b. afwijzen: Bij afwijzen doet de docentenvergadering een uitspraak over het vervolgtraject.

Transcriptie

1 Overgangsnormen onderbouw leerjaar 2 en 3 mavo/havo/vwo Algemeen Het rapportcijfer geeft steeds de actuele stand van zaken weer, dat wil zeggen het gewogen gemiddelde van alle toetsen die tot dat moment gemaakt zijn. Op de cijferrapporten zijn de cijfers afgekapt op 1 decimaal. Alle toetsen moeten worden gemaakt, bij een incomplete cijferlijst is de leerling niet bevorderbaar en kan deze niet over naar het volgende leerjaar. Aan het eind van het schooljaar wordt de overgangsbeslissing genomen op grond van de eindcijfers; deze worden verkregen door het rapportcijfer op een heel cijfer af te kappen. De docentenvergadering behoudt zich het recht voor in uitzonderlijke gevallen af te wijken van de vastgestelde overgangsnormen. Determinatievakken In de onderbouw gebruiken we de term determinatievakken. Dit zijn de vakken die meewegen bij de compensatieregeling. leerjaar 2 leerjaar 3 mhvg la, gr, ne, fa, du, en, gs, ak, lm, wi, na, vz, nask la, gr, ne, fa, du, en, gs, ak, ec, wi, na, sk, bi, nask1, nask2. Compensatiepunten De norm voor de overgang naar een volgend leerjaar staat per leerjaar vermeld. In die norm is soms sprake van. Elke 7 als eindcijfer levert één compensatiepunt op; elke 8 twee punten, enz. Alleen de determinatievakken kunnen geven. Beslissingen De docentenvergadering stelt aan het eind van het schooljaar vast of een leerling wordt bevorderd naar het volgende leerjaar van hetzelfde schooltype of daarvoor wordt afgewezen. De volgende beslissingen zijn mogelijk: a. bevorderen : Een leerling wordt bevorderd als hij voldoet aan de cijfernorm (al dan niet na compensatie). b. afwijzen: Bij afwijzen doet de docentenvergadering een uitspraak over het vervolgtraject. Als de leerling in de categorie bespreken valt, worden de onafgeronde cijfers, de eventueel aanwezige compensatie, evenals de mening van de betrokken docenten over het perspectief van de leerling in het volgende leerjaar in ogenschouw genomen. Deze afwegingen leiden tot bevorderen of afwijzen. Een 3 levert nooit een normale bevordering op, maar valt altijd in de categorie "bespreken". wil zeggen dat de lerarenvergadering beslist of de leerling wel of niet over mag. De beslissing van de lerarenvergadering is bindend. Leerlingen die ondersteunende faciliteiten krijgen, worden besproken. Overgangsnormen onderbouw 1

2 Advisering Wanneer een leerling afgewezen wordt voor het volgende leerjaar in hetzelfde schooltype geeft de docentenvergadering altijd een bindend advies over de verdere voortgang van de studie. Pakketkeuze/profielkeuze In geval van pakket- of profielkeuze doet de docentenvergadering een uitspraak die leidt tot toestaan of afwijzen van de gekozen vakken. Het gemiddelde cijferniveau en de advisering van de docenten zijn daarbij bepalend (zie bladzijde 7). Taken Wanneer een leerling werkzaamheden voor een niet-determinatievak niet of onvoldoende heeft afgerond, kan de vergadering een taak opleggen. Dit betekent dat de overgangsbeslissing niet wordt beïnvloed door het nog ontbrekende of onvoldoende werk. De leerling moet de taak inleveren vóór de lessen na de vakantie weer beginnen. Als de taak als voldoende is beoordeeld mag hij weer lessen volgen. Overgangsnormen onderbouw 2

3 Overgangsnormen per leerjaar Leerjaar 2 Aan het eind van het schooljaar wordt de overgangsbeslissing genomen op grond van de eindcijfers. Er wordt dan gekeken of de leerling is bevorderd, wordt besproken of afgewezen wordt. mavo 2 naar mavo 3 Een leerling mag maximaal één afgeronde 5 staan voor Nederlands, Engels of wiskunde. Als er een extra vak gekozen wordt mag een leerling op dat vak geen onvoldoende staan. 5, verder alles voldoende 5-5 of 4 zonder compensatie 5-5 of 4 met minimaal één of 4-5 met minimaal twee compensatiepunt havo 2 naar havo 3 atheneum 2 naar atheneum 3 gymnasium 2 naar gymnasium 3 Voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde geldt de overgangseis maximaal één vijf op één deze vakken. Bij twee vijven of één vier op deze ken wordt de leerling besproken. 5, verder alles voldoende 5-5 of of 4 met minimaal twee of 4-5 met minimaal drie Bij afwijzen doet de docentenvergadering een uitspraak over het vervolgtraject. Deze uitspraak is bindend. De rapportvergadering behoudt zich het recht voor om in uitzonderlijke gevallen een leerling in de categorie bespreken te plaatsen, ook al is dat niet in overeenstemming met de bovengenoemde grenzen. Overstappen naar een hoger schooltype Een leerling die over wil stappen naar een hoger schooltype moet aan de volgende normen voldoen: - van mavo 2 naar havo 3 Een leerling kan overstappen van mavo 2 naar havo 3 als er aan de volgende criteria is voldaan: Voor mavo toetsen moet er gemiddeld een 8* gescoord worden. Voor de havo toetsen een gemiddelde van een 7** * mavo Van de determinatievakken mogen 2 eindcijfers gemiddeld een onafgeronde 7 zijn, behalve op de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, die met minimaal een afgeronde 8 afgesloten moeten worden. Minimaal 63 punten. ** havo: Van de determinatievakken mogen 3 eindcijfers gemiddeld een niet naar boven afgeronde 6 op havo niveau zijn, behalve op de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, die met minimaal een afgeronde 7 afgesloten moeten worden. Minimaal 53 punten. Overgangsnormen onderbouw 3

4 - van havo 2 naar atheneum 3 Een leerling kan overstappen van havo 2 naar atheneum 3 als hij toestemming krijgt van de vergadering. Om deze toestemming te krijgen moet een leerling positief beoordeeld worden op werkhouding, tempo, inzicht. Bij de overstap naar vwo wordt tevens gekeken naar de onderdelen van het vwo-leerlingprofiel (o.a. nieuwsgierig en leergierig; verantwoordelijkheid nemen voor het eigen leerproces; reflecteren) Daarnaast geldt de volgende cijferondergrens: a De som van de onafgeronde eindcijfers van de tien determinatievakken moet minimaal 80.0 punten zijn en b er mag als laagste eindcijfer één afgeronde 6 voorkomen - Daarnaast is een positief advies van de docentenvergadering nodig. Overgangsnormen onderbouw 4

5 Leerjaar 3 Van mavo 3 naar mavo 4 De leerling mag maximaal één 5 op het overgangsrapport hebben voor de vakken Nederlands, Engels of maatschappijleer; Het sectorbepalende vak/de sectorbepalende vakken moet/moeten voldoende zijn op het overgangsrapport; Op de keuzevakken mag een leerling maximaal voor één vak onvoldoende staan, maar zal hij voor dat vak extra oefenstof moeten doornemen in de periode voor de zomervakantie; Leerlingen die dat nodig hebben moeten ook extra rekenen geoefend hebben teneinde beter voorbereid te zijn op de rekentoets in het examenjaar, die meetelt voor de zak/slaagregeling. Voor de overgang naar mavo-4 moet verder worden voldaan aan twee criteria: 1. De leerling voldoet aan de overgangsnormen zoals geformuleerd in criterium A. 2. De leerling kan een eindexamenpakket samenstellen dat voldoet aan de eisen van criterium B. criterium A (overgangsnormen uitgaande van 12 vakken) 5, verder alles voldoende 5-5 of 4 met minimaal één compensatiepunt of 4-5 met minimaal twee De leerling voldoet aan de overgangsnormen maar het gekozen vakkenpakket voldoet niet aan de eisen die daaraan worden gesteld. criterium B (vakkenpakket uitgaande van 7 vakken) Verplichte vakken (3) Sectorvakken (2) Vrije deel (2) Nederlands techniek wiskunde resterende vakken, Engels Maatschappijleer nask-1 waaronder ook muziek, handvaardigheid. economie economie Frans/Duits/wiskunde zorg en welzijn biologie ak/ gs / wiskunde 5, verder alles voldoende 5-5 of 4 met minimaal één compensatiepunt Als de leerling niet aan de onder B geformuleerde eisen voldoet, wordt hij altijd besproken. Bevordering naar leerjaar 4 kan alsnog plaatsvinden als de behaalde cijfers een reële slagingskans bieden. Overgangsnormen onderbouw 5

6 Bijzonderheden: Maatschappijleer-1: Dit vak wordt in de loop van leerjaar 4 afgerond met een heel eindcijfer. Dit cijfer telt mee in de zak/slaagregeling. Kunstvakken (ckv en kv1): Deze vakken worden in leerjaar 3 afgerond met een cijfer. Een onvoldoende sluit deelname aan het examen uit. Bewegingsonderwijs: Dit vak wordt in de loop van het vierde leerjaar afgesloten met goed, voldoende of onvoldoende. Een onvoldoende sluit deelname aan het examen uit. Aan het eind van leerjaar drie wordt een cijfer gegeven dat meetelt in de overgangsregeling. Extra vak: Een extra vak mag alleen in het pakket worden opgenomen na een positief advies van de docentenvergadering én als het clusterrooster dit toelaat. De rapportvergadering behoudt zich het recht voor om in uitzonderlijke gevallen een leerling in de categorie bespreekgevallen te plaatsen, ook al is dat niet in overeenstemming met de bovengenoemde grenzen. Voorwaarden sectorkeuze van mavo 3 naar mavo 4 In de derde klas van de mavo kiezen de leerlingen een sector waarin ze examen gaan doen in mavo 4. Om een sector te mogen kiezen voor mavo 4 gelden de volgende richtlijnen: Bij de keuze voor de sector techniek heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de sectorvakken wiskunde en nask-1 en de gekozen vakken uit het vrije deel. Bij de keuze voor de sector economie heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de sectorvakken economie en één van de sectorvakken Frans, Duits of wiskunde en de gekozen vakken uit het vrije deel. Bij de keuze voor de sector zorg en welzijn heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de sectorvakken biologie en één van de sectorvakken geschiedenis, wiskunde of aardrijkskunde of Frans of Duits en de gekozen vakken uit het vrije deel. * Het gaat hier over het onafgeronde gemiddelde van de afzonderlijke onafgeronde cijfers van de sectorvakken (1 decimaal achter de komma). Voor mavo 3 geldt het volgende: 1. De leerling heeft gemiddeld een 6,5 of hoger op de sectorvakken en heeft hiermee het recht om de sector van voorkeur te kiezen. 2. De leerling voldoet niet aan de 6,5 gemiddelde eis maar kan toch de gewenste sector kiezen omdat zijn/haar wens en het docentenadvies overeenkomen. 3. De leerling voldoet niet aan de 6,5 gemiddelde eis op de sectorvakken en de wens van de leerling komt niet overeen met het advies van de docenten. Om wel door te kunnen gaan naar klas 4 bepaalt de docentenvergadering welke sector(en) de leerling kan kiezen. Deze advisering is bindend. Van havo 3 naar havo 4 en van vwo 3 naar vwo 4 Alle leerlingen kiezen in de tweede fase één van de vier profielen met de daarbij behorende vakken, in het gemeenschappelijke deel, in het profieldeel, en in de vrije ruimte. Zowel in het gemeenschappelijke deel als in het profieldeel is naast keuzevakken ook sprake van verplichte vakken. Vanaf hier noemen we dit geheel aan gekozen en verplichte vakken profielbepalende vakken. Overgangsnormen onderbouw 6

7 havo 3 naar havo 4 vwo 3 naar vwo 4 Voor de vakken Ne, En en wi geldt de overgangseis maximaal één vijf op één van deze vakken. Bij 5-5 of 4 is de leerling afgewezen. 5 en verder alles voldoende 5-5 (of 4) in een profielbepalend vak 5 in een profielbepalend vak en 5 daar met minimaal twee buiten met minimaal twee 5 in een profielbepalend vak en 5 daar buiten. 5-5 (of 4) buiten profielbepalende vakken 5-5 (of 4) of (of 5-4) buiten de met minimaal twee profielbepalende vakken 5 in een profielbepalend vak en 5-5 (of 4) daar buiten met minimaal drie buiten de profielbepalende vakken met minimaal vier Bij afwijzen doet de docentenvergadering een uitspraak over het vervolgtraject. Deze uitspraak is bindend. De rapportvergadering behoudt zich het recht voor om in uitzonderlijke gevallen een leerling in de categorie bespreekgevallen te plaatsen, ook al is dat niet in overeenstemming met de bovengenoemde grenzen. Voorwaarden profielkeuze havo3 en atheneum3/gymnasium3 In de derde klas van havo en atheneum/gymnasium kiezen de leerlingen een profiel waarin ze examen gaan doen in havo 5 of atheneum6/gymnasium6. Havo 3: Om een profiel te mogen kiezen voor havo 4 gelden de volgende richtlijnen: Bij de keuze van een natuur en techniek profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken wiskunde, scheikunde, natuurkunde en het gekozen vak uit het vrije deel. Bij de keuze van een natuur en gezondheid profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken wiskunde, scheikunde, biologie, natuurkunde of aardrijkskunde en het gekozen vak uit het vrije deel. Bij de keuze van een economie en maatschappij profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken economie, geschiedenis, wiskunde en aardrijkskunde of Frans of Duits en het gekozen vak uit het vrije deel. Bij de keuze voor het cultuur en maatschappij profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken geschiedenis, economie of aardrijkskunde, Frans of Duits, muziek of tekenen en het gekozen vak uit het vrije deel. Atheneum3/gymnasium3: Bij de keuze van een natuur en techniek profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken wiskunde, scheikunde, natuurkunde en het gekozen vak uit het vrije deel. Bij de keuze van een natuur en gezondheid profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken wiskunde, scheikunde, biologie, natuurkunde of aardrijkskunde en het gekozen vak uit het vrije deel. Overgangsnormen onderbouw 7

8 Bij de keuze van een economie en maatschappij profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken economie, geschiedenis en wiskunde en aardrijkskunde of Frans of Duits en het gekozen vak uit het vrije deel. Bij de keuze voor het cultuur en maatschappij profiel heeft de leerling een gemiddelde van minimaal 6,5* voor de vakken geschiedenis, economie of aardrijkskunde, wiskunde en Frans of Duits of Latijn of Grieks of muziek of tekenen en het gekozen vak uit het vrije deel. * Het gaat hier over het onafgeronde gemiddelde van de afzonderlijke onafgeronde cijfers van de profielvakken (1 decimaal achter de komma). Voor zowel havo 3 als atheneum3/gymnasium3 geldt het volgende: 1. De leerling heeft gemiddeld een 6,5 of hoger op de profielvakken en heeft hiermee het recht om het profiel van voorkeur te kiezen. 2. De leerling voldoet niet aan de 6,5 gemiddelde eis maar kan toch het gewenste profiel kiezen omdat zijn/haar wens en het docentenadvies overeenkomen. 3. De leerling voldoet niet aan de 6,5 gemiddelde eis op de profielvakken en de wens van de leerling komt niet overeen met het advies van de docenten. Om wel door te kunnen gaan naar klas 4 bepaalt de docentenvergadering welk(e) profiel(en) de leerling kan kiezen. Deze advisering is bindend. Ook kan de vergadering een advies uitspreken om de schoolcarrière op een andere afdeling of opleiding voort te zetten. Overgangsnormen onderbouw 8