Gebieds-ATLAS gemeente Enkhuizen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gebieds-ATLAS gemeente Enkhuizen"

Transcriptie

1 Gebieds-ATLAS gemeente Enkhuizen Opdrachtgever Gemeente Enkhuizen Postbus AA ENKHUIZEN Datum Status Goedkeuring Vrijgave 18 jan Definitief, na inspraak K. Calmes A. van Dongen

2 1 Inleiding Aanleiding en doel Opzet en gebruik ' Gebieds-ATLAS' Proces Leeswijzer Algemene kenschets Karakter gemeente Enkhuizen Toekomstige ontwikkelingen Beleidskader Inleiding Rijksbeleid Provinciaal beleid Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Regionaal beleid Gemeentelijk beleid Milieu- en gebiedsthema Inleiding Bodem Water Archeologie en cultuurhistorie Ecologie Lucht Geur Akoestiek Externe veiligheid Bedrijven en milieuzonering Kabels en leidingen Bijlagen: Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Bijlage 6: Bijlage 7: Bijlage 8: Bijlage 9: Bijlage 10: Bijlage 11: Themakaart Bodem Themakaart Archeologie Themakaart Water Themakaart Cultuurhistorie Lijst Monumenten Themakaart Ecologie en natuur Themakaart Bedrijven en milieuzonering Themakaart Geluid Themakaart Externe veiligheid Themakaart Kabels en leidingen Toelichting ruimtelijke instrumenten blad 1 van 58

3 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel De gemeente Enkhuizen is gestart met de actualisatie van een deel van de bestemmingsplannen, zoals de bestemmingsplannen voor de binnenstad en havens, bedrijventerreinen en Westeinde. De gemeente wil bij het opstellen van deze plannen en bij het opstellen van andere nieuwe bestemmingsplannen een zekere eenduidigheid aanbrengen in de te beschrijven gebiedsthema s. In het voorliggende rapport wordt een standaard geboden door middel van een 'Gebieds-ATLAS'. Het doel van de 'Gebieds-ATLAS' is tweeërlei: 1. De informatie dient als input voor de te actualiseren bestemmingsplannen; 2. De rapportage kan, met name door derden (de initiatiefnemer) worden gebruikt bij de beoordeling van plannen waarvoor een (postzegel)bestemmingsplan procedure of afwijkingsprocedure moet worden gevoerd en waarvoor een ruimtelijke onderbouwing moet worden opgesteld. 1.2 Opzet en gebruik ' Gebieds-ATLAS' 1.3 Proces Bij de actualisatie van een bestaand bestemmingsplan kan gekozen worden voor een conserverend plan of voor een plan waarin wijzigingen ten aanzien van het vigerend plan worden aangevraagd. Essentiële vragen die de gemeente zich moet stellen zijn: 1. Wijzigen de bestemmingen in het nieuwe bestemmingsplan? 2. Is het relevante beleid veranderd? 3. Worden er ruimtelijke ontwikkelingen meegenomen in het nieuwe bestemmingsplan? Situatie A - 100% conserverend Als op alle drie de vragen ontkennend kan worden geantwoord, dan is er sprake van een 100% conserverend bestemmingsplan en dan is de informatie uit deze Gebieds-ATLAS en de themakaarten toereikend. Dit houdt in dat in beginsel kan worden volstaan met een kwalitatieve analyse naar de inhoud van de regeling en de gevolgen voor het bestemmingsplan en beschrijving hiervan in de toelichting van het bestemmingsplan. Situatie B - ontwikkelingen Indien één van bovenstaande vragen met ja kan worden beantwoord, dan zijn er mogelijk één of meerdere gebiedsonderzoeken nodig. Dan vormt deze Gebieds-ATLAS en de themakaarten een zeer goed handvat voor de keuze en uitvoering van deze onderzoeken. In hoofdstuk 4 van deze Gebieds-ATLAS worden alle gebiedsthema's behandeld. In dit hoofdstuk is duidelijk onderscheid gemaakt tussen conserverende bestemmingsplannen (situatie A) en wijzigingen c.q. ontwikkelingen waarbij mogelijk nader onderzoek nodig is (situatie B). In hoofdstuk 4 zijn hiervoor telkens de kopjes "conserverend bestemmingsplan" respectievelijk "ontwikkelingen" gebruikt. Deze Gebieds-ATLAS geeft aan op welke wijze de milieutoetsen dienen te worden uitgevoerd. Dit houdt in dat aan de hand van deze Gebieds-ATLAS en de themakaarten een analyse kan worden gemaakt welke milieutoetsen aan de orde zijn en wie deze op welk moment moet uitvoeren. De resultaten van deze onderzoeken leiden tot aanbevelingen in het bestemmingsplan over hoe deze resultaten doorwerken in de plannen. Ook voor andere ruimtelijke instrumenten, zoals omgevingsvergunningen, is deze Gebieds-ATLAS toepasbaar voor het bepalen van de nut en noodzaak van gebiedsonderzoeken. Dit is niet alleen handig voor medewerkers van de gemeente zelf, maar ook voor derden. Een projectontwikkelaar of particulier met een initiatief waarvoor een ruimtelijke procedure doorlopen dient te worden, kan uit deze Gebieds-ATLAS opmaken welke ruimtelijke thema's voor het betreffende plangebied van belang zijn. De themakaarten hebben hierbij een signaalfunctie, maar betreffen een momentopname. Een situatie kan immers wijzigen. Dit houdt in dat een nadere aanvullende analyse niet bij voorbaat uitgesloten kan worden. In bijlage 11 wordt in het algemeen ingegaan op bestemmingsplannen en andere ruimtelijke instrumenten, zoals omgevingsvergunningen. Deze Gebieds-ATLAS is afgestemd met de provincie Noord-Holland, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Milieudienst West-Friesland en bureau Archeologie West-Friesland. Hierdoor kan tijdwinst gehaald worden bij het opstellen van bestemmingsplannen, omdat de aangegeven organisaties door middel van de afstemming reeds aangegeven hebben op welke wijze de verschillende thema's benaderd dienen te blad 2 van 58

4 worden. Ook de vijfjaarlijkse actualisatie zorgt voor een continue afstemming, waardoor wijzigingen in beleid of wetgeving tijdig doorgevoerd kunnen worden in deze Gebieds-ATLAS. Het concept van de Gebieds-ATLAS is conform de gemeentelijke inspraakverordening ter inzage gelegd. Binnen deze termijn zijn een tweetal reacties bij de gemeente ingediend. Onder ander de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord heeft een reactie ingediend. De reacties worden hier kort weergegeven en behandeld. 1. Op de kaart voor het thema 'Bodem' is de voormalige stortplaats ingekleurd als 'wonen'. Dit is geen fout op de kaart. Immers, uit de inventarisatie komt naar voren welke gronden de geschikte bodemkwaliteit hebben om er eventueel wonen toe te staan. Deze gronden zijn dan ook aangegeven met 'wonen', waarbij geen directe relatie bestaat tussen het daadwerkelijk bestaande gebruik. 2. De reactie van de Veiligheidsregio heeft betrekking op het aspect 'Externe Veiligheid'. De reactie heeft geleid tot het op onderdelen aanvullen en complementeren van de paragraaf 'Externe Veiligheid' en de bijbehorende kaart. 1.4 Leeswijzer In de navolgende hoofdstukken wordt achtereenvolgens op de volgende onderwerpen ingegaan: Hoofdstuk 2 geeft een algemene kenschets van de gemeente Enkhuizen en er wordt ingegaan op het bestemmingsplannenbestand en toekomstige ontwikkelingen in de gemeente; Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van relevant rijks-, provinciaal en gemeentelijk beleid; In hoofdstuk 4 zijn alle relevante gebiedsaspecten binnen de gemeente Enkhuizen beschreven met aanverwante wet- en regelgeving. blad 3 van 58

5 2 Algemene kenschets 2.1 Karakter gemeente Enkhuizen De gemeente Enkhuizen is een stadsgemeente met aan de noordkant een klein agrarisch buitengebied. Het IJsselmeer vormt de oostelijke grens van de gemeente. Aan de noordwestzijde en zuidwestzijde grenst de gemeente respectievelijk aan de gemeente Medemblik en gemeente Stede Broec en aan de zuidzijde aan het Markermeer (figuur 1). Figuur 1: Gemeentegrens Enkhuizen (rode lijn) De gemeente Enkhuizen omvat naast de gelijknamige stad ook de buurtschappen Oosterdijk en Westeinde. In de gemeente wonen inwoners (per 1 januari 2012) op een oppervlakte van km², waarvan het overgrote deel bestaat uit water (103,62 km²) waaronder het IJsselmeer (31 december 2010, bron: CBS). Vanwege het verleden van de stad Enkhuizen als centrum voor de haringvisserij, staat de stad nu bekend als 'Haringstad'. De stad is, onder meer vanwege de watersport, een belangrijk toeristisch centrum (met bijvoorbeeld jachthavens, Sprookjeswonderland en het Zuiderzeemuseum). Daarnaast zijn in de gemeente Enkhuizen internationaal vermaarde zaadbedrijven en tuinbouw in de zogenoemde Seed Valley, alsmede een cluster van kunststofindustrie en Aquaculture gevestigd. 2.2 Toekomstige ontwikkelingen Grote toekomstige ontwikkelingen zijn hieronder opgesomd: Uitbreidingsbehoefte van de zaadveredelingsindustrie; Uitbreiding bedrijventerrein Schepenwijk (mogelijk later dan nu gepland door achterblijvende regionale vraag); Herstructurering van Krabbersplaat; Mogelijk ontwikkeling nat bedrijventerrein tegenover Krabbersplaat; Niet alle ontwikkelingen zijn al aan te merken als hard plan en met name hier opgenomen met een signaleringsfunctie. blad 4 van 58

6 3 Beleidskader 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het rijks-, provinciaal, waterschaps-, regionaal en gemeentelijk beleid uiteengezet. Al het relevante beleid ten aanzien van het grondgebied van de gemeente Enkhuizen wordt beschreven. Het gemeentelijk beleid is hierbij onderverdeeld in generiek en specifiek beleid. Hierbij is het generieke beleid uitgebreid beschreven en het specifieke beleid is opgesomd, zodat bij ruimtelijke plannen het relevante beleid hieruit geselecteerd kan worden. Indien de beleidstukken nog actueel zijn kunnen de teksten over het generieke beleid één op één worden overgenomen in de toelichting van een bestemmingsplan (hoofdstuk Beleidskader). Daarbij kan het nog nodig zijn om nader in te zoomen op het plangebied van het desbetreffende bestemmingsplan. 3.2 Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Op 22 november 2011 is onder aanvaarding van een aantal moties door de Tweede Kamer de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) aangenomen. De SVIR is op 13 maart 2012 in werking getreden. De SVIR geeft een totaalbeeld van het huidig ruimtelijk- en mobiliteitsbeleid op rijksniveau en vervangt de Nota Ruimte, de Structuurvisie Randstad 2040, de Nota Mobiliteit, de MobiliteitsAanpak, de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving. Verder vervallen met de SVIR de ruimtelijke doelen en uitspraken uit de Agenda Landschap, Agenda Vitaal Platteland en Pieken in de Delta. De SVIR kent een realisatieparagraaf, waarin per nationaal belang de aanpak is uitgewerkt op basis van lopende en voorziene projecten. Het Rijk kiest drie doelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijkeconomische structuur van Nederland; Het verbeteren en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. Het Rijk laat de ruimtelijke ordening meer over aan gemeenten en provincies. Het Rijk kiest voor een selectievere inzet van rijksbeleid op 13 nationale belangen. Buiten deze 13 belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. Het Rijk richt zich met de Structuurvisie op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van de belangen voor Nederland als geheel, zoals de hoofdnetwerken voor personen- en goederenvervoer, energie en natuur. Daarbij horen ook waterveiligheid en milieukwaliteit, evenals de bescherming van het werelderfgoed. Een opsomming van de 13 nationale belangen: 1. Een excellente ruimtelijk-economische structuur van Nederland door een aantrekkelijk vestigingsklimaat in en goede internationale bereikbaarheid van de stedelijke regio s met een concentratie van topsectoren (nationaal belang 1); 2. Ruimte voor het hoofdnetwerk voor (duurzame) energievoorziening en de energietransitie (nationaal belang 2); 3. Ruimte voor het hoofdnetwerk voor vervoer van (gevaarlijke) stoffen via buisleidingen (nationaal belang 3); 4. Efficiënt gebruik van de ondergrond (nationaal belang 4); 5. Een robuust hoofdnet van wegen, spoorwegen en vaarwegen rondom en tussen de belangrijkste stedelijke regio s inclusief de achterlandverbindingen (nationaal belang 5); 6. Betere benutting van de capaciteit van het bestaande mobiliteitssysteem (nationaal belang 6); 7. Het in stand houden van het hoofdnet van wegen, spoorwegen en vaarwegen om het functioneren van het mobiliteitssysteem te waarborgen (nationaal belang 7); 8. Verbeteren van de milieukwaliteit (lucht, bodem, water) en bescherming tegen geluidsoverlast en externe veiligheidsrisico s (nationaal belang 8); blad 5 van 58

7 9. Ruimte voor waterveiligheid, een duurzame zoetwatervoorziening en kaders voor klimaatbestendige stedelijke (her)ontwikkeling (nationaal belang 9); 10. Ruimte voor behoud en versterking van (inter)nationale unieke cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten (nationaal belang 10); 11. Ruimte voor een nationaal netwerk van natuur voor het overleven en ontwikkelen van flora- en faunasoorten (nationaal belang 11); 12. Ruimte voor militaire terreinen en activiteiten (nationaal belang 12); 13. Zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten (nationaal belang 13). De rijksopgaven zijn eveneens gebiedsgericht beschreven in de SVIR. De regio Noordwest-Nederland beslaat de provincies Noord-Holland en Flevoland en het IJsselmeergebied. Voor de gemeente Enkhuizen, welke in de regio Noordwest-Nederland gelegen is, gelden de volgende opgaven van nationaal belang: Verbetering van de bereikbaarheid van de Metropoolregio Amsterdam (voornamelijk aan de noordkant van Amsterdam en op termijn de achterlandverbinding naar het oosten en het uitvoeren van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer); Het versterken van de mainport Schiphol en het bijbehorende netwerk van verbindingen door het opstellen van de Rijksstructuurvisie Mainport Amsterdam Schiphol Haarlemmermeer (SMASH). Hierin wordt onderzocht welke ruimtelijke en infrastructurele randvoorwaarden daartoe moeten worden geborgd; Het ontwikkelen van de Zuidas als economische toplocatie en infrastructuurknooppunt (weg, spoor en openbaar vervoer) samen met andere overheden; Het mogelijk maken van de drievoudige schaalsprong in het gebied Amsterdam-Almere-Markermeer (woningbouw, infrastructuur en groen/blauw) samen met betrokken overheden (RRAAM); Het ruimtelijk mogelijk maken van de ontwikkeling Zaan-IJoevers in de regio Amsterdam (binnenstedelijke gebiedsontwikkeling: ontwikkelen aantrekkelijk woonwerkmilieu) samen met andere overheden; Versterking van de primaire waterkeringen (hoogwaterbeschermingsprogramma50), het behouden van het kustfundament, het verbeteren van het ecologisch systeem van het Markermeer-IJmeer (Natura 2000) en het samen met decentrale overheden uitvoeren van de gebiedsgerichte deelprogramma s Kust, IJsselmeergebied en Waddengebied van het Deltaprogramma; Het samenwerken met decentrale overheden in de generieke deelprogramma s Veiligheid, Zoet water en Nieuwbouw en Herstructurering van het Deltaprogramma; Het voor de lange termijn behouden van een adequate zeetoegang van de IJmond (Zeesluis IJmuiden); Het robuust en compleet maken van het hoofdenergienetwerk (380 kv) en buisleidingennetwerk; Het aanwijzen van voorkeursgebieden voor grootschalige windenergie in de kop van Noord Holland, Flevoland en het IJsselmeer/Markermeer; Het tot stand brengen en beschermen van de (herijkte) EHS, inclusief de Natura 2000-gebieden. De SVIR bepaalt voorts: "Op het IJsselmeer, Markermeer en IJmeer is de Europese Natura 2000-regelgeving van toepassing vanwege de unieke natuurwaarden in het gebied. Het IJsselmeer is daarnaast van (inter)nationaal belang omdat het een groot laaglandmeer is met landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten (als voormalige Zuiderzee) en een unieke weidsheid en openheid (rust, leegte, duisternis). In het Nationaal Waterplan (NWP) benoemt het Rijk vier opgaven voor het IJsselmeergebied: waterveiligheid, zoetwatervoorziening, ecologie en ruimte voor buitendijks bouwen. Binnen het Deltaprogramma worden deze opgaven gecombineerd met regionale ambities en wordt onderzocht of het IJsselmeerpeil op termijn moet meebewegen met de zeespiegel. In het NWP is bepaald dat het peil van het Markermeer-IJmeer en de Veluwerandmeren niet gekoppeld is aan dat van het IJsselmeer. Voor het Markermeer-IJmeer en de Veluwerandmeren dient rekening gehouden te worden met een maximale opzet van het zomerpeil van 30 centimeter. Hiermee wordt ondermeer de eventuele westwaartse (buitendijkse) uitbreiding van Almere en de ecologische schaalsprong van het Markermeer mogelijk gemaakt." Binnen de gemeente Enkhuizen zijn derhalve drie onderdelen van nationaal belang. De eerste is het versterken van de primaire waterkeringen, het verbeteren van het ecologisch systeem van het Markermeer- IJmeer (Natura 2000). De tweede betreft de aanwijzing van de voorkeursgebieden voor grootschalige windenergie in de kop van Noord Holland, Flevoland en het IJsselmeer/Markermeer. En tot slot het tot stand brengen en beschermen van de (herijkte) EHS, inclusief de Natura 2000-gebieden. blad 6 van 58

8 Voor projecten in de nabijheid van of welke van invloed kunnen zijn op deze nationale doelen moet een nadere toets plaatsvinden Besluit algemene regels ruimtelijke ordening Het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) regelt de doorwerking van nationale belangen op ruimtelijk gebied in gemeentelijke bestemmingsplannen door het stellen van de juridische kaders. Het Barro is ook wel bekend als de AMvB Ruimte. Het besluit is per 17 december 2011 in werking getreden, met uitzondering van de artikelen 2.3.6, 2.6.9, 3.2 en 3.5 en titel In het huidige Barro zijn opgenomen: Het Project Mainportontwikkeling Rotterdam; Militaire terreinen en objecten; De Wadden; De kust (inclusief primaire kering); De grote rivieren; De Werelderfgoederen. In de wijziging van het Barro, die in 2012 in werking zal treden, worden de volgende onderwerpen toegevoegd: Reserveringen uitbreidingen weg en spoor; Veiligheid vaarwegen; Het netwerk voor elektriciteitsvoorziening; De buitendijkse uitbreidingsruimte in het IJsselmeer; Bescherming van de (overige) primaire waterkeringen; Reservering voor rivierverruiming Maas; De Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Voor de gemeente Enkhuizen is het beleid aangaande de Ecologisch Hoofdstructuur, primaire waterkeringen buiten het kunstfundament en het IJsselmeergebied (uitbreidingsruimte) van belang. In het Barro is nu nog geen specifiek beleid opgenomen ten aanzien van de genoemde relevante thema's voor de gemeente Enkhuizen. De buitendijkse uitbreidingsruimte in het IJsselmeer is evenwel een ontwikkeling die voor Enkhuizen gevolgen kan hebben. Wel worden de werelderfgoederen en de kust nader beschreven, deze onderwerpen zijn overgenomen in het provinciaal en gemeentelijk beleid. Dit wordt in de volgende paragraven beschreven Nationaal Milieubeleidsplan 4 Het Nationaal Milieubeleidsplan 4 (NMP4) bevat de strategische beleidslijnen voor de lange termijn (2030). In het NMP4 worden 7 milieuproblemen benoemd die tot 2030 van invloed zijn. Hierbij gaat het om: 1. Verlies aan biodiversiteit; 2. Klimaatverandering; 3. Overexploitatie van natuurlijke hulpbronnen; 4. Bedreigingen van de gezondheid; 5. Bedreigingen van de externe veiligheid; 6. Aantasting van de leefomgeving, en ten slotte; 7. Mogelijke onbeheersbare risico s. Om aan deze problemen het hoofd te kunnen bieden zet het NMP4 in op systeeminnovaties, transities en beleidsvernieuwingen. Zo worden er in het NMP4 transitieagenda s geformuleerd op het gebied van duurzame energie, biodiversiteit en landbouw. Een ander doel is dat de milieukwaliteit verbetert. Uiteindelijk moet circa 95% van de natuur in Nederland duurzaam worden beschermd. Daarnaast mogen er op termijn geen milieugerelateerde gezondheidseffecten meer zijn. Om deze vergaande beleidsambities te kunnen realiseren zullen de emissies van met name stikstof, koolwaterstof verbindingen, ammoniak en fijn stof in Nederland met 70-90% moeten worden gereduceerd ten opzichte van Het NMP4 verwacht daarbij veel van technologische oplossingen (doorbraaktechnologieën). Een deel van het grondgebied van de gemeente Enkhuizen maakt onderdeel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), zowel op het land als het IJsselmeer en Markermeer. In het noorden is eveneens een blad 7 van 58

9 weidevogelleefgebied gelegen, op dit gebied wordt het landschap beschermd door de openheid te behouden. In paragraaf 4.5 onder ecologie gaan we hier nader op in Structuurschema Groene Ruimte Het Rijk heeft het IJsselmeergebied in het Structuurschema Groene Ruimte voor een groot gedeelte aangewezen als kerngebied in de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). In paragraaf 4.5 onder ecologie gaan we hier nader op in Kaderrichtlijn Water De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) gaat er vanuit dat water geen gewone handelswaar is, maar een erfgoed dat moet worden beschermd en verdedigd. Het hoofddoel van de richtlijn is daarop gebaseerd. De KRW geeft het kader voor de bescherming van landoppervlaktewater, overgangswater, kustwater en grondwater. Dat moet er toe leiden dat: Aquatische ecosystemen en gebieden die rechtstreeks afhankelijk zijn van deze ecosystemen, voor verdere achteruitgang worden behoed; Verbetering van aquatisch milieu wordt bereikt, onder andere door een forse vermindering van lozingen en emissies; Duurzaam gebruik van water wordt bevorderd op basis van bescherming van de beschikbare waterbronnen op lange termijn; Er wordt gezorgd voor een aanzienlijke vermindering van de verontreiniging van grondwater. In de KRW wordt de ligging van Enkhuizen aan het IJsselmeer als aandachtpunt beschreven. Het IJsselmeer wordt hierbij aangemerkt als 'Vogelrichtlijnengebied' en zwemwater. In paragraaf 4.3 onder water en 4.5 onder ecologie gaan we hier nader op in Waterbeleid in de 21e eeuw De hoge waterstanden in de rivieren in 1995 en 1996 en de klimaatscenario s, waarin naast de zeespiegelstijging ook meer en hevigere buien worden voorspeld hebben geleid tot vernieuwde aandacht voor water. Nederland is met zijn lage ligging en hoge verstedelijkingsgraad kwetsbaar voor wateroverlast en de veiligheid is in de toekomst in het geding. Maar ook door drogere zomers is er het risico van watertekorten en verdroging. De commissie 'Waterbeheer 21e eeuw' heeft in opdracht van de regering duidelijk gemaakt dat we anders moeten omgaan met water en ruimte. Ruimte die nu beschikbaar is voor de bescherming tegen overstromingen en wateroverlast moet tenminste behouden blijven. De aanwezige ruimte mag niet sluipenderwijs verloren gaan bij de uitvoering van nieuwe projecten voor infrastructuur, woningbouw, landbouw of bedrijventerrein. Hiervoor is de watertoets verplicht gesteld. De watertoets is het proces van vroegtijdig informeren, adviseren en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Hierop wordt nader ingegaan in paragraaf Nota 'Anders omgaan met water' In dit kabinetsstandpunt deelt men de zorg van de Commissie Waterbeheer 21 e eeuw (WB21) dat het huidige systeem van waterbeheer zeker niet in staat is om de toekomstige ontwikkelingen als klimaatverandering, bevolkingsgroei en economische groei op te vangen. De WB21 heeft duidelijk gemaakt, dat we anders moeten omgaan met water en ruimte. Zeespiegelstijging, toenemende rivierafvoeren, intensievere regen en verdergaande bodemdaling vergroten de druk vanuit het water. De toegenomen en nog steeds groeiende verstedelijking en intensivering van het ruimtegebruik hebben de ruimte voor water sterk beperkt. Een nieuwe aanpak is vereist om de veiligheid voldoende te waarborgen en de kans op wateroverlast zo klein mogelijk te houden. Meer ruimte voor water, waterbewust bouwen en inrichten zijn daarbij sleutelbegrippen. De drietrapsstrategie vasthouden-bergen-afvoeren moet helpen om wateroverlast en afwenteling naar benedenstroomse gebieden te voorkomen. Toepassing van het WB21- principe om niet af te wentelen (bestuurlijk, financieel noch waterhuishoudkundig) wordt beoordeeld via de watertoets. Mitigatie en/of compensatie komen alleen in aanmerking, als aanpassing van het plan of besluit onmogelijk is. Water moet weer meer de ruimte krijgen. Bij ruimtelijke inrichting en grondgebruik moet daarmee nadrukkelijk rekening worden gehouden. Het vooraf screenen van nieuwe ontwikkelingen door middel van een watertoets dient daartoe, zie hiervoor paragraaf blad 8 van 58

10 3.2.8 Nationaal Waterplan Het Nationaal Waterplan (NWP) vervangt de Vierde Nota Waterhuishouding en de andere voorgaande Nota's Waterhuishouding. Het NWP is het rijksplan voor het waterbeleid voor de periode Het NWP beschrijft de maatregelen die genomen moeten worden om Nederland ook voor toekomstige generaties veilig en leefbaar te houden en de kansen die water biedt te benutten. Het Nationaal Waterplan, dat ook Structuurvisie is op grond van de Wet ruimtelijke ordening, vervangt op onderdelen het beleid uit de Nota Ruimte voor het IJsselmeer, de Noordzee en de rivieren. De bescherming van vitale functies en kwetsbare objecten is een onderwerp van nationaal belang, maar beperkt zich niet tot gebieden in de ruimtelijke hoofdstructuur. Het Rijk stelt hiervoor op basis van een overstromingsrisicozonering in kwetsbare gebieden een afzonderlijke AMvB op. Het gaat om de bescherming van telecom en ict, energienetwerken en evacuatieroutes in geval van een overstroming. Het Rijk verbreedt en versterkt de werking van de watertoets. Aan provincies en gemeenten vraagt het Rijk om bij het opstellen van Structuurvisies waterbeheerders in een zo vroeg mogelijk stadium te betrekken door een wateradvies te vragen en een waterparagraaf op te stellen. Het Rijk zal verkennen welke effectieve mogelijkheden of middelen er zijn om, in aanvulling op het instrument van ruimtelijk reserveren, op lange termijn ruimte voor water beschikbaar te houden. Het waterbeleid in gebieden laat zien dat het IJsselmeer een strategische watervoorraad wordt voor de levering van zoet water. Hiervoor wordt op korte termijn het peilbeheer beperkt aangepast. Op langere termijn wordt binnen het Deltaprogramma onderzocht hoe met de toenemende zoetwatervraag kan worden omgegaan. Nu kiest het kabinet er voor om het peilbeheer van het Markermeer-IJmeer en de Veluwerandmeren los te koppelen. Hiervoor worden deze gebieden beter benut en kan beter tegemoet gekomen worden aan de ecologisch duurzame ontwikkeling. Gesteld wordt dat dit in het Markermeer-IJmeer ook mogelijkheden voor beperkte buitendijkse bebouwing biedt, maar met aandacht voor de ruimtelijke kwaliteit van het geheel. De gemeente Enkhuizen is in het IJsselmeergebied gelegen. Hiervoor stelt het Nationaal Waterplan dat sprake is van natuurontwikkeling en de mogelijkheid tot kleinschalige buitendijkse bebouwing. Verder zijn de kenmerken: de Houtribdijk, buitendijks land, bebouwing en een historische Zuiderzeekern. Vergelijk figuur 2 voor een uitsnede van de bijbehorende kaart, hierop is het beleid ten aanzien van de gemeente Enkhuizen te zien. blad 9 van 58

11 Figuur 2: Uitsnede van kaart 20 bij het Nationaal Waterplan met de bijbehorende legenda Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW - actueel 2008) Met dit NBW akkoord leggen de overheden vast op welke wijze, met welke middelen en langs welk tijdspad zij gezamenlijk de grote wateropgave voor Nederland in de 21e eeuw willen aanpakken. Het akkoord benadrukt de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het op orde krijgen en houden van het totale watersysteem. Het geeft aan welke instrumenten ingezet worden om de opgave te realiseren, welke taken en verantwoordelijkheden iedere partij daarbij heeft en hoe partijen elkaar in staat willen stellen hun taken uit te voeren. Het procesinstrument watertoets is alleen voor het bestemmingsplan en het inpassingsplan bij wet geregeld. Afgesproken is om de watertoets uit te voeren bij alle overige ruimtelijke plannen die van belang zijn voor het waterbeheer, waaronder Structuurvisies. blad 10 van 58

12 Watertoets Bestuursakkoord Water 2011 In het regeerakkoord van het huidige kabinet staat dat het Rijk met de betrokken overheden wil komen tot een doelmatiger waterbeheer. Het regeerakkoord stelt verder dat de vergroting van de waterveiligheid van onze delta een kerntaak van de overheid blijft en nodig is om te kunnen blijven voldoen aan geldende normen. Het regeerakkoord geeft aan dat een deel van de rijkstaken op het terrein van water (aanleg en verbetering van primaire keringen in beheer bij de waterschappen) wordt overgedragen aan de waterschappen. Om te komen tot een doelmatiger waterbeheer en zo in samenhangend verband invulling te geven aan de voorgenomen besparing op de rijksbegroting, heeft de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu aangekondigd te willen komen tot een nieuw Bestuursakkoord Water. De Tweede Kamer heeft dit voornemen onderschreven met een aangenomen motie in het kader van de behandeling van de Spoedwet 100 miljoen. Deze wet ziet toe op de financiële bijdragen voor de verbetering van primaire waterkeringen en (beschadigingen door) muskusratten en is op 1 juli 2011 in werking getreden. Provincies, gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven hebben aan de staatssecretaris aangegeven partij te willen zijn en hier een constructieve bijdrage aan te willen leveren. Doel van het Nationaal Bestuursakkoord Water is om het watersysteem op orde te krijgen. De voortgangsrapportage van eind 2010 geeft het beeld dat de uitvoering goed op koers ligt. Een groot deel is geborgd in plannen en wetgeving. De focus ligt op het doen van aanbevelingen voor de uitvoering van het nieuwe Bestuursakkoord Water. Ook wordt nagegaan of er aanvullende afspraken gemaakt moeten worden en hoe wordt omgegaan met de nieuwe klimaatscenario s in De doelstellingen van het Nationaal Bestuursakkoord Water blijven onverkort leidend voor de komende jaren om het watersysteem op orde te krijgen en te houden. De rapportage over de voortgang van het Nationaal Bestuursakkoord Water zal onderdeel worden van de rapportage over dit nieuwe Bestuursakkoord Water. De maatregelen in het nieuwe Bestuursakkoord Water zijn gericht op: Heldere verantwoordelijkheden, minder bestuurlijke drukte; Beheersbaar programma voor de waterkeringen; Doelmatig beheer van de waterketen; Werkzaamheden slim combineren Het waterschapsbestuur. Bij ruimtelijke plannen geldt vanaf 1 november 2003 de wettelijke verplichting van een watertoets, waarvan de resultaten worden opgenomen in een zogenaamde waterparagraaf. De watertoets is één van de pijlers van het Waterbeleid voor de 21 e eeuw, waarin aan water een meesturende rol in de ruimtelijke ordening is toegekend. Met de watertoets wordt beoogd waterbeheerders vroegtijdig in het ruimtelijke ordeningsproces te betrekken. De watertoets betreft het hele proces van informeren, adviseren, afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Het doel van een waterparagraaf is een samenhangend beeld te geven van de wijze waarop in het plan rekening is gehouden met duurzaam waterbeheer en de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding. Het voorkomen van negatieve effecten op de waterhuishouding staat bij de watertoets voorop. Dan pas komen inrichtingsmaatregelen en compensatie in beeld. Onderzoek ten behoeve van het wateradvies zal door de initiatiefnemer moeten worden uitgevoerd. De resultaten van de watertoets dienen in de vorm van een zogenaamde waterparagraaf te worden opgenomen in (de onderbouwing van) het ruimtelijk plan. Handreiking Watertoets 3 De Handreiking Watertoets 3 is een actuele uitwerking van de Bestuurlijke Notitie Watertoets en geeft een algemene beschrijving van het gedachtegoed achter het watertoetsproces, de wettelijke verankering, de verschillende rollen en producten in het licht van de vernieuwde wetgeving en nieuwe beleidsafspraken. Dit om initiatiefnemers te helpen om in elk afzonderlijk plan met maatwerk het reeds bestaande waterhuishoudkundig en ruimtelijk beleid goed toe te passen en uit te voeren. In de handreiking zijn tips opgenomen voor het ontwikkelen van gezamenlijke ambities en overkoepelende afspraken over de gezamenlijke uitvoering van het watertoetsproces. Conform het NBW en het Nationaal Waterplan wordt de werking van de watertoets geëvalueerd. In de evaluatie zijn drie fases aangebracht: Fase 1 - Recapitulatie en inventarisatie van relevante nieuwe ontwikkelingen vanaf Deze fase is inmiddels afgerond. blad 11 van 58

13 Fase 2 - Praktijkverkenning naar de actuele toepassing van de watertoets. Op dit moment wordt de aanbesteding voor dit traject voorbereid. Fase 3 - Visievorming en actieprogramma. De hoofdconclusie van de evaluatie in fase 1 luidt: "Uit de bureaustudie komt naar voren dat er momenteel een incompleet beeld bestaat van de toepassing en effectiviteit van de watertoets in de brede context van het totale ruimtelijke ordeningsproces. Om te kunnen leren voor een betere toepassing van de watertoets in de praktijk op met name het strategische planvormingsniveau, waar ook de locatiekeuzen tot stand komen, is het noodzakelijk juist dit bredere proces te beschouwen." Wet Verankering en bekostiging Gemeentelijke Watertaken In de Wet Verankering en bekostiging Gemeentelijke Watertaken is de verbreding van het gemeentelijke rioolrecht tot een bestemmingsheffing geregeld. Hiermee kunnen gemeenten ook voorzieningen bekostigen voor regenwaterafvoer en de aanpak van grondwaterproblemen in bebouwd gebied. De nieuwe wet is per 1 januari 2008 in werking getreden. Gemeenten hebben via een zorgplicht een formele rol toegekend in de aanpak van stedelijke grondwaterproblemen. Het gemeentelijk grondwaterbeleid moet zijn opgenomen in het gemeentelijk rioleringsplan (GRP). De Wet Verankering en bekostiging Gemeentelijke Watertaken is in feite een Wijziging van de Gemeentewet, de Wet op de waterhuishouding en de Wet milieubeheer. De wijzigingen houden verband met de introductie van zorgplichten van gemeenten voor het afvloeiend hemelwater en het grondwater, alsmede verduidelijking van de zorgplicht voor het afvalwater, en aanpassing van het bijbehorende bekostigingsinstrument (verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken). De bestaande zorgplicht wordt toegespitst op de inzameling en transport van stedelijk afvalwater, dat bestaat uit huishoudelijk afvalwater al dan niet gemengd met bedrijfsafvalwater, hemelwater, grondwater of ander afvalwater. Nieuw is de gemeentelijke zorgplicht voor de doelmatige inzameling van het afvloeiend hemelwater. Dat geldt ook voor de zorgplicht inzake overtollig grondwater. De gemeenten zorgen voor 'het in het openbaar gemeentelijk gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoort' Deltaprogramma IJsselmeergebied Het Deltaplan nieuwe stijl (de Deltawerken van de toekomst) heeft als doel ons land nu en in de toekomst te beschermen tegen hoog water en de zoetwatervoorziening op orde te houden. Daarbij spelen veel aspecten een rol, zowel op het gebied van leefomgeving en economie als op het vlak van natuur, landbouw en recreatie. Nederland is een laaggelegen, welvarende en dichtbevolkte delta, die kwetsbaar is voor overstromingen. Onze delta is te kostbaar om niet de benodigde maatregelen te treffen. Nederland is in het verleden al een paar keer verrast doordat onze veiligheid niet goed op orde was. Het Deltaplan nieuwe stijl moet er voor zorgen dat Nederland niet nog een keer verrast worden. Daarnaast is de zoetwatervoorziening van belang voor de economie en ook die moet voor de toekomst goed geregeld blijven. Het Deltaplan nieuwe stijl wordt uitgevoerd onder regie van de deltacommissaris. Dat is een regeringscommissaris waarvan de functie in de Deltawet wordt verankerd. Het ontwerp van deze Deltawet is op 1 februari 2010 bij de Tweede Kamer ingediend. Het IJsselmeergebied vormt een van de gebiedsgerichte deelprogramma s binnen het Deltaprogramma en is voor Enkhuizen van belang. Klimaatverandering leidt er namelijk toe dat in de zomer de beschikbaarheid van zoetwater in het IJsselmeergebied afneemt door meer verdamping en een geringere (rivier)wateraanvoer. Aan de andere kant neemt de vraag naar zoet water toe door langdurigere droogteperiodes en een toenemende verzilting. Het kabinet kiest ervoor de strategische zoetwaterfunctie van het IJsselmeergebied te versterken. In een onderzoek naar zoetwatervoorziening kunnen antwoorden worden geformuleerd, die bepalend zijn voor hoe we het IJsselmeer gebruiken. In 2015 valt een lange termijnbesluit over het peilbeheer van het IJsselmeer, waarbij zowel veiligheid, zoetwatervoorziening, ecologie als ruimtelijke kwaliteit in de afweging worden meegenomen. Het deelprogramma IJsselmeergebied wordt getrokken door het ministerie van Infrastructuur en Milieu. De verwachting is dat in 2012 meer inzicht wordt geboden in de mogelijkheden om de flexibiliteit van het IJsselmeergebied te vergroten aan de hand van de mogelijke strategieën die recht doen aan de wateropgave blad 12 van 58

14 (waterveiligheid en zoetwatervoorziening) en de gewenste ruimtelijke en economische ontwikkeling van het gebied. Hiervoor is een plan van aanpak opgesteld. 3.3 Provinciaal beleid Structuurvisie Noord-Holland De Structuurvisie is 21 juni 2010 vastgesteld door Provinciale Staten. Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening op 1 juli 2008 is elke overheidslaag verplicht een Structuurvisie op te stellen en haar ruimtelijke belangen te benoemen. Op basis van deze belangen kan elke overheid bepalen welke rol zij voor zichzelf ziet weggelegd en welke instrumenten zij toe wil passen om dit ruimtelijke belang te waarborgen of te bereiken Uitgangspunt voor 2040 is 'kwaliteit door veelzijdigheid'. Noord-Holland moet aantrekkelijk blijven in wat het is: een diverse, internationaal concurrerende regio, in contact met het water en uitgaande van de kracht van het landschap. Gelet op voorgaande doelstelling heeft de provincie een aantal provinciale belangen aangewezen. De drie hoofdbelangen vormen gezamenlijk de ruimtelijke hoofddoelstelling van de provincie: ruimtelijke kwaliteit, duurzaam ruimtegebruik en klimaatbestendigheid. De Structuurvisie is uitsluitend bindend voor de provincie zelf en niet voor gemeenten en burgers. Om de provinciale belangen, die in de Structuurvisie zijn gedefinieerd, door te laten werken, heeft de provincie de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (Prvs) opgesteld. Hierin worden een aantal algemene regels vastgesteld over de inhoud van en de toelichting op bestemmingsplannen en over onderwerpen in zowel het landelijk als het bestaand bebouwd gebied van Noord-Holland waar een provinciaal belang mee gemoeid is. De Structuurvisie is vanzelfsprekend relevant bij het opstellen van bestemmingsplannen. Dit krijgt echter voornamelijk vorm doormiddel van de Prvs. Deze wordt in de volgende paragraaf behandeld. In de Structuurvisie Noord-Holland staan naast een algemene beleidslijn tevens specifiek gebiedsgerichte aspecten beschreven die relevant zijn voor de gemeente Enkhuizen. Hieronder worden de verschillende relevante aspecten uit de Structuurvisie beschreven: Bedrijventerrein: de gemeente Enkhuizen heeft strategische reserves tot 2020 op bedrijventerrein Schepenwijk 2 van 20 hectare. Deze reserves zijn gebaseerd op basis van plannen waarvoor op 10 maart 2009 nog geen bestemmingsplan is vastgesteld. Woningbouw: binnen West-Friesland, waar de gemeente Enkhuizen onderdeel van uitmaakt, bestaat een woningbouwcapaciteit van woningen. Hiervan is binnen bestaand bebouwd gebied en daarbuiten. Landbouw: binnen de provincie Noord-Holland zijn typische landschapsbepalende sectoren aanwezig, zoals de melkveehouderij in de veenweidegebieden en de combinatie van de melkveehouderij in combinatie met de bollenteelt in West-Friesland (waaronder de gemeente Enkhuizen). Windenergie: de provincie Noord-Holland reserveert voor de realisatie van een extra circa 600 MW grootschalige windenergie enkele zoekgebieden in Noord-Holland Noord (de Kop van Noord-Holland en West- Friesland). Delen van het buitengebied van Enkhuizen en de IJsselmeerrand zijn aangewezen als zoekgebied voor grootschalige windenergie. Het stedelijk gebied is aangewezen als gebied voor kleinschalige duurzame energie oplossingen. Cultuurhistorie: binnen de grenzen van de gemeente Enkhuizen zijn de volgende cultuurhistorische elementen aanwezig: Westfriese omringdijk, oude zeeklei landschap, binnenstad Enkhuizen en landschap voormalige Zuiderzee (langs het IJsselmeer). Het stadsgezicht van Enkhuizen is rijksbeschermd Provinciale ruimtelijke verordening Structuurvisie De Provinciale ruimtelijke verordening Structuurvisie (Prvs) is net als de Structuurvisie zelf op 21 juni 2010 door Provinciale Staten vastgesteld. In de verordening zijn verschillende regels opgenomen. Er zijn regels voor het gehele provinciale gebied, regels voor uitsluitend het bestaand bebouwd gebied en regels voor uitsluitend het landelijk gebied. Afhankelijk van de ligging van het plangebied zijn de regels uit de verordening al dan niet van toepassing. De hiernavolgende figuren tonen fragmenten van de kaart bij de Prvs. In figuur 2.2 wordt getoond welke gebieden als bestaand bebouwd gebied (BBG) en welke als landelijk gebied in de Prvs zijn opgenomen. Hierop is te zien dat de binnenstad, de buitenstad en de bedrijventerreinen binnen het BBG vallen. De gronden ten zuiden van het Westeinde vallen gedeeltelijk binnen het BBG. Het gebied dat in figuur 3 groen is aangegeven blad 13 van 58

15 wordt in de Prvs aangeduid als landelijk gebied. Opvallend is dat het Schootsveld in het BBG en de jachthaven en het Enkhuizerzand in het landelijk gebied zijn opgenomen. Figuur 3: Uitsnede van de kaart bij de Prvs; BBG en landelijk gebied (bron: gis.noord-holland.nl/structuurvisie2040) Gemeenten zijn verplicht om voor het hele grondgebied bestemmingsplannen te maken conform de Wet ruimtelijke ordening en hebben bij de invulling daarvan een grote mate van beleidsvrijheid. De provincie stimuleert wel de benutting van de binnenstedelijke ruimte, met name rond knooppunten van openbaar vervoer. De Prvs schrijft voor dat een bestemmingsplan in de gebieden aangewezen als landelijk gebied, niet mag voorzien in nieuwe bedrijventerreinen en kantoorlocaties, nieuwe woningbouw en overige vormen van verstedelijking. Gedeputeerde Staten kunnen ontheffing verlenen voor ontwikkelingen in het buitengebied. In figuur 4 is te zien welke aanduidingen de gronden in en om Enkhuizen in de Prvs nog meer hebben gekregen. In de figuur is te zien dat het open water voor de stad, het Krabbersgat, het Enkhuizerzand, de Buitenhaven en de Jachthaven zijn aangeduid als EHS grote wateren. Alleen de Buyshaven is aangeduid als Ecologische Hoofdstructuur. Overigens heeft er een herijking van de EHS gebieden plaatsgevonden. Deze herijking is nog niet doorgevoerd in de Structuurvisie en de Prvs. De blauwe lijn die om de stad loopt, is de primaire waterkering. blad 14 van 58

16 Figuur 4: Uitsnede van de kaart bij de Prvs; water en natuurgebied (bron: gis.noord-holland.nl/structuurvisie2040) De polders ten westen en de groene gebieden ten noorden van de stad zijn aangeduid als gebied voor grootschalige landbouw. Hierbinnen is een gebied opgenomen als zaadveredelingsconcentratiegebied. Ter plaatse van het Enkhuizerzand kent de provincie het kenmerk 'recreatieknooppunt' aan de gronden toe. Ten slotte zijn in figuur 5 de gebieden gearceerd weergegeven die zijn aangewezen als zoekgebied voor kleinschalige oplossingen van duurzame energie (groen) en de zoekgebieden voor grootschalige windenergie, dit zijn de gearceerde gebieden. blad 15 van 58

17 Figuur 5: Uitsnede van de kaart bij de Prvs; duurzame energie (bron: gis.noord-holland.nl/structuurvisie2040) De Prvs is van grote invloed op het ruimtelijk beleid van de gemeente. Nieuwe bestemmingsplannen worden door de provincie getoetst aan de Prvs. Het zuiden van de gemeente Enkhuizen bestaat voor het overgrote deel uit Bestaand Bebouwd Gebied en het noordelijke deel bestaat voor het overgrote deel uit landelijk gebied. Wanneer in de gebieden, die in de Prvs zijn aangeduid als landelijk gebied, (bouw)ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt door middel van het nieuwe bestemmingsplan, dan zal hier ontheffing voor moeten worden verleend door Gedeputeerde Staten van provincie Noord-Holland Bedrijventerreinen, Provinciaal Herstructureringsprogramma Nationaal is door VROM het traject Mooi Nederland ingezet om verrommeling van onder andere bedrijventerreinen tegen te gaan. De provincie heeft daarbij een belangrijke rol als regisseur. In die rol wordt ook verwacht dat er actuele behoefteramingen voor bedrijventerreinen worden opgesteld en dat er wordt toegezien op bovenlokale/regionale afstemming. Hier hoort onder andere bij dat provincie toeziet op de regionale afstemming en inpassing in de vastgestelde planningsopgaven bij gemeentelijke bestemmingsplannen voor bedrijventerreinen. De provincie heeft ook enkele bedrijventerreinen in Enkhuizen opgenomen in het Herstructureringsprogramma. Hierbij gaat het om de bedrijventerreinen Krabbersplaat en Ketenwaal. Beide terreinen vallen onder de projecten die starten in de periode blad 16 van 58

18 Krabbersplaat is daarbij aangewezen als bedrijventerrein in de categorie A. Dit wil zeggen dat het een bedrijventerrein is waarbij door veroudering de druk op het functioneren groot is waardoor een hoge urgentie aanwezig is voor herstructurering. De economische en sociale meerwaarde van herstructurering op deze terreinen is groot en het voorgestelde herstructureringsproject is (binnen de gestelde termijn tot en met 2013) in hoge mate uitvoerbaar. Dit bedrijventerrein moet gerevitaliseerd worden. Bovendien is Krabbersplaat in het herstructureringsprogramma voor de periode aangedragen voor een herprofilering. Ketenwaal valt in categorie D. Deze bedrijventerreinen combineren een beperkte problematiek met een lage mate van uitvoerbaarheid. Dit bedrijventerrein komt in aanmerking voor een facelift. De herstructurering van de bedrijventerreinen komt terug in de Structuurvisie Enkhuizen 2020 en in andere regionale en gemeentelijke beleidstukken Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Op 1 oktober 2007 hebben Provinciale Staten het 'Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan, Actualisatie van het PVVP (PVVP)' vastgesteld. Hierin zet de provincie haar bijgewerkte visie op het verkeer en vervoer in de provincie en het verkeers- en vervoersbeleid voor de periode van 2007 tot 2013 uiteen. Uitgangspunt hiervoor was het beleid zoals dat in het 'Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan 2003' is opgenomen. In hoofdlijnen is het beleid gericht op 'vlot en veilig door Noord-Holland'. In de visie merkt de provincie op dat de ruimtelijke ordening belangrijke aanknopingspunten biedt voor het mobiliteitsvraagstuk. In bestaande situaties zijn er nauwelijks mogelijkheden voor wijzigingen. Bij herontwikkeling van bestaande situaties of nieuwe situaties zijn die mogelijkheden er wel. Mobiliteit is in deze situaties één van de sturende uitgangspunten. In het PVVP is bepaald dat bij de ontwikkeling van (ruimtelijke) plannen duidelijk moet worden gemaakt hoe de bereikbaarheid van het plangebied wordt gewaarborgd. Ook is in het PVVP bepaald dat 'oplossingen' moeten bijdragen aan de veiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid van het gebied. Voor de gemeente Enkhuizen zijn de plannen voor de verbreding van de Westfrisiaweg (Corridor Alkmaar- Enkhuizen) relevant. In nieuwe ruimtelijke plannen waarbij de Westfrisiaweg onderdeel uitmaakt van het plangebied dient rekening gehouden te worden met deze verbreding Provinciaal Milieubeleidsplan In het Provinciaal Milieubeleidsplan heeft de provincie Noord-Holland de volgende lange termijn visie geformuleerd: 'In de toekomst leeft iedereen in een schoon Noord-Holland. Wonen, werken en recreëren doen we dan in een gezonde, schone en veilige omgeving. We ondervinden geen overlast meer van bodemverontreiniging en luchtvervuiling en ook lawaai en stank van bedrijven en verkeer behoren tot het verleden. Daarnaast leveren we een bijdrage aan het verminderen van de mondiale milieubelasting en de aantasting van de draagkracht van de aarde, in ieder geval voor dat deel waar we als provincie verantwoordelijk voor zijn'. In het Milieubeleidsplan beschrijft de provincie Noord-Holland wat zij gaat doen in de periode om bij te dragen aan de lange termijn visie. Daartoe zijn activiteiten benoemd die er toe moeten leiden dat eind 2013 overal in Noord-Holland de zogeheten basiskwaliteit is bereikt. De basiskwaliteit is vastgelegd in Europese en nationale milieunormen en regels en hangt samen met de functie van een gebied: wonen, werken of recreëren. Daarbij heeft de provincie Noord-Holland twee overkoepelende doelen gesteld: 1. Het voorkomen van schade aan de menselijke gezondheid, dier en plant; 2. Het stimuleren van duurzame ontwikkeling in Noord-Holland voor nu en in de toekomst, zonder afwenteling van de milieubelasting naar elders Provinciaal waterplan Op 16 november 2009 hebben Provinciale Staten van Noord-Holland het Provinciaal Waterplan vastgesteld. De provincie heeft in het Waterplan de volgende strategische doelen geformuleerd: De provincie waarborgt met waterschappen en Rijkswaterstaat voldoende bescherming van mens, natuur en bedrijvigheid tegen overstromingrisico s via het principe: preventie (het op orde houden van de waterkeringen met aandacht voor ruimtelijke kwaliteit), gevolgschade beperken blad 17 van 58

19 (bijvoorbeeld waterbestendig bouwen daar waar nodig) en rampenbeheersing (bijvoorbeeld goede vluchtroutes en informatievoorziening). De provincie zorgt samen met waterschappen, gemeenten en Rijkswaterstaat dat water in balans en verantwoord benut en beleefd wordt door mens, natuur en bedrijvigheid. Het watersysteem en de beleving van het water wordt versterkt door deze te combineren met natuurontwikkeling, recreatie en/of cultuurhistorie. De provincie zorgt samen met gemeenten, waterschappen, Rijkswaterstaat en drinkwaterbedrijven voor schoon en voldoende water. Dit wordt gedaan door een kosteneffectief en klimaatbestendig grond- en oppervlaktewatersysteem. De provincie zorgt samen met gemeenten, waterschappen en belanghebbenden voor maatwerk in het Noord-Hollandse grond- en oppervlaktewatersysteem. Daarbij hanteren we integrale gebiedsontwikkeling. De gemeente Enkhuizen wordt verder niet specifiek genoemd. 3.4 Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Waterbeheersplan Op 14 oktober 2009 is door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) het 'Waterbeheersplan ' (WBP4) vastgesteld. In het WBP4 heeft HHNK zijn beleid voor het water voor de periode van 2010 tot en met 2015 uiteengezet. Het beleid van HHNK is gericht op: Het beheren en waarborgen van een goed watersysteem; Het voorkomen en beheren van verontreiniging van het watersysteem; Het beheren en waarborgen van goede waterkeringen; Het behouden en ontwikkelen van een goede calamiteitenorganisatie die in bijzondere situaties direct bruikbaar is en die beschikt over actuele calamiteitbestrijdingsplannen voor veiligheid, wateroverlast en waterkwaliteit. Uitgangspunten van het beleid van HHNK zijn: Het beheersgebied van HHNK is beschermd tegen overstromingen; Dijkversterking blijft altijd mogelijk; Alle inwoners van het beheersgebied van HHNK hebben recht op het afgesproken beschermingsniveau tegen wateroverlast; Watersystemen zijn gezond voor mens, plant en dier; Problemen worden opgelost waar ze ontstaan; Met de watervoorraad wordt zorgvuldig omgegaan; Niet alles kan overal; Samenwerking staat centraal; Water is een ordenend principe in de ruimtelijke inrichting; Het waterbeheer is toekomstgericht. De gemeente Enkhuizen wordt verder niet specifiek genoemd. 3.5 Regionaal beleid De regio West-Friesland beslaat het gebied binnen de Westfriese Omringdijk. Het betreft de volgende gemeenten: Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer en Stede Broec. Deze gemeenten werken samen op verschillende terreinen. De gemeente Hoorn treedt op als centrumgemeente. Het gaat daarbij in ieder geval om de volgende taken: Faciliteren, coördineren en regisseren van bestuurlijk overleg (zowel over onderwerpen waarbij wordt samengewerkt als over onderwerpen/ontwikkelingen waarbij samenwerking mogelijk is); Regionale coördinatie beleid en inkoop volwasseneneducatie; Regionale coördinatie jeugdbeleid; Regionale Urgentiecommissie Huisvesting; Regionale Klachtencommissie Woningtoewijzing; Leerlingenvervoer. Het relevante regionale beleid wordt hieronder besproken. blad 18 van 58

20 3.5.1 Kadernota regionale woonvisie West-Friesland (2010) De Kadernota regionale woonvisie West-Friesland is een vervolg op de Regionale Woonvisie ( ) en is door de gemeenteraad van Enkhuizen vastgesteld op 1 maart Uit een monitoring en evaluatie van deze visie is gebleken dat de demografische ontwikkelingen en de marktomstandigheden zodanig zijn gewijzigd dat het vaststellen van een nieuwe visie gewenst is. Gemeenten in de regio kunnen deze Kadernota gebruiken als vertrekpunt en als basis voor het vaststellen van lokale Woonvisies. De Kadernota is afgestemd op de Verstedelijkingsafspraken , de provinciale Woonvisie en de provinciale Structuurvisie In de kadernota zijn de volgende afspraken vastgelegd (voorstel): Uitgangspunt is het bouwen voor eigen behoefte (te verhogen met beperkt positief migratiesaldo) wat neerkomt op een woningbouwopgave in geheel West-Friesland met een bandbreedte van woningen per jaar. Voor Enkhuizen geldt dat van 2010 tot 2014 per jaar 80 woningen mogen worden gerealiseerd. De deur op een kier zetten voor een beperkte overloop vanuit de Metropoolregio Amsterdam onder de voorwaarde dat eerst de bereikbaarheid en de woon-werkbalans verbeterd zijn. Alle gemeenten stellen vóór 2015 (zijnde de eerste periode van de regionale woonvisie) individueel of op onderdelen gezamenlijk een visie op, ten aanzien van: o Bestaande woningen geschikt(er) maken voor senioren (opplussen/domotica/woonzorgzones); o Het op beperkte schaal realiseren van starterswoningen en specifieke instrumenten inzetten om starters op de woningmarkt te helpen, zoals de Starterslening en MGEconstructies; o (Collectief) Particulier Opdrachtgeverschap en consumentgericht bouwen; o In de bestaande voorraad een energiebesparing realiseren van 30% in 2020; o Het streven naar een energieneutrale regio na 2020; o Het in stand houden en zo mogelijk versterken van de bestaande woonmilieus; o Het grootschalig(er) opwekken van duurzame energie; o In de nieuwbouw 60% in de betaalbare categorie realiseren (onderverdeeld in: goedkoop, middelduur en koop en huur) en 40% in de dure categorie; o Ten minste 25% 40% van de woningbouwopgave binnenstedelijk realiseren en slechts beperkt en in aansluiting op bestaande kernen, woningbouw in landelijk gebied toestaan. De afspraken die zijn gemaakt in de (ontwerp) Kadernota Regionale Woonvisie West-Friesland zijn relevant voor gemeentelijk ruimtelijk beleid. De afspraken zijn echter relatief globaal. Daarmee is het merendeel ervan in de huidige vorm niet direct toepasbaar binnen de nieuw op te stellen bestemmingsplannen. De gemeente Enkhuizen heeft nog geen lokale Woonvisie vastgesteld Regionale Visie bedrijventerreinen West-Friesland In de Regionale Visie bedrijventerreinen West-Friesland geven de 9 West-Friese gemeenten aan hoe ze om willen gaan met bedrijventerreinen. De opgave voor de regio West-Friesland is versterking van de economische positie en het bevorderen van de werkgelegenheid, onder meer door het bieden van ruimte aan bedrijven en de verbetering van de bereikbaarheid en de ontsluiting van bedrijfslocaties. In kwantitatieve zin is de opgave het faciliteren van 140 ha bedrijventerreinen tot 2014 waarvan 60% op regionale terreinen en voor de langere termijn (2014 tot 2030) nog eens 240 ha, waarvan eveneens 60% op regionale terreinen. De regionale terreinen heeft de provincie aangewezen, hoewel nog niet voldoende. Voor de lokale terreinen maken de gemeenten gezamenlijk een visie. De opgave is de realisatie van 60 ha voor de periode tot 2014 en 95 ha voor de periode daarna. Voor de gemeente Enkhuizen blijft het uitbreiden van het aantal arbeidsplaatsen in Enkhuizen doelstelling van het beleid. Door de ontwikkeling van de bedrijventerreinen is een belangrijke bijdrage geleverd aan de werkgelegenheid en de mogelijkheid voor bedrijven zich in Enkhuizen te vestigen. Hierdoor worden de reiskilometers voor een grote groep van Enkhuizer werknemers beperkt. De ontwikkeling van het laatste deel van het bedrijventerrein Schepenwijk dient voortvarend ter hand te worden genomen. Op het grondgebied van het gebied voor Schepenwijk II heeft de gemeente een voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten vastgesteld. In het verlengde van de regionale visie is in 2009 een centraal coördinatiepunt bedrijventerreinen opgericht. Dit coördinatiepunt heeft tot doel: de regionale behoefte te monitoren en te ramen (1), regionaal te plannen (2), regionaal te typeren en segmenteren (3), bedrijven te begeleiden naar passende locaties (4), regionale blad 19 van 58

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

E u r o p e e s w a t e r b e l e i d N a t i o n a a l W a t e r b e l e i d

E u r o p e e s w a t e r b e l e i d N a t i o n a a l W a t e r b e l e i d B i j l a g e 1 : Beleidskader water Europees waterbeleid Kaderrichtlijn Water (KRW) De kaderrichtlijn Water richt zich op de bescherming van landoppervlaktewater, overgangswater, kustwater en grondwater.

Nadere informatie

Vigerend beleid voor ruimtelijke onderbouwingen

Vigerend beleid voor ruimtelijke onderbouwingen B i j l a g e 2 : G e l d e n d w a t e r b e l e i d Vigerend beleid voor ruimtelijke onderbouwingen Inhoudsopgave Vigerend beleid voor ruimtelijke onderbouwingen 1 Inhoudsopgave 1 1 Europees Waterbeleid

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Ruimtelijk beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid

HOOFDSTUK 3 Ruimtelijk beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid In de toekomst zullen er altijd verzoeken komen van ontwikkelingen die niet passen binnen voorliggend bestemmingsplan. Voor dergelijke initiatieven kan alsnog medewerking worden gevraagd aan het college

Nadere informatie

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening (RO) in Nederland Vanuit de geschiedenis is RO al belangrijk in Nederland, denk bijvoorbeeld aan landinrichting en optimaliseren van de waterhuishouding.

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Ruimtelijk beleid

HOOFDSTUK 3 Ruimtelijk beleid HOOFDSTUK 3 Ruimtelijk beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante beleid

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland INHOUDSOPGAVE pagina HOOFDSTUK 1 INLEIDING 5 1.1 Aanleiding voor het plan 5 1.2 Plangebied 5 1.3 Leeswijzer

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie

Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie Deltaprogramma Ruimtelijke adaptatie Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie Het Deltaprogramma: een nieuwe aanpak Een goede kwaliteit van de leefomgeving is een basisvoorwaarde voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat

Nadere informatie

Basisnota van beleid - Gemeente Enkhuizen

Basisnota van beleid - Gemeente Enkhuizen Basisnota van beleid - Gemeente Enkhuizen Basisnota van beleid - Gemeente Enkhuizen Inhoud Rapport 10 februari 2011 Projectnummer 800.33.00.23.00 Overzichtskaart Figuur 1. Plangrenzen van de nieuw op te

Nadere informatie

VERKEER EN VERVOER. Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST

VERKEER EN VERVOER. Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST VERKEER EN VERVOER Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST VERKEER EN VERVOER Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg Colofon Uitgave Provincie Noord-Holland Postbus 123 2000 MD Haarlem

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking

Ladder voor duurzame verstedelijking Ladder voor duurzame verstedelijking Klik om de modelstijlen te bewerken Tweede niveau Derde niveau Vierde niveau Vijfde niveau Ladder voor duurzame verstedelijking 1. Waar komt het vandaan? 2. Wat is

Nadere informatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie Structuurvisie Noord-Holland Achtergrondinformatie Structuurvisie: waarom en wat? - Inwerkingtreding Wro 1 juli 2008 - elke overheidslaag stelt eigen structuurvisie op (thema of gebied) - structuurvisies

Nadere informatie

REACTIENOTA OVERLEG EN INSPRAAK BESTEMMINGSPLAN WATERLAND - BROEKERMEERDIJK 30-MIDDENWEG 1-3

REACTIENOTA OVERLEG EN INSPRAAK BESTEMMINGSPLAN WATERLAND - BROEKERMEERDIJK 30-MIDDENWEG 1-3 REACTIENOTA OVERLEG EN INSPRAAK BESTEMMINGSPLAN WATERLAND - BROEKERMEERDIJK 30-MIDDENWEG 1-3 Reactienota Overleg en Inspraak Bestemmingsplan Waterland - Broekermeerdijk 30-Middenweg 1-3 Code 1212102 /

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid Waterveiligheid buitendijks In ons land wonen ruim 100.000 mensen buitendijks langs de rivieren, de grote meren en de kust. Zij wonen aan de waterzijde

Nadere informatie

Beleidskader windenergie

Beleidskader windenergie Bijlage 1 Beleidskader windenergie Europese richtlijn 2009/28/EG De Europese richtlijn 2009/28/EG verplicht Nederland om in 2020 14 procent van het totale bruto-eindverbruik aan energie afkomstig te laten

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting

Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting Pos Service Holland BV 19 februari 2013 Ontwerp A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND B.V. PLANNING & TRANSPORT

Nadere informatie

NOTITIE WATER. Aanleiding. Opdrachtgever GEM Benedenveer BV io Contactpersoon De heer J. Luykx Werknummer 1407G489 Datum 27 februari 2015

NOTITIE WATER. Aanleiding. Opdrachtgever GEM Benedenveer BV io Contactpersoon De heer J. Luykx Werknummer 1407G489 Datum 27 februari 2015 NOTITIE WATER Project Plaats Sliedrecht Opdrachtgever GEM Benedenveer BV io Contactpersoon De heer J. Luykx Werknummer 1407G489 Datum 27 februari 2015 Aanleiding Het voornemen is om op een braakliggend

Nadere informatie

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN Terneuzen Cultuurhistorische Waardenkaart Datum: februari 2013 Opgesteld door: Gemeente Terneuzen Gemeente Terneuzen Stadhuisplein 1 Postbus 35 4530 AA Terneuzen

Nadere informatie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Voorstellen Waterschap Hollandse Delta John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Waterschap Hollandse Delta Dynamiek in de Delta [2] Inhoud De taken van het waterschap De dynamiek in de tijd Een dynamische

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a 1 Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding 3 1.1. Het project 3 2. Beschrijving huidige en

Nadere informatie

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied.

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied. > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen 2. Water Bodem & Gebruik 3. Het Groene Hart, met zijn veenweiden, Over de realisatie van

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Provinciaal Omgevingsplan Limburg

Provinciaal Omgevingsplan Limburg Provinciaal Omgevingsplan Limburg Presentatie t.b.v. Regionalrat Düsseldorf, Provinciale Staten Gelderland en Provinciale Staten Limburg Arnhem, 7 maart 2012 POL POL = Provinciaal Omgevingsplan Limburg,

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Vraag en antwoord Ecologische Hoofdstructuur

Vraag en antwoord Ecologische Hoofdstructuur Vraag en antwoord Ecologische Hoofdstructuur Maart 2013 Wat is de ecologische hoofdstructuur (EHS)? De ecologische hoofdstructuur is een samenhangend netwerk van bestaande en nog te ontwikkelen belangrijke

Nadere informatie

Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht

Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht Inhoudsopgave Regels Bookmark not defined. 3 Error! Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Hoofdstuk 2 Algemene regels Artikel

Nadere informatie

Duinkampen 23 te Paterswolde

Duinkampen 23 te Paterswolde Duinkampen 23 te Paterswolde Projectgebied. Duinkampen 23 Paterswolde 1. Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het bouwen van een bijgebouw, het plaatsen van een schutting en twee kunstwerken

Nadere informatie

1. Streekplan Brabant in balans

1. Streekplan Brabant in balans 1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 2/11 Inhoudsopgave RUIMTELIJKE ONDERBOUWING 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 Hoofdstuk 2 Aanvraag omgevingsvergunning 5 Hoofdstuk 3 Geldende planologische

Nadere informatie

Deltaprogramma I IJsselmeergebied. Atlas van het IJsselmeergebied

Deltaprogramma I IJsselmeergebied. Atlas van het IJsselmeergebied Deltaprogramma I IJsselmeergebied Atlas van het IJsselmeergebied Atlas van het IJsselmeergebied I Colofon Samengesteld door: MWH B.V. www.mwhglobal.nl Fotografie: Foto kaft: Foto s Flora en Fauna: Oplage:

Nadere informatie

Blad 2. Beoordeling verzoek

Blad 2. Beoordeling verzoek Ruimtelijke onderbouwing voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het dempen van een kadesloot en verbreden van watergangen in de Wergeastermarpolder Door het Wetterskip Fryslân is een

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 64 Haarlem, 17 augustus 2004 Onderwerp: Agenda Provinciaal Waterplan Bijlagen: - ontwerpbesluit - procesplanning provinciaal waterplan - op weg naar een

Nadere informatie

Klimaatopgave landelijk gebied

Klimaatopgave landelijk gebied Klimaatopgave in beeld 13 oktober 2016, Hoogeveen Algemene info Klimaatopgave landelijk gebied Bert Hendriks Beleidsadviseur hydrologie 275.500 ha 580.000 inwoners 543 medewerkers 22 gemeenten 4.479 km

Nadere informatie

Ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

Ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte ONS KENMERK / ONDERWERP 967644 / SVIR De Minister van Infrastructuur en Milieu Mevrouw M.H. Schultz van Haegen Centrum Publieksparticipatie Ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Postbus 30316

Nadere informatie

Deltaprogramma 2014. Bijlage F. Bestuurlijke Planning DP2015

Deltaprogramma 2014. Bijlage F. Bestuurlijke Planning DP2015 Deltaprogramma 2014 Bijlage F Bestuurlijke Planning DP2015 Deltaprogramma 2014 Bijlage F Bestuurlijke Planning DP2015 Deltaprogramma 2014 Bijlage F 2 Bestuurlijke planning In deze bijlage is de bestuurlijke

Nadere informatie

De paragrafen en worden in het kader van deze partiële herziening als volgt gewijzigd;

De paragrafen en worden in het kader van deze partiële herziening als volgt gewijzigd; Partiële herziening Omgevingsplan Flevoland 2006 Beleidsaanpassing windenergie inzake vrijwaring van de gemeenten Noordoostpolder en Urk en Markermeer, IJmeer en IJsselmeer. De paragrafen 5.7.1 en 7.3.4

Nadere informatie

Klimaatbestendige ontwikkeling van Nederland. Is het rijk aan zet? Willem Ligtvoet, 19 april 2011

Klimaatbestendige ontwikkeling van Nederland. Is het rijk aan zet? Willem Ligtvoet, 19 april 2011 Klimaatbestendige ontwikkeling van Nederland Is het rijk aan zet? 1 Voorstudie PBL (2009) Speerpunten klimaatbestendige ruimtelijke ontwikkeling: 1. Waterveiligheid 2. Zoetwatervoorziening 3. Klimaatbestendige

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Ontwerp wijziging PRVS

Ontwerp wijziging PRVS Model bekendmaking regeling provinciale staten 1 8 Ontwerp wijziging PRVS Ontwerp besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van [..], tot wijziging van de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie

Nadere informatie

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water"

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water Memo Ter attentie van Gemeente Midden-Drenthe Datum 4 december 2012 Opgesteld door Maarten van Vierssen Projectnummer 111769 Onderwerp Bedrijventerrein Smilde aspect Water" In deze memo zijn de watertoetsen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Ruimtelijke Onderbouwing Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Gemeente Tynaarlo September 2012 NL.IMRO.1730.ABYdermade3depunt-0301 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied,

Nadere informatie

Links naar brondocumenten

Links naar brondocumenten Links naar brondocumenten PS-doelen en GS-taken Visie Ruimte en Mobiliteit Beleidsvisie Cultureel Erfgoed en Basisvoorzieningen Cultuur 2017-2020 Beleidsvisie en uitvoeringsstrategie regionale economie

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS Visie op Zuid-Holland Verordening Ruimte Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS GS 21 mei 2013 ONTWERP VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING RUIMTE Provinciale Staten van

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland

Visie op Zuid-Holland Visie op Zuid-Holland Op weg naar de provinciale structuurvisie provincie Zuid Holland Visie op Zuid-Holland - Op weg naar de provinciale structuurvisie Visie op Zuid-Holland Veelzijdig, dynamisch. Zuid-Holland

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord Ruimtelijke onderbouwing project Vlietweg 16 te Santpoort-Noord W12/000758/ OLO271413 INHOUD 1 Beschrijving

Nadere informatie

Structuurvisie. Ruimte

Structuurvisie. Ruimte Structuurvisie Infrastructuur t & Ruimte Waarom een structuurvisie? Andere politieke en economische omstandigheden Ervaringen met de uitvoering van het ruimtelijk beleid Niet Anders Betalen voor Mobiliteit

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Wijzigingen Omgevingsplan Flevoland 2006

Wijzigingen Omgevingsplan Flevoland 2006 DEEL C Wijzigingen Omgevingsplan Flevoland 2006 Deel C Wijzigingen Omgevingsplan Flevoland 2006 Voor de belangrijkste tekstblokken uit het Omgevings plan Flevoland 2006 is hierna een voorstel gedaan voor

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik)

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Ruimtelijke Onderbouwing t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1. Aanleiding Stichting Spurd heeft een aanvraag om omgevingsvergunning

Nadere informatie

Deltaprogramma Het nationale programma voor waterveiligheid en zoetwatervoorziening

Deltaprogramma Het nationale programma voor waterveiligheid en zoetwatervoorziening Deltaprogramma Het nationale programma voor waterveiligheid en zoetwatervoorziening 2 e bestuurlijke consultatieronde Deltaprogramma: Hoe houden we de delta veilig en zorgen we voor voldoende zoetwater?

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid

Hoofdstuk 3 Beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid Hoofdstuk 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante Rijks-, provinciaal

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

Vakdag conditionering Workshop natuur en milieu(wetgeving): aanpak en benodigde onderzoeken. 6 maart 2014, prof. mr. A.A. Freriks

Vakdag conditionering Workshop natuur en milieu(wetgeving): aanpak en benodigde onderzoeken. 6 maart 2014, prof. mr. A.A. Freriks Vakdag conditionering Workshop natuur en milieu(wetgeving): aanpak en benodigde onderzoeken 6 maart 2014, prof. mr. A.A. Freriks Onderwerpen Belangrijkste besluitvormingstrajecten: projectplan Waterwet,

Nadere informatie

Waterparagraaf. Opdrachtgever. Groenstraat 2, Sprundel. De heer C.J.M. Lazeroms Groenstraat 2 4714 SK Sprundel

Waterparagraaf. Opdrachtgever. Groenstraat 2, Sprundel. De heer C.J.M. Lazeroms Groenstraat 2 4714 SK Sprundel Waterparagraaf Groenstraat 2, Sprundel projectnr. 166718 revisie 00 20 oktober 2006 Opdrachtgever De heer C.J.M. Lazeroms Groenstraat 2 4714 SK Sprundel datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring

Nadere informatie

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene regels

Nadere informatie

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015 Bestuursrapportage 204 Vechtstromen Versie 24 november 205 Deze rapportage bevat een overzicht op hoofdlijnen van de voortgang van de uitvoering van het waterbeleid en dient als basis voor jaarlijks bestuurlijk

Nadere informatie

versie: 1.1 datum: 16 mei 2011 Pagina 2 van 6

versie: 1.1 datum: 16 mei 2011 Pagina 2 van 6 Ruimtelijke onderbouwing aanvraag omgevingsvergunning T.b.v. de aanleg van tijdelijke verkeersvoorzieningen in Watergang versie 1.1 1 april 2011 Inleiding De gemeente moet groot onderhoud uitvoeren aan

Nadere informatie

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Kaarten Waterbelangen DM: 303052 1 Wateropgaven 2015 / 2027 Kaart 1. Gebieden met een WB21 wateropgave In 2005 is een studie wateropgave uitgevoerd (conform

Nadere informatie

Realiseren paardenbak

Realiseren paardenbak Realiseren paardenbak Ruimtelijke onderbouwing Langereis 25 Hoogwoud Ontwerp Bakker Zwollo-de Wilt juristen Locatie: Langereis 25 Hoogwoud Opgesteld door: Mw. drs. I.A. Zwollo Bakker Zwollo-de Wilt juristen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie

datum dossiercode Project: Wijzigingsplan Snevert 1a Gemeente: Schagen Aanvrager: Jaap Swan Organisatie: Swan Art & Build

datum dossiercode Project: Wijzigingsplan Snevert 1a Gemeente: Schagen Aanvrager: Jaap Swan Organisatie: Swan Art & Build datum 15-12-2014 dossiercode 20141215-12-10114 Project: Wijzigingsplan Snevert 1a Gemeente: Schagen Aanvrager: Jaap Swan Organisatie: Swan Art & Build Geachte heer/mevrouw Jaap Swan, Voor het plan Wijzigingsplan

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op 2 november 2010 is door het college van burgemeester en wethouders het principebesluit genomen om medewerking te

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking Samenvatting Samenvatting Handreiking bij de ladder voor duurzame verstedelijking Op 1 oktober 2012 is het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) gewijzigd,

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Wijziging Verordening ruimte i.v.m. bp Broeksche Erven, Nuenen Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Bijlage(n) 3 - gelezen het verzoek van

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting De begroting van de provincie Utrecht voor 2012 Een samenvatting Hoeveel gaat de provincie Utrecht in 2012 uitgeven? Waaraan en waarom? Dat leest u in deze samenvatting. U zult zien dat wij voor 2012 duidelijke

Nadere informatie

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 status: vastgesteld datum: 5 september 2013 projectnummer: 202360R.2011 adviseurs: Jke / Wle gemeente Maasdriel Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist.

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Ten behoeve van de stroomlijning van het vooroverleg over: - voorontwerpbestemmingsplannen

Nadere informatie

Congres Grip op de Omgevingswet

Congres Grip op de Omgevingswet Congres Grip op de Omgevingswet Workshop Couleur locale 27 september 2018 Door: Patries van den Broek Zwolle Alphons van den Bergh - Schulinck Programma Inleiding Zwolse aanpak Omgevingsvisie in relatie

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Perceel L 534 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534 Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst, Perceel L 534 Vastgesteld 13 september 2013 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534-VA01

Nadere informatie

Veiligheid primaire waterkeringen,

Veiligheid primaire waterkeringen, Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met de Verlengde derde toetsing

Nadere informatie

Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim. 28 oktober 2014 J j OKF ZOU

Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim. 28 oktober 2014 J j OKF ZOU 5 -minuten versie voor Provinciale Staten provincie HOLLAND Directie DLB Afdeling Samenleving en Economie Registratienummer 489015306 {DOS-2007-0015748) Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum

Nadere informatie

Stedenbouw/welstandsrichtlijnen Aangezien er enkel een interne verbouwing zal plaatsvinden, zal de uiterlijke verschijningsvorm niet wijzigen.

Stedenbouw/welstandsrichtlijnen Aangezien er enkel een interne verbouwing zal plaatsvinden, zal de uiterlijke verschijningsvorm niet wijzigen. Ruimtelijke onderbouwing voor het afwijken van bestemmingsplan ten behoeve van dagactiviteiten voor jong dementerenden op het perceel Griende Dyk 2 te Wirdum Zorggroep Noorderbreedte heeft een aanvraag

Nadere informatie

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen Communicatie 2016 #Samenwaw Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen KNW 25 januari 2018 Gert Dekker De Omgevingswet De Omgevingswet, kerninstrumenten Doelen Maatregelen Regels Waterbeheerprogramma

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten

Ruimtelijke onderbouwing. Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten Ruimtelijke onderbouwing Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten 1. Inleiding 1.1. Aanleiding Op 2 september 2013 is een omgevingsvergunning aangevraagd door de provincie Fryslân voor de aanleg

Nadere informatie

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6837 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2015 Stadskanaal, 1 juni 2011 Beslispunten 1. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015

Nadere informatie

Westflank Haarlemmermeer

Westflank Haarlemmermeer Nota Ruimte budget 48 miljoen euro Planoppervlak 1500 hectare Trekker Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Westflank Haarlemmermeer Westflank Haarlemmermeer is een Randstad Urgent - project.

Nadere informatie

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene

Nadere informatie

Geel in omgevingsvisies

Geel in omgevingsvisies Geel in omgevingsvisies De RWS-bijdrage aan de nationale, provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies Peter Harmsen Adviseur ruimtelijke ontwikkelingen Waar zijn we van? 2 RWS BEDRIJFSINFORMATIE Duurzame

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) Nummer Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland.

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) Nummer Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d.) 3 april 2012) Nummer 2644 Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland. Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting vragensteller De

Nadere informatie

Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht

Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening is het concept ontwerpbestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht ( TVM

Nadere informatie

Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht

Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht Nota vooroverleg bestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening is het concept ontwerpbestemmingsplan Tramlijn Vlaanderen Maastricht ( TVM

Nadere informatie

VOOROVERLEGNOTITIE 150 KV-VERBINDING DINTELOORD-ROOSENDAAL

VOOROVERLEGNOTITIE 150 KV-VERBINDING DINTELOORD-ROOSENDAAL VOOROVERLEGNOTITIE 150 KV-VERBINDING DINTELOORD-ROOSENDAAL PROVINCIE NOORD-BRABANT 4 juni 2012 076445727:0.8 - Definitief B01055.000582.0100 Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Overzicht reacties... 3 2 s in

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 14 april Vragen nr. 27

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 14 april Vragen nr. 27 Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland Haarlem, 14 april 2015 Vragen nr. 27 Vragen van de heer mr. J.M. Bruggeman (SP) over de toepassing van de "overgangsregeling" als bedoeld in artikel

Nadere informatie

Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie

Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie Landschap, water en ondergrond Meer informatie: https://www.regiogv.nl/gemeenteraden/ruimtemobiliteit/samenwerking-omgevingsvisie/ 1 Inhoud 1. Proces samenwerking

Nadere informatie