Inhoud FOURIER REEKSEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoud FOURIER REEKSEN"

Transcriptie

1 Fourier Reeksen De kortste inleiding Een eindwerk door Stefanie Van der Sypt

2 Inhoud Fourierreeksen, een inleiding... 3 Fourierreeksen, praktisch... 4 Bepaling van de sinuscoëfficiënt... 4 Bepaling van de cosinuscoëfficiënt... 6 De testfunctie: eens kijken of het werkt... 7 Uitbereiding van de periode... 8 Fourierreeksen, bewijzen en zo De Dirichlet-condities Het bewijs van Dirichlet Half-bereik reeksen Over het nut van even en oneven functies De even functie-uitbreiding De oneven functie-uitbreiding Het Gibbs fenomeen: een paradox? Fourierreeksen en geluid Over Geluid De Monochord van Pythagoras: een eerste experiment Mijn piano: een tweede experiment Fourierreeksen en Pi Het geluid van Pi Een besluit aangaande Fourierreeksen Bronvermelding

3 Fourierreeksen, een inleiding Jean-Baptiste Joseph Fourier was een veelzijdig man. Hij zat een tijdje in de Bastille tijdens de Franse Revolutie; hij ging met Napoleon naar Egypte en schreef de inleiding van het monumentale werk Description de l Egypte ; hij hield zich bezig met de leeftijd van de aarde en gaf leiding aan stedenbouwkundige projecten. Zijn meest memorabele ele werk ligt echter op het domein van de wiskunde en de fysica. Na zijn terugkeer uit het warme Egypte had Fourier in Frankrijk het altijd koud. Hij verliet zijn huis niet meer zonder dat een bediende één of twee Figuur 1: Fourier extra jassen mee had, en toen hij ouder werd verliet hij gewoon zijn huis niet meer. Het hoeft dus geen verbazing te wekken dat Fourier vooral onderzoek deed naar warmte. Hij ontdekte het broeikaseffect, bestudeerde thermometers, en systemen voor centrale verwarming, en schreef Théorie Analytique de la Chaleur. Het was in dat laatste boek dat hij zijn wet voor de geleiding van warmte presenteerde: De Wet van Fourier. De hoeveelheid warmte die tussen twee punten in een materiaal stroomt, is evenredig met het verschil in temperatuur tussen die punten en omgekeerd evenredig met de afstand ertussen Q is de warmtestroom, T T is het temperatuursverschil, x is de dikte van de laag waardoor geleiding plaatsvindt, A is de oppervlakte en K is een materiaalafhankelijke evenredigheidsconstante. Het minteken en geeft de temperatuurgradiënt aan: van warm naar koud. In zekere zin is deze wet het thermodynamische zusje van de Wet van Ohm voor de weerstand van een geleider. Met deze wet is een partiële differentiaalvergelijking te vinden, de zogenaamde warmtevergelijking. In Fourier s tijd bestond er geen algemene methode om oplossingen ervan te vinden. Er waren wel specifieke oplossingen bekend: dit waren de zogenaamde eigenoplossingen, waarvoor de in de vergelijking gebruikte warmtebron sinus- of cosinusgolven geeft. Fourier had het geweldige idee om de andere oplossingen te beschouwen als superposities van de eigenoplossingen. Deze superposities zijn oneindige sommen van sinussen en cosinussen. Fourier geloofde dat iedere periodieke functie benaderd kon worden door een reeks sinussen en cosinussen. Hiermee zijn we (eindelijk) aanbeland bij het eigenlijke onderwerp van dit artikel: Fourierreeksen....the manner in which the author arrives at these equations is not exempt of difficulties and...his analysis to integrate them still leaves something to be desired on the score of generality and even rigor. (Bespreking van Fouriers werk door o. a. Lagrange, Legendre en Laplace) Toentertijd werd Fourier niet geloofd door veel van zijn collega s, omdat hij zijn theorieën niet streng bewees. Tegenwoordig vinden we echter overal toepassingen van Fourierreeksen, van warmte en geluid tot kwantumfysica en medische beeldvorming! 3

4 Fourierreeksen, praktisch Een voorbeeld van een trigonometrische reeks al voor Fourier bekend uit het werk van Euler- is deze: Deze trigonometrische reeks werkt enkel goed in het interval. Figuur 2: trigonometrische reeks Fourier had, zoals eerder gezegd, het idee dat iedere periodische functie benaderd kon worden met een dergelijke reeks. Hij bedacht een soort recept om de reeks van iedere periodische functie samen te stellen. De basisingrediënten zijn sinussen en cosinussen. Zoals te zien in de voorbeeldreeks, zijn die allemaal ook voorzien van een coëfficiënt. Deze coëfficiënten kunnen worden beschouwd als de hoeveelheid van elk ingrediënt dat in onze reeks moet, en dat is verschillend per reeks die beschouwd wordt. Om de Fourierreeks-benadering van een functie te bepalen is het met andere woorden noodzakelijk om de coëfficiënten ervan te kennen, voor zowel de sinus- als de cosinustermen. De sinuscoëfficiënt noemen we, de cosinuscoëfficiënt noemen we. We zullen deze nu allebei proberen te bepalen. Dit deel heet praktisch voor iets: we zullen proberen het eenvoudig te houden. Om de berekeningen handzaam te houden gebruiken we voorlopig de periode 2π. Later zullen we deze uitbreiden tot de algemene periode 2L. We beginnen met de sinussen. Bepaling van de sinuscoëfficiënt We zoeken dus. Hiervoor proberen we de functie f(x) zo goed mogelijk te benaderen met de functie. Een benadering is optimaal wanneer de oppervlakte tussen beide curven minimaal is. Een goede maat daarvoor is de volgende integraal: 4

5 Het kwadraat heeft hier tot doel de integraal positief te houden, zodat de geöriënteerde oppervlaktes niet tegen elkaar wegvallen. Deze integraal is minimaal wanneer de afgeleide van I naar gelijk is aan 0. We passen hier de formules van Carnot toe om te vereenvoudigen. We rekenen de tweede integraal even apart uit En als we die uitkomst terug in onze oorspronkelijke integraal invoeren krijgen we Om het minimum te bekomen stellen we dit gelijk aan nul. We vinden dan voor : En daar hebben we dan de hoeveelheid sinussen in een Fourierreeks! Ook voor de cosinussen werkt deze methode. 5

6 Bepaling van de cosinuscoëfficiënt We zoeken op soortgelijke manier naar een coëfficiënt die de hoeveelheid cosinussen in de reeks aangeeft. We zoeken opnieuw naar het minimum van de volgende integraal En opnieuw vinden we dat minimum met de afgeleide, nu naar. Opnieuw de formules van Carnot We rekenen de tweede integraal apart uit We vullen dat in en vinden We stellen dit gelijk aan nul en vinden vervolgens de volgende uitdrukking voor : Hiermee hebben we dan voor zowel de sinustermen als de cosinustermen de coëfficiënten gevonden. Nu willen we natuurlijk ook weten of dat onze formules werken. We laten ze los op een testfunctie. 6

7 De testfunctie: eens kijken of het werkt Om na te kijken of onze formules een goede benadering geven, hebben we de testfunctie. Vooraleerst berekenen we de hoeveelheid sinussen. Hieruit kunnen we dus besluiten dat er in de Fourierreeks van onze testfunctie geen sinussen zitten. De cosinussen dan. De functie f(x) is altijd positief op het interval, dus we kunnen de absolute waardetekens weglaten. De functie is een oneven functie. Ze is symmetrisch rond de oorsprong. Dit heeft tot gevolg dat de integraal gelijk is aan nul (want is een interval symmetrisch rond de y-as). Omdat we hiermee enkel tot doel hebben de effectiviteit van onze benadering aan te tonen, zullen we voor verdere berekeningen met de Testfunctie ons rekentoestel gebruiken. We zien op het rekentoestel dat de benadering van de vorm wel goed zit, maar dat de grafiek lager ligt dan de te benaderen functie. We moeten ons dus afvragen wat het probleem is met onze benadering. Vanuit de grafiek gezien lijkt het alsof er een constante term mist. Dit fenomeen is eigenlijk niet verrassend. Wanneer we de grafiek een beetje beter bekijken, zien we dat er op het interval exact evenveel onder als boven de x-as zit. Het gemiddelde van de functie op het interval is nul. Omdat de termen van de reeks allemaal gemiddelde nul hebben (het zijn cosinussen en sinussen), heeft het resultaat dat dus ook. Om onze benadering toch te doen kloppen, voeren we zoals verwacht een constante term in. Deze heeft als waarde exact het gemiddelde van de functie f(x) over. We blijven deze tem natuurlijk niet constante term noemen Want eigenlijk is hij gelijk aan /2 met. Logischerwijze wordt dat dan: Voor onze testfunctie is deze term gelijk aan. Wanneer we dat invoeren, zien we dat de benaderende functie nu inderdaad op de goede hoogte zit. 7

8 FOURIER REEKSEN Uitbereiding van de periode We weten nu wat de Fouriercoëfficiënten zijn van functies met periode 2π. Ons eigenlijke doel was het bepalen van deze coëfficiënten van willekeurige periodische functies. We gaan nu dus de periode veralgemenen. We willen de functie f(x) met periode 2L benaderen. Deze functie is volledig bekend als we haar functiewaarden op het interval kennen. We definiëren een functie. Het benaderen van f(x) op komt nu overeen met het benaderen van g(y) voor. Van g(y) berekenen we de Fouriercoëfficiënten: Deze kunnen we ook uitdrukken met f(y). we vervangen de integratievariabele y door. Zo vinden we de constante term De cosinuscoëfficiënt 8

9 En ten slotte ook de sinuscoëfficiënt! We hebben nu de algemene formule voor de Fourierreeks van een periodische functie met periode 2L. Deze ziet er in één stuk als volgt uit: Nu kunnen we ons opnieuw een vraag stellen. Kunnen we hier nu werkelijk iedere periodische functie mee benaderen? 9

10 Fourierreeksen, bewijzen en zo Kunnen we iedere periodische functie een benaderende Fourierreeks vinden? En werkt de formule werkelijk altijd? Fourier dacht van wel. Veel van zijn tijdgenoten geloofde hem echter niet omdat hij zijn theorieën niet streng bewees. Bovendien kennen we allemaal een voorbeeld van een periodische functie die niet te benaderen is met een Fourierreeks: de goniometrische functie tan(x). Deze is periodische met periode π, maar toch kunnen we er geen Fourierreeks voor vinden. De Dirichlet-condities Figuur 6: tangensfunctie Pas in 1829, één jaar voor de dood van Fourier, gaf en bewees de Duitse wiskundige Johann Dirichlet de voorwaarden waaronder de Fourierreeks van een functie ook convergeert naar die functie. Ze worden de Dirichlet-condities genoemd. f(x) mag maximaal een eindig aantal discontinuïteiten hebben in het beschouwde interval. F(x) moet periodisch zijn buiten het interval met periode 2L. Zowel f(x) als de afgeleide functie f (x) moeten stuksgewijze gedefinieerd zijn op het interval. Stuksgewijze gedefinieerd of stuksgewijze continu betekent dat de linker- en rechterlimiet van de functie voor ieder punt (met uitzondering van de randpunten van het interval) gedefinieerd en eindig is. Deze condities geven ons meteen een verklaring voor het feit dat er geen Fourierreeks bestaat die de tangensfunctie benadert. Deze is wel periodiek, en op het interval heeft ze niet oneindig veel discontinuïteiten, maar ze is niet stuksgewijze continu. De Fourierreeks van een functie die aan de Dirichlet-condities voldoet, convergeert naar, als de functie continu is in dat punt als de functie discontinu is in dat punt. en zijn respectievelijk de rechter- en linkerlimiet van de functie in de discontinuïteit. Op de discontinuïteit gaat de Fourierreeks naar de gemiddelde waarde van die limieten. 10

11 Het bewijs van Dirichlet Dirichlets bewijs voor de voorwaarden en de convergentie valt buiten het bestek van dit artikel, maar we kunnen wel kort weergeven hoe het was opgebouwd. Het bestond eigenlijk uit drie grote delen. Ten eerste toonde hij aan dat er voor iedere functie die aan de voorwaarden voldoet een trigonometrische polynoom -een som van goniometrische functies dus- bestaat die de functie willekeurig dicht benadert. Vervolgens toonde hij aan dat er een optimale benadering mogelijk is: één trigonometrische polynoom benadert de functie beter dan alle andere. En tot slot bewees hij dat deze optimale benadering overeenkomt met de Fourierreeks van de functie, wanneer het aantal termen naar oneindig gaat. 11

12 Half-bereik reeksen Over het nut van even en oneven functies Voordat er kan worden uitgelegd wat half-bereik reeksen zijn, is het noodzakelijk dat het concept (on)even functie wat wordt verduidelijkt. Even en oneven functies zijn respectievelijk symmetrisch rond de y-as en de oorsprong. Ze worden als volgt gedefinieerd. Oneven functie: Even functie: Door hun mooie symmetrie zijn even en oneven functies vrij eenvoudig om mee te werken. Voor wat betreft integralen geldt bijvoorbeeld: Voor oneven functies: Voor even functies: Voor producten gelden de volgende regels: Terug naar de titel. Half-bereik slaat op functies die zijn gedefinieerd over een half interval. Voor een Fourierreeks heb je, zoals bekend, een heel interval nodig, dus op zich kan men van deze functies geen reeksontwikkeling uitwerken. Het is echter mogelijk om een functie uit te breiden, door voor de andere helft van het gevraagde interval er een aanhangsel bij te bedenken. Dit mag in principe iedere functie zijn die voldoet aan de Dirichlet-condities. Om de berekeningen eenvoudig te houden doet men hiervoor een beroep op -jawel- even en oneven functies. Ze zijn eenvoudig om mee te rekenen, en hun gebruik vereenvoudigt de Fourierreeks enorm. We zullen nu bekijken wat het effect is van zowel de even als de oneven functie-uitbreiding. De even functie-uitbreiding Stel dat we een functie hebben, gedefinieerd op het interval. We breiden haar uit door te eisen dat Zo bekomen we het symmetrische interval. De Fouriercoëfficiënten hiervan zijn dan: 12

13 FOURIER REEKSEN Door toepassing van de eerder geziene regels voor even en oneven functies zijn de coëfficiënten vereenvoudigd. We zien ook dat er in de reeks geen sinustermen zitten. Dit is een algemeen verschijnsel voor even functies: denk maar aan de Testfunctie. Dit geldt dus niet alleen voor functies met aanhangsels. We noemen de Fourierreeks dan een cosinusreeks. De reeksontwikkeling is de volgende: De oneven functie-uitbreiding We nemen dezelfde situatie als bij de even uitbreiding, alleen eisen we nu dat De Fouriercoëfficiënten zijn dan: Niet onverwacht ontbreken nu de cosinustermen uit de reeks. In overeenstemming met de even uitbreiding noemen we deze reeks een sinusreeks. De bekomen reeksen noemen we half-bereik reeksen. We stelden al eerder dat ze vooral een praktisch nut dienen omdat ze het werken met asymmetrische intervallen eenvoudiger maken. 13

14 Het Gibbs fenomeen: een paradox? Figuur 7: Gibbs fenomeen In het voorgaande deel hadden we het over de convergentie van Fourierreeksen. We zagen de voorwaarden waaronder een functie convergeert, en we zagen eveneens naar wat ze dan precies convergeert. Voor functies met discontinuïteiten was convergentie ook mogelijk, dankzij het principe van stuksgewijze continuïteit. Wanneer we echter een discontinuïteit eens van dichtbij bekijken, zien we dat die convergentie eigenlijk niet zo vlot verloopt. Hoeveel termen we ook nemen, de reeks blijft pieken vertonen ter hoogte van de discontinuïteit. Dit fenomeen staat bekend als het Gibbs- fenomeen. De pieken in kwestie worden overshoot en undershoot genoemd, of boven- en ondersprong. Het fenomeen werd eigenlijk ontdekt door Albert Michelson, die Fourierreeks-benaderingen tekende met een mechanisch apparaat. Hoeveel termen hij ook invoerde, ter hoogte van de discontinue punten bleef de machine een piek tekenen. Hij weet de vreemde pieken aan dat apparaat, en realiseerde zich niet dat het om een wiskundig fenomeen ging. Uiteindelijk was het Josiah Willard Gibbs die de ware aard van het fenomeen ontdekte. De over- en undershoot zijn samen even groot als zo n 18% van het verschil van de linker- en rechterlimiet in de discontinuïteit. Dit is altijd zo, onafhankelijk van de beschouwde functie. Het Gibbs fenomeen heeft te maken met hoe je convergentie definieert. Het lijkt paradoxaal; enerzijds hebben we bewezen dat de reeks naar de functie convergeert, maar anderzijds nemen we wel een rare piek waar, die niet verdwijnt naarmate er meer termen zijn! Net zoals bij de Dirichletcondities, waar we continu anders definieerden dan gewoonlijk, is het mogelijk om convergentie op verschillende manieren te definiëren. We zullen kort twee begrippen uitleggen: Puntsgewijze convergentie: de limiet van de partieelsommen van de Fourierreeks van f(x) convergeert voor iedere x naar f(x). Uniforme convergentie: de limiet van het absolute verschil tussen de reeks en de functie f(x) gaat naar nul. Beide begrippen zijn niet heel erg voor de hand liggend, maar het is vast wel duidelijk dat puntsgewijze convergentie een iets soepelere definitie heeft dan uniforme convergentie. De Fourierreeks is puntsgewijze convergent, maar niet uniform: voor iedere x gaat de limiet naar de functie toe, maar door de under-en overshoot gaat het absolute verschil tussen de reeks en de functie niet naar nul. 14

15 Fourierreeksen en geluid Over Geluid In het woordenboek vinden we de volgende definitie van het begrip geluid: 1) datgene wat met het gehoororgaan kan worden waargenomen (perceptie) 2) het fysische verschijnsel van zich in een medium voortplantende elastische golven. De woordenboekdefinitie is niet van bijster groot belang, maar ze zet ons op het juiste spoor omtrent de aard van geluid. Zich in een medium voortplantende elastische golven, dat gaat over trillingen. Een betere beschrijving van geluid is verandering van (lucht) druk met de tijd. Dit levert ons geluid als functie van de tijd. Maar geluid is dus een trilling, en een trilling is een bron van golven en toevallig is er nu net een soort golven waar we al eerder mee in aanraking kwamen, met name sinusgolven. We zoomen even in op een standaard sinusgolf om enkele belangrijke begrippen te verduidelijken. amplitude A = golfhoogte; golflengte λ = afstand tussen twee opeenvolgende golftoppen; frequentie f = aantal toppen die een gegeven punt per tijdseenheid passeren; periode T = = tijd tussen twee opeenvolgende golftoppen die een gegeven punt passeren; golfsnelheid v = = snelheid waarmee de golftoppen zich voortbewegen. De frequentie f wordt uitgedrukt in Hertz (Hz). Ze bepaalt de toonhoogte van het geluid. Hoe hoger de frequentie, hoe hoger het geluid. De standaard sinusgolf heeft het volgende voorschrift: Hierbij is gelijk aan of. Het symbool staat voor de beginfase; het punt op de curve waar je nulpunt gesitueerd ligt. Op de tekening is dit gewoon gelijk aan nul. 15

16 De Monochord van Pythagoras: een eerste experiment Buiten zijn beroemde stelling (die hij misschien niet eens zelf heeft bewezen) heeft Pythagoras nog andere verdiensten. Hij deed namelijk ook onderzoek naar toonafstanden en muziek. Hij gebruikte hier een eenvoudig instrument voor, bestaande uit slechts één snaar, aan beide uiteinden vastgemaakt. Dit noemt men een monochord. Dit instrument leent zich goed voor ons onderzoek, en daarom hebben we er ook maar eentje gemaakt; zij het een primitief exemplaar. Tussen de twee bevestigingspunten kan de snaar trillen in verschillende trillingsmodes. Al deze modes hebben een eigen frequentie. De eerste mode is de traagste, deze geeft ook de laagste toon. Dit is de grondtoon, met frequentie. De andere modes zijn allemaal veelvouden van de grondtoon. We noemen ze de harmonieken of harmonischen van. Wanneer we die trillingsmodes eens van dichterbij bekijken op onze monochord, ziet dat er ongeveer uit als volgt, geschikt van laag naar hoog: Figuur 9: trillingsmodes De stabiele punten, die we hebben aangegeven met een rood punt, noemen we de knopen van de golf. De uitwijkende gebieden zijn de buiken. Het verband met de veelvouden is als volgt: de -de trillingsmode heeft buiken, en veroorzaakt een toon met frequentie. Tot zover de theorie. Als we onze monochord aanslaan, trilt de snaar niet in exact één van de voorgenoemde trillingsmodes. Ze trilt in verschillende modes tegelijkertijd. En dat brengt ons (eindelijk) terug bij het onderwerp waarmee we zijn vertrokken: Fourierreeksen. De Fouriercoëfficiënten van de geluidsfunctie f(t) komen overeen met het aandeel van iedere harmoniek in de functie. We kunnen de formules die we eerder zagen voor de coëfficiënten aanpassen zodat we de specificaties van de geluidgolf er beter in kunnen invullen. Dat komt er dan, voor periode als volgt uit te zien: 16

17 In golftermen gesproken bereken je met de coëfficiënten eigenlijk de amplitudes van de samenstellende sinusgolven. Deze bepalen hoezeer een bepaalde toon doorklinkt in het eindresultaat dat is, hetgeen dat uiteindelijk je oor bereikt. De verhouding van de verschillende coëfficiënten bepaalt de klankkleur van de toon. Er bestaan een massa verschillende synoniemen voor; toonkarakter, timbre, klanktint, stemkleur, Het komt er uiteindelijk op neer dat klankkleur datgene is dat ervoor zorgt dat een la op een viool niet hetzelfde klinkt als een la op een fagot. Het geeft een instrument zijn typische klank. Deze typische klank kan worden weergegeven in de vorm van een frequentiespectrum. Dit geeft grafisch het aandeel van de verschillende harmonieken in de uiteindelijke klank weer. Het is ook een alternatieve manier om een functie weer te geven: als de samenstellende harmonieken gekend zijn, is de functie zelf immers ook volledig bekend. Figuur 10: frequentiespectrum Terug naar onze monochord. Als we de snaar in het midden aanslaan, trillen alleen de oneven modes mee. Aan één van de uiteinden van de snaar trillen alle modes mee. Dit kunnen we ook afleiden uit de figuur; de oneven modes hebben in het midden buiken, de even modes hebben daar een knoop. Aan het uiteinde wordt voor alle modes een buik aangeslagen. Dit geeft een verschil in klank (althans in theorie, aangezien onze monochord geen klankkast heeft is het vrij moeilijk te horen): de midden -toon klinkt warmer, en minder schel dan de volledige toon. Hiervan wordt gebruik gemaakt bij alle tokkelinstrumenten; zo bestaat er bijvoorbeeld de flageolettechniek waarmee de muzikant bepaalde modes kan laten meetrillen of juist niet. Zo kan hij de klankkleur variëren. Harmonieken is eigenlijk een beetje een noodlottige naamkeuze voor de samenstellende sinusgolven. Lang niet alle harmonieken klinken namelijk mooi samen. Zo is er bijvoorbeeld de zevende harmoniek van de grondtoon, die ronduit vals klinkt in combinatie met de grondtoon. Hierop is ingespeeld bij de bouw van veel tokkelinstrumenten waarbij de zevende harmoniek vrijwel niet aanwezig is in het frequentiespectrum. 17

18 Mijn piano: een tweede experiment Ik heb toevallig de beschikking over een piano. Een piano is een snaarinstrument, dus in feite is het een perfect proefobject om de theorie van Fourierreeksen op los te laten. Bovendien hebben piano s per definitie een klankkast, waardoor de effecten die we proberen aan te tonen beter hoorbaar worden in het algemeen. We duwen één toets naar beneden, zodanig dat de hamer de snaar niet raakt, maar de demper wel wordt opgeheven. De snaar kan nu vrij trillen, hoewel ze niet wordt aangeslagen. We luisteren goed en slaan ondertussen random andere toetsen aan, kort en hard. We horen de vrije snaar bij sommige toetsen meezingen : ze resoneert. Dat houdt in dat ze meetrilt met de andere aangeslagen snaren. Resonantie is een verschijnsel dat enkel optreedt wanneer de aangeslagen snaar trilt met een veelvoud van de eigenfrequentie van de vrije snaar. Dit fenomeen treedt met andere woorden op bij (in het geval van een vrije la-snaar) alle veelvouden van 440 Hz. De grondtoon resoneert wanneer haar harmonieken worden aangeslagen. Ook andere, misschien onverwachtere resonanties treden op: wanneer de mi-snaar vrij is (330 Hz), zal het aanslaan van de la-snaar resonantie veroorzaken: de snaren delen namelijk een boventoon van 1320 Hz. Het systeem van de resonantiesnaar is niet alleen interessant; sommige snaarinstrumenten, zoals de Sitar maken er ook echt gebruik van. Ook onze piano heeft daar de mogelijkheid toe: daarvoor dienen de pedalen. Door de rechterpedaal in te duwen, worden in één keer alle dempers van de snaren getild, tijdens het pianospelen. Dit veroorzaakt een indrukwekkende nagalm die goed van pas komt bij het spelen van dramatische stukken. 18

19 Fourierreeksen en Pi Tot zover enkele vooral natuurkundige toepassingen van Fourierreeksen. Fourierreeksen zijn echter meer dan een handig hulpmiddel in de fysica. Ze hebben ook puur wiskundige toepassingen. Zo is er bijvoorbeeld een interessant bewijs van een reeksontwikkeling van het getal. We nemen de volgende functie: Dit is een blokgolf die er als volgt uitziet: Het is een oneven functie, dus we weten op voorhand al dat er geen cosinustermen in de reeks zitten. We berekenen enkel. Deze coëfficiënt wordt als even is, en als oneven is. We krijgen aldus ene reeks met alleen maar oneven coëfficiënten. Nu is er een interessant verband tussen goniometrische functies en het getal. Wanneer we nu invullen in deze reeks, worden de sinussen afwisselend gelijk aan 1 en -1, zodat we het volgende verkrijgen: Dan nog delen door vier En we hebben zowaar een reeksontwikkeling voor! Er zit wel een bepaald nadeel aan deze reeksontwikkeling. Het duurt namelijk enorm lang voordat je ook maar een klein beetje in de buurt van komt Je hebt al zo n honderdduizend termen nodig voordat je vijf decimalen juist hebt 19

20 Het geluid van Pi We legden het verband tussen Fourier en geluid, het verband tussen Fourier en pi zou er misschien een manier zijn om een verband te trekken tussen pi en geluid? De functie die ons in de vorige paragraaf een reeksontwikkeling voor pi opleverde, had evengoed de functie van een geluidssignaal kunnen zijn! We kunnen dus in principe het geluid van het getal pi laten horen Met een applet benaderden we de pi-blokgolf zo goed mogelijk. Vervolgens vulden we als frequentie in en ziedaar: pi maakt lawaai! Heel erg muzikaal was ons bijzondere getal niet het monotoon gepiep werkte iedereen op zijn zenuwen- maar leuk was het wel. Figuur 12: Fourier Applet Dit gewoon als kleine illustratie van de bijzonder interessante zaken die gedaan kunnen worden met Fourierreeksen. 20

21 Een besluit aangaande Fourierreeksen Het mag duidelijk zijn: Fourierreeksen zijn geweldig; bovendien zijn ze o-ver-al. Elk periodiek verschijnsel, of dat nu een geluidsgolf, een ventilator of mijn maandelijks ongemak is, heeft wel een Fourierreeks-ontwikkeling. Het is een prachtige illustratie van het feit dat wiskunde echt wel overal aanwezig is. Zodra je erop begint te letten -en echt, als je een jaar lang ermee bezig bent, doe je datkan je er gewoon niet meer naast kijken. Ik heb nauwelijks meer gedaan dan een tipje van de sluier oplichten wat betreft de techniek en de ontelbare toepassingen van Fourierreeksen. Ik hoop alleen dat de volgende keer dat je op een schommel zit in de speeltuin, een muziekinstallatie bedient, de merengue danst of onder de scanner moet in het ziekenhuis, je dan even denkt aan Fourierreeksen 21

22 Bronvermelding DE SMIT, B., en TOP, J.,Speeltuin van de wiskunde. Opties, kansspelen, Escher, pi, Fermat en meer. 5 de druk, Veen Magazines/Natuurwetenschap en Techniek, 2006, 139 blz. DEVOS, R. en EERLINGEN, K., Inleiding tot de industriële elektronica., 6 de herwerkte druk, De Sikkel en J. Van In, 1991, 805 blz. PICKOVER, C., De natuurwetten. Van Archimedes tot Hawking., 1 ste druk, VBK Media, 2010, 511 blz. PICKOVER, C., Het Wiskundeboek, 1 ste druk, Librero Nederland, 2010, 528 blz. THOMAS, G.B., FINNEY, R.L., WEIR, M.D., en GIORDANO, F.R., Thomas Calculus, 10 de editie, Addison Wesley Publishing Company, 2000, 1256 blz. SPIEGEL, M.R., Schaum s Outline of theory and problems of advanced mathematics for engineers and scientists., 25ste druk, Mc Graw-Hill Books Company, 1980, 407 blz. Fourier Series Applets: Wikipedia-pagina s:

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Hoofdstuk : Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Partiële differentiaalvergelijkingen zijn vergelijkingen waarin een onbekende functie van twee of meer variabelen en z n partiële afgeleide(n)

Nadere informatie

De opbouw van notenladders

De opbouw van notenladders De opbouw van notenladders Door Dirk Schut Voorwoord Iedereen kent de notennamen wel: a, bes, b, c, cis, d, es, e, f, fis, g en gis, maar wat stellen deze namen voor en waarom vinden we juist deze noten

Nadere informatie

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER Cursusjaar 2009 / 2010 2 Inhoudsopgave 1 FOURIERANALYSE 5 1.1 INLEIDING............................... 5 1.2 FOURIERREEKSEN.......................... 5 1.3 CONSEQUENTIES

Nadere informatie

Hierin is λ de golflengte in m, v de golfsnelheid in m/s en T de trillingstijd in s.

Hierin is λ de golflengte in m, v de golfsnelheid in m/s en T de trillingstijd in s. Inhoud... 2 Opgave: Golf in koord... 3 Interferentie... 4 Antigeluid... 5 Staande golven... 5 Snaarinstrumenten... 6 Blaasinstrumenten... 7 Opgaven... 8 Opgave: Gitaar... 8 Opgave: Kerkorgel... 9 1/10

Nadere informatie

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle. De n-de term van de numerieke rij (t n ) (met n = 0,, 2,...) is het rekenkundig gemiddelde van zijn twee voorgangers. (a) Bepaal het Z-beeld F van deze numerieke rij en het bijhorende convergentiegebied.

Nadere informatie

Overzicht Fourier-theorie

Overzicht Fourier-theorie B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van

Nadere informatie

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen?

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen? Vraag Een vloeistoftank met onbeperkte capaciteit, bevat aanvankelijk V liter zuiver water. Tijdens de eerste faze stroomt water, dat zout bevat met een concentratie van k kilogram per liter, de tank binnen

Nadere informatie

. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom

. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom 8. Fouriertheorie Periodieke functies. Veel verschijnselen en processen hebben een periodiek karakter. Na een zekere tijd, de periode, komt hetzelfde patroon terug. Denk maar aan draaiende of heen en weer

Nadere informatie

Een snaar vertoont de bovenstaande staande trilling. Met welke toon hebben we hier te maken? 1. De grondtoon; 2. De vijfde boventoon; 3. De zesde bove

Een snaar vertoont de bovenstaande staande trilling. Met welke toon hebben we hier te maken? 1. De grondtoon; 2. De vijfde boventoon; 3. De zesde bove Een snaar vertoont de bovenstaande staande trilling. Met welke toon hebben we hier te maken? 1. De grondtoon; 2. De vijfde boventoon; 3. De zesde boventoon; 4. De zevende boventoon. Een snaar vertoont

Nadere informatie

Geluid : hoe en wat? 1. Wat is Geluid

Geluid : hoe en wat? 1. Wat is Geluid Geluid : hoe en wat? Het moet zowat eind jaren 70 geweest zijn dat ik mij, mede door de opkomst van de Tascam en Fostex portastudio s en multitrackers, begon bezig te houden met het opnemen van instrumenten

Nadere informatie

Examentraining Leerlingmateriaal

Examentraining Leerlingmateriaal Examentraining 2015 Leerlingmateriaal Vak Natuurkunde Klas 5 havo Bloknummer Docent(en) Blok V Informatieoverdracht (B1) WAN Domein B: Beeld- en geluidstechniek Subdomein B1. Informatieoverdracht Eindterm

Nadere informatie

Golven. 4.1 Lopende golven

Golven. 4.1 Lopende golven Golven 4.1 Lopende golven Samenvatting bladzijde 158: Lopende golf Transversale golf http://www.pontes.nl/~natuurkunde/vwogolf164/transversale_golfsimulation.html Longitudinale golf http://www.pontes.nl/~natuurkunde/vwogolf164/longitudinale_golfsimulation.html

Nadere informatie

Reeksnr.: Naam: t 2. arcsin x f(t) = 2 dx. 1 x

Reeksnr.: Naam: t 2. arcsin x f(t) = 2 dx. 1 x Calculus, 4//4. Gegeven de reële functie ft) met als voorschrift t arcsin x ft) = dx x a) Geef het domein van de functie ft). Op dit domein, bespreek waar de functie stijgt, daalt en bepaal de lokale extrema.

Nadere informatie

Analyse, Deel III Samenvatting Martijn Boussé

Analyse, Deel III Samenvatting Martijn Boussé Analyse, Deel III Inhoudsopgave I Lineaire Differentiaalvergelijkingen... 2 I.I Algemene theorie... 2 I.II Lineaire differentiaalvergelijkingen constante coëfficiënten... 3 I.III Lineaire differentiaalvergelijking

Nadere informatie

Nu een leuk stukje wiskunde ter vermaak (hoop ik dan maar). Optellen van oneindig veel getallen

Nu een leuk stukje wiskunde ter vermaak (hoop ik dan maar). Optellen van oneindig veel getallen Nu een leuk stukje wiskunde ter vermaak (hoop ik dan maar). Optellen van oneindig veel getallen Ter inleiding: tellen Turven, maar: onhandig bij grote aantallen. Romeinse cijfers: speciale symbolen voor

Nadere informatie

Kettingbreuken. 20 april 2010 1 K + 1 E + 1 T + 1 T + 1 I + 1 N + 1 G + 1 B + 1 R + 1 E + 1 U + 1 K + E + 1 N 1 2 + 1 0 + 1 A + 1 P + 1 R + 1 I + 1

Kettingbreuken. 20 april 2010 1 K + 1 E + 1 T + 1 T + 1 I + 1 N + 1 G + 1 B + 1 R + 1 E + 1 U + 1 K + E + 1 N 1 2 + 1 0 + 1 A + 1 P + 1 R + 1 I + 1 Kettingbreuken Frédéric Guffens 0 april 00 K + E + T + T + I + N + G + B + R + E + U + K + E + N 0 + A + P + R + I + L + 0 + + 0 Wat zijn Kettingbreuken? Een kettingbreuk is een wiskundige uitdrukking

Nadere informatie

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3 HOOFDSTUK 6: RIJEN 1 Limiet van een rij 2 1.1 Het begrip rij 2 1.2 Bepaling van een rij 2 1.2.1 Expliciet voorschrift 2 1.2.2 Recursief voorschrift 3 1.2.3 Andere gevallen 3 1.2.4 Rijen met de grafische

Nadere informatie

Trillingen en geluid wiskundig. 1 De sinus van een hoek 2 Uitwijking van een trilling berekenen 3 Macht en logaritme 4 Geluidsniveau en amplitude

Trillingen en geluid wiskundig. 1 De sinus van een hoek 2 Uitwijking van een trilling berekenen 3 Macht en logaritme 4 Geluidsniveau en amplitude Trillingen en geluid wiskundig 1 De sinus van een hoek 2 Uitwijking van een trilling berekenen 3 Macht en logaritme 4 Geluidsniveau en amplitude 1 De sinus van een hoek Eenheidscirkel In de figuur hiernaast

Nadere informatie

V.2 Limieten van functies

V.2 Limieten van functies V.2 Limieten van functies Beschouw een deelverzameling D R, een functie f: D R en zij c R. We willen het gedrag van f in de buurt van c bestuderen. De functiewaarde in c is daarvoor niet belangrijk, de

Nadere informatie

Uit: Niks relatief. Vincent Icke Contact, 2005

Uit: Niks relatief. Vincent Icke Contact, 2005 Uit: Niks relatief Vincent Icke Contact, 2005 Dé formule Snappiknie kanniknie Waarschijnlijk is E = mc 2 de beroemdste formule aller tijden, tenminste als je afgaat op de meerderheid van stemmen. De formule

Nadere informatie

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1.

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1. Tentamen-wiskunde?. De basiswiskunde. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + ) =. Oplossing : ln(x + 2) = + ln(x + ) x + 2 = ln + x + 3 = ln dus x =

Nadere informatie

Trillingen en geluid wiskundig

Trillingen en geluid wiskundig Trillingen en geluid wiskundig 1 De sinus van een hoek 2 Radialen 3 Uitwijking van een harmonische trilling 4 Macht en logaritme 5 Geluidsniveau en amplitude 1 De sinus van een hoek Sinus van een hoek

Nadere informatie

8. Differentiaal- en integraalrekening

8. Differentiaal- en integraalrekening Computeralgebra met Maxima 8. Differentiaal- en integraalrekening 8.1. Sommeren Voor de berekening van sommen kent Maxima de opdracht: sum (expr, index, laag, hoog) Hierbij is expr een Maxima-expressie,

Nadere informatie

Nulpunten op een lijn?

Nulpunten op een lijn? Nulpunten op een lijn? Jan van de Craats leadtekst Het belangrijkste open probleem in de wiskunde is het vermoeden van Riemann. Het is één van de millennium problems waarmee je een miljoen dollar kunt

Nadere informatie

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem Examen Wiskundige Analyse I ste bach ir wet dinsdag 5 januari 206 Vraag.. Waar of vals (pt) Het beginvoorwaardenprobleem 32x 3 y = (y ) 3, y() = 2, y () = 4 bezit een unieke oplossing, die geldig is in

Nadere informatie

Examen Analyse 2 : Theorie (zonder Maple). (7 januari 2014)

Examen Analyse 2 : Theorie (zonder Maple). (7 januari 2014) Examen Analyse 2 : Theorie (zonder Maple). (7 januari 204). Maclaurin reeksen. Geef met bewijs de Maclaurin reeksontwikkeling van de logaritmische functie ln( + x). Geef ook het convergentie-interval van

Nadere informatie

d. Met de dy/dx knop vind je dat op tijdstip t =2π 6,28 het water daalt met snelheid van 0,55 m/uur. Dat is hetzelfde als 0,917 cm per minuut.

d. Met de dy/dx knop vind je dat op tijdstip t =2π 6,28 het water daalt met snelheid van 0,55 m/uur. Dat is hetzelfde als 0,917 cm per minuut. Hoofdstuk A: Goniometrische functies. I-. a. De grafiek staat hiernaast. De periode is ongeveer,6 uur. b. De grafiek snijden met y = levert bijvoorbeeld x,00 en x,8. Het verschil is ongeveer,7 uur en dat

Nadere informatie

Plaats van de frets op een gitaar

Plaats van de frets op een gitaar Plaats van de frets op een gitaar Praktische Opdracht Wiskunde Door: Martijn de Bruijn en Ramon Handulle Klas: 4HN5 Bronnen. Encyclopie van muziekinstrumenten, uitgeverij Helmond B.V. Helmond 977. Bladzijde

Nadere informatie

Examenvragen Wiskundige Analyse I, 1ste examenperiode

Examenvragen Wiskundige Analyse I, 1ste examenperiode Examenvragen Wiskundige Analyse I, ste examenperiode 24-25 Vraag (op 6pt) Vraag.. Waar of vals (.5pt) De Wronskiaanse determinant van twee LOF oplossingen y en y 2 van de differentiaalvergelijking cosh(x)y

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1 Les Talor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

Het idee van Fourier. Hoofdstuk 1. Gerton Lunter en Bruno van Wayenburg

Het idee van Fourier. Hoofdstuk 1. Gerton Lunter en Bruno van Wayenburg Hoofdstuk Het idee van Fourier Gerton Lunter en Bruno van Wayenburg Inleiding Uiteindelijk is Baron Jean-Baptiste-Joseph Fourier (768-830) nog heel aardig terechtgekomen. Secretaris van de Académie Française

Nadere informatie

Het thermisch stemmen van een gitaar

Het thermisch stemmen van een gitaar Het thermisch stemmen van een gitaar In dit experiment wordt bestudeerd hoe snaarinstrumenten beïnvloed kunnen worden door warmte. Door gebruik te maken van elektriciteit is het mogelijk om instrumenten

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 rillingen en cirkelbewegingen Samenvatting door Daphne 1607 woorden 15 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting

Nadere informatie

Tentamen Functies en Reeksen

Tentamen Functies en Reeksen Tentamen Functies en Reeksen 6 november 204, 3:30 6:30 uur Schrijf op ieder vel je naam en bovendien op het eerste vel je studentnummer, de naam van je practicumleider (Arjen Baarsma, KaYin Leung, Roy

Nadere informatie

Invloeden van schok en trillingen op product en verpakkingen

Invloeden van schok en trillingen op product en verpakkingen Invloeden van schok en trillingen op product en verpakkingen Er zijn diverse invloeden die schade kunnen veroorzaken aan producten tijdens transport. Temperatuur, luchtvochtigheid, trillingen en schokken.

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.1, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 21 april, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 32 Outline 1 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie

Nadere informatie

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Hoofdstuk : Partiële differtiaalvergelijking Fourierreeks Partiële differtiaalvergelijking zijn vergelijking waarin e onbekde functie van twee of meer variabel z n partiële afgeleide(n) voorkom. Dit in

Nadere informatie

WiskuNde in-zicht. Wiskunde in muziek. Pieter Belmans Matthias Roels

WiskuNde in-zicht. Wiskunde in muziek. Pieter Belmans Matthias Roels WiskuNde in-zicht Wiskunde in muziek Pieter Belmans (pieter.belmans@uantwerpen.be) Matthias Roels (matthias.roels@uantwerpen.be) Voor we beginnen Log-in en wachtwoord computers: US214User, We downloaden

Nadere informatie

WiskuNde in-zicht. Wiskunde in muziek. Pieter Belmans Matthias Roels

WiskuNde in-zicht. Wiskunde in muziek. Pieter Belmans Matthias Roels WiskuNde in-zicht Wiskunde in muziek Pieter Belmans (pieter.belmans@uantwerpen.be) Matthias Roels (matthias.roels@uantwerpen.be) Voor we beginnen Log-in en wachtwoord computers: US214User, We downloaden

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008 Katholieke Universiteit Leuven September 2008 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie juli 2008) Rationale functies. Inleiding Functies als f : 5 5, f 2 : 2 3 + 2 f 3 : 32 + 7 4 en f 4 :

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1 Les Taylor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

De Riemann-hypothese

De Riemann-hypothese De Riemann-hypothese Lars van den Berg 3 september 202 Laat ik je gelijk enthousiast maken om dit stukje te lezen: wie de Riemannhypothese oplost wint een miljoen. Wel zijn er waarschijnlijk eenvoudigere

Nadere informatie

Als de lijn een sinusvorm heeft spreek je van een harmonische trilling of een zuivere toon.

Als de lijn een sinusvorm heeft spreek je van een harmonische trilling of een zuivere toon. muziek; trillingen en golven Geluidsbron: alles dat geluid maakt. Een geluidsbron maakt geluid door te trillen. Periodieke beweging: een heen en weer beweging van een geluidsbron. Een zo een heen en weer

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

uitleg proefje 1 spiegelbeeld schrijven

uitleg proefje 1 spiegelbeeld schrijven proefje 1 spiegelbeeld schrijven Misschien ziet je naam er een beetje kronkelig of gek uit, maar waarschijnlijk is het je wel een gelukt om je naam te schrijven. Het is moeilijk om de letters in spiegelbeeld

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Module 4 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie 22 augustus 2011)

Zomercursus Wiskunde. Module 4 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie 22 augustus 2011) Katholieke Universiteit Leuven September 20 Module 4 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie 22 augustus 20) Inhoudsopgave Rationale functies. Inleiding....................................2

Nadere informatie

Het naaldenexperiment van Buffon

Het naaldenexperiment van Buffon Het naaldenexperiment van Buffon (Ph. Cara, 3 april 2015) 1 Definitie en korte geschiedenis van π Reeds in 400 v.chr. stelde de Griek Hippocrates vast dat de verhouding tussen de oppervlakte van een cirkelschijf

Nadere informatie

Profielwerkstuk. Effecten en boventonen van Gitaren. Stefan Soede 6W 2004/2005 Coördinator:Rob Hazelzet

Profielwerkstuk. Effecten en boventonen van Gitaren. Stefan Soede 6W 2004/2005 Coördinator:Rob Hazelzet Profielwerkstuk Effecten en boventonen van Gitaren. Stefan Soede 6W 2004/2005 Coördinator:Rob Hazelzet Hoofdvraag: Veranderen de boventonen van een gitaar bij het gebruik van andere speelwijzen en het

Nadere informatie

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen 0. voorkennis Periodieke verbanden Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen Er zijn twee verschillende tekendriehoeken: de 45-45 -90 driehoek en de 30-0 -90 -driehoek. Kenmerken

Nadere informatie

Wat kan er (niet) zonder ε-δ?

Wat kan er (niet) zonder ε-δ? Oneindig klein. Wat kan er (niet) zonder ε-δ? Michel Roelens University Colleges Leuven Limburg Maria-Boodschaplyceum Brussel Hilde Eggermont Sint-Pieterscollege Leuven Redactie Uitwiskeling Afgeleide

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-a Hoofdstuk - Transformaties Voorkennis: Standaardfuncties bladzijde 70 f () = g () = sin h() = k () = log p () = m () = n () = b D f = [0, en B f = [0, ; D g = en B g =[, ] ; D h = en B h = 0, ; D k

Nadere informatie

Goniometrische functies

Goniometrische functies Goniometrische functies gonè (Grieks) = hoek metron (Grieks) = maat Goniometrie, afkomstig van de Griekse woorden voor hoek en maat, betekent letterlijk hoekmeetkunde. Daarmee wordt aangegeven dat het

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 2 januari 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 2 januari 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Hertentamen januari 4 Normering voor 4 pt vragen (andere vragen naar rato): 4pt 3pt pt pt pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met of onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis)

Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis) Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis) Verslag ten behoeve

Nadere informatie

Thema: Multimedia/IT. Audio

Thema: Multimedia/IT. Audio Audio OPDRACHTKAART MM-02-07-01 Wat is geluid? Voorkennis: Je hebt Multimedia-opdrachten 1 tot en met 4 (MM-02-03 t/m MM-02-06) afgerond. Intro: Een multimediaproductie zonder geluid is bijna niet voor

Nadere informatie

(g 0 en n een heel getal) Voor het rekenen met machten geldt ook - (p q) a = p a q a

(g 0 en n een heel getal) Voor het rekenen met machten geldt ook - (p q) a = p a q a Samenvatting wiskunde h4 hoofdstuk 3 en 6, h5 hoofdstuk 4 en 6 Hoofdstuk 3 Voorkennis Bij het rekenen met machten gelden de volgende rekenregels: - Bij een vermenigvuldiging van twee machten met hetzelfde

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 - Transformaties

Hoofdstuk 3 - Transformaties Hoofdstuk - Transformaties Voorkennis: Standaardfuncties bladzijde 70 V-a f () = g () = sin h () = k () = log m () = n () = p () = b D f = [0, en B f = [0, ; D g = en B g =[, ] ; D h = en B h = 0, ; D

Nadere informatie

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie

Nadere informatie

Verrassende uitkomsten in stromingen

Verrassende uitkomsten in stromingen Verrassende uitkomsten in stromingen Deel 2 G.A. Bruggeman De wiskundige theorie van de grondwaterstroming biedt nu en dan uitkomsten die opvallen door hun eenvoud of anderszins door hun bijzonder structuur,

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 - veranderingen. getal & ruimte HAVO wiskunde A deel 2

Hoofdstuk 7 - veranderingen. getal & ruimte HAVO wiskunde A deel 2 Hoofdstuk 7 - veranderingen getal & ruimte HAVO wiskunde A deel 2 0. voorkennis Plotten, schetsen en tekenen Een grafiek plotten Een grafiek schetsen Een grafiek tekenen Na het invoeren van de formule

Nadere informatie

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 7 augustus 2015, 16:30 19:30 (20:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

Trillingen en Golven. Samenvatting natuurkunde Hoofdstuk 3 & 4 Joris van Rijn

Trillingen en Golven. Samenvatting natuurkunde Hoofdstuk 3 & 4 Joris van Rijn Trillingen en Golven Samenvatting natuurkunde Hoofdstuk 3 & 4 Joris van Rijn NOTE: DE HOOFDSTUKKEN IN DEZE SAMENVATTING KOMEN OVEREEN MET DE PARAGRAFEN UIT HET BOEK. BIJ EEN AANTAL PARAGRAFEN VAN DEZE

Nadere informatie

Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel 1

Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel 1 Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel Willem van Ravenstein 500765005 Haags Montessori Lyceum (c) 06 Inleiding In de leerroute transformaties van grafieken gaat het om de karakteristieke eigenschappen

Nadere informatie

13.0 Voorkennis. Deze functie bestaat niet bij een x van 2. Invullen van x = 2 geeft een deling door 0.

13.0 Voorkennis. Deze functie bestaat niet bij een x van 2. Invullen van x = 2 geeft een deling door 0. Gegeven is de functie.0 Voorkennis Deze functie bestaat niet bij een van. Invullen van = geeft een deling door 0. De functie g() = heeft als domein R en is een ononderbroken kromme. Deze functie is continu

Nadere informatie

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 1.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 6x + 28 = 30 10x +10x +10x 16x + 28 = 30-28 -28 16x = 2 :16 :16 x = 2 1 16 8 Stappenplan: 1) Zorg dat alles met x links van het = teken komt te staan;

Nadere informatie

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275 Open Inhoud Universiteit Appendix B Wiskunde voor milieuwetenschappen Werken met eenheden Introductie 275 Leerkern 275 1 Grootheden en eenheden 275 2 SI-eenhedenstelsel 275 3 Tekenen en grafieken 276 4

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Geluid 10/6/2014. dr. Brenda Casteleyn

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Geluid 10/6/2014. dr. Brenda Casteleyn Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Geluid 10/6/2014 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm), Leen

Nadere informatie

NaSk overal en extra opgaven

NaSk overal en extra opgaven NaSk overal en extra opgaven Opg. 1. Extra opgaven Deel 1: Opgave 1: In de les heeft je docent een experiment uitgevoerd, waarbij een metalen liniaal in trilling gebracht werd. Bij het eerste experiment

Nadere informatie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking Proeftentamen 3 Functies van één veranderlijke (15126 De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk

Nadere informatie

Opgave 2 Amplitude = afstand tussen de evenwichtsstand en de uiterste stand.

Opgave 2 Amplitude = afstand tussen de evenwichtsstand en de uiterste stand. Uitwerkingen 1 Als dit heen en weer beweegt om de evenwichtsstand. Amplitude = afstand tussen de evenwichtsstand en de uiterste stand. Een trilling = de beweging van een voorwerp tussen twee opeenvolgende

Nadere informatie

PARADOXEN 2 Dr. Luc Gheysens

PARADOXEN 2 Dr. Luc Gheysens PARADOXEN Dr. Luc Gheysens SPELEN MET ONEINDIG Historische nota De Griekse filosoof Zeno (ca. 90-0 v. Chr.) bedacht een aantal paradoen om aan te tonen dat beweging eigenlijk een illusie is. De meest bekende

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 3 november 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 3 november 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Tentamen 3 november 0 Normering voor pt vragen andere vragen naar rato): pt 3pt pt pt 0pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met enkele onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Viool RVDH Rob van der Haar Sneek Blz. 1

Viool RVDH Rob van der Haar Sneek Blz. 1 Viool RVDH 2012 Akoustische analyse van deze viool: Blz 2 en 3 uitleg van de methode Blz 4 algemene metingen klankkast Blz 5 t/m 8 metingen per snaar Blz 9 conclusies 2017 Rob van der Haar Sneek Blz. 1

Nadere informatie

Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge. Roland van der Veen

Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge. Roland van der Veen Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge Roland van der Veen Modulorekenen Twee getallen a en b zijn gelijk modulo p als ze een veelvoud van p verschillen. Notatie: a = b mod p Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

== Hertentamen Analyse 1 == Dinsdag 25 maart 2008, u

== Hertentamen Analyse 1 == Dinsdag 25 maart 2008, u == Hertentamen Analyse == Dinsdag 5 maart 8, 4-7u Schrijf op ieder vel je naam en studentnummer, de naam van de docent (S Hille, O van Gaans) en je studierichting Geef niet alleen antwoorden, leg elke

Nadere informatie

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 5.7 Vraagstukken Vraagstuk 5.7.1 Beschouw de differentiaalvergelijking d2 y d 2 = 2 y. (i) Schrijf y = a k k. Geef een recurrente betrekking voor de coëfficienten a

Nadere informatie

Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de juiste volgorde te worden opgelost.

Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de juiste volgorde te worden opgelost. SBC AMDG Ma 13/12/04 klas : 5WEWI8 5GRWI8 Van Hijfte D. toegelaten : grafisch rekentoestel Examen Wiskunde deel I (90p) Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de

Nadere informatie

Geleid herontdekken van de golffunctie

Geleid herontdekken van de golffunctie Geleid herontdekken van de golffunctie Nascholingscursus Quantumwereld Lodewijk Koopman lkoopman@dds.nl januari-maart 2013 1 Dubbel-spleet experiment Er wordt wel eens gezegd dat elektronen interfereren.

Nadere informatie

Functieonderzoek. f(x) = x2 4 x 4 + 2. Igor Voulis. 9 december 2009. 1 De functie en haar definitiegebied 2. 2 Het tekenverloop van de functie 2

Functieonderzoek. f(x) = x2 4 x 4 + 2. Igor Voulis. 9 december 2009. 1 De functie en haar definitiegebied 2. 2 Het tekenverloop van de functie 2 Functieonderzoek f(x) = x2 4 x 4 + 2 Igor Voulis 9 december 2009 Inhoudsopgave 1 De functie en haar definitiegebied 2 2 Het tekenverloop van de functie 2 3 De asymptoten 3 4 De eerste afgeleide 3 5 De

Nadere informatie

Geluidsnelheid. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding

Geluidsnelheid. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding Geluidsnelheid 1 Inleiding De voortplantingsnelheid v van geluidgolven (of: de geluidsnelheid) in lucht is zo n 340 m/s. Deze geluidsnelheid is echter

Nadere informatie

Lessen wiskunde uitgewerkt.

Lessen wiskunde uitgewerkt. Lessen Wiskunde uitgewerkt Lessen in fase 1. De Oriëntatie. Les 1. De eenheidscirkel. In deze les gaan we kijken hoe we de sinus en de cosinus van een hoek kunnen uitrekenen door gebruik te maken van de

Nadere informatie

Hints en uitwerkingen huiswerk 2013 Analyse 1 H18

Hints en uitwerkingen huiswerk 2013 Analyse 1 H18 Hints en uitwerkingen huiswerk 2013 Analyse 1 H18 Rocco van Vreumingen 29 augustus 2014 1 Inhoudsopgave 1 Hints 1 3 2 Hints 2 4 3 Hints 3 5 4 Hints 4 5 5 Hints 5 6 6 Hints 6 6 7 Hints 7 6 8 Antwoorden

Nadere informatie

GELUIDSLEER 1. TRILLINGEN

GELUIDSLEER 1. TRILLINGEN GELUIDSLEER 1. TRILLINGEN Geluiden zijn trillingen in de lucht, uiterst kleine en snelle schommelingen van de luchtdruk. Deze trillingen worden opgewekt door geluidsbronnen, en planten zich voort zoals

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 9 Golven Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 9.1 Lopende golven Transversale en longitudinale golven Rekenvoorbeeld Welk van de onderstaande afbeeldingen kan absoluut geen transversale

Nadere informatie

Aanvullingen van de Wiskunde

Aanvullingen van de Wiskunde 3de Bachelor EIT - de Bachelor Fysica Academiejaar 014-015 1ste semester 7 januari 015 Aanvullingen van de Wiskunde 1. Gegeven is een lineaire partiële differentiaalvergelijking van orde 1: a 1 (x 1,,

Nadere informatie

Airyfunctie. b + π 3 + xt dt. (2) cos

Airyfunctie. b + π 3 + xt dt. (2) cos LaTeX opdracht Bewijzen en Redeneren 1ste fase bachelor in Fysica, Wiskunde Werk de volgende opdracht individueel uit. U moet hier alleen aan werken. Geef ook geen files door aan anderen. Ingediende opdrachten

Nadere informatie

Ter Leering ende Vermaeck

Ter Leering ende Vermaeck Ter Leering ende Vermaeck 15 december 2011 1 Caleidoscoop 1. Geef een relatie op Z die niet reflexief of symmetrisch is, maar wel transitief. 2. Geef een relatie op Z die niet symmetrisch is, maar wel

Nadere informatie

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt.

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt. VAARDIGHEDEN EXCEL Excel is een programma met veel mogelijkheden om meetresultaten te verwerken, maar het was oorspronkelijk een programma voor boekhouders. Dat betekent dat we ons soms in bochten moeten

Nadere informatie

HOOFDSTUK 4: GONIOMETRISCHE FUNCTIES

HOOFDSTUK 4: GONIOMETRISCHE FUNCTIES 1 HOOFDSTUK 4: GONIOMETRISCHE FUNCTIES 1 Periodieke functies 2 1.1 Op verkenning 2 1.2 Periodieke functie 2 1.3 Periode-interval, evenwichtslijn en amplitude 4 1.4 De perioderechthoek 4 1.5 Oefeningen

Nadere informatie

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007)

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Vooraf: Zoals het stilletjes aan een traditie is geworden, geef ik hier bedenkingen bij het examen van deze septemberzittijd. Ik zorg ervoor dat deze tekst op

Nadere informatie

Ontwikkeling van het functiebegrip in: Wiskunde als Wetenschap

Ontwikkeling van het functiebegrip in: Wiskunde als Wetenschap Ontwikkeling van het functiebegrip in: Wiskunde als Wetenschap Tom Koornwinder thk@science.uva.nl Korteweg-de Vries Instituut, UvA Ontwikkeling van het functiebegrip p.1/13 Moderne definitie van een functie

Nadere informatie

Bijzondere kettingbreuken

Bijzondere kettingbreuken Hoofdstuk 15 Bijzondere kettingbreuken 15.1 Kwadratische getallen In het vorige hoofdstuk hebben we gezien dat 2 = 1, 2, 2, 2, 2, 2, 2,.... Men kan zich afvragen waarom we vanaf zeker moment alleen maar

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 8 Voorkennis: Sinusfuncties ladzijde 9 V- Uit 8 radialen volgt 8 radialen Je krijgt dan de volgende tael: V-a V-a 8 graden 6 9 8 radialen O 6 6 7 8 9 Aflezen:,,,, c Aflezen:, d Aflezen:, e Aflezen: O Aflezen:,,,

Nadere informatie

Complex houdt dan weer in dat we op het complexe vlak werken, met complexe getallen.

Complex houdt dan weer in dat we op het complexe vlak werken, met complexe getallen. The Fractal Project Inleiding: De opzet van dit project is het onderzoeken van de eigenschappen van de mandelbrot-fractal, meer bepaald de eigenschappen van de bollen die aan de buitenkant ervan zitten.

Nadere informatie

Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel 2. Willem van Ravenstein Haags Montessori Lyceum (c) 2016

Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel 2. Willem van Ravenstein Haags Montessori Lyceum (c) 2016 Transformaties van grafieken HAVO wiskunde B deel Willem van Ravenstein 50075005 Haags Montessori Lyceum (c) 0 Inleiding In deze leerroute gaan we kijken naar goniometrische functies: De eenheidscirkel

Nadere informatie

Het oplossen van vergelijkingen Voor het benaderen van oplossingen van vergelijkingen van de vorm F(x)=0 bespreken we een aantal methoden:

Het oplossen van vergelijkingen Voor het benaderen van oplossingen van vergelijkingen van de vorm F(x)=0 bespreken we een aantal methoden: Hoofdstuk 4 Programmeren met de GR Toevoegen: een inleiding op het programmeren met de GR Hoofdstuk 5 - Numerieke methoden Numerieke wiskunde is een deelgebied van de wiskunde waarin algoritmes voor problemen

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv a a 8 8. Ageleiden bladzijde 5 Uit de ormule voor de omtrek van een cirkel (omtrek r ) volgt dat een volledige cirkel (60 ) overeenkomt met radialen. Een halve cirkel (80 ) komt dus overeen met radialen.

Nadere informatie

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen Inhoud college 5 Basiswiskunde 4.10 Taylorpolynomen 2 Basiswiskunde_College_5.nb 4.10 Inleiding Gegeven is een functie f met punt a in domein D f. Gezocht een eenvoudige functie, die rond punt a op f lijkt

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Machtreeksoplossingen van tweede orde lineaire differentiaalvergelijkingen

Hoofdstuk 5: Machtreeksoplossingen van tweede orde lineaire differentiaalvergelijkingen Hoofdstuk 5: Machtreeksoplossing van tweede orde lineaire differtiaalvergelijking 5.1. Machtreeks. In deze paragraaf word de belangrijkste eigschapp van machtreeks op e rijtje gezet. Zelf doorlez! Zie

Nadere informatie

Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten

Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten Homogene vergelijkingen We bekijken eerst homogene vergelijkingen van orde twee met constante coefficienten, d.w.z. dv s van de vorm a 0 y + a 1 y + a

Nadere informatie