1 Doel 3. 2 Doelgroep 3. 3 Toepassingsgebied 3. 5 Referenties 3. 7 Werkwijze Ingangsdatum 5

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1 Doel 3. 2 Doelgroep 3. 3 Toepassingsgebied 3. 5 Referenties 3. 7 Werkwijze 4. 10 Ingangsdatum 5"

Transcriptie

1

2 Titel UPI 021 Veiligheidscriteria voor alleenwerkers Nummer Datum 15 juli 2005 Inhoud Pagina 1 Doel 3 2 Doelgroep 3 3 Toepassingsgebied 3 4 Definities/Afkortingen 3 5 Referenties 3 6 Verantwoordelijkheden/ Bevoegdheden 3 7 Werkwijze 4 8 Afwijkingen/Aanvullingen 5 9 Formulieren/Hulpmiddelen 5 10 Ingangsdatum 5 11 Bijlage: Beslissingsmatrix Alleen werken 6

3 Bladnummer 3 1 Doel Bereiken dat bepaald is of werkzaamheden op een verantwoorde wijze alleen kunnen worden uitgevoerd en welke beschermende maatregelen daarbij getroffen moeten worden. 2 Doelgroep Alle medewerkers en medewerkers van derden die werkzaamheden verrichten op een locatie van Essent Productie. 3 Toepassingsgebied De instructie is van toepassing voor alle productielocaties van Essent Productie. 4 Definities/Afkortingen Alleenwerker Een persoon die arbeid verricht zonder dat er in de onmiddellijke nabijheid een tweede persoon lijfelijk aanwezig is, die zonodig hulp kan bieden. 5 Referenties o Arbeidsomstandigheden wet Artikel 5 o Arbocatalogus Productiebedrijven o Arbo-Informatiebladen o RI&E Essent BU Productie 6 Verantwoordelijkheden/ Bevoegdheden De supervisor neemt de beslissing of er alleen gewerkt mag worden en is daarvoor verantwoordelijk. De supervisor dient ervoor te zorgen dat: o de juiste veiligheidsmaatregelen worden genomen o de juiste beschermingsmiddelen worden verstrekt o de veiligheidsinstructies worden gegeven o met regelmaat toezicht wordt uitgeoefend De alleenwerker is verplicht: o deel te nemen aan de veiligheidsinstructies o de veiligheidsinstructies op te volgen o de verstrekte veiligheidsmiddelen te gebruiken o onveilige situaties te melden aan de supervisor

4 Bladnummer 4 o zich te melden bij de vergunningverlener voor aanvang en na beëindiging van de werkzaamheden Waarschuwen Alleenwerkers zullen bij calamiteiten altijd gewaarschuwd moeten worden door de supervisor of vergunningsverlener. 7 Werkwijze Een alleenwerker loopt, over het algemeen, dezelfde arbeidsrisico's als een werknemer die dezelfde werkzaamheden uitvoert in het bijzijn van meerdere personen. Echter voor de alleenwerker liggen extra risico s in het feit dat deze in een hulpbehoevende situatie kan komen en zelf niet in staat is om hulp van anderen in te roepen. Werkzaamheden welke volgens regelgeving niet alleen uitgevoerd mogen worden zijn: o werken in besloten ruimten; o werkzaamheden aan of in de directe nabijheid van ongeïsoleerde actieve delen van laagspanningsinstallaties (boven 50V AC en 120V gelijkspanning bij accumulatoren); o werkzaamheden aan of in de directe nabijheid van hoogspanningsinstallaties (boven 1000V). Naast bovengenoemde regelgeving kunnen ook persoonlijke omstandigheden een reden zijn om alleen werken niet toe te staan. Voor het bepalen van de extra beschermende maatregelen die moeten worden geboden aan personen die alleen werken, wordt gebruik gemaakt van de beslissingsmatrix Alleen werken (zie bijlage). Daarbij zijn twee factoren die bij de oorzaak van een incident een rol spelen (aard van het werk en de werkomgeving) in vier niveaus onderverdeeld. A. Aard van het werk 1 geen incidenten ten gevolge van de arbeidssituatie; 2 de gevolgen van incidenten zullen niet van ernstige aard zijn; 3 gevolgen van een incident kunnen zodanige gevolgen hebben dat de alleenwerker hulp nodig heeft; 4 incidenten kunnen zodanige gevolgen hebben dat acute hulp nodig is ter voorkoming van gezondheidsschade.

5 Bladnummer 5 B. Werkomgeving 1 de kans dat de werkomgeving aanleiding geeft tot een incident is nihil; 2 de werkomgeving is zodanig dat na een incident hulp van buitenaf kan worden ingeroepen; 3 de werkomgeving is zodanig dat na een incident zonder hulp een gevaarlijke situatie ontstaat; 4 de werkomgeving is zodanig dat na een incident een levensbedreigende situatie ontstaat. Het hoogste niveau van "aard van het werk" of "werkomgeving" prevaleert. Als voorbeeld: werkzaamheden bij A(werkomgeving) = 3 en bij B(aard van het werk) = 1, geeft als uitkomst dat dus maatregelen behorende bij niveau 3 getroffen moeten worden. Veiligheidsmaatregelen per niveau Niveau 1: Er zijn geen extra maatregelennodig, omdat er een minimale kans op incidenten bestaat. Niveau 2: Communicatiemiddelen zijn voldoende, zoals bv. (mobile) telefoon, intercom of portofoon. Niveau 3: Hierbij moet door anderen worden opgemerkt dat de alleenwerker hulp behoeft. Dit kan bijvoorbeeld d.m.v. een alleenwerkersbeveiligingssysteem of door iemand die op gezette tijden overleg met de medewerker voert b.v. elk half uur. Niveau 4: Hierbij is alleen werken niet toegestaan. Let op: Een tweede persoon mag niet gelijktijdig aan hetzelfde gevaar zijn blootgesteld als de eerste. De tweede persoon moet in staat zijn op de juiste manier in te grijpen en dient daartoe te zijn geïnstrueerd. Lees ook de voorwaarden zoals deze zijn opgenomen in de TRA en vergunning. 8 Afwijkingen/Aanvullingen n.v.t. 9 Formulieren/Hulpmiddelen N.v.t. 10 Ingangsdatum 1 oktober 2005

6 Bladnummer 6 11 Bijlage: Beslissingsmatrix Alleen werken Aard van het werk o.a. Werkomgeving o.a. Niveau administratief werk kantoor visuele controle Werkplaats 1 handmatig montagewerk Magazijnen schoonmaakwerk, b.v. kantoren, etc. kleine machinale montage omgeving met struikel gevaar bij (open)spanning < 50 V trappen en ladders 2 mechanisch goederentransport laboratorium werkzaamheden algemeen onderhoudswerk elektrische bedrijfsruimten procesinstallaties hoogwerkers gevaarlijke werktuigen daken gevaarlijke stoffen opslag gevaarlijke stoffen 3 machinale verspaning werken op hoogte lichte hijswerkzaamheden licht industrieel schoonmaakwerk Wachtwerkzaamheden procesinstallatie (eenmansbezetting) ongeïsoleerde actieve delen > 50 V AC of > 110 V DC werken aan installaties die niet proces veilig zijn gesteld, productdruk- en spanningsvrij. industrieel schoonmaakwerk brandgevaarlijke werkzaamheden gebruik onafhankelijke adembescherming besloten ruimten keteldaken 4 kelders hoogspanningsinstallaties explosiegevaarlijke ruimten NB. Bovenstaande niveau-indeling moet met beleid geïnterpreteerd worden. De niveau-indeling kan afwijkend zijn van bovenstaande indeling als door toepassing van adequate beveiligingen het risico tot een lager niveau is teruggebracht. Bij twijfel over de interpretatie, raadpleeg altijd een veiligheidskundige.