De slotsom inzake de strafrechtelijke vervolging van Bouaouzan

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De slotsom inzake de strafrechtelijke vervolging van Bouaouzan"

Transcriptie

1 De slotsom inzake de strafrechtelijke vervolging van Bouaouzan Mr René van Winden Lamsma, Veldstra & Lobé Advocaten In uitgave 2005/1 van het tijdschrift Anton Sportzaken heb ik uitgebreid aandacht besteed aan de vraag of, en zo ja, in hoeverre er een taak ligt voor het strafrecht bij de sanctionering van (grove) overtredingen op het voetbalveld. Dit uiteraard naar aanleiding van de strafrechtelijke vervolging van Rachid Bouaouzan door het Openbaar Ministerie (OM) te Rotterdam. Op 10 augustus 2005 is Bouaouzan door de Rechtbank te Rotterdam wegens de bewezen verklaarde zware mishandeling van Kokmeijer veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden (met een proeftijd van 2 jaar) en een werkstraf voor de duur van 200 uur. In de uitgave 2005/3 van hetzelfde blad heb ik dit vonnis van de Rechtbank en met name de motivering van de bewezenverklaring besproken aan de hand van hetgeen ik in mijn eerdere artikel had opgemerkt. Ik zal in het navolgende eerst mijn kanttekeningen bij het vonnis van de Rechtbank bespreken, waarna aan de orde zal komen in hoeverre het Hof mij in dit verband tegemoet is gekomen. Het vonnis van de Rechtbank Zoals opgemerkt in mijn eerste artikel omtrent dit onderwerp, dient in het geval van een opzetdelict, zoals in het geval van Bouaouzan, zowel sprake te zijn van wederrechtelijkheid als van opzet, waarbij het bij het vaststellen van de wederrechtelijkheid van een overtreding in het voetbal gaat om de mate van voorzienbaarheid van de mogelijkheid dat er pijn of letsel zal ontstaan. Deze voorzienbaarheid hangt op haar beurt weer af van de normen die in het voetbal gelden. Hierbij gaat het niet alleen om de formele regels van het spel, maar ook om wat spelers redelijkerwijs van elkaar kunnen en moeten verwachten tijdens een voetbalwedstrijd (de materiele werkelijkheid). Wederrechtelijkheid Aan het aspect van de wederrechtelijkheid heeft de Rechtbank naar mijn mening te weinig aandacht besteed. Voor wat betreft de overtreding van Bouaouzan heeft de Rechtbank immers geoordeeld dat deze zonder meer als wederrechtelijk moet worden aangemerkt, waarbij de Rechtbank verwijst naar de Handleiding voor Scheidsrechters Veldvoetbal, waarin het inkomen met een gestrekt been wordt aangemerkt als een ernstige overtreding. Daarnaast wijst de Rechtbank erop dat juist vanwege het gevaar van ernstig lichamelijk letsel een dergelijke overtreding als ernstig wordt beschouwd, hetgeen volgens de Rechtbank in de voetbalwereld een feit van algemene bekendheid is. De Rechtbank laat echter na nader te motiveren waarop deze aanname van (vermeende) algemene bekendheid zou zijn gebaseerd. Ik had derhalve in de utspraak van de Rechtbank, gezien het unieke karakter van de strafrechtelijke vervolging van een profvoetballer voor een overtreding in een directe spelsituatie, persoonlijk graag gezien dat de Rechtbank ten aanzien van de wederrechtelijkheid van (grove) overtredingen op het voetbalveld in het algemeen, en in het bijzonder overtredingen zoals die van Bouaouzan, had aangegeven wanneer dergelijke overtredingen dermate ernstig zijn en dermate buiten het (betaalde) voetbal vallen dat spelers deze redelijkerwijs niet van elkaar kunnen en moeten verwachten (het aspect van de materiele werkelijkheid). De Rechtbank maakt zich er in dit verband mijns inziens te makkelijk vanaf door (slechts) te verwijzen naar de Handleiding voor Scheidsrechters Veldvoetbal - een formele spelregel -, waarbij de strijd met de materiele werkelijkheid kennelijk door de Rechtbank aangenomen wordt op basis van het vermeend van algemene bekendheid zijn dat overtredingen zoals die van Bouaouzan als ernstig worden beschouwd, vanwege het gevaar van ernstig lichamelijk letsel. Ik acht het wederrechtelijk zijn van de overtreding van Bouaouzan (en dan met name het vermeend in strijd zijn met de materiele werkelijkheid van de voetballerij) in onvoldoende mate bewezen, althans de bewezenverklaring acht ik in dit verband onvoldoende gemotiveerd.

2 Opzet Voor wat betreft de vereiste bewezenverklaring van de opzet tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, geldt dat de Rechtbank in casu voorwaardelijk opzet bewezen heeft geacht, waarbij de Rechtbank aansluiting heeft gezocht bij het arrest van de Hoge Raad van 25 maart 2003 (NJ 2003, 552; het zogenaamde : HIV-arrest ). Bij deze bewezenverklaring speelt met name een rol dat bepaalde gedragingen naar hun uiterlijke verschijningsvorm worden aangemerkt als zozeer gericht op een bepaald gevolg dat het, behoudens contra-indicaties, niet anders kan zijn dan dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het desbetreffende gevolg heeft aanvaard. Uit de uit de tv-beelden blijkende uiterlijke verschijningsvorm van de overtreding van Bouaouzan leidt de Rechtbank af dat het niet anders kan zijn dan dat Bouaouzan de aanmerkelijke kans op zwaar lichamelijk letsel bij Kokmeijer heeft aanvaard. Hieruit zou immers blijken dat Bouaouzan met een dergelijke overtreding Kokmeijer wel (op een ernstige manier) moest raken, waarbij het onmogelijk was de bal te spelen, zoals door Bouaouzan werd beweerd. In dit verband wordt Bouaouzan aangerekend dat hij tien jaar ervaring heeft als voetballer en in het eerste elftal van Sparta speelt. Volgens de Rechtbank draagt ook dit immers bij tot de conclusie dat Bouaouzan met voorwaardelijk opzet heeft gehandeld. Het oordeel van de Rechtbank dat uit de tv-beelden afgeleid kan worden dat in casu sprake is van voorwaardelijk opzet, betreft een interpretatie van (onder meer) de tv-beelden door de Rechtbank, waarbij de wijze waarop Bouaouzan inkomt door de Rechtbank op een bepaalde wijze wordt uitgelegd. Ik heb in dat verband bepaald niet uitgesloten dat het Hof een andere interpretatie van de beelden zou hebben en dat deze de overtreding van Bouaouzan niet zou kwalificeren als voorwaardelijk opzet, maar als bewuste schuld. De vraag is immers of uit de uiterlijke verschijningsvorm van de overtreding van Bouaouzan afgeleid kan worden dat hij de gevolgen op de koop toe heeft genomen. Verderop wordt besproken in hoeverre het Hof de interpretatie van de tv-beelden van de Rechtbank deelt. Voor wat betreft de overweging van de Rechtbank dat Bouaouzan gezien zijn tien jaar ervaring als voetballer en het feit dat hij in het eerste elftal van Sparta speelt, een groot inzicht zou moeten hebben in het spel en controle over zijn eigen bewegingen, merk ik op dat de Rechtbank hierbij mijns inziens miskent dat er een aanzienlijk verschil is voor wat betreft het niveau (meer in het bijzonder de handelingssnelheid) van wedstrijden op het (een na hoogte) niveau in het betaald voetbal en het spelen van jeugdwedstrijden etc. Bouaouzan was immers pas begin 20 en speelde op het moment van de overtreding nog niet zo lang in het eerste elftal van Sparta. De door de Rechtbank aangenomen ervaring en zijn vermeende inzicht in het spel (op het hoogste niveau), achtte ik dan ook niet terecht. De straf Bij het bepalen van de hoogte van de straf heeft de Rechtbank uiteindelijk rekening gehouden met de ernst van de verwondingen van Kokmeijer en het feit dat Bouaouzan middels zijn overtreding niet alleen de voetbalsport in een kwaad daglicht heeft gesteld, maar tevens dat hij heeft bijgedragen aan normvervaging in de maatschappij als geheel gezien zijn voorbeeldfunctie als profvoetballer en de populariteit van het voetbal in Nederland (het aantal mensen dat de overtreding heeft gezien). Als strafbeperkende omstandigheden heeft de Rechtbank niet alleen het blanco strafblad van Bouaouzan en de omstandigheid dat de overtreding heeft plaatsgevonden in een wedstrijdsituatie, meegenomen, maar tevens het feit dat Bouaouzan reeds tuchtrechtelijk was bestraft (zoals door mij reeds in mijn eerste artikel was aangegeven, kan bij het bepalen van de strafmaat immers rekening worden gehouden met het feit dat een speler reeds tuchtrechtelijk is gestraft). Het arrest van het Hof Zoals ik inmiddels bekend veronderstel, heeft ook het Hof wettig en overtuigend bewezen geacht dat Bouaouzan het tenlastegelegde (zware mishandeling) heeft begaan, met dien verstande dat hij op 17 december 2004 te Rotterdam aan Niels Kokmeijer opzettelijk zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht, door opzettelijk met zijn gestrekte been tegen het been van Kokmeijer te springen en trappen. In het hiernavolgende zal ik de overwegingen van het Hof weergeven en deze bespreken. 2

3 Opzet Bij de bewijsoverweging is volgens het Hof de kernvraag die beantwoord dient te worden de vraag of Bouaouzan heeft gehandeld met het vereiste opzet, in de zin van voorwaardelijke opzet. Door het Hof wordt in dit verband, in navolging van de Rechtbank, acht geslagen op de criteria zoals uiteengezet door de Hoge Raad in het arrest van 25 maart 2003 (NJ 2003, nr. 552), het zogenaamde "HIV-arrest", welke uitgangspunten in latere arresten van de Hoge Raad zijn herhaald. Het Hof geeft in dit verband de navolgende overwegingen van de Hoge Raad weer: Voorwaardelijk opzet op een bepaald gevolg is aanwezig indien de verdachte zich willens en wetens heeft blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat dat gevolg zal intreden. Beantwoording van de vraag of de gedraging de aanmerkelijke kans op een bepaald gevolg in het leven roept, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waarbij betekenis toekomt aan de aard van de gedraging en de omstandigheden waaronder deze is verricht. ( ) Voor de vaststelling dat de verdachte zich willens en wetens heeft blootgesteld aan zulk een kans is niet alleen vereist dat hij wetenschap heeft van de aanmerkelijke kans dat het gevolg zou intreden, maar ook dat de verdachte die ten tijde van de gedraging bewust heeft aanvaard (op de koop toe heeft genomen). Uit de enkele omstandigheid dat die wetenschap bij de verdachte aanwezig is danwel bij hem moet worden verondersteld kan niet zonder meer volgen dat hij de aanmerkelijke kans op het gevolg ook bewust heeft aanvaard, omdat in geval van wetenschap ook sprake kan zijn van bewuste schuld. Van degene die weet heeft van de aanmerkelijke kans op het gevolg, maar die naar het oordeel van de rechter ervan is uitgegaan dat het gevolg niet zou intreden, kan wel worden gezegd dat hij met (grove) onachtzaamheid heeft gehandeld, maar niet dat zijn opzet in voorwaardelijke vorm op dat gevolg gericht is geweest. Of in een concreet geval moet worden aangenomen dat sprake is van bewuste schuld, danwel van voorwaardelijk opzet, zal indien de verklaringen van de verdachte en/of bijvoorbeeld eventuele getuigenverklaringen geen inzicht geven omtrent hetgeen ten tijde van de gedraging in de verdachte is omgegaan, afhangen van de feitelijke omstandigheden van het geval. Daarbij zijn de aard van de gedraging en omstandigheden waaronder deze is verricht, van belang. Bepaalde gedragingen kunnen naar hun uiterlijke verschijningsvorm worden aangemerkt als zo zeer gericht op een bepaald gevolg dat het behoudens contra-indicaties niet anders kan zijn dan dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het desbetreffende gevolg heeft aanvaard. Het Hof concludeert in dit verband het volgende: Hoewel het Hof ervan uitgaat dat de beslissing van Bouaouzan om over te gaan tot de gedraging in kwestie door een spelsituatie is ingegeven en in een zeer kort tijdsbestek door Bouaouzan is genomen, is het Hof van oordeel dat hij door met hoge snelheid en kracht vanaf (te) korte afstand van Kokmeijer een vliegende tackle met gestrekt been en een schoen met metalen noppen uit te voeren zich heeft blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat hij niet de bal, maar Kokmeijer zou raken en dat hij daarmee ook bewust de kans dat hij Kokmeijer daarmee zwaar lichamelijk letsel zou kunnen bezorgen op de koop toe heeft genomen. Verdachte heeft gehandeld op zodanige wijze, door het Hof hiervoor betiteld als vliegende tackle, dat gesproken kan worden van een flagrante overtreding van de regels van het voetbalspel. Bouaouzan heeft volgens het Hof gesteld dat hij eerder slidings heeft uitgevoerd met gestrekt been zonder dat hij hiervoor ter verantwoording is geroepen en dat hem in zijn voetballoopbaan, tot het incident, nooit iets over overtredingen met een gestrekt been en de risico s daarvan is verteld. Verdachte heeft echter ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij als toeschouwer bij een voetbalwedstrijd al eens getuige is geweest van een sliding met gestrekt been, met een beenbreuk van de tegenstander tot gevolg. Uit de Handleiding voor Scheidsrechters Veldvoetbal blijkt bovendien dat tegen dergelijke acties door een scheidsrechter moet worden opgetreden, omdat het inkomen met gestrekt been zeer ernstige gevolgen kan hebben. 3

4 Het Hof neemt tevens de verklaring van de scheidsrechter in aanmerking dat zakelijk weergegeven verdachte een buitensporige inzet pleegde, gekenmerkt door zijn snelheid en lichaamshouding en dat hij in zijn veertienjarige loopbaan als scheidsrechter een dergelijke overtreding, die hij omschrijft als een aanslag, nog nooit heeft gezien. Op grond van al het vorenstaande is het Hof tot het oordeel gekomen dat Bouaouzan een speler met jarenlange voetbalervaring, zich bij zijn actie bewust moet zijn geweest van het risico dat hij daarmee zijn tegenstander zou kunnen raken en hem daarbij zwaar lichamelijk letsel zou kunnen toebrengen. Bovendien moest hij er gelet op de hierboven omschreven feitelijke gang van zaken alsmede op de algemene ervaringsregels met betrekking tot gevolgen van de gedraging als de onderhavige vanuit gaan dat het gevolg ook daadwerkelijk zijn intrede zou kunnen doen. Gezien de uiterlijke verschijningsvorm van de actie van verdachte kan derhalve niet anders geoordeeld worden dan dat verdachte met de onderhavige gedraging de aanmerkelijke kans op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel op de koop toe heeft genomen/heeft aanvaard. De straf Voor wat betreft de uiteindelijke straf geldt dat het Hof deze heeft bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon, de persoonlijke omstandigheden van Bouaouzan, zoals daarvan is gebleken uit onderzoek ter terechtzitting. Daarbij heeft het Hof in het bijzonder in aanmerking genomen dat Bouaouzan zich schuldig heeft gemaakt aan zware mishandeling van een tegenspeler tijdens een voetbalwedstrijd. Dit is een ernstig feit. Naar het zich laat aanzien zal deze speler nooit meer in staat zijn om te voetballen. Betrokkene is anderhalf jaar na het gebeuren nog steeds aan het revalideren. Naar het oordeel van het Hof kan op een dergelijk feit niet anders worden gereageerd dan met een gevangenisstraf, zij het in voorwaardelijke vorm, teneinde Bouzouzan in te scherpen dat de gedraging als onderhavige sterke afkeuring verdient en hij die in de toekomst moet vermijden. Bij het bepalen van de duur van de op te leggen straf, heeft het Hof in het voordeel van Bouaouzan laten meewegen dat hij niet eerder is veroordeeld. Tevens houdt het Hof rekening met de omstandigheid dat Bouaouzan reeds tuchtrechtelijk/disciplinair is bestraft door zowel de KNVB als de voetbalclub Sparta zelf. Met het oog op het vorenstaande alsmede gelet op alle commotie die zich rond de persoon van Bouaouzan na het incident heeft voorgedaan, acht het Hof in tegenstelling tot de door de eerste rechter opgelegde alsmede in hoger beroep door de advocaat-generaal gevorderde straf geen termen aanwezig, om naast de voorwaardelijke gevangenisstraf, een taakstraf op te leggen. Bouaouzan wordt derhalve door het Hof veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar. Kanttekeningen bij arrest De vraag is nu of het Hof met dit arrest in voldoende mate tegemoet is gekomen aan de door mij in mijn artikel in dit blad 2005/3 genoemde bezwaren tegen (kanttekeningen bij) het vonnis van de Rechtbank Rotterdam d.d. 10 augustus 2005? Het antwoord is neen. Blijkens de bewijsoverweging van het Hof is immers de kernvraag, die beantwoord dient te worden de vraag of verdachte heeft gehandeld met het vereiste opzet, in de zin van voorwaardelijk opzet. Gezien mijn eerdere opmerking dat bij (zware) mishandeling niet alleen sprake dient te zijn van opzet, maar tevens van wederrechtelijkheid, acht ik het teleurstellend dat het Hof aan dit aspect zo mogelijk nog minder aandacht heeft besteed dan de Rechtbank heeft gedaan, terwijl ik daaromtrent al had geconcludeerd dat door de Rechtbank aan de wederrechtelijkheid te weinig aandacht werd besteed. Het Hof richt zich, zoals opgemerkt, als kernvraag geheel en al op de vraag of er sprake is van voorwaardelijke opzet (in plaats van 4

5 bewuste schuld), waarbij enkel bepaalde bewijsmiddelen worden genoemd, die in het kader van de wederrechtelijkheid (eveneens) behandeld zouden kunnen worden. Ik wijs in dit verband op de overweging van het Hof dat de verdachte heeft gehandeld op zodanige wijze, door het Hof betiteld als vliegende tackle, dat gesproken kan worden van een flagrante overtreding van de regels van het voetbalspel, de verwijzing door het Hof naar de Handleiding voor Scheidsrechters Veldvoetbal dat bij dergelijke acties (het inkomen met een gestrekt been) door de scheidsrechter moet worden opgetreden, omdat het inkomen met gestrekt been zeer ernstige gevolgen kan hebben en de verwijzing naar het feit dat de scheidsrechter heeft verklaard dat hij in zijn veertienjarige loopbaan als scheidsrechter een dergelijke overtreding (aanslag) nog nooit had gezien. Tot slot wordt door het Hof in dit verband nog gerept over algemene ervaringsregels met betrekking tot gevolgen van een gedraging als de onderhavige. Zoals al in mijn eerdere artikel (2005/01) beargumenteerd dient bij het vaststellen van de wederrechtelijkheid niet alleen gekeken te worden naar de formele spelregels, maar ook naar wat spelers redelijkerwijs van elkaar kunnen en moeten verwachten tijdens een voetbalwedstrijd (de zogenaamde materiele werkelijkheid). Voor wat betreft de wederrechtelijkheid sluit het Hof, net als de Rechtbank, hoofdzakelijk aan bij de formele regels van het spel. Door het Hof wordt immers gesproken van een flagrante overtreding van de regels van het voetbalspel alsmede wordt verwezen naar de Handleiding voor Scheidsrechters Veldvoetbal. Indien puur gekeken wordt naar de materiele werkelijkheid (naast de formele spelregels) dan zou hier onder geschaard kunnen worden de verklaring van de scheidsrechter dat hij in zijn veertienjarige loopbaan een dergelijke overtreding nog nooit heeft gezien (waaruit geconcludeerd kan worden dat het derhalve een overtreding betreft die spelers normaliter niet van elkaar kunnen en moeten verwachten tijdens een voetbalwedstrijd) en wordt er naar de vermeende algemene ervaringsregels met betrekking tot gevolgen van de gedraging als de onderhavige verwezen. Mijns inziens wordt ook hier dus weer te weinig aandacht besteed aan de vraag in hoeverre de overtreding in kwestie dermate uitzonderlijk is en dermate valt buiten hetgeen wat spelers over en weer kunnen en moeten verwachten tijdens een voetbalwedstrijd, dat hiermee de wederrechtelijkheid vaststaat. Dat de overtreding in strijd is met de formele spelregels, is duidelijk. De enige sanctie die hierbij past, is dan ook een rode kaart en uitsluiting voor een X-aantal wedstrijden. Echter, wanneer er naast een overtreding van de formele spelregels sprake is van strijd met de materiele werkelijkheid en dus van wederrechtelijkheid, is nog immer niet - niet door de Rechtbank en niet door het Hof -, vastgesteld. Kijk bijvoorbeeld naar de overtredingen tijdens het wereldkampioenschap voetbal. Elleboogstoten, vliegende tackles, het met twee benen naar voren inkomen en het, alvorens te scoren, naar beneden trekken van de tegenstander aan het haar. Allemaal overtredingen van de formele spelregels, maar wanneer is er nu sprake van overtredingen die spelers redelijkerwijs niet van elkaar kunnen en moeten verwachten? Het moge derhalve duidelijk zijn dat er tijdens een wedstrijd zaken gebeuren, die men op basis van de formele spelregels niet zou verwachten. Is een te hoog uitgevoerde tackle zoals in het geval van Bouaouzan dan dermate buiten de (ongeschreven) regels van het voetbalspel dat daarmee de wederrechtelijkheid vaststaat? Ik vraag me dit af. Ik meen namelijk dat de ernstige blessure van Kokmeijer een combinatie is geweest van factoren, bestaande uit niet alleen het "onbesuisd" inkomen van Bouaouzan met een hooggeheven, gestrekt been, maar tevens het door Kokmeijer op dat moment met kracht wegschieten van de bal, waardoor zijn been met kracht naar voren ging op het moment dat hij door Bouaouzan werd geraakt en zeker ook het feit dat Kokmeijer Bouaouzan niet kon zien aankomen. Kon Kokmeijer Bouaouzan immers zien aankomen, dan was het wellicht nog een mogelijkheid voor hem geweest om de bal niet naar voren te trappen (waardoor zijn been zou doorwaaien), maar in te houden, waardoor Bouaouzan voorlangs zou glijden. In ogenschouw dient immers te worden genomen dat Bouaouzan het doorzwaaiende been van Kokmeijer heeft geraakt en niet zijn standbeen! Graag had ik derhalve een (nadere) motivering gezien van het Hof voor wat betreft de aangenomen wederrechtelijkheid. Voor wat betreft de uiteindelijk aangenomen voorwaardelijke opzet, geldt dat het Hof mijns inziens dezelfde fout maakt als de Rechtbank door aangaande de bewustheid bij Bouaouzan van het risico dat hij daarmee 5

6 zijn tegenstander zou kunnen raken en daarbij zwaar lichamelijk letstel toebrengen op het moment van het inzetten van zijn actie, te verwijzen naar de vermeend jarenlange voetbalervaring van Bouaouzan. Het Hof leek in dit verband ter terechtzitting op de goede weg door bij Bouaouzan te informeren naar zijn opleiding op het voetbalveld in het algemeen en de sliding in het bijzonder, maar ook het Hof heeft nu geoordeeld dat Bouaouzan zou beschikken over jarenlange voetbalervaring, (mede) waardoor hij zich bewust moet zijn geweest van het risico dat hij daarmee zijn tegenstander zou kunnen raken en daarbij zwaar lichamelijk letstel toebrengen. Bouaouzan heeft ter terechtzitting in dat verband echter aangegeven dat hij nimmer les heeft gehad in de juiste uitvoering van een sliding. Door het Hof is dit in het arrest opgenomen als zijnde dat Bouaouzan nooit iets over overtredingen met een gestrekt been en de risico s daarvan is verteld. Ik blijf dan ook bij mijn mening dat de ervaring van Bouaouzan in dit verband overtrokken wordt, aangezien hij op moment van de overtreding nog niet veel wedstrijden in het eerste van Sparta had gespeeld. Miskend wordt hier dan ook dat er een aanzienlijk verschil is voor wat betreft het niveau (meer in het bijzonder de handelingssnelheid) van wedstrijden op het (een na hoogste) niveau in het betaald voetbal en het spelen van jeugdwedstrijden etc. Voor wat betreft de door het Hof aangenomen vermeende algemene ervaringsregels met betrekking tot de gevolgen van een gedraging als de onderhavige, meen ik dat alleen al uit de commotie die is ontstaan tengevolge van het letsel van Kokmeijer geconcludeerd kan worden dat het zeer uitzonderlijk is dat iemand een dergelijke blessure oploopt na een overtreding zoals die van Bouaouzan. Geconcludeerd kan mijns inziens dan ook niet worden dat spelers zich bewust zouden moeten zijn van het feit dat zulke ernstige gevolgen kunnen optreden bij het inzetten van een te hoge tackle ("vliegende tackle"). Zo dragen spelers tegenwoordig immers verplicht scheenbeschermers, waardoor scheenbeenbreuken juist zouden moeten worden voorkomen (mits de tackle uiteraard niet te hoog wordt ingezet). Ik vraag mij derhalve in gemoede af of in redelijkheid geoordeeld kan worden, zoals het Hof doet, dat Bouaouzan ervan moest uitgaan dat het ernstige gevolg ook daadwerkelijk zijn intrede zou kunnen doen. Aan het voorgaande doet mijns inziens niet af dat Bouaouzan bij de zitting heeft verteld dat hij een keer als toeschouwer bij een voetbalwedstrijd is geweest, waarbij iemand een beenbreuk opliep na een sliding met een gestrekt been. De omstandigheden van die zaak zijn immers in het geheel niet ter sprake gekomen bij de zitting, zodat geheel onduidelijk is in hoeverre een en ander vergelijkbaar is (wellicht betrof het in dat geval wel een sliding op het standbeen van de persoon die een beenbreuk opliep, terwijl in het geval van Kokmeijer het juist het been was waarmee Kokmeijer de bal naar voren schopte). Voor wat betreft de strafmotivering merk ik nog op dat het Hof uiteindelijk oordeelt dat op het feit, waarbij Bouaouzan zich schuldig heeft gemaakt aan zware mishandeling, niet anders kan worden gereageerd dan met een gevangenisstraf, zij het in voorwaardelijke vorm, teneinde Bouaouzan in te scherpen dat een gedraging als de onderhavige sterke afkeuring verdient en hij die in de toekomst moet vermijden. Ik meen in dit verband dat preventie niet (de enige) reden voor het opleggen van een sanctie kan zijn. Aangezien ik denk dat er reeds een genoegzame (niet alleen speciale maar tevens generale) preventieve werking uitgaat van het feit dat Kokmeijer nooit meer zal kunnen voetballen. Ik ga er immers vanuit dat geen enkele voetballer dit op zijn geweten wil hebben! Zoals reeds in mijn eerste artikel, zoals gepubliceerd in dit blad 2005/1, opgemerkt, wordt bij de uiteindelijke straf rekening gehouden met reeds eerder opgelegde tuchtrechtelijke sancties. Dit was voor het Hof zelfs (mede) reden om in het geheel geen termen aanwezig te achten een taakstraf op te leggen, naast de voorwaardelijke gevangenisstraf. De vraag is dan ook in hoeverre bij de uiteindelijke vervolging van Bouaouzan nog een extra functie is weggelegd geweest voor het strafrecht naast het tuchtrecht. Was het immers zo dat de Rechtbank nog een taakstraf naast de voorwaardelijke gevangenisstraf oplegde, het Hof heeft alleen een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd, dit teneinde ervoor zorg te dragen dat Bouaouzan een dergelijke gedraging in de toekomst zal vermijden. Nogmaals, een dergelijk tegengaan van recidive zal mijns inziens eveneens het geval zijn gezien de gevolgen, die het uiteindelijk voor Kokmeijer 6

7 heeft gehad (en eventueel de tuchtrechtelijke sanctie van 12 wedstrijden). De vraag blijft derhalve wat de toegevoegde waarde is geweest van de strafrechtelijke vervolging van Bouaouzan. Conclusie De door mij gewenste duidelijkheid van de kant van de Rechtbank en het Hof voor wat betreft de strafrechtelijke vervolging en sanctionering van ernstige overtredingen begaan op het voetbalveld, is helaas niet verkregen. Immers, door Rechtbank en Hof is onvoldoende aandacht besteed aan het wederrechtelijke aspect van de bewezenverklaarde (zware) mishandeling en voor wat betreft het aangenomen voorwaardelijke opzet geldt dat, zeker voor leken op het gebied van het strafrecht (nagenoeg dus alle (betaald) voetballers), het verschil met de niet te vervolgen bewuste schuld niet duidelijk is, zodat het voor spelers derhalve moeilijk zal zijn om in te schatten wanneer ze nu wel of geen kans lopen voor een overtreding strafrechtelijk vervolgd en bestraft te worden. De spelers zullen in dat verband afhankelijk zijn van de interpretatie van de overtreding door het OM en de Rechtbank (en in hoger beroep het Hof), waarbij in z'n algemeenheid geldt dat het zeer de vraag is of deze instanties voldoende zijn ingevoerd in de (betaald) voetballerij om te kunnen bepalen of een overtreding niet alleen in strijd is met de formele spelregels, maar tevens met wat spelers redelijkerwijs van elkaar kunnen en moeten verwachten (de materiële werkelijkheid) en of er in een bepaald geval sprake is van bewuste schuld of voorwaardelijk opzet, meer in het bijzonder dus de vraag of de speler in kwestie ervan uitgegaan is dat het gevolg niet zou intreden of dat hij het gevolg heeft aanvaard. Dit laatste dient op basis van de omstandigheden van het geval (de uiterlijke verschijningsvorm) te worden bepaald, terwijl een en ander verstrekkende gevolgen kan hebben, aangezien een schulddelict kennelijk niet, maar een opzetdelict wel tot vervolging van het OM zal (kunnen) leiden. Ook na de behandeling van de zaak Bouaouzan door het Hof zal er derhalve nog immer, misschien zelfs meer, sprake zijn van onzekerheid in de voetballerij, wanneer een strafrechtelijke sanctie nu wel of niet te verwachten valt. Zou het OM de eerder aangekondigde lijn echter consequent doortrekken, in die zin dat in geval van schulddelicten geen vervolging volgt, maar in geval van opzetdelicten wel, dan zou bij bijna iedere overtreding buiten een directe spelsituatie (bijvoorbeeld in geval van een elleboogstoot, terwijl er in het geheel geen sprake is van een luchtduel om de bal) een strafrechtelijke vervolging dienen te volgen en geldt voor wat betreft een overtreding, zoals die van Bouaouzan dat een speler de kans loopt, indien zowel het OM als de Rechtbank, ondanks het ontbreken van voldoende inzicht in het (betaald) voetbal, meent dat er sprake is van (voorwaardelijk) opzet, dat hij vervolgd en gesanctioneerd wordt. De toekomst zal leren in hoeverre de vervolging van Bouaouzan navolging gaat krijgen. Ik heb echter de indruk dat het meer (vooral) het letsel van Kokmeijer en de daarmee gepaard gaande maatschappelijke commotie is geweest die uiteindelijk tot vervolging heeft geleid, dan het enkele feit dat een dergelijke vervolging gezien de overtreding strafrechtelijk mogelijk was. Nogmaals, in het verleden hebben er reeds vele overtredingen op het voetbalveld plaatsgevonden, die absoluut tot een strafrechtelijke sanctie zouden hebben geleid, indien het OM de vervolging had ingezet. Ik ben dan ook benieuwd naar het vervolgingsbeleid van het OM betreffende overtredingen op het voetbalveld (vooral betaald voetbal) in de nabije toekomst. Wellicht dat hieruit een bepaalde lijn te destilleren valt (bij welke overtredingen wel en bij welke geen vervolging?). De zaak Bouaouzan heeft immers geen duidelijke scheidslijn opgeleverd tussen het wel of niet vervolgen en het wel of niet veroordelen van spelers betreffende andere overtredingen dan die van dit specifieke geval. Wordt derhalve al dan niet vervolgd. 7

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK1553 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK1553 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2009:BK1553 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 29-10-2009 Datum publicatie 29-10-2009 Zaaknummer 24-000473-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2011:BQ4203

ECLI:NL:PHR:2011:BQ4203 ECLI:NL:PHR:2011:BQ4203 Instantie Datum uitspraak 28-06-2011 Datum publicatie 28-06-2011 Zaaknummer 09/04602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie Parket bij de Hoge Raad

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 14/15-01 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep De aanklager betaald voetbal heeft tijdig beroep ingesteld tegen de beslissing d.d. 22 augustus 2014

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 12/13-04 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep T. Chery, speler van ADO Den Haag, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep K. Strootman, speler van PSV, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen de beslissing

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 05-03-2009 Zaaknummer 24-002073-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Bij bericht van 17 mei 2016 is het schikkingsvoorstel afgewezen, reden waarom de zaak aan de tuchtcommissie is voorgelegd.

Bij  bericht van 17 mei 2016 is het schikkingsvoorstel afgewezen, reden waarom de zaak aan de tuchtcommissie is voorgelegd. 15/ 16-05 1. Het beroep De heer E. Ünal, speler van NAC Breda, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen de beslissing d.d. 18 mei 2016 van de tuchtcommissie betaald voetbal, hierna

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHDHA:2016:935 ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de. vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep Op 6 oktober 2017 is de heer T. Beugelsdijk, speler van ADO Den Haag, hierna te noemen beschuldigde, door de

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 20-11-2007 Datum publicatie 21-11-2007 Zaaknummer 19.830186-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296 ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296 Instantie Datum uitspraak 05-11-2010 Datum publicatie 08-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-000669-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 12/13-05 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep E.O.W. Manu, speler van SBV Excelsior, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:GHDHA:2015:84 ECLI:NL:GHDHA:2015:84 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 27-01-2015 Datum publicatie 27-01-2015 Zaaknummer 22000511-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993 ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993 Instantie Datum uitspraak 07-09-2010 Datum publicatie 18-10-2010 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-005986-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293

ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293 ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 01-12-2005 Datum publicatie 01-12-2005 Zaaknummer 16/501029-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2015:738

ECLI:NL:GHSHE:2015:738 ECLI:NL:GHSHE:2015:738 Instantie Datum uitspraak 09-03-2015 Datum publicatie 09-03-2015 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-003525-14 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 10-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-000872-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

Bij bericht van 1 maart 2016 is zijdens appellant het schikkingsvoorstel afgewezen, reden waarom de zaak aan de tuchtcommissie is voorgelegd.

Bij  bericht van 1 maart 2016 is zijdens appellant het schikkingsvoorstel afgewezen, reden waarom de zaak aan de tuchtcommissie is voorgelegd. 15/ 16-04 1. Het beroep De heer C.R. Santos Freire, speler van N.E.C., hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen de beslissing d.d. 4 maart 2016 van de tuchtcommissie betaald voetbal,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2006:AY8122

ECLI:NL:RBBRE:2006:AY8122 ECLI:NL:RBBRE:2006:AY8122 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 13-09-2006 Datum publicatie 13-09-2006 Zaaknummer 02/615300-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

TUCHTCOMMISSIE BETAALD VOETBAL KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

TUCHTCOMMISSIE BETAALD VOETBAL KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1819-091 R. Janssen TUCHTCOMMISSIE BETAALD VOETBAL KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het verloop van de procedure Per e-mailbericht d.d. 29 oktober 2018 is de heer R. Janssen (hierna: beschuldigde

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 Instantie Datum uitspraak 30-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Datum publicatie 20-12-2010 Zaaknummer 24-001016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken parketnummer : 20.001938.96 uitspraakdatum : 29 april 1997 verstek dip GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken A R R E S T gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep Op 29 oktober 2018 is door de Tuchtcommissie betaald voetbal, hierna te noemen Tuchtcommissie besloten dat

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29-01-2014 Datum publicatie 29-01-2014 Zaaknummer 09/818467-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 Instantie Datum uitspraak 12-02-2013 Datum publicatie 28-05-2013 Zaaknummer 21-004366-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BL7457 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BL7457 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2010:BL7457 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 12-03-2010 Datum publicatie 15-03-2010 Zaaknummer 24-001010-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld. arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN locatie Arnhem Afdeling strafrecht Parketnummer: X Uitspraak d.d.: 15 juni 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen op het hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5287

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5287 ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5287 Instantie Datum uitspraak 16-10-2009 Datum publicatie 03-12-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-001900-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK ECLI:NL:GHAMS:2016:5390 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-11-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer 23-003117-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:1157. 1 Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak.

ECLI:NL:HR:2013:1157. 1 Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak. ECLI:NL:HR:2013:1157 Uitspraak 12 november 2013 Strafkamer nr. 11/04366 P Hoge Raad der Nederlanden Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht

Nadere informatie

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK ECLI:NL:GHAMS:2016:5593 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-001668-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291 ECLI:NL:GHDHA:2017:2291 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 09-08-2017 Zaaknummer 22-005150-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:6552

ECLI:NL:RBGEL:2014:6552 ECLI:NL:RBGEL:2014:6552 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 16-10-2014 Datum publicatie 16-10-2014 Zaaknummer 05/840573-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 13/14-04 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep M. Havenaar, speler van Vitesse, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1718-05 - Matavz, T. COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep Op 26 januari 2018 is door de tuchtcommissie betaald voetbal, hierna te noemen tuchtcommissie,

Nadere informatie

LJN: BM6944, Gerechtshof Leeuwarden, 24-000403-09 Print uitspraak

LJN: BM6944, Gerechtshof Leeuwarden, 24-000403-09 Print uitspraak Het LJN nummer is belangrijk om terug te zoeken voor derden. +++++ LJN: BM6944, Gerechtshof Leeuwarden, 24-000403-09 Print uitspraak Datum uitspraak: 04-06-2010 Datum publicatie: 07-06-2010 Rechtsgebied:

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:OGEAA:2016:411 ECLI:NL:OGEAA:2016:411 Instantie Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Datum uitspraak 05-02-2016 Datum publicatie 22-06-2016 Zaaknummer 426 van 2015, P-2015/06927 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994

ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-12-2006 Datum publicatie 11-01-2007 Zaaknummer 15/645076-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2012:BW6312

ECLI:NL:RBASS:2012:BW6312 ECLI:NL:RBASS:2012:BW6312 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 16-05-2012 Datum publicatie 23-05-2012 Zaaknummer 19.605400-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999

ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999 ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999 Instantie Datum uitspraak 16-05-2012 Datum publicatie 16-05-2012 Zaaknummer 20-002733-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472

ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472 ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 01-02-2008 Datum publicatie 12-03-2008 Zaaknummer 16-604030-07 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 12/13-02 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep E.T. Enoh, speler van AFC Ajax, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld tegen de

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234 ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 07-12-2010 Datum publicatie 29-12-2010 Zaaknummer 14.701344-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK ECLI:NL:GHAMS:2016:5286 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer 23-000227-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 25-09-2007 Datum publicatie 28-09-2007 Zaaknummer 06/580261-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 18-11-2011 Zaaknummer 13/656781-11 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 Instantie Datum uitspraak 19-03-2013 Datum publicatie 19-03-2013 Zaaknummer 21-000368-12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGRO:2009:BH3578,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 22-12-2010 Zaaknummer 24-002079-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 05-12-2014 Zaaknummer 23-004323-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2007:208

ECLI:NL:GHARN:2007:208 ECLI:NL:GHARN:2007:208 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 25-05-2007 Datum publicatie 11-04-2016 Zaaknummer 21-004591-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx LJN: BK6789, Gerechtshof 's-gravenhage, 22-000700-08 Datum uitspraak: Datum publicatie: Rechtsgebied: 16-12-2009 16-12-2009 Straf Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Computercriminaliteit.

Nadere informatie

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Mr. Bert Kabel (1) Inleiding In het hedendaagse verkeer komt het regelmatig voor dat verkeersdeelnemers elkaar geen voorrang verlenen. Gelukkig

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ1116

ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ1116 ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ1116 Instantie Datum uitspraak 27-01-2011 Datum publicatie 13-04-2011 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-000016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid: 2014-05-11

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid: 2014-05-11 ECLI:NL:GHSHE:2015:3566 Instantie: Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak: 16-09-2015 Datum publicatie: 17-09-2015 Zaaknummer: 20-002514-14 Rechtsgebieden: Materieel strafrecht Strafprocesrecht Bijzondere

Nadere informatie

NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Tuchtcommissie Zaak-no: Datum: In de zaak van: 25 juni 2012

NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Tuchtcommissie Zaak-no: Datum: In de zaak van: 25 juni 2012 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Tuchtcommissie Zaak-no: 12-004 UITSPRAAK Datum: In de zaak van: 25 juni 2012 De heer T. v.d. B. 1. Aangifte: Door de heer V. Karagantcheff, bondsscheidsrechter NTTB, is op 23

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540 ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540 Instantie Datum uitspraak 16-07-2008 Datum publicatie 25-10-2010 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-006152-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:2577

ECLI:NL:GHARL:2015:2577 ECLI:NL:GHARL:2015:2577 Uitspraak Arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN Strafrecht Parketnummer: 21-008157-13 Datum uitspraak: 9 april 2015 Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen

Nadere informatie

Zoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant

Zoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ec Instantie Datum uitspraak 07-10-2015 Datum publicatie 07-10-2015 Rechtbank Oost-Brabant

Nadere informatie

Voorliggende stukken: Het rapport strafbare feiten van de Strafvervolgingscommissie (SVC) d.d. 19 mei 2019, met bijlagen.

Voorliggende stukken: Het rapport strafbare feiten van de Strafvervolgingscommissie (SVC) d.d. 19 mei 2019, met bijlagen. Uitspraak strafzaak Zaaknr. 046/18-19 Rapport Inzake strafzaak tegen Kwaliteit Divisie/Klasse Scheidsrechter : [aangeklaagde] : speler : 2e klasse : [scheidsrechter] Voorliggende stukken: Het rapport strafbare

Nadere informatie

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman) ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:4588

ECLI:NL:RBROT:2017:4588 ECLI:NL:RBROT:2017:4588 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 23-05-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 10/740469-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ARBITRAAL VONNIS nr.11111 d.d.1=2015. inzake. wonend te 's-gravenhage, verzoeker, gemachtigde: mr..1111) tegen:

ARBITRAAL VONNIS nr.11111 d.d.1=2015. inzake. wonend te 's-gravenhage, verzoeker, gemachtigde: mr..1111) tegen: ARBITRAAL VONNIS nr.11111 d.d.1=2015 inzake wonend te 's-gravenhage, verzoeker, gemachtigde: mr..1111) tegen: 1. wonende te Maasland, en 2. gevestigd te Utrecht, verweerders, gemachtigde: mr.1=1.111111

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

ECLI:NL:GHARL:2017:2188 ECLI:NL:GHARL:2017:2188 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer 21-006632-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-09-2016 Datum publicatie 12-09-2016 Zaaknummer 23-004422-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:6331

ECLI:NL:RBROT:2017:6331 ECLI:NL:RBROT:2017:6331 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10/049808-15 en 10/231146-15

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 10-02-2010 Datum publicatie 10-02-2010 Zaaknummer 06/800866-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5211

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5211 ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5211 Instantie Datum uitspraak 12-05-2009 Datum publicatie 03-12-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-005280-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ECLI:NL:GHDHA:2015:80 Uitspraak Rolnummer: 22-002584-14 Parketnummers: 10-750263-13, 22-003524-12 (TUL) en 22-004272-11 (TUL) Datum uitspraak: 27 januari 2015 TEGENSPRAAK Gerechtshof Den Haag meervoudige

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 15/16-03 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep De heer M. Kramer, speler van Feyenoord, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:6970

ECLI:NL:RBOVE:2014:6970 ECLI:NL:RBOVE:2014:6970 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 30-12-2014 Datum publicatie 30-12-2014 Zaaknummer 08.770060.14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850

ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850 ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850 Instantie Datum uitspraak 06-10-2000 Datum publicatie 11-10-2004 Zaaknummer 0975730199 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391

ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391 ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 10-10-2001 Datum publicatie 10-10-2001 Zaaknummer 05.096060-01 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR

KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR Inleiding In artikel 16 AWR is bepaald dat een feit dat de inspecteur bekend was of redelijke wijs bekend had kunnen zijn geen grond voor

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189

ECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189 ECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 15-12-2005 Datum publicatie 15-12-2005 Zaaknummer 02/801139-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht. arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM parketnummer: X uitspraak: 21 juli 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter

Nadere informatie

LJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/

LJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/ LJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/800863-08 Datum uitspraak: 08-09-2008 Datum publicatie: 13-10-2008 Rechtsgebied: Straf Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie: De militaire kamer

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:205

ECLI:NL:GHDHA:2014:205 ECLI:NL:GHDHA:2014:205 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 06-02-2014 Datum publicatie 06-02-2014 Zaaknummer 2200071413 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715

ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715 ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 26-05-2011 Datum publicatie 29-06-2011 Zaaknummer 16-504228-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015.

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015. ECLI:NL:RBROT:2015:7773 Instantie: Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak: 29-10-2015 Datum publicatie: 02-11-2015 Zaaknummer: 11/870399-12.ov Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg

Nadere informatie

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis ECLI:NL:GHARL:2015:10200 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 01-12-2015 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer 21-001318-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:3394, Niet ontvankelijk

Nadere informatie

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 14/15-04 COMMISSIE VAN BEROEP BETAALD VOETBAL VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND 1. Het beroep De heer A. Jansen, speler van Roda JC, hierna te noemen: appellant, heeft tijdig beroep ingesteld

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:2785

ECLI:NL:RBGEL:2017:2785 ECLI:NL:RBGEL:2017:2785 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 23-05-2017 Datum publicatie 23-05-2017 Zaaknummer 05/800063-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2010:BN0043

ECLI:NL:PHR:2010:BN0043 ECLI:NL:PHR:2010:BN0043 Instantie Datum uitspraak 16-11-2010 Datum publicatie 16-11-2010 Zaaknummer 09/03684 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie Parket bij de Hoge Raad

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341 ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341 Instantie Datum uitspraak 24-04-2013 Datum publicatie 24-04-2013 Zaaknummer 20-000702-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277 ECLI:NL:RBNNE:2015:6277 Instantie Datum uitspraak 13-11-2015 Datum publicatie 17-03-2016 Zaaknummer 18.720178-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Strafrecht

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:10161

ECLI:NL:RBROT:2016:10161 ECLI:NL:RBROT:2016:10161 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer 10/710336-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie