NETWERKEN VOOR OPLEIDING DOOR ONDERZOEK

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NETWERKEN VOOR OPLEIDING DOOR ONDERZOEK"

Transcriptie

1 DIRECTORAAT- GENERAAL ONDERZOEK EUROPESE COMMISSIE NETWERKEN VOOR OPLEIDING DOOR ONDERZOEK VERHOGING VAN HET MENSELIJK ONDERZOEKPOTENTIEEL EN VERDIEPING VAN DE FUNDAMENTELE KENNIS OP SOCIAAL-ECONOMISCH GEBIED ( ) GIDS VOOR INDIENERS VAN VOORSTELLEN Tweede uitnodiging 2000/2001 Identificatiecode uitnodiging: IHP-RTN-00-2

2 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 5 Het vijfde kaderprogramma 5 Het programma Menselijk potentieel NETWERKEN VOOR OPLEIDING DOOR ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET PROGRAMMA MENSELIJK POTENTIEEL: BESCHRIJVING VAN DE ACTIVITEIT DEELNEMERS FINANCIËLE RICHTSNOEREN 21 Motivering en doelstellingen 14 Onderzoekgebieden 14 Tenuitvoerlegging 14 Uitnodiging tot het indienen van voorstellen HOE MOET U EEN VOORSTEL OPSTELLEN? HOE DIENT U EEN VOORSTEL IN? 28 Inleiding 16 Uit de lidstaten 16 Uit met het programma geassocieerde staten 16 Uit niet de tot EU behorende/geassocieerde landen en internationale organisaties 16 Uit hoeveel deelnemers bestaat een netwerk? 17 Tabel 1 Deelneming van juridische entiteiten van buiten de EU aan het 5de kaderprogramma 19 Contractomvang 21 Evenwicht tussen de teams 21 Motivering van het verzoek om financiering 21 Referentiebedragen voor Marie Curie-bursalen22 Coördinatie van het voorstel 23 Voorstelformulier 23 Auto-evaluatie van het voorstel 27 Indiening door de voorstelcoördinator 28 Software voor het opstellen van voorstellen 28 Kennisgeving van voornemen tot indiening van een voorstel 28 Certificering 28 Elektronisch indienen van een voorstel 29 Indienen van een voorstel op papier 29 2

3 Termijnen 30 Ontvangstbewijs BEOORDELING EN SELECTIE VAN VOORSTELLEN 32 Beoordelingscriteria 32 Beoordelingsprocedure 36 Selectie van voorstellen CONTRACTEN: PROCEDURES EN PRINCIPES INFORMATIE EN BIJSTAND 44 Contractonderhandelingen 38 Contracten voor netwerken op het gebied van menselijk potentieel: belangrijkste principes 39 Netwerken op Internet 44 Contactgegevens voor netwerken 44 Contactgegevens voor het programma Menselijk potentieel 45 Nationale contactpunten 45 BIJLAGE 1 VOORSTELFORMULIER 49 BIJLAGE 2: CONTROLELIJST VOOR VOORSTELLEN C. BESCHRIJVING VAN HET VOORSTEL 50 D. ONTVANGSTBEWIJS 57 Vakgebiedcodes 59 Landcodes 62 3

4 VOORWOORD Dit document is bedoeld als Gids voor indieners van voorstellen voor de activiteit Netwerken voor opleiding door onderzoek in het kader van het programma Menselijk potentieel. In dit document worden de grondbeginselen van de activiteit uiteengezet en wordt de aanvraagprocedure uitgelegd. In hoofdstuk 1 wordt een beschrijving gegeven van het gehele Vijfde kaderprogramma en het programma Menselijk potentieel, dat Netwerken voor opleiding door onderzoek omvat, waarvan een meer gedetailleerde beschrijving wordt gegeven in hoofdstuk 2. In de hoofdstukken 3 tot en met 6 worden de diverse regels en de procedure voor het indienen van een voorstel uitgelegd. De procedure voor de beoordeling van voorstellen wordt uitgelegd in hoofdstuk 7 en in hoofdstuk 8 wordt informatie gegeven betreffende contractbesprekingen voor succesvolle voorstellen. Tenslotte worden nuttige informatie- en hulpbronnen verstrekt in hoofdstuk 9, terwijl de bijlagen de voorstelformulieren en een checklist bevatten. De tekst van deze gids kan worden gedownload van "Research Training Networks" op de volgende Internetsite: Deze Gids voor indieners van voorstellen heeft geen voorrang op de regels en voorwaarden die met name zijn vastgelegd in de besluiten van de Raad en het Parlement met betrekking tot het vijfde kaderprogramma, de verschillende specifieke programma s of de uitnodigingen tot het indienen van voorstellen in het kader van deze programma s. 4

5 1. INLEIDING Het vijfde kaderprogramma Doelstellingen Het vijfde kaderprogramma, dat op 22 december 1998 is vastgesteld, omschrijft de communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (hieronder "OTO" genoemd) voor de periode Het vijfde kaderprogramma verschilt van zijn voorgangers. Het is bedoeld om bij te dragen tot het oplossen van problemen en in te gaan op grote sociaal-economische uitdagingen waarmee de Europese Unie wordt geconfronteerd. Het is toegespitst op een beperkt aantal doelstellingen en gebieden, met een combinatie van technologische, industriële, economische, sociale en culturele aspecten. De prioriteiten zijn gekozen op grond van drie basisbeginselen die voor alle niveaus gelden: het kaderprogramma in zijn geheel, de specifieke programma's waarmee het ten uitvoer wordt gelegd en de OTO-activiteiten die onder deze programma's vallen. "Toegevoegde waarde" voor Europa en het subsidiariteitsbeginsel, bijvoorbeeld om een kritische massa te bereiken in termen van menselijke, materiële en andere middelen of bij te dragen tot de oplossing van problemen met een Europese dimensie, Sociale doelstellingen, zoals kwaliteit van het bestaan, werkgelegenheid of milieubescherming, om tegemoet te komen aan de verwachtingen en zorgen van de burgers van de Unie, Economische ontwikkeling en wetenschappelijke en technologische vooruitzichten, om bij te dragen tot de harmonieuze en duurzame ontwikkeling van de Europese Unie in haar geheel. Structuur en inhoud Het vijfde kaderprogramma bestaat uit zeven specifieke programma s, waarvan vier thematische programma s en drie horizontale programma s. De thematische programma s zijn: Kwaliteit van het bestaan en beheer van de biologische hulpbronnen Een gebruikersvriendelijke informatiemaatschappij Een concurrerende en duurzame groei Energie 1, milieu en duurzame ontwikkeling. Overeenkomstig het bepaalde in het EG-Verdrag zorgen de breed opgezette horizontale programma s voor een onderbouwing en aanvulling van deze thematische programma s. De horizontale programma s zijn: Bevestiging van de internationale rol van het communautaire onderzoek Bevordering van innovatie en stimulering van deelneming van het MKB Verhoging van het menselijk onderzoekpotentieel en verdieping van de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied Een essentieel nieuw kenmerk van het vijfde kaderprogramma is de geïntegreerde, probleemoplossende benadering. Integratie wordt versterkt op drie niveaus: ½ Door het concept van de kernactiviteiten in de thematische programma s. Kernactiviteiten zijn een belangrijke innovatie in het vijfde kaderprogramma. Daarmee kan richting worden 1 Activiteiten op dit gebied worden zo nodig nauw gecoördineerd met de activiteiten van het vijfde kaderprogramma voor onderzoek en onderwijs van Euratom. De eigen kenmerken van dit laatste worden beschreven in een aparte informatiebrochure. 5

6 gegeven aan de vele en gevarieerde aspecten van de economische en sociale kwesties, door integratie van het volledige spectrum van activiteiten en disciplines die nodig zijn om de doelstellingen te bereiken. ½ Door integratie tussen de doelstellingen van de horizontale en de thematische programma s. Internationale samenwerking Deelneming van entiteiten uit derde landen en internationale organisaties is mogelijk in alle programma s, naast mogelijkheden om deel te nemen aan het horizontale programma "Bevestiging van de internationale rol van het communautaire onderzoek". De voorwaarden voor deelneming, inclusief eventuele financiële regelingen, zijn uiteengezet in hoofdstuk 3 van dit document. In kader 1 worden de mogelijkheden beschreven inzake beurzen voor jonge onderzoekers uit ontwikkelingslanden. Innovatie en deelneming van het MKB Maatregelen om de deelneming van het MKB in OTO-activiteiten te stimuleren, worden in alle thematische programma's en het programma Innovatie en MKB genomen. Bijzonderheden over stimuleringsmaatregelen ten behoeve van het MKB zijn te vinden in een speciale informatiebrochure hierover. Voorts worden er verbanden gelegd tussen ieder thematisch programma en het horizontale programma "Bevordering van innovatie en stimulering van deelneming van het MKB" om belangstelling bij het publiek te wekken en technologieoverdracht en het gebruik van de resultaten van het thematisch programma te bevorderen. Sociaal-economische en opleidingsaspecten Sociaal-economisch onderzoek kan worden gefinancierd door zowel de thematische programma's als de kernactiviteit "Verdieping van de fundamentele kennis op sociaaleconomisch gebied" van het horizontaal programma "Versterking van het menselijk onderzoekpotentieel en verdieping van de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied". Sociaal-economisch onderzoek is in de thematische programma's aanwezig als integraal deel van de technologische onderzoekactiviteiten. Opleidingsmogelijkheden voor onderzoekers worden geboden door het stelsel van de Marie Curie-beurzen in het kader van het programma Menselijk potentieel en van de thematische programma's, alsmede door andere specifieke opleidingsactiviteiten in het kader van het programma Menselijk potentieel. Het beurzenstelsel wordt schematisch beschreven in kader 2. ½ Door integratie tussen thematische programma s. Voor aanvullende en synergistische interacties wordt gezorgd bij de tenuitvoerlegging van de programma's. Tenuitvoerlegging Werkprogramma Voor elk specifiek programma is een werkprogramma opgesteld waarin de specifieke activiteiten en de diverse onderzoekgebieden zijn beschreven. Het werkprogramma wordt geregeld herzien met de hulp van adviesgroepen van onafhankelijke deskundigen om te zorgen dat het voortdurend relevant blijft in het licht van de veranderende behoeften en andere ontwikkelingen. Potentiële indieners van voorstellen moeten er daarom voor zorgen dat zij de recentste versie van het werkprogramma raadplegen wanneer zij een voorstel voorbereiden. Op de website van het specifiek programma is altijd de recentste versie van het werkprogramma te vinden. Het werkprogramma omvat een indicatief tijdschema of "roadmap", waarin is aangegeven welke delen van het werkprogramma door middel van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen zullen worden opengesteld en met welke termijn(en). Zo kan de aandacht worden geconcentreerd op bepaalde gebieden of deelgebieden, zodat de kansen om samenwerkingsprojecten en thematische netwerken op te zetten worden geoptimaliseerd. De Commissie zal de specifieke programma's zodanig beheren dat de verbanden tussen de programma's qua thematische inhoud op een synergistische manier worden benut. Dit kan 6

7 betekenen dat er soms gezamenlijke of gesynchroniseerde uitnodigingen tot het indienen van voorstellen vereist zijn. Waar nodig zullen dergelijke coördinatiemaatregelen in de aankondiging van de uitnodigingen tot het indienen van voorstellen en in het werkprogramma worden vermeld. Soorten activiteiten die worden ondersteund De Gemeenschap draagt financieel bij tot de OTO-activiteiten 2 die worden ondernomen in het kader van de specifieke programma's waarmee het vijfde kaderprogramma ten uitvoer wordt gelegd. De algemene regels 3 zijn als volgt: (a) Werkzaamheden voor gezamenlijke rekening Projecten voor onderzoek en technologische ontwikkeling (OTO-projecten) 4 - projecten waarmee nieuwe kennis wordt verworven om producten, procédés of diensten te ontwikkelen of te verbeteren en/of te voorzien in de behoeften van communautair beleid (financiële deelneming: 50% van de totale in aanmerking komende kosten) 5. Demonstratieprojecten 2 - projecten die bedoeld zijn om de uitvoerbaarheid van nieuwe technologieën te bewijzen en potentieel economisch voordeel bieden maar niet onmiddellijk commercialiseerbaar zijn (financiële deelneming: 35% van de totale in aanmerking komende kosten 3 ) Gecombineerde OTO- en demonstratieprojecten 2 - projecten die bovengenoemde elementen combineren (financiële deelneming: 35 tot 50% van de totale in aanmerking komende kosten) 3 Steun voor toegang tot onderzoekinfrastructuur - activiteiten die de toegang tot onderzoekinfrastructuur voor communautaire onderzoekers verbeteren. De steun bedraagt maximaal 100% van de voor de activiteit benodigde in aanmerking komende kosten Projecten voor onderzoek in samenwerkingsverband ten behoeve van het MKB 2 - projecten waardoor tenminste drie onderling onafhankelijke MKB-bedrijven uit tenminste twee lidstaten of één lidstaat en een geassocieerde staat gezamenlijk onderzoek door een derde partij kunnen laten uitvoeren (financiële deelneming: 50% van de totale in aanmerking komende project kosten) Toelagen voor de verkennende fase ten behoeve van het MKB - steun ten belope van 75% van de totale in aanmerking komende kosten 6 voor de verkennende fase van een project van maximum 12 maanden (b.v. uitvoerbaarheidsonderzoeken, validering, zoeken naar partners). (b) Opleidingsbeurzen Marie Curie-beurzen zijn ofwel beurzen waarvoor individuele onderzoekers rechtstreeks bij de Commissie een aanvraag indienen, ofwel "gast"-beurzen waarbij instellingen zich aanbieden om een aantal onderzoekers te gast te nemen (financiële deelneming: maximum 100% van de bijkomende voor de activiteit benodigde in aanmerking komende kosten) 7. (c) Netwerken voor opleiding door onderzoek en thematische netwerken Netwerken voor opleiding door onderzoek ter bevordering van opleiding door onderzoek, van met name jonge onderzoekers vóór en na hun promotie en thematische netwerken voor het 2 Zij verricht ook eigen onderzoek- en ontwikkelingsactiviteiten onder leiding van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek. 3 Overeenkomstig de beschikkingen tot vaststelling van de specifieke programma s kan niet worden afgeweken van de daarin aangegeven percentages van financiële deelneming, met uitzondering van naar behoren gemotiveerde bijzondere gevallen. 4 In afzonderlijke gevallen kunnen de percentages worden aangepast om te voldoen aan de communautaire kaderregeling inzake staatssteun voor onderzoek en ontwikkeling (PB C 45 van ) en artikel 8 van de WTO-overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen (PB L 336 van ). 5 In het bijzondere geval van juridische entiteiten die geen analytische boekhouding voeren, worden de extra in aanmerking komende kosten die het gevolg zijn van het onderzoek, voor 100% gefinancierd. 6 EG-financiering maximum euro. 7 In het geval van beurzen voor opleiding bij het bedrijfsleven komt dit in de regel in de buurt van 50% van de totale in aanmerking komende kosten. 7

8 samenbrengen van bijvoorbeeld fabrikanten, gebruikers, universiteiten en onderzoekcentra rond een bepaalde W&T-doelstelling. De steun bedraagt maximaal 100% van de benodigde in aanmerking komende kosten voor het opzetten en handhaven van dergelijke netwerken. (d) Gecoördineerde werkzaamheden Werkzaamheden ter coördinatie van OTO-projecten die reeds financiering ontvangen, bijvoorbeeld om ervaringen uit te wisselen, een kritische massa tot stand te brengen, resultaten te verspreiden, enz. (financiële bijdrage: maximaal 100% van de voor de activiteit benodigde in aanmerking komende kosten). Deze omvatten ook coördinatienetwerken tussen door de Gemeenschap gefinancierde projecten. (e) Begeleidende maatregelen Activiteiten die bijdragen tot de tenuitvoerlegging van een specifiek programma of de voorbereiding van toekomstige activiteiten van het programma. Zij beogen tevens de voorbereiding van of steun aan andere OTO-werkzaamheden onder contract (financiële deelneming: maximaal 100% van de totale in aanmerking komende kosten). Clusters 8 Een cluster is een bepaalde groep OTO-projecten. Het doel daarvan is te zorgen voor complementariteit onder projecten, de toegevoegde waarde voor Europa binnen een bepaald gebied zo groot mogelijk te maken en een kritische massa aan middelen tot stand te brengen op Europees niveau. Er is een geïntegreerde benadering van gefinancierde onderzoekgebieden en projecten nodig om complexe multidisciplinaire problemen effectief op te lossen. Clusters zijn een uiting van deze probleemoplossende benadering. In een cluster worden de projecten immers bijeengebracht omdat zij elkaar aanvullen bij het aanpakken van belangrijke doelstellingen in de context van een kernactiviteit of een generieke activiteit (soms zelfs over de grenzen van verschillende kernactiviteiten of specifieke programma's heen). Clusters moeten wetenschappelijke netwerken, beheer, coördinatie, toezicht, informatie-uitwisseling en, op vrijwillige basis, exploitatie- en verspreidingsactiviteiten optimaliseren. Zo kan een cluster een natuurlijke manier worden om, waar dit zinvol is, toegevoegde waarde voor Europa te genereren buiten de beperkte middelen van een geïsoleerd project. Alle soorten projecten kunnen binnen een cluster worden samengebracht en geïntegreerd, ook projecten die via verschillende OTO-activiteiten van de EU worden gefinancierd (kernactiviteit, generieke activiteit, infrastructuur). Tevens en als onderdeel van een algemene Europese benadering kunnen ook relevante activiteiten uit andere onderzoekkaders (met name EUREKA en COST) in aanmerking worden genomen wanneer dit de synergie kan versterken. Gelijke kansen Overeenkomstig de strategische benadering van de Commissie om gelijke kansen in alle beleidslijnen van de Unie te integreren, wordt in het vijfde kaderprogramma bijzonder rekening gehouden met de noodzaak om de deelneming van vrouwen aan onderzoek en technologische ontwikkeling te bevorderen. Vrouwen worden dan ook met aandrang verzocht aan voorstellen voor bovengenoemde OTO-activiteiten deel te nemen. 8 Clusters zijn niet van toepassing op netwerken voor opleiding door onderzoek in het kader van het programma betreffende de verhoging van het menselijk onderzoekpotentieel. 8

9 Kader 1 - Beurzen voor jonge onderzoekers uit ontwikkelingslanden Deze beurzen gelden niet voor netwerken voor opleiding door onderzoek die in het kader van het programma Menselijk potentieel worden gefinancierd. Onderstaande details worden alleen ter informatie meegedeeld. Bij het opstellen van een gezamenlijk onderzoekvoorstel 9 of een voorstel voor gecoördineerde werkzaamheden ter indiening bij een van de programma's, kan een consortium desgewenst een aanvraag indienen voor een opleidingsbeurs in het kader van internationale samenwerking. Deze beurzen worden gefinancierd uit de begroting van het specifiek programma 'Bevestiging van de internationale rol van het communautaire onderzoek' en zijn bedoeld om jonge onderzoekers uit ontwikkelingslanden, inclusief landen met een economie in opkomst en Mediterrane partnerlanden 10 de gelegenheid te bieden gedurende maximum 6 maanden te werken in een Europees onderzoekinstituut dat deelneemt aan een project uit hoofde van het 5e kaderprogramma. De beurzen worden uitsluitend toegekend voor opleidingsactiviteiten (bijvoorbeeld om de bursaal de kans te geven een nieuwe wetenschappelijke techniek te leren of voor werkzaamheden aan een bepaald experiment of een reeks experimenten waarvoor de gastinstelling over bijzondere deskundigheden beschikt en die niet in de eigen instelling van de kandidaat kunnen worden uitgevoerd). De aanvraag voor de beurs moet samen met het voorstel worden ingediend en wordt ook samen daarmee beoordeeld. Spontane, individuele beursaanvragen worden niet aanvaard. De aanvraag van een beurs zal de kans dat het voorstel in aanmerking wordt genomen verhogen noch verlagen. Alleen wanneer het gehele voorstel voor financiering wordt geselecteerd en de beursaanvraag een hoge waardering krijgt, zal de beurs worden verleend. Een slechte beursaanvraag kan worden afgewezen zonder de kans op slagen van het voorstel te schaden. Om in aanmerking te kunnen komen, moet de beursaanvrager op het tijdstip van de aanvraag ten hoogste 40 jaar oud zijn, ingezetene van één van de in aanmerking komende landen zijn, in dat land gevestigd zijn en werken, en het voornemen hebben aan het einde van de opleidingsperiode daar naartoe terug te keren. Hij/zij moet ook een goede kennis hebben van een werktaal van de gastinstelling. Aanvragen van vrouwelijke onderzoekers worden aangemoedigd. De gastinstelling moet gevestigd zijn in een lidstaat van de EU of in een met het 5e kaderprogramma geassocieerde staat 11 en moet lid zijn van het consortium dat het onderzoekproject of de gecoördineerde werkzaamheden voorstelt. In aanmerking komende beursaanvragen worden beoordeeld op grond van de kwaliteit van de wetenschappelijke en/of opleidingsdoelstellingen van de aanvraag, de potentiële waarde ervan voor de aanvrager en zijn/haar instelling en voor het project in zijn geheel, alsmede de ervaring en beroepsopleiding van de kandidaat. De opleidingsperiode van 6 maanden kan op ieder moment ingaan, tot 12 maanden na de ondertekening van het hoofdprojectcontract door de Commissie. Er wordt een vast bedrag uitgekeerd ter dekking van de kosten van één (apex) heen- en terugvlucht van de plaats van herkomst van de kandidaat naar de gastinstelling, en een dagvergoeding voor de duur van de opleidingsperiode (op basis van de tarieven voor de Marie Curie-beurzen; zie de desbetreffende brochure voor aanvragers). 9 Projecten voor onderzoek en technologische ontwikkeling, demonstratieprojecten en gecombineerde projecten. 10 Ontwikkelingslanden zijn: landen in Afrika, het Carïbische gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen), landen in Azië en Latijns-Amerika (ALA-landen) en de Mediterrane landen. 11 Voor de lijst van geassocieerde staten: zie tabel 1 in hoofdstuk 3. 9

10 Kader 2 - Het Marie Curie-beurzenstelsel Zoals hieronder wordt uiteengezet, zijn er twee soorten aanvragen voor een Marie Curie-beurs: individuele beurzen, waarbij individuele onderzoekers bij de Commissie een beurs aanvragen; en "gast"beurzen, waarbij instellingen zich bij de Commissie aanbieden om een aantal onderzoekers te gast te nemen. Individuele beurzen: Individuele Marie Curie-beurzen Beurzen voor jonge onderzoekers op postdoctoraal of gelijkwaardig niveau Marie Curie-terugkeerbeurzen Beurzen voor Marie Curie-bursalen uit een minder welvarende regio, om hen aan te moedigen om na hun aanvankelijke tweejarige postdoctorale beurs terug te keren naar een minder welvarende regio van hun land van herkomst Marie Curie-beurzen voor ervaren onderzoekers Beurzen voor ervaren onderzoekers: voor de overdracht van kennis en technologie (i) tussen industrie en universiteiten en (ii) naar minder welvarende regio s van de Europese Gemeenschap. "Gast"beurzen: Verblijven aan Marie Curie-opleidingscentra Bieden jonge onderzoekers die een doctoraatsopleiding volgen de gelegenheid om een deel van hun studies door te brengen in een internationaal erkende groep, op hun gespecialiseerd onderzoekgebied. Marie Curie-ontwikkelingsbeurzen Beurzen voor instellingen in minder welvarende regio s, die zich bezighouden met onderzoek en nieuwe onderzoekmogelijkheden willen aanboren, om hen de gelegenheid te bieden onderzoekers op postdoctoraal niveau op het vereiste onderzoekgebied te gast te nemen. Marie Curie-beurzen voor opleiding bij het bedrijfsleven Toegekend aan ondernemingen, inclusief MKB-bedrijven, voor de opleiding van jonge onderzoekers op postuniversitair en postdoctoraal niveau in een industriële of commerciële omgeving. Deze beurzen zijn met name bedoeld om jonge onderzoekers zonder eerdere industriële ervaring opleidingsmogelijkheden door onderzoek te bieden. Nadere informatie over het Marie-Curie-beurzenstelsel en aanvraagformulieren zijn te verkrijgen op de desbetreffende website (zie 10

11 Het programma Menselijk potentieel Doelstelling: Verhoging van het menselijk onderzoekpotentieel en verdieping van de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied Het programma Menselijk potentieel is bedoeld om: de volgende generatie onderzoekers de middelen te bezorgen om hun wetenschappelijke opleiding aan te vullen en te verbeteren en hun carrièrevooruitzichten te verbeteren door middel van netwerken voor opleiding door onderzoek en Marie Curie-beurzen; nieuwe kansen te bieden voor transnationale toegang tot grote onderzoekinfrastructuur die voor de gehele Gemeenschap van belang is en infrastructuurexploitanten en -gebruikers aan te zetten tot samenwerking; wetenschappelijke en technologische kwaliteit te bevorderen door middel van wetenschappelijke bijeenkomsten op hoog niveau, onderscheidingen voor voortreffelijk wetenschappelijk werk en publieksvoorlichting over wetenschap; de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied te verdiepen; dit behelst met name verdieping van de inzichten in de structurele veranderingen in Europa om aan te geven hoe verandering kan worden beheerd en Europese burgers actiever bij de vormgeving van hun eigen toekomst te betrekken; een kennisbasis tot stand te brengen door middel van een strategische analyse van beleidskwesties zoals mondialisering van het onderzoek, en indicatoren voor technologie en wetenschap te ontwikkelen aan de hand waarvan beleidsmakers gefundeerde besluiten kunnen nemen. De zwakke vertegenwoordiging van vrouwen in de wetenschap is een grote zorg voor de Europese Commissie aangezien dit een verlies betekent voor zowel de wetenschap als de Europese samenleving in haar geheel. Overeenkomstig haar algemeen beleid inzake gelijke kansen wil de Europese Commissie daarom de deelneming van vrouwen aan alle hieronder beschreven activiteiten en werkzaamheden aanmoedigen. Strategie van het programma De drie hoofdcriteria die voor het gehele vijfde kaderprogramma gelden, worden door het programma Menselijk potentieel als volgt gehanteerd: Toegevoegde waarde voor Europa: de essentie van dit programma bestaat erin de mobiliteit van de Europese wetenschappers te bevorderen door hen de kans te geven hun onderzoekactiviteiten in andere Europese landen dan hun land van oorsprong te beoefenen. De doelstellingen zijn de totstandkoming van Europese netwerken van wetenschappers bevorderen, Europa een aantrekkelijke plaats voor onderzoekers maken en het inzicht in de belangrijkste problemen waarmee de Europese samenleving wordt geconfronteerd vergemakkelijken door middel van een kernactiviteit met betrekking tot sociaal-economisch onderzoek. Sociale doelstellingen: een volledige kernactiviteit is gewijd aan deze doelstelling, die gericht is op het verbeteren van de inzichten in de structurele veranderingen in Europa. Deze kernactiviteit heeft betrekking op een aantal onderwerpen in verband met de algemene doelstellingen van het kaderprogramma en beoogt de grondslag te leggen voor een werkgelegenheid scheppende sociale, economische en culturele ontwikkeling en de opbouw van een Europese kennismaatschappij. Europees concurrentievermogen: kennis ligt ten grondslag aan concurrentievermogen. Daarom is de kwaliteit van de onderzoekers, ingenieurs en technici van Europa een cruciaal element van industrieel en economisch succes. Betere opleiding en mobiliteit, alsmede een degelijke sociaaleconomische kennis, kunnen het concurrentievermogen van Europa helpen versterken. Programmastructuur en -inhoud Het programma Menselijk potentieel is onderverdeeld in vijf activiteiten. De eerste drie activiteiten hebben als gemeenschappelijk element een 'bottom up'-benadering, waarbij wetenschappers zelf projecten kunnen voorstellen. Er kunnen voorstellen worden gedaan op alle gebieden van wetenschappelijk onderzoek die bijdragen tot de doelstellingen van de Gemeenschap inzake onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, zoals hierboven beschreven. Activiteit 4 is 11

12 een kernactiviteit die bedoeld is om de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied te verdiepen en activiteit 5 moet de ontwikkeling van het wetenschaps- en technologiebeleid in Europa bevorderen. Activiteit 1 Steun voor de opleiding en mobiliteit van onderzoekers De eerste activiteit heeft twee onderdelen: netwerken voor opleiding door onderzoek en Marie Curie-beurzen. Netwerken voor opleiding door onderzoek: dit zijn structuren waarbij iedere onderzoeker, jong of ervaren, deel uitmaakt van een internationaal onderzoekproject dat geleid wordt door een coördinator en dat door wetenschappers zelf is voorgesteld. Toegevoegde waarde wordt verkregen in de vorm van kansen voor detachering en de interactie met een groot aantal wetenschappers in verschillende landen die allemaal aan het gemeenschappelijke project werken. Marie Curie-beurzen: er zijn drie regelingen mogelijk waarbij de aanvragende onderzoeker een voorstel indient en individueel door de Commissie wordt beoordeeld, en drie regelingen waarbij gastorganisaties een aanvraag indienen bij de Commissie en de individuele bursalen door de organisatie worden beoordeeld en geselecteerd. De regeling voor individuele aanvragers is als volgt: (i) beurzen voor jonge onderzoekers, met name op postdoctoraal niveau; (ii) beurzen voor onderzoekers uit minder welvarende regio's, voor terugkeer na afloop van een postdoctorale beurs; (iii) beurzen voor ervaren onderzoekers. De regeling voor gastorganisaties bestaat uit: (i) beurzen voor industriële of commerciële bedrijven, waaronder kleine en middelgrote ondernemingen; (ii) beurzen voor onderzoekinstellingen in minder welvarende regio's; (iii) beurzen voor internationaal erkende onderzoekteams die een doctoraatsopleiding verstrekken in het kader van de Marie Curiebeurzen voor opleiding bij het bedrijfsleven. Activiteit 2 Betere toegang tot onderzoekinfrastructuur Deze activiteit is gericht op onderzoekinfrastructuur én op onderzoekers die daarvan gebruik wensen te maken. De activiteit wordt hoofdzakelijk ten uitvoer gelegd door het "kopen van tijd" bij infrastructuur, die dan verder tussen individuele onderzoekers of groepen wordt verdeeld. In het kader van deze activiteit kunnen infrastructuurexploitanten en -gebruikers ook samengaan in samenwerkingsnetwerken of OTO-projecten zodat effectiever gebruik wordt gemaakt van de onderzoekinfrastructuur en daardoor de dienst die zij aan de onderzoekgemeenschap verstrekken wordt verbeterd. Activiteit 3 Bevordering van wetenschappelijke en technologische kwaliteit De derde activiteit bestaat uit drie onderdelen: Wetenschappelijke bijeenkomsten op hoog niveau: om hoofdzakelijk jonge onderzoekers de kans te geven Euroconferenties, EuroLabCourses, EuroWorkshops, Eurozomercursussen, gewone grote conferenties, PhD-Euroconferenties en elektronische Euroconferenties (vergaderingen in cyberspace) bij te wonen. Deze activiteit geeft ook steun aan belangrijke sprekers en conferentieorganisatoren die een dergelijke gebeurtenis organiseren. Onderscheidingen voor voortreffelijk wetenschappelijk werk: de beste Europese onderzoekers krijgen publieke erkenning via een van de volgende gelegenheden: - de Descartesprijs voor opmerkelijk wetenschappelijk werk in het kader van een gezamenlijk onderzoekproject, - de Archimedesprijs voor studenten die originele wetenschappelijke concepten hebben ontwikkeld waardoor de Europese wetenschap vooruitgang boekt, - de EU-wedstrijd voor jonge onderzoekers, die bedoeld is voor de leeftijdsgroep van jaar. Voorlichting voor het publiek: gericht op publieksvoorlichting over wetenschap en de positieve effecten ervan voor de maatschappij. Een en ander wordt hoofdzakelijk verwezenlijkt door middel van netwerken; het samenbrengen van wetenschappers, wetenschappelijke-informatieverspreiders, beroepsbeoefenaars en representatieve organen; de bevordering van wetenschap door middel van een Europese week van de wetenschap; en de ontwikkeling van informatiediensten. 12

13 Activiteit 4 Kernactiviteit : Verdieping van de fundamentele kennis op sociaaleconomisch gebied De vierde activiteit is de kernactiviteit "Verdieping van de fundamentele kennis op sociaaleconomisch gebied". De algemene doelstelling van deze kernactiviteit is een beter inzicht te verwerven in de structurele veranderingen die zich in Europa voltrekken, teneinde methoden te vinden om het veranderingsproces te beheren en de Europese burgers actiever bij het vormgeven van hun eigen toekomst te betrekken. Dit vereist een analyse van de belangrijkste trends die aan de veranderingen ten grondslag liggen en van de relatie tussen technologie, werkgelegenheid en samenleving, een herbeoordeling van de mechanismen voor participatie in het collectief handelen op alle bestuurlijke niveaus, en het uitwerken van nieuwe ontwikkelingsstrategieën die groei, werkgelegenheid en economische en sociale samenhang stimuleren. Binnen dit algemene kader is voor iedere uitnodiging tot het indienen van voorstellen een aantal onderzoektaken geselecteerd. Voor nadere bijzonderheden dienen de aanvragers het werkprogramma en het beoordelingshandboek te raadplegen, die in het informatiepakket zijn opgenomen. Activiteit 5 Ondersteuning van de ontwikkeling van het wetenschaps- en technologiebeleid in Europa De vijfde activiteit is zo opgevat dat zij beleidsbepalers een stevige grondslag bezorgt waarop zij hun besluiten op het gebied van wetenschappen en technologie kunnen baseren en dat zij veranderingen in de wetenschappelijke wereld voorziet. Het deel strategische analyse van deze activiteit is gericht op deskundigen of groepen deskundigen die werkzaam zijn op gebieden zoals technologische verandering, mondialisering van onderzoek, nieuwe vormen van concurrentie, het scheppen van werkgelegenheid en sociale samenhang. Het deel dat gewijd is aan indicatoren inzake wetenschap, technologie en innovatie beoogt een gemeenschappelijke basis tot stand te brengen van relevante en vergelijkbare indicatoren die nodig zijn voor het uitstippelen, coördineren en evalueren van OTOstrategieën in Europa. Dit deel wordt hoofdzakelijk ten uitvoer gelegd door middel van begeleidende maatregelen. Synergie met andere programma s Naast de vijf hierboven beschreven activiteiten heeft dit programma ook een belangrijke coördinerende rol binnen het vijfde kaderprogramma. Dit geldt vooral voor de Marie Curie-beurzen, die door andere thematische programma's worden aangeboden maar binnen het programma Menselijk potentieel worden gecoördineerd. Voorts wordt de activiteit Betere toegang tot onderzoekinfrastructuur nauw gecoördineerd met soortgelijke activiteiten elders in het kaderprogramma. De activiteiten inzake publieksvoorlichting over wetenschap en technologie doen ruimschoots een beroep op daarmee verband houdende activiteiten in het gehele kaderprogramma. Tenslotte zal de kernactiviteit Sociaal-economisch onderzoek ook de sociaal-economische onderzoekactiviteiten van de andere thematische programma's coördineren en ondersteunen, zodat de sociaal-economische dimensie door de thematische programma's consequent in aanmerking wordt genomen. Referenties en informatiebronnen Alle uitnodigingen tot het indienen van voorstellen worden aangekondigd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en op de Internet-site: Deze Gids voor indieners van voorstellen bevat alle informatie en hulp die u nodig hebt om een voorstel voor de activiteit Netwerken voor opleiding door onderzoek in te dienen. Lees hem dan ook zorgvuldig. De aanvraagformulieren zijn bij deze Gids gevoegd en kunnen ook worden gedownload van het Internet (zie adres hierboven). Wij wensen u veel succes. 13

14 2. NETWERKEN VOOR OPLEIDING DOOR ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET PROGRAMMA MENSELIJK POTENTIEEL: BESCHRIJVING VAN DE ACTIVITEIT Motivering en doelstellingen Hoofddoel van de netwerken voor opleiding door onderzoek is onderzoek door opleiding te bevorderen, met name voor jonge onderzoekers vóór èn na hun promotie, in het kader van hoogwaardige grensoverschrijdende onderzoekprojecten in samenwerkingsverband, onder meer op nieuwe onderzoekgebieden. Naast hun belangrijkste rol, het opleiden van jonge onderzoekers, moeten netwerken voor opleiding door onderzoek ook een aanmoediging zijn voor: de interactie tussen verschillende disciplines, de combinatie van verschillende technologieën, de verspreiding van resultaten, de samenwerking tussen de academische wereld en het bedrijfsleven. Elk netwerk moet een geschikt opleidingsprogramma uitwerken voor jonge onderzoekers, gebruik makend van de internationale aard van het netwerk en desgevallend van de multidisciplinaire aard van het gezamenlijke project, de complementariteit van de teams en de banden van het netwerk met het bedrijfsleven. Alle netwerken moeten gelijke kansen bieden aan mannelijke en vrouwelijke onderzoekers. Het is de taak van ieder netwerk om door middel van een doelmatig projectbeheer de verantwoordelijkheid voor het onderzoek over de onderzoekteams te spreiden en de coördinatie te verzorgen voor een zo open en efficiënt mogelijke samenwerking en communicatie. Daarbij moet gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden van de moderne telematica en op Internet gebaseerde diensten. Verder wordt van alle netwerken verwacht dat zij hun onderzoekresultaten in de openbaar toegankelijke literatuur publiceren en dat zij zorgen voor de verspreiding van de belangrijkste resultaten door bijvoorbeeld tijdige publicatie van brochures en overzichtsartikelen. Zodra een netwerk zijn activiteiten heeft gestart, moeten, voor zover dit zinvol is, regelingen worden getroffen om een regelmatige dialoog te voeren met de industrie 12, inclusief het MKB, die de onderzoekresultaten eventueel kunnen exploiteren of een voortzetting van het onderzoek op basis van nieuwe doelstellingen kunnen financieren. Onderzoekgebieden Voor deze maatregelen komen door de onderzoekers zelf gekozen projecten in aanmerking op alle gebieden van wetenschappelijk onderzoek die een bijdrage leveren aan de doelstellingen van de Gemeenschap op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie. Bij de selectie van projecten wordt vooraf geen bepaalde doelstelling inzake wetenschappelijk discipline of onderwerp vastgesteld - de selectie gebeurt op grond van de criteria als uiteengezet in hoofdstuk 7 van deze Gids. Tenuitvoerlegging Terwijl van de deelnemers binnen een netwerk verwacht wordt dat zij hun eigen middelen gebruiken om de feitelijke onderzoekswerkzaamheden te financieren, bedraagt de communautaire financiering maximaal 100% van de bijkomende in aanmerking komende kosten die verband houden met de tijdelijke aanstelling van jonge pre- èn postdoctorale onderzoekers, die een verschillende nationaliteit hebben en uit een ander land afkomstig zijn dan het land waar een bepaald instituut is gevestigd, en met het coördineren van het gezamenlijke project waarop het 12 Of, voor zover van toepassing, in het kader van het ondernemingenbeleid van de Europese Unie ontwikkelde communautaire netwerken. 14

15 netwerk is gebaseerd. Minstens 60% van de bijdrage voor elk netwerk wordt toegerekend aan de kosten van het aanstellen van jonge onderzoekers. De in aanmerking komende kosten worden uitvoerig besproken in hoofdstuk 8 van dit document. De leeftijdsgrens voor jonge onderzoekers ligt op 35 jaar op het moment van de indienstneming ingevolge het netwerkcontract; er wordt rekening gehouden met eventuele loopbaanonderbrekingen wegens militaire of vervangende dienstplicht of de zorg voor kinderen. Uitnodiging tot het indienen van voorstellen De eerste uitnodiging tot het indienen van voorstellen, met een indicatieve begroting van 220 miljoen EURO, werd op 16 maart 1999 gepubliceerd met als afsluitingsdatum 2 juni De tweede uitnodiging tot het indienen van voorstellen, met een indicatieve begroting van 230 miljoen EURO, werd op 15 december 2000 gepubliceerd met als afsluitingsdatum 4 mei De uitnodigingen tot het indienen van voorstellen worden door de Commissie bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Roadmap Publicatie van de uitnodigi ng tot het indienen van voorstelle n Termijn voor de ontvangst van voorstellen Verwachte aanvangsdatu m van de eerste contracten Gebieden waarop de uitnodiging betrekking heeft Soort projecten waarop de uitnodiging betrekking heeft Indicatieve begroting als % van de totale voor uitnodigingen beschikbare middelen 16 maart december 2000 voorlopig 2 juni 1999 februari 2000 Alle Netwerken voor opleiding door onderzoek 4 mei 2001 februari 2002 Alle Netwerken voor opleiding door onderzoek 50% 50% 15

16 3. DEELNEMERS Inleiding In dit hoofdstuk worden de voorwaarden uiteengezet voor deelneming aan werkzaamheden binnen de activiteit Netwerken voor opleiding door onderzoek, gebaseerd op bijlage IV van het besluit betreffende het vijfde kaderprogramma 13, het besluit betreffende de regels inzake deelneming 14 en de beschikking van de Raad tot vaststelling van het programma Menselijk potentieel 15. Uit de lidstaten De activiteit Netwerken voor opleiding door onderzoek van het programma Menselijk potentieel staat open voor alle juridische entiteiten die gevestigd zijn in de lidstaten van de Europese Unie, bijvoorbeeld natuurlijke personen, industriële en commerciële bedrijven, inclusief het midden- en kleinbedrijf (MKB), universiteiten, onderzoekorganisaties, enz. Elk onderzoekteam dat aan het samenwerkingsproject meewerkt, moet onder de verantwoordelijkheid staan van de deelnemende juridische entiteit waarmee de eventuele contracten zullen worden gesloten. Uit met het programma geassocieerde staten Het programma staat ook open voor alle juridische entiteiten die gevestigd zijn in een van de andere staten die met het programma zijn geassocieerd (zie tabel 1). Voor elk van deze landen kunnen instellingen deelnemen en gefinancierd worden, met gelijke rechten en verantwoordelijkheden als deelnemers uit de EU-lidstaten, zodra de associatieovereenkomsten van kracht worden. Sluiting van de associatieovereenkomst met Malta en Zwitserland wordt verwacht ergens in Voorstellen met deelnemers uit deze landen worden in het beoordelingsproces behandeld alsof deze al zijn geassocieerd. Totdat de associatieovereenkomst met Zwitserland van kracht wordt moet in het voorstel het bewijs worden geleverd dat deelname in overeenstemming is met de belangen van de Gemeenschap. Indieners van voorstellen die deelnemers uit Zwitserland omvatten, wordt geadviseerd naar te gaan, waar alle informatie betreffende de geleidelijke inpassing van Zwitserland met het oog op volledige deelname aan het Vijfde kaderprogramma kan worden gevonden. Uit niet de tot EU behorende/geassocieerde landen en internationale organisaties Het programma staat ook open voor entiteiten uit niet tot de EU behorende/geassocieerde landen en voor internationale organisaties (zie tabel 1). De mogelijkheden vallen uiteen in twee categorieën en in alle gevallen moet de deelnemer uit het derde land/de internationale organisatie als deelnemer in het oorspronkelijk ingediende voorstel worden opgenomen. (i) Niet-geassocieerde Europese landen; mediterrane partnerlanden; landen waarmee de EU een samenwerkingsovereenkomst heeft; Internationale organisaties Deelname uit deze landen en internationale organisaties wordt aangemoedigd aangezien inschakeling in dergelijke internationale samenwerkingsactiviteiten bijdraagt aan de succesvolle tenuitvoerlegging van het programma Menselijk potentieel. Indieners van voorstellen dienen evenwel te bedenken dat deelname in principe op basis van zelffinanciering voor elk afzonderlijk project gebeurt. In alle gevallen moet worden 13 Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de EG voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie ( ). 14 Besluit 1999/65/EG van de Raad van 22 december 1998 betreffende de regels inzake de deelneming van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten, en inzake de verspreiding van de onderzoeksresultaten ter uitvoering van het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap ( ). 15 Beschikking van de Raad van 25 januari 1999 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie op het gebied van "Verhoging van het menselijk onderzoekpotentieel en verdieping van de fundamentele kennis op sociaal-economisch gebied. 16

17 aangetoond dat de deelneming in overeenstemming met de belangen van de Gemeenschap is. (ii) Alle andere landen Voor landen die niet onder bovengenoemde categorieën vallen is deelneming aan projecten onder het 5e kaderprogramma op basis van zelffinanciering mogelijk als de deelneming in overeenstemming met de belangen van de Gemeenschap is en een aanzienlijke toegevoegde waarde voor de uitvoering van het gehele specifiek programma of een gedeelte daarvan biedt. De belangen van de Gemeenschap en de aanzienlijke toegevoegde waarde moeten duidelijk in het voorstel worden aangegeven. Of een voorstel in overeenstemming met de belangen van de Gemeenschap is, wordt beoordeeld in het licht van de bijdrage tot één of meer van de volgende punten (zoals vastgesteld in de beschikking van de Raad): de eisen van ander communautair beleid ter ondersteuning waarvan de OTOwerkzaamheden worden verricht; passende stimulansen verschaffen voor het behoud en het scheppen van werkgelegenheid in de Gemeenschap; bevordering van duurzame ontwikkeling en verbetering van de kwaliteit van het bestaan in de Gemeenschap; verbetering van het internationale concurrentievermogen van de industrie van de Gemeenschap en het bestaan van samenwerkingsovereenkomsten tussen de Gemeenschap en derde landen of internationale organisaties. Aanzienlijke toegevoegde waarde kan bijvoorbeeld betrekking hebben op gevallen waarbij de deelnemer uit het derde land een algemeen erkend topspecialist is op het gebied van het voorstel of toegang heeft tot unieke hulpbronnen die van groot belang voor het project zijn maar die in Europa niet beschikbaar zijn, of waarbij de deelnemer uit het derde land het vooruitzicht biedt dat nieuwe markten voor de Europese deelnemers kunnen worden opengesteld. In uitzonderlijke gevallen kan er financiering voor een deelnemer uit een derde land tot maximaal PLOMRHQ door het programma worden verstrekt als dit essentieel is om de doelstellingen van het project te kunnen verwezenlijken, m.a.w. als de bijdrage van de deelnemer op geen andere manier kan worden verstrekt en het project zonder die deelnemer niet kan worden uitgevoerd. Wat internationale organisaties betreft is communautaire financiering in uitzonderlijke gevallen en in belangrijker mate mogelijk als deze essentieel is voor het bereiken van de doelstellingen van het project. Voor verdere details hierover en betreffende de vraag welke landen in welke categorieën vallen, zie tabel 1 en voor bijgewerkte informatie, zie box 4 op Uit hoeveel deelnemers bestaat een netwerk? Als vuistregel geldt dat een netwerk voor opleiding door onderzoek moet bestaan uit ten minste vijf onderling onafhankelijke 16 juridische entiteiten die gevestigd zijn in ten minste drie lidstaten van de Gemeenschap of geassocieerde staten. Ten minste één van deze juridische entiteiten moet in een lidstaat van de Gemeenschap zijn gevestigd. 16 Een organisatie wordt als niet onafhankelijk beschouwd wanneer zij: onder dezelfde directe of indirecte controle van een andere organisatie staat, of de directe of indirecte controle over een andere organisatie uitoefent, of onder de directe of indirecte controle van een andere organisatie staat. Controle: Bedrijf A controleert bedrijf B indien: A direct of indirect meer dan 50% van het aandelenkapitaal van B bezit, of A direct of indirect meer dan 50% van de stemrechten van B bezit, of A direct of indirect de beslissingsmacht heeft binnen B. 17

18 Kleinere netwerken die op opkomende of nieuwe gebieden van wetenschap en technologie actief zijn, kunnen in afzonderlijke gevallen voor financiële steun in aanmerking komen en in dat geval moeten ten minste twee netwerken onderling onafhankelijke juridische entiteiten zijn die in twee verschillende lidstaten of in één lidstaat en één geassocieerde staat zijn gevestigd. Er zij op gewezen dat in alle gevallen: deelneming door gemeenschappelijke centra voor onderzoek gelijkstaat aan deelneming door een lidstaat; deelneming van derde landen en internationale organisaties samen met het minimumaantal juridische entiteiten uit de Gemeenschap en/of geassocieerde staten moet plaatsvinden. 18

19 Tabel 1 Deelneming van juridische entiteiten van buiten de EU aan het 5de kaderprogramma 1 GEASSOCIEERDE STATEN Kunnen deelnemen MET COMMUNAUTAIRE FINANCIERING DERDE STATEN 6 Kunnen deelnemen ZONDER COMMUNAUTAIRE FINANCIERING (bij uitzondering met financiering van de Gemeenschap wanneer de financiering toereikend gemotiveerd is als essentieel voor het bereiken van de doelstellingen van het project) KANDIDATEN VOOR HET EU- LIDMAATSCHAP EVA-EER ANDERE ANDERE EUROPESE LANDEN EUROPESE NOS MEDITERRAAN PARTNERSCHAP LANDEN MET EEN SAMENWERKINGS- OVEREENKOMST BULGARIJE, REPUBLIEK CYPRUS, TSJECHISCHE REPUBLIEK, ESTLAND, HONGARIJE, LETLAND, LITOUWEN, POLEN, ROEMENIË, SLOVAKIJE, SLOVENIË : van kracht. MALTA 3 : een overeenkomst zal naar verwachting in werking treden in 2001 Wat TURKIJE betreft zie voetnoot 4 IJSLAND, LIECHTENSTEIN, NOORWEGEN: van kracht. ISRAËL : van kracht. ZWITSERLAND 2 : inwerkingtreding naar verwachting in ALBANIË, BOSNIË-HERZEGOVINA, VOORMALIGE JOEGOSLAVISCHE REPUBLIEK MACEDONIË, ZWITSERLAND 2 MALTA 3 en TURKIJE 4 worden ook opgevoerd onder Mediterraan partnerschap. MICROSTATEN EN GEBIEDSDELEN IN EUROPA 5 ARMENIË, AZERBEIDZJAN, WIT-RUSLAND, GEORGIË, MOLDAVIË, RUSLAND, OEKRAÏNE. ALGERIJE, EGYPTE, JORDANIË, LIBANON, MALTA 3, MAROKKO, PALESTIJNSE AUTORITEIT, SYRIË, TUNESIË, TURKIJE 4. Alle bovengenoemde landen kunnen per project deelnemen overeenkomstig de belangen van de Gemeenschap en op basis van zelffinanciering. AUSTRALIË, CANADA, CHINA, RUSLAND, ZUID-AFRIKA, VS : van kracht. ARGENTINIË: sluiting aan de gang BRAZILIË: onderhandelingen aan de gang Bovengenoemde landen kunnen deelnemen op basis van zelffinanciering op de onder de samenwerkingsovereenkomst vallende gebieden zodra deze van kracht is (tot dan kan Rusland als Europese NOS deelnemen). Kunnen per project deelnemen overeenkomstig de belangen van de Gemeenschap en op basis van zelffinanciering, maar alleen als deze ANDERE LANDEN deelneming ook aanzienlijke toegevoegde waarde voor het uitvoeren van de specifieke programma s in hun geheel of een deel daarvan biedt, overeenkomstig de doelstellingen van het programma. INTERNATIONALE Kunnen per project deelnemen overeenkomstig de belangen van de ORGANISATIES 7 Gemeenschap en op basis van zelffinanciering. Deelname uit derde staten en internationale organisaties moet plaatsvinden samen met het minimumaantal juridische entiteiten uit de Gemeenschap en de geassocieerde staten. 1 Voor het specifiek programma Bevestiging van de internationale rol van het communautaire onderzoek (behalve wat geassocieerde staten betreft) en het EURATOM-kaderprogramma gelden andere regels. 2 Deze associatieovereenkomst zal naar verwachting ergens in 2001 in werking treden, maar geen financiële implicaties hebben vóór Na associatie heeft deze status voorrang boven alle andere en valt Zwitserland niet meer onder "ANDERE EUROPESE LANDEN". Voor meer informatie over Zwitserse deelname zie 3 In afwachting van de effectieve inwerkingtreding van de overeenkomst worden voorstellen met Maltese partners bij de beoordeling behandeld alsof Malta al geassocieerd is (toelating, aspecten in verband met de beoordeling van beheer en middelen, bijdrage tot communautair beleid, enz.). Na associatie heeft deze status voorrang boven alle andere en valt Malta niet meer onder "ANDERE EUROPESE LANDEN" of "MEDITERRAAN PARTNERSCHAP". Voor de recentste informatie gelieve box 4 te raadplegen op 19

20 4 Turkse onderzoeksentiteiten vallen bij deelname aan de activiteiten van KP5 onder ANDERE EUROPESE LANDEN. Zij worden ook opgevoerd onder "MEDITERRAAN PARTNERSCHAP". Voor de recentste informatie: box 4 op 5 Andorra, Monaco, San Marino, Vaticaanstad (de Heilige Stoel), de Faeröer-eilanden (DK), de Kanaaleilanden (GB), het Eiland Man (GB), de Svalbard en Jan Mayen-eilanden (NO). 6 Wanneer een land met het 5e KP wordt geassocieerd, heeft deze status voorrang boven alle andere. 7 Communautaire financiering kan ook worden verleend als men gebruik wil maken van de faciliteiten van een internationale organisatie die in een derde land zijn gevestigd, wanneer dit gebruik essentieel is voor het bereiken van de doelstellingen van het project. 20

Leden van de organisaties voor de bevordering van energietechnologieën (FEMOPET)

Leden van de organisaties voor de bevordering van energietechnologieën (FEMOPET) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C298 van 30/09/97 Leden van de organisaties voor de bevordering van energietechnologieën (FEMOPET) Oproep tot het indienen van voorstellen voor de

Nadere informatie

(1999/C 361/05) Identificatiecode uitnodiging: Growth 2000

(1999/C 361/05) Identificatiecode uitnodiging: Growth 2000 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 361 van 15/12/99 Uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor OTO-werkzaamheden onder contract in het kader van het specifiek programma voor

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD Brussel, 17.5.2010 COM(2010)233 definitief 2010/0125 (NLE) betreffende de sluiting van een protocol bij de Euro-mediterrane overeenkomst

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.12.2012 COM(2012) 682 final 2012/0321 (NLE) C7-0421/12 Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 723/2009 van de Raad betreffende een

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97 Uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor OTO-werkzaamheden (geavanceerde opleidingscursussen) in het kader van het specifieke

Nadere informatie

(Deel B: Energie-Sleutelacties 5 en 6) (1999/C 77/13)

(Deel B: Energie-Sleutelacties 5 en 6) (1999/C 77/13) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 77 van 20/03/99 Eerste uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor OTO-werkzaamheden in het kader van het specifiek programma voor onderzoek,

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.05.2001 COM(2001) 289 definitief MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD Strategie ter voorbereiding van de kandidaat-lidstaten

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 13 (1957) Nr. 18 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 40 A. TITEL 1) Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 B. TEKST De Franse

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/287/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/287/EU) 17.5.2014 L 147/79 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 10 maart 2014 tot vaststelling van de criteria voor de oprichting en evaluatie van Europese referentienetwerken en de leden daarvan en voor de

Nadere informatie

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen CREATIEF EUROPA (2014-2020) Subprogramma Cultuur Oproep tot het indienen van voorstellen EACEA 47/2014 : Europese platforms Uitvoering van de regelingen van het subprogramma Cultuur: projecten voor Europese

Nadere informatie

BEOORDELINGSPROCEDURES VOOR HET PROGRAMMA ENERGIE, MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING DEELPROGRAMMA MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING

BEOORDELINGSPROCEDURES VOOR HET PROGRAMMA ENERGIE, MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING DEELPROGRAMMA MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING BEOORDELINGSPROCEDURES VOOR HET PROGRAMMA ENERGIE, MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING DEELPROGRAMMA MILIEU EN DUURZAME ONTWIKKELING 1. De beoordelingsprocedure. 1.1 Preregistratie. De voorstellen worden niet

Nadere informatie

DE ARCHIMEDESPRIJS. Gids en Deelnemingsformulier

DE ARCHIMEDESPRIJS. Gids en Deelnemingsformulier DE ARCHIMEDESPRIJS Gids en Deelnemingsformulier Identificatiecode voor de uitnodiging: IHP-ARP- 00-1 Uiterste termijn voor inschrijvingen: 31 juli 2001 Uitgave december 2000 Inhoud INLEIDING II. DEELNEMING

Nadere informatie

Klaartje Bult Creative Europe Desk NL Europadag 17 december 2013, Pakhuis de Zwijger

Klaartje Bult Creative Europe Desk NL Europadag 17 december 2013, Pakhuis de Zwijger Klaartje Bult Creative Europe Desk NL Europadag 17 december 2013, Pakhuis de Zwijger CREATIVE EUROPE 2014-2020 KANSEN, RESULTATEN AANBEVELINGEN Creative Europe 2014-2020 Wat betekent het voor de Europese

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) 12470/05 LIMITE PUBLIC JEUN 47 EDUC 134 SOC 355 NOTA van aan: het voorzitterschap de Groep jeugdzaken Nr. vorig doc.: 11409/05

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.3.2014 C(2014) 1410 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 11.3.2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement

Nadere informatie

ERASMUS+ STRATEGISCHE SAMENWERKING TUSSEN SCHOLEN SCHOOL EXCHANGE PARTNERSHIPS

ERASMUS+ STRATEGISCHE SAMENWERKING TUSSEN SCHOLEN SCHOOL EXCHANGE PARTNERSHIPS INFO OPROEP 2019 ERASMUS STRATEGISCHE SAMENWERKING TUSSEN SCHOLEN VOOR WIE? De School Exchange Partnerships (KA229) of samenwerking voor enkel scholen binnen Erasmus bestaat enkel voor scholen uit het

Nadere informatie

DE EUROPESE GEMEENSCHAP (hierna "de Gemeenschap" te noemen) enerzijds, en

DE EUROPESE GEMEENSCHAP (hierna de Gemeenschap te noemen) enerzijds, en bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 284 van 22/10/98 OVEREENKOMST inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Verenigde

Nadere informatie

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 23.11.2015 COM(2015) 575 final 2006/0036 (CNS) Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de sluiting van de Multilaterale Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap

Nadere informatie

#BeActive Reglement ondersteuning clubs in het kader van Europese uitwisseling

#BeActive Reglement ondersteuning clubs in het kader van Europese uitwisseling #BeActive Reglement ondersteuning clubs in het kader van Europese uitwisseling Artikel 1: Situering De Europese Week van de Sport is een initiatief van de Europese Commissie om sport en lichaamsbeweging

Nadere informatie

ANNEX BIJLAGE. bij. voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

ANNEX BIJLAGE. bij. voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.2.2018 COM(2018) 74 final ANNEX BIJLAGE bij voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.1.2017 COM(2017) 17 final 2017/0011 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT ONTWERPADVIES. Commissie buitenlandse zaken VOORLOPIGE VERSIE 2004/0152(COD) van de Commissie buitenlandse zaken

EUROPEES PARLEMENT ONTWERPADVIES. Commissie buitenlandse zaken VOORLOPIGE VERSIE 2004/0152(COD) van de Commissie buitenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2004 ««««««««««««Commissie buitenlandse zaken 2009 VOORLOPIGE VERSIE 2004/0152(COD) 27.5.2005 ONTWERPADVIES van de Commissie buitenlandse zaken aan de Commissie cultuur en onderwijs

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.10.2017 COM(2017) 582 final 2017/0253 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland Kinderen moeten

Nadere informatie

CREATIVE EUROPE ( )

CREATIVE EUROPE ( ) CREATIVE EUROPE (2014-2020) SUBPROGRAMMA MEDIA OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EACEA/17/2016: STEUN VOOR MARKTTOEGANG LET OP: Deze oproep tot het indienen van voorstellen is afhankelijk van: de

Nadere informatie

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 330 van 19/11/99

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 330 van 19/11/99 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 330 van 19/11/99 COMMISSIE Uitnodiging tot het indienen van indirecte voorstellen voor OTO-werkzaamheden in het kader van het specifiek programma

Nadere informatie

Nieuwe regels voor Europese ondernemingsraden. Inzicht in Richtlijn 2009/38/EG

Nieuwe regels voor Europese ondernemingsraden. Inzicht in Richtlijn 2009/38/EG Nieuwe regels voor Europese ondernemingsraden Inzicht in Richtlijn 2009/38/EG Wat zijn de taken van Europese ondernemingsraden? Europese ondernemingsraden (EOR s) zijn organen die de Europese werknemers

Nadere informatie

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen:

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen: CREATIEF EUROPA (2014-2020) Subprogramma Cultuur Oproep tot het indienen van voorstellen: Oproep tot het indienen van voorstellen EACEA/34/2018: Steun voor Europese samenwerkingsprojecten 2019 LET OP:

Nadere informatie

1.1 De bijdragen van de deelnemers kunnen op de website van de Commissie worden gepubliceerd

1.1 De bijdragen van de deelnemers kunnen op de website van de Commissie worden gepubliceerd Openbare raadpleging voor de tussentijdse evaluatie van het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en kleine en middelgrote ondernemingen (Cosme) (2014-2020) 1 Over u * 1.1 De bijdragen

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 23.6.2017 L 162/3 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1110 VAN DE COMMISSIE van 22 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de standaardformulieren, templates en procedures

Nadere informatie

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen

CREATIEF EUROPA ( ) Subprogramma Cultuur. Oproep tot het indienen van voorstellen CREATIEF EUROPA (2014-2020) Subprogramma Cultuur Oproep tot het indienen van voorstellen EACEA 32/2014 : Projecten voor Europese samenwerking Uitvoering van de regelingen van het subprogramma Cultuur:

Nadere informatie

Services & activiteiten

Services & activiteiten Services & activiteiten Informatie en advies Europese subsidies, artists residencies en mobiliteit, focuslanden Verzamelen van data, publicaties, onderzoek (oa Buitengaats) Organisatie Bijeenkomsten (voorlichting,

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE. van [...]

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE. van [...] NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, C(2007) WORDT NIET GEPUBLICEERD Ontwerp BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van [...] tot goedkeuring van het operationeel programma voor bijstand van

Nadere informatie

MARIE CURIE-INTERNATIONAAL UITWISSELINGSPROGRAMMA VOOR ONDERZOEKSPERSONEEL Meerdere begunstigden

MARIE CURIE-INTERNATIONAAL UITWISSELINGSPROGRAMMA VOOR ONDERZOEKSPERSONEEL Meerdere begunstigden BIJLAGE III BIJZONDERE BEPALINGEN MARIE CURIE-INTERNATIONAAL UITWISSELINGSPROGRAMMA VOOR ONDERZOEKSPERSONEEL Meerdere begunstigden III. 1 Definities Naast de definities in artikel II.1 zijn de volgende

Nadere informatie

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.9.2018 COM(2018) 651 final ANNEX BIJLAGE bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de werking van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT WERKDOCUMENT. Commissie cultuur en onderwijs 7.3.2008

EUROPEES PARLEMENT WERKDOCUMENT. Commissie cultuur en onderwijs 7.3.2008 EUROPEES PARLEMENT 2004 Commissie cultuur en onderwijs 2009 7.3.2008 WERKDOCUMENT inzake het voorstel voor het besluit van het Europees Parlement en de Raad tot invoering van een actieprogramma ter verhoging

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2019 COM(2019) 245 final 2019/0120 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 10.7.2017 JOIN(2017) 24 final 2017/0157 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0036 (NLE) 6321/18 VOORSTEL van: ingekomen: 19 februari 2018 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: RECH 49 MED 3 AGRI

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2016 COM(2016) 703 final 2016/0346 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.7.2017 COM(2017) 357 final 2017/0148 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij Luxemburg en Roemenië worden gemachtigd om, in het belang van de Europese Unie, de

Nadere informatie

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019 Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen Deze oproep tot het indienen van voorstellen past in de uitvoering van het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

Steunmaatregelen van de staten / Nederland Steunmaatregel N 246/2005 houdende wijziging van N 222/2004 Unieke Kansen Regeling en demonstratieprojecten

Steunmaatregelen van de staten / Nederland Steunmaatregel N 246/2005 houdende wijziging van N 222/2004 Unieke Kansen Regeling en demonstratieprojecten EUROPESE COMMISSIE Brussel, 01-07-2005 C (2005) 2457 Betreft: Steunmaatregelen van de staten / Nederland Steunmaatregel N 246/2005 houdende wijziging van N 222/2004 Unieke Kansen Regeling en demonstratieprojecten

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 276/22 26.10.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1945 VAN DE COMMISSIE van 19 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot kennisgevingen door en aan vergunningaanvragende

Nadere informatie

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN OVERZICHT

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN OVERZICHT DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN OVERZICHT Niet-lidstaat van de Raad van Europa (Wit-Rusland) LIDSTATEN HOOFDZETEL EN VESTIGINGEN BEGROTING Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, België,

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 20 juni 2017 (OR. en) 2016/0186 (COD) PE-CONS 25/17 CULT 69 AELE 49 EEE 27 CODEC 867 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN

Nadere informatie

Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR

Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR De Argentijnse Republiek, de Federatieve Republiek Brazilië, de Republiek Paraguay, de Republiek ten oosten van de Uruguay, de

Nadere informatie

***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT Europees Parlement 2014-2019 Geconsolideerd wetgevingsdocument 13.6.2017 EP-PE_TC1-COD(2016)0186 ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT in eerste lezing vastgesteld op 13 juni 2017 met het oog op de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juni 2008 (12.06) (OR. en) 10616/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0095 (COD) COEST 125 COMAG 16 PESC 778 RELEX 441 FIN 225 DEVGEN 108 MED 36 VOORSTEL van: de Europese

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 3 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.2.2016 COM(2016) 69 final 2016/0041 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van het protocol bij de

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 juni 2003 (06.06) (OR. en) 8642/03 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2002/0303 (COD) EDUC 79 CODEC 518 OC 348

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 juni 2003 (06.06) (OR. en) 8642/03 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2002/0303 (COD) EDUC 79 CODEC 518 OC 348 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 juni 2003 (06.06) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2002/0303 (COD) 8642/03 ADD 1 EDUC 79 CODEC 518 OC 348 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Voorstel voor

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 129,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 129, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 155 van 22/06/99 BESLUIT Nr. 1295/1999/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 29 april 1999 tot vaststelling van een communautair actieprogramma

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.1.2018 COM(2018) 5 final 2017/0361 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Malta wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 27 oktober 2004 (OR. en) 2003/0245 (COD) LEX 583 PE-CONS 3673/1/04 REV 1 ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 VERORDENING (EG) Nr..../2004 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.6.2011 COM(2011) 366 definitief MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT Verlenging van de regeling tussen de Europese Commissie en het Office of

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 21 februari 2017 (OR. en) 11831/01 DCL 1 RECH 109 NIS 66 DERUBRICERING van document: 11831/01 RESTREINT d.d.: 13 september 2001 nieuwe status: Betreft: Publiek Aanneming

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.2.2017 COM(2017) 61 final 2017/0018 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Estland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen

Nadere informatie

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 20 november 2015 14129/15 SOC 668 EMPL 438 ECOFIN 853 POLGEN 166 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e

Nadere informatie

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO) Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van (art. 26 OESO) 9/06/2009 I. Nieuwe overeenkomsten die een bepaling bevatten die voorziet in de uitwisseling van bankinlichtingen Brunei 30/04/09 Nieuwe Overeenkomst.

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.11.2017 COM(2017) 659 final 2017/0296 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2010 COM(2010)331 definitief 2010/0179 (CNS) C7-0173/10 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.10.2016 COM(2016) 665 final 2016/0326 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Beschikking 2009/790/EG waarbij Polen wordt gemachtigd een

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.10.2016 COM(2016) 672 final 2016/0328 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS) AVIATION 150 RELEX 649 MA 7 VOORSTEL van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0346 (NLE) 14116/16 COEST 289 WTO 316 VOORSTEL van: ingekomen: 31 oktober 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR De procedures in de verschillende lidstaten SAMENVATTING In de preambule van het Verdrag betreffende de Europese Unie luidt het dat één van de doelstellingen

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE DE GELIJKTIJDIGE UITBREIDING VAN DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE ECONOMISCHE

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE 29.11.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 314/41 AANBEVELINGEN AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 22 november 2011 betreffende de procedure voor de erkenning van opleidingcentra en examinatoren voor

Nadere informatie

Maatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers

Maatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers Maatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers Velden met een zijn verplicht. Persoonlijke gegevens In welk land bent u gevestigd? België Bulgarije

Nadere informatie

VERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1

VERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1 VERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST EU/US/IS/NO/nl 1 Ten eerste, DE VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA (hierna "de Verenigde Staten" genoemd), HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK,

Nadere informatie

TRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1

TRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1 TRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST EU/US/IS/NO/nl 1 Ten eerste, DE VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA (hierna "de Verenigde Staten" genoemd), HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.4.2014 C(2014) 2737 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 29.4.2014 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die door visumaanvragers moeten worden overgelegd

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 18 november 2003

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.10.2016 COM(2016) 694 final 2016/0343 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de sluiting, namens de Europese Unie, van een overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT GENERAAL GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK Directoraat B - Resources Resource Management Geel

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT GENERAAL GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK Directoraat B - Resources Resource Management Geel EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT GENERAAL GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK Directoraat B - Resources Resource Management Geel Datum, 20/08/2015 JRC.B.8/GS/SV/ARES(2015) Betreft: Raamovereenkomst

Nadere informatie

CREATIEF EUROPA ( ) SUBPROGRAMMA MEDIA OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN. EACEA 26/2016: Online bevorderen van Europese werken

CREATIEF EUROPA ( ) SUBPROGRAMMA MEDIA OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN. EACEA 26/2016: Online bevorderen van Europese werken CREATIEF EUROPA (01-00) SUBPROGRAMMA MEDIA OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EACEA 6/016: Online bevorderen van Europese werken 1. DOELSTELLINGEN EN BESCHRIJVING Deze aankondiging van een oproep

Nadere informatie

DE HELSINKI GROEP voor vrouwen en wetenschap

DE HELSINKI GROEP voor vrouwen en wetenschap DE HELSINKI GROEP voor vrouwen en wetenschap NATIONAAL BELEID INZAKE VROUWEN EN WETENSCHAP IN EUROPA * SAMENVATTING * 2 Er is toenemende bezorgdheid op het niveau van de Europese Unie (EU) over de kwestie

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 17.6.2017 L 155/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/1018 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot aanvulling van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.11.2014 COM(2014) 714 final 2014/0338 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van politiële

Nadere informatie

*** ONTWERPAANBEVELING

*** ONTWERPAANBEVELING EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 22.1.2014 2013/0358(E) *** ONTWERPAANBEVELING over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/908/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/908/EU) 16.12.2014 L 359/155 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 12 december 2014 betreffende de gelijkwaardigheid van de toezicht- en reguleringsvereisten van bepaalde derde landen en grondgebieden ten behoeve

Nadere informatie

Europees Spoorwegbureau. Valenciennes, Frankrijk ERA/2012/SAF/CALLHF/01

Europees Spoorwegbureau. Valenciennes, Frankrijk ERA/2012/SAF/CALLHF/01 Europees Spoorwegbureau Valenciennes, Frankrijk Oproep tot het indienen van aanvragen voor opname op een lijst van deskundigen op het gebied van menselijk gedrag die het nationaal onderzoeksorgaan in sommige

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.6.2016 COM(2016) 400 final 2016/0186 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Besluit nr. 445/2014/EU tot vaststelling van

Nadere informatie

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN SAMENVATTING

DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN SAMENVATTING DE RAAD VAN EUROPA HOEDER VAN DE MENSENRECHTEN SAMENVATTING LIDSTATEN Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, België, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk,

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 8 februari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0018 (NLE) 6080/17 FISC 37 VOORSTEL van: ingekomen: 7 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.5.2018 COM(2018) 249 final 2018/0117 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

MARIE CURIE-MEDEFINANCIERING VAN REGIONALE, NATIONALE EN INTERNATIONALE PROGRAMMA'S

MARIE CURIE-MEDEFINANCIERING VAN REGIONALE, NATIONALE EN INTERNATIONALE PROGRAMMA'S BIJLAGE III BIJZONDERE BEPALINGEN MARIE CURIE-MEDEFINANCIERING VAN REGIONALE, NATIONALE EN INTERNATIONALE PROGRAMMA'S III. 1 Definities Naast de definities in artikel II.1 zijn de volgende definities van

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 8 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0047 (NLE) 7098/17 VOORSTEL van: ingekomen: 3 maart 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: AELE 28 EEE 7 N 9 ISL 4 FL

Nadere informatie

Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot Voorstel voor een besluit (COM(2016)0400 C8-0223/ /0186(COD))

Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot Voorstel voor een besluit (COM(2016)0400 C8-0223/ /0186(COD)) 7.6.2017 A8-0061/ 001-018 AMENDEMENTEN 001-018 ingediend door de Commissie cultuur en onderwijs Verslag Santiago Fisas Ayxelà Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot 2033 A8-0061/2017

Nadere informatie

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma 1. Uittreksel uit het 2 Zeeën Operationeel Programma, Prioriteit 4 : Gemeenschappelijke Prioriteit met het

Nadere informatie

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S16/2017. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S16/2017. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S16/2017 Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen Deze oproep tot het indienen van voorstellen past in de uitvoering van het

Nadere informatie

C 126 E/354 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 28.5.2002

C 126 E/354 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 28.5.2002 C 126 E/354 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 28.5.2002 Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toekenning van communautaire financiële bijstand om

Nadere informatie

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND,

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND, AANVULLENDE OVEREENKOMST TUSSEN TEN EERSTE, DE EUROPESE UNIE EN HAAR LIDSTATEN, TEN TWEEDE, IJSLAND, EN TEN DERDE, HET KONINKRIJK NOORWEGEN, BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE OVEREENKOMST INZAKE LUCHTVERVOER

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.6.2012 COM(2012) 255 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot verlening van een machtiging om onderhandelingen te openen over aanpassing van de volgende overeenkomsten

Nadere informatie

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.9.2016 COM(2016) 552 final 2011/0103 (NLE) Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst inzake Noorwegen;

Nadere informatie