Veiligheidsbril en gelaatsbescherming

Transcriptie

1 Pagina 1 van 5 Onderwerp Persoonlijk beschermingsmiddel 303 Veiligheidsbril en gelaatsbescherming 1. Toepassingsgebied De opsomming over het gebruik sluit aan bij de instructies die bestaan voor bepaalde werken en waar de te gebruiken individuele beschermingsmiddelen bepaald werden. Ze kunnen deze instructies aanvullen. Deze instructies sluiten eveneens aan bij de mondelinge uitleg van deze instructies door de hiërarchische lijn. De persoonlijke beschermingsmiddelen worden toegewezen na een gerichte risicoanalyse en na rekening te hebben gehouden met het KB Plaatsen waar een oog- of gelaatsbeschermingsmiddel moet gedragen worden Het KB van 7 augustus 1995 betreffende het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen schrijft voor dat een beschermingsbril moet gedragen worden bij : - Producten die irritatie kunnen opwekken. - Las- of snijwerk - Blootstelling aan intense lichthaarden - IR-straling of straling met een intense warmteverspreiding - UV-straling - Het wegslingeren van kwetsende deeltjes - Blootstelling aan kankerverwekkende producten 3. Het gebruik Toepassing Risico Bescherming Oogkwetsuren Droogslijpen, houwen met wegslingeren van scherven (bv. gaten kappen in steen of beton), bikken, schoonhameren, bewerkingen die kunnen aanleiding geven tot het wegslingeren van kwetsende deeltjes, gesmolten metaal of tot het vrijkomen van metaalschilfertjes of roestdeeltjes - alle bewerkingen waar bijtende vloeistoffen de ogen kunnen aantasten of waar spatten kunnen ontstaan (bv. gebruik van bijtende stoffen, vergieten van deze stoffen in recipiënten, enz.); - alle bewerkingen waar fijn stof voortgebracht wordt (bv. doorslijpen van stenen of beton met behulp van een schijf) of waar het oog moet beschermd worden tegen zijdelingse projecties van deeltjes. - lassen en soldeerlassen met 70 tot 200 l acetyleen per uur; - snijbranden met 900 tot l zuurstof per uur; - bij het werken in de nabijheid van plaatsen waar lassen of snijden van metalen met de brander of lassen met een elektrische boog, gebeuren (bv. hulplassers). - booglassen in een omgeving met weining contrast (bv. in werkputten), met onthulde elektroden en een vermogen tot ± 100 A. - booglassen in een omgeving met normaal contrast (bv. atelierwerk), met omhulde elektroden en een vermogen tot ± 100 A. - werken uit te voeren aan het LS.- en HS.-net, waarbij met het hoofd voorovergebogen moet kunnen gewerkt worden. - Werken uit te voeren aan het LS.- en HS.-net, waarbij met het hoofd achterover gehouden (bv. HS. schakelingen) moet gewerkt worden, waardoor de hals niet meer beschermd wordt bij gebruik van het kort type. Oog-en gelaatskwetsuren Oogkwetsuren door: - stof - bijtende stoffen en verblinding door UV- en IRstralen en het felle zichtbare licht en verblinding door UV- en IR-stralen en het felle zichtbare licht. en brandwonden aan het gelaat, door een vlamboog - slijpbril met boven-, onder- en zijbescherming - Opsteekbare slijpbril met boven-, onder- en zijbescherming (voor op eigen bril). - Gelaatsscherm in polycarbonaat op helm: => Kort type => Lang type Rond het gezicht aansluitende stofbril - Beveiligingsbril autogeenlassers, type 5A1 DIN met zijdelingse bescherming. - opsteekbare beveiligingsbril voor autogeenlassers, type 5A1 DIN met zijdelingse bescherming. - Opklapbare lasbril (type stofbril) met lasglazen 5A1 DIN + veiligheidsglazen. - beveiligingsglaasjes voor booglassen, type 9A1 DIN - beveiligingsglaasjes voor booglassen, type 10A1 DIN - gelaatsscherm in polycarbonaat, op helm (kort type) - gelaatsscherm in polycarbonaat op helm (lang type) Persoonlijke Beschermingsmiddelen: veiligheidsbril 1/5

2 Pagina 2 van 5 4. Algemeen Deze instructies moeten steeds op de werkpost aanwezig zijn. De veiligheidsbrillen en de helm met gelaatsscherm zijn individueel, wat betekent dat zij tot het uitsluitend persoonlijk gebruik behoren van de werknemer aan wie ze werden afgegeven. Ze mogen enkel, na ontsmetting, door een andere persoon gedragen worden. 5. Onderhoud De veiligheidsbrillen en schermen moeten in goede staat van gebruik worden gehouden. Ze moeten volgens noodzaak gereinigd worden. Ze moeten telkens vervangen worden van zodra de zichtbaarheid door slijtage afneemt, dit om andere risico s te vermijden. De brillen en schermen moeten doelmatig beschermd worden, zodat hun glazen tegen alle risico s zijn gevrijwaard (gevaar voor verminderen van de zichtbaarheid). 6. Maatregelen bij ongevallen. Stel de ongevallenprocedure in werking. Pas de algemene E.H.B.O.- maatregelen toe. 7. Opdracht voor de werknemers. De werknemers zijn ertoe gehouden de individuele beschermingsmiddelen, waarover zij moeten beschikken, te gebruiken en zich te gedragen naar de instructies die hun in verband worden gegeven. 8. Opdracht voor de hiërarchische lijn. De werkgevers moeten ervoor zorgen dat de betrokken werknemers de individuele beschermingsmiddelen, waarover zij overeenkomstig de bepalingen moeten beschikken, regelmatig en rationeel gebruiken. Visum interne preventieadviseur Datum : 13/10/2017 Persoonlijke Beschermingsmiddelen: veiligheidsbril 2/5

3 Pagina 3 van 5 Persoonlijke Beschermingsmiddelen: veiligheidsbril 3/5

4 Pagina 4 van 5 Persoonlijke Beschermingsmiddelen: veiligheidsbril 4/5

5 Pagina 5 van 5 Persoonlijke Beschermingsmiddelen: veiligheidsbril 5/5