Hoe groen is Nederland?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hoe groen is Nederland?"

Transcriptie

1 Onderzoek naar de hoeveelheid en toegankelijkheid van de groene ruimte in Nederland September- Oktober 2005 Wageniningen Universiteit

2 Team Groene Ruimte: Daniel van Dijke Niels Groot Marieke Paalhaar Mark Ravesloot Meike Sauter Liesbeth de Theije Joost van der Werf Supervisor: Dr.ir. Terry van Dijk, Chair of Land Use Planning, Wageningen UR September- Oktober

3 Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Achtergrond Probleemstelling Doelstelling Opbouw van het rapport Onderzoeksvragen Onderzoeksopzet Conceptuele uitgangspunten Werkwijze Hoeveelheid groene ruimte en beheerders Wie zijn de belangrijkste beheerders van groene ruimte? Hoeveel groene ruimte is er in Nederland? Gegevens op basis van CBS-statistiek Gegevens op basis van GIS-berekeningen Gegevens op basis van eigen onderzoek De hoeveelheid en toegankelijkheid van groene ruimte per Nederlander Hoeveelheid groene ruimte in Nederland volgens CBS Hoeveelheid en toegankelijkheid van groene ruimte in Nederland volgens het Eigen Onderzoek Groene ruimte in de hoofdprovincies Noord-Holland Groene ruimte in Noord-Holland Toegankelijkheid in Noord-Holland Zuid-Holland Groene ruimte in Zuid-Holland Toegankelijkheid in Zuid-Holland Noord-Brabant Groene ruimte in Noord-Brabant Toegankelijkheid in Noord-Brabant Utrecht Groene ruimte in Utrecht Toegankelijkheid in Utrecht Vergelijking hoofdprovincies De behoefte aan groene ruimte De behoefte aan groene ruimte in het algemeen Vergelijking algemene behoefte met gegevens CBS Vergelijking algemene behoefte met Eigen Onderzoek Conclusie...31 Discussie...32 Bronnenlijst...33 Overzicht van tabellen...35 Bijlagen...36 september oktober

4 Voorwoord In het kader van het vak AMC 2 hebben wij de afgelopen weken onderzoek gedaan naar de open groene ruimte in Nederland. Onze begeleider Terry van Dijk is momenteel werkzaam in een werkgroep die een effectievere manier van landschapsplanning nastreeft. Omdat Nederland steeds meer dichtslibt en er eigenlijk geen sprake meer is van steden die gelegen zijn in het landelijke gebied maar veel meer van één groot stedelijk gebied met daarin groene open ruimtes lijkt een andere benadering van de planning vereist. De druk op de open ruimte in de Randstad, maar bijvoorbeeld ook in de Brabantse stedenring is enorm en er zal een zorgvuldig beleid moeten worden uitgestippeld om tot een effectieve en duurzame invulling te komen. Aan ons is gevraagd om na te gaan hoeveel open ruimte er nog is in Nederland en daarnaast ook specifiek in de vier meest verstedelijkte provincies Noord-Holland, Zuid- Holland, Utrecht en Noord-Brabant. Daartoe is onderzocht hoe de bodem momenteel in gebruik is. De beheerders van de arealen grond zijn achterhaald omdat zij meer dan de eigenaars bepalen hoe de gronden in gebruik zijn en of ze bijvoorbeeld toegankelijk zijn voor recreanten. Met behulp van gegevens van het CBS, maar door ook alle grote beheerders aan te schrijven is getracht om een zo volledig en compleet mogelijk plaatje te krijgen van het bovengenoemde. Daarbij was het vooral moeilijk om tot goede definities te komen, iedereen verstaat namelijk weer iets anders onder open groene ruimte, en waren data niet altijd even up to date of goed toegankelijk. Desondanks zijn we met de beperkte tijd en middelen er toch in geslaagd om enkele uitspraken te kunnen doen over de open groene ruimte in Nederland. Onze dank gaat daarbij uit naar Chris Baltjens en Jasper Dekkers van wie wij bruikbare data hebben mogen ontvangen. september oktober

5 1 Inleiding 1.1 Achtergrond In het metropolitane landschap functioneert het klassieke planningstelsel onvoldoende om nog langer op effectieve wijze te kunnen inspelen op de complexiteit en dynamiek van de Nederlandse samenleving. Om tot een effectiever planningsysteem te komen zullen de drijvende krachten achter het metropolitane landschap moeten worden geanalyseerd. Het onderzoek Reinventing Landscape planning in Metroland; Metroland, where city and landscape meet tracht het bovenstaande ter hand te nemen. Dit NWO onderzoeksprogramma wordt uitgevoerd door een samenwerking van NWO (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek), Wageningen UR, TU Delft en VU Amsterdam. Onder andere de waarde van de open ruimte in Nederland moet worden vastgesteld om vervolgens te worden geïntegreerd in het Nederlandse planningssysteem. Een studie naar de aanwezige hoeveelheid groene ruimte in Nederland is daartoe vereist. In dit onderzoek is de hoeveelheid aanwezige groene ruimte uitgezocht en berekend en tevens is de toegankelijkheid ervan onderzocht. Daarnaast is gekeken of de hoeveelheid beschikbare ruimte voldoet aan de vraag van de bevolking. 1.2 Probleemstelling Nederland bestaat uit bebouwd gebied, nederzettingen, steden, industrie en belangrijke infrastructuur. Ook bestaat het uit gebieden die vaak de groene ruimte worden genoemd. Deze groene ruimte wordt vaak gezien als het gebied voor het ontplooien van recreatieve activiteiten door mensen uit zowel de verstedelijkte als landelijke gebieden. Het gebruik en de toegankelijkheid van deze groene ruimte hangt echter sterk af van de beheerder van het gebied. Deze bepaalt namelijk hoe het land wordt gebruikt en in welke mate er mensen met recreatieve doeleinden worden toegelaten. Bovendien heeft de beheerder directe invloed op het gebruik van het land in de toekomst, dus in hoeverre de groene ruimte ook daadwerkelijk als groene ruimte behouden blijft. De groene ruimte bepaalt in belangrijke mate de kwaliteit van de stedelijke omgeving (Hinssen, 1992). Of de kwaliteit, maar vooral ook de kwantiteit, van de groene ruimte voldoet aan de behoefte van de Nederlander is nog maar de vraag. Dit laatste lijkt vooral in de vier dichtstbevolkte provincies van ons land zeer twijfelachtig te zijn. Dit zijn de provincies Zuid- Holland, Noord-Holland, Noord-Brabant en Utrecht. Daarnaast blijkt uit Vrije Tijdsonderzoek van de ANWB dat 30% van de Nederlanders groene ruimte mist in de omgeving ( Er is dus wel degelijk onderzoek nodig naar de beschikbare hoeveelheid. 1.3 Doelstelling Het doel van dit onderzoek is te bepalen hoeveel groene ruimte er beschikbaar en daadwerkelijk toegankelijk is voor de bevolking in Nederland. Daarnaast wordt nagegaan of de beschikbare hoeveelheid groene ruimte per Nederlander voldoet aan de werkelijke behoefte aan groene ruimte. Vervolgens wordt er verder ingezoomd op de vier dichtstbevolkte provincies zodat deze onderling, maar ook in vergelijking met Nederland in zijn geheel, kunnen worden vergeleken. Een eenduidige definitie van groene ruimte is niet in de literatuur te vinden. Daarom is het opstellen van een eigen definitie noodzakelijk om dit onderzoek uit te kunnen voeren. Daarnaast moet ook de definitie van toegankelijkheid nog nader worden bepaald. september oktober

6 1.4 Opbouw van het rapport In het eerste hoofdstuk zal de probleem- en doelstelling van het onderzoek worden uiteengezet. In hoofdstuk 2 wordt de probleemstelling vervolgens verder uitgewerkt tot concrete onderzoeksvragen. Hoofdstuk 3 geeft de onderzoeksopzet weer waarna in hoofdstuk 4 de eerste resultaten van het onderzoek zullen worden gepresenteerd. Het gaat dan om de hoeveelheid aanwezige groene ruimte in Nederland en een lijst met de belangrijkste beheerders van deze ruimte. In hoofdstuk 5 wordt verder ingezoomd op de aanwezige groene ruimte, de toegankelijkheid wordt dan meegenomen. Hoofdstuk 6 gaat in op de behoeftevraag naar groene ruimte. In hoofdstuk 7 worden de vier hoofdprovincies (Noord-Holland, Zuid-Holland, Noord-Brabant en Utrecht) afzonderlijk geanalyseerd op bovenstaande punten welke in hoofdstuk 8 vervolgens onderling met elkaar worden vergeleken en ook met Nederland in zijn geheel. Ten slotte zal hoofdstuk 9 de eindconclusie bevatten en zullen de resultaten in de vorm van een discussie in breder perspectief worden geplaatst. september oktober

7 2. Onderzoeksvragen De hoofdvraag in dit onderzoek luidt: Hoeveel groene ruimte is er in Nederland beschikbaar en toegankelijk voor de inwoners en voldoet dit aan de algemene behoefte? Om de hoofdvraag te beantwoorden zijn verschillende onderzoeksvragen opgesteld om tot het juiste antwoord te komen: a. Hoeveel groene ruimte is er in Nederland? b. Hoeveel groene ruimte is er beschikbaar per Nederlander? c. Wie zijn de belangrijkste beheerders van de groene ruimte in Nederland? d. Hoeveel van de beschikbare groene ruimte in Nederland is daadwerkelijk toegankelijk? e. Hoeveel groene ruimte is er in de 4 Hoofdprovincies, de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland, Noord-Brabant en Utrecht? f. Hoeveel groene ruimte in de 4 Hoofdprovincies is geheel toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet-toegankelijk? g. Hoeveel toegankelijke groene ruimte is er beschikbaar per inwoner van de provincie? h. Hoe verhoudt de groene ruimte in de 4 Hoofdprovincies zich ten opzichte van elkaar en ten opzichte van Nederland in het algemeen? i. Hoe verhouden de hoeveelheden groene ruimte verkregen door het eigen onderzoek, de cijfers van het CBS en de cijfers verkregen via GIS zich met elkaar. j. Wat is de behoefte van de Nederlander aan groene ruimte en voldoet de beschikbaarheid van groene ruimte hieraan? september oktober

8 3. Onderzoeksopzet 3.1 Conceptuele uitgangspunten Onder groene ruimte wordt verstaan: de ruimte waarin verschillende groene functies worden uitgevoerd. Onder groene functies worden de volgende landgebruiksvormen verstaan: landbouw, natuur, bos, recreatie en water, met uitzondering van water met delfstofwinningsfunctie en vloei- en of slibvelden. Een volledig toegankelijk gebied zien wij als een gebied dat kan worden betreden of overzien vanaf een pad of weg zonder enige hindernissen. Een beperkt toegankelijk gebied kan niet op ieder willekeurig moment of zonder hulpmiddelen worden betreden, bijvoorbeeld omdat er beperkte seizoenstoegang of beperkte toegang gedurende de nacht van kracht is, omdat toegang slechts onder bepaalde voorwaarden zoals toestemming en/of begeleiding mogelijk is, omdat een gesloten omheining slechts om gezette tijden geopend is of omdat een vervoersmiddel vereist is. Onder een niet-toegankelijk gebied wordt een gebied verstaan dat niet betreden kan worden of niet te overzien is vanaf een pad of weg. 3.2 Werkwijze In dit onderzoek wordt eerst de beschikbaarheid van groene ruimte in Nederland bekeken. Vervolgens zullen we de toegankelijkheid bepalen voor 4 Hoofdprovincies : Zuid-Holland, Noord-Holland, Noord-Brabant en Utrecht. Met de gebruikte methode kan vervolgens ook de toegankelijkheid voor de overige provincies bepaald worden. In ons onderzoek sluiten we gegevens van voor 2000 uit. A. Hoeveel groene ruimte is er in Nederland? Om deze onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden hebben we de groene ruimte onderverdeeld in natuurgebied, grond in beheer van defensie, recreatiegronden, grond in beheer van waterleidingbedrijven, grond in beheer van particuliere grondeigenaren, landbouwgronden en water. De totalen (in ha) van deze verschillende landgebruikvormen moeten bij elkaar worden opgeteld om tot de totale hoeveelheid groene ruimte in Nederland te komen. De gegevens over de totale oppervlakten van de beheersgroepen moeten afzonderlijk worden achterhaald. Met behulp van GIS wordt getracht om tot een meer nauwkeurige optelling te komen. B. Hoeveel groene ruimte is er beschikbaar per Nederlander? Om te kunnen berekenen hoeveel groene ruimte er daadwerkelijk per Nederlander beschikbaar is, wordt het totaal uit onderzoeksvraag a gedeeld door het totale aantal Nederlanders. Deze laatste gegevens zijn afkomstig uit het bevolkingsregister van CBS. C. Wie zijn de belangrijkste beheerders van de groene ruimte in Nederland? Om later ondermeer de toegankelijkheid van de groene ruimte te kunnen bepalen zal er een lijst moeten worden opgesteld met daarin de belangrijkste beheerders per landgebruikvorm. Hierbij worden opnieuw de landgebruikvormen natuur, recreatiegronden, landbouwgronden en water, grond in beheer van defensie, waterleidingen en particuliere grondeigenaren aangehouden. september oktober

9 D. Hoeveel van de beschikbare groene ruimte in Nederland is daadwerkelijk toegankelijk? De beheerders van de verschillende landgebruikvormen worden afzonderlijk benaderd. Hiermee wordt getracht nauwkeurige cijfers te verkrijgen over de toegankelijk van elk gebied. Uiteindelijk kan daarmee een indicatie worden gegeven van de toegankelijkheid van groene ruimte in Nederland. Bij deze indicatie van toegankelijkheid wordt onderscheid gemaakt tussen wel en niet toegankelijk gebied. E. Hoeveel groene ruimte is er in de 4 Hoofdprovincies, de provincies Zuid- Holland, Noord-Holland, Noord-Brabant en Utrecht? Als de gegevens van heel Nederland bekend zijn, kan per provincie worden nagegaan hoeveel groene ruimte er beschikbaar is. Hierbij worden de vier meest verstedelijkte provincies uitgelicht. Voor de Hoofdprovincies wordt de hoeveelheid groene ruimte bepaald. F. Hoeveel groene ruimte in de 4 Hoofdprovincies is geheel toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet-toegankelijk? Voor de vier hoofdprovincies wordt nauwkeuriger gekeken naar de toegankelijkheid per provincie van groene ruimte. Op dit niveau worden de gebieden ingedeeld in wel toegankelijk gebied, beperkt toegankelijk gebied en niet toegankelijk gebied. Deze methode kan zonodig ook toegepast worden in de overige provincies. G. Hoeveel toegankelijke groene ruimte is er beschikbaar per inwoner van de provincie? Uit nieuwe berekeningen kan vervolgens de beschikbaarheid van groene ruimte per inwoner van de vier hoofdprovincies afgeleid worden. Hierbij wordt uitgegaan van beperkte en geheel toegankelijke gebieden. H. Hoe verhoudt de groene ruimte in de 4 Hoofdprovincies zich ten opzichte van elkaar en ten opzichte van Nederland in het algemeen? Bij deze onderzoeksvraag zal de uiteindelijke vergelijking worden gemaakt tussen de vier provincies. Er wordt vaak gedacht dat de provincie Noord-Brabant meer groene ruimte tot zijn beschikking heeft dan de provincie Zuid-Holland. Maar is dit ook echt zo? En heeft het Groene Hart in de Randstad wellicht een belangrijkere betekenis dan verondersteld wordt? Daarnaast kunnen de provincies ook worden vergeleken met Nederland in zijn algemeen. Tenslotte kan worden bekeken hoe de hoeveelheid groene ruimte in de Randstad zich verhoudt tot de hoeveelheid groene ruimte in de rest van het land. I. Hoe verhouden de hoeveelheden groene ruimte verkregen door het eigen onderzoek, de cijfers van het CBS en de cijfers verkregen via GIS zich met elkaar. Doordat er op verschillende manieren getracht is om nauwkeurige gegevens te verkrijgen over de groene ruimte in Nederland, zullen deze gegevens van elkaar verschillen. In deze laatste fase wordt nagegaan in hoeverre deze gegevens van elkaar afwijken en in hoeverre dit de betrouwbaarheid van de gevonden gegevens benadeeld. J. Wat is de behoefte van de Nederlander aan groene ruimte en voldoet de beschikbaarheid van groene ruimte hieraan? september oktober

10 Ook door andere instellingen wordt er onderzoek gedaan naar de groene ruimte in Nederland. Uit deze onderzoeken kan worden afgeleid hoeveel de behoefte aan groene ruimte per Nederlander bedraagt. Vervolgens kan worden nagegaan of ook daadwerkelijk aan deze behoeftevraag wordt voldaan. september oktober

11 Ter verduidelijking van het bovenstaande hebben we de onderzoeksopzet in een schema afgebeeld: Wat verstaan wij onder groene ruimte? Hoeveel groene ruimte is er beschikbaar in Nederland en per inwoner Wie zijn de belangrijkste beheerders van de groene ruimte in Nederland? Hoeveel groene ruimte is er in Nederland toegankelijk? Hoe toegankelijk is de groene ruimte in Noord- Brabant? Hoe toegankelijk is de groene ruimte in Zuid- Holland? Hoe toegankelijk is de groene ruimte in Noord- Holland? Hoe toegankelijk is de groene ruimte in Utrecht? Vergelijking van de provincies onderling en tevens met Nederland in het algemeen Wat is de behoefte aan groene ruimte van de Nederlanders en komt dit overheen met de hoeveelheid beschikbare groene ruimte? Figuur 1 onderzoeksopzet september oktober

12 4. Hoeveelheid groene ruimte en beheerders In dit hoofdstuk wordt beschreven hoeveel groene ruimte daadwerkelijk aanwezig is in Nederland. Deze oppervlakte wordt op verschillende manieren berekend. Om een goede schatting te maken van de hoeveelheid groene ruimte in Nederland moeten ook de belangrijkste beheerders van groene ruimte aangewezen worden. Hoeveel groene ruimte is er in Nederland en wie zijn de belangrijkste beheerders van deze groene ruimte? 4.1 Wie zijn de belangrijkste beheerders van groene ruimte? De groene ruimte is in het beheer van verschillende beheersgroepen. Deze beheersgroepen bezitten ieder een deel van de groene ruimte die belangrijk is voor de recreatie van de bevolking van Nederland in zowel stedelijke als landelijke gebieden. Om een goed overzicht te krijgen van de hoeveelheid groene ruimte die er in Nederland is, moet eerst uiteengezet worden wie er, onder de definitie van groene ruimte, beheerder is van groene ruimte. Er wordt expliciet gekeken naar de beheerders van groene ruimte, omdat zij het grondgebruik van het door hun beheerde gebied bepalen, verantwoordelijk zijn voor hoe het landschap eruit ziet en voor hoe het landschap er in de toekomst uit zal zien. De eigenaren van groene ruimte hebben niet altijd invloed op de bepaling van het grondgebruik. Er is een lijst opgesteld met de belangrijkste beheerders van groene ruimte in Nederland. Aan de hand van deze lijst wordt de hoeveelheid groene ruimte in Nederland verder berekend. a. Natuurmonumenten. Deze vereniging beheert zo n 370 natuurgebieden in Nederland. Door gebieden aan te kopen en te beheren, probeert de vereniging natuur, landschap en cultuurhistorie veilig te stellen. [zie bijlage 5] b. Provinciale Landschappen. Deze 12 particuliere natuurbeschermingsorganisaties beheren samen zo n 900 natuurgebieden in heel Nederland. De provinciale landschappen zijn vrijwel allemaal in de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw opgericht voor behoud, beheer en ontwikkeling van de provinciale natuur. De 12 organisaties vallen onder een samenwerkingsverband, De landschappen. [zie bijlage 4] c. Staatsbosbeheer. De organisatie is de grootste natuurbeheerder van Nederland. Naast bos beheert Staatsbosbeheer ook duingebieden, heide, uiterwaarden en moerasgebieden. Naast natuurgebieden beheert de organisatie ook verschillende cultuurhistorische elementen als forten en landgoederen. Het bos, de natuur en de landschappen worden gezien als belangrijke elementen in het menselijke welzijn. [zie bijlage 3] d. Ministerie van Defensie. De krijgsmacht van ons land heeft de beschikking over verschillende kleine en grotere schietbanen en terreinen voor oefening. Deze terreinen kunnen een omvang hebben van enkele duizenden hectares. [zie bijlage 2] e. Waterleidingmaatschappijen. De 14 Nederlandse waterleidingsbedrijven zijn voornamelijk verzelfstandigd in privaatrechtelijke vorm (overheids-nv s). Vooral duingebieden hebben een groot aandeel in het grondbeheer van de waterleidingmaatschappijen. Hier gaan waterwinning en natuurbeheer goed met elkaar samen. Daarnaast bezit ons land 27 waterschappen die onder andere polders en dijken beschermen. Alle waterbedrijven zijn verenigd in de Vereniging voor Waterbedrijven, de VEWIN. [zie bijlage 6] f. Particuliere boseigenaren. Particuliere boseigenaren in Nederland zijn in het bezit van kleine (< 5 ha) en grotere bos- en natuurgebieden. Ongeveer een derde deel van het Nederlandse bos is in het beheer van deze particulieren ( De eigenaren zijn aangesloten bij verschillende verenigingen die hun belangen september oktober

13 behartigen. Voorbeelden hiervan zijn de Unie van bosgroepen en De federatie van Particulier grondbezit. g. Agrarische bedrijven. Een groot deel van de Nederlandse groene ruimte wordt ingenomen door agrarische bedrijven. Hoewel het aantal landbouwbedrijven drastisch is gedaald in de afgelopen jaren, zijn er nog steeds ongeveer bedrijven in de landbouwsector ( [zie bijlage 1] h. Recreatieondernemers. De groene ruimte in Nederland wordt gebruikt voor recreatie. Dit kan door Nederlanders individueel gebeuren, maar ook wordt recreatie aangeboden door vele ondernemers. Dit kan op zeer kleine schaal met een speeltuin, maar ook op grote schaal door het aanbieden van bijvoorbeeld bungalowparken. Deze cijfers worden verkregen via het CBS. [zie bijlage 1] 4.2 Hoeveel groene ruimte is er in Nederland? De hoeveelheid groene ruimte in Nederland is op verschillende manieren te bepalen. Er wordt uitgegaan van 3 scenario s: Gegevens op basis van CBS-statistiek [zie bijlage 1], gegevens op basis van GIS-berekeningen en gegevens op basis van een Eigen Onderzoek [zie bijlage 2 t/m 6]. Door op drie manieren gegevens te verzamelen, kunnen gegevens worden vergeleken en gecontroleerd worden op betrouwbaarheid. In onderstaande tekst worden de drie verschillende manieren waarop gegevens verzameld zijn besproken Gegevens op basis van CBS-statistiek Voor ons onderzoek naar de hoeveelheid groene ruimte in Nederland zijn allereerst de data van het CBS geraadpleegd. Dit is gedaan voor heel Nederland en vervolgens voor de vier hoofdprovincies apart. Het CBS heeft haar cijfers onderverdeeld in veel verschillende categorieën en subcategorieën [zie bijlage 1]. Allereerst moest duidelijk gemaakt worden wat onder definitie groene ruimte wordt verstaan in dit onderzoek. Gebieden met het doeleinde verkeer vallen buiten definitie, net als bebouwde en semi-bebouwde gebieden. Op het gebied van de landbouw worden ook enkele beperkingen gesteld, omdat glastuinbouw onderdeel is van de stedelijke ruimte. Deze vorm van landbouw maakt geen deel uit van de groene ruimte. De cijfers over glastuinbouw (overig agrarisch gebruik) zijn dus buiten beschouwing gelaten. Ook bij de binnenwateren worden cijfers buiten beschouwing gelaten. Dit zijn vloei- en/of slibvelden en water met delfstofwinningsfunctie. De reden hiervoor is dat deze twee onderdelen allebei duidelijk een industriële functie hebben; hier is geen sprake van een natuur- of recreatiemogelijkheid. Het buitenwater wordt in het geheel meegenomen. Men zou kunnen denken dat het onrealistisch is om de Noordzee mee te nemen, omdat deze heel groot is en daarom niet realistisch als groene ruimte voor de bevolking in Nederland kan worden gezien. De definitie van de Noordzee volgens het CBS is echter: Tot de Noordzee wordt gerekend: het water dat is gelegen aan de zeezijde van de kust van Zeeland, Holland en van de Waddeneilanden. Dit betekent dat niet de hele zee, maar alleen de kuststrook wordt meegenomen. Deze kuststrook is wel toegankelijk en in gebruik, en wordt daarom wel meegenomen met groene ruimte. De gebieden met recreatie, binnenwater, buitenwater, bos en natuur vallen ook onder de groene ruimte. Bij recreatie hebben we alle subcategorieën, dus ook de sportterreinen, onder groene ruimte laten vallen. De definitie van sportterreinen volgens het CBS is: Terrein in gebruik voor sportactiviteiten. Tot sportterrein wordt gerekend; terrein voor veldsport incl. draf- en rensport, golfterrein; zwembad, (kunst)ijsbaan; sporthal en manege; permanente september oktober

14 motorcrossbaan (ook provisorisch ingericht); bijbehorende tribunes, parkeerterreinen en bosof heesterstroken; bos voor zover gelegen in het sportterrein. Aangezien het grootste deel van de sportterreinen groene kenmerken bevatten, zoals bossen en begroeiing, zijn deze cijfers meegenomen in de berekening van groene ruimte. Een probleem bij de CBS gegevens is dat de data uit 2000 komen en dat er geen recentere data beschikbaar is. Wel is de data van 1996, 1993 en 1989 beschikbaar. Met deze data zou door middel van interpolatie de waarden van 2004 benaderd kunnen worden. Dit is geprobeerd en in sommige gevallen ging dit goed. overig agrarisch gebruik (ha) overig agrarisch gebruik (ha) y = -1168,34x ,06 R 2 = 0, tijd (jaar) y = -6,71x ,49 R 2 = 0, tijd (jaar) 1 2 Deze interpolatie is in grafiek [1] aangegeven. Te zien is dat de R-squared waarde 0.99 is, wat betekent dat hier sprake is van een goede correlatie. Met de trendlijn zou goed de waarde van 2004 worden benaderd. De tweede grafiek [2] heeft een slechte correlatie (Rsquared is 0.06). Daarom is het niet realistisch om aan de hand van deze trendlijn de waarden van 2004 te benaderen. Aangezien van maar ongeveer de helft van de gegevens de data zou kunnen worden uitgerekend voor 2004, is het niet mogelijk een complete lijst van data te krijgen voor Dit is de reden dat er in dit verslag gewerkt wordt met de CBS cijfers van Uiteindelijk kan de hoeveelheid groene ruimte per persoon bepaald worden. Dit doen we door de hoeveelheid groene ruimte te delen door de hoeveelheid mensen in Nederland / per provincie. Hieronder het resultaat van de verwerking van de CBS-gegevens: Noord- Holland Zuid- Holland Noord - Brabant Nederland Utrecht Hoeveelheid mensen Hoeveelheid groene ruimte (ha) Hoeveelheid groene ruimte pp (m 2 ) 2303,5 1371,4 773,6 1815,9 1050,6 Tabel 1 CBS. Hoeveelheid mensen en hoeveelheid groene ruimte september oktober

15 4.2.2 Gegevens op basis van GIS-berekeningen De eerste gedachte was dat het met behulp van GIS mogelijk moest zijn om berekeningen uit te voeren voor ons onderzoek. We hebben daartoe Alterra benaderd voor het gebruik van LGN 4 en Jasper Dekkers voor Arcview bestanden die door de werkgroep Metroland worden gebruikt. Helaas zijn er binnen de groep geen mensen aanwezig die de beschikking hebben over een flinke dosis ervaring met Gis en daarom zijn we gedurende onze zoektocht vooral afhankelijk van de informatie, tijd en goede wil van derden. Uiteindelijk lukt het ons om beslag te leggen op de genoemde bestanden, echter we zitten dan al in de laatste week van ons onderzoek. Omdat de gegevens van beide bronnen worden aangeleverd in kaarten die niet nauwkeurig de provinciegrenzen volgen is er onvoldoende tijd om de gegevens gebruiksklaar te maken. Met de gegevens die we nu hebben verzameld is het nog steeds mogelijk om in beperkte tijd het onderzoek met een extra en volgens ons ook zinvolle stap uit te breiden. Echter daarvoor is wel enige kennis over GIS vereist en eveneens de beschikking over kaartmateriaal (Arcview bestanden) met daarop de provinciegrenzen op eenzelfde schaal als waarin de genoemde twee computerbestanden zijn aangeleverd Gegevens op basis van eigen onderzoek Binnen ons onderzoek wordt onder groene ruimte het volgende verstaan: een ruimte waar verschillende groene functies worden uitgevoerd. Deze groene functies omvatten natuur, bos, recreatie en water. Een uitzondering hierop vormt water met delfstofwinningsfunctie en vloei- en of slibvelden. Om de hoeveelheid groene ruimte in Nederland te bepalen, moeten alle groene functies nader bekeken worden. De groene ruimte is onderverdeeld in natuurgebieden, grond in beheer van defensie, recreatiegronden, landbouwgronden, water, waterleidingbedrijven en grond in beheer van particuliere grondeigenaren. De oppervlakte van deze verschillende landgebruikvormen, vallende onder groene ruimte, moeten bij elkaar opgeteld worden. Dit resulteert in een totale hoeveelheid groene ruimte in Nederland. In het eigen onderzoek maken we gebruik van verschillende bronnen Natuurgebieden Bij Natuurgebieden zijn de volgende organisaties benaderd: Natuurmonumenten, de provinciale landschappen en Staatsbosbeheer. In bijlage 3,4 en 5 staan de verschillende natuurgebieden in beheer van Natuurmonumenten. In totaal heeft Natuurmonumenten ha in eigendom en beheer. Vervolgens is gekeken naar de gebieden van Staatsbosbeheer. Deze organisatie heeft drie soorten gebieden. Een areaal bos en natuur, een areaal openlucht recreatie en een hoeveelheid grond die uitgegeven is aan terreinbeherende organisaties. In totaal beheert Staatsbosbeheer hectare grond. De laatste beheerders van natuurgebieden zijn, de provinciale landschappen. In totaal hebben de provinciale landschappen ha in beheer en eigendom. Alle gebieden die zij beheren zijn terug te vinden in bijlage 3,4 en Grond in eigendom van defensie In het Structuurschema Militaire Terreinen (SMT, geldig t/m 2003) van het Ministerie van defensie staat weergegeven dat defensie in totaal ha grond in beheer heeft. [zie bijlage 2] Deze grond is niet in zijn geheel toegankelijk. Vele terreinen zijn afgesloten voor bezoekers, omdat hier onder andere militaire oefeningen plaatsvinden. Vrijwel alle oefenterreinen zijn toegankelijk, de schietterreinen zijn ontoegankelijk. Op dit probleem wordt terug gekomen in één van de volgende onderzoeksvragen. Een groot deel van de grond in beheer van defensie kan echter wel gezien worden als groene ruimte. Veel gebieden zijn namelijk ingericht als natuurgebieden en behoren toe aan de Ecologische Hoofdstructuur. september oktober

16 In het SMT staat tevens dat defensie in de toekomst 4951 ha terrein af gaat stoten (zie tabel xx). Deze terreinen worden overgedragen aan natuurbeherende instanties. Aangezien veel van deze terreinen al toegankelijk zijn zal het uiteindelijk voor de toegankelijke groene ruimte in Nederland niet veel uitmaken. Totaal (ha) Toegankelijk (ha) Beperkttoegankelijk (ha) Niet-toegankelijk (ha) Noord-Holland Zuid-Holland Utrecht Noord-Brabant Rest Nederland Totaal Tabel 2 Af te stoten militaire terreinen Recreatiegronden In het eigen onderzoek is bij recreatiegronden gebruik gemaakt van CBS gegevens. [zie bijlage 1] In eerste instantie bleek het moeilijk een onderscheid te maken tussen recreatiegronden die wel en niet tot de groene ruimte behoorden. De eerste definitie die we aan groene ruimte gaven, had namelijk alleen betrekking op groene ruimte buiten de bebouwde kom. Een stadspark bijvoorbeeld wordt dan niet tot de groene ruimte gerekend, omdat deze binnen de bebouwde kom. Op die manier kon geen gebruik gemaakt worden van CBS gegevens. Binnen deze definitie bleken geen gegevens over recreatie bruikbaar. De definitie van groene ruimte moest dus worden aangepast. Na deze aanpassing bedraagt de totale hoeveelheid recreatiegrond in Nederland ha. Onder recreatiegronden verstaan wij nu parken en plantsoenen, sportterreinen, volkstuinen, dagrecreatieve terreinen en verblijfsrecreatieterreinen Landbouwgronden De gegevens over de landbouwgronden, als onderdeel van de groene ruimte, is ook uit de CBS gegevens afgeleid. [zie bijlage 1] In eerste instantie was het de bedoeling deze gegevens bij Het Kadaster te achterhalen, maar dit bleek behoorlijk kostbaar te zijn. Onder de definitie van landbouw van het CBS valt ook glastuinbouw. Dit wordt in het kader van het onderzoek echter meer gezien als industrie dan als groene ruimte. Omdat CBS gegevens beschikbaar zijn van 1989 tot 2000, kan gekeken worden of er een trend zichtbaar is. Door te interpoleren kan gekeken worden naar de hoeveelheid landbouwgrond in In de gegevens is af te lezen dat de hoeveelheid landbouwgrond in ha bedraagt. Deze landbouwgrond wordt als geheel toegankelijk beschouwd Water Ook water wordt gezien als groene ruimte. De makkelijkste manier om aan gegevens te komen, is opnieuw CBS. [zie bijlage 1] Hier wordt echter verschil gemaakt tussen Binnenwater en Buitenwater. Binnen onze definitie van groene ruimte wordt niet al het water meegeteld. Zo vallen water met delfstofwinningsfunctie en vloei- en of slibveld volgens ons niet onder groene ruimte. Wanneer deze twee soorten binnenwater van de totaal hoeveelheid binnenwater worden afgetrokken, houden we een hoeveelheid van ha over. Bij buitenwater valt er niets af. De Waddenzee, Eeems, Dollard, Oosterschelde, Westerschelde en Noordzee vallen allemaal onder groene ruimte. De totale hoeveelheid ha september oktober

17 van deze buitenwateren bedraagt ha. Deze oppervlakten zijn echter niet geheel toegankelijk. Hier zullen we in één van de volgende onderzoeksvragen op terug komen Waterleidingbedrijven Waterleidingbedrijven bezitten veel grondoppervlak dat gebruikt wordt voor de winning van grondwater en/of zuivering van ons drinkwater. Vooral in de duingebieden hebben de waterleidingbedrijven veel grond in bezit. Daarnaast vervullen de bedrijven een belangrijke functie in de bescherming van de natuur. In totaal bezitten de 19 Nederlandse waterleidingbedrijven ha natuur. [zie bijlage 6] Deze bedrijven gebruiken daarnaast nog vele duizenden hectares grond voor de winning van grondwater. Deze grond is grotendeels in bezit van boeren en andere particuliere grondeigenaren. De waterwingebieden in het bezit van de waterleidingbedrijven zijn niet altijd toegankelijk voor publiek, om de waterkwaliteit te bewaken ha (circa 67%) van het bezit van de waterleidingbedrijven is opengesteld voor publiek. Deze cijfers zijn aangegeven in onderstaande tabel. In bijlage 6 zijn de gegevens per waterleidingbedrijf en de gegevens per hoofdprovincie weergegeven. (bron: Stichting Recreatie, kennis- en innovatiecentrum) Particulier natuurbezit Momenteel hebben de leden van de Federatie Particulier Grondbezit in totaal hectare grond in bezit/beheer van de groene ruimte in Nederland. Per provincie is dat verdeeld in hectares: Provincie Aantal hectare Aantal hectare toegankelijk Drenthe Flevoland Gelderland Groningen Friesland Noord-Holland Zuid-Holland Limburg Overijssel Utrecht Zeeland Noord-Brabant Tabel 3 Aantal hectaren particulier natuurbezit per provincie (Bron Dhr. van Woudenberg, Federatie Particulier Grondbezit) september oktober

18 5 De hoeveelheid en toegankelijkheid van groene ruimte per Nederlander Nu een duidelijke definitie voor groene ruimte is opgesteld kan de oppervlakte van groene ruimte berekend worden uit verschillende beschikbare bronnen. De aanwezigheid van groene ruimte in Nederland zegt nog weinig over de daadwerkelijke toegankelijkheid van groene ruimte in ons land. De toegankelijkheid van groene ruimte is van veel verschillende aspecten afhankelijk, zoals het beleid van de beheerder. De toegankelijkheid kan beperkt worden door een verbod van toegang op bepaalde tijden en seizoenen of slechte bereikbaarheid van een gebied. Voor elk gebied in Nederland is aan de hand van opgestelde criteria bepaald of een gebied wel of niet toegankelijk is. Voor de vier hoofdprovincies Noord-Brabant, Zuid-Holland, Noord- Holland en Utrecht is dit nog wat meer in meer detail gedaan door onderscheid te maken tussen toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet toegankelijk, echter deze cijfers komen in hoofdstuk 7 aan bod. 5.1 Hoeveelheid groene ruimte in Nederland volgens CBS Het CBS berekent regelmatig allerhande algemene cijfers voor Nederland in zijn totaliteit, zo ook het totale inwoneraantal van Nederland. De meest recente gegevens (2000) wijzen uit dat Nederland op dat moment inwoners telt en dat er volgens de definitie van CBS dan in totaal ha aan groene ruimte in Nederland aanwezig is. Het totale oppervlak van Nederland bedraagt op dat moment hectare dus dat betekent dat 88,0% van het Nederlandse oppervlak groene ruimte is en dat 12,0% min of meer als urbaan gebied kan worden gezien. Uit onze berekening volgt dat er in 2000 (in theorie) voor iedere Nederlander 2303,5 m² aan groene ruimte beschikbaar zou moeten zijn (dat is 0,230 ha per persoon). Echter hierbij is de toegankelijkheid niet in beschouwing genomen dus in werkelijkheid zal dit getal iets lager zijn uitgevallen. 5.2 Hoeveelheid en toegankelijkheid van groene ruimte in Nederland volgens het Eigen Onderzoek Om de toegankelijkheid van de groene ruimte in Nederland te bepalen, is in het Eigen Onderzoek nagegaan in hoeverre de gebieden die worden beheerd door natuurorganisaties, defensie en de waterleidingbedrijven toegankelijk zijn. Daarbij wordt alleen het onderscheid gemaakt tussen wel toegankelijk en niet toegankelijk. Een overzicht van de toegankelijkheid per beheerder (gebiedsoppervlak in hectare) is te vinden in tabel 3 Uiteindelijk blijkt uit dit onderzoek dat 97,2 % van de totale groene ruimte in Nederland ook daadwerkelijk toegankelijk is voor de Nederlandse bevolking. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat de toegang ook in bepaalde mate beperkt kan zijn. In ons onderzoek is namelijk bepaald dat de landbouwgrond in Nederland geheel toegankelijk is, dit is een aanzienlijke oppervlakte en bepaald dus voor een groot deel het hoge percentage van 97,2%. Er is gesteld dat landbouwgronden toegankelijk zijn omdat ze veelal te overzien zijn vanaf omliggende wegen, ze zijn echter fysiek vaak niet te betreden. september oktober

19 Beheerders Totaal (ha) Niet toegankelijk (ha) Wel toegankelijk (ha) Natuur Staatsbosbeheer Natuurmonumenten Provinciale landschappen Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Tabel 4 Toegankelijkheid per beheerder Aan de hand van berekeningen van de oppervlakte van groene ruimte in Nederland en de verdeling hiervan in gradaties van toegankelijkheid, kan een berekening worden gemaakt over de beschikbaarheid van groene ruimte per Nederlander. De tabel laat zien dat uit het eigen onderzoek ha aan groene ruimte komt. Dat is 91,2% van het totale Nederlandse oppervlak en dat betekent ook dat 8,8% van de ruimte min of meer als urbaan kan worden geclassificeerd. Uit de gegevens van CBS blijkt dat Nederland inwoners telt. Vervolgens blijkt uit berekeningen met de gegevens uit het Eigen Onderzoek dan dat 0,239 ha groene ruimte per Nederlander beschikbaar is. Omdat 97,2 % hiervan toegankelijk is voor de Nederlandse bevolking betekent dit dat er ha (beperkt of geheel) toegankelijk is per Nederlander volgens de definitie van het Eigen onderzoek. september oktober

20 6. Groene ruimte in de hoofdprovincies Zoals in de inleiding al is aangegeven, worden in dit onderzoek vier hoofdprovincies onderscheiden. Deze hoofdprovincies worden gezien als de dichtstbevolkte provincies van Nederland. Hieronder worden verstaan: Noord-Holland, Zuid-Holland, Noord-Brabant en Utrecht. De hoeveelheid groene ruimte in Nederland is nauwkeurig bekeken voor deze vier provincies. Naast de hoeveelheid groene ruimte is er tevens de toegankelijkheid bepaald voor deze groene ruimte. De oppervlakte en toegankelijkheid worden per provincie uitgelicht. In eerste instantie zal de hoeveelheid groene ruimte berekend door het CBS worden genoemd. Vervolgens wordt ingegaan op de groene ruimte berekend in het eigen onderzoek. Nadat de groene ruimte bekend is, wordt gekeken naar de toegankelijkheid van deze groene ruimte. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet toegankelijk. Binnen het eigen onderzoek is het totale aantal hectares in de categorie natuur opgebouwd uit de cijfers van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen. Onder water wordt verstaan het binnen- en buitenwater exclusief het water met delfstofwinningsfunctie en vloei- en of slibvelden, deze behoren in onze optiek niet tot de groene ruimte. De getoonde getallen van de beheerders van recreatie en landbouw zijn overgenomen uit de gegevens van het CBS (het landbouw cijfer is het totaal van het CBS min de glastuinbouw). 6.1 Noord-Holland Groene ruimte in Noord-Holland Voor Noord Holland is er op basis van de gegevens van het CBS een oppervlakte groene ruimte van ha. Dit komt neer op 1372 m2 per persoon. Het uitgevoerde eigen onderzoek levert de volgende hoeveelheid groene ruimte op. Groene ruimte in Noord- Holland Totaal (ha) Percentage van totale groene oppervlakte (%) Percentage van totale oppervlakte provincie (%) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Noord-Holland Tabel 5 Groene ruimte in Noord-Holland In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Noord Holland heeft bewoners. In ons eigen onderzoek komt het er op neer dat Nederlanders 1496 m2 groene ruimte ter beschikking hebben. september oktober

21 6.1.2 Toegankelijkheid in Noord-Holland In dit hoofdstuk wordt bekeken welke groene ruimte in Noord-Holland nu ook daadwerkelijk toegankelijk is. Per beheerder is een onderscheid gemaakt in: toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet toegankelijk. Toegankelijkheid in Noord-Holland Totaal (ha) Toegankelijk (ha) Beperkt Toegankelijk (ha) Niet Toegankelijk (ha) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Noord-Holland Tabel 6 Toegankelijkheid in Noord-Holland In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Eerder was berekend dat een inwoner van Noord Holland 1496 m2 grond ter beschikking heeft. Hiervan is 1367 m2 toegankelijk, 63 m2 beperkt toegankelijk en 66 m2 niet toegankelijk september oktober

22 6.2 Zuid-Holland Groene ruimte in Zuid-Holland Ook bij de provincie Zuid-Holland is op twee manieren naar de hoeveelheid groene ruimte gekeken. In eerste instantie zijn de gegevens van het CBS bekeken. Hieruit blijkt dat de provincie Zuid Holland over ha groene ruimte beschikt. Dit komt neer op 775 m2 per persoon. In onderstaande tabel is te zien hoeveel groene ruimte beschikbaar is volgens ons eigen onderzoek. Groene ruimte in Zuid- Holland Totaal (ha) Percentage van totale groene oppervlakte (%) Percentage van totale oppervlakte provincie (%) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Zuid-Holland Tabel 7 Groene Ruimte in Zuid-Holland In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Zuid-Holland heeft bewoners. Dus de totale hoeveelheid groene ruimte per bewoner van Zuid-Holland is 797m 2 per persoon Toegankelijkheid in Zuid-Holland In dit hoofdstuk wordt bekeken welke groene ruimte in Zuid-Holland nu ook daadwerkelijk toegankelijk is. Per beheerder is een onderscheid gemaakt in: toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet toegankelijk. Toegankelijkheid in Zuid-Holland Totaal (ha) Toegankelijk (ha) Beperkt Toegankelijk (ha) Niet Toegankelijk (ha) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Zuid-Holland Tabel 8 Toegankelijkheid in Zuid-Holland september oktober

23 In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Eerder was berekend dat een inwoner van Zuid-Holland 797 m2 grond ter beschikking heeft. Hiervan is 733 m2 toegankelijk, 50 m2 beperkt toegankelijk en 14 m2 niet toegankelijk. 6.3 Noord-Brabant Groene ruimte in Noord-Brabant Volgens het CBS is er een totale hoeveelheid groene ruimte van ha. Per persoon komt dit neer op 1818 m². In onderstaande tabel is te zien hoeveel groene ruimte beschikbaar is volgens ons eigen onderzoek. Groene ruimte in Noord- Brabant Totaal (ha) Percentage van totale groene oppervlakte (%) Percentage van totale oppervlakte provincie (%) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Noord-Brabant Tabel 9 Groene ruimte in Noord-Brabant In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. De provincie Noord-Brabant heeft inwoners (CBS). Een berekening laat zien dat de totale hoeveelheid groene ruimte per bewoner van Noord-Brabant is 1772 m 2 per persoon. september oktober

24 6.3.2 Toegankelijkheid in Noord-Brabant Vervolgens is er gekeken in hoeverre de groene ruimte toegankelijk is voor de mensen. In de tabel is de toegankelijkheid weergeven van de groene ruimte in Noord-Brabant. Toegankelijkheid in Noord-Brabant Totaal (ha) Toegankelijk (ha) Beperkt Toegankelijk (ha) Niet Toegankelijk (ha) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Noord-Brabant Tabel 10 Toegankelijkheid in Noord-Brabant In de tabel op de vorige bladzijde zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Inwoners van Noord-Brabant hebben 1772 m2 groene ruimte ter beschikking. Hiervan is 1679 m2 toegankelijk, 71 m2 beperkt toegankelijk en 22 m2 niet toegankelijk. 6.4 Utrecht Groene ruimte in Utrecht Bij de provincie Utrecht is op twee manieren naar de hoeveelheid groene ruimte gekeken. In eerste instantie zijn de gegevens van het CBS bekeken. Hieruit blijkt dat de provincie Utrecht over ha groene ruimte beschikt. Dit komt neer op 1051 m2 per persoon. In onderstaande tabel is te zien hoeveel groene ruimte beschikbaar is volgens ons eigen onderzoek. Groene ruimte in Utrecht Totaal (ha) Percentage van totale groene oppervlakte (%) Percentage van totale oppervlakte provincie (%) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Utrecht Tabel 2 Groene ruimte in Utrecht In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De september oktober

25 cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Utrecht heeft inwoners (CBS). Dus de totale hoeveelheid groene ruimte per bewoner van Utrecht is 1122 m 2 per persoon Toegankelijkheid in Utrecht In dit hoofdstuk wordt bekeken welke groene ruimte in Utrecht nu ook daadwerkelijk toegankelijk is. Per beheerder is een onderscheid gemaakt in: toegankelijk, beperkt toegankelijk en niet toegankelijk. Toegankelijkheid in Utrecht Totaal (ha) Toegankelijk (ha) Beperkt Toegankelijk (ha) Niet Toegankelijk (ha) Natuur Defensie Recreatie Landbouw Water Waterleidingbedrijven Particulier grondbezit Totaal Utrecht Tabel 12 Toegankelijkheid Groene ruimte in Utrecht In bovenstaande tabel zijn de cijfers van Natuur gehaald uit de gegevens van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en de Provinciale Landschappen [zie bijlage 3,4&5]. De cijfers Defensie zijn van het ministerie van defensie [zie bijlage 2]. De cijfers Particulier grondbezit zijn van de gegevens Federatie Particulier Grondbezit. De cijfers Waterleidingbedrijven zijn van de verschillende waterleidingbedrijven [zie bijlage 6] en de overige cijfers zijn van het CBS [zie bijlage 1]. Eerder was berekend dat een inwoner van Utrecht 1122 m² grond ter beschikking heeft. Hiervan is 1018 m² toegankelijk, 62 m² beperkt toegankelijk en 24 m² niet toegankelijk. september oktober

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Wegen_paden.indd 1 04-05-2006 17:22:48 Wandelen, genieten en verwonderen Wandelen, hardlopen en fietsen. Of gewoon tot rust komen en vol verwondering

Nadere informatie

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig

Nadere informatie

Bodemgebruik in Nederland,

Bodemgebruik in Nederland, Indicator 1 oktober 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken Sinds 1979 zijn de oppervlakten

Nadere informatie

Bijlage bij hoofdstuk 11 Wonen

Bijlage bij hoofdstuk 11 Wonen Bijlage bij hoofdstuk 11 Wonen Figuur B11.1 Woningvoorraad naar eigendom, en naar provincie, 1 januari 2008 % 80 70 60 50 40 30 20 10 0 Groningen Friesland Drenthe Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht

Nadere informatie

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Aanvullend advies aan het Interprovinciaal Overleg over de verdelingsvraagstukken samenhangend met de BBL-oud-grond Juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 2

Nadere informatie

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007 K a n s e n voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t Onderzoeksrapport Mei 2007 Opdrachtgever: Uitvoerenden: In samenwerking met: Provincie Noord-Brabant Brabants Landschap Brabants Particulier

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2 1. Inleiding Voor de verdeling van de middelen uit de hoofdlijnennotitie van het ministerie van EZ ( 200 miljoen) is advies gevraagd aan onze commissie (Commissie Jansen-2). Dit advies is uitgebracht in

Nadere informatie

Verkiezing en methode

Verkiezing en methode Verkiezingsuitslag Verkiezing en methode Het Leukste uitje van het Jaar wordt bepaald op basis van een onderzoek onder ANWB leden. Dit onderzoek bestaat uit twee rondes, namelijk een nominatieronde en

Nadere informatie

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012 pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer 20120140N van Daniella van der Veen datum 21 februari 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert

Nadere informatie

Bijlagen hoofdstuk 2 Demografie en ruimtegebruik Carola Simon

Bijlagen hoofdstuk 2 Demografie en ruimtegebruik Carola Simon Thuis op het platteland. De leefsituatie van platteland en stad vergeleken. Anja Steenbekkers, Carola Simon, Vic Veldheer (red.). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2006 Bijlagen hoofdstuk

Nadere informatie

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer 20130221N van Judith Terwijn datum 22 april 2013 Inleiding Het Colland Bestuursbureau

Nadere informatie

Kaart bodemgebruik van Nederland, 2010

Kaart bodemgebruik van Nederland, 2010 Indicator 17 december 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Nederland is een groen land;

Nadere informatie

Erratum Report LEI

Erratum Report LEI Erratum Report LEI 14-128 19 januari 2015 Koeijer, T.J. de, P.W. Blokland, C.H.G. Daatselaar, J.F.M. Helming, H.H. Luesink, 2015. Scenario s voor grondgebondenheid: Een verkenning van de varianten binnen

Nadere informatie

Diversiteit in de Provinciale Staten

Diversiteit in de Provinciale Staten Onderzoek Diversiteit in de Provinciale Staten Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale Staten (PS) onderzocht. Het gaat

Nadere informatie

Daarnaast zijn er subsidies voor het versterken van de landschapskwaliteit binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) en de Nationale Landschappen.

Daarnaast zijn er subsidies voor het versterken van de landschapskwaliteit binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) en de Nationale Landschappen. Informatie subsidies particulier natuurbeheer Natuurbeheer wordt in Nederland uitgevoerd door terreinbeherende organisaties en particulieren. De overheid wil het beheer van natuur door particulieren, bijvoorbeeld

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen pagina 1 18 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 Documentnummer 20111098N van Daniella van der Veen datum 29 november 2011 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks

Nadere informatie

Verhuiswensen ouderen komen moeilijk uit

Verhuiswensen ouderen komen moeilijk uit Verhuiswensen ouderen komen moeilijk uit mei 2018, Leo Prins en Paul de Vries - Ouderen verhuizen zeer weinig. Van alle senioren in een koopwoning wil 6,6 procent verhuizen, maar dat lukt maar 2,3 procent.

Nadere informatie

Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten

Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten Kostenterugwinning van Waterdiensten Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten Sterk Consulting en Bureau Buiten Leiden, november 2013 1 2 Inhoudsopgave 1 Achtergrond en doel

Nadere informatie

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies Stichting Duurzame Samenleving www.gdindex.nl info@gdindex.nl 0317-750645 1 De GDI omvat de 3 dimensies van duurzaamheid: Mens & Maatschappij,

Nadere informatie

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer 20120679Na van Judith Terwijn datum 29 oktober 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks een arbeidsmarktonderzoek

Nadere informatie

Analyse Megastallen en Megabedrijven 2005, 2010 en 2013

Analyse Megastallen en Megabedrijven 2005, 2010 en 2013 Analyse Megastallen en 2005, 2010 en 2013 Edo Gies, m.m.v. Han Naeff en Jaap van Os Alterra Wageningen UR 12 februari 2015 Inleiding Milieudefensie wil inzicht in de ontwikkelingen van het aantal megastallen

Nadere informatie

Recreatie. Nico Pieterse (RPB), Peter van Puijenbroek (MNP) en Herman Stolwijk (CPB)

Recreatie. Nico Pieterse (RPB), Peter van Puijenbroek (MNP) en Herman Stolwijk (CPB) Recreatie Nico Pieterse (RPB), Peter van Puijenbroek (MNP) en Herman Stolwijk (CPB) h 9 Recreatie Inleiding In dit hoofdstuk wordt de vraag uitgewerkt of het beschikbare areaal voor recreatie in de toekomst

Nadere informatie

Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur,

Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur, Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur, 2000-2012 Indicator 10 september 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten

Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten 2007-2013 De provinciale verdeling is in veel gevallen gebaseerd op de te realiseren prestatie en daarom nadrukkelijk indicatief.

Nadere informatie

De waardering voor en de perceptie van problemen, oplossingen en verantwoordelijkheden rondom veenweide onder het Nederlandse publiek in kaart

De waardering voor en de perceptie van problemen, oplossingen en verantwoordelijkheden rondom veenweide onder het Nederlandse publiek in kaart De waardering voor en de perceptie van problemen, oplossingen en verantwoordelijkheden rondom veenweide onder het Nederlandse publiek in kaart brengen. Lang geleden bestond voor Nederland een groot deel

Nadere informatie

Onderzoek Recreatiewoningen. Deens Model. Kadaster Landinrichting. Ministerie van VROM

Onderzoek Recreatiewoningen. Deens Model. Kadaster Landinrichting. Ministerie van VROM Kadaster Landinrichting Deens Model Opdrachtgever Ministerie van VROM Onderzoek verricht door H.J. Bronkhorst H. de Koning C.P.J. Kroon A. Rink C.J.B. Ros Ir. P.C. de Wolf Ir. J.A. IJsselstein Versie Datum

Nadere informatie

Groepsgrootte in het basisonderwijs

Groepsgrootte in het basisonderwijs Groepsgrootte in het basisonderwijs 2014-2017 Inleiding Groepsgrootte is een belangrijk onderwerp voor veel leerkrachten, ouders en leerlingen in het basisonderwijs. Er is niet wettelijk vastgelegd hoeveel

Nadere informatie

Ontwikkeling naar duurzaamheid is te belangrijk om aan het toeval over te laten.

Ontwikkeling naar duurzaamheid is te belangrijk om aan het toeval over te laten. Ing. maart 2014 PS2014-1 2014-0039 PS23/4 Van: geurt van de kerk Verzonden: maandag 10 maart 2014 9:44 Aan: info@gdindex.nl Onderwerp: Gemeentelijke duurzaamheidsindex GDI#2014

Nadere informatie

Openstelling van bos en natuur

Openstelling van bos en natuur foto s Stichting Recreatie Openstelling van bos en natuur De overheid hecht er veel waarde aan dat bos en natuur waar mogelijk opengesteld zijn voor recreanten. De Stichting Recreatie, Kennis- en Innovatiecentrum

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

VOORKANT!TOEVOEGEN!!!

VOORKANT!TOEVOEGEN!!! VOORKANTTOEVOEGEN VrijetijdseconomieDrenthe Feitenencijfers 2015 (versie2september2015) Colofon DitiseenuitgavevandeProvincieDrenthe Auteur:MonicaWagenaar,DeAfdelingOnderzoekwww.deafdelingonderzoek.nl

Nadere informatie

Subsidie natuurbeheer voor kleine particuliere beheerders

Subsidie natuurbeheer voor kleine particuliere beheerders Subsidie natuurbeheer voor kleine particuliere beheerders Wat ga ik u vertellen? Wat doet BIJ12 Herziening Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) Besluitvorming Provinciale invulling Subsidieaanvraag

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Onderzoek Marktaandelen Hulp bij het Huishouden pagina 1 van 12

Inhoudsopgave. Onderzoek Marktaandelen Hulp bij het Huishouden pagina 1 van 12 Rapportage Onderzoek marktaandelen Hulp bij het Huishouden Inhoudsopgave Inleiding Onderzoeksopzet. Verantwoording. Definities Tabellen en Cirkeldiagrammen. Uitleg tabellen in de bijlagen. Cirkeldiagram

Nadere informatie

Definities Voortgangsrapportages Natuur

Definities Voortgangsrapportages Natuur Definities Voortgangsrapportages Natuur Versie 26 november 2012 1. Inleiding Tot op heden werd de Natuurmeting Op Kaart (NOK) gebruikt om over de status van de natuur in Nederland (kwantiteit) te rapporteren.

Nadere informatie

Het Bosschap voor bos en natuur

Het Bosschap voor bos en natuur Het Bosschap voor bos en natuur Ir. G.J.P. Jansen secretaris www.bosschap.nl Kerngegevens Bosschap Opgericht in 1954 Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie Verplichte registratie voor bos- en natuurbedrijven:

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting.

Nadere informatie

Natuurmeting op kaart

Natuurmeting op kaart Natuurmeting op kaart Peildatum 1-1-2011 De realisatie van verwerving, inrichting en beheer van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) en Recreatie om de Stad (RodS) Natuurmeting op kaart Peildatum 1-1-2011

Nadere informatie

Natuurmeting op Kaart. Peildatum De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer

Natuurmeting op Kaart. Peildatum De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer Natuurmeting op Kaart Peildatum 1-1-2012 De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer Natuurmeting op Kaart Peildatum 1-1-2012 De voortgang van de Ecologische

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. 1 In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de periode vanaf 1 januari tot 1 juli 2004.

Nadere informatie

EHS-herijking van invloed op uiterwaardentransitie in Utrecht en Gelderland? Master scriptie planologie

EHS-herijking van invloed op uiterwaardentransitie in Utrecht en Gelderland? Master scriptie planologie EHS-herijking van invloed op uiterwaardentransitie in Utrecht en Gelderland? Master scriptie planologie D.F.G. van Nuland 2012 EHS-herijking van invloed op uiterwaardentransitie in Utrecht en Gelderland?

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-049 8 juli 2008 9.30 uur In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Sterkste groei aan noordoostzijde Randstad Ook meer huishoudens in Noord-Brabant

Nadere informatie

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Algemene Rekenkamer.., BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070 3424344 070 3424130 voorlichting@rekenkamer.nl

Nadere informatie

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Oktober 2013 Samenvatting Provinciebreed wordt er in 2012 met 91% van de medewerkers een planningsgesprek gevoerd, met 81% een voortgangsgesprek en met

Nadere informatie

Natuurmeting op kaart 2010

Natuurmeting op kaart 2010 Natuurmeting op kaart 2010 De realisatie van Ecologische HoofdStructuur (EHS) en Recreatie om de Stad (RodS) op 1-1-2010 De realisatie van Ecologische HoofdStructuur (EHS) en Recreatie om de Stad (RodS)

Nadere informatie

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang : Leeftijd intermediaire bedrijven Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang INLEIDING Het Ratinginstituut Financieel Dienstverleners (RiFD) publiceert regelmatig actuele,

Nadere informatie

Indicator 5 Gezondheid

Indicator 5 Gezondheid Indicator Gezondheid Gezondheid wordt in de GDI uitgedrukt door middel van de data voor obesitas. Obesitas wordt wereldwijd als een als een ernstig en toenemend probleem gezien, met grote gevolgen voor

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2003 en 2004. De notitie is als

Nadere informatie

*Inkomende post 3368 %PAGE%

*Inkomende post 3368 %PAGE% WISCAT-pabo inhoud Inleiding Afnames studiejaar 201 1-2012 Kandidaten studiejaar 201 1-2012 Trends tot en met 2 3 8 11 pagina 1 I 13 WISCAT-pabo. J Inleiding In deze rappodage zullen de toetsresultaten

Nadere informatie

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies Stand van zaken gemeentelijke woonvisies Colofon Teksten Jeroen de Leede (VNG) Dataverwerking Marieke de Haan (VNG Informatiecentrum) Opmaak Chris Koning (VNG) Januari 2016 2 Vereniging van Nederlandse

Nadere informatie

Verantwoording onderzoeksmethoden

Verantwoording onderzoeksmethoden Internetbijlage bij Verantwoording onderzoeksmethoden 16 april 2014 Directie II Sector EZ Algemene Rekenkamer, Lange Voorhout 8, Postbus 20015, 2500 EA Den Haag VERTROUWELIJK Dit document is eigendom van

Nadere informatie

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015.

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015. Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven. Inleiding Als het gaat om betaalgedrag van het Nederlandse bedrijfsleven kunnen we met een tevreden gevoel terugkijken op. Dat blijkt als we niet

Nadere informatie

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden,

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden, Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden, 1996-2015 Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Basiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht

Basiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht Basiscijfers gemeenten Arbeidsmarktregio Midden- Inhoudsopgave Inleiding... 3 Nww-percentage december 2011... 4 Ontwikkeling nww 2010-2011... 5 Standcijfers nww 2011 en nww-percentages december 2010 en

Nadere informatie

Natuurmeting op Kaart. Peildatum De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer

Natuurmeting op Kaart. Peildatum De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer Natuurmeting op Kaart Peildatum 1-1-2014 De voortgang van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS); verwerving, inrichting en beheer Inhoudsopgave Inleiding 2 Leeswijzer 3 1 Resultaten verwerving 4 2 Resultaten

Nadere informatie

Nr. 18 Brief van de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Nr. 18 Brief van de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie 31920 Vergunningverlening natuur- en milieuwetgeving Nr. 18 Brief van de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting

Nadere informatie

Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen

Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen Conclusie De variatie tussen de 20 Nationale Landschappen is groot, zoals blijkt uit de nulmeting van de kernkwaliteiten. Hoofdfiguur Figuur 1. Nationale

Nadere informatie

In gemeenten met minste huurwoningen worden de meeste huurwoningen geliberaliseerd

In gemeenten met minste huurwoningen worden de meeste huurwoningen geliberaliseerd In gemeenten met minste huurwoningen worden de meeste huurwoningen geliberaliseerd Een overzicht van de spreiding van huursegmenten per provincie en voor een aantal steden Staf Depla, Lid Tweede Kamer

Nadere informatie

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016 MAAKT HET WAAR Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Factsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Factsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Factsheet Open teelten Landbouw 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 14 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

Graydon studie. Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven Q2 2015.

Graydon studie. Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven Q2 2015. Graydon studie. Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven. Inleiding Het betaalgedrag van het Nederlandse bedrijfsleven was nog nooit zo positief als tijdens het tweede kwartaal van 2015. Dat blijkt uit de

Nadere informatie

Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 Graydon Studie Q3, 2016

Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 Graydon Studie Q3, 2016 Q3 Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 1 Voorwoord Inhoud Inleiding 2 Persbericht 3 Betaalgedrag 5 Betaalgedrag per kwartaal 6 Betaalgedrag per jaar 7 Disclaimer 8 Betaalgedrag per

Nadere informatie

De Boswet in de nieuwe Wet natuurbescherming. Hoofdstuk Houtopstanden

De Boswet in de nieuwe Wet natuurbescherming. Hoofdstuk Houtopstanden De Boswet in de nieuwe Wet natuurbescherming Hoofdstuk Houtopstanden Door Anne Reichgelt, 29 november, 1 december, 6 december, 8 december 2016 De Boswet: even opfrissen Een simpele wet uit 1961 met als

Nadere informatie

Bodemsanering. 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd. De bodem en het (grond)water zijn schoon MILIEU MARKT. Staat van Utrecht 2014

Bodemsanering. 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd. De bodem en het (grond)water zijn schoon MILIEU MARKT. Staat van Utrecht 2014 MENS Staat van Utrecht 204 Bodemsanering Hoeveel humane spoedlocaties zijn nog niet volledig gesaneerd? 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd Kaart (Humane spoedlocaties bodemverontreiniging

Nadere informatie

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018 Basisscholen in krimpgebieden in 2017/2018 In welke provincies sluiten de meeste basisscholen? Aan het begin van 2017/2018 zijn in Groningen, Zeeland, Limburg en Flevoland rond 2% van de basisscholen gesloten

Nadere informatie

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 31 482 Cultuursubsidies Nr. 94 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 april 2015 De commissie voor de Rijksuitgaven en de vaste commissie

Nadere informatie

Persbericht. Groei vacatures ten einde. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Groei vacatures ten einde. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-135 28 juni 2001 9.30 uur Groei vacatures ten einde De groei van het aantal vacatures is tot stilstand gekomen. Eind maart 2001 stonden er volgens het

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven,

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven, Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven, 2000-2015 Indicator 5 december 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Demi Smit Sarah Lingaard. Atlas van de toekomst

Demi Smit Sarah Lingaard. Atlas van de toekomst Demi Smit Sarah Lingaard Atlas van de toekomst 1 Introductie: Wij hebben de Atlas van onze toekomst gemaakt met daarin onze ideeën voor Nederland in 2040. Hierin hebben wij geprobeerd weer te geven hoe

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari Februari 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting NWW

Nadere informatie

Urbanisatie en de-urbanisatie in Nederland 1400-1850

Urbanisatie en de-urbanisatie in Nederland 1400-1850 Urbanisatie en de-urbanisatie in Nederland 1400-1850 Richard Paping Rijksuniversiteit Groningen Tweede Dag van de Historische Demografie Tilburg, 4 december 2009 Een nieuwe schatting voor de bevolking

Nadere informatie

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Foto J. Schwiebbe - http://www.birdphoto.nl April 2009, Matthijs Broere (Waarneming.nl) & Fred Hustings (SOVON) 1. Inleiding Afgelopen winter

Nadere informatie

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven Q3 2015.

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven Q3 2015. Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven. Inleiding Laat ik maar meteen met de deur in huis vallen. We hebben opnieuw een absoluut record te pakken sinds onze metingen begin 2002: het betaalgedrag

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Anderhalf jaar stijgende lijn werkloosheid

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Anderhalf jaar stijgende lijn werkloosheid Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-003 17 januari 2013 9.30 uur Werkloosheid verder toegenomen Werkloosheid in december opgelopen naar 7,2 procent Vanaf medio vrijwel voortdurende stijging

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid daalt

Persbericht. Werkloosheid daalt Persbericht PB14-041 19 juni 09.30 uur Werkloosheid daalt - Werkloosheid is in mei gedaald - Beroepsbevolking krimpt minder snel - Aantal WW-uitkeringen in mei opnieuw afgenomen - Toename WW-uitkeringen

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Nadere informatie

Inhoud. 1. Inleiding Doorstroming Wegwerkzaamheden Informatie Aangeven maximumsnelheid Goede en slechte voorbeelden 16

Inhoud. 1. Inleiding Doorstroming Wegwerkzaamheden Informatie Aangeven maximumsnelheid Goede en slechte voorbeelden 16 Gemeenschappelijk onderzoek provincies en Rijkswaterstaat: aanvullende analyses Augustus 2013 Inhoud 1. Inleiding 4 2. Doorstroming 5 3. Wegwerkzaamheden 7 4. Informatie 11 5. Aangeven maximumsnelheid

Nadere informatie

[ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het derde kwartaal van 2011.

[ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het derde kwartaal van 2011. 3 2011 2011 Matchcare BV Afdeling Analyse en Arbeidsmarktinformatie Dit werk is auteursrechtelijk beschermd [ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het derde

Nadere informatie

Steeds minder startersleningen beschikbaar

Steeds minder startersleningen beschikbaar RAPPORT Starterslening in Nederland Steeds minder startersleningen beschikbaar Uitgevoerd in opdracht van www.starteasy.nl INHOUD Starterslening in Nederland Steeds minder startersleningen beschikbaar

Nadere informatie

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden, Indicator 20 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel woningen en inwoners

Nadere informatie

JAARVERSLAG Inhoud. 1. Stichting Part-Ner. 2. Belangrijkste werkzaamheden Samenwerking met andere organisaties. 4.

JAARVERSLAG Inhoud. 1. Stichting Part-Ner. 2. Belangrijkste werkzaamheden Samenwerking met andere organisaties. 4. JAARVERSLAG 2015 Inhoud 1. Stichting Part-Ner 2. Belangrijkste werkzaamheden 2015 3. Samenwerking met andere organisaties 4. Vooruitblik 1 1. Stichting Part-Ner Na afronding van het project certificering

Nadere informatie

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Publicatiedatum CBS-website: 16 juli 2007 Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Centraal Bureau voor de Statistiek Samenvatting Op 1 januari 2006 is de nieuwe Zorgverzekeringswet inwerking getreden,

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen Maart 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische

Nadere informatie

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006 Bedrijfsprofiel 1 & 2 sterrenhotels in beeld Van Spronsen & Partners horeca-advies December 26 In dit profiel: Aanbod - - - - - - - - - - - - - - - -2 Ontwikkeling - - - - - - - - - - - - 3 Branche onder

Nadere informatie

Wonen binnen bestaand bebouwd gebied,

Wonen binnen bestaand bebouwd gebied, Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel uitbreiding van

Nadere informatie

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld NEDERLANDERS OVER DE VIERDAAGSE Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen Nienke Lammertink en Koen Breedveld Mei 2016 1 Nederlanders over de

Nadere informatie

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden,

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden, Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden, 1996-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit

Nadere informatie

Werkloosheid opnieuw gestegen

Werkloosheid opnieuw gestegen Persbericht PB14-012 20 februari 09.30 uur Werkloosheid opnieuw gestegen - Werkloze beroepsbevolking in januari met 10 duizend toegenomen - Aantal WW-uitkeringen met 23 duizend gestegen De voor seizoeninvloeden

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Sterke stijging werkloosheid

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Sterke stijging werkloosheid Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-013 21 februari 9.30 uur Sterke stijging werkloosheid Werkloosheid in januari opgelopen naar 7,5 procent Jeugdwerkloosheid gestegen tot 15 procent Aantal

Nadere informatie

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Aan: Van: Ashna Nakched Evert Pommer en Klarita Sadiraj Inlichtingen bij Evert Pommer e.pommer@scp.nl T 7947 kamer D-0608 Datum 24 januari 2010 Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Het ministerie van

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 R.J. Kenens L. Hingstman Februari 2004 NIVEL Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Telefoon: 030-27 29 700 www.nivel.nl Pagina 2 van 6 INLEIDING In

Nadere informatie

DE BEVOLKINGSDICHTHEID IN NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN INWONERS. door. W. van Woerkom. augustus

DE BEVOLKINGSDICHTHEID IN NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN INWONERS. door. W. van Woerkom. augustus W E R K D O C U M E N T DE BEVOLKNGSDCHTHED N NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN 0.000 NWONERS door W. van Woerkom augustus M N S T E R E V A N V E R K E E R E N W A T E R S T A A T 830 J K S D E N S T V

Nadere informatie

Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017

Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017 Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017 Inhoudsopgave Regio Groningen-Friesland-Noord-Drenthe... 2 Regio Zuid-Drenthe, Overijssel, Gelderland... 3 Regio Noord Holland en Flevoland...

Nadere informatie