Instelling. Onderwerp. Datum

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Instelling. Onderwerp. Datum"

Transcriptie

1 Instelling Moore Stephens Verschelden Onderwerp Welke impact heeft de regering Di Rupo op u als bedrijfsleider? Datum 26 juni 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten van intellectuele eigendom van bepaalde betrokkenen, Er wordt u geen recht verleend op deze rechten. M&D Seminars geeft u via dit document informatie, maar verstrekt geen advies. M&D Seminars garandeert niet dat de informatie in dit document foutloos is. U gebruikt de inhoud van dit document op eigen risico. M&D Seminars, noch een van haar directieleden, aandeelhouders of bedienden zijn aansprakelijk voor bijzondere, indirecte, bijkomstige, afgeleide of bestraffende schade, noch voor enig ander nadeel van welke aard ook bij het gebruik van dit document en van de inhoud van dit document. M&D Seminars 2013 M&D SEMINARS Eikelstraat De Pinte T F info@mdseminars.be

2 Welke impact heeft de regering Di Rupo op u als bedrijfsleider? Sinds de regering Di Rupo eind 2011 van start ging, heeft zij een aanzienlijk aantal belastingmaatregelen goedgekeurd. En gezien de budgettaire tekorten waar zij momenteel mee worstelt, lijkt daar niet onmiddellijk een einde aan te zullen komen. Zeker nu de fiscale ontvangsten een stuk lager dreigen uit te komen dan in eerste instantie werd geraamd. In dit artikel bespreken we welke maatregelen op u als bedrijfsleider direct of indirect een financiële impact hebben. Op basis van een realistisch voorbeeld geven we u een idee hoeveel die belastingverhogingen u nu werkelijk kosten. Fiscale maatregelen vanaf 2012 Eén of meerdere van onderstaande maatregelen hebben voor u ongetwijfeld gevolgen op het vlak van personenbelasting: De aftrek van giften, kosten voor kinderopvang, bezoldiging van een huisbediende,. werd van een aftrekbare besteding omgevormd naar een algemene belastingvermindering van 45% voor giften en kosten voor kinderopvang en 30% voor bezoldiging van een huisbediende. Een aftrekbare besteding heeft in de praktijk als voordeel dat dit integraal van uw totale netto-inkomen in aftrek wordt gebracht en aldus een belastingbesparing in de hoogste belastingschaal (in de praktijk dus meestal 50%) tot gevolg heeft. Vanaf inkomstenjaar 2012 zullen voornoemde uitgaven u dus een minder hoog belastingvoordeel opleveren. Ook de bestaande belastingverminderingen werden aangepakt. Zo wordt de belastingvermindering op het lange termijnsparen (van toepassing op premies voor een individuele levensverzekering, aflossing hypothecaire lening, pensioensparen, ) vastgesteld op een algemeen tarief van 30%. Vroeger leverden deze aftrekken een belastingbesparing op tussen de 30% en 40%, afhankelijk van de hoogte van uw belastbaar inkomen. Aangezien de meeste bedrijfsleiders op een hoog inkomen worden belast, betekende dit in de praktijk voor hen een belastingbesparing van 40%. Pensioensparen, de kapitaalaflossingen op de lening voor uw tweede verblijf, leveren u dus voortaan een iets minder hoog fiscaal voordeel op. Aanpassing van de berekeningsbasis van het voordeel alle aard voor de privéverplaatsingen met de wagen die eigendom is of gehuurd wordt door uw vennootschap. Vanaf inkomstenjaar 2012 wordt het voordeel in natura berekend op basis van de CO 2 -uitstoot en de cataloguswaarde van de wagen. In de praktijk betekent dit meestal een belastingverhoging voor wie rondtoert met een vrij dure wagen en/of een vervuilende wagen. Aanrekening van een hoger voordeel alle aard voor gratis woonst indien u in een woning woont die eigendom is van uw vennootschap. Indien het privématig aangewende deel van het KI van de woning gelijk of hoger is dan 745, dan wordt het voordeel vanaf inkomstenjaar 2012 berekend op basis van de volgende formule: geïndexeerd KI x 100/60 x 3,8 in plaats van geïndexeerd KI x 100/60 x 2. In de praktijk betekent dit een verdubbeling van het voordeel in natura in vergelijking met inkomstenjaar Verdere verhoging van het voordeel in natura voor gratis verwarming en elektriciteit indien u uw privévertrekken in uw woning verwarmt en/of verlicht op kosten van uw vennootschap. Het forfaitair voordeel op jaarbasis stijgt als volgt:

3 Afschaffing van de belastingvermindering op bijna alle energiebesparende investeringen. Vanaf inkomstenjaar geniet u geen belastingvermindering meer voor de plaatsing van dubbele beglazing, vervanging van een oude stookketel, zonnepanelen, Ook uw beleggingen in de privésfeer worden niet ontzien. Daar vallen vooral de volgende maatregelen op: Verhoging van de roerende voorheffing op interesten en dividenden van 15% naar 21% in 2012 en uiteindelijk naar 25% vanaf Indien u voor meer dan interesten en dividenden ontving in de loop van 2012, wordt het surplus onderworpen aan een extra heffing van 4%. Geplande verhoging van de roerende voorheffing op de liquidatiebonus van 10% naar 25% vanaf 1/10/2014 Verhoging premietaks van 1,1% naar 2% op levensverzekeringen Ook uw vennootschap wordt niet gespaard. De regering Di Rupo heeft daarvoor alvast de volgende aanpassingen in petto: Verdere verlaging van het tarief van de aftrek voor risicokapitaal van 3,925% voor aanslagjaar 2012 naar 3,242% vanaf aanslagjaar 2014 indien uw vennootschap kwalificeert als een kleine vennootschap alhoewel we hier moeten erkennen dat ook de rentetarieven op de (internationale) markten verder zijn gedaald en de verlaging dus eerder als normaal dient te worden aanzien Geen overdraagbaarheid meer van de aftrek voor risicokapitaal van het boekjaar zelf vanaf aanslagjaar 2013 Invoering van een meerwaardebelasting op aandelen indien u deze binnen het jaar na aanschaffing zou realiseren. Vooral indien u uw overtollige liquide middelen van uw vennootschap belegt in beursgenoteerde aandelen, dient u voortaan eerder voor een buy and hold-strategie te opteren indien u de meerwaarde belastingvrij wenst te realiseren. Realiseert u binnen het jaar een mooie meerwaarde op uw belegging na verkoop, dan moet u daar vanaf aanslagjaar 2013 immers 25,75% van afdragen. 17% van het voordeel in natura van uw bedrijfswagen wordt voortaan beschouwd als een verworpen uitgave. Als bedrijfsleider bent u ongetwijfeld vooruitziend en wenst u later te genieten van een mooi pensioenkapitaal. Dat zal dan wellicht toch iets minder hoog uitvallen dan u eerst had voorzien : De mogelijkheid om nog een interne pensioenvoorziening aan te leggen binnen uw vennootschap of de reeds bestaande pensioenvoorziening nog verder op te bouwen, wordt voortaan aan banden gelegd. Op de reeds opgebouwde voorziening in de balans, wordt bovendien een bijzondere bijdrage geheven van 1,75%. Wie tuk is om hoge premies in zijn I.P.T.- of groepsverzekering te storten, zal voortaan geconfronteerd worden met een taks van 1,5% op het deel dat op jaarbasis overschrijdt. Invoering tarief van 18% en 20% bij uitkering van uw pensioenkapitaal op 60- of 61-jarige leeftijd dat werd opgebouwd via uw vennootschap. Invoering van de solidariteitsbijdrage bij uitbetaling kapitaal Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ). Voortaan zal het kapitaal ofwel 0% - 1% of met 2% extra worden afgeroomd naargelang het uit te keren bedrag.

4 Op het vlak van btw heeft de onmiddellijke beperking van het recht op aftrek tot het beroepsgedeelte op personenwagens en gemengd gebruikte activa (uw gsm, ipad, computer, ) een belangrijke impact vanaf Maar eigenlijk is dit geen maatregel van de regering Di Rupo. We gaan hier in deze bijdrage dus niet dieper op in. Wat kosten de nieuwe maatregelen u concreet? U merkt dus dat de regering niet heeft stilgezeten. Maar wat betekent dat nu voor uw portemonnee in de praktijk? Wij rekenden het alvast voor u uit op basis van onderstaand vereenvoudigd voorbeeld. Gegevens Een bedrijfsleider betaalde privé de volgende uitgaven: gift van 500 aan het Rode Kruis kosten kinderopvang voor de enige zoon voor een totaal aftrekbaar bedrag van dubbele beglazing aan tweede verblijf aan de kust voor bedrag van pensioensparen voor een bedrag van 880 premie levensverzekering ten bedrage van in het kader van het lange termijnsparen De woning van de bedrijfsleider werd in 2010 aangekocht via de patrimoniumvennootschap. Het kadastraal inkomen bedraagt waarvan 20% wordt aangewend voor beroepsdoeleinden. De bedrijfsleider maakt ook gratis gebruik van een bedrijfswagen om zich dagelijks naar kantoor te begeven. Het kantoor is op 5 km afstand van de gezinswoning gelegen. Het voertuig werd op 2 januari 2011 nieuw aangeschaft en heeft een cataloguswaarde van en een CO 2 -uitstoot van 190 gram/km. De wagen rijdt op benzine. De kosten voor verwarming en elektriciteit van de gezinswoning worden rechtstreeks gefactureerd aan de vennootschap en volledig in kosten geboekt. De bedrijfsleider ontvangt een brutoloon van op jaarbasis. De exploitatievennootschap die in het jaar 2001 werd opgericht, keert jaarlijks een dividend uit van bruto. In 2010 heeft de bedrijfsleider een lening toegestaan aan zijn patrimoniumvennootschap voor een bedrag van Dit bedrag diende om verbouwingswerken uit te voeren aan de woning. Op de lening wordt jaarlijks een rente toegekend van 5% bruto. De bedrijfsleider spaart ook maandelijks een bedrag van 500 in diverse aandelenfondsen via een Tak 23-levensverzekeringscontract. Op basis van bovenstaande gegevens berekenen we de fiscale impact in hoofde van de bedrijfsleider privé en zijn of haar vennootschap(pen). We vergelijken daarbij inkomstenjaar 2011 (vóór het aantreden van de regering Di Rupo) met inkomstenjaar 2013 (na doorvoering van de maatregelen). Voor de eenvoud gaan we ervan uit dat de belastingverminderingen worden gerealiseerd aan het hoogste belastingtarief dat in casu van toepassing is, verder verhoogd met een aanvullende gemeentebelasting van 7%. De fiscale impact in hoofde van de bedrijfsleider privé bedraagt:

5 De doorgevoerde fiscale maatregelen betekenen dat de bedrijfsleider in bovenstaand voorbeeld in 2013 iets meer dan extra personenbelasting, roerende voorheffing en taksen betaalt op basis van identiek dezelfde basisgegevens. Maar dat is nog niet alles Wat betreft de verhoging van de berekeningsbasis van de voordelen in natura, mogen we ook de impact niet vergeten op het vlak van de sociale bijdragen. Deze bedragen voor de respectievelijke inkomstenjaren: Opgelet: deze verhoogde sociale bijdragen zijn wel volledig aftrekbaar in de personenbelasting, zodat ze in de praktijk meestal een belastingbesparing opleveren van +/- 45 % à +/- 50%. Aangezien de bedrijfsleider in ons voorbeeld wordt belast in de hoogste belastingschijf, leveren deze verhoogde sociale bijdragen hem een belastingbesparing op van 1.892,01 (3.536,46 x 50% x 7%). Uiteindelijk kost de regering Di Rupo persoonlijk in casu aan de bedrijfsleider: Verhoging belastingen, roerende voorheffing en taksen: ,19 Belastingbesparing op verhoogde sociale bijdragen: ,01 Supplementaire sociale bijdragen: 3.536,46 Totaal: ,64 Maar we zijn er nog niet... Ook het tarief van de aftrek voor risicokapitaal werd verder verlaagd van 3,925% voor aanslagjaar 2012 naar 3,242% voor aanslagjaar Stel nu dat het eigen vermogen van de exploitatievennootschap euro bedraagt. Voor de eenvoud veronderstellen we dat de exploitatievennootschap gedurende boekjaar 2011 en 2012 telkens nettowinst realiseerde en dat dit bedrag volledig werd uitgekeerd als dividend. In dat geval kon/kan de vennootschap genieten van de volgende besparing aan vennootschapsbelasting: Inkomstenjaar 2011 aanslagjaar 2012: x 3,925% = ,50 x 33,99% = 4.669,38 Inkomstenjaar 2013 aanslagjaar 2014: x 3,242% = ,00 x 33,99% = 3.856,85 Ook de patrimoniumvennootschap kan in principe genieten van de aftrek voor risicokapitaal. Maar aangezien in casu de gezinswoning werd aangekocht met deze vennootschap, dient er een correctie te gebeuren op de berekeningsbasis. Voor de eenvoud veronderstellen we dat de patrimoniumvennootschap daardoor geen fiscaal voordeel kan genieten. Sedert inkomstenjaar 2012 dient er eveneens rekening te worden gehouden dat 17% van het voordeel in natura van de personenwagen bijkomend als verworpen uitgave dient te worden opgenomen in de aangifte vennootschapsbelasting. Aangezien het voordeel voor de wagen in 2012 exact 4.865,14 bedraagt, betekent dit voor de vennootschap een belastingverhoging van 281,12 (4.865,14 x 17% x 33,99%). De exploitatievennootschap zal voor het boekjaar 2013 tegen volgende bijkomende belastingfactuur aankijken: Verminderde belastingbesparing door gedaalde aftrek voor risicokapitaal: 812,53

6 Bijkomende vennootschapsbelasting op voordeel in natura personenwagen: 281,12 Totaal: 1.093,65 Al bij al valt de impact op het eerste gezicht - bij de exploitatievennootschap nog mee. Maar opgelet; de extra belasting die de vennootschap betaalt, betekent onrechtstreeks ook een verarming van de bedrijfsleider persoonlijk. Door de extra vennootschapsbelasting zal de nettowinst lager uitvallen waardoor het eigen vermogen minder snel aangroeit. De liquidatiebonus zal daardoor vroeg of laat bij ontbinding en vereffening van de exploitatievennootschap dus wat minder hoog uitvallen. En nu we het toch over ontbinding en vereffening hebben. Daar waar de bedrijfsleider zijn winsten in zijn vennootschap kon oppotten en deze bij ontbinding en vereffening na afhouding van 10% roerende voorheffing naar zijn privé kon overhevelen, lijkt ook hieraan een eind te zijn gekomen. Op uitgekeerde liquidatiebonussen zal immers vanaf 1 oktober 2014 een verhoogde roerende voorheffing van 25% worden ingehouden. Zelfs ook op de reeds opgepotte reserves uit het verleden. Maar hieraan zou u nog kunnen ontsnappen indien u zou opteren om de reeds bestaande reserves vast te klikken in kapitaal aan het tarief van 10%. Hierover zeker meer in een volgend nummer Auteurs: Bart Vermoesen en Marc Ottevaere