TRAININGWIJZER. Deze trainingwijzer is een onderdeel van je sportdossier. Bewaar hem bij je dossier! Bewegen/Bewegen en regelen

Transcriptie

1 TRAININGWIJZER Deze trainingwijzer is een onderdeel van je sportdossier. Bewaar hem bij je dossier! Naam: Klas: Vak: L.O.1 Domein: Bewegen/Bewegen en regelen Studiepunten: 5 Eindtermen: 10,16 t/m 19 Activiteit: Doel: Handbal 1. Beter leren spelen 2. Uitvoeren van verschillende rollen en taken Lestijd: Evaluatie: 4 weken lang 100 minuten Inzet Regeltaken Vorderingenkaart

2 De belangrijkste regels HET SPEELVELD In de meeste zalen zijn de lijnen van handbal zwart xxx CONTACT! xxx

3 LOPEN Je mag 3 passen met de bal lopen, dan 1 keer stuiten, dan met 1 of beide handen de bal vangen en daarna mag je nog eens 3 passen lopen, dan afspelen. STUITEN (TIPPEN) Je mag de bal stilstaand of lopend met 1 hand stuiten (tippen). Je mag van hand wisselen. Als je hebt getipt en je pakt de bal vast, mag je niet weer gaan tippen. (2 keer of second-dribbel) BALCONTACT Niet langer dan 3 seconden Dus: vangen lopen afspelen binnen 3 sec.

4 NIET UIT DE HAND: Slaan Duwen Trekken van de hand tikken mag wel TERUGSPELEN NAAR DE KEEPER terugspelen naar de eigen keeper mag niet. de keeper mag buiten de cirkel komen en meespelen. als de keeper de bal heeft mag hij de cirkel niet passeren. BOTSING als 2 bewegende spelers botsen, krijgt de balbezitter een vrije worp als een speler tegen een stilstaande tegenstander botst krijgt de laatste een vrij worp

5 IN HET DOELGEBIED (cirkel) KOMEN aanvallers en verdedigers mogen niet in de cirkel komen bij overtreding: tegenstander krijgt een vrije worp als een verdediger opzettelijk in het doelgebied komt om af te weren: 7-METER WORP afzetten buiten de lijn, gooien en daarna landen in het doelgebied mag. HOEKWORP-CORNER De bal gaat over de achterlijn en wordt het laatst aangeraakt door een verdediger: HOEKWORP De keeper kan geen hoekworp veroorzaken.

6 VRIJE WORP De vrije worp wordt genomen op de plek van overtreding. De tegenstander moet op minstens 3 meter afstand gaan staan. Als een verdediger een overtreding maakt tussen de cirkel en de vrije worp(stippel)lijn, wordt de vrije worp genomen op de vrije worplijn. De verdedigers mogen zich aan de cirkel opstellen. LESWIJZER LES 1 Opdracht 1 MODULE HANDBAL Maak 4 teams die ongeveer even sterk zijn van 7 OF 8 personen. Elk team wijst 1 aanvoerder aan Schrijf hieronder jouw team op: Naam speler 1 Aanvoerder:

7 Opdracht 2 Warming-up Voordat je met de warming-up begint, zorgt de aanvoerder ervoor dat alle ballen in het rek liggen Elke speler bedenkt 2 oefeningen om warm te lopen en voert die met het team uit Elke speler bedenkt 2 stretchoefeningen en voert die met het team uit Opdracht 3 Inspelen Techniek van lopen, passen en doelen 3 tegen 2 op 1 doel 4 tegen 3 op 1 doel Opdracht 4 Speel een competitie met 4 partijen. Verdeel de resterende tijd De partij die aan de kant zit levert: een scheidsrechter een teller 2 coaches Elke coach mag 1 keer per wedstrijd een time-out aanvragen. In de time-out geeft de coach het team aanwijzingen om beter te spelen. Verder geeft de coach aanwijzingen vanaf de zijlijn. Voordat je gaat spelen zorgt de aanvoerder dat alle ballen opgeruimd zijn. Pas als de teams klaar staan deelt de scheidsrechter de linten uit en gooit de bal op. Opdracht 5 De volgende les wordt per team de warming-up verzorgd door twee teamleden. Je maakt hierover een afspraak voor het eind van de les. De warming-up moet op papier worden voorbereid.

8 LESWIJZER LES 2 en 3 Opdracht 1 Elk team begint na het klaarzetten van het materiaal met de voorbereide warming-up. Daarna ga je inspelen (bijvoorbeeld passen en doelen) Opdracht 2 Elk team voert de voorbereide teamtraining uit. Opdracht 3 Speel een competitie met 4 partijen. Verdeel de resterende tijd De partij die aan de kant zit levert: een scheidsrechter een teller 2 coaches Elke coach mag 1 keer per wedstrijd een time-out aanvragen. In de time-out geeft de coach het team aanwijzingen om beter te spelen. Verder geeft de coach aanwijzingen vanaf de zijlijn. Voordat je gaat spelen zorgt de aanvoerder dat alle ballen opgeruimd zijn. Pas als de teams klaar staan deelt de scheidsrechter de linten uit en gooit de bal op.

9 LESWIJZER LES 4 Deze les spelen we na de warming-up de hele les een competitie. De competitie wordt voorbereid door 2 leerlingen. De partij die aan de kant zit levert: een scheidsrechter een teller 2 coaches Elke coach mag 1 keer per wedstrijd een time-out aanvragen. In de time-out geeft de coach het team aanwijzingen om beter te spelen. Verder geeft de coach aanwijzingen vanaf de zijlijn. Voordat je gaat spelen zorgt de aanvoerder dat alle ballen opgeruimd zijn. Pas als de teams klaar staan deelt de scheidsrechter de linten uit en gooit de bal op.

10 Evaluatieformulier Naam: Klas: techniek Strekworp Loopregel Sprongworp Valworp Zijwaartse pass Schijnbeweging Break en sprongworp tactiek Cirkelverdediging Cirkelaanval gedaan geoefend beheerst ROLLEN gedaann Scheidsrechter Observeren Coach Trainer De module is o/v/g afgesloten.

11 Naam scheidsrechter: Datum: KIJKWIJZER SCHEIDSRECHTER De scheidsrechter: 1 Deelt de lintjes niet uit Deelt de lintjes uit 2 Heeft de bal niet voor het begin Heeft de bal voor het begin 3 Loopt niet mee met bal Loopt mee met bal 4 Fluit niet als het nodig is Fluit als het nodig is 5 Heeft geen aandacht voor spel Heeft aandacht bij spel 6 Geeft de overtreding niet aan Geeft de overtreding aan 7 Wijst partij niet aan Wijst partij aan die de bal krijgt 8 Wijst niet de plek aan Wijst plek van spelhervatting aan 9 Gaat in discussie Gaat niet in discussie 10 Kent te weinig regels Kent de belangrijkste regels Niveau scheidsrechter (omcirkelen) 1. Kent de spelregels niet voldoende. Ziet overtredingen niet. Durft niet te fluiten. 2. Kent de spelregels. Ziet niet alle overtredingen. Laat zich soms afleiden door publiek of spelers. Geeft meestal wel aan welke partij de bal krijgt en waar. Staat nog veel stil. 3. Fluit voor de belangrijkste overtredingen. Geeft aan welke partij de bal waar krijgt. Laat zich soms nog afleiden door spelers of publiek. Loopt mee met de bal. 4. Fluit voor alle overtredingen. Houdt overzicht over het spel. Loopt mee met de bal. Is kort en duidelijk. Gaat niet in discussie. Gebruikt de juiste scheidsrechterstekens.

12 Sport: Coachformulier Naam: Klas: Wat zie je? verbetertips