Word de beste. versie van jezelf. Verpleegkunde Vroedkunde

Transcriptie

1 Word de beste versie van jezelf Verpleegkunde Vroedkunde Infobrochure Gezondheidszorg

2 Inhoud Bachelor in de Verpleegkunde 6 Begeleiding op je KHLim-tocht 8 Eerste en tweede opleidingsfase verpleegkunde 10 Keuzetraject: Geriatrische Verpleegkunde 12 Keuzetraject: Kinderverpleegkunde 13 Keuzetraject: Psychiatrische Verpleegkunde 14 Keuzetraject: Sociale Verpleegkunde 15 Keuzetraject: Ziekenhuisverpleegkunde 16 Bachelor in de Vroedkunde 18 Vroedkunde: de opleiding 20 Prodessionele Bachelor Vroedkunde: Opleidingsprogramma 24 Werkterrein van de Vroedvrouw 28 Andere opleidingen in het departement gezondheidszorg 30 Wat na je bachelordiploma? 32 Hoe word ik de beste versie van mezelf? 34 HBO Verpleegkunde Genk, KHLim en Ziekenhuis Oost-Limburg bouwen samen aan de Limburgse Zorgacademie (LiZa)

3 Departement Gezondheidszorg: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde Professionele Bachelor in de Vroedkunde OUDE LUIKERBAAN 79, 3500 HASSELT T: F: E: Word zorgverlener! Ik herinner mij nog levendig het moment dat ik besloot om verpleegkunde te gaan studeren. De confrontatie met de opleiding, maar vooral de stages in ziekenhuizen, thuisverpleging, psychiatrische settings en woonzorgcentra waren voor mij elke dag de trigger om te voelen dat ik de juiste keuze had gemaakt. Als verpleegkundige kan je mensen nabij zijn die door ziekte niet in staat zijn voor zichzelf te zorgen. Je kan hen boven die ziekte uittillen. Door je professionele aanpak maak jij het verschil. Ik geloof daarom nog steeds dat verpleegkunde het mooiste beroep is dat ik kon kiezen. Ik zou er vandaag gewoon opnieuw voor gaan. Vroedvrouw is een opleiding waarbij inzicht en omgaan met de kwetsbaarheid van het (ongeboren) leven en de zorg voor moeder en kind van groot belang zijn om professioneel te handelen. Vroedvrouwen zijn van onschatbare waarde voor de hele periode van zwangerschap en bevalling. In de zorgverlening als verpleegkundige of vroedvrouw je steentje bijdragen, vraagt een degelijke basisopleiding. Wij geloven dat een bachelor in de verpleegkunde of in de vroedkunde onmisbaar is in het huidige complexe zorglandschap. Je kan doorgroeien tot een master in de verpleegkunde of de vroedkunde. Deze beide opleidingen worden vanuit de KHLim, samen met de Associatie K.U.Leuven, aangeboden en georganiseerd. Onze opleidingen staan in Vlaanderen borg voor kwaliteit en dragen bij tot algehele persoonsvorming. Samen met een super team van docenten willen wij jullie helpen om de beste versie van die verpleegkundige of vroedvrouw te worden. Je staat vandaag voor de ongelofelijke keuze: het is een keuze die een stuk je verdere leven richting zal geven. In deze brochure kan je lezen hoe wij te werk gaan. Maar kom zeker en vast ook naar één van onze infodagen of naar onze unieke KHLim-aleven-mee-dag op woensdagnamiddag 30 april We wensen we je alvast alle succes toe bij je studiekeuze! Luc Van Gorp, verpleegkundige, departementshoofd Gezondheidszorg

4

5

6 Bachelor in de Verpleegkunde Bachelor in de verpleegkunde is een polyvalente, beroepsgerichte opleiding die je voorbereidt op een boeiende job in de gezondheidszorg. Doorheen drie opleidingsfasen ontwikkel je de competenties die je nodig hebt om straks als beginnende beroepsbeoefenaar de verschillende rollen van een verpleegkundige te vervullen. Elke opleidingsfase is opgebouwd uit een aantal les- en stageblokken. Lesblokken De eerste opleidingsfase bestaat uit drie lesblokken. De tweede en derde opleidingsfasen tellen 2 lesblokken. Na elk blok vindt een evaluatie (examen) plaats. De lesblokken zijn thematisch en volgens vier leerlijnen opgebouwd. Elke leerlijn omvat een aantal opleidingsonderdelen waaraan studiepunten worden gekoppeld. Voor elk opleidingsonderdeel beschik je als student over studiemateriaal dat bestaat uit een studietraject met zelfstudie-opdrachten en handboeken en/of cursussen. Stageblokken Vanaf de eerste opleidingsfase zet je werkelijk de stap in het werkterrein van een verpleegkundige. Je ervaart aan den lijve de veelzijdigheid en de verantwoordelijkheid van de job. Oriëntatie in de verpleegkundige praktijk biedt je via casuïstiek, vaardigheidstrainingen in het skillslab, simulatieoefeningen, levensechte praktijksituaties, stage de mogelijkheid om de competenties van de eerste opleidingsfase daadwerkelijk te verwerven. De theorie wordt toegepast in de praktijk. Tijdens de tweede opleidingsfase willen we je als student een ruimer beeld geven van verschillende doelgroepen. Je doorloopt een stagetraject in verschillende zorginstellingen zoals bijvoorbeeld thuisgezondheidszorg, geestelijke gezondheidszorg, ziekenhuis, woonzorgcentrum en revalidatiecentrum. In de derde opleidingsfase heb je de kans stage te lopen in een specifiek domein binnen de zorgsector zoals bijvoorbeeld intensieve zorgen, sociale dienst, hartbewaking, acute psychiatrische opname,...

7 De cultuurschokken vliegen je om de oren, je gaat anders denken over bepaalde dingen in het leven, en dat is misschien wel eens goed. uit Mzungu, magazine gemaakt n.a.v. de inleefreis 2010 Meer dan luisteren alleen In de opleiding verpleegkunde wordt het opdrachtgestuurd onderwijs (OGO) als onderwijsvorm gehanteerd. In deze vorm van begeleide zelfstudie sta je als student centraal in je leerproces. Tijdens de hoorcolleges krijg je uitleg over een deel van de leerstof en vooral over de manier waarop je de leerstof moet aanpakken. De docent wekt je belangstelling. Als voorbereiding op de werkcolleges, verwerk je zelfstandig of in groep deze leerstof aan de hand van nauwkeurige richtlijnen: de zelfstudieopdrachten. In de werkcolleges, in kleine groep, neem je met je docent de problemen van de zelfstudieopdrachten door. Je verwerkt de leerstof aan de hand van o.a. vragen, toepassingen en bespreking van de opdrachten. Voor het welslagen van deze werkcolleges is het belangrijk dat je je grondig voorbereidt. Voor de verpleegkundige en relationele vaardigheden zijn er ook practica. De trainingen vinden plaats in speciaal ontwikkelde skillslabs, die een ziekenhuisomgeving nabootsen. Deze practica kunnen doorgaan onder leiding van een docent, de docent-afhankelijke practica (DAP). Daarnaast wordt er verwacht dat je deze vaardigheden inoefent met collegastudenten tijdens de docent-onafhankelijke practica (DOP). Voor de inoefening van de relationele vaardigheden wordt er bovendien beroep gedaan op simulatiepatiënten. Reeds vanaf de eerste opleidingsfase maak je kennis met het werkveld via een stage. Op basis van je eigen concrete ervaring en van je participatie aan de dagelijkse realiteit, leer je het beroep kennen en ontdek je je eigen functioneren als verpleegkundige. Grenzen verleggen In de 3de opleidingsfase kan je ook stage lopen in het buitenland. Studenten gezondheidszorg verkennen nieuwe horizonten in Zuid-Afrika, Portugal, Zweden, Noorwegen, Turkije, Tanzania, Sinds een aantal jaren krijgen studenten ook de kans om een 14-daagse inleefreis te maken naar Tanzania in hun afstudeerjaar. Ook wie thuisblijft wordt ondergedompeld in de zorg in andere culturen. Wist je Dat je in de eerste opleidingsfase 3 maal examen hebt om de examenleerstof te spreiden en zo de slaagkansen te verhogen? Er is een eerste maal examen na de herfstvakantie, een tweede maal in de loop van januari-februari, een derde maal in de loop van juni. Dat je tijdens de eerste opleidingsfase gemiddeld 20u per week les hebt? Zo hou je voldoende tijd vrij voor het voorbereiden van je zelfstudieopdrachten. 7Bachelor in de Verpleegkunde

8 Begeleiding op je KHLim-tocht Vanaf de dag van je inschrijving willen we je graag begeleiden op je KHLimtocht om de beste versie van jezelf te worden: Bij de inschrijving kan je aangeven dat je bij een andere student in de klasgroep wenst te zitten om carpooling mogelijk te maken. Je kan met al je vragen en problemen terecht bij je studietrajectbegeleider. Deze begeleider krijg je toegewezen vanaf de eerste opleidingsfase en is je aanspreekpunt gedurende je volledige opleiding. Hoe studeren? Hoe zelfstudieopdrachten voorbereiden? Hoe examens voorbereiden en afleggen? Hoe het studeren plannen? Hiervoor stellen wij graag een studiebegeleider aan die jou hierin wegwijs kan maken. Voor bepaalde thema s, o.a. studievaardigheden, biologie, verpleegkundig rekenen, worden monitoraten aangeboden. Heb je problemen van financiële of psycho-sociale aard? De sociale dienst en de psycho-sociale dienst van de KHLim beschikken over ervaren medewerkers om hulp te bieden voor je probleem. Wil je op de campus je tijd efficiënt doorbrengen, dan kan je in de mediatheek terecht. Je kan er boeken en tijdschriften raadplegen, alleen of samen met je studiegenoten opdrachten voorbereiden, verslagen maken op PC, je KHLim-mail nakijken, Tenslotte is elke individuele docent er voor jou. Daarnaast luisteren we ook graag naar jouw opmerkingen en voorstellen: Als student heb je inspraak via verschillende raden. Misschien heb je zelf wel zin om als vertegenwoordiger in één van die raden te zetelen? Het zal in ieder geval goed staan op je cv. Studenten hebben in de opleiding ook inspraak in onderwijsgebonden materies. Drie keer per jaar is er een studentenoverleg waarin positieve en negatieve elementen worden besproken. In de mate van het mogelijke houdt de opleiding hiermee rekening.

9 9Begeleiding op je KHLim-tocht

10 Eerste en tweede opleidingsfase Verpleegkunde EERSTE OPLEIDINGSFASE VERPLEEGKUNDE LEERLIJN: INTEGRATIE Casuïstiek en basics 1 Oriëntatie in de verpleegkundige praktijk LEERLIJN: PERSOONSONTWIKKELING Persoonlijk ontwikkelingsplan LEERLIJN: VAARDIGHEDEN Relationele verpleegkundige vaardigheden Technische verpleegkundige vaardigheden 1.1 en 1.2 Technische verpleegkundige vaardigheden 1.3 LEERLIJN: CONCEPTEN Verpleegkunde 1.1 Verpleegkunde 1.2 Verpleegkunde 1.3 Evidence based nursing 1 Biomedische wetenschappen 1.1 en 1.2: anatomie Biomedische wetenschappen 1.1 en 1.2: biologie Biomedische wetenschappen 1.3: anatomie Biomedische wetenschappen 1.3: biologie Biologie Voeding Humane wetenschappen 1.1 en 1.2 psychologie Humane wetenschappen 1.3 recht Humane wetenschappen 1.3 filosofie, ethiek en levensbeschouwing Via casuïstiek, vaardigheidstrainingen in het skillslab, simulatieoefeningen, levensechte praktijksituaties, stage leer je de inhouden van de diverse opleidingsonderdelen integreren. In de theorie van verpleegkunde ligt de focus op het verwerven van wat verpleegkunde is. Het is belangrijk dat een verpleegkundige handelt vanuit een bepaalde visie op verplegen. Tevens is een introductie voorzien op wetenschappelijk onderzoek. In biologie bestudeer je de bouw van de cel, de genetica, de opbouw van de verschillende weefsels, bloed en immuniteit, microbiologie en de invloed van milieu op de gezondheid van de mens. Via de lessen van anatomie krijg je inzicht in de bouw en de werking van het gezonde lichaam. De nadruk wordt gelegd op het bestuderen van anatomische preparaten. Voor de toekomstige hulpverlener is het zinvol om een basiskennis van psychologie te bezitten. In recht komen, naast burgerlijk en staatsrecht, de rechten en plichten van een verpleegkundige aan bod. In het opleidingsonderdeel filosofie, ethiek en levensbeschouwing maak je kennis met filosofie, sociologie, antropologie en seksuologie. De opleiding werkt momenteel aan een wijziging van het opleidingsprogramma. De tabel is onder voorbehoud.

11 TWEEDE OPLEIDINGSFASE VERPLEEGKUNDE LEERLIJN: INTEGRATIE Casuïstiek 2 en basics 2 Stage thuiszorg Stage geestelijke gezondheidszorg Stage basissetting 2 LEERLIJN: PERSOONSONTWIKKELING Persoonlijk ontwikkelingsplan (STB) LEERLIJN: VAARDIGHEDEN Relationele verpleegkundige vaardigheden: gespreksvaardigheden Relationele verpleegkundige vaardigheden: vergadervaardigheden Technische verpleegkundige vaardigheden 2.1 Technische verpleegkundige vaardigheden 2.2 LEERLIJN: CONCEPTEN Verpleegkunde 2.1 Verpleegkunde 2.2 Evidence based nursing 2 Biomedische wetenschappen 2.1 Biomedische wetenschappen 2.2 Humane wetenschappen 2.1 Humane wetenschappen 2.2 Als student maak je naast een stage in een algemeen ziekenhuis, kennis met de geestelijke gezondheidszorg en de thuiszorg. Steunend op de bouw van het gezonde lichaam, worden de voornaamste ziektebeelden van de diverse stelsels besproken in pathologie. Naast een verdere uitdieping van de psychologie, is er een kennismaking met de structuur en de organisatie van de gezondheids- en welzijnszorg in Vlaanderen. Eerste en tweede opleidingsfase Verpleegkunde 11

12 Derde opleidingsfase Verpleegkunde Keuzetraject: Geriatrische Verpleegkunde Het uitgangspunt van het keuzetraject geriatrie is: kwaliteit van leven en het welbevinden van de bejaarde persoon. Respect voor de totale persoon van de bejaarde loopt als een rode draad doorheen het keuzetraject. Je leert op een systematische wijze deskundig omgaan met het geheel van zorgbehoeften van de bejaarde persoon zowel tijdens zijn verblijf in het ziekenhuis, op de RVTafdeling, in het rusthuis of in zijn thuismilieu. Dit zijn niet alleen lichamelijke, maar ook psychologische, sociale en existentiële zorgbehoeften. Je leert familieleden en mantelzorgers betrekken bij de professionele hulpverlening. Je leert met veel takt, geduld en goede sociale vaardigheden hoe bij te dragen tot zingeving tijdens de laatste levensfase. Steunend op theoretische kennis en ingeoefende vaardigheden leer je tijdens de stages bij bejaarden problemen opvangen met betrekking tot falende gezondheid, blijvende handicap of nakend afscheid. Vanuit een professionele grondhouding draag je binnen het keuzetraject geriatrische verpleegkunde bij tot verdere optimalisering van de zorg voor ouderen. WERKTERREIN Geriatrische afdelingen in een algemeen ziekenhuis, referentieverpleegkundige op verpleeg afdelingen in een algemeen ziekenhuis, geriatrische afdelingen in een psychiatrisch ziekenhuis, rust- en verzorgingstehuizen, thuisverpleging, woonzorgcentra, dagziekenhuis. Mijn interesse in het keuzetraject Geriatrie is gegroeid tijdens de stages. Stilaan zag ik dat ouderen meer nood hebben aan verpleging op fysiek, psychisch, sociaal en emotioneel vlak. Dat maakt het net zo boeiend. Voor hen kan je nog net dat ietsje meer betekenen. Vorig jaar heb ik nog een postgraduaat Ouderenzorg gevolgd. Nu drie jaar na het einde van mijn opleiding, werk ik nog steeds op een subacute geriatrie. En ik ben niet van plan om naar een niet-geriatrische afdeling over te schakelen! Carolien

13 Keuzetraject: Kinderverpleegkunde De zorg voor kinderen strekt zich uit van heel kleine pasgeborenen tot adolescenten. Iedere leeftijdsgroep vraagt een eigen benaderingswijze maar ook aangepaste verpleegkundige vaardigheden. Als kinderverpleegkundige ben je bezig met individuen in ontwikkeling die afhankelijk zijn van ouders en zorgverleners. Overleg binnen een multidisciplinair team is noodzakelijk. Het primaire aandachtsgebied is: de zorg voor het kind, rekening houdend met de opvoeding van het kind en de verpleegproblemen ten gevolge van ontwikkelingsstoornissen, ziekte en behandeling; een signalerende functie in verband met gezondheidsverstoring en behandeling. Deze problemen zijn vaak complex en hebben onder meer somatische, psychische, sociale en existentiële aspecten. Ze zijn soms tijdelijk van aard of steeds terugkerend in een vast of variabel patroon. De theoretische basis van de kinderverpleegkundige wordt enerzijds gevormd door in de praktijk ontwikkelde kennis en inzichten, anderzijds door resultaten van verplegingswetenschappelijk onderzoek en kennis ontleend aan diverse wetenschappen, zoals onder andere de medische wetenschap en de pedagogische wetenschap. De kinderverpleegkundige ontwikkelt een zelfstandig oordeel aangaande het gebruik van theorieën en is alert tussen denken (theorie) en handelen (praktijk). WERKTERREIN De kinderafdelingen van een algemeen ziekenhuis, neonatologieafdelingen, kinder ziekenhuizen, medisch pedagogische voorzieningen, intensieve zorgen kinderen en spoedgevallen, thuisverpleging, kinderdagverblijf. Verder kan de kinderverpleegkundige eveneens op andere afdelingen binnen het ziekenhuis worden tewerkgesteld. Je kan je na de basisopleiding nog verder bekwamen, o.a. via de bachelor na bachelor in de pediatrische gezondheidszorg. Keuzetraject: Geriatrische Verpleegkunde & Kinderverpleegkunde 13

14 Keuzetraject: Psychiatrische Verpleegkunde De psychiatrisch verpleegkundige staat naast de patiënt en biedt een laagdrempelige hier-en-nu opvang, zorgverlening en therapeutische begeleiding, gericht op de integrale persoon. Vanuit een breedteperspectief is er in het verpleegkundig handelen aandacht voor: Observatie en nauwkeurig vastleggen van mogelijkheden en beperkingen van de patiënt zowel op lichamelijk, psychologisch, sociaal en existentieel vlak, om bij te dragen tot het stellen van een diagnose en het opbouwen van een behandeling. Het aangaan van een interpersoonlijke relatie met een persoon en zijn omgeving om, dankzij een dichte nabijheid en betrokkenheid, bij te dragen tot het optimaliseren van zijn welzijn en hem te begeleiden in de manier waarop hij op zijn disfunctioneren reageert, er betekenis aan geeft en ermee omgaat. De psychiatrisch verpleegkundige staat als een soort omnipracticus in voor de primaire zorg en begeleiding. WERKTERREIN Psychiatrische ziekenhuizen, extra-murale diensten, dagcentra van psychiatrische problematiek, centra voor geestelijke gezondheid, psychiatrische afdelingen in algemeen ziekenhuis, kinderpsychiatrische diensten, observatie- en oriëntatiecentra, psychiatrische thuiszorg. In de groep wisselen we meningen en visies uit over een bepaalde casus. Zo krijg je een veel bredere kijk op patiënten, hun familie en hun problematiek. Dit is een mooie voorbereiding op het werkveld, waarin je moet samenwerken in een gemengd team van therapeuten, psychologen, psychiaters, sociale dienst, Psychiatrische verpleegkunde is een uitdagende opleiding waarbij persoonlijke groei zeker op de voorgrond staat. Uiteraard leer je in je job nog iedere dag bij en geen enkele dag is dezelfde. Dat maakt psychiatrische verpleegkunde net zo boeiend! Kim Limerkens

15 Keuzetraject: Sociale Verpleegkunde Een sociaal verpleegkundige concentreert zich naast de lichamelijke aspecten vooral op de psychische en sociale factoren die de gezondheid beïnvloeden. De sociaal verpleegkundige is op de hoogte van deze waaier van beïnvloedingsfactoren en geeft hierover zowel aan individuen als aan groepen van mensen informatie. Door preventief medisch onderzoek en ruime bevraging van de leefcontext van de cliënt tracht de sociaal verpleegkundige, eventueel samen met een arts en andere gezondheidswerkers, storingen in de gezondheid vroegtijdig op te sporen en een verdere negatieve evolutie te voorkomen. Je wordt binnen het keuzetraject sociale verpleegkunde tevens opgeleid in de psychosociale begeleiding van cliënten en hun omgeving. De organisatie en afhandeling van allerlei administratie met betrekking tot de noden van cliënten maakt een belangrijk deel uit van de opdracht. Preventie, begeleiding en administratie gaan hand in hand. De sociaal verpleegkundige werkt individueel of in teamverband. Je kan je na de basisopleiding nog verder bekwamen in het medico-sociaal werk o.a. via de bachelor na bachelor in de sociale gezondheidszorg. WERKTERREIN Kind en Gezin, CLB, interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, sociale diensten van ziekenhuizen, psychiatrische centra, medisch pedagogische instituten, woonzorgcentra en andere instellingen die intramurale zorg bieden. Ook de diensten die extramurale zorg bieden zoals sociale diensten van het OCMW, de thuiszorgdiensten, centra geestelijke gezondheidszorg, revalidatiecentra, Iedereen kent de ziekenhuisverpleegkunde. Sociale verpleegkunde is verschillend: het leunt wat aan bij maatschappelijk assistent. Maar je kan natuurlijk nog verpleegkundige handelingen uitvoeren. Je hebt dus heel veel verschillende mogelijkheden. Dit maakt het zo boeiend. Sander Symons, derdejaarsstudent Keuzetraject: Psychiatrische Verpleegkunde & Sociale Verpleegkunde 15

16 Keuzetraject: Ziekenhuisverpleegkunde De opleiding tot ziekenhuisverpleegkundige speelt in op de evolutie in de gezondheidssector en de vernieuwde visies in de verpleegkunde. Om een optimale en steeds complexere zorgverlening te kunnen bieden en te participeren in een multidisciplinair team, worden aan ziekenhuisverpleegkundigen steeds hogere kwalitatieve en kwantitatieve eisen gesteld. Als verpleegkundige kom je in contact met personen van alle leeftijdscategorieën, in de totaliteit van hun zijn en in de meest uiteenlopende situaties. Een hoge graad van verantwoordelijkheid, stiptheid, nauwkeurigheid en mensenkennis gecombineerd met praktische vaardigheden, zijn vereist. Je moet kunnen omgaan met spanningsvelden, je ontwikkelt probleemoplossende vaardigheden en past basisprincipes flexibel toe. WERKTERREIN Door de evolutie in de gezondheidssector en de vernieuwde visies in de verpleegkunde, evolueert het werkterrein van de ziekenhuisverpleegkundige aan de ene kant naar uitdieping van de basisverpleegkunde en, aan de andere kant, omwille van de ontwikkeling van de medische technologie en het complexer worden van de pathologie, naar gespecialiseerde en meer technische vormen van zorg, zowel intra- als extramuraal. De ziekenhuisverpleegkundige is tewerkgesteld op alle afdelingen in het algemeen ziekenhuis, de thuisverpleging, de bejaarden- en gehandicaptensector. Bovendien is het keuzetraject ziekenhuisverpleegkunde de ideale basis voor het aanvatten van een banaba opleiding of een permanente vorming die het mogelijk maakt te kunnen functioneren op een gespecialiseerde of hoogtechnologische afdeling zoals Intensieve Zorgen, Spoedgevallen, Operatiekwartier, Medische Beeldvorming, Ik heb lang getwijfeld welk keuzetraject ik zou kiezen. In mijn geval heeft de stage op een oncologische dienst mijn ogen geopend. De zorg die ik hier kon leveren naar mensen in een moeilijke fase in hun leven was voor mij onbeschrijfbaar. Het ziekenhuis is een actieve setting die voor mij heel aangenaam en levendig is om in te werken. Samenwerken met collega s, artsen, psychologen, de sociale dienst, en vele andere disciplines die allemaal klaarstaan voor mensen, creëert een hele fijne sfeer. Het brede gamma dat het keuzetraject ziekenhuis te bieden had was voor mij vanaf het eerste moment zeer interessant en duidelijk. Kurt

17 17

18 Bachelor in de Vroedkunde Vroedkunde: Vroedvrouw zijn De opleiding bachelor in de vroedkunde neemt de verantwoordelijkheid om competente en geëngageerde vroedvrouwen op te leiden. Dit impliceert dat deze vroedvrouwen in staat zijn om als professioneel deskundige, op autonome en verantwoordelijke wijze de zorgvraag van de cliënt te beantwoorden. De vroedvrouw dient een centrale rol op te nemen binnen het multidisciplinaire team dat de zorgvrager begeleidt. In concreto betekent dit dat zij diegene dient te zijn die oog heeft voor alle aspecten van de verloskundige zorg, deze zorg coördineert en dat zij desgevallend verwijst. De vroedvrouw werkt multi-disciplinair samen op micro-, meso- en macroniveau waarbij professionaliteit, kwaliteit en continuïteit van de verloskundige zorg centraal staan. De vroedvrouw heeft medische bevoegdheden in het fysiologisch verloskundig proces. Zij zal er bijgevolg mede op toezien dat de medische technologie harmonieus en in evenwicht met de fysiologie benut worden. De vroedvrouw is drager van de wettelijke bevoegdheid om op eigen verantwoordelijkheid de normale zwangerschap te begeleiden, normale bevallingen te verrichten en de zorg voor de gezonde moeder en pasgeborene op zich te nemen.in de pathologische verloskunde, de neonatologie, de gynaecologie en de reproductieve geneeskunde heeft zij verpleegkundige bevoegdheden en werkt zij in opdracht en assistentie van de bevoegde arts. De vroedvrouw respecteert elke mens, ongeacht maatschappelijke status, ras, cultuur of levensvisie. Met het dragen van de titel van vroedvrouw vervul je een aantal rollen die elkaar aanvullen. In de beroepsuitoefening als vroedvrouw zijn de rol van persoon, coach, zorgverlener, professional en teamlid geïntegreerd. Je kan deze rollen slechts op een kwaliteitsvolle wijze blijven uitoefenen mits het opnemen van de verantwoordelijkheid de eigendes. VROEDVROUW ZIJN Vroedvrouw zijn wordt vaak omschreven als een aangenaam beroep. Je mag de vrouw en haar partner begeleiden gedurende een normale zwangerschap, baring en in de postnatale periode. Maar het is ook veeleisend: je moet durven beslissingen nemen, autonoom kunnen werken, stressbestendig en boven alles geduldig zijn. Verder moet je de wijsheid bezitten om op een gepaste manier met de intense gevoelens van het ouderpaar om te gaan. Bovendien moet je bereid zijn om ook op minder leuke momenten beschikbaar te zijn, gedurende weekend en feestdagen.

19 Onze opleiding tot vroedvrouw is erop gericht om je tot een vroedvrouw te vormen die thuis is op alle terreinen van het beroep. Dit houdt in dat je na je studie zowel in het ziekenhuis (verloskamer, kraamafdeling, neonatologie, op consultatie als gezondheidsvoorlichting en opvoedings (G.V.O.)- deskundige, infertiliteitscentra, ) als buiten het ziekenhuis (preventieve en thuisgezondheidszorg) optimaal kan functioneren. Volgens het nieuwe Hogeschooldecreet (B.S ) leidt het volgen van de opleiding vroedkunde tot het behalen van het diploma van vroedvrouw. Vroedvrouw worden en zijn! Spannend, afwisselend, uitdagend, een glimlach en af en toe een traan. Steun kunnen bieden aan koppels bij het leven dat is wat mij elke dag opnieuw voldoening geeft Chaja Devriendt Vroedvrouw ben je in je hart, het is niet alleen je beroep na drie jaar opleiding is dit gevoel alleen maar gegroeid. Weten dat je juist gekozen hebt en voor één van de mooiste beroepen ter wereld. Nathalie Bronckers - Diepenbeek Bachelor in de Vroedkunde 19

20 Vroedkunde: de opleiding Anders dan vroeger is de opleiding tot vroedvrouw sinds 1994, naast en onafhankelijk van de opleiding in de verpleegkunde, een aparte driejarige basisopleiding binnen het studiegebied gezondheidszorg. De gehanteerde onderwijsvormen (OGO en PGO) focussen op een actieve deelname van de student. WAT IS OPDRACHT GESTUURD ONDERWIJS? Onderwijs gestuurd door opdrachten moeten we dat zo eenvoudigweg verstaan? Het Opdracht Gestuurd Onderwijs (OGO) is een onderwijsvorm die jullie als student centraal wil stellen in jullie opleiding tot vroedvrouw. Binnen dit soort van onderwijs maken we voor de goede gang van zaken een onderscheid tussen hoorcolleges (HC), werkcolleges (WC) en practica (PR). Tijdens het hoorcollege krijg je uitleg over een deel van de leerstof en vooral over de manier waarop je de leerstof moet verwerken. Na het hoorcollege verwerk je zelfstandig of in groep de leerstof aan de hand van opdrachten. De docent probeert jullie belangstelling voor een bepaald onderdeel te wekken. Nadat je de leerstof verwerkt hebt aan de hand van opdrachten, volgt het werkcollege waar je in kleine groepen opnieuw de leerstof verwerkt door vragen te beantwoorden, vragen te stellen, toepassingen te maken, de gemaakte opdrachten te tonen of uiteen te zetten voor je medestudenten, enz Een werkcollege is maar zinvol als je dit grondig voorbereidt zodat je tijdens het werkcollege concrete vragen kan stellen aan de begeleidende docent. Voor het voorbereiden van deze werkcolleges kan je gebruik maken van uitgebouwde studielandschappen (mediatheek) waar gepaste literatuur, internet, cdrom s, dvd s ter beschikking staan. Naast hoor- en werkcolleges zijn er binnen het opleidingsprogramma practica en trainingen geprogrammeerd. Ze vinden plaats in daarvoor speciaal ontwikkelde nieuwe skillslabs. Deze skillslabs bootsen een echte ziekenhuisomgeving of consultatieruimte na waarbij het als student mogelijk wordt je grondig voor te bereiden op de confrontatie met de reële situatie op de werkvloer tijdens je stages. Tijdens de practica oefen je technische vaardigheden in onder de begeleiding van een docent waardoor je een aantal competenties van de vroedvrouw verwerft die op het einde van een lesperiode geëvalueerd worden. Tegelijk bestaat er de mogelijkheid dat je je als student vroedvrouw verder bekwaamt tijdens de docent onafhankelijke practica (DOP) waarbij je de geziene vaardigheden individueel of in groepjes verder inoefent. Het grote voordeel van Opdracht Gestuurd Onderwijs is dat jij als student je eigen leerproces in handen neemt. Aan de hand van opdrachten die je zelfstandig of in groep verwerkt, merken we dat studenten de leerstof anders verwerken. Daar je actief op zoek gaat naar wat moet ik weten of opzoeken om deze opdracht af te werken, ben je veel beter bezig met het verwerven van noodzakelijke competenties.

21 WAT IS PROBLEEM GESTUURD ONDERWIJS? Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) is een onderwijsmethodiek waarbij uitgegaan wordt van concrete probleembeschrijvingen bijvoorbeeld, klinische situaties uit het werkveld die, onder begeleiding van een docent en samen met een tiental medestudenten, worden geanalyseerd. Aan de hand van deze analyse stoot je op vragen over een aantal zaken die niet direct begrepen of verklaard kunnen worden en die bijgevolg verdere (zelf)studie vereisen. Aan het eind van een dergelijke bijeenkomst onderwijsgroep genoemd heb je bijgevolg een aantal leerdoelen waarmee je aan het werk moet in bibliotheek, mediatheek of studielandschap. Na een paar dagen wordt telkens een nieuwe onderwijsgroep georganiseerd waar de gevonden informatie wordt uitgewisseld, geordend en tot conclusies geformuleerd. De onderwijsvormen binnen de opleiding tot vroedvrouw verwacht van jou als student dat je zelf de handen uit de mouwen steekt. Na elk hoor-, werk,-of praktijkcollege ga je met een aantal vragen of problemen naar huis. Hiervoor staat het studielandschap ter jullie beschikking. Omdat een werkweek 38 uren telt, verwachten we van jullie hetzelfde. Naast contactonderwijs dat we proberen te beperken tot 15 à 20 uur/week zullen jullie voor de overige uren zelf aan de slag moeten gaan. Dat zal in het begin wat wennen zijn en zal je hiervoor de nodige discipline moeten opbrengen. Samengevat kunnen we stellen dat OGO of PGO een onderwijsmethodiek is die beroep doet op jouw engagement, je nieuwsgierigheid, je wil om dingen te weten, te kunnen Wij helpen jullie vanuit de opleiding bij het verwerken van de kennis, vaardigheden en attitudes om tot een bachelor in vroedkunde te kunnen uitgroeien. Naast deze onderwijsgroepen wordt uiteraard ook verder gebruik gemaakt van hoorcolleges en vaardigheidsonderwijs. Belangrijk is wel dat PGO de klassieke vakkenstructuur niet langer gebruikt, maar precies via een nauwkeurige keuze van problemen, de diverse vakinhouden geïntegreerd aanbiedt. Een andere meerwaarde van deze methodiek is vanzelfsprekend dat je stevig getraind wordt in het systematisch aanpakken van nieuwe situaties wat is er aan de hand? wat weet ik hierover? wat weet ik niet? waar kan ik de goede informatie vinden? - en dat is een vaardigheid die bijzonder belangrijk is in het concrete werkveld. De opleiding is niet te onderschatten. Vooral de theorie is zwaar, maar in combinatie met de praktijk en de stages is het echt de moeite waard. Esther Geelen Bachelor in de Vroedkunde 21

22 Vroedkunde: de opleiding In het eerste en tweede jaar wordt de opleiding aangeboden in een modulair onderwijsconcept. Elke module is een mooi afgerond leerpakket waarin zowel het beroepsgerichte deel, de algemene vorming, de ondersteunende kennis, de sleutelvaardigheden en de attitudes vervat zitten. In het eerste opleidingstraject ligt de nadruk op de normale zwangerschap, bevalling en kraambed en de gezonde pasgeborene. Het tweede opleidingstraject behandelt vooral de bedreigde menselijke voortplanting en de bedreigde pasgeborene. Het derde opleidingstraject spitst zich toe op hoogrisico verloskunde, eerstelijn en de specifieke aspecten van menselijke voortplanting. De kern van de opleiding wordt vanaf het eerste opleidingstraject gevormd door onderstaande vakinhouden. Module 1.1.1, en Vroedvrouw als zorgverlener Deze drie opeenvolgende modules omvatten de biomedische vakken anatomie, biologie, bloed en immuniteit, embryologie,genetica en pre-per-postnatale fysiologie. Om een koppel professioneel bij te staan, moet een toekomstige vroedvrouw voldoende theoretische kennis opbouwen over de werking van het menselijke lichaam. Door de anatomische en fysiologische studie van het menselijke lichaam zal voor jou het (vrouwelijk) lichaam geen geheimen meer dragen. Praktijkmodules en Vroedvrouw als zorgverlener In deze praktijkmodules leer je de theorie te integreren in de praktijk vanuit een holistische benadering. Praktische verloskundige, neonatale en verpleegkundige vaardigheden komen in de praktijkmodules aan bod. Module 1.3 Vroedvrouw als teamlid en organisator In deze module leer je hoe de gezondheidszorg is georganiseerd en hoe je als vroedvrouw binnen het wettelijk kader kan handelen. Module 1.4 Vroedvrouw als coach Aangezien je als vroedvrouw het koppel vanuit een holistisch perspectief wil benaderen zullen ook psychologie, ethiek en sociale vaardigheden reeds van bij de start van de opleiding worden opgenomen. Module 1.5 Vroedvrouw als professional In deze module leer je de wetenschappelijke vakliteratuur professioneel gebruiken via opdrachten. STAGE Daar theorie enkel tot zijn recht komt bij de toepassing in de praktijk, wordt de inhoud van de modules ifv kraamstage (start vanaf januari) gestuurd. De volgorde van de modules is bijgevolg niet de fysiologische volgorde van een zwangerschap. De stages van het eerste jaar vroedkunde

23 zijn gericht op het verwerven van vaardigheden in basis vroedkundige zorg met betrekking tot postpartum periode. Je leert de kraamvrouw met haar pasgeborene verzorgen en observeren m.b.t. de normale kraamperiode. Tevens vindt er een eerste kennismaking plaats met een verloskamer. Gedurende de drie opleidingsjaren moet je als student-vroedvrouw volgens de EGrichtlijnen (80/155) het volgende uitvoeren: Onderzoek van en voorlichting aan zwangeren (min. 100 prenatale onderzoeken) Toezicht op en begeleiding van ten minste 40 zwangere vrouwen Zelf verrichten van ten minste 40 bevallingen Actieve deelname aan één of twee bevallingen in stuitligging Verrichten van een episiotomie en het hechten ervan Toezicht houden op en verzorgen van 40 barende vrouwen en kraamvrouwen, waarbij gevaar voor verwikkelingen bestaat Onderzoek van tenminste 100 kraamvrouwen en pasgeborenen Toezicht houden op en begeleiding van kraamvrouwen en pasgeborenen, met inbegrip van de te vroeg geboren en bedreigde pasgeborene Verpleging van vrouwen met gynaecologische en obstetrische problemen en bij ziekten van pasgeborenen en zuigelingen Inleiding tot de verpleging van de algemene pathologische gevallen in de geneeskunde en heelkunde Het succesverhaal van de opleiding vroedkunde zit voor mij zeker in de vele uitdagingen. Vooral de buitenlandse stage in het laatste jaar van de opleiding was voor mij een enorme meerwaarde. Dat was voor mij ECHT vroedvrouw zijn. Chaja Devriendt Bachelor in de Vroedkunde 23

24 Professionele Bachelor Vroedkunde Opleidingsprogramma MODULEVERDELING 1 STE OPLEIDINGSTRAJECT VROEDKUNDE SP EXAMENMOMENT Module Vroedvrouw als zorgverlener 6 Examen na herfstverlof Module Vroedvrouw als zorgverlener 5 Examen na kerstverlof Praktijkmodule Vroedvrouw als zorgverlener 4 Examen na kerstverlof Module 1.3 Vroedvrouw als teamlid en organisator 3 Examen na kerstverlof Module 1.4 Vroedvrouw als coach (stroommodule) 5 Examen in juni Module 1.5 Vroedvrouw als professional 3 Examen in juni Module Vroedvrouw als zorgverlener 8 Examen in juni Module Vroedvrouw als zorgverlener 7 Examen in juni Stage en verslaggeving 15 TOTAAL 56 MODULEVERDELING 2 DE OPLEIDINGSTRAJECT VROEDKUNDE SP EXAMENMOMENT Module Vroedvrouw als zorgverlener 4 Examen na herfstverlof Module Vroedvrouw als zorgverlener 4 Examen na herfstverlof Praktijkmodule Vroedvrouw als zorgverlener 4 Examen in mei Module Vroedvrouw als zorgverlener 3 Examen in mei Module 2.3 Vroedvrouw als coach (stroommodule) 5 Examen in mei Module 2.4 Vroedvrouw als professional 3 Examen in mei Module 2.5 Verloskundige at risk 8 Examen in mei Module 2.6 Neonaat at risk 4 Examen in mei Stage 1: Verloskamer 15 Stage 2: Niet-Verloskamer 10 TOTAAL 56

25 BLOKVERDELING 3 DE OPLEIDINGSTRAJECT VROEDKUNDE SP Blok 3.1 Hoogrisico 8 Blok 3.2 Eerste lijn 8 Blok 3.3 Fertiliteit 6 Vroedvrouw in de multiculturele samenleving 3 Stage 1: Verloskamer 15 Stage 2: MIC + NIC 8 Stage 3: Specifieke perinatale zorg 6 Bachelorproef 6 TOTAAL 60 Bachelor in de Vroedkunde: opleidingsprogramma

26 Word de beste versie van jezelf!

27 27

28 Werkterrein van de vroedvrouw Voor tewerkstelling zijn vroedvrouwen aangewezen op: materniteiten van algemene ziekenhuizen: verloskamer, kraamafdeling, neonatologie op de afdeling laag- en hoogrisico zwangerschap MIC (maternele intensive care), afdelingen waar fertiliteitsproblemen behandeld worden, afdelingen waar hoog-risico-pasgeborenen verzorgd worden NIC (neonatale intensive care) diensten voor thuisverpleging, diensten voor pre- en postnatale raadpleging en voorbereiding, diensten voor sexuele voorlichting en gezinsplanning. Een vroedvrouw kan zich in de eerstelijnsgezondheidszorg vestigen als zelfstandige en zich richten op thuisbevalling of op poliklinische bevalling ( bevalling met kort ziekenhuisverblijf) in het ziekenhuis.

29 Ik werk 1.5 jaar op de kraam-gynaeco-afdeling. Het klinkt mooi maar toch is het vaak ook niet te onderschatten hoe hard het kan zijn: enerzijds de vreugde bij een eerste kind, anderzijds ook confrontaties met een miskraam of onderbreking van de zwangerschap, een doodgeboorte, een bloeding, een gyneacologische kanker, Vroedvrouw is een beroep waarbij je hoofd en handen belangrijk zijn, maar zeker ook je hart! Vroedvrouw zijn is fantastisch! Esther Geelen Werkterrein van de vroedvrouw 29

30 Andere opleidingen in het departement gezondheidszorg Professionele bachelor in de verpleegkunde brugtraject Je kan het diploma van professionele bachelor in de verpleegkunde via het brugtraject behalen op basis van het eerder behaald diploma van gegradueerde verpleegkundige (4de graad). Voor meer info verwijzen we naar de opleidingsbrochure KHLim Next verpleegkunde brugtraject. Professionele bachelor in de verpleegkunde traject voor volwassenen en werkstudenten Steeds meer mensen beslissen weloverwogen om op latere leeftijd de opleiding verpleegkunde aan te vatten. Daar de klassieke route om bachelor in de verpleegkunde te worden niet altijd mogelijk is in combinatie met werken en/of een gezinsleven, wordt een uniek traject in Limburg aangeboden om bachelor in de verpleegkunde te worden. Het is eveneens een opleidingstraject van 180 studiepunten, gespreid over 3,5 jaar voor studenten die reeds een bachelor- of masterdiploma hebben en 4 jaar voor studenten die dit niet hebben. De lessen gaan wekelijks door op donderdag of vrijdag. De opleiding maakt gebruik van begeleide zelfstudie. Voor meer info verwijzen we naar de opleidingsbrochure KHLim Next verpleegkunde ( Route 33 ).

31 Professionele bachelor in de verpleegkunde verkort traject voor vroedvrouwen Op basis van een eerder behaald diploma van professionele bachelor in de vroedkunde kan je via een verkort traject van 60 studiepunten het diploma van professionele bachelor in de verpleegkunde behalen. Omwille van de hoeveelheid stage die nog moet gelopen worden, moet dit programma in anderhalf of twee academiejaren opgenomen worden. Voor meer info verwijzen we naar de opleidingsfolder KHLim Next verpleegkunde verkort traject voor vroedvrouwen. Andere opleidingen in het departement gezondheidszorg 31

32 Wat na je bachelordiploma? Er zijn nog diverse mogelijkheden om verder te studeren na het behalen van je bachelordiploma in de verpleegkunde of de vroedkunde. Bachelor na bachelor (banaba) Dit is een voortgezette opleiding. Als student moet je dus al een bacheloropleiding hebben afgerond om een banaba te mogen volgen. De opleidingen hebben een omvang van minstens 60 studiepunten. Deze opleidingstrajecten beogen de verbreding en/of de verdieping van de competenties verworven na een bacheloropleiding en dit in het kader van een verdere professionele vorming. Een banaba-opleiding leidt naar een bijkomend bachelordiploma en kan zowel voltijds als deeltijds worden gevolgd, al dan niet in combinatie met verpleegkundige praktijkvoering. Banaba-opleidingen worden aangeboden door hogescholen en universiteiten. Een banaba bestaat steeds voor de helft uit theoretisch onderwijs en voor de andere helft uit klinisch onderwijs. Ter afronding wordt een banabaproef voorgelegd. Binnen het studiegebied verpleegkunde/vroedkunde worden volgende banaba-opleidingen aangeboden: Pediatrische gezondheidszorg, Geriatrische gezondheidszorg, Intensieve zorg en spoedgevallenzorg, Sociale gezondheidszorg, Oncologische zorg, Thuisgezondheidszorg, Operatieverpleegkunde, Geestelijke gezondheidszorg en psychiatrie, Zorgmanagement, Medische beeldvorming Banaba s op de KHLim in samenwerkingsverband KHLim / KHLeuven Bachelor in de pediatrische gezondheidszorg Bachelor in intensieve zorgen en spoedgevallenzorg Bachelor in de geestelijke gezondheidszorg Bachelor in oncologische zorg Bachelor in de sociale gezondheidszorg Master Masteropleidingen zijn academisch gericht maar kunnen daarenboven een professionele gerichtheid hebben. Master word je na het afronden van een studie van tenminste 60 studiepunten.

33 De masteropleidingen hebben tot doel je als student te brengen tot een gevorderd niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen, dat noodzakelijk is voor de autonome beoefening van de wetenschappen of voor de aanwending van deze wetenschappelijke kennis in de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen. Een masteropleiding wordt afgesloten met een masterproef. Masteropleidingen zijn toegankelijk vanuit een professionele bacheloropleiding na het volgen van een schakeljaar (60 studiepunten). Volgende masteropleidingen sluiten aan bij het studiegebied verpleegkunde/vroedkunde en zijn na het volgen van een schakelprogramma toegankelijk voor verpleegkundigen: Master in de verpleegkunde en vroedkunde, Master in de criminologische wetenschappen, Master in het management en beleid van de gezondheidszorg, Master in de pedagogische wetenschappen, Master in de seksuologie, Master in de sociale en culturele antropologie, Master in de educatieve studies. Postgraduaat Een postgraduaatgetuigschrift wordt uitgereikt na een opleidingstraject van ten minste 20 studiepunten. Deze opleidingstrajecten beogen de verbreding en/of de verdieping van de competenties verworven na een bacheloropleiding en dit in het kader van een verdere professionele vorming. Permanente vorming Wanneer je als student na drie jaar afstudeert, heb je een brede, algemene basis verworven op het gebied van verpleegkunde. Je hebt de basiscompetenties van een bachelor in de verpleegkunde verworven. Om bij te blijven en jezelf verder professioneel te ontwikkelen, zal je permanent moeten leren. Je kan je ook verder bekwamen in één bepaald domein van de verpleegkunde. Om je te specialiseren zijn zowel praktijkervaring als extra vorming en opleiding noodzakelijk. Beiden gaan hand in hand. Een extra vorming of opleiding geeft je een voorsprong met het oog op het ontwikkelen van expertise in een verpleegkundig domein. Wanneer je het ruime aanbod aan vorming en opleiding bekijkt, word je wellicht geconfronteerd met diverse termen en titels (referentiepersoon, deskundigheid, specialist, ). Deze hebben niet altijd gelijk gewicht of gelijke waarde. Onderstaande figuur maakt duidelijk dat een Masterdiploma het enige diploma is dat verpleegkundigen voorbereidt op een functie als verpleegkundig specialist. Alle andere opleidingen helpen om een bepaald expertisedomein te ontwikkelen maar zijn onvoldoende wetenschappelijk omkaderd om verpleegkundigen te scholen op een specialistisch niveau. Sinds de invoering van de bachelor-masterstructuur in het hoger onderwijs worden eenvormige begrippen gehanteerd voor de opleidingen die leiden tot een diploma of getuigschrift. Postgraduaten in de KHLim Postgraduaat Ouderenzorg Postgraduaat Diabetes Postgraduaat Lactatiekunde Postgraduaat Referentiepersoon ethiek Postgraduaat Palliatieve zorgen Permanente vormingen in de KHLim Aanbod zie Praktijkervaring Verpleegkundige Verpleegkundige specialist Verpleegkundige gespecialiseerd in (referentiepersonen, beroeptitels, bijzonder bekwaamheden, ) Bachelor Banaba s, PG, Master Wat na je bachelordiploma? 33

34 Hoe word ik de beste versie van mezelf? Adres Departement Gezondheidszorg Oude Luikerbaan Hasselt T: F: E: Hoe kom ik op de campus? De campus Oude Luikerbaan is gemakkelijk te bereiken. Met De Lijn: H1 verbindt het station met campus Oude Luikerbaan om de 30 min. Soms frequenter. Aan de campus is ook een studentenparking voorzien.

35 Start academiejaar 15 september 2014 KHLim-infodagen 2014 Zaterdag 15 maart: 10 u. 13 u. Zaterdag 26 april: 14 u. 17 u. Dinsdag 1 juli: 17 u. 20 u. Zaterdag 6 sept.: 10 u. 13 u. KHLim-al-even-mee-dag Woensdag 30 april Studiepunten credits leerkrediet In deze brochure vind je bij elk opleidingsonderdeel ( vak ) het aantal studiepunten. Eén studiepunt betekent ongeveer 26 tot 30 uren studietijd: lessen en practica volgen, notities structureren, opdrachten uitvoeren, opzoekwerk, feedback van lesgevers, blokken, examens afleggen, Een opleidingsfase ( jaar ) omvat doorgaans 60 studiepunten. Een normstudent investeert dus 1560 tot 1800 uur per jaar aan zijn studie. Telkens je een 10/20 behaalt voor een opleidingsonderdeel verwerf je een credit. Vakken waar je geen 10/20 behaalt, kan je hernemen. Een opleidingsonderdeel met een 8 of 9 kan je onder strikte voorwaarden laten tolereren : je herdoet het niet, maar je krijgt er dan ook geen credit voor. Alle details vind je terug in het OER: het Onderwijs- en Examenreglement (zie website). Het leerkrediet is een rugzak van 140 studiepunten die je krijgt van de overheid om te studeren. Elk jaar zet je er daar een deel van in, meestal 60. Als je credits behaalt, krijg je dat leerkrediet terug, de eerst 60 zelfs dubbel! ECTS (European Credit Transfer System) is een systeem om vakken die je in het buitenland aflegt, te laten erkennen voor je diploma hier of omgekeerd. EVC-EVK is een systeem om opgedane ervaring of behaalde kwalificaties te erkennen zodat je van vrijstellingen kan genieten. Alle vakkentabellen in deze brochure zijn onder voorbehoud van wijzigingen. Hoe word ik de beste versie van mezelf? 35

36 Hoe word ik de beste versie van mezelf? Student = iemand die studeert? Student ben je ook buiten de lesuren. De dienst Studentenvoorzieningen (Stuvoor) wil ervoor zorgen dat je al jouw talenten maximaal kunt ontwikkelen. Stuvoor is actief op een aantal gebieden: Cultuur Sport Huisvesting Jobdienst Studentencafetaria s & -restaurant Vervoer Financiële studieondersteuning Psychosociale begeleiding Je kan Stuvoor bereiken in het Stuvoorhuis (campus Diepenbeek) of in het Stuvoorlokaal van de andere campussen, via het nummer 011/ of door te mailen naar stuvoor@khlim.be. Diversiteitsbeleid De KHLim maakt graag werk van een diversiteitsbeleid. Iedere student is voor ons een unieke persoonlijkheid: iedere student moet de beste versie van zichzelf kunnen worden. Wat als je door een functiebeperking wordt belemmerd in je mogelijkheden? Heb je een andere culturele of religieuze achtergrond, spreek je een andere thuistaal of kom je uit een ander land? Kom je misschien in aanmerking voor een topsportstatuut? Op vind je als toekomstige student meer uitleg over het diversiteitsbeleid, topsportstatuut en functiebeperkingen. Hogeschool of Unief? De KHLim is partner in de Associatie KU Leuven. Dit is een samenwerkingsverband van 12 hogescholen met de KU Leuven. Zij bundelen hun krachten voor kwalitatief onderwijs en onderzoek. Wil je er meer over weten? Surf naar KHLim QUADRI Naast onderwijs zorgt de hogeschool ook voor onderzoek en dienstverlening. De KHLim bundelt heel wat expertise in speerpunten die in opdracht van bedrijven en organisaties toegepast onderzoek uitvoeren. Daarnaast biedt de KHLim een grote waaier aan bijscholingen, postgraduaten, seminaries en studiedagen. KHLim QUADRI staat voor quality driven. Zie KHLim NEXT KHLim NEXT zijn aangepaste bacheloropleidingen voor volwassenen en studenten die werken en studeren combineren. Vraag de aparte brochure aan voor trajecten in: Lerarenopleiding (secundair / lager / kleuter), Verpleegkunde, Orthopedagogie, Bedrijfsmanagement.

37 Inschrijvingen Alle inschrijvingen voor de KHLim vinden plaats op de campus Diepenbeek, Agoralaan Gebouw B, 3590 Diepenbeek. De inschrijvingen starten einde juni. Raadpleeg de website voor de exacte data en uren. Gelieve mee te brengen: je identiteitskaart je diploma secundair onderwijs voor wie niet rechtstreeks uit het secundair komt: een attest van de gevolgde studies of van tewerkstelling voor de berekening van eventuele studietoelage of verlaagd studiegeld: aanslagbiljet personenbelasting van het inkomstenjaar 2011 (aanslagjaar 2012) Voor wie op kot gaat: een kopie van je kotcontract Inschrijvingsgeld Studiegeld voor een basisopleiding (60 studiepunten) per academiejaar (cijfers voor academiejaar , de studiegelden voor worden door de minister vastgelegd in het voorjaar 2014: Niet-beursstudent: Bijna-beursstudent: Beursstudent: 610,60 euro 358,70 euro 100,00 euro Studiegelden voor deeltijdse trajecten, postgraduaten en dergelijke: zie Extra kosten? Naast het inschrijvingsgeld moeten er jaarlijks ook cursussen, handboeken en verpleegmaterialen aangekocht worden. Hiervoor voorzie je best: voor de 1ste opleidingsfase: ± 750 euro voor de 2de opleidingsfase: ± 450 euro voor de 3de opleidingsfase is dit afhankelijk van het keuzetraject (Deze prijzen zijn indicatief en kunnen jaarlijks wijzigen.) Toelatingsvoorwaarden Voor een bachelor: diploma secundair onderwijs. Voor andere toelatingsvoorwaarden: zie Hoe word ik de beste versie van mezelf? 37