kust is (niet) veilig! De dijk aan de kust van Petten ziet er zo sterk en krachtig uit, maar toch is hij niet

Nadere informatie

Windkaart van Nederland op 100 m hoogte

Windkaart van Nederland op 100 m hoogte Windkaart van Nederland op 100 m hoogte Duurzame Energie in Nederland DE WEGWIJZER VOOR UW KEUZE Colofon De Windkaart van Nederland op 100 m hoogte is door KEMA Nederland B.V. ontwikkeld, in opdracht van

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing

Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing Samenvatting door een scholier 1861 woorden 28 juni 2005 6,9 111 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Combinatiebeeld: door beelden met echte kleuren samen te voegen

Nadere informatie

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud Tussenresultaten 2011-2015 De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud De Zandmotor In 2011 is voor de kust van Ter Heijde en Kijkduin De Zandmotor aangelegd: een grote kunstmatige zandbank in

Nadere informatie

Het weer: docentenblad

Het weer: docentenblad Het weer: docentenblad Over weerstations Overal in de wereld zijn weerstations te vinden. Daar wordt op eenzelfde manier en met dezelfde instrumenten, namelijk volgens eisen van de Wereld Meteorologische

Nadere informatie

5. Verdamping 1 91/ dag Maand Jan feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec

5. Verdamping 1 91/ dag Maand Jan feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec 5. Verdamping Voor de verdamping in het stroomgebied de Goorloop is de gemiddelde referentiegewasverdamping van het KNMI weerstation in Eindhoven gebruikt. Dit station is het dichtstbij gelegen KNMI station

Nadere informatie

ALL SKY FOTO'S PROCEDURE

ALL SKY FOTO'S PROCEDURE ALL SKY FOTO'S Naast het meten van de zenitluminantie via foto s is het ook mogelijk om van elke locatie de hele hemel te meten. Dit gebeurt via een all sky foto, waarbij de gehele hemel in een locatie

Nadere informatie

Een les met WOW - Wind

Een les met WOW - Wind Een les met WOW - Wind Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze les is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het KNMI Redactie:

Nadere informatie

Werkblad:weersverwachtingen

Werkblad:weersverwachtingen Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

17. Kleurrijk oceaanwater

17. Kleurrijk oceaanwater Opmaak-Satelliet-pam 21-06-2005 16:38 Pagina 114 17. Kleurrijk oceaanwater Het aardoppervlak bestaat voor tweederde uit water. Geen wonder dat de kunstmanen die in een baan om de aarde zijn gebracht om

Nadere informatie

Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam).

Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam). kenmerk: 653847/687260 Memo Aan Kopie aan Datum Van Telefoon E-mail Onderwerp: College van GS 4 juni 2015 Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam). In deze

Nadere informatie

Monitoring baggerverspreiding Eemshaven: Data-analyse vaste en langdurige meetopstelling. Fase 3: baggerperiode november 2011 - februari 2012

Monitoring baggerverspreiding Eemshaven: Data-analyse vaste en langdurige meetopstelling. Fase 3: baggerperiode november 2011 - februari 2012 Monitoring baggerverspreiding Eemshaven: Data-analyse vaste en langdurige meetopstelling Fase 3: baggerperiode november 2011 - februari 2012 Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Algemene inleiding 1 1.2 Voorgaande

Nadere informatie

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord 74100160-NMEA/PGR 11-0259 Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord Arnhem, 3 februari 2011 Auteurs Merih Cibis, Hans Cleijne In opdracht

Nadere informatie

Het gebied ten noorden en oosten van het appartementenbouw krijgt een parkachtige inrichting.

Het gebied ten noorden en oosten van het appartementenbouw krijgt een parkachtige inrichting. Notitie betreft: Beoordeling windklimaat bestemmingsplan Sluiseiland Vianen datum: 18 september 2018 referentie: OO/ OO/ / O 16098-1-NO-002 van: O.E. Otten aan: KuiperCompagnons 1 Inleiding In ontwerp

Nadere informatie

Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes.

Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes. Vlaamse Overheid Oceanografisch Meteorologisch Station Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes. Maart 2010 Bestek 16EH/08/12 Opgemaakt door Bart Geysen

Nadere informatie

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden.

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden. Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

De Grids van het Actueel Hoogtebestand Nederland

De Grids van het Actueel Hoogtebestand Nederland Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq Adviesdienst Geo-informatie en ICT De Grids van het Actueel Hoogtebestand Nederland Versie 1.3 28 januari 2004 Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq

Nadere informatie

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn. www.tno.nl T 055 549 34 93 F 055 549 98 37

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn. www.tno.nl T 055 549 34 93 F 055 549 98 37 Laan van Westenenk 1 Postbus 342 73 AH Apeldoorn TNO-rapport 27-A-R/B Fijn stof in IJmond www.tno.nl T 49 34 93 F 49 98 37 Datum september 27 Auteur(s) Menno Keuken Sander Jonkers Projectnummer 34.7434

Nadere informatie

AIO- SVT Zuiddijk INTECH DYKE SECURITY SYSTEMS. Rapportage InTech-IDS AIO-SVT Zuiddijk 2012 V02

AIO- SVT Zuiddijk INTECH DYKE SECURITY SYSTEMS. Rapportage InTech-IDS AIO-SVT Zuiddijk 2012 V02 AIO- SVT Zuiddijk INTECH DYKE SECURITY SYSTEMS Eindrapport meetverslag piping Zuiddijk V02 IDS 12006 30 november 2012 1 van 10 Inhoudsopgave DEEL A FACTUAL REPORT... 3 1. ALGEMEEN:... 3 2. INSTRUMENTATIE

Nadere informatie

Midwintertelling van zee-eenden in de Waddenzee en de Nederlandse kustwateren, januari 2006

Midwintertelling van zee-eenden in de Waddenzee en de Nederlandse kustwateren, januari 2006 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat Generaal Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ Midwintertelling van zee-eenden in de Waddenzee en de Nederlandse kustwateren, januari 26

Nadere informatie

Texel Landschappelijke ontwikkelingen

Texel Landschappelijke ontwikkelingen Texel Landschappelijke ontwikkelingen Een LIA-presentatie LIA staat voor: Landschappen ontdekken In een Aantrekkelijke vorm. Lia is ook de geograaf die zich gespecialiseerd heeft in de veranderende Noord-Hollandse

Nadere informatie

Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden

Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden Victor N. de Jonge, november 2013 Het Eems estuarium vormt ecologisch gezien één groot geheel, maar dat

Nadere informatie

10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden

10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:46 Pagina 65 10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden Satellietbeelden tonen achter gebergten of bergachtige eilanden vaak wolkenribbels. Zo n wasbordpatroon

Nadere informatie

Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Dick de Wilde

Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Dick de Wilde Memo Werkgroep Kennis Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Projectbureau Zeeweringen Betreft Stormschade kreukelberm Westkapelle Afschrift aan WG Kennis, pb-overleg,

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 14 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren

Nadere informatie

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging?

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Op de Aarde wonen er ongeveer 6 446 131 400 mensen. In België wonen er 10 584 534. De meeste mensen wonen in de bergen / in de woestijn / in de nabijheid van water/

Nadere informatie

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem Deltaprogramma 2013 Bijlage A Samenhang in het watersysteem 2 Deltaprogramma 2013 Bijlage A Bijlage A Samenhang in het watersysteem Het hoofdwatersysteem van Eijsden en Lobith tot aan zee Het rivierwater

Nadere informatie

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl 6 augustus 2018 Dit is een voorlopige versie. De methode kan nog verbeterd en de droogte van 2018 is nog niet ten einde. Commentaar

Nadere informatie

Beknopt verslag van de stormperiode 8 en 9 november 2001

Beknopt verslag van de stormperiode 8 en 9 november 2001 Beknopt verslag van de stormperiode 8 en 9 november 21 Tussen een complexe depressie over Scandinavië en een hogedrukgebied over de nabije Atlantische Oceaan ontwikkelt er zich een sterke noordwestelijke

Nadere informatie

Prognose voor de ontwikkeling van de slibbalans in de Beneden Zeeschelde. van de slibverwijdering bij Kallo. Advies hoe nu verder te gaan.

Prognose voor de ontwikkeling van de slibbalans in de Beneden Zeeschelde. van de slibverwijdering bij Kallo. Advies hoe nu verder te gaan. Ministerie van Verkeer en waterstaat Di rectoraat -Generaal Rij kswaterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ Prognose voor de ontwikkeling van de slibbalans in de Beneden Zeeschelde bij continuering

Nadere informatie

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Zandige kust Het klimaat verandert. De bodem daalt. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop we omgaan met de Nederlandse kust. Om de veiligheid

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor : 2,5 jaar Carola van Gelder-Maas Projectmanager WVL Rijkswaterstaat 31 maart 2014 Hoe zat het ook alweer? Eroderende kustlijn NL kust 12 Mm³ zandsuppleties per jaar Zeespiegelstijging Zwakke schakels

Nadere informatie

- 1 - april mei juni juli augustus september maand

- 1 - april mei juni juli augustus september maand - 1 - ER Smog in zomer In dit bulletin wordt een overzicht gegeven van de smogsituatie in de periode april tot en met september voor de stoffen O 3, PM, SO 2, en NO 2. In de zomerperiode van zijn er 7

Nadere informatie

Project Vuil-Spuien tot op de bodem

Project Vuil-Spuien tot op de bodem Project Vuil-Spuien tot op de bodem Opgemaakt: Maart 2014 KIMO Nederland en België 2 INHOUD 1. Inleiding 4 2. Omschrijving 5 2.1 Constructie Net 5 2.2 Metingen 7 2.3 Monitoring oevers 7 3. Looptijd 8 4.

Nadere informatie

Vuurwerk tijdens de jaarwisseling van 2012/2013

Vuurwerk tijdens de jaarwisseling van 2012/2013 Vuurwerk tijdens de jaarwisseling van 2012/2013 Samenvatting De luchtverontreiniging door vuurwerk is op 1 januari 2013 beperkt gebleven. Alleen in het eerste uur na de jaarwisseling zijn hoge concentraties

Nadere informatie

Een les met WOW - Wind

Een les met WOW - Wind Een les met WOW - Wind Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het KNMI

Nadere informatie

Kenmerkende waarden. Getijgebied Datum 22 juli 2013

Kenmerkende waarden. Getijgebied Datum 22 juli 2013 Kenmerkende waarden Getijgebied 2011.0 Datum 22 juli 2013 Status Definitief Kenmerkende waarden 2011.0 Getijgebied Colofon Uitgegeven door RWS Centrale Informatievoorziening Informatie Servicedesk Data

Nadere informatie

Modelleren van turbulente warmte en vocht stromingen in de atmosfeer met behulp van warmtebeelden van het aardoppervlak.

Modelleren van turbulente warmte en vocht stromingen in de atmosfeer met behulp van warmtebeelden van het aardoppervlak. Modelleren van turbulente warmte en vocht stromingen in de atmosfeer met behulp van warmtebeelden van het aardoppervlak Wim Timmermans Modelleren van stroming in de lucht: wat Dit gaat over: Het vinden

Nadere informatie

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011 Ammonium in de Emissieregistratie?! Natuurlijke processen, antropogene bronnen en emissies in de ER Bert Bellert, Waterdienst Ammonium als stof ook in ER??: In kader welke prioritaire stoffen, probleemstoffen,

Nadere informatie

Overstromingen en wateroverlast

Overstromingen en wateroverlast Atlasparagraaf Overstromingen en wateroverlast 1/6 In deze atlasparagraaf herhaal je de stof van Overstromingen en wateroverlast. Je gaat extra oefenen met het waarderen van verschijnselen (vraag 4 en

Nadere informatie

ph-dynamiek Noordzee

ph-dynamiek Noordzee Royal Netherlands Institute for Sea Research ph-dynamiek Noordzee historische metingen, inzichten en perspectief dr. Steven van Heuven (NIOZ) prof.dr. Gert-Jan Reichart (NIOZ) met bijdragen van: prof.dr.

Nadere informatie

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi. Lotos-Euros v1.7: validatierapport voor 10 en bias-correctie Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.nl Conclusies Bias-correctie:

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Opzet berekeningen

Memo. Inleiding. Opzet berekeningen Memo Aan Bart Grasmeijer Van Thijs van Kessel Aantal pagina's 7 Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 239 E-mail thijs.vankessel @deltares.nl Onderwerp notitie specieverspreiding Eemshaven Inleiding Deze beknopte

Nadere informatie

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018 Onderzoek gezondheidsrisico s ultrafijn stof rond Schiphol Module 1 Resultaten meetcampagne taxiënde zhrhrwh45e vliegtuigen April 2018 Subtitle Campagne taxiënde vliegtuigen Doel: Onderzoek nut en noodzaak

Nadere informatie

Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten?

Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten? Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten? Yorick de Wijs (KNMI) Veenendaal - 09 05 2019 Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut 1 Klimaatverandering Oorzaken en risico s wereldwijd Trends en

Nadere informatie

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 2009 Jaar 2009: zeer zonnig en vrij droog Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in 2009 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2009/jaar Maximumtemperatuur

Nadere informatie

Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland

Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland Page 1 of 6 Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland Hoe voorspeld? Klimaatscenario's voor Nederland (samengevat) DOWNLOAD HIER DE WORD VERSIE In dit informatieblad wordt in het kort klimaatverandering

Nadere informatie

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 2015 Jaar 2015: Warm, zeer zoning en normale hoeveelheid neerslag De gemiddelde jaartemperatuur in is uitgekomen op 10,9 C, tegen 10,1 C normaal. Daarmee eindigde 2015 op een gedeelde vijfde plaats in

Nadere informatie

Leerlingboekje Sonnenborgh

Leerlingboekje Sonnenborgh Leerlingboekje Sonnenborgh Hoe komen we aan de gegevens op deze weerkaart en wat vertellen die ons over het weer? Tijdens je bezoek aan Sonnenborgh ga je het ontdekken! Legenda De letters L en H geven

Nadere informatie

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Notitie Petten, 15 oktober 2014

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Notitie Petten, 15 oktober 2014 Notitie Petten, 15 oktober 2014 Afdeling Policy Studies Van Aan Sander Lensink Marc Streefkerk (Ministerie van Economische Zaken) Kopie Onderwerp Update kosten windenergie op zee, fase II (openbaar) 1

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 4, zesde lid, van het Besluit schadevergoeding net op zee;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 4, zesde lid, van het Besluit schadevergoeding net op zee; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16220 31 maart 2016 Regeling van de Minister van Economische Zaken van 22 maart 2016, nr. WJZ/16007215, tot vaststelling

Nadere informatie

Drenthe Drenthe is de provincie waar de minste mensen op een vierkante kilometer wonen. In heel Drenthe wonen ongeveer mensen.

Drenthe Drenthe is de provincie waar de minste mensen op een vierkante kilometer wonen. In heel Drenthe wonen ongeveer mensen. Meander Samenvatting groep 6 Thema 3 De aarde beweegt Samenvatting Dag en nacht De aarde draait om haar as. De zon kan dus maar een helft van de aarde verlichten. Daardoor is het licht en donker, dag en

Nadere informatie

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE Rapport aan isterie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Waterwegen en Zeewezen AFDELING WATERWEGEN KUST VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE

Nadere informatie

Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend door de AG Haven Oostende.

Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend door de AG Haven Oostende. KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT VOOR NATUURWETENSCHAPPEN BEHEERSEENHEID MATHEMATISCH MODEL VAN DE NOORDZEE AFDELING BEHEER VAN HET MARIENE ECOSYSTEEM Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend

Nadere informatie

Ervaringen met de SDS011 stofsensor

Ervaringen met de SDS011 stofsensor Ervaringen met de SDS011 stofsensor RIVM, 12 juli 2018 De afgelopen maanden zijn er veel PM2.5 en PM10 metingen gedaan met de SDS011 stofsensoren. Zo vlak voor de vakanties willen we een korte terugkoppeling

Nadere informatie

Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur

Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur Dit rapport beschrijft een meteorologisch overzicht van de omstandigheden die zich tijdens de genoemde vlucht hebben voorgedaan. Achtereenvolgens

Nadere informatie

SAMENVATTING. F = k w (C zeewater - C lucht ) (1)

SAMENVATTING. F = k w (C zeewater - C lucht ) (1) SAMENVATTING Menselijke activiteiten brengen een grote hoeveelheid kooldioxide (CO 2 ) in de atmosfeer. Het wordt nu algemeen erkend dat dit kan leiden tot opwarming van de aarde. Dit inzicht heeft geleid

Nadere informatie

Helder water door quaggamossel

Helder water door quaggamossel Helder water door quaggamossel Kansen en risico s Een nieuwe mosselsoort, de quaggamossel, heeft zich in een deel van de Rijnlandse wateren kunnen vestigen. De mossel filtert algen en zwevend stof uit

Nadere informatie

NO, NO2 en NOx in de buitenlucht. Michiel Roemer

NO, NO2 en NOx in de buitenlucht. Michiel Roemer NO, NO2 en NOx in de buitenlucht Michiel Roemer Inhoudsopgave Wat zijn NO, NO2 en NOx? Waar komt het vandaan? Welke bronnen dragen bij? Wat zijn de concentraties in de buitenlucht? Maatregelen Wat is NO2?

Nadere informatie

Briefrapport 680705013/2009 D. Mooibroek P.L. Nguyen J.P. Wesseling. Meteorologie voor standaard rekenmethoden in 2008

Briefrapport 680705013/2009 D. Mooibroek P.L. Nguyen J.P. Wesseling. Meteorologie voor standaard rekenmethoden in 2008 Briefrapport 680705013/2009 D. Mooibroek P.L. Nguyen J.P. Wesseling Meteorologie voor standaard rekenmethoden in 2008 RIVM Briefrapport 680705013/2009 Meteorologie voor standaardrekenmethoden in 2008 D.

Nadere informatie

Drenthe Drenthe is de provincie waar de minste mensen op een vierkante kilometer wonen. In heel Drenthe wonen ongeveer mensen.

Drenthe Drenthe is de provincie waar de minste mensen op een vierkante kilometer wonen. In heel Drenthe wonen ongeveer mensen. Meander Samenvatting groep 6 Thema 3 De aarde beweegt Samenvatting Dag en nacht De aarde draait om haar as. De zon kan dus maar een helft van de aarde verlichten. Daardoor is het licht en donker, dag en

Nadere informatie

Bloei van de blauwalg

Bloei van de blauwalg Bloei van de blauwalg Blooms like it hot was een kop in het wetenschappelijke tijdschrift Science in april 2008. De onderzoekers Hans Paerl en Jef Huisman wijzen daarmee op een toename van de algenbloei

Nadere informatie

Vandaag de dag komt men satellietbeelden overal tegen: in het weerbericht op tv, in de kranten en soms zelfs in de reclame.

Vandaag de dag komt men satellietbeelden overal tegen: in het weerbericht op tv, in de kranten en soms zelfs in de reclame. Deel II. De satellietbeelden Vanuit de ruimte kan men de aarde observeren en die observaties gebruiken om het weer te voorspellen, de klimaatsveranderingen te bestuderen, te meten of het ozongat groter

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. GASTRANSPORTLEIDING N TE TONDEN, GEMEENTE BRUMMEN I De Hoven N Rondweg N-345

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. GASTRANSPORTLEIDING N TE TONDEN, GEMEENTE BRUMMEN I De Hoven N Rondweg N-345 KWANTITATIEVE RISICOANALYSE GASTRANSPORTLEIDING N-559-20 TE TONDEN, GEMEENTE I.012547.01 De Hoven N-559-20 Rondweg N-345 I.012547.01 De Hoven N-559-20 Rondweg N-345 N.V. Nederlandse Gasunie N.V. Nederlandse

Nadere informatie

Duinaangroei na 1990 voor de kust van Noord- en Zuid-Holland

Duinaangroei na 1990 voor de kust van Noord- en Zuid-Holland Duinaangroei na 199 voor de kust van Noord- en Zuid-Holland Duinaangroei na 199 voor de kust van Noord- en Zuid-Holland november 26 in opdracht van Rijkswaterstaat, RIKZ Het verschil in het volume zand

Nadere informatie

6 Projectinformatie: Rotterdam (Wassende Weg) nat reinigen

6 Projectinformatie: Rotterdam (Wassende Weg) nat reinigen 6 Projectinformatie: Rotterdam (Wassende Weg) nat reinigen 6.1 Inleiding Uit onderzoek van de gemeente Rotterdam is gebleken dat de stad, net zoals veel grote steden, last heeft van luchtvervuiling. Dit

Nadere informatie

Verzuring van de Noordzee: oorzaken, gevolgen, en perspectief

Verzuring van de Noordzee: oorzaken, gevolgen, en perspectief Faculteit Geowetenschappen Departement Aardwetenschappen Nationaal Programma Zee- en Kustonderzoek (ZKO) Verzuring van de Noordzee: oorzaken, gevolgen, en perspectief Mathilde Hagens (Universiteit Utrecht)

Nadere informatie

Veldverslag zeegrasmitigatielocaties mei 2009: Veldbezoek ivm monitoring. Wouter Suykerbuyk, Laura Govers, Laura Glasbergen, 10 juni 2009

Veldverslag zeegrasmitigatielocaties mei 2009: Veldbezoek ivm monitoring. Wouter Suykerbuyk, Laura Govers, Laura Glasbergen, 10 juni 2009 Veldverslag zeegrasmitigatielocaties mei 2009: Veldbezoek ivm monitoring Wouter Suykerbuyk, Laura Govers, Laura Glasbergen, 10 juni 2009 Op 25, 27 t/m 29 mei 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatie-

Nadere informatie

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO Aanbeveling voor een voorlopige regeling voor de correctie van fijn stof (PM 10 ) concentraties voor de bijdrage van zeezout Ronald Hoogerbrugge a, Jan Matthijsen b, Hans van Jaarsveld b, Martijn Schaap

Nadere informatie

1. Algemene meteorologische situatie

1. Algemene meteorologische situatie Koninklijk Meteorologisch Instituut Wetenschappelijke Dienst meteorologische en klimatologische Inlichtingen Ringlaan, 3 B-1180 Brussel Tél.: +32 (0)2 373 0520 Fax : +32 (0)2 373 0528 Vlaamse Overheid

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van

Nadere informatie

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 info@rivm.nl Uw kenmerk Gevoeligheid van de gesommeerde depositiebijdrage onder 0,05

Nadere informatie

Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen

Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen Wat doen gemeenten en GGD Amsterdam op het gebied van luchtkwaliteit? De GGD Amsterdam informeert en adviseert de inwoners en het bestuur van Amsterdam

Nadere informatie

OPDRACHT NEDERLAND: EEN LICHT LAND IN DE WERELD

OPDRACHT NEDERLAND: EEN LICHT LAND IN DE WERELD OPDRACHT In het kader van de vijfde Nacht van de Nacht op 24 oktober 2009, is een onderzoek uitgevoerd naar wat het donkerste gebied van Nederland en ook wat het donkerste gebied van elke provincie is.

Nadere informatie