Nationaal Platform Datamodel (NPDM) NH Hotel, Prinses Margrietplantsoen 100, 2595 BR Den Haag

Transcriptie

1 Bezoekadres: Wilhelmina v Pruisenweg AN Den Haag Postbus JE Den Haag Inlichtingen bij Arnold Schutter Secretaris NPDM T arnold.schutter@logius.nl Betreft Nationaal Platform Datamodel (NPDM) Vergaderdatum en tijd 4 maart 2013 Vergaderplaats NH Hotel, Prinses Margrietplantsoen 100, 2595 BR Den Haag Aanwezigen Cor Franke,, voorzitter Freek Arnoldus, CBS Sybrand Bootsma, Douane Jacco de Bruin, Rijkswaterstaat Lup van de Bunt, Douane Ronald van den Heuvel, Rijkswaterstaat Marc van Hilvoorde, Ton de Jong, Royal Dirkzwager Pieter Kleintjes, Koninklijke Marechaussee Douwe Lycklama, Martin van der Plas, BZK Hans Rook, Portbase Harry Schmeitz, Frug i com Marco Tak, Shipagents Martin van der Weide, KvK Geert Zweedijk, Royal Dirkzwager Alex van der Linde,, verslag Afmeldingen Jan Peter Aalbers, NVWA Seloua Hagenbeek, RDW Herman Hanekamp, World Port Rotterdam Wout Hofman, TNO Jan-Willem de Kok, Portbase Jacques de Wit, Aantal pagina's 5 1. Opening en mededelingen (14:00 uur) De voorzitter Cor Franke opent om uur de vergadering, met een woord van welkom voor alle aanwezigen. Er zijn de volgende mededelingen: Cor Franke meldt dat de ondersteuning van het NPDM vanuit beperkt is (door gebrek aan financiële middelen). Acties van Steven Luitjens om deze ondersteuning gefinancierd te krijgen hebben tot nu toe niet tot succes geleid. Cor Pagina 1 van 5

2 Franke gaat een poging doen voor de hand liggende partijen hiervoor te benaderen en zal het NPDM van de uitkomst op de hoogte houden; Cor Franke zal binnenkort kennismaken met Michiel Haarman van het Neutraal Logistiek Informatie Platform (NLIP); Martin van der Plas licht toe dat BZK het programma Vernieuwing grensmanagement (VGM) stopt vanaf 1 januari De lopende activiteiten van het programma worden door de Koninklijke Marechaussee overgenomen. 2. Verslag en actielijst 9 oktober 2012 Het verslag van het NPDM van 9 oktober 2012 wordt ongewijzigd vastgesteld. Zie verder de bijgevoegde Actielijst voor de voortgang van de acties. Toelichting bij actie Toets op relatie Data Model en XBRL in het agrodomein Marc van Hilvoorde heeft gekeken naar mogelijk overlappende begripsinhoud (semantiek). Er lijkt weinig raakvlak en overlap tussen het Data model en XBRL in het agrodomein te zijn. Verschillende overheden hanteren een andere begripsuitleg. Inspanningen om af te stemmen verdienen zich niet terug. Toelichting bij actie Publicatie van alle vergaderstukken Het NPDM heeft een eigen pagina op de website, waar de vergaderstukken staan gepubliceerd: 3. Werkplan NPDM In het vierde kwartaal van vorig jaar heeft Cor Franke een eerste aanzet gemaakt voor een werkplan, om Steven Luitjens in staat te stellen het gesprek over de (omvang van de) ondersteuning van het NPDM te voeren (Bijlage 1). De in dit werkplan benoemde activiteiten zijn inmiddels (bijna) allemaal onderhanden. Het gesprek over de ondersteuning heeft echter nog steeds geen concrete resultaten opgeleverd. Met deze twee zaken in het achterhoofd is het van belang om samen met de deelnemers aan het NPDM helderheid te krijgen over de zaken die we in het komende jaar willen en kunnen oppakken. Daartoe is in de vergadering kort geïnventariseerd wat de leden van het NPDM voor ogen hebben waar het gaat om de in 2013/voorjaar 2014 uit te voeren activiteiten. De uitkomsten daarvan worden gebruikt om een concept werkplan op te stellen. De inventarisatie heeft de volgende onderwerpen opgeleverd: Governance en financiering. De governance van het beheer van het Datamodel zal helder moeten worden. Wie doet wat? Wie heeft welke rol? Dat zal duidelijk moeten zijn, ook met het oog op de opname op de Pas-toe-of-leg-uit-lijst. Ondersteuning. Het belang van ondersteuning wordt benadrukt. Er is nu momentum en enthousiasme. Het Datamodel toepassen op berichtenverkeer. In het kader van het Maritiem Single Window (MSW) worden berichten momenteel gespecificeerd en keuzes gemaakt. Er moeten ook MIG's worden opgesteld. Identificerende kenmerken. Bij het toepassen van het model op berichtspecificaties moeten afspraken worden gemaakt over identificerende kenmerken. Pagina 2 van 5

3 Afstemming met andere lidstaten. Zorg dat vraagstukken hier op tafel komen om andere partijen die voor hetzelfde vraagstuk staan te helpen. Het gaat daarbij niet alleen over wijzigingen, maar ook over bijvoorbeeld implementatie. Let op wat er in Europa gebeurt. Het tempo is niet zo hoog, en oplossingen zijn anders dan we zouden willen. Nederland moet helder communiceren over onze keuzes bij het gebruik van het datamodel. Implementatie. Er is een relatie tussen het Maritiem Single Window (en de andere single windows), het Neutraal Logistiek Informatie Platform (NLIP) en het NPDM. Deze maken gebruik van het WDO Datamodel (randvoorwaarde). De implementatie van het Datamodel en de ondersteuning hierbij moet in het werkplan terecht komen. Het NPDM kan hierbij een faciliterende rol spelen. Stimuleren van het gebruik/verbreding. Er zijn nog vele informatiestromen die zich lenen voor toepassing van het Datamodel, en berichtenverkeer dat nog niet volledig is gedigitaliseerd. Bijvoorbeeld de aanvraag van een Certificaat van oorsprong van de Kamer van Koophandel. Er is nog veel onbekendheid met het WCO ook internationaal. Er worden grote projecten opgestart, waarvoor het Datamodel een vanzelfsprekende randvoorwaarde zou moeten zijn, maar dat niet is. Trek andere initiatieven binnen het NPDM. Het platform zou sturend en richtinggevend richting moeten zijn voor alle overheden. Ook op Europees niveau. Het Datamodel valt binnen de scope van 4 tot 5 DG's. Regie. Breng initiatieven bij elkaar. Er gaan dingen langs elkaar heen. Breng dit samen. Maak duidelijk wat er allemaal gebeurt, en maak dus de relatie tot andere overleggen en dergelijke duidelijk. Zorg dat je weet wie waarvoor verantwoordelijk is. Private partijen / B2B. Is het Datamodel bruikbaar buiten de publieke sector/deelnemers? Het zou mooi zijn om ook buiten de overheid tot harmonisatie te komen. Privacy. Als het over personen gaat, gaat het ook over privacy en is de Wet Bescherming Persoonsgegevens van toepassing. Dit gaat spelen bij deze grote uitwisseling van gegevens. En moet worden nagedacht over bewaartermijnen, inzagerecht en correctie van gegevens. En vragen als: Hoe worden WOBverzoeken afgehandeld? Door wie? Misschien moeten we eens vragen hoe het CBP hier tegenaan kijkt. Milieu en duurzaamheid. Het domein milieu en duurzaamheid is interessant om het Datamodel te positioneren. Er zijn al initiatieven in Europa waar bij aangehaakt kan worden (Griekenland, Ierland). In Nederland zijn EZ en de Big-4 accountantskantoren partijen die hierbij betrokken zouden moeten zijn. Marc van Hilvoorde beschikt over de contactgegevens. De voorzitter is blij met deze input en zal deze verwerken in een concept werkplan (Actie voorzitter). 4. Terugkoppeling WDO Het verslag van de Data Model Project Team Meeting van 13 februari 2013 (Bijlage 2) wordt mondeling toegelicht door de Douane. Naar aanleiding hiervan wordt het volgende opgemerkt: Er is een werkgroep Information packages. Een van de onderwerpen die deze werkgroep behandelt is de relatie tussen verzamelde statische gegevens. Het doel is verschillen in mappings en interpretatie van begrippen te voorkomen. Geinteresseerden in information packages, als voorbeeld van toepassing van het Data Model voor specifieke doeleinden, kunnen deze vinden op de website van Pagina 3 van 5

4 de WCO. Toegang hiertoe kan aangevraagd worden bij Andrea van Dijk van de Douane De Roadmap for implementation is een goed onderwerp om te volgen. Hier houden focusgroepen zich mee bezig. Ook hierover is informatie te vinden op de WCO website. 5. eherkenning eid stelsel Douwe Lycklama () verzorgt een presentatie over het afsprakenstelsel eherkenning (Bijlage 5). Douwe is vanaf het begin betrokken bij eherkenning. De voorloper van eherkenning is DigiD voor bedrijven. Overheden kunnen eherkenning in zetten voor de toegang van ondernemingen en rechtspersonen tot elektronische diensten. Momenteel zijn voornamelijk oplossingen voor persoonlijke toegang (via portalen) tot digitale diensten beschikbaar. Voor digitaal berichtenverkeer (machine-machine-interactie) conform het Data Model moet eherkenning worden uitgebreid met afspraken over machine-machine-interactie. Die uitbreiding wordt momenteel voorbereid. 6. Implementatie In Bijlage 3 is opgenomen een model voor het structureren van Message Implementation Guidelines (MIG's) op verschillende niveaus. Marc van Hilvoorde van het Centrum voor Standaarden () licht het model toe: Het hanteren van principes kunnen bijdragen aan het structureren van MIG's. Voorbeelden zijn: o doel en doelgroep; o vindbaarheid; o hiërarchie; o eigenaarschap. Nationale afwijkingen/extensies verhogen de complexiteit. Het streven is om het aantal nationale extensies zo laag mogelijk te houden. Een nationale extensie als zodanig zal echter niet te voorkomen zijn; Wanneer ieder land het recht heeft extensies te maken, loop je als exporteur het risico dat je met verschillende MIG's te maken hebt. Extensies worden daarom, bij voldoende draagvlak, van tijd tot tijd opgenomen in nieuwe versies van het Datamodel. Op dit moment zijn er geen Nederlandse nationale extensies; Samenhang is er in vorm en inhoud. Een duidelijke hiërarchie moet zorgen voor samenhang in inhoud. Samenhang in de vorm moet borgen dat elke MIG herkenbaar is voor softwareontwikkelaars. De voorzitter wil graag weten op welke processen binnen de overheid en tussen het bedrijfsleven en de overheid het Data Model van toepassing is, welke MIG's er momenteel beschikbaar zijn, en welke we de komende tijd in Nederland van plan zijn te maken. In ieder geval zijn MIG's voorzien ten behoeve van de implementatie van het Maritiem Single Window en de migratie van de berichtenstromen van de Douane naar het Data Model. Om te komen tot een overzicht van processen en MIG's worden de volgende acties afgesproken: Alle partijen die kennis hebben van processen en MIG's leveren deze aan bij (Actie iedereen). en de voorzitter zorgen voor een over- Pagina 4 van 5

5 zicht van processen en beschikbare MIG's (Actie en voorzitter). Het overzicht zal op de volgende vergadering worden ingebracht. 7. Standaardisatie De stand van zaken van het verzoek tot opname van het Datamodel op de pastoe-of-leg-uit-lijst is beschreven in Bijlage 4 bij de stukken. Het Bureau Forum Standaardisatie heeft nog niet ingestemd met het in behandeling nemen van de aanvraag. Het Bureau heeft enkele aandachtspunten geformuleerd waarop de Douane een antwoord zal formuleren. Daarna volgt een Ronde Tafel Conferentie waar de aandachtspunten en antwoorden aan de orde zullen komen. Voor de Ronde Tafel Conferentie is de aanwezigheid van supporters van het model en van probleemeigenaren belangrijk. Belangstellenden kunnen zich melden bij de voorzitter. 8. Communicatie De Douane is bereid een kennissessie te verzorgen over het Datamodel en stelt voor deze in april te houden. De sessie duurt een hele dag, aangezien de Douane de diepte in wil gaan. Verondersteld wordt dat de deelnemers een redelijke kennis hebben van zaken als modelleringtechnieken (UMM/UML) en daarnaast van uitwisselingsstandaarden als EDI en XML. zal de organisatie van de workshop ter hand nemen (Actie ). 9. Rondvraag en sluiting Marco Tak van Shipagents ziet overlap van het NPDM met het NLIP en is blij met de initiatieven om beiden met elkaar in verbinding te brengen. Hij vraagt zich af of de aanwezigheid van cargadoors in het NPDM zinvol is. De voorzitter stelt voor hierover af te stemmen met de Douane (Actie voorzitter en vertegenwoordigers Douane). De voorzitter sluit de vergadering en bedankt de aanwezigen voor hun inbreng. Pagina 5 van 5